De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
|
|
- Norbert Martens
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: ***** Datum uitspraak: 6 maart 2015 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven (hierna ook te noemen: de Commissie) geeft op grond van het statuut voor de buitengerechtelijke afhandeling van civiele vorderingen tot schadevergoeding in verband met seksueel misbruik van minderjarigen in instellingen en pleeggezinnen (hierna ook te noemen: het Statuut) het volgende oordeel naar aanleiding van de aanvraag tot schadevergoeding door: [naam] [geboortedatum] wonende te [plaats] hierna te noemen: aanvrager tegen: [instelling] gevestigd te [plaats] vertegenwoordigd door [bestuurder] hierna te noemen: instelling Beslissing De Commissie heeft besloten dat de aanvraag ongegrond is. Aanvrager komt dus niet in aanmerking voor een uitkering. Het is niet aannemelijk geworden dat de instelling feitelijk op de hoogte was van het misbruik zonder dat hiertegen effectief is opgetreden. Op grond van artikel 2 lid 2 van het Statuut dient daarvan sprake te zijn aangezien aanvrager stelt dat hij door groepsgenoten seksueel is misbruikt. Het oordeel van de Commissie is bindend voor partijen en is niet vatbaar voor enige vorm van bezwaar of beroep.
2 1. Verloop van de procedure De Commissie heeft het aanvraagformulier met bijlagen ontvangen op 15 augustus Het dossier is op 16 oktober 2014 doorgestuurd naar de instelling. Op 11 december 2014 ontving de Commissie de schriftelijke reactie van de instelling. Aanvrager en de instelling zijn op 23 januari 2015 gehoord door de Commissie. Namens de instelling zijn verschenen [naam] (bestuurder), [naam] (bestuurssecretaris) en [naam](oud bestuurder/adviseur). Op 6 maart 2015 heeft de Commissie de aanvraag behandeld in de raadkamer. 2. De aanvraag Uit de door aanvrager overgelegde stukken blijkt dat hij vanuit een pleeggezin op [datum] is geplaatst in [instelling]. De instelling is hiervan de rechtsopvolger. Aanvrager heeft hier ongeveer 1,5 jaar gewoond. Aanvrager verklaart dat hij door drie oudere groepsgenoten seksueel is misbruikt. Het misbruik vond plaats op elk onbewaakt ogenblik, soms zelfs door de drie daders tegelijkertijd. Het was dagelijks aan de orde. Het misbruik vond onder andere plaats op het terrein van de [instelling], tijdens het badderen, op zijn eigen kamer en op het toilet in de trein en op het treinstation. Het gebeurde onder dwang en aanvrager werd geïntimideerd. Aanvrager vindt dat de instelling geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor de kinderen. De groepsleiding zat in het paviljoen op ruime afstand van de huiskamer van de pupillen en de slaapvertrekken. Er waren genoeg onbewaakte ogenblikken dat het seksueel misbruik plaats kon vinden. Er waren over het algemeen 2 begeleiders, s nachts was er nauwelijks toezicht. Het toezicht in de nacht werd gedeeld met een aangrenzend paviljoen. Had de begeleider daar nachtdienst dan hadden de daders in wezen vrij spel. Aanvrager geeft aan dat de medewerkers op zichzelf betrokken en integere mensen waren. Maar vanuit hun professionaliteit zouden ze zich bewust moeten zijn van de risico s. Soms vond er openlijk misbruik in de badkamer plaats. Aanvrager is ervan overtuigd dat de groepsleiding ervan af moet hebben geweten, maar dat ze het om wat voor reden dan ook niet serieus benaderd hebben. Het staat op zijn netvlies gegrift dat hij achter de bosjes werd misbruikt, dat een groepsleider zijn hoofd onder de bosjes stak en er niets van zei. Het leek of het misbruik werd gedoogd, goedgekeurd of dat er andere belangen meespeelden. Aanvrager geeft ook aan dat hij zijns inziens nooit op de [instelling] had moeten zijn geplaatst. Aanvrager is onderzocht door een psycholoog die aangaf dat aanvrager op [instelling] te [plaats] geplaatst had moeten worden. Ondanks dat werd aanvrager toch op [instelling] geplaatst tussen echte gedragsgestoorde tot zwaar autistische jongelui die aanzienlijk ouder waren dan aanvrager. Aanvrager geeft aan dat hij het misbruik 2 keer aan de orde heeft gesteld. In het eerste jaar heeft hij samen met een andere pupil, [naam], het misbruik gemeld bij de begeleiders [naam] en [naam]. Aanvrager heeft toen alleen iets gezegd over het misbruik door beschuldigde [naam]. Later heeft aanvrager nogmaals melding gedaan. Met deze meldingen is niets gedaan. Contacten met [instelling] Op zijn [leeftijd] is aanvrager gedurende 3 maanden geplaatst in [instelling] in [plaats]. Aanvrager is met een begeleider van deze instelling, [naam], naar [instelling] gegaan en heeft daar gesproken met een groepsleider, [naam]. Het gesprek heeft weinig opgeleverd omdat aanvrager dichtklapte. [naam groepsleider] zou wel iets hebben gezegd waaruit volgens aanvrager bleek dat hij van het misbruik wist.
3 In [jaartal] heeft aanvrager het misbruik aangegeven in een gesprek met de toenmalige directeur, [naam]. [instelling] heeft naar aanleiding van deze melding alleen het juridische pad gekozen. Er werd melding gedaan bij het Openbaar Ministerie en er werd gevraagd of de instelling de melding van aanvrager als een klacht moest zien. Aanvrager vond dit geen prettige benadering en heeft het verder op zijn beloop gelaten. Nadat de Commissie Samson bij aanvrager een diepte-interview had afgenomen over het misbruik was de stap voor aanvrager niet zo groot meer om nogmaals de klacht bij de [instelling] neer te leggen en te vragen om een onderzoek. Naar aanleiding hiervan is een onderzoekscommissie ingesteld. De onderzoeksvraag was of de directie van [instelling] in [jaartal] en [jaartal] naar aanleiding van de melding van aanvrager over seksueel misbruik zorgvuldig en afdoende heeft gehandeld. De conclusie van de commissie was dat de [instelling] niet geheel zorgvuldig en zeker niet afdoende heeft gehandeld. Omdat het rapport geen antwoord gaf op de vraag of aanvrager seksueel misbruikt was heeft hij nogmaals contact opgenomen met de [instelling]. Hij heeft een gesprek gehad met vijf groepsleiders die ten tijde van het misbruik bij de [instelling] werkten. Het gesprek zou onder regie van [rechtsopvolger instelling] plaatsvinden en er zou worden genotuleerd. Door omstandigheden is er niet genotuleerd. Het gesprek heeft wel plaatsgevonden. Het was moeizaam, maar over het algemeen had aanvrager de indruk dat de groepsleiders hem geloofden. Aanvrager heeft later opgeschreven wat hij van het gesprek heeft onthouden. Later bleek dat de groepsleiders zich niet herkenden in het verhaal dat aanvrager had opgeschreven. Aanvrager zou nog altijd met de oud-groepsleiders in gesprek willen gaan, nu met een notulist erbij. Aanvrager neemt het de instelling kwalijk dat er nooit gedegen onderzoek is gedaan naar het misbruik. In [jaartal] is de deur door de instelling echter dicht gegooid. Aanvrager had vanaf het begin echt gehoord willen worden. 3. Reactie instelling De instelling gaat in haar reactie allereerst in op het onderzoek dat in [jaartal] is gehouden. De waarheidsvinding is weliswaar geen opdracht van het onderzoek geweest, toch heeft de commissie zich vanwege de zorgvuldige afhandeling gebogen over de geuite beschuldigingen. De onderzoekscommissie heeft hiertoe gesproken met het voltallige team dat in [jaartal/jaartal] in dienst was. Eén van de teamleden is nog steeds in dienst van [rechtsopvolger instelling] en werkzaam binnen de [instelling]. De conclusie van de commissie was dat de directie destijds niet zorgvuldig heeft gehandeld omdat alleen het juridische pad werd gekozen en aanvrager onvoldoende werd bijgestaan. Ook werd de voortgang van het proces op zijn beloop gelaten en ook dit was naar het oordeel van de Commissie niet zorgvuldig. Op basis van deze uitspraken zijn schriftelijke excuses aangeboden. Over de plaatsing op de [instelling] merkt de instelling op dat de populatie kinderen van [instelling] en [instelling] niet ernstig verschilden qua problematiek en zorgvraag. Ook was het geen uitzondering om kinderen rond de leeftijd van 10 jaar op te nemen, om dit aan te tonen is een overzicht overgelegd waaruit de gemiddelde leeftijden blijken in de jaren [jaartal-jaartal]. Tijdens het verblijf is nooit meer teruggekomen op de plaatsing. Er wordt zelfs voorgesteld de begeleiding na de plaatsing door de [instelling] te continueren. De behandeling leek voorspoedig te verlopen en aanvrager kon betrekkelijk snel weer terug naar het pleeggezin. Tweemaal komt de naam [naam] (één van de beschuldigden) voor. In een verslag wordt vermeld dat aanvrager het contact met [naam] tot het noodzakelijke beperkt. Daarnaast heeft aanvrager in een verslagje geschreven dat hij het niet fijn vindt als [naam] probeert te dreigen. De verslagen zijn bijgevoegd. Samenvattend ziet de instelling een beeld van een kind dat het ogenschijnlijk naar zijn zin heeft in de groep en niet voor bovenmatige problemen zorgt. Gelet op groepsprocessen binnen de residentiële zorg is het niet vreemd dat sommige jongens uit de weg worden gegaan. Alleen op basis hiervan hoeven geen alarmbellen te rinkelen. Nergens in de verslaglegging is terug te vinden dat ooit het thema misbruik of grensoverschrijdend gedrag aan de orde is geweest.
4 Het voltallige team dat in [jaartal/jaartal]in dienst was is voor de onderzoekscommissie verschenen. Alle leden van het groepsteam geven aan dat ze niets hebben gemerkt of waargenomen van het misbruik waar aanvrager melding van doet. Eén van de teamleden is nog steeds werkzaam bij [instelling]. Daarnaast zijn er ook verschillende herinneringen van aanvrager over de mogelijkheid dat misbruik in de trein heeft plaatsgevonden. Zowel pleegmoeder als groepsleiding vertellen echter dat aanvrager gehaald en gebracht werd door pleegouders. Bestuurder vindt het opmerkelijk dat na zoveel jaren het complete groepsteam verscheen bij de commissie. Het lijkt de bestuurder onwaarschijnlijk dat zij al die jaren een geheim bij zich hebben gedragen. Of er misbruik heeft plaatsgevonden is een vraag die de instelling niet kan beantwoorden. Ze willen als ze iets kunnen betekenen wel graag de helpende hand bieden. Tevens geeft de instelling aan dat ze ook verantwoordelijk is voor haar medewerkers. Als er sprake is van misbruik dan is het einde arbeidscontract en inschakelen justitie. Dit houdt ook in dat de instelling medewerkers die zonder bewijs beschuldigd worden beschermt en steunt. [naam] (oud bestuurder instelling) heeft gesprekken met aanvrager gehad over de moeilijke start in zijn leven. Toen [naam] over de impact van zijn historie met aanvrager sprak wilde hij het daar absoluut niet over hebben. De instelling heeft stukken overgelegd waaruit blijkt hoe moeilijk het voor de pleegouders was om aanvrager in het gezin op te nemen en een stuk van een psycholoog waaruit blijkt hoe vast aanvrager toen zat. Het feit dat het binnen het pleeggezin niet lukte moet voor aanvrager een extra last hebben opgeleverd. Voor het pleeggezin heeft de uithuisplaatsing gevoelens van schuld opgeroepen. De instelling begrijpt dat de pleegmoeder zich vastklampt aan elke mogelijkheid die laat zien dat het niet haar schuld is geweest. Het kan echter niet zo zijn dat dan de schuld wordt overgeheveld naar medewerkers van de [instelling] zonder dat daar ondersteunend bewijs voor is. De opvatting van [naam] (begeleider van aanvrager rondom zijn persoonsgebonden budget) dat aanvrager altijd hetzelfde verhaal heeft verteld kan volgens de instelling niet als steunbewijs worden gezien. De zaak van aanvrager is niet de enige zaak rond seksueel misbruik binnen de instelling. Als er maar enig steunbewijs is of ze het gevoel hebben: het zou best wel eens gebeurd kunnen zijn, dan gaat bij twijfel de waarheid van cliënt boven. Dit gevoel is bij hen nu niet opgekomen. Soms bestaan er twee waarheden waaruit niet gekozen kan worden. De instelling was dan ook zeer verbaasd over de uitspraak in het kader van de Tijdelijke Regeling. Dit komt hard aan bij de betrokken medewerkers die bij de onderzoekscommissie hebben aangegeven van niets te weten. Temeer omdat aanvrager hierbij aangeeft dat ze ervan wisten. Het spijt de bestuurder dat ze, toen aanvrager zich de eerste keer meldde, niet direct met hem in gesprek zijn gegaan met als doel hem te helpen. Vanaf zijn melding in [jaartal] hebben ze echter alles in het werk gesteld om op een zorgvuldige manier te handelen, naar aanvrager toe en naar de betrokken medewerkers toe. 4. Beoordeling (steun)bewijs De Commissie moet op grond van het Statuut beoordelen of een aanvrager in aanmerking komt voor een uitkering. De Commissie heeft zich tot dat oordeel beperkt. Zij kan dan ook geen uitspraken doen over onder andere de vraag of aanvrager terecht in de [instelling] is geplaatst en over de uitkering op grond van de Tijdelijke Regeling.
5 De Commissie is van oordeel dat de aanvraag niet voldoet aan artikel 2 lid 2 van het Statuut. Aanvrager heeft verklaard dat hij door drie groepsgenoten is misbruikt. Om voor een uitkering op grond van het Statuut in aanmerking te komen moet volgens artikel 2 lid 2 van het Statuut worden aangetoond dat een medewerker van de instelling hiervan op de hoogte was zonder dat hiertegen effectief is opgetreden. De instelling geeft aan dat de medewerkers destijds geen signalen hebben ontvangen van seksueel misbruik van aanvrager. Tijdens het onderzoek van de Commissie in [jaartal] dat door de instelling is ingesteld hebben de groepsleiders aangegeven dat ook andere pupillen niets gemeld hebben over seksueel misbruik van aanvrager. De gesprekken die aanvrager met de groepsleiders zegt te hebben gevoerd, kunnen de groepsleiders zich niet herinneren. Helaas heeft aanvrager [naam], met wie hij de meldingen zegt te hebben gedaan, niet op weten te sporen. Het is spijtig dat er pas in [jaartal] onderzoek heeft plaatsgevonden naar het seksuele misbruik zoals gesteld door aanvrager. Vanwege het lange tijdsverloop is het lastig om te reconstrueren wat er ten tijde van het verblijf van aanvrager in de instelling is gebeurd en besproken. Dit blijkt wel uit hetgeen de instelling heeft verklaard over het vervoer van aanvrager van en naar de instelling. De instelling gaf aan dat aanvrager altijd met de auto werd gehaald en gebracht en dat misbruik in de trein daarom niet plaats had kunnen vinden. Aanvrager heeft echter tijdens de hoorzitting een vastrechtkaart en treinkaartjes laten zien waaruit bleek dat hij in de periode van het gestelde misbruik wel met de trein van en naar de instelling ging. Ook één van de daders woonde toen nog in de instelling. Daarnaast heeft aanvrager aangegeven dat hij het misbruik in [jaartal] heeft gemeld aan een groepsleider, [naam]. [naam] zou tijdens dat gesprek iets hebben gezegd waaruit zou blijken dat hij wist van het misbruik. [naam], begeleider van [instelling], was tijdens dit gesprek aanwezig. [naam] is benaderd door aanvrager en heeft een verklaring opgesteld. [naam] geeft aan dat het gesprek er vast geweest is, maar dat er geen beelden of herinneringen boven zijn komen drijven. De Commissie sluit, net als de instelling, niet uit dat er misbruik heeft plaatsgevonden. Op grond van de stukken en hetgeen op de zitting is verklaard vindt de Commissie het echter niet aannemelijk dat medewerkers van de instelling op de hoogte waren van het misbruik of het misbruik hebben gezien. Ook waren er geen signalen waaruit kon worden afgeleid dat aanvrager seksueel zou worden misbruikt. De Commissie is het met de instelling eens dat er geen alarmbellen hoeven te gaan rinkelen als bepaalde jongens uit de weg worden gegaan. Een uitkering op grond van het Statuut is daarom niet mogelijk. De uitspraak is gedaan door de civiele kamer van de Commissie en is ondertekend door de voorzitter. Voorzitter, Prof. dr. mr. J.J.M. van Dijk
Mevrouw [naam] geboren op [geboortedatum] wonende te [plaats] hierna te noemen: aanvraagster
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: ***** Datum uitspraak: 3 februari 2017 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatieDe civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: ****** Datum uitspraak: 17 juli 2015 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatieDe civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: xxxxxx Datum uitspraak: 9 januari 2015 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatieDe civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: xxxxxx Datum uitspraak: 9 januari 2015 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatie[naam] [geboortedatum] [woonplaats] hierna te noemen: aanvraagster
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: xxxxxx Datum uitspraak: 3 oktober 2014 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatieDe civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: ****** Datum uitspraak: 7 augustus 2015 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatieDe civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: ****** Datum uitspraak: 5 juni 2015 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatie[aanvrager] [geboortedatum] [woonplaats] bijgestaan door [naam] hierna te noemen: aanvrager
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: xxxxxx Datum uitspraak: 18 juli 2014 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatieDe civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: xxxxxx Datum uitspraak: 17 oktober 2014 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatieDe civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: ***** Datum uitspraak: 5 juni 2015 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatieStatuut afhandeling van civiele vorderingen tot schadevergoeding seksueel misbruik
Aanvraagformulier slachtoffer Statuut afhandeling van civiele vorderingen tot schadevergoeding seksueel misbruik Het Schadefonds Geweldsmisdrijven geeft aan slachtoffers met ernstig psychisch of fysiek
Nadere informatieStatuut afhandeling van civiele vorderingen tot schadevergoeding seksueel misbruik
Aanvraagformulier nabestaande(n) Statuut afhandeling van civiele vorderingen tot schadevergoeding seksueel misbruik Het Schadefonds Geweldsmisdrijven geeft aan slachtoffers met ernstig psychisch of fysiek
Nadere informatieRapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus Rapportnummer: 2011/226
Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus 2011 Rapportnummer: 2011/226 2 Feiten Verzoekers hebben bij de politie aangifte gedaan jegens
Nadere informatieKlacht over begeleiding leerling is ongegrond. De schoolleiding heeft een taak bij de oplossing van een geschil tussen docent en ouders.
108027 - Klacht over begeleiding leerling is ongegrond. De schoolleiding heeft een taak bij de oplossing van een geschil tussen docent en ouders. ADVIES inzake de klacht van: [klager 1] en [klager 2] te
Nadere informatie17.137T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 9 mei 2018
17.137T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 9 mei 2018 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd en beslist
Nadere informatie5. Moet je een melding bij de commissie Samson hebben gedaan om voor een compensatieregeling in aanmerking te komen? Dat is niet noodzakelijk.
Vragen en Antwoorden compensatieregelingen slachtoffers van seksueel misbruik in de jeugd/pleegzorg In dit document vindt u vragen en antwoorden bij de mededelingen van het Ministerie van Veiligheid en
Nadere informatieCOMPENSATIECOMMISSIE
COMPENSATIECOMMISSIE Zaaknummer Compensatiecommissie 2012CC001 Zaaknummer Klachtencommissie 2011T307 datum uitspraak 01/03/2013 De Compensatiecommissie voor seksueel misbruik in de R.-K. Kerk van de Stichting
Nadere informatieRAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN
RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. 2000/103 Mo i n d e k l a c h t nr. 012.00 ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen
Nadere informatieArtikel 4 - Verjaring Dit statuut geldt ongeacht of een rechtsvordering tot schadevergoeding is verjaard.
Statuut voor de buitengerechtelijke afhandeling van civiele vorderingen tot schadevergoeding in verband met seksueel misbruik van minderjarigen in instellingen en pleeggezinnen Artikel 1 - Definities In
Nadere informatie16.046T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 29 december 2016
16.046T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 29 december 2016 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatie[naam], geboren op [datum], wonende te [plaats], hierna te noemen: klager, juridisch adviseur: mr. S.S. van Gijn, advocaat te Amsterdam,
11 september 2012 De Klachtencommissie voor seksueel misbruik in de R.-K. Kerk van de Stichting Beheer & Toezicht i.z. Seksueel Misbruik in de R.-K. Kerk in Nederland (rechtsopvolger van de Beoordelings-
Nadere informatieRapport. Rapport betreffende een klacht over Raad voor de Kinderbescherming uit Maastricht. Datum: 28 juli Rapportnummer: 2011/216
Rapport Rapport betreffende een klacht over Raad voor de Kinderbescherming uit Maastricht. Datum: 28 juli 2011 Rapportnummer: 2011/216 2 Klacht Verzoekster klaagt over de wijze waarop een medewerkster
Nadere informatie15.087T Beslissing van het College van Toezicht van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
15.087T Beslissing van het College van Toezicht van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatie1. [naam] geboren op [datum], overleden op [datum], de persoon over wie geklaagd wordt, hierna ook te noemen: aangeklaagde sub 1,
zaaknummer 2011 T 312 (1) en (2) Advies van 5 december 2012 De Klachtencommissie voor seksueel misbruik in de R.-K. Kerk van de Stichting Beheer & Toezicht i.z. Seksueel Misbruik in de R.-K. Kerk in Nederland
Nadere informatieMeld. seksueel misbruik. aan de commissie-samson
Meld seksueel misbruik aan de commissie-samson Help ons Mijn naam is Rieke Samson en ik wil je vragen om ons te helpen bij het onderzoek naar seksueel misbruik van kinderen en jongeren. Zelf ben ik voorzitter
Nadere informatie[naam] [geboortedatum] [woonplaats] hierna te noemen: aanvrager gemachtigde: [naam] [instelling] [vestigingsplaats] vertegenwoordigd door [naam]
Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: xxxxxx Datum uitspraak: 5 december 2014 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nadere informatieKlager vraagt zich af wat de status is van de besluiten die door de RvC in die periode zijn genomen.
Klacht 2: Ten tijde van de schorsing van de toenmalige directeur van WSN hebben de commissarissen X en Y tijdelijk (van 16 april 2014 tot 21 oktober 2014) het bestuur van WSN waargenomen. Genoemde commissarissen
Nadere informatieUitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris)
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-665 (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris) Klacht ontvangen op : 18 februari 2017 Ingediend door : Consument
Nadere informatieRapport. Datum: 4 december 2010 Rapportnummer: 2010/346
Rapport Datum: 4 december 2010 Rapportnummer: 2010/346 2 Klacht Beoordeling Conclusie Onderzoek Bevindingen Klacht Verzoekster klaagt erover dat Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant, vestiging Roosendaal, zonder
Nadere informatieTaxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Zelfstandig oordeel van de Raad t.o.v. oordeel civiele rechter.
Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Zelfstandig oordeel van de Raad t.o.v. oordeel civiele rechter. Klaagster verwijt beklaagde dat hij haar woning veel te laag gewaardeerd heeft. Klaagster wijst daarbij
Nadere informatie17.055Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
17.055Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatiezaaknummer 2012 T 735 (2) Beslissing 24 januari 2013
Beslissing 24 januari 2013 De Klachtencommissie voor seksueel misbruik in de R.-K. Kerk van de Stichting Beheer & Toezicht i.z. Seksueel Misbruik in de R.-K. Kerk in Nederland (rechtsopvolger van de Beoordelings-
Nadere informatieRapport. Rapport over een klacht over de Raad voor de Kinderbescherming, Directie Noord-West, Vestiging Amsterdam. Datum: 23 december 2013
Rapport Rapport over een klacht over de Raad voor de Kinderbescherming, Directie Noord-West, Vestiging Amsterdam. Datum: 23 december 2013 Rapportnummer: 2013/205 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de
Nadere informatie[Naam], geboren op [Datum], wonende te [Plaats], hierna te noemen: klager, juridisch adviseur: mr. C. de Jongh, advocaat te Leiden,
zaaknummer 2011 T 622 Beslissing 5 november 2012 De Klachtencommissie voor seksueel misbruik in de R.-K. Kerk van de Stichting Beheer & Toezicht i.z. Seksueel Misbruik in de R.-K. Kerk in Nederland (rechtsopvolger
Nadere informatie17.105Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 7 maart 2018
17.105Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 7 maart 2018 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd en
Nadere informatieUitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris)
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-317 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris) Klacht ontvangen op : 12 mei 2015 Ingesteld door : Consument Tegen
Nadere informatieCOMPENSATIECOMMISSIE
COMPENSATIECOMMISSIE Zaaknummer Compensatiecommissie 2012CC068 Zaaknummer Klachtencommissie 2010T119 datum uitspraak 14/02/2013 De Compensatiecommissie voor seksueel misbruik in de R.-K. Kerk van de Stichting
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj
Nadere informatieKlacht over verlengde kleuterperiode. School heeft verkeerde informatie doorgegeven aan andere school. Klachten ongegrond.
LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET CHRISTELIJK ONDERWIJS ADVIES 2015/054 Klacht over verlengde kleuterperiode. School heeft verkeerde informatie doorgegeven aan andere school. Klachten ongegrond. Advies
Nadere informatie17.154Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 9 augustus 2018
17.154Ta Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 9 augustus 2018 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieUitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris)
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-323 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris) Klacht ontvangen op : 27 juli 2017 Ingediend door : Consument
Nadere informatie18.058Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 11 januari 2019
18.058Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 11 januari 2019 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieUitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht
ECLI:NL:GHSHE:2016:416 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 11-02-2016 Datum publicatie 12-02-2016 Zaaknummer 200 180 361_01 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken
Nadere informatie15.032T Beslissing van het College van Toezicht van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
15.032T Beslissing van het College van Toezicht van de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieBeroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster.
108379 - Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen
Nadere informatie18.001T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 20 juli 2018
18.001T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 20 juli 2018 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd en beslist
Nadere informatieHulp, steun en tegemoetkoming voor slachtoffers van seksueel misbruik in jeugdzorginstellingen, pleeggezinnen, en RK-Kerk
Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.6.25 Hulp, steun en tegemoetkoming voor slachtoffers van seksueel misbruik in jeugdzorginstellingen, pleeggezinnen, en RK-Kerk bronnen Brief ministerie van VWS aan
Nadere informatieLANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS. Klachtnummer 2017/100
LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS Klachtnummer 2017/100 Commissie ziet geen bevestiging van gestelde pesten. School heeft niet gesprek over pest problematiek georganiseerd waarbij
Nadere informatieDE RAAD VAN TOEZICHT ZUID VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM geeft de volgende uitspraak in de zaak van:
Onjuiste taxatiewaarde. Echtscheiding. Teruggave opdracht. Beklaagde heeft op verzoek van klager en zijn ex-echtgenote een woning getaxeerd en heeft zijn opdrachtgevers een concept-taxatierapport toegezonden.
Nadere informatie16.053Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.053Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2014:935
ECLI:NL:GHDHA:2014:935 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 19-03-2014 Datum publicatie 27-03-2014 Zaaknummer 200.138.697/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en
Nadere informatieUitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 16 juni 2016 (mr. C.E. du Perron, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris)
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-265 d.d. 16 juni 2016 (mr. C.E. du Perron, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris) Samenvatting Consument en zijn echtgenote hebben bij
Nadere informatieDe behandelingsduur van een nieuwe aanvraag om kinderopvangtoeslag 2014
Rapport De behandelingsduur van een nieuwe aanvraag om kinderopvangtoeslag 2014 Een onderzoek naar de behandeling van een nieuwe aanvraag om Kinderopvangtoeslag 2014 nadat over eerdere jaren vragen zijn
Nadere informatieInformatie aan niet-opdrachtgever. Bouwkundige staat. Mededelings- en onderzoeksplicht. Asbest.
Informatie aan niet-opdrachtgever. Bouwkundige staat. Mededelings- en onderzoeksplicht. Asbest. De koper van een woning (klager) stelt dat de verkopend makelaar (beklaagde) onjuist c.q. onzorgvuldig heeft
Nadere informatieDe Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 37 d.d. 17 februari 2011 (mr. P.A. Offers, voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. A.W. H. Vink) Samenvatting Consument claimt tweemaal
Nadere informatieLANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS. Klacht betreffende een volgens de vader onjuist schoolkeuzeadvies
LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS Advies nummer 2014 Z -08 datum 27 juni 2014 Klacht betreffende een volgens de vader onjuist schoolkeuzeadvies De school heeft geen passend schoolkeuzeadvies
Nadere informatieUitspraak Commissie AedesCode d.d. 6 mei inzake. klager. tegen. Stichting Wonen Zuidwest Friesland gevestigd te Balk
Uitspraak Commissie AedesCode d.d. 6 mei 2015 inzake klager tegen Stichting Wonen Zuidwest Friesland gevestigd te Balk Partijen worden hierna aangeduid als klager en WZF. Verloop van de procedure Klager
Nadere informatieSeksueel misbruik in een jeugdzorginstelling of pleeggezin
Seksueel misbruik in een jeugdzorginstelling of pleeggezin Hulp bij het indienen van een aanvraag voor de financiële regelingen van de overheid en jeugdzorginstellingen. Bent u slachtoffer van seksueel
Nadere informatieBeweerdelijk optreden voor meerdere partijen tegelijk. Gebreken aan het gekochte bij doorverkoop.
Beweerdelijk optreden voor meerdere partijen tegelijk. Gebreken aan het gekochte bij doorverkoop. Klaagster tracht haar woning via beklaagde te verkopen. Omdat zij haast heeft doet haar makelaar de suggestie
Nadere informatie18.125T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 25 februari 2019
18.125T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 25 februari 2019 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatie16.062T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.062T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieECLI:NL:RBDHA:2014:8157
ECLI:NL:RBDHA:2014:8157 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 16-06-2014 Datum publicatie 11-07-2014 Zaaknummer 458241 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - enkelvoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBASS:2011:BP3458
ECLI:NL:RBASS:2011:BP3458 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 26-01-2011 Datum publicatie 07-02-2011 Zaaknummer 82435 FA RK 10-2820 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-
Nadere informatie: ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen de Bank
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2016-289 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter, drs. W. Dullemond, mr. R.J. Paris, leden en mr. P. van Haastrecht-van Kuilenburg, secretaris) Klacht
Nadere informatieSamenvatting. 1. Procedure
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 196 d.d. 12 augustus 2011 (mevrouw mr. E.M. Dil-Stork, voorzitter, en drs. A. Adriaansen en mevrouw mr. J.W.M. Lenting, leden) Samenvatting
Nadere informatieRapport. Datum: 28 juni 2007 Rapportnummer: 2007/136
Rapport Datum: 28 juni 2007 Rapportnummer: 2007/136 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de griffier van de rechtbank te Amsterdam Sector kanton, locatie Hilversum op 3 augustus 2000 heeft nagelaten
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. C.A.C.M.
107626 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, gemachtigde: de heer mr. J. Roose en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde:
Nadere informatieECLI:NL:CRVB:2014:39. Uitspraak. Centrale Raad van Beroep. Datum uitspraak Datum publicatie
ECLI:NL:CRVB:2014:39 Instantie Datum uitspraak 15-01-2014 Datum publicatie 17-01-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 11-7549 WAJONG Socialezekerheidsrecht
Nadere informatieDe Raad van Toezicht Utrecht van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen NVM geeft de volgende uitspraak in de zaak van:
Voordeel verminderde overdrachtsbelasting bij opvolgende transacties. Onjuiste informatie aan koper. Wijziging in concept-akte niet aan koper gemeld. Niet passende wijze van communiceren. Klager koopt
Nadere informatieSamenvatting. 1. Procedure
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 51 d.d. 10 maart 2011 (door mevrouw mr. E.M. Dil-Stork, voorzitter, mevrouw mr. J.W.M. Lenting en mr. J.W.H. Offerhaus) Samenvatting De Commissie
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2016:573 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01
ECLI:NL:GHAMS:2016:573 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 16-02-2016 Datum publicatie 24-02-2016 Zaaknummer 200.179.961/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en
Nadere informatie107991/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. UITSPRAAK
107991/108080 Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen
Nadere informatie16.050Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.050Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatie12-53 RvT Utrecht RAAD VAN TOEZICHT TE UTRECHT VAN NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM
12-53 RvT Utrecht RAAD VAN TOEZICHT TE UTRECHT VAN NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM Gedeeltelijk onvoldoende belangenbehartiging bij verkoop. Geen onderzoek gedaan naar bijzondere
Nadere informatieBeweerdelijk te lage taxatie. Verschil van 10 % tussen verschillende taxatie niet onaanvaardbaar.
Beweerdelijk te lage taxatie. Verschil van 10 % tussen verschillende taxatie niet onaanvaardbaar. In het kader van het uit elkaar gaan van klager en zijn partner moet de gemeenschappelijke woning getaxeerd
Nadere informatie18.067Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 22 november 2018
18.067Tb Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd van 22 november 2018 Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieRapport. Datum: 18 mei 2004 Rapportnummer: 2004/180
Rapport Datum: 18 mei 2004 Rapportnummer: 2004/180 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het regionale politiekorps Haaglanden geen nader onderzoek heeft ingesteld naar aanleiding van zijn aangiften van
Nadere informatieDochter xxx is sinds 20 augustus 2007 geplaatst op een speelzaalvestiging van organisatie.
08-100 Melding AMK 2008 Opvangvorm organisatie met meer kinderopvangvormen Betreft interne klachtenbehandeling Inleiding 1. De klacht Ouders/verzorgers klagen erover dat de organisatie op 10 november 2008
Nadere informatieRapport. Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248
Rapport Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) in haar brief aan verzoekster van 25 februari 2000 heeft
Nadere informatie16.147T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.147T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieRapport. Rapport betreffende een klacht over een gedraging van de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) uit Rijswijk
Rapport Rapport betreffende een klacht over een gedraging van de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) uit Rijswijk Datum: 27 december 2011 Rapportnummer: 2011/365 2 Klacht Verzoekster
Nadere informatieVerzoeker klaagt er over dat de Kamer van Koophandel Noord-Nederland (hierna KvK):
Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt er over dat de Kamer van Koophandel Noord-Nederland (hierna KvK): de adresgegevens van het bedrijf van verzoeker niet tijdig heeft gewijzigd ondanks dat hij in een
Nadere informatieECLI:NL:RBNNE:2017:214
ECLI:NL:RBNNE:2017:214 Instantie Datum uitspraak 23-01-2017 Datum publicatie 25-01-2017 Zaaknummer LEE 15/2902 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Socialezekerheidsrecht
Nadere informatieKlachtenreglement ROC Ter AA Klachten die gaan over grensoverschrijdend gedrag Voor (oud) studenten
Klachtenreglement ROC Ter AA Klachten die gaan over grensoverschrijdend gedrag Voor (oud) studenten Klachtenreglement voor studenten grensoverschrijdend gedrag Pagina 1 Colofon Ingangsdatum Oktober 2018
Nadere informatieUitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris)
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-617 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris) Klacht ontvangen op : 27 oktober 2016 Ingediend door : Consument Tegen
Nadere informatie17.064T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
17.064T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2016:7682
ECLI:NL:RBAMS:2016:7682 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 22-11-2016 Datum publicatie 28-11-2016 Zaaknummer C/13/614102 / FA RK 16-5813 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatieRaad voor de Kinderbescherming, Midden-Nederland, locatie Utrecht, hierna te noemen de Raad, gevestigd te Utrecht.
ECLI:NL:RBMNE:2016:7638 Instantie Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak 21-11-2016 Datum publicatie 06-04-2017 Zaaknummer C/16/427114 / JE RK 16-2044 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere
Nadere informatie16.144Tf Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ
16.144Tf Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd
Nadere informatieLANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS
LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS ADVIES 2014/072 24 september 2014 Er is onvoldoende begeleiding geboden door school en te weinig aandacht besteed aan de faalangst en sociaal emotionele
Nadere informatieSAMENVATTING. 105795 - Klacht over informatieverstrekking, ontoereikend veiligheidsbeleid en niet adequate begeleiding; SO
SAMENVATTING 105795 - Klacht over informatieverstrekking, ontoereikend veiligheidsbeleid en niet adequate begeleiding; SO Een ouder klaagt erover dat de school haar onvoldoende heeft geïnformeerd over
Nadere informatie1. Ouders zijn van te voren niet door het gastouderbureau geïnformeerd over de bestaande zorgen over hun kinderen.
10-65 AMK 2010 Opvangvorm Gastouderbureau Betreft AMK Inleiding De klacht 1. Ouders zijn van te voren niet door het gastouderbureau geïnformeerd over de bestaande zorgen over hun kinderen. 2. Ouders zijn
Nadere informatieRapport. Verslag van Rapport over een klacht over de SVB te Amstelveen. Datum: 22 januari 2013. Rapportnummer: 2013/007
Rapport Verslag van Rapport over een klacht over de SVB te Amstelveen Datum: 22 januari 2013 Rapportnummer: 2013/007 2 De klacht en de achtergronden De Nationale ombudsman ontving in het voorjaar van 2012
Nadere informatieDe Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2012-82 d.d. 13 maart 2012 (mr. R.J. Verschoof, voorzitter, prof. mr. M.M. Mendel en mr. A.W.H. Vink, leden, en mr. drs. D.J. Olthoff, secretaris)
Nadere informatieDossiernummer Rapport. Verzoekers De heer E hierna genoemd: verzoeker.
Dossiernummer 2016 029 Rapport Verzoekers De heer E hierna genoemd: verzoeker. Datum verzoek De Overijsselse Ombudsman ontving het verzoekschrift op 8 april 2016 en een aanvulling op 11 april 2016. Het
Nadere informatieMeldpunt Commissie Onderzoek naar Geweld in de Jeugdzorg
Meldpunt Commissie Onderzoek naar Geweld in de Jeugdzorg Vragenlijst - melding namens mijzelf Welkom bij de digitale vragenlijst van de Commissie Onderzoek naar Geweld in de Jeugdzorg. Wij zijn u zeer
Nadere informatieWaardebepaling tegen de zin van een van de twee opdrachtgevers gemeld.
Waardebepaling tegen de zin van een van de twee opdrachtgevers gemeld. Klaagster en haar partner gaan uit elkaar. In dat kader moet de gezamenlijke woning worden verkocht. Als na geruime tijd geen verkoop
Nadere informatieSAMENVATTING ADVIES. A, moeder van B, leerling VMBO klas 3kbad van het C te D, wonende te D, verzoeker, hierna te noemen klaagster
102472 SAMENVATTING Klacht tegen coördinator onderbouw met betrekking tot bejegening leerling VO Klaagster klaagt dat de coördinator onderbouw VMBO haar zoon zou hebben vernederd en emotioneel zou hebben
Nadere informatieKlachtencommissie Governance en Beloning MBO
UITSPRAAK NUMMER 2011-1 Inzake het klaagschrift d.d. 25 oktober 2010 ingediend door. wonende te Arnhem (verder te noemen: klager); tegen de Raad van Toezicht en het College van Bestuur van de Stichting
Nadere informatieTe hoge huurprijs vastgesteld? Summiere onderbouwing taxatierapport. Gebrek aan communicatie.
Te hoge huurprijs vastgesteld? Summiere onderbouwing taxatierapport. Gebrek aan communicatie. De huurster van een horecagelegenheid heeft een geschil met de verhuurder over de huursom. In dat kader wordt
Nadere informatie