Bijlagen bij vastgestelde omgevingsvergunning Zomervlinder. b_nl.imro.1709.pbzomervlinder-0301.pdf

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bijlagen bij vastgestelde omgevingsvergunning Zomervlinder. b_nl.imro.1709.pbzomervlinder-0301.pdf"

Transcriptie

1 Bijlagen bij vastgestelde omgevingsvergunning Zomervlinder b_nl.imro.1709.pbzomervlinder-0301.pdf

2 Bijgevoegde documenten De volgende documenten zullen als gewaarmerkt stuk bij het definitieve besluit worden gevoegd: Bijlage 1. Omgevingsadvies Welstandscommissie gemeente Moerdijk d.d Bijlage 2. Aanvraagformulier, ingediend op d.d Bijlage 3. Gewijzigde situatietekening, blad B0-01, ingekomen op d.d Bijlage 4. Gewijzigde bestektekening woningen blok A, blad B1-01, ingekomen op d.d Bijlage 5. Gewijzigde bestektekening woningen blok C, blad B1-02, ingekomen op d.d Bijlage 6. Bestektekening, blad B1-03, d.d Bijlage 7. Gewijzigde bestektekening begane grond blok A, blad B4-01, ingekomen op d.d Bijlage 8. Gewijzigde bestektekening verdieping blok A, blad B4-02, ingekomen op d.d Bijlage 9. Gewijzigde bestektekening zolder blok A, blad B4-03, ingekomen op d.d Bijlage 10. Gewijzigde bestektekening begane grond blok C, blad B4-04, ingekomen op d.d Bijlage 11. Bestektekening blok A, blad B8-01, gewijzigd op Bijlage 12. Bestektekening blok C, blad B8-02, gewijzigd op Bijlage 13. Gewijzigde detailstekening, blad B7-01, ingekomen op d.d Bijlage 14. Bouwbesluit rapportage, blok A - eindwoning links kavel 1, d.d Bijlage 15. Bouwbesluit rapportage, blok A - tussenwoning kavel 2 en 3, d.d Bijlage 16. Bouwbesluit rapportage, blok A - tussenwoning kavel 4, d.d Bijlage 17. Bouwbesluit rapportage, blok A - eindwoning rechts kavel 5, d.d Bijlage 18. Bouwbesluit rapportage, blok C - eindwoning links kavel 6, d.d Bijlage 19. Bouwbesluit rapportage, blok C - tussenwoning kavel 7, 8 en 9, d.d Bijlage 20. Bouwbesluit rapportage, blok C - eindwoning rechts kavel 10, d.d Bijlage 21. Gelijkwaardigheidsverklaring TNO, d.d Bijlage 22. Certificaat Kiwa, voorgespannen ribbenvloer, d.d Bijlage 23. Certificaat Kiwa, thermische isolatie van spouwmuurconstructies, d.d Bijlage 24. Certificaat Kiwa, warmtereflecterende isolerende dubbelglas voor thermische isolatie, d.d Bijlage 25. Certificaat SKH, houtachtige dakcontructies, d.d Bijlage 26. Aanvulling constructiebescheiden, ingekomen Bijlage 27. Gewijzigde constructieschema blok A, ingekomen d.d Bijlage 28. Gewijzigde constructieschema blok C, ingekomen d.d Bijlage 29. Rapport Inpijn-Blokpoel ingenieursbureau, resultaten grondonderzoek en funderingsadvies, d.d Bijlage 30. Statische berekening KdV Architectuur, deel 1: gewicht- en stabiliteitsberekening, d.d Bijlage 31. Veiligheids- en gezondsheids- en gezondheidssplein, kenmerk 10012VG01 Bijlage 32. Ruimtelijke onderbouwing, d.d

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

20

21

22

23

24

25

26

27

28

29

30

31

32

33

34

35

36

37

38

39

40

41

42

43

44

45

46

47

48

49

50

51

52

53

54

55

56

57

58

59

60

61

62

63

64

65

66

67

68

69

70

71

72

73

74

75

76

77

78

79

80

81

82

83

84

85

86

87

88

89

90

91

92

93

94

95

96

97

98

99

100

101

102

103

104

105

106

107

108

109

110

111

112

113

114

115

116

117

118

119

120

121

122

123

124

125

126

127

128

129

130

131

132

133

134

135

136

137

138

139

140

141

142

143

144

145

146

147

148

149

150

151

152

153

154

155

156

157

158

159

160

161

162

163

164

165

166

167

168

169

170

171

172

173

174

175

176

177

178

179

180

181

182

183

184

185

186

187

188

189

190

191

192

193

194

195

196

197

198

199

200

201

202

203

204

205

206

207

208

209

210

211

212

213

214

215

216

217

218

219

220

221

222

223

224

225

226

227

228

229

230

231

232

233

234

235

236

237

238

239

240

241

242

243

244

245

246

247

248

249

250

251

252

253

254 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING PROJECTGEGEVENS PROJECTLOCATIE BOUWPLAN OMGEVING TOT SLOT ONDERZOEK SONDERING BORING WATERPASSING FOTO S BODEMOPBOUW EN GRONDWATER HOOGTELIGGING MAAIVELD BESCHRIJVING BODEMOPBOUW GRONDWATER FUNDERING FUNDERINGWIJZE UITGANGSPUNTEN RICHTLIJNEN PAALTYPE PAALPUNTNIVEAU DRAAGKRACHT OP DRUK VERVORMING VEERCOËFFICIËNT DRUKPALEN ALGEMENE RICHTLIJNEN UITVOERING AVEGAARPALEN... 7 BIJLAGEN: A : Situatietekening en foto s B : Waterpasstaat C : Sonderingen D : Boringen E : Verklaring codering F : Berekening fundering op palen G : Algemene richtlijnen uitvoering avegaarpalen VERZENDLIJST 3x post KdV Eindhoven t.a.v. Mark van de Wiel 1x KdV Eindhoven t.a.v. Mark van de Wiel (mark@kdvarchitectuur.nl) 1x Constructiebureau Van De Laar t.a.v. dhr. N. Jongenelle (info@vandelaar.info) Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

255 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Blz INLEIDING Ten behoeve van de Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten is door ons bureau op verzoek van KdV Architectuur te Eindhoven een geotechnisch onderzoek verricht. Voorliggend rapport bevat een beschrijving en de resultaten van het onderzoek. Op basis van de resultaten wordt in dit rapport een advies gegeven voor de fundering. Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

256 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Blz PROJECTGEGEVENS 2.1 Projectlocatie De projectlocatie bevindt zich ten westen van de kruising tussen de Wintervlinder en de Markiezenlaan te Standdaarbuiten. Momenteel is de locatie nog een braakliggend akkerland. Voor de ligging van de projectlocatie wordt verwezen naar de situatietekening SIT-01 onder bijlage A. 2.2 Bouwplan Het plan omvat de bouw van 10 starterwoningen die bestaan uit twee bouwlagen met een schuine kap. In het ontwerp is geen kelder opgenomen. De nieuwbouw zal op avegaarpalen worden gefundeerd. De belasting vanuit de constructie wordt grotendeels via bouwmuren overgedragen op de fundering. De constructeur is uitgegaan van een paalbelasting van F s;d = 300 kn tot 650 kn. 2.3 Omgeving De dichtst nabij de nieuwbouw gesitueerde bebouwing is gelegen op een afstand van ongeveer 45 meter. Nadere gegevens omtrent de aard, de conditie en funderingswijze van deze bebouwing zijn ons niet bekend. 2.4 Historie projectlocatie Omtrent de historie van de projectlocatie zijn ons geen gegevens bekend. Geadviseerd wordt om gegevens hieromtrent te achterhalen. 2.5 Tot slot Geadviseerd wordt om genoemde gegevens alsmede de elders in dit rapport gehanteerde aannamen en uitgangspunten te verifiëren voordat met de resultaten uit dit rapport wordt verder gewerkt. Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

257 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Blz ONDERZOEK 3.1 Sondering Verdeeld over de projectlocatie zijn zeven sonderingen gemaakt met een elektrische conus conform NEN Bij alle sonderingen is naast de conusweerstand tevens de plaatselijke wrijving gemeten en geregistreerd. De relatie tussen conusweerstand en plaatselijke wrijving, het wrijvingsgetal, geeft beneden het grondwaterniveau een indicatie van de verschillende grondsoorten. Voor de grafieken van de sonderingen wordt verwezen naar bijlage C; de locatie van de sondeerpunten is aangegeven op de situatietekening SIT-01 onder bijlage A. Voor een verklaring van de op de tekening gebruikte tekens wordt verwezen naar de Verklaring Codering die onder bijlage E aan dit rapport is toegevoegd. 3.2 Boring Om inzicht te krijgen in de opbouw en samenstelling van de diverse afzettingen is één boring uitgevoerd over een diepte van 3 meter. In dit boorgat is de actuele grondwaterstand gemeten. Voor het boorprofiel wordt verwezen naar bijlage D; de locatie van de boring is aangegeven op de situatietekening SIT-01 onder bijlage A. Voor een verklaring van de op de tekening en het boorprofiel gebruikte tekens wordt verwezen naar de Verklaring Codering die onder bijlage E aan dit rapport is toegevoegd. 3.3 Waterpassing De hoogte van het maaiveld ter plaatse van de onderzoekspunten is door middel van een waterpassing ingemeten ten opzichte van NAP. Hierbij is uitgegaan van een NAP-referentiepunt in de omgeving van het werk. Voor de omschrijving van het referentiepunt alsmede voor de resultaten van de waterpassing wordt verwezen naar de waterpasstaat onder bijlage B. Omdat er ter controle in de omgeving van het bouwproject geen andere NAP-hoogte beschikbaar was, is het nodig na te gaan of het resultaat van onze waterpassing overeenstemt met andere gegevens ten aanzien van de hoogteligging van het terrein. 3.4 Foto s Tijdens de uitvoering van het veldwerk zijn enkele foto s gemaakt, weergegeven onder bijlage A. Op tekening SIT-01 van bijlage A is met pijlen is aangegeven vanuit welke positie en in welke richting de foto s zijn gemaakt. Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

258 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Blz BODEMOPBOUW EN GRONDWATER 4.1 Hoogteligging maaiveld De hoogte van het maaiveld ter plaatse van de onderzoekspunten varieert van 0,16 m + tot 0,24 m + NAP. Voor meer informatie over de hoogteligging wordt verwezen naar de waterpasstaat onder bijlage B. 4.2 Beschrijving bodemopbouw Vanaf het maaiveld tot een diepte van ca 4,0 m à 5,0 m - NAP worden weinig vaste, samendrukbare afzettingen aangetoond met een geringe conusweerstand. Deze bestaan waarschijnlijk uit klei, mogelijk in combinatie met veen. Hierin wordt vanaf 1,5 m NAP een ca. 1,0 m dikke, ingesloten, matig vaste zandlaag gevonden. Hieronder, vanaf 5,0 m NAP tot de maximaal verkende diepte, wordt een doorgaand matig vast tot vast zandpakket geregistreerd met een conusweerstand die varieert van 6 tot 30 MPa. Plaatselijk en op wisselende diepte komen in dit pakket teruggangen in de conusweerstand voor, die vermoedelijk worden veroorzaakt door kleihoudende zand- en zandhoudende kleiafzettingen. 4.3 Grondwater In het gat van de boring (B-01) is de actuele grondwaterstand ingemeten op een niveau van ca 0,4 m - NAP. Deze registratie dient te worden beschouwd als indicatie omdat door de beperkte waterdoorlatendheid van de bodem het grondwater zich in het boorgat mogelijk niet volledig heeft ingesteld op de heersende grondwaterstand. Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

259 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Blz FUNDERING 5.1 Funderingwijze De bodemopbouw geeft voor de nieuwbouw aanleiding uit te gaan van een fundering op palen. In dit rapport wordt een fundering op avegaarpalen nader uitgewerkt. 5.2 Uitgangspunten Projectgegevens zoals beschreven in hoofdstuk 2. Situering nieuwbouw zoals weergegeven op situatietekening onder bijlage A. Het project is ingedeeld in Geotechnische Categorie 2. Fundering op avegaarpalen. Funderingselementen worden verticaal centrisch op druk belast. De bepaling van de paaldraagkracht op druk en de vervormingen is gebaseerd op NEN 6743: Berekeningsmethode voor funderingen op palen (laatst gewijzigd mei 1997); paalvoetvorm β = 1,0 paalklasse punt α p = 0,8 paalvoetdwarsdoorsnede s = 1,0 paalklasse schacht α s = 0,006 Gegevens over de stijfheid van het bouwwerk zijn niet bekend; deze zijn daarom niet in rekening gebracht (NEN6743, art ). Er wordt aangenomen dat de oorspronkelijke, op natuurlijke wijze gesedimenteerde bodemopbouw aanwezig is. 5.3 Richtlijnen paaltype In de voornorm NVN In de grond gevormde funderingselementen van beton of mortel, maart 2001 wordt ingegaan op de te stellen kwaliteitseisen en de uitvoering van in de grond gevormde funderingselementen. Verder is een beoordelingsrichtlijn van het KIWA voor handen te weten: BRL-2356/01 (Algemeen gedeelte en deel A). 5.4 Paalpuntniveau In de tabel wordt per sondering het paalpuntniveau gegeven waarvoor de draagkracht is berekend. Tabel 1. Paalpuntniveau. Sondering no. Hoogte maaiveld [m + t.o.v. NAP] DKM-01 0,24 7,5 DKM-02 0,19 7,5 DKM-03 0,16 7,5 DKM-04 0,16 7,5 DKM-05 0,17 7,5 DKM-06 0,23 7,5 DKM-07 0,22 7,5 Paalpuntniveau [m - t.o.v. NAP] Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

260 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Blz Draagkracht op druk Voor een voldoende draagkracht dient de centrisch aangrijpende maximale paalbelasting kleiner te zijn dan de netto draagkracht van de palen: F s;d F r;d - F nk;d of te wel F s;d F r;d;netto. De draagkracht is weergegeven in de navolgende tabel. Tabel 2. Draagkracht op druk. Paalpuntdiameter Maximale draagkracht (F r;d) [m] [kn] Negatieve kleef (F s;nk;d) [kn] Netto draagkracht (F r;d;netto) [kn] 0, , , Voor de berekening wordt verwezen naar bijlage F blad PAL-01 en 02. De draagkracht is opgebouwd uit de weerstand aan de punt (F r;max;punt ) en wrijving langs de schacht (F r;max;schacht ). In verband met de aanwezigheid van samendrukbare grondslag is negatieve kleef (F s;nk;d ) als belasting op de paal in rekening gebracht. Bij de berekening zijn de volgende factoren aangehouden: ξ = 0,81 (zeven sonderingen, niet-stijf bouwwerk) γ m;b = 1,25 (materiaalfactor) γ f;nk = 1,0 (belastingfactor negatieve kleef) Op blad PAL-03 van bijlage F is voor een sondering een voorbeeldberekening gegeven met verwijzing naar de van toepassing zijnde artikelen uit de norm. 5.6 Vervorming Een constructie dient in het algemeen te voldoen aan de maximaal toelaatbare vervormingen en rotaties voor grenstoestanden 1B en 2. Uiterste grenstoestand 1B betreft de situatie waarbij de vervorming binnen de funderingsconstructie zodanig is dat een uiterste grenstoestand in de bouwconstructie wordt overschreden. In bruikbaarheidstoestand 2 zijn de vervormingen binnen de funderingsconstructie van dien aard dat binnen de bouwconstructie ongewenst verlies aan bruikbaarheid optreedt. Vervormingen binnen de funderingsconstructie kunnen indicatief worden bepaald aan de hand van de last-zakkingsresultaten die zijn toegevoegd aan bijlage F op blad PAL-04 t/m PAL-06. Tenzij specifieke vervormingseisen zijn gesteld wordt veelal van de navolgende criteria uitgegaan. Uiterste Grenstoestand 1 B: -Rotatiecriterium: w d / 1:100 Bruikbaarheidstoestand 2: -Rotatiecriterium: w d / 1:300 -Zakkingscriterium: w d 0,15 m Voor het zakkingsverschil w d kan in eerste instantie tenminste een derde van de berekende maximale zetting worden aangehouden tussen twee funderingselementen met een onderlinge afstand. Indien bijvoorbeeld door belastingvariaties of verschillen in aanlegniveau en funderingsafmeting lokaal een groter zakkingsverschil optreedt, dan moet deze grotere waarde in rekening worden gebracht. Bij de gestelde criteria en het geadviseerd paaltype is over het algemeen grenstoestand 1B maatgevend. Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

261 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Blz Veercoëfficiënt drukpalen Voor de statische secant veercoëfficiënt van de kop van een vrijstaande paal geldt k v;rep = F s;rep / w 1;bgt. waarbij w 1 de paalkopzakking betreft als zijnde de som van w el, de elastische verkorting van de paal en w punt, de zakking van de paalpunt nodig voor het mobiliseren van het paaldraagvermogen. Bij concentraties van palen waarbij de hart-op-hart-afstand kleiner is dan tien maal de kleinste paalvoetdoorsnede, dient in principe in de paalkopzakking, de zakking te worden verdisconteerd in de lagen beneden het niveau van vier maal de kleinste dwarsafmeting van de paalpunt. Voor de veercoëfficiënt geldt in dat geval k v;rep = F s;rep / (w 1;bgt. + w 2;bgt. ) waarbij w 2 de extra zakking is als gevolg van het groepseffect in de dieper gelegen lagen. De rekenwaarde van de veercoëfficiënt is bepaald als k v;d = k v;rep / m;k waarbij m;k = 1,3. Uitgaande van de last-zakkingsgrafiek voor bruikbaarheidstoestand 2 (BGT) is sprake van een niet lineaire veerkarakteristiek. In dit rapport is voor een vrijstaande paal de statische veerstijfheid gepresenteerd bij een representatieve belasting die 80 % van de paalcapaciteit bedraagt. Tabel 3. Veercoëfficiënt. Paalafmeting Statische veercoëfficiënt [kn/mm] [m] Representatief (k v;rep) Rekenwaarde (k v;d) 0, , , Algemene richtlijnen uitvoering avegaarpalen Hiervoor wordt verwezen naar de "Algemene richtlijnen uitvoering avegaarpalen", aan dit rapport toegevoegd onder bijlage G. De kwaliteit van de geïnstalleerde palen kan door middel van akoestisch doormeten worden gecontroleerd. Deze metingen kunnen desgewenst door ons bureau worden verzorgd. Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

262 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaardbuiten Bijlage A Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

263

264 Opdracht : VH-6572 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats : Standdaardbuiten FOT Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

265 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaardbuiten Bijlage B Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

266 Opdracht : VH-6572 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats : Standdaardbuiten WPS-01 WATERPASSTAAT Referentiepunt : Bout in kerk Hoogteligging referentiepunt : 1,651 m + NAP Locatie referentiepunt : zie situatietekening Datum meting : DKM-01 0,24 m + NAP DKM-02 0,19 m + " DKM-03 0,16 m + " DKM-04 0,16 m + " DKM-05 0,17 m + " DKM-06 0,23 m + " DKM-07 0,22 m + " B-01 0,24 m + " Grondwaterstand B-01 ( ) 0,41 m - " Put 1 0,45 m + " Dorpel 1 (no. 38) 0,70 m + " Let op: Deze waterpasstaat dient om inzicht te geven in de hoogteligging van de meet- en onderzoekspunten ten opzichte van een referentiepunt. De resultaten dienen niet voor andere doeleinden te worden gebruikt. Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

267 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaardbuiten Bijlage C Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

268 Opdracht : VH-6572 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats : Standdaardbuiten 0 conusweerstand q c (MPa) maaiveld : 0,24m + NAP NAP 0 10, diepte tov NAP (m) 0,00 0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,30 plaatselijke wrijving f s (MPa) sondering volgens NEN 5140 datum uitvoering : : type : electrisch/cylindrisch x : y : uitvoerder : RHL, materieel : S22 conusnummer : klasse : 3 Inpijn-Blokpoel Son BV Ekkersrijt BA SON wrijvingsgetal w/c (%) Sondering : DKM-01 T F

269 Opdracht : VH-6572 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats : Standdaardbuiten 0 conusweerstand q c (MPa) maaiveld : 0,19m + NAP NAP diepte tov NAP (m) 0,00 0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,30 plaatselijke wrijving f s (MPa) sondering volgens NEN 5140 datum uitvoering : : type : electrisch/cylindrisch x : y : uitvoerder : RHL, materieel : S22 conusnummer : klasse : 3 Inpijn-Blokpoel Son BV Ekkersrijt BA SON wrijvingsgetal w/c (%) Sondering : DKM-02 T F

270 Opdracht : VH-6572 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats : Standdaardbuiten 0 conusweerstand q c (MPa) maaiveld : 0,16m + NAP NAP diepte tov NAP (m) 0,00 0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,30 plaatselijke wrijving f s (MPa) sondering volgens NEN 5140 datum uitvoering : : type : electrisch/cylindrisch x : y : uitvoerder : RHL, materieel : S22 conusnummer : klasse : 3 Inpijn-Blokpoel Son BV Ekkersrijt BA SON wrijvingsgetal w/c (%) Sondering : DKM-03 T F

271 Opdracht : VH-6572 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats : Standdaardbuiten 0 conusweerstand q c (MPa) maaiveld : 0,16m + NAP NAP 0 9, diepte tov NAP (m) 0,00 0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,30 plaatselijke wrijving f s (MPa) sondering volgens NEN 5140 datum uitvoering : : type : electrisch/cylindrisch x : y : uitvoerder : RHL, materieel : S22 conusnummer : klasse : 3 Inpijn-Blokpoel Son BV Ekkersrijt BA SON wrijvingsgetal w/c (%) Sondering : DKM-04 T F

272 Opdracht : VH-6572 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats : Standdaardbuiten 0 conusweerstand q c (MPa) maaiveld : 0,17m + NAP NAP diepte tov NAP (m) 0,00 0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,30 plaatselijke wrijving f s (MPa) sondering volgens NEN 5140 datum uitvoering : : type : electrisch/cylindrisch x : y : uitvoerder : RHL, materieel : S22 conusnummer : klasse : 3 Inpijn-Blokpoel Son BV Ekkersrijt BA SON wrijvingsgetal w/c (%) Sondering : DKM-05 T F

273 Opdracht : VH-6572 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats : Standdaardbuiten 0 conusweerstand q c (MPa) maaiveld : 0,23m + NAP NAP 0 9, diepte tov NAP (m) 0,00 0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,30 plaatselijke wrijving f s (MPa) sondering volgens NEN 5140 datum uitvoering : : type : electrisch/cylindrisch x : y : uitvoerder : RHL, materieel : S22 conusnummer : klasse : 3 Inpijn-Blokpoel Son BV Ekkersrijt BA SON wrijvingsgetal w/c (%) Sondering : DKM-06 T F

274 Opdracht : VH-6572 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats : Standdaardbuiten 0 conusweerstand q c (MPa) maaiveld : 0,22m + NAP NAP 0 9,1 9, diepte tov NAP (m) 0,00 0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,30 plaatselijke wrijving f s (MPa) sondering volgens NEN 5140 datum uitvoering : : type : electrisch/cylindrisch x : y : uitvoerder : RHL, materieel : S22 conusnummer : klasse : 3 Inpijn-Blokpoel Son BV Ekkersrijt BA SON wrijvingsgetal w/c (%) Sondering : DKM-07 T F

275 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaardbuiten Bijlage D Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

276 Opdacht: VH-6572 Project: Nieuwbouw aan de Zomervlinder Plaats: Standdaardbuiten Boring: B-01 Uitvoering op: Boring nabij: DKM-01 Uitvoering door: RHL Boring volgens NEN 5119 Classificatie volgens NEN 5104 Maaiveldhoogte: 0,24 m t.o.v. N.A.P. Grondwaterstand: 65 cm - maaiveld 0,00-1,00-2,00 0,00 0,40 0,50 0,90 1,30 1,50 2,60 3,00 Klei, zwak siltig, zwak humeus, grijsbruin Klei, matig zandig, matig roesthoudend, grijsbruin Klei, matig zandig, matig roesthoudend, grijsbruin Veen, mineraalarm, zwart Zand, zeer fijn, kleiïg, bruinzwart Zand, zeer fijn, zwak siltig, grijs Klei, zwak siltig, grijs

277 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaardbuiten Bijlage E Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

278

279 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaardbuiten Bijlage F Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

280 Opdracht : VH-6572 PAL-01 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Rekenwaarde maximale draagkracht in kn volgens NEN 6743 (gemiddeld) Paaltype : Avegaarpaal Paalklassefactor punt Paalvoetvormfactor Paalvoetdwarsdoorsnedefactor Paalklassefactor schacht : : : : = 0,8 αβ p = 1,0 s = 1,0 α s = 0,006 Aantal palen Aantal sonderingen ξ-factor Materiaalfactor Belastingsfactor neg.kleef : : : : : M = 1 N = 7 ξ = 0,81 γ m;b4 = 1,25 γ f;nk = 1,0 Projectlocatie A paalafmeting 0,300 m Sonderingen Hoogte m.v. Paalpunt p r;max;punt F r;max;punt F r;max;schacht F r;max nr. m tov NAP m tov NAP in MPa in kn in kn in kn DKM-05 0,17-7,50 7, DKM-07 0,22-7,50 7, paalafmeting 0,350 m Sonderingen Hoogte m.v. Paalpunt p r;max;punt F r;max;punt F r;max;schacht F r;max nr. m tov NAP m tov NAP in MPa in kn in kn in kn DKM-05 0,17-7,50 7, DKM-07 0,22-7,50 7, paalafmeting 0,400 m Sonderingen Hoogte m.v. Paalpunt p r;max;punt F r;max;punt F r;max;schacht F r;max nr. m tov NAP m tov NAP in MPa in kn in kn in kn DKM-05 0,17-7,50 6, DKM-07 0,22-7,50 7, De volgende sonderingen zijn niet meegenomen in de berekening van de rekenwaarde van de maximale draagkracht in verband met een te gunstig invloed op het resultaat. paalafmeting 0,300 m Sonderingen Hoogte m.v. Paalpunt p r;max;punt F r;max;punt F r;max;schacht F r;max nr. m tov NAP m tov NAP in MPa in kn in kn in kn DKM-01 0,24-7,50 10, DKM-02 0,19-7,50 10, DKM-03 0,16-7,50 9, DKM-04 0,16-7,50 8, DKM-06 0,23-7,50 9, paalafmeting 0,350 m Sonderingen Hoogte m.v. Paalpunt p r;max;punt F r;max;punt F r;max;schacht F r;max nr. m tov NAP m tov NAP in MPa in kn in kn in kn DKM-01 0,24-7,50 10, DKM-02 0,19-7,50 10, DKM-03 0,16-7,50 9, DKM-04 0,16-7,50 8, DKM-06 0,23-7,50 9, Toelichting Maximale puntweerstand Maximale draagkracht punt Maximale schachtwrijvingskracht Maximale draagkracht Rekenwaarde maximale draagkracht Rekenwaarde negatieve kleef Rekenwaarde netto draagkracht : p r;max;punt = 0,5 * α p * β * s * (0,5[q c;i;gem + q c;ii;gem ] + q c;iii;gem ) : F r;max;punt = A p * p r;max;punt : F r;max;schacht = O p * L * α s * q c;z;a : F r;max = F r;max;punt + F r;max;schacht : F r;max;d = (F r;max;punt + F r;max;schacht ) * ξ / γ m;b4 : F s;nk;d = F s;nk * γ f;nk : F r;dnetto = F r;max;d - F s;nk;d [NEN 6743 art ] [NEN 6743 art ] [NEN 6743 art ] [NEN 6743 art. 5.2] [NEN 6743 art. 7.2, 7.3] WinPalen 2.55

281 Opdracht : VH-6572 PAL-02 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Rekenwaarde maximale draagkracht in kn volgens NEN 6743 (gemiddeld) Paaltype : Avegaarpaal Paalklassefactor punt Paalvoetvormfactor Paalvoetdwarsdoorsnedefactor Paalklassefactor schacht : : : : = 0,8 αβ p = 1,0 s = 1,0 α s = 0,006 Aantal palen Aantal sonderingen ξ-factor Materiaalfactor Belastingsfactor neg.kleef : : : : : M = 1 N = 7 ξ = 0,81 γ m;b4 = 1,25 γ f;nk = 1,0 paalafmeting 0,400 m Sonderingen Hoogte m.v. Paalpunt p r;max;punt F r;max;punt F r;max;schacht F r;max nr. m tov NAP m tov NAP in MPa in kn in kn in kn DKM-01 0,24-7,50 10, DKM-02 0,19-7,50 10, DKM-03 0,16-7,50 9, DKM-04 0,16-7,50 8, DKM-06 0,23-7,50 9, Rekenwaarde maximale draagkracht paalafmeting F r;max;gem;d F s;nk;d * F r;dnetto : : : : 0,300 m ,350 m ,400 m * Negatieve kleef bepaald voor een alleenstaande paal en/of in één rij. Toelichting Maximale puntweerstand Maximale draagkracht punt Maximale schachtwrijvingskracht Maximale draagkracht Rekenwaarde maximale draagkracht Rekenwaarde negatieve kleef Rekenwaarde netto draagkracht : p r;max;punt = 0,5 * α p * β * s * (0,5[q c;i;gem + q c;ii;gem ] + q c;iii;gem ) : F r;max;punt = A p * p r;max;punt : F r;max;schacht = O p * L * α s * q c;z;a : F r;max = F r;max;punt + F r;max;schacht : F r;max;d = (F r;max;punt + F r;max;schacht ) * ξ / γ m;b4 : F s;nk;d = F s;nk * γ f;nk : F r;dnetto = F r;max;d - F s;nk;d [NEN 6743 art ] [NEN 6743 art ] [NEN 6743 art ] [NEN 6743 art. 5.2] [NEN 6743 art. 7.2, 7.3] WinPalen 2.55

282 Opdracht : VH-6572 PAL-03 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Voorbeeldberekening gebaseerd op sondering DKM-07 Paaltype : Avegaarpaal paalafmeting : 0,300 m Paalpuntniveau : -7,5 meter tov NAP Correctie conusweerstand bij ontgraving Geen ontgraving, geen correctie van de conusweerstand. Berekening maximale puntweerstand p r;max;punt = 0,5 * α p * β * s * (0,5[q c;i;gem + q c;ii;gem ] + q c;iii;gem ) [NEN 6743 art ] Paalklassefactor Paalvoetvormfactor Paalvoetdwarsdoorsnedefactor Traject I / II / III p r;max;punt = 7,1 MPa : : : : α p = 0,8 [NEN 6743 art ] β = 1,0 [NEN 6743 art ] s = 1,0 [NEN 6743 art ] 16,6 / 15,0 / 2,0 MPa [NEN 6743 art ] Berekening maximale schachtwrijving F r;max;schacht = O p * L * α s * q c;z;a [NEN 6743 art ] Startdiepte schachtwrijving paalklassefactor O p L : : : : -5 m tov NAP α s = 0,006 [NEN 6743 art tabel 3] omtrek dwarsdoorsnede paalschacht traject schachtwrijving diepte q c;z;a O p L F r;max;schacht ΣF r;max;schacht m tov NAP MPa m m kn kn -5,50 12,0 0,94 0, ,00 10,5 0,94 0, ,50 6,8 0,94 0, ,00 12,0 0,94 0, ,50 12,0 0,94 0, Berekening maximale draagkracht F r;max = A punt * p r;max;punt + F r;max;schacht [NEN 6743 art ] Oppervlakte paalpunt : A punt = 0,0707 m 2 F r;max = = 654 kn Berekening negatieve kleef F s;nk;rep = O s * Σh i * K 0;i;rep * tanδ i * σ' v;i-1;rep+σ' v;i;rep 2 (alleenstaande paal) [NEN 6743 art. 7.2] Toekomstig maaiveld Grondwater Bovenbelasting Voorbeeldsondering O s K 0;i;rep tanδ i σ' v;i;rep : : : : : : : : -0,50 m tov NAP -1,00 m tov NAP 0 kn/m 2 DKM-07 omtrek dwarsdoorsnede paalschacht representatieve waarde van de neutrale gronddruk in laag i (1-sinφ i;rep ) representatieve waarde van de wrijvingshoek tussen paalschacht en grond in laag i representatieve waarde van de effectieve verticale spanning onderin laag i diepte O s γ γ sat φ K 0 *tanδ i σ' v;i F s;nk;i;rep ΣF s;nk;rep m tov NAP m kn/m 3 kn/m 3 graden kn/m 2 kn kn -1,50 0,94 11,0 13,0 20 0, ,50 0,94 15,0 17,0 25 0, ,00 0,94 12,0 14,0 20 0, WinPalen 2.55

283 Opdracht : VH-6572 PAL-04 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Bepaling paalkopzakking volgens NEN 6743 art. 6 Paaltype : Avegaarpaal Paalafmeting : 0,300 m Sonderingen : Projectlocatie A Paalpuntniveau : -7,50m tov NAP Berekening w 2 gebaseerd op sondering DKM-02 Fr; schacht; d(kn) Fr;punt;d (kn) grenstoestand 1B bruikbaarheidstoestand wpunt;d (mm) 63 Rekenwaarde grenstoestand 1B F s;dnetto F s;nk;d F s;d w punt;d w el;d w 1;d w 2;d w ;d kn kn kn mm mm mm mm mm ,7 2,3 62,0 2,3 64, ,7 2,1 33,8 2,1 35, ,2 1,9 23,1 1,9 24, ,0 1,6 16,6 1,7 18, ,3 1,4 11,7 1,4 13, ,3 1,2 8,5 1,2 9, ,1 1,0 6,1 1,0 7, ,6 0,7 4,3 0,8 5, ,4 0,5 2,9 0,5 3, ,2 0,3 1,5 0,3 1,8 Paalconfiguratie 2-paalspoer x hoh-afstand x : 3D m Bruikbaarheidstoestand 2 F snetto F s;nk F s w punt w el w 1 w 2 w kn kn kn mm mm mm mm mm ,7 1,5 12,2 1,8 14, ,5 1,3 9,8 1,6 11, ,9 1,2 8,1 1,5 9, ,6 1,1 6,7 1,3 8, ,5 0,9 5,4 1,1 6, ,6 0,8 4,4 0,9 5, ,9 0,6 3,5 0,8 4, ,1 0,5 2,6 0,6 3, ,3 0,4 1,7 0,4 2, ,7 0,2 0,9 0,3 1,2 Toelichting Paalbelasting Rekenwaarde negatieve kleef Netto paalbelasting Rekenwaarde zakking boveneinde paal Rekenwaarde samendrukking diepere lagen Rekenwaarde paalkopzakking : F s : F s;nk;d : F snetto = F s - F s;nk : w 1;d = w punt;d + w el;d : w 2;d : w d = w 1;d + w 2;d [NEN 6743 art. 7] [NEN 6743 art. 6.2] [NEN 6743 art. 6.3] [NEN 6743 art. 6.1] WinPalen 2.55

284 Opdracht : VH-6572 PAL-05 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Bepaling paalkopzakking volgens NEN 6743 art. 6 Paaltype : Avegaarpaal Paalafmeting : 0,350 m Sonderingen : Projectlocatie A Paalpuntniveau : -7,50m tov NAP Berekening w 2 gebaseerd op sondering DKM-02 Fr; schacht; d(kn) Fr;punt;d (kn) grenstoestand 1B bruikbaarheidstoestand wpunt;d (mm) 70 Rekenwaarde grenstoestand 1B F s;dnetto F s;nk;d F s;d w punt;d w el;d w 1;d w 2;d w ;d kn kn kn mm mm mm mm mm ,8 2,2 70,0 2,6 72, ,6 2,0 39,6 2,4 42, ,7 1,8 26,5 2,1 28, ,4 1,6 19,0 1,9 20, ,7 1,3 13,0 1,6 14, ,1 1,1 9,2 1,4 10, ,6 0,9 6,5 1,1 7, ,0 0,7 4,7 0,8 5, ,6 0,5 3,1 0,6 3, ,2 0,3 1,5 0,3 1,8 Paalconfiguratie 2-paalspoer x hoh-afstand x : 3D m Bruikbaarheidstoestand 2 F snetto F s;nk F s w punt w el w 1 w 2 w kn kn kn mm mm mm mm mm ,2 1,4 13,6 2,0 15, ,6 1,3 10,9 1,9 12, ,7 1,1 8,8 1,7 10, ,2 1,0 7,2 1,5 8, ,0 0,9 5,9 1,3 7, ,0 0,7 4,7 1,1 5, ,1 0,6 3,7 0,9 4, ,3 0,5 2,8 0,7 3, ,4 0,3 1,7 0,5 2, ,8 0,2 1,0 0,3 1,3 Toelichting Paalbelasting Rekenwaarde negatieve kleef Netto paalbelasting Rekenwaarde zakking boveneinde paal Rekenwaarde samendrukking diepere lagen Rekenwaarde paalkopzakking : F s : F s;nk;d : F snetto = F s - F s;nk : w 1;d = w punt;d + w el;d : w 2;d : w d = w 1;d + w 2;d [NEN 6743 art. 7] [NEN 6743 art. 6.2] [NEN 6743 art. 6.3] [NEN 6743 art. 6.1] WinPalen 2.55

285 Opdracht : VH-6572 PAL-06 Project : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten Bepaling paalkopzakking volgens NEN 6743 art. 6 Paaltype : Avegaarpaal Paalafmeting : 0,400 m Sonderingen : Projectlocatie A Paalpuntniveau : -7,50m tov NAP Berekening w 2 gebaseerd op sondering DKM-02 Fr; schacht; d(kn) Fr;punt;d (kn) grenstoestand 1B bruikbaarheidstoestand wpunt;d (mm) 84 Rekenwaarde grenstoestand 1B F s;dnetto F s;nk;d F s;d w punt;d w el;d w 1;d w 2;d w ;d kn kn kn mm mm mm mm mm ,5 2,2 79,7 3,0 82, ,8 1,9 45,7 2,7 48, ,2 1,7 30,9 2,4 33, ,9 1,5 21,4 2,1 23, ,4 1,3 14,7 1,8 16, ,0 1,1 10,1 1,5 11, ,3 0,9 7,2 1,2 8, ,4 0,7 5,1 1,0 6, ,8 0,5 3,3 0,7 3, ,2 0,3 1,5 0,4 1,8 Paalconfiguratie 2-paalspoer x hoh-afstand x : 3D m Bruikbaarheidstoestand 2 F snetto F s;nk F s w punt w el w 1 w 2 w kn kn kn mm mm mm mm mm ,0 1,4 15,4 2,3 17, ,9 1,2 12,1 2,1 14, ,5 1,1 9,6 1,9 11, ,8 1,0 7,8 1,7 9, ,6 0,8 6,4 1,4 7, ,5 0,7 5,2 1,2 6, ,5 0,6 4,1 1,0 5, ,5 0,4 2,9 0,8 3, ,5 0,3 1,8 0,5 2, ,8 0,2 1,0 0,3 1,3 Toelichting Paalbelasting Rekenwaarde negatieve kleef Netto paalbelasting Rekenwaarde zakking boveneinde paal Rekenwaarde samendrukking diepere lagen Rekenwaarde paalkopzakking : F s : F s;nk;d : F snetto = F s - F s;nk : w 1;d = w punt;d + w el;d : w 2;d : w d = w 1;d + w 2;d [NEN 6743 art. 7] [NEN 6743 art. 6.2] [NEN 6743 art. 6.3] [NEN 6743 art. 6.1] WinPalen 2.55

286 Opdracht Document Project : VH-6572 : VH-6572-ADV-01 : Nieuwbouw aan de Zomervlinder te Standdaardbuiten Bijlage G Postbus AB Son Telefoon/Fax: T F

287 Bijlage A1 van A3 ALGEMENE RICHTLIJNEN UITVOERING AVEGAARPALEN Controle uitgangspunten Voorafgaand aan de uitvoering moet gecontroleerd worden: de relatie tussen: maaiveldhoogte, werkhoogte, bouwpeil t.o.v. Ref/NAP, diameter avegaar en te realiseren paallengte in relatie tot grondonderzoek en funderingsadvies, overige relevante uitgangspunten geotechnische rapportages. Naastliggende gebouwen Voor zover het in het advies niet aan de orde is gesteld, dient te worden nagegaan of de palen gemaakt kunnen worden zonder risico s voor de belendingen. Hiertoe is informatie noodzakelijk omtrent de constructieve opbouw van deze belendingen en de funderingswijze. Daarnaast is de bouwkundige staat waarin de panden zich bevinden van belang. Werkterrein/bouwput Het werkterrein dient dermate droog en stabiel te zijn dat verantwoord kan worden gewerkt. Voorkomen moet worden dat eenmaal gemaakte palen beschadigen doordat deze horizontaal worden belast door bijvoorbeeld het manoeuvreren van materieel of door graafwerk rond de paal. Dit geldt vooral bij gedeeltelijk gewapende palen. Let op: in beginsel dienen de palen gemaakt te worden vanaf een zodanig werkniveau dat er geen potentiaalsprong is tussen de freatische grondwaterspiegel en de stijghoogte van het grondwater in dieper gelegen watervoerende lagen (hydrostatisch verloop vanaf het werkniveau). De ondergrond dient vrij te zijn van obstakels en verstoringen die van invloed kunnen zijn op de uiteindelijke paalkwaliteit. De ligging van kabels en leidingen dient in beeld te zijn gebracht. Uitvoering Op de avegaar moet een markering worden aangebracht waaruit de juiste paallengte kan worden afgeleid. De avegaar dient voordat met het boren wordt begonnen te worden gecontroleerd op rechtheid en rechtstand, dan wel op de juiste schoorstand. Tevens dient het functioneren van de klep aan de onderzijde van de avegaar te worden gecontroleerd. De volgorde van uitvoering dient zodanig te zijn dat door het aanbrengen van een paal, de positie, de draagkracht en de integriteit van nabij gelegen palen niet negatief wordt beïnvloed. De eerste paal moet zo dicht mogelijk bij of op een sondering worden gemaakt. Het inboren moet geleidelijk geschieden met zo min mogelijk opwaarts grondtransport. Hiervoor dient de boormotor voldoende vermogen te leveren opdat een zo gering mogelijke schraapfactor wordt verkregen. De schraapfactor is het aantal omwentelingen van de boor dat nodig is om de boor over de lengte van eenmaal de spoed te doen zakken. Als indicatie geldt dat een schraapfactor van 2 à 3 veelal voldoet. Zodra de avegaar op diepte is en gevuld is met beton onder voldoende overdruk mag, indien nodig, deze avegaar maximaal 0,1 meter worden gelicht om de deksel te lossen. De avegaar behoort tijdens het trekken óf dezelfde draairichting te hebben als bij het boren óf stil te staan. De treksnelheid dient in overeenstemming te zijn met de specietoevoer, zodanig dat een continu gevulde schacht verzekerd is. De betondruk moet gemeten en continu geregistreerd worden. Bij het meten aan de bovenzijde van de avegaar zal tijdens het trekken een continue overdruk van kn/m 2 over het algemeen voldoende zijn. Bij toepassing van een avegaar met grote binnenbuisdiameter (type buisschroefpaal) dient de buis tot tenminste het werkniveau met beton gevuld te zijn. Na het vervaardigen van een paal moet de verwerkte hoeveelheid beton worden vergeleken met de berekende inhoud.

288 Bijlage A2 van A3 Aan de hand van de opgeboorde grond ter plaatse van de punt wordt inzicht verkregen in grondsoort ter hoogte van het gekozen paalpuntniveau. Deze grond moet overeenkomen met hetgeen kan worden afgeleid uit het grondonderzoek. Paalafstanden Wanneer twee palen onmiddellijk na elkaar worden vervaardigd, moet de onderlinge h.o.h. afstand tenminste vier maal de paaldiameter bedragen, met een minimum van 2 meter. Een kleinere afstand is toegestaan, indien de tijd tussen het maken van de eerste en de tweede paal zodanig lang is dat de eerst gemaakte paal voldoende is verhard (minstens 4 uur). Tijdens de uitvoering van de palen moet het niveau van de specie in de reeds gemaakte naburige paal worden gecontroleerd. Wanneer er nazakking of oppersing wordt geconstateerd, moet een andere uitvoeringsvolgorde of een langere verhardingstijd worden gekozen. De paal waarbij oppersing of nazakking is geconstateerd moet, indien geen vervangende paal wordt gemaakt, na verharding worden gecontroleerd. Vastlegging uitvoeringgegevens Datum en nummer palenplan en overige relevante werktekeningen. Conditie werkterrein. Werkniveau t.o.v. Ref/NAP. Ingezet materieel. Samenstelling boorploeg. Vermogen boormotor (oliedruk, toerental). Rechtheid avegaar, positie en functioneren van de klep. Boorvolgorde met data. Paaltype, schachtafmeting, paalpuntniveau en wapening(code). Samenstelling specie (sterkteklasse, milieuklasse, cementgehalte, hulpstoffen e.d.). Bereikt paalpuntniveau t.o.v. Ref/NAP. Schraapfactor per eenheid van diepte. Draaimoment en axiale druk per eenheid van diepte. Speciedrukstaten en plaats van meting per eenheid van diepte. Specieverbruik in relatie tot theoretisch paalvolume /mixerwissel. Inboor- en treksnelheid (begintijd en eindtijd boren en trekken). Wijze van trekken (draaiend of stilstaand). Opgeboorde grond ter plaatse van de paalpunt. Wijze afwerking paalkoppen. Bijzonderheden tijdens uitvoering (verschoven piketten, verloop van de avegaar, plaatsafwijkingen, scheefstand, onderbrekingen tijdens trekken of het niet lossen van de deksel en de vervolgens gehanteerde werkwijze, water en/of grond in de boorbuis, stagnatie tijdens uitvoering paal, mee omhoog trekken of wegzakken van de wapening, veranderingen in specieniveau van nabijgelegen palen, plaatsafwijkingen, welpalen, bleeding, rijp op de wapening e.d.). Controle Door middel van akoestisch doormeten kan door ons bureau de integriteit van avegaarpalen worden beoordeeld. Deze metingen kunnen worden uitgevoerd vanaf 5 dagen na productie. De meetgegevens geven informatie over o.a. discontinuïteiten, zoals scheuren, insnoeringen en uitstulpingen, over de lengte van de paal en over de kwaliteit van de paalkop. Aan palen waarbij tijdens de uitvoering bijzonderheden werden geconstateerd dient tijdens de kwaliteitscontrole extra aandacht te worden besteed. Visuele controle van de paalkop kan plaatsvinden door deze vrij te graven. Hiervoor dient de paal wel voldoende te zijn gewapend. Indien twijfel bestaat ten aanzien van het draagvermogen van een paal kan afhankelijk van de situatie worden nagesondeerd binnen 1,0 m van de paal, of kan een paal worden proefbelast.

289 Bijlage A3 van A3 Boortoezicht Gezien de vele factoren die het installatieproces en daarmee de kwaliteit van de palen kunnen beïnvloeden wordt geadviseerd om per project na te gaan of onafhankelijk deskundig boortoezicht gewenst is. Desgewenst kan toezicht door ons bureau worden verzorgd. Milieu Er wordt op gewezen dat milieu-aspecten met betrekking tot eventuele aan- en afvoer van grond en lozing van grondwater niet binnen het kader van deze opdracht vallen. Tot slot Voor meer algemene richtlijnen wordt verwezen naar de voornorm NVN 6724 in de grond gevormde funderingselementen van beton of mortel, BRL-2356/01, bijlage A/B in de grond gevormde palen-avegaarpalen/buisschroefpalen, CUR-aanbeveling 109 akoestisch doormeten van betonnen funderingspalen, CUR beoordelingssysteem voor de begaanbaarheid van bouwterreinen en CUR-aanbeveling 114 toezicht op de realisatie van paalfunderingen. Verder kunnen gemeenten aanvullende en/of afwijkende eisen stellen ten aanzien van het ontwerp en de uitvoering van avegaarpalen

290

291

292

293

294

295

296

297

298

299

300

301

302

303

304

305

306

307

308

309

310

311

312

313

314

315

316

317

318

319

320

321

322

323

324

325

326

327

328

329

330

331

332

333

334

335

336

337

338

339

340

341

342

343

344

345

346

347

348

349

350

351

352

353

354

355

356

357 Ruimtelijke onderbouwing Zomervlinder te Standdaarbuiten Gemeente Moerdijk

358

359 Ruimtelijke onderbouwing Zomervlinder te Standdaarbuiten Gemeente Moerdijk Rapportnummer: 211x _1_4 Datum: 07 juli 2011 Contactpersoon opdrachtgever: Projectteam BRO: Gemeente Moerdijk De heer L. Willems Gineke Schalken Concept: 03 februari maart 2011 Definitief: 01 april juli 2011 Trefwoorden: - Bron foto kaft: BRO Abstract (1) Beknopte inhoud: Ruimtelijke onderbouwing in het kader van de omgevingsvergunning ten behoeve van de ontwikkeling van de Zomervlinder te Standdaarbuiten. BRO Hoofdvestiging Postbus AA Boxtel Bosscheweg WV Boxtel T +31 (0) F +31 (0)

360

361 Inhoudsopgave pagina 1. INLEIDING Aanleiding Ligging besluitgebied Vigerend bestemmingsplan Uitgevoerde onderzoeken 6 2. HET BESLUITGEBIED Bestaande situatie Toekomstige situatie 7 3. BELEIDSKADER Rijksbeleid Provinciaal beleid Gemeentelijk beleid MILIEU- EN WAARDENASPECTEN Geluid Bodem en grondwater Luchtkwaliteit Externe veiligheid Kabels en leidingen Bedrijven en milieuzonering Geurhinder Waterhuishouding Flora- en fauna Archeologie en cultuurhistorie Verkeer en parkeren ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID CONCLUSIE 35 Inhoudsopgave 1

362 BIJLAGEN Bijlage 1: Akoestisch onderzoek (18 maart 2011) Bijlage 2: Flora- en fauna (22 maart 2011) Bijlage 3: Brief Waterschap (23 mei 2005) Bijlage 4: Bouwplan Bijlage 5: Beschikking hogere grenswaarden 2 Inhoudsopgave

363 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding Op basis van het bestemmingsplan Vlinderbuurt 2001 is gestart met de ontwikkeling van de nieuwe woonwijk de Vlinderbuurt in het noordelijk deel van de kern Standdaarbuiten (gemeente Moerdijk). Delen van de wijk, zoals de Dansvlinder, Citroenvlinder, Wintervlinder en de Vuurvlinder, zijn reeds afgerond. In 2009 is gestart met de verdere invulling van de Vlinderbuurt in samenwerking met Bernardus Wonen, waarbij een relatie is gelegd met de woningbouwplannen in het centrumgebied van Standdaarbuiten. De wens is uitgesproken om starterswoningen te ontwikkelen in de Vlinderbuurt door middel van Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). Om de starterswoningen mogelijk te kunnen maken is een gewijzigde verkaveling opgesteld. De voorgenomen ontwikkeling van de starterswoningen wordt in het vigerend bestemmingsplan reeds functioneel mogelijk gemaakt. Voor het plangebied vigeert namelijk de bestemming Wonen. Echter, de nieuwe verkaveling wijkt ruimtelijk gezien in geringe mate af, waardoor de nieuwe verkaveling is meegenomen in de actualisatie van het bestemmingsplan voor de hele kern Standdaarbuiten. Het voorontwerp van het bestemmingsplan Kern Standdaarbuiten is in oktober 2009 door Burgemeester en Wethouders vastgesteld en vervolgens in procedure gebracht. Het ontwerp is door het college op 1 juni vastgesteld en vervolgens zes weken ter visie gelegd. Dit betekende een vertraging in de planning voor de ontwikkeling van de starterswoningen. Op basis van dit gegeven is gekozen om een afzonderlijke planologische procedure te starten voor de 10 starterswoningen door middel van een ruimtelijke onderbouwing in het kader van de Wabo. Met het in werking treden van de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) per 1 oktober 2010 wordt namelijk de mogelijkheid geboden om door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van het bestemmingsplan. Ten behoeve van het indienen van een aanvraag omgevingsvergunning is een ruimtelijke onderbouwing noodzakelijk. Een ruimtelijke onderbouwing is vergelijkbaar met de toelichting van een bestemmingsplan voor een concreet project. Dezelfde elementen dienen er in terug te komen, behoudens de regels. Hoofdstuk 1 3

364 Vuurvlinder Wintervlinder Fig. 1. Globale begrenzing besluitgebied (luchtfoto gemeente Moerdijk) 4 Hoofdstuk 1

365 1.2 Ligging besluitgebied Het besluitgebied is gelegen in het noordelijk deel van de kern Standdaarbuiten. Het besluitgebied grenst aan de nieuwbouwwijk De Vlinderbuurt. Het besluitgebied (gedeelte waar de woningen gerealiseerd worden) is kadastraal bekend als gemeente Moerdijk, sectie D, nummer 3053 (deels). 1.3 Vigerend bestemmingsplan Voor het besluitgebied vigeert het bestemmingsplan Vlinderbuurt (2001), vastgesteld door de gemeenteraad van Moerdijk op 25 april 2001 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 18 juli Voor het besluitgebied zijn de bestemmingen Wonen (Wo) en Verkeer en Verblijf (Ve) van toepassing. De ontwikkeling van de woningen wijkt alleen ruimtelijk af van het vigerend plan. De ontwikkeling van de infrastructuur valt voor een klein gedeelte binnen de bestemming Wonen en wijkt daarmee voor een deel functioneel af van het vigerend plan. Fig. 2. Uitsnede vigerend bestemmingsplan Vlinderbuurt (2001) Hoofdstuk 1 5

366 1.4 Uitgevoerde onderzoeken In het kader van de voorgenomen ontwikkeling en/of in het kader van het voorontwerp bestemmingsplan Kern Standdaarbuiten zijn diverse onderzoeken uitgevoerd. Onderstaand volgt een overzicht. Geluid: Actualisatie rapportage akoestisch onderzoek Vlinderbuurt Standdaarbuiten, RMD, projectnummer , d.d. 18 maart 2011; Beschikking Hogere Waarde Wet geluidhinder, d.d. 5 juli Bodem: Verkennend bodemonderzoek, Regionale Milieudienst Streekgewest Westelijk Noord-Brabant, projectnummer , rapportnummer 01/03, januari Externe veiligheid: Notitie RMD, Advies EV, actualisatie kern Standdaarbuiten, d.d. 8 januari 2008; Rapportage Actualisatie EV advies kern Standdaarbuiten, d.d ; Notitie RMD, Geactualiseerd advies externe veiligheid kern Standdaarbuiten, d.d. 15 januari 2010; Verantwoording groepsrisico bestemmingsplan Kern Standdaarbuiten, incl. advies brandweer. Flora- en Fauna: Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder Standdaarbuiten, BRO, projectnummer 211x04958, d.d. 22 maart Hoofdstuk 1

367 2. HET BESLUITGEBIED 2.1 Bestaande situatie Omgeving besluitgebied Het besluitgebied wordt grotendeels omringd door woonbebouwing. Ten oosten, ten zuiden en ten westen van het besluitgebied is de nieuwbouwwijk Vlinderbuurt gelegen. De Vlinderbuurt betreft de meest recente uitbreidingswijk van Standdaarbuiten. De woonwijk is voor een groot gedeelte reeds gerealiseerd. De Vlinderbuurt is een ruimopgezette wijk, met veelal vrijstaande bebouwing bestaande uit twee bouwlagen en een kap. Centraal in de wijk is een groenzone met waterpartij aangelegd. Het noordelijk deel van de Vlinderbuurt moet nog ontwikkeld worden. Hier maakt onderhavig besluitgebied onderdeel van uit. Direct grenzend aan het besluitgebied zijn aan de oost-, zuid- en westzijde onbebouwde gronden gelegen. Deze gronden maken onderdeel uit van een nog te realiseren woongebied. Ten noorden van het besluitgebied is een open onbebouwd gebied gelegen. De gronden worden gebruikt voor agrarische doeleinden (akkerbouw). Besluitgebied In de huidige situatie is het besluitgebied geheel onbebouwd en agrarisch in gebruik. Aan de noordzijde van het besluitgebied ligt een tijdelijke bouwstraat. Het besluitgebied maakt deel uit van een nog te realiseren woongebied. 2.2 Toekomstige situatie De voorgenomen ontwikkeling heeft betrekking op de bouw van 10 starterswoningen inclusief ontsluitingsstructuur. Het plan zal ontwikkeld worden door middel van Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). De woningen zijn gesitueerd in twee blokken van vijf aaneengebouwde woningen met aan de achterzijde vrijstaande bergingen. De woningen bestaan uit twee bouwlagen en een kap met aan de voor- en achterzijde een tuin. De maximale bouwhoogte van deze woningen bedraagt bijna 10,5 gemeten vanaf aansluitend terrein. Deze 10,5 meter sluit aan bij de toekomstige 11 meter in bestemmingsplannen, de stedenbouwkundige uitgangspunten die de gemeente hanteert voor dergelijke woningen en de omliggende woningen in de Vlinderbuurt. Hoofdstuk 2 7

368 Fig. 3. Impressie voorgenomen ontwikkeling starterswoningen en ontsluiting 8 Hoofdstuk 2

369 De maximale bouwhoogte van 11 meter is noodzakelijk om tot een goede uitvoering te kunnen komen, gebaseerd op het geldende Bouwbesluit. Op de achterzijde van de precelen zal een berging worden gerealiseerd. De woningen worden ontsloten via de Zomervlinder die aansluit op de bestaande infrastructuur (Wintervlinder en Vuurvlinder). Ter hoogte van de woningen is de Zomervlinder een doodlopende straat (eenrichtingsverkeer), vormgegeven in een lusstructuur. Binnen deze lusstructuur is ruimte gereserveerd voor 20 parkeerplaatsen en een groenvoorziening. Daarnaast worden in het zuidelijk deel van het besluitgebied nog 6 parkeerplaatsen gerealiseerd. Hoofdstuk 2 9

370 10 Hoofdstuk 2

371 3. BELEIDSKADER 3.1 Rijksbeleid Nota Ruimte De Nota Ruimte geeft de visie van het kabinet weer op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en de belangrijkste bijbehorende doelstellingen. De nota bevat de ruimtelijke bijdrage aan een sterke economie, een veilige en leefbare samenleving en een aantrekkelijk land. Centraal element in het rijksbeleid is dat de maatschappij zich ontwikkelt tot een netwerksamenleving en een netwerkeconomie. Hoofddoel van het nationaal ruimtelijk beleid is om ruimte te scheppen voor de verschillende ruimtevragende functies. Meer specifiek streeft het Rijk vier beleidsdoelen na: versterking van de concurrentiepositie van Nederland; bevordering van krachtige steden en een vitaal platteland; borging en ontwikkeling van belangrijke (inter)nationale ruimtelijke waarden, en borging van de veiligheid. Deze vier doelen worden in onderlinge samenhang nagestreefd, met tegen de achtergrond de algemene wens om de economische, ecologische en sociaal-culturele waarden van de ruimte te versterken en duurzaam te ontwikkelen. Van duurzame ruimtelijke ontwikkeling is in de ogen van het Rijk sprake als aan elk van deze waarden gelijkwaardig en in onderlinge samenhang recht wordt gedaan en daarmee de aantrekkelijkheid van de ruimte voor bewoners, bezoekers en ondernemers toeneemt. Conclusie Het plan betreft een kleinschalige ontwikkeling. De Nota Ruimte gaat niet in op kleinschalige ontwikkelingen. Het initiatief betreft de bouw van 10 starterswoningen in bestaand stedelijk gebied. De provincie en de gemeente hebben hier in het kader van de Nota Ruimte beleid voor opgesteld. Als blijkt dat het initiatief hier binnen past, dan voldoet de ontwikkeling tevens aan het Rijksbeleid. 3.2 Provinciaal beleid De provincie vernieuwt momenteel de provinciale beleiddocumenten. Tot 1 juni 2010 was al het ruimtelijke beleid van de provincie verwoord in de Interimstructuurvisie en de Paraplunota (inclusief onderliggende beleidsdocumenten zoals de Reconstructieplannen en Uitwerkingsplannen). De Paraplunota, met de onderliggende Hoofdstuk 3 11

372 beleidsdocumenten, is vanaf 1 juni 2010 komen te vervallen en is vervangen door de Verordening Ruimte. De Verordening Ruimte is op 1 maart 2011 in werking getreden. De Interimstructuurvisie is niet meer geldig en is vervangen door de nieuwe Structuurvisie Ruimtelijke Ordening. Formeel vigeert momenteel uitsluitend de Verordening Ruimte en de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening. Structuurvisie Ruimtelijke Ordening De provincie geeft in de structuurvisie de hoofdlijnen van het ruimtelijk beleid tot 2025 (met een doorkijk naar 2040). De provincie kiest voor een duurzame ontwikkeling waarin de kwaliteiten van de provincie sturend zijn bij de ruimtelijke keuzes die de komende jaren op de provincie afkomen. Nieuwe ontwikkelingen moeten bijdragen aan de kracht en identiteit van Noord-Brabant. De provincie streeft naar een complete kennis- en innovatieregio. Daarvoor zijn een aantrekkelijke woon- en leefomgeving, natuur- en landschapsontwikkeling, een robuust verkeer- en vervoersysteem en een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor bedrijven van cruciaal belang. De ruimtelijke visie van de provincie bestaat op hoofdlijnen uit een robuust en veerkrachtig natuur- en watersysteem met aandacht voor hoogwaterbescherming, droogte en biodiversiteit. Een multifunctioneel landelijk gebied, waar de functies landbouw, recreatie en natuur in relatie tot elkaar ruimte krijgen. Met aandacht voor cultuurhistorische waarden en de leefbaarheid van kleine kernen. En een gevarieerd en aantrekkelijk stedelijk gebied, met sterke steden, groene geledingszones en uitloopgebieden (intensieve recreatie, stadslandbouw). Met aandacht voor sterke regionale economische clusters, (inter) nationale bereikbaarheid, knooppuntontwikkeling (zowel in de centra als aan de randen van de steden). Dit is vertaald in 13 provinciale ruimtelijke belangen. In de structuurvisie is het besluitgebied gelegen binnen de zone kernen in het landelijk gebied. Het beleid in deze gebieden is gericht op: betere verknoping van stedelijke ontwikkelingen aan de infrastructuur (ontwikkelen, ordenen, beschermen, regionaal samenwerken, stimuleren), meer aandacht voor ruimtelijke kwaliteit (ontwikkelen, ordenen, beschermen, regionaal samenwerken, stimuleren), versterking van de economische kennisclusters (ontwikkelen, ordenen, beschermen, regionaal samenwerken, stimuleren), zorgvuldig ruimtegebruik (ontwikkelen, ordenen, beschermen, regionaal samenwerken, stimuleren), concentratie van verstedelijking (ontwikkelen, ordenen, beschermen, regionaal samenwerken, stimuleren). 12 Hoofdstuk 3

373 Verordening Ruimte Op 1 maart 2011 is de 'Verordening Ruimte' van de provincie Noord-Brabant in werking getreden. De provinciale ruimtelijke verordening is een nieuw provinciaal instrument. De inhoud van de verordening bestaat uit de nationale belangen die voortkomen uit de AMvB Ruimte en de provinciale belangen (voor het grootste gedeelte opgenomen in de structuurvisie). Het is mogelijk om binnen de verordening onderscheid te maken tussen gebieden en thematische aspecten. De provincie Noord-Brabant heeft de Verordening Ruimte in twee fases vastgesteld: 1. fase 1: betreft de onderwerpen die aan bod komen in de AMvB Ruimte en onderwerpen die inhoudelijk niet ter discussie staan (zoals de integrale zonering van intensieve veehouderij); 2. fase 2: overige in de verordening te regelen onderwerpen worden eerst bepaald en vervolgens uitgewerkt. Fig. 4. Uitsnede plankaart Verordening Ruimte Stedelijk gebied Zoekgebied voor stedelijke ontwikkeling Hoofdstuk 3 13

374 Het besluitgebied is volgens de Verordening Ruimte gelegen binnen zoekgebied voor stedelijke ontwikkeling (zie figuur 3). Voor dit deel geldt dat stedelijke ontwikkelingen hier mogelijk zijn, mits goed verantwoord. Conclusie Het voorgenomen plan past binnen de gestelde kaders van het provinciaal beleid. Het besluitgebied bevindt zich in een zoekgebied waarbinnen stedelijke ontwikkelingen plaats mogen vinden. Onderliggend rapport betreft de onderbouwing c.q. verantwoording van de voorgenomen ontwikkeling. 3.3 Gemeentelijk beleid Structuurvisie Plus (1999) 1 Behalve het kiezen van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente, is de leefbaarheid in de kernen een van de centrale thema s in de Structuurvisie Plus van de gemeente Moerdijk. Dit uit zich in de volgende strategieën: het aanbieden van woningen afgestemd op de kwalitatieve vraag vanuit de kernen; een mobiliteitsplan afgestemd op de beschikbaarheid en bereikbaarheid van voorzieningen; het bevorderen van recreatie en toerisme. Uitbreiding vindt pas in laatste instantie plaats. Inbreiden heeft de voorkeur om de ruimte zo efficiënt mogelijk te (her)gebruiken. Binnen de bebouwde kommen zijn de stedelijke functies afweegbaar. Specifiek voor de kern Standdaarbuiten wordt aangegeven dat het herstellen van de relatie met de Mark een ontwikkelingsmogelijkheid is. De kern krijgt hierdoor zijn karakteristieke beeld terug. Daarbij past een beperkte toeristische ontwikkeling met aanlegplaatsen, verblijven en vaartoerisme. De bedrijvenfunctie kan worden verplaatst naar het bedrijventerrein langs de Molenstraat. Het open landschap langs de Mark blijft behouden. Aan de noordzijde van de kern zijn binnen de omsluiting van de infrastructuur nieuwe stedelijke functies, zoals wonen afweegbaar. Hier maakt de Vlinderbuurt onderdeel van uit. Binnen de kern zijn de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering beperkt: versterking van structuurdragers en een kleine inbreidingslocatie. 1 De Structuurvisie Plus is op 31 mei 2001, 19 december 2002 en 27 maart 2003 aangepast. 14 Hoofdstuk 3

375 Beleidsplan Wonen Het Beleidsplan Wonen "Een (t)huis voor iedereen" is op 28 juni 2007 door de gemeenteraad van Moerdijk vastgesteld. Uit het woningbehoefteonderzoek (WBO) 2006, dat onder andere als basis heeft gediend voor het beleidsplan, blijkt dat de inwoners van de gemeente Moerdijk het goede woonklimaat in hun gemeente waarderen. Het WBO laat zien dat circa 90% van de inwoners na verhuizing bij voorkeur in de gemeente wil blijven wonen. De gemeente wil zoveel mogelijk aan deze wens van haar burgers tegemoetkomen. De gemeente Moerdijk behoort tot de landelijke gemeenten (aanduiding vanuit de provincie Noord-Brabant) en heeft dienovereenkomstig tot taak ten minste te bouwen voor de opvang van de natuurlijke bevolkingsgroei. De gemeente kampt met een negatief migratiesaldo 2. De gemeente wil niet alleen voorkomen dat het aantal inwoners verder terugloopt, maar heeft ook de ambitie om te groeien. Immers, het draagvlak voor het behoud van de voorzieningen moet op peil blijven. Vooralsnog is de gemeente qua woningbouw gehouden aan het kader dat behoort bij een landelijke gemeente. Door strategische nieuwbouw, gebaseerd op de woningbehoefte volgens het WBO, wordt beoogd de gewenste kwalitatieve nieuwbouw te realiseren, zodat hierdoor een zo groot mogelijke verhuisketen op gang komt en daarmee de doorstroming in de woningvoorraad wordt bevorderd. Gebouwd wordt naar behoefte en mogelijkheden volgens het WBO en signalen vanuit de markt (woningbouwcorporaties, zorgverleners en ontwikkelaars). De behoefte is het grootst in de grotere kernen. Naast de benodigde reguliere woningbouw in de kleine kernen is daar ook altijd ruimte voor maatwerk. Nieuwbouw en vernieuwing van de woningvoorraad dragen bij aan de evenwichtige bevolkingssamenstelling en keuzevrijheid voor de burger. Door middel van nieuwbouw in de verschillende kernen wordt beoogd meer variatie in het woningaanbod en woonmilieu te brengen. De gemeente wil graag voor alle doelgroepen (onder andere starters en ouderen) een thuis bieden. Daarvoor is het belangrijk dat bewoners zoveel mogelijk de kans krijgen om in hun woonbehoefte in de gemeente Moerdijk te voorzien. Door voldoende woningen te bouwen en de keuzemogelijkheden te vergroten, hoeven inwoners van Moerdijk minder vaak uit te wijken naar andere gemeenten. Het is belangrijk dat in de verschillende kernen een evenwichtige bevolkingsopbouw blijft bestaan. Een evenwichtige bevolkingssamenstelling in de gemeente is belangrijk om de leefbaarheid in stand te houden. In de gemeente zijn voor de korte en langere termijn voldoende potentiële bouwlocaties beschikbaar om strategische nieuwbouw te realiseren. 2 Beleidslijn provincie Noord-Brabant, zie eveneens provinciaal beleidskader behorende bij dit bestemmingsplan Hoofdstuk 3 15

376 Lokaal Mobiliteitsplan 3 In 2007 heeft de gemeente Moerdijk het Lokaal Mobiliteitsplan vastgesteld. Het mobiliteitsbeleid in Moerdijk maakt het inwoners en bezoekers mogelijk zich veilig en snel te verplaatsen. Het beleid draagt tevens bij aan een veilige en leefbare omgeving waar het goed wonen, werken en recreëren is. De sector verkeer en vervoer moet binnen een integraal kader aan dat duurzame beleid een bijdrage leveren. Om een bijdrage te leveren zijn ambities geformuleerd. Onderstaande ambities vormen de rode draad in het beleidsplan: Bereikbaarheid De kernen van Moerdijk zijn onderling goed bereikbaar, waarbij belangrijke aandacht is voor fietsen en openbaar vervoer; Moerdijk kent geen gebiedsvreemd verkeer (sluipverkeer). Veiligheid Duurzaam veilig blijft de hoeksteen van het mobiliteitsbeleid; Moerdijk is veilig voor alle kinderen op weg naar en rondom de scholen; Moerdijk is veilig in het buitengebied. Leefbaarheid De inwoners van de gemeente Moerdijk wonen, werken en recreëren in een leefbare omgeving. De negatieve effecten van mobiliteit (geluid- en trillingshinder, luchtverontreiniging, verminderde doorstroming, verkeersonveiligheid) worden daarbij zoveel mogelijk beperkt; Moerdijk legt duurzame wegen aan, die bijdragen aan een goed milieu Specifiek voor de kern Standdaarbuiten zijn onderstaande doelstellingen van toepassing: 1. Het vergroten van de verkeersveiligheid in de kern door: Het weren van vracht- en sluipverkeer door de kern; Het autoluw inrichten van het centrumgebied; Het handhaven van de snelheid. 2. Het verminderen van de verkeersoverlast door: Het aanbrengen van geluidswerende voorzieningen langs de A17; Het versneld afronden van de Vlinderbuurt en het treffen van maatregelen om de overlast van bouwverkeer in de Vlinderbuurt te beperken. 3. Het verbeteren van de verbindingen met Zevenbergen. 3 Lokaal Mobiliteitsplan, Moerdijk maakt mensen mobiel, vastgesteld door de gemeenteraad op 26 april Hoofdstuk 3

377 De Strategische Visie voor Moerdijk 2030 De gemeente Moerdijk wordt met een aantal ingrijpende ontwikkelingen geconfronteerd, zoals vergrijzing, ontgroening, de globalisering van de toeristischrecreatieve en agrarische sector, schaalvergroting etc. Deze en andere ontwikkelingen stellen de gemeente op korte en (middel)lange termijn voor grote opgaven. De gemeente Moerdijk wil de samenleving het vertrouwen geven dat zij haar opgaven in de periode op een robuuste wijze zal uitvoeren. Dit doet zij door in een visie op de (middel)lange termijn - op strategisch niveau - richting te geven aan de ontwikkelingen in de samenleving en aan de eigen positie in de regio. De strategische visie vormt een integraal en duurzaam afwegingskader, dat bestuurlijke en beleidsmatige handvatten biedt voor: het stellen van eigen prioriteiten; het beoordelen van initiatieven van derden; het verbeteren van de daadkracht en het proactief en consistent handelen; het versterken van de resultaat gerichte lokale en regionale samenwerking. De strategische visie bevat een aantal fundamentele keuzes voor de gewenste toekomstrichting van de gemeente Moerdijk. Daarnaast bevat het een aantal nieuwe randvoorwaarden op hoofdlijnen en voor de langere termijn. De strategische visie bevat de missie van de gemeente Moerdijk op weg naar 2030 en een strategie om deze te bereiken. Het is de rode draad voor het totale beleid van de gemeente Moerdijk. Ten aanzien van de kleine kernen in de gemeente Moerdijk is het beleid gericht op het behouden van de kwaliteit van de kern als leefomgeving. Parkeerbeleidsplan Moerdijk Voor het gemeentelijk grondgebied van Moerdijk is een Parkeerbeleidsplan opgesteld. Doel van dit beleidsplan is een beleidsplan op hoofdlijnen, inclusief globaal maatregelenpakket en acties voor de komende (vier) jaren. In het beleidsplan worden knelpunten per kern beschreven ten aanzien van parkeren. Voor de kern Standdaarbuiten zijn er over de gehele linie geen grote knelpunten aanwezig ten aanzien van parkeren. Het plan beschrijft een tweetal knelpunten, te weten op piekdagen bij de sportvelden en het parkeren op de rijbaan van de Oude Kerkstraat zorgt voor een ongunstige situatie. De gemeente Moerdijk maakt gebruik van haar eigen parkeernormen die zijn gebaseerd op de algemene kencijfers van het CROW. 4 Parkeerbeleidsplan Moerdijk , d.d. 19 november 2009 Hoofdstuk 3 17

378 Voor de ontwikkeling van woningbouw zijn onderstaande normen van toepassing: Conclusie De voorgenomen ontwikkeling past binnen de gestelde kaders van het gemeentelijk beleid. De ontwikkeling draagt in kwalitatieve en kwantitatieve zin bij aan de huisvestingsmogelijkheden in de kern. In onderhavig geval voor de doelgroep starters op de woningmarkt. De ontwikkeling draagt daarnaast bij aan het versterken van de leefbaarheid in de kern. Daarnaast voldoet het plan aan de gestelde eisen in het parkeerbeleidsplan (zie hiervoor hoofdstuk Verkeer en parkeren). 18 Hoofdstuk 3

379 4. MILIEU- EN WAARDENASPECTEN Er bestaat een duidelijke relatie tussen milieubeleid, landschap en ruimtelijke ordening. De milieu- en landschapskwaliteit vormen een belangrijke afweging bij de ontwikkeling van ruimtelijke functies. Bij de afweging van het al dan niet toelaten van ruimtelijke functies dient te worden onderzocht welke milieuhygiënische en waterhuishoudkundige aspecten daarbij een rol spelen. In deze paragraaf wordt achtereenvolgens ingegaan op bedrijven en milieuzonering, geluid, bodem, externe veiligheid, flora en fauna, kabels en leidingen, luchtkwaliteit, waterhuishouding en archeologische en cultuurhistorische waarden. 4.1 Geluid In de Wet geluidhinder (Wgh) is vastgesteld, indien in het besluitgebied geluidgevoelige functies (zoals woningen) zijn voorzien binnen de invloedssfeer van (weg)verkeerslawaai, akoestisch onderzoek uitgevoerd dient te worden. Dit geldt voor alle straten en wegen, met uitzondering van: wegen die in een als woonerf aangeduid gebied liggen; wegen waarvoor een maximumsnelheid van 30 km/uur geldt. In het kader van de voorgenomen ontwikkeling is een akoestisch onderzoek 5 uitgevoerd. Hieronder wordt enkel de conclusie van dit onderzoek weergegeven. Het onderzoek is als separate bijlage toegevoegd. Conclusie Uit het onderzoek blijkt dat de voorkeursgrenswaarden van 48 db, als gevolg van de rijksweg A17, op de begrenzingen van de bouwvlakken wordt overschreden. De maximale grenswaarde van 53 db wordt niet overschreden. Een hogere grenswaarden is inmiddels verleend voor de gevels (bebouwingsgrenzen) waarop de voorkeursgrenswaarde als gevolg van de rijksweg A17 wordt overschreden. De gevels ter plaatse van de toetspunten 01, 12, 13 en 24 worden uitgevoerd als dove gevels. Ter plaatse van deze gevels hoeft geen (eventuele) hogere waarde te worden verleend. 5 Actualisatie rapportage akoestisch onderzoek Vlinderbuurt Standdaarbuiten, RMD, projectnummer , d.d. 18 maart Hoofdstuk 4 19

380 4.2 Bodem en grondwater In het kader van de voorgenomen ontwikkeling vormt de bodemkwaliteit bij ontwikkeling van ruimtelijke functies een belangrijke afweging. In het kader van de voorgenomen ontwikkelingen in de Vlinderbuurt is een verkennend bodemonderzoek 6 uitgevoerd. Hieronder wordt enkel de conclusie van dit onderzoek weergegeven. Conclusie Uit het onderzoek blijkt dat er in het deel van het besluitgebied geen verontreinigen / overschrijdingen zijn aangetroffen. Het beleid van de gemeente Moerdijk is er op gericht dat verjaarde bodemonderzoeken, waar uit blijkt dat er geen activiteiten hebben plaatsgevonden op of in de nabijheid van het terrein, een nieuw bodemonderzoek niet noodzakelijk wordt geacht. Dit is van toepassing in onderhavig geval. 4.3 Luchtkwaliteit Sinds 15 november 2007 staan de hoofdlijnen voor regelgeving rondom luchtkwaliteitseisen beschreven in de Wet milieubeheer (hoofdstuk 5 Wm). Hiermee is het Besluit luchtkwaliteit 2005 vervallen. Bij de start van nieuwe bouwprojecten moet onderzocht worden of het effect van een nieuw initiatief relevant is voor de luchtkwaliteit. Er is geen relevantie als aannemelijk kan worden gemaakt, dat de luchtkwaliteit "niet in betekenende mate" aangetast wordt. Daartoe is een algemene maatregel van bestuur 'Niet in betekenende mate' (Besluit NIBM) en een ministeriële regeling NIBM (Regeling NIBM) vastgesteld waarin de uitvoeringsregels vastgelegd zijn die betrekking hebben op het begrip NIBM. Voor de periode tussen het in werking treden van de 'Wet luchtkwaliteit' en het verlenen van derogatie door de EU is het begrip 'niet in betekenende mate' gedefinieerd als 1% van de grenswaarde voor NO 2 en PM 10. Na verlening van derogatie treedt het NSL (Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit) in werking en wordt de definitie van NIBM verschoven naar 3% van de grenswaarde. In de Regeling NIBM is een lijst met categorieën van gevallen (inrichtingen, kantoren woningbouwlocaties) opgenomen die niet in betekende mate bijdragen aan de luchtverontreiniging. Deze gevallen kunnen zonder toetsing aan de grenswaarden voor het aspect luchtkwaliteit uitgevoerd worden. Ook als het bevoegd gezag op een andere wijze, bijvoorbeeld door berekeningen, aannemelijk kan maken dat het geplande project NIBM bijdraagt, kan toetsing van de luchtkwaliteit achterwege blijven. 6 Verkennend bodemonderzoek, Regionale Milieudienst Streekgewest Westelijk Noord-Brabant, projectnummer , rapportnummer 01/03, januari Hoofdstuk 4

381 Conclusie Het onderhavige project valt onder voornoemde lijst met categorieën van gevallen (10 woningen). Een luchtkwaliteitonderzoek is dan niet noodzakelijk. De voorgenomen ontwikkeling voldoet daarmee aan de Wet milieubeheer. 4.4 Externe veiligheid Bij externe veiligheid gaat het om het beheersen van de veiligheid van personen in de omgeving van activiteiten met gevaarlijke stoffen. Het vigerende beleid is vastgelegd in het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen. In het externe veiligheidsbeleid staan twee doelen centraal: de bescherming van individuen tegen de kans op overlijden als gevolg van een ongeluk, en de bescherming van de samenleving tegen het ontwrichtende effect van een ramp met een groter aantal slachtoffers; respectievelijk het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). In het kader van het ontwerp bestemmingsplan Kern Standdaarbuiten is voor de gehele kern onderzocht of er sprake is van belemmeringen en/of risicobronnen 7. Hieronder wordt enkel de conclusie weergegeven. Conclusie Na beoordeling van de mogelijke risico s veroorzaakt door inrichtingen en vanwege transport van gevaarlijke stoffen (o.a. rijksweg) kan worden geconcludeerd dat er geen plaatsgebonden risicocontour van 10-6 /jaar over de kern Standdaarbuiten is gelegen. De grens-, richt- en streefwaarden van het plaatsgebonden risico, zowel met betrekking tot inrichtingen evenals tot het vervoer van gevaarlijke stoffen wordt niet overschreden. Uit de berekening ten aanzien van het groepsrisico blijkt dat er geen sprake is van een significante toename van het GR. Bij de berekening is rekening gehouden met onderhavige ontwikkeling. Derhalve is deze conclusie ook van toepassing op de realisatie van de 10 starterswoningen. Daarnaast is gedurende het gehele besluitingvormingstraject nauw samengewerkt met de Brandweer Midden- en West-Brabant (regionale brandweer). De brandweer draagt o.a. adviezen aan ten aanzien van de zelfredzaamheid, bestrijdbaarheid en hulpverlening. 7 Notitie RMD, Advies EV, actualisatie kern Standdaarbuiten, d.d. 8 januari 2008 Rapportage Actualisatie EV advies kern Standdaarbuiten, d.d Notitie RMD, Geactualiseerd advies externe veiligheid kern Standdaarbuiten, d.d. 15 januari 2010 Verantwoording groepsrisico bestemmingsplan Kern Standdaarbuiten, incl. advies brandweer Hoofdstuk 4 21

382 4.5 Kabels en leidingen Ter plaatse van het besluitgebied zijn geen kabels aanwezig die belemmeringen opleveren voor de toekomstige ontwikkeling. 4.6 Bedrijven en milieuzonering Om te komen tot een ruimtelijk relevante toetsing van bedrijven op milieuhygiënische aspecten wordt het begrip milieuzonering gehanteerd. Onder milieuzonering wordt verstaan een voldoende ruimtelijke scheiding tussen enerzijds milieubelastende bedrijven of inrichtingen en anderzijds milieugevoelige gebieden zoals woonwijken. Om het begrip hanteerbaar te maken, is gebruik gemaakt van de publicatie Bedrijven en milieuzonering van de VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten) 3. Bedrijven zijn opgenomen in een tabel die is ingedeeld in milieucategorieën, waarbij per bedrijf is aangegeven wat de afstand tot een rustige woonwijk dient te zijn (de zogenoemde afstandentabel). De richtafstanden gelden ten opzichte van een rustige woonwijk, maar kunnen, zonder dat dit ten koste gaat van het woon- en leefklimaat, met één afstandsstap worden verlaagd indien sprake is van het omgevingstype gemengd gebied. De afstanden kunnen als basis worden gehanteerd, maar zijn indicatief. In het algemeen wordt door het aanbrengen van een zonering tussen bedrijvigheid en woonbebouwing de overlast ten gevolge van de bedrijfsactiviteiten zo laag mogelijk gehouden. Conclusie Omdat er met het initiatief wordt voorzien in de bouw van 10 starterswoningen hebben hinderzones van eventuele omliggende bedrijven invloed op de ontwikkeling en andersom. In de directe omgeving van het besluitgebied zijn geen bedrijven gevestigd die een belemmering vormen voor de ontwikkeling en andersom. 4.7 Geurhinder Per 1 januari 2007 is de nieuwe wet Geurhinder en veehouderij in werking getreden. Een woning is een geurhinder gevoelig object in de zin van deze wet. Volgens deze wet moet inzicht verkregen worden in de omliggende veehouderijbedrijven. De veehouderijbedrijven hebben te maken met verplichte afstanden tot bebouwing, in verband met het veroorzaken van stankhinder. 3 Bedrijven en milieuzonering, VNG, Hoofdstuk 4

383 Conclusie Het initiatief heeft betrekking op de realisatie van 10 starterswoningen. In het kader van het bestemmingsplan Vlinderbuurt is een toets naar geurhinder uitgevoerd. Hieruit blijkt dat er geen belemmeringen aanwezig zijn. Het onderzoek is nog actueel, omdat er in de tussenliggende periode geen veranderingen zijn opgetreden. 4.8 Waterhuishouding Relevante beleidsstukken op het gebied van water zijn het Provinciaal Waterplan van Noord-Brabant, het Waterbeheerplan van het waterschap Brabantse Delta, het Nationaal Waterplan, Waterbeheer 21 e eeuw, Nationaal Bestuursakkoord Water en de Europese Kaderrichtlijn Water. Algemeen punt uit deze beleidsstukken is dat water een belangrijk sturend element is in de ruimtelijke ordening. Hierdoor legt water een ruimteclaim op het (stads)landschap waaraan voldaan moet worden. Andere belangrijke elementen uit de genoemde documenten zijn de driestapsstrategieën: Vasthouden - bergen - afvoeren (waterkwantiteit); Schoon houden scheiden - zuiveren (waterkwaliteit). De achterliggende gedachte hierbij is dat afwenteling zoveel mogelijk moet worden voorkomen en dat de problemen zoveel mogelijk aan de bron moeten worden aangepakt. Tenslotte is de Beleidsbrief regenwater en riolering nog relevant. Hierin staat hoe het best omgegaan kan worden met het hemelwater en het afkoppelen daarvan en wie waarvoor verantwoordelijk is. Provincie Noord-Brabant Het provinciale beleid richt zich op het bereiken en in stand houden van watersystemen die ruimte bieden aan een gezond leefmilieu voor mens, dier en plant. Daarbij zijn economische en ecologische ontwikkelingen met elkaar in evenwicht en is het hebben en houden van een veilige en bewoonbare provincie een randvoorwaarde. Vijf hoofdthema's vormen de kern van het beleid: Het realiseren van een duurzame watervoorziening; Het verbeteren van de waterhuishoudkundige situatie; Het verbeteren van de waterkwaliteit; Het inrichten van waterlopen met het oog op de versterking van natuurwaarden; Het anders omgaan met water in bebouwd gebied. 8 Bestemmingsplan Vlinderbuurt 2001 Standdaarbuiten, vastgesteld door de raad op en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op Hoofdstuk 4 23

384 Waterschap Brabantse Delta Waterschap Brabantse Delta is de beheerder van zowel de kwantiteit als de kwaliteit van het oppervlaktewater in de gemeente Moerdijk. Het waterbeheer is gericht op het duurzaam beheren van het watersysteem, waarbij uitgegaan wordt van een watersysteembenadering. Waterbeheerplan Waterbeheerplan Brabantse Delta Water beweegt Waterschap Brabantse Delta heeft een waterbeheerplan opgesteld voor de periode De visie van het waterschap op het waterbeheer na 2010 ziet er als volgt uit: Dynamische samenleving Het waterschap heeft drie heel verschillende toekomstbeelden verkend en daaruit afgeleid welke voorbereidingen altijd goed zijn. Verantwoord en duurzaam Maatschappelijk verantwoord ondernemen is verankerd in het werkproces. Zuinig omgaan met water en energie en gebruik van duurzame materialen zijn daar onderdelen van. Inhaalslag beheer en onderhoud De afgelopen jaren lag het accent op aanleg van nieuwe projecten. De komende jaren krijgen beheer en onderhoud een impuls. Effectief samenwerken Veel partijen zijn betrokken bij waterbeheer. Samenwerken op alle niveaus maakt hetwaterbeheer effectiever en goedkoper. Het waterschap werkt aan een beter watersysteem, voor mensen en voor flora en fauna. Het watersysteem moet robuuster worden: veiliger, minder kwetsbaar voor regenval en droogte, schoner, natuurlijker en beter toegankelijk voor recreanten. De volgende thema s worden dan ook behandeld: Thema Veilige dijken; Thema Droge voeten; Thema Voldoende water; Thema Gezonde natuur; Thema Schoon water; Thema Genieten van water. Deze thema s pakt het waterschap integraal op. In het waterbeheerplan staan de doelen en de noodzakelijke maatregelen. Bij de keuze daarvan heeft het waterschap een afweging gemaakt tussen belangen van boeren, bedrijven, burgers, natuurbeheerders en andere partijen. 24 Hoofdstuk 4

385 Bovenstaand beleid betekent onder andere dat er hydrologisch neutraal moet worden gebouwd. Dit houdt in dat het hemelwater dat op daken en verharding valt, in principe niet versneld mag worden afgevoerd. Er zal moeten worden gezocht naar vormen van hergebruik, vasthouden of bergen van hemelwater. Vermenging van vuil en schoon (hemel-) water wordt niet wenselijk geacht. Waterplan gemeente Moerdijk 9 De gemeente Moerdijk en Waterschap Brabantse Delta hebben het voornemen opgepakt om gezamenlijk een waterplan op te stellen. Het waterplan geeft de gezamenlijke visie op de rol van water binnen de gemeente Moerdijk en de gemeentelijke ontwikkelingen. Het doel van het waterplan is: Een robuust watersysteem van voldoende kwaliteit en veiligheid dat aansluit bij de natuurlijke omstandigheden op en om het Moerdijkse grondgebied en dat voldoet aan de wettelijke verplichtingen en beleidsregels voor nu en in de toekomst. In het waterplan is een concreet maatregelenprogramma opgenomen voor de komende vijf jaar met een doorzicht tot 2027, de peildatum van de KRW. Verdeeld over een aantal thema s is een streefbeeld geschetst voor het toekomstig watersysteem in Moerdijk. De belangrijkste uitgangspunten daarbij zijn dat: water geen gevaar oplevert; het watersysteem geschikt is voor de functies die het moet vervullen; alle elementen van het watersysteem in samenhang worden beschouwd; water een grotere rol krijgt in ruimtelijke ontwikkelingen; iedereen zijn steentje bijdraagt. Per thema is het bijbehorende toekomstbeeld geformuleerd. In onderstaande worden de relevante thema s genoemd. Waterkwantiteit Het beschermingsniveau (NBW-norm) tegen wateroverlast wordt opgehoogd tot 1 maal per 2 jaar vanuit de riolering en 1 maal per 100 jaar vanuit het oppervlaktewater, conform de stedelijke wateropgave. Bovendien wordt bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen op deze beschermingsniveaus ontworpen en vindt er geen afwenteling plaats. Waterkwaliteit en ecologie Uiterlijk in 2027 wordt voldaan aan de ecologische en chemische doelstelling uit de Europese kaderrichtlijn water, door beperking van overstorting op oppervlaktewater en door het treffen van bronmaatregelen. 9 Waterplan Gemeente Moerdijk, vastgesteld 13 november Hoofdstuk 4 25

386 Water in bebouwde leefomgeving Bij alle ruimtelijke veranderingen wordt water als mede ordenend principe meegenomen. Door water te combineren met groen wordt de natuur in de stad versterkt en vormt een verbinding met het landelijk gebied. De afvoer van regenwater uit het stedelijk gebied vindt plaats via een vastgestelde waterstructuur. Afvalwater en afkoppelen Bij herinrichtingen en rioolvervangingen worden kansen voor het afkoppelen van verhard oppervlak benut. Afkoppelen geschiedt op een verantwoorde wijze, waarbij verontreiniging van de bodem wordt geminimaliseerd door het treffen van bronmaatregelen en monitoring. De afgekoppelde hoeveelheid levert een belangrijke bijdrage aan de beperking van wateroverlast en reductie van de vuillast op het oppervlaktewater. Om het toekomstbeeld te bereiken is een scala aan maatregelen nodig. De maatregelen om de kans op wateroverlast verder terug te dringen bestaan uit het afkoppelen van verhard oppervlak, het vergroten van riolen en het aanpakken van negatieve overstorten. Om regenwater op een gestructureerde wijze uit het stedelijk gebied af te voeren wordt een waterstructuurkaart opgesteld. Stedelijk grondwater krijgt meer aandacht door het in beeld brengen van onder meer grondwateroverlastlocaties. Samenwerking met Waterschap Brabantse Delta De waterparagraaf is door de gemeente voorgelegd aan het waterschap en akkoord bevonden. Huidige situatie Ligging, gebruik en inrichting In de huidige situatie is het besluitgebied volledig onverhard en in gebruik als landbouwgrond. Bodem en grondwater Op basis van de digitale Wateratlas van de provincie is de bodemkundige hoofdeenheid ter plaatse zeekleigronden. De Grondwaterstanden zijn bevinden zich relatief kort onder het maaiveld en variëren het jaarrond als volgt: Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand cm-mv Gemiddeld Laagste Grondwaterstand cm-mv Gemiddelde Voorjaarsgrondwaterstand cm-mv Grondwatertrap VI 26 Hoofdstuk 4

387 Gezien de grondwaterstanden en bodemtypering mag worden aangenomen dat infiltratie van hemelwater slechts zeer beperkt mogelijk is. Bij behandeling van hemelwater dient derhalve te worden uitgegaan van berging in oppervlaktewater en geen infiltratie. Hydrologische bescherming Het besluitgebied is niet gelegen in een waterwingebied, grondwaterbeschermingsgebied of boringsvrije zone. De Provinciale Milieuverordening is daarom niet van toepassing. Evenmin is het besluitgebied gelegen in een waterbergingsgebied of keurbeschermingsgebied. Waterkering Het besluitgebied is niet gelegen in een beschermingszone van een primaire, secundaire, of regionale waterkering. Oppervlaktewater In het kader van de totale ontwikkeling van de Vlinderbuurt is in 2001 reeds een waterhuishoudkundig plan opgesteld. Dit waterhuishoudkundig plan voorzag reeds in de aanleg van oppervlaktewateren. Een flink deel van deze oppervlaktewateren is reeds aangelegd. Langs de noordzijde van onderhavig besluitgebied zal het reeds gerealiseerde oppervlaktewater worden doorgetrokken. Riolering In de waterhuishoudkundige opzet van het totale plan Vlinderbuurt is uitgegaan van een gescheiden stelsel. Vuilwater wordt afgevoerd via de riolering. Hemelwaterstromen worden via een apart hemelwaterstelsel geloosd op het oppervlaktewater in de wijk. Voor de realisatie van de 10 starterswoningen wordt aangesloten op deze werkwijze. Water in relatie tot ruimtelijke ontwikkelingen Onderhavige ontwikkeling betreft een van deze nieuwe ontwikkelingen. In dit geval worden 10 starterswoningen toegevoegd. Het nu nog geheel onverharde terrein wordt daarmee deels verhard. Een verhardingstoename heeft negatieve effecten op de plaatselijke waterhuishouding. In de waterparagraaf dient te worden beschreven hoe met de wateraspecten wordt omgegaan. Toename verhard oppervlak Onderhavig plan betreft de realisatie van 10 starterswoningen, met bijbehorende erfverhardingen en bijgebouwen. Tevens vindt de aanleg van rijwegen en parkeervoorzieningen plaats. Op basis van de bouwplannen worden de nieuwe verharde oppervlakken als volgt ingeschat: Nieuw Dakoppervlak hoofdgebouwen en bijgebouwen: 500 m² Geschat oppervlak op de percelen 500 m² Hoofdstuk 4 27

388 Pad (acherom) 175 m² Rijwegen 1500 m² Parkeren 375 m² Totale toename m² De verhardingstoename is daarmee groter dan 2000 m², waardoor op basis van de Keur en de Beleidsregels Hydraulische Randvoorwaarden 2009 een compensatieplicht geldt. Op basis van deze beleidsregels dient de wateropgave op kleigronden te worden bepaald als volgt: Kleigebied T=1 219 m³/ ha verhard oppervlak T= m³/ ha verhard oppervlak T= m³/ ha verhard oppervlak T= m³/ ha verhard oppervlak T= m³/ ha verhard oppervlak Voor een nieuw verhard oppervlak van 3050 m² geldt derhalve: Kleigebied T=1 66,8 m³ T=10 123,5 m³ T=25 146,1 m³ T=50 165,0 m³ T= ,2 m³ Om hydrologisch neutraal te kunnen bouwen dient te worden voldaan aan deze wateropgave. De berekende wateropgave vormt de basis voor de te realiseren waterbergingscompensatie. Deze compensatie is reeds meegenomen in het waterhuishoudkundig plan van de totale ontwikkeling van de Vlinderbuurt. De realisatie van deze 10 starterswoningen past hier binnen. Het waterschap heeft hiervoor reeds in 2005 mee ingestemd middels een verleende ontheffing van de Keur (tegenwoordig watervergunning genaamd). Omgaan met hemelwaterstromen Bij nieuwe ontwikkelingen als deze dient hemelwater in principe niet via de riolering te worden afgevoerd. Er zijn in de omgeving, gezien de aanwezigheid van oppervlaktewater en/of nog te realiseren oppervlaktewater voldoende mogelijkheden voor afkoppelen. In het waterhuishoudkundigplan voor de gehele Vlinderbuurt is reeds voorzien in de aanleg van oppervlaktewater dat voorziet in de compensatie van verharde opper- 28 Hoofdstuk 4

389 vlakken voor de gehele Vlinderbuurt. Voor dit waterhuishoudkundigplan is reeds een ontheffing 10 verleend door het waterschap. Het plan voor de 10 starterswoningen past in de toen gekozen waterkundige opzet. Het regenwater wordt afgevoerd naar deze oppervlaktewateren. Omgaan met afvalwaterstromen Het huishoudelijk afvalwater afkomstig van de nieuwe bebouwing wordt aangesloten op het gemeentelijk rioleringsstelsel. Het hemelwater en vuilwater dienen in ieder geval gescheiden ingezameld en aangeleverd te worden. Waterkwaliteit Het afgekoppelde hemelwater dient aan de kwaliteitseisen te voldoen. Om verontreinigen te voorkomen mogen geen uitlogende bouwmaterialen gebruikt worden voor oppervlakken die in contact komen met hemelwater. 4.9 Flora- en fauna De bescherming van de natuur is in Europees verband vastgelegd in de Vogelrichtlijn (VR) en de Habitatrichtlijn (HR). Beide richtlijnen dragen zorg voor zowel gebiedsbescherming als soortenbescherming. Nederland heeft de richtlijnen geïmplementeerd in respectievelijk de Natuurbeschermingswet van 1968, 1998 en 2005 (de gebiedsbescherming) en de Flora- en faunawet (de soortenbescherming). De gebiedsbescherming heeft betrekking op: de Vogelrichtlijngebieden die Nederland heeft vastgesteld; de Habitatrichtlijngebieden die Nederland bij de Europese Commissie heeft aangemeld; de beschermde natuurmonumenten en de staatsnatuurmonumenten. Ruimtelijke ingrepen die in deze gebieden plaatsvinden dan wel in de nabijheid van beschermde natuurgebieden, moeten worden getoetst op hun effecten op deze gebieden. In het kader van onderliggend initiatief is een verkennend vooronderzoek 11 uitgevoerd naar beschermde natuurwaarden in en rondom het besluitgebied. Hieronder worden enkel de conclusies weergegeven. De volledige rapportage is een separate bijlage. Conclusie Uit het onderzoek blijkt dat er door de voorgenomen ontwikkeling van woningen geen bijzondere of beschermde natuurwaarden verloren gaan. Vanuit de Flora- en faunawet hoeft geen rekening gehouden te worden met beschermde soorten Brief Waterschap Brabantse Delta, kenmerk 05U3260, d.d. 23 mei Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder Standdaarbuiten, BRO, projectnummer 211x04958, d.d. 22 maart Hoofdstuk 4 29

390 4.10 Archeologie en cultuurhistorie Archeologie Sinds de invoering van de Wet op de Archeologische Monumentenzorg (WAMZ) op 1 september 2007 is de verantwoordelijkheid ten aanzien van het bodemarchief gedecentraliseerd naar de gemeente. De provincie Noord-Brabant blijft hierbij bestemmingsplannen (en afwijkingen hierop) toetsen op archeologie en cultuurhistorie, maar gaat er daarbij wel vanuit dat de gemeente zijn eigen taak naar behoren zelfstandig zal uitvoeren. Volgens de kaart zoals opgenomen in de Verordening Ruimte van de provincie Noord-Brabant is het besluitgebied gelegen binnen een zone waarvoor geen gegevens bekend zijn. Volgens de Cultuurhistorische Waardenkaart (CHW-kaart) van de provincie Noord-Brabant is het besluitgebied gelegen binnen een zone met een lage kans op het aantreffen archeologische waarden. Archeologisch onderzoek wordt dan niet noodzakelijk geacht. Mochten er bij (bouw)werkzaamheden vondsten worden gedaan, dan zal hiervan overeenkomstig het bepaalde in artikel 47 van de Monumentenwet 1988 melding worden gedaan. Cultuurhistorie Volgens de kaart van de Verordening Ruimte van de provincie Noord-Brabant zijn er in en nabij het besluitgebied geen cultuurhistorische waarden aanwezig. Uit cultuurhistorisch oogpunt vormt de ontwikkeling geen belemmering Verkeer en parkeren De gemeente Moerdijk maakt gebruik van haar eigen parkeernormen die zijn gebaseerd op de algemene kencijfers van het CROW. Voor de ontwikkeling van woningbouw zijn onderstaande normen van toepassing, zoals opgenomen in het Parkeerbeleidsplan Moerdijk : 12 Parkeerbeleidsplan Moerdijk , d.d. 19 november Hoofdstuk 4

391 Voor de ontwikkeling van de gehele Zomervlinder is uitgegaan van bovenstaande parkeernormen. In onderhavig besluitgebied worden in totaal 26 openbare parkeerplaatsen gerealiseerd. Onderhavige ontwikkeling heeft betrekking op de realisatie van 10 starterswoningen. Volgens de parkeernormen moeten dan minimaal 15 parkeerplaatsen gerealiseerd worden, waarvan minimaal 3 in het openbare gebied. Hiermee wordt ruimschoots voldaan aan de norm. De 26 parkeerplaatsen die in onderhavig besluitgebied mogelijk gemaakt worden, maken onderdeel uit van de gehele ontwikkeling van de Zomervlinder. Bij de totstandkoming van het ontwerp van de Zomervlinder zijn de parkeernormen gehanteerd, zoals opgenomen in het parkeerbeleidsplan. De voorgenomen ontwikkeling voldoet daarmee aan de gestelde normen en vormt geen belemmering. Hoofdstuk 4 31

392 32 Hoofdstuk 4

393 5. ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID Gelet op het gestelde in de Wet ruimtelijke ordening moet de gemeenteraad een exploitatieplan vaststellen of een overeenkomst sluiten met de initiatiefnemer voor gronden waarop een bij Algemene maatregel van bestuur (= Besluit ruimtelijke ordening) aangewezen bouwplan is voorgenomen (artikel 6.21 Bro). De realisatie van de 10 woningen wordt als zodanig genoemd in het Besluit ruimtelijke ordening. De gronden met betrekking tot de voorgenomen ontwikkeling zijn in eigendom van de gemeente Moerdijk. Kostenverhaal Omdat de grond in eigendom is van de gemeente, is een exploitatieplan voor het verhalen van kosten niet nodig. De ontwikkeling is meegenomen in de gemeentelijke grondexploitatie. Financiële haalbaarheid In de gemeentelijke grondexploitatie zijn de totale kosten en opbrengsten voor de gemeente belicht. Voor de gemeente zijn de opbrengsten afdoende om de kosten te dragen. Hiermee is de financiële haalbaarheid van het plan veiliggesteld. Hoofdstuk 5 33

394 34 Hoofdstuk 5

395 6. CONCLUSIE De gemeente Moerdijk is voornemens om tien starterswoningen te realiseren aan de Zomervlinder te Standdaarbuiten. Uit onderliggende ruimtelijke onderbouwing zijn er geen aspecten aan het licht gekomen die het initiatief belemmeren. Op basis van onderliggende ruimtelijke onderbouwing kan het initiatief doorgang vinden. Hoofdstuk 6 35

396 36 Hoofdstuk 6

397 BIJLAGEN

398

399 Bijlage 1: Akoestisch onderzoek (18 maart 2011)

400

401 NOTITIE datum 18 maart 2011 aan betreft Pieter Schalk Actualisatie rapportage akoestisch onderzoek Vlinderbuurt Standdaarbuiten Bezoekadres: Bovendonk 27 Roosendaal tel. (0165) fax (0165) afzender Werner van Loon telefoon afdeling Team geluid/lucht Projectnummer Postadres: Postbus AA Roosendaal internet: Ter actualisatie van de rapportage van het akoestisch onderzoek wegverkeer van de RMD Projectbesluit Vlinderbuurt en St. Janstraat Standdaarbuiten gemeente Moerdijk d.d. februari 2010 met projectnummer , derde versie, zijn aanvullende berekeningen verricht ten aanzien van het gewijzigde verkavelingsplan Vlinderbuurt te Standdaarbuiten. In bijlage I is een situatieschets van het aangepaste verkavelingsplan opgenomen. Het gaat om de ontwikkeling van 10 starterswoningen. De geprojecteerde woningen bestaan uit twee bouwlagen. Ten aanzien van de berekeningen is uitgegaan van een etmaalintensiteit op de relevante wegen voor het jaar Voor het overige zijn dezelfde uitgangspunten gehanteerd zoals aangegeven in de oorspronkelijke rapportage van RMD. De invoergegevens van het akoestisch rekenmodel zijn opgenomen in bijlage II. De rekenresultaten van de berekende geluidbelastingen, inclusief aftrek artikel 110g Wgh, ten gevolge van de rijksweg A-17, zijn opgenomen in bijlage III. In bijlage IV zijn de gecumuleerde geluidbelastingen ten gevolge van alle wegen, exclusief aftrek artikel 110g Wgh opgenomen. Deze geluidbelastingen dienen te worden gehanteerd in het akoestisch onderzoek bij de aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen ter bepaling van de geluidwering van de geveldelen van de woningen. Uit de rekenresultaten blijkt dat conclusies uit de oorspronkelijke rapportage van de RMD niet wijzigen. Voor de te verlenen hogere waarden is in bijlage V het ingevulde aanvraagformulier voor de ontheffing van de hogere waarden opgenomen en in bijlage VI het ontwerpbesluit hogere waarde. Tenslotte wordt opgemerkt dat uitgaande van de reeds aanwezige bouwaanvraag blijkt dat de gevels ter plaatse van toetspunten 01, 12, 13 en 24 worden uitgevoerd als dove gevels. Ter plaatse van deze gevels hoeft geen (eventuele) hogere waarde te worden verleend. Met vriendelijke groet, Werner van Loon... (handtekening medewerk(st)er) (paraaf collegiale toets) BTW-nummer: NL B01 Bankrelatie: Fortis Bank Nederland N.V

402 Overzicht bijlagen Bijlage I: Bijlage II: Bijlage III: Bijlage IV: Bijlage V: Bijlage VI: Situatieschets verkavelingsplan 10 starterswoningen Vuurvlinder Invoergegevens akoestisch rekenmodel Rekenresultaten A-17 inclusief aftrek artikel 110g Wgh Rekenresultaten gecumuleerd, exclusief aftrek artikel 110g Wgh Aanvraagformulier ontheffing Ontwerpbesluit hogere waarde

403 Bijlage I Situatieschets verkavelingsplan 10 starterswoningen Vuurvlinder

404

405

406 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel

407

408 Bijlage II Figuur 1 Regionale Milieudienst West-Brabant Bodemgebied Gebouw Hoogtelijn Scherm Toetspunt Weg C C E E m 40 m schaal = 1 : Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [werkmodel Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011], Geomilieu V Verkavelingsplan 10 starterswoningen Vuurvlinder Standdaarbuiten Vuurvlinder 1-19 (oneven nummers)

409 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 werkmodel BP Standdaarbuiten Groep: (hoofdgroep) Lijst van Toetspunten, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Naam Omschr. Maaiveld HDef. Hoogte A Hoogte B Hoogte C Hoogte D Hoogte E Hoogte F Gevel 01 Vuurvlinder 1 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 02 Vuurvlinder 1 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 03 Vuurvlinder 1 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 04 Vuurvlinder 3 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 05 Vuurvlinder 3 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 06 Vuurvlinder 5 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 07 Vuurvlinder 5 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 08 Vuurvlinder 7 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 09 Vuurvlinder 7 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 10 Vuurvlinder 9 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 11 Vuurvlinder 9 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 12 Vuurvlinder 9 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 13 Vuurvlinder 11 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 14 Vuurvlinder 11 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 15 Vuurvlinder 11 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 16 Vuurvlinder 13 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 17 Vuurvlinder 13 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 18 Vuurvlinder 15 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 19 Vuurvlinder 15 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 20 Vuurvlinder 17 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 21 Vuurvlinder 17 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 22 Vuurvlinder 19 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 23 Vuurvlinder 19 0,00 Relatief 1,50 5, Ja 24 Vuurvlinder 19 0,00 Relatief 1,50 5, Ja Geomilieu V :30:30

410 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 werkmodel BP Standdaarbuiten Groep: (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Naam Omschr. ISO H ISO M HDef. Invoertype Hbron Helling Wegdek V(MR) V(LV) V(MV) V(ZV) Totaal aantal %Int.(D) %Int.(A) A17n A17 jaar 2021 noordzijde 1,50 -- Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,42 2,75 A17n A17 jaar 2021 noordzijde Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,42 2,75 A17n A17 jaar 2021 noordzijde Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,42 2,75 A17n A17 jaar 2021 noordzijde Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,42 2,75 A17n A17 jaar 2021 noordzijde 0,00 -- Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,42 2,75 A17n A17 jaar 2021 noordzijde 0,00 -- Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,42 2,75 A17z A17 in jaar 2021 zuidzijde Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,40 3,10 A17z A17 in jaar 2021 zuidzijde 0,00 -- Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,40 3,10 A17z A17 in jaar 2021 zuidzijde 0,00 -- Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,40 3,10 A17z A17 in jaar 2021 zuidzijde 0,00 -- Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,40 3,10 A17z A17 in jaar 2021 zuidzijde 0,00 -- Relatief Verdeling 0,75 0 W ,25 6,40 3,10 Markieznln Markiezenlaan 0,00 0,00 Relatief Verdeling 0,75 0 W ,97 6,56 3,65 Markieznln Markiezenlaan 0,00 0,00 Relatief Verdeling 0,75 0 W ,97 6,56 3,65 Markieznln Markiezenlaan 0,00 0,00 Relatief Verdeling 0,75 0 W ,97 6,56 3,65 Wintervl Wintervlinder 0,00 0,00 Relatief Verdeling 0,75 0 W ,97 6,56 3,65 Vuurvl Vuurvlinder 0,00 0,00 Relatief Verdeling 0,75 0 W ,97 6,56 3,65 Vuurvl Vuurvlinder 0,00 0,00 Relatief Verdeling 0,75 0 W ,97 6,56 3,65 Vuurvl Vuurvlinder 0,00 0,00 Relatief Verdeling 0,75 0 W ,97 6,56 3,65 Geomilieu V :30:30

411 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 werkmodel BP Standdaarbuiten Groep: (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Naam %Int.(N) %Int.(P4) %MR(D) %MR(A) %MR(N) %MR(P4) %LV(D) %LV(A) %LV(N) %LV(P4) %MV(D) %MV(A) %MV(N) %MV(P4) %ZV(D) %ZV(A) %ZV(N) %ZV(P4) MR(D) MR(A) A17n 1, ,00 89,00 83, ,00 3,00 5, ,00 8,00 12, A17n 1, ,00 89,00 83, ,00 3,00 5, ,00 8,00 12, A17n 1, ,00 89,00 83, ,00 3,00 5, ,00 8,00 12, A17n 1, ,00 89,00 83, ,00 3,00 5, ,00 8,00 12, A17n 1, ,00 89,00 83, ,00 3,00 5, ,00 8,00 12, A17n 1, ,00 89,00 83, ,00 3,00 5, ,00 8,00 12, A17z 1, ,00 88,30 79, ,60 3,60 6, ,40 8,20 13, A17z 1, ,00 88,30 79, ,60 3,60 6, ,40 8,20 13, A17z 1, ,00 88,30 79, ,60 3,60 6, ,40 8,20 13, A17z 1, ,00 88,30 79, ,60 3,60 6, ,40 8,20 13, A17z 1, ,00 88,30 79, ,60 3,60 6, ,40 8,20 13, Markieznln 0, ,00 97,00 97, ,00 3,00 3, Markieznln 0, ,00 97,00 97, ,00 3,00 3, Markieznln 0, ,00 97,00 97, ,00 3,00 3, Wintervl 0, ,00 97,00 97, ,00 3,00 3, Vuurvl 0, ,00 97,00 97, ,00 3,00 3, Vuurvl 0, ,00 97,00 97, ,00 3,00 3, Vuurvl 0, ,00 97,00 97, ,00 3,00 3, Geomilieu V :30:30

412 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 werkmodel BP Standdaarbuiten Groep: (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Naam MR(N) MR(P4) LV(D) LV(A) LV(N) LV(P4) MV(D) MV(A) MV(N) MV(P4) ZV(D) ZV(A) ZV(N) ZV(P4) LE (D) 63 LE (D) 125 A17n ,95 594,97 302, ,64 20,06 18, ,07 53,48 43, ,56 95,42 A17n ,95 594,97 302, ,64 20,06 18, ,07 53,48 43, ,56 95,42 A17n ,95 594,97 302, ,64 20,06 18, ,07 53,48 43, ,56 95,42 A17n ,95 594,97 302, ,64 20,06 18, ,07 53,48 43, ,56 95,42 A17n ,95 594,97 302, ,64 20,06 18, ,07 53,48 43, ,56 95,42 A17n ,95 594,97 302, ,64 20,06 18, ,07 53,48 43, ,56 95,42 A17z ,96 648,75 264, ,11 26,45 22, ,75 60,25 44, ,53 95,34 A17z ,96 648,75 264, ,11 26,45 22, ,75 60,25 44, ,53 95,34 A17z ,96 648,75 264, ,11 26,45 22, ,75 60,25 44, ,53 95,34 A17z ,96 648,75 264, ,11 26,45 22, ,75 60,25 44, ,53 95,34 A17z ,96 648,75 264, ,11 26,45 22, ,75 60,25 44, ,53 95,34 Markieznln ,62 21,49 4, ,19 0,66 0, ,09 79,87 Markieznln ,62 21,49 4, ,19 0,66 0, ,09 79,87 Markieznln ,62 21,49 4, ,19 0,66 0, ,09 79,87 Wintervl ,62 21,49 4, ,19 0,66 0, ,09 79,87 Vuurvl ,62 21,49 4, ,19 0,66 0, ,09 79,87 Vuurvl ,62 21,49 4, ,19 0,66 0, ,09 79,87 Vuurvl ,62 21,49 4, ,19 0,66 0, ,09 79,87 Geomilieu V :30:30

413 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 werkmodel BP Standdaarbuiten Groep: (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Naam LE (D) 250 LE (D) 500 LE (D) 1k LE (D) 2k LE (D) 4k LE (D) 8k LE (A) 63 LE (A) 125 LE (A) 250 LE (A) 500 LE (A) 1k LE (A) 2k LE (A) 4k LE (A) 8k A17n 101,57 110,22 113,46 109,11 101,99 93,66 84,37 91,53 97,55 106,13 109,72 105,23 98,09 89,83 A17n 101,57 110,22 113,46 109,11 101,99 93,66 84,37 91,53 97,55 106,13 109,72 105,23 98,09 89,83 A17n 101,57 110,22 113,46 109,11 101,99 93,66 84,37 91,53 97,55 106,13 109,72 105,23 98,09 89,83 A17n 101,57 110,22 113,46 109,11 101,99 93,66 84,37 91,53 97,55 106,13 109,72 105,23 98,09 89,83 A17n 101,57 110,22 113,46 109,11 101,99 93,66 84,37 91,53 97,55 106,13 109,72 105,23 98,09 89,83 A17n 101,57 110,22 113,46 109,11 101,99 93,66 84,37 91,53 97,55 106,13 109,72 105,23 98,09 89,83 A17z 101,51 110,17 113,35 109,03 101,91 93,57 84,85 91,98 98,02 106,60 110,14 105,67 98,54 90,27 A17z 101,51 110,17 113,35 109,03 101,91 93,57 84,85 91,98 98,02 106,60 110,14 105,67 98,54 90,27 A17z 101,51 110,17 113,35 109,03 101,91 93,57 84,85 91,98 98,02 106,60 110,14 105,67 98,54 90,27 A17z 101,51 110,17 113,35 109,03 101,91 93,57 84,85 91,98 98,02 106,60 110,14 105,67 98,54 90,27 A17z 101,51 110,17 113,35 109,03 101,91 93,57 84,85 91,98 98,02 106,60 110,14 105,67 98,54 90,27 Markieznln 86,97 90,01 96,29 92,27 84,32 79,38 80,54 77,32 84,42 87,46 93,75 89,72 81,78 76,84 Markieznln 86,97 90,01 96,29 92,27 84,32 79,38 80,54 77,32 84,42 87,46 93,75 89,72 81,78 76,84 Markieznln 86,97 90,01 96,29 92,27 84,32 79,38 80,54 77,32 84,42 87,46 93,75 89,72 81,78 76,84 Wintervl 86,97 90,01 96,29 92,27 84,32 79,38 80,54 77,32 84,42 87,46 93,75 89,72 81,78 76,84 Vuurvl 86,97 90,01 96,29 92,27 84,32 79,38 80,54 77,32 84,42 87,46 93,75 89,72 81,78 76,84 Vuurvl 86,97 90,01 96,29 92,27 84,32 79,38 80,54 77,32 84,42 87,46 93,75 89,72 81,78 76,84 Vuurvl 86,97 90,01 96,29 92,27 84,32 79,38 80,54 77,32 84,42 87,46 93,75 89,72 81,78 76,84 Geomilieu V :30:30

414 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 werkmodel BP Standdaarbuiten Groep: (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Naam LE (N) 63 LE (N) 125 LE (N) 250 LE (N) 500 LE (N) 1k LE (N) 2k LE (N) 4k LE (N) 8k LE (P4) 63 LE (P4) 125 LE (P4) 250 LE (P4) 500 LE (P4) 1k LE (P4) 2k A17n 82,56 89,14 95,35 104,13 107,22 102,89 95,76 87, A17n 82,56 89,14 95,35 104,13 107,22 102,89 95,76 87, A17n 82,56 89,14 95,35 104,13 107,22 102,89 95,76 87, A17n 82,56 89,14 95,35 104,13 107,22 102,89 95,76 87, A17n 82,56 89,14 95,35 104,13 107,22 102,89 95,76 87, A17n 82,56 89,14 95,35 104,13 107,22 102,89 95,76 87, A17z 82,44 88,86 95,14 103,96 106,86 102,61 95,49 87, A17z 82,44 88,86 95,14 103,96 106,86 102,61 95,49 87, A17z 82,44 88,86 95,14 103,96 106,86 102,61 95,49 87, A17z 82,44 88,86 95,14 103,96 106,86 102,61 95,49 87, A17z 82,44 88,86 95,14 103,96 106,86 102,61 95,49 87, Markieznln 74,11 70,89 77,99 81,03 87,32 83,29 75,34 70, Markieznln 74,11 70,89 77,99 81,03 87,32 83,29 75,34 70, Markieznln 74,11 70,89 77,99 81,03 87,32 83,29 75,34 70, Wintervl 74,11 70,89 77,99 81,03 87,32 83,29 75,34 70, Vuurvl 74,11 70,89 77,99 81,03 87,32 83,29 75,34 70, Vuurvl 74,11 70,89 77,99 81,03 87,32 83,29 75,34 70, Vuurvl 74,11 70,89 77,99 81,03 87,32 83,29 75,34 70, Geomilieu V :30:30

415 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 werkmodel BP Standdaarbuiten Groep: (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Naam LE (P4) 4k LE (P4) 8k A17n A17n A17n A17n A17n A17n A17z A17z A17z A17z A17z Markieznln Markieznln Markieznln Wintervl Vuurvl Vuurvl Vuurvl Geomilieu V :30:30

416 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Rapport: Lijst van model eigenschappen Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 Model eigenschap Omschrijving Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 Verantwoordelijke wlo Rekenmethode RMW-2006 Modelgrenzen (92940,00, ,00) - (98850,00, ,00) Aangemaakt door mki op Laatst ingezien door wlo op Model aangemaakt met GN-V5.24 Origineel project BP Standdaarbuiten Originele omschrijving model 2 bouwlocaties Standaarbuiten Geïmporteerd door MKI op Definitief Niet van toepassing Definitief verklaard door Niet van toepassing Standaard maaiveldhoogte 0 Rekenhoogte contouren 5 Detailniveau toetspunt resultaten Bronresultaten Detailniveau resultaten grids Groepsresultaten Standaard bodemfactor 1,00 Zichthoek [grd] 2 Meteorologische correctie Standaard RMW-2006, SRM II C0 waarde 3,50 Maximum aantal reflecties 1 Reflectie in woonwijkschermen Ja Aandachtsgebied -- Max. refl.afstand van bron -- Max. refl.afstand van rekenpunt -- Luchtdemping Standaard RMW-2006, SRM II Luchtdemping [db/km] 0,00; 0,00; 1,00; 2,00; 4,00; 10,00; 23,00; 58,00 Geomilieu V :43:45

417 Bijlage II Invoergegevens akoestisch rekenmodel Commentaar Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Geomilieu V :43:45

418 Bijlage III Rekenresultaten A-17 inclusief aftrek artikel 110g Wgh

419

420 Bijlage III Rekenresultaten A-17, inclusief aftrek artikel 110g Wgh Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Rapport: Resultatentabel Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Groep: A17 jaar 2021 Groepsreductie: Ja Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A Vuurvlinder 1 1, _B Vuurvlinder 1 5, _A Vuurvlinder 1 1, _B Vuurvlinder 1 5, _A Vuurvlinder 1 1, _B Vuurvlinder 1 5, _A Vuurvlinder 3 1, _B Vuurvlinder 3 5, _A Vuurvlinder 3 1, _B Vuurvlinder 3 5, _A Vuurvlinder 5 1, _B Vuurvlinder 5 5, _A Vuurvlinder 5 1, _B Vuurvlinder 5 5, _A Vuurvlinder 7 1, _B Vuurvlinder 7 5, _A Vuurvlinder 7 1, _B Vuurvlinder 7 5, _A Vuurvlinder 9 1, _B Vuurvlinder 9 5, _A Vuurvlinder 9 1, _B Vuurvlinder 9 5, _A Vuurvlinder 9 1, _B Vuurvlinder 9 5, _A Vuurvlinder 11 1, _B Vuurvlinder 11 5, _A Vuurvlinder 11 1, _B Vuurvlinder 11 5, _A Vuurvlinder 11 1, _B Vuurvlinder 11 5, _A Vuurvlinder 13 1, _B Vuurvlinder 13 5, _A Vuurvlinder 13 1, _B Vuurvlinder 13 5, _A Vuurvlinder 15 1, _B Vuurvlinder 15 5, _A Vuurvlinder 15 1, _B Vuurvlinder 15 5, _A Vuurvlinder 17 1, _B Vuurvlinder 17 5, _A Vuurvlinder 17 1, _B Vuurvlinder 17 5, _A Vuurvlinder 19 1, _B Vuurvlinder 19 5, _A Vuurvlinder 19 1, _B Vuurvlinder 19 5, _A Vuurvlinder 19 1, _B Vuurvlinder 19 5, Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :50:33

421 Bijlage IV Rekenresultaten gecumuleerd, exclusief aftrek artikel 110g Wgh

422

423 Bijlage IV Rekenresultaten gecumuleerd, exclusief aftrek artikel 110g Wgh Regionale milieudienst West-Brabant 10 starterswoningen Standdaarbuiten Rapport: Resultatentabel Model: Model bouwlocatie Standdaarbuiten maart 2011 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Groep: bouwloc 1 Groepsreductie: Nee Naam Toetspunt Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Lden 01_A Vuurvlinder 1 1, _B Vuurvlinder 1 5, _A Vuurvlinder 1 1, _B Vuurvlinder 1 5, _A Vuurvlinder 1 1, _B Vuurvlinder 1 5, _A Vuurvlinder 3 1, _B Vuurvlinder 3 5, _A Vuurvlinder 3 1, _B Vuurvlinder 3 5, _A Vuurvlinder 5 1, _B Vuurvlinder 5 5, _A Vuurvlinder 5 1, _B Vuurvlinder 5 5, _A Vuurvlinder 7 1, _B Vuurvlinder 7 5, _A Vuurvlinder 7 1, _B Vuurvlinder 7 5, _A Vuurvlinder 9 1, _B Vuurvlinder 9 5, _A Vuurvlinder 9 1, _B Vuurvlinder 9 5, _A Vuurvlinder 9 1, _B Vuurvlinder 9 5, _A Vuurvlinder 11 1, _B Vuurvlinder 11 5, _A Vuurvlinder 11 1, _B Vuurvlinder 11 5, _A Vuurvlinder 11 1, _B Vuurvlinder 11 5, _A Vuurvlinder 13 1, _B Vuurvlinder 13 5, _A Vuurvlinder 13 1, _B Vuurvlinder 13 5, _A Vuurvlinder 15 1, _B Vuurvlinder 15 5, _A Vuurvlinder 15 1, _B Vuurvlinder 15 5, _A Vuurvlinder 17 1, _B Vuurvlinder 17 5, _A Vuurvlinder 17 1, _B Vuurvlinder 17 5, _A Vuurvlinder 19 1, _B Vuurvlinder 19 5, _A Vuurvlinder 19 1, _B Vuurvlinder 19 5, _A Vuurvlinder 19 1, _B Vuurvlinder 19 5, Alle getoonde db-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V :51:09

424 Bijlage V Aanvraagformulier ontheffing

425

426 Wet geluidhinder Aanvraagformulier ontheffing Ingekomen stempel Gemeente Moerdijk Datum Kenmerk Contactpersoon Besluitstempel Verzoek om afgifte van een ontheffing Als bedoeld in de Wet geluidhinder X artikel 83 artikel 85 artikel 100a Als bedoeld in het Besluit geluidhinder artikel 4.10 N.B. Verzoek in drievoud indienen Gegevens aanvrager Naam Burgemeester en wethouders Postbus/adres Postbus 4 Postcode Plaats 4760 AA Zevenbergen Telefoon Extern bureau Contactpersoon Regionale Milieudienst West-Brabant W.M.A. van Loon Telefoon Telefax Aanvraagformulier ontheffing; versie maart

427 Naam geldend bestemmingsplan Besluitdata geldend bestemmingsplan Bestemming ontheffingspercelen Huidig feitelijk gebruik van de ontheffingspercelen Geldend bestemmingsplan Is reeds eerder een hogere waarde ex art. 83, 85, 100a Wgh en/of artikel 4.10 Bg voor dit plan of gebied vastgesteld? Is voor dit plan een ontheffing spoorweglawaai ex art. 106d Wgh verleend? Is voor dit plan een ontheffing industrielawaai ex art. 45, 46, 47, 50, 51, 54, 55, 59, 60 en 61 Wgh verleend? Is voor dit plan reeds ingevolge art. 63 Wgh een maximaal toelaatbare grenswaarde door de Minister 1 vastgesteld? x nee ja, op, kenmerk x nee ja, op, kenmerk x nee ja, op, kenmerk x nee ja, op, kenmerk In voorbereiding zijnde bestemmingsplan/omgevingsvergunning Naam van het bestemmingsplan of omgevingsvergunning Heeft overleg plaats gevonden met de Provincie? te Moerdijk ja, op met nee 1 Vanaf november 2010 minister van Infrastructuur en Milieu Aanvraagformulier ontheffing; versie maart

428 Verzochte hogere waarde(n) Wegverkeerslawaai Tabel 1: Verzoek hogere waarden ten gevolge van: rijksweg A-17 Toetspunt Woning Hoogte [m] L den [db] 01_A Vuurvlinder 1 1, _B Vuurvlinder 1 5, _A Vuurvlinder 1 1, _B Vuurvlinder 1 5, _B Vuurvlinder 1 5, _A Vuurvlinder 3 1, _B Vuurvlinder 3 5, _B Vuurvlinder 3 5, _A Vuurvlinder 5 1, _B Vuurvlinder 5 5, _B Vuurvlinder 5 5, _A Vuurvlinder 7 1, _B Vuurvlinder 7 5, _B Vuurvlinder 7 5, _A Vuurvlinder 9 1, _B Vuurvlinder 9 5, _B Vuurvlinder 9 5, _B Vuurvlinder 11 5, _B Vuurvlinder 11 5, _B Vuurvlinder 11 5, _B Vuurvlinder 13 5, _B Vuurvlinder 13 5, _B Vuurvlinder 15 5, _B Vuurvlinder 15 5, _B Vuurvlinder 17 5, _B Vuurvlinder 17 5, _B Vuurvlinder 19 5,0 51 Voor de situering van de waarneempunten wordt verwezen naar figuur 1 van bijlage II van de aanvullende notitie zoals opgesteld door de RMD, d.d. 18 maart 2011 met projectnummer , behorend bij de rapportage van het akoestisch onderzoek Projectbesluit Vlinderbuurt en St. Janstraat Standdaarbuiten gemeente Moerdijk wegverkeer van de RMD d.d. februari 2011 met projectnummer Aanvraagformulier ontheffing; versie maart

429 Motivering verzoek Hoofdcriteria Welke varianten om de overschrijding van de voorkeursgrenswaarde te verlagen zijn onderzocht? Geef daarbij eveneens een schatting van de hieraan verbonden kosten aan. a. stedenbouwkundige maatregelen b. bronmaatregelen (stil wegdek, verkeersmaatregelen) c. overdrachtsmaatregelen (wallen, schermen) Worden er maatregelen getroffen? Indien er maatregelen worden getroffen geef dan aan welke dat zijn. a. afschermende maatregelen stuiten op zowel financiële als landschappelijke bezwaren vanwege de enorme (scherm)lengte en -hoogte b. niet mogelijk, er is al sprake van een stil asfalttype. c. overdrachtsmaatregelen stuiten op zowel financiële als landschappelijke bezwaren vanwege de enorme schermlengte en -hoogte ja x nee Subcriteria specifiek ten gevolge van wegverkeerslawaai In geval er sprake is van een buitenstedelijke situatie: a. verspreid te situeren bebouwing b. ter plaatse noodzakelijk zijn om reden van grond- of bedrijfsgebondenheid c. het ter plaatse situeren als vervanging van bestaande bebouwing d. het door de gekozen situering opvullen van een open plaats tussen aanwezige bebouwing In geval er sprake is van een binnenstedelijke situatie: a. opname in een stads- of dorpsververnieuwingsplan b. het door de gekozen situering of bouwvorm vervullen van een doelmatige akoestische afscherming voor andere woningen of voor andere geluidgevoelige gebouwen of geluidgevoelige objecten c. het ter plaatse noodzakelijk zijn om reden van grond- of bedrijfsgebondenheid (althans voor die locaties waar thans inrichtingen aanwezig zijn) d. het door de gekozen situering opvullen van een open plaats tussen aanwezige bebouwing e. het ter plaatse situeren als vervanging van bestaande bebouwing x Aanvraagformulier ontheffing; versie maart

430 In het geval er sprake is van de aanleg van een nieuwe weg of reconstructie van een bestaande weg: a. noodzakelijke verkeers- en vervoersfunctie b. verkeersverzamelfunctie, zodanig dat de aanleg zal leiden tot aanmerkelijk lagere geluidbelastingen van woningen binnen de zone van een andere weg Is er sprake van een reconstructie en is er sprake van de toename van meer dan 5 db? nee ja, zie volgende vraag Wat is de omvang van de toename? a. aantal woningen waarop de geluidbelasting van de gevel met meer dan 5 db toeneemt b. aantal woningen waarop de geluidbelasting van de gevel met meer dan 5 db afneemt c. ligging van de woningen waarop de geluidbelasting afneemt d. verklaring wegbeheerder dat financiële middelen uiterlijk voor afloop van de reconstructie ten behoeve van toepassing van artikel 90 of artikel 111, tweede of derde lid, van de Wgh ter beschikking stelt (art. 100a, eerste lid, sub a onder 2, Wgh) Zie tekening: ja nee Aanvullende eisen bij aanleg van een nieuwe weg of reconstructie van een bestaande weg: a. Op welke wijze wordt voldaan ten aanzien van de te treffen maatregelen, inclusief de financiële consequenties? Aanvraagformulier ontheffing; versie maart

431 N.B. In een bij te voegen beschrijving dient een nadere onderbouwing te worden gegeven voor het van toepassing geachte subcriterium. Maatregelen in en aan woningen Maatregelen aan bestaande of in aanbouw zijnde woningen bij aanleg of reconstructie van een weg. a. Welke maatregelen als bedoeld in de artikelen 111, tweede en derde lid, en 112 van de Wgh worden getroffen? Aanvullende maatregelen ten aanzien van nieuwe en bestaande woningen a. Op welke wijze wordt voor nieuwe woningen een geluidluwe buitengevel c.q. voor bestaande woningen een geluidluwe plek veilig gesteld? b. Op welke wijze wordt voor nieuwe woningen veilig gesteld dat de verblijfsruimten voor zover als mogelijk worden gesitueerd aan de geluidluwe buitengevel? c. Wordt in geval van nieuwe woningen een buitenruimte aan de geluidluwe buitengevel gesitueerd? Uit de rapportage van het akoestisch onderzoek Projectbesluit Vlinderbuurt en St. Janstraat Standdaarbuiten gemeente Moerdijk wegverkeer van de RMD d.d. februari 2011 met projectnummer , alsmede de aanvullende notitie zoals tevens opgesteld door de RMD, d.d. 18 maart 2011 met projectnummer , blijkt dat alle geprojecteerde woningen een geluidluwe gevel en buitenruimte hebben. Bij de aanvraag om Bouwvergunning zal dit door middel van een akoestisch onderzoek worden aangetoond. Ja. Ondertekening Datum Burgemeester Datum Secretaris Aanvraagformulier ontheffing; versie maart

432 Bijlagen behorende bij het verzoek om een ontheffing 1. In voorbereiding zijnde bestemmingsplan dan wel omgevingsvergunning; 2. Akoestisch rapport; 3. Inspraakrapport; 4. Afschrift van de publicatie, (eventueel) verslag van de hoorzitting en de (eventuele) schriftelijk gemaakte opmerkingen, alsmede uw inhoudelijk oordeel hierover. Aanvraagformulier ontheffing; versie maart

433 Bijlage VI Ontwerpbesluit hogere waarde

434

435 ontwerpbeschikking hogere waarde Wet geluidhinder Burgemeester en wethouders van de gemeente Moerdijk hebben op dag maand jaar een verzoek ontvangen om vaststelling van hogere waarde krachtens artikel 83 van de Wet geluidhinder voor het ontwerpbestemmingsplan plannaam. Het college stelt vast dat het verzoek betrekking heeft op een situatie waarbij 10 starterswoningen geprojecteerd zijn in een buitenstedelijk gebied, waarvoor ingevolge de Wet geluidhinder (Wgh) een voorkeursgrenswaarde van 48 db geldt voor het aspect wegverkeerslawaai. Het eerste lid van artikel 83 van de Wgh biedt de mogelijkheid om voor wegverkeerslawaai een hogere waarde vast te stellen voor geluidgevoelige bestemmingen in buitenstedelijk gebied tot een waarde van maximaal 53 db. De voorkeursgrenswaarde wordt ter plaatse van de 10 nieuw geprojecteerde starterswoningen overschreden door het wegverkeerslawaai dat afkomstig is van de rijksweg A17. De rijksweg A17 is reeds voorzien van een stil asfaltype. Verkeersintensiteiten kunnen niet omlaag worden gebracht en de verkeerssamenstelling kan niet worden gewijzigd zonder de functie van autosnelweg ernstig te ondergraven. Bronmaatregelen aan de rijksweg worden derhalve niet doelmatig geacht. Als overdrachtmaatregelen zijn afschermingen in de nabijheid van de A17 en afscherming in de nabijheid van de bouwlocatie onderzocht. In beide gevallen blijkt dat de te treffen afschermende maatregelen van enorme afmetingen moeten zijn om de voorkeursgrenswaarde te kunnen bereiken. Dit resulteert in zowel financiële als landschappelijke bezwaren. Daar ontheffing wordt aangevraagd voor wegverkeerslawaai tot een waarde van ten hoogste van 51 db is er conform het Beleidskader hogere waarden Wet geluidhinder gemeente Moerdijk 2008 geen verplichting om voor de geprojecteerde woningen een geluidluwe gevel te realiseren. Uit het uitgevoerde akoestisch onderzoek kan herleid worden, dat de gecumuleerde geluidbelasting vanwege de A17 en de nabij gelegen 30 km/uur wegen, uitgedrukt in L den, maximaal 59 db bedraagt (zonder toepassing aftrek conform art. 110g Wet geluidhinder). Bij een gecumuleerde geluidbelasting van 59 db zijn wij van mening dat ter plaatse van de woning sprake is van een aanvaardbaar woonklimaat. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Moerdijk: gelet op de Wet geluidhinder en het Beleidskader hogere waarden Wet geluidhinder gemeente Moerdijk 2008 ; Besluiten: als hogere waarde voor wegverkeerslawaai voor het plan plannaam, voor de in de onderstaande tabel aangeduide, geprojecteerde starterswoningen vast te stellen de waarde van maximaal:

436 ten gevolge van de rijksweg A17: Toetspunt Woning Hoogte [m] Lden [db] 02_A Vuurvlinder 1 1, _B Vuurvlinder 1 5, _B Vuurvlinder 1 5, _A Vuurvlinder 3 1, _B Vuurvlinder 3 5, _B Vuurvlinder 3 5, _A Vuurvlinder 5 1, _B Vuurvlinder 5 5, _B Vuurvlinder 5 5, _A Vuurvlinder 7 1, _B Vuurvlinder 7 5, _B Vuurvlinder 7 5, _A Vuurvlinder 9 1, _B Vuurvlinder 9 5, _B Vuurvlinder 9 5, _B Vuurvlinder 11 5, _B Vuurvlinder 11 5, _B Vuurvlinder 13 5, _B Vuurvlinder 13 5, _B Vuurvlinder 15 5, _B Vuurvlinder 15 5, _B Vuurvlinder 17 5, _B Vuurvlinder 17 5, _B Vuurvlinder 19 5,0 51 Voor de situering van de waarneempunten wordt verwezen naar figuur 1 van bijlage II van de aanvullende notitie zoals opgesteld door de RMD, d.d. 18 maart 2011 met projectnummer , behorend bij de rapportage van het akoestisch onderzoek Projectbesluit Vlinderbuurt en St. Janstraat Standdaarbuiten gemeente Moerdijk wegverkeer van de RMD d.d. februari 2010 met projectnummer , derde versie. burgemeester en wethouders van Moerdijk, de secretaris, de burgemeester, Zevenbergen, dag maand jaar

437 Bijlage 2: Flora- en fauna (22 maart 2011)

438

439 Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder te Standaardbuiten Datum : 22 maart 2011 Opdrachtgever : Gemeente Moerdijk Ter attentie van Projectnummer : Dhr. L. Willems : 211x04958 Opgesteld door i.a.a. : P. Maas : G. Schalken 1. NATUURWAARDENONDERZOEK 1.1 Natuurbescherming In april 2002 is de Flora- en faunawet (Ff-wet) in werking getreden. In deze wet zijn de onderdelen uit de Europese Habitatrichtlijn en de Vogelrichtlijn die de bescherming van soorten betreft geïmplementeerd. Op basis van de Flora- en faunawet is het een vereiste om inzicht te verkrijgen in de effecten van een voorgenomen ruimtelijke ingreep op wettelijk beschermde planten en dieren. De Flora- en faunawet heeft betrekking op alle in Nederland in het wild voorkomende zoogdieren, (trek) vogels, reptielen en amfibieën, op een aantal vissen, libellen en vlinders, op enkele bijzondere en min of meer zeldzame ongewervelde diersoorten (uit de groepen kevers, mieren, schelp- en schaaldieren) en op een honderdtal vaatplanten. Indien er een kans bestaat dat effecten zullen optreden, dienen deze vooraf in kaart gebracht en beoordeeld te worden. Bij ruimtelijke ontwikkelingen hoeft echter alleen rekening gehouden te worden met de juridisch zwaarder beschermde soorten uit 'tabel 2' en 'tabel 3' van de Flora- en faunawet en met vogels. Voor deze soorten moet een ontheffing worden aangevraagd wanneer een ruimtelijke ontwikkeling leidt tot schade aan de soort of verstoring van leefgebied. Voor soorten van 'tabel 3' en vogels geldt hierbij een strenger afwegingskader dan voor soorten van 'tabel 2'. Voor soorten van 'tabel 2' en vogels geldt bovendien dat een ontheffing niet nodig is wanneer gewerkt wordt conform een door LNV goedgekeurde gedragscode. Daarnaast geldt voor alle in het wild levende planten en dieren de Zorgplicht. Dit houdt in dat handelingen die niet noodzakelijk verband houden met het beoogde doel, maar nadelig zijn voor de flora en fauna achterwege moeten blijven. Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder te Standaardbuiten 1

440 Fig. 1. Globale begrenzing plangebied (luchtfoto gemeente Moerdijk) Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder te Standaardbuiten 2

441 1.2 Beschrijving van het plangebied en aanleiding natuuronderzoek Ligging van het plangebied Het plangebied is gelegen in het noordelijk deel van de kern Standdaarbuiten (gemeente Moerdijk). Het plangebied grenst aan de nieuwbouwwijk De Vlinderbuurt. Op basis van het bestemmingsplan Vlinderbuurt 2001 is gestart met de ontwikkeling van de nieuwe woonwijk De Vlinderbuurt in het noordelijk deel van de kern Standdaarbuiten (gemeente Moerdijk). Delen van de wijk, zoals de Dansvlinder, Citroenvlinder, Wintervlinder en de Vuurvlinder, zijn reeds afgerond. Voor het plangebied vigeert het bestemmingsplan Vlinderbuurt (2001), vastgesteld door de gemeenteraad van Moerdijk op 25 april 2001 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 18 juli Echter, de voorgenomen ontwikkeling met betrekking op de bouw van enkele woningen inclusief ontsluitingsstructuur moet nog gerealiseerd worden. De globale begrenzing van het plangebied is te zien in figuur 1. Allereerst zal gestart worden met de ontwikkeling van 10 starterswoningen, inclusief infrastructuur. Hiervoor zal een omgevingsvergunning aangevraagd worden. Het plangebied wordt grotendeels omringd door woonbebouwing. Ten oosten, ten zuiden en ten westen van het plangebied is de nieuwbouwwijk Vlinderbuurt gelegen. De Vlinderbuurt betreft de meest recente uitbreidingswijk van Standdaarbuiten. De woonwijk is voor een groot gedeelte reeds gerealiseerd. De Vlinderbuurt is een ruimopgezette wijk, met veelal vrijstaande bebouwing bestaande uit twee bouwlagen en een kap. Centraal in de wijk is een groenzone met waterpartij aangelegd. Het noordelijk deel van de Vlinderbuurt moet nog ontwikkeld worden. Hier maakt onderhavig plangebied onderdeel van uit. Direct grenzend aan het plangebied zijn aan de zuidzijde een 10-tal bomen aanwezig. Aan de zuidwestzijde wordt het plangebied direct begrensd door de achtertuinen van de woningen aan de Dokter Spoelstraat. In de achtertuinen zijn enkele bomen en sierheesters. Het plangebied is in de huidige situatie geheel onbebouwd Aanleiding van het onderzoek Bij ruimtelijke ingrepen zoals nieuwbouw dient rekening te worden gehouden met de natuurwaarden ter plaatse. Onderhavige ontwikkeling is gelegen in het bestemmingsplan Vlinderbuurt Voor het plangebied is eerder in 2000/2001 een flora- en faunaonderzoek uitgevoerd. Hierin is aangeduid dat er geen beschermde dier- of plantensoorten aangetroffen zijn. De gemeente Moerdijk geeft aan dat het agrarische gebruik van de gronden in de loop van de jaren niet is gewijzigd, waardoor zij verzekeren dat er geen veranderingen zijn opgetreden ten aanzien van het aspect flora- en fauna. Echter, doordat het onderzoek in 2008 heeft plaatsgevonden zijn de gegevens van dit onderzoek inmiddels gedateerd geraakt. 1 Bestemmingsplan Vlinderbuurt 2001 Standdaarbuiten, vastgesteld door de raad op en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder te Standaardbuiten 3

442 1.3 Methode van toetsing In de quick-scan zijn de gevolgen van de ruimtelijke ingreep afgezet tegen de aanwezige natuurwaarden vanuit de Flora- en faunawet. Deze werkwijze vloeit voort uit de Wijziging beoordeling ontheffing Flora- en faunawet bij ruimtelijke ingrepen van het Ministerie van LNV van september Het doel van dit onderzoek is een beeld te krijgen van de gebiedskenmerken, het grondgebruik en de mogelijke natuurwaarden binnen het plangebied. Om een beeld te verkrijgen van de natuurwaarden op de locatie is op 17 maart 2011 een veldbezoek gebracht aan het plangebied. Mogelijke verblijfplaatsen en sporen van dieren zijn onderzocht. 1.4 Resultaten natuuronderzoek Natuurbeschermingswet: Het plangebied ligt ver buiten de invloedssfeer van door de Natuurbeschermingswet beschermde gebieden. In een straal van 5 kilometer rondom het plangebied liggen geen wettelijk beschermde Natura 2000-gebieden. Het dichtstbijzijnde wettelijk beschermde natuurgebied is het Natura 2000-gebied Hollands Diep en ligt op ongeveer 7,5 km afstand van de locatie. Over deze afstand zijn negatieve effecten op beschermde natuurgebieden redelijkerwijs uit te sluiten. Vanuit het project hoeft geen rekening te worden gehouden met wettelijke gebiedsbescherming. Ecologische Hoofdstructuur: Het plangebied valt ook buiten de door de Provincie Noord-Brabant aangewezen natuurgebieden van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Vanuit provinciaal beleid hoeft daarom geen rekening gehouden te worden met de planologische bescherming van natuurwaarden. Flora: In de huidige situatie is het plangebied onbebouwd en braakliggend. Binnen het plangebied zijn geen noemenswaardige soorten aanwezig. Ook aan de randen van het plangebied en rondom worden deze niet verwacht (het gaat om een intensief gebruikte akker ten noorden van het plangebied en aanwezige tuinen van de woningen rondom het plangebied). De aanwezigheid van bijzondere en beschermde soorten zijn dan ook niet te verwachten. Vanuit de Flora- en faunawet hoeft er geen rekening gehouden te worden met beschermde plantensoorten. Zoogdieren: Er kunnen enkele algemeen beschermde diersoorten van beschermingsniveau 1 op enige wijze in het gebied voorkomen, zoals Konijn. Voor deze soorten geldt een algemene vrijstelling van de Flora- en faunawet bij ruimtelijke ontwikkelingen. Op basis van algemene verspreidingsgegevens en habitatvoorkeur is het voorkomen van grondgebonden strenger beschermde soorten, zoals Eekhoorn en Steenmarter, op deze locatie redelijkerwijs uit te sluiten. Door de afwezigheid van gebouwen en bomen binnen het plangebied én geschikte bomen buiten het plangebied is het voorkomen van vleermuizen binnen het plangebied uitgesloten. Het plangebied is verder naar verwachting geen significant onderdeel van een foerageergebied van vleermuizen in de omgeving en door de ligging vormt het gebied daarnaast geen lijnstructuur waar als vliegroute van gebuikt gemaakt wordt door vleermuizen. Vogels: Vogelsoorten met jaarrond beschermde nestplaatsen volgens de Aangepaste lijst jaarrond beschermde vogelnesten van het Ministerie van LNV uit 2009 zijn in en rondom het plange- Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder te Standaardbuiten 4

443 bied redelijkerwijs niet te verwachten. Door de ligging van het gebied worden ook geen grondbroedende vogelsoorten verwacht, het terrein is daarnaast in gebruik als hondenuitlaatveld. Overige diersoorten: Het voorkomen van vissen in het plangebied is uitgesloten vanwege het ontbreken van water. Als landbiotoop voor amfibieën en reptielen is het plangebied door de aanwezige verhardingen en afwezigheid van schuilplaatsen niet geschikt. Derhalve zijn negatieve effecten op deze soortgroepen redelijkerwijs niet te verwachten. Voor beschermde ongewervelde soorten, heeft het plangebied weinig waarde door het ontbreken van geschikte biotopen. Deze diersoorten stellen namelijk zeer specifieke eisen aan hun leefomgeving. Negatieve effecten op deze soortengroep zijn derhalve redelijkerwijs uit te sluiten. 1.5 Conclusie en aanbevelingen Door de ontwikkeling van woningen in het plangebied zullen er, gezien de geringe oppervlakte van het terrein en de huidige situatie (open en braakliggend veld; in gebruik als hondenuilaatveld ), geen bijzondere of beschermde natuurwaarden verloren gaan. Vanuit de Flora- en faunawet hoeft geen rekening gehouden te worden met beschermde soorten. Natuurwaardenonderzoek Zomervlinder te Standaardbuiten 5

444

445 Bijlage 3: Brief Waterschap (23 mei 2005)

446

447

448

449

450

451

452

453

454

455 Bijlage 4: Bouwplan

456

457

458

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Nieuwbouw MFA Trefpunt aan de Beemdweg-West te Oud-Alblas Betreft Opdrachtnummer Resultaten geotechnisch onderzoek Funderingsadvies 03P000848 Documentnummer 03P000848-ADV-01

Nadere informatie

Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van Best d.d

Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van Best d.d Opdrachtgever AM Postbus 45 35 HB Utrecht Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van d.d. Rapport revisie datum status 9787 november 4 Definitief Status onderzoek Compleet Rapport Resultaten

Nadere informatie

Funderingsadvies Kaasmaakschuur Avonturenboerderij Molenwaard te Groot-Ammers

Funderingsadvies Kaasmaakschuur Avonturenboerderij Molenwaard te Groot-Ammers Funderingsadvies Kaasmaakschuur Avonturenboerderij Molenwaard te Groot-Ammers Funderingsadvies Kaasmaakschuur Avonturenboerderij Molenwaard te Groot-Ammers ADCIM Geotechniek b.v. Rembrandtlaan 650 3362

Nadere informatie

BEM Behoort bij beschikking d.d. ZK nr.(s) Omgevingsmanager. Geotechniek - Milieutechniek

BEM Behoort bij beschikking d.d. ZK nr.(s) Omgevingsmanager. Geotechniek - Milieutechniek BEM1401096 g em e e n t e St e e n b e r g e n Behoort bij beschikking d.d. 14-04-2014 nr.(s) ZK14000186 Omgevingsmanager Geotechniek - Milieutechniek Nieuwbouw Nova Lignum aan de Rondom te Dinteloord

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Nieuwbouw woonhuis + bijgebouw aan de Veendijk 8 te Deurne Betreft Resultaten geotechnisch onderzoek Opdrachtnummer 02P008352 Documentnummer 02P008352-RG-01 Opdrachtgever Architect

Nadere informatie

Resultaten grondonderzoek Woning aan de Lekdijk 42 te Nieuw-Lekkerland

Resultaten grondonderzoek Woning aan de Lekdijk 42 te Nieuw-Lekkerland Resultaten grondonderzoek Woning aan de Lekdijk 42 te Nieuw-Lekkerland Resultaten grondonderzoek Woning aan de Lekdijk 42 te Nieuw-Lekkerland ADCIM Geotechniek b.v. Rembrandtlaan 650 3362 AW Sliedrecht

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Herbouw woonhuis aan de Sint Jozefstraat 76 te Deurne Betreft Resultaten geotechnisch onderzoek Opdrachtnummer 02P007854 Documentnummer 02P007854-RG-01 Opdrachtgever Architect

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Dorpsschool te Rozendaal Betreft Resultaten geotechnisch onderzoek Opdrachtnummer 02P006764 Documentnummer 02P006764-RG-01 Opdrachtgever Gemeente Rozendaal Postbus 9106 6880

Nadere informatie

Gezien door de constructeurs van de gemeente Leiden akkoord E. Iwema. d.d. 10/04/2013. Geotechniek - Milieutechniek

Gezien door de constructeurs van de gemeente Leiden akkoord E. Iwema. d.d. 10/04/2013. Geotechniek - Milieutechniek Gezien door de constructeurs van de gemeente Leiden akkoord E. Iwema d.d. 10/04/2013 Geotechniek - Milieutechniek Opdracht Document Project : 04P001313 : 04P001313-RG-01 : Geotechnisch onderzoek aan de

Nadere informatie

Nieuwbouw woning aan de Kooiwalweg te Barendrecht. Bouwbedrijf De Vries en Verburg BV Postbus AB Stolwijk WN april 2014.

Nieuwbouw woning aan de Kooiwalweg te Barendrecht. Bouwbedrijf De Vries en Verburg BV Postbus AB Stolwijk WN april 2014. Rapport betreffende RESULTAAT GRONDONDERZOEK Nieuwbouw woning aan de Kooiwalweg te Opdrachtgever: Bouwbedrijf De Vries en Verburg BV Postbus 59 2820 AB Stolwijk Rapportnummer: Datum rapport: Revisie rapport:

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Zorgboerderij aan de Hagelkruisweg te Hegelsom Betreft Resultaten geotechnisch onderzoek Opdrachtnummer 02P008745 Documentnummer 02P008745-RG-01 Opdrachtgever Cor Mastenbroek

Nadere informatie

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel:

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel: Geotechnisch advies voor: Nieuwbouw voet- en fietsbrug nabij Lakenkoperweg, Aetsveld te Weesp Opdrachtnummer 15-5098-6 Opdrachtgever: Ros grondmechanica advies Lange Voort 249 2343 CE Oegstgeest Auteur:

Nadere informatie

Project : Nieuwbouw woningen aan het Bastion te Steenbergen Projectnr : Datum :

Project : Nieuwbouw woningen aan het Bastion te Steenbergen Projectnr : Datum : BEM1700328 gemeente Steenbergen Behoort bij beschikking d.d. nr.(s) 24-02-2017 ZK17000448 Medewerker Publiekszaken/vergunningen Ontwerp funderingsadvies op palen Project : Nieuwbouw woningen aan het Bastion

Nadere informatie

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel:

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel: Geotechnisch advies voor: Nieuwbouw kantoorpand aan de Hollandse kade 23 Woerdense Verlaat Opdrachtnummer 15-5164 Opdrachtgever: Vereniging Natuurmonumenten Postbus 9955 1243 ZS 's-graveland Auteur: ir.

Nadere informatie

Hierbij zenden wij u de rapportage betreffende een project aan het Oppad te Oud-Loosdrecht.

Hierbij zenden wij u de rapportage betreffende een project aan het Oppad te Oud-Loosdrecht. Gemeente Wijdemeren T.a.v. mevrouw Koelemeij Postbus 190 1230 AD Loosdrecht Almelo, 4 september 2012 Onderwerp: project aan het Oppad te Oud-Loosdrecht Geachte mevrouw Koelemeij, Hierbij zenden wij u de

Nadere informatie

Uw kenmerk: --- Ons kenmerk: B02 Bemmel, 27 november Woning aan de Loostraat (kavel 201) te Huissen.

Uw kenmerk: --- Ons kenmerk: B02 Bemmel, 27 november Woning aan de Loostraat (kavel 201) te Huissen. Koops & Romeijn grondmechanica Samenwerkende, zelfstandige adviseurs voor grondonderzoek, geotechniek en geohydrologie De heer J. ter Heurne Nachtschade 5 6841 KM ARNHEM Meurs grondmechanica advies De

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Nieuwbouw 5 groepswoonblokken en kinderdagcentrum aan de Charloisse Lagedijk te Rotterdam Charlois Betreft Resultaten geotechnisch onderzoek Funderingsadvies Opdrachtnummer

Nadere informatie

Project : Nieuwbouw vakantiewoning aan de Joossesweg111 te Westkapelle Projectnr : Datum :

Project : Nieuwbouw vakantiewoning aan de Joossesweg111 te Westkapelle Projectnr : Datum : Ontwerp funderingsadvies op palen Project : Nieuwbouw vakantiewoning aan de Joossesweg111 te Westkapelle Projectnr : 16047287-1239 Datum : 31-5-2016 Opdrachtgever : Ingenieursbureau Boevé b.v. Postbus

Nadere informatie

ONTWERP BERLINERWAND T.B.V. KELDER WONING KAVEL 20, RIETEILAND OOST TE AMSTERDAM

ONTWERP BERLINERWAND T.B.V. KELDER WONING KAVEL 20, RIETEILAND OOST TE AMSTERDAM ONTWERP BERLINERWAND T.B.V. KELDER WONING KAVEL 20, RIETEILAND OOST TE AMSTERDAM 16.2171a Opdrachtgever : Fam. Van Riesen de Jong Burg. Haspelslaan 364 1181 NG Amstelveen Architect : Marco van Veldhuizen

Nadere informatie

URGENTIE : NORMAAL Fax bericht nr. : 2 : SPOED Datum : 19 augustus 2011 Aantal pagina's : 10

URGENTIE : NORMAAL Fax bericht nr. : 2 : SPOED Datum : 19 augustus 2011 Aantal pagina's : 10 URGENTIE : NORMAAL Fax bericht : 2 : SPOED Datum : 19 augustus 2011 Aantal pagina's : 10 Aan : Pieters Bouwtechniek Delft B.V. Telefax : Per e-mail T.a.v. : Dhr. R. Doomen C.C. Aan : Pieters Bouwtechniek

Nadere informatie

Koops & Romeijn grondmechanica

Koops & Romeijn grondmechanica D16506889 Koops & Romeijn grondmechanica Samenwerkende, zelfstandige adviseurs voor grondonderzoek, geotechniek en geohydrologie D16506889 De heer T. Bemmelmans Graafseweg 13e 6531 XT NIJMEGEN Meurs grondmechanica

Nadere informatie

Geotechnisch bodemonderzoek A9 Heiloo

Geotechnisch bodemonderzoek A9 Heiloo Geotechnisch bodemonderzoek A9 Heiloo ONDERDEEL VAN ORTAGEO GROEP WWW.ORTAGEO.NL Vestiging Almelo: Einsteinstraat 1a 71 PR ALMELO Lankelma Geotechniek Almelo B.V. Tel. +31()5-53 7 info@lankelma-almelo.nl

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: Project aan de Looweg te Uden. Opdrachtnr. : HA

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: Project aan de Looweg te Uden. Opdrachtnr. : HA Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: te Opdrachtnr. : HA- Datum rapport : oktober Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: te Opdrachtnr. : HA- Datum rapport : oktober

Nadere informatie

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek te Lelystad

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek te Lelystad Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek te Opdrachtnummer : 61140249 Project :, Warande Deelgebied 1 en 2 Nieuwbouw Opdrachtgever : Gemeente t.a.v. Crediteuren administratie Postbus 91 Stadhuisplein 2 8200

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: project aan de Aubade en de Vurehout te Zaandam. Opdrachtnr. : HA /

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: project aan de Aubade en de Vurehout te Zaandam. Opdrachtnr. : HA / Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: project aan de Aubade en de Vurehout te Opdrachtnr. : HA-010270/20105441 Datum rapport : 2 november 2012 Veldrapport betreffende grondonderzoek ten

Nadere informatie

Funderingsadvies betreffende: Tijdelijke opslagaccomodatie aan de Handelskade te Schiphol. ons kenmerk S F1/AJJ datum 4 februari 2016

Funderingsadvies betreffende: Tijdelijke opslagaccomodatie aan de Handelskade te Schiphol. ons kenmerk S F1/AJJ datum 4 februari 2016 Pyrietstraat 1 1812 SC Alkmaar Postbus 60 1850 AB Heiloo Telefoon 072 5064817 Website tjadenadvies.nl E-mail info@tjadenadvies.nl Funderingsadvies betreffende: Tijdelijke opslagaccomodatie aan de Handelskade

Nadere informatie

Geotechnisch rapport

Geotechnisch rapport Geotechnisch rapport betreffende een project aan de Oude Gracht 8 te Veenhuizen Opdrachtnummer Datum rapport 9 februari 2016 Opdrachtgever Fledderus Ingenieurs De Wouden 78 9405 HL Assen Versie Datum Omschrijving

Nadere informatie

Indicatief funderingsadvies

Indicatief funderingsadvies Zie voorwaarden in de vergunning! Gezien door de Brandweer constructeurs gemeente Leiden N. Breuer d.d. 27/10/2017 Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden Wabo 171568 / 3007531

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Nieuwbouw woning aan de Ferdinand Bolstraat 22 te Deurne Betreft Resultaten geotechnisch onderzoek Funderingsadvies Opdrachtnummer 02P004463-01 Documentnummer 02P004463-01-adv-01

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning en bijgebouw aan de Elderinkweg 9a te Hengelo GLD

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning en bijgebouw aan de Elderinkweg 9a te Hengelo GLD Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning en bijgebouw aan de Elderinkweg 9a te Hengelo GLD Opdrachtnr. : HA-14136 Datum rapport : 17 maart 2017 Veldrapport betreffende grondonderzoek

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Bielemansdijk tegenover 4 te Zelhem. Opdrachtnr. : HA

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Bielemansdijk tegenover 4 te Zelhem. Opdrachtnr. : HA Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Bielemansdijk tegenover 4 te Zelhem Opdrachtnr. : HA-013167 Datum rapport : 23 mei 2016 Veldrapport betreffende grondonderzoek ten

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Nieuwbouw woonboerderij met bijgebouw nabij de Klantstraat 12 te Uden Betreft Resultaten geotechnisch onderzoek Opdrachtnummer 2P8251 Documentnummer 2P8251-RG-1 Opdrachtgever

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Paardendorpseweg 2 te Zelhem

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Paardendorpseweg 2 te Zelhem Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Paardendorpseweg 2 te Zelhem Opdrachtnr. : HA-14646 Datum rapport : 28 juli 2017 Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Oude Kruisbergseweg 1 te Zelhem. Opdrachtnr. : HA

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Oude Kruisbergseweg 1 te Zelhem. Opdrachtnr. : HA Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Oude Kruisbergseweg 1 te Zelhem Opdrachtnr. : HA-012122 Datum rapport : 23 april 2015 Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve

Nadere informatie

Project : plaatsen dakopbouw aan het Utrechts Jaagpad 110 Plaats : LEIDEN

Project : plaatsen dakopbouw aan het Utrechts Jaagpad 110 Plaats : LEIDEN Datum : 18 januari 2017 Opdrachtnummer : 116347 Project : plaatsen dakopbouw aan het Utrechts Jaagpad 110 Plaats : LEIDEN Opdrachtgever : De heer en mevrouw Hulskamp Utrechts Jaagpad 110 2314 AT Leiden

Nadere informatie

OOSTKAPELLE. Siban Beheer B.V. Park Reeburg GC VUGHT

OOSTKAPELLE. Siban Beheer B.V. Park Reeburg GC VUGHT Opdracht 15854 Plaats Oostkapelle Project Nieuwbouw woonhuis aan de Oude Dombrugseweg Betreft Grondonderzoek ten behoeve van nieuwbouw woonhuis aan de Oude Dombrugseweg te OOSTKAPELLE Opdrachtgever Siban

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning met eventueel nieuw te bouwen hal aan de Handwijzersdijk nabij 2 te Hengelo

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning met eventueel nieuw te bouwen hal aan de Handwijzersdijk nabij 2 te Hengelo Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning met eventueel nieuw te bouwen hal aan de Handwijzersdijk nabij 2 te Hengelo Opdrachtnr. : HA-14101 / 16531 Datum rapport : 13 maart 2017 Veldrapport

Nadere informatie

Geotechnisch onderzoek. aan de Mayweg te 's-hertogenbosch

Geotechnisch onderzoek. aan de Mayweg te 's-hertogenbosch Geotechnisch onderzoek aan de Mayweg november - Blz. Onderwerp: Projectnummer: Opdrachtgever: nieuwbouw parkeergarage aan de Mayweg Aan de Stegge Twello Postbus AB Twello Constuctieadviseur: JVZ Raadgevend

Nadere informatie

Uitvoering van schroefpalen; type Avegaar

Uitvoering van schroefpalen; type Avegaar Dienst Stadsontwikkeling GEMEENTE UTRECHT Uitvoering van schroefpalen; type Avegaar (vervaardiging van de in de grond gevormde paal) Nummer : wr 05 auteur : A. Borst eigenaar : A. Borst uitgave : januari

Nadere informatie

RESULTATEN GRONDONDERZOEK. Nieuwbouw bedrijfsruimte, Braamweg 7 te Neerkant. Braamweg PS Neerkant. Keulsebaan AA Neerkant

RESULTATEN GRONDONDERZOEK. Nieuwbouw bedrijfsruimte, Braamweg 7 te Neerkant. Braamweg PS Neerkant. Keulsebaan AA Neerkant Rapport: RESULTATEN GRONDONDERZOEK Nieuwbouw bedrijfsruimte, Braamweg 7 te Neerkant Opdrachtgever: Dhr. R. Janssen Braamweg 7 5758 PS Neerkant Contactbedrijf: Bouwkundig Buro Bos v.o.f. Keulsebaan 1 5758

Nadere informatie

LAflCcmeente Hilvarenbeek

LAflCcmeente Hilvarenbeek LAflCcmeente Hilvareneek I N. Tl I I U R,S B U R E,ŭ vą^ah^į. ingekomen: Opdrachtgever: Bouwedrijf Ger.van Gisergen BV Postus 4 AC Reusel Rapport: revisie: datum: status: juli 2 Definitief Status onderzoek:

Nadere informatie

Geohydrologisch onderzoek Aldenhofpark. Te Hoensbroek In de gemeente Heerlen. Projectnr.: Datum rapport: 17 december 2012. Postbus 1 6400 AA Heerlen

Geohydrologisch onderzoek Aldenhofpark. Te Hoensbroek In de gemeente Heerlen. Projectnr.: Datum rapport: 17 december 2012. Postbus 1 6400 AA Heerlen Geohydrologisch onderzoek Aldenhofpark Te Hoensbroek In de gemeente Heerlen Opdrachtnummer: Versie: Uw referentie: Projectnr.: GA-120338-2 V01 Definitief HL091704901 79A Datum rapport: 17 december 2012

Nadere informatie

Geotechnisch bodemonderzoek Sleedoorn in Beilen

Geotechnisch bodemonderzoek Sleedoorn in Beilen Geotechnisch bodemonderzoek Sleedoorn in Beilen ONDERDEEL VAN ORTAGEO GROEP WWW.ORTAGEO.NL Vestiging Almelo: Einsteinstraat 12a 7601 PR ALMELO Lankelma Geotechniek Almelo B.V. Tel. +31(0)546-53 20 74 info@lankelma-almelo.nl

Nadere informatie

Namens dezen, Teamleider Ruimtelijke Ordening & Vergunningen. Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen:

Namens dezen, Teamleider Ruimtelijke Ordening & Vergunningen. Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen: Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen: 18-11-2016 Opdracht : HA-13631A Betreft : Woning op plan De Eekhof (kavel 1.09) te BIEST-HOUTAKKER Opdrachtgever : VariaHuis Jutestraat 43-45 7461 TS RIJSSEN Datum : 4

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Charloisse Lagedijk 931 te Rotterdam

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Charloisse Lagedijk 931 te Rotterdam Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: woning aan de Charloisse Lagedijk 931 te Rotterdam Opdrachtnr. : HA-15151 / 331107 Datum rapport : 30 maart 2018 Veldrapport betreffende grondonderzoek

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek nieuwbouw Noord-Boulevard te Den Haag-Scheveningen

Veldrapport betreffende grondonderzoek nieuwbouw Noord-Boulevard te Den Haag-Scheveningen GEOMET POWERED BY ABO-GROUP Veldrapport betreffende grondonderzoek nieuwbouw Noord-Boulevard te Den Haag-Scheveningen Opdracht nummer Datum rapport 7 oktober 216 blz. 1 Veldrapport betreffende grondonderzoek

Nadere informatie

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.650 en Y = 447.600.

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.650 en Y = 447.600. Bijlage I Technische beoordeling van de vergunningsaanvraag van Ontwikkelingsverband Houten C.V. voor het onttrekken van grondwater ten behoeve van de bouw van een parkeerkelder onder het nieuw realiseren

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Nieuwbouw 14 woningen aan de Zijlstraat te Heeswijk-Dinther Betreft Resultaten geotechnisch onderzoek Funderingsadvies Opdrachtnummer 02P005770 Documentnummer 02P005770-adv-01

Nadere informatie

: SAB Prinses Margrietlaan Best Betreft : Watertoets ontwikkeling Prinses Margrietlaan nabij nr. 24

: SAB Prinses Margrietlaan Best Betreft : Watertoets ontwikkeling Prinses Margrietlaan nabij nr. 24 Logo MEMO Aan : Henrike Francken Van : Michiel Krutwagen Kopie : Dossier : BA1914-112-100 Project : SAB Prinses Margrietlaan Best Betreft : Watertoets ontwikkeling Prinses Margrietlaan nabij nr. 24 Ons

Nadere informatie

Koops & Romeijn grondmechanica

Koops & Romeijn grondmechanica Koops & Romeijn grondmechanica Samenwerkende, zelfstandige adviseurs voor grondonderzoek, geotechniek en geohydrologie Ingenieursburo van der Werf en Lankhorst T.a.v. de heer F. Loeffen Kronenburgsingel

Nadere informatie

14. Geohydrologie Zuidbuurt eemnes Tauw Kenmerk N001-4524746BTM-V01 06-12-2007

14. Geohydrologie Zuidbuurt eemnes Tauw Kenmerk N001-4524746BTM-V01 06-12-2007 14. Geohydrologie Zuidbuurt eemnes Tauw 06-12-2007 Notitie Concept Contactpersoon Maaike Bevaart Datum 6 december 2007 Geohydrologie Zuidbuurt Eemnes 1 Inleiding Ter voorbereiding op de ontwikkeling van

Nadere informatie

: Nieuwbouw van een woonhuis aan de Burg. Loonstraat 62 te Steenbergen Projectnr : Datum :

: Nieuwbouw van een woonhuis aan de Burg. Loonstraat 62 te Steenbergen Projectnr : Datum : GEOSONDA BEM1501479 gemeente Steenbergen Ontwerp funderinqsadvîes op palen Project : Nieuwbouw van een woonhuis aan de Burg. Loonstraat 62 te Steenbergen Projectnr : 14055556-1158 Datum : 24-2-2015 Opdrachtgever

Nadere informatie

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek Project :, Woning en Veldschuur Opdrachtnummer : Opdrachtgever :Vos Bouwadvies en Management Koffielaantje PL erveen datum deel rapport omschrijving projectleider

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek BEM ZK Behoort bij beschikking. d.d. nr.(s)

Geotechniek - Milieutechniek BEM ZK Behoort bij beschikking. d.d. nr.(s) BEM1402696 g em e e n t e St e e n b e r g e n Behoort bij beschikking d.d. 25-06-2014 nr.(s) ZK14000609 Juridisch beleidsmedewerker Publiekszaken / vergunningen Geotechniek - Milieutechniek 8 woningen

Nadere informatie

Koops & Romeijn grondmechanica

Koops & Romeijn grondmechanica Koops & Romeijn grondmechanica Samenwerkende, zelfstandige adviseurs voor grondonderzoek, geotechniek en geohydrologie PS Architecten T.a.v. de heer P. Plaisier Danzigkade 3d 1013 AP AMSTERDAM Meurs grondmechanica

Nadere informatie

CREMATORIUM NOORDERBEGRAAFPLAATS TE AMSTERDAM NOORD

CREMATORIUM NOORDERBEGRAAFPLAATS TE AMSTERDAM NOORD FUGRO INGENIEURSBUREAU B.V. Regio Noord-West GEOTECHNISCH ONDERZOEK EN FUNDERINGSADVIES betreffende CREMATORIUM NOORDERBEGRAAFPLAATS TE AMSTERDAM NOORD Opdrachtnummer: 48-354-4 6 DP Amsterdam Projectleider

Nadere informatie

HENGELO (GLD) T.a.v. Dhr. E. Dubbink. Postbus AE RIJSSEN

HENGELO (GLD) T.a.v. Dhr. E. Dubbink. Postbus AE RIJSSEN Betreft : Funderingsadvies voor de bouw van 64 woningen in het plan "De Kwekerij" te HENGELO (GLD) Opdrachtgever : Bouwbedrijf Roosdom Tijhuis Rijssen b.v. T.a.v. Dhr. E. Dubbink Postbus 237 7460 AE RIJSSEN

Nadere informatie

Geotechnisch onderzoek

Geotechnisch onderzoek Raadgevend Ingenieursbureau Wiertsema & Partners bv Feithspark 6, 9356 BZ Tolbert Postbus 27, 9356 ZG Tolbert Tel.: 0594 51 68 64 Fax: 0594 51 64 79 E-mail: info@wiertsema.nl Internet: www.wiertsema.nl

Nadere informatie

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek Project :Ansen, Om de Kamp 8 Woningen Opdrachtnummer :61141156 Opdrachtgever :Dekker Pojectontwikkeling BV Antaresstraat 1 1829 CP Alkmaar datum revisie omschrijving

Nadere informatie

Funderingsadvies. nieuwbouw bedrijfspand aan de Kaapstadweg. te Amsterdam

Funderingsadvies. nieuwbouw bedrijfspand aan de Kaapstadweg. te Amsterdam Raadgevend Ingenieursbureau Wiertsema & Partners B.V. Feithspark 6, 9356 BZ Tolbert Postbus 27, 9356 ZG Tolbert Tel.: 0594 51 68 64 Fax: 0594 51 64 79 E-mail: info@wiertsema.nl Internet: www.wiertsema.nl

Nadere informatie

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek IJB Geotechniek B.V. Flevostraat Postbus AE Lemmer BTW NL9B KvK 9 Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek Project :Beilen, Reseda Woningen Opdrachtnummer : Opdrachtgever :Koenen Bouw- en Aan.mij. BV Postbus

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Bijlagen. Inleiding.3

Inhoudsopgave. Bijlagen. Inleiding.3 Inhoudsopgave Inleiding.3 1 Geotechnisch grondonderzoek... 4 1.1 Algemeen... 4 1.2 Normen en richtlijnen... 4 1.3 Offerte... 4 1.4 Veldwerk... 4 1.5 Classificatie middels wrijvingsgetal... 5 Bijlagen Bijlage

Nadere informatie

Datum : 6 oktober Project : restautatie(in- en extern) monumentale boerderij Dorpstraat 13 Plaats : JISP

Datum : 6 oktober Project : restautatie(in- en extern) monumentale boerderij Dorpstraat 13 Plaats : JISP Datum : 6 oktober 2016 Opdrachtnummer : 710253 Project : restautatie(in- en extern) monumentale boerderij Dorpstraat 13 Plaats : JISP Opdrachtgever : Fam. Alofs Dorpstraat 13 1546 LD Jisp Constructeur

Nadere informatie

Nieuwbouw BMV aan het Nassauplein te Grathem, gem. Leudal Betreft Geohydrologisch onderzoek Opdrachtnummer Document Opdrachtgever VH-5775-B VH-5775-B-01 Gemeente Leudal Postbus 3008 36093 ZG Leudal Contactbedrijf

Nadere informatie

Gemeente Leiden Ingenieursbureau ing. J.E.M. Vermeulen. Postbus 9100 2300 PC LEIDEN. 1 Inleiding

Gemeente Leiden Ingenieursbureau ing. J.E.M. Vermeulen. Postbus 9100 2300 PC LEIDEN. 1 Inleiding Gemeente Leiden Ingenieursbureau ing. J.E.M. Vermeulen Postbus 9100 2300 PC LEIDEN datum Delft, 23 juni 2010 referentie B. Everts uw kenmerk betreft vervanging riolering Fruitbuurt te Leiden 1 Inleiding

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING (definitief besluit) Nummer: W12/003358

OMGEVINGSVERGUNNING (definitief besluit) Nummer: W12/003358 OMGEVINGSVERGUNNING (definitief besluit) Nummer: W12/003358 Aanvraag Op 29 februari 2012 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het oprichten van 28 woningen, kadastraal bekend gemeente

Nadere informatie

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Definitief Bouwfonds Ontwikkeling Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 6 april 2009 Verantwoording Titel : Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Subtitel : Projectnummer : 275039 Referentienummer

Nadere informatie

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek

Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek Rapportage Geotechnisch Bodemonderzoek Project :Oostkapelle, Zeeduinse Poort kv22 Fam. Eckhardt Opdrachtnummer :61160108 Opdrachtgever :Groothuis Werkbouw BV Titaniumweg 10 8304 BR Emmeloord datum deel

Nadere informatie

Project : Nieuwbouw ambulancestandplaats aan de Noordlangeweg te Dinteloord Projectnr : Datum :

Project : Nieuwbouw ambulancestandplaats aan de Noordlangeweg te Dinteloord Projectnr : Datum : GESNDA 0,5. BEM1405087 gemeente Steenbergen BEM1404723 gemeente Steenbergen ntwerp funderingsadvies op palen Project : Nieuwbouw ambulancestandplaats aan de Noordlangeweg te Dinteloord Projectnr : 14035433-1154

Nadere informatie

Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden BV Hoge Morsweg Leiden. Rapportnummer: A

Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden BV Hoge Morsweg Leiden. Rapportnummer: A Project: 10 woningen Hoge Morsweg Leiden Onderdeel: Funderingsadvies Rapportnummer: 61131121-A Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden BV. 131542-974517 Opdrachtgever: Schutte

Nadere informatie

Museum De Lakenhal te Leiden

Museum De Lakenhal te Leiden Project Museum De Lakenhal te Leiden Ordernummer 8536 Opdrachtgever Gemeente Leiden Rapportnummer 001 Omschrijving Fase Constructieve omschrijving ten behoeve van de aanvraag omgevingsvergunning van de

Nadere informatie

Jacob van Lennepkade 281 Amsterdam GEOTECHNISCH ONDERZOEK CB-01. Schillingweg 103, 2153 PL Nieuw-Vennep

Jacob van Lennepkade 281 Amsterdam GEOTECHNISCH ONDERZOEK CB-01. Schillingweg 103, 2153 PL Nieuw-Vennep CB-01 Behoort bij beschikking met Olo-nummer 2551683 d.d. 8 februari 2017 GEOTECHNISCH ONDERZOEK Jacob van Lennepkade 281 Amsterdam Postadres Lisserweg 712, 2165 AV Lisserbroek T 0252-416 132 E info@geosupporting.nl

Nadere informatie

Datum : 11 augustus 2016

Datum : 11 augustus 2016 Datum : 11 augustus 2016 Opdrachtnummer : 116048 Project : nieuwbouw appartementengebouw met 72 studio's, kantoorruimte en parkeergarage, Boshuizerkade Plaats : LEIDEN Opdrachtgever : Topaz Leiden t.a.v.

Nadere informatie

b.g.g

b.g.g Project: Onderdeel: Rapportnummer: Nieuwbouw bedrijfspand Educalaan 39 Dronten 61121442-1-rap Opdrachtgever: Stichting MJUN De Drieslag 4 8251 JZ Dronten Contactpersoon: - Datum: 5 september 2012 Status:

Nadere informatie

Infiltratieonderzoek autobedrijf Van den Brink Rosendaalsestraat 437-441

Infiltratieonderzoek autobedrijf Van den Brink Rosendaalsestraat 437-441 Notitie Contactpersoon Wietske Terpstra Datum 25 oktober 2011 Kenmerk N001-4817394TER-mfv-V01-NL Infiltratieonderzoek autobedrijf Van den Brink Rosendaalsestraat 437-441 1 Inleiding Autobedrijf Van den

Nadere informatie

Schroefpalen. Schroefpalen bestaan in diverse uitvoeringen: - schroefpaal, ofwel mortelschroefpaal; - buisschroefpaal; - verbuisde schroefpaal.

Schroefpalen. Schroefpalen bestaan in diverse uitvoeringen: - schroefpaal, ofwel mortelschroefpaal; - buisschroefpaal; - verbuisde schroefpaal. BAM Speciale Technieken Schroefpalen Verbuisde schroefpalen direct naast kunstwerk, A2 Den Bosch Schroefpalen zijn trillingsarme en geluidsarme, in de grond gevormde avegaarpalen. Ze zijn toepasbaar in

Nadere informatie

EFFECTEN PEILVERHOGING watergang langs het voormalige DEK terrein nabij Oostersingel en Vlietsingel te MEDEMBLIK

EFFECTEN PEILVERHOGING watergang langs het voormalige DEK terrein nabij Oostersingel en Vlietsingel te MEDEMBLIK De Meern: 20-07-2016 Aangepast: 21-07-2016 Aangepast: 06-09-2016 Opdrachtnr.: 710241 Betreft: Project: EFFECTEN PEILVERHOGING watergang langs het voormalige DEK terrein nabij Oostersingel en Vlietsingel

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Vodafone site 8379-A aan het Meanderplein 1 te Lelystad Betreft Opdrachtnummer Resultaten geotechnisch onderzoek Funderingsadvies 02P004297 Documentnummer 02P004297-ADV-01

Nadere informatie

Rapport grondmechanisch onderzoek. Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376

Rapport grondmechanisch onderzoek. Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376 Geosonda Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel Tel +32 (0)2 479 32 41 Fax +32 (0)2 478 29 67 Rapport grondmechanisch onderzoek Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376 Opdrachtgever: Werf:

Nadere informatie

Geotechnisch onderzoek

Geotechnisch onderzoek Raadgevend Ingenieursbureau Wiertsema & Partners B.V. Feithspark 6, 9356 BZ Tolbert Postbus 27, 9356 ZG Tolbert Tel.: 0594 51 68 64 Fax: 0594 51 64 79 E-mail: info@wiertsema.nl Internet: www.wiertsema.nl

Nadere informatie

RESULTATEN GRONDONDERZOEK. Nieuwbouw bedrijfsruimte Koonings, Hoek Binderendreef - Helmondsingel te Deurne. Dukaat 5a 5751 PW Deurne

RESULTATEN GRONDONDERZOEK. Nieuwbouw bedrijfsruimte Koonings, Hoek Binderendreef - Helmondsingel te Deurne. Dukaat 5a 5751 PW Deurne Rapport: RESULTATEN GRONDONDERZOEK Nieuwbouw bedrijfsruimte Koonings, Hoek Binderendreef - Helmondsingel te Deurne Opdrachtgever: Koonings Bruid & Bruidegom Dukaat 5a 5751 PW Deurne Contactbedrijf: TBB

Nadere informatie

DOORLATENDHEID BARTOK TE ARNHEM

DOORLATENDHEID BARTOK TE ARNHEM FUGRO GEOSERVICES B.V. Geo-Advies Oost-Nederland Briefrapport betreffende DOORLATENDHEID BARTOK TE ARNHEM Opdrachtnummer: 6014-0266-000 Opgesteld door : M. van Dijk adviseur Projectleider : drs. O. Duizendstra

Nadere informatie

Geotechnisch funderingsadvies t.b.v.: ONDERZOEK DRAAGKRACHT VLOER HAL 8 EN VOORTERREIN, TERREINEN DECCAWEG 22, AMSTERDAM-WESTPOORT

Geotechnisch funderingsadvies t.b.v.: ONDERZOEK DRAAGKRACHT VLOER HAL 8 EN VOORTERREIN, TERREINEN DECCAWEG 22, AMSTERDAM-WESTPOORT Geotechnisch funderingsadvies t.b.v.: ONDERZOEK DRAAGKRACHT VLOER HAL 8 EN VOORTERREIN, TERREINEN DECCAWEG 22, AMSTERDAM-WESTPOORT Opdracht nr. : 16.224 Rapport : 16.224R1 Opdrachtgever : E & A Scheer

Nadere informatie

NIEUWBOUW OPSLAGLOODS MTS. DRENTHEN RIJKSWEG 4 TE SMILDE

NIEUWBOUW OPSLAGLOODS MTS. DRENTHEN RIJKSWEG 4 TE SMILDE W2N engineers b.v. Dopheide 2 Postbus 258 9200 AG Drachten T: 0512 544888 E: drachten@w2n.nl W: www.w2n.nl B: NL79 RABO 0369 0496 83 k.v.k. Leeuwarden 59819588 NIEUWBOUW OPSLAGLOODS MTS. DRENTHEN RIJKSWEG

Nadere informatie

MONITORING GRONDWATERSTANDEN 3E OOSTERPARKSTRAAT EN VROLIKSTRAAT TE AMSTERDAM

MONITORING GRONDWATERSTANDEN 3E OOSTERPARKSTRAAT EN VROLIKSTRAAT TE AMSTERDAM Briefrapport betreffende MONITORING GRONDWATERSTANDEN 3E OOSTERPARKSTRAAT EN VROLIKSTRAAT TE AMSTERDAM Opdrachtnummer: 1109-0036-001 Veurse Achterweg 10, Postbus 63, 2260 AB, Leidschendam, Tel: 070-3111333.,

Nadere informatie

Geotechnisch onderzoek Uitbreiding zwembad de Kromme Rijn te Utrecht

Geotechnisch onderzoek Uitbreiding zwembad de Kromme Rijn te Utrecht Geotechnisch onderzoek Uitbreiding zwembad de Kromme Rijn te Utrecht Opdracht nummer : 08.9036 Opdrachtgever : Gemeente Utrecht Postbus 158 3500 GD Utrecht Datum : 7 november 008 Geachte heer Hardij, Op

Nadere informatie

Geohydrologische situatie Burg. Slompweg

Geohydrologische situatie Burg. Slompweg Notitie Contactpersoon Johannes Weemstra Datum 21 november 2012 Kenmerk N003-1210450WEJ-rrt-V01-NL Geohydrologische situatie Burg. Slompweg 1 Inleiding In opdracht van de gemeente Steenwijkerland heeft

Nadere informatie

Stalen brug Claudiuspad 7 x 1,5 m1. Gemeente Leiden. F. Rammeloo Berekening brug 7x1.5m1. Berekening brug

Stalen brug Claudiuspad 7 x 1,5 m1. Gemeente Leiden. F. Rammeloo Berekening brug 7x1.5m1. Berekening brug RB048-11, Gemeente Leiden, Sta Stalen brug Claudiuspad 7 x 1,5 m1, 11.309 Bazeldijk 86 4231 ZE Meerkerk Tel: 0183-59027 Fax: 0183-59028 www.dams amsteegtwaterwerken.nl info@dams amsteegtwaterwerken.nl

Nadere informatie

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK 10869 Nieuwbouwproject WVI, Moorslede Geosonda bvba Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel BTW: BE 0452 403 644 www.geosonda.be info@geosonda.be +32 (0)2 479 32 41 1. Administratieve

Nadere informatie

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK 10939 Nieuwbouw, Ledegem Geosonda bvba Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel BTW: BE 0452 403 644 www.geosonda.be info@geosonda.be +32 (0)2 479 32 41 1. Administratieve gegevens

Nadere informatie

Besteksomschrijving Voton HSP. volgens Stabu- en RAW-systematiek. Voton HSP is een product van Voorbij Funderingstechniek

Besteksomschrijving Voton HSP. volgens Stabu- en RAW-systematiek. Voton HSP is een product van Voorbij Funderingstechniek Besteksomschrijving Voton HSP volgens Stabu- en RAW-systematiek Voton HSP heeft een eigen website : www.voton-hsp.nl Stelt u prijs op nader contact, informatie of een Cd rom over het HSP systeem, dan kunt

Nadere informatie

Besluit. OMGEVINGSVERGUNNING Dossiernummer WABO_VERG Besluitnummer INT

Besluit. OMGEVINGSVERGUNNING Dossiernummer WABO_VERG Besluitnummer INT OMGEVINGSVERGUNNING Dossiernummer WABO_VERG-12-00500 Besluitnummer INT13-0552 Besluit Onderwerp Beslissing van burgemeester en wethouders van Best op de op 23 maart 2012 ingekomen aanvraag om een omgevingsvergunning

Nadere informatie

Nieuwbouw aan de Pontanusstraat te Blerick

Nieuwbouw aan de Pontanusstraat te Blerick Nieuwbouw aan de Pontanusstraat te Blerick Betreft Opdrachtnummer Resultaten geotechnisch onderzoek Funderingsadvies 02P008899 Documentnummer 02P008899-adv-01 Opdrachtgever Constructeur Mosella BV Laurentiusplein

Nadere informatie

DOORLATENDHEIDSONDERZOEK WOUTERIJ 55 TE KOEWACHT

DOORLATENDHEIDSONDERZOEK WOUTERIJ 55 TE KOEWACHT DOORLATENDHEIDSONDERZOEK WOUTERIJ 55 TE KOEWACHT Rapportage doorlatendheidsonderzoek Wouterij 55 te Koewacht Opdrachtgever Rho Adviseurs voor leefruimte Nieuwstraat 27 4331 JK Middelburg Rapportnummer

Nadere informatie

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: Project aan de Looweg te Uden. Opdrachtnr. : HA A

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: Project aan de Looweg te Uden. Opdrachtnr. : HA A Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: te Opdrachtnr. : HA-A Datum rapport : november Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: te Opdrachtnr. : HA-A Datum rapport : november

Nadere informatie

Rapport grondmechanisch onderzoek. Provinciaal domein Puyenbroeck. Wachtebeke Locatie 4 - loods logistiek 15/165.4

Rapport grondmechanisch onderzoek. Provinciaal domein Puyenbroeck. Wachtebeke Locatie 4 - loods logistiek 15/165.4 Geosonda Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel Tel +32 (0)2 479 32 41 Fax +32 (0)2 478 29 67 Rapport grondmechanisch onderzoek Provinciaal domein Puyenbroeck, Wachtebeke Locatie 4 - loods logistiek 15/165.4

Nadere informatie

Annahoeve Science Park 205

Annahoeve Science Park 205 Annahoeve Science Park 205 Amsterdam 215231 Wabo rapportage Uitgangspunten verbouwing 04 juni 2015 Van Slingelandtstraat 28 1051 CH AMSTERDAM Postbus 57153 1040 BB AMSTERDAM www.duyts.nl 020-6847475 info@duyts.nl

Nadere informatie

kade Peil vaart -0.4 Gws binnen kuip -3.9 Waterdruk die lek veroorzaakt

kade Peil vaart -0.4 Gws binnen kuip -3.9 Waterdruk die lek veroorzaakt Notitie Aan: Waternet Van: Ben van der Wal, Geert Kerkvliet Datum: 28 mei 2015 Kopie: Gemeente Amsterdam Ons kenmerk: INFRABD3912N004F02 Classificatie: Project gerelateerd HaskoningDHV Nederland B.V. Infrastructure

Nadere informatie

Geotechniek - Milieutechniek

Geotechniek - Milieutechniek Geotechniek - Milieutechniek Appartementengebouw te Waalre Betreft Opdrachtnummer Resultaten geotechnisch onderzoek Funderingsadvies 02P009244 Documentnummer 02P009244-adv-01 Opdrachtgever Bygg Architecture

Nadere informatie