Raadsbijlage Voorstel tot het vaststellen van de Telecommunicatieverordening

Transcriptie

1 gemeente Eindhoven Dienst Bouwtoezieht, Beheer en Vergunningen Raadsbijlage nummer x4z Inboeknummer ggjoozs6o Beslisdatum B&W Z juni xggg Dossiernummer Raadsbijlage Voorstel tot het vaststellen van de Telecommunicatieverordening gemeente Eindhoven 1 Inleiding Ter vervanging van de voorheen geldende Wet op de Telecommunicatievoorzieningen (WTV) is op 15 december 1998 de nieuwe Telecommunicatiewet (TW) in werking getreden. Deze wet geeft enerzijds de plicht aan de gemeente om meer partijen te gedogen in gemeentegrond. Anderzijds krijgt de gemeente een coordinatietaakstelling ten aanzien van de ondergrondse infrastructuur. Ingevolge de TW dient de gemeenteraad ter invulling van deze coordinatiebevoegdheid een verordening vast te stellen. 2 Probleemstelling In de Telegraaf- en Telefoonwet (1904) en vervolgens in de WTV was de PTT jegens de gemeente de enige graafgerechtigde partij. Bij een wijziging van de WTV in 1996 is het aantal exploitanten waarvan de kabels moeten worden gedoogd uitgebreid. Met de inwerkingtreding van de TW is het proces van liberalisering van de telecommunicatiesector voltooid. Ingevolge de nieuwe TW hebben nu alle aanbieders van openbare telecommunicatie- en omroepnetwerken graafrecht. Voor de gemeente betekent dit dat haar gedoogplicht aanzienlijk wordt uitgebreid. Daarnaast belast de TW de gemeente met de coordinatie van de door de aanbieders van openbare telecommunicatie- en omroepnetwerken uit te voeren werkzaamheden in verband met de aanleg en instandhouding van kabels. Een aanbieder mag slechts overgaan tot het verrichten van werkzaamheden indien hij het voornemen daartoe heeft gemeld en van burgemeester en wethouders instemming heeft verkregen omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van de werkzaamheden. De spelregels voor het melden van de werkzaamheden en het verkrijgen van de instemming dienen bij gemeentelijke verordening nader te worden vastgesteld. Ter uitvoering van deze wettelijke verplichting ligt thans de ontwerpverordening ter besluitvorming voor. 3 Maatschappelijke effecten en het meetpunt voor succes Door de liberalisering van de telecommunicatiesector ten gevolge van de inwerkingtreding van de TW zal het aantal aanvragen voor het leggen van openbare

2 Raadsbijlage nummer tqy kabels toenemen. Gelet op de gedoogplicht van de gemeente is het uit het oogpunt van de bruikbaarheid en de instandhouding van de openbare ruimte alsmede voor de toegankelijkheid van de stad van belang dat er een adequate coordinatie van de werkzaamheden plaatsvindt. Met deze verordening wordt een instrument aangereikt voor de gemeente om deze coãűrdinatie uit te voeren. Daarnaast kan hetzelfde worden bereikt met de op grond van de artikel 12 juncto 31 van de Politieverordening vereiste vergunning voor de overige kabels en leidingen. Beide instrumenten zullen door ons zodanig worden ingezet dat de bruikbaarheid van de openbare ruimte en de bereikbaarheid van de stad zo optimaal mogelijk blijft. Met de algemene coordinatietaakstelling krijgt de gemeente een stuk regie in handen ten aanzien van de werkzaamheden met betrekking tot de ondergrondse infrastructuur. Door werkzaamheden te combineren worden onnodige opbrekingen voorkomen, hetgeen minder overlast voor de burger betekent. 4 Wijze van aanpak / oplossingsrichting Met het vaststellen van de ontwerpverordening wordt nadere invulling gegeven aan de coordinatieplicht van de gemeente ten aanzien van werkzaamheden die verband houden met telecommunicatie- of omroepnetwerken. De voorliggende verordening is gebaseerd op een door de VNG opgestelde model-verordening met dien verstande dat hiervan ten aanzien van een viertal punten is afgeweken. De voorschriften houden kortweg het volgende in. Melding en instemmingsbesluit. Het voornemen tot werkzaamheden dient in ieder geval binnen acht weken voor de aanvang te worden gemeld bij ons college middels een daarvoor te ontwikkelen meldingsformulier met daarbij een uitvoeringsplan. Op grond hiervan neemt ons college vervolgens een instemmingsbesluit. De coordinatieplicht brengt met zich mee dat alvorens een dergelijk besluit wordt genomen daarbij andere werkzaamheden en belangen worden betrokken. Daarvoor kan het college voorschriften en/of beperkingen aan de instemming verbinden. Door het verbinden van voorschriften met betrekking tot het tijdstip van de werkzaamheden, de wijze van uitvoering, het handelen bij storingen, het gebruik van kabelgoten kan een combinatie van werkzaamheden worden bewerkstelligd. Afstemmingsbeleid. Het is van belang dat de coordinatie zich niet beperkt tot telecommunicatie maar tot de totale ondergrondse infrastructuur. Thans wordt beleid ontwikkeld met betrekking tot kabels en leidingen, primair gericht op een integrale afstemming inzake aanleg, onderhoud en wijziging ten aanzien van alle kabels en leidingen. Zowel in de voorliggende verordening (afstemming met jaarplan) en de binnenkort aan te passen Politieverordening wordt met deze integrale afstemming rekening gehouden. Daarbij wordt aangesloten op de coordinatie van uit te

3 Raadsbijlage nummer ryan voeren werkzaamheden die nu reeds plaatsvindt waarbij wordt gewerkt met jaarplannen waarbij ook de kabel- en leidingleggers zijn betrokken. Afwjikingen model-verordening. 1 Door opname van een artikel 5 van de voorliggende verordening wordt verwezen naar het jaarplan, waarmee wordt geanticipeerd op de toekomstige integrale afstemming, zoals hiervoor omschreven. 2 In artikel 4, derde en vierde lid is, naast de algemene kaders waarbinnen werkzaamheden dienen te worden verricht, de bevoegdheid tot het stellen van nadere regels voor ons college omtrent de wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud en verplaatsing neergelegd. Daar technische vereisten regelmatig aan verandering onderhevig zijn is het praktischer om deze bevoegdheid bij ons college te leggen in tegenstelling tot de model-verordening waar deze bevoegheid bij de raad ligt. 3 De termijn van de overgangsbepaling, waarbinnen gelegde kabels met betrekking tot de telecommunicatievoorzieningen dienen te worden gemeld aan het college is gewijzigd van een jaar na inwerkingtreding naar twee jaar, waarbij het college nadere regels kan stellen omtrent de wijze van melding. De termijn van een jaar van de model-verordening wordt te kort geacht. Vooralsnog dient het zwaartepunt te liggen op verbetering van de coordinatie. Op termijn is het, mede in het kader van de integrale afstemming, echter wenselijk om inzicht te verkrijgen in de kabels die in het verleden zijn gelegd. Ingevolge dit artikel kunnen burgemeester en wethouders aanbieders verzoeken om de aanwezigheid van dergelijke kabels te melden. Omtrent de wijze waarop deze dienen te worden gemeld kan het college van burgemeester en wethouders nadere regels stellen. 4 In artikel 2 van de voorliggende verordening is de termijn waarbinnen de voorgenomen werkzaamheden in ieder geval dienen te worden gemeld vastgesteld op negen weken in plaats van de acht weken van de model-verordening. Uitgangspunt is dat in ieder geval binnen acht weken een instemmingsbesluit wordt genomen. Het instemmingsbesluit wordt derhalve tenminste een week voor het tijdstip van de voorgenomen werkzaamheden ter kennis aan de aanbieder gebracht. Een toelichting op de verordening, ligt voor u ter inzage. Het volgende dient nog te worden opgemerkt. Het instemmingsbesluit is een besluit waartegen op grond van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar kan worden gemaakt. Wij hebben overwogen of de commissie voor de beroep- en bezwaarschriften een taak zou moeten krijgen in het kader van de behandeling van deze bezwaarschriften met betrekking tot dit nieuwe beleidsterrein. Daar bij het nemen van een instemmingsbesluit nagenoeg alleen technische aspecten een rol spelen zijn wij van oordeel dat inschakeling

4 Raadsbijlage nummer rpf van de commissie voor de beroep- en bezwaarschriften niet bijdraagt aan een betere rechtsbescherming van de aanbieders van telecommunicatievoorzieningen. 5 Financiele gevolgen en risico s De kosten van de coordinatie door de diensten Bouwtoezicht, Beheer en Vergunningen en Openbare Werken van de regelgeving kunnen via de leges worden verhaald. Een aanpassing van de Legesverordening zal afzonderlijk aan u worden aangeboden. 6 Overige gevolgen van de aanpak Door de Telecommunicatieverordening vast te stellen wordt voldaan aan de wettelijke verplichting ingevolge de Telecommunicatiewet. Personele consequenties. Thans wordt op grond van artikel 12, 13 en/of 31 van de Politieverordening door het hoofd van de sector Vergunningen, Markten en Evenementen van de dienst Bouwtoezicht, Beheer en Vergunningen krachtens mandaat een vergunning verleend voor het leggen van een kabel en/of leiding voor telecommunicatie- en omroepnetwerken. Ingevolge de TW dient er een instemmingsbesluit te worden genomen. De werkzaamheden ten aanzien van de coordinatie kunnen vooralsnog binnen de huidige formatie worden ingevuld. Zoals hiervoor vermeld wordt er thans beleid ontwikkeld gericht op een integrale afstemming met betrekking tot alle kabels en leidingen. De personele en/of financiele consequenties hiervan zijn vooralsnog niet duidelijk. Mogelijk kunnen deze leiden tot een nadere aanpassing van de Legesverordening. 7 Resultaten van overleg / inspraak De model-verordening van de VNG is voorgelegd aan de meest betrokken partijen, zoals de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) en het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Voorts is de verordening besproken in een ambtelijke technische werkgroep en zijn er voorlichtingsbijeenkomsten gehouden. Nadere invulling van het instrumentarium, zoals neergelegd in de ontwerpverordening, zal in het kader van de integrale afstemming met betrekking tot kabels en leidingen plaatsvinden in overleg met de kabel- en leidingleggers. De afwijkingen van de model-verordening zijn van zodanige aard dat zij niet afzonderlijk aan derden zijn voorgelegd. 8 Communicatie Het besluit zal worden gepubliceerd in het gemeenteblad. Tevens zal de verordening ter kennisname aan de telecommunicatie-aanbieders worden toegezonden.

5 Raadsbijlage nummer x4> 9 Advisering raadscommissie(s) De commissie voor stadsontwikkeling en beheer hebben wij over dit voorstel gehoord. Haar positief advies ligt voor u ter inzage. 10 Voorstel Vast te stellen de Telecommunicatieverordening gemeente Eindhoven en kennisnemen van de daarbij toebehorende toelichting. Een ontwerpbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders van Eindhoven, R. Welschen, burgemeester. C. Tetteroo, secretaris.

6 Raadsbijlage nummer <4y Besluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 juni 1999, nr. 147; gelet op het advies van de commissie voor stadsontwikkeling en beheer; mede gelet op artikel 5.2, vierde lid van de Telecommunicatiewet en artikel 149 van de Gemeentewet; besluit: vast te stellen de volgende verordening inzake werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van telecommunicatiekabels; Artikel 1 Begripsomschrijvingen. In deze verordening wordt verstaan onder: a wet Telecommunicatiewet; b openbaar telecommunicatienetwerk : telecommunicatienetwerkals genoemd in artikel 1.1, onder g, van de wet; c omroepnetwerk omroepnetwerk als genoemd in artikel 1.1, onder o, van de wet; d kabels kabels, genoemd in artikel 1.1, onder r, van de wet; e openbare gronden openbare wegen en wateren, als genoemd in artikel 1.1, onder s, van de wet; f aanbieder aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk of een omroepnetwerk; g werkzaamheden werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels ten dienste van een openbaar telecommunicatienetwerkof van een omroepnetwerk in en op openbare gronden; h gedoogplichtige degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, van de wet; i college college van burgemeester en wethouders; j melding melding als bedoeld in artikel 5.2, derde lid, aanhef en onder a, van de wet; k instemmingsbesluit besluit van het college als bedoeld in artikel 5.2, derde lid, aanhef en oncler b, van de wet. Artikel 2 Tjidstip van melding van voorgenomen werkzaamheden. Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, meldt in ieder geval negen weken voor de aanvang van de werkzaamheden het voornemen daartoe bij het college.

7 Raadsbijlage nummer r 4> Artikel 3 ivlelding werkzaamheden. 1 Voor de melding maakt de aanbieder gebruik van een daartoe door het college vastgesteld formulier. 2 Bij de melding verstrekt de aanbieder in ieder geval de volgende gegevens: a de door de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit afgegeven registratie; b een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel; c naam, adres en telefoonnummer van degene die de kabel in eigendom heeft, degene die de kabel exploiteert; d een opgave van de soort kabel en het beoogde gebruik; e welke belanghebbenden en instanties vooraf in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van aanvang, beeindiging en de aard van de werkzaamheden; f een uitvoeringsplan met daarin opgenomen: een opgave van het gewenste trace; een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst, alsmede van de situering daarvan; een omschrijving van eventuele opbrekingen; de doorsnede van de kabel of kabelgoot; de lengte en breedte van de kabelsleuf; de maatregelen voor de bereikbaarheid van in de openbare gronden aanwezige kabels en leidingen; het voorgenomen tijdstip van aanvang en beeindiging van de werkzaamheden; naam, adres en telefoonnummer van de aannemer(s) of onderaannemer(s) die belast is (zijn) met de werkzaamheden en van een contactpersoon ten tijde van de uitvoering van de werkzaamheden. 3 Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente, wordt uiterlijk vier weken na ontvangst van de melding, als genoemd in het eerste lid, het college schriftelijk in kennis gesteld van de uitkomsten van het overleg tussen de aanbieder en de andere gedoogplichtige. 4 Het college kan nadere regels stellen inzake de gegevens die bij de melding worden verstrekt. Artikel 4 Voorschriften en beperkingen bij instemming. 1 Het college kan aan het instemmingsbesluit voorschriften en beperkingen verbinden in het belang van: a de openbare orde; b het voorkomen of beperken van schade of overlast; c de bruikbaarheid van de openbare gronden; d het veilig en doelmatig gebruik van de openbare gronden; e het doelmatig beheer en onderhoud van de openbare gronden;

8 Raadsbijlage nummer r4y f de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving; g de bescherming van groenvoorzieningen. 2 Ter bescherming van de belangen als genoemd in het eerste lid, kan het college in ieder geval aan het instemmingsbesluit voorschriften of beperkingen verbinden over het medegebruik van voorzieningen, zoals kabelgoten en geleidingen, en een zekerheidsstelling voor de nakoming van verplichtingen die gesteld zijn bij de voorschriften en beperkingen aan het instemmingsbesluit. 3 De wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en medegebruik van voorzieningen dient zodanig te geschieden dat: het ruimtebeslag van de openbare gronden tijdens de werkzaamheden binnen de gegeven technische mogelijkheden zo beperkt mogelijk blijft; de termijn van uitvoering zo kort mogelijk wordt gehouden; de schade en overlast voor derden tot een minimum wordt beperkt; de verkeersveiligheid blijft gewaarborgd; de optimale inrichting van de ondergrond ten behoeve van de infrastructuur gewaarborgd blijft; de bruikbaarheid van de openbare gronden gewaarborgd blijft. 4 Burgemeester en wethouders kunnen met inachtneming van het bepaalde in het derde lid nadere regels stellen omtrent de wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en medegebruik van voorzieningen. Artikel 5 Jaarplan. Het college houdt bij het instemmingsbesluit voor wat betreft het tijdstip van de uitvoering van de werkzaamheden zoveel mogelijk rekening met het jaarplan, bedoeld in artikel van de Algemene Plaatselijke Verordening. Artikel 6 Zakelijk karakter instemmingsbesluit. Indien de kabel wordt overgedragen aan een nieuwe aanbieder gaan de rechten en plichten die betrekking hebben op de kabel van de oude aanbieder over op de nieuwe aanbieder. Artikel 7 Melding wijziging. De aanbieder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel verandert of het feit dat de kabel niet langer ten dienste staat van een openbaar telecommunicatienetwerk of van een omroepnetwerk in of op openbare gronden. Artikel 8 Overgangsbepaling. De aanwezigheid van kabels en kabelwerken in of op de openbare grond, voorzover deze zijn aangelegd met toepassing van hoofdstuk Vl van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen, dient door de aanbieder te worden gemeld

9 Raadsbijlage nummer r4p i++ binnen een door burgemeester en wethouders nader te bepalen termijn indien burgemeester en wethouders binnen twee jaar na de inwerkingtreding van deze verordening daarom verzoeken. Over de wijze waarop deze melding plaats dient te vinden kunnen burgemeester en wethouders nadere regels stellen. Artikel 9 Inwerkingtreding. 1 Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendrnaking. 2 ln afwijking van het eerste lid treedt artikel 5 in werking op een door het college bij openbaar bekend te maken besluit te bepalen tijdstip. Artikel 10 Citeertitel. Deze verordening wordt aangehaald als "Telecomrnunicatieverordening gemeente Eindhoven". Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 21 juni R. Welschen, voorzitter. C. Tetteroo, secretaris. B F