RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 september 2002 (10.10) (OR. en) 12269/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0179 (COD) AGRILEG 177 CODEC 1140
|
|
- Cecilia van der Velde
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 september 2002 (10.10) (OR. en) 12269/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0179 (COD) AGRILEG 177 CODEC 1140 RESULTAAT BESPREKINGEN van: de Groep veterinaire deskundigen (volksgezondheid) d.d.: 3 en 4 september 2002 nr. vorig doc.: 11100/02 nr. Comv.: 10427/00 - COM(2000) 438 def. Betreft: Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong I. INLEIDING Dit document bevat een samenvatting van de belangrijkste vraagstukken die na de recente besprekingen van de Groep veterinaire deskundigen (volksgezondheid), in het bijzonder die van 3 en 4 september, onopgelost zijn gebleven. Het schetst ook de strategie die het voorzitterschap voorstelt om deze kwesties op te lossen. In de bijlage staan de wijzigingen en aanvullingen die het voorzitterschap voor de in document 11100/02 vervatte ontwerp-verordening voorstelt /02 gys/yen/td 1 DG B/I NL
2 II. KLEINHANDEL De meeste delegaties zijn het erover eens dat met artikel 1, lid 4, van de ontwerp-verordening het juiste evenwicht is gevonden. Het bevat het algemeen principe dat de verordening niet van toepassing is op kleinhandelszaken. Aangezien de definitie van "kleinhandel" evenwel ook groothandelsactiviteiten omvat, zal verduidelijkt worden dat de verordening van toepassing is op de handel tussen kleinhandelszaken. Er zal ook voorzien worden in flexibiliteit voor bepaalde specifieke omstandigheden. Sommige delegaties voeren evenwel aan dat voor bedrijven die dezelfde activiteiten uitvoeren, dezelfde regels moeten gelden. De Groep wees erop dat kleinhandelszaken die alleen aan de eindverbruiker leveren meestal plaatselijk handel drijven en dus in het algemeen niet bij de intracommunautaire handel betrokken zijn. Ofschoon het dienstig is voorschriften voor uitsnijderijen in de communautaire wetgeving op te nemen, kunnen soortgelijke in kleinhandselzaken uitgevoerde snijhandelingen beter door de nationale wetgeving geregeld worden. Het voorzitterschap stelt daarom voor aan artikel 1 een nieuwe bepaling toe te voegen om te verduidelijken dat de lidstaten het toepassingsbereik van de verordening via de nationale wetgeving kunnen uitbreiden. III. VRIJ WILD De Groep heeft de herziene tekst van document 11100/02 besproken. Voor sommige delegaties blijven er twee bezwaren. Het eerste bezwaar betreft het toepassingsgebied van de opleidingseisen. Het tweede houdt verband met de vraag welke ingewanden samen met het grof vrij wild naar de wildbewerkingsinrichting gebracht moeten worden. Het voorzitterschap stelt ter verduidelijking van de betrokken bepalingen een nieuwe formulering voor /02 gys/yen/td 2 DG B/I NL
3 IV. HACCP-PROCEDURES Het verordeningsvoorstel betreffende officiële controles bepaalt dat officiële dierenartsen de HACCP-procedures van exploitanten van een levensmiddelenbedrijf dienen te controleren. De Groep heeft evenwel geconstateerd dat een groot deel van de relevante passages eerder de verplichtingen van exploitanten van een levensmiddelenbedrijf betreffen dan die van de officiële dierenarts. Het voorzitterschap stelt derhalve voor die verplichtingen over te brengen naar de verordening houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong. V. GEGEVENS OVER DE VOEDSELKETEN De ontwerp-verordening inzake levensmiddelenhygiëne zal primaire producenten verplichten een register bij te houden en de relevante informatie daarin desgevraagd ter beschikking te stellen van de ontvangende exploitanten van levensmiddelenbedrijven. Het verordeningsvoorstel betreffende officiële controles bevat bepalingen in verband met de toetsing van deze informatie. De Groep is het erover eens dat er in de informatieketen een schakel ontbreekt. De verordening houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong moet verplichtingen bevatten voor de exploitanten van slachthuizen, om ervoor te zorgen dat zij die informatie opvragen, ontvangen, gebruiken en aan de officiële dierenarts doorgeven. Het voorzitterschap stelt voor aan de bijlagen van de verordening een nieuwe sectie met die verplichtingen toe te voegen. Een aantal van die bepalingen komt voor in het Commissievoorstel voor een verordening inzake officiële controles /02 gys/yen/td 3 DG B/I NL
4 VI. GEHAKT VLEES Gehakt vlees is het product van dierlijke oorsprong waarvoor het uiterst moeilijk lijkt gemeenschappelijke regels voor de intracommunautaire handel vast te stellen. Verscheidene delegaties vinden de door de Commissie voorgestelde regels te strikt. Zij voeren aan dat de regels het in de handel brengen van bepaalde traditionele producten zullen verhinderen om redenen die verband houden met voedselkwaliteit in plaats van met voedselhygiëne. Volgens verscheidene andere delegaties laten de voorstellen van de Commissie te veel ruimte, aangezien op grond daarvan de intracommunautaire handel in alle soorten gehakt vlees mogelijk zal zijn. Zij willen nationale verboden op bepaalde soorten gehakt vlees kunnen handhaven. Het voorzitterschap stelt voor de regels voor gehakt vlees enigszins te vereenvoudigen, zodat zij vanuit het oogpunt van de levensmiddelenhygiëne te rechtvaardigen zijn. De delegaties komen overeen dat er in de verordening betreffende specifieke hygiënevoorschriften en in die betreffende algemene hygiënevoorschriften niet naar het concept van "plaatselijke " of "nationale" markt verwezen wordt. In de Gemeenschapswetgeving is een aantal microbiologische criteria voor gehakt vlees vastgesteld. Zolang daaraan is voldaan, ziet het voorzitterschap geen redenen uit oogpunt van gezondheid om specifieke soorten gehakt vlees te verbieden. Volgens het voorzitterschap is het feit dat lidstaten specifieke soorten gehakt vlees op hun binnenlandse markten willen kunnen verbieden, ook als dat aan de hygiënevoorschriften voldoet, een politieke kwestie, die het Coreper of de Raad zal moeten oplossen /02 gys/yen/td 4 DG B/I NL
5 VII. SEPARATORVLEES De Groep heeft twee belangrijke punten in verband met separatorvlees besproken. Ten eerste zijn er vele methoden om separatorvlees te produceren. Deze methoden leiden tot producten met tamelijk verschillende eigenschappen. Ten tweede bevat ook de Gemeenschapswetgeving betreffende de etikettering van levensmiddelen en die betreffende overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE's) voorschriften inzake separatorvlees. Het voorzitterschap stelt voor in bijlage I van de verordening een algemene definitie van separatorvlees op te nemen. De definitie moet voldoende soepel zijn om rekening te houden met verdere technologische ontwikkelingen (men is het er evenwel over eens dat bijlage I niet middels de comitologie gewijzigd mag kunnen worden). Het volstaat dat met de definitie separatorvlees onderscheiden kan worden van gehakt vlees (dat verkregen is van uitgebeend vlees) en van separatorvlees dat het resultaat is van mechanisch snijden (dat niet in kleine stukken is gehakt). Het voorzitterschap stelt ook voor in bijlage II verschillende voorschriften voor de productie en het gebruik van de verschillende soorten separatorvlees op te nemen, gebaseerd op het calciumgehalte. Separatorvlees dat met "zachte" methoden verkregen is, heeft hetzelfde calciumgehalte als gehakt vlees. Uit de wetenschappelijke literatuur blijkt dat van onder hogere druk verkregen separatorvlees het calciumgehalte meer dan 700 ppm voor pluimvee en 1000 ppm voor andere diersoorten bedraagt (gemeten op de droge stof). Het voorzitterschap stelt voor in de verordening geen cijfermateriaal op te nemen. De Commissie zou kunnen voorstellen die middels de comitologie vast te stellen. Wat de etikettering betreft stelt het voorzitterschap voor in de verordening betreffende hygiënevoorschriften regels op te nemen die de voedselhygiëne moeten waarborgen. Na aanneming van de verordening zal de Commissie in overweging kunnen nemen of het nodig is de wetgeving betreffende levensmiddelenetikettering via de comitologie aan te passen. Het Europees Parlement stelt voor het gebruik van grondstoffen van herkauwers voor de productie van separatorvlees bij de verordening te verbieden, vermoedelijk wegens het risico van verspreiding van TSE's. Het voorzitterschap geeft de Raad in overweging dit deel van de desbetreffende wijziging niet over te nemen. Maatregelen om de verspreiding van TSE's te voorkomen, dienen in het kader van de TSE-verordening vastgesteld te worden. De Commissie zal die voorschriften permanent evalueren en zal, waar nodig of passend, in het licht van nieuw wetenschappelijk advies wijzigingen voorstellen /02 gys/yen/td 5 DG B/I NL
6 VIII. COLLAGEEN EN KROKODILLENVLEES De Groep was het erover eens dat het passend zou zijn te overwegen voorschriften betreffende collageen en krokodillenvlees in de ontwerp-verordening op te nemen. Hoewel sommige delegaties geen bezwaar maken tegen het gebruik van de comitologieprocedure voor de aanpassing van technische voorschriften, zijn andere delegaties van oordeel dat de Raad en het Europees Parlement hun instemming moeten verlenen voordat geheel nieuwe secties voor nieuwe producten toegevoegd worden. Het voorzitterschap geeft nieuwe ontwerp-secties ter overweging. De voorschriften voor collageen zijn afgeleid van de voorschriften die in Richtlijn 92/118/EEG opgenomen zullen worden, en zijn van toepassing vanaf 30 januari Telkens als de voorschriften voor beide producten dezelfde zijn, is de formulering evenwel afgestemd op die welke voor gelatine is overeengekomen. IX. OVERIGE VRAAGSTUKKEN De Groep bereikte overeenstemming over een aantal wijzigingen in de ontwerp-verordening; de meeste daarvan zijn van redactionele aard. Zij zullen in de volgende geconsolideerde tekst van de verordening opgenomen worden /02 gys/yen/td 6 DG B/I NL
7 BIJLAGE VOORSTELLEN VAN HET VOORZITTERSCHAP TOT WIJZIGING EN AANVULLING VAN DE VERORDENING HOUDENDE VASTSTELLING VAN SPECIFIEKE HYGIËNEVOORSCHRIFTEN VOOR LEVENSMIDDELEN VAN DIERLIJKE OORSPRONG In deze bijlage staan de wijzigingen en aanvullingen die het voorzitterschap voor de in document 11100/02 vervatte ontwerp-verordening voorstelt (vetgedrukt en cursief). Artikel 1, lid 4 4. a) Tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald, is deze verordening niet van toepassing op de kleinhandel. b) Zij is echter wèl van toepassing op in kleinhandelszaken verrichte handelingen met het oog op de levering van [onverwerkte] producten aan andere kleinhandelszaken, tenzij: i) die handelingen zich beperken tot opslag of vervoer; of ii) de levering overeenkomstig het nationaal recht een marginale, plaatselijke en beperkte activiteit is. c) Een lidstaat kan voor de toepassing van deze verordening nationale maatregelen treffen ten aanzien van op zijn grondgebied gevestigde kleinhandelszaken waarvoor deze verordening krachtens de punten a) en b) niet zou gelden. Bijlage I 1.8 bis "Krokodillenvlees: alle eetbare delen van dieren van de krokodil- of alligatorfamilie "Separatorvlees": het product dat wordt verkregen door vlees dat nog aan de beenderen of de pluimveekarkassen vastzit daarvan mechanisch te scheiden met mechanische middelen die het vlees in kleine stukken hakken Vleesbereidingen: vers vlees, met inbegrip van vlees dat in kleine stukken is gehakt, waaraan levensmiddelen, kruiderijen of additieven zijn toegevoegd of dat een bewerking heeft ondergaan die niet volstaat om de inwendige [cel][weefsel]structuur van het vlees te veranderen en daardoor de kenmerken van vers vlees te doen verdwijnen. 7.6 bis "Collageen": product op basis van eiwitten, dat afkomstig is van dierlijke beenderen, huiden en pezen en geproduceerd is overeenkomstig de desbetreffende voorschriften van deze verordening /02 gys/yen/td 7
8 Bijlage II, secties I Aen I B(nieuw) 1 SECTIE I A: DOELSTELLINGEN VAN DE OP HACCP GEBASEERDE PROCEDURES Exploitanten van een levensmiddelenbedrijf zorgen ervoor dat de procedures die zij hebben ingevoerd in overeenstemming met artikel 5 van Verordening (EG) nr..../... [inzake levensmiddelenhygiëne] aan onderstaande eisen voldoen, alsmede aan alle overige eisen die blijkens de risico-analyse noodzakelijk zijn. 1. Exploitanten van levensmiddelenbedrijven die een slachthuis beheren, zorgen ervoor dat de procedures garanderen dat bij het binnenbrengen in een inrichting elk dier c.q. elke groep dieren, aan de volgende eisen voldoet: a) de dieren zijn naar behoren geïdentificeerd; b) de relevantie informatie van het in sectie I B bedoelde bedrijf van herkomst is bij het binnenbrengen van de dieren aanwezig; c) de dieren komen niet van een bedrijf of een gebied waarvoor met het oog op de gezondheid van mens en dier een verplaatsingsverbod dan wel een andere beperking geldt, tenzij de bevoegde autorditeit daarvoor toestemming gegeven heeft; d) de dieren zijn schoon; e) de dieren zien er gezond uit; en f) de dieren zijn vervoerd en behandeld overeenkomstig de communautaire voorschriften inzake welzijn. 2 [2. Exploitanten van levensmiddelenbedrijven die slachthuizen, uitsnijderijen en wildbewerkingsinrichtingen beheren, zorgen ervoor dat de procedures voorzover mogelijk garanderen dat het vlees: a) voldoet aan de microbiologische criteria die zijn vastgelegd in de communautaire wetgeving; b) niet meer residuen of contaminanten bevat dan de communautaire wetgeving toestaat; e) geen tekenen van fysisch risico, zoals vreemde lichamen, vertoont; 1 2 Deze nieuwe secties en de sectie over identificatiemerken zouden in een nieuwe bijlage opgenomen kunnen worden onder de titel "Algemene voorschriften". Die aanvulling zou het verordeningsvoorstel betreffende officiële controles kunnen vereenvoudigen (doc /02). De lijst is afgeleid van bijlage I, hoofdstuk 1, deel I.1.B, van het verordeningsvoorstel betreffende officiële controles (doc /02) /02 gys/yen/td 8
9 f) geen pathofysiologische afwijkingen of veranderingen vertoont; g) geen sporen van fecaliën of andere verontreiniging vertoont; h) geen gespecificeerd risicomateriaal bevat, tenzij en voorzover de communautaire wetgeving dat toestaat, en in het algemeen geproduceerd is overeenkomstig de toepasselijke communautaire wetgeving inzake overdraagbare spongiforme encefalopathieën; en i) voldoet aan de toepasselijke communautaire bepalingen betreffende traceerbaarheid.] 1 3. Wanneer een van de onder de punten 1 of 2 genoemde eisen niet kan worden nageleefd, moet de exploitant van het levensmiddelenbedrijf de officiële dierenarts daarvan in kennis stellen en passende maatregelen treffen om ervoor te zorgen dat het vlees niet voor menselijke consumptie wordt vrijgegeven. SECTIE IB: GEGEVENS OVER DE VOEDSELKETEN Exploitanten van een levensmiddelenbedrijf die een slachthuis beheren moeten de in deze sectie bedoelde informatie over de voedselketen aangaande alle andere dieren dan vrij wild die naar het slachthuis worden gebracht of daarvoor bestemd zijn naar gelang van het geval opvragen, ontvangen, ontroleren en erop reageren. 1. Exploitanten van slachthuizen mogen geen dieren tot het terrein van het slachthuis toelaten zonder dat zij de relevante informatie inzake voedselveiligheid, die overeenkomstig Verordening (EG) nr..../... [inzake levensmiddelenhygiëne] bijgehouden wordt in de registers van het bedrijf van herkomst, hebben opgevraagd en ontvangen. 2. Exploitanten moeten ten minste 24 uur voordat de dieren bij het slachthuis aankomen, in het bezit zijn van de informatie, uitgezonderd in de in punt 6 genoemde omstandigheden. 3. De informatie moet ten minste de volgende gegevens bevatten: a) de status van het bedrijf van herkomt of de regionale gezondheidsstatus van de dieren; b) de gezondheidsstatus van de dieren; c) de toegediende diergeneesmiddelen of andere behandelingen die de dieren hebben ondergaan, data van toediening of behandeling en wachttijden; d) de aanwezigheid van ziekten die de veiligheid van het vlees in het gedrang kunnen brengen; 1 De lijst is afgeleid van bijlage I, hoofdstuk 1, deel I.1.B, van het verordeningsvoorstel betreffende officiële controles (10987/02). Het voorzitterschap is er niet zeker van of het noodzakelijk is naar de eisen van de communautaire wetgeving te verwijzen /02 gys/yen/td 9
10 e) de resultaten van de analyses van bij de dieren genomen monsters of van andere voor diagnostische doeleinden genomen monsters, met inbegrip van monsters die in het kader van de bewaking en de bestrijding van zoönoses en residuen worden genomen; f) de relevante verslagen van slachthuizen over de resultaten van eerdere keuringen vóór en na het slachten van dieren van hetzelfde bedrijf van herkomst; g) de productiegegevens, wanneer die de aanwezigheid van ziekten aan het licht kunnen brengen; en h) naam en adres van de dierenarts die normaliter de exploitant van het bedrijf van herkomst diensten verleent Exploitanten van een levensmiddelenbedrijf die na de beoordeling van de relevante gegevens over de voedselketen besluiten op het terrein van het slachthuis dieren toe te laten, moeten de officiële dierenarts onmiddellijk en ten minste 24 uur voordat de dieren of de groep dieren bij het slachthuis aankomen/aankomt ( uitgezonderd in de in punt 6 genoemde omstandigheden) een kopie van de gegevens verstrekken. Exploitanten van een levensmiddelenbedrijf dienen voorafgaand aan de keuring vóór het slachten van het betrokken dier de officiële dierenarts in kennis te stellen van alle informatie die kan duiden op een gezondheidsprobleem. 5. Wanneer een dier bij het slachthuis aankomt zonder gegevens over de voedselketen, dient de exploitant onmiddellijk de officiële dierenarts daartoe in kennis te stellen. Het dier mag niet worden geslacht zolang de officiële dierenarts daarvoor geen toestemming heeft gegeven. 6. In de volgende gevallen mogen de gegevens over de voedselketen de dieren vergezellen, en hoeven ze niet uiterlijk 24 uur van tevoren te worden verstrekt: a) varkens, pluimvee of gekweekt wild die in het bedrijf van herkomst een keuring vóór het slachten hebben ondergaan, mits zij vergezeld gaan van een door de dierenarts ondertekend certificaat waarin hij verklaart dat hij de dieren op het bedrijf van herkomst heeft onderzocht en gezond heeft bevonden; b) eenhoevige huisdieren; c) dieren waarbij een noodslachting is uitgevoerd, mits zij vergezeld gaan van een door de dierenarts ondertekende verklaring dat het resultaat van de keuring vóór slachting bevredigend was; en d) runderen, schapen en, geiten, voorzover zij niet rechtstreeks van het bedrijf van herkomst aan het slachthuis geleverd worden. 1 De lijst is afgeleid van bijlage I, hoofdstuk 1, deel I.2.A, van het verordeningsvoorstel betreffende officiële controles (doc /02). Punt c) sluit evenwel aan bij de formulering die gebruikt wordt in de ontwerp-verordening betreffende levensmiddelenhygiëne (doc. 9240/2/02 REV 2). Aan artikel 11 zou een nieuw punt toegevoegd kunnen worden om uitdrukkelijk in de mogelijkheid te voorzien via de comitologieprocedure gedetailleerde voorschriften vast te stellen voor de presentatie en registratie van de gegevens over de voedselketen /02 gys/yen/td 10
11 De exploitanten van slachthuizen dienen de relevante informatie te beoordelen. Indien zij de dieren voor slachting aanvaarden, dienen zij de in de punten a) en c) genoemde documenten aan de officiële dierenarts te overhandigen. De dieren mogen niet geslacht of verder behandeld worden zolang de officiële dierenarts daarvoor geen toestemming heeft gegeven. 7. Exploitanten van een levensmiddelenbedrijf dienen de paspoorten van eenhoevige huisdieren te controleren om zich ervan te vergewissen dat het dier bestemd is om te worden geslacht voor menselijke consumptie. Indien zij het dier voor slachting aanvaarden, dienen zij het paspoort aan de officiële dierenarts te overhandigen. Bijlage II, sectie V, hoofdstuk I 2. Personen die alleen jagen en wanneer in een jachtgezelschap gejaagd wordt ten minste één persoon daarvan, moeten over de in lid 1 bedoelde kennis beschikken. In deze sectie wordt met "gekwalificeerd persoon" naar die persoon verwezen. 2 bis. De gekwalificeerde persoon kan de wildbeheerder of de jachtopziener zijn. Bijlage II, sectie V, hoofdstuk II 4. a) Wanneer tijdens het in lid 2 bedoelde onderzoek geen abnormale kenmerken worden vastgesteld, er vóór het doden geen abnormaal gedrag is geconstateerd en er geen effecten van milieuverontreiniging worden vermoed, moet de gekwalificeerde persoon een genummerde verklaring waarin dit wordt gestaafd aan het gedode dier bevestigen. In die verklaring moeten ook datum, tijdstip en plaats van het doden worden vermeld. In dat geval hoeven de kop en de resterende ingewanden het dode dier niet te vergezellen, tenzij bij voor Trichinella spiralis vatbare soorten (varkens, eenhoevigen en andere dieren), waarvan de kop en het middenrif het dode dier moeten vergezellen. Jagers dienen evenwel te voldoen aan alle eisen die de bevoegde autoriteiten opleggen om overeenkomstig Richtlijn 96/23/EG de bewaking van bepaalde residuen en stoffen te kunnen uitvoeren. Bijlage II, sectie VI, hoofdstuk II 1. De grondstoffen die worden gebruikt bij de vervaardiging van gehakt vlees moeten aan onderstaande eisen voldoen. [ ] a) Zij moeten afkomstig zijn van skeletspieren (met inbegrip van het aanhangend vetweefsel). b) Zij mogen niet afkomstig zijn van: i) snijresten, afsnijdsels, bankvlees (met uitzondering van volledige spieren), separatorvlees of ander vlees met beensplinters of huid; ii) [ ] hoofdvlees (behalve de kauwspieren), het niet-musculaire deel van de linea alba, vlees uit de omgeving van het voorkniegewricht en het spronggewricht, en vleesresten die van de beenderen zijn geschraapt, en de spieren van het middenrif (tenzij het sereus vlies is weggenomen) /02 gys/yen/td 11
12 2. Voor vleesbereidingen bestemd gehakt vlees moet voldoen aan de in punt 1 genoemde voorwaarden, tenzij de vleesbereidingen duidelijk niet bestemd zijn om te worden geconsumeerd zonder eerst een hittebehandeling te hebben ondergaan. 3. De grondstoffen die worden gebruikt bij de bereiding van separatorvlees moeten aan onderstaande eisen voldoen. a) Zij moeten voldoen aan de voorschriften voor vers vlees; [ ] b) De volgende grondstoffen mogen bij de productie van separatorvlees niet worden gebruikt: i) bij pluimvee: poten, nekvel [ ] en kop; en ii) bij andere dieren: de beenderen van de kop, de poten, de staart, de beenderen femur, tibia, fibula, humerus, radius en ulna. 1 Bijlage II, sectie VI, hoofdstuk III 3. De volgende voorwaarden zijn van toepassing op de productie en het gebruik van separatorvlees dat geproduceerd is met technieken die de structuur van de voor de productie van het sepatatorvlees gebruikte beenderen niet wijzigen en waarvan het calciumgehalte niet aanzienlijk hoger is dan dat van gehakt vlees. a) Grondstoffen die voor uitbening bestemd zijn en afkomstig zijn van een ter plaatste gevestigd slachthuis, mogen niet ouder zijn dan zeven dagen. Andere voor uitbening bestemde grondstoffen mogen niet ouder zijn dan vijf dagen; b) Het separatorvlees moet onmiddellijk na het uitbenen zijn verkregen. c) Wanneer separatorvlees niet onmiddellijk na de productie gebruikt wordt, moet het van een onmiddellijke verpakking of een verpakking voorzien worden en vervolgens gekoeld worden tot een temperatuur van ten hoogste 2 ºC of bevroren worden tot een inwendige temperatuur van ten hoogste - 18 ºC. Deze voorschriften betreffende de temperatuur moeten ook tijdens de opslag en het vervoer nageleefd worden. d) Wanneer separtorvlees voldoet aan de microbiologische criteria voor gehakt vlees van Verordening (EG) nr..../... [inzake levensmiddelenhygiëne], mag het gebruikt worden in vleesbereidingen die duidelijk niet bestemd zijn om te worden geconsumeerd zonder eerst een hittebehandeling te hebben ondergaan. Separatorvlees dat niet aan deze criteria voldoet, mag alleen gebruikt worden voor de productie van hittebehandelde vleesproducten in inrichtingen die overeenkomstig deze verordening erkend zijn. 1 De lijst bevat alle grondstoffen waarvoor op basis van wetenschappelijk advies of door de industrie een verbod wordt gevraagd /02 gys/yen/td 12
13 3 bis. De volgende voorschriften zijn van toepassing op de productie en het gebruik van separatorvlees dat geproduceerd is met andere dan de in punt 3 genoemde technieken. a) Grondstoffen die voor uitbening bestemd zijn en afkomstig zijn van een ter plaatste gevestigd slachthuis, mogen niet ouder zijn dan zeven dagen. Andere voor uitbening bestemde grondstoffen mogen niet ouder zijn dan vijf dagen. b) Wanneer het separatorvlees niet onmiddellijk na het uitbenen wordt verkregen, moeten de beenderen met het restvlees opgeslagen en vervoerd worden bij een temperatuur van ten hoogste 2 C of indien bevroren, bij een temperatuur van ten hoogste -18 C. c) Beenderen met restvlees die van bevroren karkassen afkomstig zijn, mogen niet opnieuw worden ingevroren. d) Als het separatorvlees niet binnen één uur nadat het is verkregen wordt gebruikt, moet het onmiddellijk worden gekoeld tot een temperatuur van ten hoogste 2 C. e) Indien het separatorvlees na koeling niet binnen 24 uur gebruikt wordt, moet het binnen 12 uur na de productie worden bevroren. Bij het invriezen moet binnen zes uur een inwendige temperatuur van ten hoogste - 18 C worden bereikt. f) Ingevroren separatorvlees moet vóór opslag of vervoer van een onmiddellijke verpakking of een verpakking worden voorzien, mag niet langer dan drie maanden worden opgeslagen en moet tijdens de opslag en het vervoer op een temperatuur van ten hoogste -18 ºC worden gehouden. g) Separatorvlees mag alleen worden gebruik voor de productie van hittebehandelde vleesproducten in inrichtingen die overeenkomstig deze verordening erkend zijn. Bijlage II, secties XVI en XVII (nieuw) SECTIE XVI: COLLAGEEN HOOFDSTUK I: VOORSCHRIFTEN VOOR GRONDSTOFFEN 1. Voor de vervaardiging van voor gebruik in levensmiddelen bestemd collageen mogen de volgende grondstoffen worden gebruikt: a) huiden van als huisdier gehouden herkauwers; b) huiden en beenderen van varkens; c) huiden en beenderen van pluimvee; d) pezen; e) huiden van vrij wild; en f) huiden en graten van vis /02 gys/yen/td 13
14 2. Het gebruik van huiden die een looiprocédé hebben ondergaan is verboden, ongeacht of dit procédé is voltooid. 3. Onder punt 1, a) tot en met d), vermelde grondstoffen moeten afkomstig zijn van dieren die in een slachthuis zijn geslacht en waarvan de karkassen op grond van een keuring vóór en na het slachten geschikt voor menselijke consumptie bevonden zijn; de huiden van vrij wild moeten afkomstig zijn van vrij wild dat voor menselijke consumptie geschikt is bevonden. 4. Grondstoffen moeten afkomstig zijn van inrichtingen die erkend of geregistreerd zijn op grond van Verordening (EG) nr..../... [inzake levensmiddelenhygiëne] of op grond van deze verordening. 5. Verzamelcentra en leerlooierijen mogen ook grondstoffen voor de vervaardiging van voor menselijke consumptie bestemd collageen leveren, indien zij daarvoor door de bevoegde autoriteit specifiek zijn gemachtigd en zij aan de volgende voorschriften voldoen. a) Zij moeten beschikken over opslagruimte met een harde vloer en gladde muren die gemakkelijk gereinigd en ontsmet kunnen worden en waar, indien nodig, in een koelsysteem is voorzien. b) De opslagruimten moeten schoon worden gehouden en goed worden onderhouden zodat zij geen bron van verontreiniging zijn voor de grondstoffen. c) Wanneer grondstoffen die niet aan de in dit hoofdstuk vastgestelde voorschriften voldoen, in deze gebouwen worden opgeslagen en/of verwerkt, moeten zij in elk stadium van ontvangst, opslag, verwerking en verzending gescheiden worden gehouden van grondstoffen die wel aan de voorschriften van dit hoofdstuk voldoen. HOOFDSTUK II: VERVOER EN OPSLAG VAN GRONDSTOFFEN 1. Grondstoffen die worden afgeleverd bij een verzamelcentrum of leerlooierij of bij de collageenverwerkende inrichting, moeten vergezeld gaan van een document dat de inrichting van herkomst vermeldt en de in het aanhangsel bij deze bijlage vermelde gegevens bevat, zulks in plaats van het in sectie I vastgestelde identificatiemerk. 2. Grondstoffen moeten gekoeld of bevroren worden vervoerd en opgeslagen, tenzij zij binnen 24 uur na verzending worden verwerkt. Ontvette en gedroogde beenderen of beenderlijm, gezouten, gedroogde en gekalkte huiden, en met een base of een zuur behandelde huiden mogen evenwel bij omgevingstemperatuur worden vervoerd en opgeslagen. HOOFDSTUK III: VOORSCHRIFTEN VOOR DE PRODUCTIE VAN COLLAGEEN 1. Collageen moet worden vervaardigd via een procédé waarbij de grondstof gewassen wordt, de ph-waarde met een zuur of een base aangepast wordt en vervolgens één of meer keren gespoeld, gefilterd en geëxtrudeerd wordt, dan wel via een erkend gelijkwaardig procédé. 2. Na de bij lid 1 bedoelde bewerkingen, kan het collageen gedroogd worden. 3. Indien een exploitant van een levensmiddelenbedrijf voor alle collageen dat hij vervaardigt, voldoet aan de voorschriften inzake voor menselijke consumptie bestemd collageen, mag hij in dezelfde inrichting ook collageen vervaardigen en opslaan dat niet voor menselijke consumptie bestemd is /02 gys/yen/td 14
15 HOOFDSTUK IV: VOORSCHRIFTEN VOOR EINDPRODUCTEN Exploitanten van een levensmiddelenbedrijf moeten waarborgen dat collageen voldoet aan de grenswaarden in onderstaande tabel. Wanneer zulks nodig is om het gewenste product te vervaardigen, bijvoorbeeld darmen op basis van collageen, hoeft collageen niet te voldoen aan de vochtgrenswaarde. Residu Grenswaarde As 1 ppm Pb 5 ppm Cd 0,5 ppm Hg 0,15 ppm Cr 10 ppm Cu 30 ppm Zn 50 ppm vocht (105 C) 15% as (550 C) 2% SO 2 ( Reith Williams) 50 ppm H 2 O 2 (Europese Pharmacopee 1986 (V 2 O 2 )) 10 ppm HOOFDSTUK V: ETIKETTERING Op de onmiddellijke verpakking en de verpakking van collageen moet "Voor menselijke consumptie geschikte collageen" vermeld staan, alsmede de bereidingsdatum. SECTIE XVII : KROKODILLENVLEES HOOFDSTUK I: HET DODEN OP DE PLAATS VAN HERKOMST, Exploitanten van een levensmiddelenbedrijf mogen met toestemming van de bevoegde autoriteit gefokte krokodillen en alligators op de plaats van herkomst slachten, indien: a) het bedrijf beschikt over de nodige faciliteiten om de dieren te wassen, te doden en te verbloeden; b) verbloede dieren onmiddellijk op hygiënische wijze overgebracht worden naar een inrichting die voldoet aan de voorwaarden van hoofdstuk II. Wanneer het vervoer meer dan twee uur duurt, moeten de dieren indien nodig ingevroren worden. De ingewanden mogen ter plaatse onder toezicht van de dierenarts worden verwijderd; en c) wanneer de dieren worden vervoerd naar de in punt b) genoemde inrichting, gaan zij vergezeld van een verklaring van de exploitant van het levensmiddelenbedrijf die de dieren gefokt heeft, waarin melding is gemaakt van de toegediende diergeneesmiddelen of andere behandelingen die de dieren hebben ondergaan, datum van toediening of behandeling, wachttijden en datum en tijdstip van het slachten /02 gys/yen/td 15
16 HOOFDSTUK II: VOORSCHRIFTEN VOOR INRICHTINGEN Exploitanten van een levensmiddelenbedrijf moeten ervoor zorgen dat de bouw, de indeling en de uitrusting van slachthuizen waarin krokodillen of alligators geslacht of verder behandeld worden, aan onderstaande eisen voldoen. 1. De inrichtingen bevinden zich in een gebied dat niet kan overstromen en niet door milieuverontreiniging aangetast is. 2. Om verontreiniging van het vlees te vermijden, moeten zij: a) beschikken over een voldoende aantal ruimten die geschikt zijn om er de nodige bewerkingen uit te voeren; b) beschikken over een aparte ruimte voor het wassen van levende dieren, tenzij het doden altijd op het bedrijf van herkomt plaatsvindt; c) zorgen voor een scheiding in ruimte of tijd tussen de volgende bewerkingen: i) het bedwelmen/doden en verbloeden; ii) het verwijderen van de ingewanden en verdere behandeling, inclusief villen; iii) het bereiden en schoonmaken van slachtafvallen; iv) het verpakken van slachtafvallen; en v) het verzenden van het vlees; en d) de nodige voorzieningen hebben om te vermijden dat het vlees in contact komt met vloeren, muren of installaties. 3. Zij moeten beschikken over de nodige voorzieningen om gereedschap te ontsmetten met heet water van ten minste 82 C of over een alternatief systeem met een gelijkwaardig effect /02 gys/yen/td 16
17 HOOFDSTUK III: HYGIËNEVOORSCHRIFTEN 1. Dieren moeten vóór het doden met stromend water gewassen worden. 2. Het doden gebeurt op een humane manier waarbij onmiddellijke hersendood of ten minste onmiddellijke en gehele bewusteloosheid intreedt, met een minimum aan onrust en ongemak. In alle gevallen moet het ruggenmerg doorgesneden worden zodra een dier uit de inrichting verwijderd wordt. 3. Onmiddellijk na het doden moeten de dieren naar behoren verbloed worden. 4. Het verwijderen van de ingewanden moet onmiddellijk na het verbloeden plaatsvinden. 5. Karkassen moeten na het doden zo snel mogelijk gekoeld worden tot een temperatuur van ten hoogste 4 C. 6. Krokodillenvlees moet onmiddellijk na het villen en de bereiding met stromend water gewassen worden. Het moet gekoeld worden tot een temperatuur welke die van smeltend ijs benadert of ingevroren worden. 7. Het moet onverwijld uitgesneden en verpakt worden. 8. Krokodillenvlees moet bij de bevoegde autoriteiten aangeboden worden voor de officiële controles overeenkomstig Verordening (EG) nr..../... [houdende vaststelling van uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de organisatie van officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong]. Indien deze controles aantonen dat het vlees niet geschikt is voor menselijke consumptie, moeten er maatregelen getroffen worden om het van de markt te halen en moet het gedenatureerd worden zodat het niet voor menselijke consumptie gebruikt kan worden. 1 HOOFDSTUK IV: ETIKETTERING EN IDENTIFICATIEMERKEN Op de onmiddellijke verpakking en de recipiënten van krokodillenvlees moet de term "krokodillenvlees" duidelijk vermeld staan. 1 Aan de verordening betreffende officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong zullen passende voorschriften toegevoegd moeten worden, met name voor het opsporen van trichinellose /02 gys/yen/td 17
Verificatielijst gehakt, vleesbereidingen en separatorvlees
Verificatielijst gehakt, vleesbereidingen en separatorvlees Divisie Veterinair & import Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540 AA Utrecht www.nvwa.nl Versie 1.0 Vraag Voldoet de opslag
Nadere informatieINSPECTIELIJST. Scoreberekening Lijst verstuurd Openbaar maken
INSPECTIELIJST Bedrijfsgegevens Inspectielocatie Straatnaam Huisnummer Postcode Woonplaats Contactpersoon Functie contacpersoon Hoofdcategorie Locatiecategorie Medewerker Nummer controleur Regio Bezoekdetails
Nadere informatieVERZAMELCENTRUM EN LEERLOOIERIJ
VERZAMELCENTRUM EN LEERLOOIERIJ 1. Inleiding 7 2. Verordening (EG) nr. 853/2004 8 2.1. Infrastructuurvoorwaarden 8 2.2. Exploitatievoorwaarden 9 2.2.1. Bepalingen van toepassing op grondstoffen 9 2.2.2.
Nadere informatieVoor dierlijke producten verwijst dat begrip naar het land waarin het product geheel is verkregen, hetgeen, toegepast op vlees, betekent: het land waa
UITVOERINGSVERORDENING (EU) VAN DE COMMISSIE van 13 december 2013 tot vaststelling van de regels voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft
Nadere informatieVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.10.017 C(017) 78 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 1.10.017 tot wijziging van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 85/004 van het Europees Parlement en de Raad
Nadere informatieA. Productie van separatorvlees/grondstoffen voor separatorvlees.
Infoblad 86 Separatorvlees Van: NVWA Datum: 25 februari 2015 Doel infoblad Voor de productie en etikettering van separatorvlees bestaat er Europese wetgeving. In de praktijk is er nog sprake van een aantal
Nadere informatieVERSLAG het Comité van permanente vertegenwoordigers
Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 december 2002 (13.12) (OR. en) 15119/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0179 (COD) LIMITE PUBLIC AGRILEG 256 CODEC 1592 VERSLAG van: het Comité van permanente
Nadere informatieInhoudsopgave. Voorwoord / 5
Inhoudsopgave Voorwoord / 5 1 Inleiding / 15 1.1 Reikwijdte / 21 1.2 Uitgangspunten / 21 1.3 Toepassing / 22 1.4 Intrekking regelgeving / 25 1.5 Inwerkingtreding / 26 1.6 Overgangsregelingen / 27 2 Algemene
Nadere informatieVerificatielijst specifieke eisen voor slachthuis pluimvee en lagomorfen
Verificatielijst specifieke eisen voor slachthuis pluimvee en lagomorfen Divisie Veterinair & import Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540 AA Utrecht www.nvwa.nl Versie 1.0 Vraag Voldoet
Nadere informatieTRA 3255 Uitsnijderij van vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3255] v1
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 255 Uitsnijderij van vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING
Nadere informatieGearchiveerd op 01/01/2017
Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :...... TRA 205 Opslag van vlees en afgeleide producten voor koel- en vrieshuis - Infrastructuur,
Nadere informatieVERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening
VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004, (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het
Nadere informatieTRA 3195 Opslag van vlees en afgeleide producten - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [3195] v2
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 195 Opslag van vlees en afgeleide producten - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [195] v2 C : conform
Nadere informatieVerificatielijst specifieke eisen voor slachthuizen landbouwhuisdieren
Verificatielijst specifieke eisen voor slachthuizen landbouwhuisdieren Divisie Veterinair & import Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540 AA Utrecht www.nvwa.nl Versie 1.0 Vraag Zijn er
Nadere informatiegebruikers (verzamelaars) vervoerders
Fiche voor de toepassing van de bepalingen van artikel 18 van verordening (EG) nr. 1069/2009 Voeder voor dierentuindieren, circusdieren, dieren in meutes, in asielen voor honden en katten of in pelsdierfokkerijen
Nadere informatieTRA 3209 Uitsnijderij van vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [3209] v2
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 209 Uitsnijderij van vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING
Nadere informatieFederaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen
PB 07 FAQ (G-018) REV 4 2016-1/9 Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen FAQ - Generische autocontrolegids voor slachthuizen, uitsnijderijen en inrichtingen voor de vervaardiging van
Nadere informatieProvinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres :
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 251 Wildbewerkingsinrichting en uitsnijderij van vlees van gekweekt en/of vrij wild - INFRASTRUCTUUR,
Nadere informatieOmzendbrief met betrekking tot slagerijscholen
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief met betrekking tot slagerijscholen Referentie PCCB/S3/EME/574427 Datum 04/06/2013 Huidige versie 2.0 Van toepassing vanaf Datum van
Nadere informatiePublicatieblad van de Europese Unie
L 94/44 31.3.2004 VERORDENING (EG) Nr. 599/2004 VAN DE COMMISSIE van 30 maart 2004 tot vaststelling van een geharmoniseerd model voor een certificaat en inspectieverslag voor het intracommunautaire handelsverkeer
Nadere informatieGearchiveerd op 01/01/2017
Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :...... TRA 2059 Opslag van vlees en afgeleide producten voor koel- en vrieshuis - Infrastructuur,
Nadere informatieProvinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :... C NC Punten NA. 1.
Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :...... TRA 2277 Herverpakkingscentrum voor vlees, visserijproducten en levende tweekleppige
Nadere informatieL 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE
L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie 25.11.2006 II (Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing) COMMISSIE BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 17 november 2006 tot wijziging
Nadere informatie(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN
14.1.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 12/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 28/2012 VAN DE COMMISSIE van 11 januari 2012 tot vaststelling van voorschriften voor
Nadere informatie22.12.2005 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83
22.12.2005 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83 VERORDENING (EG) Nr. 2076/2005 VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van overgangsregelingen voor de uitvoering van de Verordeningen
Nadere informatieDit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen
2012R0028 NL 25.06.2012 001.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EU) Nr. 28/2012 VAN DE COMMISSIE van
Nadere informatieOmzendbrief met betrekking tot particuliere slachtingen
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief met betrekking tot particuliere slachtingen Referentie PCCB/S3/GDS/116116 Datum 11/04/2016 Huidige versie 2.1 Van toepassing vanaf
Nadere informatie(Voor de EER relevante tekst)
L 173/42 VERORDENING (EU) 2019/1091 VAN DE COMMISSIE van 26 juni 2019 tot wijziging van bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de voorschriften voor
Nadere informatieFederaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen
PB 07 FAQ (G-018) REV 1 2009-1/9 Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen FAQ - Generische autocontrolegids voor slachthuizen, uitsnijderijen en inrichtingen voor de vervaardiging van
Nadere informatieTRA 3266 Opslag van vlees en afgeleide producten - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3266] v1
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 266 Opslag van vlees en afgeleide producten - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE (VERHOOGDE FREQUENTIE)
Nadere informatieGearchiveerd op 01/01/2017
Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :...... TRA 2279 Herverpakkingscentrum voor vlees, visserijproducten en levende tweekleppige
Nadere informatieVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.2.2019 C(2019) 595 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 6.2.2019 tot wijziging van bijlage IX bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de
Nadere informatie(Voor de EER relevante tekst)
L 171/100 26.6.2019 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/1084 VAN DE COMMISSIE van 25 juni 2019 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 wat betreft de harmonisatie van de lijst van erkende of geregistreerde
Nadere informatieAANBEVELING VAN DE COMMISSIE
L 48/28 Publicatieblad van de Europese Unie 21.2.2013 AANBEVELINGEN AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 19 februari 2013 betreffende een gecoördineerd controleplan ter opsporing van frauduleuze praktijken
Nadere informatieBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van 12 januari 2011.
L 19/20 Publicatieblad van de Europese Unie 22.1.2011 BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 19 januari 2011 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer in Bulgarije (Kennisgeving
Nadere informatieVISSERIJVAARTUIGEN. Plaatscode: PL61 Activiteitencode: AC57 Productcode: PR132. 1. INFRASTRUCTUURVOORWAARDEN: verordening (EG) nr. 853/2004.
VISSERIJVAARTUIGEN. Bijlage III.3.1. bij het koninklijk besluit van 16 januari 2006 tot vaststelling van de nadere regels van de erkenningen, toelatingen en voorafgaande registraties afgeleverd door het
Nadere informatieBrussel, 7 april 2004 (19.04) (OR. en, fr, sv) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 8066/04 ADD 1 REV 3
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 7 april 2004 (19.04) (OR. en, fr, sv) Interinstitutioneel dossier: 2000/0178 (COD) 2000/0179 (COD) 2002/0141 (COD) 8066/04 ADD 1 REV 3 AGRILEG 65 DEEG 23 CODEC 500 OC
Nadere informatieTe dien einde gaan voor de delegaties in de bijlage ontwerp-amendementen van het voorzitterschap op Richtlijn 96/22/EG van de Raad.
Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 september 2002 (25.09) (OR. en) PUBLIC 12219/02 LIMITE AGRILEG 176 CODEC 1131 NOTA van: Betreft: het voorzitterschap Gewijzigd voorstel voor een richtlijn
Nadere informatieErkenningsvoorwaarden voor inrichtingen voor de vervaardiging van gehakt vlees, vleesbereidingen en separatorvlees
Erkenningsvoorwaarden voor inrichtingen voor de vervaardiging van gehakt vlees, vleesbereidingen en separatorvlees Bijlage II.1.1.5. bij het koninklijk besluit van 16 januari 2006 tot vaststelling van
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 oktober 2009 (5.0) (OR. en) 4299/09 ADD AGRILEG 82 DEEG 93 NOTA I/A-PUNT - ADDENDUM van: de Groep veterinaire deskundigen (volksgezondheid) aan: het Coreper/de Raad
Nadere informatieFEDERALE AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN
FEDERALE AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN 22 DECEMBER 2005 Koninklijk besluit betreffende de hygiëne van levensmiddelen van dierlijke oorsprong II, Koning der Belgen, Aan allen die nu
Nadere informatieAlgemene Informatie M-Controle Frequentie Reduced Checks (ALIM06) 29 December 2015 Versie: 1.1.1
1. DOEL Deze instructie schrijft voor met welke frequentie de NVWA de materiële controle moet uitvoeren van partijen met oorsprong en herkomst een derde land, die worden aangeboden bij een Nederlandse
Nadere informatieVerificatielijst specifieke eisen voor uitsnijderijen
Verificatielijst specifieke eisen voor uitsnijderijen Divisie Veterinair & import Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540 AA Utrecht www.nvwa.nl Versie 1.0 Vraag Kunnen alle werkzaamheden
Nadere informatie(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag
VERORDENING (EU) VAN DE COMMISSIE van 2 februari 2017 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de toepassing van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement
Nadere informatieVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.7.2018 C(2018) 3304 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 9.7.2018 tot wijziging van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de
Nadere informatieOmzendbrief met betrekking tot de traceerbaarheid bij het verzenden van levensmiddelen van dierlijke oorsprong.
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief met betrekking tot de traceerbaarheid bij het verzenden van levensmiddelen van dierlijke oorsprong. Referentie PCCB/S2/GDS/891700
Nadere informatieTRA 3047 Uitsnijden, uitbenen en (opnieuw) onmiddellijk verpakken van vers vlees - TRACEERBAARHEID [3047] v1
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 047 Uitsnijden, uitbenen en (opnieuw) onmiddellijk verpakken van vers vlees - TRACEERBAARHEID [047]
Nadere informatieOmzendbrief betreffende het grensoverschrijdende handelsverkeer in niet-onthuid grof vrij wild
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief betreffende het grensoverschrijdende handelsverkeer in niet-onthuid grof vrij wild Referentie PCCB/S3/EHC/1347004 Datum 25/02/2016
Nadere informatieFood Safety and Inspection Service
Veterinary Certificate for Meat Preparations intended for Consignment to the European Community Netherlands Version : Deel I: Gegevens betreffende de zending I.1 Verzender I.2 I.3 Bevoegde centrale autoriteit
Nadere informatieControlelijst: SI Erkenningverl. en -onderhoud Versie 1 januari 2019 Eigenaar: TO Slachtplaatsen
In de onderstaande inspectielijst zijn alleen de inspectievragen opgenomen die betrekking hebben op erkenningonderhoud. Deze inspectie wordt jaarlijks uitgevoerd bij alle slachthuizen inclusief wildbewerkingsinrichtingen.
Nadere informatieToelatingsvoorwaarden voor opslagbedrijven voor producten afkomstig van categorie 2- en 3 materiaal
Toelatingsvoorwaarden voor opslagbedrijven voor producten afkomstig van categorie 2- en 3 materiaal Bijlage III.7.1. bij het koninklijk besluit van 16 januari 2006 tot vaststelling van de nadere regels
Nadere informatieKONINKLIJK BESLUIT van 22 DECEMBER 2005 betreffende de hygiëne van levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Stbl. 30.XII.2005, ed.
KONINKLIJK BESLUIT van 22 DECEMBER 2005 betreffende de hygiëne van levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Stbl. 30.XII.2005, ed. 2) Wijzigingen: K.B. 24 mei 2006 (Stbl. 31.V.2006, ed.3 - vertaling in
Nadere informatiePUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE
Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE PUBLIC Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE AGRILEG 144 CODEC 1043 NOTA I-PUNT van: aan: nr. Comv.:
Nadere informatiePublicatieblad van de Europese Unie L 326/3
24.11.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 326/3 UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1097/2012 VAN DE COMMISSIE van 23 november 2012 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 tot uitvoering van
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 juni 2008 (12.06) (OR. fr) 10351/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0108 (CNS) AGRIORG 52
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 juni 2008 (12.06) (OR. fr) 10351/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0108 (CNS) AGRIORG 52 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 28 mei 2008 Betreft: Voorstel voor een
Nadere informatie(VO 183/2005 Bijlage III) De productie-eenheid is zo ontworpen dat zij adequaat kan worden gereinigd.
Toelatingsvoorwaarden voor veehouderijen welke voedermiddelen van dierlijke oorsprong vervoederen aan veedieren gehouden voor de productie van levensmiddelen. (implementatie van VO 79/2005) Bijlage III.8.9.
Nadere informatiePUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE
Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 0 mei 2006 (5.05) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2005/053 (CNS) 933/06 ADD 2 PUBLIC LIMITE AGRILEG 76 AGRIFIN 35 ADDENDUM BIJ HET VERSLAG van: de Groep
Nadere informatieEuropese Unie, 2010 Overneming met bronvermelding toegestaan
Europese Commissie WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE inzake de uitleg van een aantal bepalingen over flexibiliteit in het hygiënepakket Veelgestelde vragen Richtsnoeren voor exploitanten van
Nadere informatieHoofdstuk II. Specifieke voorschriften voor bepaalde producten van dierlijke oorsprong Afdeling III. Vlees van vrij wild
Titel II. Rechtstreekse levering van kleine hoeveelheden door de producent of de jager aan de eindverbruiker of aan de plaatselijke detailhandel die rechtstreeks aan de eindverbruiker levert Hoofdstuk
Nadere informatie2. Vleeshandel, vleesvervoer, vleesbereiding en vishandel
Bijlage III Inrichtingen waarvan de activiteiten onderworpen zijn aan een toelating door het Agentschap 1. Voedingsmiddelen 1.1. Detailhandel in De detailhandel in levensmiddelen levensmiddelen overeenkomstig
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 29.11.2007 COM(2007) 761 definitief 2007/0266 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer
Nadere informatieTRA 3028 Vlees en afgeleide producten - TRACEERBAARHEID [3028] v1
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 028 Vlees en afgeleide producten - TRACEERBAARHEID [028] v C: conform NC: Niet-conform NA: niet van
Nadere informatieINRICHTINGEN VOOR DE VERVAARDIGING VAN GEHAKT VLEES, VLEESBEREIDINGEN EN SEPARATORVLEES 1. INFRASTRUCTUURVOORWAARDEN 2 2. UITRUSTINGSVOORWAARDEN 4
INRICHTINGEN VOOR DE VERVAARDIGING VAN GEHAKT VLEES, VLEESBEREIDINGEN EN SEPARATORVLEES 1. INFRASTRUCTUURVOORWAARDEN 2 1.1. VERORDENING (EG) NR. 852/2004 2 1.2. VERORDENING (EG) NR. 853/2004 3 1.3. KONINKLIJK
Nadere informatieTRA 3252 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3252] v1
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 252 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING
Nadere informatieHierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2008 (13.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2008/0110 (COD) 10637/08 ADD 2 AGRILEG 104 CODEC 769 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,
Nadere informatieBijlage III Inrichtingen waarvan de activiteiten onderworpen zijn aan een toelating door het Agentschap
Bijlage III Inrichtingen waarvan de activiteiten onderworpen zijn aan een toelating door het Agentschap 1. Voedingsmiddelen 1.1. Inrichtingen voor de De fabricage, de verwerking en het in de fabricage,
Nadere informatieJurisprudentie. ARREST VAN HET HOF (Tiende kamer) 16 oktober 2014 *
Jurisprudentie ARREST VAN HET HOF (Tiende kamer) 16 oktober 2014 * Bescherming van de gezondheid Verordening (EG) nr. 853/2004 Hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong Bijlage I,
Nadere informatie1. Infrastructuurvoorwaarden Verordening (EG) nr. 852/ Verordening (EG) nr. 853/2004 4
INRICHTINGEN VOOR DE VERVAARDIGING VAN GEHAKT VLEES, VLEESBEREIDINGEN EN SEPARATORVLEES 1. Infrastructuurvoorwaarden 4 1.1. Verordening (EG) nr. 852/2004 4 1.2. Verordening (EG) nr. 853/2004 4 1.3. Koninklijk
Nadere informatieFederaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen
PB 07 FAQ (G-018) REV 2 2009-1/10 Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen FAQ - Generische autocontrolegids voor slachthuizen, uitsnijderijen en inrichtingen voor de vervaardiging van
Nadere informatieOmzendbrief betreffende de hygiëne en de verplichtingen inzake de traceerbaarheid van vrij wild en verklaringen van wildbewerkingsinrichtingen
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief betreffende de hygiëne en de verplichtingen inzake de traceerbaarheid van vrij wild en verklaringen van wildbewerkingsinrichtingen
Nadere informatieVertaling. Overwegende:
Vertaling Protocol van akkoord over de voorwaarden voor de grensoverschrijdende handel in slachtdieren en slachtpluimvee tussen het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en de Franse Republiek.
Nadere informatieTRA 3422 Fabriek collageen - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [3422] v.1
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen LCE : Datum : Verantwoordelijke controleur : Operator : VEN : Adres : TRA 422 Fabriek collageen - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [422]
Nadere informatieGearchiveerd op 01/01/2017
Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :...... TRA 2495 Productie van voeder voor gezelschapsdieren dat categorie materiaal bevat -
Nadere informatieEuropese Unie, 2010 Overneming met bronvermelding toegestaan
Europese Commissie WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE inzake de uitleg van een aantal bepalingen over flexibiliteit in het hygiënepakket Richtsnoeren voor de bevoegde autoriteiten Europese Unie,
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)
Nadere informatieTRA 3180 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [3180] v1
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 180 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING
Nadere informatieUITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.5.2018 C(2018) 3120 final UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 28.5.2018 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van artikel 26, lid 3, van
Nadere informatieGeconsolideerde TEKST
NL Geconsolideerde TEKST samengesteld door het CONSLEG-systeem van het Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen CONSLEG: 2002D0994 03/02/2003 Aantal bladzijden: 5 < Bureau voor officiële
Nadere informatiePRI 3238 Fabrieksvaartuig (garnalenkotters) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [3238] v1
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : PRI 28 Fabrieksvaartuig (garnalenkotters) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [28] v1 C: conform NC:
Nadere informatieNr. 2018/775 (PB L 131 van , blz. 8)
VERORDENING (EU) VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 28 mei 2018 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van artikel 26, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement
Nadere informatieTRA 3132 petfoodfabrikant - DIERLIJKE BIJPRODUCTEN NHC [3132] v1
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 2 petfoodfabrikant - DIERLIJKE BIJPRODUCTEN NHC [2] v C: conform NC: Niet-conform NA: niet van toepassing
Nadere informatieMEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 2.12.2010 COM(2010) 704 definitief MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de toekomstige noodzaak en het gebruik van separatorvlees
Nadere informatieGearchiveerd op 02/02/2015
Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :...... PRI 2494 Fabrieksvaartuig (garnalenkotter waar schaaldieren aan boord worden gekookt)
Nadere informatiePublicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN
4.2.2017 NL L 31/13 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/193 VAN DE COMMISSIE van 3 februari 2017 tot wijziging van bijlage II bij Beschikking 2007/777/EG en bijlage I bij Verordening (EG) nr.
Nadere informatieFederaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen
PB 07 FAQ (G-019) REV 3 2009-1/9 Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen FAQ - Gids voor het ontwikkelen van autocontrolesystemen bij de productie van voedingsmiddelen in de sectoren:
Nadere informatieFebruari , 0206, 0209, , 1602
I. GELDIGHEIDSTERMIJN Versie Geldig vanaf van februari 2019 05/02/2019 van februari 2019 21/02/2019 II. TOEPASSINGSGEBIED Productomschrijving GN-code Land Varkensvlees Varkensvleesproducten 0203, 0206,
Nadere informatieKOPERS VAN MELK AFKOMSTIG VAN MELKGEVENDE DIEREN ANDERE DAN KOEIEN
KOPERS VAN MELK AFKOMSTIG VAN MELKGEVENDE DIEREN ANDERE DAN KOEIEN 1 Uitrustingsvoorwaarden 2 1.1 Verordening (EG) nr. 852/2004 2 1.1.1 Voorschriften inzake de uitrusting 2 2 Exploitatievoorwaarden 4 2.1
Nadere informatieVERORDENING (EG) Nr. 1662/2006 VAN DE COMMISSIE. van 6 november 2006
18.11.2006 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 320/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) Nr. 1662/2006 VAN DE COMMISSIE van 6 november 2006 tot wijziging
Nadere informatieFederaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen
PB 07 FAQ (G-019) REV 2 2009-1/10 Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen FAQ - Gids voor het ontwikkelen van autocontrolesystemen bij de productie van voedingsmiddelen in de sectoren:
Nadere informatieEUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT
EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 25 september 2008 (OR. en) 2007/0102 (COD) PE-CONS 3667/08 AGRILEG 137 CODEC 989 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: RICHTLIJN VAN
Nadere informatieErkenningsvoorwaarden voor embryoteams en embryoproductieteams voor paarden VANAF 01/09/2010
Erkenningsvoorwaarden voor embryoteams en embryoproductieteams voor paarden VANAF 01/09/2010 Bijlage II.9.3 bij het koninklijk besluit van 16 januari 2006 tot vaststelling van de nadere regels van de erkenningen,
Nadere informatieEUROPEES PARLEMENT Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid
EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid 2014/0096(COD) 6.2.2015 AMENDEMENTEN 6-14 Ontwerpverslag Giovanni La Via (PE546.615v01-00) Onderlinge aanpassing
Nadere informatieEUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID
EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID Brussel, 27 februari 2018 KENNISGEVING AAN BELANGHEBBENDEN TERUGTREKKING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK EN EU-REGELS OP HET GEBIED VAN
Nadere informatiePublicatieblad van de Europese Unie
L 29/24 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/186 VAN DE COMMISSIE van 2 februari 2017 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden voor het binnenbrengen in de Unie van zendingen uit bepaalde derde landen wegens
Nadere informatieDIS 3006 Vleeswinkel -TRACEERBAARHEID [3006] v1
Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : DIS 006 Vleeswinkel -TRACEERBAARHEID [006] v1 C: conform NC: Niet-conform NA: niet van toepassing H: hoofdstuk
Nadere informatieFederaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen
PB 07 FAQ (G-019) REV 4 2018-1/9 Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen FAQ - Gids voor het ontwikkelen van autocontrolesystemen bij de productie van voedingsmiddelen in de sectoren:
Nadere informatieGEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.3.2019 C(2019) 11 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 4.3.2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad
Nadere informatie(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN
5.6.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 144/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 468/2012 VAN DE COMMISSIE van 1 juni 2012 tot wijziging van Verordening
Nadere informatieVeterinair certificaat voor de invoer in de EU
Model van het gezondheidscertificaat voor bepaalde vleesproducten en behandelde magen, blazen en darmen, bestemd voor verzending uit een derde land naar de Europese Unie LAND: United States Veterinair
Nadere informatieWijziging diverse veterinaire regelingen LNV
LNV Wijziging diverse veterinaire regelingen LNV Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 2 december 2004, nr. TRCJZ/2004/3107, Directie Juridische Zaken, houdende aanpassing
Nadere informatie