I A * il 1! " " * ' '''"''> I Nuinmw;, behandeld door: doorkiesnummer:

Transcriptie

1 ür/<r#ï I IIIIIIIIIIIIJIIIIIIII I A * il 1! " " * ' '''"''> J nf«'" ^v I Nuinmw;, Aan de Raden van de gemeenten in Zuidoost-Brabant p^'ü'?' ^j rüv\ s (gj^ ons kenmerk: behandeld door: WvH/ET datum: 08 december 2010 uw kenmerk: doorkiesnummer: verz. d.d.: 08 december 2010 onderwerp: Begrotingswijziging GGD Geachte Raad, De Gemeenschappelijke Regeling van de GGD bepaalt dat begrotingswijzigingen die gevolgen hebben voor de deelnemende gemeenten - waaronder aanpassing van het bedrag per inwoner - aan de Raden worden voorgelegd. Die kunnen hun zienswijze over de wijziging, aan het Dagelijks Bestuur van de GGD kenbaar maken. Aldus artikel 26a van de Regeling. Vervolgens stelt het Algemeen Bestuur de begrotingswijziging vast. Vanzelfsprekend wordt daarbij rekening gehouden met de opvattingen van de Raden. Er zijn momenteel twee zaken die consequenties hebben voor (de hoogte) van het bedrag per inwoner, dat de gemeente aan de GGD vanaf 2011 betaalt voor het gemeenschappelijke pakket. Dat zijn het Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg (DDJGZ) waarvoor het bedrag per inwoner moet worden verhoogd (en waarvoor gemeenten geld krijgen) en de Inspectie Peuterspeelzalen, waarvoor het bedrag per inwoner moet worden verlaagd, omdat dit een contacttaak wordt en daardoor uit het gemeenschappelijke pakket verdwijnt. Aan de hand van een begroting (bijlage) zijn de reële kosten van het DDJGZ in beeld gebracht. Voor de peuterspeelzalen gaat hetzelfde juridische regime gelden als voor de overige kinderopvangvoorzieningen. Daardoor wordt het - net als de andere voorzieningen - een contracttaak. Het bedrag per inwoner kan omlaag, want inspectie peuterspeelzalen hoorde tot het gemeenschappelijke pakket. Centraal postadres Postbus AV Helmond Telefoon Vestiging Helmond De Callenburgh PA Helmond Vestiging Eindhoven Stadhuisplein EM Eindhoven info@ggdbzo.nl Fax

2 CCP, Bijgaand vindt u: - Ter toelichting op het Digitaal Dossier de notitie inclusief begroting "Structurele inbedding Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg vanaf 1 januari 2011 bij de GGD " (bijlage 1). Bij de bespreking van deze notitie in het Algemeen Bestuur van de GGD kwam naar voren dat gemeenten aan dit digitaal dossier wellicht niet meer geld willen besteden dan ze ervoor ontvangen te weten 5,05 per kind. De financiële systematiek van de GGD zit zo in elkaar dat onderdelen van het gemeenschappelijk pakket, waaronder nu dus het digitaal dossier, worden opgenomen in het bedrag per inwoner: waar kosten eerst werden uitgedrukt "per kind", gaat dat nu "per inwoner". - Ter toelichting op de inspectie peuterspeelzalen de notitie "Toezicht op peuterspeelzalen: van gemeenschappelijke taak naar contracttaak" (bijlage 2). - De begrotingswijziging waarin die mutaties worden verwerkt (bijlage 3). Wij verzoeken u uw commentaar voor 21 maart 2011 te sturen aan het Dagelijks Bestuur van de GGD. Het Algemeen Bestuur van de GGD zal vervolgens de begrotingswijziging (en dus het nieuwe bedrag per inwoner) in zijn vergadering van 31 maart vaststellen, waarbij met de commentaren van de gemeenten terdege rekening zal worden gehouden. Hoogachtend, Dagelijks Bestuur GGD In opdracht: DJ Mr. WJ.W. van Hest Ambtelijk Bestuurssecretari,

3 BBE Bijlage 1 Structurele inbedding Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg (DDJGZ1 vanaf bii de GGD GGD, notitie d.d. 18 november 2010 In 2007 is in de regio Zuidoost-Brabant door de colleges van B&W besloten tot invoering van het Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg (DDJGZ, voorheen elektronisch kinddossier). Gemeenten voldoen hiermee aan de digitaliseringsplicht uit de wet Publieke Gezondheid (artikel 5 lid 3), waarin vermeld staat dat colleges van burgemeester en wethouders de verantwoordelijkheid krijgen om ervoor te zorgen dat de Jeugdgezondheidszorg voor het vastleggen van patiëntgegevens gebruik maakt van digitale dossiers. De invoering van het digitaal dossier heeft in projectvorm plaatsgevonden in de periode van 2008 t/m Afstemming tussen de 21 gemeenten in Zuidoost-Brabant heeft gedurende de projectfase plaatsgevonden binnen de SRE-overlegstructuur op het gebied van Jeugd. Besluitvorming over de invoering en begroting heeft binnen iedere individuele gemeente plaatsgevonden. Tijdens de projectfase is de structurele inbedding vanaf het begin uitgangspunt geweest, zowel voor gemeenten als voor de GGD. Dit is een belangrijke overweging geweest bij de besluitvorming destijds. Conform planning wordt het digitaal dossier JGZ met ingang van 2011 structureel ingebed in het primaire proces van Jeugdgezondheidszorg. Hiermee eindigt de invoeringsfase en de afstemming hierover in SRE-verband. Tijdens de projectfase is een deel van de kosten door het Rijk gefinancierd (via het Gemeentefonds), de overige kosten zijn uit een eigen bijdrage van gemeente gefinancierd en een deel door de GGD. Gemeenten zijn hiermee akkoord gegaan, wetende dat vanaf 2011 de financiering door het Rijk voor de structurele meerkosten kostendekkend zou zijn. De projectkosten zijn steeds gezamenlijk door JGZ 0-19 ( Zorgboog en Zuidzorg verzorgen de jeugd van 0-4 jaar, de GGD van 4-19 jaar)aan de gemeenten in rekening gebracht, waarbij Zuidzorg tot eind 2010 namens de drie betrokken organisaties administratief het budget beheert. Vanaf de structurele inbedding wordt de financiering opgenomen in de afzonderlijke financieringsstromen van de drie betrokken organisaties. (Zorgboog, Zuidzorg en GGD) De bijdrage van het Rijk is landelijk vanaf 2008 tot 2011 opgelopen tot 20 miljoen structureel ten behoeve van de bekostiging van Digitaal Dossier JGZ en verwijsindex. Dit wordt ter beschikking gesteld via de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Voor de regio Brabant Zuidoost betreft het een bedrag van circa ,- euro in totaal voor alle 0 t/m 19 jarigen vanaf januari 2011 (bron: septembercirculaires gemeenten n.a.v. taakmutaties, inkomsten EKD). Op de volgende pagina worden de structurele jaarlijkse kosten van het DD-JGZ voor de GGD weergegeven vanaf 2011 en verder. Per post wordt aangegeven welke kosten wel en niet door de huidige reguliere GGD-begroting worden gedekt. Hierdoor ontstaat een netto overzicht van de feitelijke structurele meerkosten van het gebruik van het digitale dossier door Jeugdgezondheidszorg van de GGD. De jaarlijkse meerkosten van het Digitaal Dossier JGZ ( ,-) via een Begrotingswijziging "aanpassing 2011 gemeentelijke bijdragen gemeenschappelijk takenpakket'opnemen in de reguliere begroting van de GGD met ingang van Voor een verdere uitwerking wordt verwezen naarde Begrotingswijziging 2011.

4 Bijlage 1 Begroting feitelijke structurele jaarlijkse kosten DD-JGZ voor 2011 en verder, GGD Omschrijving post met toelichting Indeling posten conform eindrapportage VNG Totaalkosten In reguliere Netto jaarlijkse per jaar begroting GGD meerkosten i Ltcentfés r onderhoud > ontwikkelfttg wsw. ïipf. 'HHÉ Licentiekosten Kidos (60 concurrent users) , , ,- Applicatiebeheer (onderhoud en technische , ,- ontwikkel ing) pct-kosten ICT beheer/onderhoud werkplekken , ,- OJI Afschrijving en rente hardware (laptops) , , ,- Kosten verbindingen (UMTS i.v.m. werken op externe locaties) , , ,- Functioneel beheerder (dagelijkse ondersteuning, training, databasebeheer) Inhoudelijke beheerder (inhoudelijke ontwikkelinc , , , ,- Productieverlies tijdens contactmomenten (2 minuten per consult) , ,- Bijscholing JGZ-medewerkers (2 dagdelen per , ,- jaar) Digitalisering overdracht (gegevens 0-4) , ,- Vervallen administratie i.v.m. niet meer , ,- inscannen registratieformulieren van het oude systeem TOTAAL , ,- e ,-

5 WGP, Bijlage 2 Toezicht op peuterspeelzalen: van gemeenschappelijke taak naar contracttaak Onlangs zijn wettelijke bepalingen m.b.t. peuterspeelzalen in landelijke wetgeving vastgelegd (de Wet OKE). In die wet is vastgelegd dat de GGD in opdracht van gemeenten toezicht moet houden op peuterspeelzalen. In het gemeentefonds zijn extra middelen gestort om deze taakuitbreiding te financieren. De gevolgen van de Wet OKE voor toezicht op peuterspeelzalen zijn verwoord in een leidraad van GGD Nederland (augustus 2010), die op aanvraag verkrijgbaar is. Omdat er grote verschillen per gemeente zijn (qua aantal peuterspeelzalen maar ook qua integratie van peuterspeelzalen en kinderopvang) en omdat gemeenten voor peuterspeelzalen niet alleen op inwonersaantallen door het Rijk worden gefinancierd. Het ligt voor de hand om de financiering van de GGD taken niet op basis van een bedrag per inwoner te doen, maar op contractbasis (op basis van inspectietarieven op factuurbasis). Bovendien biedt dit aan individuele gemeenten de ruimte om zelf een ambitieniveau te bepalen. Om dezelfde redenen is enige jaren geleden besloten om toezicht op kinderopvang van het basispakket over te hevelen naar het contracttakenpakket. Indien het GGD bestuur besluit om toezicht op peuterspeelzalen over te hevelen van gemeenschappelijke basistaak naar contracttaak dan kan het bedrag dat gemeenten per inwoner betalen aan de GGD voor gemeenschappelijke basistaken verlaagd worden met 0,05 euro per inwoner. Deze verlaging is als volgt berekend: Er zijn 175 peuterspeelzalen in de regio. Die werden gemiddeld eens per 2 jaar bezocht (ca 88 per jaar). Een inspectie vergde 5 uur (incl. voorbereiding, reistijd, bezoek en rapportage). Een inspectie-uurtarief van 82,00 euro (prijspeil 2010) is reëel (we hebben in het verleden niet met een inspectie-uurtarief gerekend bij peuterspeelzalen). In de begroting 2011 is gerekend met inwoners in de regio. Dit levert de volgende rekensom op: (88 x 5 x 82,00): = 0,04907 per inwoner Het is niet duidelijk hoeveel peuterspeelzalen een aanvraag zullen gaan doen om opgenomen te worden in het register en per wanneer zij dat zullen doen. Het kan zijn dat er peuterspeelzalen zullen stoppen omdat zij niet aan de nieuwe eisen kunnen voldoen. Ook zien we dat de vraag naar peuterspeelzalen afneemt. Ook dat kan een reden zijn om de exploitatie van een peuterspeelzaal te stoppen. Voorts zien we dat peuterspeelzalen ervoor kiezen om op te gaan in kinderopvang. De verwachting is dat de meeste peuterspeelzalen zullen doorgaan en een verzoek gaan indienen voor opname in het register. Voorlopig gaat de GGD ervan uit dat in 2011 door gemeenten 160 aanvragen zullen worden ingediend voor een inspectie. Dit zou betekenen dat ca. 10 % stopt. Uit een korte inventarisatieronde blijkt dat in 10 gemeenten het aantal peuterspeelzalen voorlopig ongewijzigd zal blijven, van 5 gemeenten is dat onbekend en in 6 gemeenten zullen peuterspeelzalen (allen of een deel) opgaan in kinderopvang. In elk geval is door ambtenaren kinderopvang wel de trend bevestigd dat het aantal peuterspeelzalen zal verminderen (verminderde vraag en opgaan in kinderopvang). Aangezien nog niet alle landelijke regelingen en kaders klaar zijn, het landelijk register pas in april 2011 klaar is en gemeenten hun verordeningen (normen/eisen voor ruimte en inrichting) opnieuw door het gemeentebestuur moeten laten vaststellen (de huidige verordeningen immers van rechtswege komen te vervallen), wordt verwacht dat de effectuering van aanvragen voor opname in het register pas in 2011 zal plaatsvinden (met gemeenten bespreken hoe dit zal gaan uitpakken). Het toetsingskader en bijbehorend modelrapport voor inspecties is sinds 26 augustus bekend. De inspectie is veelomvattend en uitgebreider dan in de oude situatie en kan vergeleken worden met een verkort regulier bezoek bij de kinderopvang. De GGD schat de inspectietijd in de nieuwe situatie op 10 uur per inspectie (voorbereiding, bezoek, rapportage, registratie en administratie). De GGD heeft voorgesteld om evenals bij inspecties kinderopvang voor inspecties peuterspeelzalen m.i.v een inspectie-uurtarief van 83,50 euro te hanteren (2 % indexering t.o.v. 2010).

6 Bijlage 2 Dit betekent dus een inspectietarief van 835 euro per peuterspeelzaal. Het DB heeft echter besloten af te zien van indexering zodat het inspectie-uurtarief bevroren blijft op 82 euro, en het inspectietarief dus op 820 euro per peuterspeelzaal. We zullen de praktijk laten bewijzen in hoeverre dit tarief reëel is. Bij substantiële afwijking zal het tarief op basis van nacalculatie worden bijgesteld. Gemeenten zouden graag zien dat de omzetting van gemeenschappelijke taak naar contracttaak voor gemeenten budgettair neutraal is (m.a.w. dat met de verlaging van het bedrag per inwoner de tekorten als gevolg van de te lage rijksvergoeding kunnen worden gedekt). De GGD heeft toegelicht dat dit niet reëel is omdat a. tot nu toe niet alle peuterspeelzalen jaarlijks door de GGD werden geïnspecteerd (en dat moet vanaf 2011 wel) en b. de tijdbesteding bij de toekomstige inspecties veel groter is omdat de wet meer eisen stelt (voorheen 5 uur per inspectie, in de toekomst naar schatting 10 uur). Evenals bij toezicht kinderopvang stelt de GGD voor om de taakstelling, werkwijze en tarieven vast te leggen in een contract tussen GGD en gemeenten. Daarbij zijn werkwijze en tarieven voor alle gemeenten gelijkluidend. De taakstelling (qua omvang) is per gemeente variabel, maar qua inhoud gelijk. Doordat de GGD nu elk jaar zowel kinderopvang als peuterspeelzalen moet inspecteren en de wettelijke eisen van beide werksoorten qua inspectie vergelijkbaar (niet identiek) zijn, biedt dat de mogelijkheid om een locatie kinderopvang en peuterspeelzalen tegelijkertijd te bezoeken (daar waar ze onder 1 dak zitten). Dit levert waarschijnlijk tijdwinst op qua reistijd en bezoektijd (gemeenschappelijke ruimten slechts 1 keer bezoeken). Qua rapportage levert het geen tijdswinst op omdat elke werksoort een eigen rapportage krijgt (volgens het afgesproken landelijk model). Op basis van opgedane ervaring met gecombineerde bezoeken, zal de GGD in 2011 komen met een voorstel voor een apart tarief voor een gecombineerd bezoek. B&W dient volgens de wet de directeur van de GGD aan te wijzen als toezichthouder. Deze kan dit mandateren aan uitvoerende toezichthouders. Omdat het peuterspeelzaalwerk toegevoegd is aan de Wet kinderopvang gaat de GGD ervan uit dat deze eerdere mandatering volstaat. Er bestaan twijfels of deze redenering juist. E.e.a. zal nog juridisch moeten worden uitgezocht. De vraag wordt aan de VNG voorgelegd. Voor de uitvoering van het toezicht wordt het landelijk toezichtkader peuterspeelzalen gehanteerd. Hierin zijn alle kwaliteitseisen per domein opgenomen. De GGD toetst op basis van het landelijk toetsingskader. Het toetsingskader en bijbehorend modelrapport wordt binnenkort in de Staatscourant gepubliceerd. De VNG raadt gemeenten aan om het gemeentelijk handhavingsbeleid voor kinderopvang uit te breiden met het peuterspeelzaalwerk. De VNG heeft een afwegingsmodel voor handhaving kwaliteit peuterspeelzalen gemaakt. 18 november 2010

7 'GCS>, fc>^jhje j BEGROTINGSWIJZIGING 2011: aanpassing gemeentelijke bijdragen Toelichting: De gemeentelijke bijdragen 2011 voor het gemeenschappelijke takenpakket worden gewijzigd vanwege 2 besluiten: - de overheveling van de vergoeding van de kosten inzake het Digitaal Dossier JGZ (DDJGZ) van contracttaken naar de gezamenlijke taken. Dit betekent een verhoging van de gemeentelijke bijdragen per inwoner met en dito verlaging van de gemeentelijke bijdragen voor contracttaken. de overheveling van de vergoeding van de kosten inzake Inspecties Peuterspeelzalen van gezamenlijke taken naar de contracttaken en de kosten en 'baten van de uitbreiding van deze taak. Dit betekent een verlaging van de gemeentelijke bijdragen per inwoner met , een geraamde verhoging van de gemeentelijke bijdragen voor contracttaken met en een geraamde verhoging van de personele kosten met De omvang van de laatst genoemde twee posten is uiteindelijk afhankelijk van de werkelijke vraag. In de bijlage wordt per gemeente de gewijzigde omvang van de bijdrage per inwoner weergegeven. UITGAVEN Codering Omschrijving van de post Verhoging Bedrag Verlaging INKOMSTEN Codering Omschrijving van de post Verhoging Bedrag Verlaging Personele kosten Gem. bijdrage per inwoner Contracttaken gemeenten Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur van de GGD Brabant Zuidoost dd Voorzitter: IvlM de Leeuw Secretaris: JP Ragetlie versie:

8 Bijlage Overzicht bijdragen per inwoner per gemeente aan het gezamenlijke takenpakket 2011 naar aanleiding van begrotingswijziging ivm overheveling taken van en naar contracttaken t, - CE i-wmea dl *\ * L* S ',P '*!?T T'B E -ar.-:4*7 5 ",> > ttfiyvocrer.s'lli L^t.:^aCenÈênsc ii -:A,A;. 1 &S S? ;3M atiss2mtï:: : >f3i*iii! N euw /V=p l3jv^7w '\ Ïfaä^^Tirlw ' J&4-75ß7mw Asten Bergeijk Best Bladel Cranendonck Deurne Eersel Eindhoven Geldrop-Mierlo Gemert-Bakel Heeze-Leende Helmond Laarbeek Nuenen Oirschot Reusel-De Mierden Someren Son en Breugel Valkenswaard Veldhoven Waalre ^