ECLI:NL:RBSHE:2010:BM5015

Transcriptie

1 ECLI:NL:RBSHE:2010:BM5015 Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 01/ Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-hertogenbosch Strafrecht Eerste aanleg - meervoudig Niet-ontvankelijkheid openbaar ministerie vanwege weigering stukken aan de rechter-commissaris te verstrekken in het kader van onderzoek naar mogelijke fouten in de opsporing. Vindplaatsen Rechtspraak.nl Uitspraak vonnis RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH Sector Strafrecht Parketnummer: 01/ Parketnummers vorderingen: 01/ en 01/ Datum uitspraak: 14 mei 2010 Verkort vonnis van de rechtbank 's-hertogenbosch, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen: [verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1988, thans gedetineerd in de P.I. Zuid Oost, HvB Roermond. Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 12 augustus 2009, 28 oktober 2009, 18 januari 2010, 6 april 2010 en 14 mei De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht. De tenlastelegging. De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 10 juli 2009.

2 Nadat de tenlastelegging op de terechtzitting van 18 januari 2010 is gewijzigd is aan verdachte tenlastegelegd dat 1. hij op of omstreeks 29 april 2009 te Bakel, gemeente Gemert-Bakel, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer1] van het leven te beroven, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met dat opzet, met een of meer vuurwapen(s) een of meer kogel(s) in de buik, in elk geval het lichaam, van die [slachtoffer1] heeft/hebben geschoten, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid welke vorenomschreven poging tot doodslag werd gevolgd vergezeld voorafgegaan van A. diefstal in vereniging doordat hij, verdachte, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld een horloge (merk Breitling) een GSM een of meer andere goed(eren), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3], voorafgegaan vergezeld gevolgd van geweld bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden gemakkelijk te maken om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, zijn mededader(s) - een of meer vuurwapen(s) heeft/hebben gericht op die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] (daarbij) die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] de woorden heeft/hebben toegevoegd: "Dit is een overval, wij willen geld" "We moeten geld hebben, waar ligt dat geld?", althans woorden van gelijke dreigende aard strekking - die [slachtoffer1] die [slachtoffer4] (met kracht) heeft/hebben geslagen geschopt - (met kracht) een mobiele telefoon uit de broekzak van die [slachtoffer3] heeft/hebben gerukt/getrokken/gepakt, B. afpersing in vereniging doordat hij, verdachte, tezamen en in vereniging met

3 een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld bedreiging met geweld [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] heeft gedwongen tot de afgifte van een hoeveelheid geld een horloge (merk Breitling) een GSM een of meer andere goed(eren), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte zijn mededader(s), welk geweld welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, zijn mededader(s) - een of meer vuurwapen(s) heeft/hebben gericht op die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] (daarbij) die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] de woorden heeft/hebben toegevoegd: "Dit is een overval, wij willen geld" "We moeten geld hebben, waar ligt dat geld?", althans woorden van gelijke dreigende aard strekking, - die [slachtoffer1] die [slachtoffer4] (met kracht) heeft/hebben geslagen geschopt - die [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] heeft/hebben gedwongen op de grond te gaan liggen en de woorden heeft/hebben toegevoegd: "Blijven liggen", althans woorden van gelijke dreigende aard strekking, en welke poging tot doodslag werd gepleegd met het oogmerk om de uitvoering van dat/die feit(en) voor te bereiden gemakkelijk te maken om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf zijn mededader(s) straffeloosheid het bezit van het wederrechtelijk verkregene te verzekeren; (Wetboek van Strafrecht artikel 288) Subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden: A. hij op of omstreeks 29 april 2009 te Bakel, gemeente Gemert-Bakel, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer1] van het leven te beroven, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met dat opzet, met een of meer vuurwapen(s) een of meer kogel(s) in de buik, in elk geval het lichaam, van die [slachtoffer1] heeft/hebben geschoten, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf

4 niet is voltooid; [artikel 287 jo 45 Wetboek van Strafrecht]; B. hij op of omstreeks 29 april 2009 te Bakel, gemeente Gemert-Bakel, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld een horloge (merk Breitling) een GSM een of meer andere goed(eren), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan vergezeld gevolgd van geweld bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden gemakkelijk te maken om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, zijn mededader(s) - een of meer vuurwapen(s) heeft/hebben gericht op die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] (daarbij) die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] de woorden heeft/hebben toegevoegd: "Dit is een overval, wij willen geld" "We moeten geld hebben, waar ligt dat geld?", althans woorden van gelijke dreigende aard strekking - die [slachtoffer1] die [slachtoffer4] (met kracht) heeft/hebben geslagen geschopt - (met kracht) een mobiele telefoon uit de broekzak van die [slachtoffer3] heeft/hebben gerukt/getrokken/gepakt; [artikel 312 jo 47 Wetboek van Strafrecht]; C. hij op of omstreeks 29 april 2009 te Bakel tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld bedreiging met geweld [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] heeft gedwongen tot de afgifte van een hoeveelheid geld een horloge (merk Breitling) een GSM een of meer andere

5 goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte zijn/haar mededader(s), welk geweld welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, zijn mededader(s) - een of meer vuurwapen(s) heeft/hebben gericht op die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] (daarbij) die [slachtoffer1] [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] de woorden heeft/hebben toegevoegd: "Dit is een overval, wij willen geld" "We moeten geld hebben, waar ligt dat geld?", althans woorden van gelijke dreigende aard strekking, - die [slachtoffer1] die [slachtoffer4] (met kracht) heeft/hebben geslagen geschopt - die [slachtoffer2] [slachtoffer4] [slachtoffer3] heeft/hebben gedwongen op de grond te gaan liggen en de woorden heeft/hebben toegevoegd: "Blijven liggen", althans woorden van gelijke dreigende aard strekking, [artikel 317 jo 47 Wetboek van Strafrecht]; 2. A. hij op of omstreeks 2 april 2009 te Budel Dorplein, gemeente Cranendonck, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening weg te nemen een hoeveelheid geld een of meer goed(eren) van zijn -verdachtes- zijn mededader(s) gading, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer5] [slachtoffer6] [slachtoffer7 (taxibedrijf)], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte zijn mededader(s), en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan te doen vergezellen te doen volgen van geweld bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer5] [slachtoffer6], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden gemakkelijk te maken om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen, met voormeld oogmerk - een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, heeft/hebben gericht op (het hoofd van) die [slachtoffer5] (daarbij) die [slachtoffer5] de woorden heeft/hebben toegevoegd: "dat ze geld wilden en de kluis en dat ze hem anders af zouden knallen" "dat ze een kogel hadden voor zijn vrouw en zijn kinderen en zijn kleinkind, als hij de kluis niet zou openen" althans woorden van gelijke dreigende aard strekking

6 - die [slachtoffer5] heeft/hebben vastgebonden aan armen en benen en diens mond heeft/hebben gesnoerd met tape - die [slachtoffer5] een kogel uit de trommel van een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, heeft/hebben laten zien vervolgens de loop van het vuurwapen, in elk geval het op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in de mond van voornoemde [slachtoffer5] heeft/hebben gestoken - die [slachtoffer5] onder schot heeft/hebben gehouden - die [slachtoffer5] meermalen, althans eenmaal, (met kracht) in diens maag zij heeft/hebben geschopt - die [slachtoffer5] door de garage van [slachtoffer7 (taxibedrijf)] heen heeft/hebben gesleept - die [slachtoffer6] een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, tegen diens hoofd heeft/hebben gehouden geduwd (daarbij) die [slachtoffer6] de woorden heeft/hebben toegevoegd: "dat hij de kluis moest openen en dat ze geld wilden", althans woorden van gelijke dreigende aard strekking, - die [slachtoffer6] onder schot heeft/hebben gehouden - die [slachtoffer6] meermalen, althans eenmaal, heeft/hebben geschopt - die [slachtoffer6] meermalen, althans eenmaal, (met gebalde vuist) in/tegen diens gezicht heeft/hebben geslagen - die [slachtoffer6] heeft/hebben vastgebonden aan armen en benen en diens mond heeft/hebben gesnoerd met tape - die [slachtoffer6] door de garage van [slachtoffer7 (taxibedrijf)] heen heeft/hebben gesleept, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; [artikel 312/47 jo 45 Wetboek van Strafrecht]; B. hij op of omstreeks 2 april 2009 te Budel Dorplein, gemeente Cranendonck ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld bedreiging

7 met geweld [slachtoffer5] [slachtoffer6] [slachtoffer7 (taxibedrijf)] te dwingen tot de afgifte van een hoeveelheid geld een of meer goed(eren) van zijn -verdachtes- zijn mededader(s) gading, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer5] [slachtoffer6] [slachtoffer7 (taxibedrijf)], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte zijn mededader(s), tezamen met zijn, verdachtes, mededader(s), althans alleen, met voormeld oogmerk - een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, heeft/hebben gericht op (het hoofd van) die [slachtoffer5] (daarbij) die [slachtoffer5] de woorden heeft/hebben toegevoegd: "dat ze geld wilden en de kluis en dat ze hem anders af zouden knallen" "dat ze een kogel hadden voor zijn vrouw en zijn kinderen en zijn kleinkind, als hij de kluis niet zou openen" althans woorden van gelijke dreigende aard strekking - die [slachtoffer5] heeft/hebben vastgebonden aan armen en benen en diens mond heeft/hebben gesnoerd met tape - die [slachtoffer5] een kogel uit de trommel van een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, heeft/hebben laten zien vervolgens de loop van het vuurwapen, in elk geval het op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in de mond van voornoemde [slachtoffer5] heeft/hebben gestoken - die [slachtoffer5] onder schot heeft/hebben gehouden - die [slachtoffer5] meermalen, althans eenmaal, (met kracht) in diens maag zij heeft/hebben geschopt - die [slachtoffer5] door de garage van [slachtoffer7 (taxibedrijf)] heen heeft/hebben gesleept - die [slachtoffer6] een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, tegen diens hoofd heeft/hebben gehouden geduwd (daarbij) die [slachtoffer6] de woorden heeft/hebben toegevoegd: "dat hij de kluis moest openen en dat ze geld wilden", althans woorden van gelijke dreigende aard strekking, - die [slachtoffer6] onder schot heeft/hebben gehouden - die [slachtoffer6] meermalen, althans eenmaal, heeft/hebben geschopt - die [slachtoffer6] meermalen, althans eenmaal, (met gebalde vuist) in/tegen diens gezicht heeft/hebben geslagen - die [slachtoffer6] heeft/hebben vastgebonden aan armen en benen en diens mond

8 heeft/hebben gesnoerd met tape - die [slachtoffer6] door de garage van [slachtoffer7 (taxibedrijf)] heen heeft/hebben gesleept, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; [artikel 317/47 jo 45 Wetboek van Strafrecht]; 3. hij in of omstreeks de periode van 7 februari 2009 tot en met 9 februari 2009 te Dalhem, in elk geval in België, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen Een oplegger ([kenteken1]) paar schoenen (merk Skechers), toebehorende aan [slachtoffer 8 (transportbedrijf)], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte zijn mededader(s), waarbij verdachte zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking inklimming; [artikel 311 lid 1 sub 4/5 jo 47 Wetboek van Strafrecht]; Subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden: hij in of omstreeks de periode van 07 februari 2009 tot en met 1 mei 2009 te Eindhoven, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een (groot) aantal schoenen (merk Skechers) heeft verworven, voorhanden heeft gehad heeft overgedragen, terwijl hij zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die schoenen wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof; [artikel 416/417bis Wetboek van strafrecht] De vorderingen na voorwaardelijke veroordeling. De zaak met parketnummer 01/ is aangebracht bij vordering van 9 juli Deze vordering heeft betrekking op het vonnis van de politierechter te 's-hertogenbosch d.d. 3 juni Een kopie van de vordering is aan dit vonnis gehecht. De zaak met parketnummer 01/ is aangebracht bij vordering van 10 juli Deze vordering heeft betrekking op het vonnis van de rechtbank te 's-hertogenbosch d.d. 23 april Een kopie van de vordering is aan dit vonnis gehecht. De formele voorvragen. Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd

9 van het tenlastegelegde kennis te nemen en voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging. De ontvankelijkheid van het openbaar ministerie: Door de officier van justitie is ter terechtzitting van 14 mei 2010 daaromtrent het volgende aangevoerd: "Zoals bekend heeft de rijksrecherche een strafrechtelijk onderzoek verricht naar een aspect van de wijze van opsporing inzake de gewapende overval in Bakel. Het rijksrecherche-onderzoek is gestart in opdracht van de hoofdofficier van justitie van het arrondissementsparket 's-hertogenbosch. De korpsleiding van de regiopolitie Brabant Zuid-Oost had hier bij de hoofdofficier van justitie op aangedrongen, direct na de eerste interne signalen van onregelmatigheden. Het openbaar ministerie heeft de rijksrecherche ingeschakeld lang voordat er vanuit de verdediging onregelmatigheden zijn gesuggereerd. Inmiddels is het eindproces-verbaal van de rijksrecherche vrijwel afgerond. Het openbaar ministerie kan vanwege zwaarwegende opsporingsbelangen niet ingaan op de inhoud van het rijksrecherche-onderzoek. Hierover kan enkel worden meegedeeld dat één of meer leden van het onderzoeksteam "Oranjebaars" ernstig tekort geschoten zijn in hun verbaliseringsplicht en hun verantwoordingsplicht naar het openbaar ministerie en daarmee ook naar de rechtbank. Het openbaar ministerie merkt op dat uit de onderzoeksbevindingen niet blijkt van de inzet van criminele burgerinfiltranten of het sluiten van een zogenaamde deal. Voor wat betreft de voorlopige hechtenis zijn er tot op heden voldoende ernstige bezwaren op basis van rechtmatig ingezette opsporingsmethoden. Het openbaar ministerie heeft zich een oordeel gevormd over de bevindingen van de rijksrecherche en heeft zich beraden op de consequenties van het verstrekken van het procesverbaal van de rijksrecherche aan de rechter-commissaris. Het openbaar ministerie zal het eindprocesverbaal van de rijksrecherche niet verstrekken aan de rechter-commissaris in verband met de geschetste zwaarwegende opsporingsbelangen. Het openbaar ministerie is verantwoordelijk voor de veiligheid van personen. Dat er een veiligheidsaspect speelt kan al worden afgeleid uit het zeer gewelddadige karakter van de feiten in Bakel en Budel. Bovendien is er een risicoanalyse dat er specifiek levensgevaar is voor één of meer personen, bij al dan niet gedeeltelijke openbaarmaking van het eindproces-verbaal. Het openbaar ministerie wil tot het uiterste gaan om te voorkomen dat het genoemde levensgevaar zich verwezenlijkt. Dit leidt er toe dat het openbaar ministerie de zaken vandaag vervroegd voorlegt aan de rechtbank teneinde de eigen niet-ontvankelijkheid te vorderen in deze lopende strafzaak. Het openbaar ministerie zal zich niet verzetten tegen een onmiddellijke invrijheidstelling van de verdachte. Dit alles betekent eerst en vooral een klap voor de slachtoffers. Eerder deze week zijn de slachtoffers van de delicten in Bakel en Budel alvast zo veel mogelijk persoonlijk geïnformeerd. Het openbaar ministerie en het betrokken politieteam trekken zich de gebeurtenissen zeer aan en hadden graag een andere afloop van deze strafzaak gezien. Aan de andere kant is het vorderen van de niet-ontvankelijkheid een teken dat het openbaar ministerie en de politie groot belang hechten aan opsporing en vervolging volgens de regels die daarvoor gelden." Tevens heeft de officier van justitie de niet-ontvankelijkheid van de benadeelde partijen in hun vordering en de teruggave van het in beslag genomen goed aan de rechthebbende gevorderd. De verdediging heeft zich achter dit requisitoir geschaard. De rechtbank overweegt als volgt. In deze strafzaak heeft de officier van justitie ter zitting van 18 januari 2010 verklaard dat er op verzoek van het openbaar ministerie door de rijksrecherche een onderzoek werd ingesteld naar bepaalde aspecten van het politieonderzoek dat aan de basis ligt van deze strafzaak. De rechtbank heeft toen een procedure vastgesteld, die tot doel had maximaal inzicht te geven in mogelijke fouten in de opsporing en de consequenties daarvan voor (onder andere) de waarheidsvinding in deze zaak zonder tekort te doen aan voorshands aangenomen zwaarwegende

10 opsporingsbelangen en persoonlijke (veiligheids)belangen van betrokken derden. Juist om deze weging goed te kunnen maken was de rechter-commissaris aangemerkt als de rechterlijke instantie die in dit moeilijke evenwicht kennis van alle feiten zou krijgen en aansluitend, gehoord de officier van justitie en de verdediging, een rapport zou opstellen dat de basis zou vormen voor de verdere behandeling van de strafzaak. De officier van justitie heeft aangegeven dat het openbaar ministerie vanwege zwaarwegende opsporingsbelangen niet zal overgaan tot het verstrekken van een kopie van het rijksrechercheonderzoek aan de rechter-commissaris. Daarmee wordt aan de rechtbank en aan de verdediging elke reële mogelijkheid tot toetsing ontnomen. Een dergelijke weigering vormt een ernstige inbreuk op de beginselen van een behoorlijke procesorde, waarin - behoudens wettelijk geregelde uitzonderingen zoals art. 226p, lid 2, van het Wetboek van Strafvordering -, immers uiteindelijk de rechtbank op door haar te bepalen wijze kennis behoort te kunnen nemen van alle stukken die redelijkerwijs van belang worden geacht voor door haar te nemen beslissingen, met name ook die van de artikelen 348 tot en met 350 van het Wetboek van Strafvordering. Verder geldt dat de rechtbank op basis van de hiervoor al omschreven uitlatingen van de officier van justitie en hetgeen daarna is voorgevallen niet anders kan concluderen dan dat - hoewel de details niet bekend zijn geworden - er sprake is van een zeer ernstige schending van het recht van verdachte op een eerlijk strafproces. Dit heeft tot gevolg dat de officier van justitie, overeenkomstig haar vordering daartoe, niet-ontvankelijk wordt verklaard in de vervolging van verdachte. Het openbaar ministerie heeft na afweging van alle betrokken belangen, ook belangen die van meer algemene aard zijn en mogelijk geheel of gedeeltelijk buiten deze strafzaak zijn gelegen, de wettelijke mogelijkheid om een (procesrechtelijke) beslissing te nemen die, zoals in deze zaak, logischerwijs leidt tot niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie. In die algemene belangenafweging kan en wil de rechtank niet treden, gelet op de in het Wetboek van Strafvordering en Wet op de Rechterlijke Organisatie verankerde taken en bevoegdheden van het openbaar ministerie. De reden van nietontvankelijk verklaring leidt er tevens toe dat de verdachte onmiddellijk in vrijheid dient te worden gesteld. De vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer4], [slachtoffer1], Y.[slachtoffer3], [slachtoffer2] en [slachtoffer6]. (feiten 1 en 2) De rechtbank zal de benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaren in hun vordering, aangezien het openbaar ministerie niet-ontvankelijk zal worden verklaard inzake de feiten waarop de vorderingen betrekking hebben. De rechtbank zal op die grond de benadeelde partijen veroordelen in de kosten van verdachte. Deze kosten worden tot op heden telkens begroot op nihil. Beslag. De rechtbank zal de teruggave gelasten van het in het dictum nader te noemen inbeslaggenomen voorwerp aan de rechthebbende nu naar het oordeel van de rechtbank het belang van strafvordering zich niet meer verzet tegen de teruggave van het inbeslaggenomen goed. Motivering van de beslissing na voorwaardelijke veroordeling 01/ De vordering voldoet aan alle wettelijke eisen. Krachtens de wettelijke bepalingen is de rechtbank bevoegd tot behandeling van deze vordering. Uit onderzoek ter terechtzitting zijn geen omstandigheden gebleken die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan. De rechtbank zal de gevorderde tenuitvoerlegging afwijzen omdat het openbaar ministerie in de zaak met parketnummer 01/ niet-ontvankelijk zal worden verklaard.

11 Motivering van de beslissing na voorwaardelijke veroordeling 01/ De vordering voldoet aan alle wettelijke eisen. Krachtens de wettelijke bepalingen is de rechtbank bevoegd tot behandeling van deze vordering. Uit onderzoek ter terechtzitting zijn geen omstandigheden gebleken die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan. De rechtbank zal de gevorderde tenuitvoerlegging afwijzen omdat het openbaar ministerie in de zaak met parketnummer 01/ niet-ontvankelijk zal worden verklaard. DE UITSPRAAK T.a.v. feit 1 primair, feit 1 subsidiair, feit 2, feit 3 primair, feit 3 subsidiair: Verklaart het openbaar ministerie niet ontvankelijk. T.a.v. feit 1 primair, feit 1 subsidiair: Niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij [slachtoffer4] in haar vordering. Veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van de verdachte tot op heden begroot op nihil. T.a.v. feit 1 primair, feit 1 subsidiair: Niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij [slachtoffer1] in haar vordering. Veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van de verdachte tot op heden begroot op nihil. T.a.v. feit 1 primair, feit 1 subsidiair: Niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij Y.[slachtoffer3] in haar vordering. Veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van de verdachte tot op heden begroot op nihil. T.a.v. feit 1 primair, feit 1 subsidiair: Niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij [slachtoffer2] in haar vordering. Veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van de verdachte tot op heden begroot op nihil.

12 T.a.v. feit 2: Niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij [slachtoffer6] in haar vordering. Veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van de verdachte tot op heden begroot op nihil. Gelast de teruggave van het inbeslaggenomen goed, te weten: een personenauto, Opel Omega, kleur zwart, kenteken [kenteken2], aan de rechthebbende. Beslissing na voorwaardelijke veroordeling 01/ Wijst af de vordering van de officier van justitie. Beslissing na voorwaardelijke veroordeling 01/ Wijst af de vordering van de officier van justitie. Opheffing van het tegen verdachte verleende bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van heden. Dit vonnis is gewezen door: mr. drs. W.A.F. Damen, voorzitter, mr. H.H.E. Boomgaart en mr. J.D. Streefkerk, leden, in tegenwoordigheid van G.A.M. de Laat, griffier, en is uitgesproken op 14 mei 2010.