Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
|
|
- Nina Wouters
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke december 2004, ontwerp
2
3 Colofon Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal Opdrachtgever: Gemeente Harelbeke Projectleiding en coördinatie: Stefaan Verreu Ontwerpers: Elke Denys
4
5 INHOUDSTAFEL 3 INLEIDING 11 DEEL 1- BESCHRIJVING EN BELEIDSKADER 17 1 INSTRUMENTARIUM Beleidsinstrumenten Beschrijving Beleidskader Gemeentelijke diensten Beschrijving Beleidskader Adviesraad voor Milieu en Natuur (MiNa-raad) Beschrijving Beleidskader Communicatie en participatie/burgers en doelgroepen Beschrijving Beleidskader 24 2 VASTE STOFFEN Milieuverantwoord productgebruik Beschrijving Beleidskader Afval Beschrijving Beleidskader 29 3 WATER Integraal waterbeheer: Algemeen Beschrijving Beleidskader Spoor 1: Maximale retentie (infiltratie, berging en vertraagde afvoer van hemelwater) Beschrijving Beleidskader Spoor 2: Sanering van afvalwaterlozingen/ Spoor 3: Bewaken en verbeteren van de riolering- en zuiveringsinfrastructuur/ Spoor 4: Voorkomen en beperken van diffuse verontreiniging Beschrijving Beleidskader Spoor 5: Voorkomen en beperken van erosie en sedimenttransport naar de waterloop Beschrijving Beleidskader Spoor 6: Kwantitatief, kwalitatief en ecologisch duurzaam waterlopenbeheer 46 Inhoudsopgave, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
6 3.5.1 Beschrijving Beleidskader Spoor 7: Duurzaam (drink)watergebruik Beschrijving Beleidskader 48 4 NATUURLIJKE ENTITEITEN Natuur Beschrijving Beleidskader Landschap Beschrijving Beleidskader Bos Beschrijving Beleidskader Stedelijk groen Beschrijving Beleidskader 59 5 HINDER Geluidshinder Beschrijving Beleidskader Geurhinder Beschrijving Beleidskader Lichthinder Beschrijving Beleidskader Bodemverontreiniging Beschrijving Beleidskader 66 6 MOBILITEIT Beschrijving Beleidskader 69 7 ENERGIE Beschrijving Beleidskader 72 Inhoudsopgave, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
7 DEEL II- MILIEU IN DE STAD HARELBEKE 75 1 INSTRUMENTARIUM Beleidsinstrumenten Beschrijving Beleidskader Gemeentelijke diensten Beschrijving Beleidskader Adviesraad voor Milieu en Natuur (MiNa-raad) Beschrijving Beleidskader Communicatie en participatie/burgers en doelgroepen Beschrijving Beleidskader 24 2 VASTE STOFFEN Milieuverantwoord productgebruik Beschrijving Beleidskader Afval Beschrijving Beleidskader 29 3 WATER Integraal waterbeheer: Algemeen Beschrijving Beleidskader Spoor 1: Maximale retentie (infiltratie, berging en vertraagde afvoer van hemelwater) Beschrijving Beleidskader Spoor 2: Sanering van afvalwaterlozingen/ Spoor 3: Bewaken en verbeteren van de riolering- en zuiveringsinfrastructuur/ Spoor 4:voorkomen en beperken van diffuse verontreiniging Beschrijving Beleidskader Spoor 5: Voorkomen en beperken van erosie en sedimenttransport naar de waterloop Beschrijving Beleidskader Spoor 6: Kwantitatief, kwalitatief en ecologisch duurzaam waterlopenbeheer Beschrijving Beleidskader 46 Inhoudsopgave, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
8 3.6 Spoor 7: Duurzaam (drink)watergebruik Beschrijving Beleidskader 48 4 NATUURLIJKE ENTITEITEN Natuur Beschrijving Beleidskader Landschap Beschrijving Beleidskader Bos Beschrijving Beleidskader Stedelijk groen Beschrijving Beleidskader 59 5 HINDER Geluidshinder Beschrijving Beleidskader Geurhinder Beschrijving Beleidskader Lichthinder Beschrijving Beleidskader Bodemverontreiniging Beschrijving Beleidskader 66 6 MOBILITEIT Beschrijving Beleidskader 69 7 ENERGIE Beschrijving Beleidskader 72 Inhoudsopgave, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
9 DEEL III-DOELSTELLINGEN EN ACTIES INSTRUMENTARIUM Beleidsinstrumenten Beschrijving Beleidskader Gemeentelijke diensten Beschrijving Beleidskader Adviesraad voor Milieu en Natuur (MiNa-raad) Beschrijving Beleidskader Communicatie en participatie/burgers en doelgroepen Beschrijving Beleidskader 24 2 VASTE STOFFEN Milieuverantwoord productgebruik Beschrijving Beleidskader Afval Beschrijving Beleidskader 29 3 WATER Integraal waterbeheer: Algemeen Beschrijving Beleidskader Spoor 1: Maximale retentie (infiltratie, berging en vertraagde afvoer van hemelwater) Beschrijving Beleidskader Spoor 2: Sanering van afvalwaterlozingen/ Spoor 3: Bewaken en verbeteren van de riolering- en zuiveringsinfrastructuur/ Spoor 4:voorkomen en beperken van diffuse verontreiniging Beschrijving Beleidskader Spoor 5: Voorkomen en beperken van erosie en sedimenttransport naar de waterloop Beschrijving Beleidskader 44 Inhoudsopgave, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
10 3.5 Spoor 6: Kwantitatief, kwalitatief en ecologisch duurzaam waterlopenbeheer Beschrijving Beleidskader Spoor 7: Duurzaam (drink)watergebruik Beschrijving Beleidskader 48 4 NATUURLIJKE ENTITEITEN Natuur Beschrijving Beleidskader Landschap Beschrijving Beleidskader Bos Beschrijving Beleidskader Stedelijk groen Beschrijving Beleidskader 59 5 HINDER Geluidshinder Beschrijving Beleidskader Geurhinder Beschrijving Beleidskader Lichthinder Beschrijving Beleidskader Bodemverontreiniging Beschrijving Beleidskader 66 6 MOBILITEIT Beschrijving Beleidskader 69 7 ENERGIE Beschrijving Beleidskader 72 Inhoudsopgave, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
11 DEEL IV-LINK MET HET GEWESTELIJK EN PROVINCIAAL MILIEUBELEIDSPLAN 175 Inhoudsopgave, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
12 Inhoudsopgave, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
13 Inleiding ALGEMEEN KADER VAN HET MILIEUBELEIDSPLAN In het kader van de eerstelijnsmilieuzorg werd aan de Vlaamse steden en gemeenten de mogelijkheid geboden om op vrijwillige basis een overeenkomst te onderschrijven tussen het Vlaams Gewest en de stad inzake het gemeentelijk milieubeleid. Het eerste milieuconvenant tussen het Vlaams Gewest en de gemeenten had reeds de gemeenten aangezet hun gemeentelijk milieubeleid te structureren en meer inhoud te geven. De gemeenten werden financieel gesteund voor het uitvoeren van specifieke taken zoals de opmaak van een milieuinventaris, een Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan en jaarlijkse milieubeleidsnota s, het openstellen van een containerpark en het installeren van een mina-raad,... Om het gemeentelijk milieubeleid verder uit te bouwen kregen de gemeenten eind 1996 de mogelijkheid om een tweede milieuconvenant af te sluiten. Deze convenant liep van 1997 tot en met 1999 en betekende in hoofdzaak een verderzetting van het eerste convenant meerbepaald het verder uitwerken van de eerstelijnsmilieuzorg door de gemeente. De opvolging van de oude milieuconvenanten, de nieuwe Samenwerkingsovereenkomst Milieu als opstap naar duurzame ontwikkeling werd op 19 december 2001 door de Vlaamse regering goedgekeurd. De algemene doelstelling van het nieuwe samenwerkingsakkoord is het voeren van een duurzaam lokaal milieubeleid met integratie en participatie als belangrijke aandachtspunten. De overeenkomst bestaat enerzijds uit het instrumentarium en anderzijds uit 8 clusters. Elke gemeente die de overeenkomst ondertekent, voert tijdens de duur van de overeenkomst ten minste de bepalingen in niveau 1 van het Instrumentarium en van de clusters Water en Vaste Stoffen uit. Daarnaast voert de gemeente minstens de bepalingen van het niveau 1 van twee bijkomende clusters uit. Een van de bepalingen uit het Instrumentarium waartoe de gemeente zich verbindt is de opmaak van een milieubeleidsplan in overeenstemming met het Decreet van 5 april 1995 houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid. Dit milieubeleidsplan moet uiterlijk op 1 mei 2005 ter kennis worden gegeven aan het Vlaamse Gewest. Uiterlijk op 31 december 2004 wordt de ontwerpversie ter advisering voorgelegd aan het Vlaamse Gewest. Met het decreet van 5 april 1995 houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid wordt onder meer de milieubeleidsplanning voor de verschillende Vlaamse bestuursniveaus geregeld. Zo moet het Vlaams Gewest een milieujaarprogramma (jaarlijks), een milieurapport (tweejaarlijks) en een milieubeleidsplan (5-jaarlijks) opstellen. Daarnaast biedt het decreet gemeenten en provincies de mogelijkheid om zelf milieubeleidsplannen en jaarprogramma s op te stellen. Uiteraard is het de bedoeling dat daarin enige samenhang terug te vinden is. Een milieubeleidsplan van een lager bestuursniveau mag inhoudelijk niet afwijken van de bindende bepalingen die zijn opgenomen in een milieubeleidsplan van een hoger beleidsniveau. Het is voor de gemeente dan ook belangrijk kennis te hebben van het Vlaams en Provinciaal Milieubeleidsplan. Het Vlaams Milieubeleidsplan was het eerste in de rij. Het werd verlengd tot de goedkeuring van het volgende plan op 19 december 2003, het Milieubeleidsplan of MINA-plan 3. Het Inleiding, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
14 MINA-plan 3 bepaalt de hoofdlijnen van het milieubeleid dat door het Vlaams Gewest alsmede door de provincies en gemeenten in aangelegenheden van gewestelijk belang dient te worden gevoerd. Hoewel het nog niet verplicht was, is de provincie West-Vlaanderen vanaf 1994 gestart met het vastleggen van haar milieubeleid in jaarlijks milieubeleidsnota s. Het eerste meerjaren milieubeleidsplan werd goedgekeurd door de provincieraad op 28 januari Het huidige Provinciaal Milieubeleidsplan voor de periode van 1 mei 2004 tot eind 2008 werd vastgesteld op 29 januari De huidige Samenwerkingsovereenkomst die de aanleiding was tot het opmaken van het voorliggend milieubeleidsplan loopt ten einde 31 december Op 28 mei keurde de Vlaamse regering de Samenwerkingsovereenkomst voorlopig goed. Voorafgaand werd aan de HIVA, CDO, de VVSG en de VVP concrete tekstsuggesties gevraagd voor bijsturing van de overeenkomst. Opvallend is dat de ontwerptekst van de nieuwe Samenwerkingsovereenkomst zich veel meer richt op een geïntegreerde aanpak van de lokale milieuproblematiek. Daarnaast heeft men in de nieuwe Samenwerkingsovereenkomst gesleuteld aan een vereenvoudiging, minder regeltjes en papierwerk, en meer duidelijkheid over de contractuele verplichtingen tussen de Vlaamse overheid en de gemeenten en provincies. In het Milieubeleidsplan Harelbeke wordt vaak verwezen naar de Samenwerkingsovereenkomst. Er wordt telkens naar de ontwerpversie van de contracttekst verwezen. DOEL VAN HET MILIEUBELEIDSPLAN De laatste decennia groeide de bewustwording dat milieu voor de overheid een omvangrijk werkterrein is. Er zijn diverse sectoren zoals water, lucht, hinder, bodem, afval en groen, natuur en landschap. Tal van onderlinge relaties tussen deze sectoren zorgen ervoor dat milieubeheer ook een interdisciplinaire aanpak behoeft. Maatregelen ter bestrijding van een knelpunt binnen één sector kan gevolgen hebben voor andere sectoren. Bij een integrale aanpak van de milieuproblematiek is het belangrijk efficiënt te werken. Planmatig werken verhoogt de efficiëntie en de effectiviteit van het beleid. Een gemeente of stad heeft op het vlak van milieu immers zeer veel taken te vervullen in een snel veranderend landschap van wet- en regelgeving. Indien op elke nieuwe uitdaging ad hoc wordt gereageerd, zou de druk op de gemeentelijke milieuketel dan ook wel eens te groot kunnen worden. Door middel van planning kan systematischer en doeltreffender worden ingespeeld op nieuwe ontwikkelingen. Zo wordt onder meer een lange termijnbenadering mogelijk, worden de middelen doelmatig ingezet, wordt het beleid inzichtelijker zowel voor de bestuurders als voor de doelgroepen. Bovendien biedt een plan de mogelijkheid om een werkprogramma op te stellen met duidelijke finaliteiten, terwijl evaluatie of de mogelijkheid tot bijsturing er een wezenlijk onderdeel van uitmaken. Inleiding, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
15 Een andere niet te onderschatten doelstelling van een milieubeleidsplan is het creëren van een draagvlak. Bij het opstellen van een plan moeten voor het beleid relevante groepen betrokken worden. Belangrijk hierbij is ook dat zowel politieke als administratieve vertegenwoordigers meewerken aan de opstelling van het plan. Een gemeentelijk milieubeleidsplan moet de ambitie hebben om een breed maatschappelijk draagvlak (zowel intern als extern) voor het milieubeleid op lokaal niveau te creëren. Een milieubeleidsplan heeft immers pas kans op slagen als het voldoende gekend, aanvaard en erkend wordt. PROCEDURE EN STAPPEN Opmaken ontwerp De procedure voor het opmaken van een gemeentelijk milieubeleidsplan wordt vastgelegd in de artikels en van het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake het Milieubeleid. Deze artikelen bepalen dat het ontwerpplan wordt opgesteld door het College van Burgemeester en Schepenen. Bij de opmaak van het ontwerp worden de meeste belanghebbende overheidsorganen, instellingen en privaatrechtelijke organisaties betrokken. De opmaak van dit ontwerp milieubeleidsplan werd opgedeeld in 3 fasen. In de eerste fase werd de huidige toestand van het milieu in Harelbeke in kaart gebracht. Tijdens de tweede fase werd een doelstellingennota opgemaakt en gezocht naar acties die dienden te worden ondernomen de komende 4 jaar. De derde fase was de ontwerpfase en hierin werden verschillende documenten geïntegreerd in een ontwerp milieubeleidsplan. Elke 2 eerste fasen eindigden telkens met een tussentijdse nota. Deze kwam tot stand door overleg met de milieudienst, de schepen van leefmilieu en andere ambtenaren die rechtstreeks of onrechtstreeks betrokken waren bij het milieubeleid in Harelbeke. Ook overheidsorganen en instellingen werden waar nodig om advies gevraagd. In de eerste fase werd die tussentijdse nota eveneens op het schepencollege gebracht waarna ze werd toegelicht in de milieuraad. In de tweede tussentijdse fase werd de milieuraad rechtstreeks betrokken bij de opmaak van de tweede tussentijdse nota Doelstellingen en acties in het milieubeleidsplan Harelbeke. Deze tweede tussentijdse nota werd niet op het schepencollege gebracht maar wel werd ze voorgesteld in de algemene stafvergadering zodat alle diensten hun inspraak hadden in de vastgelegde doelstellingen en acties De procedure tot opmaak van het ontwerpplan wordt voorgesteld in figuur 1. Beide tussentijdse nota s werden tenslotte geïntegreerd in het ontwerp milieubeleidsplan dat op 8 december op het schepencollege werd toegelicht. Inleiding, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
16 Fase 1 Fase 2 Werkoverleg Werkoverleg Milieuraad CBS Stafvergadering Tussentijdse Nota: Milieu in de stad Harelbeke Tussentijdse Nota: Doelstellingen en acties in de stad Harelbeke Fase 3 Milieuraad Ontwerp Milieubeleidsplan Figuur 1: Procedure bij de opmaak van het ontwerp milieubeleidsplan Openbaar onderzoek en adviesronde Dit ontwerpplan wordt meegedeeld aan de Vlaamse Regering, de gemeenteraadsleden, de administraties vertegenwoordigd in de provinciale milieuvergunningscommissie, de Bestendige Deputatie en de door het College aangewezen adviesorganen. Het ontwerp wordt gedurende een termijn van 60 dagen ter inzage gelegd op het gemeentebestuur. Gedurende deze periode van openbaar onderzoek kan iedereen schriftelijke opmerkingen richten aan het College van Burgemeester en Schepenen. De diverse adviesorganen brengen binnen die zelfde termijn hun advies uit. De procedure van het openbaar onderzoek wordt voorgesteld in figuur 2. Inleiding, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
17 Vaststelling ontwerpplan door College van Burgemeester en schepenen ter kennis brengen van het ontwerpplan aan gemeenteraadsleden Vlaamse Regering administratie vertegenwoordigd in PMVC (OVAM, AMINAL, VLM, VMM, AROHM) Bestendige Deputatie de door het College van Burgemeester en Schepenen aangewezen adviesorganen of organisaties (vb Milieuraad) Openbaar onderzoek (60 dagen) ter inzage op gemeentehuis hierboven gemelde organisaties brengen hun gemotiveerd advies over aan het CBS Bestendige Deputatie onderzoekt het plan op de verenigbaarheid met het gewestelijk en provinciaal Milieubeleidsplan Gemeenteraad onderzoekt de adviezen en opmerkingen en stalt het milieubeleidsplan vast (binnen 60 dagen na Openbaar Onderzoek) Ter inzage leggen in de gemeente+ ter kennis brengen van het milieubeleidsplan aan: gemeenteraadsleden Vlaamse Regering administratie vertegenwoordigd in PMVC (OVAM, AMINAL, VLM, VMM, AROHM) Bestendige Deputatie Nazicht door Bestendige Deputatie (binnen 3 maand na kennisgeving) De Bestendige Deputatie kan artikels in tegenspraak met het gewestelijk of provinciaal plan vernietigen Figuur 2: Procedure van het openbaar onderzoek en vastlegging gemeentelijk milieubeleidsplan Aanpassing van ontwerp milieubeleidsplan Vervolgens onderzoekt de gemeenteraad de diverse adviezen en opmerkingen. Het plan wordt vervolgens door de gemeenteraad vastgelegd bij een met reden omkleed besluit en ter kennis gebracht van de diverse instanties. Het ligt ter inzage bij de gemeente.( zie figuur 2) Inleiding, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
18 OPBOUW EN METHODIEK Het milieubeleidsplan is opgemaakt volgens de structuur van de Samenwerkingsovereenkomst. Aangezien de Samenwerkingsovereenkomst afloopt eind 2004 en het milieubeleidsplan in 2005 van kracht gaat werd reeds de nieuwe Samenwerkingsovereenkomst als leidraad gebruikt. De Samenwerkingsovereenkomst is ingedeeld in verschillende Clusters en het Instrumentarium. De clusters zijn: Vaste Stoffen, Water, Natuurlijke Entiteiten, Hinder, Mobiliteit en Energie. Het opmaken van een beleidsplan, in dit geval een milieubeleidsplan, betekent dat men, vertrekkend vanuit een huidige toestand, een beleid voor de komend jaren uitstippelt. Dit gebeurt aan de hand van het vastleggen van doelstellingen en strategieën op lange termijn. Deze worden dan vertaald naar concrete acties in functie van de beschikbare middelen. Een beleidsplan op gemeentelijk niveau dient ook rekening te houden met de specifieke lokale bevoegdheden en met de omvang en de aard van de knelpunten. Bovendien moet men zich in eerste instantie beperken tot de problematiek op het grondgebied van de gemeente. Dit ligt niet altijd voor de hand. Niet alle gegevens zijn steeds relevant voor het grondgebied van de gemeente en de gemeente heeft ook niet steeds bevoegdheden om iets te ondernemen. Het document is opgedeeld in 4 verschillende delen die op hun beurt zijn opgedeeld in de verschillende clusters van de Samenwerkingsovereenkomst. In het eerste deel worden de verschillende clusters beschreven en wordt het beleidskader geschetst. Zowel de decretale en wettelijke bepalingen, het gevoerde beleid rond een bepaalde cluster en de specifieke gemeentelijke bevoegdheden komen aan bod. In het tweede deel wordt per cluster een beschrijving gegeven van de bestaande situatie. In deze beschrijving werd ook op zoek gegaan naar de knelpunten maar ook de positieve kanten werden benadrukt. Sommige knelpunten zijn heel specifiek voor de stad Harelbeke, andere zijn algemeen geformuleerd met betrekking op het stedelijk milieubeleid. Op basis van deze bestaande situatie werd het derde deel van het ontwerp milieubeleidsplan opgemaakt: de doelstellingennota en het actieplan. Met doelstelling wordt bedoeld wat de stad op termijn wil bereiken. In functie van deze doelstellingen en strategieën worden dan acties vooropgesteld. Bij elke actie werd een kadertje weergegeven. Daarin kan gevonden worden wie er initiatiefnemer is bij een bepaalde actie, wie er betrokken is, wanneer de actie gepland is en hoe kan gemeten worden of de actie goed wordt uitgevoerd, via de kwantificeerbare doelstelling of de indicator. Na elke cluster of deelcluster werd een prognose gemaakt van de kosten die de verschillende actie impliceren. Hierbij werden geen bedragen genoemd maar werd vooral nagegaan of er extra middelen dienen voorzien te worden en of deze middelen reeds voorzien zijn in de begroting. Daarbij dient de belangrijke opmerking gemaakt te worden dat voor acties die kunnen uitgevoerd worden met de bestaande personeelsbezetting niets gebudgetteerd werd. Tenslotte wordt in het vierde deel de link gemaakt met het Gewestelijk en het Provinciaal Milieubeleidsplan. Inleiding, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
19 Deel I- Beschrijving en beleidskader Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke december 2004, ontwerp
20
21 1 Instrumentarium Een beleid kan niet worden uitgevoerd zonder de inzet van een mix aan instrumenten. In dit deel wordt het instrumentenbeleid op zich uitgewerkt. De beleidsinstrumenten kunnen worden ingedeeld in beleidsvoorbereidende instrumenten, beleidsonderbouwende instrumenten en beleidsuitvoerende instrumenten. Beleidsvoorbereidende instrumenten zijn vooral de planning, de evaluatie en de opvolging. Beleidsonderbouwende instrumenten worden ingedeeld in kennisverwerving, informatie- of databeheer en rapportering. Beleidsuitvoerende instrumenten kunnen worden ingedeeld in de sociale, economische en juridische instrumenten. Sociale instrumenten kenmerken zich doordat hun werking gebaseerd is op informatieverspreiding en communicatie en doordat ze uitgaan van vrijwilligheid en overreding. Economische instrumenten zetten via een financiële transfer of een relatieve prijsverandering aan tot gedragsveranderingen met het oog op het halen van bepaalde kwaliteitsdoelstellingen. Juridische instrumenten: het overheidsoptreden is haast altijd juridisch verankerd en het milieubeleid vormt daarop geen uitzondering. Ook milieubeleid doet dus in hoofdzaak een beroep op juridische instrumenten. De juridische vormgeving van het milieubeleid is in eerst instantie te vinden in het milieurecht. 1.1 Beleidsinstrumenten Beschrijving a. Samenwerkingsovereenkomst/ milieubeleidsplan/ milieujaarprogramma Reeds verschillende jaren kunnen gemeenten een Samenwerkingsovereenkomst afsluiten met de Vlaamse overheid over hun milieubeleid. In ruil voor de uitvoering van de bepalingen worden door de Vlaamse overheid subsidies gegeven. Het opmaken van een milieubeleidsplan dat de krijtlijnen vastlegt voor de komende 5 jaar, is hierin opgenomen. De gemeente moet jaarlijks rapporteren over de uitvoering van deze samenwerkingsovereenkomst via een milieujaarprogramma. Dit programma bevat ten minste een verslag van het milieu- en natuurbeleid dat de gemeente in het afgelopen jaar heeft gevoerd. b. Milieubarometer/duurzaamheidstoets Een milieubarometer is een leer- en communicatieinstrument dat jaarlijks via milieu-indicatoren relevante evoluties toont van actoren en factoren die deel uitmaken van het gemeentelijk gebied met als doel het duurzaam milieubeleid beter te onderbouwen door het geven van input voor planning en beleidsprogramma s. Uitvoeren van een duurzaamheidstoets betekent dat voor alle plannen, acties en projecten het effect op duurzame ontwikkeling wordt begroot via een checklijst. Deel I- Beschrijving en beleidskader, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
22 1.1.2 Beleidskader a. Wettelijke en decretale bepalingen Decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid Dit decreet stelt tot doel (1) het beheer van het milieu door de duurzame aanwending van de grondstoffen en de natuur, (2) de bescherming van mens en milieu tegen verontreiniging en onttrekking, (3) het natuurbehoud en de bevordering van de biologische en landschappelijke activiteit. Dit decreet bepaalt de planning inzake milieubeleid zowel op gewestelijk, provinciaal als gemeentelijk niveau. Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de provinciale en gemeentelijke milieuplanning en de milieuraad Door dit besluit zijn de gemeenten verplicht hun milieubeleid te voeren op basis van een milieubeleidsplan dat conform het decreet van 5 april 1995dient te worden afgestemd op het gewestelijk milieubeleidsplan. Het gemeentelijk milieubeleidsplan moet dus uiterlijk op 1 mei 2005 worden vastgesteld. b. Beleidsmatige context Het gemeentelijk beleid wordt in hoofdzaak bepaald door het ondertekenen van de Samenwerkingsovereenkomst. Indien de gemeente deze overeenkomst op een bepaald niveau (1,2 of 3) heeft ondertekend, moet de gemeente aan deze voorwaarden voldoen. In ruil voor het uitvoeren van een aantal taken krijgt de gemeente financiële en inhoudelijk steun van de Vlaamse overheid. De gemeente kan -binnen zekere marges- zelf kiezen welke onderdelen van de overeenkomst ondertekend worden en welke ambitieniveaus ze wenst te behalen. De samenwerkingsovereenkomst werd principieel goedgekeurd door de Vlaamse regering voor een periode van 6 jaar maar zal contractueel aan de gemeenten en provincies worden voorgelegd voor 2 maal 3 jaar. Indien de samenwerkingsovereenkomst is ondertekend dient uiterlijk op 1 mei 2005 een milieubeleidsplan ter kennis aan het Vlaams Gewest worden voorgelegd. c. Gemeentelijke bevoegdheden Het Decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid (DABM) biedt de decretale basis voor de gemeentelijke milieubeleidsplanning. Het Besluit van de Vlaamse regering van 14 juni 2002 betreffende de provinciale en gemeentelijke milieuplanning bepaalt dat uiterlijk op 1 mei 2005 een gemeentelijk milieubeleidsplan vastgesteld moet worden. 1.2 Gemeentelijke diensten Beschrijving a. Milieudienst/duurzaamheidsambtenaar/minawerkers Om taken in het kader van het gemeentelijk milieu- en natuurbeleid uit te voeren, dient een gemeente over gemeentelijk personeel te beschikken. De dienst waar deze personeelsleden deel van uitmaken, wordt meestal milieudienst genoemd. Deel I-Beschrijving en beleidskader, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
23 De gemeente kan beschikken over een gemeentelijke gesubsidieerde duurzaamheidsambtenaar indien hiervoor geopteerd werd in het Instrumentarium van de Samenwerkingsovereenkomst. De gemeente kan tijdens de duur van de overeenkomst de milieudoelstellingen in de cluster Vaste Stoffen en in de cluster Natuurlijke Entiteiten realiseren door het inzetten van milieu- en natuurwerkers (Mina-werkers). b. Interne milieuzorg Alle activiteiten van ondernemingen en organisaties hebben een impact op het milieu. Die impact in kaart brengen, evalueren en op een gestructureerde manier verbeteren, is de basis van interne milieuzorg. Er is een belangrijke taak weggelegd voor de gemeente in dit opzicht dat zij haar voorbeeldfunctie moet vervullen. c. Inventarissen en MMIS Het Vlaams Gewest gebruikt voor het beheer en ter beschikking stellen van milieu-informatie, een gradueel op te bouwen Milieu Management Informatiesysteem (MMIS). Het MMIS bestaat uit verschillende databanken (1) Milieuvergunningenloket (MILO): dossieropvolging van milieuvergunningen (2) Milieuklachten-, registratie- en opvolgingssysteem (MKROS): invoer en dossieropvolging van milieuklachten (3) Rioleringsdatabank: opbouw van uniforme en geografische databank van de rioleringsinfrastructuur in Vlaanderen (4) Natuurvergunningenloket: dossieropvolging van natuurvergunningen De databanken en internettoepassingen van het MMIS moeten tevens raadpleegbaar zijn voor de milieuambtena(a)r(en). In databeheer en inventarisatie is het gebruik van Geografische Informatiesystemen (GIS) praktisch onmisbaar geworden. GIS is puur technisch beschouwd een methode waarbij (geo)grafische gegevens (digitale kaarten of plannen) gekoppeld worden aan gegevens uit databanken. d. Integratie op gemeentelijk vlak Geïntegreerd milieubeleid vergt vooreerst dat de verschillende entiteiten van het eigen beleidsdomein op een coherente manier samenwerken. Milieubeleid is echter geen verantwoordelijkheid voor het beleidsdomein milieu alleen. Ook andere beleidsdomeinen zoals ruimtelijke ordening, energie, landbouw of mobiliteit kunnen en moeten er een belangrijke bijdrage toe leveren. Deze externe integratie van milieubeleid is een belangrijke krachtlijn. e. Toezicht De gemeente is de overheid die het dichtst bij de bevolking staat en staat dus eveneens in voor het toezicht, hetzij via eigen personeel, hetzij door een overeenkomst met de politiezone af te sluiten. f. Samenwerkingsverbanden Er kunnen samenwerkingsverbanden zijn tussen gemeenten maar ook tussen gemeenten en andere overheden. Samenwerkingsverbanden tussen gemeenten worden vaak verenigd in een intercommunale. Een aantal gemeenten kan ook samenwerken omtrent specifieke thema s zoals afval, toezichtstaken, natuur- en milieu-educatie enz... Deel I- Beschrijving en beleidskader, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
24 Er is niet enkel behoefte om binnen de gemeente of tussen gemeenten meer geïntegreerd te werken, maar ook met andere overheden. Er zijn duidelijke afspraken nodig tussen de bestuurlijke niveaus om tot een éénduidige aanpak van de milieuproblemen te komen. De overheidspartners die op milieugebied actief zijn, situeren zich voornamelijk op Vlaams niveau. Op Vlaams niveau zijn heel wat instanties met bevoegdheden betreffende milieu zoals AMINAL, VMM, VLM,... Dichter bij de gemeente staat de provincie West-Vlaanderen. Via de gebiedswerking van de provincie worden heel wat gezamenlijke initiatieven (gemeente-provincie) op touw gezet Beleidskader a. Wettelijke en decretale bepalingen Decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid Dit decreet stelt tot doel (1) het beheer van het milieu door de duurzame aanwending van de grondstoffen en de natuur, (2) de bescherming van mens en milieu tegen verontreiniging en onttrekking, (3) het natuurbehoud en de bevordering van de biologische en landschappelijke activiteit. Dit decreet bepaalt de planning inzake milieubeleid zowel op gewestelijk, provinciaal als gemeentelijk niveau. Decreet betreffende de milieuvergunning en het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning (Vlarem I) Hierin wordt een limitatieve lijst van ingedeelde inrichtingen gegeven. Deze inrichtingen worden in 3 klassen opgedeeld. Er zijn vervolgens bepalingen opgenomen omtrent procedures voor milieuvergunningsaanvragen van klasse 1,2 en 3, milieueffect- en/of veiligheidsrapport, toezichts- en strafbepalingen. Besluit van de Vlaamse Regering houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II) Het Vlarem II is in hoofdzaak een uitvoeringsbesluit van het decreet op de milieuvergunningen maar ook van andere bestaande kaderwetten en decreten op milieugebied. De hoofdbrok van het besluit betreft milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen b. Beleidsmatige context In het Gewestelijk Milieubeleidsplan wordt de belangrijke rol en de eigen verantwoordelijkheid onderstreept van de lokale besturen. Het besef is gegroeid dat verantwoordelijkheid leggen bij bestuurslagen die dichter bij de bevolking staan een meerwaarde kan betekenen. De subsidiariteitsgedachte, die stelt dat beslissingen moeten worden genomen en uitgevoerd op het meest geschikte niveau, versterkt deze tendens. Als actie is daarom in het gewestelijk milieubeleidsplan opgenomen dat ze het milieu- en natuurbeleidskader voor gemeenten en provincies zal versterken: milieu als katalysator voor duurzame ontwikkeling op lokaal vlak. In het Provinciaal Milieubeleidsplan wordt de speciale rol van gemeentebesturen benadrukt omdat de provincie als intermediair bestuur een steunende en coördinerende rol voor het lokale milieubeleid wil opnemen. De provincie heeft ook een coördinatietaak inzake gebiedsgericht milieubeleid waaronder men het beleid verstaat specifiek afgestemd op de noden van een bepaald gebied. De samenwerkingovereenkomst geeft bepalingen omtrent de taken van de milieudienst, de duurzaamheidsambtenaren en mina-werkers. Deel I-Beschrijving en beleidskader, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
25 Bij ondertekening van de Samenwerkingsovereenkomst niveau 1 van het instrumentarium: - organiseert de gemeente een specifieke milieudienst met een milieuloket voor eerstelijnsmilieuzorg - geeft de gemeente aan een milieuzorgsysteem voor haar eigen diensten te zullen opzetten. - beschikt de gemeente over een persoon met Vlarembekwaamheidsbewijs of sluit ze een overeenkomst af met de politie - werkt de gemeente aan een geïntegreerd duurzaam lokaal milieubeleid - kan de gemeente beschikken over een gesubsidieerde duurzaamheidsambtenaar indien alle clusters op niveau 1 werden ondertekend - zal de gemeente aansluiten op de databanken van het Milieu Management Informatiesysteem die door het Vlaams Gewest worden aangemaakt, van zodra die operationeel zijn - kan de gemeente de milieudoelstellingen van de cluster Vaste Stoffen en de cluster Natuurlijke Entiteiten realiseren door het inzetten van mina-werkers Bij ondertekening niveau 2 moet de toestand van het milieu opgevolgd worden door middel van een milieubarometer met een minimale set van 15 actoren. Ook moet een gemeentelijke duurzaamheidsambtenaar aangeworven worden. c. Gemeentelijke bevoegdheden Inzake milieuvergunningsaanvragen is de gemeente bevoegd voor het afleveren van de vergunning voor klasse 2 aanvragen en het adviseren van klasse 1 aanvragen alsook de naleving van de vergunningsvoorwaarden. Het gemeentebestuur organiseert ook het openbaar onderzoek. De technische ambtenaren van de gemeente die in het bezit zijn van het bekwaamheidsbewijs hebben toezicht op de toepassing van Vlarem I en II. Is er niemand met het Vlarem-bekwaamheidsbewijs in de gemeente, dan sluit de gemeente een overeenkomst af met de politie. Deel I- Beschrijving en beleidskader, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
26 1.3 Adviesraad voor Milieu en Natuur (MiNaraad) Beschrijving De adviesraad voor milieu- en natuur, hierna milieuraad genoemd, heeft als taken: (1) advisering van de gemeente over het gemeentelijk milieu- en natuurbeleid hetzij op verzoek van College van Burgemeester en Schepenen of van de gemeenteraad, hetzij op verzoek van de bevoegde schepen van Leefmilieu, hetzij op eigen initiatief. (2) eventueel uitvoeren van andere acties, op niet dwingend verzoek of uit eigen beweging. De gemeente stimuleert de werking van de milieuraad door voldoende financiële middelen te voorzien en logistieke en educatieve ondersteuning te verlenen Beleidskader a. Wettelijke en decretale bepalingen Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de provinciale en gemeentelijke milieuplanning en de milieuraad Door dit besluit zijn de gemeenten verplicht hun milieubeleid te voeren op basis van een milieubeleidsplan dat conform het decreet van 5 april 1995 dient te worden afgestemd op het gewestelijk milieubeleidsplan. Het gemeentelijk milieubeleidsplan moet dus uiterlijk op 1 mei 2005 worden vastgesteld. b. Beleidskader Bij ondertekening van de Samenwerkingsovereenkomst niveau 1 van het instrumentarium geeft de gemeente aan een adviesraad voor milieu- en natuur te hebben volgens de bepalingen van deze overeenkomst. Bij ondertekening niveau 2 moeten jaarlijks twee openmilieuraden gehouden worden. c. Gemeentelijke bevoegdheden De gemeente geeft zowel inhoudelijke als logistieke ondersteuning aan haar MiNa-raad. Deel I-Beschrijving en beleidskader, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
27 1.4 Communicatie en participatie/burgers en doelgroepen Beschrijving Een participatief milieu- en natuurbeleid is een beleid waarbij burgers en maatschappelijke doelgroepen worden betrokken bij het plannen, uitvoeren en evalueren van het lokale leefmilieubeleid. Een participatief beleid voeren hangt heel nauw samen met het voeren van een doelgroepenbeleid. Verschillende actoren hebben een verantwoordelijkheid gekregen binnen het milieubeleid. Door politieke en maatschappelijke evoluties hebben economische actoren meer ruimte gekregen voor initiatief. Ook burgers worden zelfstandiger en mondiger. De deelname van de verschillende maatschappelijke actoren aan het beleid heeft twee functies. In de eerste plaats is de betrokkenheid van belanghebbende groepen onontbeerlijk om een sterk draagvlak te creëren voor het beleid en voor de noodzakelijke maatregelen. Een beter aanvaard beleid zal doorgaans de beleidsuitvoering efficiënter doen verlopen. In tweede instantie zal de betrokkenheid van de actoren in de regel ook de kwaliteit van het beleid versterken. Doelgroepenbeleid is geen substituut voor het bestaande beleid. Het is een nieuwe beleidsvorm die het klassieke beleid van wet- en regelgeving aanvult, als daarmee de milieunormen niet gehaald worden en ook in de toekomst niet zullen gehaald worden. Sociale en communicatieve beleidsinstrumenten staan in het doelgroepenbeleid centraal, gelet op het belang van overleg en dialoog met respect voor ieders rol en verantwoordelijkheid. Om doelgroepen efficiënt en gecoördineerd bij het milieubeleid te betrekken, is het noodzakelijk om ook binnen de overheid processen te stroomlijnen en goede informatie-uitwisseling te voorzien. De definitie van de eigenlijke doelgroepen luidt: de marktsectoren en de aanverwante eerder socio-economisch gerichte organisaties. In de gemeente worden volgende doelgroepen onderscheiden: huishoudens scholen bedrijven en handelaars (onder andere: de bouwsector, de landbouwsector, horeca/toerisme en industrie/kmo) verenigingen (onder andere: jongerenverenigingen, sportverenigingen, socio-culturele verenigingen, seniorenverenigingen en milieuverenigingen). Huishoudens Enerzijds staat de gemeente het dichtst bij de huishoudens en is dus voor de burger het eerste aanspreekpunt wanneer milieuproblemen zich voordoen. Anderzijds heeft het consumptiepatroon van de bevolking zijn weerslag op de milieudruk. Een tweerichtingscommunicatie met de inwoners is dan ook nodig om de bevolking te informeren hoe ze kunnen bijdragen tot een beter leefmilieu. Scholen Een belangrijk onderdeel in het milieubeleidsplan is het streven naar duurzaamheid. Dat de toekomstige generaties daarbij uiterst belangrijk zijn, is duidelijk. De jeugd milieubewust maken is gelijk aan het opbouwen van een garantie voor de toekomst. Natuur- en milieueducatie is een belangrijk Deel I- Beschrijving en beleidskader, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
28 middel in het doelgroepenbeleid. Via educatie, die evenwel op een speelse en praktische manier kan ingevuld worden, is het belangrijk de jeugd warm te maken om mee te werken aan een duurzaam milieubeleid. Bedrijven en handelaars In de industrie ligt er in het milieubeleid een sterke nadruk op bronnencontrole via milieuvoorschriften in regelgeving en vergunningen, onderworpen aan overheidshandhaving. Het bedrijfsleven levert de laatste jaren inspanningen om milieumaatregelen meer ingang te doen vinden en stelt het concept duurzaam ondernemen vaker centraal in haar discours en praktijk. Een belangrijke doelgroep die evenwel ook apart kan benaderd worden, is de landbouwsector. Verschillende landbouwactiviteiten kunnen een druk op het milieu uitoefenen. Het is dan ook evident dat de landbouw wordt aangesproken om mee te helpen aan het oplossen van problemen zoals vermesting, verspreiding van milieugevaarlijke stoffen, verdroging... Een andere belangrijke doelgroep is de bouwsector. Meer dan 50 % van alle stof- en energiestromen hebben te maken met bouwen en verbouwen. Ook de ruimtelijke inplanting heeft in sterke mate onze ruimtelijke planning, verkeerspatronen en uitzicht op het landschap bepaald. Bouwen en verbouwen in brede zin vormt in termen van milieu-impact dan ook een essentieel thema, een sleutel om doelgroepen rationeel om te laten gaan met middelen Beleidskader a. Wettelijke en decretale bepalingen Decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid Dit decreet stelt tot doel (1) het beheer van het milieu door de duurzame aanwending van de grondstoffen en de natuur, (2) de bescherming van mens en milieu tegen verontreiniging en onttrekking, (3) het natuurbehoud en de bevordering van de biologische en landschappelijke activiteit. Dit decreet bepaalt de planning inzake milieubeleid zowel op gewestelijk, provinciaal als gemeentelijk niveau. b. Beleidsmatige context Het Gewestelijk Milieubeleidsplan voorziet rond doelgroepen ook enkele bindende doelstellingen: enerzijds moet de doelgroep de responsabilisering vergroten en het draagvlak voor het beleid verbreden, anderzijds moet ook binnen de doelgroep de milieubelasting verminderen. In het Provinciaal Milieubeleidsplan is de provincie op zoek om met een mix van middelen specifieke doelgroepen te motiveren tot autonome activiteit en tot samenwerking met het bestuur rond milieuzorg. Naast de specifieke bepalingen voor niveau 1 in de Samenwerkingsovereenkomst wordt ook algemeen gesteld dat de gemeente een doelgroepenbeleid organiseert dat zich richt op de doelgroepen en deeldoelgroepen die een belangrijke impact hebben op het lokale milieugebeuren. Centraal in het doelgroepenbeleid staan overleg en communicatie. Bij ondertekening niveau 2 moeten twee open milieuraden gehouden worden en ook bijkomende participatiekanalen moeten worden gestimuleerd, met het oog op het verbreden van het maatschappelijk Deel I-Beschrijving en beleidskader, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
29 draagvlak (vb wijkvergaderingen, wijkcontracten, subsidiëring lokale milieu- of natuurprojecten, jaarlijkse milieuprijs...) Het doelgroepenbeleid is optioneel. Daarnaast kan de gemeente optioneel het specifieke onderdeel Doelgroepenbeleid ondertekenen. In ruil voor een specifiek doelgroepenbeleid voor drie deeldoelgroepen ontvangt de gemeente een bonus. c. Gemeentelijke bevoegdheden Inzake milieuvergunningsaanvragen is de gemeente bevoegd voor het afleveren van de vergunning voor klasse 2 aanvragen en het adviseren van klasse 1 aanvragen alsook de naleving van de vergunningsvoorwaarden. Het gemeentebestuur organiseert ook het openbaar onderzoek. De technische ambtenaren van de gemeente die in het bezit zijn van het bekwaamheidsbewijs hebben toezicht op de toepassing van Vlarem I en II. Is er niemand met het Vlarem-bekwaamheidsbewijs in de gemeente, dan sluit de gemeente een overeenkomst af met de politie. Deel I- Beschrijving en beleidskader, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
30 2 Vaste stoffen 2.1 Milieuverantwoord productgebruik Beschrijving Milieuverantwoord gebruik van producten is het efficiënt inzetten van producten en een keuze voor producten en/of systemen die de minste milieu-effecten veroorzaken in hun volledige levensloop (van grondstoffase over de productie-en gebruiksfase tot en met de afvalfase). Dit betekent dat er gestreefd wordt naar de beperking van de uitputting van grondstoffen, van de milieuschade van de productie, het gebruik en de verwerking na gebruik. Milieuverantwoord productgebruik is dus ook sterk verweven met het thema voorkomen van afval. Daar waar in het verleden de aandacht in het milieubeleid vooral uitging naar de voorkoming en beperking van verontreiniging door vaste bronnen van verontreiniging, groeit de laatste jaren de aandacht voor milieuaspecten van producten. Producten worden in de wet van 21 december 1998 betreffende productnormen gedefinieerd als lichamelijk roerende zaken, met inbegrip van stoffen, preparaten, biociden en verpakking, doch uitgezonderd afvalstoffen. Die begrippen worden op hun beurt gedefinieerd en deze definities zijn ontleend aan de Europese regelgeving Beleidskader a. Wettelijke en decretale bepalingen Wet op de productnormering Deze wet reglementeert de milieuhygiënische normen waaraan producten dienen te voldoen alvorens ze op de markt mogen worden gebracht. Het doel van deze wet is door middel van productnormering productie- en consumptiepatronen aanmoedigen en bevorderen en inzonderheid bescherming van leefmilieu en volksgezondheid en verzekering van uitvoering van verordeningen uit de Europese Gemeenschap. Decreet houdende vermindering van het gebruik van bestrijdingsmiddelen door openbare besturen in het Vlaams Gewest Vanaf 2004 is het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen voor het beheer van openbare ruimtes verboden tenzij het gebruik stapsgewijze wordt afgebouwd. Bijna alle openbare besturen kozen voor dit laatste. In uitvoering van het decreet omtrent bestrijdingsmiddelen wordt gewerkt aan de vermindering van inzetten van pesticiden op het gemeentelijk openbaar domein via de opmaak van een reductieplan bestrijdingsmiddelen. Deel I-Beschrijving en beleidskader, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
31 In se is afvalpreventie eigenlijk een onderdeel van duurzaam productgebruik. Wetgeving betreffende preventie van afval is terug te vinden in het hoofdstuk Vaste stoffen onderdeel afvalstoffen. Voor tal van productgroepen bestaan er verschillende wetten en besluiten waaraan deze producten moeten voldoen: oa. bestrijdingsmiddelen, compost,... b. Beleidsmatige context De federale overheid is bevoegd voor het productbeleid. Daartoe bepaalt zij een belangrijk onderdeel van het stoffenbeleid. In het Gewestelijk Milieubeleidsplan ligt in het thema verspreiding van milieu-gevaarlijke stoffen een belangrijke klemtoon op de maatregelen met betrekking tot bestrijdingsmiddelen. Verscherpte aandacht gaat ook naar een Vlaams Substitutieprogramma, een strategie hormoonverstorende stoffen en het internationale beleid rond milieugevaarlijke stoffen in de lucht. Het Provinciaal Milieubeleidsplan legt de nadruk op duurzaam productgebruik binnen de eigen werking en stimulatie van milieuverantwoord productgebruik bij de bevolking via sensibilisatie. Als de gemeente de Samenwerkingsovereenkomst ondertekent, krijgt ze in ruil voor het uitvoeren van een aantal taken die in deze overeenkomst worden opgesomd, financiële en inhoudelijke ondersteuning van de Vlaamse overheid. Bij ondertekening van niveau 1 van de cluster Vaste Stoffen implementeert de gemeente het milieuverantwoord productgebruik in de werking van de eigen gemeentelijke diensten. Vanaf het jaar 2005 wordt minstens het milieuverantwoord productgebruik van de volgende groepen geïmplementeerd: bestrijdingsmiddelen, duurzaam geëxploiteerd hout en secundaire grondstoffen (minstens voor compost en breekpuin). Vanaf het jaar 2006 wordt het milieuverantwoord productgebruik verder gezet en wordt er voor een ander product eveneens het milieuverantwoord productgebruik geïmplementeerd.vanaf het jaar 2007 komt daar nog een productgroep bij. Bij ondertekening niveau 2 moet er naar buiten uit jaarlijks een sensibilisatie gebeuren m.b.t. een bepaalde milieuverantwoorde productgroep. Jaarlijks moet er ook passieve sensibilisatie worden uitgevoerd rond minstens 3 producten. Ook in scholen moet het milieuvernatwoord productgebruik gestimuleerd worden. c. Gemeentelijke bevoegdheden Aan de productzijde van het probleem kan de gemeente niet echt ingrijpen. Deze bevoegdheid ligt volledig bij de federale en de Europese overheid. Het belangrijkste instrument waarover een gemeente beschikt is haar voorbeeldfunctie in de aanschaf en het gebruik van milieuvriendelijke producten en diensten met daaraan gekoppeld de mogelijkheid tot informatie, educatie en sensibilisatie van burgers en doelgroepen. Andere wegen die deze problematiek kunnen beïnvloeden, zijn te vinden in het vergunningenbeleid en eventuele ondersteuning van de meest milieuvriendelijke alternatieven via subsidiëring en informatieverlening. Deel I- Beschrijving en beleidskader, december 2004 Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
32 2.2 Afval Beschrijving Een afvalstof wordt gedefinieerd als elke stof of elk voorwerp waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen (decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen). Recent werd het Vlaams Reglement voor Afvalstoffen (Vlarea) gewijzigd waarbij ook de definitie van een afvalstof werd gewijzigd: een stof of voorwerp is geen afvalstof indien ze rechtstreeks, in totaliteit en zonder specifieke voorbehandeling ingezet wordt in een vergunde inrichting ter vervanging van een primaire grondstof, waarbij de stof aan de vigerende productnormering voldoet en inzake aard, samenstelling en impact op mens en milieu vergelijkbaar is met de primaire stof die ze vervangt. Een stof of voorwerp die hergebruikt wordt voor het oorspronkelijke doel, eventueel na een kleine herstelling of een eenvoudige bewerking, is eveneens geen afvalstof. In het afvalstoffenbeleid wordt de ladder van Lansink gevolgd. Deze ladder wordt voorgesteld in figuur 3. preventie hergebruik en recuperatie recyclage en selectieve inzameling verbranding met energiewinning verbranding zonder energiewinning gecontroleerd storten Figuur 3: Ladder van Lansink Op de eerste plaats wordt dus gestreefd naar het voorkomen van afval, hierin ligt dan de link naar het milieuverantwoord productgebruik. Er kan onderscheid gemaakt worden tussen huishoudelijk afval en bedrijfsafval. In het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen wordt huishoudelijk afval omschreven als het huisvuil en grofvuil dat bij de burgers vrijkomt en het gemeentevuil, zijnde straat- en veegvuil dat voortkomt uit het onderhoud door gemeentelijke diensten. Bij de eindverwerking wordt ook het vergelijkbaar bedrijfsafval in beschouwing genomen, omdat het in dezelfde installaties als huishoudelijk afval wordt verbrand en gestort. Onder vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen worden Deel I-Beschrijving en beleidskader, december Leiedal, Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke
GEMEENTELIJK MILIEUBELEIDSPLAN. Gemeente Wevelgem. Goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 15 april 2005
GEMEENTELIJK MILIEUBELEIDSPLAN 2005 2009 Gemeente Wevelgem Goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 15 april 2005 INHOUDSTAFEL 1. INLEIDING... 1 1.1 De gemeente en het milieubeleidsplan... 1 1.1.1
Nadere informatieGemeente Kampenhout MILIEUJAARPROGRAMMA 2005
Gemeente Kampenhout *************************************************************************** *************************************************************************** MILIEUJAARPROGRAMMA 2005 ***************************************************************************
Nadere informatieBRONNEN VAN HET MILIEURECHT BEVOEGDHEIDSVERDELING INZAKE MILIEUBELEID HOOFDSTUK I. INLEIDING 3
INHOUDSOPGAVE DEEL I. BRONNEN VAN HET MILIEURECHT BEVOEGDHEIDSVERDELING INZAKE MILIEUBELEID HOOFDSTUK I. INLEIDING 3 HOOFDSTUK II. DE BRONNEN VAN HET (MILIEUHYGIËNE) RECHT 4 1. Overzicht 4 2. Kenbronnen
Nadere informatieBijlagen. Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke december 2004, ontwerp
Bijlagen Ontwerp Milieubeleidsplan Harelbeke 2005-2009 december 2004, ontwerp Lijst met gebruikte afkortingen AEEA Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparatuur AMINAL Administratie voor Milieu-,
Nadere informatieStatuten Gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur
Statuten Gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur Artikel 1. Oprichting Het gemeentebestuur richt, op initiatief van de milieuverenigingen van Dilbeek, een gemeentelijke adviesraad voor milieu en
Nadere informatieBASISNIVEAU verwijzing MJP
Bijlage ALGEMEEN - Gemeenten Index Milieujaarprogramma 214 (rapportering 213) Samenwerkingsovereenkomst 28-213 Opgelet: voor de uitgevoerde acties op onderscheidingsniveau is een apart tabblad voorzien.
Nadere informatieMilieubeleidsplan Wommelgem Versie 3.0
Duurzame ontwikkeling wordt in de literatuur (Cf het Brundtland-rapport) omschreven als een ontwikkeling die tegemoet komt aan de noden van het heden zonder de behoeftevoorziening van de komende generaties
Nadere informatieDecreet van 30 april 2004 houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen
BIJLAGE 2 Decreet van 30 april 2004 houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen Dit decreet wil onder meer de ontwikkeling van een lokaal ouderenbeleid
Nadere informatieDe Gemeenteraad, In openbare vergadering,
STATUTEN MILIEURAAD De Gemeenteraad, In openbare vergadering, Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 22 maart 2004 houdende wijzigingen van de statuten van de milieuraad ingevolge richtlijnen vastgelegd
Nadere informatieMilieu en natuur. Toestand milieu en natuur in de regio Waas & Dender: 24. enkele kerngegevens
99 MILIEU ENNATUUR 100 Milieu en natuur De zorg voor het milieu is een gedeelde opdracht: zowel lokale besturen als inwoners en het bedrijfsleven hebben de taak duurzaam om te springen met de leefomgeving.
Nadere informatieArtikel 2. De zetel van de sportraad is gevestigd in het gemeentehuis van de gemeente Meerhout, Markt 1, te 2450 Meerhout.
ERKENNING EN ZETEL Artikel 1. De gemeentelijke Sportraad wordt erkend als gemeentelijk adviesorgaan in uitvoering van het decreet van 6 juli 2012, zijnde het decreet houdende het stimuleren en subsidiëren
Nadere informatieLeeswijzer cluster Hinder. Onderdeel van de handleiding 2005-2007. Cluster Hinder
Leeswijzer cluster Hinder Cluster Hinder Samenwerkingsovereenkomst. 'Milieu als opstap naar duurzame ontwikkeling.' Uitvoeringsfase 2005-2007 Toelichting Leeswijzer. De leeswijzer is een onderdeel van
Nadere informatieGemeentelijke milieuraden: wat met de nieuwe legislatuur?
Gemeentelijke milieuraden: wat met de nieuwe legislatuur? Lokale milieuraden zijn een goed instrument om de verschillende belangengroepen, en in het bijzonder de milieubeweging, inspraak te geven bij het
Nadere informatiePROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 september 2014 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/2 Uitvoering RSPA : PRUP Oude kanaalarm Puurs
Nadere informatieOntwerp van decreet. houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen
stuk ingediend op 1716 (2011-2012) Nr. 6 28 november 2012 (2012-2013) Ontwerp van decreet houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen Tekst aangenomen
Nadere informatieVormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen
Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen Pascal Van Ghelue Geograaf - Diensthoofd Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen Inhoud 1. Doel milieueffectrapportage 2. Regelgeving 3. Rapportagevormen
Nadere informatieVormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen. Pascal Van Ghelue Geograaf Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen
Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen Pascal Van Ghelue Geograaf Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen Inhoud 1. Doel milieueffectrapportage 2. Regelgeving 3. Rapportagevormen (4)
Nadere informatiePROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 april 2018 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Nota Ruimte. Ontwerp Nota Ruimte. Goedkeuring.
Nadere informatieFunctiekaart. Werkt onder de leiding van en rapporteert aan de beleidscoördinator grondgebiedszaken.
Functie Graadnaam: deskundige Functienaam: Duurzaamheidsambtenaar Functionele loopbaan: B1-B3 Code: Afdeling: Grondgebiedzaken Dienst: Milieu Subdienst: FB-07-14-b Doel van de entiteit De afdeling grondgebiedzaken
Nadere informatieGemeente (en afgeleiden) vervangen door stad (en afgeleiden)
Artikel 5.1.1.5 Gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur 1. Volgende bepalingen gelden onverminderd het Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid 2. De gemeente beschikt
Nadere informatieSTATUTEN GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR MILIEU EN NATUUR
STATUTEN GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR MILIEU EN NATUUR Naam, duur en zetel Artikel 1 1. Op 26 mei 1992 werd in de gemeente Beveren een adviesraad opgericht met als naam "Gemeentelijke Adviesraad voor
Nadere informatieAFDELING 4. HET STUURORGAAN VLAAMS INFORMATIE- EN ICT-BELEID
AFDELING 4. HET STUURORGAAN VLAAMS INFORMATIE- EN ICT-BELEID BESTUURSDECREET Art. III.74. Er wordt een stuurorgaan Vlaams Informatie- en ICT-beleid opgericht. Het stuurorgaan heeft, binnen de krijtlijnen
Nadere informatieHet VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en. Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt :
Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt : DECREET betreffende het lokaal sociaal beleid HOOFDSTUK I Algemene bepalingen en definities Artikel 1 Dit decreet regelt
Nadere informatieOverzicht gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening - GECORO
Overzicht gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening - GECORO Door de invoering van het decreet ruimtelijke ordening moeten alle gemeenten een adviescommissie voor ruimtelijke ordening oprichten.
Nadere informatieenerzijds, het Vlaams Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in de persoon van de heer Kris Peeters, minister-president,
Overeenkomst van vijf jaar tussen het Vlaams Gewest en de provincie Oost- Vlaanderen betreffende de structurele onderbouwing van een provinciaal steunpunt duurzaam wonen en bouwen. Tussen, enerzijds, het
Nadere informatieDe ADOMA wordt in ieder geval om advies gevraagd over de verplichtingen in het kader van de samenwerkingsovereenkomst milieu met het Vlaams gewest.
Statuten ADOMA Artikel 1 Er wordt een adviesraad voor milieu en natuur opgericht, hierna Adviesraad voor Duurzame Ontwikkeling en Milieu van de stad Antwerpen (afgekort ADOMA) genoemd. De ADOMA is tevens
Nadere informatieStatuten gemeentelijke adviesraad voor leefmilieu en natuur
Verwijzing naar wettelijke basis Het decreet van 05/04/1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en de uitvoeringsreglementering. Doelstellingen In de gemeente is een gemeentelijke adviesraad
Nadere informatieHet inrichtingenbegrip in Vlaanderen. Naam: Steven Betz Functie:Adviseur milieu & ruimtelijke ordening Datum: 22 april 2016
Het inrichtingenbegrip in Vlaanderen Naam: Steven Betz Functie:Adviseur milieu & ruimtelijke ordening Datum: 22 april 2016 Juridische kader BELGIË 8 augustus 1980 : Bijzondere wet tot hervorming van de
Nadere informatiePROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 september 2016 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP Afbakeningslijn Heist-op-den-
Nadere informatieReguleringsimpactanalyse voor Pendelfonds: ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering
Reguleringsimpactanalyse voor Pendelfonds: ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering Gebruik de RIA-leidraad en de RIA-checklist om deze RIA in te vullen. 1 Gegevens van het advies 1.1 Gegevens van de
Nadere informatieMilieubarometer. Wat is de milieubarometer
Dienst Leefmilieu Milieubarometer Wat is de milieubarometer Binnen de gemeente Herk-de-Stad wordt het milieubeleid regelmatig geëvalueerd. Meten is weten is immers het sluitstuk van iedere beleidscyclus.
Nadere informatieOntwerp Milieubeleidsplan
HOOFDSTUK I : ALGEMEEN MILIEUBELEID Doelstellingen Uit het stedelijk beleidsplan 2008-2013: In het stedelijk beleidsplan worden de missie, de strategische en tactische doelstellingen voor de beleidsperiode
Nadere informatieREGLEMENT VAN DE GEMEENTELIJKE MILIEUADVIESRAAD VAN DE GEMEENTE GLABBEEK Aangepaste versie
REGLEMENT VAN DE GEMEENTELIJKE MILIEUADVIESRAAD VAN DE GEMEENTE GLABBEEK Aangepaste versie 2018-2025 Artikel 1: De gemeentelijke milieuadviesraad, afgekort als MAR-Glabbeek, is een door het gemeentebestuur
Nadere informatieDe omgevingsvergunning komt eraan!
De omgevingsvergunning komt eraan! Sessie : vergunning Werner Van Hoof teammanager gebiedsontwikkeling VVSG studiedag : 23 november 2011 Dienstverlenende vereniging Opgericht in 1973, sinds 2003 intercommunale
Nadere informatieAdvies. Voorontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende het provinciale mobiliteitscharter
Brussel, 24 april 2009 042409_Advies provinciale mobiliteitscharter Advies Voorontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende het provinciale mobiliteitscharter Situering en inhoud voorontwerp
Nadere informatieProvincieraadsbesluit
8e Directie Dienst 81 Planning en Natuurbehoud Provincieraadsbesluit betreft SUBSIDIEREGLEMENT TER ONDERSTEUNING VAN KRINGLOOPCENTRA De Provincieraad, Gelet op de artikelen 65 en 85 van de provinciewet;
Nadere informatieAGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 28/02/2007
1/6 AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 28/02/2007 STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING MET BETREKKING TOT HET OVERWELVEN VAN BAANGRACHTEN Toelichting In de huidige gemeentelijke stedenbouwkundige
Nadere informatieDecreet van 19 maart 2004 betreffende het lokaal sociaal beleid (met uitvoeringsbesluit) HOOFDSTUK I - Algemene bepalingen en definities
BIJLAGE 3 Decreet van 19 maart 2004 betreffende het lokaal sociaal beleid (met uitvoeringsbesluit) Het Lokaal Sociaal Beleid heeft als doel de sociale grondrechten voor iedereen te realiseren. Via de opmaak
Nadere informatieFunctiebeschrijving: Deskundige Milieu (m/v)
Functiebeschrijving: Deskundige Milieu (m/v) Graad Deskundige (m/v) Functietitel Deskundige Milieu (m/v) Doelstelling van de functie Als Deskundige Milieu adviseert u de milieuvergunningen die op het grondgebied
Nadere informatieInstrumentenkoffer voor projecten, plannen en programma s
Instrumentenkoffer voor projecten, plannen en programma s Decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting Besluit van de Vlaamse Regering van.. betreffende de landinrichting 4.03.2014 Situering
Nadere informatie1. De gemeente... 3. 2. Instrumentarium... 4
Inhoud 1. De gemeente... 3 2. Instrumentarium... 4 2.1 Beleidsinstrumenten... 4 2.1.1 Milieubeleidsplan / Milieujaarprogramma... 4 2.1.2 Samenwerkingsovereenkomst Milieu als opstap naar duurzame ontwikkeling...
Nadere informatiegemeente zwevegem RUP Transfo herziening A procesnota april 2019, fase startnota
gemeente zwevegem RUP Transfo herziening A procesnota april 2019, fase startnota Colofon Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel +32 56
Nadere informatieFUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder
Doel van de functiefamilie Het beleidsthema vanuit theoretische en praktische deskundigheid implementeren en uitbouwen teneinde toepassingen omtrent het thema te initiëren, te stimuleren en te bewaken
Nadere informatieBetreft: draagwijdte van het machtigingsbesluit van de provincies (RN/IP/2007/002) Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");
1/6 Sectoraal comité van het Rijksregister Aanbeveling RR nr. 04/2008 van 7 mei 2008 Betreft: draagwijdte van het machtigingsbesluit van de provincies (RN/IP/2007/002) Het Sectoraal comité van het Rijksregister,
Nadere informatieOntwerp van decreet. Tekst aangenomen door de plenaire vergadering ( ) Nr. 8 6 juli 2011 ( ) stuk ingediend op
stuk ingediend op 1102 (2010-2011) Nr. 8 6 juli 2011 (2010-2011) Ontwerp van decreet houdende vaststelling van de algemene regels waaronder in de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest periodieke plan-
Nadere informatieGebiedsgerichte Werking
Wat komt er aan bod? Inleiding Historiek Gebiedsgerichte Werking Gent Gebiedsgerichte Werking 1. Doelstellingen 2. Organisatie 3. Proces 4. Instrumenten 4 december 2007 Even terug in de tijd GGW heeft
Nadere informatiegemeente SPIERE-HELKIJN RUP LANDSCHAPSAFWERKING procesnota juli 2018, start
gemeente SPIERE-HELKIJN RUP LANDSCHAPSAFWERKING procesnota juli 2018, start Colofon Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel +32 56 24
Nadere informatiegemeente Zwevegem RUP Omleidingsweg IMOG en Moen-Trekweg december 2017, startnota
gemeente Zwevegem RUP Omleidingsweg IMOG en Moen-Trekweg december 2017, startnota Colofon Dit document is een publicatie van: Dit ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) bestaat uit de volgende niet te scheiden
Nadere informatieProvincieraadsbesluit
11 e Directie Dienst 113 Sport Provincieraadsbesluit betreft verslaggever CONVENANT MET HET INSTITUUT VOOR SPORTBEHEER De samenwerking met het Instituut voor Sportbeheer bestendigen via een convenant tussen
Nadere informatieDE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, JEUGD, SPORT, BRUSSELSE AANGELEGENHEDEN EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING,
Ministerieel besluit van 29 mei 2002 houdende vastlegging van de structuur van een gemeentelijk cultuurbeleidsplan, een beleidsplan van een bibliotheek en een beleidsplan van een cultuurcentrum DE VLAAMSE
Nadere informatieSPORTRAAD GLABBEEK. Hoofdstuk I: doel STATUTEN
SPORTRAAD GLABBEEK STATUTEN Gelet op het decreet van 09.03.07 houdende organisatie van het overleg en de inspraak in het gemeentelijk sportbeleid wordt te Glabbeek een gemeentelijke sportraad opgericht
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 59.744/1/V van 10 augustus 2016 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
Nadere informatieVallei van de Benedenvliet/Grote Struisbeek tussen E19 en A12
Vallei van de Benedenvliet/Grote Struisbeek tussen E19 en A12 gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan procesnota 1 Procesnota 1 van 7 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Overlegstructuur... 4 2.1 Planteam...
Nadere informatieStad harelbeke RUP bavikhove dorp west PROCESNOTA. april 2019, definitief vastgeteld
Stad harelbeke RUP bavikhove dorp west PROCESNOTA april 2019, definitief vastgeteld Colofon Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel +32
Nadere informatieDoel van het formulier
TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN HET FORMULIER VOOR HET VERZOEK TOT BIJSTELLING OF DE VRAAG TOT AFWIJKING VAN DE MILIEUVOORWAARDEN DIE GELDEN VOOR EEN INGEDEELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT Dit document geeft
Nadere informatie- Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (afgekort DABM ) 3
1.1. WETGEVING 1.1.1. INLEIDING I Een overzicht geven van alle wetgeving in verband met milieu is haast onbegonnen werk. Hieronder wordt de belangrijkste milieuwetgeving per thema weergegeven. In voorkomend
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 63.743/3 van 18 juli 2018 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende het jeugd- en kinderrechtenbeleid 2/6 advies Raad van State 63.743/3
Nadere informatieProvincie Oost-Vlaanderen Gemeente Nevele GEMEENTELIJKE RAAD VOOR PERSONEN MET EEN BEPERKING NEVELE. Statuten
Provincie Oost-Vlaanderen Gemeente Nevele GEMEENTELIJKE RAAD VOOR PERSONEN MET EEN BEPERKING NEVELE Statuten Provincie Oost-Vlaanderen Gemeente Nevele GEMEENTELIJKE RAAD VOOR PERSONEN MET EEN BEPERKING
Nadere informatieVerslag aan de Provincieraad
10 e Directie Dienst 102 Land- en Tuinbouw Verslag aan de Provincieraad registratienr. 0704919 betreft verslaggever PROVINCIAAL PLATTELANDSBELEID Samenstelling Provinciaal ManagementComité (PMC) de heer
Nadere informatieMededeling Vlaamse Regering. Vlaams statistisch programma: samenstelling en goedkeuringsproces
Mededeling Vlaamse Regering Vlaams statistisch programma: samenstelling en goedkeuringsproces 1. Context Na het leggen van de grondvesten van een nieuw systeem van Vlaamse openbare statistieken door de
Nadere informatieBijzondere projectsubsidies socio-culturele projecten
Booischotseweg 1 2235 Hulshout Tel: 015 22 40 17 www.hulshout.be hulshout@bibliotheek.be Bijzondere projectsubsidies socio-culturele projecten Artikel 1. Doelstelling en definitie Onder de hierna bepaalde
Nadere informatieSTATUTEN GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG DE PINTE
STATUTEN GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG DE PINTE 1. Oprichting Art 1. Het lokaal overleg kinderopvang is een gemeentelijke adviesraad. Met de oprichting van deze gemeentelijke adviesraad
Nadere informatieOfficieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen
Opschrift Datum Gewijzigd bij Decreet houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid 6 juli 2012 Decreet van 19 december 2014 houdende
Nadere informatieOVERZICHT ACTIES EN PROJECTEN SAMENWERKINGSOVEREENKOMST 2008
OVERZICHT ACTIES EN PROJECTEN SAMENWERKINGSOVEREENKOMST 008 Zwart : basis is verplicht Rood: onderscheidingsniveau jaarlijks terugkerend (vast aantal punten) Groen: occasionele acties THEMA PUNTEN INSTRUMENTARIUM..
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp
Nadere informatieOp voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging, Besluit:
31 JANUARI 2014. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende
Nadere informatieOrganisatie van advies en inspraak van het lokaal cultuurbeleid 2013-2018
Organisatie van advies en inspraak van het lokaal cultuurbeleid 2013-2018 1. DOELSTELLING : ADVIES EN INSPRAAK BIJ HET LOKAAL CULTUURBELEID 1.1. Met het oog op de voorbereiding en de evaluatie van het
Nadere informatieDe overeenkomst tussen het Vlaams Gewest en het. bedrijfsleven over de aanpak van zwerfvuil
RVB 2016_14 Overeenkomst tussen het Vlaams Gewest en het bedrijfsleven over de aanpak van zwerfvuil Standpunt Raad van Bestuur VVSG Dit document is bestemd voor Het betreft Gewenste beslissing van de RVB
Nadere informatieDe 2030-agenda voor duurzame ontwikkeling in Vlaanderen
De 2030-agenda voor duurzame ontwikkeling in Vlaanderen Duurzame ontwikkeling in België Grondwet art. 7bis Bij de uitoefening van hun respectieve bevoegdheden streven de federale Staat, de gemeenschappen
Nadere informatieZELZATE RUP EUROHAL. Procesnota
ZELZATE RUP EUROHAL 01.06.2018 WWW.VENECO.BE I. COLOFON Dit document is een publicatie van Gemeentebestuur Zelzate Grote Markt 1 9060 Zelzate Planid: RUP_43018_214_00006_00001 Versie Datum Omschrijving
Nadere informatieVerslag aan de Provincieraad
directie Leefmilieu dienst Milieubeleidsplanning, -ondersteuning en Natuurontwikkeling Verslag aan de Provincieraad registratienr. 1005603 betreft verslaggever STEUNPUNT DUURZAAM WONEN EN BOUWEN Overeenkomst
Nadere informatiePittem RUP Ruimtelijke kwaliteit centrum pittem
06426 Pittem RUP Ruimtelijke kwaliteit centrum pittem mei 2019 procesnota - fase startnota plan.id. RUP_37011_214_00009_00001 WVI www.wvi.be BARON RUZETTELAAN 35 8310 BRUGGE T +32 50 36 71 71 E wvi@wvi.be
Nadere informatieStad harelbeke RUP MOLENeiland. juli 2018, fase scopingnota
Stad harelbeke RUP MOLENeiland juli 2018, fase scopingnota Colofon Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel +32 56 24 16 16 rup@leiedal.be
Nadere informatieVerslag aan de Provincieraad
Sociale begeleiding Verslag aan de Provincieraad registratienr. 0412814 betreft verslaggever SOCIALE BEGELEIDING PERSONEEL uitbouw Sociale Dienst de heer Alexander Vercamer Mevrouwen en mijne Heren, In
Nadere informatieHUISHOUDELIJK REGLEMENT MILIEURAAD (goedgekeurd gemeenteraad 10 juni 2013)
HUISHOUDELIJK REGLEMENT MILIEURAAD (goedgekeurd gemeenteraad 10 juni 2013) Gelet op artikel 4 van de overeenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en de gemeente over het gemeentelijke milieu en natuurbeleid,
Nadere informatieScopingsadvies Project-MER Uitbreiding van een veeteeltbedrijf : De Lindehoeve/Carrebrouck Koen te Diksmuide
Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be
Nadere informatieObservatorium voor Gezondheid en Welzijn OPERATIONEEL PLAN 2011-2014
Observatorium voor Gezondheid en Welzijn OPERATIONEEL PLAN 2011-2014 1. OPDRACHTEN VAN HET OBSERVATORIUM VOOR GEZONDHEID EN WELZIJN 1.1 Wettelijke basis De opdrachten van het Observatorium staan opgesomd
Nadere informatieDE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval 1. Situering De Openbare Vlaamse
Nadere informatieStad harelbeke RUP eiland. maart 2018, procesnota, fase scopingnota
Stad harelbeke RUP eiland maart 2018, procesnota, fase scopingnota Colofon Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel +32 56 24 16 16 - fax
Nadere informatieOmgevingsvergunning. Infomoment voor beleidsverantwoordelijken DEPARTEMENT RUIMTE VLAANDEREN DEPARTEMENT LEEFMILIEU, NATUUR & ENERGIE
Omgevingsvergunning Infomoment voor beleidsverantwoordelijken DEPARTEMENT LEEFMILIEU, NATUUR & ENERGIE DEPARTEMENT RUIMTE VLAANDEREN Inleiding DEPARTEMENT LEEFMILIEU, NATUUR & ENERGIE DEPARTEMENT RUIMTE
Nadere informatieStad harelbeke RUP eiland. november 2017, procesnota, fase startnota
Stad harelbeke RUP eiland november 2017, procesnota, fase startnota Colofon Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel +32 56 24 16 16 -
Nadere informatieBetreft: aanvraag van het Departement Financiën en Begroting tot aanpassing van de beraadslaging RR nr. 45/2009 van 15 juli 2009 (RN-MA )
1/6 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 102/2014 van 10 december 2014 Betreft: aanvraag van het Departement Financiën en Begroting tot aanpassing van de beraadslaging RR nr. 45/2009
Nadere informatieVoorontwerp van decreet betreffende het lokaal sociaal beleid
Voorontwerp van decreet betreffende het lokaal sociaal beleid DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging, BESLUIT: De Vlaamse minister
Nadere informatieGemeente Kampenhout ONTWERP GEMEENTELIJK MILIEUBELEIDSPLAN
Gemeente Kampenhout ONTWERP GEMEENTELIJK MILIEUBELEIDSPLAN 2005-2009 LIMBURG VLAAMS-BRABANT Herckenrodesingel 101 Domeinstraat 11A 3500 HASSELT 3010 KESSEL-LO tel: 011/26.08.70 fax: 011/26.08.80 tel: 016/89.34.40
Nadere informatieVLAAMS MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING
VICE-MINISTER PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING EN VLAAMS MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, BUITENLANDS BELEID, ONROEREND ERFGOED EN DIERENWELZIJN VLAAMS MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR
Nadere informatieMilieubeleidsplan 2006-2010
Provincie Vlaams-Brabant Gemeente Drogenbos Milieubeleidsplan 2006-2010 Opdrachtgever: Opdrachthouder: Gemeente Drogenbos Haviland, Intercommunale Grote Baan 222 Brusselsesteenweg 617 1620 DROGENBOS 1731
Nadere informatieVan decreet naar praktijk: een stand van zaken. Platform Centrummanagement 24 maart 2017
Van decreet naar praktijk: een stand van zaken Platform Centrummanagement 24 maart 2017 INTEGRAAL LHANDELSVESTIGINGSBELEID Lokaal Provinciaal Gewestelijk INTEGRAAL HANDELSVESTIGINGSBELEID 4 BASISDOELSTELLINGEN
Nadere informatieStad harelbeke RUP Natuurgebied zuid. januari 2018, procesnota, fase startnota
Stad harelbeke RUP Natuurgebied zuid januari 2018, procesnota, fase startnota Colofon Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel +32 56 24
Nadere informatieOmgevingsvergunning. Actieplan flankerende maatregelen voor lokale besturen. Startschot voor de Vlaamse omgevingsvergunning
Startschot voor de Vlaamse omgevingsvergunning De Montil, Affligem 14 november 2013 Omgevingsvergunning Actieplan flankerende maatregelen voor lokale besturen 1 voor lokale besturen Bij de tweede principiële
Nadere informatieVlaremtrein 2011 Muziekactiviteiten Overige wijzigingen
Overzicht 1. Terugblik 2012 Vlaremtrein 2011 Muziekactiviteiten Overige wijzigingen 2. In de pijplijn Vlaremtrein 2012 Besluit diffuse emissies Vlaremtrein 2013 Omgevingsvergunning Permanente vergunning
Nadere informatieNOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Voorontwerp van decreet houdende de instemming met het samenwerkingsakkoord van (datum) tussen
Nadere informatieBrussel, 24 juni _Advies uniek loket bouw- en milieuvergunning. Advies. Uniek loket bouw- en milieuvergunning
Brussel, 24 juni 2008 082406_Advies uniek loket bouw- en milieuvergunning Advies Uniek loket bouw- en milieuvergunning 1. Inleiding De SERV werd op 29 mei door de Vlaamse minister van Openbare werken,
Nadere informatieN HAND PRAK - Biociden A2 Brussel, 26 juli 2013 MH/AB/AS 709-2013 ADVIES. over
N HAND PRAK - Biociden A2 Brussel, 26 juli 2013 MH/AB/AS 709-2013 ADVIES over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE HET OP DE MARKT AANBIEDEN EN HET GEBRUIKEN VAN BIOCIDEN (goedgekeurd door
Nadere informatiehet Vlaams Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in de persoon van de heer Geert Bourgeois, minister-president,
Overeenkomst tussen het Vlaams Gewest en de provincie Oost- Vlaanderen betreffende de ondersteuning van een provinciaal steunpunt duurzaam wonen en bouwen. Tussen, het Vlaams Gewest, vertegenwoordigd door
Nadere informatieTITEL I OPRICHTING VAN EEN INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP "INTERNE AUDIT VAN DE VLAAMSE ADMINISTRATIE"
Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Interne Audit van de Vlaamse Administratie en tot omvorming van het auditcomité van de Vlaamse Gemeenschap tot het
Nadere informatieUITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK GEMEENTE ZITTING VAN 27/11/2002
PROVINCIE VAN DE VLAAMS-BRABANT UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK GEMEENTERAAD GEMEENTE ZITTING VAN 27/11/2002 LUBBEEK Aanwezig : Freddy Vranckx, burgemeester Betty Lismont-Depret, Cyriel Swevers, Hilke Verheyden,
Nadere informatieInterlokale Vereniging Westhoekpersoneel
Interlokale Vereniging Westhoekpersoneel Jaarverslag 2006 Inhoudstafel 1. De beleidsdomeinen van de Interlokale Vereniging in 2006 3 2. Partners van de Interlokale Vereniging in 2006 3 3. Uitgevoerde opdrachten
Nadere informatie