WEDSTRIJDREGLEMENT BRIDGECLUB SCHOLLEVAAR

Transcriptie

1 WEDSTRIJDREGLEMENT BRIDGECLUB SCHOLLEVAAR 1. Organisatie Dit wedstrijdreglement is van toepassing op alle wedstrijden die onder de verantwoordelijkheid van Bridgeclub Schollevaar gehouden worden. De vereniging kent verschillende speelmomenten. Voor de organisatie van elk van die speelmomenten worden wedstrijdcommissies ingesteld en wedstrijdleiders benoemd. De wedstrijdcommissies stellen voorafgaand aan elk seizoen hun eigen wedstrijdrooster en protocol op. Er kunnen parencompetities, viertallencompetities en individuele competities worden georganiseerd. In het wedstrijdprotocol worden nadere regels en afspraken opgenomen. Indien voor een speelmoment van regels, die zijn opgenomen in dit wedstrijdreglement, wordt afgeweken, dan wordt dat nadrukkelijk in het desbetreffende protocol opgenomen. Het protocol behoeft de instemming van de technische commissie. 2. Teamsamenstelling Een team bestaat bij de parencompetitie uit 2 personen en bij de viertallencompetitie uit 4 personen. De mogelijkheid bestaat om met drie personen aan een parencompetitie deel te nemen en aan de viertallencompetitie met vijf of zes personen. De teamsamenstelling wordt tijdig aan de desbetreffende WC (wedstrijdcommissie) bekend gemaakt. Deze teamsamenstelling geldt in principe voor een gehele competitie. In de parencompetitie is het toegestaan om vóór de aanvang van een nieuwe competitieronde van partner te wisselen. De WC moet hiervan tijdig op de hoogte gesteld worden. Teamwisseling tijdens een competitieronde of tijdens de viertallencompetitie is niet mogelijk. Tijdens het seizoen zal de wedstrijdleider een lijst bijhouden van bridgers die op zoek zijn naar een partner of team. 3. Parencompetities (MP-telling) Voor alle door de BC Schollevaar georganiseerde reguliere parencompetities (competitie met MP telling) gelden de volgende regels: 3.1 Opzet en lijnindeling Per seizoen worden meerdere competitieronden gespeeld. Elke ronde bestaat uit ten minste vijf zittingen. Tijdens elke zitting worden 24 spellen (6x4) gespeeld. Voor de parencompetitie worden de teams ingedeeld in lijnen van aflopende sterkte (A, B enz.). Het aantal lijnen is afhankelijk van het aantal deelnemende teams per competitie. De WC kan besluiten om naast de reguliere lijnen een cursistenlijn in te richten. In deze lijn kunnen minder spellen per ronde worden gespeeld. De lijnindeling vindt plaats op basis van de resultaten van de voorafgaande competitieronde. De lijnindeling is mede gebaseerd op een systeem van promotie en degradatie. De hoogst/laagst geëindigde teams in een lijn promoveren/degraderen na afloop van de competitieronde naar een hogere/lagere lijn. In principe promoveert ca. 25% van het aantal ingedeelde teams per lijn en degradeert ook ca. 25 % van het aantal teams. Deze regels zijn niet van toepassing op de cursistenlijn. De WC maakt voor de aanvang van de competitieronde het exacte aantal promotie- /degradatieplaatsen per lijn bekend. Voor de lijnindeling gelden de volgende regels: a. Voor promotie en degradatie beslissen bij gelijke eindstand de onderlinge resultaten uit die competitieronde. b. Gedegradeerd blijft gedegradeerd, gepromoveerd blijft gepromoveerd. Dit is ook het geval als er tussentijds een plaats vrijkomt. c. Nieuwe teams worden op basis van speelsterkte in de lijnen geplaatst. Dit is ter beoordeling van de WC. Bij partnerruil binnen dezelfde lijn blijven beide paren in die lijn ingedeeld. Bij overige partnerwisselingen beslist de WC over de plaatsing in de lijnen pagina 1 van 7

2 d. Indien een paar voor aanvang van een competitieronde van de reguliere parencompetitie bij de wedstrijdleider aangeeft dat het op alle zittingen van die ronde afwezig zal zijn, behoudt het eenmalig (per seizoen) het recht om in de daaropvolgende competitieronde in dezelfde lijn geplaatst te worden (mits het niet gedegradeerd was). De WC kan voor die ronde een afwijkende promotie/degradatieregeling vaststellen. e. Als teams niet (meer) wensen deel te nemen aan de competitie, komen plaatsen in de lijnen vrij. Deze plaatsen worden in principe opgevuld op basis van een systeem van doorschuiven op sterkte met inachtneming van regel 3.1.b. 3.2 Speeltijd a. In het protocol van het betreffende speelmoment wordt aangegeven hoeveel minuten beschikbaar zijn per ronde. Er wordt gebruikt gemaakt van 'de klok'. Per ronde zijn er drie geluidssignalen: Eerste signaal: U hebt nog 5 minuten voor het beëindigen van deze ronde Tweede signaal: U heeft nog 2 minuten om van tafel te wisselen Derde signaal: Begin volgende ronde. b. Paren die niet gereed zijn met de ronde vóór het derde signaal, worden bestraft met een waarschuwing (w). Met 'gereed' wordt bedoeld: de kaarten terug gestoken in het board; de score ingevuld in de Bridgemate en gecontroleerd door de tegenpartij. c. Indien tijdens het spelen tijdsoverschrijding dreigt, is het toegestaan een spel niet te spelen tijdens de ronde, maar dit spel aan het einde van de avond na te spelen. Hierbij gelden de volgende regels: 1. Elk paar mag slechts één spel naspelen. De paren vullen een naspeelbriefje in en informeren de wedstrijdleider. 2. Aan het einde van de zitting zorgen de paren ervoor dat het spel dat ze moeten naspelen, zo spoedig mogelijk wordt gespeeld en de uitslag ter verwerking aan het wc-lid dat de uitslagen verwerkt, wordt aangeboden. 3. De oudste rechten gaan voor. Indien een paar uit twee verschillende rondes een spel zou moeten naspelen, mag het alleen het spel uit de eerste van die twee rondes spelen. Het andere spel zal beschouwd worden als niet gespeeld. d. De beschikbare tijd in de laatste ronde is uit het oogpunt van gelijkheid identiek aan die in de andere rondes. Ook in de laatste ronde wordt het derde signaal gegeven. Een paar dat bij dit signaal nog niet gereed is, is op dat moment aan het naspelen. Indien op dat paar nog een na te spelen spel uit een voorgaande ronde ligt te wachten, mag het dat spel uit die voorgaande ronde niet meer spelen. Dit spel zal beschouwd worden als niet gespeeld. e. Indien een paar twee spellen moet naspelen en begint met het verkeerde (d.w.z. het spel uit de tweede van de rondes waaruit een spel moet worden nagespeeld), dan moet dat spel normaal worden gespeeld en moet de score op het scorebriefje worden ingevuld. Het spel dat gespeeld had moeten worden, wordt nu niet meer gespeeld en wordt beschouwd als niet gespeeld. f. Bij het verlaten van de tafel moet het naspeelformulier duidelijk zichtbaar op tafel achterblijven. De volgende paren moeten eerst het na te spelen spel afwerken om te voorkomen dat aan het einde van de zitting een spel twee keer moet worden nagespeeld. De twee paren die ervoor verantwoordelijk zijn dat een spel twee keer moet worden nagespeeld (door niet met het na te spelen spel te beginnen), mogen dat spel niet meer naspelen. Dit spel wordt beschouwd als niet gespeeld. g. het naspelen van een spel is een recht en geen plicht. Indien één van de paren dat een spel zou moeten naspelen daarvan afziet wordt het spel als niet gespeeld beschouwd. h. In alle gevallen waarin niet is voorzien, beslist de WC pagina 2 van 7

3 3.3 Arbitrale score Indien in een parenwedstrijd op een spel niet alle scores met elkaar kunnen worden vergeleken, worden de toe te kennen punten bepaald met behulp van de formule van Neuberg.) Uitslag per competitieronde De uitslag van een competitieronde wordt vastgesteld op grond van de volgende regels: 1. Het tijdens een competitiezitting behaalde aantal punten wordt omgerekend naar een percentage (=score). De competitiestand wordt vastgesteld door het gewogen gemiddelde van de behaalde scores. 2. Indien een paar met een invaller speelt, al dan niet een speler van een ander paar, is er sprake van een zogenaamde invallersscore. De invallersscore wordt niet gecorrigeerd als de score tussen 40 en 60 % ligt, scores onder de 40% worden gecorrigeerd tot 40% en boven de 60% tot 60%. De invallersscore telt net als de andere scores mee voor de competitiestand en voor de bepaling van het eigen gemiddelde. In de wedstrijdprotocollen voor de diverse speelmomenten is aangegeven op welke wijze en tot welk tijdstip men zich voor een zitting kan afmelden of melden dat men met een invaller speelt. Indien de wedstrijdleider hiervan zonder geldige reden te laat of in het geheel niet op de hoogte wordt gesteld kan, een en ander ter beoordeling van de WC, op de invallersscore of vervangende score een sanctie van 5 procentpunt worden gegeven. 3. Per competitieronde wordt voor het berekenen van de einduitslag het volgende systeem gehanteerd: a. bij het spelen van alle zittingen geldt elke zitting de behaalde score. b. bij één maal afwezigheid wordt voor die zitting het eigen gemiddelde toegekend. c. bij een tweede maal afwezigheid wordt voor die zitting het eigen gemiddelde toegekend met een korting van 5 procentpunt. 4. Voor elke volgende afwezigheid wordt voor die zitting een score van 0% toegekend. 5. Op het in een competitieronde behaalde resultaat wordt 0.5 procentpunt in mindering gebracht indien men 3 een officiële waarschuwing (=w) heeft gekregen gedurende 1 competitieronde. 3.5 Clubkampioenschap De uitslag van het clubkampioenschap per speelmoment wordt bepaald op basis van de eindstand van alle reguliere paren competitierondes van een seizoen. Per competitieronde worden punten toegekend volgens het volgende systeem: A-lijn 1e 50 punten, 2e 48 punten, enz. B-lijn 1e 46 punten, 2e 44 punten, enz. C-lijn 1e 42 punten, enz. enz. De toegekende punten gelden per paar. Nieuwgevormde paren beginnen met nul punten. Bij gelijk puntenaantal geldt: A-paren hebben de voorkeur boven A/B-paren. Wanneer dat geen beslissing oplevert, is het gemiddelde van de behaalde competitiescores bepalend. 4. Butlercompetitie Voor een butlercompetitie gelden dezelfde regels als voor de reguliere parencompetitie, met uitzondering van de volgende bepalingen: 4.1 Opzet en lijnindeling De Butlercompetitie bestaat uit een jaarlijks door de WC voor te stellen aantal competitieronden van elk één zitting. De paren worden naar sterkte ingedeeld in lijnen. Bij de start van de competitie is de einduitslag van het voorgaande seizoen bepalend voor de indeling. Indien die niet voorhanden is doc pagina 3 van 7

4 wordt als start gehanteerd de lijnindeling van de reguliere parencompetitie. Per speelavond bedraagt het aantal paren per lijn minimaal 12. Een paar kan door de wedstrijdleiding ingedeeld worden in een hogere of lagere lijn dan waarin gerechtigd is te spelen. 4.2 Promoveren en degraderen Na iedere ronde (dus na elke zitting) promoveert zowel als degradeert 1/3 van het aantal paren in een lijn. Een paar dat in het geheel niet aanwezig is degradeert automatisch. Leden die niet deel willen nemen aan de butlercompetitie dienen dat minimaal een week voor aanvang van de eerste zitting bij de WC kenbaar te maken. Deze leden worden dan niet ingedeeld. 4.3 Uitslag per competitieronde a. De score berekening vindt plaats volgens de richtlijnen van de NBB: 10% van de hoogste en laagste scores per gespeeld spel tellen niet mee voor de berekening van het gemiddeld behaalde resultaat per spel. Het resultaat voor elk paar wordt bepaald door de behaalde score van het paar te vergelijken met de gemiddelde score per spel. Het verschil wordt via de gebruikelijke tabel uitgedrukt in IMP s. b. Indien een arbitrale score wordt toegekend wordt een 60% score vertaald in +2 IMP s, 40% in 2 IMP s. c. Voor een paar dat met een invaller speelt geldt de werkelijk behaalde score. Een speler die als invaller in een combipaar in een lagere lijn speelt, kan ongeacht het behaalde resultaat niet promoveren; een speler die als invaller in een combipaar in een hogere lijn speelt kan ongeacht het behaalde resultaat niet degraderen. 4.4 Kampioenschap Na elke ronde worden punten toegekend aan elke speler die aan de zitting heeft deelgenomen t.b.v. het algemene butlerkampioenschap. Per speler krijgt het paar dat in de A-lijn als 1e is geëindigd 50 punten, nr 2 krijgt 48 pnt. enz. De spelers die als eerste eindigen in de B-lijn ontvangen 46 punten en nr 1 in de C-lijn 42 punten, enz. Een speler die niet aanwezig is krijgt geen punten t.b.v. het clubkampioenschap. Butlerkampioen is degene die aan het eind van de competitie de meeste punten heeft verzameld. 5. Slemkampioenschap De einduitslag wordt vastgesteld door optelling van de behaalde punten voor een geboden en gemaakt slem in een seizoen. Voor een geboden slem wat down gaat wordt punten in mindering gebracht. Voor het kampioenschap tellen mee: Alle zittingen van de parencompetitie Alle zittingen van de butlercompetitie De kerstdrive. De puntentelling geschiedt volgens het onderstaande systeem: + 2 punten voor een geboden en gemaakt klein slem - 1 punt voor een geboden en niet gemaakt klein slem + 4 punten voor een geboden en gemaakt groot slem - 2 punten voor een geboden en niet gemaakt groot slem De slemcompetitie is een individuele competitie. De speler die na de laatste zitting de meeste punten heeft vergaard, wint de slembokaal pagina 4 van 7

5 6. Viertallencompetitie Viertallen die daaraan deel willen nemen dienen zich ruim van te voren aan te melden via een door de WC uitgereikt formulier. 6.1 Opzet en lijnindeling viertallencompetitie Het aantal speelmiddagen/avonden per viertallencompetitie is afhankelijk van het aantal beschikbare middagen/avonden. Per middag/avond wordt een wedstrijd bestaande uit 2 zittingen van 12 spellen, gespeeld. Een team bestaat uit 4 spelers (evt. 5 of 6) en kiest uit zijn midden een teamcaptain. De viertallencompetitie bestaat uit ten minste 2 lijnen, tenzij het aantal ingeschreven teams minder dan 20 bedraagt. Aan het eind van het seizoen vindt promotie en degradatie plaats. Voor aanvang van de competitie maakt de WC bekend hoeveel teams promoveren dan wel degraderen. 6.2 Speeltijd Per ronde (incl. tafelwisseling) zijn 90 minuten beschikbaar. Als het tijdsein gaat, mag niet meer met een nieuw spel worden begonnen. Bij tijdsoverschrijding mag maximaal één spel (van de 24) worden nagespeeld. Voor alle overige niet gespeelde spellen wordt van het totaal aantal IMP's van het viertal 0,5 VP per spel in mindering gebracht. Toepassing van deze regel is ter beoordeling aan de WL. Indien de tijd dit toestaat (eerst scores controleren!), kan er voor het wisselen een tussenstand worden uitgerekend. Als de WL het teken geeft voor de tweede ronde, mag er niet meer worden uitgerekend. 6.3 Score Ieder paar noteert de scores op een eigen viertallenbriefje. Na elke ronde worden de viertallenbriefjes per tafel gecontroleerd en eventuele verschillen opgehelderd. De score voor de desbetreffende avond wordt vastgesteld door omrekening van de verschillen in scores in IMP's, respectievelijk VP's. De totale aantallen IMP's en VP's worden vermeld op het uitslagenformulier. Na wederzijds paraferen van dit formulier door de teamcaptains is de vermelde uitslag bindend. Indien een paar tijdens een speelavond die deel uitmaakt van de viertallencompetitie, een waarschuwing (w) ontvangt, worden op het totale aantal door het viertal behaalde WP s 0,5 WP in mindering gebracht. De WC kan bepalen dat de score ook ingevoerd moet worden op de bridgemates. Zij zal dit voor aanvang van de wedstrijden bekend maken. 6.4 Invallersregeling Als in een team met één invaller wordt gespeeld heeft dit geen gevolgen voor de uitslag. Bij 2 invallers is het te behalen aantal punten minimaal 5 en maximaal 15. Het team van de tegenstander krijgt de eigen score. Bij afwezigheid van een compleet viertal geldt: Eerste keer 10 punten Tweede keer 8 punten Derde keer 6 punten enz. 6.5 Oneven aantal viertallen Indien op een viertallenavond in een lijn een oneven aantal viertallen beschikbaar is, zullen op gezag van de wedstrijdleider drie viertallen in een zogenaamde driehoek tegen elkaar uitkomen. De uitslagen tellen mee voor de competitie pagina 5 van 7

6 7. Overige bepalingen 7.1 Arbitrage Op alle door de BC Schollevaar georganiseerde wedstrijden wordt gespeeld volgens de Spelregels voor Wedstrijdbridge van de NBB. Bij onregelmatigheden moet de arbiter ingeschakeld worden. Deze beoordeelt aan de hand van de genoemde Spelregels de aan hem voorgelegde gevallen en doet hierover een uitspraak. In problematische gevallen wordt de uitspraak opgeschort tot de arbitrage op een later tijdstip is besproken met één of meerdere andere clubarbiters. Tegen arbitrale uitspraken is het voor betrokkenen mogelijk protest aan te tekenen. Dit moet na de uitspraak van de arbiter dezelfde middag/avond met schriftelijke bekendmaking van de feiten kenbaar worden gemaakt aan de wedstrijdleider, de arbiter en de tegenpartij. Voor het protest dient gebruik te worden gemaakt van het protestformulier dat bij de wedstrijdleider verkrijgbaar is. De wedstrijdleider formeert een Protest Commissie (PC), dat uit drie of vijf leden bestaat. Deze leden zijn op zijn minst in het bezit van het diploma technisch clubleider en/of zijn ervaren bridgers. Per protest stelt de wedstrijdleider een PC samen. Voor de behandeling van een protest is bij indiening een bedrag van 5.00 verschuldigd. Het protestformulier dient binnen 48 uur volledig ingevuld ingeleverd te zijn bij de wedstrijdleider. Hij/zij ziet er op toe dat het protestformulier correct is ingevuld en dat het door alle partijen is ondertekend. De PC ontvangt een kopie van het protestformulier. Na behandeling van het protest wordt de uitslag z.s.m., bij voorkeur voor de volgende competitiezitting, maar in elk geval voor het einde van de competitieronde, aan de protesterende partij, aan de niet-protesterende partij, aan de geconsulteerde arbiter en aan de wedstrijdleider schriftelijk medegedeeld. Oordeelt de PC de reden voor het indienen van het protest voldoende gegrond, dan zal restitutie van het protestgeld plaatsvinden. 7.2 Systeemkaart Het gebruik van een systeemkaart is verplicht voor alle spelers van een team in alle wedstrijden. In het wedstrijdprotocol kunnen uitzonderingen hierop worden opgenomen. De systeemkaarten van twee partners dienen gelijk te zijn en behoren ongevraagd ter beschikking van de tegenstanders op tafel te liggen. Het raadplegen van de eigen systeemkaart tijdens bieden en spelen is niet toegestaan. De WL kan aan paren die zich niet aan deze regels houden, een officieuze waarschuwing geven. Bij herhaling kan de WL een officiële waarschuwing (w) geven. 7.3 Rondpas Bij een rondpas wordt niet overgedeeld. 7.4 Alerteren Een bieding die een conventionele betekenis heeft, moet gealerteerd worden, tenzij de tegenpartij voor de aanvang van de ronde uitdrukkelijk heeft verklaard hierop geen prijs te stellen. Het alerteren wordt gedaan door de partner van de speler die een dergelijke bieding heeft gedaan, door onmiddellijk na de bieding het alert kaartje te tonen. De alerteerregels van de NBB zijn leidend voor de vraag welke biedingen wel of niet gealerteerd moeten worden. 7.5 Stopregel Voordat een openingsbod van 2 of hoger of een sprong(bij- of volg)bod gedaan wordt, moet het stopkaartje uit de biddingbox op tafel gelegd worden door degene die dat bod gaat doen. De volgende speler is verplicht 10 seconden te wachten voor hij een bieding doet. 7.6 Verwerking uitslagen Voor de verwerking van de resultaten wordt bij parenwedstrijden of individuele wedstrijden gebruik gemaakt van de Bridgemate. De Noord speler dient na afloop van elk spel het resultaat in de Bridgemate in te voeren en de Oostspeler in staat te stellen de invoer te controleren. Nadat oost de invoer heeft bevestigd, kan het ingevoerde resultaat aan tafel niet meer worden gewijzigd. Indien een of beide paren van mening zijn dat (wellicht) het resultaat foutief is ingevoerd in de Bridgemate, dient zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk aan het eind van de laatste speelronde een score-correctieformulier te worden ingevuld. Dit formulier moet ingeleverd worden bij het WC lid pagina 6 van 7

7 dat die middag of avond belast is met het inlezen van de resultaten in de computer. Handmatig zal de correctie dan alsnog verwerkt worden, waarna de uitslag van de zitting wordt vastgesteld. Indien een speler op een nog later tijdstip, bijvoorbeeld thuis na het inzien van de persoonlijke uitslag, van mening is dat een resultaat op een spel onjuist is ingevoerd, dient hij of zij contact op te nemen met het paar waartegen het bewuste spel is gespeeld. Als beide paren van mening zijn dat het ingevoerde resultaat onjuist is, dient het lid van de WC dat met de verwerking van de uitslagen belast is, daarvan op de hoogte te worden gesteld, met vermelding van de correctie die moet worden doorgevoerd. Bij viertallen wedstrijden is de toepassing van de Bridgemate optioneel. De betreffende WC bepaalt of de Bridgemate gebruikt wordt. Te allen tijde dienen de viertallen de behaalde scores op het zogenaamde viertallen briefje bij te houden. 7.7 Slotbepalingen a. Tijdens alle bridgedrives buiten de reguliere paren- en viertallencompetities is, voor zover niet anders aangegeven, dit reglement van toepassing. b. Indien om onvoorziene redenen van de hiervoor vermelde regels moet worden afgeweken, zal dit tijdig aan de leden worden meegedeeld. c. In alle nog niet voorziene omstandigheden beslist de TC. d. Wijzigingen in het wedstrijdreglement worden voorbereid in de TC. e. Dit wedstrijdreglement en de wedstrijdprotocollen per spelmoment volgen in grote lijnen de regels van de Bridgebond. Aanpassing van die regels op sommige plaatsen heeft geresulteerd in een voor de BC Schollevaar specifiek wedstrijdreglement in huisstijl. Het is dit eigen wedstrijdreglement dat bindend is; aan afwijkende regels in het wedstrijdreglement van de Bridgebond kunnen geen rechten ontleend worden pagina 7 van 7