mei staat voor kwaliteit Partijprogramma voor het studiejaar Studentenpartij mei

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "mei staat voor kwaliteit Partijprogramma voor het studiejaar 12 13 Studentenpartij mei"

Transcriptie

1 mei staat voor kwaliteit Partijprogramma voor het studiejaar Studentenpartij mei 1

2 Grondbeginselen mei vindt dat de Universiteit van Amsterdam zich bewust moet zijn van de maatschappelijke functie die zij vervult als kennisinstelling. De Universiteit van Amsterdam moet zich onder meer richten op het opleiden tot zelfstandige individuen die een kritisch en analytisch denkvermogen bezitten. Deze individuen spelen op hun beurt, dankzij een goede opleiding en de mogelijkheid tot het doen van wetenschappelijk onderzoek, een belangrijke rol in de maatschappij. mei wil dat de Universiteit van Amsterdam kwalitatief hoogwaardig onderwijs aanbiedt, zodat academische kennis op een inspirerende manier wordt overgedragen. De kwaliteit van het onderwijs is belangrijk en maatregelen die de Universiteit van Amsterdam neemt moeten dan ook altijd eerst worden bezien in het licht van kwaliteitsverbetering. mei ziet dat studeren meer is dan alleen het standaard curriculum volgen. Een inspirerende en uitdagende omgeving met voldoende ruimte tot het ontwikkelen van verschillende vaardigheden is van essentieel belang. Dit, gecombineerd met voldoende interactie tussen docenten en studenten, draagt bij aan het ontwikkelen van een kritisch en analytisch denkvermogen van studenten. Hiertoe moet de Universiteit van Amsterdam een hechte academische gemeenschap vormen. mei vindt dat de Universiteit van Amsterdam onderwijs en onderzoek moet faciliteren volgens het eerst voor, dan door principe. Dat wil zeggen dat de Universiteit van Amsterdam zorg dient te dragen voor een gunstig academisch klimaat, opdat van studenten en docenten een actieve bijdrage ten aanzien van het universitair onderwijs en onderzoek mag worden verwacht. mei wil tegelijkertijd dat de Universiteit van Amsterdam zich bewust is van haar voorbeeldfunctie, die voortkomt uit haar rol als kennisinstelling binnen de maatschappij; de Universiteit van Amsterdam dient dan ook duurzaam en verantwoord te handelen. mei beoogt een Universiteit van Amsterdam die primair denkt in doelen. Plannen, voorstellen en maatregelen moeten louter gebruikt worden om deze doelen na te streven en niet verheven worden tot een doel op zich. Het nastreven van deze doelen is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid. Daarom wil mei een betere samenwerking tussen en binnen bestuurlijke- en medezeggenschapsorganen aan de Universiteit van Amsterdam. mei stelt zich ten doel de Universiteit van Amsterdam naar bovenstaande idealen vorm te geven. mei verenigt enthousiaste en betrokken studenten en biedt deze de gelegenheid om zelf bij te dragen aan een betere Universiteit van Amsterdam. Daartoe brengt mei onder andere haar gedachtegoed in de studentenraden via haar actieve raadsleden. Door studenten te interesseren in en te betrekken bij mei en de Universiteit van Amsterdam, draagt mei zelf ook bij aan een sterke academische gemeenschap. mei kiest dus voor kwaliteit. 2

3 De mei visie In onderstaand document presenteert mei haar visie op de universiteit, onderwijs, medezeggenschap en haar eigen rol hierin. mei kiest voor kwaliteit mei is een studentenpartij die enthousiaste en betrokken studenten verenigt en deze de gelegenheid biedt om zelf bij te dragen aan een betere universiteit. mei leden worden verenigd door een gevoel van saamhorigheid en gemeenschappelijke idealen. mei en haar leden kiezen voor kwaliteit. Kwaliteit moet bij een universiteit bestaan uit een aantal componenten; kwalitatief goed onderwijs gecombineerd met een sterke academische gemeenschap, goede docenten en een inspirerende omgeving. De academische gemeenschap Het onderwijs aan een universiteit moet voornamelijk bestaan uit het overdragen van academische kennis. Studenten worden primair opgeleid tot onderzoekers, academici, kritische individuen met een scherp analytisch denkvermogen. Het onderwijs moet worden gegeven door goed gekwalificeerde en inspirerende docenten. Deze docenten moeten wat mei betreft ervaring hebben met het doen van onderzoek binnen hun vakgebied, aangezien onderzoek een essentieel onderdeel is van wetenschappelijk onderwijs. Het is van belang dat er veel contact is tussen studenten en docenten, die beiden onderdeel zijn van de academische gemeenschap. De academische gemeenschap is de benaming van een proces waarbij er tussen iedereen die actief is in de universiteit - studenten, docenten, onderzoekers, bestuurders en ondersteunend personeel -, een uitwisseling plaatsvindt van kennis, ideeën en ervaringen. Deze gemeenschap moet toezicht houden op de kwaliteit van het onderwijs, maar zorgt ook voor een inspirerende en uitdagende omgeving. In deze omgeving hoort direct contact en kleinschaligheid omdat dit motiveert en betrokkenheid bevordert. Daarnaast leidt dit proces tot meer kennis over de academische wereld, wat daarbinnen mogelijk is en inspireert het mensen met deze kennis zélf iets te doen. Onderwijs kwaliteit Om de kwaliteit van het onderwijs aan de UvA te verbeteren moet er een goed systeem van kwaliteitszorg bestaan. De universiteit moet de kwaliteit van haar onderwijs geregeld onder de loep nemen, zodat duidelijk wordt waar verbetering mogelijk is. Kwaliteitszorg werkt in een cyclus, waarbij bekeken wordt waar verbetering nodig is, 3

4 een plan tot verbetering gemaakt wordt en na verloop van tijd bekeken wordt in hoeverre het plan geholpen heeft. Op basis van die evaluatie wordt er weer een nieuw plan gemaakt. Op alle niveaus binnen de universiteit moet een dergelijk systeem van kwaliteitszorg bestaan. Van de maatregelen die het College van Bestuur neemt tot veranderingen op opleidingsniveau. Dit systeem moet transparant zijn, zodat bijvoorbeeld Studentenraden en Opleidingscommissies er op kunnen toezien dat de kwaliteit daadwerkelijk verbetert. Eerst vóór dan dóór Studeren is meer dan alleen het volgen van het standaard curriculum. Studenten moeten tijdens hun studieloopbaan de kans krijgen om zichzelf te ontwikkelen. Dit kan door te zoeken naar verdieping, of juist verbreding, maar ook naar praktijkervaring, zoals bestuursjaren, raadsjaren of stages. Hiertoe moeten studenten het initiatief nemen en de universiteit dient dit initiatief te belonen door studenten daadwerkelijk de tijd en ruimte hiervoor te bieden. Studenten dragen volgens mei ook bij aan de academische gemeenschap door niet louter consumenten van onderwijs te zijn, maar door actief aan het onderwijsproces deel te nemen en ook door zelf het initiatief te nemen tot zelfontplooiing. De universiteit moet functioneren volgens het eerst vóór dan dóór principe, dit wil zeggen dat de universiteit participatie in academische gemeenschap van studenten mag verwachten, mits zij de studenten daar alle middelen voor biedt. De duurzame universiteit Naast het zorgen voor haar studenten heeft de universiteit ook een zekere maatschappelijke verantwoordelijkheid. Niet alleen zullen studenten die aan de universiteit opgeleid worden belangrijke posities kunnen innemen binnen de maatschappij, ook heeft de universiteit als kennisinstelling een maatschappelijke voorbeeldfunctie. De universiteit moet daarom zo veel mogelijk verantwoord en dus duurzaam handelen. Duurzaam heeft voor mei twee betekenissen. In de eerste plaats heeft duurzaamheid betrekking op het milieu. Omdat het belangrijk is dat de universiteit zo milieuvriendelijk mogelijk handelt, moet vergroening gerealiseerd worden waar het kan. Niet alleen is, bijvoorbeeld, minder energie verbruiken goed voor het milieu, maar op de lange termijn wordt er ook veel geld mee bespaard wat vervolgens geïnvesteerd kan worden in onderwijs en onderzoek. Ten tweede moet de universiteit een duurzaam beleid voeren. Hiermee wordt bedoeld dat lange termijn denken essentieel is voor het voeren van een goed beleid. Beslissingen dienen altijd het onderwijs en de universiteit op de lange termijn ten goede te komen. Maatregelen zijn er om doelen te verwezenlijken en dienen niet verheven te worden tot een doel op zich. Het doel moet altijd kwaliteitsverbetering zijn op het gebied van onderwijs, onderzoek en duurzaamheid. 4

5 Medezeggenschap: een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid Het nastreven van doelen en uitwerken van maatregelen is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid. Daarom moet er sprake zijn van een goede samenwerking tussen en binnen bestuurlijke en medezeggenschapsorganen. Bestuurders behoren de medezeggenschap te betrekken bij de externe agenda en de lobby die zij op hoger niveau voeren. mei neemt haar deel van deze gemeenschappelijke verantwoordelijkheid erg serieus. Medezeggenschap is een vak. Dit betekent dat een mei-er niet alleen over de inhoud nadenkt, maar ook over hoe medezeggenschap dient te worden uitgevoerd. mei streeft naar een aanpak die niet gericht is op individuele belangen maar uit gaat van gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor de universiteit. Daarbij denkt de mei-er proactief mee over de doelen en overwegingen die ten grondslag liggen aan beleidsstukken in plaats van slechts te reageren op een vergevorderd voorstel. mei-ers hebben visie en kijken verder dan hun eigen opleiding. Ze verbinden opleidingen en faculteiten en wisselen kennis met elkaar uit op ALV s en tijdens andere activiteiten. Daarnaast is een mei-er niet alleen actief tijdens de verkiezingen, maar meiers streven er gedurende het hele jaar naar de universiteit naar bovenstaande idealen vorm te geven. 5

6 Inhoudsopgave 1. Academisch onderwijs van goede docenten 1.1 Kwaliteit van het onderwijs Kwaliteit van docenten Beroepsgericht onderwijs aan de universiteit 9 2. Examinering en controle 2.1 Scripties Plagiaat en fraude Examencommissies academische gemeenschap 3.1 Academische gemeenschap Intensieve werkgroepen Opleidingscommissies Studieverenigingen Kwaliteitzorg 5. Excellentie 6. Selectie 4.1 Kwaliteitszorg Toetsing & Feedback Terugkoppeling resultaten modules Differentiatie Cum laude Excellentie programma s (nog invoegen) Selectie aan poort Profilering en samenwerking 7.1 Kleine opleidingen Profilering Samenwerking met de VU (nog invoegen) Kiezen: schakelen, stagelopen of een buitenlandervaring 8.1 Keuzeruimte Studeren in het buitenland (Onderzoeks)Stages Schakel- en doorstroomprogramma's Duurzaamheid 9.1 Duurzaamheid 23 6

7 10. Huisvesting en catering 10.1 Huisvesting Bibliotheken en studieplekken Catering Financiën 12. Digitalisering 13. Medezeggenschap 11. 1Begroting Collegegelden tweede studie en schakelstudenten Digitalisering Videocolleges ICT-systemen SiS UvA medezeggenschap Profileringsfonds (nog invoegen) 7

8 1. Academisch onderwijs van goede docenten 1.1 Kwaliteit van het onderwijs mei staat voor kwaliteit. Kwaliteit bestaat volgens mei bij een universiteit uit een aantal componenten; kwalitatief goed onderwijs gecombineerd met een sterke academische gemeenschap, goede docenten en een inspirerende omgeving. Voorgesteld beleid en de daarbij horende wijzigingen moeten altijd ten doel hebben de kwaliteit van het onderwijs te bevorderen. De ideale universiteit ziet er volgens mei als volgt uit: na een inspirerend hoorcollege, heb je zin om je te verdiepen in het onderwerp. Je gaat naar je werkcollege en practicum waar je, je actief met de studiestof bezig houdt, omdat je er van wilt leren, niet omdat je wordt verplicht. Er wordt namelijk goed onderwijs gegeven. Je bent onderdeel van de academische gemeenschap waar je mensen bij naam kent en waar docenten jou kennen. Je houdt samen met de docenten de kwaliteit van het onderwijs in de gaten. Daarnaast maak je als student vroeg kennis met onderzoek via het onderwijs (door middel van onderzoeksstages) en via student-assistentschappen, die je goed voorbereiden en enthousiasmeren voor research intensief onderwijs. Hoewel dit nog niet de dagelijkse praktijk is, houdt mei dit ideaalbeeld altijd in het achterhoofd en streeft zij hier actief naar. 1.2 Kwaliteit van docenten Goed gekwalificeerde en inspirerende docenten zijn essentieel voor het waarborgen van de kwaliteit van onderwijs. Deze docenten moeten ervaring hebben met het doen van onderzoek binnen hun vakgebied, aangezien onderzoek een essentieel onderdeel is van wetenschappelijk onderwijs. Dit betekent echter niet dat docenten met name beloond moeten worden op hun onderzoeksresultaten, zoals nu het geval vaak is, maar ook op basis van hun onderwijs activiteiten. Aandacht voor didactische vaardigheden is volgens mei net zo cruciaal voor de kwaliteit van het onderwijs. Sinds een aantal jaar bestaat de Basiskwalificatie Onderwijs (BKO): een kwalificatie die beginnende docenten na een cursus didactiek moeten halen. Dit vindt mei een goed begin, maar er moet nog meer gebeuren. Het is belangrijk dat hier aandacht voor blijft en dat er op wordt gelet dat de BKO behaald wordt door nieuwe docenten en docenten die al langer verbonden zijn aan de UvA. De cursus voor de BKO zou niet gevolgd moeten tijdens onderwijsuren, maar de universiteit dient hier aparte uren voor in te ruimen. De universiteit moet het volgen van de BKO stimuleren en 8

9 faciliteren. Daarnaast vindt mei dat ook zittende docenten naar het BKO-traject verwezen moeten kunnen worden als evaluaties daar aanleiding toe geven. De Universiteit Utrecht heeft naast de BKO de SKO ingevoerd: de Senior Kwalificatie Onderwijs. Het SKO is in Utrecht verplicht voor universitair hoofddocenten en hoogleraren. Om een Senior Kwalificatie Onderwijs te krijgen moeten docenten nog een aantal dingen kunnen naast goed onderwijs geven. Zo moet de docent in staat zijn een curriculum vorm te geven en andere docenten te begeleiden. mei pleit ervoor in de toekomst ook aan de UvA een SKO verplicht te stellen. Verder is mei van mening dat docenten die goed presteren op onderwijsgebied meer de aandacht mogen krijgen. Zo vindt mei de Docent van het Jaar prijs een goed initiatief. Door deze verkiezing stellen zowel studenten als docenten zich in elk geval één keer per jaar de vraag wat zij goed docentschap vinden en spreken hiervoor waardering uit. mei juicht toe dat deze docent het hele jaar lang door de UvA onder de aandacht wordt gebracht. Zo wordt docent uitgenodigd als spreker bij debatten, congressen en andere bijeenkomsten waar studenten en docenten samenkomen. Tot slot wil mei benadrukken dat frequent inhoudelijk contact tussen studenten en docenten een hoeksteen van kwalitatief onderwijs is. Docenten behoren zich bewust te zijn van deze verantwoordelijkheid, en in lijn er mee te handelen. 1.3 Beroepsgericht onderwijs aan de universiteit Veel UvA-studenten vinden dat hun opleiding meer op de beroepspraktijk gericht zou moeten zijn. mei vindt echter dat de UvA voorzichtig om moet gaan met het beter aansluitend maken van de beroepspraktijk op het academisch onderwijs. Er zijn natuurlijk universitaire opleidingen, zoals geneeskunde en tandheelkunde, waar de beroepspraktijk niet uit het onderwijs weg te denken is. mei is echter geen voorstander van uitbreiding van onderwijs gericht op de beroepspraktijk bij opleidingen waar dit nu geen onderdeel van het curriculum vormt. mei vindt dat universitaire opleidingen zich in principe moeten richten op academische scholing. Wanneer beroepsgericht onderwijs in het curriculum wordt opgenomen, zal dit betekenen dat er minder ruimte is voor vakinhoudelijk onderwijs. 9

10 mei is wèl voorstander van dat de UvA studenten de mogelijkheid biedt om zich op de arbeidsmarkt te oriënteren. Dit kan bijvoorbeeld door middel van de dertig EC vrije keuzeruimte. Deze ruimte kunnen studenten gebruiken om stage te lopen. Verder biedt de UvA tegenwoordig duale masters aan waarbij studenten zowel praktisch als theoretisch onderwijs krijgen. Ook dit vindt mei een prima ontwikkeling, mits dit niet ten koste gaat van reguliere masters en onderzoeksmasters. 2. Examinering en controle 2.1 Scripties De meeste bachelors en masters kennen tegenwoordig een afsluiting in de vorm van een onderzoek, een stage en/of een scriptie. Op veel plaatsen zijn deze projecten op dit moment niet goed vormgegeven: het zou een academische prestatie moeten zijn, maar vaak wordt er maar een project van zeer beperkte omvang gevraagd, waarbij de begeleiding ook nog eens ontbreekt. Dit leidt vaak tot onnodige studievertraging en vormt zo een onbevredigend einde van drie jaar studie. Zeker gezien de komst van de harde knip (geen instroom in een master zonder voltooide bachelor) dient hier meer aandacht aan besteed te worden. mei vindt het belangrijk dat een bachelor inderdaad wordt afgesloten met een prestatie van academisch respectabel gehalte. De scriptie dient als uitgebreid project te worden gezien. Dit is niet alleen een toevoeging aan de waarde van een scriptie op zich, maar kan daarnaast een goede voorbereiding zijn voor verder wetenschappelijk onderzoek. Een verdediging van de scriptie in de masterfase vindt mei een na te streven doel. 2.2 Plagiaat en fraude Aan een wetenschappelijke instelling mag je van studenten verwachten dat ze geen plagiaat plegen, maar eigen geschreven werk met correcte referenties afleveren. Op voorstel van mei is er een universiteitsbreed beleid tegen plagiaat opgesteld, waarin plagiaat wordt gedefinieerd en de consequenties worden beschreven voor iemand die plagiaat pleegt. Dit plagiaatbeleid moet worden gehandhaafd en voornamelijk in het eerste jaar moet worden 10

11 uitgebreid met voorlichting over de gevolgen van fraude en plagiaat en de implicaties hiervan voor wetenschappelijk onderzoek. 2.3 Examencommissies Sinds 2010 hebben de examencommissies in de Wet op Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW) een duidelijker omschreven en zwaardere taak gekregen. Deze verandering komt voort uit verschillende onderzoeken, onder andere van de Onderwijsraad, waaruit bleek dat examencommissies slecht functioneren en dat examinering een opleidingsafhankelijke aangelegenheid is met weinig kwaliteitsborging en een geringe betrokkenheid van externe deskundigen. Om de kwaliteit van de examencommissies te verbeteren is het sinds 2010 mogelijk om externe deskundigen zitting te laten nemen in examencommissies of te consulteren om zo de onafhankelijkheid en deskundigheid te vergroten. mei signaleert dat dit nog te weinig gebeurt aan de UvA en wil zich hard maken voor onafhankelijke examencommissies. Ook ziet mei graag dat examencommissies een helder toets- en beoordelingsbeleid vaststellen zodat studenten gegarandeerd zijn van kwalitatief hoogwaardige toetsen en een transparante beoordeling. 3. Academische gemeenschap 3.1 Academische gemeenschap Het onderwijs aan een universiteit moet voornamelijk bestaan uit het overdragen van academische kennis. Studenten worden primair opgeleid tot onderzoekers, academici, kritische individuen met een scherp analytisch denkvermogen. Het onderwijs moet worden gegeven door goed gekwalificeerde en inspirerende docenten. Deze docenten moeten wat mei betreft ervaring hebben met het doen van onderzoek binnen hun vakgebied, aangezien onderzoek een essentieel onderdeel is van wetenschappelijk onderwijs. Het is van belang dat er veel contact is tussen studenten en docenten, die beiden onderdeel zijn van de academische gemeenschap. De academische gemeenschap is de benaming van een proces waarbij er tussen iedereen die actief is in de universiteit - studenten, docenten, onderzoekers, bestuurders en ondersteunend personeel -, een 11

12 uitwisseling plaatsvindt van kennis, ideeën en ervaringen. Deze gemeenschap moet toezicht houden op de kwaliteit van het onderwijs, maar zorgt ook voor een inspirerende en uitdagende omgeving. In deze omgeving hoort direct contact en kleinschaligheid omdat dit motiveert en betrokkenheid bevordert. Daarnaast leidt dit proces tot meer kennis over de academische wereld, wat daarbinnen mogelijk is en inspireert het mensen met deze kennis zélf iets te doen. 3.2 Intensieve werkgroepen Bij intensieve werkgroepen is de betrokkenheid van studenten extra belangrijk en zij dienen zich dus goed voor te bereiden: gemotiveerde docenten en studenten mogen niet de dupe worden van onvoorbereide deelnemers. mei vindt het dan ook belangrijk dat studenten actief worden betrokken bij hun werkgroep. Op veel plaatsen binnen de UvA is er echter een tendens om studenten te activeren door ze schoolse opdrachten te laten doen, zoals het elke week inleveren van leesvragen. mei is een tegenstander van dit soort verschoolsing. mei denkt dat tussentijdse opdrachten studenten bij het onderwijs kunnen betrekken, maar vindt dat dit soort opdrachten ook echt moeten bijdragen aan de academische vorming van de student. Bij dit soort opdrachten is het belangrijk dat de student tijdig degelijke feedback krijgt. 3.3 Opleidingscommissies Naast een examencommissie heeft elke opleiding van de UvA een Opleidingscommissie (OC). De OC is een belangrijk controleorgaan van de opleiding, dat inspraak heeft op het onderwijsprogramma en de kwaliteit ervan. Een opleidingscommissie bestaat wettelijk voor de helft uit studenten en voor de helft uit docenten. Zij heeft als taak de opleidingsdirecteur te adviseren over de inhoud en de uitvoering van het onderwijs. mei is er van overtuigd dat het onderwijs aan kwaliteit wint als de OC s bij alle opleidingen goed georganiseerd zijn. mei ziet het belang van studentvoorzitters voor het beter functioneren van de OC s. Zij kunnen ten eerste bijdragen aan een actievere OC aangezien zij niet zijn belast met de werkdruk die docenten kennen. Daarnaast kunnen studentvoorzitters ervoor zorgen dat de studentleden van de OC s beter worden gehoord. 12

13 Ook wil mei dat er structureel contact is met de opleidingsdirecteur én dat de Opleidingscommissies meer betrokken worden bij de besluitvorming binnen hun faculteit.om de kwaliteit en bereikbaarheid van OC s te verbeteren, is het essentieel dat de onderwijsinstituten de OC s goed ondersteunen en het wettelijk vastgestelde recht op scholing naleven, zodat studenten en docenten in OC s weten wat hun taken en bevoegdheden zijn. Een ander aandachtspunt van mei is het bevorderen van contact tussen OC s en tussen OC s en studentenraden. Via de studentenraden blijven de OC s op de hoogte van wat er binnen hun faculteit en de UvA speelt. Daarnaast is het sinds de wijziging van de WHW in 2010 voor OC s mogelijk om via de studentenraad in beroep te gaan tegen besluiten van de opleidingsdirecteur. mei vindt deze beroepsmogelijkheid een aanwinst voor OC s en wil deze beter onder de aandacht brengen van OC s en studentenraden. Opleidingscommissies spelen niet alleen een belangrijke rol in de kwaliteitszorg van de UvA, maar ook in de vorming van de academische gemeenschap. In een goede OC denken studenten en docenten samen na over hoe het onderwijs van hun opleiding het beste vorm kan krijgen. In een OC kunnen docenten, studenten en bestuurders ideeën, kennis en ervaringen uitwisselen. mei wil de positie van OC s dan ook versterken. 3.4 Studieverenigingen Studieverenigingen vormen een belangrijk onderdeel van de academische gemeenschap. Zij bieden een omgeving waarbinnen studenten zelf studie gerelateerde activiteiten organiseren, zoals studiereizen en congressen. Daarnaast dragen zij met sociale activiteiten bij aan de sfeer binnen de opleidingen, en stimuleren ze contacten tussen studenten en docenten. mei is op sommige faculteiten begonnen studieverenigingen op kleine opleidingspecifieke thema s te betrekken bij de medezeggenschap, omdat zij vaak veel kennis van de opleiding en een groot draagvlak bij studenten hebben. Deze initiatieven zijn erg positief uitgepakt en daarom wil mei hier graag mee doorgaan en dit uitbreiden. Waar het zinvol is en kan wil mei studieverenigingen meer in de medezeggenschapsprocessen betrekken. Verder verdienen studieverenigingen de steun van de universiteit bij hun activiteiten in de vorm van huisvesting, subsidies en bestuursbeurzen. Niet alle studieverenigingen 13

14 krijgen dezelfde mate van ondersteuning van de UvA. Met name kleinere studieverenigingen worden over het hoofd gezien. mei vindt dat alle studieverenigingen gelijk behandeld dienen te worden. Daarom zal mei actief de regelingen omtrent studieverenigingen bekijken om zodoende studieverenigingen op hun rechten te wijzen en te bekijken hoe deze uitgebreid kunnen worden. 4. Kwaliteitszorg 4.1 Kwaliteitszorg Om de kwaliteit van het onderwijs aan de UvA te verbeteren moet er een goed systeem van kwaliteitszorg bestaan. Momenteel werkt de UvA met een kader kwaliteitszorg. De universiteit moet de kwaliteit van haar onderwijs geregeld onder de loep nemen, zodat duidelijk wordt waar verbetering mogelijk is. Kwaliteitszorg werkt in een cyclus, waarbij bekeken wordt waar verbetering nodig is, een plan tot verbetering gemaakt wordt en na verloop van tijd bekeken wordt in hoeverre het plan geholpen heeft. Op basis van die evaluatie wordt er weer een nieuw plan gemaakt. Op het niveau van de opleiding zijn bijvoorbeeld de OC en module-evaluaties onderdeel van de kwaliteitszorgcyclus. De OC bekijkt aan de hand van de evaluaties wat er verbeterd kan worden aan een module. Vervolgens kan bijvoorbeeld de opleidingsdirecteur maatregelen nemen om de module te verbeteren. Na een jaar kan de OC aan de hand van de nieuwe evaluaties bekijken of de maatregelen gewerkt hebben en of er nog verbeterpunten zijn. Ook daar wordt dan weer een plan voor gemaakt. Op alle niveaus binnen de universiteit moet een dergelijk systeem van kwaliteitszorg bestaan. Dit systeem moet transparant zijn, zodat bijvoorbeeld studentenraden er op kunnen toezien dat de kwaliteit daadwerkelijk verbetert. Binnen de UvA functioneert dit nu niet goed. De universiteit zou haar doelen moeten vastleggen in een beleidsplan, deze doelen moeten verwezenlijken en uiteindelijk in een rapport of jaarverslag evalueren in hoeverre dezen bereikt zijn. Ook de faculteiten, onderwijsinstituten en onderzoeksinstituten moeten dit doen. De verschillende verslagen horen bovendien op elkaar afgestemd te zijn. Ook alle overige maatregelen, die misschien niet direct aan kwaliteitszorg gelieerd lijken, dienen te worden genomen met het oog op kwaliteitsverbetering. Daarnaast vindt mei dat de UvA op 14

15 centraal niveau een voorbeeldfunctie dient te vervullen naar de faculteiten en onderwijsinstituten toe. Daarom dringt mei er bij de UvA op aan serieuzer werk te maken van haar kwaliteitszorg. 4.2 Toetsing en feedback De kwaliteit van het onderwijs is voor een belangrijk deel afhankelijk van de kwaliteit van de toetsing. Van studenten mag verwacht worden dat zij op een gepast niveau kunnen presteren. Daarvoor moeten de toetsvormen echter wel aansluiten bij de leerdoelen die voor de module gesteld zijn en in overeenstemming zijn met het niveau van de module. Dit betekent in de eerste plaats dat er een idee moet zijn voor de keuze voor een bepaalde vorm van toetsing. mei vindt het belangrijk dat bij de toetsing de verschillende academische vaardigheden getoetst worden en er dus gevarieerde manieren van toetsen zijn binnen een curriculum. Of een toets een tentamen met meerkeuzevragen is, een presentatie of een essay, moet de docent laten afhangen van het doel dat hij met de toets heeft. Wil hij simpelweg testen of de student voldoende kennis heeft, of wil hij bijvoorbeeld ook de presentatievaardigheden van een student onderzoeken? Bij het beoordelen van een toets, vindt mei verder, moet de docent altijd bekijken in hoeverre de student het leerdoel horende bij die toets bereikt heeft. Dit betekent dat er absoluut gecijferd moet worden: bij een tentamen moet je altijd tussen de 1 en de 10 kunnen halen: bij een 1 heb je alles fout, bij een 10 alles goed. Relatieve uitgangspunten voor de beoordeling, zoals een grens van 75% geslaagden, mogen niet voorkomen vindt mei. Ten slotte vindt mei dat studenten recht hebben op een transparant stelsel van toetsing en beoordeling, zodat zij weten wat er van hen verwacht wordt. Docenten moeten bij elke vorm van toetsing antwoordmodellen en beoordelingsformulieren opstellen en deze naar studenten communiceren via blackboard. Voor het leerproces van de student is feedback op ingeleverde werken van groot belang. mei is van mening dat een beoordeling/cijfer geen feedback is. Feedback dient een argumentatie te bevatten waarom iets goed is of nog verbetering behoeft. Alleen op deze manier hebben studenten de mogelijkheid zich te ontwikkelen in het academische leerproces. De studenten van bijna elke opleiding aan de UvA beoordelen hun feedback al jaren als te weinig 15

16 (Tevredenheidsmonitor Bachelor/Master 2005/2008). mei vindt dat het nu echt tijd worden hier in te investeren. 4.3 Terugkoppeling resultaten module-evaluaties Een belangrijk aspect van het controleren van onderwijskwaliteit zijn module-evaluaties. Deze evaluaties zijn volgens mei een belangrijke stem van studenten. Deze stem moet worden meegenomen in de verbetering van het onderwijs. Op dit moment is het voor studenten vaak onduidelijk wat er met hun evaluaties gebeurt. Op de meeste faculteiten zijn de resultaten van de evaluaties vertrouwelijk. Vaak mogen de studenten in de Opleidingscommissie de evaluaties inzien, maar ook dat is lang niet altijd het geval. mei vindt het belangrijk dat de resultaten van module-evaluaties teruggekoppeld worden aan de studenten. mei denkt echter niet dat het simpelweg op internet zetten van de cijfers die uit een evaluatie komen veel oplevert. mei vindt dat de opleiding de verantwoordelijkheid heeft een beschrijving te geven van de uitkomsten van de module-evaluaties en aan moet geven wat er naar aanleiding van de evaluaties aan de module veranderd zal worden. Dit verslag moet aan de studenten gecommuniceerd worden. Wanneer de resultaten van de module-evaluaties aan studenten worden gecommuniceerd kunnen studenten die het vak hebben gedaan zien wat er met hun feedback is gebeurd. Daarnaast kunnen nieuwe studenten kennisnemen van de veranderingen die in een module zijn aangebracht en waarom dit zo is. mei denkt dat studenten zich hierdoor meer betrokken zullen voelen bij de opleiding en het onderwijs, omdat ze zien dat er daadwerkelijk naar hen geluisterd wordt. Ook denkt mei dat terugkoppeling de kwaliteit van het onderwijs bevordert, omdat het opleidingen dwingt actief iets met de uitkomsten van de evaluaties te doen. Verder vindt mei het belangrijk dat Opleidingscommissies altijd de volledige evaluaties in kunnen zien. Dit is belangrijk in hun taak om de kwaliteit van het onderwijs op peil te houden. 16

17 5. Excellentie 5.1 Differentiatie mei is van mening dat door het ontwikkelen van differentiatieprogramma s op de UvA de kwaliteit van het onderwijs verbeterd kan worden, mits deze programma s buiten het reguliere onderwijs aangeboden worden. De diversiteit onder de studentenpopulatie kan beter geaccommodeerd worden door dit te benomen en de verschillende groepen anders te behandelen. Zo zou de UvA studenten die achterblijven of matig presteren beter moeten begeleiden. Studenten die nominaal studeren kunnen vervolgens meer uitgedaagd worden door extra programma s naast het reguliere curriculum te volgen te denken valt aan verschillende minors, honoursprogramma s of andere onderwijsvormen buiten het reguliere programma. De UvA moet dus onderwijs op maat bieden. Dit mag echter niet leiden tot niveaugradaties in werkgroepen, waarbij onderpresterende studenten in één groep worden geplaatst en bovenpresterende studenten in een andere. Dit heeft volgens mei namelijk het gevolg dat de onderpresterende studenten juist in een neerwaartse spiraal terecht komen. 5.2 Cum Laude Cum laude dient om excellente studenten duurzaam te onderscheiden, zodat uitzonderlijke inzet tijdens de studie wordt beloond. Op dit moment kun je aan de UvA op allerlei verschillende manieren cum laude afstuderen. Overal worden er andere eindcijfergemiddeldes geëist, waardoor de waarde van cum laude vervaagd. Daarom pleit mei voor één uniforme regeling. Ook vindt mei dat de UvA zich moet inzetten voor een dergelijke cum laude regeling op landelijk niveau. 5.3 Excellentie programma s - nog invoegen 6. Selectie 6.1 Selectie aan de poort Selectie aan of voor de poort, en de manier waarop dit gebeurt, is een grote beslissing die zorgvuldig afgewogen dient te worden. mei pleit in eerste instantie voor goede, tijdige en eerlijke voorlichting over de opleidingen aan toekomstige studenten. Selectie als middel mag 17

18 alleen gebruikt worden wanneer de universiteit op een juiste manier eerst aan haar informatieplicht heeft voldaan. De belangrijkste voorwaarde om selectie, wat mei betreft, te mogen toepassen is dat het wordt gebruikt als middel om de kwaliteit van de opleiding te verbeteren. Selectie moet als doel hebben studenten te plaatsen bij de opleiding die bij ze past, om vervolgens de gemiddelde interesse en motivatie van studenten te vergroten en/of de kleinschaligheid en dus wellicht kwaliteit van de opleiding te waarborgen. Mocht selectie worden toegepast dan is mei in eerste instantie voorstander van softe vormen van selectie met als basis intake en matching. mei vindt een cijferlijst alleen niet genoeg om studenten op te selecteren, een loterij echter, zoals de numerus fixus nu vaak wordt ingevuld, is evenmin wenselijk. mei bepleit vormen van selectie als verplicht proefstuderen, eventueel met een oefententamen of het verplicht voeren van een informatiegesprek. Ook kan het in moeten sturen van een motivatiebrief, zonder dat hier consequenties aan worden verbonden, potentiële studenten verplichten tot nadenken over hun keuze. 7. Profilering en samenwerking 7.1 Kleine opleidingen Met een aantal van 65 bacheloropleidingen en meer dan 100 masteropleidingen profileert de UvA zich als een brede universiteit. Hieronder vallen grote opleidingen zoals rechten, psychologie en economie, met een instroom van honderden studenten per jaar. Andere opleidingen zijn klein en hebben soms minder dan tien nieuwe studenten per jaar. Ondanks de relatief hoge kosten per student van kleine opleidingen vindt mei dat deze opleidingen wel bestaansrecht hebben. Studies als Duits, wiskunde en onderwijskunde hebben allen hun eigen niche en voorzien elk in een andere behoefte in de maatschappij. mei streeft dan ook naar een behoud van de diversiteit en het brede aanbod van de universiteit. Mocht de UvA besluiten opleidingen niet meer aan te bieden, dan mag een dergelijke beslissing enkel gebaseerd worden op de kwaliteit en de inhoudelijke relevantie van de opleiding. Daarnaast dienen voor afschaffing eerst alle andere alternatieven onderzocht te worden. Ook mag de UvA niet om kosten te besparen opleidingen verbreden wanneer dit ten koste van de kwaliteit van het onderwijs gaat. 18

19 7.2 Profilering Universiteiten willen zichzelf graag profileren met een aantal sterke onderzoeksrichtingen. Profilering betekend niet alleen bepaalde onderdelen en opleidingen versterken, maar ook het clusteren en afstoten van onderzoeksgroepen en als het aan mei ligt ook opleidingen. mei is namelijk van mening dat onderzoek en onderwijs met elkaar verweven moeten zijn, wanneer op een bepaald gebied geen onderzoek meer wordt gedaan verdwijnt ook deze verwevenheid. Profilering is volgens mei niet per definitie een slechte zaak. Profilering heeft namelijk zeker een aantal positieve implicaties. Zo kan de kwaliteit van het onderzoek en onderwijs van de zwaartepunten, oftewel de gebieden waar de universiteit zich op profileert, door deze extra aandacht verbeteren. Ook voor kleine of slechte opleidingen geldt dat er mogelijkheden zijn voor kwaliteitsverbetering, namelijk door clustering en samenwerkingsverbanden met andere universiteiten. Op deze manier kunnen de beste middelen van elke universiteit worden ingezet en het onderzoek en onderwijs op een hoger niveau komen. Wel wil mei een aantal kanttekeningen plaatsen waar de universiteit rekening mee dient te houden in het proces van profilering. Profilering is in eerste instantie gericht op het specialiseren van onderzoek. mei wil dat de verwevenheid van onderzoek en onderwijs blijft bestaan, dit houdt in dat het onderzoek niet dusdanig specialistisch moet worden dat het niet meer geschikt is voor het onderwijs. mei ziet hiervoor een oplossing in het meer mobiel maken van docenten. Een gespecialiseerde docent van bijvoorbeeld de VU of Universiteit Leiden kan een college reeks geven over zijn onderwerp binnen een curriculum van de Universiteit van Amsterdam als het hen zelf aan deze kennis ontbreekt en andersom. Een andere belangrijke notie is dat goed, waardevol, onderzoek niet ineens ontstaat. Het is ondanks de ambitie te profileren wel belangrijk dat nieuw, afwijkend, onderzoek kansen blijft krijgen. Daarnaast is continuïteit én vernieuwing in een vaste onderzoeksgroep gewenst. Voor de financiering van onderzoek moet gekeken worden naar een model wat niet te rigide is. Een mogelijkheid is een systeem waarbij eerst een aantal tijdelijke contracten worden aangeboden om vervolgens, pas na waardering van het tot dan toe gedane onderzoek, een vast contract aan te bieden. 19

20 Ten slotte ziet mei dat het onwenselijk is om te snel onderzoek en onderwijs af te stoten, maar is mei niet van mening dat dit onmogelijk moet zijn. Wanneer geconstateerd wordt dat een opleiding niet in orde is of de bijbehorende onderzoeksrichting niet binnen de profilering valt, moet er eerst gekeken worden hoe dit kan worden opgelost. De eerste stap is het inventariseren van de mogelijkheden tot verbetering en verandering. Indien dit op niets uitloopt kan gekeken worden naar de mogelijkheden tot clustering en samenwerking met andere universiteiten. Pas als dit alles geprobeerd is, alle mogelijkheden zijn onderzocht, en dit alles op niets uitloopt dienen onderzoek en opleiding te worden afgestoten. mei is van mening dat zowel voor onderzoek als onderwijs geldt dat het niet aanbieden ervan beter is dan een slechte variant aan te bieden. 7.3 Samenwerking met de VU 8. Kiezen: schakelen, stagelopen of een buitenlandervaring 8.1 Keuzeruimte Aan een brede universiteit als de UvA zou je volgens mei de kans moeten krijgen een meer interdisciplinaire opleiding te volgen. Dit kan door in elke bachelor dertig European Credit (EC) vrije keuzeruimte op te nemen. Deze dertig EC kan een student gebruiken om vakken bij een andere studie te doen, naar het buitenland te gaan, of praktijkervaring op te doen met een stage. De UvA moet studenten de gelegenheid bieden om deze keuzeruimte in te vullen voor bijvoorbeeld een semester in het buitenland zonder studievertraging op te lopen. Dit betekent dat keuzeruimte, waar mogelijk, ook geclusterd aangeboden moet worden. Om te zorgen dat de studenten de keuzeruimte buiten de eigen opleiding goed kunnen benutten om een ander vakgebied te leren kennen, vindt mei dat elke opleiding aan de UvA de mogelijkheid moet bieden aan studenten om binnen die opleiding een minor of vakken te volgen. Een minor is een samenhangend programma van dertig EC dat een student overzicht én inzicht geeft in een klein deel van een vakgebied. Een andere manier om buiten de eigen opleiding te kijken is door een deel van de studie in het buitenland te volgen. Standaard dertig EC vrije keuzeruimte in elke bachelor opleiding maakt het voor studenten makkelijker om naar het buitenland te gaan zonder 20

21 studievertraging op te lopen. Om deze buitenlandse ervaring verder te stimuleren zouden examencommissies flexibel moeten omgaan met een dergelijke invulling van deze keuzeruimte. 8.2 Studeren in het buitenland De afgelopen jaren is er een aantal stappen genomen om het onderwijs in Nederland en de rest van Europa te internationaliseren. In 1999 hebben 29 Europese ministers van onderwijs, waaronder die van Nederland, de Bolognaverklaring getekend. De landen die de verklaring ondertekend hebben streven naar een vergelijkbaar systeem van studiepunten en graden, om zo internationale uitwisseling van studenten, docenten en onderzoekers te stimuleren. mei vindt het van groot belang dat studenten de mogelijkheid krijgen in het buitenland te studeren. De afspraken uit de Bologna-verklaring dragen hier aan bij. Helaas blijkt dat nog maar weinig studenten gebruik maken van de mogelijkheden naar het buitenland te gaan, zeker in het licht van het streefpercentage dat de UvA zichzelf heeft gesteld. mei vindt dat de weg naar het buitenland beter geplaveid moet worden. De UvA moet meer informatie verstrekken over de verschillende mogelijkheden, ook moeten opleidingen en docenten studenten meer stimuleren om in het buitenland te gaan studeren. Docenten kunnen een belangrijke rol spelen in de specifieke inhoudelijke informatie verstrekking, waarmee de meerwaarde om naar het buitenland te gaan voor de student ook duidelijker wordt. De dertig EC vrije keuzeruimte levert hier een belangrijke bijdrage aan. Verder zijn de international offices die iedere faculteit hoort te hebben vaak niet aanwezig of bij studenten niet bekend. Dit moet de UvA verbeteren, mei wil dat elke faculteit een toegankelijk en zichtbaar international office heeft dat gedegen informatie kan verstrekken over studeren in het buitenland. Ook moeten deze offices internationale studenten die in aan de UvA komen studeren op een goede manier ontvangen en van dienst zijn. In de toekomst wordt het waarschijnlijk mogelijk voor universiteiten om zogenaamde joint degrees aan te bieden. De UvA kan dan samen met een buitenlandse universiteit een programma aanbieden, waarbij de student een diploma krijgt van de twee universiteiten samen. mei wil dat de UvA goed gaat kijken naar mogelijkheden voor joint degrees en daarover gedegen communiceert naar studenten. 21

22 Een laatste belangrijke voorwaarde voor internationalisering is dat studenten het Engels goed beheersen. Mede dankzij mei is het sinds 2008 mogelijk voor studenten om in de laatste fase van hun bachelor of master gratis een IELTS-test te doen om het niveau van hun Engels te testen. Daarnaast beidt de UvA, ook mede dankzij mei, nu aan meer studenten de cursus Academic English aan. Aan de Faculteit Maatschappij en Gedragswetenschappen is de cursus al voor alle studenten als keuze vak te volgen. mei wil dat deze cursus toegankelijk wordt voor alle studenten van alle opleidingen. 8.3 (Onderzoeks)Stages Ook kan de keuze ruimte gebruikt worden voor het volgen van een (onderzoeks)stage. Bij opleidingen waar je als student weinig direct in aanraking komen met onderzoek stelt mei voor om onderzoek, in de vorm van een onderzoeksstage als een keuzevak dichter bij de student te brengen. In een dergelijke onderzoeksstage participeert een student in een aan de UvA lopend onderzoek en kan de interesse gewekt worden voor een onderzoeksmaster of een loopbaan in de wetenschap. Voor studenten is vaak niet duidelijk dat zij deze onderzoeksstage kunnen doen. mei wil dit meer promoten door docenten te benaderen die een student willen begeleiden in deze onderzoekstage en de namen van deze docenten kenbaar te maken aan studenten. Ook kan een gewone stage, die de aansluiting op de arbeidsmarkt versterken, als keuzevak mogelijk gemaakt worden. In een dergelijke stage doet de student praktische ervaring op in het toekomstig werkveld. Naast een betere positie t.b.v. het verwerven van een baan kan de student zich oriënteren op de mogelijkheden na het afstuderen. Voor studenten is vaak niet duidelijk wat de mogelijkheden m.b.t. het stagelopen zijn. mei wil deze mogelijkheden onder de aandacht brengen door opleiding en geschikte stageplekken aan elkaar te koppelen waar nodig en de universiteit en desbetreffende faculteiten aansporen deze mogelijkheden actief te promoten. 8.4 Schakel- en doorstroomprogramma's De combinatie van het interdisciplinaire Angelsaksische en disciplinaire Europese onderwijssysteem heeft enkele knelpunten met zich meegebracht. Zo is de overstap van een disciplinaire bachelor naar een master van een andere studierichting onmogelijk, vanwege het ontbreken van voldoende achtergrondkennis. Om deze overbrugging mogelijk te maken 22

23 voor studenten zijn schakelprogramma s in het leven geroepen. De afgelopen jaren is er veel discussie geweest over de kwaliteit van schakel- en doorstroomprogramma s. Vooral studenten uit HBO-opleidingen hebben het hard te verduren gekregen, omdat schakelprogramma s niet voldoende bleken om de niveaus bij het begin van de master gelijk te trekken. mei wil dat er controle komt op de kwaliteit van de schakelprogramma s, omdat dit significante gevolgen kan hebben voor de kwaliteit van het masteronderwijs. Als studenten met onvoldoende voorkennis toegang krijgen, zal dit het niveau van de master negatief kunnen beïnvloeden. De beste vorm om schakelonderwijs aan te bieden is volgens mei binnen de bachelor. Binnen het bestaande curriculum moet er 30 EC vrije keuzeruimte zijn die volgens mei uitstekend gebruikt kan worden om studenten voor te bereiden op een master bij een andere discipline. Ook moeten HBO s in hun bachelors doorstroomprogramma s aan gaan bieden voor studenten die een universitaire master willen doen. Op deze manier kunnen de kosten beperkt blijven, zowel voor de student als voor de instelling, om alsnog door te stromen naar een andere master. 9. Duurzaameid 9.1 Duurzaamheid mei vindt het belangrijk dat de UvA zich actief inzet voor een duurzame universiteit. Naast het zorgen voor haar studenten heeft de universiteit ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Niet alleen zullen studenten die aan de universiteit opgeleid worden belangrijke posities kunnen innemen binnen de maatschappij, ook heeft de universiteit als kennisinstelling een maatschappelijke voorbeeldfunctie. Ook daarom moet de universiteit moet daarom zo veel mogelijk verantwoord en dus duurzaam handelen. Duurzaam heeft voor mei twee betekenissen. In de eerste plaats heeft duurzaamheid betrekking op het milieu. Omdat het belangrijk is dat de universiteit zo milieuvriendelijk mogelijk handelt, moet vergroening gerealiseerd worden waar het kan. Niet alleen is, bijvoorbeeld, minder energie verbruiken goed voor het milieu, maar op de lange termijn wordt er ook veel geld mee bespaard. Op dit moment bedraagt de totale rekening van de 23

24 UvA voor gas, water en licht zeven miljoen euro en met de stijgende energieprijzen zal dit alleen maar hoger worden. mei is er van overtuigd dat binnen aanzienlijke tijd, door relatief simpele maatregelen, er zeker twintig procent bespaard kan worden op deze rekening. mei vindt dat geld beter in kwaliteit van onderwijs en onderzoek gestoken kan worden dan het te verspillen aan overbodig energieverbruik. mei gelooft er dan ook in dat een beter milieu en beter onderwijs samen kunnen gaan. Ten tweede moet de universiteit een duurzaam beleid voeren. Hiermee wordt bedoeld dat lange termijn denken essentieel is voor het voeren van een goed beleid. Beslissingen dienen altijd het onderwijs en de universiteit op de lange termijn ten goede te komen. Maatregelen zijn er om doelen te verwezenlijken en dienen niet verheven te worden tot een doel op zich. Het doel moet altijd kwaliteitsverbetering zijn op het gebied van onderwijs, onderzoek en duurzaamheid. mei wil zich op het gebied van vergroening vooral inzetten voor praktische en vaak makkelijk te realiseren milieuvriendelijke aanpassingen, zoals dubbelzijdig printen, het niet onnodig aan laten staan van computerapparatuur en het uitdoen van het licht in zonnige collegezalen. Verder wil mei dat faculteiten zelf verantwoordelijk worden voor hun energieverbruik, waardoor de faculteiten zelf baat krijgen bij energiebesparende maatregelen. mei wil dat de UvA één van de meest duurzame universiteiten van Nederland wordt en zet zich hier dan ook hard voor in: mei gelooft zowel in kwaliteit van het milieu als kwaliteit van het onderwijs. 10. Huisvesting en catering 10.1 Huisvestingsbeleid Goede huisvesting kan bijdragen aan een inspirerende en uitdagende leeromgeving en daarmee het academisch klimaat op universiteit versterken. Het huisvestingsbeleid van de universiteit moet in het bijzonder gericht zijn op het aanbieden van prettige verblijfsplaatsen zonder beperkingen voor de gebruikers. Op deze manier bindt de universiteit de gebruikers aan de universiteitsomgeving en wordt interactie tussen studenten, docenten en onderzoekers bevorderd. 24

25 De universiteit moet zorgen dat de kosten van het huisvestingsbeleid zo beperkt mogelijk blijven, onder andere door te streven naar volledig duurzame huisvesting. De bespaarde kosten moeten worden geïnvesteerd in onderwijs en onderzoek. Vanwege de hierboven genoemde uitgangspunten is mei voorstander van het creëren van vier UvA-stadscampussen. Hier hoort ook het realiseren van een universiteitsbibliotheek op het BG-terrein bij, zij het met een aangepast ontwerp waarbij de voorgevels behouden blijven. mei is tegenstander van fysieke barrières zoals poortjes bij de ingang van de universiteit Bibliotheken en studieplekken De universiteitsbibliotheek is het fysieke kennisopslagmedium bij uitstek. Daarmee fungeert de bibliotheek als belangrijke kennisbron en draagt zij bij aan de kwaliteit van het onderzoek en het onderwijs. Ondanks dat steeds meer kennismateriaal ook virtueel beschikbaar is blijft de fysieke collectie van belang, zeker in het geval van de bijzondere collecties. De universiteit moet deze collecties daarom in stand houden. Daarnaast is de bibliotheek voor veel studenten een van de belangrijkste studieplaatsen. De universiteit moet zorgen dat de combinatie tussen bibliotheek en studieplek in stand blijft zodat studenten hun bronnenmateriaal direct kunnen bestuderen. mei vindt het belangrijk dat de student wordt gestimuleerd om op de universiteit zelf te studeren: dit zorgt voor een levendige universiteit met veel interactie, wat bijdraagt aan een goed academisch klimaat. Om succesvol op de universiteit te kunnen studeren is het noodzakelijk dat studenten van s ochtends vroeg tot s avonds laat van een studieplek gebruik kunnen maken. Voorts moeten er verschillende typen studieruimtes beschikbaar zijn, om zowel individueel als in groepsverband met of zonder computer goed te kunnen studeren. De bestaande capaciteitsproblemen omvatten onder andere het gebrek aan voldoende studieruimtes, de te korte openingstijden en de populariteit van de Universiteitsbibliotheek (UB) bij andere studenten dan UvA studenten. mei pleit daarom ten eerste voor de realisatie van extra studieplekken. Met name in de tentamenperiodes moet er goed worden geanticipeerd op het aantal benodigde studieplekken. Ten tweede zullen de openingstijden van de studielocaties verder uitgebreid moeten worden. Ten derde moeten 25

mei staat voor kwaliteit

mei staat voor kwaliteit mei staat voor kwaliteit Partijprogramma Studentenpartij mei 1 Grondbeginselen mei vindt dat de Universiteit van Amsterdam zich bewust moet zijn van de maatschappelijke functie die zij vervult als kennisinstelling.

Nadere informatie

Mei staat voor kwaliteit

Mei staat voor kwaliteit Mei staat voor kwaliteit partijprogramma voor het studiejaar 09 10 studentenpartij mei Studentenpartij mei: mei staat voor kwaliteit mei is de oudste en grootste studentenpartij met fracties in bijna alle

Nadere informatie

Verkiezingsprogramma 2012-2013

Verkiezingsprogramma 2012-2013 Verkiezingsprogramma 2012-2013 UVASOCIAAL 5 mei 2012 UVASOCIAAL streeft naar keuzevrijheid, kwaliteit, gelijkheid en betrokkenheid, de belangrijkste voorwaarden voor een goede universiteit! Inleiding UVASOCIAAL

Nadere informatie

VERKORT VERKIEZINGSPROGRAMMA Leidse Universitaire Verkiezingen 21 april t/m 7 mei 2009

VERKORT VERKIEZINGSPROGRAMMA Leidse Universitaire Verkiezingen 21 april t/m 7 mei 2009 VERKORT VERKIEZINGSPROGRAMMA Leidse Universitaire Verkiezingen 21 april t/m 7 mei 2009 Inleiding De SGL hecht grote waarde aan bondige en duidelijke taal. Een verkiezingsprogramma is vaak lang en uitgebreid

Nadere informatie

Uitleg over de OER Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER)

Uitleg over de OER Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER) Uitleg over de OER Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER) Fractie VUUR, Universiteitsraad www.verenigingvuur.nl info@verenigingvuur.nl - 2 - Voorwoord

Nadere informatie

OER. Uitleg over de. Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER)

OER. Uitleg over de. Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER) Uitleg over de OER Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER) Fractie VUUR, Universiteitsraad www.verenigingvuur.nl info@verenigingvuur.nl Voorwoord De Onderwijs-

Nadere informatie

Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken.

Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken. ONDERWIJSVISIE OP HO OFDLIJNEN Geachte collega s, 1 Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken. We

Nadere informatie

Beleidsplan 2014-2015. Facultaire Studentenraad Maatschappij- en Gedragswetenschappen

Beleidsplan 2014-2015. Facultaire Studentenraad Maatschappij- en Gedragswetenschappen Beleidsplan 2014-2015 Facultaire Studentenraad Maatschappij- en Gedragswetenschappen Voorwoord De Facultaire Studentenraad Maatschappij- en Gedragswetenschappen (FSR FMG) 2014 2015 bestaat uit twaalf betrokken

Nadere informatie

Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde

Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde Internationalisering Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde Minor algemeen Alle studenten van de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) volgen in het derde Bachelorjaar

Nadere informatie

Format OER en

Format OER en Format OER en 2014-15 Om de diverse reacties en opmerkingen op de nota van wijzigingen beter te kunnen stroomlijnen is er een format opgesteld. De OR, FSR, OC s en examencommissies zouden wij graag willen

Nadere informatie

Verkiezingsprogramma Lijst VUUR Faculteitsraad Geesteswetenschappen 2015-2016

Verkiezingsprogramma Lijst VUUR Faculteitsraad Geesteswetenschappen 2015-2016 Verkiezingsprogramma Lijst VUUR Faculteitsraad Geesteswetenschappen 2015-2016 VOORWOORD VUUR doet weer mee in de medezeggenschap van de faculteit Geesteswetenschappen. Een faculteit waarbinnen een grote

Nadere informatie

Studiesucces 2 Keuzeruimte 3 Verengelsing van het onderwijs 4 Interdisciplinariteit en brede opleidingen 4 Diversiteit 5 Werkgroepen 5 Huisvesting 6

Studiesucces 2 Keuzeruimte 3 Verengelsing van het onderwijs 4 Interdisciplinariteit en brede opleidingen 4 Diversiteit 5 Werkgroepen 5 Huisvesting 6 Partijprogramma TOF 2017 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding Onderwijskwaliteit eerst Studiesucces 2 Keuzeruimte 3 Verengelsing van het onderwijs 4 Interdisciplinariteit en brede opleidingen 4 Diversiteit

Nadere informatie

samenvatting 1. Context, opdracht en aanpak

samenvatting 1. Context, opdracht en aanpak samenvatting 1. Context, opdracht en aanpak In de afgelopen jaren zijn steeds meer opleidingen in het Nederlands hoger onderwijs geheel of gedeeltelijk Engelstalig geworden. Deze ontwikkeling is het sterkst

Nadere informatie

Voorlichtingsdag Bedrijfskunde. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde

Voorlichtingsdag Bedrijfskunde. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Voorlichtingsdag Bedrijfskunde Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde PROGRAMMA Bedrijfskunde@VU: hoe, wat en waarom? Prof. dr. W.E.H. Dullaert, Opleidingsdirecteur bachelor bedrijfskunde

Nadere informatie

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015 Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze

Nadere informatie

College van Bestuur Lijst Calimero Dagtekening: 17 december 2014 Notitie Studeren in het buitenland

College van Bestuur Lijst Calimero Dagtekening: 17 december 2014 Notitie Studeren in het buitenland Adresgegevens Oude Kijk in t Jatstraat 39 9712 EB GRONINGEN E: contact@lijstcalimero.nl I: www.lijstcalimero.nl KvK Groningen 50004271 ING Bank NV 5061564 Aan: College van Bestuur Van: Lijst Calimero Dagtekening:

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel

Nadere informatie

Excellentietraject TUA

Excellentietraject TUA Excellentietraject TUA 1. Visie op excellentie De TUA ziet het als haar missie om naast het opleiden van predikanten en theologen ook haar kennis te verbreden en te delen. Zij doet dat door middel van

Nadere informatie

Pedagogische Wetenschappen

Pedagogische Wetenschappen Pedagogische Wetenschappen Bachelordag Universiteit van Amsterdam dr. Machteld Hoeve Sabine Nijbroek Geke Meessen, MSc. Zaterdag 18 maart 2017 Programma Welkomstwoord Minicollege door dr. Machteld Hoeve

Nadere informatie

Tienpuntenlijst #1 Investeer in goede weblectures bij alle hoorcolleges. #2 Betere communicatie: tijd voor de RU-app

Tienpuntenlijst #1 Investeer in goede weblectures bij alle hoorcolleges. #2 Betere communicatie: tijd voor de RU-app Tienpuntenlijst 2015 #1 Investeer in goede weblectures bij alle hoorcolleges #2 Betere communicatie: tijd voor de RU-app #3 Investeer in meer specialisatie in de master #4 Gemakkelijker studeren in het

Nadere informatie

Verkiezingsprogramma Universiteitsraad

Verkiezingsprogramma Universiteitsraad Verkiezingsprogramma Universiteitsraad 2018-2019 Ondernemende Studenten Leiden Meer ruimte voor zelfontplooiing Meer ruimte voor stages in het curriculum. Meer plekken om te studeren in het buitenland.

Nadere informatie

Studiehandleiding Taal en diversiteit

Studiehandleiding Taal en diversiteit Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding Taal en diversiteit (studiegidsnummer 70720219DY) Jaar 2 Semester

Nadere informatie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 12 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Handreiking voor specifieke invulling van de standaarden

Nadere informatie

Aan: College van Bestuur Van: Lijst Calimero Dagtekening: 29 oktober 2014 Betreft: Notitie Student-assistenten. Inhoudsopgave

Aan: College van Bestuur Van: Lijst Calimero Dagtekening: 29 oktober 2014 Betreft: Notitie Student-assistenten. Inhoudsopgave Adresgegevens Oude Kijk in t Jatstraat 39 9712 EB GRONINGEN E: contact@lijstcalimero.nl I: www.lijstcalimero.nl KvK Groningen 50004271 ING Bank NV 5061564 Aan: College van Bestuur Van: Lijst Calimero Dagtekening:

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE DUALE PROGRAMMA NEDERLANDS ALS TWEEDE TAAL FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE DUALE PROGRAMMA NEDERLANDS ALS TWEEDE TAAL FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE DUALE MASTEROPLEIDING TAALWETENSCHAPPEN 90 EC PROGRAMMA NEDERLANDS ALS TWEEDE TAAL FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2015-201 Deel

Nadere informatie

Reglement Bachelorscriptie Geschiedenis Vastgesteld op 1-9-2015, verbeterd en goedgekeurd door de examencommissie op 10-9- 2015

Reglement Bachelorscriptie Geschiedenis Vastgesteld op 1-9-2015, verbeterd en goedgekeurd door de examencommissie op 10-9- 2015 Faculteit der Geesteswetenschappen Afdeling Geschiedenis, Europese studies en Religiewetenschappen Spuistraat 134 1012 VB Amsterdam Datum 10-9-2015 Contactpersoon J.J.B.Turpijn@uva.nl Bijlagen Beoordelingsformulier

Nadere informatie

Reactie bachelor OER

Reactie bachelor OER Spuistraat 134 1012 VB Amsterdam (020) 525 3278 fgw@studentenraad.nl studentenraad.nl/fgw Reactie bachelor OER 2015-2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Artikel 3: Inrichting opleiding... 2 3.1 Indeling

Nadere informatie

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 DE MASTEROPLEIDING BIOMEDICAL

Nadere informatie

Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+

Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+ Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+ juli 2014 ingangsdatum 1 september 2014 Algemeen Het verplichte keuzeonderwijs beslaat 10 ec in studiejaar 2 (keuzevakken) en 10

Nadere informatie

Vernieuwing masterfase UU Inputsessies met studenten. Sessie 3 Keuzemogelijkheden en interdisciplinariteit

Vernieuwing masterfase UU Inputsessies met studenten. Sessie 3 Keuzemogelijkheden en interdisciplinariteit Vernieuwing masterfase UU Inputsessies met studenten Sessie 3 Keuzemogelijkheden en interdisciplinariteit Resultaten van inputsessie 10 juni 2014 Introductie Deze PowerPoint bevat de resultaten van de

Nadere informatie

Het hoger onderwijs verandert

Het hoger onderwijs verandert achelor & master Sinds september 2004 is de hele structuur van het hoger onderwijs veranderd. Die nieuwe structuur werd tegelijkertijd ingevoerd in andere Europese landen. Zo sluiten opleidingen in Vlaanderen

Nadere informatie

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY) Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

Nadere informatie

Bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 4 november 2011 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 3 Procedure 6 pagina 2 1 Inleiding Instellingsbesturen kunnen voor opleidingen met kleinschalig,

Nadere informatie

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf Format samenvatting aanvraag Opmerking vooraf Mocht u de voorkeur geven aan openbaarmaking van de gehele aanvraag in plaats van uitsluitend onderstaande samenvatting dan kunt u dat kenbaar maken bij het

Nadere informatie

Verder studer e n. Zoek de zeven verschillen: bachelor en master

Verder studer e n. Zoek de zeven verschillen: bachelor en master Verder studer e n Zoek de zeven verschillen: bachelor en master Alles over bachelors en masters Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Beleidsdomein Onderwijs Vorming www.hogeronderwijsregister.be Awel,

Nadere informatie

De JB heeft binnen de UvA twee belangrijke partners: a. De Faculteit b. de UB

De JB heeft binnen de UvA twee belangrijke partners: a. De Faculteit b. de UB Meerjarenplan 2014-2016 Juridische Bibliotheek In 2016 zal de JB met de Faculteit naar het Roeterseiland verhuizen. Dit meerjarenplan beperkt en richt zich op de periode dat we ons enerzijds voorbereiden

Nadere informatie

Verkiezingsprogramma 2015-2016

Verkiezingsprogramma 2015-2016 Verkiezingsprogramma 2015-2016 Waarom stem ik AKKUraatd? ÀKKUraatd wil het volgende bereiken: Engelse taalvaardigheid van docenten op C1-niveau Campusbreed Radboud-ontbijt en -lunch Een uitbreiding van

Nadere informatie

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelor Programma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelor Programma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelor Programma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2016-2017 Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel

Nadere informatie

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3 Faculteit Geesteswetenschappen BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3 Onderstaand formulier betreft de beoordeling van het stageverslag en het onderzoeksverslag. Deze wordt door de begeleidende

Nadere informatie

Voorlichting Econometrie & Operationele Research. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde

Voorlichting Econometrie & Operationele Research. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Voorlichting Econometrie & Operationele Research Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Vier bacheloropleidingen Bedrijfskunde Econometrie & Operationele Research Economie en Bedrijfseconomie

Nadere informatie

Public Administration Arbeidsmarkt

Public Administration Arbeidsmarkt Public Administration Maar liefst 33 masters staan voor je klaar als je je bachelor politicologie, bestuurskunde of internationale betrekkingen hebt gehaald. Maak daar maar eens een keuze uit. Ga je voor

Nadere informatie

Vereisten aan onderwijsprogramma s van de Faculteit der Geesteswetenschappen

Vereisten aan onderwijsprogramma s van de Faculteit der Geesteswetenschappen Vereisten aan onderwijsprogramma s van de Faculteit der Geesteswetenschappen Voor alle onderwijsprogramma s De cursussen hebben een omvang van 5 of 10 ec. In masteropleidingen hebben cursussen met een

Nadere informatie

Aanvraag beoordeling macrodoelmatigheid International Bachelor of Bioscience. Leiden, 17 januari 2017

Aanvraag beoordeling macrodoelmatigheid International Bachelor of Bioscience. Leiden, 17 januari 2017 Aanvraag beoordeling macrodoelmatigheid International Bachelor of Bioscience Leiden, 17 januari 2017 Samenvatting aanvraag Algemeen Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing is): Naam instelling Contactpersoon/contactpersonen

Nadere informatie

Indeling hoger onderwijs

Indeling hoger onderwijs achelor & master Sinds enkele jaren is de structuur van het hoger onderwijs in België afgestemd op die van andere Europese landen. Hierdoor kan je makkelijker switchen tussen hogescholen en universiteiten

Nadere informatie

Economie en Bedrijfseconomie. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde

Economie en Bedrijfseconomie. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Economie en Bedrijfseconomie Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde ( FEWEB) Opbouw van studie door prof. dr. Henri de Groot (programmadirecteur)

Nadere informatie

Strategisch sturen in stedelijke gebiedsontwikkeling MCD. master city developer

Strategisch sturen in stedelijke gebiedsontwikkeling MCD. master city developer Strategisch sturen in stedelijke gebiedsontwikkeling MCD master city developer Ontwikkel een eigen visie Werk je in stedelijke gebiedsontwikkeling of herstructurering dan is de MCD opleiding voor jou een

Nadere informatie

LSVb visie op Decentrale Toelating

LSVb visie op Decentrale Toelating LSVb visie op Decentrale Toelating Dit is een uitgave van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden naar: lsvb@lsvb.nl Landelijke Studentenvakbond Postbus

Nadere informatie

HANDBOEK ONDERWIJSKWALITEIT HONOURSPROGRAMMA. Versie 2015

HANDBOEK ONDERWIJSKWALITEIT HONOURSPROGRAMMA. Versie 2015 HANDBOEK ONDERWIJSKWALITEIT HONOURSPROGRAMMA Versie 2015 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 2 Inleiding... 3 1.1 VU-UvA samenwerking... 4 2 Doelstelling, betrokkenen en taken... 5 2.1 Doelstelling... 5 2.2

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling Master deel A,

Onderwijs- en Examenregeling Master deel A, Spuistraat 134 1012 VB Amsterdam (020) 525 3278 fgw@studentenraad.nl studentenraad.nl/fgw Onderwijs- en Examenregeling Master deel A, 2017-2018 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Inleiding... 2 1. Algemene

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE MASTEROPLEIDING FILOSOFIE 120 EC (WIJSBEGEERTE VAN EEN BEPAALD WETENSCHAPSGEBIED) FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2016-2017 Deel

Nadere informatie

Enquête over beleid en praktijk van instructies in Informatievaardigheden in Nederlandse universiteiten

Enquête over beleid en praktijk van instructies in Informatievaardigheden in Nederlandse universiteiten Enquête over beleid en praktijk van instructies in Informatievaardigheden in Nederlandse universiteiten Subgroep Informatievaardigheden van de UKB werkgroep Learning Spaces Anneke Dirkx (UL) Marjolein

Nadere informatie

Communicatiewetenschap. Voor hbo-doorstromers

Communicatiewetenschap. Voor hbo-doorstromers Communicatiewetenschap Voor hbo-doorstromers Olga Boekhoorn MSc Studieadviseur (verkorte) bachelor Programma Een wo-master na een hbo-opleiding: wat zijn de mogelijkheden? Waarom een wetenschappelijke

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE MASTEROPLEIDING MIDDEN-OOSTEN STUDIES FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2016-2017 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen

Nadere informatie

BIJ DIE WERELD WIL IK HOREN! HANS ROMKEMA 3 MAART 2010, DEN HAAG

BIJ DIE WERELD WIL IK HOREN! HANS ROMKEMA 3 MAART 2010, DEN HAAG BIJ DIE WERELD WIL IK HOREN! HANS ROMKEMA 3 MAART 2010, DEN HAAG STUDENTEN DOEN UITSPRAKEN OVER DE ACADEMISCHE WERELD, HET VAKGEBIED EN HET BEROEPENVELD.. onderzoek niet zo saai als ik dacht werken in

Nadere informatie

Richtlijn beoordeling onderzoeksmasters vanaf 1 september 2015. 23 april 2015

Richtlijn beoordeling onderzoeksmasters vanaf 1 september 2015. 23 april 2015 Richtlijn beoordeling onderzoeksmasters vanaf 1 september 2015 23 april 2015 Parkstraat 28 Postbus 85498 2508 CD Den Haag P.O. Box 85498 2508 CD The Hague The Netherlands T +31 (0)70 312 2300 info@nvao.net

Nadere informatie

PROFIEL. Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool

PROFIEL. Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool PROFIEL Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool 1. De organisatie Dit profiel wordt gebruikt om potentiële kandidaten in het kort te informeren over de functie Adviseur Onderwijs, HAS Hogeschool en haar context.

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE RESEARCH MASTER FILOSOFIE FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE RESEARCH MASTER FILOSOFIE FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE RESEARCH MASTER FILOSOFIE FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2015-2016 Deel B: Opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel

Nadere informatie

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN OPLEIDINGSCOMMISSIE BINNEN DE Faculteit XXX (NAAM INVULLEN) OC XXX (naam OC invullen)

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN OPLEIDINGSCOMMISSIE BINNEN DE Faculteit XXX (NAAM INVULLEN) OC XXX (naam OC invullen) HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN OPLEIDINGSCOMMISSIE BINNEN DE Faculteit XXX (NAAM INVULLEN) OC XXX (naam OC invullen) Artikel 1 Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: faculteitsreglement:

Nadere informatie

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR 2015-2016 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Biologie Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Natuurkunde Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Scheikunde

Nadere informatie

Archeologie in Amsterdam

Archeologie in Amsterdam Archeologie in Amsterdam Archeologie is de studie van samenlevingen, culturen en landschappen door de tijd heen. Fysieke resten van het verleden komen tevoorschijn bij opgravingen, maar worden ook bestudeerd

Nadere informatie

Communicatiewetenschap. Voor hbo-doorstromers

Communicatiewetenschap. Voor hbo-doorstromers Communicatiewetenschap Voor hbo-doorstromers Drs. Hester Morssink Studieadviseur (verkorte) bachelor Programma Een wo-master na een hbo-opleiding: wat zijn de mogelijkheden? Waarom een wetenschappelijke

Nadere informatie

Flexstuderen FAQ voor studenten

Flexstuderen FAQ voor studenten Flexstuderen FAQ voor studenten 1. Wat is flexstuderen? Het experiment flexstuderen geeft jou als voltijds student hoger onderwijs de mogelijkheid om alleen collegegeld te betalen voor de vakken die jij

Nadere informatie

1. Mobiliteitscoach, van idee tot project: Inleiding

1. Mobiliteitscoach, van idee tot project: Inleiding 1. Mobiliteitscoach, van idee tot project: Inleiding De afsluitende bijeenkomst van het Leonardo-project Key to Mobility vond plaats in september 2011. Het resultaat van het project was een trainingscursus

Nadere informatie

Ontwerpkaders: Onderwijs. Versie 1.0/november 2016

Ontwerpkaders: Onderwijs. Versie 1.0/november 2016 Ontwerpkaders: Onderwijs Versie 1.0/november 2016 1 Flexibel onderwijs Flexibel Onderwijs kenmerkt zich door tijd, plaats en tempo-onafhankelijk studeren. De route is individueel en past bij de uitgangssituatie

Nadere informatie

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2016-2017 Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel

Nadere informatie

Mechanica 8 Wb1217 Sterkteleer 2 3 2 Wb1216-06 Dynamica 2 3 4 Wb1218-07 Niet Lin. Mechanica 2 3. Projecten 6 Project 6 doorlopend Totaal 41

Mechanica 8 Wb1217 Sterkteleer 2 3 2 Wb1216-06 Dynamica 2 3 4 Wb1218-07 Niet Lin. Mechanica 2 3. Projecten 6 Project 6 doorlopend Totaal 41 Schakelprogramma t.b.v. instroom van studenten van de HBO-bacheloropleiding Werktuigbouwkunde in de TU Delft masteropleiding Mechanical Engineering en daaraan gerelateerde masteropleidingen: Biomedical

Nadere informatie

Geen instemming met de OER van ACASA, deel A

Geen instemming met de OER van ACASA, deel A Dhr. prof. dr. F.P. Weerman Kloverniersburgwal 48 1012 CX Amsterdam Spuistraat 134 1012 VB Amsterdam (020) 525 3278 fsr-fgw@uva.nl studentenraad.nl/fgw Datum 31 oktober 2017 Ons kenmerk 17fgw039 Contactpersoon

Nadere informatie

forum beroepsonderwijs. DEC 6 dilemma s pittige discussies constructieve uitkomsten én hilarische momenten 1 oktober 2015 @THNK

forum beroepsonderwijs. DEC 6 dilemma s pittige discussies constructieve uitkomsten én hilarische momenten 1 oktober 2015 @THNK forum beroepsonderwijs 1 oktober 2015 @THNK Vindt u ook wat van het beroepsonderwijs? Praat mee! De volgende bijeenkomst vindt plaats op: n e x t DEC 3 Terugblik op het eerste Forum op 1 oktober met als

Nadere informatie

FRAUDE EN PLAGIAAT REGELING STUDENTEN UvA. Vastgesteld door het College van Bestuur in 2008, laatstelijk gewijzigd mei 2010.

FRAUDE EN PLAGIAAT REGELING STUDENTEN UvA. Vastgesteld door het College van Bestuur in 2008, laatstelijk gewijzigd mei 2010. FRAUDE EN PLAGIAAT REGELING STUDENTEN UvA Vastgesteld door het College van Bestuur in 2008, laatstelijk gewijzigd mei 2010. Artikel 1 Definities 1. Onder fraude en plagiaat wordt verstaan het handelen

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel

Nadere informatie

Visiedocument FSR FNWI

Visiedocument FSR FNWI Visiedocument Jan Martens (Voorzitter) Rachel Mijdam (Vicevoorzitter) Luc van Keulen (Secretaris) Beate Stevens (Algemeen lid) Stijn van Uffelen (Algemeen lid) Ahmed Avci (Algemeen lid) Voorwoord Voor

Nadere informatie

Universiteit van Amsterdam FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA

Universiteit van Amsterdam FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA Universiteit van Amsterdam FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Voor de Bacheloropleidingen Bio-exact Natuurkunde en Sterrenkunde, Scheikunde, Wiskunde

Nadere informatie

Doorstroom HBO- WO: stimuleren of afremmen? Wilfred Diekmann, HvA Saskia Swart, HvA Johan Post, UvA

Doorstroom HBO- WO: stimuleren of afremmen? Wilfred Diekmann, HvA Saskia Swart, HvA Johan Post, UvA Doorstroom HBO- WO: stimuleren of afremmen? Wilfred Diekmann, HvA Saskia Swart, HvA Johan Post, UvA Opbouw inleiding Toenemende populariteit doorstroom Vrees voor kwaliteit HO bij soepele doorstroom vanuit

Nadere informatie

Bachelor-Master: Oude wijn in nieuwe zakken? Of: Toch een vernieuwing?

Bachelor-Master: Oude wijn in nieuwe zakken? Of: Toch een vernieuwing? Bachelor-Master: Oude wijn in nieuwe zakken? Of: Toch een vernieuwing? Adri Vermeer Het laatste jaar is de onderwijskundige discussie - bij ons in Utrecht althans - beheerst, zelfs overheerst door de invoering

Nadere informatie

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Decretale context De aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- of masteropleiding

Nadere informatie

Handleiding Honours Programma Wiskunde

Handleiding Honours Programma Wiskunde Handleiding Honours Programma Wiskunde Deze handleiding beschrijft inhoud en organisatie van het honours programma (HP) van de bacheloropleiding Wiskunde en Wiskunde en Toepassingen aan de Universiteit

Nadere informatie

Voor intern gebruik bij een opleiding wordt gerapporteerd over alle stellingen, vragen, toelichtingen enz.

Voor intern gebruik bij een opleiding wordt gerapporteerd over alle stellingen, vragen, toelichtingen enz. Standaardisatie en formulering stellingen en vragen voor module evaluaties VHL versie 27 maart 2011 Inleiding In het voorjaar van 2010 is het project Standaardiseren module evaluaties VHL breed o.l.v.

Nadere informatie

Geachte Decaan, beste Frank,

Geachte Decaan, beste Frank, Aan Prof. dr. F.P.I.M. van Vree Spuistraat 210 1021 VT Amsterdam Spuistraat 134 1012 VB Amsterdam (020) 525 3278 fsr-fgw@uva.nl studentenraad.nl/fgw Datum 5 februari 2014 Ons kenmerk 20140205-RvdH-003

Nadere informatie

Archeologie in Amsterdam

Archeologie in Amsterdam Archeologie in Amsterdam Archeologie is de studie van samenlevingen, culturen en landschappen door de tijd heen. Fysieke resten van het verleden komen tevoorschijn bij opgravingen, maar worden ook bestudeerd

Nadere informatie

Communicatiewetenschap. Voor hbo-doorstromers

Communicatiewetenschap. Voor hbo-doorstromers Communicatiewetenschap Voor hbo-doorstromers Anke Koopmann MSc Studieadviseur Communicatiewetenschap (verkorte) bachelor Programma Een wo-master na een hbo-opleiding: wat zijn de mogelijkheden? Waarom

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Spaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Spaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen [66810] Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Spaanse taal en cultuur Paragraaf 1 Algemene bepalingen art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs

Nadere informatie

Neerlandistiek CROHO 60849

Neerlandistiek CROHO 60849 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Eamenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding CROHO 60849 voor het studiejaar 2017-2018 Inhoud: 1. Algemene bepalingen 2. Toelating 3. Inhoud en inrichting van de opleiding

Nadere informatie

De OER in gewoon Nederlands

De OER in gewoon Nederlands De OER in gewoon Nederlands Een samenvatting van de hoofdpunten van de Onderwijs- en Examenregeling (OER) 2018-2019 Bachelor Pedagogische wetenschappen en Bachelor Onderwijswetenschappen College of Child

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Dramaturgie. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Dramaturgie. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling [60717] Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Dramaturgie Paragraaf 1 Algemene bepalingen art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en

Nadere informatie

: Afstudeerproject BSc KI : Bachelor Kunstmatige Intelligentie Studiejaar, Semester, Periode : semester 2, periode 5 en 6

: Afstudeerproject BSc KI : Bachelor Kunstmatige Intelligentie Studiejaar, Semester, Periode : semester 2, periode 5 en 6 Studiewijzer BACHELOR OPLEIDING KUNSTMATIGE INTELLIGENTIE Vak : Afstudeerproject BSc KI Opleiding : Bachelor Kunstmatige Intelligentie Studiejaar, Semester, Periode : 2015-2016 semester 2, periode 5 en

Nadere informatie

Kwaliteit van Toetsen. Dr C.G.Groot

Kwaliteit van Toetsen. Dr C.G.Groot Kwaliteit van Toetsen Dr C.G.Groot Er was eens. - Vragen niet correct - Toets geen afspiegeling van de stof - Procedures onduidelijk - Mondeling (in dit geval) niet objectief 2 Wettelijk kader - Wet op

Nadere informatie

[60738] Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Islam in de moderne wereld. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

[60738] Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Islam in de moderne wereld. Paragraaf 1 Algemene bepalingen [60738] Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Islam in de moderne wereld Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 - Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing

Nadere informatie

Faculteit der Geesteswetenschappen. Stagereglement masteropleidingen

Faculteit der Geesteswetenschappen. Stagereglement masteropleidingen Faculteit der Geesteswetenschappen Stagereglement masteropleidingen Inhoud Inleiding...3 Verantwoordelijkheid en taakverdeling...3 Aantal studiepunten...3 Plaats in de opleiding...3 Leerdoelen...3 Soort

Nadere informatie

Docent van het Jaar verkiezing 2018

Docent van het Jaar verkiezing 2018 1 Voorwoord Al vele jaren organiseren de ASVA studentenunie en de CSR de Docent van het Jaar verkiezing. Tijdens deze verkiezing wordt er extra aandacht gevestigd op goed docentschap en het daarmee samenhangende

Nadere informatie

Professionele Masters. Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters

Professionele Masters. Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters Professionele Masters Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters Professionele Masters Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters Inhoud 5 Voorwoord 7 Inleiding 8 Professionele

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Journalistiek. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Journalistiek. Paragraaf 1 Algemene bepalingen. art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling [60628] Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Journalistiek Paragraaf 1 Algemene bepalingen art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs en

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling 2005-2006 Masteropleiding Italiaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling 2005-2006 Masteropleiding Italiaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen [66809] Onderwijs- en examenregeling 2005-2006 Masteropleiding Italiaanse taal en cultuur Paragraaf 1 Algemene bepalingen art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het

Nadere informatie

KADER TOELATING MASTER

KADER TOELATING MASTER KADER TOELATING MASTER Ten behoeve van het BO MOCW op 27 september 2018 Waarom een kader? Het is vanzelfsprekend dat opleidingen toelatingseisen hanteren. Kwalitatieve toelatingseisen geven immers aan

Nadere informatie