FICHE TUSSENDOORTJE: DIERENRIJ

Transcriptie

1 Student Evi Vlaemynck Leergroep: OLO 3 A3 Stageschool Basisschool Onze-Lieve-Vrouw - Kaaistraat 9 11, 9800 Deinze Stageklas 6 A+B Aantal lln. 32 Mentor Mevrouw Vicky Genbrugge en Mevrouw Mia Van Loocke FICHE TUSSENDOORTJE: DIERENRIJ Iedereen gaat achter zijn stoel staan/recht staan. De eerste leerling zegt een dier, bv. giraf. De volgende leerling zoekt een dier met de laatste letter, dus bv. fazant. Zo gaan we de hele klas door. Als je geen dier meer weet, of een dier dubbel zegt, ben je eraan en ga je terug (op je stoel) zitten. FICHE TUSSENDOORTJE: REACTIESPEL Lesdoelen Concentratie Sfeer Vereniging voor OpenluchtKlassen vzw Ideeën om te beleven op openluchtklas, 2006 Ik maak met een klein groepje leerlingen op een vrij moment een kring. Ik duid 1 iemand aan die in de midden gaat staan. De persoon in het midden roept 1 naam. De buren die links en rechts van de genoemde leerling staan tikken om ter eerst de voeten van de persoon die in het midden staat. De buur die het eerst aftikt, mag in het midden gaan staan en vervolgens ook een naam zeggen. Het zijn dus telkens kleine duels en de persoon die het snelst reageert, wint en mag in het midden.

2 FICHE TUSSENDOORTJE: DINGES De leerkracht fluistert een makkelijk woord in bij een leerling. (vb. stoel, tafel, bord, deur, ) De leerling vertelt er iets over aan de groep, zonder het woord te noemen. De groep raadt welk woord het kind omschrijft. Wie het raadt, is aan de beurt om het volgende woord te omschrijven. FICHE TUSSENDOORTJE: REACTIESPEL Vereniging voor OpenluchtKlassen vzw Ideeën om te beleven op openluchtklas, 2006 Eventueel fluitje Ik maak met een klein groepje leerlingen op een vrij moment een kring. Ik duid 1 iemand aan die in de midden gaat staan. Straks zal de persoon die in de midden staat zegt de naam van een andere leerling die in de kring staat. De buren die links en rechts van de genoemde leerling staan tikken om ter eerst de voeten van de persoon die in het midden staat. De buur die het eerst is mag in de midden gaan staan en vervolgens ook een naam zeggen. Het zijn dus telkens kleine duels en de persoon die het snelst reageert, wint en mag in de midden.

3 FICHE TUSSENDOORTJE: DE JUISTE SPRONG FOS. (2012, 23 oktober). Fanta-cola. Geraadpleegd op 29 maart 2016 via De leerlingen staan in een lange rij voor me. Zorgen voor voldoende ruimte, zodat de leerlingen niet tegen elkaar botst. Na de beweging gaan de leerlingen meteen weer op 1 rij staan. Ik zeg een dier. De leerlingen doen steeds de bijpassende opdracht. wolf: sprong naar rechts beer: sprong naar links ezel: blijven staan Wie een fout maakt, gaat aan de zijkant staan. Deze leerlingen krijgen dan eens de opdracht om de dieren te zeggen. Extra toevoeging: ree hurken Dit kan gebruikt worden voor leerlingen die het spel lang volhouden. FICHE TUSSENDOORTJE: IK BEN IN DE ARDENNEN EN IK ZIE Bouckaert, L. (2012). Start en stop: 444 tussendoortjes en andere kleine spelletjes (nr.18). Brugge: Die Keure. De leerlingen gaan in een kring zitten. Ik zeg: Ik ben in de Ardennen en ik zie. Dit vul ik aan met voorwerp/dier/ dat te zien is. De volgende herhaalt de volledige zin en voegt een 2 de element toe. De afspraken die gemaakt worden zijn: er wordt niet geholpen, we gaan in wijzerzin, bij een fout antwoord of geen antwoord moet je uit de kring. Variatie: Woord in combinatie met een gebaar.

4 FICHE TUSSENDOORTJE: VERHAAL VOOR HET SLAPENGAAN de Bel, M. (2008). Frituur Paradiso. Sint-Niklaas: Abimo. Het boek Frituur Paradiso Iedere avond voor het slapengaan lees ik voor uit het boek. De leerlingen zitten in een halve kring op de grond. Ik laat de leerlingen nog reageren op het verhaal. (vb. Wat vond je van het verhaal? Zou je zelf het vervolg lezen? ) Daarna gaan ze naar hun kamer. FICHE TUSSENDOORTJE: WEI VOL DIEREN Lesdoelen Concentratie Sfeer De Pooter, D. Toverbos. Geraadpleegd op 29 maart 2016 via blinddoeken Dit tussendoortje gaat door buiten. Ik verdeel de groep in 2. De ene helft wordt geblinddoekt en gaat op een horizontale rij staan. De andere helft verspreidt zich. Het terrein heeft de lengte van de rij. Er worden drie afspraken gemaakt: - Stap rustig, zodat je een ander geen pijn doet. - Je stapt zoveel mogelijk rechtdoor, tenzij er een dier in de weg staat. - Je bent aan het einde van het Wildpark waar ik sta. Ik zal steeds je naam zeggen. De leerlingen staan verspreid op het terrein en zijn dieren in het Wildpark (helft lln.). De anderen doen hun sjaaltje om als blinddoek en gaan op een rij staan. De leerlingen met een blinddoek aan moeten het park doorkruisen zonder een dier te raken. De dieren waarschuwen door geluid te maken. Zo weten de leerlingen met een blinddoek aan dat ze moeten uitwijken.

5 FICHE TUSSENDOORTJE: ZEG HET VERDER Scoutpedia. (2012, 11 januari). Doorfluistertje. Geraadpleegd op 29 maart 2016 via De leerlingen nemen plaats in een kring. Ik fluister een zin in het oor van de leerling rechts van mij. De zin mag maar 1 keer worden doorgegeven. De zin wordt doorgegeven aan de volgende, de volledige kring rond. De laatste zegt de zin hardop. De bedoeling is dat de zin zo correct mogelijk de kring rondgaat. Voorbeelden - Er is een spook gesignaleerd in het kasteel van Rochefort. - Best spannend in de grotten van Han. - Het was dolle pret in Rochefort. Variatie: Ze zelf zinnen laten verzinnen om door te geven. FICHE TUSSENDOORTJE: GROEPSFOTO Focus op Beeld sexpressie Ik wijs een fotograaf aan. De andere spelers gaan dicht bij elkaar staan voor de groepsfoto. Nadat de fotograaf de groep een tijdje goed heeft bekeken, wordt hij weg gestuurd. Eén leerling verstopt zicht vervolgens achter de groep, of twee leerlingen verplaatsen zich, of 2 leerlingen wisselen van jas/trui, De fotograaf komt terug en moet raden wat er anders is, voor de groep hardop tot 30 kan tellen. Als hij erin slaagt, mag de foto gemaakt worden, zo niet, dan wordt er een nieuwe fotograaf gekozen voor de volgende fotosessie.

6 FICHE TUSSENDOORTJE: HET ONZICHTBARE PAK Drama De leerlingen staan in een kring rond de banken. Zo kan iedereen elkaar goed zien. Ik duid woordloos aan dat ik een pakje in m n handen heb. Ik doe het open en beeld een hoed uit. Ik zeg oooo dank u voor deze mooie. En hou dan mijn hand aan m n oor als teken dat de leerlingen mogen antwoorden. Ik ga nu mijn pakje doorgeven. Jullie denken eerst even na wat er in het cadeau zou kunnen zitten en jullie beelden het uit. Als je het uitgebeeld hebt hou je net als mij je hand aan je oor en zeg je oooo dank u voor dit/deze en dan antwoorden wij in koor Ik laat de kinderen 1 min nadenken en geef dan het pakje door. Leerlingen die niet direct iets weten, mogen het pak doorgeven en kunnen op het einde van de ronde hun cadeau uitpakken. FICHE TUSSENDOORTJE: LES ANIMAUX DE LA FERME We verzamelen allemaal samen in een kring. In de kring leren we samen 4 Franse dierennamen als inleiding op het spel. Daarna krijgen de leerlingen een korte instructie. Ze gaan op een horizontale lijn staan. Un mouton is een schaap. Voor een konijn gebruiken we un lapin. Une vache wordt gemolken! Het is een (koe). Un poulet zegt tok, tok, tok. Het gaat over de (kip). (We herhalen steeds samen de Franse woorden. Na het 4 de herhalen we ze allemaal.) Jullie gaan op een rij staan. Ik zeg een Frans woord. Is dit één van onze geleerde dieren, dan zet je een stap naar voor. Anders blijf je staan. Na 10 woorden kijken we wie vooraan staat. Woorden: le loup, l'ours brun, le raton laveur, le cheval, le bison, le sanglier, le bouquetin, le chevreuil, le daim, le tarpan, l'âne (de wolf, de bruine beer, de wasbeer, het paard, de bizon, het everzwijn, de steenbok, de ree, het damhert, de tarpan, de ezel)