BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Transcriptie

1 Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 3624/29 Betreft zaak: 3624/ Zwanenberg Food Group - Cebeco Meat Products I. MELDING 1. Op 29 juli 2003 heeft de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeeld dat Zwanenberg Food Group Holding B.V. voornemens is zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet, over Cebeco Meat Products Nederland B.V. Van de melding is mededeling gedaan in Staatscourant 145 van 31 juli Naar aanleiding van de mededeling in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht. Ambtshalve zijn vragen gesteld aan verschillende marktpartijen. II. PARTIJEN 2. Zwanenberg Food Group Holding B.V. (hierna: Zwanenberg) is een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid naar Nederlands recht. Zij maakt onderdeel uit van de Meatpoint groep en is een dochtermaatschappij van Meatpoint B.V. 3. Zwanenberg is actief op het gebied van de productie en verkoop van vleeswaren en -conserven voor de binnenlandse en buitenlandse markt. De Meatpoint groep is verder, via het cluster Zwanenberg U.K., specifiek actief op het gebied van vleeswaren en conserven voor de Britse markt. 4. Cebeco Meat Products Nederland B.V. (hierna: Cebeco) is een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid naar Nederlands recht. Zij maakt deel uit van de Cebeco groep van vennootschappen. Enig aandeelhouder van Cebeco is Cebeco Meat Products Holding B.V. Alle aandelen van Cebeco Meat Products Holding B.V. worden gehouden door Cebeco Groep B.V. 5. Cebeco is actief op het gebied van de productie en verkoop van vleeswaren en -conserven voor de binnenlandse en buitenlandse markt. 1 Openbare versie

2 III. DE GEMELDE OPERATIE 6. De gemelde concentratie behelst de verwerving van alle aandelen in het geplaatste kapitaal van Cebeco door Zwanenberg. Het voornemen tot deze concentratie is vastgelegd in de bij de melding overgelegde Intentieverklaring tussen Zwanenberg Food Group Holding B.V. en Cebeco Groep B.V. d.d. 12 juli IV. TOEPASSELIJKHEID VAN HET CONCENTRATIETOEZICHT 7. De gemelde operatie is een concentratie in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet. De hierboven, onder punt 6, omschreven transactie leidt ertoe dat Zwanenberg uitsluitende zeggenschap verkrijgt over Cebeco. 8. Betrokken ondernemingen zijn Zwanenberg en Cebeco. 9. Uit de bij de melding ter beschikking gestelde omzetgegevens blijkt dat de gemelde concentratie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht valt. V. BEOORDELING A. RELEVANTE MARKTEN Rel evant e pr oduct mar kt en 10. De activiteiten van partijen vertonen overlap op het gebied van de productie en verkoop van vleeswaren en vleesconserven. 11. Binnen de markt voor vleeswaren en -conserven kan mogelijk een nader onderscheid worden gemaakt tussen vleeswaren en vleesconserven. Tevens kan er mogelijk een nader onderscheid worden gemaakt tussen een huishoudelijke ( retail ) en een buitenhuishoudelijke ( out-of-home ) markt. Tenslotte vormen binnen de mogelijke markt voor vleeswaren de diverse typen vleeswaar mogelijk afzonderlijke markten Met betrekking tot een mogelijke nadere onderverdeling naar type vleeswaar zijn diverse onderverdelingen mogelijk. Diverse marktpartijen hebben aangegeven dat er in de markt vaak een onderscheid wordt gemaakt tussen enkelvoudige vleeswaren en samengestelde vleeswaren, 1 Voor de productmarktafbakening van vleeswaren en conserven, zie besluit van 2 augustus 2001 in zaak 2586/ Zwanenberg Boekos; besluit van 21 oktober 1999 in zaak 1547/ Sara Lee Meester; besluit van 28 juli 1999 in zaak 1402/Zwanenberg Offerman; besluit van 24 juli 1998 in zaak 775/Hendrix Vlees Druten Murris Meppel Smits Emmen; en besluit van 18 mei 1998 in zaak 349/SturkoMeat Jansen Group. 2 Openbare versie

3 waarbij enkelvoudige vleeswaren nader onderverdeeld kunnen worden in rauwe en gekookte vleeswaren, terwijl samengestelde vleeswaren nader kunnen worden onderverdeeld in droge worst, kook- en rookworst, en leverworst/ leverproducten. Tevens is door een aantal marktpartijen aangegeven dat enerzijds bacon (en andere bewerkte speksoorten die worden gebakken en in warme maaltijden worden verwerkt) en anderzijds rookworsten kunnen worden onderscheiden van andere vleeswaren, die voornamelijk als broodbeleg worden gebruikt. Vleessnacks en kant- en klaarmaaltijden worden in het algemeen ook als een aparte productcategorie beschouwd. De Europese Commissie heeft in een eerder besluit met betrekking tot de Deense markt een licht afwijkende indeling naar productgroepen gehanteerd Op basis van diverse indelingen en categorieën die door marktpartijen en door de Commissie zijn genoemd, zijn in het onderzoek in onderhavige zaak de volgende categorieën in beschouwing genomen, die elkaar in enkele gevallen gedeeltelijk overlappen: (i) droge worst; (ii) rookworst; (iii) gekookte worst exclusief rookworst; (iv) leverworst en andere leverproducten; (v) enkelvoudige gekookte vleeswaren; (vi) enkelvoudige rauwe vleeswaren voor koude consumptie; (vii) enkelvoudige rauwe vleeswaren voor consumptie na bewerking (waaronder bacon); (viii) paté s en pasteien; (ix) barbecue- en braadworst; en (x) kant&klaarmaaltijden en snacks. Aangezien er geen of te verwaarlozen overlap tussen partijen is op het gebied van de categorieën (vii) tot en met (x) zullen deze categorieën in de beoordeling van de gevolgen van de concentratie verder buiten beschouwing worden gelaten. 14. Evenals in eerdere zaken 3, kan in onderhavige zaak in het midden worden gelaten of de markt voor vleeswaren en vleesconserven nader dient te worden onderverdeeld, omdat de materiële beoordeling hierdoor niet wordt beïnvloed (zie punt 18 tot en met 41). Rel evant e geogr af ische mar kt en 15. Partijen geven aan dat de geografische markt voor vleeswaren en vleesconserven de Europese Unie betreft en in ieder geval ruimer is dan nationaal. Met name voor vleesconserven geldt dat ze langere tijd bewaard kunnen worden en dat transport over langere afstanden geen probleem vormt. Dit geldt overigens ook voor geconditioneerde vleeswaren. 2 Zie de beschikking van de Europese Commissie van 14 februari 2002 in zaak M.2662 Danish Crown/Steff-Houlberg, punt 74 t/m. 76. Specifiek in het kader van deze zaak heeft de Commissie het aannemelijk geacht dat er binnen de markt 6 categorieën konden worden onderscheiden, nl. raw cured products, processed meat for cold consumption, canned meat, sausages, pâtés and pies en ready-prepared dishes and components for such. 3 Zaak 2586/Zwanenberg Boekos, reeds aangehaald, punt 10; zaak 1547/Sara Lee Meester, reeds aangehaald, punt 16; in zaak 1402/Zwanenberg Offerman, reeds aangehaald, punt 13; zaak 775/Hendrix Vlees Druten Murris Meppel Smits Emmen, reeds aangehaald, punt 20; en zaak 349/SturkoMeat Jansen Group, reeds aangehaald, punt Openbare versie

4 16. Diverse afnemers geven enerzijds aan dat de import beperkt is vanwege verschillende smaakvoorkeuren. Het is moeilijk voor buitenlandse leveranciers producten te leveren die voldoen aan de smaakvoorkeuren van de Nederlandse markt. Dit stemt overeen met bevindingen van de Europese Commissie ten aanzien van de Deense markt. Volgens marktpartijen vindt import voornamelijk plaats uit België en Duitsland, terwijl vanuit Spanje en Italië specialiteiten (parmaham, salami, serranoham en chorizo) worden geïmporteerd. Afnemers hebben aangegeven op dit moment 1% tot 10% van hun vraag van buitenlandse leveranciers te betrekken. Anderzijds geven afnemers wel aan waarschijnlijk over te stappen naar buitenlandse aanbieders indien de prijzen in Nederland met 5% tot 10% zouden stijgen, hoewel door één marktpartij daarbij wel de kanttekening wordt geplaatst dat dit zeer lastig is vanwege de vaak typisch Nederlandse producten. 17. In eerdere besluiten van de NMa is aangegeven dat de Nederlandse industrie van vleeswaren en conserven sterk internationaal georiënteerd is 4 en dat er sterke aanwijzingen zijn dat met name de (deel)markt voor vleesconserven ruimer dan nationaal is 5. Naar aanleiding van onderzoek in onderhavige zaak kan dit als volgt nader worden gepreciseerd. Het grootste deel van de vleeswarenmarkt lijkt als nationaal of ten hoogste Nederland, België en Duitsland te moeten worden beschouwd. Voor vleesconserven en specifieke categorieën vleeswaren zoals bacon, salami en sommige rauwe hammen is de geografische markt mogelijk wel ruimer. Evenals in eerdere besluiten kan het in de onderhavige zaak echter in het midden blijven of de markt(en) voor vleeswaren en vleesconserven nationaal of ruimer dan nationaal zijn, aangezien de materiële beoordeling hierdoor niet wordt beïnvloed (zie de punten 23,27,33 en 40). B. GEVOLGEN VAN DE CONCENTRATIE Vleeswaren/ Vleesconserven 18. Op de markt voor vleeswaren en conserven zijn naast Zwanenberg drie grote concurrenten actief, te weten Stegeman, Unilever en Compaxo. Unilever concurreert specifiek op het gebied van vleesconserven (zie de punten 25 tot en met 28) en rookworst (zie de punten 35 tot en met 41). Daarnaast zijn er op de markt voor vleeswaren en -conserven diverse kleinere spelers actief, waaronder buitenlandse marktpartijen. 19. Specifiek ten aanzien van de buitenhuishoudelijke markt hebben enkele marktpartijen aangegeven dat de rol van kleinere, gespecialiseerde aanbieders hier groter is dan op de huishoudelijke markt. Verder zijn op de buitenhuishoudelijke markten voor vleeswaren en - conserven, naast bovengenoemde concurrenten, ook slicingbedrijven zoals Huis van Beleg en 4 Zie het besluit van 18 mei 1998 in zaak 349/SturkoMeat Jansen Group, punt Zie onder meer zaak 2586/Zwanenberg Boekos, reeds aangehaald, punt 12; zaak 1547/Sara Lee Meester, reeds aangehaald, punt 21; en zaak 1402/Zwanenberg Offerman, reeds aangehaald, punt Openbare versie

5 Ruitenburg actief als aanbieder. Deze bedrijven kopen vleeswaren in bulk aan en verkopen ze in gesneden en verpakte vorm aan horecagroothandels, cateringbedrijven en instellingen. 20. Partijen hebben aangegeven dat supermarkten een grote vraagmacht bezitten. Dit wordt bevestigd door andere producenten, die aangeven dat afnemers in hoge mate in staat zijn voorwaarden af te dwingen op het gebied van prijs, kwaliteit, logistiek en leveringsvoorwaarden. Uit onderzoek van de NMa blijkt dat de diverse producenten 50% tot 80% van hun omzet behalen door afzet aan de vijf grootste supermarktketens. 21. Verder blijkt uit onderzoek van de NMa dat supermarkten op hun beurt een grote diversiteit kennen met betrekking tot hun top vijf van leveranciers. Hierbij valt verder op dat supermarkten, naast enkele leveranciers die een gespecialiseerd aanbod leveren, ook diverse leveranciers hebben bij wie ze een breed aanbod, dat wil zeggen uiteenlopende typen vleeswaren en -conserven, afnemen. Dit alles levert het beeld op dat supermarkten over voldoende mogelijkheden beschikken om tegendruik uit te oefenen wanneer een aanbieder, hetzij van het gehele assortiment vleeswaren en -conserven, hetzij van een deel van dit assortiment, de prijzen verhoogt. Het is aannemelijk dat deze factoren supermarkten een bepaalde vraagmacht bieden die disciplinerend werkt op het gedrag van producenten. 22. In tabel 1 zijn de marktaandelen naar waarde en volume op de nationale markt voor vleeswaren en vleesconserven weergegeven waarbij een nader onderscheid wordt gemaakt tussen vleeswaren en vleesconserven en tussen de huishoudelijke en buitenhuishoudelijke markt. De marktaandelen in deze en volgende tabellen zijn gebaseerd op gegevens van partijen, schattingen van partijen en marktgegevens van het GfK en ACNielsen. 5 Openbare versie

6 Tabel 1: Marktaandelen partijen vleeswaren/ vleesconserven in 2002 In waarde In volume Zw. Ceb. Gez. Zw. Ceb. Gez. Vleeswaren en vleesconserven [10-20]% [0-10]% [20-30]% [20-30]% [0-10]% [20-30]% Huishoudelijk [10-20]% [0-10]% [20-30]% [20-30]% [0-10]% [20-30]% Buitenhuishoudelijk [10-20]% [0-10]% [10-20]% [10-20]% [0-10]% [10-20]% Vleesconserven [20-30]% [0-10]% [30-40]% [20-30]% [0-10]% [20-30]% Huishoudelijk [40-50]% [0-10]% [40-50]% [30-40]% [0-10]% [30-40]% Buitenhuishoudelijk [0-10]% [0-10]% [0-10]% [0-10]% [0-10]% [0-10]% Vleeswaren [10-20]% [0-10]% [20-30]% [10-20]% [0-10]% [20-30]% Huishoudelijk [10-20]% [0-10]% [20-30]% [20-30]% [0-10]% [20-30]% Buitenhuishoudelijk [10-20%] [0-10]% [20-30]% [10-20]% [0-10]% [20-30]% 23. Indien zou worden uitgegaan van een ruimere dan nationale markt zouden de marktaandelen van partijen op de markt(en) voor vleeswaren en -conserven aanzienlijk dalen, aangezien het grootste deel van de omzet in Nederland wordt behaald. 24. Gezien de marktaandelen van partijen, de aanwezigheid van sterke concurrenten en de vraagmacht van supermarkten, is het niet aannemelijk dat als gevolg van de onderhavige concentratie op de mogelijke markt voor vleeswaren en conserven, al dan niet nader onderscheiden in een huishoudelijke en een buitenhuishoudelijke markt, een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd. 6 Openbare versie

7 Vleesconserven 25. Uit tabel 1 valt af te leiden dat het marktaandeel van partijen op het gebied van vleesconserven voor de buitenhuishoudelijke markt beperkt is. Om die reden zal op deze markt in onderhavig besluit niet nader worden ingegaan. 26. Op de huishoudelijke markt voor vleesconserven is Zwanenberg een grote partij. De toevoeging door Cebeco aan het marktaandeel van Zwanenberg na de concentratie is relatief klein. Op de huishoudelijke markt voor vleesconserven is Unilever in Nederland de grootste speler. Daarnaast zijn onder andere Struik en Compaxo als aanbieders op deze markt actief. 27. Indien de markt ruimer dan nationaal is neemt het marktaandeel van partijen af, aangezien de activiteiten van Cebeco buiten Nederland beperkt zijn en de exportactiviteiten van Zwanenberg verspreid zijn over de hele wereld. 28. Gezien de concurrentie van Unilever en enkele kleinere aanbieders, de beperkte toevoeging door Cebeco aan het marktaandeel van Zwanenberg, en in het licht van het in punt 20 en 21 gestelde ten aanzien van de vraagmacht van supermarkten, is het niet aannemelijk dat als gevolg van de onderhavige concentratie op de mogelijke markt voor vleesconserven in totaal en op de mogelijke markt voor vleesconserven voor de huishoudelijke markt een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd. Vleeswaren 29. In tabel 2 zijn de geschatte marktaandelen naar volume op de nationale markt gegeven indien een nader onderscheid wordt gemaakt naar diverse typen vleeswaren. 7 Openbare versie

8 Tabel 2: Marktaandelen partijen naar type vleeswaar in volume in 2002 Zwanenberg Cebeco Gezamenlijk Droge worst [10-20]% [10-20]% [30-40]% Huishoudelijk [10-20]% [10-20]% [30-40]% Buitenhuishoudelijk [0-10]% [10-20]% [10-20]% Rookworst [10-20]% [10-20]% [30-40]% Huishoudelijk [20-30]% [10-20]% [30-40]% Buitenhuishoudelijk [0-10]% [20-30]% [30-40]% Gekookte worst exclusief rookworst; [10-20]% [0-10]% [20-30]% Huishoudelijk [10-20]% [0-10]% [20-30]% Buitenhuishoudelijk [0-10]% [10-20]% [10-20]% Leverworst en andere leverproducten [20-30]% [0-10]% [20-30]% Huishoudelijk [20-30]% [0-10]% [20-30]% Buitenhuishoudelijk [10-20]% [0-10]% [10-20]% Enkelvoudige gekookte vleeswaren [10-20]% [0-10]% [20-30]% Huishoudelijk [10-20]% [0-10]% [20-30]% Buitenhuishoudelijk [10-20]% [0-10]% [20-30]% Enkelvoudige rauwe vleeswaren voor koude consumptie [10-20]% [0-10]% [10-20]% Huishoudelijk [10-20]% [0-10]% [10-20]% Buitenhuishoudelijk [10-20]% [0-10]% [10-20]% 8 Openbare versie

9 30. Zoals aangegeven in de tabellen 1 en 2 hebben partijen marktaandelen van [20-30]% naar volume op de markt voor vleeswaren, waarbij het gezamenlijke marktaandeel zich beweegt tussen de [10-20]% (enkelvoudige rauwe vleeswaren voor koude consumptie) en [30-40]% (rookworst) wanneer een onderscheid wordt gemaakt tussen diverse typen vleeswaren. 31. Zoals reeds aangegeven in punt 18, zijn Stegeman en Compaxo de belangrijkste concurrenten van Zwanenberg op het gebied van vleeswaren. Wanneer onderscheid wordt gemaakt naar type vleeswaar, dan geldt voor alle typen vleeswaren, met uitzondering van de markt voor rookworst (die apart zal worden besproken vanaf punt 35), dat de top 3 van spelers na de concentratie wordt gevormd door Stegeman, Zwanenberg/Cebeco en Compaxo. Daarnaast zijn op elk deelterrein enkele kleinere spelers actief, waaronder buitenlandse marktpartijen, terwijl specifiek op de buitenhuishoudelijke markt partijen concurrentie ondervinden van slicingbedrijven. Zo hebben marktpartijen voor leverworst en andere leverproducten Encebe, Ter Beke (België) en Herta (Duitsland) genoemd als concurrenten, voor gekookte worst (exclusief rookworst) Zandvliet, voor enkelvoudige rauwe vleeswaren Scheemda, Van der Bilt en Pluma (België) en voor enkelvoudige gekookte vleeswaren Encebe en De Hoop. Binnen de categorie enkelvoudige rauwe vleeswaren vallen bovendien diverse buitenlandse specialiteiten, zoals Schwarzwalder Schinken, Serranoham en Parmaham die uit het land van herkomst worden geïmporteerd. 32. Op de mogelijke deelmarkt voor droge worst zal Zwanenberg als gevolg van de concentratie een leidende positie innemen. Ook voor deze markt geldt echter dat Stegeman en Compaxo belangrijke concurrenten zijn en blijven. Daarnaast zijn er nog enkele kleinere spelers actief op het gebied van droge worst, waaronder Slippens, van der Bilt en Pluma. Binnen de mogelijke markt voor droge worst zijn er specifieke worstsoorten die relatief veel worden geïmporteerd, zoals salami en chorizo. 33. Indien zou worden uitgegaan van een ruimere dan nationale markt zouden de marktaandelen van partijen op de markt(en) voor vleeswaren aanzienlijk dalen, aangezien het grootste deel van de omzet in Nederland wordt behaald. 34. Gegeven de marktaandelen van partijen en de marktpositie van concurrenten, alsmede in het licht van het in punt 20 en 21 gestelde ten aanzien van de vraagmacht van supermarkten, is het niet aannemelijk dat op de markt voor vleeswaren of op de mogelijke (deel)markten voor droge worst, gekookte worst (exclusief rookworst), leverworst en andere leverproducten, enkelvoudige gekookte vleeswaren en enkelvoudige rauwe vleeswaren voor koude consumptie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd. Dit geldt ook wanneer binnen deze mogelijke deelmarkten een nader onderscheid wordt gemaakt tussen de huishoudelijke en de buitenhuishoudelijke markt. 9 Openbare versie

10 Rookworst 35. De mogelijke deelmarkt voor rookworst wordt hier afzonderlijk besproken omdat de marktstructuur op dit gebied een ander karakter heeft dan bij de andere typen vleeswaren. 36. Op de mogelijke markt voor rookworst is Unilever op zowel de huishoudelijke als de buitenhuishoudelijke markt de grootste aanbieder, voornamelijk onder het merk Unox. De belangrijkste concurrentie voor Unox wordt gevormd door de private-label producten van supermarktorganisaties. De activiteiten van partijen bestaan voornamelijk uit productie voor private labels. Naast partijen is Compaxo de belangrijkste producent van rookworst voor private labels. Zowel Zwanenberg en Cebeco als Compaxo brengen ook rookworst onder eigen merken op de markt, maar deze activiteiten zijn relatief gering. De drie aanbieders van rookworsten voor private labels waren in 2002 naar schatting ongeveer gelijk in grootte. 37. Eén afnemer heeft aangegeven dat het mogelijk moeilijker wordt om van leverancier te veranderen, wanneer het aantal producenten voor private labels wordt teruggebracht van drie naar twee. Deze zorg werd niet gedeeld door andere afnemers. 38. Partijen en marktpartijen hebben aangegeven dat supermarkten orders voor private label rookworsten periodiek aanbesteden door middel van tenders. Deze vorm van inkoop is mogelijk omdat de supermarkten en niet de producenten eigenaar zijn van het label. Als gevolg van deze tenders vinden er regelmatig wisselingen van leveranciers plaats, waardoor de marktaandelen van producenten fluctueren. Partijen hebben bijvoorbeeld aangegeven dat de afzet van Cebeco in 2003 met [ ] * % zal dalen als gevolg van het verlies van een klant na een tender. Er is geen reden om aan te nemen dat deze praktijk verandert na de concentratie. 39. Bovendien is in punt 21 reeds gewezen op het feit dat supermarkten over diverse leveranciers beschikken die hun een breed aanbod aan producten leveren. Ook ten aanzien van rookworst geldt voor Zwanenberg en Cebeco dat zij aan de supermarkten voor wie zij rookworsten produceren ook andere typen vleeswaren leveren. Bovendien zijn zij voor hun totale omzet sterk afhankelijk van de vijf grote supermarkten. Indien partijen de prijs van rookworst zouden verhogen, zouden supermarkten niet alleen kunnen overwegen over te stappen naar een alternatieve aanbieder van rookworst, maar ook alternatieve aanbieders te zoeken voor andere typen vleeswaren. In het licht van deze factoren is het aannemelijk dat de vraagmacht waarover supermarkten beschikken op het gebied van vleeswaren in het algemeen disciplinerend werkt met betrekking tot de leveringsrelatie op het gebied van rookworst. * Vertrouwelijke gegevens, gewist voor publicatie 10 Openbare versie

11 40. Indien zou worden uitgegaan van een ruimere dan nationale markt zouden de marktaandelen van partijen op de markt(en) voor rookworst dalen, aangezien het grootste deel van de omzet in Nederland wordt behaald. 41. Gezien de concurrentie van Unilever en Compaxo op zowel de huishoudelijke als op de buitenhuishoudelijke markt, de aanbestedingspraktijk van supermarkten voor private label productie en de vraagmacht van supermarkten, is het niet aannemelijk dat op de markt voor rookworst, al dan niet onderscheiden in een huishoudelijke en een buitenhuishoudelijke markt, een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd. VII. CONCLUSIE 42. Na onderzoek van deze melding is de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot de conclusie gekomen dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer valt van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht. Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd. 43. Gelet op het bovenstaande deelt de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit mede dat voor het tot stand brengen van de concentratie waarop de melding betrekking heeft geen vergunning is vereist. Datum: 22 september 2003 De directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, voor deze: W.g.Mr. J. Schönau Directeur Concentratiecontrole Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd beroepsschrift indienen bij de arrondissementsrechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam 11 Openbare versie

12 12 Openbare versie