Stichting Pensioenfonds Flexsecurity. Jaarverslag 2011

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Stichting Pensioenfonds Flexsecurity. Jaarverslag 2011"

Transcriptie

1 Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Jaarverslag 2011

2 Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Diemermere TC DIEMEN Postbus AP AMSTERDAM-ZUIDOOST Contactgegevens: Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Postbus AV DEN HAAG telefoon: website:

3 Inhoudsopgave Meerjarenoverzicht van kerncijfers 5 Verslag van het bestuur 7 1. Algemene informatie 9 Juridische structuur 9 Samenstelling van organen en comm. 10 Statutaire doelstellingen Financiële positie en ontwikkeling deelnemersbestand 17 Financiële positie 17 Ontwikkeling deelnemersbestand Bestuursvergaderingen en besluitvorming 27 Vergaderingen 27 Activiteiten en besluiten Risicobeheersing 37 Risicobeheersing Beleggingen 44 Vermogensbeheer 45 Algemene ontwikkelingen op beleggingsgebied 45 Beleggingsbeleid en -rendement Rapportage van het Verantwoordingsorgaan 59 Verslag en oordeel Verantwoordingsorg. 59 Reactie van bestuur op verslag en oordeel Verantwoordingsorgaan Verklaring en ondertekening 61 Ontwikkelingen in Ondertekening 61 Jaarrekening 63 Balans per 31 december Staat van baten en lasten over Kasstroomoverzicht over Toelichting op de balans en staat van baten en lasten Algemene toelichting Grondslagen voor waardering van activa en passiva Grondslagen voor bepaling resultaat Kasstroomoverzicht Beleggingen voor risico deelnemers Beleggingen voor risico pensioenfonds Vorderingen en overlopende activa Overige activa Stichtingskapitaal en reserves Voorziening pensioenverplichtingen risico deeln Overige schulden en overlopende passiva Risicobeheer Verbonden partijen Premiebijdragen Beleggingsresultaten risico deelnemers Overige baten Pensioenuitkeringen Afkoop kleine pensioenen Pensioenuitvoeringskosten Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor risico deelnemers Saldo overdrachten van rechten Overige lasten Aantal personeelsleden Honaria accountant 90 Overige gegevens 91 Resultaatbestemming 91 Gebeurtenissen na balansdatum 91 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 91 Verklaring van de actuaris 91 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 95 Verklaring van de actuaris 99

4 4

5 Meerjarenoverzicht van kerncijfers Alle genoemde bedragen in dit jaarverslag zijn in duizenden euro s, tenzij anders aangegeven. Aantallen worden in hele getallen weergegeven Aantal aangesloten ondernemingen Aantal verzekerden Actieve deelnemers Gewezen deelnemers Totaal aantal deelnemers Rijpingsgraad: premievrije deelnemers t.o.v. totaal deelnemers 86% 86% 87% 86% 85% Bedragen Premiebedragen Uitkeringen (ineens) aan deelnemers: Ten behoeve van ouderdomspensioen (2.770) (371) (325) (681) (702) Ten behoeve van nabestaandenpensioen (274) (1.693) (1.468) (175) (131) Ten behoeve van afkoop kleine pensioenen (28.183) (24.450) (5.255) X X Saldo overdrachten van rechten (2.671) (2.720) (2.530) (3.763) (2.612) Uitvoeringskosten (2.095) (2.311) (1.530) (1.312) (1.059) Uitvoeringskosten als percentage van premie 5,3% 6,0% 4,0% 3,6% 5,1% Financiële positie Beleggingen Stichtingskapitaal en reserves Voorziening pensioenverplichtingen Minimaal vereist eigen vermogen X Vereist eigen vermogen X Beleggingen, beleggingsopbrengsten Directe beleggingsopbrengsten Indirecte beleggingsopbrengsten (6.079) (29.912) Kosten vermogensbeheer (366) (365) (503) (853) (447) Totale beleggingsopbrengsten (4.524) (30.025) Aandelen Obligaties Vastgoed Derivaten (valutatermijncontracten) (187) Overige beleggingen, inclusief liquide midd Totale beleggingen waarvan voor risico deelnemers Performance beleggingsportefeuilles Beleggingsrendement (meetkundig) X X 16,4% (15,0%) 3,3% Beleggingsrendement Basispensioen 1,9% 7,8% X X X Beleggingsrendement rendementsportefeuille (Pluspensioen) (10,0%) 7,8% X X X Beleggingsrendement renteportefeuille (Pluspensioen) 3,3% 0,8% X X X 5

6 6

7 Verslag van het bestuur 7

8 8

9 1. Algemene informatie Juridische structuur Algemeen Stichting Pensioenfonds Flexsecurity ( Flexsecurity, het fonds, Flexsecurity pensioen), statutair gevestigd in Amsterdam, is opgericht op 16 februari De stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer De statuten zijn laatstelijk gewijzigd op 9 november De twee pensioenreglementen, het Basispensioen en het Pluspensioen, zijn het laatst gewijzigd per 1 januari Flexsecurity is een ondernemingspensioenfonds en treedt op als pensioenuitvoerder van de pensioenregelingen van de onder Randstad Groep Nederland bv ressorterende bedrijven die werknemers (flexwerkers) ter beschikking stellen van opdrachtgevers om onder leiding en toezicht van deze opdrachtgevers werkzaamheden te verrichten. Het pensioenfonds voert de pensioenregelingen uit zoals die in de CAO voor Uitzendkrachten van toepassing zijn verklaard op alle flexwerkers die werkzaam zijn onder deze CAO. Ook de personen die werkzaam zijn onder de arbeidsvoorwaardenregeling voor Medewerkers van Payroll-Ondernemingen vallen binnen deze pensioenregelingen. Krachtens deze CAO en arbeidsvoorwaardenregeling is er een bedrijfstakpensioenfonds ingesteld, te weten Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten ( STiPP ) dat is aangewezen om deze pensioenovereenkomst uit te voeren. Het betreft pensioenregelingen op basis van een beschikbare-premiesystematiek. Randstad Groep Nederland bv en haar dochterondernemingen die vallen onder de werkingssfeer van genoemde CAO en arbeidsvoorwaardenregeling, zijn door STiPP op vrijwillige basis vrijgesteld van de verplicht gestelde deelname aan het bedrijfstakpensioenfonds. Deze ondernemingen zijn in staat gesteld de pensioenregelingen door middel van het pensioenfonds Flexsecurity uit te voeren. Flexsecurity pensioen is herverzekerd bij Nationale-Nederlanden Levensverzekeringsmaatschappij N.V. ( Nationale-Nederlanden ) te Rotterdam. Flexsecurity pensioen heeft een paritair samengesteld bestuur dat zich terzijde laat staan door een externe accountant en enkele commissies. Daarnaast is er een verantwoordingsorgaan. Het pensioenfonds heeft geen personeel in dienst: alle werkzaamheden (pensioenadministratie, -uitbetaling, vermogensbeheer, communicatie, etc.) zijn uitbesteed. Statuten Gedurende het verslagjaar heeft er geen formele wijziging van de statuten plaatsgevonden. De statuten zijn onder meer in te zien via de website van het pensioenfonds. Aangesloten ondernemingen In 2011 heeft één onderneming zich aangesloten bij Flexsecurity. Dit betreft Banenbedrijf bv, een dochteronderneming van Randstad Groep Nederland bv dat zich speciaal richt op de arbeidsmarktbemiddeling van voormalige postbodes van PostNL. Ultimo 2011 waren de volgende vierentwintig ondernemingen (juridische entiteiten) aangesloten bij het fonds: Banenbedrijf bv JMW Horeca Uitzendbureau bv Mailprofs Uitzendbureaux BV P/flex bv P/flex Payroll bv P/flex Projecten bv P/flex T&L bv Randstad Direct bv 9

10 Randstad HR Solutions bv Randstad Onderwijs bv Randstad Payroll Services bv Randstad Professionals bv Randstad Technoflex bv Randstad Uitzendbureau bv Select AV Personeel bv SPARQ BV SPARQ Outsourcing BV Tempo-Team Employability bv Tempo-Team Flexresult bv Tempo-Team Inhouse Services bv Tempo-Team Payroll Services bv Tempo-Team Professionals bv Tempo-Team Projecten bv Tempo-Team Uitzenden bv Uitzendbureau Otter-Westelaken bv Op SPARQ Outsourcing bv na betreffen dit alle aansluitingen op grond van de hierboven genoemde CAO en arbeidsvoorwaardenregeling. Samenstelling van organen en commissies Bestuur Het bestuur is samengesteld uit vier werkgeversvertegenwoordigers en vier deelnemersvertegenwoordigers. De samenstelling van het bestuur is als onderstaand. Benoemd door de werkgever: Functie in bestuur Datum toetreden Datum aftreden De heer mr. F.C.A. van Haasteren Voorzitter Nevenfunctie Flexsecurity De heer mr. S. de Leeuw Plv. voorzitter De heer drs. G.M.M. van Rooij Lid Vz. beleggingsadviescie, Lid geschillencie. De heer H. van Slooten RA RC Lid Benoemd namens de deelnemers: Functie in bestuur Datum toetreden Datum aftreden Mevrouw I.M. Nauta Secretaris Nevenfunctie Flexsecurity De heer R.F. Mullens Lid Lid beleggingsadviescie. De heer G.H. Wilts Lid Lid beleggingsadviescie., Lid geschillencie. De heer E.L.S. Hammen Lid Op 11 mei 2011 is mevrouw M. Verbruggen-Aalberts overleden. Zij was tot die datum secretaris in het bestuur van Flexsecurity pensioen en was sinds 1 augustus 2000 bestuurslid namens de deelnemers. Tevens was zij lid van de geschillencommissie. Flexsecurity heeft in haar een deskundig, betrokken en zeer gewaardeerd bestuurslid 10

11 verloren. Een In memoriam is in het jaarverslag 2010 gepubliceerd. Mevrouw Verbruggen-Aalberts is opgevolgd door de heer E.L.S. Hammen. Hij is benoemd door de centrale ondernemingsraad van Randstad Groep Nederland bv. De heer Hammen was tot 1 augustus 2011 lid van het Verantwoordingsorgaan van het fonds, laatstelijk tevens voorzitter van dit orgaan. Mevrouw Nauta heeft mevrouw Verbruggen opgevolgd als secretaris van het bestuur. De bestuursleden zijn voor een periode van vier jaar benoemd op voordracht van de werkgever en de deelnemers, ieder voor wat betreft hun eigen vertegenwoordigers. De bestuursleden namens de deelnemers worden aangewezen door de centrale ondernemingsraad van Randstad Groep Nederland bv. De bestuursleden namens de werkgever worden benoemd door Randstad Holding nv. De samenstelling van het bestuur is tijdens het verslagjaar (2011) niet veranderd: alle bestuursleden zijn op 1 augustus 2008 voor een periode van vier jaren op voordracht van hun geledingen herbenoemd. Het bestuur heeft het voornemen de benoemingstermijnen van de bestuursleden niet meer allemaal synchroon te laten lopen. Bij de eerstvolgende statutenwijziging zou dit voornemen worden geëffectueerd, ware het niet dat Flexsecurity pensioen nu voornemens is zich om te zetten in een premiepensioeninstelling. Het bestuur vertegenwoordigt het pensioenfonds en draagt de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de pensioenregeling en het daarbij behorende pensioen- en beleggingsbeleid. Besluitvorming vereist dat een meerderheid van de bestuursleden haar stem uitbrengt en dat ten minste de helft van de uitgebrachte stemmen instemt. Het bestuur heeft een operationeel directeur aangesteld ten behoeve van de dagelijkse, operationele activiteiten van het pensioenfonds. De directeur is de heer mr. R.L. Schikhof. Hij wordt bijgestaan door de heer drs. R.H.H. Ganzeboom RC, adjunct-directeur. Het bestuur heeft uitsluitend bevoegdheden conform de statuten en reglementen van Flexsecurity pensioen, alsmede overeenkomstig de vastlegging in de actuariële en bedrijfstechnische nota (ABTN). Beleggingsadviescommissie Flexsecurity heeft een adviescommissie betreffende de beleggingen van het fonds. De verantwoordelijkheid van deze beleggingsadviescommissie (BAC) is het bestuur te adviseren over beleggingsaangelegenheden in brede zin. De commissie is samengesteld uit leden van het bestuur, de directie van het fonds en een externe deskundige: Naam De heer drs. G.M.M. van Rooij De heer R.F. Mullens De heer G.H. Wilts Mevrouw drs. M. Verheul De heer mr. R.L. Schikhof De heer drs. R.H.H. Ganzeboom RC Functie Voorzitter namens de werkgeversvertegenwoordiger in het bestuur Lid namens de deelnemersvertegenwoordigers in het bestuur Lid namens de deelnemersvertegenwoordigers in het bestuur Lid (extern) Lid namens de directie van het fonds Lid namens de directie van het fonds De beleggingsadviescommissie heeft de volgende taken: het opstellen van de beleggingsplannen voor het Basis- en het Pluspensioen; het monitoren van de activiteiten van de vermogensbeheerders; het voeren van een beleggingsbeleid ten opzichte van de strategische benchmark. De strategische benchmark vertaalt de beleidsuitgangspunten naar concrete beleggingsdoelstellingen en vergelijkingsmaatstaven voor het rendement. Geschillencommissie Indien een geschil ontstaat tussen het pensioenfonds en een belanghebbende bij het 11

12 pensioenfonds, is bepaald dat de belanghebbende zich kan wenden tot de geschillencommissie van het pensioenfonds. De geschillencommissie is door het bestuur gemandateerd tot het doen van bindende uitspraken. De geschillencommissie bestaat uit: Naam Mevrouw mr. drs. D. Visser De heer G.H. Wilts De heer drs. G.M.M. van Rooij Functie Voorzitter Lid namens de deelnemersvertegenwoordigers in het bestuur Lid namens de werkgeververtegenwoordigers in het bestuur Tot haar overlijden was mevrouw Verbruggen-Aalberts lid van het de geschillencommissie. Het bestuur heeft de heer Wilts benoemd als opvolger in deze commissie. De geschillencommissie heeft in het verslagjaar geen geschillen behandeld. Verantwoordingsorgaan Als gevolg van de bepalingen van goed pensioenfondsbestuur is met ingang van 1 januari 2008 een verantwoordingsorgaan ingesteld. Het Verantwoordingsorgaan bestaat uit zes leden uit twee geledingen (werkgever en deelnemers). De personele samenstelling is als volgt: Naam Functie Geleding Aftreeddatum De heer J.W. Cashoek Voorzitter Deelnemers De heer L.V. Koppenol Secretaris Werkgever De heer E. Casteelen Plv. voorzitter Deelnemers Mevrouw drs. P.S. Kemper Plv. secretaris Werkgever Mevrouw drs. R.C. Bais Lid Werkgever De heer W.A. Tas MA Lid Deelnemers Als opvolger van de heer E.L.S. Hammen heeft de centrale ondernemingsraad de heer W.A. Tas MA voorgedragen als lid namens de deelnemers van het Verantwoordingsorgaan. Op 15 december 2011 heeft het bestuur van Flexsecurity pensioen hem benoemd. Formeel liep de zittingstermijn van deze benoeming tot 1 januari 2012; reden waarom na afstemming met de centrale ondernemingsraad de heer Tas direct herbenoemd is voor een nieuwe termijn van vier jaren (2012 tot en met 2016). Op hetzelfde moment is ook na afstemming met de werkgever mevrouw Kemper herbenoemd voor eenzelfde termijn van vier jaren. Op 23 januari 2012 heeft het Verantwoordingsorgaan de functies binnen het orgaan opnieuw verdeeld en vastgesteld zoals hierboven vermeld. Visitatiecommissie Sinds 2009 heeft Flexsecurity pensioen het interne toezicht formeel ingericht en vormgegeven. Hierbij is gekozen voor een visitatiecommissie die het interne toezicht door visitatie vormgeeft. Het bestuur van SPR heeft Visitatie Commissie Pensioenfondsen (VCP) aangesteld als contractpartner voor de visitatiecommissie. De volgende personen zijn als leden van de Visitatiecommissie aangesteld: Naam De heer prof. dr. D.M. Swagerman Mevrouw mr. M. Meijer-Zaalberg De heer J.W. Kloet RC Functie Voorzitter Lid Lid De eerstvolgende visitatie was gepland in 2012, maar gezien het voornemen het pensioenfonds per 1 januari 2013 om te zetten naar een premiepensioeninstelling, ligt een nieuwe visitatieronde niet meer in de lijn der verwachtingen. 12

13 Compliance officer Het bestuur van het pensioenfonds heeft mevrouw mr. M.A.C. Scholten benoemd als compliance officer binnen de organisatie. De voornaamste taak van de compliance officer is het onafhankelijk toezicht op de naleving van de gedragscode. Dit leidt onder meer tot het toetsen van de naleving van wet- en regelgeving met betrekking tot onder andere koersgevoelige informatie en privé-effectentransacties door het bestuur en de medewerkers van het pensioenfonds. Vermogensbeheerders De vermogensbeheerders van het fonds zijn ING Investment Management BV te Den Haag (ING IM) en Kempen Capital Management NV te Amsterdam (KCM). ING IM beheert het vermogen van het Basispensioen, KCM dat van het Pluspensioen. Accountant De accountant van Flexsecurity pensioen is PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Actuaris De certificerende actuaris van het pensioenfonds is Mercer Certificering B.V. Dagelijkse uitvoering De uitvoering van het fonds is uitbesteed aan Nationale-Nederlanden Levensverzekeringsmaatschappij N.V. Hier vinden alle uitvoerende werkzaamheden plaats, zoals: Het verwerken van gegevens van individuele deelnemers en gewezen deelnemers; De berekening van pensioenrechten, uitgaande van de basisgegevens en van mutaties, en mededeling hiervan aan de deelnemers; Het verzorgen van herverzekering van risico s ten aan zien van overlijden en arbeidsongeschiktheid; Het verzorgen van voorlichting aan deelnemers en gewezen deelnemers of hun nagelaten betrekkingen; Het verzorgen van waardeoverdrachten van en naar voorgaande of nieuwe pensioenuitvoerders van (gewezen) deelnemers; Financiële administratie en verslaglegging. Een deel van de uitvoerende werkzaamheden is uitbesteed aan het pensioenbureau van Randstad Holding nv. Deze werkzaamheden hebben vooral betrekking op bestuursondersteuning, secretariaat en directie, als ook administratieve zaken ten behoeve van informatie en afstemming met Nationale-Nederlanden. Zo verloopt de periodieke overdracht van de administratieve gegevens en de ingelegde premies van de aangesloten ondernemingen naar Nationale-Nederlanden via het pensioenbureau van Randstad Holding. Tijdens het verslagjaar is 25% van de capaciteit van het pensioenbureau aangewend ten behoeve van Flexsecurity pensioen. De personeels- en huisvestingskosten van het pensioenbureau worden dan ook voor 25% door Randstad Holding doorbelast aan Flexsecurity (2010: 25%). De financiering van de uitvoeringskosten van het fonds geschiedt vanuit de premies die door deelnemers en werkgever worden ingelegd. Hiervoor wordt bij het Basispensioen een kostenafslag gehanteerd. In 2011 bedroeg deze kostenafslag 7% van de ingelegde premies (2010: 7%). Bij het Pluspensioen worden de uitvoeringskosten gefinancierd uit het verschil tussen de ingelegde doorsneepremies en de leeftijdsafhankelijke, in het beleggingsdepot te storten premie. Website De website van Flexsecurity pensioen is op internet benaderbaar via De site is op 6 januari 2011 geheel vernieuwd. Op deze site is informatie te vinden over het pensioenfonds en de pensioenregelingen. Zowel deelnemers, gewezen deelnemers als andere geïnteresseerden kunnen gebruik maken van de site. Op de website zijn fondsdocumenten te downloaden en wordt actuele 13

14 informatie verstrekt over de gang van zaken binnen het fonds. De site is voor iedereen toegankelijk en bevat ook filmpjes over levensgebeurtenissen die effect (kunnen) hebben op het pensioen van de deelnemers. Statutaire doelstellingen Het pensioenfonds heeft als doelstelling te voorzien in pensioen- en andere uitkeringen ten behoeve van deelnemers en hun nagelaten betrekkingen. Hieronder worden de belangrijkste zaken die deze doelstelling mede moet doen realiseren, beschreven. Statuten De statuten van Flexsecurity pensioen zijn in het verslagjaar niet gewijzigd. Pensioenreglement Sinds 2008 kent Flexsecurity twee pensioenreglementen: één voor het zogeheten Basispensioen en één voor het zogeheten Pluspensioen. Hieraan liggen CAO-afspraken ten grondslag. De belangrijkste kenmerken van de regelingen zijn: - Basispensioen(-regeling): Geldt voor flexwerkers in fase A; Gedurende de eerste zesentwintig weken van het dienstverband geen pensioenopbouw; daarna wel voor een ieder ouder dan 21 jaar; Beschikbare premieregeling met pensioenleeftijd van 65 jaar; Pensioenpremie bedraagt 2,6% van de pensioengrondslag en komt geheel ten laste van de werkgever. De bijdrage van de deelnemer is nihil; Pensioengrondslag is gelijk aan brutoloon; Verblijfsduur in Basispensioenregeling is maximaal de duur dat de flexwerker werkzaam is in fase A; Bij vooroverlijden komt het opgebouwde pensioenkapitaal voor 100% beschikbaar aan de nabestaanden ten behoeve van een levenslange pensioenuitkering. - Pluspensioen(-regeling): Geldt voor flexwerkers in fase B en fase C alsmede voor werkenden werkzaam onder de arbeidsvoorwaardenregeling voor Medewerkers van Payrollondernemingen (VPO); Geen wachttijd voor fase B/C-flexwerkers, twee maanden wachttijd voor werkenden binnen de VPO-arbeidsvoorwaardenregeling; toetredingsleeftijd is 21 jaar; Beschikbare premieregeling met pensioenleeftijd van 65 jaar; Pensioenpremie voor ouderdomspensioen volgt uit een leeftijdsafhankelijke staffel; Bij vooroverlijden komt het opgebouwde pensioenkapitaal voor 100% beschikbaar aan de nabestaanden ten behoeve van een levenslange pensioenuitkering. Daarenboven geldt voor actieve deelnemers in aanvulling hierop een risicoverzekering voor de nabestaanden over de toekomstige diensttijd; Bij arbeidsongeschiktheid wordt de pensioenopbouw premievrij voortgezet volgens het niveau van premie-inleg van het moment van aanvang arbeidsongeschiktheid; De verschuldigde leeftijdsonafhankelijke doorsneepremie voor de pensioenregeling, inclusief risicoverzekeringen en uitvoeringskosten bedroeg in ,7% (2012: 12,0%, 2010: 11,7%) van de pensioengrondslag en komt voor 2/3 voor rekening van de werkgever. 1/3 deel wordt derhalve betaald door de deelnemer; Voor de bepaling van de pensioengrondslag wordt gebruik gemaakt van een 14

15 uurfranchise. Deze bedroeg in ,70. In beginsel wordt bij overgang van Basis- naar Pluspensioen het bijbehorende kapitaal overgedragen. - Afkoop van kleine pensioenen: Flexsecurity pensioen maakt vanaf 2009 structureel gebruik van de mogelijkheid die de Pensioenwet biedt, om kleine pensioenen af te kopen. Dit houdt in dat - na het verstrijken van een periode van twee jaar na einde van de deelneming - de gewezen deelnemer de waarde van zijn pensioen in één keer krijgt uitbetaald. Op deze wijze wordt vermeden dat voor relatief kleine pensioenbedragen nog jarenlang administratieve lasten worden gemaakt. In 2011 zijn de deelnemers die in 2009 slaper van het fonds werden en gezien hun opgebouwde kapitaal hiervoor in aanmerking kwamen, afgekocht. Daarnaast zijn ook gewezen deelnemers die al langer slaper zijn, benaderd voor afkoop. Uitvoeringsovereenkomst Aan de hand van de Pensioenwet zijn in 2008 de aansluitingsovereenkomsten met alle afzonderlijke aangesloten ondernemingen vervangen door één uitvoeringsovereenkomst. In deze overeenkomst is vastgelegd dat Flexsecurity de pensioenovereenkomsten tussen de werknemers en de werkgever uitvoert. De werkgever in dezen is Randstad Groep Nederland bv een subholding van de Randstad Groep waarin alle Nederlandse werkmaatschappijen zijn opgenomen. In de uitvoeringsovereenkomst is expliciet vastgelegd dat de financiële verplichtingen van de werkgever niet verder strekken dan de tijdige betaling van de werkgeversbijdrage, maar dat er ook in geen geval sprake kan zijn van premiekorting of teruggave van premies aan de werkgever. Flexsecurity pensioen is zelf verantwoordelijk voor zijn financiële positie en kan hierbij nimmer terugvallen op de werkgever. In de uitvoeringsovereenkomst zijn daarnaast bepalingen opgenomen voor werknemers van de werkgever ten aanzien van lidmaatschappen van het bestuur en het Verantwoordingsorgaan van het fonds. Ook is bepaald hoe het fonds zich in beginsel opstelt ten aanzien van collectieve waardeoverdrachten, mocht de werkgever bijvoorbeeld overnames doen. Het fonds werkt in principe mee aan collectieve waardeoverdrachten indien bij de verwerving van pensioenkapitaal voor de nieuwe deelnemers geen verslechtering ontstaat van de financiële positie van het fonds. De uitvoeringsovereenkomst heeft een beperkte looptijd (vijf jaar) tot 1 januari Deze overeenkomst wordt in beginsel steeds voor een tijdvak van vijf jaren verlengd. Bij herziening of beëindiging van de overeenkomst blijft de werkgever gehouden aan de betaling van de overeengekomen (premie-)bijdrage en zal hij niet verplicht worden additionele betalingen te doen. Ook het uitgangspunt dat de werkgever geen aanspraak heeft op middelen van het fonds blijft te allen tijde gehandhaafd. Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN) Ten gevolge van gewijzigde statuten, de pensioenreglementen, de voorziene wijzigingen in het beleggingsbeleid en de uitvoeringsovereenkomst moet de ABTN van het fonds worden aangepast. In de ABTN wordt voornamelijk de financiële systematiek van de pensioenregeling beschreven. Verder worden de belangrijkste kenmerken van het reglement, het beleggingsbeleid en de maatregelen ter zake risicobeheersing uitgebreid beschreven. Gedragscode Flexsecurity pensioen heeft een interne gedragscode, waarmee wordt beoogd te voldoen aan de eisen die de Autoriteit Financiële Markten (AFM) hanteert bij haar effectentypische gedragstoezicht bij pensioenfondsen. Alle bestuursleden en andere betrokkenen hebben aan de compliance officer van het fonds schriftelijk verklaard in 2011 conform de 15

16 geldende gedragsregels te hebben gehandeld. Geschillen en klachten Het fonds heeft een geschillen- en klachtenregeling. De belangrijkste punten uit deze regeling zijn: Geschillen betreffen disputen tussen het fonds en belanghebbenden waarin belanghebbenden zich in hun rechtspositie menen geschaad; Klachten betreffen verklaringen van belanghebbenden dat ze op incorrecte wijze door het fonds bejegend zijn; Klachten worden afgehandeld door Nationale-Nederlanden; Geschillen worden behandeld in de geschillencommissie, die een nader onderzoek naar feiten instelt en daarbij het beginsel van hoor en wederhoor toepast; De geschillencommissie is door het bestuur van het fonds gemandateerd besluiten te nemen ten aanzien van de geschillen; zij vormt daarmee het hoogste beroepsorgaan binnen het fonds voor geschillen; De geschillencommissie stelt de belanghebbenden zo spoedig mogelijk van de besluiten in kennis en doet deze besluiten vergezeld gaan van een mededeling dat de mogelijkheid bestaat het geschil voor te leggen aan de Ombudsman Pensioenen; De geschillencommissie is samengesteld uit drie leden: twee bestuurders en een onafhankelijk voorzitter; Gedurende het bestaan van een vacature heeft de geschillencommissie geen bevoegdheden. De geschillencommissie heeft in 2011 net als alle voorgaande jaren niet vergaderd, omdat het fonds geen (vermeende) geschillen van belanghebbenden heeft ontvangen. Uitbesteding Hierboven is al vermeld dat Flexsecurity pensioen gebruik maakt van het pensioenbureau van Randstad Holding nv. Zodoende zijn alle werkzaamheden van het pensioenfonds uitbesteed: aan Randstad Holding en aan Nationale-Nederlanden voor wat betreft de uitvoering, aan ING Investment Management en Kempen Capital Management (KCM) voor wat betreft het vermogensbeheer. De dienstverlening van Randstad aan het fonds is geformaliseerd door middel van een overeenkomst. Deze uitbestedingsovereenkomst is getoetst aan de wettelijke uitbestedingsrichtlijnen voor pensioenfondsen. In de overeenkomst wordt de onafhankelijke positie van het pensioenbureau benadrukt: het moet zich bij de vervulling van de overeengekomen werkzaamheden richten naar de belangen van de bij Flexsecurity pensioen betrokken deelnemers, gewezen deelnemers en aangesloten ondernemingen. Met Nationale-Nederlanden heeft Flexsecurity een herverzekeringsovereenkomst afgesloten, waarin ten aanzien van uitbesteding relevante aandachtsgebieden zijn opgenomen. Hieronder valt ook het vermogensbeheer. Door de herverzekering ligt het juridische eigendom van de beleggingen bij Nationale- Nederlanden. Deze worden beheerd door ING Investment Management, maar Flexsecurity heeft contractueel een uitzondering bedongen: dientengevolge is het vermogensbeheer van het Pluspensioen uitbesteed aan KCM. Nationale-Nederlanden heeft Flexsecurity pensioen een volmacht verleend deze beleggingen te laten beheren door KCM. 16

17 2. Financiële positie en ontwikkeling deelnemersbestand Financiële positie Ten aanzien van de financiële positie gaat de aandacht van het bestuur voornamelijk uit naar de beleggingen en de uitvoeringskosten van het fonds. De uitvoeringskosten komen bij het Basispensioen in mindering op de (door de werkgever) ingelegde premies. Bij het Pluspensioen worden ze gefinancierd uit het verschil tussen de door werkgever en deelnemers betaalde doorsneepremie en de in het beleggingsdepot ingelegde (netto) premie. Aangezien Flexsecurity pensioen alleen beschikbare-premieregelingen kent, is de hoogte van het pensioenkapitaal van de (gewezen) deelnemers voornamelijk afhankelijk van de waarde-ontwikkeling van de beleggingen. Deze laat zich het beste meten in de ontwikkeling van de waarde van de participaties in de beleggingsdepots van Flexsecurity. Er is namelijk sprake van meerdere beleggingsdepots: de beleggingen van Flexsecurity pensioen zijn gesplitst in een depot bij Nationale-Nederlanden / ING Investment Management (ten behoeve van het Basispensioen) en een depot bij Kempen Capital Management (KCM) (ten behoeve van het Pluspensioen). Binnen het beleggingsdepot bij KCM dat van het Pluspensioen is een onderscheid gemaakt in beleggingen per leeftijdsgroep: er zijn zes participatiewaardes die maandelijks worden geactualiseerd: één van het Basispensioen en vijf van het Pluspensioen. De waardeontwikkeling van de participaties van het Basispensioen zijnde de feitelijke voortzetting van het beleggingsdepot dat tot 2010 exclusief in beheer was bij Nationale- Nederlanden/ING IM nam in het verslagjaar in absolute termen gemeten toe van 1,4730 naar 1,4943, een stijging van ruim twee eurocent, ofwel +1,4%. De ontwikkeling van de participatiewaarde (van het Basispensioen) in de laatste zes jaar is als volgt: Bij oprichting van het pensioenfonds in 1999 is de participatiewaarde op 1 gesteld. Eind 2002 en begin 2003 lag deze onder deze waarde. Na de financieel relatief slechte ontwikkelingen in het begin van de eeuw, was er tussen 2003 en 2008 sprake van een gestage stijging van de waarde van de participaties was vervolgens een zeer slecht 17

18 jaar, met een daling van -/- 15,0%. In de laatste jaren is deze daling meer dan goedgemaakt. Binnen het Pluspensioen is er dus een onderscheid in beleggingen per leeftijdsgroep. Hierbij zijn zes leeftijdsgroepen onderscheiden, te weten die van: Deelnemers met een leeftijd vanaf 21 tot en met 39 jaar; Deelnemers met een leeftijd vanaf 40 tot en met 49 jaar; Deelnemers met een leeftijd vanaf 50 tot en met 54 jaar; Deelnemers met een leeftijd vanaf 55 tot en met 59 jaar; Deelnemers met een leeftijd ouder dan 60 jaar. Per leeftijdsgroep wordt er een andere beleggingsmix gehanteerd, waarbij het uitgangspunt is dat hoe ouder de deelnemer is, des te minder risicovol er belegd wordt. Zodat naarmate de deelnemer dichter bij zijn pensioeningangsdatum komt, er meer kans is dat het opgebouwde pensioenkapitaal zijn (absolute) waarde behoudt. De wijze waarop deze beleggingsmixen zijn geïmplementeerd, wordt elders in dit verslag besproken. De vijf participatiewaardes van het Pluspensioen hebben zich sinds de splitsing van de beleggingsdepots van het Basis- en het Pluspensioen (in 2010) als volgt ontwikkeld: In de grafiek zijn ultimo 2011 de participatiewaarden van de jongste ( 142,32) en de oudste ( 146,59) vermeld. De waarden van de andere leeftijdsgroepen liggen hier tussenin. (Zie ook hieronder.) De deelnemers in de oudste leeftijdsgroep kenden een positief beleggingsrendement in 2011; jongere deelnemers aan de Pluspensioenregeling hadden een negatief beleggingsrendement. De beoogde relatie tussen risico en rendement heeft zich hiermee ook in 2011 gemanifesteerd: daar waar de meeste beleggingsrisico s worden genomen door bijvoorbeeld relatief veel in aandelen te beleggen is de keerzijde van het nemen van deze risico s ook manifest geworden. Daar waar defensiever wordt belegd bij de oudere leeftijdsgroepen is minder schade opgelopen. Per saldo zijn de waardeontwikkelingen van de participaties van het Pluspensioen als volgt geweest in 2011: 18

19 Participatiewaarde ultimo Participatiewaarde ultimo 2011 Waardeontwikkeling 2011 % Leeftijdsgroep jaar 151,45 142,32 -/- 6,0% Leeftijdsgroep jaar 150,19 143,11 -/- 4,7% Leeftijdsgroep jaar 147,68 144,60 -/- 2,1% Leeftijdsgroep jaar 145,79 145,63 -/- 0,1% Leeftijdsgroep jaar 143,90 146,59 + 1,9% De beleggingen van het Basispensioen en het Pluspensioen tezamen brachten in 2011 een absoluut rendement van -/ (2010: ). Hiervan werd gerealiseerd onder het beheer van ING Investment Management en -/ onder het beheer van KCM. Op de beleggingen wordt in hoofdstuk 5 nader ingegaan. De ingelegde premies bedroegen in het verslagjaar (2010: ). De kostendekkende premie bestaat uit de in het beleggingsdepot gestorte premies plus de kosten voor de risicoverzekeringen, de uitvoeringskosten en een solvabiliteitsopslag. De kostendekkende premie bedroeg in De ingelegde premies waren dus hoger dan de kostendekkende premie, hetgeen een positief effect heeft gehad op de financiële positie van het fonds. Met betrekking tot de uitvoeringskosten heeft het bestuur het streven geformuleerd om deze kosten zo laag mogelijk te houden, om een optimale benutting van de ingelegde premies mogelijk te maken. Bij het Basispensioen bedroeg de kostenafslag in %van de ingelegde premies. Hierin is een opslag opgenomen voor de kosten die gemoeid zijn voor het afkopen van kleine pensioenen: het gros van de af te kopen pensioenen zijn pensioenkapitalen van gewezen deelnemers van het Basispensioen. Bij het Pluspensioen wordt ten behoeve van de uitvoeringskosten voorcalculatorisch van een percentage van 5% uitgegaan. In 2011 bedroegen de totale uitvoeringskosten van het fonds ( ). Hierin zijn begrepen de kosten die gemaakt worden voor het afkopen van kleine pensioenen, een activiteit die ook in 2011 op grote schaal is uitgevoerd. In 2011 bestonden de uitvoeringskosten voor circa 79% (2010: 80%) uit de variabele kosten die door Nationale-Nederlanden in rekening worden gebracht voor de administratieve uitvoering van de pensioenregelingen, inclusief het afkopen van kleine pensioenen. In absolute bedragen zijn de kosten voor de reguliere administratieve uitvoering toegenomen (2011: 1.141; 2010: 1.046), iets wat voornamelijk veroorzaakt wordt door een hogere vergoeding die Nationale-Nederlanden (sinds 2011) ontvangt voor de administratie van het Pluspensioen. De overige 22% van de uitvoeringskosten is besteed aan bestuurskosten, accountantskosten, opleiding, communicatie, consultants en de doorbelasting van kosten door het pensioenbureau van Randstad Holding. Deze laatste zijn gelijk aan 25% van de personeels- en huisvestingskosten van dit pensioenbureau, ofwel 181 ( 173 in 2010). Met Nationale-Nederlanden is contractueel overeengekomen dat verzekeringstechnische resultaten op de risicoverzekering voor het nabestaandenpensioen van de Pluspensioenregeling mede ten gunste van Flexsecurity komen. In geval van een positief resultaat wordt 55% van deze technische winst aan het einde van de contractsperiode (van vijf jaar) uitgekeerd aan Flexsecurity pensioen. Het resultaat over de jaren 2008 tot en met 2011 is bekend, zijnde % hiervan, 1.336, is in 2011 als resultaat opgenomen in de cijfers van Flexsecurity. De afrekening hiervan vindt plaats na afloop van de contractsperiode, na 2012, als ook het resultaat over 2012 bepaald is. 1 Om het onderscheid tussen de participatiewaardes van het Basispensioen en het Pluspensioen goed te kunnen maken, is bij de overgang van beleggingen van het Pluspensioen naar KCM de participatiewaarde met een factor honderd vermenigvuldigd (en het aantal participaties met een factor honderd verkleind). 19

20 Alle baten en lasten van Flexsecurity pensioen met elkaar verrekenend was er per saldo in 2011 sprake van een resultaat van (2010: 2.761). Met dit positieve resultaat kan de financiële buffer van Flexsecurity vergroot worden. Het bestuur heeft het streven binnen afzienbare tijd de algemene reserve van het fonds 5% van de voorziening pensioenverplichtingen te laten zijn. Hiermee kunnen mogelijke toekomstige financiële verplichtingen worden afgedekt. Ook is de algemene reserve bedoeld voor het opvangen van eventuele tekorten als gevolg van hoge uitvoeringskosten en voor de mogelijke situatie dat er geen actieve deelnemers meer zijn. Bij het Pluspensioen is in de pensioenpremie dan ook rekening gehouden met een opslag voor de vorming van de algemene reserve. De algemene reserve van Flexsecurity pensioen bedraagt ultimo , wat 4,4% van de voorziening pensioenverplichtingen is (2010: 7.954; 3,1%). Het nagestreefde percentage van 5% zou betekenen dat er 12,7 miljoen als algemene reserve zou moeten zijn. Voorlopig zijn positieve resultaten dan ook gewenst: de opslag voor de vorming van de algemene reserve in de premie van het Pluspensioen is dan ook gehandhaafd in De financiële positie van Flexsecurity is in 2011 verbeterd. Het minimaal vereist eigen vermogen dat moet worden aangehouden ter hoogte van 25% van de uitvoeringskosten van het fonds bedraagt 530 (2010: 583). Het vereist eigen vermogen bij Flexsecurity pensioen enkel bedoeld ter dekking van het kredietrisico op de herverzekeraar bedraagt 0 ( 2010: 521), daar sinds februari 2011 dit kredietrisico op aangeven van de minister niet meer formeel van toepassing is op herverzekerde pensioenfondsen als Flexsecurity. Bovengenoemde algemene reserve is veel groter dan deze vereiste bedragen, zodat de financiële positie toereikend is wanneer de wettelijke regels van het Financieel Toetsingskader worden toegepast. Ook wordt hier vermeld dat er in het afgelopen jaar aan Flexsecurity pensioen geen dwangsommen of boetes opgelegd zijn. Er zijn door De Nederlandsche Bank ook geen directe aanwijzingen aan het fonds gegeven, noch is een bewindvoerder aangesteld of is bevoegdheidsuitoefening van organen van het fonds gebonden aan toestemming van de toezichthouder. Ontwikkeling deelnemersbestand Per saldo stabiliseerde het deelnemersbestand van Flexsecurity pensioen zich in Was er in 2010 sprake van een trendbreuk omdat het aantal deelnemers voor het eerst in het bestaan van Flexsecurity afnam, in het afgelopen jaar bleef het aantal deelnemers min of meer gelijk. Eind 2011 waren er in totaal deelnemers, het jaar ervoor Een daling van -/- 1,6%. Feitelijk betekent dit dat het aantal deelnemers dat wordt afgekocht in lijn ligt met het aantal nieuwe deelnemers van het fonds. Afkoop van kleine pensioenen wordt vanaf 2009 structureel en op grote schaal gedaan. In 2011 werden de pensioenkapitalen van (2010: ) gewezen deelnemers afgekocht. Onderstaande grafiek geeft de ontwikkeling van het aantal actieve en gewezen deelnemers vanaf 2007 weer. 20

21 Het aantal actieve deelnemers is eveneens licht afgenomen, per saldo met -/ personen. De verloopstaat van het aantal actieve deelnemers bevestigt dit, al is het aantal nieuwe toetreders ook in 2011 onverminderd hoog geweest: De actieve deelnemers zijn te onderscheiden in deelnemers aan de Basispensioenregeling en deelnemers aan de Pluspensioenregeling. 58% van de actieve deelnemers neemt deel aan de Basispensioenregeling; 42% aan de Pluspensioenregeling. De verhouding tussen beide groepen actieve deelnemers is relatief stabiel te noemen. In 2010 was de verhouding dezelfde. Gegeven de karakteristieken van beide pensioenregelingen is de verhouding ten aanzien van de ingelegde premies tegengesteld: 42% van de actieve deelnemers, de deelnemers van het Pluspensioen, zorgen (samen met hun werkgever) voor 68% van de pensioenpremies die Flexsecurity ontving in Aan de hand van de leeftijdsafhankelijke staffel stort Flexsecurity 82% van deze ingelegde premie door naar Nationale-Nederlanden, alwaar het belegd wordt in het beleggingsdepot van Flexsecurity pensioen en de deelnemers in ruil hiervoor participaties ontvangen. De overige 18% 21

22 wordt besteed aan de financiering van de risicoverzekeringen, de betaling van de pensioenuitvoeringskosten en de opbouw van een algemene reserve van het fonds. Bij de Basispensioenregeling wordt 93% van de ingelegde premie afgestort bij Nationale- Nederlanden: in deze regeling geldt een kostenafslag van 7%. De rijpingsgraad van Flexsecurity is in 2011 ten opzichte van 2010 gelijk gebleven. De rijpingsgraad is het aandeel van gewezen deelnemers ten opzichte van het totaal aantal deelnemers. Ultimo 2011 bedraagt deze 86,4% (2010: 86,2%). Het overgrote deel van de uit dienst tredende deelnemers laat het pensioenkapitaal achter bij het fonds. De last die met de administratie van de gewezen deelnemers gepaard gaat, is groot. Door zoveel mogelijk pensioenen af te kopen die daarvoor conform de wettelijke regels hieromtrent in aanmerking komen, wordt deze administratieve last verkleind, zo is het uitgangspunt. Het aantal nieuwe slapers de voorheen actieve deelnemers die in het verslagjaar gewezen deelnemer werden is dominant in de verloopcijfers van de gewezen deelnemers. Het aantal overleden deelnemers bedroeg 211 personen in In onderstaande grafiek betekent Pensionering dat (gewezen) deelnemers de pensioengerechtigde leeftijd bereikten in 2011: zij kregen de mogelijkheid met hun opgebouwde pensioenkapitaal een pensioenuitkering aan te kopen bij een verzekeraar naar keuze of hen werd aangeboden het bedrag ineens te ontvangen, zijnde een afkoop klein pensioen op de pensioeningangsdatum. Door de pensioneringen stroomde er uit het pensioenkapitaal van het fonds. De verloopstaat van de gewezen deelnemers in aantallen in 2011 ziet er als volgt uit: Het pensioenkapitaal van alle deelnemers, zijnde de voorziening pensioenverplichtingen van het fonds, bedroeg eind (2010: ). Ondanks de groei van het Pluspensioen in de laatste jaren waarin aanzienlijk meer premie wordt ingelegd dan in het Basispensioen (en dan in de oude regeling tot 2008 m het geval was) zijn de opgebouwde kapitalen gemiddeld genomen in pensioentechnisch opzicht nog steeds minimaal. Het gemiddelde pensioenkapitaal per deelnemer bedroeg 682,25 aan het einde van De verschillen tussen de deelnemers aan de Basispensioen- en de Pluspensioenregeling zijn echter groot: het gemiddelde pensioenkapitaal in het Basispensioen bedraagt 461,35 per persoon, het gemiddelde kapitaal in het Pluspensioen bedraagt 1.689,10. Flexsecurity laat zich sinds de oprichting in 1999 kenmerken als een jong pensioenfonds. 22

23 Dat wil zeggen dat de leeftijd van de actieve en de gewezen deelnemers relatief jong is: er zijn relatief veel (gewezen) deelnemers in de jongere leeftijdsgroepen onder 40 jaar. De opbouw van het deelnemersbestand per einde 2011 laat zich weergeven in de grafiek hieronder. Uit deze grafiek valt op te maken dat de 30- tot 35-jarigen net als in de voorgaande jaren de meest dominante groep deelnemers is. 60% van de (gewezen) deelnemers is jonger dan 40 jaar; een kleine 43% is jonger dan 35 jaar: de groep van deelnemers tussen 35 en 40 jaar is in verhouding toegenomen, mede door de toename van deelnemers die op basis van de payrollarbeidsvoorwaardenregeling deelnemer zijn geworden. Een kleine 18% van deelnemers is ouder dan 50, een percentage dat gestaag toeneemt (2010: 17%). Bovenstaande grafieken refereren aan de totale deelnemerspopulatie. Per pensioenregeling zijn vanzelfsprekend ook overzichten te genereren. Hieronder volgen er twee: de aantallen actieve deelnemers per pensioenregeling en de aantallen inactieve deelnemers per pensioenregeling. Bij de actieve deelnemers zijn de jongste leeftijdsgroepen het grootst; in bovenstaande groep valt op dat de jongste leeftijdsgroepen sterk domineren: onder 25 jaar en 25 tot 30 jaar vormen veruit de grootste groepen. Bij de oudere leeftijdsgroepen valt op dat er bijna net zo veel zo niet meer actieve deelnemers aan het Pluspensioen zijn als aan 23

24 het Basispensioen. Een beeld dat bij de gewezen deelnemers er heel anders uitziet. Aangezien leeftijd bij het Pluspensioen voor de bepaling van de in het beleggingsdepot af te storten premies van belang is, dient bij de actieve deelnemers van deze regeling aan dit aspect aandacht te worden besteed. Ultimo 2011 bedroeg de gemiddelde leeftijd van de actieve deelnemers aan het Pluspensioen 37,0 jaar. Gedurende 2011 daalde dit gemiddelde licht. Deze groep deelnemers is daarmee gemiddeld ouder dan de actieve deelnemers aan het Basispensioen, waarvan de gemiddelde leeftijd 35,1 jaar is. Bij de calculatie van de doorsneepremie voor de Pluspensioenregeling van Flexsecurity was aangenomen dat in 2011 het gemiddelde hoger dan 37 jaar zou zijn. De gemiddelde premieafdracht op basis van de leeftijdsafhankelijke staffel is daardoor in werkelijkheid ietwat lager geworden dan vooraf verwacht. Aangenomen werd dat 83,1% van de ingelegde doorsneepremies van het Pluspensioen benodigd zou zijn voor premiestortingen in het beleggingsdepot. Hierboven is al vermeld dat uiteindelijk circa 82% benodigd was. Wat eveneens typerend is voor de deelnemerspopulatie van Flexsecurity pensioen, is dat het aandeel van de actieve deelnemers met het toenemen van de leeftijdsjaren eerst afneemt, maar daarna relatief stabiel blijft. Onderstaande grafiek brengt deze conclusie in beeld. 24

25 Bij de deelnemers die jonger zijn dan 25 jaar is het aandeel van de actieve deelnemers het grootst: 34% van deze groep 21% in het Basispensioen en 13% in het Pluspensioen is (nog) als deelnemer actief. Dit aandeel daalt tot 8% (5% Basispensioen en 3% Pluspensioen) voor de leeftijdsgroep 35 tot 40 jaar. Anders gezegd: voor deze groep geldt binnen het pensioenfonds een rijpingsgraad van 92%. Het feit dat uitzendwerk vaak voor nieuwkomers op de arbeidsmarkt een opstap naar een vaste baan is, weerspiegelt zich hier. Boven de leeftijd van 40 jaar neemt het aandeel van de actieve deelnemers gestaag toe: hier speelt de bewuste keuze van personen om te kiezen voor flexibele arbeidsrelaties een rol. Ook de invloed van de ontwikkelingen op het gebied van payrolling geeft ruimte voor een relatieve toename van het aantal actieve deelnemers in de oudere leeftijdsgroepen. In de oudere leeftijdsgroepen komen daarom dus ook meer actieve deelnemers aan het Pluspensioen dan deelnemers aan het Basispensioen voor. Gegeven de leeftijdskarakteristieken is de gemiddelde deelnemer van Flexsecurity pensioen feitelijk een gewezen deelnemer met een leeftijd van 39,1 jaar. De gemiddelde actieve deelnemer is dus jonger, 35 jaar in het Basispensioen en 37 jaar in het Pluspensioen. De meest voorkomende leeftijd onder alle deelnemers ligt tussen 30 en 35 jaar. De totale verdeling is als volgt: Flexsecurity is niet alleen een jong pensioenfonds, het heeft sinds zijn bestaan ook veel gewezen deelnemers. Het aantal gewezen deelnemers overtreft in zeer grote mate het aantal actieve deelnemers. De pensioenkapitalen van de gewezen deelnemers zijn over het algemeen zeer klein. Het fonds spant zich dan ook in deze kleine pensioenen op grote schaal af te kopen. 25

26 26

27 3. Bestuursvergaderingen en besluitvorming Vergaderingen Het bestuur van Flexsecurity vergaderde in 2011 vijf keer. Daarnaast was er een overlegvergadering met het Verantwoordingsorgaan en een speciaal voor het bestuur georganiseerde interne studiedag. In dit hoofdstuk worden de belangrijkste onderwerpen toegelicht waar het bestuur zich in 2011 mee heeft bezig gehouden en waarover besluiten zijn genomen. Activiteiten en besluiten Hieronder volgt een opsomming van de belangrijkste activiteiten en besluiten van het bestuur in het verslagjaar. Beleidsplan 2011 In het kader van de eigen besturing en verantwoording aan de belanghebbenden, heeft het bestuur voorafgaand aan het jaar 2011 een beleidsplan opgesteld. Hierin zijn los van alle zaken die het pensioenfonds moet doen of overkomen gedurende het jaar de specifieke bestuurlijke aandachtspunten opgenomen die voor het bestuur in 2011 leidend waren. Dit betrof de volgende onderwerpen: Overgang naar een Premie Pensioen Instelling (PPI); Risicomanagement; Communicatie; Bestuurlijke continuïteit; De conclusie van het bestuur is dat ten aanzien van het overgrote deel van deze onderwerpen, belangrijke stappen gezet zijn. Helaas is niet in alle gevallen mogelijk gebleken om de voortgang te boeken die aan het begin van het verslagjaar beoogd werd. Onderstaand worden de vorderingen ten aanzien van deze onderwerpen nader toegelicht en worden overige beleidsmatige onderwerpen benoemd waar het bestuur gedurende het verslagjaar aandacht aan heeft besteed. Overgang naar een Premie Pensioen Instelling (PPI) In 2009 heeft het bestuur besloten tot de instelling van een tijdelijke bestuurscommissie, gericht op het onderwerp besturingsmodel. De ervaring van het bestuur van Flexsecurity is dat het besturen van een pensioenfonds steeds complexer en intensiever wordt. Het bestuur draagt in dezen een grote verantwoordelijkheid en de bestuursleden moeten daarenboven de bestuurstaken vervullen naast de reguliere banen die zij hebben. Het huidige besturingsmodel van het pensioenfonds knelt daardoor steeds meer. Daarnaast is het zo dat de regelgeving en het toezicht op pensioenfondsen sterk gebaseerd zijn op pensioenfondsen die uitvoering geven aan zogenaamde defined benefit - pensioenregelingen (beschikbarepremieregelingen), die gebaseerd zijn op middelloon of eindloon. Flexsecurity voert een veel eenvoudiger beschikbare premieregeling uit waarvan de inhoud grotendeels aan de CAO-tafel en door het bedrijfstakpensioenfonds wordt bepaald. Bovendien verzekert Flexsecurity geen ingegane pensioenen, wat eveneens leidt tot minder complexiteit. Het bestuur is om genoemde redenen op zoek gegaan naar mogelijke alternatieven voor de huidige uitvoeringsvorm. Centraal daarin stond de wens van het bestuur om het besturen kwalitatief niet minder, maar minder intensief te laten plaatsvinden. De Commissie Besturingsmodel heeft in 2009 en in 2010 onderzocht wat de alternatieve mogelijkheden voor besturing zijn bij de uitvoering van de pensioenregelingen. Bij de uitvoering van dit onderzoek is mede een beroep gedaan op de kennis van enkele externe 27

28 adviseurs en is veel eigen onderzoekswerk verricht door bestuur en directie. Hierbij is enerzijds gekeken naar de wensen die het bestuur voor ogen heeft bij de uitvoering van de pensioenregeling, zoals de mate van invloed het die bestuur c.q. de onderneming wil kunnen hebben op de pensioenuitvoering. Anderzijds is gekeken welke mogelijkheden er zijn om deze wensen te kunnen vertalen naar een concreet model, zoals onder andere aansluiting bij het bedrijfstakpensioenfonds, onderbrenging van de regeling bij een verzekeraar, een optimalisering van het pensioenfonds of de overgang naar het model van een Premie Pensioen Instelling (PPI). Het bestuur heeft de wens uitgesproken om ten aanzien van de meeste aspecten van de pensioenuitvoering een belangrijke mate van invloed te willen hebben. Daarnaast is gekozen voor een professionalisering van de bestuursrol. De rol van het huidige bestuur zou daarbij veel meer een toezichthoudend karakter dienen te krijgen. Op grond van de genoemde criteria heeft het bestuur van Flexsecurity in december 2010 het principebesluit genomen om de Stichting Pensioenfonds Flexsecurity om te vormen tot een zogenaamde Premie Pensioen Instelling (PPI), waarbij 1 januari 2013 als beoogde overgangsdatum is genoemd. De PPI is, naast de bekende uitvoeringsvormen van bedrijfstakpensioenfonds, ondernemingspensioenfonds en verzekerde pensioenregeling, een vierde mogelijke vorm voor het uitvoeren van een pensioenregeling. Anders dan de andere drie mag de PPI vanuit Nederland ook buitenlandse pensioenregelingen uitvoeren, maar de uitvoering mag uitsluitend beschikbare premieregelingen betreffen. Een PPI mag in de uitvoering van pensioenregelingen zelf geen risico lopen. Gelet op de aard van de pensioenregeling liggen alle risico s bij de deelnemers. Dit betekent dat er binnen de PPI eigenlijk alleen gespaard wordt voor de oude dag. Risicoverzekeringen zoals voor overlijden en arbeidsongeschiktheid dienen bij verzekeraars te worden ondergebracht en pensioenuitkeringen kunnen ook niet door de PPI worden verstrekt. Een PPI kan, anders dan een pensioenfonds, wel weer verschillende pensioenregelingen binnen één juridische entiteit uitvoeren. Een PPI kan in meerdere rechtsvormen worden uitgevoerd. Zo kan een PPI een stichting zijn (net als een pensioenfonds), maar ook een BV of een NV. De bestuurlijke inrichting van een PPI is veel minder strikt voorgeschreven dan van een pensioenfonds. Zo behoeft er geen paritair bestuur te zijn en kunnen er bijvoorbeeld een bestuur en een permanent toezichthoudend orgaan zoals een Raad van Commissarissen of een Raad van Toezicht worden ingesteld. Een PPI moet een vergunning hebben verkregen van De Nederlandsche Bank om actief te kunnen worden. Gelet op bovengenoemde kenmerken heeft het bestuur van Flexsecurity geoordeeld dat de PPI in vele opzichten uitstekend tegemoet komt aan de wensen en eisen die zijn geformuleerd in het traject inzake het Besturingsmodel. De huidige pensioenregelingen van Flexsecurity zijn volledig op basis van beschikbare premie, de risico s zijn volledig ondergebracht bij een verzekeraar en het fonds keert ook op dit moment geen pensioenen uit. Daarnaast biedt de PPI de mogelijkheid om te komen tot de instelling van een professioneel bestuur van beperkte omvang, gecombineerd met de belangenbehartiging door de stakeholders en een adequate vorm van intern toezicht. Idealiter zou de bestaande Stichting Pensioenfonds Flexsecurity na verkrijging van een PPI-vergunning kunnen worden omgevormd tot een PPI waarin tegemoet gekomen wordt aan de geformuleerde eisen en wensen inzake het besturingsmodel. Voor de beoogde transformatie van Flexsecurity pensioen van pensioenfonds naar PPI zijn in 2011 vele activiteiten verricht. Allereerst zijn er inspanningen verricht om de belangrijke stakeholders van Flexsecurity te informeren en te consulteren over de voorgenomen stappen. Met name in het eerste half jaar van 2011 is veel tijd besteed aan het bespreken van de materie en de gemaakte keuzes met onder andere de CEO van Randstad Holding nv, de directeurenoverleggremia van Randstad Groep Nederland zijnde het RGNO (algemeen directeuren) en het HRDO (HR-directeuren), als ook de Centrale Ondernemingsraad (COR). 28

29 Voorts is er gedurende het verslagjaar is veel aandacht besteed aan de invulling van de governance van de PPI. Anders dan voor een pensioenfonds kent de wetgeving weinig concrete voorschriften ten aanzien van de inrichting van bestuur, belangenbehartiging en intern toezicht. Het bestuur heeft de voorkeur uitgesproken om te komen tot een bestuursmodel waarin een professioneel bestuur, een adequate vorm van vertegenwoordiging van de stakeholders en een adequaat intern toezicht zijn opgenomen. Een zorgvuldige afstemming van checks and balances wordt daarbij van groot belang geacht. Hierover is meerdere malen binnen het bestuur gesproken en verscheidene alternatieve modellen hebben in 2011 de revue gepasseerd. Daarbij is mede gekeken naar de in 2011 uitgebrachte wetsvoorstellen ten aanzien van de toekomstige inrichting van de besturen van pensioenfondsen, specifiek waar het gaat om de inrichting van zogenaamde externe besturen. Uiteindelijk heeft het bestuur een voorlopige keuze gemaakt voor een bestuursmodel conform onderstaande uitgangspunten: Een professioneel bestuur bestaande uit drie pensioenprofessionals ; Een College van Belanghebbenden waarin drie vertegenwoordigers van de Centrale Ondernemingsraad en drie vertegenwoordigers van de werkgever zijn opgenomen; Een Raad van Toezicht bestaande uit drie toezichthouders; Aan te vullen met commissies voor bijvoorbeeld behandeling van klachten en advisering inzake beleggingsbeleid. Schematisch ziet dit voorlopige model er als volgt uit: Gedurende 2012 zal de nadere invulling en concretisering van het bestuursmodel in overleg met de stakeholders plaatsvinden. Als derde belangrijk aspect ten aanzien van de beoogde overgang naar de PPI geldt de uitvoering van de feitelijke werkzaamheden van de PPI. Ten aanzien van de uitvoering zullen er namens de PPI uiteindelijk drie uitbestedingscontracten moeten worden afgesloten met externe partijen, zijnde: i. een uitbestedingsovereenkomst inzake de administratieve uitvoering, ii. een vermogensbeheerovereenkomst (wellicht meerdere) ten behoeve van de beleggingen, iii. een verzekeringsovereenkomst ten behoeve van de risicoverzekeringen. 29

30 Het bestuur heeft in 2011 uit zijn midden een Projectwerkgroep Uitvoering samengesteld, die, ondersteund door een extern consultant, zich in 2012 zal gaan bezig houden met de selectie van de toekomstige uitvoerders van de PPI. Hiertoe heeft de directie gedurende het verslagjaar de nodige voorbereidende verkenningen uitgevoerd en met potentiële partijen overleg gevoerd. In 2012 zullen door het bestuur de keuzes inzak de toekomstige uitvoerders van de PPI Flexsecurity worden gemaakt en vastgelegd. Risicomanagement Het onderwerp risicomanagement vormt de laatste jaren een steeds nadrukkelijker aandachtspunt bij de bestuurswerkzaamheden van Flexsecurity pensioen. In 2011 is een aantal verdere stappen gezet om de identificatie en beheersing van relevante risico s nader vorm te geven. Mede naar aanleiding van de conclusies van de Commissie-Frijns, en het DNBbeleggingsonderzoek bij pensioenfondsen, heeft het bestuur zich in 2011 verder verdiept in de risico s die verbonden zijn aan het beleggingsbeleid. Met name de leden van de Beleggingsadviescommissie hebben zich, hiertoe ondersteund door externe adviseurs, gebogen over de risicobeheersing binnen het beheer van het Pluspensioen. Met name de beheersing van het renterisico, het actief beleggingsrisico en de discretionaire ruimte van de vermogensbeheerder hebben daarbij in 2011 de aandacht gevraagd. Dit heeft geresulteerd in een aantal concrete aanbevelingen en aanpassingen binnen het beleggingsbeleid. Ten aanzien van de operationele risico s verbonden aan de beleggingen heeft er in 2011 op verzoek van het bestuur een audit plaatsgevonden op de volledigheid en juistheid van de door vermogensbeheerder KCM aangeboden rapportages. Deze controles hebben geleid tot een aantal aanpassingen in werkprocessen en rapportages, waarmee het inzicht van het bestuur in de beleggingsactiviteiten is verbeterd. Ook voor overige operationele risico s, die met name worden gelopen in de administratie en uitvoering van de pensioenregeling, heeft het bestuur in 2011 aandacht gehad. De veelal verborgen werkprocessen bij de uitvoerende verzekeraar zijn, mede met het oog op de voorgenomen overgang naar de PPI, kritisch beschouwd en indien mogelijk, aangepast conform de wensen van het bestuur. Vastlegging hiervan heeft plaatsgevonden in de inmiddels afgesloten Service Level Agreement met Nationale- Nederlanden. Het bestuur had als één van de beleidsvoornemens voor 2011 de vormgeving van het integrale risicomanagement voor ogen. Ten aanzien van bepaalde deelgebieden zijn er door het fonds belangrijke stappen gezet. Toch is het beoogde integrale risicokader vanwege andere prioriteiten niet van de grond gekomen. In 2012 zal, mede bezien in samenhang met de overgang naar de PPI, nader bepaald worden welke risicobeheersingsmaatregelen in een algemeen risicokader kunnen worden vastgelegd. In hoofdstuk 4 van het bestuursverslag wordt nader inhoudelijk ingegaan op het risicobeheersingsbeleid van Flexsecurity. Communicatie In 2010 heeft het bestuur een nieuw communicatiebeleidsplan vastgesteld. Dit plan is bedoeld als richtinggevend kader voor de communicatie van het fonds in de jaren 2010 tot en met De doelstelling van het communicatiebeleidsplan is om de deelnemers zo goed te mogelijk informeren over hun pensioen, zodat het pensioenbewustzijn toeneemt. Dit met de intentie om de actieve deelnemers, en tevens de gewezen deelnemers, goede pensioenkeuzes te kunnen laten maken. Daarbij worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: Flexsecurity communiceert op een transparante manier; 30

31 Flexsecurity stemt de communicatie af op doelgroepen; Flexsecurity communiceert alleen relevante informatie; De communicatie is duidelijk en begrijpelijk. Bij de uitvoering van de communicatie wil Flexsecurity pensioen de drie kernwaarden (betrouwbaar, toegankelijk en transparant) nadrukkelijk toepassen. Jaarlijks wordt er een nieuw communicatieactieplan vastgesteld (inclusief budget) waarin de te ondernemen acties zijn vastgelegd. De inspanningen in 2011 op het gebied van communicatie zijn met name gericht geweest op de vertaling van de in het beleidsplan geformuleerde doelstellingen naar concrete middelen en doelen. Hierbij wordt er naar gestreefd om op een begrijpelijke en laagdrempelige wijze de communicatieboodschap voor deelnemers over te brengen en niet te verzanden in technische verhandelingen. De brochures voor de beide regelingen zijn aangepast aan het nieuwe communicatiebeleid, waarbij met name voor het Pluspensioen gekozen is voor de vormgeving van een brochure in de vorm van een magazine. Doelstelling hiervan is om de drempel van het lezen van een pensioendocument te verlagen en op aansprekende wijze de vereiste informatie over te brengen. Verder is de website van het pensioenfonds ( aangepast. Mede op basis van ervaringen van gebruikers vindt doorlopend aanpassing en actualisering van de website plaats. Tot slot voert Flexsecurity pensioen sinds een actief beleid op het gebied van social media uit. Het fonds heeft een eigen Twitter-account, waarmee de doelgroep op de hoogte gehouden wordt van actualiteiten zoals de nieuwste participatiekoersen en waarmee gereageerd kan worden op pensioennieuws in het algemeen en specifieke uitlatingen van deelnemers in het bijzonder. Alle ondernomen acties en investeringen op het gebied van communicatie worden nadrukkelijk door het bestuur geëvalueerd en getoetst op doelmatigheid en kostenefficiëntie. Bestuurlijke continuïteit Het bestuur had zich in 2011 ten doel gesteld om maatregelen te treffen om de bestuurlijke continuïteit in de toekomst beter te kunnen waarborgen. Hiertoe zouden in 2011 onder andere de statutaire bepalingen worden aangepast die de continuïteit in de bezetting van het bestuur beperken. Daarnaast was een belangrijk aandachtspunt dat de band tussen de bestuursleden en de afvaardigende partijen zeer beperkt was geworden, met name aan de deelnemerszijde. Vanwege de besluitvorming inzake de voorgenomen overgang naar de PPI, hebben genoemde voornemens enige wijziging ondergaan. Aangezien de bestuursstructuur van de PPI wezenlijk afwijkt van die van het huidige fonds, heeft het bestuur het weinig nut gezien in het aanpassen van statutaire bepalingen en doorvoeren van structurele aanpassingen voor een naar verwachting zeer beperkte periode. De inspanningen zijn gedurende het verslagjaar gericht geweest op de vormgeving van de bestuurlijke omgeving van de PPI. Anderzijds is, mede als gevolg van de PPI-plannen, in 2011 sprake geweest van het hernieuwen en nader aanhalen van de banden tussen de bestuursleden en de afvaardigende organen. Met name het overleg tussen bestuursleden, directie en de Centrale Ondernemingsraad heeft bijgedragen aan een verbetering van de betrokkenheid en inhoudelijke aansluiting bij de activiteiten op pensioengebied. Ook in 2012 zal een onverminderd intensief beroep worden gedaan op de betrokkenheid en inbreng van de afvaardigende partijen, mede in het kader van de bemensing van de formele organen 31

32 van de PPI. Beleggingsbeleid Na voorbereidingen in eerdere jaren heeft Flexsecurity pensioen in 2010 een aantal belangrijke wijzigingen in het beleggingsbeleid geïmplementeerd. De beleggingen voor het Pluspensioen zijn sinds juni 2010 vormgegeven met behulp van een life-cycle-aanpak. Hierbij is het uitgangspunt dat de beleggingsrisico s kleiner worden naar mate de pensioeningangsdatum dichterbij komt. Oftewel: voor oudere deelnemers wordt in beginsel met minder risico s belegd dan voor jongere deelnemers. Aan de deelnemers wordt uit praktische en kostentechnische overwegingen geen keuzevrijheid geboden: er is sprake van een methodiek van gedwongen life-cycle. Bij de overgang van de ene naar de volgende leeftijdsgroep wordt de beleggingsmix van de betrokken deelnemer automatisch aangepast. De uitvoering van de beleggingen van het Pluspensioen is ondergebracht bij Kempen Capital Management (KCM). De binnen het Pluspensioen gehanteerde life-cycle aanpak is gebaseerd op een verdeling van de deelnemerspopulatie over vijf verschillende leeftijdsgroepen. Met name in de laatste drie leeftijdsgroepen (vanaf 50 jaar) vindt een afbouw van het beleggingsrisico plaats. Ten opzichte van andere life-cycles kan die van het Pluspensioen als behoudend worden beschouwd. De beleggingen van het Pluspensioen zijn ondergebracht in een rendementsportefeuille en een renteportefeuille. In iedere leeftijdsgroep is sprake van een wisselende verhouding tussen beide portefeuilles. Door deze systematiek kunnen transactiekosten geminimaliseerd worden. In de beleggingsportefeuille van het Basispensioen die beheerd wordt door ING Investment Management- wordt een relatief behoudend beleggingsbeleid uitgevoerd. Gelet op het karakter van de Basispensioenregeling, is er in vrijwel alle gevallen sprake van een relatief korte deelnameduur van hooguit enkele jaren. Verder is er vrijwel zonder uitzondering sprake van kapitalen van beperkte omvang. Om die reden wordt binnen het Basispensioen slechts een beperkt risico in de beleggingen gelopen. Daarnaast ligt in het Basispensioen in het vermogensbeheer ook een sterke nadruk op kostenbeheersing. In 2011 is de aandacht van het bestuur ten aanzien van het beleggingsbeleid met name gericht geweest op het functioneren van de systematiek van de life-cycle en de uitvoering van het beleggingsbeleid door de beide vermogensbeheerders. Daarnaast is in samenwerking met actuarieel adviesbureau Sprenkels & Verschuren een nadere analyse uitgevoerd naar de doeltreffendheid van de in 2010 geïmplementeerde life-cycle systematiek, waarbij vooral de beheersing van het renterisico en de gevolgen van stressscenario s zijn beschouwd. Deze activiteiten hebben geleid tot aanbevelingen inzake aanpassingen van het beleggingsbeleid voor het Pluspensioen. Ten aanzien van de operationele risico s verbonden aan de beleggingen heeft er in 2011 op verzoek van het bestuur een audit plaatsgevonden op de volledigheid en juistheid van de door vermogensbeheerder KCM aangeboden rapportages. Deze controles hebben geleid tot een aantal aanpassingen in werkprocessen en rapportages, waarmee het inzicht van het bestuur in de beleggingsactiviteiten is verbeterd. Tot slot zijn in het kader van de ervaringen met de resultaten van het beleggingsbeleid over 2011 (waarover meer inhoudelijke informatie te vinden is in hoofdstuk 5 van dit verslag) in het Beleggingsplan voor het Pluspensioen 2012 nadrukkelijke wijzigingen aangebracht in de ruimte voor tactisch beleid en actief beheer door KCM. 32

33 Administratie en uitvoering De administratieve uitvoering is bij Flexsecurity grofweg te onderscheiden in drie stappen, te weten: Aanlevering deelnemers- en premiegegevens door de werkgever aan het pensioenbureau van Randstad Holding; Bewerking van deze gegevens, waaronder vaststelling van de bij de herverzekeraar te storten premie per deelnemer, door het pensioenbureau; Administratieve verwerking bij en informatieverstrekking aan deelnemers door Nationale-Nederlanden, beleggen van gestorte premiebedragen door de vermogensbeheerders. Gedurende de afgelopen jaren hebben op initiatief van het bestuur veel verbeteringen plaatsgevonden in de genoemde processen. In 2011 is de aandacht van het bestuur met name gericht geweest op de processen die zich grotendeels of volledig onttrekken aan het zicht van het bestuur, zoals de registratie van deelnemergegevens, de verwerking van afkopen kleine pensioenen, verwerking van afdrachten in het kader van FVP, etc. Mede met het oog op de overgang van de administratie naar een nieuwe uitvoerder in 2013 is het van groot belang dat alle ins en outs van deze processen bekend en beschreven zijn. Dit zal met name in 2012 veel aandacht van directie en bestuur vragen. Verder heeft in 2011 de afronding plaatsgevonden van een project dat tot doel had om te komen tot een herformulering van de gewenste mate en kwaliteit van dienstverlening in een nieuw af te sluiten SLA tussen Nationale-Nederlanden en Flexsecurity. Met behulp van externe ondersteuning heeft de directie van Flexsecurity zich ingespannen om te komen tot een actuele beschrijving van de werkprocessen. Deze SLA is begin 2012 geformaliseerd. Inkoop van ingaande pensioenen Statutair is bepaald dat Flexsecurity pensioen geen pensioenuitkeringen verzorgt. De deelnemer die de pensioengerechtigde leeftijd bereikt (dan wel de nabestaande die een nabestaandenpensioen gaat ontvangen) wordt geacht om met behulp van het vergaarde pensioenkapitaal een levenslange pensioenuitkering aan te kopen bij een pensioenuitvoerder (verzekeraar) naar keuze. Gelet op de hoge aantallen deelnemers met pensioenkapitalen onder de wettelijke afkoopgrens, komt het in de praktijk momenteel relatief beperkt voor dat deelnemers daadwerkelijk voor deze keuze gesteld worden. Er zijn in 2011 ongeveer 150 deelnemers voor wie daadwerkelijk een pensioen is ingegaan, alle overige deelnemers die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt, hadden een pensioenkapitaal onder de wettelijke afkoopgrens en zijn om die reden afgekocht, hetgeen inhoudt dat zij een eenmalige uitkering hebben ontvangen. Op termijn zal het aantal deelnemers met kapitalen boven de afkoopgrens naar verwachting echter toenemen en zullen steeds meer levenslange uitkeringen worden aangekocht. Aangezien een PPI ook geen pensioenuitkeringen mag uitvoeren, zal de overgang naar de PPI geen verandering hierin brengen. Het bestuur heeft zich, vanwege het toenemend belang van dit onderwerp, in 2011 nader georiënteerd op de praktische mogelijkheden die deelnemers op de pensioendatum hebben om een pensioenuitkering aan te kopen. Gebleken is dat de markt voor ingaande pensioenen met name bepaald wordt door de (dagelijks wisselende) tarieven die verzekeraars in dit kader bieden. Die dagelijkse wisselingen hebben weer te maken met de wisselende kapitaalbehoefte van verzekeraars 2. In eerste instantie heeft het bestuur getracht om met verzekeraars langer lopende afspraken te maken omtrent vaste inkooptarieven. De onzekerheid over rentestanden, levensverwachting en de wisselende concurrentie maken het voor verzekeraars echter 2 Indien die behoefte hoog is, zal een verzekeraar aantrekkelijke tarieven aanbieden. Indien de behoefte laag of afwezig is, zullen de tarieven minder interessant zijn. 33

34 lastig om hierover langer lopende afspraken vast te leggen. Daarom heeft het bestuur vervolgens getracht om ten behoeve van de deelnemers het marktaanbod beter en nadrukkelijker onder de aandacht te brengen, met name gericht op degenen die daadwerkelijk een pensioenuitkering gaan aankopen. In dit kader is besloten tot het aangaan van een proefproject met Pensioenkoers.nl, een initiatief van onder andere verzekeraar Achmea en verzekeringstussenpersoon Apple Tree te Amsterdam. Pensioenkoers is een zogenaamde vergelijkingswebsite waarop consumenten het aanbod van verschillende verzekeraars voor ingaande lijfrentes en pensioenen kunnen vergelijken. Ten behoeve van Flexsecurity pensioen is een specifieke variant van de Pensioenkoers website gemaakt, geheel in de huisstijl van Flexsecurity pensioen, die specifiek gericht is op ingaande pensioenen van Flexsecurity. Deelnemers kunnen op deze website de aanbiedingen van meerdere verzekeraars vergelijken en ook via de website en de achterliggende tussenpersoon, hun uitkering inkopen. Alle deelnemers met een ingaand pensioen boven de afkoopgrens zullen in eerste instantie naar Pensioenkoers worden verwezen voor een keuze van de passende verzekeraar. Indien een deelnemer geen gebruik van Pensioenkoers wenst te maken, wordt de uitkering door Nationale- Nederlanden verzorgd. De proef met Pensioenkoers is gestart in december 2011 en zal gedurende geheel 2012 lopen. Tussentijds en na afloop vinden evaluaties plaats en aansluitend zal besloten worden of de inzet van Pensioenkoers of een vergelijkbaar medium permanent zal plaatsvinden. Bij de activiteiten van Pensioenkoers spelen overigens de kosten een belangrijke rol. Als gevolg van de wijzigende regels op het gebied van advisering inzake verzekeringsproducten blijken de eenmalige kosten voor het aanschaffen van dergelijke producten fors toe te nemen. Dit aspect zal een belangrijk element vormen bij de uiteindelijke afwegingen inzake de ingaande pensioenen. Formalisering afspraken met Nationale-Nederlanden Op het moment van de verlenging van de verzekeringsovereenkomst tussen Flexsecurity en Nationale-Nederlanden in 2008, zijn de belangrijkste kenmerken van de samenwerking vastgelegd in een zogenaamd uitgangspuntenoverzicht. De vastlegging van de relatie in verzekeringsovereenkomsten en de uitwerking van de dienstverleningsafspraken in een nieuwe Service Level Agreement (SLA) heeft echter tot heden op zich laten wachten. Een belangrijke reden voor deze vertraging was gelegen in het principiële verschil van inzicht dat tussen het bestuur van Flexsecurity en Nationale-Nederlanden in 2009 is ontstaan inzake de juridische eigendom van de beleggingen. Als gevolg van een aanpassing van de regelgeving inzake herverzekerde pensioenfondsen is dit onderwerp in 2011 minder relevant geworden en was het voornemen om de ondertekening van de overeenkomsten in 2011 te laten plaatsvinden. De besluitvorming inzake de overgang naar de PPI en de beëindiging van de samenwerking met Nationale-Nederlanden als gevolg hiervan, hebben echter invloed gehad op de vastlegging van de afspraken. Aangezien duidelijk is geworden dat de samenwerking met Nationale-Nederlanden per 31 december 2012 tot een einde zal komen, zullen er duidelijke afspraken gemaakt moeten worden over de beëindiging van de contractuele relatie, specifiek met betrekking tot de afwikkeling van de risicoverzekeringen. Als gevolg hiervan heeft ook in 2011 de ondertekening van de overeenkomsten op zich laten wachten. Het goede nieuws is dat partijen aan het eind van het verslagjaar reeds ver gevorderd waren met de vastlegging van de afspraken en dat op het moment van schrijven van dit verslag de ondertekening van de overeenkomsten en de eerder besproken SLA (uiteindelijk) heeft plaatsgevonden. Maatschappelijk verantwoord ondernemen Ten aanzien van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) en duurzaamheid heeft het bestuur onderkend dat dit ook een thema is dat door Flexsecurity nader invulling dient te worden gegeven. In eerste instantie wordt hierbij gekeken naar de 34

35 mogelijkheden om het beleggingsbeleid van het fonds zodanig in te richten dat er rekening gehouden wordt met zogenaamde duurzaamheidscriteria. In 2011 is hier nader onderzoek door het bestuur en de Beleggingsadviescommissie naar verricht. Op basis van de internationale normen en regels op het gebied van sociaal en maatschappelijk verantwoord ondernemen, biedt vermogensbeheerder KCM een dienstverlening op basis van engagement. Door een internationaal opererende gespecialiseerde partij worden de portefeuilles van vermogensbeheerders doorlopend gescreend op mogelijke issues in het kader van de genoemde regels. Indien er sprake is van overtredingen of dreigende overtredingen, worden de betreffende vermogensbeheerders hierop aangesproken. Dit kan leiden tot aanpassingen in de portefeuille en uiteindelijk ook het weren van bepaalde vermogensbeheerders of specifieke producten. Door middel van rapportages worden de gebruikers van deze dienstverlening periodiek geïnformeerd over de stand van zaken en de ondernomen acties. Mede gezien de maatschappelijke verantwoordelijkheid op het gebied van beleggen overweegt het bestuur van Flexsecurity om hier in 2012 nadere invulling te geven door middel van de hantering van de genoemde systematiek van engagement. Naar verwachting zal in 2012 implementatie binnen het beleggingsbeleid voor het Pluspensioen plaatsvinden. Daarnaast is er een reeds langer lopend voornemen om een deel van het beheerd vermogen van het Pluspensioen te beleggen in ethische beleggingen. Daarbij kan gedacht worden aan beleggingen in de vorm van verlening van microkredieten en vergelijkbare investeringen. Op verzoek van Flexsecurity pensioen onderzoekt Vermogensbeheerder KCM momenteel of er meerdere opdrachtgevers zijn met soortgelijke wensen en welk aanbod er momenteel in de markt bestaat op dit gebied. Indien er een grotere vraag en een passend aanbod voorhanden zijn, zou toepassing hiervan mogelijk in 2012 plaats kunnen vinden. Beleidsvoornemens 2012 Als alle plannen inzake de omvorming van Flexsecurity pensioen van pensioenfonds tot PPI in 2012 daadwerkelijk gestalte zullen krijgen, zal 2012 het laatste jaar zijn waarin het fonds als zodanig opereert. Vele bestuurlijke inspanningen zijn er in 2012 dan ook op gericht om deze overgang mogelijk te maken. Daarnaast zijn er lopende dossiers die, ongeacht de wijze waarop Flexsecurity formeel is ingericht, aandacht behoeven. Onderstaand worden de belangrijkste beleidsthema s en aandachtspunten voor het bestuur in 2012 nader toegelicht. Verkrijgen vergunning PPI De belangrijkste voorwaarde voor de omzetting van de Stichting Pensioenfonds Flexsecurity naar de beoogde Stichting PPI Flexsecurity is het verkrijgen van de daartoe benodigde vergunning van de toezichthouders DNB en AFM. De vergunningverlening is gebonden aan een groot aantal uiteenlopende voorwaarden ten aanzien van financiële positie, marktaanbod, bestuurlijke inrichting, interne organisatie, risicobeheersing en andere aspecten. In 2012 zullen de inspanningen van het bestuur er op gericht zijn om tijdig te kunnen voldoen aan de te stellen voorwaarden, zodat de benodigde vergunning per 1 januari 2013 verkregen zal zijn. Vormgeving governance PPI Een belangrijke reden voor de beoogde omzetting van pensioenfonds naar PPI is de problematiek rond de governance. De bestuurlijke inrichting van de PPI beoogt het mogelijk te maken om enerzijds een professionele dagelijkse aansturing van de uitvoering mogelijk te maken, terwijl anderzijds de betrokkenheid van sociale partners ten aanzien van de belangrijkste onderwerpen optimaal behouden blijft. Daarnaast dient het intern 35

36 toezicht op een adequaat niveau te worden georganiseerd. De inspanningen zijn er op gericht om binnen de relevante regelgeving aan deze uitgangspunten te kunnen voldoen. Selectie nieuwe uitvoerders PPI Om meerdere redenen is het niet mogelijk om de feitelijke uitvoering van de pensioenregeling voort te zetten bij de huidige herverzekeraar Nationale-Nederlanden. Er dienen dus ten behoeve van de uitvoering van de regeling vanaf 2013 nieuwe uitvoerders te worden geselecteerd ten behoeve van de administratieve uitvoering, de risicoverzekeringen en het vermogensbeheer. Het selecteren van de nieuwe uitvoerders en het contractueel en operationeel inregelen van alle werkprocessen zal in 2012 veel aandacht van bestuur en directie vragen. Transitie administratie naar nieuwe uitvoerder PPI Als vervolg op de selectie van een nieuwe administratieve uitvoerder zullen in 2012 ook de voorbereidingen moeten worden getroffen voor een transitie van alle administratieve gegevens van Nationale-Nederlanden naar de nieuwe uitvoerder. Dat vereist een zorgvuldige voorbereiding die in samenwerking met de oude en de nieuwe uitvoerder, alsmede de inzet van externe consultants zal worden verzorgd. De feitelijke transitie van gegevens zal in januari 2013 plaatsvinden. Inrichting nieuwe werkprocessen PPI Met de overgang naar de nieuwe administratieve uitvoerder zullen ook de operationele werkprocessen expliciet onder de loep worden genomen. Daarbij zal nadrukkelijk gekeken worden naar zorgvuldige administratieve procedures, (kosten)efficiëntie en kritische controles. Ook bij de inrichting van de nieuwe werkprocessen zullen externe consultants worden betrokken. Risicomanagement Net als in 2011 zal ook in 2012 de verdere omschrijving en vastlegging van de systematiek van risicobeheersing een belangrijk aandachtspunt zijn. Ook hierbij speelt de overgang naar de PPI een belangrijke rol. In het kader van de vergunningverlening voor de PPI zal een grondige beschrijving van de risico s en de beheersing vereist zijn. 36

37 4. Risicobeheersing Risicobeheersing Flexsecurity pensioen wordt bij het streven zijn doelstellingen te bereiken met onzekerheden geconfronteerd. Voor het bestuur van het fonds is van belang om vast te stellen welke mate van onzekerheid als acceptabel wordt beschouwd. Onzekerheid biedt zowel risico s als kansen. Integraal risicomanagement stelt het bestuur in staat om op een efficiënte en effectieve wijze met deze onzekerheid en de hieraan verbonden risico s en kansen om te gaan. Flexsecurity zoekt in zijn risicobeleid aansluiting bij de aanpak die De Nederlandsche Bank als toezichthouder daarvoor heeft ontwikkeld. Het categoriseren van de risico s en het daaropvolgende systeem van risicobeheersingsmaatregelen was tot voor kort vormgegeven in FIRM. FIRM is de Financiële Instellingen Risicoanalyse Methode van DNB. In 2012 vervangt DNB deze methode door Focus, een vernieuwde toezichtaanpak. Voorlopig baseert Flexsecurity pensioen zich nog op FIRM. In 2012 en daarna zal duidelijk worden wat de Focus-aanpak voor consequenties heeft en hoe Flexsecurity hierop zijn integraal risicomanagement moet aanpassen. In de FIRM-aanpak worden relaties gelegd tussen de in wetgeving verankerde doelstellingen van toezicht op pensioenfondsen c.q. financiële instellingen: liquiditeit, solvabiliteit, beheer en organisatie (governance). Expliciet noemt FIRM de volgende risicocategorieën: Rente- en matchingsrisico; Marktrisico; Kredietrisico; Verzekeringstechnisch risico; Omgevingsrisico; Uitbestedingsrisico; Integriteitrisico; Juridisch risico. De eerste vier categorieën zijn financieel van aard, de overige niet-financieel. In FIRM worden per categorie de inherente risico s benoemd, worden de beheersingsmaatregelen beschreven die het bestuur op deze risico s toepast en worden vervolgens de netto risico s bepaald. Op basis van deze systematiek tracht het bestuur om op alle mogelijke risicogebieden tot een verantwoorde uitvoering van de pensioenregeling te komen. In dit hoofdstuk wordt beschreven aan welke risico s met name aandacht wordt besteed en welke beheersingsmaatregelen in dit kader getroffen zijn. Rente- en matchingsrisico, marktrisico en kredietrisico Deze risico s zijn inherent aan de beleggingen die het pensioenfonds beheert ten behoeve van de deelnemers en gewezen deelnemers. Als gevolg van deze risico s kan de waarde van de pensioenkapitalen en de daarvoor aan te kopen pensioenuitkeringen aanzienlijk variëren, onder invloed van marktomstandigheden. Deze risico s worden in een beschikbarepremieregeling direct door de (gewezen) deelnemers gedragen. Flexsecurity pensioen heeft de volgende beheersingsmaatregelen getroffen om deze risico s te beheersen. De risico s binnen het beleggingsbeleid worden zorgvuldig vastgesteld door middel van de doorrekening van een ALM-studie en continuïteitsanalyse; De beleggingsportefeuilles voor het Basis- en het Pluspensioen zijn, gelet op de verschillende doelstellingen, separaat vastgesteld, inclusief de vastgestelde 37

38 bandbreedtes die concentratierisico s tegengaan; De beleggingsmandaten voor de beide regelingen zijn vastgelegd in twee (jaarlijkse) beleggingsplannen één voor het Basispensioen, één voor het Pluspensioen, met daarin opgenomen eisen ten aanzien van de kredietwaardigheid van tegenpartijen die in de verschillende beleggingsfondsen van ING IM (Basispensioen) en andere vermogensbeheerders (Pluspensioen) mogen worden opgenomen; Er vindt een volledige afdekking van het valutarisico plaats ten aanzien van de Amerikaanse dollar, het Britse pond en de Japanse yen; Periodiek wordt de berekening van de waarden van de participaties in de beleggingsdepots expliciet gecontroleerd. Flexsecurity voert deze controlerende rol deels zelf uit en maakt ten aanzien van de participaties van het Pluspensioen tevens gebruik van de diensten van een derde partij, AssetCare B.V., opdat de kans op het berekenen en publiceren van de verkeerde participatiewaarden gemitigeerd is; Maandelijks rapporteren ING IM en KCM door middel van beleggingsrapportages het fonds inzake de samenstelling van de beleggingsportefeuilles, de beleggingsrendementen en de risico s die er gemoeid zijn met het beleggen van het vermogen. Deze rapportages worden uitgebreid besproken en indien nodig toegelicht binnen de Beleggingsadviescommissie. Het belangrijkste risico voor de deelnemers is het risico dat de waardeontwikkelingen van de beleggingen geen gelijke tred houden met de hoogte van de aan te kopen pensioenuitkering. Dit is een belangrijk kenmerk van de pensioenregelingen van Flexsecurity: het zijn immers beschikbare premieregelingen. Flexsecurity pensioen tracht dit risico te beheersen door zorgvuldig het beleggingsbeleid van de pensioenregelingen vorm te geven, zodanig dat alle belangen van de verschillende deelnemers(-groepen) worden meegenomen. Ten aanzien van het Basispensioen, dat gekenmerkt wordt door een korte deelnameduur, veelal gevolgd door afkoop van het relatief kleine pensioenkapitaal, is gekozen voor een beleggingsmix met zeer beperkte risico s en daarmee een relatief laag verwacht rendement. Ten aanzien van het Pluspensioen wordt een life-cycle-aanpak gehanteerd, waarin de beleggingsmix van de vijf verschillende leeftijdsgroepen per groep verschilt. Het uitgangspunt is dat de hoeveelheid genomen risico op jonge leeftijd relatief hoog is en dat deze bij het naderen van de pensioenleeftijd stapsgewijs wordt afgebouwd. In geval van waardeoverdrachten moeten (gewezen) deelnemers zich realiseren dat de waardeontwikkeling van het opgebouwde pensioenkapitaal, vooral in het Pluspensioen, afhankelijk kan zijn van markt- en renteontwikkelingen. Om die reden dient een afgewogen keuze gemaakt te worden bij het al dan niet overdragen van pensioenkapitalen of pensioenaanspraken, gelet op de actuele waarde van het pensioenkapitaal. Flexsecurity pensioen mag hierbij niet adviseren, maar kan de deelnemers wel wijzen op de afhankelijkheid van markt- en renteontwikkelingen. Verzekeringstechnische risico s Verzekeringstechnische risico s zijn risico s dat de werkelijke ontwikkeling van het deelnemersbestand afwijkt van de aannames en grondslagen die bij de premiestelling zijn gebruikt. Belangrijke actuariële risico s voor Flexsecurity pensioen zijn de risico s van overlijden en arbeidsongeschiktheid van de deelnemers. Deze risico s zijn geheel herverzekerd bij Nationale-Nederlanden en vormen zodoende geen actief risico voor het fonds. Dit neemt niet weg dat het fonds gebaat is bij lage sterfte- en arbeidsongeschiktheidsaantallen. Er geldt namelijk een technische winstdeling in geval de aantallen achter blijven bij de verwachtingen. Daarnaast hebben de gerealiseerde aantallen invloed op de premiestelling van de verzekeraar in de toekomst. Flexsecurity is dan ook blij met de voortdurende inspanningen die aangesloten ondernemingen plegen ten aanzien van ziekteverzuimbeperking en re-integratie. 38

39 Een risico dat wel direct bij het fonds ligt, is het risico dat de gehanteerde doorsneepremie voor het Pluspensioen financieel niet toereikend is voor de verplichtingen van Flexsecurity pensioen. Aangezien er sprake is van een leeftijdsafhankelijke staffel voor de in het beleggingsdepot te storten premies, kan er in geval van een snelle veroudering van de actieve deelnemers een premietekort ontstaan. Ook kunnen de kosten voor de risicoverzekeringen en pensioenuitvoering hoger uitvallen dan de aannames die gehanteerd werden bij het bepalen van de doorsneepremie. Door voortdurend de relatie tussen ontvangen doorsneepremie en de aanwending van deze premie te analyseren, verkrijgt Flexsecurity in ieder geval een early warning in geval de doorsneepremie niet meer toereikend is. In beginsel is het mogelijk de doorsneepremie te verhogen. De werkgever noch de deelnemers hoeven met een verhoging (of een verlaging) in te stemmen: deze bevoegdheid ligt bij het bestuur. Feitelijk is daarmee het risico gemitigeerd, al zal een eventuele premieverhoging altijd naar redelijkheid en billijkheid worden doorgevoerd. De financiële buffers bij Flexsecurity zijn hierbij ook een belangrijk aandachtspunt. Zodoende hoeft er bijvoorbeeld niet direct naar het premieinstrument te worden gegrepen, als het Pluspensioen (eenmalig) niet door de doorsneepremie gefinancierd kan worden. Ondanks de hogere in het beleggingsdepot door te storten premies bepaald in de CAO in 2011, hoefde de doorsneepremie van het Pluspensioen in 2011 niet verhoogd te worden. Deze bleef 11,7% van de pensioengrondslag. In 2012 is deze wel verhoogd, naar 12,0% - mede als gevolg van een verwachte veroudering van de deelnemerspopulatie. Aangezien Flexsecurity geen ingegane pensioenuitkeringen kent (en deze ook nimmer zal kennen), zijn er hieromtrent geen risico s voor het fonds. Alle uitkeringen voor ouderdoms- of nabestaandenpensioen moeten op de datum van toekenning door de deelnemer of nabestaande worden aangekocht bij een verzekeraar naar keuze, als er geen sprake is van afkoop van het aanwezige kapitaal. Het verzekeringstechnische risico van lang leven (het langlevenrisico ) is daarom bij Flexsecurity pensioen niet aanwezig. Omgevingsrisico Omgevingsrisico s komen voort uit buiten het pensioenfonds gelegen veranderingen op onder meer het gebied van concurrentieverhoudingen en bij belanghebbenden. Een belangrijke groep belanghebbenden zijn de aangesloten ondernemingen. Zodra deze bijvoorbeeld overnames doen, hebben deze vermoedelijk gevolgen voor het fonds. De overname van Vedior door Randstad Holding heeft dit in het verleden aangetoond: Flexsecurity kreeg hierdoor te maken met een substantiële stijging van het aantal deelnemers. Ook het aantal aangesloten ondernemingen nam toe, waardoor de administratieve verwerking complexer werd. Door continue in overleg te blijven met de aangesloten ondernemingen en de service centers van Randstad Holding kunnen risico s ontstaan door overnames en juridische herstructureringen, beheerst worden. Een ander risico waarmee Flexsecurity pensioen geconfronteerd wordt, is het maatschappelijk debat over de woekerpensioenen. Hoewel dit debat alweer enkele jaren oud is, en inmiddels wel duidelijk is hoe pensioenverzekeraars transparant kunnen communiceren over pensioenverzekeringen op basis van beleggingen, is dit een terugkerend risico. Flexsecurity is een herverzekerd pensioenfonds en geen verzekeraar. Anders dan bij een verzekerde pensioenregeling kunnen (gewezen) deelnemers via het bestuur invloed uitoefenen op het beheer van de pensioenen. Maar omdat er een directe relatie is tussen Flexsecurity pensioen en Nationale-Nederlanden werd en wordt Flexsecurity nog al eens door (gewezen) deelnemers beticht van het uitvoeren van woekerpensioenen. In het licht hiervan kan ook het initiatief van de Pensioenfederatie om de pensioenuitvoeringskosten inzichtelijk te maken, beschouwd worden. De Pensioenfederatie beveelt de pensioenfondsen in Nederland het volgende aan: Rapporteer de kosten van pensioenbeheer in euro per deelnemer. Het aantal deelnemers is de som van het aantal actieve deelnemers en gepensioneerden; 39

40 Rapporteer de kosten van het vermogensbeheer in procenten van het gemiddeld belegd vermogen. Bekijk deze kosten ook in relatie tot: De gekozen beleggingsmix en de bijbehorende benchmarkkosten; Het rendement over een langere termijn; Rapporteer separaat (eventueel geschatte) transactiekosten in procenten van het gemiddeld belegd vermogen. De kosten van pensioenbeheer worden bij Flexsecurity pensioen gedragen door het fonds. Hiervoor wordt een afslag op de door de deelnemers en werkgever verschuldigde pensioenpremies gehanteerd. De kosten van het pensioenbeheer bedroegen in Dit zijn de kosten die Nationale-Nederlanden in rekening brengt als ook de kosten die gemaakt worden op het pensioenbureau van Randstad Holding, inclusief de kostenvergoedingen voor de bestuursleden. Uitgaande van de gemiddelde som van het aantal actieve deelnemers is dit 41,21 per actieve deelnemer. Hiervan was 7,98 benodigd voor de uitvoering van afkopen van kleine pensioenen, kosten die per definitie niet gemaakt worden ten behoeve van de actieve deelnemers. Worden alle deelnemers, actieve en gewezen, betrokken in de vergelijking, dan bedroegen de kosten van pensioenbeheer in 2011 gemiddeld 5,64 per deelnemer. Flexsecurity benadrukt dat uit deze bedragen niet zonder meer conclusies getrokken kunnen worden. De kosten van het vermogensbeheer worden ook verantwoord in de jaarrekening. Dit betreft echter de out-of-pocket-kosten, de kosten die in de participatiewaardes worden verrekend voor het vermogensbeheer. Daarnaast zijn er meer verborgen kosten: vermogensbeheerkosten die direct verrekend worden met de waarde van de beleggingen waarin Flexsecurity pensioen participeert. Deze laatste kosten zijn niet zichtbaar in de jaarrekening, maar vormen feitelijk wel de grootste kostenpost als het kosten van het vermogensbeheer gaat. Daarom beveelt de Pensioenfederatie deze ook te verantwoorden in de jaarverslagen van de pensioenfondsen. KCM en SPR spannen zich in om deze kosten boven water te krijgen. De vermogensbeheerkosten voor de Pluspensioenregeling worden over 2011 als volgt ingeschat: Kosten 2011 in basispunten Kosten vermogensbeheer Pluspensioen (bp) (1 bp = 0,01%) Kosten fiduciair beheer en advies (KCM) 32 Beheerkosten alle beleggingsfondsen, inclusief performance fees 26 Transactiekosten (aan- en verkopen) 17 Met name de transactiekosten betreffen schattingen, maar de totale vermogensbeheerkosten van Flexsecurity voor het Pluspensioen zouden hiermee op ongeveer 75 basispunten (0,75%) van het belegde vermogen liggen. Dit vertegenwoordigt een bedrag van (afgerond) 825 (825 duizend euro). In deze kosten zijn de zogeheten kickbackfees die KCM van de individuele vermogensbeheerders ontvangt en doorgeeft aan Flexsecurity pensioen, meegenomen. De vermogensbeheerkosten voor de Basispensioenregeling worden over 2011 als volgt ingeschat: Kosten 2011 in basispunten Kosten vermogensbeheer Basispensioen (bp) (1 bp = 0,01%) Beheerkosten alle beleggingsfondsen, inclusief performance fees 24 Transactiekosten (aan- en verkopen) n.n.b. 40

41 De transactiekosten die gemaakt worden binnen de beleggingsfondsen over 2011 zijn niet bekend. De beheerkosten liggen bij het Basispensioen in lijn met die van het Pluspensioen. Aangezien de vermogensbeheerkosten niet volledig zijn en er nog geen goede benchmark beschikbaar is bijna alle andere pensioenfondsen in Nederland zijn druk doende de aanbevelingen van de Pensioenfederatie te implementeren, maar hebben de uitkomsten hiervan nog niet gepubliceerd verwacht het bestuur pas over de kosten van vermogensbeheer over 2012 (in 2013) een oordeel te kunnen geven in vergelijking tot een kostennorm die speciaal voor pensioenfondsen ontwikkeld wordt. Anders dan verzekeraars heeft Flexsecurity immers een pensioenfonds geen winstoogmerk. Het doel van Flexsecurity pensioen is om tegen zo laag mogelijke kosten een goede en efficiënte uitvoering van de pensioenregeling te verzorgen. Er kan een vergelijking met beperkingen gemaakt worden met een door de verzekeraars gepubliceerde toetsnorm ten aanzien van een acceptabel kostenniveau voor de beleggingen. Hoewel expliciet vermeld wordt dat deze norm niet van toepassing is op Flexsecurity pensioen, is het interessant om de kosten van Flexsecurity te vergelijken met die van de toetsnorm voor verzekeraars. De cijfers zijn als volgt: Toetsnorm verzekeraar % Basispensioen geschat % Percentage van het totale kapitaal 1,5% 0,24% excl. transactiekst. Pluspensioen geschat % 0,75% De voorlopige conclusie is dat de kostenvergoedingen bij Flexsecurity ruimschoots binnen de toetsnorm vallen. Vergelijking van uitsluitend kosten tussen pensioenfondsen en verzekeraars en pensioenfondsen onderling leidt echter al snel tot onjuiste conclusies: de kosten van vermogensbeheer zijn afhankelijk van de beleggingsmix die weer afhankelijk is van de risicohouding en de deelnemerspopulatie van een pensioenfonds. Bovendien hebben zaken als actief en passief beheer als ook de mate van uitbesteding direct invloed op deze kosten. De kosten van pensioenbeheer worden onder meer beïnvloed door schaalgrootte, het type pensioenregelingen en mogelijke overgangsregelingen uit het verleden. Uitbestedingsrisico s Eén van de belangrijkste niet-financiële risico s is het uitbestedingsrisico. De uitvoering van de werkzaamheden van het pensioenfonds gebeurt voor een deel bij het pensioenbureau van Randstad Holding. Naast een deel van de pensioenuitvoering zijn de financiële administratie, de beleidsvoorbereiding en de bestuursondersteuning uitbesteed aan het pensioenbureau van Randstad Holding. De risico s die hierbij aan de orde zijn, betreffen continuïteit, integriteit en kwaliteit van de dienstverlening. Deze risico s worden beheerst door de afspraken in de uitbestedingsovereenkomst die tussen Flexsecurity pensioen en Randstad Holding nv per 1 januari 2008 is afgesloten. Continuïteit van de uitvoering is hierbij het belangrijkste begrip: in hoeverre kan Randstad Holding waarborgen dat de informatievoorziening, de personeelsleden van het pensioenbureau en andere bedrijfsmiddelen beschikbaar zijn? Randstad Holding heeft continuïteitsplannen voor onder meer de informatiesystemen; voor de belangrijkste ICTsystemen zijn uitwijkvoorzieningen getroffen. In het kader van risicobeleid is de relatief kleine personele bezetting van het pensioenbureau een terugkerende kwestie. Om het eventueel wegvallen van personeelsleden enigszins op te kunnen vangen, is de bezetting in de afgelopen jaren uitgebreid. Hierdoor zijn de verschillende taken op het pensioenbureau over meerdere personen verdeeld, wat de continuïteit ten goede komt. Dit neemt niet weg dat het kleine 41

42 aantal personeelsleden van het pensioenbureau zijn aandacht moet verdelen: naast taken voor Flexsecurity pensioen voert het immers ook taken uit voor Stichting Pensioenfonds Randstad en voor het wereldwijd geïmplementeerde personeelsaandelenplan van Randstad Holding. Afspraken over de voor Flexsecurity te verrichten taken zijn in 2011 tot in detail geconcretiseerd in een service level agreement (SLA) tussen Flexsecurity en Randstad Holding. Om een goed overzicht te houden op de operationele uitvoering van de pensioenregeling, beschikt het bestuur over diverse periodieke rapportages. Zo is er een interne rapportage die op het pensioenbureau ontwikkeld is, ten aanzien van aantallen deelnemers en premiebedragen per pensioenregeling per periode. Deze rapportage maakt inzichtelijk of verwerkte, de van de werkgever afkomstige, afdrachtenbestanden in beginsel juist en volledig zijn. Ook maakt ze duidelijk in hoeverre de gehanteerde doorsneepremie voor het Pluspensioen nog de financiële verplichtingen voor deze regeling dekt. Deze rapportage wordt in elke bestuursvergadering besproken. Verder is er een periodieke interne rapportage van Nationale-Nederlanden ter zake de aantallen stortingen en aantallen deelnemers aan het Basis- en Pluspensioen, als ook de risicoverzekeringen van de Pluspensioenregeling. Met uitvoerder Nationale-Nederlanden is in 2006 een SLA afgesloten, behorende bij de toenmalige verzekeringsovereenkomst. In 2010 is deze SLA herzien. Periodiek beoordeelt en evalueert het bestuur van Flexsecurity pensioen de geleverde prestaties in relatie tot de normen die in de SLA zijn opgenomen, zo is het streven. Nationale-Nederlanden en Kempen Capital Management beschikken beide over een ISAE verklaring. ISAE-3402-verklaringen zijn middelen om aan te tonen dat de procesuitvoeringen bij partijen waaraan uitbesteed is, in control zijn. Flexsecurity is blij met deze verklaringen, zij het dat delen van de processen die bij Nationale-Nederlanden voor Flexsecurity zijn opgetuigd, niet onder de reikwijdte van de ISAE-3402-verklaring vallen. Mede daardoor concludeert het bestuur dat met name de jaarwerkprocessen bijzondere aandacht behoeven: de jaarwerkprocessen bij Nationale-Nederlanden zijn voornamelijk afgestemd op de verslaggevingsvereisten die gelden voor verzekeraars en niet op die voor pensioenfondsen als Flexsecurity. Zodoende wordt het jaarwerkproces door Nationale-Nederlanden, Flexsecurity pensioen en de accountants van beide partijen, Ernst & Young en PWC, intensief voorbereid en afgestemd. Desondanks is het door Nationale-Nederlanden opgeleverde depotverslag niet zonder meer door Flexsecurity in te voegen in de jaarrekening. Dit blijft een tijdsintensief proces dat ondanks de vele tijd en moeite die de medewerkers van Nationale-Nederlanden en het pensioenbureau van Randstad Holding gezamenlijk besteden aan herinrichting en uitvoering van de jaarwerkprocessen, risico s met zich meebrengt. Het mitigeren van risico s kan daarom op papier nog zo evident zijn: de proof of the pudding is in the eating. Aanvullend is in geval van uitbesteding een beproefde wijze van risicobeheersing het hebben van veelvuldig contact over allerhande operationele zaken. Daarom heeft Flexsecurity pensioen in het bijzonder in de personen van de directie, maar ook via medewerkers van het pensioenbureau bijna dagelijks contact met Nationale-Nederlanden. Hierdoor kunnen zaken die administratief fout dreigen te gaan, eerder worden gesignaleerd. In de praktijk werkt dit goed. Integriteitsrisico en juridische risico s Risico s met betrekking tot integriteit kunnen zich manifesteren zodra bestuurders of andere direct bij Flexsecurity betrokkenen zich niet integer gedragen. Voorbeelden hiervan zijn het mogelijk met via Flexsecurity pensioen opgedane voorkennis handelen in effecten of het zich laten fêteren door derdepartijen die bij Flexsecurity in de gunst willen komen. Hoewel elk bestuurslid of andere direct betrokkene waarschijnlijk zelf weet wanneer hij de integriteitsnormen overschrijdt, wordt hier binnen Flexsecurity pensioen aan de hand van de gedragscode op toe gezien. Alle bestuursleden, de leden van de BAC 42

43 en de medewerkers van het pensioenbureau van Randstad Holding hebben deze gedragscode ondertekend. Deze code kent onder meer normen ten aanzien van het handelen in effecten en het aannemen van cadeaus c.q. ingaan op uitnodigingen van derdepartijen. Jaarlijks dient iedereen die de gedragscode heeft ondertekend, bij de compliance officer van het fonds te verklaren dat hij zich aan de gedragscode gehouden heeft. Juridische risico s kunnen zich op meerdere wijzen manifesteren. Het fonds dient zich te allen tijde aan de statutaire doelstellingen te houden. Daarnaast dienen zonder meer alle fondsdocumenten (pensioenreglementen, ABTN e.d.) up-to-date te zijn. Ook moet vastgesteld worden of de Pensioenwet en andere toepasselijke wet- en regelgeving zonder meer worden nageleefd. Dit speelde onder meer een rol bij het inrichten van de life-cycle-aanpak in de beleggingen van het Pluspensioen. Deze is pas na zorgvuldige toetsing vormgegeven. Het bestuur heeft bij meerdere juridisch deskundigen advies ingewonnen ter zake het maken van onderscheid in de beleggingen op basis van leeftijdscriteria zonder dat de deelnemers hierbij een keuze wordt geboden. Een belangrijk punt mede in het kader van het (universele) gelijkebehandelingsprincipe. De wijze waarop de life-cycle van het Pluspensioen bij Flexsecurity nu ingericht, is mede op basis van het juridische advies tot stand gekomen. In 2011 zijn stappen gezet om tot een verfijning van de life-cycle-aanpak te komen waardoor markt- en prijsrisico s voor de deelnemers in de tijd nog beter beheerst worden, iets waardoor ook het juridisch risico verder gemitigeerd wordt. 43

44 44

45 5. Beleggingen Vermogensbeheer Het beheer van de beleggingen is sinds de start van Flexsecurity in handen van ING Investment Management (ING IM). Deze samenwerking is contractueel vastgelegd in de verzekeringsovereenkomst die het fonds heeft gesloten met Nationale-Nederlanden. In de huidige verzekeringsovereenkomst die sinds 1 januari 2008 van kracht is, is opgenomen dat Flexsecurity pensioen het recht heeft zijn beleggingen bij een andere vermogensbeheerder onder te brengen. Van dit recht werd in 2010 gebruik gemaakt: toen zijn de beleggingen van het Pluspensioen ondergebracht bij Kempen Capital Management (KCM). Vanaf 1 april 2010 zijn daarom de beleggingen van het Basispensioen en het Pluspensioen gescheiden. Vanaf die datum kennen de vermogens van het Basis- en het Pluspensioen verschillende rendementen. De beleggingsresultaten van ING IM en van KCM worden getoetst door de beleggingsadviescommissie (BAC). Per kwartaal vindt rapportage van de beleggingsresultaten aan de BAC en het bestuur plaats. De samenstelling van de BAC is in hoofdstuk 1 vermeld. De commissie opereert op basis van een reglement waarin taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn omschreven. Ze heeft in 2011 meerdere malen vergaderd, waarbij vooral veel aandacht is uitgegaan aan de ontwikkelingen op de turbulente financiële markten. Bovendien heeft de BAC besloten gezien de turbulentie vaker te overleggen en ten minimale één keer per kwartaal een extra teleconferentie te houden met vermogensbeheerder KCM. Algemene ontwikkelingen op beleggingsgebied Het behaalde rendement op de beleggingen van Flexsecurity pensioen hangt nauw samen met de bewegingen op de internationale financiële markten. Bewegingen die grotendeels veroorzaakt worden door economische ontwikkelingen. Ontwikkelingen op de financiële markten In de eerste helft van het jaar koelde de economische groei sterk af als gevolg van de natuur- en bijna-nucleaire rampen in Japan en hoge grondstofprijzen. De angst voor een doubledip-recessie was groot, maar bleek uiteindelijk grotendeels ongegrond. De groei in de Verenigde Staten herstelde aanzienlijk in de tweede helft van het jaar en de economische groei van China koelde slechts licht af. In Europa verslechterde de situatie wel substantieel door het uit de hand lopen van de eurocrisis. Hierdoor werden de vooruitzichten voor met name 2012 aanmerkelijk naar beneden bijgesteld. In reactie op deze ontwikkelingen was de volatiliteit op de financiële markten erg hoog. Flinke koersdalingen werden afgewisseld met sterke stijgingen. Per saldo was de richting na de eerste daling vooral zijwaarts. Zowel op de financiële markten als op economisch gebied, kreeg Europa de hardste klappen. Het producenten- en consumentenvertrouwen daalden flink en bijna alle landen raakten in recessie. In de Verenigde Staten had het afgelopen jaar een verplaatsing van de groei van de publieke naar de private sector plaats moeten vinden. Dit is maar beperkt gelukt. De bedrijvensector in de VS draaide goed en behaalde recordwinsten, maar was vanwege de onzekerheid in Europa en de politieke discussie in Amerika niet bereid haar investeringen fors op te voeren. Als gevolg hiervan herstelde de werkgelegenheid nauwelijks, waardoor Amerikaanse consument zijn positie niet echt zag verbeteren. De Aziatische economieën presteerden onder leiding van China relatief goed. Echter, een geleidelijke afkoeling van de economische groei was zichtbaar door druk op de export- en vastgoedsectoren. Hetzelfde was ook goed zichtbaar in opkomende landen als Brazilië en India. 45

46 Aandelen Per saldo was 2011 een tegenvallend jaar voor aandelen. De MSCI World Index verloor 2%. De beurs in Amerika wist zich aan de malaise te onttrekken en sloot het jaar positief (+5%) af. De MSCI World Index wist voornamelijk dankzij de sterke performance van de Verenigde Staten de schade te beperken. De MSCI Europe Index daalde met bijna 8%. De MSCI Emerging Markets en MSCI Japan indexen noteerden een rendement van -/- 15% respectievelijk -/- 11% en presteerden daarmee duidelijk slechter dan de rest van de wereld. De slechte performance van opkomende landen kwam voor een belangrijk deel door de onrust in Europa: beleggers trokken hun gelden terug. Vastrentende waarden Afgaande op de cijfers per jaareinde lijkt 2011 een rustig jaar te zijn geweest op de verschillende obligatiemarkten. De diverse indices noteerden plussen. Deze cijfers verhullen echter veel was een tumultueus jaar op de obligatiemarkten waarbij vooral in de tweede helft van het jaar de zorgen over de euro en de bereidheid en het vermogen van enkele lidstaten om de schuldpositie aan te pakken tot een crisisstemming leidde op de financiële markten. De problemen in Griekenland en Portugal werden niet adequaat geadresseerd, wat de crisis de kans gaf over te slaan naar Italië en Spanje. Menig eurotop werd gewijd aan de problemen en verschillende Europese leiders (Papandreou in Griekenland, Berlusconi in Italië en Zapatero in Spanje) traden af. Hun opvolgers beloofden allen budgettaire beterschap. De Europese Centrale Bank (ECB) speelde op de achtergrond een belangrijke rol, enerzijds door politici aan te zetten tot het nemen van maatregelen en anderzijds door het kopen van obligaties van periferielanden op de secundaire markt. Pas toen de druk in november zover toenam dat de zorgen over de euro ook de rentes in België en Frankrijk aanwakkerden, leek er een gevoel van echte urgentie te ontstaan bij politici. Voor banken werd het in de tweede helft van het jaar steeds lastiger om vreemd vermogen aan te trekken, voornamelijk in buitenlandse valuta. Het besluit van de Amerikaanse centrale bank om in samenwerking met de ECB onbeperkt US-dollarswaps tegen een gereduceerd tarief aan te bieden leidde tot een zucht van verlichting. De maatregel van de ECB om vervolgens driejaarsleningen beschikbaar te stellen aan banken waarbij de regels voor het onderpand versoepeld werden, betekende een ongekende verruiming van de liquiditeit en er werd door de banken dan ook voor bijna 500 miljard op ingeschreven. Per saldo zakte de tienjaarsrente in Duitsland van 2,7% naar 1,8% in Bedrijfsobligaties kenden een wisselend beeld in Met euro-investment-grade bedrijfsobligaties werd in 2011 een rendement behaald van +1,7% maar dat was vooral te danken aan de dalende swaprente, terwijl de risico-opslag op bedrijfsobligaties juist steeg. Binnen de bedrijfsobligaties hadden financiële waarden, bij elkaar ongeveer 45% van de index, het moeilijk, terwijl overige sectoren goed presteerden. Achtergestelde obligaties van banken en verzekeraars daalden fors; vaak met meer dan tien procentpunten. Hoogrentende leningen stegen in 2011 op wereldwijde basis met +3,1% (in US$), waarbij Amerikaanse high yield bonds het overigens een stuk beter deden dan Europese. Ook in deze beleggingscategorie was de volatiliteit hoog door een flinke terugval halverwege het jaar en een daaropvolgend herstel. Het herstel van de Amerikaanse economie vormde samen met een toenemende bereidwilligheid van Amerikaanse banken om krediet te verstrekken, de basis onder het positieve rendement. Staatsobligaties van opkomende landen (emerging market debt) hadden met +7,3% (in US$) een goed jaar, terwijl in lokale valuta uitgegeven staatsobligaties met -/-1,8% (in US$) een teleurstellend jaar kenden. Deze laatste categorie had te lijden onder de toegenomen risicoaversie onder beleggers ten aanzien van valutarisico. 46

47 Beleggingsbeleid en -rendement Beleggingsbeleid en -mix De pensioenregelingen van Flexsecurity zijn beschikbarepremieregelingen. Dit betekent onder meer dat de beleggingsresultaten direct doorwerken in de waarde van de participaties die het pensioenkapitaal van de deelnemers bepaalt. De beleggingsrendementen komen voor rekening van de deelnemers, zowel de actieve als de gewezen. Daarom is een goed gefundeerd beleggingsbeleid zeer belangrijk voor Flexsecurity pensioen. Een goede verhouding tussen enerzijds (mogelijk) te behalen rendementen en anderzijds te nemen risico s is het belangrijkste uitgangspunt van dit beleid. De doelstelling van dit beleid is om op de langere termijn de hoogste rendementen tegen een aanvaardbaar risico te realiseren. Daarom is bij de oprichting van Flexsecurity gekozen voor een terughoudend en enigszins risicomijdend beleggingsbeleid. Het beleggingsbeleid kenmerkt zich nog steeds door deze keuze, zij het dat er vanaf 2010 onderscheid gemaakt wordt in te nemen risico s per leeftijdsgroep. Het belegd vermogen van Flexsecurity is te verdelen in een vermogen dat behoort bij het Basispensioen en dat beheerd wordt door ING IM, en een vermogen van het Pluspensioen dat beheerd wordt door KCM. Binnen het beleggingsbeleid van het Pluspensioen wordt bovendien onderscheid gemaakt in twee beleggingsportefeuilles: de zogeheten renteportefeuille en de zogeheten rendementsportefeuille. Basispensioen In de loop van het verslagjaar heeft het bestuur aan de hand van adviezen van de beleggingsadviescommissie het volgende beleggingsbeleid voor het Basispensioen opgesteld hier weergegeven met behulp van normwegingen: Beleggingsbeleid 2011 Basispensioen (ING IM) Normweging Normweging Categorie % % Vastrentende waarden 80,0 waarvan ING Fixed Income AA Basis Fonds 40,0 waarvan ING (L) Liquid EUR- C CAP Fonds 40,0 Aandelen 15,0 waarvan ING (L) Institutional Global Enhanced Fonds 7,5 waarvan ING Dividend Aandelen Fonds 3,5 waarvan ING European Small Caps Fonds 2,5 waarvan ING Emerging Markets Equity Fonds 1,5 Onroerend goed 5,0 Liquide middelen 0,0 Totaal 100,0 Het beleggingsbeleid van het Basispensioen is relatief voorzichtig: het is gericht op het behoud van het pensioenkapitaal van de deelnemers. Aangezien de meeste pensioenkapitalen van het Basispensioen uiteindelijk worden afgekocht gezien de relatief geringe omvang is het uitgangspunt dat de pensioenkapitalen ten minimale zo groot moeten zijn als de som van de ingelegde premies. Zodoende wordt er relatief weinig risico genomen en vooral belegd in relatief veilige beleggingen voor 80% in vastrentende waarden. Het bestuur heeft er wel bewust voor gekozen om de gelden van het Basispensioen te beleggen en niet om deze gelden bijvoorbeeld op spaarrekeningen te storten. Flexsecurity wil wel de kans behouden dat de pensioenkapitalen rendement maken, maar tevens is 40% van het vermogen gealloceerd naar een geldmarktfonds (het ING (L) Liquid Fonds) dat feitelijk de kenmerken heeft van een spaarrekening. 47

48 In de laatste jaren hebben er geen onroerendgoed-aankopen plaatsgevonden in de beleggingen van het Basispensioen. Dit leidde ertoe dat het aandeel van deze beleggingscategorie steeds kleiner werd. In december 2011 zijn de onroerendgoedbeleggingen overgeheveld naar het Pluspensioen. Sindsdien bestaat de beleggingsportefeuille van het Basispensioen alleen nog uit vastrentende waarden en aandelen. De normwegingen voor deze categorieën in 2012 zijn 82,5% respectievelijk 17,5%. Pluspensioen Het beleggingsbeleid van het Pluspensioen kenmerkt zich door de inrichting van twee beleggingsportefeuilles, de renteportefeuille en de rendementsportefeuille, beide in beheer bij KCM. De renteportefeuille bestaat uit vastrentende waarden, zijnde een combinatie van staatsobligaties en bedrijfsobligaties. Het doel van de renteportefeuille is het gedeeltelijk afdekken van renterisico met beleggingen die matchen met de pensioenverplichtingen. De rendementsportefeuille bestaat uit meer risicovollere beleggingen. Het doel van de rendementsportefeuille is om extra rendement te genereren. Hierbij wordt gespreid belegd in verschillende risicovolle beleggingscategorieën, zoals aandelen en onroerend goed. De life-cycle-aanpak van het Pluspensioen manifesteert zich in de mate waarin er per leeftijdsgroep wordt deelgenomen in beide beleggingsportefeuilles. Leeftijdsgroepen met jongere deelnemers nemen relatief meer deel aan de rendementsportefeuille en beleggen zodoende risicovoller; de oudere leeftijdsgroepen participeren relatief meer in de renteportefeuille en beleggen daardoor prudenter. De belangrijke uitgangspunten om tot de life-cyclebeleggingsmixen te komen, zijn: Het mitigeren van neerwaartse risico s en het rekening houden met bestedingsmogelijkheden van het opgebouwde kapitaal van de deelnemers; Risico s worden met name in het tweede deel van de life-cycle afgebouwd door het hanteren van leeftijdsgroepen met een grote lengte in jaren bij jonge leeftijden en kleinere lengtes in jaren bij oudere leeftijden; Het risico in de jongste leeftijdsgroep is relatief laag ten opzichte van andere lifecycleregelingen (buiten Flexsecurity pensioen), zodat ook al in deze leeftijdsgroep het absolute risico beperkt wordt. Hiermee wordt rekening gehouden met mogelijke afkopen van kleine pensioenen en uitgaande waardeoverdrachten naar andere pensioenuitvoerders; Bewust is ervoor gekozen om bij de oudere leeftijdsgroepen geen liquiditeiten toe te voegen aan de beleggingsmix. Dit om de koopkracht te beschermen ten behoeve van de inkoop van pensioenrechten op de pensioenleeftijd. Deze koopkracht is mede afhankelijk van ontwikkelingen in de rente vóór de pensioenleeftijd. De beleggingsmixen per leeftijdsgroep van het Pluspensioen zijn als volgt: Beleggingsmixen Pluspensioen per leeftijdsgroep (KCM) Aandeel renteportefeuille Aandeel rendementsportefeuille Categorie % % Leeftijdsgroep I jaar Leeftijdsgroep II jaar Leeftijdsgroep III jaar Leeftijdsgroep IV jaar Leeftijdsgroep V jaar Hoewel bovengenoemde aandelen (wegingen) per portefeuille door koersontwikkelingen wijzigingen, vindt er elke maand een herbalancering plaats naar deze wegingen. Hiervan wordt niet afgeweken. In 2011 was het beleggingsbeleid van de renteportefeuille als volgt: 48

49 Beleggingsbeleid 2011 Renteportefeuille (KCM) Portefeuilleweging Benchmark Beleggingscategorie Vastrentende waarden 100% Staatsobligaties 65% Merrill Lynch EMU Direct Government AAA Rated Index Niet-staatsobligaties 35% Merrill Lynch EMU Corporate Index (bedrijfsobligaties) Totaal 100% Hierbij wordt een risicomaximum gehanteerd van 5%. Dit wil zeggen dat de beleggingen in de renteportefeuille gezamenlijk een maximale standaarddeviatie hebben van 5%. De renteportefeuille zal normaal gesproken niet met meer dan twee keer (vuistregel) de standaarddeviatie stijgen of dalen (dus +10% of -/-10%) binnen één jaar tijd. In 2011 was het beleggingsbeleid van de rendementsportefeuille als volgt: Beleggingsbeleid 2011 Rendementsportefeuille (KCM) Portefeuilleweging Benchmark Beleggingscategorie Aandelen ontwikkelde landen 30% Wereld 9,0% MSCI Wereld TR ND Europa 12,0% MSCI Europe TR ND VS 9,0% MSCI US TR ND Aandelen opkomende landen 30% Emerging markets 22,5% MSCI Emerging Markets TR ND Azië/Pacific 7,5% MSCI Asia/Pacific ex Japan TR ND Onroerend goed 20% Indirect niet-genoteerd OG 15,0% ING -fondsen (conform portefeuille) Beursgenoteerd OG 5,0% GPR-250 Europe ND Tactische-assetallocatie 20% Euribor 3 maands +3% Totaal 100% Valuta-afdekking EUR/USD 24% Euro/US dollar 1-maands termijncontract EUR/GBP 4,5% Euro/Britse pond 1-maands termijncontract EUR/JPY 0,75% Euro/Japanse yen 1-maands termijncontract Hierbij wordt een risicomaximum gehanteerd van 17%. Dit wil zeggen dat de beleggingen in de rendementsportefeuille gezamenlijk een maximale standaarddeviatie hebben van 17%. De rendementsportefeuille zal normaal gesproken niet met meer dan twee keer (vuistregel) de standaarddeviatie stijgen of dalen (dus +34% of -/-34%) binnen één jaar tijd. Reservepool Naast het beheren van de beleggingen ten behoeve van de pensioenkapitalen van de deelnemers aan het Pluspensioen, voert KCM tevens het beheer over een groot deel van het eigen vermogen van Flexsecurity pensioen, zijnde de algemene reserves. In 2010 en 2011 is 6,5 miljoen van de algemene reserves overgeheveld van een spaarrekening naar een beleggingsportefeuille bij KCM, de reservepool geheten. De doelstellingen voor het vermogensbeheer van de reservepool zijn als volgt: Behoud van kapitaal door middel van inzet van een beperkt risico; 49

50 Beschikbare gelden gebruiken om transacties in het (administratieve/beleggings-) proces te stroomlijnen; Tegen aanvaardbare risico s een hoger rendement halen dan de korte rente (3- maands Euribor). Gezien de werking van het administratieve proces tussen Nationale-Nederlanden en KCM is een bedrag van circa 3 miljoen benodigd als buffer om het beleggingsproces aan te sluiten op de administratie en risico s te verminderen. De overige middelen van de reservepool zijn in beginsel beschikbaar om conform bovenstaande doelstelling te worden belegd. Feitelijk betekent dit dat deze gelden worden belegd in de renteportefeuille. Samenstelling beleggingen en beleggingsrendement Het belegd vermogen van Flexsecurity pensioen is in 2011 licht gestegen naar een niveau van (2009: ). Dat ondanks de premie-inkomsten in 2011 slechts sprake is van een kleine stijging komt voor een groot deel voort uit de afkoop van kleine pensioenen, waarvoor beleggingen letterlijk te gelde worden gemaakt en worden uitgekeerd aan gewezen deelnemers. Hierdoor vloeide in aan gelden uit. Vanzelfsprekend heeft het beleggingsrendement ook een effect op de hoogte van het vermogen: dit bedroeg in (2010: ). Per saldo was het belegde vermogen ultimo 2011 als volgt samengesteld: Belegd vermogen Basispensioen (ING IM) Belegd vermogen Pluspensioen (KCM) Belegd vermogen algemene reserve [Reservepool] (KCM) Grafisch ziet de omvang van het vermogen in de afgelopen vijf jaar er als volgt uit: Ultimo 2011 was het belegd vermogen als volgt over de verschillende beleggingscategorieën verdeeld: 50

51 De vastrentende waarden vormen het grootste deel van het belegd vermogen: op de verslagdatum was 68% belegd in deze categorie. Dit betreft het gemiddelde van het Basispensioen, het Pluspensioen en de reservepool. Bij het Basispensioen is 82% belegd in deze relatief veilige beleggingscategorie, bij het Pluspensioen is dit 50%. De verdeling van het belegd vermogen over de verschillende beleggingscategorieën per pensioenregeling is als volgt: Basispensioen Pluspensioen Reservepool TOTAAL Vastrentende waarden Aandelen Onroerend goed Derivaten (108) (78) ( 1) (187) Overige beleggingen Liquide middelen Stand per 31 december Door de splitsing van de belegde vermogens van het Basispensioen en het Pluspensioen is er niet één rendementscijfer voor de beleggingen van Flexsecurity pensioen vast te stellen. Dientengevolge worden hieronder alleen rendementscijfers per pensioenregeling vermeld. Aangezien de beleggingen van de reservepool integraal zijn opgenomen in het belegd vermogen van het Pluspensioen, worden de rendementscijfers op het geaggregeerde niveau van KCM getoond (Pluspensioen en reservepool tezamen). Basispensioen De vermogensbeheerder van het Basispensioen is ING IM. ING IM heeft in 2011 de volgende beleggingsrendementen (per kwartaal) gerealiseerd voor Flexsecurity: 51

52 Op het derde kwartaal na hebben de beleggingen die door ING IM beheerd worden, het beter dan of gelijk gedaan aan de benchmark. Per saldo heeft de portefeuille die bij ING IM in beheer is, het beter gedaan dan de benchmark. Deze outperformance is vooral het gevolg van de prestaties op het gebied van aandelen: hoewel deze een negatief rendement kenden, deden ze beter dan de benchmark. De vastrentende waarden kenden een positief beleggingsrendement en deden het net iets beter dan de benchmark. Het overgrote deel van de beleggingen van het Basispensioen is belegd in vastrentende waarden (82% ultimo 2011). Onderstaande grafiek geeft de rendementen van de vastrentende waarden per kwartaal in relatie tot de vastrentendewaardenbenchmark weer: Hieruit blijkt dat er sprake is van een kleine outperformance: een rendement van +3,2% versus een benchmark van +3,1%. Gezien het karakter van de Basispensioenregeling belegt Flexsecurity voornamelijk in vastrentende waarden met gemiddeld een korte looptijd. Er wordt daarom in gelijke mate belegd in het ING Fixed Income AA Basis Fonds en het ING (L) Liquid EUR-C CAP Fonds. Dit laatste is een geldmarktfonds dat belegt in vastrentend waardepapier met een looptijd van één jaar of minder. Het ING Fixed Income AA Basis Fonds belegt in vastrentende waarden van overheden en financiële ondernemingen die door minstens twee credit rating agencies ten minst een AA-rating toegekend hebben gekregen. In de praktijk betekent dit dat voornamelijk wordt belegd in 52

53 staatsobligaties van Duitsland en Nederland. De aandelenbeleggingen van Flexsecurity pensioen bij ING IM bestaan uit participaties in vier beleggingsfondsen, te weten: ING (L) Institutional Global Enhanced Equity Fonds; ING Dividend Aandelen Basis Fonds; ING European Small Caps Fonds; ING Emerging Markets Equity Basis Fonds. De beleggingen in aandelen in de ontwikkelde markten het ING (L) Institutional Global Enhanced Equity Fonds en het ING Dividend Aandelen Basis Fonds vormen strategisch 23% van de aandelenbeleggingen bij ING IM van Flexsecurity. Het rendement van het enhanced fonds bedroeg -/- 2,4% in 2011, dat van het dividendfonds +1,3%. Dit laatste fonds deed het beter dan de benchmark, het eerstgenoemde fonds deed het gelijk aan de benchmark. De overige 27% van de aandelenbeleggingen van Flexsecurity pensioen bij ING IM zijn verdeeld over de twee andere fondsen: het ING European Small Caps Fonds en ING Emerging Markets Equity Basis Fonds. De rendementen van deze beleggingsfondsen waren -/- 21,0% respectievelijk -/- 15,3%. De benchmarks staan hieronder in de grafiek vermeld. Daarenboven werd het aandelenrendement nog iets verder negatief beïnvloed: door de afdekking van de valutarisico s en de ontwikkelingen van de euro, heeft de valutahedge in 2011 geld gekost. Per saldo werd niet -/- 5,4% (zoals in de grafiek staat), maar -/-5,6% rendement behaald op de aandelen die voor het Basispensioen in beheer zijn. Pluspensioen en reservepool Het bij KCM ondergebrachte vermogen dat van het Pluspensioen en de reservepool is, zoals hierboven toegelicht, verdeeld over twee beleggingsportefeuilles: de renteportefeuille en de rendementsportefeuille. Deze portefeuilles worden gescheiden van elkaar beheerd. De omvang van de portefeuilles hangt niet alleen af van de beleggingsresultaten, maar wordt ook direct beïnvloed door de aantallen en de leeftijden van de deelnemers aan de Pluspensioenregeling. De leeftijd van de deelnemers bepaalt immers de mate waarin er in de twee portefeuilles deelgenomen (dus belegd) wordt. Met de rendementsportefeuille wordt beoogd rendement te behalen door te beleggen in risicovollere beleggingsproducten. Deze portefeuille kende ultimo 2011 een waarde van (2010: ). De beleggingen in deze portefeuille zijn als volgt verdeeld: 53

54 De overige beleggingen bestaan uit de participaties in het Kempen Allocation Overlay Fund, het beleggingsfonds dat zich bezighoudt met assetallocatie. De derivaten zijn valutatermijncontracten waarmee de valutarisico s worden afgedekt. De in 2011 behaalde rendementen in de rendementsportefeuille laten zich als volgt grafisch weergeven: Hieruit wordt duidelijk dat de rendementsportefeuille veel slechter presteerde dan haar benchmark. Met name de beleggingen in aandelen en die van de allocatiestrategieën (assetallocatie overige beleggingen) waren slecht te noemen. De beleggingen in onroerend goed deden het beter dan de benchmark. Ook de keuze om binnen de rendementsportefeuille te beleggen in vastrentende waarden heeft positief bijgedragen. De aandelenbeleggingen zijn ultimo 2011 ondergebracht in elf (11) beleggingsfondsen van verschillende vermogensbeheerders, waaronder Skagen, Vanguard, Fidelity en IPM RAFI. De aandelen in de Aziatische markten kenden net als in 2010 een grote underperformance, de andere aandelenbeleggingen deden het conform of beter dan de benchmark. Op de balansdatum waren de beleggingen in aandelen als volgt over de regio s verdeeld: 54

55 Regio Vermogensbeheerders 2011 Aandelen ontwikkeld wereld Skagen Aandelen ontwikkeld Europa IPM RAFI, Vanguard Aandelen ontwikkeld Noord-Amerika IPM RAFI, Vanguard Aandelen opkomend Azië & Pacific Aandelen opkomend wereld Comgest Panda, Fidelity IPM RAFI, Skagen, T Rowe Price, Vanguard Totale beleggingen in aandelen (rendementsportefeuille) De beleggingen in onroerend goed zijn ondergebracht in fondsen van ING Real Estate, zijnde onroerendgoedbeleggingen die Flexsecurity al heel veel jaren in portefeuille heeft. Daarnaast is er belegd in het EasyETF FTSE EPRA Europe fonds, een beursgenoteerd vastgoedfonds van BNP Paribas dat belegt in Europees onroerend goed. De beleggingen in het Eurosirisfonds van ING Real Estate zijn in 2011 verkocht. Per saldo rendeerden alle onroerendgoedbeleggingen in de rendementsportefeuille +2,3% opvallend beter dan de benchmark die -/-0,3% deed. Op de balansdatum waren de onroerendgoedbeleggingen als volgt verdeeld: Categorie Beleggingsfondsen 2011 Beursgenoteerd onroerend goed Europa EasyETF FTSE EPRA Europe Niet-genoteerd direct onroerend goed Nederland ING Real Estate-fondsen (CBRE) Totale beleggingen in onroerend goed (rendementsportefeuille) De hier als ING Real Estate-fondsen aangeduide beleggingen zijn de participaties in de winkel-, kantoren- en woningenfondsen van CBRE waarin Flexsecurity al jaren participeert. CBRE heeft in 2011 ING Real Estate overgenomen, vandaar de naamwisseling. In december 2011 zijn deze beleggingen geheel opgenomen in de rendementsportefeuille van het Pluspensioen. De allocatie naar de beleggingen van het Basispensioen is daarmee voor deze onroerendgoedfondsen komen te vervallen. De overige beleggingen in de rendementsportefeuille bestaan uit investeringen in het Kempen Allocation Overlay Fund. Deze deelname kende op de balansdatum een waarde van ofwel ruim 16% van de rendementsportefeuille. Dit assetallocatiefonds kende in 2011 een rendement van -/- 10,7%. De doelstelling van dit fonds is om op lange termijn een resultaat te behalen dat op jaarbasis gelijk is aan de geldmarktrente (driemaands Euribor) plus vier procentpunten (+4%-pt.). In 2011 is dit geheel mislukt: de benchmark kende een rendement van +4,2%; een forse underperformance voor dit fonds derhalve. Ook in de eerste maanden van 2012 presteerde dit fonds ondermaats. Reden voor de beleggingsadviescommissie en het bestuur om het aandeel van het Kempen Allocation Overlay Fund te halveren. De derivaten in de rendementsportefeuille betreffen de valutatermijncontracten die met betrekking tot de afdekking van de risico s van de Amerikaanse dollar, de Japanse yen en het Britse pond, zijn afgesloten. Ultimo 2011 kenden deze een waarde van -/- 79. Per saldo heeft deze valuta-afdekking een klein negatief rendement opgeleverd in 2011: -/- 0,1%. De euro daalde in waarde. Met de renteportefeuille wordt beoogd de renterisico s van de pensioenverplichtingen van 55

56 de deelnemers aan het Pluspensioen af te dekken als ook de absolute waarde van het pensioenkapitaal van de deelnemers te beschermen. In de renteportefeuille zijn daarom relatief veilige beleggingen opgenomen: staatsobligaties en bedrijfsobligaties. Deze portefeuille kende ultimo 2011 een waarde van (2010: ). De beleggingen in deze portefeuille waren als volgt verdeeld: De in 2011 behaalde rendementen staan in onderstaande grafiek: Hieruit wordt duidelijk dat de renteportefeuille minder presteerde dan haar benchmark. Dit komt doordat de benchmark uitsluitend bestaat uit staatsobligaties met een AAA - rating (zijnde die van Nederland, Duitsland, Oostenrijk en Frankrijk). Het overgrote deel van de staatobligaties in de renteportefeuille komt overeen met deze landen, maar daarnaast zijn er bijvoorbeeld ook staatsobligaties uit België en Spanje geselecteerd. De rendementen van deze staatobligaties met een lagere rating zijn achter gebleven bij de AAA-staatsobligaties, wat underperformance veroorzaakt ten opzichte van de benchmark. Ultimo 2011 waren de beleggingen in de renteportefeuille als volgt verdeeld: 56

57 Categorie 2011 Staatsobligaties: - Staatsobligatie Nederland , 3,5% Staatsobligatie Duitsland , 3,25% Kempen Euro High Grade Pool Robeco Lux-O-Rente Bedrijfsobligaties: - ishares Barclays Euro Corporate Bond Standard Life Investments European Corporate Bond Fund Hoogrentende bedrijven - M&G European Loan Fund Liquide middelen 124 Totale beleggingen in renteportefeuille Circa 58,5% van de renteportefeuille is kostenefficiënt ingevuld met (Europese) staatsobligaties. Via de allocatie naar het Kempen Euro High Grade Pool is een groot gedeelte van het vermogen binnen deze portefeuille gealloceerd naar (semi-) staatsleningen met hoofdzakelijk een AAA-rating (93% is AAA ). Bij de bedrijfsobligaties is voornamelijk gekozen voor een actieve invulling, opdat het mogelijk is door selectie van bepaalde leningen binnen deze beleggingscategorie waarde toe te kunnen voegen. De (passieve) benchmark bevat namelijk de leningen die het meest verhandeld worden, wat niet altijd een goede indicator voor de kwaliteit van de leningen vormt. Toch heeft het actieve beleid nog niet het gewenste rendement opgeleverd; indien belegd zou zijn in de benchmark was er meer rendement geweest. Ook de beleggingen in hoogrentende leningen brachten nog niet het gewenste rendement. Per kwartaal laat de rendementen van de renteportefeuille en van haar benchmark zich als volgt samenvatten: Met name het derde kwartaal was een relatief slecht kwartaal: toen rendeerden met name staatsobligaties slecht door de eurocrisis. Kwartaalberichten beleggingen De beleggingsresultaten weerspiegelen zich direct in de participatiewaarden. De participatiewaarden bepalen mede de hoogte van de pensioenkapitalen van de deelnemers van het fonds. Voor de actuele participatiewaardes wordt verwezen naar de 57

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity. Jaarverslag 2012

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity. Jaarverslag 2012 Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Jaarverslag 2012 Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Diemermere 25 1112 TC DIEMEN Postbus 12600 1100 AP AMSTERDAM-ZUIDOOST Contactgegevens: Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Jaarverslag 2013. Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Jaarverslag 2013. Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Jaarverslag 2013 Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Kernpunten Positieve beleggingsrendementen in 2013 Pensioenkapitalen van deelnemers in waarde gestegen Toename van aantal deelnemers Transitie van

Nadere informatie

Jaarverslag 2014. Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Jaarverslag 2014. Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Kernpunten Positieve beleggingsrendementen in 2014 Participatiewaarde Basispensioen gestegen met 5% Participatiewaarden Pluspensioen stijgen alle:

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Diememere 25 1112 TC DIEMEN Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 34111370 Verslag over

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Diememere 25 1112 TC DIEMEN Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 34111370 Verslag over

Nadere informatie

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Eind 2012 liep het herverzekeringscontract met Nationale-Nederlanden

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Diememere 25 1112 TC DIEMEN Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 34111370 Verslag over

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2017

VERKORT JAARVERSLAG 2017 VERKORT JAARVERSLAG 2017 De belangrijkste ontwikkelingen in 2017 bij Pensioenfonds TNT Express op een rij in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige jaarverslag vindt

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Diememere 25 1112 TC DIEMEN Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 34111370 Verslag over

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

Profielschets Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Profielschets Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Profielschets Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Lid van het Verantwoordingsorgaan Vacature lid namens deelnemers 2019 t/m 2022 januari 2018 c:\users\maassenm\appdata\local\microsoft\windows\temporary

Nadere informatie

Terugblik 2011 in cijfers

Terugblik 2011 in cijfers Terugblik 2011 in cijfers U vindt hier een samenvatting van het jaarverslag 2011. Het volledige jaarverslag kunt u downloaden via www.pensioenfondsricohnederland.nl. Financiële situatie Door de kredietcrisis

Nadere informatie

REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN. Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN. Stichting Pensioenfonds Flexsecurity REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN Stichting Pensioenfonds Flexsecurity 1 juli 2017 Pagina 2 van 10 Artikel 1. Definities Voor dit reglement zijn de begripsomschrijvingen van het pensioenreglement van Stichting

Nadere informatie

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het jaarverslag legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

ACTUARIËLE EN BEDRIJFSTECHNISCHE NOTA. van STICHTING PENSIOENFONDS FLEXSECURITY

ACTUARIËLE EN BEDRIJFSTECHNISCHE NOTA. van STICHTING PENSIOENFONDS FLEXSECURITY ACTUARIËLE EN BEDRIJFSTECHNISCHE NOTA van STICHTING PENSIOENFONDS FLEXSECURITY JULI 2015 ABTN Stichting Pensioenfonds Flexsecurity 1 INHOUDSOPGAVE 1. Voorwoord pag. 4 2. Inleiding pag. 5 2.1 Kenmerken

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2016

VERKORT JAARVERSLAG 2016 VERKORT JAARVERSLAG 2016 2016: wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2016 bij Pensioenfonds TNT Express? U leest het in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige

Nadere informatie

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting IKEA Pensioenfonds Reglement Verantwoordingsorgaan Artikel 1. Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a) Bestuur: het bestuur van het fonds. b) Code Pensioenfondsen: de Code opgesteld

Nadere informatie

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2013 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 blad 1 van 7 Het Metro Pensioenfonds Hieronder eerst een aantal bijzonderheden over het Metro Pensioenfonds. Het Metro Pensioenfonds is opgericht

Nadere informatie

de aangesloten onderneming volgens de statuten van het pensioenfonds; de personen, in dienst van de werkgever.

de aangesloten onderneming volgens de statuten van het pensioenfonds; de personen, in dienst van de werkgever. REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino Artikel 1. Definities Bestuur: Ondernemingsraad: Pensioenreglement: Statuten: Uitvoeringsovereenkomst: Vereniging van gepensioneerden:

Nadere informatie

Startbrief. 1. Algemeen. Waardeoverdracht. Informatie die u geeft. Wanneer bent u deelnemer in de Basisregeling?

Startbrief. 1. Algemeen. Waardeoverdracht. Informatie die u geeft. Wanneer bent u deelnemer in de Basisregeling? Startbrief Deze startbrief bestaat uit 3 delen: Algemeen, Basisregeling en Plusregeling. 1. Algemeen Uw werkgever: Tentoo Collective Freelance & Flex B.V. Uw pensioenuitvoerder: ABN AMRO Pensioenen Soort

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Op woensdagmiddag 9 maart, aansluitend aan de jaarbijeenkomst van de Vereniging Gepensioneerden Getronics (VGG), organiseerde Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds van de Grolsche Bierbrouwerij, statutair gevestigd te Enschede, hierna te noemen: "het Fonds"

Stichting Pensioenfonds van de Grolsche Bierbrouwerij, statutair gevestigd te Enschede, hierna te noemen: het Fonds Uitvoeringsovereenkomst 2018 Grolsche Bierbrouwerij Nederland B.V., statutair gevestigd te Enschede, hierna te noemen: "de Werkgever" en Stichting Pensioenfonds van de Grolsche Bierbrouwerij, statutair

Nadere informatie

Reglement Verantwoordingsorgaan

Reglement Verantwoordingsorgaan Reglement Verantwoordingsorgaan Artikel 1 Definities In dit reglement worden geacht te zijn overgenomen de definities van de statuten, terwijl voorts wordt verstaan onder: a. Selectiecommissie De commissie

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Sligro Food Group. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting Pensioenfonds Sligro Food Group. Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Sligro Food Group Reglement Verantwoordingsorgaan Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor dit reglement zijn de begripsomschrijvingen van de statuten van de Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Verkort jaarverslag 2013 Wat waren in 2013 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2013. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

Reglement verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen

Reglement verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen Reglement verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen 9 september 2014 Reglement verantwoordingsorgaan SPD 1 van 7 Artikel 1. Definities Bestuur: Deelnemer: Pensioengerechtigde: Intern

Nadere informatie

Bewaar deze startbrief zorgvuldig. Pensioen heeft nu misschien niet uw hoogste aandacht, binnenkort kan dat anders zijn.

Bewaar deze startbrief zorgvuldig. Pensioen heeft nu misschien niet uw hoogste aandacht, binnenkort kan dat anders zijn. Bewaar deze startbrief zorgvuldig. Pensioen heeft nu misschien niet uw hoogste aandacht, binnenkort kan dat anders zijn. Geachte heer/mevrouw.., Van harte welkom bij het Bedrijfspensioenfonds voor de Agrarische

Nadere informatie

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Geef pensioen de aandacht die het verdient Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Vijf mythes over pensioen Over pensioenen zijn meerdere mythes in omloop. Het is belangrijk om te weten hoe het wel zit. De

Nadere informatie

Reglement Verantwoordingsorgaan. van de. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Reglement Verantwoordingsorgaan. van de. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Reglement Verantwoordingsorgaan van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Februari 2014 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Artikel 1 - Samenstelling van het

Nadere informatie

de pensioengerechtigde leeftijd of bij eerder overlijden, zoals aanspraken op ouderdomsen nabestaandenpensioen en pré-pensioen.

de pensioengerechtigde leeftijd of bij eerder overlijden, zoals aanspraken op ouderdomsen nabestaandenpensioen en pré-pensioen. de pensioengerechtigde leeftijd of bij eerder overlijden, zoals aanspraken op ouderdomsen nabestaandenpensioen en pré-pensioen. De hierna opgenomen bepalingen worden niet alleen toegepast op formeel overeengekomen

Nadere informatie

Pensioenreglement Basispensioen Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Pensioenreglement Basispensioen Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Pensioenreglement Basispensioen Stichting Pensioenfonds Flexsecurity januari 2015 Pensioenreglement Basispensioen Stichting Pensioenfonds Flexsecurity 1 Artikel 1 Definities In dit pensioenreglement wordt

Nadere informatie

Artikel 1 - Definities

Artikel 1 - Definities Reglement Verantwoordingsorgaan Versie BV 21 december 2016 Artikel 1 - Definities In dit reglement wordt verstaan onder: Pensioenfonds: Bestuur: het bestuur van het Pensioenfonds Verantwoordingsorgaan:

Nadere informatie

Geschillen- en klachtenregeling. Stichting Pensioenfonds Randstad

Geschillen- en klachtenregeling. Stichting Pensioenfonds Randstad Geschillen- en klachtenregeling augustus 2008 2 Geschillen- en klachtenregeling Artikel 1. Definities Voor deze regeling zijn de begripsomschrijvingen van de pensioenreglementen van Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Uw pensioen goed geregeld

Uw pensioen goed geregeld Uw pensioen goed geregeld 2010 Uw pensioen goed geregeld bij Wolters Kluwer Nederland Een pensioen opbouwen is belangrijk. Dit is namelijk uw inkomen wanneer u met pensioen gaat. En het is het eventuele

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015 FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015 Inhoudsopgave 1. Het pensioenfonds... 3 2. Het bestuur... 3 3. Taken van het bestuur...

Nadere informatie

stichting pensioenfonds wonen

stichting pensioenfonds wonen stichting pensioenfonds wonen Verkort Jaarverslag 2007 Kerncijfers Aantallen per 31-12 2007 2006 Werkgevers 4.331 4.161 Deelnemers 33.009 31.705 Gewezen deelnemers 70.948 62.860 Gepensioneerden 8.468 7.735

Nadere informatie

Een nieuwe keuze in pensioenoplossingen. ICK Beschikbare Premieregeling

Een nieuwe keuze in pensioenoplossingen. ICK Beschikbare Premieregeling Een nieuwe keuze in pensioenoplossingen voor de ICK-branche ICK Beschikbare Premieregeling ICK Beschikbare Premieregeling 2 De ICK-branche verbreedt het aanbod op het gebied van pensioen. Naast de bestaande

Nadere informatie

Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector

Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector Oktober 2016 Werkgevers kunnen kiezen bij TrueBlue Middelloonregeling of Beschikbare premieregeling Een

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur de pensioenregeling

Nadere informatie

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Kenmerken Fonds Stichting Pensioenfonds ING (hierna: het Fonds) is op 1 januari

Nadere informatie

124 De Pensioenwereld in 2015

124 De Pensioenwereld in 2015 13 124 De Pensioenwereld in 2015 Verslaggeving & communicatie 125 Meer consistentie nodig in verslaggeving premiepensioeninstellingen Auteurs: Frans Glorie en Kees Voorburg Op 1 januari 2011 is de premiepensioeninstelling

Nadere informatie

STICHTING VUT FONDS ECI IN LIQUIDATIE

STICHTING VUT FONDS ECI IN LIQUIDATIE STICHTING VUT FONDS ECI IN LIQUIDATIE LIQUIDATIERAPPORT 2014 INHOUD A. Kerncijfers 2 B. Vereffenaar en functionarissen 4 C. Liquidatieverslag 6 D. Liquidatierekening 9 E. Overige gegevens 17 STICHTING

Nadere informatie

STICHTING VUT FONDS ECI VERKORT JAARRAPPORT 2001

STICHTING VUT FONDS ECI VERKORT JAARRAPPORT 2001 STICHTING VUT FONDS ECI VERKORT JAARRAPPORT 2001 INHOUD A. Kerncijfers 2 B. Bestuur en functionarissen 4 C. Jaarverslag 6 ALGEMEEN 7 D. Jaarrekening 8 BALANS PER 31 DECEMBER 2001 9 STAAT VAN BATEN EN LASTEN

Nadere informatie

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Schoen-, Leder- en Lederwarenindustrie. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Schoen-, Leder- en Lederwarenindustrie. Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Schoen-, Leder- en Lederwarenindustrie Pagina: 2 Artikel 1. Begripsomschrijvingen Voor dit reglement zijn de begripsomschrijvingen van de statuten en het pensioenreglement

Nadere informatie

Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector

Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector April 2018 Werkgevers kunnen kiezen bij TrueBlue Middelloonregeling of beschikbare premieregeling Een goed

Nadere informatie

27 september Deelnemersvergadering

27 september Deelnemersvergadering 27 september 2007 Deelnemersvergadering Kernpunten 2006 Goed jaar, dekkingsgraad van 117,1% naar 122,7% Geen herstelplan meer nodig in 2007 Indexatie in 2006 verleend over 2005 van: - 0,63% voor de actieve

Nadere informatie

BeterExcedent. Pensioenregeling 2015

BeterExcedent. Pensioenregeling 2015 BeterExcedent Pensioenregeling 2015 BeterExcedent Pensioen Werkgevers 2015 Uw werknemers bouwen pensioen op bij bpfbouw in de pensioenregeling voor de Bouwnijverheid. Dit is een middelloonregeling. Deze

Nadere informatie

Uitvoeringsovereenkomst. Wolters Kluwer Nederland B.V. en Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland

Uitvoeringsovereenkomst. Wolters Kluwer Nederland B.V. en Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland Uitvoeringsovereenkomst Wolters Kluwer Nederland B.V. en Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland Overeengekomen 01-01-2008 Bijlage 1 01-01-2008 2 UITVOERINGSOVEREENKOMST De ondergetekenden, Wolters

Nadere informatie

Huishoudelijk Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland.

Huishoudelijk Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland. Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland. Artikel 1. Begripsomschrijvingen De definities als opgenomen in Artikel 1 van de statuten van het pensioenfonds zijn van overeenkomstige toepassing op dit

Nadere informatie

In deze nieuwsbrief geven wij u informatie over de financiële situatie en andere belangrijke ontwikkelingen binnen het SPAN fonds.

In deze nieuwsbrief geven wij u informatie over de financiële situatie en andere belangrijke ontwikkelingen binnen het SPAN fonds. Van het SPAN bestuur In deze nieuwsbrief geven wij u informatie over de financiële situatie en andere belangrijke ontwikkelingen binnen het SPAN fonds. Voor alle duidelijkheid: deze nieuwsbrief informeert

Nadere informatie

Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon "

Aanvullend pensioenreglement Excedent middelloon Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon " STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR HET BEROEPSVERVOER OVER DE WEG voor de werknemers geboren op of na 1 januari 1950 ORSIMA April 2018 1 Voorwoord

Nadere informatie

SERVICE LEVEL AGREEMENT

SERVICE LEVEL AGREEMENT Bijlage bij Uitvoeringsovereenkomst tussen Stichting Pensioenfonds Haskoning en Haskoning Nederland B.V. d.d. SERVICE LEVEL AGREEMENT Ter uitvoering van de taken van de Stichting Pensioenfonds Haskoning

Nadere informatie

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE 1 INHOUDSOPGAVE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN Inhoudsopgave BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN... 3 ARTIKEL 1. AANSPRAKEN... 3 ARTIKEL 2. VARIABEL PENSIOENGEVEND

Nadere informatie

4. Bestuurders van het fonds kunnen geen lid zijn van het Verantwoordingsorgaan.

4. Bestuurders van het fonds kunnen geen lid zijn van het Verantwoordingsorgaan. Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Astellas Definities Artikel 1 a. (Pensioen)fonds: Stichting Pensioenfonds Astellas; b. Bestuur: Het bestuur van het fonds; c. Verantwoordingsorgaan;

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement van het verantwoordingsorgaan (definitief) Bedrijfstakpensioenfonds voor de drankindustrie

Huishoudelijk reglement van het verantwoordingsorgaan (definitief) Bedrijfstakpensioenfonds voor de drankindustrie Huishoudelijk reglement van het verantwoordingsorgaan (definitief) Bedrijfstakpensioenfonds voor de drankindustrie Juli 2014 Artikel 1 Begripsbepalingen Definities Dit reglement verstaat onder: fonds:

Nadere informatie

Reglement bestuur. Dagelijks beleid De dagelijkse gang van zaken in de uitvoering van de pensioenregeling, tussen bestuursvergaderingen in;

Reglement bestuur. Dagelijks beleid De dagelijkse gang van zaken in de uitvoering van de pensioenregeling, tussen bestuursvergaderingen in; Reglement bestuur Artikel 1: begripsbepalingen Bestuur Het bestuur van het pensioenfonds; Code Pensioenfondsen De Code Pensioenfondsen van september 2013 zoals opgesteld door de Pensioenfederatie en de

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009 Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics Verkort Jaarverslag 2009 Inleiding 2009 is voor de Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics (hierna Pensioenfonds SABIC-IP) weer een bijzonder

Nadere informatie

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959 Januari 2018

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959 Januari 2018 Januari 2018 1 Artikel 1. Begripsomschrijvingen De definities als opgenomen in artikel 1 van de statuten van het fonds zijn van overeenkomstige toepassing op dit reglement. Daarnaast gelden de volgende

Nadere informatie

Reglement excedent-premieregeling Versie: 1 januari 2018

Reglement excedent-premieregeling Versie: 1 januari 2018 Reglement excedent-premieregeling Versie: 1 januari 2018 Inhoudsopgave I De excedent-premieregeling van BPL Pensioen... 3 Artikel 1 Welke pensioensoorten biedt mijn excedent-premieregeling?... 3 Artikel

Nadere informatie

Reglement Raad van Toezicht. van de. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Reglement Raad van Toezicht. van de. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Reglement Raad van Toezicht van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Vastgesteld 22-12-2016 Inhoudsopgave... 1 Inleiding... 3 Artikel 1 - Begripsomschrijvingen...

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS PENSIOENGERECHTIGDEN STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 SEPTEMBER 2016

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS PENSIOENGERECHTIGDEN STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 SEPTEMBER 2016 FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS PENSIOENGERECHTIGDEN STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 SEPTEMBER 2016 Inhoudsopgave 1. Het pensioenfonds... 3 2. Het bestuur... 3 3. Taken van het bestuur... 3

Nadere informatie

Klachten- en geschillenregeling

Klachten- en geschillenregeling Klachten- en geschillenregeling Stichting Pensioenfonds Flexsecurity oktober 2016 l:\documenten\s-data\klachten en geschillen spr & flexsecurity\20161005 - flex - klachtenen geschillenregeling 2016 - def.docx

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620 Artikel 1 Inleiding De wijze waarop de Stichting Pensioenfonds SMIT wordt bestuurd ligt op hoofdlijnen vast in de statuten. In dit bestuursreglement wordt hier verder invulling aan gegeven. Het bestuursreglement

Nadere informatie

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2012 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Functieprofiel lid verantwoordingsorgaan

Functieprofiel lid verantwoordingsorgaan Functieprofiel lid verantwoordingsorgaan 1. Algemene kenmerken van het pensioenfonds Stichting Pensioenfonds Achmea (SPA) is een ondernemingspensioenfonds dat de Achmea pensioenregelingen uitvoert voor

Nadere informatie

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Versie 1.0 17 juni 2015 Auteur: Corné van Bokhoven Status: vastgesteld door bestuur Inleiding Nadat Stichting Pensioenfonds DHV in 2008 in dekkingstekort kwam heeft

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel

Stichting Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Stichting Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Reglement Fiscaal Onzuivere Aansprakenregeling Netto Aanvullende Pensioenregeling Versie 12.0 - Tekst van 6 december 2013 Karakteristiek van de regeling `Fiscaal

Nadere informatie

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Equens

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Equens Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Equens 1 Artikel 1. Definities Fonds Stichting Pensioenfonds Equens Werkgever Equens SE Bestuur Het bestuur van het Fonds Verantwoordingsorgaan Het

Nadere informatie

PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN PENSIOENREGLEMENT UNISYS COMBI PENSIOEN UNISYS PENSIOENREGLEMENT, 12E NOTA VAN WIJZIGING

PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN PENSIOENREGLEMENT UNISYS COMBI PENSIOEN UNISYS PENSIOENREGLEMENT, 12E NOTA VAN WIJZIGING Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland Bijlagen PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN PENSIOENREGLEMENT UNISYS COMBI PENSIOEN UNISYS PENSIOENREGLEMENT, 12E NOTA VAN WIJZIGING Versie 1 januari

Nadere informatie

CONCEPT Principeakkoord tot wijziging van de pensioenregeling van de CAO voor Uitzendkrachten 2004-2009

CONCEPT Principeakkoord tot wijziging van de pensioenregeling van de CAO voor Uitzendkrachten 2004-2009 CONCEPT Principeakkoord tot wijziging van de pensioenregeling van de CAO voor Uitzendkrachten 2004-2009 Partijen betrokken bij de ABU-CAO voor Uitzendkrachten, te weten de Algemene Bond Uitzendondernemingen

Nadere informatie

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 25 juni 2015

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 25 juni 2015 Welkom namens Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK AMSTERDAM, 25 juni 2015 AGENDA 1. Opening en voorstellen leden van het bestuur 2. Mededelingen van de voorzitter 3. Notulen deelnemersvergadering 26

Nadere informatie

Halfjaarcijfers per 30 juni 2014

Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 STICHTING BEHEER OIKOCREDIT NEDERLAND FONDS INHOUDSOPGAVE Balans per 30 juni 2014 Staat van baten en lasten over het eerste halfjaar 2014 Toelichting op de halfjaarcijfers

Nadere informatie

Reglement excedent-premieregeling. Versie: 1 juli 2018

Reglement excedent-premieregeling. Versie: 1 juli 2018 Reglement excedent-premieregeling Versie: 1 juli 2018 Inleiding Dit reglement excedent-premieregeling BPL Pensioen is een aanvulling op artikel 16 van het pensioenreglement BPL en regelt de inhoud en voorwaarden

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 DECEMBER 2016

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 DECEMBER 2016 FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 DECEMBER 2016 Inhoudsopgave 1. Het pensioenfonds... 3 2. Het bestuur... 3 3. Taken van het bestuur... 3 4. Bestuurssamenstelling...

Nadere informatie

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer Pagina 1 van het addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, contractnummer 27339 Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van 27339. Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Taakopdracht, bevoegdheden en samenstelling commissies. van het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Taakopdracht, bevoegdheden en samenstelling commissies. van het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Taakopdracht, bevoegdheden en samenstelling commissies van het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf Versie: mei 2013 1 Visitatiecommissie De visitatiecommissie heeft

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR HET VERANTWOORDINGSORGAAN VAN STICHTING PENSIOENFONDS ABP

REGLEMENT VOOR HET VERANTWOORDINGSORGAAN VAN STICHTING PENSIOENFONDS ABP REGLEMENT VOOR HET VERANTWOORDINGSORGAAN VAN STICHTING PENSIOENFONDS ABP Het bestuur van Stichting Pensioenfonds ABP, Gelet op artikel 18 lid 4 laatste zin, van de statuten van Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Reglement excedent-premieregeling. Versie: 1 juli 2017

Reglement excedent-premieregeling. Versie: 1 juli 2017 Reglement excedent-premieregeling Versie: 1 juli 2017 Inhoudsopgave I De excedent-premieregeling van BPL Pensioen... 3 Artikel 1 Welke pensioensoorten biedt mijn excedent-premieregeling?... 3 Artikel 2

Nadere informatie

PROFIELSCHETS LID VERANTWOORDINGSORGAAN Vastgesteld 28 maart 2019.

PROFIELSCHETS LID VERANTWOORDINGSORGAAN Vastgesteld 28 maart 2019. PROFIELSCHETS LID VERANTWOORDINGSORGAAN Vastgesteld 28 maart 2019. 1. Het Pensioenfonds Bpf MITT Bpf MITT is opgericht met het doel de pensioenregelingen van de aangesloten werkgevers uit te voeren. Het

Nadere informatie

Wat is nu precies de rol van de werkgever, de vakbonden en het bestuur van het pensioenfonds?

Wat is nu precies de rol van de werkgever, de vakbonden en het bestuur van het pensioenfonds? Veelgestelde vragen en antwoorden Ontbinding Stichting Pensioenfonds Bavaria (in liquidatie) Wat gaat er op 1 april 2017 gebeuren? Dan gaan de opgebouwde pensioenaanspraken van de actieve en gewezen deelnemers

Nadere informatie

Bijlagen. Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland. Versie 1 januari 2013 PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN

Bijlagen. Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland. Versie 1 januari 2013 PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland Bijlagen PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN PENSIOENREGLEMENT UNISYS COMBI PENSIOEN UNISYS PENSIOENREGLEMENT, 12 E NOTA VAN WIJZIGING Versie 1 januari

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Positie 2018 Gebaseerd op het jaarverslag over 2018 en recente ontwikkelingen Hoe werkt ons pensioenfonds voor jou? Financiële positie Waardevastheid pensioen 1

Nadere informatie

Reglement Verantwoordingsorgaan. Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959

Reglement Verantwoordingsorgaan. Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959 Reglement Verantwoordingsorgaan 1 REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN Artikel 1. Begripsomschrijvingen De definities als opgenomen in artikel 1 van de statuten van het fonds zijn van overeenkomstige toepassing

Nadere informatie

JAARREKENING 2012 ROM-D HOLDING NV

JAARREKENING 2012 ROM-D HOLDING NV JAARREKENING 2012 ROM-D HOLDING NV Datum: 24 juni 2013 Noordendijk 250 Postbus 310 3300 AH Dordrecht T (078) 770 80 95 E info@rom-d.nl JAARREKENING ROM- D HOLDING NV 2012 - BLADZIJDE 2 BALANS PER 31 DECEMBER

Nadere informatie

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

Wat krijgt u in onze pensioenregeling? Hoe is uw Pluspensioen geregeld? In dit Pensioen 1-2-3 leest u wat u wel en niet krijgt in onze pensioenregeling. Pensioen 1-2-3 bevat geen persoonlijke informatie over uw pensioen. Die vindt u wel op

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland. Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES

Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland. Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES Juni 2017 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Artikel 1 Algemene

Nadere informatie

jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad

jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad kernpunten 2014 dekkingsgraad eind 2014: 109,1% beleggingsrendement: 34% pensioenverplichtingen gestegen naar 913,1 miljoen fonds uit dekkingstekort maar

Nadere informatie

REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN STICHTING PENSIOENFONDS ERNST & YOUNG ROTTERDAM. 1 juli 2014

REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN STICHTING PENSIOENFONDS ERNST & YOUNG ROTTERDAM. 1 juli 2014 REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN STICHTING PENSIOENFONDS ERNST & YOUNG ROTTERDAM 1 juli 2014 06-06-2014 INHOUDSOPGAVE Artikel 1 Begripsbepalingen 2 Artikel 2 Samenstelling van het Verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Samenvatting cijfers per 31 december 2015 Dekkingsgraad (UFR): 100,5% Beleidsdekkingsgraad: 104,4% Belegd vermogen: 19,9 miljard Rendement 4 e

Nadere informatie

Halfjaarcijfers per 30 juni 2015

Halfjaarcijfers per 30 juni 2015 Halfjaarcijfers per 30 juni 2015 STICHTING BEHEER OIKOCREDIT NEDERLAND FONDS INHOUDSOPGAVE Balans per 30 juni 2015 2 Staat van baten en lasten over het eerste halfjaar 2015 3 Toelichting op de halfjaarcijfers

Nadere informatie

BeterExcedent. Pensioen Werknemer 2015

BeterExcedent. Pensioen Werknemer 2015 BeterExcedent Pensioen Werknemer 2015 BeterExcedent Pensioen Werknemer 2015 Als u via uw werkgever deelneemt in de pensioenregeling BeterExcedent, kunt u pensioen opbouwen over het deel van uw salaris

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Reglement Verantwoordingsorgaan Reglement Verantwoordingsorgaan Versie 01-07-2014 Artikel 1. Definities Bestuur: Intern Toezicht: Verantwoordingsorgaan: Het bestuur van het pensioenfonds. De visitatiecommissie van het pensioenfonds.

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement

Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement In dit huishoudelijk reglement gelden dezelfde begripsbepalingen als in de statuten van het fonds. Daar waar in dit document over statuten

Nadere informatie

Overzicht Nederlands sociaal en arbeidsrecht en voorschriften van informatieverstrekking

Overzicht Nederlands sociaal en arbeidsrecht en voorschriften van informatieverstrekking Bij de uitvoering van de pensioenregeling van een in Nederland gevestigde werkgever door een pensioeninstelling uit een andere lidstaat blijven, op grond van de Europese Richtlijn EU 2016/2341/EU, het

Nadere informatie

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer Pagina 1 van het addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma pensioenregeling A, contractnummer 27339 Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland,

Nadere informatie

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014 Pensioenfonds Robeco Populair Jaarverslag 2014 2014 was een bewogen jaar voor Pensioenfonds Robeco door de sterk dalende rente en de veranderende wet- en regelgeving. In het jaarverslag blikken wij als

Nadere informatie

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2015

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2015 Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Algemeen... 2 2. Jaarrekening... 3 2.1 Balans per 31 12 2015 (voor winstbestemming)... 3 2.2 Winst en verliesrekening over 2015...

Nadere informatie

Stichting Norit Pensioenfonds

Stichting Norit Pensioenfonds Stichting Norit Pensioenfonds Communicatieplan 2017-2019 Dit communicatieplan is voorbereid door de werkgroep communicatie van Stichting Norit Pensioenfonds en vastgesteld door het bestuur. Amersfoort,

Nadere informatie

Pensioenreglement Basispensioen Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Pensioenreglement Basispensioen Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Pensioenreglement Basispensioen Stichting Pensioenfonds Flexsecurity Versie 2019 Inhoudsopgave Artikel 1 Definities 3 Artikel 2 Karakter pensioenovereenkomst 5 Artikel 3 Deelnemerschap 5 Artikel 4 Verstrekken

Nadere informatie