Running head: PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 1

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Running head: PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 1"

Transcriptie

1 Running head: PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 1 Pesten en Persoonlijkheid: door welke Factoren worden Pesters, Slachtoffers en Bully-Victims gekenmerkt? Kelly Tomberg Universiteit van Tilburg Bachelorthesis Klinische Gezondheidspsychologie Departement Ontwikkelingspsychologie Thesisbegeleider: dr. J. Henrichs Datum: juli 2014

2 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 2 Samenvatting Pesten is hedendaags een veelvoorkomend probleem op scholen. Om pesten in de toekomst beter te kunnen herkennen en te voorkomen is het van belang om inzicht te krijgen in pestgedrag. In de huidige cross-sectionele studie (N=307) werd het verband tussen persoonlijkheidseigenschappen en pestcategorieën onderzocht, waarbij werd gekeken of pesters, slachtoffers en bully-victims gekenmerkt worden door specifieke persoonlijkheidsfactoren van het Five Factor Model (FFM). Om persoonlijkheidseigenschappen in kaart te brengen is gebruik gemaakt van de Big Five Inventory, gevalideerd door Denissen et al. (2008). Het pestgedrag is in kaart gebracht middels zelfrapportage en peernominatie. Uit de resultaten blijkt dat, gebaseerd op zowel de zelfrapportage als de peernominatie, de bully-victim gekenmerkt wordt door een lage score op de factor Vriendelijkheid. Uitgegaan van de zelfrapportage wordt de pester gekenmerkt door een lage score op Vriendelijkheid en het slachtoffer door een hoge score op Neuroticisme. Wanneer uitgegaan wordt van peernominatie worden de pester en het slachtoffer echter gekenmerkt door een hoge score op de factor Extraversie. Bij zowel de pester als het slachtoffer komen dus geen eenduidige persoonlijkheidskenmerken naar voren. Trefwoorden: pesten, pestcategorieën, persoonlijkheid, zelfrapportage, peernominatie, Five Factor Model.

3 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 3 Abstract Bullying is a major problem these days in schools. To better recognize and to prevent bullying in the future it is important to attain insight in bullying behavior. In this cross-sectional study (N=307) the relation between personality traits and bullying categories was investigated, which examined whether bullies, victims and bully-victims are characterized by specific personality factors of the Five Factor Model (FFM). The Big Five Inventory, validated by Denissen et al. (2008), was used to measure the personality traits. Bullying was measured by selfreport and peerreport. The results showed that, based on both selfreport and peerreport, the bully-victim is characterized by a high score on the factor Agreeableness. Based on selfreport, the bully is characterized by a low score on Agreeableness and the victim by a high score on Neuroticism. However, based on peerreport, the bully and the victim are characterized by a high score on Extraversion. This indicates that both the bully and the victim have no unambiguous personality features. Key words: bullying, bullying categories, personality, selfreport, peerreport, Five Factor Model.

4 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 4 Pesten en Persoonlijkheid: door welke Factoren worden Pesters, Slachtoffers en Bully-Victims gekenmerkt? Pesten is een veelvoorkomend probleem op scholen: 9% van de schoolkinderen zijn op regelmatige basis het slachtoffer van pesten en 6-7% van de schoolkinderen pest anderen (Olweus, 1997). Pesten is een vorm van verbale, fysieke en relationele agressie (Rivers & Smith, 1994; Stassen Berger, 2007) waarbij één of meerdere personen iemand schade aanbrengen (Olweus, 1997). Dit wordt gekenmerkt door herhaling, intentionaliteit en een ongelijke machtsverhouding (Olweus, 2013). De twee belangrijkste rollen bij een pestinteractie zijn die van de pester en van het slachtoffer. Een pester is iemand die herhaaldelijk andere, vaak weerloze individuen aanvalt; het slachtoffer is meestal degene die lijdt tijdens deze herhaaldelijke pestinteracties (Stassen Berger, 2007). Onder de slachtofferrol valt ook de bully-victim, die, naast dat ze zelf slachtoffer zijn van pestinteracties, andere kinderen pesten (Stassen Berger, 2007). Deze rollen blijven relatief stabiel tijdens de schoolperiode (Salmivalli, geciteerd in Tani, Greenman, Schneider, & Fregoso, 2003). Betrokkenheid bij pestgedrag heeft consequenties op de lange termijn, voor zowel de pesters als de slachtoffers (Olweus, 2013). Beide partijen hebben een verhoogde kans op subklinische psychotische ervaringen (Horrevorts, Monshouwer, Wigman, & Vollebergh, 2014). Slachtoffers hebben daarnaast meer kans op depressies en andere internaliserende problemen (Olweus, 1997, 2013). Ook hebben zij meer zelfmoordideeën en meer risicofactoren om zelfmoord te plegen dan personen die geen slachtoffer zijn van pestgedrag (King, Horwitz, Berona, & Jiang, 2013). Pesters hebben daarentegen meer kans op verslaving, criminaliteit en andere externaliserende problemen (Olweus, 2013; Stassen Berger, 2007). Het is dan ook belangrijk om onderzoek te blijven doen naar pestgedrag, zodat er een richting gegeven kan worden aan de ontwikkeling van preventie- en interventieprogramma s die zich richten op de reductie van pesten en de consequenties daarvan. Sommige kinderen hebben meer risico om gepest te worden dan andere kinderen (Smith, 2004). Olweus (1997) heeft zowel pesters als slachtoffers omschreven aan de hand van een aantal eigenschappen die zij bezitten. De typische pester heeft volgens hem een agressief reactiepatroon, gecombineerd met fysieke kracht. Cook, Williams, Guerra, Kim, en Sadek (2010) voegen hieraan toe dat een typische pester externaliserend gedrag vertoont, moeite heeft met het oplossen van problemen en een negatieve houding heeft ten opzichte van zichzelf en anderen. Het typische slachtoffer daarentegen is angstiger en onzekerder dan zijn leeftijdsgenoten en heeft een negatief beeld over zichzelf en zijn situatie (Olweus, 1997).

5 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 5 Daarnaast hebben slachtoffers internaliserende problemen, weinig sociale vaardigheden en moeite met het oplossen van problemen (Cook et al., 2010). Doordat pesters en slachtoffers te identificeren zijn aan de hand van bepaalde karakteristieken (Cook et al., 2010; Olweus, 1997) en de rollen tijdens het pesten relatief stabiel blijven (Salmivalli, geciteerd in Tani et al., 2003), is het mogelijk dat persoonlijkheid ten grondslag ligt aan het innemen van de verschillende rollen (Tani et al., 2003). Uit onderzoek blijkt dat er inderdaad sprake is van een correlatie tussen pesten en bepaalde persoonlijkheidseigenschappen (Book, Volk, & Hosker, 2012). Slee en Rigby (1993) hebben gekeken naar de persoonlijkheidseigenschappen van Eysenck: Psychoticisme, Extraversie en Neuroticisme (PEN). Mensen die hoog scoren op Psychoticisme worden getypeerd door solidair gedrag, impulsiviteit, agressiviteit naar anderen, moeite hebben met samenwerken en het hebben van een lage sociale sensitiviteit. Mensen die hoog scoren op Neuroticisme zijn angstige personen, hebben een lage zelfwaarde, zijn obsessief, afhankelijk en voelen zich snel schuldig. Wanneer je laag scoort op Extraversie, betekent dit dat je relatief stil bent, het liefst alleen bent of met mensen die weinig tot geen agressief gedrag laten zien. (Eysenck & Eysenck, geciteerd in Slee & Rigby, 1993) Slee en Rigby (1993) vonden tijdens hun onderzoek dat een pester een persoonlijkheid heeft waarbij hoog gescoord wordt op Psychoticisme. Daarentegen wordt de persoonlijkheid van een slachtoffer geassocieerd met een lage score op Extraversie en een laag zelfbeeld (Slee & Rigby, 1993). Naast dat er onderzoek is gedaan naar het PEN-model van Eysenck op het gebied van pesten, is er ook gekeken naar een verband tussen het Five Factor Model (FFM) en pesten. Volgens het FFM is persoonlijkheid hiërarchisch op te delen in 5 verschillende basisdimensies: Extraversie, Vriendelijkheid, Openheid, Nauwkeurigheid en Neuroticisme (McCrae & John, 1992). Extraversie geeft aan of iemand assertief en spraakzaam is of onafhankelijk en gereserveerd; Vriendelijkheid geeft aan of iemand altruïstisch en sympathisch is naar anderen of juist voornamelijk zijn eigen belangen beschermd; Openheid voor ervaringen staat voor de mate waarin iemand naar zijn eigen gevoel luistert, intellectueel nieuwsgierig is en een onafhankelijk oordeel velt; Nauwkeurigheid is de mate waarin iemand doelgericht is, een sterke wil heeft en/of minder gedreven wordt door morele principes; en Neuroticisme geeft aan in welke mate iemand emotioneel stabiel en aangepast is (Costa & McCrae, geciteerd in Tani et al., 2003) Pesters worden voornamelijk gekenmerkt door een lage score op de persoonlijkheidsfactoren Vriendelijkheid (Bollmer, Harris, & Milich, 2006; De Bolle &

6 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 6 Tackett, 2013; Tani et al., 2003) en Nauwkeurigheid (Bollmer et al., 2006; De Bolle & Tackett, 2013). Daarnaast vonden Tani et al. (2003) tijdens hun onderzoek dat pesters hoog scoren op de factor Extraversie. Slachtoffers worden echter gekenmerkt door andere persoonlijkheidsfactoren. Met name een hoge score op de factor Neuroticisme is hierbij van belang (Bollmer et al., 2006; De Bolle & Tackett, 2013; Glasø, Matthiesen, Nielsen, & Einarsen, 2007; Menesini, Camodeca, & Nocentini, 2010; Tani et al., 2003). Daarnaast scoren slachtoffers laag op de factor Nauwkeurigheid (Bollmer et al., 2006; De Bolle & Tackett, 2013; Glasø et al., 2007; Tani et al., 2003). Volgens Bollmer et al. (2006) hebben kinderen die laag scoren op de factor Nauwkeurigheid en hoog scoren op de factor Neuroticisme meer kans om negatieve emoties te ervaren tijdens een conflict met leeftijdsgenoten. De reacties die daarbij horen, zoals boos worden en niet vergevingsgezind zijn, zijn gerelateerd aan het worden van het slachtoffer van pestgedrag (Bollmer et al., 2006). Ook blijken slachtoffers laag te scoren op de factor Vriendelijkheid (De Bolle & Tackett, 2013; Glasø et al., 2007; Tani et al., 2003). Glasø et al. (2007) vonden bovendien dat, naast de hoge score op Neuroticisme en de lage scores op Vriendelijkheid en Nauwkeurigheid, een lage score op Extraversie kenmerkend is voor de persoonlijkheid van een slachtoffer. Uit het onderzoek van De Bolle en Tackett (2013) blijkt dat er persoonlijkheidsprofielen bestaan die meer kans hebben om bully-victims te worden. Deze persoonlijkheidsprofielen worden gekarakteriseerd door een lage score op Vriendelijkheid in combinatie met een lage score op Nauwkeurigheid of door een lage score op Extraversie en een hoge score op Neuroticisme. Daarnaast blijkt uit hun onderzoek dat er een persoonlijkheidprofiel bestaat die een beschermende werking heeft. Kinderen die hoog scoren op Vriendelijkheid, Nauwkeurigheid en Extraversie in combinatie met een lage score op Neuroticisme hebben de minste kans om betrokken te raken bij pestgedrag (De Bolle & Tackett, 2013). Uit het bovenstaande blijkt dat er nog geen eenduidig antwoord gegeven kan worden op de vraag of slachtoffers en pesters gekenmerkt worden door een combinatie van persoonlijkheidsfactoren. Ondanks dat de meeste studies aangeven dat de pester gekarakteriseerd wordt door een lage score op Vriendelijkheid en Nauwkeurigheid en het slachtoffer door een lage score op Nauwkeurigheid en een hoge score op Neuroticisme, verschillen de bevindingen. In een aantal studies wordt ook een verband gevonden met Extraversie. Over het persoonlijkheidsprofiel van een bully-victim blijkt nog weinig bekend. In de huidige cross-sectionele studie (N=307) wordt daarom onderzocht of er sprake is van

7 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 7 een correlatie tussen persoonlijkheidsfactoren en het feit of iemand een pester, een slachtoffer of een bully-victim is. Op basis van eerder onderzoek (Bollmer et al., 2006; Book et al., 2012; De Bolle & Tackett, 2013; Glasø et al., 2007; Menesini et al., 2010; Tani et al., 2003) wordt verwacht dat het persoonlijkheidsprofiel van een pester en een bully-victim gekenmerkt wordt door een lage score op zowel Vriendelijkheid als Nauwkeurigheid. Het persoonlijkheidsprofiel van een slachtoffer zal, naast een lage score op Vriendelijkheid en Nauwkeurigheid, nog gekenmerkt worden door een hoge score op de factor Neuroticisme. Methode Participanten Tijdens de huidige cross-sectionele studie wordt gebruik gemaakt van de dataset van de Study of Personality, Adjustment, Cognition, and Emotion (SPACE). Voor die studie zijn 328 eerste- en tweedeklas middelbare scholieren benaderd, waarvan er 307 passieve toestemming hebben gegeven om mee te doen aan het onderzoek. Vanwege missende data is de informatie van de zelfrapportage betreft pesten en persoonlijkheidseigenschappen verkrijgbaar van 304 (99%) van de 307 deelnemers. Van deze 304 participanten zijn 158 (52%) jongens en 146 (48%) meisjes, en is 91,8% Nederlands. De informatie van de peernominatie betreft pesten en persoonlijkheidseigenschappen is van alle 307 deelnemers verkrijgbaar. Van de 307 participanten zijn 160 (52,1%) jongens en 147 (47,9%) meisjes, en is 91.9% Nederlands. De participanten zijn gemiddeld 12,8 jaar oud. Zie ook Tabel 1. Procedure De 328 eerste- en tweedeklas middelbare scholieren zijn in januari en februari 2013 benaderd. Met toestemming van de school zijn er informatiebrieven gestuurd naar de scholieren en hun ouders. In deze brief werden zij geïnformeerd over het onderzoek en gevraagd of ze hieraan mee wilden werken. Ook de leerlingen hebben voor het begin van de afname schriftelijke informatie over het onderzoek ontvangen en kregen de mogelijkheid om de deelname te weigeren. Van alle 328 benaderde leerlingen gaven 307 leerlingen en hun ouders passieve toestemming voor de deelname aan de huidige studie. Ongeveer een week na het versturen van de informatiebrief ging een van de onderzoeksassistenten (vier master studenten Ontwikkelingspsychologie) langs de deelnemende klassen om de vragenlijsten af te nemen. De afname van de vragenlijsten vond plaats tijdens een reguliere les. De docent van die les bleef tijdens de afname van de vragenlijsten in het klaslokaal. De onderzoeksassistenten zorgden ervoor dat iedereen de vragenlijsten volledig in kon vullen.

8 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 8 Metingen Persoonlijkheidseigenschappen. De persoonlijkheidseigenschappen zijn gemeten aan de hand van de Nederlandse versie van de Big Five Inventory (BFI; John & Srivastava, 1999, Cronbach s alpha=.89), gevalideerd door Denissen et al. (2008). Deze vragenlijst bevat 44 items, die allemaal zijn gescoord op een 5 punt Likert schaal (1 = helemaal niet mee eens 5 = helemaal mee eens). Van deze 44 items zijn 16 items omgekeerd gesteld. Een voorbeeldvraag betreft Nauwkeurigheid is: Ik ben een betrouwbare werker en een voorbeeldvraag betreft Openheid is: Ik ben nieuwsgierig naar vele verschillende dingen. Pesten. Pesten werd gemeten aan de hand van peernominatie en zelfrapportage, met behulp van de complete klassenlijst van namen. Bij de peernominatie werden de scholieren gevraagd om aan te geven wie in hun klas pesten of gepest worden en door wie; zij beantwoordden de vragen dus over hun medestudenten. Daarentegen moesten de scholieren bij de zelfrapportage aangeven of ze zelf pesten of gepest worden en door wie. Bij zowel de zelfrapportage als de peernominatie werden voor elke scholier in de klas proportiescores berekend, door het individuele aantal nominaties te delen door het aantal scholieren in de klas die vragen over pesten en gepest worden beantwoordden. Resultaten Tijdens de huidige studie zijn alle statistische analyses met het programma SPSS versie 19.0 uitgevoerd. Allereerst zijn er proportiescores berekend voor zowel pesten als gepest worden, door het individuele aantal nominaties te delen door het aantal scholieren in de klas die vragen over pesten en gepest worden beantwoordden. Deze proportiescores zijn vervolgens gedichotomiseerd voor zowel pesten als gepest worden (0 = pest niet/wordt niet gepest, 1 = pesten/gepest worden ) en samengevoegd, waardoor er vier pestcategorieën ontstonden: neutraal, slachtoffer, pester en bully-victim. Er werd een multivariate variantieanalyse (MANOVA) uitgevoerd om de relatie tussen de pestcategorieën en de vijf persoonlijkheidseigenschappen in kaart te brengen. Hierbij is een tweezijdig significantieniveau van α =.05 gehanteerd. Omdat de indeling van de pestcategorieën bij de zelfrapportages en de peernominaties verschillen, zijn voor de zelfrapportages en de peernominaties aparte analyses uitgevoerd. Om te beginnen zijn er een aantal descriptieve statistieken uitgevoerd. Deze zijn weergegeven in Tabel 2. Hierin is af te lezen hoe de pestcategorieën verdeeld zijn bij de zelfrapportage en de peernominatie. Te zien is dat bij de zelfrapportage relatief meer slachtoffers (23.4%) en neutralen (62.2%) genoteerd worden dan bij de peernominatie (respectievelijk 21.8% en 54.7%). Daarentegen worden zowel pesters als bully-victims

9 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 9 relatief vaker aangegeven bij de peernominatie (respectievelijk 13.4% en 10.1%) dan bij de zelfrapportage (respectievelijk 5.9% en 8.5%). De scores tussen de pestcategorieën op de persoonlijkheidseigenschappen verschillen onderling bij zowel de zelfrapportage als de peernominatie. Er wordt een MANOVA uitgevoerd bij zowel de zelfrapportage als de peernominatie om te kijken of de verschillen tussen de scores van de pestcategorieën op de persoonlijkheidseigenschappen significant zijn en welke pestcategorieën in dat geval van elkaar verschillen. Zelfrapportage De MANOVA die is uitgevoerd bij de zelfrapportage staat weergegeven in Tabel 3. Hierin is te zien dat de scores tussen de pestcategorieën significant verschillen bij de factoren Vriendelijkheid en Neuroticisme, gecontroleerd voor leeftijd. Bij de overige persoonlijkheidsfactoren zijn de verschillen tussen de pestcategorieën niet significant bevonden. Op de factor Vriendelijkheid is er een verschil tussen de pestcategorieën neutraal en pester, p =.022. De pester scoort hiermee significant lager op deze factor dan de neutralen. Ook de pestcategorieën neutraal en bully-victim verschillen van elkaar op de factor Vriendelijkheid, p <.001. Hierbij scoort de bully-victim significant lager dan de neutralen. Tevens is er een verschil tussen de pestcategorieën bully-victim en slachtoffer, p =.004, waarbij het slachtoffer significant hoger scoort dan de bully-victim. Op de factor Neuroticisme is er een verschil tussen de pestcategorieën neutraal en slachtoffer, p <.001, en tussen de pestcategorieën pester en slachtoffer, p =.016. Het slachtoffer scoort hiermee op de factor Neuroticisme significant hoger dan de pester en de neutralen. Peernominatie De MANOVA die is uitgevoerd bij de peernominatie staat weergegeven in Tabel 4. Hierin is te zien dat de scores tussen de pestcategorieën significant verschillen bij de factoren Extraversie en Vriendelijkheid, gecontroleerd voor leeftijd. Bij de overige persoonlijkheidsfactoren zijn de verschillen tussen de pestcategorieën niet significant bevonden. Op de factor Extraversie is er een verschil tussen de pestcategorieën neutraal en slachtoffer, p =.004. Hierbij scoort het slachtoffer significant hoger op de factor Extraversie dan de neutralen. Tevens is er een verschil tussen de pestcategorieën pester en neutraal, p =.005, pester en slachtoffer, p <.001, en pester en bully-victim, p =.038. De pester scoort

10 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 10 hiermee op de factor Extraversie significant lager dan het slachtoffer, de bully-victim en de neutralen. Op de factor Vriendelijkheid is er een verschil tussen de pestcategorieën neutraal en bully-victim, p =.022. Hiermee scoort de bully-victim significant lager op de factor Vriendelijkheid dan de neutralen. Discussie In de huidige cross-sectionele studie is onderzocht of er sprake is van een samenhang tussen persoonlijkheidsfactoren van het FFM en pestcategorieën. Hierbij werd verwacht dat het persoonlijkheidsprofiel van een pester en bully-victim gekenmerkt wordt door een lage score op zowel Vriendelijkheid als Nauwkeurigheid. Het persoonlijkheidsprofiel van een slachtoffer zou worden gekenmerkt door een lage score op Vriendelijkheid en Nauwkeurigheid en een hoge score op Neuroticisme. De verdeling van de pestcategorieën is gebaseerd op peernominatie en zelfrapportage. Zowel de peernominaties als de zelfrapportages zijn vervolgens op klassenniveau geanalyseerd. De eerste hypothese dat het persoonlijkheidsprofiel van een pester en een bully-victim gekenmerkt wordt door een lage score op zowel Vriendelijkheid als Nauwkeurigheid wordt deels aangenomen. Uitgegaan van de zelfrapportage scoren zowel de pester als de bullyvictim lager op Vriendelijkheid dan neutralen. De bully-victim scoort hierbij ook lager dan het slachtoffer. Wanneer wordt uitgegaan van de peernominaties scoort alleen de bully-victim lager op de factor Vriendelijkheid dan de neutralen. Opvallend bij de peernominaties zijn de scores op de factor Extraversie, waarbij de pester lager scoort dan zowel de bully-victims, de slachtoffers en de neutralen. Er wordt geen verschil gevonden tussen pestcategorieën op de factor Nauwkeurigheid. Hieruit kan worden geconcludeerd dat het persoonlijkheidsprofiel van een bully-victim gekenmerkt wordt door een lage score op Vriendelijkheid. Dit betekent dat een bully-victim niet altruïstisch en sympathiek is, maar daarentegen zijn eigen belangen beschermt (Costa & McCrae, geciteerd in Tani et al., 2003). Daarnaast zijn vijandigheid, onverschilligheid, egoïsme, hatelijkheid en jaloezie kenmerkend voor een bully-victim (McCrae & John, 1992). De tweede hypothese dat het persoonlijkheidsprofiel van een slachtoffer gekenmerkt wordt door een lage score op Vriendelijkheid en Nauwkeurigheid en een hoge score op Neuroticisme wordt verworpen. Wanneer wordt uitgegaan van de zelfrapportage scoort het slachtoffer hoger op de factor Neuroticisme dan zowel de pester als de neutralen. Uitgegaan van de peernominaties scoort het slachtoffer hoger op Extraversie dan de neutralen. Hieruit kan geconcludeerd worden dat het persoonlijkheidsprofiel van een slachtoffer niet eenduidig

11 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 11 gekenmerkt wordt door een hoge score op Neuroticisme en/of een hoge score op Extraversie. Er worden geen lage scores gevonden op de factoren Vriendelijkheid en Nauwkeurigheid. Dat het persoonlijkheidsprofiel van bully-victims gekenmerkt wordt door een lage score op de factor Vriendelijkheid komt deels overeen met de literatuur (De Bolle & Tackett, 2013). Volgens De Bolle en Tackett (2013) zou echter een combinatie van een lage factor op zowel de factor Vriendelijkheid als de factor Nauwkeurigheid verwacht worden. Mogelijk wordt een bully-victim niet perse gekenmerkt door een combinatie van deze factoren, maar ook enkel door een lage score op Vriendelijkheid. Wanneer gekeken wordt naar de factor Extraversie is het opvallend dat pesters, wanneer uitgegaan wordt van de peernominaties, hierop laag scoren. Echter zou men vanuit de literatuur (Tani et al, 2003) verwachten dat pesters gekenmerkt worden door een hoge score op Extraversie. Omdat pesters in hun pestinteracties met anderen het initiatief nemen (Olweus, 2013), zou een hoge score op Extraversie meer passen bij het persoonlijkheidsprofiel van een pester dan een lage score op Extraversie. Mogelijk is tijdens deze studie het gedrag van de pesters door hun klasgenoten als pestgedrag gedefinieerd, terwijl dit niet het geval is. Daardoor zouden de pesters in de verkeerde categorie vallen en geven de resultaten een vertekend beeld. Verder onderzoek is nodig om te achterhalen of Extraversie daadwerkelijk een persoonlijkheidskenmerk is van een pester. Uit de resultaten blijkt tevens dat bij zelfrapportage meer slachtoffers en neutralen genoteerd worden, terwijl bij peernominatie meer pesters en bully-victims genoemd worden. Dit verschil is mogelijk veroorzaakt door het sociaal wenselijk beantwoorden van de vragenlijsten. Omdat pesten een negatieve lading heeft, is het mogelijk dat de meeste mensen er niet mee geïdentificeerd willen worden. Daardoor zal men zichzelf niet als pester aangeven en is het makkelijker om anderen als pester aan te wijzen. Dit verklaart het hoge aantal pesters en bully-victims bij peernominatie. Slachtoffers zijn daarentegen als buitenstaander lastiger te herkennen. Zo is indirect pesten moeilijk observeerbaar (Olweus, 1997; Rivers & Smith, 1994; Stassen Berger, 2007), waardoor het kan lijken dat een slachtoffer niet gepest wordt. Dat deze slachtoffers bij zelfrapportage kunnen aangeven dat ze gepest worden, zorgt voor een hoger aantal slachtoffers genoteerd bij zelfrapportage dan bij peernominatie. Het lage aantal pesters genoteerd bij zelfrapportage kan daarnaast verklaard worden doordat zij hun rol ontkennen (Stassen Berger, 2007). Volgens Stassen Berger (2007) zou ontkenning ook typerend gedrag zijn voor slachtoffers. Dit is echter niet terug te zien in deze studie. De huidige studie heeft een aantal sterke punten. Zo bevat de studie met 304 participanten bij de zelfrapportage en 307 participanten bij de peernominatie genoeg

12 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 12 deelnemers om de resultaten te kunnen generaliseren naar de populatie. Ook zitten de vragenlijsten goed in elkaar, waardoor de interne validiteit gewaarborgd is. Daarentegen heeft de huidige studie ook een aantal beperkingen. Omdat het een crosssectionele studie betreft, kunnen er geen causale verbanden gelegd worden. Dit betekent dat aangegeven kan worden dat er een verband is tussen persoonlijkheidseigenschappen en pestcategorieën, maar niet dat persoonlijkheidseigenschappen ook daadwerkelijk bepalen in welke pestcategorie iemand valt. Daarnaast is er bij het in kaart brengen van zowel de persoonlijkheidseigenschappen als het pestgedrag gebruik gemaakt van zelfrapportage. Hierbij is de kans groot dat er sociaal wenselijke antwoorden gegeven worden, waardoor de resultaten een vertekend beeld kunnen geven en minder betrouwbaar zijn. Hier is op ingespeeld door het pestgedrag tevens in kaart te brengen middels peernominatie. Voor vervolgonderzoek is het mogelijk interessant om naar de betrouwbaarheid en de expliciete verschillen tussen peernominatie en zelfrapportage te kijken. Tevens zouden observaties meegenomen kunnen worden om pestgedrag in kaart te brengen. Door naast zelfrapportage en peernominatie gebruik te maken van naturalistische observatie, wordt de indeling in pestcategorieën minder gevoelig voor sociaal wenselijke antwoorden en worden de resultaten betrouwbaarder. Verder is het van belang voor vervolgonderzoek om extra aandacht te besteden aan de persoonlijkheidsfactor Extraversie bij pesters, omdat er een discrepantie bestaat tussen de gevonden resultaten en de huidige literatuur. Tijdens deze studie is onderzocht of persoonlijkheidseigenschappen in verband staan met het feit of iemand een pester, slachtoffer of bully-victim is. Hieruit blijkt dat de persoonlijkheid van een bully-victim gekenmerkt wordt door een lage score op de factor Vriendelijkheid. De pester en het slachtoffer worden niet eenduidig gekenmerkt door persoonlijkheidsfactoren. Deze weinige bevindingen geven aan dat pesters, slachtoffers en bully-victims mogelijk niet allemaal gekenmerkt worden door specifieke persoonlijkheidsfactoren. Het is raadzaam om hier verder onderzoek naar te verrichten, zodat verdere stappen gezet kunnen worden om pesten in de toekomst beter te herkennen. Deze inzichten kunnen worden gebruikt om preventiemethoden te ontwikkelen, zodat minder mensen de dupe worden van pestgedrag.

13 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 13 Referenties Bollmer, J. M., Harris, M. J., & Milich, R. (2006). Reactions to bullying and peer victimization: Narratives, physiological arousal, and personality. Journal of Research in Personality, 40(5), doi: /j.jrp Book, A. S., Volk, A. A., & Hosker, A. (2012). Adolescent bullying and personality: An adaptive approach. Personality and Individual Differences, 52(2), doi: /j.paid Cook, C. R., Williams, K. R., Guerra, N. G., Kim, T. E., & Sadek, S. (2010). Predictors of bullying and victimization in childhood and adolescence: A meta-analytic investigation. School Psychology Quarterly, 25(2), 65. doi: /a De Bolle, M., & Tackett, J. L. (2013). Anchoring Bullying and Victimization in Children Within a Five Factor Model Based Person Centred Framework. European Journal of Personality, 27(3), doi: /per.1901 Denissen, J. J., Geenen, R., Van Aken, M. A., Gosling, S. D., & Potter, J. (2008). Development and validation of a Dutch translation of the Big Five Inventory (BFI). Journal of personality assessment, 90(2), doi: / Glasø, L., Matthiesen, S. B., Nielsen, M. B., & Einarsen, S. (2007). Do targets of workplace bullying portray a general victim personality profile?. Scandinavian Journal of Psychology, 48(4), doi: /j x Horrevorts, E. M., Monshouwer, K., Wigman, J. T., & Vollebergh, W. A. (2014). The relation between bullying and subclinical psychotic experiences and the influence of the bully climate of school classes. European child & adolescent psychiatry, 1-8. doi: /s John, O. P., & Srivastava, S. (1999). The Big Five trait taxonomy: History, measurement, and theoretical perspectives. In L. A. Pervin & O. P. John (Eds.), Handbook of personality: Theory and research (2nd ed., pp ). New York: Guilford Press King, C. A., Horwitz, A., Berona, J., & Jiang, Q. (2013). Acutely suicidal adolescents who engage in bullying behavior: 1-year trajectories. Journal of Adolescent Health, 53(1), S43-S50. Retrieved from McCrae, R. R., & John, O. P. (1992). An introduction to the five factor model and its applications. Journal of personality, 60(2), doi: /j tb00970.x

14 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 14 Menesini, E., Camodeca, M., & Nocentini, A. (2010). Bullying among siblings: The role of personality and relational variables. British Journal of Developmental Psychology, 28(4), doi: / x Olweus, D. (1997). Bully/victim problems in school: Facts and intervention. European Journal of Psychology of Education, 12(4), doi: /bf Olweus, D. (2013). School bullying: Development and some important challenges. Annual review of clinical psychology, 9, doi: /annurev-clinpsy Rivers, I., & Smith, P. K. (1994). Types of bullying behaviour and their correlates. Aggressive behavior, 20(5), doi: / (1994)20:5<359::aid- AB >3.0.CO;2-J Slee, P. T., & Rigby, K. (1993). The relationship of Eysenck's personality factors and selfesteem to bully-victim behaviour in Australian schoolboys. Personality and individual differences, 14(2), Retrieved from Smith, P. K. (2004). Bullying: recent developments. Child and adolescent mental health, 9(3), doi: /j x Stassen Berger, K. (2007). Update on bullying at school: Science forgotten? Developmental review, 27(1), Retrieved from dr Tani, F., Greenman, P. S., Schneider, B. H., & Fregoso, M. (2003). Bullying and the Big Five A Study of Childhood Personality and Participant Roles in Bullying Incidents. School Psychology International, 24(2), doi: /

15 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 15 Tabellen Tabel 1 Descriptieve Statistieken Participanten Zelfrapportage N = 304 Peernominatie N = 307 N (%) M (SD) N (%) M (SD) Leeftijd 12.8 (.78) 12,8 (.78) Nationaliteit Nederlands 279 (91.8) 282 (91.9) Turks/Nederlands 13 (4.3) 13 (4.2) Overig 12 (3.9) 12 (3.9) Geslacht Meisjes 147 (48) 147 (47.9) Jongens 158 (52) 160 (52.1)

16 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 16 Tabel 2 Descriptieve Statistieken Pestcategorieën Zelfrapportage N = 304 Peernominatie N = 307 N (%) N (%) Neutraal 189 (62.2) 168 (54.7) Slachtoffer 71 (23.4) 67 (21.8) Pester 18 (5.9) 41 (13.4) Bully-victim 26 (8.5) 31 (10.1) Note. Neutraal = alle participanten die geen pester, slachtoffer of bully-victim zijn.

17 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 17 Tabel 3 Zelfrapportage MANOVA Pestcategorieën en Persoonlijkheidseigenschappen a Neutraal Slachtoffer Pester Bully-Victim Significantie en Factor M (SD) 95% BI M (SD) 95% BI M (SD) 95% BI M (SD) 95% BI effectgrootte Openheid 3.21 (.57) [3.13, 3.30] 3.35 (.60) [3.21, 3.49] 3.45 (.78) [3.21, 3.75] 3.18 (.59) [2.95, 3.41] F = 1.994, p =.115 Nauwkeurigheid 3.38 (.63) [3.29, 3.47] 3.35 (.68) [3.19, 3.50] 3.10 (.63) [2.82, 3.42] 3.39 (.74) [3.14, 3.64] F =.866, p =.459 Extraversie 3.82 (.57) [3.74, 3.91] 3.69 (.58) [3.56, 3.83] 3.96 (.53) [3.70, 4.24] 3.67 (.68) [3.46, 3.90] F = 1.830, p =.142 Vriendelijkheid 3.86 (.48) a [3.79, 3.93] 3.81 (.53) a,c [3.70, 3.93] 3.55 (.46) b,c [3.34, 3.81] 3.47 (.67) b [3.28, 3.67] F = 5.734, p =.001 Neuroticisme 2.70 (.69) a [2.60, 2.80] 3.08 (.69) b [2.92, 3.24] 2.62 (.90) a [2.31, 2.96] 2.92 (.64) a,b [2.65, 3.19] F = 5.620, p =.001 Note. Gemiddelden met verschillende subscripten verschillen op een significantieniveau van p <.05. BI = Betrouwbaarheidsinterval. a Gecontroleerd voor leeftijd.

18 PESTEN & PERSOONLIJKHEIDSFACTOREN 18 Tabel 4 Peernominatie MANOVA Pestcategorieën en Persoonlijkheidseigenschappen a Neutraal Slachtoffer Pester Bully-Victim Significantie en Factor M (SD) 95% BI M (SD) 95% BI M (SD) 95% BI M (SD) 95% BI effectgrootte Openheid 3.24 (.59) [3.15, 3.33] 3.33 (.61) [3.19, 3.47] 3.28 (.58) [3.11, 3.47] 3.17 (.66) [2.96, 3.38] F =.668, p =.572 Nauwkeurigheid 3.35 (.69) [3.25, 3.45] 3.28 (.57) [3.12, 3.43] 3.45 (.71) [3.26, 3.66] 3.46 (.57) [3.23, 3.69] F =.959, p =.412 Extraversie 3.77 (.60) a [3.68, 3.86] 4.00 (.50) b [3.87, 4.14] 3.49 (.51) c [3.32, 3.67] 3.77 (.58) a,b [3.57, 3.97] F = 7.078, p <.001 Vriendelijkheid 3.85 (.48) a [3.77, 3.93] 3.71 (.54) a,b [3.59, 3.84] 3.83 (.54) a,b [3.68, 4.00] 3.62 (.65) b [3.44, 3.80] F = 2.540, p =.057 Neuroticisme 2.81 (.73) [2.70, 2.92] 2.81 (.69) [2.64, 2.98] 2.89 (.72) [2.67, 3.11] 2.70 (.68) [2.45, 2.95] F =.425, p =.735 Note. Gemiddelden met verschillende subscripten verschillen op een significantieniveau van p <.05. BI = Betrouwbaarheidsinterval. a Gecontroleerd voor leeftijd.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Titel: Pestpersoonlijkheid op basis van de Big Five. Laura van Ostaden. Begeleider: Andreas Wismeijer. Bachelorthesis Psychologie en Gezondheid

Titel: Pestpersoonlijkheid op basis van de Big Five. Laura van Ostaden. Begeleider: Andreas Wismeijer. Bachelorthesis Psychologie en Gezondheid Titel: Pestpersoonlijkheid op basis van de Big Five Laura van Ostaden Begeleider: Andreas Wismeijer Bachelorthesis Psychologie en Gezondheid Departement Ontwikkelingspsychologie 10 Juni 2016 1 Abstract

Nadere informatie

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender, Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive 1 Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender Effect on the Relationship between Personality Traits and Sex Drive

Nadere informatie

Persoonlijkheidskenmerken en cyberpesten onder jongeren van 11 tot 16 jaar:

Persoonlijkheidskenmerken en cyberpesten onder jongeren van 11 tot 16 jaar: Persoonlijkheidskenmerken en cyberpesten onder jongeren van 11 tot 16 jaar: is er een relatie met een verkorte versie van de NVP-J? Personality Characteristics and Cyberbullying among youngsters of 11

Nadere informatie

Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en

Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en Ziekteverzuim Moderation of the Big Five Personality Factors on

Nadere informatie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en Discrepantie The Relationship between Involvement in Bullying and Well-Being and the Influence of Social Support

Nadere informatie

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten? De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve

Nadere informatie

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work.

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work. De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work Merijn Daerden Studentnummer: 850225144 Werkstuk: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE. Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het

SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE. Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het modererend effect van coping Cyberbullying: the implications

Nadere informatie

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering

Nadere informatie

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic

Nadere informatie

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD 1 Opvoedstijl en Externaliserend Probleemgedrag en de Mediërende Rol van het Zelfbeeld bij Dak- en Thuisloze Jongeren in Utrecht Parenting Style and Externalizing Problem Behaviour and the Mediational

Nadere informatie

De relatie tussen persoonlijkheid en pestgedrag bij adolescenten

De relatie tussen persoonlijkheid en pestgedrag bij adolescenten De relatie tussen persoonlijkheid en pestgedrag bij adolescenten Michelle Sitskoorn ANR: 186434 Onder begeleiding van F.C.L. Donkers Bachelor Thesis Ontwikkelingspsychologie Psychologie en Gezondheid,

Nadere informatie

De Relatie tussen Narcisme en Pestgedrag in de Vroege Adolescentie. Anissa El Farkouchi: 307819. Universiteit van Tilburg

De Relatie tussen Narcisme en Pestgedrag in de Vroege Adolescentie. Anissa El Farkouchi: 307819. Universiteit van Tilburg De Relatie tussen Narcisme en Pestgedrag in de Vroege Adolescentie Anissa El Farkouchi: 307819 Universiteit van Tilburg Bachelorthesis Psychologie en Gezondheid Departement Ontwikkelings- en Forensische

Nadere informatie

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1 Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1 Relatie tussen Attitude, Sociale Invloed en Self-efficacy en Intentie tot Contact tussen Ouders en Leerkrachten bij Signalen van Pesten

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:

Nadere informatie

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Gender Differences in Crying Frequency and Psychosocial Problems in Schoolgoing Children aged 6

Nadere informatie

Inhoudsopgave Samenvatting Summary Inleiding Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

Inhoudsopgave Samenvatting Summary Inleiding Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Evaluatieonderzoek naar de Effectiviteit van de Zomercursus Plezier op School bij Kinderen met Verschillende Mate van Angstig en Stemmingsverstoord Gedrag en/of Autistische Gedragskenmerken Effect Evaluation

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

LinkedIn Profiles and personality

LinkedIn Profiles and personality LinkedInprofielen en Persoonlijkheid LinkedIn Profiles and personality Lonneke Akkerman Open Universiteit Naam student: Lonneke Akkerman Studentnummer: 850455126 Cursusnaam en code: S57337 Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

de Rol van Persoonlijkheid Eating: the Role of Personality

de Rol van Persoonlijkheid Eating: the Role of Personality De Relatie tussen Dagelijkse Stress en Emotioneel Eten: de Rol van Persoonlijkheid The Relationship between Daily Stress and Emotional Eating: the Role of Personality Arlette Nierich Open Universiteit

Nadere informatie

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine

Nadere informatie

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Een onderzoek naar de invloed van cognitieve stijl, ziekte-inzicht, motivatie, IQ, opleiding,

Nadere informatie

Bullying in Schools for Special Education: Who Are the Defenders?

Bullying in Schools for Special Education: Who Are the Defenders? Pesten in het Buitengewoon Secundair Onderwijs: Wie Zijn de verdedigers? Bullying in Schools for Special Education: Who Are the Defenders? Remy Gregoor Eerste begeleider: Tweede begeleider: mw. dr. Nicole

Nadere informatie

bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven

bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven Neuropsychologische Behandeling en Sociaal Emotioneel Welzijn bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie Neuropsychological Treatment and Social Emotional Well-being of Children with a Severe Form

Nadere informatie

Vormen Premorbide Persoonlijkheidskenmerken die Samenhangen met Neuroticisme een Kwetsbaarheid voor Depressie en Apathie bij Verpleeghuisbewoners?

Vormen Premorbide Persoonlijkheidskenmerken die Samenhangen met Neuroticisme een Kwetsbaarheid voor Depressie en Apathie bij Verpleeghuisbewoners? Vormen Premorbide Persoonlijkheidskenmerken die Samenhangen met Neuroticisme een Kwetsbaarheid voor Depressie en Apathie bij Verpleeghuisbewoners? Are Premorbid Neuroticism-related Personality Traits a

Nadere informatie

Modererende Rol van Seksuele Gedachten. Moderating Role of Sexual Thoughts. C. Iftekaralikhan-Raghubardayal

Modererende Rol van Seksuele Gedachten. Moderating Role of Sexual Thoughts. C. Iftekaralikhan-Raghubardayal Running head: momentaan affect en seksueel verlangen bij vrouwen 1 De Samenhang Tussen Momentaan Affect en Seksueel Verlangen van Vrouwen en de Modererende Rol van Seksuele Gedachten The Association Between

Nadere informatie

Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1. Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende

Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1. Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1 Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende Problematiek: De Mediërende Invloed van de Ouder-Therapeut Alliantie

Nadere informatie

De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van. Criminaliteit.

De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van. Criminaliteit. Running head: Desistance van Criminaliteit. 1 De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van Criminaliteit. The Influence of Personal Goals and Financial Prospects

Nadere informatie

Facts & Figures: Slachtofferschap van (cyber)pesten

Facts & Figures: Slachtofferschap van (cyber)pesten Facts & Figures: Slachtofferschap van (cyber)pesten 1. Inleiding Erbij horen is een diepgewortelde menselijke behoefte. Opgroeiende tieners richten zich daarvoor doorgaans tot leeftijdsgenoten in hun onmiddellijke

Nadere informatie

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource.

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource. Open Universiteit Klinische psychologie Masterthesis Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: De Leidinggevende als hulpbron. Emotional Job Demands, Vitality and Opportunities

Nadere informatie

Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding. Relation between Cyberbullying and Parenting. D.J.A. Steggink. Eerste begeleider: Dr. F.

Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding. Relation between Cyberbullying and Parenting. D.J.A. Steggink. Eerste begeleider: Dr. F. Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding Relation between Cyberbullying and Parenting D.J.A. Steggink Eerste begeleider: Dr. F. Dehue Tweede begeleider: Drs. I. Stevelmans April, 2011 Faculteit Psychologie

Nadere informatie

gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang?

gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? Is er een samenhang tussen seksuele attituden en gedragsintenties voor veilig seksueel Is there a correlation between sexual attitudes and the intention to engage in sexually safe behaviour? Does gender

Nadere informatie

De Invloed van Altruïsme op de Samenhang tussen Leeftijd en Mentale Veerkracht

De Invloed van Altruïsme op de Samenhang tussen Leeftijd en Mentale Veerkracht De Invloed van Altruïsme op de Samenhang tussen Leeftijd en Mentale Veerkracht Study of the Influence of Altruism in the Association of Age and Resilience Maik P.W. de Vos Eerste begeleider: Tweede begeleider:

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Pouw, Lucinda Title: Emotion regulation in children with Autism Spectrum Disorder

Nadere informatie

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5)

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Hester A. Lijphart Eerste begeleider: Dr. E. Simon Tweede

Nadere informatie

Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping

Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping The Relation Between Personality, Stress and Coping J.R.M. de Vos Oktober 2009 1e begeleider: Mw. Dr. T. Houtmans 2e begeleider: Mw. Dr. K. Proost Faculteit

Nadere informatie

Executief Functioneren en Agressie. bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag. Executive Functioning and Aggression

Executief Functioneren en Agressie. bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag. Executive Functioning and Aggression Executief Functioneren en Agressie bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag Executive Functioning and Aggression in a Forensic Psychiatric Population in PPC The Hague Sara Helmink 1 e begeleider:

Nadere informatie

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden van Sporten en de Invloed van Egodepletie, Gewoonte en Geslacht The Role of Selfregulation, Motivation and Self-efficacy

Nadere informatie

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility. RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede

Nadere informatie

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50 De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and

Nadere informatie

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim The Relationship between Work Pressure, Mobbing at Work, Health Complaints and Absenteeism Agnes van der Schuur Eerste begeleider:

Nadere informatie

GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1. Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out

GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1. Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1 Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out The effect of Goal-striving Reasons and Personality on facets of Burn-out

Nadere informatie

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent

Nadere informatie

Pesten en gepest worden: De rol van groepsprocessen en persoonlijke karakteristieken

Pesten en gepest worden: De rol van groepsprocessen en persoonlijke karakteristieken Pesten en gepest worden: De rol van groepsprocessen en persoonlijke karakteristieken Doctoraal Scriptie Klinische Psychologie Universiteit van Amsterdam December 2005 Door: Suzanne Wiltink Studentnummer:

Nadere informatie

De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale. Veerkracht en Demografische Variabelen

De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale. Veerkracht en Demografische Variabelen Running head: INVLOED VAN DAGELIJKSE STRESS OP BURN-OUT KLACHTEN De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale Veerkracht en Demografische Variabelen The Influence of

Nadere informatie

Mentaal Weerbaar Blauw

Mentaal Weerbaar Blauw Mentaal Weerbaar Blauw de invloed van stereotypen over etnische minderheden cynisme en negatieve emoties op de mentale weerbaarheid van politieagenten begeleiders: dr. Anita Eerland & dr. Arjan Bos dr.

Nadere informatie

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim.

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Bullying at work and the impact of Social Support on Health and Absenteeism. Rieneke Dingemans April 2008 Scriptiebegeleider:

Nadere informatie

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit 1 Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit Nicola G. de Vries Open Universiteit Nicola G. de Vries Studentnummer 838995001 S71332 Onderzoekspracticum scriptieplan

Nadere informatie

Behandeleffecten. in Forensisch Psychiatrisch Center de Rooyse Wissel. Treatment effects in. Forensic Psychiatric Centre de Rooyse Wissel

Behandeleffecten. in Forensisch Psychiatrisch Center de Rooyse Wissel. Treatment effects in. Forensic Psychiatric Centre de Rooyse Wissel Behandeleffecten in Forensisch Psychiatrisch Center de Rooyse Wissel Treatment effects in Forensic Psychiatric Centre de Rooyse Wissel S. Daamen-Raes Eerste begeleider: Dr. W. Waterink Tweede begeleider:

Nadere informatie

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen Voorschoolse vorming en de ontwikkeling van kinderen 1 De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van Kinderen The Relationship between Early Child Care, Preschool Education and Child Development

Nadere informatie

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen The Association between Daily Hassles, Negative Affect and the Influence of Physical Activity Petra van Straaten Eerste begeleider

Nadere informatie

De relatie tussen Dark Triad en pesten 1

De relatie tussen Dark Triad en pesten 1 De relatie tussen Dark Triad en pesten 1 De relatie tussen de Dark Triad persoonlijkheidseigenschappen, Machiavellianisme, Narcisme en Psychopathie, en pesten: Een studie met kinderen. Lin Heijnen De Universiteit

Nadere informatie

Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij

Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij Een vergelijking van een depressieve en een niet-depressieve groep met Experience-Sampling-Method

Nadere informatie

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Onderzoek met het Virtuele Lab Social Cognition in Psychologically Healthy Adults Research with the Virtual Laboratory Anja I. Rebber Studentnummer: 838902147

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

Verschillen tussen Allochtone- en Autochtone Jonge Studerende Moeders in het Ervaren van Dagelijkse Stress en het Effect ervan op de Stemming

Verschillen tussen Allochtone- en Autochtone Jonge Studerende Moeders in het Ervaren van Dagelijkse Stress en het Effect ervan op de Stemming Verschillen tussen Allochtone- en Autochtone Jonge Studerende Moeders in het Ervaren van Dagelijkse Stress en het Effect ervan op de Stemming Differences between Immigrant and Native Young Student Mothers

Nadere informatie

DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1

DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1 DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1 Dankbaarheid in Relatie tot Intrinsieke Levensdoelen: Het mediërende Effect van Psychologische Basisbehoeften Karin Nijssen Open Universiteit

Nadere informatie

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking

Nadere informatie

Pesten (op school) bij kinderen met een autismespectrum stoornis 6/12/2017

Pesten (op school) bij kinderen met een autismespectrum stoornis 6/12/2017 Pesten (op school) bij kinderen met een autismespectrum stoornis KATRIEN HERMANS 6/12/2017 Overzicht Wie ben ik? Voorstelling artikel Autismespectrumstoornis en pesten Methode Resultaten Aanbevelingen

Nadere informatie

De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout. bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs

De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout. bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs The Relationship between Existential Fulfilment, Emotional Stability and Burnout

Nadere informatie

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Met opmaak: Links: 3 cm, Rechts: 2 cm, Boven: 3 cm, Onder: 3 cm, Breedte: 21 cm, Hoogte: 29,7 cm Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Stigmatisation of Persons

Nadere informatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

De Invloed van Kenmerken van ADHD op de Theory of Mind: een Onderzoek bij Kinderen uit de Algemene Bevolking

De Invloed van Kenmerken van ADHD op de Theory of Mind: een Onderzoek bij Kinderen uit de Algemene Bevolking Kenmerken van ADHD en de Theory of Mind 1 De Invloed van Kenmerken van ADHD op de Theory of Mind: een Onderzoek bij Kinderen uit de Algemene Bevolking The Influence of Characteristics of ADHD on Theory

Nadere informatie

Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch

Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch Bottlenecks in Independent Learning: Self-Regulated Learning, Stress

Nadere informatie

Dagelijkse Stress en Snackgewoonte: de. Modererende Rol van Persoonlijkheid. Daily Stress and Snack Habit: the. Moderating Role of Personality

Dagelijkse Stress en Snackgewoonte: de. Modererende Rol van Persoonlijkheid. Daily Stress and Snack Habit: the. Moderating Role of Personality Dagelijkse Stress, Snackgewoonte en Persoonlijkheid 1 Dagelijkse Stress en Snackgewoonte: de Modererende Rol van Persoonlijkheid Daily Stress and Snack Habit: the Moderating Role of Personality Josine

Nadere informatie

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type of Dementia as Cause of Sexual Disinhibition Presence of the Behavior in Alzheimer s Type? Carla

Nadere informatie

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een Vergelijking met Rusten in Liggende Positie The Effectiveness of a Mindfulness-based Body Scan: a Comparison with Quiet Rest in the Supine

Nadere informatie

(SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1

(SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 (SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 Psychologische Inflexibiliteit bij Kinderen: Invloed op de Relatie tussen en de Samenhang met Gepest worden en (Sociale) Angst Psychological

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

Running head: BREAKFAST, CONSCIENTIOUSNESS AND MENTAL HEALTH 1. The Role of Breakfast Diversity and Conscientiousness in Depression and Anxiety

Running head: BREAKFAST, CONSCIENTIOUSNESS AND MENTAL HEALTH 1. The Role of Breakfast Diversity and Conscientiousness in Depression and Anxiety Running head: BREAKFAST, CONSCIENTIOUSNESS AND MENTAL HEALTH 1 The Role of Breakfast Diversity and Conscientiousness in Depression and Anxiety De Rol van Gevarieerd Ontbijten en Consciëntieusheid in Angst

Nadere informatie

Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed

Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed van Sociale Categorisering, Persoons-identificatie, Positie-identificatie en Retributie Belief in a Just World and Rejection

Nadere informatie

De Relatie tussen Dagelijkse Stress en Stemming met Modererende Invloed van Coping stijl

De Relatie tussen Dagelijkse Stress en Stemming met Modererende Invloed van Coping stijl De Relatie tussen Dagelijkse Stress en Stemming met Modererende Invloed van Coping stijl The Relation between Daily Stress and Affect with Moderating Influence of Coping Style Bundervoet Véronique Eerste

Nadere informatie

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style Jenny Thielman 1 e begeleider: mw. dr. Esther Bakker 2 e begeleider: mw. dr.

Nadere informatie

Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working. mothers with spouse and young children

Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working. mothers with spouse and young children 1 Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working mothers with spouse and young children Verschil in stress en stressreactiviteit tussen hoogopgeleide thuisblijf-

Nadere informatie

Het effect van Cyberball buitensluiting op stemming en behoeftevervulling in. kinderen: De rol van gepest worden in de klas

Het effect van Cyberball buitensluiting op stemming en behoeftevervulling in. kinderen: De rol van gepest worden in de klas Het effect van Cyberball buitensluiting op stemming en behoeftevervulling in kinderen: De rol van gepest worden in de klas Tessa A. M. Lansu¹, Marike H. F. Deutz¹ ², Tirza H. J. van Noorden¹ ¹Radboud Universiteit

Nadere informatie

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Executive and social cognitive functioning of mentally

Nadere informatie

Stress en Psychose 59 Noord. Stress and Psychosis 59 North. A.N.M. Busch

Stress en Psychose 59 Noord. Stress and Psychosis 59 North. A.N.M. Busch Stress en Psychose 59 Noord Stress and Psychosis 59 North A.N.M. Busch Prevalentie van Subklinische Psychotische Symptomen en de Associatie Met Stress en Sekse bij Noorse Psychologie Studenten Prevalence

Nadere informatie

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Validatie van het EHF meetinstrument tijdens de Jonge Volwassenheid en meer specifiek in relatie tot ADHD Validation of the EHF assessment instrument during Emerging Adulthood, and more specific in relation

Nadere informatie

Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen

Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen REACTIEVE AGRESSIE Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve Agressie Pien S. Martens Open Universiteit Heerlen Naam student: Pien Sophie Martens Studentnummer: 850945172

Nadere informatie

Proefschrift. Cannabis use, cognitive functioning and behaviour problems. Merel Griffith - Lendering. Samenvatting

Proefschrift. Cannabis use, cognitive functioning and behaviour problems. Merel Griffith - Lendering. Samenvatting Proefschrift Cannabis use, cognitive functioning and behaviour problems Merel Griffith - Lendering Samenvatting Het gebruik van cannabis is gerelateerd aan een breed scala van psychische problemen, waaronder

Nadere informatie

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Het Effect van Online Cognitieve Gedragstherapie op Seksuele Disfuncties bij Vrouwen The Effectiveness of Internet-based Cognitive-Behavioural

Nadere informatie

MINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1. Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden

MINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1. Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden MINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1 Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden Mindful (well)being? The mediating role of the self

Nadere informatie

STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1. Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer

STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1. Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer STIGMATISERING VAN PATIENTEN MET LONGKANKER 1 Stigmatisering van Patiënten met Longkanker: De Rol van Persoonlijke Relevantie voor de Waarnemer Stigmatization of Patients with Lung Cancer: The Role of

Nadere informatie

van Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw

van Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw De Invloed van Werk- en Persoonskenmerken op het Welbevinden van Werknemers The Influence of Job and Personality Characteristics on Employee Well-being Drs. P.E. Gouw Eerste begeleider: Dr. S. van Hooren

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering The Relationship between Daily Hassles and Depressive Symptoms and the Mediating Influence

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Interactionistische perspectieven benadrukken dat de persoon en zijn of haar omgeving voortdurend in interactie zijn en samen een systeem vormen. Dit idee van integratie

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Jaar. The Association Between Personality Characteristics and Body Mass Index among Adolescents. between 15 and 25 years Old. E. J.

Jaar. The Association Between Personality Characteristics and Body Mass Index among Adolescents. between 15 and 25 years Old. E. J. De Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Body Mass Index bij Jongeren van 15 tot 25 Jaar The Association Between Personality Characteristics and Body Mass Index among Adolescents between 15 and 25

Nadere informatie

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten The Moderating Influence of Social Support on the Relationship between Mobbing at Work

Nadere informatie

BISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen

BISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen Bisexuality: the Invisible Social Identity with Visible Health Consequences Maria Verbeek Eerste begeleidster: dr. N.

Nadere informatie

De Relatie tussen Gepest Worden en Faalangst bij Kinderen van 11 tot 15 Jaar. Bachelorthesis Klinische Gezondheidspsychologie. Tilburg University

De Relatie tussen Gepest Worden en Faalangst bij Kinderen van 11 tot 15 Jaar. Bachelorthesis Klinische Gezondheidspsychologie. Tilburg University De Relatie tussen Gepest Worden en Faalangst bij Kinderen van 11 tot 15 Jaar. Bachelorthesis Klinische Gezondheidspsychologie Tilburg University Astrid Janssen ANR: 245465 Begeleider: dr. J. Maas 16-06-2014

Nadere informatie

Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en. zelfbeheersing op het Sondervick College

Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en. zelfbeheersing op het Sondervick College Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en zelfbeheersing op het Sondervick College 3 januari 2018 Uitvoering: H. van den Bogert a (leerkracht L.O. Sondervick College en Advanced

Nadere informatie

en een Licht Verstandelijke Beperking Linda M. van Mourik

en een Licht Verstandelijke Beperking Linda M. van Mourik De Invloed van een Autoritatieve Opvoedstijl op Risicogedrag en de Mediërende Rol van de Hechtingsrelatie bij Adolescenten met een Autismespectrumstoornis en een Licht Verstandelijke Beperking The Influence

Nadere informatie

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken 1 Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken Smoking Cessation in Cardiac Patients Esther Kers-Cappon Begeleiding door:

Nadere informatie