Handboek voor patiëntanamnese. voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handboek voor patiëntanamnese. voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten"

Transcriptie

1 Handboek voor patiëntanamnese voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten

2 B C x A Patiëntanamnese De eerste stap naar een orthese op maat Een individuele EVO, KEVO of KO wordt uitsluitend voor de gebruiker ervan vervaardigd. Lichaamsmaten en spierstatus zijn voorbeelden voor individuele patiëntgegevens die bij de anamnese worden vastgesteld. De hoeveelheid en nauwkeurigheid van de verzamelde gegevens hebben een blijvende invloed op de orthese. Noteer alle waarden die u tijdens de patiëntanamnese vaststelt, in het verzorgingsformulier. Indicatie Schoenmaat Gesellschaft für Entwicklung und Vertrieb von orthopädietechnischen Systemen mbh Verzorgingsformulier 03/2017 EVO/KEVO/KO Technicus: Klantnummer: Naam patiënt Varusstand Maximaal Dorette-von-Stern-Strasse Lüneburg (Duitsland) Geslacht w m Firma: Datum: Lichaamsgewicht kg Lichaamslengte cm info@fior-gentz.de Wij wijzen erop dat persoonlijke gegevens van patiënten worden opgeslagen en gebruikt voor de verwerking van de opdracht en voor een statistische analyse. Denk eraan dat de berekening van de belasting van de orthese betrekking heeft op de hier aangegeven gegevens. Tijdens het gebruik van de orthese kunnen deze gegevens veranderen. Houd reeds bij het invullen van dit verzorgingsformulier rekening met veranderingen die zullen optreden (bijv. m.b.t. lichaamsgewicht, groei of veranderingen van de spierstatus). GEGEVENS PATIËNT Vanwege privacyredenen gelieve uitsluitend de eerste twee letters van de voornaam en van de familienaam opgeven. Gecorrigeerd Geboortejaar AP-maat (voor het mechanische kniedraaipunt bij een KEVO of KO) ap Gebruik voor patiënten met cerebrale parese en apoplexie het daarvoor bestemde verzorgingsformulier. Gecorrigeerd mm Been Linkerbeen Rechterbeen Gebruik twee verzorgingsformulieren wanneer de volgende punten bij beide benen van elkaar verschillen. Schoenmaat (Europese standaardmaat) Zooldikte (B) mm Heel drop (x = A - B) mm Hoogtecompensatie (C) mm Valgusstand Hyperextensie Maximale extensie Maximaal Maximaal Heup Gecorrigeerd Knie In dit handboek zijn alle stappen van de patiëntanamnese overzichtelijk en chronologisch beschreven. De daarvoor relevante handelingen worden beeldend weergegeven en toegelicht. Om een vakoverkoepelende communicatie gemakkelijker te maken, is bij de bepaling van de spierstatus de beoordeling volgens Janda gekozen. De opbouw van het handboek is gebaseerd op het verzorgingsformulier. Raadpleeg voor de indicaties apoplexie en cerebrale parese de desbetreffende handboeken en gebruik de speciaal daarvoor bestemde verzorgingsformulieren. De patiëntanamnese vindt u ook onder de online-tutorials op onze website Daar vindt u in de vorm van online-tutorials een overzichtelijke indeling van alle stappen voor het maken van een orthetische verzorging.

3 Dit concept voor het maken van een orthetische verzorging volgen wij daarnaast bij onze seminars in Lüneburg. Theoretische en praktische kennis wordt bij de diverse seminars conceptioneel overgebracht. Vraag vrijblijvend informatiemateriaal over onze seminars aan: Gebruik het handboek als leidraad, naslagwerk, persoonlijke controlelijst of basis voor het verloop van uw patiëntanamnese. Het team van FIOR & GENTZ

4 Patiëntanamnese Inhoud Lichaamsgewicht en -lengte Lichaamsgewicht 6 Lichaamslengte 6 Bewegingsvrijheid in BSG Heel drop schoen en hoogtecompensatie 7 Beenlengte-/hoogtecompensatie 7 Schoenmaat 8 Bewegingsvrijheid in BSG in dorsaalextensie 8 Bewegingsvrijheid in BSG in plantairflexie 9 Gewrichtshoeken Verkeerde standen 9 Verkeerde varusstand maximaal en gecorrigeerd 10 Verkeerde valgusstand maximaal en gecorrigeerd 10 Hyperextensie maximaal en gecorrigeerd 11 Extensiebeperking van de heup 11 Extensiebeperking van de knie 12 Spierstatus voet Dorsaalextensie spierstatus 5 en 4 13 Dorsaalextensie spierstatus 3 13 Dorsaalextensie spierstatus 2 14 Dorsaalextensie spierstatus 1 en 0 14 Plantairflexie spierstatus 5 en 4 15 Plantairflexie spierstatus 3 16 Plantairflexie spierstatus 2 16 Plantairflexie spierstatus 1 en 0 17 Spierstatus knie Pagina Knie-extensie spierstatus 5 en 4 18 Knie-extensie spierstatus 3 18 Knie-extensie spierstatus 2 19 Knie-extensie spierstatus 1 en

5 Pagina Knieflexie spierstatus 5 en 4 20 Knieflexie spierstatus 3 21 Knieflexie spierstatus 2 21 Knieflexie spierstatus 1 en 0 22 Spierstatus heup Heupflexie spierstatus 5 en 4 23 Heupflexie spierstatus 3 23 Heupflexie spierstatus 2 24 Heupflexie spierstatus 1 en 0 24 Heupextensie spierstatus 5 en 4 25 Heupextensie spierstatus 3 26 Heupextensie spierstatus 2 26 Heupextensie spierstatus 1 en 0 27 Activiteit Activiteit 28 AP-maat AP-maat op kniehoogte 29 Verklarende woordenlijst vindt u vanaf pagina 30 5

6 Patiëntanamnese 1 [kg] Lichaamsgewicht Bepaal het lichaamsgewicht. Er dient rekening te worden gehouden met afzienbare veranderingen zoals een gewichtstoename door groei. 2 [ cm] Lichaamslengte Bepaal de lichaamslengte. Er dient rekening te worden gehouden met afzienbare veranderingen zoals een verandering van lengte door groei. 6

7 3 [ mm] C B x A Heel drop schoen en hoogtecompensatie Bepaal de heel drop x van de schoen (verschil tussen hakhoogte A en zooldikte B bij de bal van de voet). Meet A en B en pas de formule x = A B toe. Breng daarna de bepaalde heel drop over op de h-cast. 4 Beenlengte-/hoogtecompensatie De patiënt staat op de h-cast. Controleer of de patiënt loodrecht staat, bijvoorbeeld met behulp van een laser-loodlijn. De loodlijn moet van de 7e halswervel (C7) door de bilnaad en het midden van het ondersteuningsvlak van beide voeten vallen. Als dit niet het geval is, dan heeft de patiënt een hoogtecompensatie nodig (bijv. op grond van een eenzijdige contractuur). Bepaal deze (zie C in afb. 3) en breng deze over op de h-cast. Controleer het resultaat. 7

8 Patiëntanamnese 5 Schoenmaat Bepaal de schoenmaat. De afrollijn van de voet verschuift bijvoorbeeld door een eenzijdige beenlengte-/hoogtecompensatie aan de getroffen zijde naar posterior, waardoor de hefboomwerking van de voorvoet korter wordt. Om een gelijkzijdig gangbeeld te bereiken, is dezelfde hefboomwerking van de voorvoet nodig. Let hierop bij de latere werkstappen van de gipswerkzaamheden. Noteer daarvoor de grotere schoenmaat voor beide zijden. 6 [ ] [ ] Bewegingsvrijheid in BSG in dorsaalextensie De bewegingsvrijheid in BSG wordt vanuit de individuele uitgangspositie gemeten. Zet de patiënt met inachtneming van de beenlengte-/hoogtecompensatie en de heel drop van de schoen op de h-cast. Meet uitgaande van de individuele uitgangspositie de bewegingsvrijheid in het bovenste spronggewricht in dorsaalextensie. 8

9 7 [ ] [ ] Bewegingsvrijheid in BSG in plantairflexie De bewegingsvrijheid in BSG wordt vanuit de individuele uitgangspositie gemeten. Zet de patiënt met inachtneming van de beenlengte-/hoogtecompensatie en de heel drop van de schoen op de h-cast. Meet uitgaande van de individuele uitgangspositie de bewegingsvrijheid in het bovenste spronggewricht in plantairflexie. 8 Verkeerde standen De patiënt staat op de h-cast. Stel vast in welke richting de beenas eventueel uit de neutrale nulstand afwijkt. 9

10 Patiëntanamnese 9 [ ] [ ] Verkeerde varusstand maximaal en gecorrigeerd Als er sprake is van een afwijking in varus, corrigeer deze dan zover mogelijk en bepaal de waarde van de gecorrigeerde verkeerde varusstand. Als de verkeerde stand niet kan worden gecorrigeerd, adviseren wij het veld in het verzorgingsformulier toch te gebruiken voor het documenteren van de bepaalde waarde. Bepaal vervolgens in onbelaste toestand de maximale verkeerde varusstand. Als de waarden overeenstemmen, dan is er sprake van een verkeerde stand, echter niet van instabiliteit. 10 [ ] [ ] Verkeerde valgusstand maximaal en gecorrigeerd Als er sprake is van een afwijking in valgus, corrigeer deze dan zover mogelijk en bepaal de waarde van de gecorrigeerde verkeerde valgusstand. Als de verkeerde stand niet kan worden gecorrigeerd, adviseren wij het veld in het verzorgingsformulier toch te gebruiken voor het documenteren van de bepaalde waarde. Bepaal vervolgens in onbelaste toestand de maximale verkeerde valgusstand. Als de waarden overeenstemmen, dan is er sprake van een verkeerde stand, echter niet van instabiliteit. 10

11 11 [ ] Hyperextensie maximaal en gecorrigeerd Meet de maximale hyperextensie in de knie. Corrigeer de stand, indien mogelijk, zodat een fysiologische kniehoek wordt bereikt en bepaal de waarde. Alle waarden die boven 0 liggen, bijvoorbeeld een flexie van 4, vormen een opheffing van de hyperextensie en worden als 0 genoteerd. 12 [ ] Extensiebeperking van de heup Pas de Thomas-test toe om de extensiebeperking van de heup te bepalen. De patiënt ligt op de rug. Leg een hand onder de lendenwervels om de delordosering van de lendenwervels te testen. Breng het niet te testen been met gebogen knie in de heupbuiging. Aan de te testen zijde wordt de heupflexiehoek gemeten. Denk eraan dat de bepaalde extensiebeperking van de heup de individuele uitgangspositie in het sagittale vlak kan beïnvloeden. 11

12 Patiëntanamnese 13 [ ] Extensiebeperking van de knie De patiënt staat op de h-cast. Stel deze dienovereenkomstig in om rekening te houden met alle invloedsfactoren, zoals de extensiebeperking van de heup. Meet de kniehoek. Deze wijkt van de fysiologische hoek af, wanneer een extensiebeperking in knie en/of heup bestaat. Ook pijn kan resulteren in een afwijking. 14 Dorsaalextensie 12

13 15 Dorsaalextensie spierstatus 5 en 4 De patiënt ligt op de buik, de voet van het te testen been steekt buiten de rand van de onderzoekstafel uit. Fixeer met een hand het onderbeen zonder de spierfunctie te beperken. Druk met de andere hand tegen de voetrug. Laat de patiënt de voet in dorsaalextensie brengen. Bij een volledige krachtsontplooiing tegen sterke weerstand is de spierstatus 5. Bij een krachtsontplooiing tegen lichte weerstand is de spierstatus Dorsaalextensie spierstatus 3 De patiënt zit, de onderbenen hangen over de rand van de onderzoekstafel omlaag. Fixeer met een hand het onderbeen zonder de spierfunctie te beperken. Laat de patiënt de voet in dorsaalextensie brengen. Bij een krachtsontplooiing tegen de zwaartekracht is de spierstatus 3. 13

14 Patiëntanamnese 17 Dorsaalextensie spierstatus 2 De patiënt ligt op de kant van het te testen been. Leg een hand onder de voet, zodat deze niet meer op de onderzoekstafel rust. Laat de patiënt de voet in dorsaalextensie brengen. Bij een krachtsontplooiing zonder inwerking van de zwaartekracht is de spierstatus Dorsaalextensie spierstatus 1 en 0 De patiënt ligt op de kant van het te testen been. Leg een hand onder de voet, zodat deze niet meer op de onderzoekstafel rust. Laat de patiënt de voet in dorsaalextensie brengen. Palpeer of spieractiviteit aanwezig is. Bij zicht-/voelbare spieractiviteit met onvolledige bewegingsomvang is de spierstatus 1. Bij ontbrekende contractie is er sprake van een volledige verlamming en de spierstatus is 0. 14

15 19 Plantairflexie 20 Plantairflexie spierstatus 5 en 4 De patiënt ligt op de buik, de voet van het te testen been steekt buiten de rand van de onderzoekstafel uit. Fixeer met een hand het onderbeen zonder de spierfunctie te beperken. Druk met de andere hand van onderaf tegen de voorvoet. Laat de patiënt de voet in plantairflexie brengen. Bij een volledige krachtsontplooiing tegen sterke weerstand is de spierstatus 5. Bij een krachtsontplooiing tegen lichte weerstand is de spierstatus 4. 15

16 Patiëntanamnese 21 Plantairflexie spierstatus 3 De patiënt ligt op de buik, het te testen been is geflecteerd. Laat de patiënt de voet in plantairflexie brengen. Bij een krachtsontplooiing tegen de zwaartekracht is de spierstatus Plantairflexie spierstatus 2 De patiënt ligt op de kant van het te testen been. Leg een hand onder de voet, zodat deze niet meer op de onderzoekstafel rust. Laat de patiënt de voet in plantairflexie brengen. Bij een krachtsontplooiing zonder inwerking van de zwaartekracht is de spierstatus 2. 16

17 23 Plantairflexie spierstatus 1 en 0 De patiënt ligt op de kant van het te testen been. Leg een hand onder de voet, zodat deze niet meer op de onderzoekstafel rust. Laat de patiënt de voet in plantairflexie brengen. Palpeer of spieractiviteit aanwezig is. Bij zicht-/voelbare spieractiviteit met onvolledige bewegingsomvang is de spierstatus 1. Bij ontbrekende contractie is er sprake van een volledige verlamming en de spierstatus is Knie-extensie 17

18 Patiëntanamnese 25 Knie-extensie spierstatus 5 en 4 De patiënt zit, de onderbenen hangen over de rand van de onderzoekstafel omlaag. Fixeer met een hand het bovenbeen zonder de spierfunctie te beperken. Druk met de andere hand boven de voet tegen het onderbeen. Laat de patiënt de knie in extensie brengen. Bij een volledige krachtsontplooiing tegen sterke weerstand is de spierstatus 5. Bij een krachtsontplooiing tegen lichte weerstand is de spierstatus Knie-extensie spierstatus 3 De patiënt zit, de onderbenen hangen over de rand van de onderzoekstafel omlaag. Fixeer met een hand het bovenbeen zonder de spierfunctie te beperken. Laat de patiënt de knie in extensie brengen. Bij een krachtsontplooiing tegen de zwaartekracht is de spierstatus 3. 18

19 27 Knie-extensie spierstatus 2 De patiënt ligt op de kant van het niet te testen been. Ondersteun en til het bovenliggende been op. Fixeer met de andere hand het bekken zonder de spierfunctie te beperken. Het te testen been is licht geflecteerd. Laat de patiënt de knie in extensie brengen. Bij een krachtsontplooiing zonder inwerking van de zwaartekracht is de spierstatus Knie-extensie spierstatus 1 en 0 De patiënt ligt op de rug, het te testen been is in heup en knie licht geflecteerd. Het andere been blijft gestrekt. Laat de patiënt de knie in extensie brengen. Palpeer of spieractiviteit aanwezig is. Bij zicht-/voelbare spieractiviteit met onvolledige bewegingsomvang is de spierstatus 1. Bij ontbrekende contractie is er sprake van een volledige verlamming en de spierstatus is 0. 19

20 Patiëntanamnese 29 Knieflexie 30 Knieflexie spierstatus 5 en 4 De patiënt ligt op de buik, de ene voet steekt buiten de rand van de onderzoekstafel uit en het te testen been is geflecteerd. Fixeer met een hand het bovenbeen zonder de spierfunctie te beperken. Druk met de andere hand dichtbij de voet tegen het onderbeen. Laat de patiënt de knie in flexie brengen. Bij een volledige krachtsontplooiing tegen sterke weerstand is de spierstatus 5. Bij een krachtsontplooiing tegen lichte weerstand is de spierstatus 4. 20

21 31 Knieflexie spierstatus 3 De patiënt ligt op de buik, de ene voet steekt buiten de rand van de onderzoekstafel uit en het te testen been is geflecteerd. Fixeer met een hand het bovenbeen zonder de spierfunctie te beperken. Laat de patiënt de knie in flexie brengen. Bij een krachtsontplooiing tegen de zwaartekracht is de spierstatus Knieflexie spierstatus 2 De patiënt ligt op de kant van het niet te testen been en het bovenste been is licht geflecteerd. Ondersteun en til het bovenliggende been op. Fixeer met de andere hand het bekken zonder de spierfunctie te beperken. Laat de patiënt de knie in flexie brengen. Bij een krachtsontplooiing zonder inwerking van de zwaartekracht is de spierstatus 2. 21

22 Patiëntanamnese 33 Knieflexie spierstatus 1 en 0 De patiënt ligt op de buik, de ene voet steekt buiten de rand van de onderzoekstafel uit en het te testen been is licht geflecteerd. Ondersteun met een hand het geflecteerde been. Laat de patiënt de knie in flexie brengen. Palpeer met de vrije hand of spieractiviteit aanwezig is. Bij zicht-/voelbare spieractiviteit met onvolledige bewegingsomvang is de spierstatus 1. Bij ontbrekende contractie is er sprake van een volledige verlamming en de spierstatus is Heupflexie 22

23 35 Heupflexie spierstatus 5 en 4 De patiënt ligt op de rug, de onderbenen hangen over de rand van de onderzoekstafel. Fixeer met een hand het bekken zonder de spierfunctie te beperken. Druk met de andere hand dichtbij de knie tegen het bovenbeen. Laat de patiënt de heup in flexie brengen. Bij een volledige krachtsontplooiing tegen sterke weerstand is de spierstatus 5. Bij een krachtsontplooiing tegen lichte weerstand is de spierstatus Heupflexie spierstatus 3 De patiënt ligt op de rug, de onderbenen hangen over de rand van de onderzoekstafel. Fixeer met een hand het bekken zonder de spierfunctie te beperken. Laat de patiënt de heup in flexie brengen. Bij een krachtsontplooiing tegen de zwaartekracht is de spierstatus 3. 23

24 Patiëntanamnese 37 Heupflexie spierstatus 2 De patiënt ligt op de kant van het niet te testen been, het te testen been is in heup en knie licht geflecteerd. Ondersteun en til met een hand het bovenliggende been op. Fixeer met de andere hand het bekken zonder de spierfunctie te beperken. Laat de patiënt de heup in flexie brengen. Bij een krachtsontplooiing zonder inwerking van de zwaartekracht is de spierstatus Heupflexie spierstatus 1 en 0 De patiënt ligt op de rug, heup en knie zijn licht geflecteerd. Ondersteun met een hand de geflecteerde knie. Laat de patiënt de heup in flexie brengen. Palpeer met de vrije hand of spieractiviteit aanwezig is. Bij zicht-/voelbare spieractiviteit met onvolledige bewegingsomvang is de spierstatus 1. Bij ontbrekende contractie is er sprake van een volledige verlamming en de spierstatus is 0. 24

25 39 Heupextensie 40 Heupextensie spierstatus 5 en 4 De patiënt ligt op de buik, de voeten steken buiten de onderzoekstafel uit. Druk met de hand dichtbij de knie tegen het bovenbeen. Laat de patiënt de heup in extensie brengen. Let erop dat het bekken op de onderzoekstafel blijft. Bij een volledige krachtsontplooiing tegen sterke weerstand is de spierstatus 5. Bij een krachtsontplooiing tegen lichte weerstand is de spierstatus 4. 25

26 Patiëntanamnese 41 Heupextensie spierstatus 3 De patiënt ligt op de buik, de voeten steken buiten de onderzoekstafel uit. Laat de patiënt de heup in extensie brengen. Let erop dat het bekken op de onderzoekstafel blijft. Bij een krachtsontplooiing tegen de zwaartekracht is de spierstatus Heupextensie spierstatus 2 De patiënt ligt op de kant van het niet te testen been en het bovenste been is licht geflecteerd. Ondersteun en til met een hand het bovenliggende been op. Fixeer met de andere hand het bekken zonder de spierfunctie te beperken. Laat de patiënt de heup in extensie brengen. Bij een krachtsontplooiing zonder inwerking van de zwaartekracht is de spierstatus 2. 26

27 43 Heupextensie spierstatus 1 en 0 De patiënt ligt op de buik. Laat de patiënt de heup in extensie brengen. Palpeer of spieractiviteit aanwezig is. Bij zicht-/voelbare spieractiviteit met onvolledige bewegingsomvang is de spierstatus 1. Bij ontbrekende contractie is er sprake van een volledige verlamming en de spierstatus is 0. 27

28 Patiëntanamnese Activiteit Beoordeel samen met uw patiënt diens mate van activiteit en houd daarbij rekening met afzienbare veranderingen: 1. Binnenshuis lopen De patiënt kan en/of zal een orthese gebruiken voor transferdoeleinden of voortbeweging over een vlakke ondergrond in een rustig looptempo. Loopduur en loopafstand zijn op grond van zijn toestand sterk beperkt. 2. Beperkt buitenshuis lopen De patiënt kan en/of zal zich met een orthese in een rustig looptempo voortbewegen en daarbij lage obstakels in de omgeving overwinnen, zoals stoepranden, afzonderlijke treden of een ongelijke ondergrond. 3. Onbeperkt buitenshuis lopen De patiënt kan en/of zal zich met een orthese in een matig tot snel, ook veranderlijk looptempo voortbewegen en daarbij de meeste obstakels in de omgeving overwinnen. Hij kan bovendien in het open veld lopen en beroepsmatige, therapeutische en andere activiteiten uitoefenen die de orthese niet aan een bovengemiddelde, mechanische belasting blootstellen. 4. Onbeperkt buitenshuis lopen met zeer hoge eisen De patiënt kan en/of zal zich met een orthese voortbewegen als iemand die onbeperkt buitenshuis kan/zal lopen. Bovendien kunnen op grond van de hoge functionele eisen hoge schokbelastingen, spanningen of vervormingen optreden. Dit treedt typisch bij kinderen en sporters op. 28

29 45 [ mm] AP-maat op kniehoogte Bepaal de AP-maat met een schuifmaat. Deze maat is nodig voor de berekening van de positie van het mechanische draaipunt. 29

30 Verklarende woordenlijst Afrollijn Een onder de bal van de voet lopende lijn waarin aan het einde van de standfase een flexie in de basisgewrichten van de tenen plaatsvindt. Analoog aan deze anatomische afrollijn bevindt zich in het voetgedeelte van een orthese een mechanische afrollijn. AP-maat (afk. voor anterior-posterior-maat, Lat. anterior = voor, posterior = achter): zijdelingse maat ter hoogte van de kniegewrichtsspleet die de uitrekking van de knie van zijn voorste (knieschijf) tot zijn achterste begrenzing (knieholte) aanduidt. Beenlengtecompensatie Orthopedisch hulpmiddel in de vorm van een schoenaanpassing, een inlegzool, een losse wig of een opbouw onder het voetgedeelte van een orthese. Een beenlengtecompensatie is erop gericht een bestaand beenlengteverschil te compenseren. Beenlengteverkorting Functioneel of structureel veroorzaakte verkorting van een been die bij gelijktijdige aanwezigheid van een niet of minder sterk getroffen, contralateraal been resulteert in een beenlengteverschil. Beenlengteverschil Meetbaar lengteverschil tussen beide benen van de heup tot aan de voet. Bovenste spronggewricht (afk. BSG, Lat. articulatio talocruralis): samen met het onderste spronggewricht hoort het BSG bij de twee gewrichten tussen onderbeen en voetwortel. Het bestaat als zuiver scharniergewricht uit scheenbeen en kuitbeen bij het onderbeen en het sprongbeen van de voetwortel en wordt door een gewrichtskapsel en meerdere banden gestabiliseerd. Het BSG is voornamelijk verantwoordelijk voor de plantairflexie en de dorsaalextensie van de voet. Contractie (Lat. contractio = het samentrekken): actief verkorten van bijv. een spierstructuur. 30

31 Delordosering Tijdelijk begrensde of permanente terugbrenging van een lordose van de wervelkolom. Distaal (Lat. distare = op afstand liggend): op afstand van het centrum van het lichaam liggend. Tegendeel: proximaal. Dorsaal (Lat. dorsum = achterkant, rug): horend bij de rug of de achterkant, aan de achterkant gelegen. Als bijv. een enkel-voet-orthese met een dorsale schaal wordt gemaakt, dan ligt de schaal tegen de achterkant van het onderbeen, dus de kuit. Dorsaalextensie Optillen van de voet. Tegenovergestelde beweging: laten zakken van de voet ( plantairflexie). In het Engels dorsiflexion genoemd, omdat de hoek tussen onderbeen en voet wordt verkleind ( flexie). Functioneel is er echter sprake van een strekbeweging in de zin van een extensie. EVO (Eng. AFO: ankle-foot orthosis): Enkel-Voet-Orthese. Extensie (Lat. extendere = strekken): actieve of passieve strekbeweging van een gewricht. De strekking is de tegenovergestelde beweging van de buiging ( flexie) en het kenmerkende van deze beweging is dat de hoek van het gewricht groter wordt. Flexie (Lat. flectere = buigen): actieve of passieve buigbeweging van een gewricht. De buiging is de tegenovergestelde beweging van de strekking ( extensie) en het kenmerkende van deze beweging is dat de hoek van het gewricht kleiner wordt. Flexiecontractuur Contractuur (Lat. contrahere = samentrekken): permanente verkorting of inkrimping van een weefsel, bijv. van bepaalde spieren of pezen. Deze leidt tot een reversibele of irreversibele bewegingsbeperking of geforceerde verkeerde stand in de aangrenzende gewrichten. Er zijn elastische en rigide contracturen. 31

32 Verklarende woordenlijst Fysiologisch (Grieks physis = natuur; logos = leer): met betrekking tot de natuurlijke levensprocessen. Heel drop Effectief verschil tussen hielmiddelpunt en bal van de voet. Bij schoenen wordt dit verschil bepaald uit de hakhoogte en de zooldikte bij de bal van de voet. Hoogtecompensatie Orthopedisch hulpmiddel in de vorm van een schoenaanpassing, een inlegzool, een losse wig of een opbouw onder het voetgedeelte van een orthese. Een hoogtecompensatie is erop gericht onafhankelijk van de beenlengtecompensatie een eventueel aanvullende compensatie (bijv. bij contracturen aan beide zijden) te verschaffen. Individuele uitgangspositie Staande positie waarin voor de patiënt optimale verhoudingen van drop heel schoen, enkel-, knie- en heuphoek aanwezig zijn. Mogelijke randvoorwaarden (bijv. contracturen) leggen deze hoeken daarbij geheel of gedeeltelijk vast. Door rekening te houden met de individuele uitgangspositie worden de opbouw en zodoende de biomechanische eigenschappen van de latere orthese aan de individuele behoeften van de afzonderlijke patiënt aangepast: afhankelijk van het feit of een gering of een hoog dynamisch gebruik van de orthese moet worden bereikt, ligt de individuele uitgangspositie in een bereik tussen staand op twee benen en een eenzijdig belaste positie. Nadat de individuele uitgangspositie van de patiënt werd bepaald, volgt het maken van het gipsnegatief in precies deze positie. KEVO (Eng. KAFO knee-ankle-foot orthosis): Knie-Enkel-Voet-Orthese. KO (Eng. knee-orthosis): Knie-orthese. Laser-loodlijn Gereedschap waarmee een verticale of horizontale referentielijn met behulp van een laserstraal wordt bepaald. De precieze oriëntatie van de gewenste referentielijnen kan hierbij worden ingesteld. 32

33 Lordose (Grieks lordós = voorwaarts gebogen): ventrale kromming van de wervelkolom. Een lordose van de lendenwervels wordt ook lendelordose genoemd. Neutrale nulstand De lichaamsstand van een mens die rechtop en met de voeten ongeveer onder de heupen staat. Op basis van de neutrale nulstand worden de bewegingsmogelijkheden van een gewricht bepaald. Palperen (Lat. palpare = tasten, voelen): voelen, aftasten van lichaamsstructuren of -functies. Plantair (Lat. planta = voetzool): met betrekking tot de voetzool, zoolwaarts. Plantairflexie Neerzetten van de voet. Tegenovergestelde beweging: optillen van de voet ( dorsaalextensie). Proximaal (Lat. proximus = dichtstbij): naar het centrum van het lichaam toe liggend. Tegendeel: distaal. Spierstatus De spierstatus is een kengetal waarmee de door een spiergroep (bijv. knieflexoren) opgebrachte kracht wordt beoordeeld. Deze kracht wordt vastgesteld door de spierfunctietest (volgens V. Janda) waarmee bij elke spiergroep wordt getest in hoeverre de desbetreffende beweging kan worden uitgevoerd. Op basis van het feit of daarbij een handmatig veroorzaakte weerstand of de zwaartekracht wordt overwonnen, vindt een indeling in zes beoordelingsklassen plaats. 0 (nul) complete verlamming, geen contractie 1 (spoor) zicht-/voelbare activiteit, bewegingsomvang onvolledig 2 (zeer zwak) beweging zonder inwerking van de zwaartekracht mogelijk 3 (zwak) krachtsontplooiing tegen de zwaartekracht 4 (goed) krachtsontplooiing tegen lichte weerstand 5 (normaal) volledige krachtsontplooiing tegen sterke weerstand 33

34 Verklarende woordenlijst Thomas-test Genoemd naar de Britse chirurg Hugh Owen Thomas ( ). Deze orthopedische onderzoeksmethode wordt toegepast, om het strekvermogen van het been in het heupgewricht te beoordelen. Ventraal (Lat. venter = buik, lijf): buikwaarts, naar voren gelegen. Als bijv. een enkelvoet-orthese met een ventrale schaal wordt gemaakt, dan ligt de schaal tegen de voorkant van het onderbeen, dus het scheenbeen. Verkeerde valgusstand (Lat. valgus = krom): verkeerde bot- en gewrichtsstand waarbij het distale lidmaatuiteinde van de normale as naar buiten afwijkt. Bij een verkeerde valgusstand in de knie wordt ook gesproken van een genua valga. In het algemene spraakgebruik wordt deze asafwijking ook wel X-benen genoemd. Verkeerde varusstand (Lat. varus = gestrekt): verkeerde bot- en gewrichtsstand waarbij het distale lidmaatuiteinde van de normale as in richting van het lichaamsmidden afwijkt. Bij een verkeerde varusstand in de knie wordt ook gesproken van een genua vara. In het algemene spraakgebruik wordt deze asafwijking ook wel O-benen genoemd. 34

35 35

36 Ortheseconfigurator PR0233-NL-09/2017 Gesellschaft für Entwicklung und Vertrieb von orthopädietechnischen Systemen mbh Dorette-von-Stern-Strasse Lüneburg (Duitsland) info@fior-gentz.de

Het dynamische systeemenkelgewricht

Het dynamische systeemenkelgewricht Het dynamische systeemenkelgewricht Design: www.imagewerk.de... met veranderbare veerkracht Prospekt_NSW_nl_c.indd 3 8/7/2014 8:56:59 AM Drie instelmogelijkheden Alle instellingen kunnen onafhankelijk

Nadere informatie

ISPO JAAR CONGRES 2011. Biomechanica en vervaardiging enkel voet orthese bij Cerebrale Parese

ISPO JAAR CONGRES 2011. Biomechanica en vervaardiging enkel voet orthese bij Cerebrale Parese ISPO JAAR CONGRES 2011 Biomechanica en vervaardiging enkel voet orthese bij Cerebrale Parese Lichamelijk onderzoek Gangbeeld analyse, MRI, röntgen Algemene lichamelijke conditie Mobiliteit van heup,knie,en

Nadere informatie

Het mechanische systeemkniegewricht

Het mechanische systeemkniegewricht Het mechanische systeemkniegewricht Design: www.imagewerk.de... voor de standfasevergrendeling door plantairflexie Toepassing De systeemkniegewrichten NEURO MATIC en NEURO TRONIC kunnen worden toegepast

Nadere informatie

SEMINARS 1e helft van 2017

SEMINARS 1e helft van 2017 SEMINARS 1e helft van 2017 Orthopedietechniek met systeem Dit idee is de basis van onze producten en ons handelen. In onze seminars willen wij overbrengen wat wij daaronder verstaan en waarom "Orthopedietechniek

Nadere informatie

3D L.A.S.A.R. orthotics tutorial. Overview of the adjustment options for lower limb orthoses and their effects on the body statics and gait pattern

3D L.A.S.A.R. orthotics tutorial. Overview of the adjustment options for lower limb orthoses and their effects on the body statics and gait pattern 3D L.A.S.A.R. orthotics tutorial Overview of the adjustment options for lower limb orthoses and their effects on the body statics and gait pattern Inleiding/ inhoudsopgave Inleiding De 3D L.A.S.A.R. Tutorial

Nadere informatie

COMPENSEREN VAN FUNCTIONELE BEPERKINGEN BIJ NEUROLOGISCHE AANDOENINGEN

COMPENSEREN VAN FUNCTIONELE BEPERKINGEN BIJ NEUROLOGISCHE AANDOENINGEN MultiMotion Verzorging van dynamisch corrigeerbare contracturen COMPENSEREN VAN FUNCTIONELE BEPERKINGEN BIJ NEUROLOGISCHE AANDOENINGEN basko.com MultiMotion Dynamisch correctie systeemscharnier Het dynamische

Nadere informatie

1. Verklaring van overeenstemming 3 2. Garantie 3 3. Toepassing 3 4. Veiligheidsaanwijzingen 3

1. Verklaring van overeenstemming 3 2. Garantie 3 3. Toepassing 3 4. Veiligheidsaanwijzingen 3 Patiënteninformatie NL Drukdatum: 2014-11 De inhoud van deze patiënteninformatie wordt regelmatig geactualiseerd en moet bij het gebruik van het product absoluut in acht worden genomen. Meer op: www.2gaad.com

Nadere informatie

Het dynamische systeemenkelgewricht

Het dynamische systeemenkelgewricht Het dynamische Voor aanvullende informatie 5e editie CP-Handbuch_nl_a.indd 1 CP-patiënten met een NEURO SWING 6/27/2014 11:0:42 AM na een beroerte Apoplexie_Handbuch_a_nl.indd 1 beroertepatiënten met een

Nadere informatie

CP-handboek. Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten bij cerebrale parese. 5de editie

CP-handboek. Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten bij cerebrale parese. 5de editie CP-handboek Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten bij cerebrale parese 5de editie Inleiding Inhoudsopgave In de afgelopen jaren hebben artsen, fysiotherapeuten en orthopedietechnici

Nadere informatie

Auteur(s): Frank van de Beld Titel: Fietsen met een knieflexiebeperking Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers:

Auteur(s): Frank van de Beld Titel: Fietsen met een knieflexiebeperking Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: Auteur(s): Frank van de Beld Titel: Fietsen met een knieflexiebeperking Jaargang: 13 Jaartal: 1995 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 203-217 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

1- Stretchen Flexie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec. 2- Passieve ROM Extensie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec.

1- Stretchen Flexie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec. 2- Passieve ROM Extensie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec. Notities: 1- Stretchen Flexie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec Ga op handen en knieën liggen (vierpuntspositie) met je knieën recht onder je heupen en je handen recht onder je schouders. Je rug

Nadere informatie

Strategieën uitgelicht

Strategieën uitgelicht Strategieën uitgelicht Overzicht 1 Algemeen beeld 1 voorwaarts gebogen romp De schoudergordel is niet boven het bekkengordel in het sagittaal vlak. 2 bergop lopen Patiënt moet duwen om over het te komen.

Nadere informatie

Samenvatting. Het maximaliseren van de effectiviteit van enkel voet orthesen bij kinderen met cerebrale parese

Samenvatting. Het maximaliseren van de effectiviteit van enkel voet orthesen bij kinderen met cerebrale parese Het maximaliseren van de effectiviteit van enkel voet orthesen bij kinderen met cerebrale parese Lopen, of wandelen, is een van de meest belangrijke activiteiten in het dagelijks leven. Hoewel lopen een

Nadere informatie

TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN

TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN Maximale ontspanning voor uw rug De rug is zo maximaal ontspannen. De armen liggen langs het lichaam. De knieën zijn 90 graden gebogen en liggen op een

Nadere informatie

Waarom meten Podologen zoveel?

Waarom meten Podologen zoveel? Waarom meten Podologen zoveel? Borgions Paul MsC Pod Secretaris Belgische Vereniging der podologen Podoloog Podologisch Centrum Rotselaar (met focus naar Topsporters en kinderen) Biomechanicus voor KRC

Nadere informatie

Core Stability - serie 1

Core Stability - serie 1 Inleiding Schaatsers zijn vaak zeer eenzijdig ontwikkeld, omdat veel trainingen die we voor het schaatsen doen, vooral gericht zijn op het verbeteren van de beenspieren. Met Core Stability train je je

Nadere informatie

Inleiding. Anatomie. Humerus

Inleiding. Anatomie. Humerus Inleiding Koos van Nugteren De elleboog verbindt de bovenarm met de onderarm. Buiging van de arm zorgt ervoor dat we de hand in de richting van het hoofd en de schouder kunnen bewegen. Activiteiten als

Nadere informatie

Testprotocol Trunk Impairment Scale

Testprotocol Trunk Impairment Scale Testprotocol Trunk Impairment Scale Voor het uitvoeren van de test zijn een behandelbank, een blokkussen (om 10 cm achter de patiënt te zetten bij item 3 van statische zitbalans ) en een stopwatch nodig.

Nadere informatie

Henny Leentvaar (Sport)Massage. Functie testen. Datum: 14 mei 2008. Opgesteld door: Henny Leentvaar

Henny Leentvaar (Sport)Massage. Functie testen. Datum: 14 mei 2008. Opgesteld door: Henny Leentvaar Henny Leentvaar (Sport)Massage Functie testen Datum: 14 mei 2008 Opgesteld door: Henny Leentvaar Functie testen Voordat kan worden overgegaan tot tapen of bandageren van een aangedane spier en/of gewricht

Nadere informatie

1 Teenstand vanaf vlakke ondergrond. 2 Band training achillespees. 3 Teenstand op traptrede (gestrekte knie)

1 Teenstand vanaf vlakke ondergrond. 2 Band training achillespees. 3 Teenstand op traptrede (gestrekte knie) Pagina 1 van 5 Bij welke blessures werkt deze oefentherapie? Deze oefentherapie is effectief bij kuit, enkel, scheenbeen en fascia plantaris klachten. De fascia plantaris is de grote pees in de voetzool

Nadere informatie

CP-handboek Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten bij cerebrale parese. 6e editie

CP-handboek Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten bij cerebrale parese. 6e editie CP-handboek Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten bij cerebrale parese 6e editie 1 Inleiding In de orthetische verzorging van CP-patiënten heeft het systeemenkelgewricht

Nadere informatie

Wat is patello-femoraal pijnsyndroom?

Wat is patello-femoraal pijnsyndroom? Wat is patello-femoraal pijnsyndroom? Patellofemorale pijnklachten zijn klachten die waargenomen worden in en rond de knieschijf. Patella betekent knieschijf. Het komt op alle leeftijden voor, maar vooral

Nadere informatie

Oefeningen bij bekkenklachten

Oefeningen bij bekkenklachten FYSIOTHERAPIE Oefeningen bij bekkenklachten ADVIES Oefeningen bij bekkenklachten De oefeningen die in deze folder beschreven staan, hebben als doel uw bekken beter te stabiliseren, uw spierkracht te vergroten

Nadere informatie

ToeOFF 2.0 Dynamische enkel-/voetorthesen

ToeOFF 2.0 Dynamische enkel-/voetorthesen ToeOFF 2.0 Dynamische enkel-/voetorthesen De lang beproefde ToeOFF orthese nu als nieuw model met all-inclusive pakket COMPENSEREN VAN FUNCTIONELE BEPERKINGEN BIJ NEUROLOGISCHE AANDOENINGEN basko.com Balans

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 22 e jrg 2004, no. 2 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 22 e jrg 2004, no. 2 (pp ) Auteur(s): F. van de Beld Titel: De excentrische crank Jaargang: 22 Jaartal: 2004 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 79-89 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt

Nadere informatie

De voorste kruisbandreconstructie

De voorste kruisbandreconstructie Afdeling: Onderwerp: Fysiotherapie De voorste kruisbandreconstructie 1 De voorste kruisbandreconstructie 2 De Voorste Kruisbandreconstructie De knie: De meeste mensen zien een knie als een simpel scharniergewricht

Nadere informatie

ERASMUS MC MODIFICATIE VAN DE (REVISED) NOTTINGHAM SENSORY ASSESSMENT Handleiding

ERASMUS MC MODIFICATIE VAN DE (REVISED) NOTTINGHAM SENSORY ASSESSMENT Handleiding De Erasmus MC Modificatie van de (revised) Nottingham Sensory Assessment (EmNSA) 1 is een meetinstrument om bij patiënten met intracraniële aandoeningen de tastzin, de scherp-dof discriminatie en de propriocepsis

Nadere informatie

Voorbeelden krachtoefeningen voor niet lopende sporters met CP

Voorbeelden krachtoefeningen voor niet lopende sporters met CP Voorbeelden krachtoefeningen voor niet lopende sporters met CP Oefening 1: Armen horizontaal (schouders, m. Deltoidius en m. Biceps) Werkwijze Endo- en exorotatie van de schouders gelijkmatig trainen Materiaal

Nadere informatie

LOPEN MET EEN PROTHESE

LOPEN MET EEN PROTHESE LOPEN MET EEN PROTHESE VORMEN VAN MENSELIJK VOORTBEWEGEN GANGKINEMATIKA GANGEXPRESSIE GANGPATHOLOGIE Objectief vasttestellen Kenmerken van Door een stoornis het individu veroorzaakt wandelen zwevend slepend

Nadere informatie

ROMPSTABILISATIE U17 Vurste-Semmerzake

ROMPSTABILISATIE U17 Vurste-Semmerzake ROMPSTABILISATIE U17 Vurste-Semmerzake Inleiding Bij voetbal komt het vaak voor dat spieren eenzijdig zijn ontwikkeld, omdat de training vaak gericht is op het verbeteren van een bepaalde spiergroep, nl

Nadere informatie

Oefeningen na een onderbeenamputatie

Oefeningen na een onderbeenamputatie Oefeningen na een onderbeenamputatie Bij het leren lopen met een prothese zijn mobiliteit, lenigheid en spierkracht belangrijk. Een bewegingsbeperking beïnvloedt de kwaliteit van het staan of lopen negatief.

Nadere informatie

HANDLEIDING DE HOOGSTRAAT MOTRICITY INDEX

HANDLEIDING DE HOOGSTRAAT MOTRICITY INDEX HANDLEIDING DE HOOGSTRAAT SAMENGESTELD DOOR: K de Jong, T Sanderink, I Heesbeen MOTRICITY INDEX DOEL TEST: GERELATEERDE ITEMS BEHANDELPROGRAMMA: Het meten (in procenten) van de mate van hemiplegie, gesplitst

Nadere informatie

Oefenschema 'Boschmans Ingeborg'

Oefenschema 'Boschmans Ingeborg' Oefenschema 'Boschmans Ingeborg' 27/02/2015 13:48 PROPRIOCEPTIE ROMP STRAIGHT LEG LOW Ruglig. Benen opgetrokken, knieën gebogen, voeten op heupbreedte. De handen samen boven het hoofd. Vooraleer een beweging

Nadere informatie

Core stability training

Core stability training Core stability training Oefening 1: Uitgangspositie: liggend op de buik. Plaats de ellebogen recht onder de schouders. De vuisten wijzen naar voren. Breng vervolgens de buik van de grond door te steunen

Nadere informatie

> Push ortho Enkel-voetorthese AFO NIEUW! PUSH FOR FREEDOM. > push.eu

> Push ortho Enkel-voetorthese AFO NIEUW! PUSH FOR FREEDOM. > push.eu > Push ortho Enkel-voetorthese AFO NIEUW! PUSH FOR FREEDOM > push.eu > Push ortho Enkel-voetorthese AFO DE PUSH AFO biedt een uitstekende ondersteuning bij een verstoring van de voetheffing tijdens lopen.

Nadere informatie

Cursus Ontspanningsmassage. Bijlage spieren. Trapezius

Cursus Ontspanningsmassage. Bijlage spieren. Trapezius Cursus Ontspanningsmassage Bijlage spieren. Trapezius De trapezius (monnikskapspier) is een ruitvormige spier boven aan de achterkant van het lichaam. De trapezius loopt van de schedelbasis tot aan het

Nadere informatie

Schoofs Orthopedie. - Ventraal gesloten onderbeenkoker in combinatie met een redresseerbaar enkelsegment voorzien van veren of

Schoofs Orthopedie. - Ventraal gesloten onderbeenkoker in combinatie met een redresseerbaar enkelsegment voorzien van veren of Onderbeenorthesen REDRESSIEORTHESE KNIEGEWRICHT (maatwerk) - Ventraal gesloten onderbeenkoker in combinatie met een redresseerbaar enkelsegment voorzien van veren of staafjes. - De orthese is vervaardigd

Nadere informatie

Figuur 2 Achillespeesruptuur

Figuur 2 Achillespeesruptuur Chirurgie / Traumatologie Achillespeesruptuur Behandeling van een gescheurde achillespees Inleiding U heeft van uw behandelend arts vernomen dat u een achillespeesruptuur heeft. In deze folder staat wat

Nadere informatie

FYSIOTHERAPIE en het behandelen van patiënten met LAGE RUGPIJN.

FYSIOTHERAPIE en het behandelen van patiënten met LAGE RUGPIJN. FYSIOTHERAPIE en het behandelen van patiënten met LAGE RUGPIJN. RugNetwerk Twente Januari 2016, blok 5, Gerard Koel. Klachten (LRP) Disfuncties / stoornissen Beperkte activiteiten - WAT ZIJN DE RELATIES?

Nadere informatie

Uitgangshouding Uitvoering Aandachtspunten Ruglig, benen opgetrokken Eén hand in lordose van de lage rug

Uitgangshouding Uitvoering Aandachtspunten Ruglig, benen opgetrokken Eén hand in lordose van de lage rug Houding Low load o o o Ruglig, benen opgetrokken Eén hand in lordose van de lage rug Kantel je bekken naar achter en vlak hierdoor je rug af Kantel je bekken naar voor en maak hierdoor je rug hol Enkel

Nadere informatie

Hieronder staan enkele voorbeeld rekoefeningen voor het onderlichaam:

Hieronder staan enkele voorbeeld rekoefeningen voor het onderlichaam: Rekoefeningen onderlichaam Hieronder staan enkele voorbeeld rekoefeningen voor het onderlichaam: Bilspieren Ga op de rug liggen. Hef de rechterknie en houd deze met beide handen vast. Trek de rechterknie

Nadere informatie

Instructies: Instructies:

Instructies: Instructies: 1. Ga op je buik op een gymnastiek mat liggen. Leg je onderarmen naar voren(boven je lichaam), de voeten op de topjes van de tenen. Span nu je buikspieren aan. 2. Til je lichaam omhoog, tot de zogenaamde

Nadere informatie

RUGREVALIDATIE THUISPROGRAMMA STRETCHING-MOBILISATIE-STABILISATIE. - Patiëntinformatie -

RUGREVALIDATIE THUISPROGRAMMA STRETCHING-MOBILISATIE-STABILISATIE. - Patiëntinformatie - RUGREVALIDATIE THUISPROGRAMMA STRETCHING-MOBILISATIE-STABILISATIE - Patiëntinformatie - 2 Identificatieklever Ergonomielessen Iedereen die het rugprogramma volgt, dient de 2 ergonomielessen te volgen.

Nadere informatie

andere been wordt gebogen opzij gelegd. Met de romp en de handen ter hoogte van het onderbeen, de enkel of de tip van

andere been wordt gebogen opzij gelegd. Met de romp en de handen ter hoogte van het onderbeen, de enkel of de tip van 1) Zit, bekken voorwaarts gekanteld, 1 been gestrekt, het andere been wordt gebogen opzij gelegd. Met de romp en de armen reikt men voorwaarts op het gestrekte been, de handen ter hoogte van het onderbeen,

Nadere informatie

Apoplexie-handboek. Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten na een beroerte

Apoplexie-handboek. Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten na een beroerte Apoplexie-handboek Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten na een beroerte Inleiding Jaarlijks worden volgens gegevens van de WHO wereldwijd ca. 15 miljoen mensen getroffen

Nadere informatie

Instructie. Motor Assessment Scale Auteur: Carr J.H Scoring. Testvolgorde en instructies

Instructie. Motor Assessment Scale Auteur: Carr J.H Scoring. Testvolgorde en instructies Instructie Motor Assessment Scale Auteur: Carr J.H. 1985 3 Scoring De therapeut scoort ieder motorische vaardigheid op een schaal van o tot 6. De test moet in een rustige ruimte worden uitgevoerd. De patiënt

Nadere informatie

Krachtoefeningen bij hartrevalidatie

Krachtoefeningen bij hartrevalidatie Paramedische ziekenhuiszorg - fysiotherapie Krachtoefeningen bij hartrevalidatie U krijgt deze folder omdat we u willen helpen bij het lichamelijke herstel van de gevolgen van uw hartaandoening. Daarnaast

Nadere informatie

Correctie van de kniestand. (artrotische knie)

Correctie van de kniestand. (artrotische knie) Correctie van de kniestand (artrotische knie) Correctie van de kniestand Door slijtage (artrose) kan een afwijkende stand van uw knie ontstaan. Dit kan heel pijnlijk zijn. De orthopedisch chirurg kan u

Nadere informatie

Inspectie, anatomische structuren en palpatie liggend

Inspectie, anatomische structuren en palpatie liggend Inleiding tot het orthopedisch onderzoek 1 2.3. ENKEL EN VOET 2.3.1. Inspectie in staande houding m. gastrocnemius Calcaneum Valgushoek achillespees met hiel Malleolus medialis en lateralis Lengtegewelf

Nadere informatie

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 19e jrg 2001, no. 4 (pp )

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 19e jrg 2001, no. 4 (pp ) Auteur(s): P. van der Meer, H. van Holstein Titel: Meten van de heupadductie Jaargang: 19 Jaartal: 2001 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers: 206-216 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding,

Nadere informatie

Apoplexie-handboek Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten na een beroerte. 2e editie

Apoplexie-handboek Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten na een beroerte. 2e editie Apoplexie-handboek Een concept voor de orthetische verzorging van de onderste extremiteiten na een beroerte 2e editie Inleiding Jaarlijks worden volgens gegevens van de WHO wereldwijd ca. 15 miljoen mensen

Nadere informatie

Bewegingsleer Deel II De onderste extremiteit

Bewegingsleer Deel II De onderste extremiteit Bewegingsleer Deel II De onderste extremiteit Bewegingsleer Deel II De onderste extremiteit I.A. Kapandji Bohn Stafleu van Loghum Houten 2009 Ó 2009 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij

Nadere informatie

Tractus Iliotibialis Frictie Syndroom

Tractus Iliotibialis Frictie Syndroom Tractus Iliotibialis Frictie Syndroom ITBS Het Tractus Iliotibialis Frictie Syndroom, ook wel lopersknie of IlioTibial Band Syndrome en runner s knee (Eng.)genoemd. Hier is het synoniem iliotibiale band

Nadere informatie

Eenvoudige bovenbeen spieroefeningen

Eenvoudige bovenbeen spieroefeningen Oefeningen menselijk lichaam Eenvoudige bovenbeen spieroefeningen Eenvoudige oefeningen voor de bovenbeen spieren bijvoorbeeld na een operatie aan het kniegewricht of immobilisatie van het kniegewricht.

Nadere informatie

! Fig. 1: hoekstandsverandering grote teengewricht (10, 11)

! Fig. 1: hoekstandsverandering grote teengewricht (10, 11) 1. Oefeningen. We komen dan tot de volgende lenigmakende oefeningen, die specifiek zijn voor het hardlopen. Het zijn oefeningen die de mobiliteit in de gewrichten van de grote teen, voet, enkel, knie,

Nadere informatie

HAVO. Inhoud. Momenten... 2 Stappenplan... 6 Opgaven... 8 Opgave: Balanceren... 8 Opgave: Bowlen... 10. Momenten R.H.M.

HAVO. Inhoud. Momenten... 2 Stappenplan... 6 Opgaven... 8 Opgave: Balanceren... 8 Opgave: Bowlen... 10. Momenten R.H.M. Inhoud... 2 Stappenplan... 6 Opgaven... 8 Opgave: Balanceren... 8 Opgave: Bowlen... 10 1/10 HAVO In de modules Beweging en Krachten hebben we vooral naar rechtlijnige bewegingen gekeken. In de praktijk

Nadere informatie

RUGREVALIDATIE THUISPROGRAMMA STRETCHING-MOBILISATIE-STABILISATIE. - Patiëntinformatie -

RUGREVALIDATIE THUISPROGRAMMA STRETCHING-MOBILISATIE-STABILISATIE. - Patiëntinformatie - RUGREVALIDATIE THUISPROGRAMMA STRETCHING-MOBILISATIE-STABILISATIE - Patiëntinformatie - Algemene richtlijnen Alle stretchingsoefeningen, mobilisatie-en stabilisatieoefeningen uitvoeren binnen de pijngrens

Nadere informatie

Uw been en/of voet in het gips. Instructies en oefeningen

Uw been en/of voet in het gips. Instructies en oefeningen Uw been en/of voet in het gips Instructies en oefeningen 2 U bent in het Ommelander Ziekenhuis onder behandeling vanwege letsel aan uw been en/of voet. U heeft al gips of u krijgt een gipsverband aangelegd.

Nadere informatie

Demo stretchings. Door Inge Delforterie. (O= ontvanger / G= gever) DEEL 1: Buikligging

Demo stretchings. Door Inge Delforterie. (O= ontvanger / G= gever) DEEL 1: Buikligging Demo stretchings Door Inge Delforterie (O= ontvanger / G= gever) DEEL 1: Buikligging 1 Hand onder het bovenbeen en 1 hand onder bekkenrand, contact maken en daarna handen langzaam naar beneden trekken

Nadere informatie

Orthopedie. Artrotische knie / correctie kniestand. Afdeling: Onderwerp:

Orthopedie. Artrotische knie / correctie kniestand. Afdeling: Onderwerp: Afdeling: Onderwerp: Orthopedie Artrotische knie / correctie kniestand 1 Correctie van de kniestand (artrotische knie) Correctie van de kniestand Door slijtage (artrose) kan een afwijkende stand van uw

Nadere informatie

Een knieprothese speciaal ontworpen voor vrouwen:

Een knieprothese speciaal ontworpen voor vrouwen: Een knieprothese speciaal ontworpen voor vrouwen: Ten aanzien van de kleren die we dragen en het type films waarvan we houden is het duidelijk dat man en vrouw verschillend zijn. Onderzoek wijst uit dat

Nadere informatie

KNGF-richtlijn Beroerte Verantwoording en Toelichting Map K

KNGF-richtlijn Beroerte Verantwoording en Toelichting Map K KNGF-richtlijn Beroerte Verantwoording en Toelichting Map K K.3.5 Brunnstrom Fugl-Meyer assessment (Aanbevolen generiek meetinstrument) Het Brunnstrom Fugl-Meyer assessment (BFM) is een test, waarmee de

Nadere informatie

Core Stability - serie 2 (met Swiss Ball)

Core Stability - serie 2 (met Swiss Ball) Inleiding Met Core Stability training train je je rompspieren, zodat je die zo effectief mogelijk kunt gebruiken. Het gaat hierbij niet alleen om buik- en bilspieren, maar om je gehele romp. Je ontwikkelt

Nadere informatie

Statische rekoefeningen

Statische rekoefeningen Statische rekoefeningen Bovenlichaam Lage rugspieren Ga met je zitvlak op je hakken zitten. Duw je handen over de grond naar voren en buig je rug. Rek zover mogelijk uit. Kijk naar de grond. Houd deze

Nadere informatie

kijkwijzers. De voortgezet onderwijs leefstijl cursus voor in de gymles!

kijkwijzers. De voortgezet onderwijs leefstijl cursus voor in de gymles! Schouders Ga met je linkervoet goed stevig op de dynaband staan en houd met je rechterhand de dynaband vast. Strek je arm naar de rechterzijkant uit tot boven je schouder en kijk je rechterhand na. Breng

Nadere informatie

Oefeningen. voor de lage rug

Oefeningen. voor de lage rug Oefeningen voor de lage rug Stretching Alle stretchingsoefeningen worden aan elke zijde 2x herhaald. De oefeningen worden 30 seconden aangehouden. 1. Stretching M. Gastrocnemius (kuitspier) Neem een voor-

Nadere informatie

Basisprogramma spieruithouding

Basisprogramma spieruithouding Basisprogramma spieruithouding Deze reeks spierversterkende oefeningen kunnen uitgevoerd worden zonder dat u beschikt over speciaal materiaal zoals fitnessapparatuur of gewichten. Er wordt gebruik gemaakt

Nadere informatie

BodyBow Gebruikersgids

BodyBow Gebruikersgids BodyBow Gebruikersgids De BodyBow wordt gebruikt voor drie doeleindes: * mobiliteit van wervelkolom, armen en benen te verhogen * kracht van wervelkolom, armen en benen te verhogen * stabiliteit van wervelkolom

Nadere informatie

Bijlage 2 Meetinstrumenten

Bijlage 2 Meetinstrumenten Bijlage 2 Meetinstrumenten Bijlage 2.1 Functiescore De Bie et al. De Bie et al. (1997) gebruikten de functiescore als prognostisch instrument om lichte van ernstige letsels te onderscheiden. De functiescore

Nadere informatie

Stabiliteitstraining lage rug

Stabiliteitstraining lage rug Nr Oefening Beschrijving 1 Zet de lage rug in een neutrale stand, trek de navel in. 2 Zet de lage rug in een neutrale gebogen op, zonder rug te bewegen. 3 Zet de lage rug in een neutrale gestrekt op, zonder

Nadere informatie

TRAININGSPLAN STABILITEIT

TRAININGSPLAN STABILITEIT TRAININGSPLAN STABILITEIT Stabiliteitstraining Om goed te kunnen bewegen en/of te kunnen sporten is een sterke romp noodzakelijk. In een rechtop staande houding moet de romp het lichaam te allen tijde

Nadere informatie

Post-Op braces S t a b i l i s e r e n e n i m m o b i l i s e r e n p r o d u c t i n f o r m a t i e

Post-Op braces S t a b i l i s e r e n e n i m m o b i l i s e r e n p r o d u c t i n f o r m a t i e Post-Op braces t a b i l i s e r e n e n i m m o b i l i s e r e n p r o d u c t i n f o r m a t i e OT TO BOCK POT- OP BRCE --------------------------- eer en meer worden bij postoperatieve of posttraumatische

Nadere informatie

Gebruikershandleidingen

Gebruikershandleidingen Gebruikershandleidingen Kinderfitnessapparatuur Hoist KL-serie Februari 2009 Door: Martha Schild, Marlijn van Hartingsveld, Sandra Klous. Instructies voor de instructeurs 2410 seated leg press M. quadriceps

Nadere informatie

Oefeningen voor beenspieren

Oefeningen voor beenspieren Oefeningen voor beenspieren Borstpass op één been Gooi de bal heen en weer. Staan op je rechtervoet betekent gooien met de linkerarm en andersom. Vang de bal met beide handen en gooi hem terug met één

Nadere informatie

Auteur(s): J. Vuurmans Titel: Hoe stijf is een stijve rug? Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 5-15

Auteur(s): J. Vuurmans Titel: Hoe stijf is een stijve rug? Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 5-15 Auteur(s): J. Vuurmans Titel: Hoe stijf is een stijve rug? Jaargang: 12 Jaartal: 1994 Nummer: 1 Oorspronkelijke paginanummers: 5-15 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt

Nadere informatie

Het doorbewegen bij een dwarslaesie. Tetraplegie

Het doorbewegen bij een dwarslaesie. Tetraplegie Het doorbewegen bij een dwarslaesie Tetraplegie Inhoud Inleiding 3 Algemene opmerkingen 3 Zelfstandig doorbewegen 4 Doorbewegen door een hulppersoon 9 De Sint Maartenskliniek 24 Colofon 24 Inleiding In

Nadere informatie

M_6_003. Toetsingsformulier "Vanuit rugligging in bed zijwaarts verplaatsen en op de zij draaien" M.C. de Vries - Hoefakker ROC Utrecht

M_6_003. Toetsingsformulier Vanuit rugligging in bed zijwaarts verplaatsen en op de zij draaien M.C. de Vries - Hoefakker ROC Utrecht Toetsingsformulier "Vanuit rugligging in bed zijwaarts verplaatsen en op de zij draaien" M.C. de Vries - Hoefakker Inleiding op transfers en zorg voor een juiste lichaamshouding van een zorgvrager. Liggend,

Nadere informatie

Oefeningen voor patiënten met reumatoïde artritis

Oefeningen voor patiënten met reumatoïde artritis Het is belangrijk om de oefeningen die u in het ziekenhuis hebt gedaan thuis dagelijks voort te zetten. Dit om de gewrichten en spieren in een goede conditie te houden. Probeer op een vast tijdstip te

Nadere informatie

TRAININGSPLAN STRETCHBANDEN

TRAININGSPLAN STRETCHBANDEN TRAININGSPLAN STRETCHBANDEN FITNESSBANDENSET TRAININGSHANDLEIDING Let op: Wees er voor de training van verzekerd dat uw training bij uw fysieke conditie aansluit. Consulteert u, bij twijfel, de huisarts.

Nadere informatie

Yogales maart 2019!! Bewust staan

Yogales maart 2019!! Bewust staan Yogales maart 2019 Bewust staan Ga staan met je voeten heupbreedte, voorvoeten licht naar binnen, voel hoe de hiel van je voet contact maakt met de grond, voel de buitenkanten van de voet op de grond voel

Nadere informatie

OPEN LESSEN HERFSTVAKANTIE FUNCTIONELE ANATOMIE Prof. dr. Ingrid Kerckaert 13u-14u15

OPEN LESSEN HERFSTVAKANTIE FUNCTIONELE ANATOMIE Prof. dr. Ingrid Kerckaert 13u-14u15 OPEN LESSEN HERFSTVAKANTIE 2016 FUNCTIONELE ANATOMIE Prof. dr. Ingrid Kerckaert 13u-14u15 WERKING KNIEGEWRICHT (beschouwingen uit de literatuur) PATELLA: - beschermt kniegewricht - is katrol voor pees

Nadere informatie

Oefenschema 'christof mariën'

Oefenschema 'christof mariën' Oefenschema 'christof mariën' 01/03/2017 18:11 SQUAT UNIPODAAL MET STEUN Staand op 1 been, gestrekte knie en neutraal voetgewelf. 1 hand neemt steun (bijv. aan een stoel), andere hand in de zij. Het andere

Nadere informatie

Waarom mobiliteit meten?

Waarom mobiliteit meten? de nieuwe beweging Waarom mobiliteit meten? In de gezondheidszorg zijn er veel aandoeningen waar je niets aan kunt doen, die overkomen je. Je krijgt een ziekte zoals kanker of MS en daar moet je het vervolgens

Nadere informatie

Verdiepingsmodule. Vaardigheid schouderonderzoek. Schoudersklachten: Vaardigheid schouderonderzoek. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur

Verdiepingsmodule. Vaardigheid schouderonderzoek. Schoudersklachten: Vaardigheid schouderonderzoek. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur Schoudersklachten: 1. Toelichting Deze verdiepingsmodule is gebaseerd op de NHG Standaard van oktober 2008 (tweede herziening). De anatomie van de schouder is globaal wel bekend bij de huisarts. Veelal

Nadere informatie

Core-stabilityoefeningen (oefeningen voor rompstabiliteit)

Core-stabilityoefeningen (oefeningen voor rompstabiliteit) Core-stabilityoefeningen (oefeningen voor rompstabiliteit) Bruggetje Ga op je rug liggen. Buig je knieën tot 90 graden en zet beide voeten plat op de grond. Je armen liggen langs je lichaam met je handpalmen

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Bewegen bij gewrichtsklachten. Aanbevolen door de reumatoloog

Patiënteninformatie. Bewegen bij gewrichtsklachten. Aanbevolen door de reumatoloog Patiënteninformatie Bewegen bij gewrichtsklachten Aanbevolen door de reumatoloog Inhoud Inleiding 3 Bewegen voor gewrichten.3 Oefeningen bij nekklachten...4 Oefeningen bij schouderklachten.8 Oefeningen

Nadere informatie

Oefeningen 1. Houding 2. Mobilisatie

Oefeningen 1. Houding 2. Mobilisatie Oefeningen 1. Houding Voeten licht gespreid, voetpunten wijzen lichtjes naar buiten. Lichaamsgewicht valt op het middelste deel van de voet. Links en rechts evenveel steun geven. Knieën niet op slot zetten.

Nadere informatie

SI- gewrichtsklachten

SI- gewrichtsklachten SI- gewrichtsklachten De sacro-iliacaalgewrichten (SI-gewrichten), ook wel heiligbeengewrichten genoemd, vormen de verbinding tussen het heiligbeen (sacrum) en het bekken en daarmee tussen de rug en de

Nadere informatie

Stabiliteitstraining van de lage rug

Stabiliteitstraining van de lage rug Stabiliteitstraining van de lage rug De sleutel tot succes bij stabiliseren is het doelgericht trainen van de juiste spieren. Buik- en rugspieroefeningen worden veelvuldig toegepast in de behandeling bij

Nadere informatie

De 11+ Een compleet warming-up programma

De 11+ Een compleet warming-up programma De 11+ Een compleet warming-up programma Deel 1 & 3 A A }6m Deel 2 B A: Hardlopen B: Jog terug B! ORGANISATIE A: Running OP HET exercise VELD B: Jog back Het parcours bestaat uit 6 paren evenwijdig geplaatste

Nadere informatie

Oefeningen en adviezen na een totale heupoperatie

Oefeningen en adviezen na een totale heupoperatie Oefeningen en adviezen na een totale heupoperatie FYSIOTHERAPIE Voelt beter Uw heupgewricht is vervangen door een kunstheup (heupprothese). Een mogelijke complicatie is het uit de kom schieten van de

Nadere informatie

Lenigheidtrainingsschema - niveau 1

Lenigheidtrainingsschema - niveau 1 Lenigheidtrainingsschema - niveau 1 Oefening 1 - back cat Aandachtsgebied: onderste en bovenste rugspier Ga op uw knieën zitten. Zorg dat deze onder uw heupen staan. Uw tenen wijzen naar achteren. Plaats

Nadere informatie

Dag 1 Datum / / / / / / /

Dag 1 Datum / / / / / / / Trainingsplan FIT Methode Fase 2 Vrouw - 1 - DAG D: UPERBODDY/COR Doel Shape - afvallen & strak lichaam Startdatum Tijd 8 Einddatum Aanwijzingen Dit is FIT Methode fase 2 voor vrouwen. Dit schema is voor

Nadere informatie

KNZB applicatie MOZ landtraining

KNZB applicatie MOZ landtraining KNZB applicatie MOZ landtraining Praktijk oefeningen Stahouding Ingezakte houding Actieve stahouding Squathouding Foute squathouding Juiste squathouding Controle transversus Neutraal, geen aanspanning

Nadere informatie

Uw heupgewricht is vervangen vangen door een kunstheup (heupprothese

Uw heupgewricht is vervangen vangen door een kunstheup (heupprothese Fysiotherapie na een heupoperatie Uw heupgewricht is vervangen vangen door een kunstheup (heupprothese prothese). Een mogelijke complicatie is het uit de kom schieten van de heupprothese. Dit wordt ook

Nadere informatie

Eerste Ergo Basistechnieken Dienst Ergotherapie

Eerste Ergo Basistechnieken Dienst Ergotherapie Eerste Ergo Basistechnieken 2017 Dienst Ergotherapie Basisprincipes Algemene aandachtspunten Bewaar de fysiologische kromming Spierkorset aanspannen Creëer steunpunten Beweeg vanuit de benen Gewichthefferstechniek

Nadere informatie

Oefenprogramma revalidatie rechterzijde

Oefenprogramma revalidatie rechterzijde Oefenprogramma revalidatie rechterzijde Dit oefenprogramma ontvangt u van uw revalidatiearts. Oefen dit programma bij voorkeur 2x per dag. Oefeningen moet u pijnvrij kunnen doen, en adem door! In de oefengids

Nadere informatie

Lenigheid en beweeglijkheid

Lenigheid en beweeglijkheid 2.3.2. Lenigheid en beweeglijkheid Deze vaardigheid is bedoeld om de verschillende spieren te trainen op lenigheid en de verschillende gewrichten te mobiliseren. Lenigheid en beweeglijkheid bestaat uit:

Nadere informatie