Jaarrapport Zorggebruik Inzicht in (arbeidsrelevant) zorggebruik van zorgmedewerkers

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Jaarrapport Zorggebruik 2014. Inzicht in (arbeidsrelevant) zorggebruik van zorgmedewerkers"

Transcriptie

1 Jaarrapport Zorggebruik 2014 Inzicht in (arbeidsrelevant) zorggebruik van zorgmedewerkers

2 2 Jaarrapport Zorggebruik 2014 Inhoud Inleiding 3 1 Managementsamenvatting 5 2 Zorggebruik in de zorgsector 8 3 Zorggebruik in de zorgbranches 20 4 Zorggebruik en ziekteverzuim 36 5 Relatie zorggebruik en organisatieklimaat 38 6 Verantwoording 40

3 Jaarrapport Zorggebruik Inleiding De gezondheidszorg in Nederland staat op een hoog niveau en wordt geleverd door bijna 1 miljoen medewerkers in de zorg. Het verlenen van zorg trekt echter ook een wissel op de gezondheid van deze medewerkers zelf. Stichting IZZ heeft het zorggebruik van zorgmedewerkers met een collectieve IZZ Zorgverzekering geanalyseerd. Dit inzicht in het zorggebruik geeft zorgorganisaties aanknopingspunten voor het verbeteren van de arbeidsomstandigheden. En de gezondheid en inzetbaarheid van hun medewerkers, zodat zij het hoge niveau van zorg kunnen blijven verlenen. In het Jaarrapport Zorggebruik 2014 is het gebruik van fysiotherapie en psychische zorg geanalyseerd en maakt Stichting IZZ inzichtelijk wat de verschillen in gebruik zijn, over meerdere jaren. De analyses zijn uitgevoerd in vier branches: Ziekenhuizen (ZKH), Verpleegen Verzorgingshuizen en Thuiszorg (VVT), Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) en de Gehandicaptenzorg (GHZ). Voor zorgorganisaties is zorggebruik een indicator voor de psychische en fysieke arbeidsbelasting die medewerkers ervaren. Hoe meer belasting, hoe meer klachten, hoe groter de kans op verzuim en hoe meer zorggebruik. Daarom ontvangen zorgorganisaties bij voldoende medewerkers met een collectieve IZZ Zorgverzekering een organisatiespecifiek rapport. Hiermee kunnen zij het zorggebruik in hun organisatie vergelijken met het branchegemiddelde en eveneens met het verloop hiervan over meerdere jaren. Derhalve is inzicht in zorggebruik een instrument om de bewustwording rond fysieke en psychische arbeidsbelasting binnen zorgorganisaties te vergroten en het zorggebruik terug te dringen. In hoofdstuk 2 worden de verschillen in het gebruik van fysiotherapie en psychische zorg geanalyseerd. Hoofdstuk 3 licht de analyses toe van het gebruik van fysiotherapie en het gebruik psychische zorg. In hoofdstuk 4 wordt de correlatie tussen zorggebruik en ziekteverzuim beschreven. De relatie tussen zorggebruik en het organisatieklimaat komt aan bod in hoofdstuk 5. Hoofdstuk 6 bevat de verantwoording. Stichting IZZ is een collectief van werkgevers en werknemers in de zorg. Zij treedt op als belangenbehartiger namens haar leden: zorgmedewerkers met een collectieve IZZ Zorg - verzekering. Stichting IZZ maakt namens het collectief afspraken over de inhoud, premie en service van de collectieve IZZ Zorgverzekering met de uitvoerend zorgverzekeraar (Coöperatie VGZ). Hiernaast zet Stichting IZZ zich in voor gezond werken in de zorg. Zij doet hiervoor onderzoek, toetst praktijkoplossingen en meet het effect van investeringen in gezondheidsbeleid. Stichting IZZ werkt samen met sociale partners en zorgorganisaties en deelt haar inzichten en kennis rond gezond werken in de zorg.

4 4 Jaarrapport Zorggebruik 2014

5 Jaarrapport Zorggebruik Managementsamenvatting In dit Jaarrapport Zorggebruik is het gebruik van fysiotherapie en psychische zorg geanalyseerd en maakt Stichting IZZ inzichtelijk wat de verschillen in gebruik zijn. De analyses zijn uitgevoerd in vier branches: Ziekenhuizen (ZKH), Verpleeg- en Verzorgingshuizen en Thuiszorg (VVT), Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) en de Gehandicaptenzorg (GHZ). Gebruik fysiotherapie in de zorg gestegen In 2014 gebruikte bijna 30% van de zorgmedewerkers fysiotherapie. Na een daling van het aantal gebruikers in de afgelopen jaren is het aantal gebruikers in 2014 voor het eerst weer gestegen. Als we het fysiotherapiegebruik van 2014 vergelijken met 2013, is het aantal gebruikers gestegen van 28,0% naar 28,8%. Onder de groep vrouwen in de leeftijdscategorie onder 25 jaar is deze stijging (20,1%) het grootst. Bij alle vier de branches ZKH, VVT, GGZ en GHZ die zijn geanalyseerd, zien we een stijging van het aantal fysiotherapiegebruikers. Net als in andere jaren doet de branche ZKH het relatief het best met 26,4% gebruikers. De branche VVT scoort net als in 2013 het slechtst met 32,0% gebruikers, op de voet gevolgd door de branche GHZ met 31,5%. Gemiddeld aantal fysiotherapiebehandelingen blijft stabiel Het gemiddeld aantal fysiotherapiebehandelingen per gebruiker in de zorgsector is 13,6 per jaar. Na de stijging van het gemiddeld aantal behandelingen in 2013, zien we in 2014 een kleine daling. Het gemiddeld aantal behandelingen per gebruiker daalde in 2013 van 13,7 naar 13,6 in Medewerkers uit de branche GGZ worden met gemiddeld 12,8 behandelingen het kortst behandeld. In de branche VVT ligt het gemiddeld aantal behandelingen met 14,5 het hoogst. De grootste daling ten opzichte van 2013 zien we in de branche GHZ. Hier daalt het gemiddeld aantal behandelingen met 0,3 naar 13,9 behandelingen per gebruiker. Branche Organisatie % Gebruikers ZKH Westfriesgasthuis 17,5% VVT Zorggroep Oude en Nieuwe Land 24,6% GGZ Verslavingszorg Noord Nederland 18,1% GHZ Raphaëlstichting 23,3% TABEL 1 Best scorende zorgorganisatie in fysiotherapiegebruik per branche Grote kostenverschillen in fysiotherapiegebruik tussen zorgorganisaties De verschillen in kosten van het gebruik van fysiotherapie tussen organisaties - omgerekend naar de gemiddelde kosten per medewerkers - zijn groot. Per medewerkers liggen de zorgkosten voor fysiotherapie in de branche VVT hoger dan in de branche GGZ. Over de hele linie zijn de kosten per medewerkers voor fysiotherapie in vergelijking met 2013 gestegen. De grootste kostenstijging is er in de branche VVT met ca (5,2%). Branche ZKH VVT GGZ GHZ Zorgsector TABEL 2 Gemiddelde kosten fysiotherapie per medewerkers

6 6 Jaarrapport Zorggebruik 2014 Psychische zorg: stelselwijziging heeft effect op zorggebruik De stelselwijziging 1 in de psychische zorg per 1 januari 2014 zorgt voor een trendbreuk in zorggebruik met voorgaande jaren. Vanaf 2014 wordt de psychische zorg verleend door de combinatie huisarts, basis- of generalistische ggz en de gespecialiseerde ggz. Het vergelijken van het gebruik van psychische zorg met voorgaande jaren is hierdoor slechts gedeeltelijk mogelijk. Gebruik psychische zorg daalt naar ca. 1 op de 20 medewerkers In 2014 maakte ongeveer 1 op de 20 zorgmedewerkers (4,7%) gebruik van psychische zorg. Ten opzichte van 2013 (1 op de 18 zorgmedewerkers) is dit een daling. Het gebruik van psychische zorg onder medewerkers in de branche GHZ is met 6,0% gemiddeld het hoogst. Het percentage gebruikers in de branche VVT is in 2014 (5,0%) in vergelijking met 2013 (5,1%) nagenoeg gelijk, terwijl alle andere branches een daling laten zien. De branche ZKH heeft net als in 2013 het laagste percentage gebruikers (4,0%). In de branche GGZ is de daling van het percentage gebruikers in 2014 (4,6%) in vergelijking met 2013 (5,9%) met 1,3 procentpunt het grootst. Hiermee heeft de GGZ het op één na laagste percentage gebruikers van de vier branches en daalt het zorggebruik in de GGZ naar het sectorgemiddelde. Net als bij fysiotherapie zien we dat vrouwen gemiddeld vaker gebruikmaken van psychische zorg dan mannen. Naarmate de leeftijd vordert, neemt het percentage gebruikers van psychische zorg af. In vergelijking met 2013 zien we in 2014 dat het gebruik van psychische zorg in de leeftijdscategorie 25 tot 35 jaar het hardst daalt (20%) het gebruik van psychische zorg in de leeftijdsgroep 55 tot 65 jaar daalt het minst en blijft nagenoeg hetzelfde als in Branche Organisatie % Gebruikers ZKH Medisch Centrum Alkmaar 1,9% VVT Laurens 4,7% GGZ Pro Persona 3,2% GHZ Lunet zorg 3,4% TABEL 3 Best scorende zorgorganisatie in gebruik van psychische zorg per branche Grote verschillen in kosten gebruik psychische zorg tussen zorgorganisaties De kosten voor psychische zorg per medewerkers zijn in 2014 voor de hele zorgsector en alle branches sterk gedaald. De kosten daalden met 37%: van circa per medewerkers in 2013 naar circa in De sterkste daling deed zich voor in de branche GGZ waar de kosten per medewerkers met meer dan daalden. De branche GHZ heeft de hoogste kosten voor psychische zorg met gemiddeld per medewerkers. De kosten per gebruiker zijn in de GGZ met 870 verreweg het hoogst. Ten opzichte van 2013, betekent dit echter wel een daling met 276. De branche VVT kent de grootste daling van de kosten per gebruiker met 341. De kosten per gebruiker dalen in de VVT naar 542 en heeft de VTT de laagste kosten per gebruiker van alle branches. 1 Stelselwijziging ggz: invoering basis- en specialistische ggz en aangepaste rol van huisarts bij de behandeling van psychische klachten. Zie tevens hoofdstuk 2.

7 Jaarrapport Zorggebruik Relatie ziekteverzuim met zorggebruik De belangrijkste oorzaken van ziekteverzuim in de zorg zijn fysieke en psychische klachten. Fysiotherapie en psychische zorg zijn twee zorgsoorten die ingezet worden om deze klachten te verhelpen. In samenwerking met onderzoeksbureau Vernet is meer inzicht gekregen in het verband tussen zorggebruik en ziekteverzuim, te weten: Fysiotherapie hangt samen met kort én middellang verzuim. We weten dat organisaties met een hoger fysiotherapiegebruik ook een hoger middellang-verzuimpercentage hebben, maar we weten ook dat ze een lager kortverzuimpercentage hebben. Psychische zorg correleert met middellang en lang verzuim. Oftewel: organisaties met een hoger psychisch zorggebruik hebben ook een hoger middellang en lang verzuim. Organisaties met gemiddeld een hoog gebruik van psychische zorg hebben gemiddeld een hoge uitstroom van medewerkers. Er is geen verband tussen uitstroom van medewerkers en fysiotherapie. Gezond werken en een beter organisatieklimaat De verschillen in zorggebruik tussen zorgorganisaties en medewerkers zijn groot. Maar wat zijn nu belangrijke aanknopingspunten om de klachten van medewerkers te verminderen en om gezond werken in de zorg te bevorderen? Uit het vragenlijstonderzoek Gezond werken in de zorg van Stichting IZZ en Erasmus Universiteit Rotterdam blijkt dat het organisatieklimaat een belangrijke beïnvloedbare factor is. Het organisatieklimaat bestaat uit het beeld van medewerkers over de dagelijkse praktijken en procedures binnen een organisatie rond het thema gezond en veilig werken. De resultaten laten zien dat het organisatieklimaat indirect gerelateerd is aan het zorggebruik van de medewerkers via lichamelijke en geestelijke gezondheidsklachten. Specifieker betekent dit dat is gebleken dat medewerkers die het organisatieklimaat positiever beoordelen, ook minder problemen aan het bewegingsapparaat en emotionele uitputting ervaren. Deze klachten zijn vervolgens gerelateerd aan het gebruik van fysiotherapie en psychische zorg. Inzicht in zorggebruik De verschillen in zorggebruik tussen vergelijkbare zorgorganisaties zijn niet vanzelfsprekend. Omdat zorggebruik een indicator is van klachten en klachten samenhangen met de inzetbaarheid van medewerkers, is het voor zorgorganisaties relevant te weten hoe het zorggebruik ervoor staat om maatregelen te kunnen treffen. Voor Stichting IZZ zijn de verschillen tussen zorgorganisaties aanleiding om in te zoomen op individuele zorgorganisaties. Daarom ontvangen zorgorganisaties die voldoende medewerkers met een collectieve IZZ Zorgverzekering hebben om de privacy te waarborgen een organisatiespecifiek rapport. In dit rapport wordt de eigen zorgorganisatie afgezet tegen de benchmark van de zorgsector, de branche en de referentiegroep van zorgorganisaties uit dezelfde branche van vergelijkbare schaalgrootte.

8 8 Jaarrapport Zorggebruik Zorggebruik in de zorgsector Nederland telt ongeveer 1 miljoen medewerkers in de zorg. Ook zorgmedewerkers zelf maken gebruik van zorg. Met de schaalgrootte van ruim medewerkers met een collectieve IZZ Zorgverzekering beschikt Stichting IZZ over een uniek inzicht in het zorggebruik van deze groep. Dit rapport beschrijft in welke mate zorgmedewerkers gebruikmaken van de twee grootste arbeidsrelevante zorgsoorten: fysiotherapie en psychische zorg. Binnen de vier grote zorgbranches zijn bij nagenoeg alle organisaties medewerkers met een collectieve IZZ Zorgverzekering werkzaam. Dit betekent dat op organisatieniveau betrouwbare statistische toetsen uitgevoerd kunnen worden over het gebruik van fysiotherapie en psychische zorg. Met deze toetsen wordt duidelijk of aangenomen mag worden dat de gevonden verschillen en verbanden in zorggebruik al dan niet op toeval berusten. In hoofdstuk 6 is een beschrijving gegeven van het aantal en de verdeling van organisaties. 2.1 Fysiotherapie Gebruik fysiotherapie vergeleken Meer dan 1 op de 5 werkende Nederlanders (22%) 2 gebruikt fysiotherapie. In de zorgsector is dit ongeveer 30% (zie tabel 4). Bijna 40% hoger dan werkend Nederland. Binnen de zorgbranches en tussen vergelijkbare zorgorganisaties zijn er echter ook grote verschillen. Gegevens over het gebruik van fysiotherapie zijn gebaseerd op declaraties van reguliere fysiotherapie, oefentherapie cesar en mensendieck en manuele therapie. Percentage gebruikers Gemiddeld aantal behandelingen per gebruiker ZKH 26,4% 25,7% 32,0% 13,1 13,3 12,0 VVT 32,0% 31,0% 37,8% 14,5 14,5 13,4 GGZ 27,1% 26,6% 33,2% 12,8 12,8 11,9 GHZ 31,5% 30,5% 37,9% 13,9 14,2 12,6 Zorgsector (gemiddeld) 28,8% 28,0% 34,6% 13,6 13,7 12,5 Totaal werkend Nederland 22,0%* 21,2%* 22,8%* Niet beschikbaar *Bron: CBS TABEL 4 Gebruik fysiotherapie Een uitsplitsing naar de zorgbranches Ziekenhuizen (ZKH), Verpleeg- en Verzorgingshuizen en Thuiszorg (VVT), Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) en Gehandicaptenzorg (GHZ) laat zien dat er grote verschillen zijn tussen de branches. Zo is het gebruik van fysiotherapie het hoogst in de branches VVT (32,0%) en GHZ (31,5%). In de branches GGZ (27,1%) en ZKH (26,4%) wordt relatief het minst fysiotherapie gebruikt. In alle branches ligt het gebruik van fysiotherapie ruim boven het gemiddelde van werkend Nederland (22%). 2 Bron: Gezondheid en Zorg in Cijfers, CBS

9 Jaarrapport Zorggebruik De afgelopen jaren is het aantal gebruikers van fysiotherapie gedaald. Zo zagen we een daling van het percentage fysiotherapiegebruikers van 34,6% in 2012 naar 28,0% in Deze daling heeft zich in 2014 niet doorgezet. Integendeel, het percentage gebruikers fysiotherapie is in 2014 gestegen naar 28,8%. De grootste stijging (1 procentpunt) is te zien in de branches VVT en GHZ. Hoewel de branche ZKH een stijging laat zien, kent deze branche relatief net als in 2012 en 2013 het laagste percentage fysiotherapiegebruikers. ZKH ,4% 25,7% ,0% VVT ,0% 31,0% ,8% GGZ ,1% 26,6% ,2% GHZ ,5% 30,5% ,9% 0% 5 % 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% FIGUUR 1 Gebruik fysiotherapie - branche in , aantal gebruikers Gemiddeld aantal behandelingen Het gemiddeld aantal fysiotherapiebehandelingen per gebruiker in de zorgsector is ongeveer 13,6 per jaar. Dit is nagenoeg gelijk aan het gemiddeld aantal behandelingen in 2013 (13,7).Ook hier wijkt het beeld af van vorig jaar, toen er nog sprake was van een stijging. Medewerkers uit de branches GGZ (12,8) en ZKH (13,1) worden gemiddeld het kortst behandeld. In de branche VVT (14,5) ligt het gemiddeld aantal behandelingen het hoogst. De grootste daling van het gemiddeld aantal behandelingen zien we in de GHZ, daar daalt het aantal met 0,3 behandelingen per gebruiker naar 13,9.

10 10 Jaarrapport Zorggebruik 2014 ZKH ,1 13, ,0 VVT ,5 14, ,4 GGZ ,8 12, ,9 GHZ ,9 14, , FIGUUR 2 Gebruik fysiotherapie - branche in 2014 en 2013 en 2012, aantal behandelingen per gebruiker Kostenverschillen Vanuit het gebruik fysiotherapie (tabel 5) zijn de kostenverschillen per branche geanalyseerd. Op basis van de indicator kosten per medewerkers is zichtbaar gemaakt hoe groot het verschil in fysiotherapiegebruik is tussen medewerkers in de branches. Per medewerkers liggen de zorgkosten voor fysiotherapie in de branche VVT ruim hoger dan de branche GGZ. In alle branches stijgen de gemiddelde kosten per medewerkers in vergelijking met Dit is het gevolg van de stijging van het aantal gebruikers in deze branches en de tariefstijging. De grootste kostenstijging is er in de branche VVT met een stijging van 5,2%. In hoofdstuk 3 wordt een verdere verdieping in kostenverschillen per medewerkers per branche beschreven. Zorgkosten per medewerkers* ZKH VVT GGZ GHZ Zorgsector (gemiddeld) *Gemiddelde kosten per behandeling: 30 TABEL 5 Spreiding in kosten fysiotherapie per medewerkers

11 Jaarrapport Zorggebruik Verdeling chronisch en niet-chronisch gebruik van fysiotherapie In de analyse is ook gekeken naar de ontwikkeling in chronisch en niet-chronisch gebruik van fysiotherapie. Chronisch gebruik duidt op een intensievere en langdurigere behandeling en dit wordt voor een groot deel uit de basisverzekering vergoed. Voor de eerste 20 behandelingen van de chronische fysiotherapie kan men zich verzekeren via een aanvullende verzekering. Het niet-chronisch gebruik van fysiotherapie is voor vergoeding geheel afhankelijk van de aanvullende verzekering. In 2014 had bijna 90% van de zorgmedewerkers met een collectieve IZZ Zorgverzekering een aanvullende verzekering met ten minste 500 (ongeveer 16 behandelingen) dekking voor fysiotherapie. Van de zorgmedewerkers die in 2014 gebruikmaakten van fysiotherapie, had gemiddeld 8,2% chronische klachten. Dat is 1 procentpunt lager dan in Binnen alle branches is het chronisch gebruik gedaald. De grootste daling (1,4 procentpunt) deed zich voor de in de branche ZKH, terwijl de branche VVT een daling van slechts 0,4% procentpunt kende. NIET-CHRONISCH CHRONISCH ZKH ,8% 90,4% 8,2% 9,6% VVT ,4% 91,1% 8,6% 8,9% GGZ ,3% 91,1% 7,7% 8,9% GHZ ,0% 90,9% 8,0% 9,1% -100% 80% 60% 40% 20% 0% 20% 40% FIGUUR 3 Procentuele verdeling fysiotherapie chronisch en niet-chronisch in 2014 en 2013

12 12 Jaarrapport Zorggebruik Psychische zorg Stelselwijziging psychische zorg Per 1 januari 2014 is er een stelselwijziging doorgevoerd in de psychische zorg. Voor het Jaarrapport Zorggebruik van Stichting IZZ betekent dit een trendbreuk met voorgaande jaren, waardoor een vergelijking met het verleden feitelijk niet mogelijk is. Deze wijziging biedt wel mogelijkheden tot meer verdieping en betere duiding van het zorggebruik. Achtergrond 1e en 2e lijns psychische zorg wordt sinds 2014 verleend door de combinatie huisarts, basis- of generalistische ggz en de specialistische ggz. Deze wijziging is niet beperkt gebleven tot een naamsverandering. De bedoeling is dat een deel van de 2e lijns cliënten behandeld wordt in de basis-ggz. De specialistische ggz moet zich voornamelijk richten op de zeer complexe dossiers. Verder is een deel van de 1e lijns ggz overgeheveld naar de huisartspraktijk, met een uitvoerende rol voor de zogenaamde praktijkondersteuner GGZ (POH-GGZ). De huisarts blijft daarbij eindverantwoordelijk, om daarmee ook de relatie tussen psyche en somatiek te borgen. De huisarts verwijst indien nodig de patiënt naar de basis-ggz of specialistische ggz. De POH-GGZ is niet bevoegd om te verwijzen. In grote lijnen wordt een cliënt op basis van de volgende criteria behandeld: Huisarts/POH-GGZ: klachten buiten de DSM IV 3 -classificatie. Basis-ggz: lichte en matige, niet complexe stoornissen. Specialistische ggz: complexere en/of meer risicovolle stoornissen. De zorg voor mensen met lichte tot matige psychische aandoeningen valt onder de basis-ggz. Een behandeling binnen de basis-ggz kan bestaan uit gesprekken met bijvoorbeeld een psycholoog of psychotherapeut. Of een internetbehandeling (e-health). Bij zwaardere psychische problemen verwijst de huisarts, bedrijfsarts of jeugdarts door naar de specialistische ggz. Bijvoorbeeld bij ADHD of een angststoornis. Mensen met zware, ingewikkelde psychische aandoeningen worden nog vaak opgenomen in een psychiatrische instelling (ggz-instelling). Het streven is deze patiënten vaker dicht bij huis zorg te geven. Bijvoorbeeld begeleiding door een specialistische verpleegkundige in een polikliniek (ambulante zorg). De stelselwijziging geeft verschuivingen in het zorggebruik; dat blijkt al verderop in dit hoofdstuk. In 2020 moeten er een derde minder bedden in ggz-instellingen zijn dan in De zorg zal zich bewegen van specialistische naar de basis-ggz en van de basis-ggz naar de huisarts respectievelijk zelfzorg. Dit laatste mede onder invloed van e-health. Gebruik psychische zorg vergeleken De basis-ggz en specialistische ggz liggen qua (administratieve) werkwijze dichter bij elkaar dan in de 1e en 2e lijn het geval was. Zo wordt er gedeclareerd per afgesloten behandeltraject in plaats van per consult. Wel blijft de specialistische ggz gebruikmaken van DBC s. Per 1 januari 2014 is tevens het gebruik van de huisarts/poh-ggz inzichtelijker. Deze driedeling is leidend voor het Jaarrapport Zorggebruik De resultaten laten zien dat ca. 1 op de 20 zorgmedewerkers (4,7%) in 2014 gebruik heeft gemaakt van psychische zorg (zie tabel 6). Een vergelijking met werkend Nederland over dezelfde periode is niet mogelijk omdat vergelijkbare landelijke cijfers niet beschikbaar zijn. 3 Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, kortweg DSM (vertaling: diagnostisch en statistisch handboek voor psychische stoornissen ), is een Amerikaans handboek dat in de meeste landen als standaard in de psychiatrische diagnostiek dient.

13 Jaarrapport Zorggebruik Het gebruik van psychische zorg is onder medewerkers uit de branche GHZ (6,0%) gemiddeld het hoogst. In de branche GGZ (4,6%) is het gebruik van psychische zorg gemiddeld het op één na laagste. Opmerkelijk want de branche GGZ had voorgaande jaren, samen met de GHZ, altijd het hoogste percentage gebruikers van psychische zorg. Bovendien is, ten opzichte van 2013, de branche GGZ de branche waarbij het aantal gebruikers van psychische zorg het hardst daalde (1,3 procentpunt). Verder valt op dat het percentage gebruikers in de VVT (5,0%) in vergelijking tot 2013 nauwelijks is gedaald (0,1 procentpunt). Het gebruik van psychische zorg in de branche ZKH daalde naar 4,0% en is daarmee net als in 2013 het laagste van alle branches. Percentage gebruikers ZKH 4,0% 5,0% 6,2% VVT 5,0% 5,1% 6,1% GGZ 4,6% 5,9% 7,9% GHZ 6,0% 6,8% 7,9% Zorgsector (gemiddeld) 4,7% 5,5% 6,8% TABEL 6 Gebruik psychische zorg in ZKH ,0% ,0% ,2% VVT ,0% 5,1% ,1% GGZ ,6% ,9% ,9% GHZ ,0% ,8% ,9% 0% 1% 2% 3% 4% 5% 6% 7% 8% FIGUUR 4 Gebruik psychische zorg - branche in

14 14 Jaarrapport Zorggebruik 2014 Kostenverschillen Ook voor psychische zorg is gekeken naar de kostenverschillen per branche, op basis van de indicator zorgkosten per medewerkers. In 2014 is het gemiddelde van deze kosten voor alle branches sterk gedaald. De sterkste daling deed zich voor in de branches ZKH, GGZ en VVT, met een daling van ca. 40%. De kosten in de branche GHZ daalden het minst (25%), waardoor de GHZ in 2014 met per medewerkers de hoogste kosten voor psychische zorg heeft. De branche ZKH heeft met ca de laagste kosten voor psychische zorg per medewerkers. Op brancheniveau blijven er grote verschillen bestaan. De daling van de kosten per medewerkers voor psychische zorg wordt vooral verklaard doordat er in 2014 meer behandelingen in de huisartsenpraktijk (POH-GGZ) worden gedaan, in plaats van in de duurdere basis- en/of specialistische ggz. Er zijn minder doorverwijzingen. Het beoogde beleid lijkt daarmee te werken, in elk geval qua kosten. Zorgkosten per medewerkers Zorgkosten per gebruiker ZKH VVT GGZ GHZ Zorgsector (gemiddeld) TABEL 7 Spreiding in kosten psychologische zorg Als we naar de zorgkosten per gebruiker kijken, valt op dat de kosten per gebruiker in de GGZ - net als in het hoogst zijn. De kosten per gebruiker in de VVT dalen met 39% het hardst in 2014 ( 341 per gebruiker). Over de hele linie dalen de kosten per gebruiker met 27%, hetgeen past bij de constatering dat er minder doorverwijzing is naar de duurdere specialistische GGZ. In hoofdstuk 3 wordt een verdieping in kostenverschillen per medewerkers per branche beschreven. Verdeling huisarts-basis-specialistische gebruik van psychische zorg In de zorgsector vindt ruim 50% van het gebruik van psychische zorg plaats bij de huisarts/ POHGGZ. Dat is anderhalf maal zoveel als in het vorige jaar. Voor de basis- en specialistische ggz is het aandeel gebruikers drastisch afgenomen. Het aandeel specialistische ggz daalde met ongeveer de helft van 32% naar 17,0%. Zoals aangegeven zijn er minder doorverwijzingen. Bij de branche VVT is in 2014 het aandeel huisarts/poh-ggz net als in 2013 het hoogst: 59,3%. De branche GGZ heeft het laagste aandeel huisarts/poh-ggz en het hoogste aandeel bij de specialistische ggz. Dat verklaart ook waarom de branche GGZ de hoogste zorgkosten per gebruiker heeft. Zij maken vaker gebruik van de duurdere specialistische ggz.

15 Jaarrapport Zorggebruik HUISARTS/POH-GGZ BASIS-GGZ SPECIALISTISCHE GGZ ZKH ,6% 35,1% 15,3% ,1% 52,7% 28,2% VVT ,3% 27,1% 13,6% ,8% 44,0% 30,2% GGZ ,7% 31,9% 25,4% ,8% 44,2% 42,0% GHZ ,9% 31,1% 17,0% ,6% 46,6% 30,7% Zorgsector ,4% 31,6% 17,0% ,4% 47,7% 31,9% 0% 20% 40% 60% 80% 100% FIGUUR 5 Procentuele verdeling psychologische zorg huisarts/poh-ggz, basis-ggz en specialistische ggz in 2013 en 2014 Verdieping basis- en specialistische ggz Tot 2012 kregen patiënten vanuit het basispakket maximaal acht consulten bij een 1e lijns psycholoog vergoed. Vanaf 2012 tot 2014 werden er nog vijf consulten vergoed. Verder was er een eigen bijdrage à 20 per consult. Als dit niet genoeg was, werden patiënten doorverwezen naar de 2e lijn. Ook daar werd een eigen bijdrage doorbelast plus verrekening van het eigen risico; de hoogte was afhankelijk van het soort behandeling/therapie. Door de invoering van de nieuwe ggz-werkwijze wordt een aanzienlijk deel van de cliënten die voorheen in de 2e lijns ggz werden behandeld, nu in de basis-ggz geholpen. In de basis-ggz wordt gewerkt met vier typen behandeltrajecten, gerelateerd aan de zwaarte van de zorgvraag: Kort, Midden, Intensief en Chronisch. Dit laatste type komt sporadisch voor. Daarnaast gold er een transitievergoeding voor overgangsgevallen (alleen in 2014). Totaal vergoed bedrag Aantal consumerende verzekerden Gemiddelde vergoeding Kort Midden Intensief Chronisch Transitie Totaal TABEL 8 Verdieping gebruik basis-ggz 2014 In de specialistische ggz is onderscheid tussen intramurale en extramurale zorg. Tabel 9 geeft inzicht in hoe deze twee zich tot elkaar verhouden. Door de nieuwe indeling is een vergelijking met voorgaande jaren niet goed mogelijk en deze is daarom vervallen.

16 16 Jaarrapport Zorggebruik 2014 Totaal vergoed bedrag Aantal consumerende verzekerden Gemiddelde vergoeding Zonder verblijf Met verblijf Totaal TABEL 9 Verdieping gebruik specialistisch ggz Zorggebruik naar leeftijd en geslacht Naast eerder genoemde oorzaken ligt een mogelijke verklaring voor de verandering van het zorggebruik van de populatie zorgmedewerkers in de leeftijdsopbouw en het geslacht. De laatste jaren stijgt de gemiddelde leeftijd van zorgmedewerkers. De gemiddelde leeftijd, op basis van de representatieve populatie zorgmedewerkers met een collectieve IZZ Zorgverzekering, ligt op 47 jaar. In alle branches is de grootste groep medewerkers tussen de 45 en 55 jaar. De GHZ-branche heeft de jongste populatie zorgmedewerkers (gemiddelde leeftijd: 46,8). De VVT-branche heeft de oudste populatie zorgmedewerkers (gemiddelde leeftijd 49,6), zie figuur 6. GHZ 45% GGZ VVT ZKH 40% 35% 32,5% 33% 38,6% 34,5% 29,7% 30,3% 30% 25% 20% 19,3% 15,7% 15,9% 19,1% 19,6% 17,4% 21,7% 24,3% 24,4% 15% 10,3% 10% 5% 4,9% 1,9% 3,4% 3,4% 0% < FIGUUR 6 Leeftijdsopbouw zorgmedewerker met een collectieve IZZ Zorgverzekering per branche 4 Gebruik fysiotherapie zorgsector naar leeftijdsgroep en geslacht Het percentage medewerkers in de zorg dat gebruikmaakt van fysiotherapie, is geanalyseerd naar geslacht en leeftijd. Figuur 7 laat zien dat met het stijgen van de leeftijd het percentage gebruikers van fysiotherapie toeneemt. Omdat de gemiddelde leeftijd van IZZ verzekerde medewerkers toeneemt, neemt ook het gemiddelde zorggebruik fysiotherapie toe. 4 De leeftijdscategorieën zoals weergegeven correspondeert tot de grenswaarde 34,99. Ditzelfde geldt voor 35 45, 45 55, en is van toepassing op alle leeftijdsfiguren in dit rapport.

17 Jaarrapport Zorggebruik Dit verklaart ook mede de verschillen per branche: de branche ZKH heeft een relatief jonge(re) populatie medewerkers dan de andere branches en een lager fysiotherapiegebruik. Verder zien we in de zorgsector in tegenstelling tot vorig jaar een toename van het aantal fysiotherapiegebruikers. In de groep mannen en vrouwen in de leeftijdscategorie tot 25 jaar is de stijging (respectievelijk 20% en 20,1%) relatief het hoogst. Het percentage fysiotherapiegebruikers onder vrouwen ligt in alle leeftijdsklassen hoger dan bij mannen. In hoofdstuk 3 is een verdieping van deze analyse per branche opgenomen. Mannen Vrouwen 40% 35% 30% 34,0% 32,7% 25% 25,1% 27,9% 29,3% 20% 21,3% 22,3% 18,9% 15% 14,4% 15,2% 10% 5% 0% < FIGUUR 7 Gebruik fysiotherapie Zorgsector naar leeftijdsgroep en geslacht Gebruik psychische zorg zorgsector naar leeftijdsgroep en geslacht In deze analyse is alle psychische zorg huisarts/poh-ggz, basis- en specialistische ggz samengevoegd. Het percentage zorgmedewerkers dat gebruikmaakt van psychische zorg is geanalyseerd naar geslacht en leeftijd (figuur 8). In vergelijking met het gebruik van fysiotherapie waar het zorggebruik oploopt per leeftijdscategorie zien we bij psychische zorg een omgekeerd patroon. Het gebruik psychische zorg neemt af naarmate de leeftijd toeneemt. Omdat de gemiddelde leeftijd van IZZ verzekerde zorgmedewerkers aan het stijgen is, verklaart dat mede waarom het gebruik van psychische zorg daalt. Net als bij fysiotherapie zien we vrouwen gemiddeld vaker gebruikmaken van psychische zorg dan mannen. Zowel vrouwen als mannen in de leeftijdscategorie vanaf 25 tot 35 jaar maken het meest gebruik van psychische zorg. Wel zien we in 2014 een stijging van het gebruik van psychische zorg door de vrouwen in de hoogste leeftijdscategorie. In groep vanaf 55 tot 65 jaar is het aandeel psychische zorg ten opzichte van 2013 gestegen van 4,0% naar 4,1% in Dit in tegenstelling tot alle andere leeftijdsgroepen die een daling laten zien.

18 18 Jaarrapport Zorggebruik 2014 Mannen 7% 7,1% Vrouwen 6% 6,5% 5% 5,4% 5,4% 4,7% 4% 4,1% 4,0% 4,1% 3% 2% 3,2% 2,7% 1% 0% < FIGUUR 8 Gebruik psychische zorg naar leeftijdsgroep en geslacht Zorggebruik naar organisatiegrootte De verschillen in zorggebruik tussen individuele zorgorganisaties zijn groot. Uit analyses blijkt dat het gebruik van fysiotherapie en psychische zorg niet samenhangt met organisatiegrootte. Zorgorganisaties met relatief veel medewerkers hebben geen hoger percentage gebruikers van fysiotherapie of psychische zorg dan zorgorganisaties met minder medewerkers. Het verschil in spreiding tussen grote en kleine zorgorganisaties valt te verklaren uit het feit dat grote organisaties zich meer naar het gemiddelde in de branche begeven. In onderstaande spreidingsdiagrammen is te zien hoe het percentage gebruikers van fysiotherapie en psychische zorg zich verhoudt tot de organisatiegrootte (uitgedrukt in totaal aantal medewerkers). Hierbij staat ieder punt voor een individuele zorgorganisatie. In totaal zijn er 502 zorgorganisaties opgenomen in dit spreidingsdiagram (ZKH: 101, VVT: 223, GGZ: 78, GHZ: 100). De lijn geeft het gemiddelde percentage gebruikers van fysiotherapie respectievelijk psychische zorg weer.

19 Jaarrapport Zorggebruik GHZ GGZ VVT ZKH Gebruik fysiotherapie (percentage gebruikers) Gebruik fysiotherapie (percentage gebruikers) ZKH VVT GGZ GHZ 5000 Organisatiegrootte (aantal 2000 medewerkers) Organisatiegrootte (aantal medewerkers) ZKH VVT GGZ GHZ 5000 Gebruik psychische zorg (percentage gebruikers) Gebruik psychische zorg (percentage gebruikers) ZKH VVT ZKH GGZ VVT 0 GHZ GGZ 0 GHZ Organisatiegrootte (aantal 2000medewerkers) Organisatiegrootte (aantal medewerkers) 5000 FIGUUR 9 EN 10 Spreidingsdiagrammen zorggebruik naar organisatiegrootte

20 20 Jaarrapport Zorggebruik Zorggebruik in zorgbranches Om een helder beeld te krijgen van het zorggebruik in de verschillende zorgbranches, is per branche een kwadrantanalyse uitgevoerd. Voor iedere branche is weergegeven welk deel van de zorgorganisaties een relatief hoog of laag percentage gebruikers van fysiotherapie of psychische zorg heeft ten opzichte van de branchegemiddelden. Dit geeft inzicht in de spreiding van zorggebruik tussen zorgorganisaties. Alle branches zijn ingedeeld in twee referentiegroepen, waarbij het gemiddeld aantal medewerkers per organisatie in de branche de scheidslijn vormt. Van elke referentiegroep is de top 3 van zorgorganisaties met het laagste zorggebruik vermeld. Dit zijn zorgorganisaties die gunstiger dan het gemiddelde zorggebruik scoren. Tevens is voor elke branche het percentage gebruikers van fysiotherapie en psychische zorg weergegeven, uitgesplitst naar leeftijd en geslacht. Ten slotte is per branche een verdieping gemaakt van de nieuwe indeling rond psychische zorg. 3.1 Ziekenhuizen Verschillen in zorggebruik tussen ziekenhuizen Uit de sectorrapportage blijkt dat het zorggebruik binnen de branche ZKH relatief laag ligt in vergelijking tot andere zorgbranches: van de ziekenhuismedewerkers maakt 26,4% gebruik van fysiotherapie en 4,0% van psychische zorg. Figuur 11 toont aan dat de spreiding in zorggebruik tussen ziekenhuizen groot is. Vertaald naar kosten per medewerkers komt dit neer op een spreiding van bijna tot ruim aan fysiotherapiekosten per medewerkers per jaar. De gemiddelde kosten per medewerkers stegen in 2014 met 4,3%. Voor het gebruik van psychische zorg is het verschil tussen ziekenhuizen met een hoog en laag gebruik in verhouding nog groter. Het percentage gebruikers van psychische zorg per zorgorganisatie varieert zodanig dat de spreiding in zorgkosten oploopt van ruim tot ruim per medewerkers per jaar. Gebruik psychische zorg (percentage gebruikers) Gebruik psychische zorg (percentage gebruikers) Gebruik psychische zorg zorg (percentage gebruikers) Gebruik fysiotherapie (percentage gebruikers) Gebruik Referentiegroep fysiotherapie 1 (percentage : < medewerkers gebruikers) Referentiegroep 1 : < medewerkers Gebruik fysiotherapie (percentage gebruikers) Gebruik Referentiegroep fysiotherapie 2: (percentage medewerkers gebruikers) Referentiegroep 2: > medewerkers FIGUUR 11 Spreiding zorggebruik ZKH-branche/referentiegroep

21 Jaarrapport Zorggebruik Verschillen in zorggebruik ZKH < medewerkers en > medewerkers De spreidingsdiagrammen in figuur 11 zijn kwadrantanalyses van ziekenhuizen met meer of minder dan medewerkers. Elk punt (in totaal 101 ziekenhuizen) staat voor een individueel ziekenhuis. De lijnen geven het gemiddelde percentage gebruikers in de branche weer voor fysiotherapie of psychische zorg. Ziekenhuizen weergegeven door een groene stip hebben een percentage gebruikers dat zowel voor fysiotherapie als voor psychische zorg onder het branchegemiddelde ligt. Voor de ziekenhuizen in referentiegroep 1 met minder dan medewerkers bestaat deze groep uit 31,7% van het totaal aantal ziekenhuizen. Dit is een stijging van 1.2 procentpunt in vergelijking met Voor de ziekenhuizen in referentiegroep 2 met meer dan medewerkers bestaat deze groep uit 34,1% van het totaal aantal ziekenhuizen in deze referentiegroep. In 2013 was dit nog 30,8%. In het kwadrant rechtsboven staan met een rode stip de ziekenhuizen die boven het branchegemiddelde scoren op beide zorgsoorten. Dit geldt voor 1 op de 5 (20,3%) van de ziekenhuizen in referentiegroep 1 (2013: 18,6%). Meer dan 1 op de 3 (36,6%) ziekenhuizen in referentiegroep 2 hebben een hoger aantal gebruikers van fysiotherapie en psychische zorg dan het branchegemiddelde (2013: 30,8%). Voor bijna de helft van de ziekenhuizen in referentiegroep 1 is er ruimte voor verbetering op één van beide zorgsoorten, de oranje stippen. Zij scoren ofwel boven het branchegemiddelde op percentage fysiotherapiegebruikers (25,0%) ofwel boven het gemiddelde percentage gebruikers van psychische zorg (23,3%). In referentiegroep 2 is er bij 29,3% van de ziekenhuizen ruimte voor verbetering op één van de zorgsoorten. 19,5% (2013: 20,5%) van deze ziekenhuizen scoort boven het gemiddelde op percentage fysiotherapiegebruikers. 9,8% (2013: 17,9%) scoort boven het gemiddelde op gebruikers psychische zorg. Top 3 laag zorggebruik ZKH Voor de branche ZKH is in tabel 10 en 11 de top 3 van de ziekenhuizen weergegeven met het laagste aantal gebruikers van fysiotherapie en psychische zorg, verdeeld naar ziekenhuizen met een groter of kleiner aantal medewerkers. Percentage gebruikers fysiotherapie <2.000 Organisatie % Gebruikers Percentage gebruikers psychische zorg <2.000 Organisatie % Gebruikers Westfriesgasthuis 17,5% Refaja Ziekenhuis 19,5% Havenziekenhuis 21,3% - Branchegemiddelde 5 26,4% - Branchegemiddelde organisaties <2.000 medewerkers: 26,6% Stichting Slingeland Ziekenhuis 4,5% Laurentius Ziekenhuis 4,7% Spaarne Ziekenhuis 5,0% - Branchegemiddelde 4,0% - Branchegemiddelde organisaties <2.000 medewerkers: 4,3% TABEL 10 Top 3 zorgorganisaties met het laagste percentage zorggebruik, categorie ziekenhuizen < medewerkers 5 NB. Het branchegemiddelde wordt bepaald over alle zorgorganisaties (groot en klein) van een bepaalde branche (groot en klein).

22 22 Jaarrapport Zorggebruik 2014 Percentage gebruikers fysiotherapie >2.000 Organisatie % Gebruikers Percentage gebruikers psychische zorg >2.000 Organisatie % Gebruikers Zorggroep Noorderbreedte 21,2% Martini Ziekenhuis 22,0% HagaZiekenhuis 22,3% - Branchegemiddelde 26,4% - Branchegemiddelde organisaties >2000 medewerkers: 26,0% MC Alkmaar 1,9% Maxima Medisch Centrum 3,0% Gelre Ziekenhuizen 3,4% - Branchegemiddelde 4,0% - Branchegemiddelde organisaties >2.000 medewerkers: 3,9% TABEL 11 Top 3 zorgorganisaties met het laagste percentage zorggebruik, categorie ziekenhuizen > medewerkers Verschillen gebruik fysiotherapie en psychische zorg naar leeftijd en geslacht ZKH Figuur 12 geeft een beeld van het percentage gebruikers van fysiotherapie werkzaam in de branche ZKH, verdeeld naar leeftijd en geslacht. Mannen 35% Vrouwen 30% 31,9% 30,3% 25% 26,1% 27,8% 20% 22,4% 15% 15,8% 18,6% 18,4% 10% 12,9% 11,3% 5% 0% < FIGUUR 12 Fysiotherapie percentage gebruikers ZKH naar leeftijd en geslacht Bij vrouwen is een stijging van het percentage fysiotherapie gebruikers te zien bij de jongste groepen. De groep jonger dan 25 jaar kent een stijging van 17,3% naar 22,4% in Bij de groep vanaf 25 tot 35 jaar is er een stijging van 1,7 procentpunt. De hogere leeftijdsgroepen bij de vrouwen zijn vrijwel onveranderd. Het percentage mannen dat fysiotherapie gebruikt is in vergelijking met 2013, licht gestegen. Net als bij de vrouwen stijgt bij de mannen het zorggebruik van fysiotherapie het hardst in de leeftijdsgroep tot en met 25 jaar.

23 Jaarrapport Zorggebruik Figuur 13 geeft een beeld van het percentage gebruikers van psychische zorg, verdeeld naar leeftijd en geslacht. In alle leeftijdsgroepen is het percentage gebruikers gedaald. Bij vrouwen in de groep vanaf 25 tot 35 jaar is de daling met 1,7% procentpunt het sterkst. Bij de vrouwen is de daling van het gebruik van psychische zorg het kleinst in de groep 55 tot 65 jaar. Bij mannen is de daling het kleinst in de leeftijdsgroep tot 25 jaar. In de leeftijdsgroep 35 tot 45 jaar, nam het gebruik van psychische zorg het meest af (1,2 procentpunt). Mannen 6% Vrouwen 5% 4,7% 5,1% 4,9% 4% 4,2% 3% 3,5% 3,2% 2,9% 2,8% 2,6% 3,6% 2% 1% 0% < FIGUUR 13 Psychische zorg percentage gebruikers ZKH naar leeftijd en geslacht Verdieping psychische zorg ZKH Door de stelselwijzigingen in de ggz in 2014 zijn er alleen gegevens voor de nieuwe prestaties basis- en specialistische ggz. De tabellen 12 en 13 geven een beeld van het aandeel gebruikers in de sector. Prestatie Aantal gebruikers Aandeel sector Kort % Midden % Intensief % Chronisch 1 11% Transitie % TABEL 12 Gebruik basis-ggz

24 24 Jaarrapport Zorggebruik 2014 ZKH heeft relatief een hoog aandeel qua aantal gebruikers bij alle prestaties basis-ggz. Prestatie Aantal consumerende verzekerderen Aandeel sector Zonder verblijf % Met verblijf 20 27% TABEL 13 Specialistische ggz in ZKH 3.2 VVT Verschillen in zorggebruik tussen VVT-organisaties De zorggebruik analyse van de sector in hoofdstuk 2 laat zien dat in 2014 gemiddeld 32% van de medewerkers in de branche VVT gebruikmaakt van fysiotherapie en 5% van psychische zorg. Voor fysiotherapie betekent dit een stijging van 3,2% ten opzichte van De branche VVT kent daarmee het hoogste percentage fysiotherapiegebruikers van de vier zorgbranches. De spreiding tussen VVT-organisaties naar fysiotherapiekosten per medewerkers, vertaald naar concrete bedragen is een spreiding die uiteenloopt van tot per jaar. Voor psychische zorg varieert de spreiding tussen de organisaties met de hoogste en laagste zorgkosten tussen en per medewerkers Gebruik psychische zorg (percentage gebruikers) Gebruik psychische zorg (percentage gebruikers) Gebruik Gebruik psychische psychische zorg zorg (percentage (percentage gebruikers) gebruikers) Gebruiker fysiotherapie (percentage gebruikers) Gebruiker Referentiegroep fysiotherapie 1: (percentage < medewerkers gebruikers) Referentiegroep 1: < medewerkers Gebruik fysiotherapie (percentage gebruikers) Gebruik Referentiegroep fysiotherapie 2: (percentage > medewerkers gebruikers) Referentiegroep 2: > medewerkers FIGUUR 14 Spreiding zorggebruik VVT-branche/referentiegroep Verschillen in zorggebruik VVT < medewerkers en > medewerkers De spreidingsdiagrammen in figuur 14 zijn kwadrantanalyses van de branche VVT met meer of minder dan medewerkers, het gemiddeld aantal medewerkers per VVT-organisatie. Ieder punt staat voor een individuele VVT-organisatie (in totaal 251 VVT-organisaties). De lijnen geven het gemiddelde percentage gebruikers in de branche weer voor fysiotherapie of psychische zorg. VVT-organisaties weergegeven door een groene stip hebben een percentage gebruikers dat zowel voor fysiotherapie als voor psychische zorg onder het branchegemiddelde ligt. Voor de VVT-organisaties in referentiegroep 1 bestaat deze groep uit 29,1% van het totaal aantal zorgorganisaties in de referentiegroep. Voor de zorgorganisaties in referentiegroep 2 bestaat deze groep uit 32,1% van het totaal aantal VVT-organisaties in deze groep.

25 Jaarrapport Zorggebruik In het kwadrant rechtsboven staan met een rode stip de VVT-organisaties die boven het branchegemiddelde scoren op beide zorgsoorten. In referentiegroep 1 bevindt zich 21,4% van de VVTorganisaties in deze groep, in referentiegroep 2 is dit 27,4% van de VVT-organisaties. In bijna de helft (49,6%) van de VVT-organisaties met minder dan medewerkers, referentiegroep 1, is er ruimte voor verbetering op één van beide zorgsoorten. Zij scoren ofwel boven het gemiddelde op percentage fysiotherapiegebruikers (28,2%, 2013: 26,3%) ofwel boven het branchegemiddelde op percentage gebruikers van psychische zorg (21,4%, 2013: 22%). In referentiegroep 2 (>1.000 medewerkers) scoren meer dan 2 op de 5 VVT-organisaties boven het gemiddelde op percentage fysiotherapiegebruikers (18,9%, 2013: 25,5%) ofwel boven het gemiddelde percentage gebruikers psychische zorg (21,7%, 2013: 24,5%). Top 3 laag zorggebruik VVT In de branche VVT ziet de top 3 van organisaties met het laagste percentage gebruikers van fysiotherapie en psychische zorg, verdeeld naar VVT-organisaties met meer of minder dan medewerkers, er als volgt uit: Percentage gebruikers fysiotherapie <1.000 Organisatie % Gebruikers Stichting Zorgcentra Rivierenland 25,8% Surplus Zorg 26,7% Mosae Zorggroep 27,4% - Branchegemiddelde 32,0% - Branchegemiddelde organisaties <1.000 medewerkers: 31,8% TABEL 14 Top 3 zorgorganisaties met het laagste percentage gebruikers, categorie VVT < medewerkers De top 3 van het percentage gebruikers van psychische zorg in VVT-organisaties met minder dan medewerkers wordt vanwege privacyaspecten niet gepubliceerd. Percentage gebruikers fysiotherapie >1.000 Organisatie % Gebruikers Zorggroep Oude en Nieuwe Land 24,6% ZINN 25,3% Saffier De Residentie Groep 25,6% - Branchegemiddelde 32,0% - Branchegemiddelde organisaties >1.000 medewerkers: 32,0% Percentage gebruikers psychische zorg >1.000 Organisatie % Gebruikers Stichting Laurens 4,7% Stichting de Wever 4,8% Aafje 4,8% - Branchegemiddelde 5,0% - Branchegemiddelde organisaties >1.000 medewerkers: 5,0% TABEL 15 Top 3 zorgorganisaties met het laagste percentage gebruikers, categorie VVT >1.000 medewerkers

26 26 Jaarrapport Zorggebruik 2014 Verschillen gebruik fysiotherapie en psychische zorg naar leeftijd en geslacht VVT Figuur 15 geeft een beeld van het percentage gebruikers van fysiotherapie werkzaam in de branche VVT, verdeeld naar leeftijd en geslacht. Het aantal mensen in de branche VVT dat gebruikmaakt van fysiotherapie, is in 2014 met 1 procentpunt toegenomen. Dit stijging wordt veroorzaakt door toename van mannelijke gebruikers vanaf 35 tot 45 jaar en vanaf 45 tot 55 jaar en bij vrouwen is een stijging te zien bij de leeftijdscategorie tot 25 jaar van 4,5 procentpunt. Mannen 40% Vrouwen 35% 35,9% 34,6% 30% 32,0% 25% 28,3% 28,9% 20% 21,9% 23,5% 24,2% 15% 15,8% 10% 11,0% 5% 0% < FIGUUR 15 Fysiotherapie percentage gebruikers VVT naar leeftijd en geslacht Figuur 16 laat het percentage gebruikers van psychische zorg verdeeld naar leeftijd en geslacht zien. In 2014 zien we vooral bij de vrouwen tot 25 jaar een stijging (1,6 procentpunt) en bij de groep 55 tot 65 jaar (0,8 procentpunt). Bij de leeftijdsgroep vanaf 35 tot 45 jaar zien we een sterke daling van 1,2 procentpunt van het gebruik van psychische zorg.

27 Jaarrapport Zorggebruik Mannen 9% Vrouwen 8% 8,4% 7% 7,7% 6% 6,6% 5% 5,3% 5,0% 4% 4,5% 3% 2% 3,8% 3,1% 2,6% 1% 1,7% 0% < FIGUUR 16 Psychische zorg percentage gebruikers VVT naar leeftijd en geslacht Mannen jonger dan 25 jaar vormen de buitenbeentjes, omdat deze groep in de branche VVT het laagste percentage gebruikers psychische zorg (1,7%) kent van alle branches. In vergelijking met 2013 laat deze groep ook de grootste daling van het gebruik van psychische zorg onder mannen zien van alle branches. Verdieping psychische zorg VVT Door de stelselwijzigingen in de ggz in 2014 zijn er alleen gegevens voor de nieuwe prestaties basis- en specialistische ggz. De tabellen 16 en 17 geven een beeld van het aandeel gebruikers in de sector. Prestatie Aantal consumerende verzekerden Aandeel sector Kort % Midden % Intensief % Chronisch 4 44% Transitie % TABEL 16 Basis psychische zorg Prestatie Aantal consumerende verzekerden Aandeel sector Zonder verblijf % Met verblijf 17 23% TABEL 17 Specialistische psychische zorg VVT

28 28 Jaarrapport Zorggebruik GGZ Verschillen in zorggebruik tussen GGZ-organisaties Van de medewerkers binnen de branche GGZ maakt 27,1% gebruik van fysiotherapie en 4,6% van psychische zorg. Wat betreft het percentage gebruikers van fysiotherapie is de spreiding tussen GGZ-organisaties het laagst van alle branches. De spreiding, vertaald naar zorgkosten per medewerkers per jaar, ligt voor fysiotherapie tussen en Voor psychische zorg is de spreiding groot: de zorgkosten voor de GGZ-organisaties met het laagste percentage gebruikers liggen gemiddeld op per medewerkers per jaar, terwijl deze kosten voor de GGZ-organisaties met het hoogste percentage gebruikers bedragen. Hiermee is de spreiding van psychische zorg in de GGZ na de GHZ het een na hoogst van alle branches Gebruik psychische zorg (percentage gebruikers) Gebruik psychische zorg (percentage gebruikers) Gebruik Gebruik psychische psychische zorg zorg (percentage (percentage gebruikers) gebruikers) Gebruik Gebruik fysiotherapie fysiotherapie (percentage (percentage gebruikers) gebruikers) Referentiegroep Referentiegroep 1: < 1: 500 < 500 medewerkers medewerkers Gebruik fysiotherapie (percentage gebruikers) Referentiegroep 2: 2: > 500 medewerkers FIGUUR 17 Spreiding Zorggebruik GGZ-branche/referentiegroep Verschillen in zorggebruik GGZ < 500 medewerkers en > 500 medewerkers De spreidingsdiagrammen in figuur 17 zijn kwadrantanalyses van de branche GGZ met meer of minder dan 500 medewerkers, het gemiddeld aantal medewerkers per GGZ-organisatie. Elke punt staat voor een individuele GGZ-organisatie (in totaal 81 GGZ-organisaties). De lijnen geven het gemiddelde percentage gebruikers in de branche weer voor fysiotherapie of psychische zorg. GGZ-organisaties weergegeven door een groene stip hebben een percentage gebruikers dat zowel voor fysiotherapie als voor psychische zorg onder het branchegemiddelde ligt. Voor de GGZ-organisaties in referentiegroep 1 bestaat deze groep uit 41,9% (2013: 34,5%) van het totaal aantal GGZ-organisaties in de referentiegroep. Voor de GGZ-organisaties in referentiegroep 2 bestaat deze groep uit 31,3% (2013, 33,3%) van het totaal aantal GGZ-organisatie in de referentiegroep. In het kwadrant rechtsboven staan met een rode stip de GGZ-organisaties die boven het branchegemiddelde scoren op beide zorgsoorten. In referentiegroep 1 bevindt zich ongeveer 1 op de 3 GGZ-organisaties in deze groep (29,0%, 2013: 17,2%). In referentiegroep 2 is dit meer dan een kwart (27,1%, 2013: 35,4%) van de GGZ-organisaties. Voor deze groepen is er ruimte voor verbetering bij zowel het gebruik fysiotherapie als het gebruik psychische zorg.

Jaarrapport Zorggebruik 2013. Managementsamenvatting. Inzicht in (arbeidsrelevant) zorggebruik van zorgmedewerkers

Jaarrapport Zorggebruik 2013. Managementsamenvatting. Inzicht in (arbeidsrelevant) zorggebruik van zorgmedewerkers Jaarrapport Zorggebruik 2013 Managementsamenvatting Inzicht in (arbeidsrelevant) zorggebruik van zorgmedewerkers 2 Jaarrapport Zorggebruik 2013 Managementsamenvatting In dit Jaarrapport Zorggebruik is

Nadere informatie

Jaarrapport Zorggebruik Inzicht in (arbeidsrelevant) zorggebruik van zorgmedewerkers

Jaarrapport Zorggebruik Inzicht in (arbeidsrelevant) zorggebruik van zorgmedewerkers Jaarrapport Zorggebruik 2015 Inzicht in (arbeidsrelevant) zorggebruik van zorgmedewerkers 2 Jaarrapport Zorggebruik 2015 Inhoud Inleiding 3 1 Managementsamenvatting 6 2 Zorggebruik in de zorgsector 10

Nadere informatie

Jaarrapport zorggebruik Arbeidsrelevante zorg voor zorgmedewerkers

Jaarrapport zorggebruik Arbeidsrelevante zorg voor zorgmedewerkers Jaarrapport zorggebruik 2012 Arbeidsrelevante zorg voor zorgmedewerkers IZZ Jaarrapport Zorggebruik 2012 3 Inhoud 1 Samenvatting 5 2 Zorggebruik in de zorgsector 6 2.1 Fysiotherapie 6 2.2 Psychische zorg

Nadere informatie

SPECIAL. Zicht op zorggebruik van zorgmedewerkers. Grote verschillen tussen zorgorganisaties

SPECIAL. Zicht op zorggebruik van zorgmedewerkers. Grote verschillen tussen zorgorganisaties HÉT MAGAZINE OVER GEZOND WERKEN IN DE ZORG 2 SPECIAL 2015 Zicht op zorggebruik van zorgmedewerkers Grote verschillen tussen zorgorganisaties 2 INZICHT SPECIAL 2-2015 ZORGGEBRUIK INHOUD LAAG ZORGVERBRUIK,

Nadere informatie

Consulten bij de huisarts en de POH-GGZ in verband met psychosociale problematiek. Een analyse van NIVEL Zorgregistraties gegevens van 2010-2014

Consulten bij de huisarts en de POH-GGZ in verband met psychosociale problematiek. Een analyse van NIVEL Zorgregistraties gegevens van 2010-2014 Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Magnée, T., Beurs, D.P. de, Verhaak. P.F.M. Consulten bij de huisarts en de POH-GGZ in verband met psychosociale problematiek.

Nadere informatie

Psychische en sociale problematiek in de huisartsenpraktijk in de periode

Psychische en sociale problematiek in de huisartsenpraktijk in de periode Psychische en sociale problematiek in de huisartsenpraktijk in de periode 2011 2017 Psychische en sociale problematiek in de huisartsenpraktijk in de periode 2011 2017 Derek de Beurs Annemarie Prins Mark

Nadere informatie

Jaarverslagenanalyse 2014 Accountantskosten zorgsector september 2015

Jaarverslagenanalyse 2014 Accountantskosten zorgsector september 2015 Jaarverslagenanalyse 2014 Accountantskosten zorgsector september 2015 Intrakoop, de inkoopcoöperatie van de zorg i.s.m. 1. Samenvatting 1.1 Inleiding Intrakoop heeft een analyse uitgevoerd op de accountantskosten

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld.

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld. Inhoudsopgave 1. Verzuim naar geslacht 2. Tijdreeks verzuimcijfers 3. Verzuim naar grootteklasse 4. Verzuim en meldingsfrequentie naar leeftijd 5. Combinatie verzuimpercentage en meldingsfrequentie 6.

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld.

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld. Inhoudsopgave 1. Tijdreeks verzuimcijfers 2. Verzuim naar geslacht 3. Verzuim naar grootteklasse 4. Verzuim en meldingsfrequentie naar leeftijd 5. Combinatie verzuimpercentage en meldingsfrequentie 6.

Nadere informatie

De Aanpak Organisatieklimaat: duurzamer inzetbaar door een continue dialoog!

De Aanpak Organisatieklimaat: duurzamer inzetbaar door een continue dialoog! Bo Geboortezorg Bo college 11 oktober 2018 De Aanpak Organisatieklimaat: duurzamer inzetbaar door een continue dialoog! Anouk ten Arve & Babette Bronkhorst Marc Spoek, Manager Gezond Werken in de Zorg

Nadere informatie

Psychische en sociale problematiek in de huisartsenpraktijk in de periode

Psychische en sociale problematiek in de huisartsenpraktijk in de periode Psychische en sociale problematiek in de huisartsenpraktijk in de periode 2011 2017 Psychische en sociale problematiek in de huisartsenpraktijk in de periode 2011 2017 Derek de Beurs Annemarie Prins Mark

Nadere informatie

resultaten Vacature-enquête

resultaten Vacature-enquête resultaten Vacature-enquête voorjaar 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Vacatures maart 2014 4 3. Vacatures per sector 5 4. Conclusies 11 Bijlage 1 Tabellen 12 Kenmerk: Project: 81110 Juni 2014 1. Inleiding

Nadere informatie

Gevolgen invoering Directe Toegankelijkheid Fysiotherapie

Gevolgen invoering Directe Toegankelijkheid Fysiotherapie Gevolgen invoering Directe Toegankelijkheid Fysiotherapie Project: 0468 In opdracht van: Zorgverzekeraars Nederland Auteur: Philip Mokveld/Marieke Smit Datum: 23 mei 2007 Vektis BV Sparrenheuvel 18 3708

Nadere informatie

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) geldig vanaf 1 januari 2017 575.774.000.000.1650 Pagina 1 van 9 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE...2 Reglement GGZ 2017...3 1.1. Het Reglement Geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

GGZ in de Zorgverzekeringswet. tabellen over de jaren

GGZ in de Zorgverzekeringswet. tabellen over de jaren tabellen over de jaren 8- Inhoudsopgave Introductie Gemiddeld aantal behandelingen per patiënt, 8 Gebruik ggz naar leeftijd en geslacht, Patiënten in behandeling per circuit, 8 Doorstroming per circuit,

Nadere informatie

SPECIAL. Zicht op zorggebruik van zorgmedewerkers. Grote verschillen tussen zorgorganisaties

SPECIAL. Zicht op zorggebruik van zorgmedewerkers. Grote verschillen tussen zorgorganisaties HÉT MAGAZINE OVER GEZOND WERKEN IN DE ZORG 2 SPECIAL 2015 Zicht op zorggebruik van zorgmedewerkers Grote verschillen tussen zorgorganisaties 2 INZICHT SPECIAL 2-2015 ZORGGEBRUIK INHOUD LAAG ZORGVERBRUIK,

Nadere informatie

Vernet Health Ranking. Verzuim in de branche. Ontwikkeling van verzuim. Gemiva-SVG Groep. Vernet-ID Gehandicaptenzorg

Vernet Health Ranking. Verzuim in de branche. Ontwikkeling van verzuim. Gemiva-SVG Groep. Vernet-ID Gehandicaptenzorg Naam Gemiva-SVG Groep Vernet-ID 641316 Gehandicaptenzorg Vernet Health Ranking Over 2013 is de Vernet Health Ranking(*) voor uw organisatie bepaald. Uw score in 2013 is 9,7. heeft een goede performance

Nadere informatie

Programma. Marinda Koopman

Programma. Marinda Koopman Programma Transitie: ADHD: EPA: Ton Dhondt Marinda Koopman Rene Keet Transitie, transformatie of over de schutting? Transitie, transformatie of over de Schutting? Overzicht kosten Kosten gezondheidszorg

Nadere informatie

6,5. Vernet Viewer Q Voorbeeldviewer. Vernet Health Ranking. Ontwikkeling van verzuim. Ontwikkeling van meldingsfrequentie

6,5. Vernet Viewer Q Voorbeeldviewer. Vernet Health Ranking. Ontwikkeling van verzuim. Ontwikkeling van meldingsfrequentie Voorbeeldviewer Vernet-ID 123456 Branche XYZ Regio PQR Vernet Health Ranking 6,5 De Vernet Health Ranking(*) over 2017 is bekend! In één cijfer kunt u zien waar uw binnen de staat op het gebied van verzuim

Nadere informatie

Gezond werken in de zorg Onderzoeksrapport. Onderzoek naar fysieke en psychosociale arbeidsbelasting onder zorgmedewerkers

Gezond werken in de zorg Onderzoeksrapport. Onderzoek naar fysieke en psychosociale arbeidsbelasting onder zorgmedewerkers 1 Onderzoeksrapport Gezond werken in de zorg Gezond werken in de zorg Onderzoeksrapport Onderzoek naar fysieke en psychosociale arbeidsbelasting onder zorgmedewerkers 2 Onderzoeksrapport Gezond werken

Nadere informatie

Aantal medewerkers West-Brabant

Aantal medewerkers West-Brabant Regio West-Brabant 1. Werkgelegenheid Zorg en Welzijn West-Brabant In dit katern volgt een overzicht van diverse arbeidsmarktfactoren in de sector zorg en welzijn in de regio West-Brabant. Waar mogelijk

Nadere informatie

Jaarverslagenanalyse 2017 Accountantskosten zorgsector

Jaarverslagenanalyse 2017 Accountantskosten zorgsector Jaarverslagenanalyse 2017 Accountantskosten zorgsector Oktober 2018 Intrakoop, inkoopcoöperatie van de zorg Marlyse-Research Auteur: drs. Mike Lankhorst 2/9 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Accountantskosten

Nadere informatie

De aanvullende verzekering speelt een grotere rol bij het overstappen in 2012. Stijging van het aantal overstappers zet door.

De aanvullende verzekering speelt een grotere rol bij het overstappen in 2012. Stijging van het aantal overstappers zet door. Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Margreet Reitsma- van Rooijen, Anne Brabers en Judith de Jong. De aanvullende verzekering speelt een grotere rol bij het

Nadere informatie

Jaarverslagenanalyse 2016 Accountantskosten zorgsector oktober 2016

Jaarverslagenanalyse 2016 Accountantskosten zorgsector oktober 2016 Jaarverslagenanalyse 2016 Accountantskosten zorgsector oktober 2016 Intrakoop, de inkoopcoöperatie van de zorg i.s.m. 1. Samenvatting 1.1 Inleiding Intrakoop heeft een analyse uitgevoerd op de accountantskosten

Nadere informatie

De psychische en sociale hulpvraag van volwassenen in de huisartsenpraktijk van

De psychische en sociale hulpvraag van volwassenen in de huisartsenpraktijk van Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Beurs, D. de, Magnée, T., Bakker, D. de, Verhaak, P. De psychische en sociale hulpvraag van volwassenen in de huisartsenpraktijk

Nadere informatie

Jaarverslagenanalyse 2015 Accountantskosten zorgsector september 2016

Jaarverslagenanalyse 2015 Accountantskosten zorgsector september 2016 Jaarverslagenanalyse 2015 kosten zorgsector september 2016 Intrakoop, de inkoopcoöperatie van de zorg i.s.m. 1. Samenvatting 1.1 Inleiding Intrakoop heeft een analyse uitgevoerd op de accountantskosten

Nadere informatie

Factsheet 1: Hulpvraag - aanbod vanwege psychische en sociale problematiek in de huisartspraktijk

Factsheet 1: Hulpvraag - aanbod vanwege psychische en sociale problematiek in de huisartspraktijk Factsheet 1: Hulpvraag - aanbod vanwege psychische en sociale problematiek in de huisartspraktijk 2011 2016 P.F.M. Verhaak M. Nielen D. de Beurs Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen

Nadere informatie

Reglement. Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Reglement. Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) geldig vanaf 1 januari 2019 575.774.000.000.1850 Pagina 1 van 9 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE...2 Reglement GGZ 2019...3 1.1. Het Reglement Geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

Eigen risico en afzien van zorg

Eigen risico en afzien van zorg Eigen risico en afzien van zorg Project: 14039 Eigen risico en afzien van zorg Onderwerp: Analyse naar signalen van afzien van zorg door verhoging van Auteurs: M.G.N. (Marnix) Romp, P.P.A.B. (Paul) Merkx

Nadere informatie

Benchmark 2012. Vitaliteitvoordezorg.nl. Gericht sturen op vitaliteit en inzetbaarheid van zorgmedewerkers

Benchmark 2012. Vitaliteitvoordezorg.nl. Gericht sturen op vitaliteit en inzetbaarheid van zorgmedewerkers voordezorg.nl Gericht sturen op vitaliteit en inzetbaarheid van zorgmedewerkers Benchmark 2012 Samenvatting onderzoek vitaliteit hoofdverzekerden IZZ 2 IZZ Samenvatting voordezorg.nl IZZ Samenvatting voordezorg.nl

Nadere informatie

Vrije keuze van zorgaanbieders van belang bij het kiezen van een polis Margreet Reitsma-van Rooijen, Anne E.M. Brabers en Judith D.

Vrije keuze van zorgaanbieders van belang bij het kiezen van een polis Margreet Reitsma-van Rooijen, Anne E.M. Brabers en Judith D. Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Reitsma-van Rooijen, M., Brabers, A.E.M., Jong, J.D. de. Vrije keuze van zorgaanbieders van belang bij het kiezen van een

Nadere informatie

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) geldig vanaf 1 januari 2016 575.774.000.000.1550 Pagina 1 van 10 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE...2 Reglement GGZ 2016...3 1.1. Het Reglement Geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

Reglement. Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Reglement. Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) geldig vanaf 1 januari 2018 575.774.000.000.1750 Pagina 1 van 10 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE...2 Reglement GGZ 2018...3 1.1. Het Reglement Geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld.

Inhoudsopgave. Alle verzuimgrootheden worden berekend exclusief zwangerschap, tenzij anders vermeld. Inhoudsopgave 1. Verzuim naar geslacht 2. Tijdreeks verzuimcijfers 3. Verzuim naar grootteklasse 4. Verzuim en meldingsfrequentie naar leeftijd 5. Combinatie verzuimpercentage en meldingsfrequentie 6.

Nadere informatie

Zorg voor de mantelzorger

Zorg voor de mantelzorger Zorg voor de mantelzorger Het geven van zorg aan je naasten is een taak van ons allen. Dat verwacht de overheid ook van ons. Maar voor zorgmedewerkers is mantelzorg verlenen een extra gezondheidsrisico.

Nadere informatie

Vernet Viewer Q Voorbeeldorganisatie

Vernet Viewer Q Voorbeeldorganisatie Voorbeeld Vernet-ID 498319 Branche Gehandicaptenzorg Regio Randstad Ontwikkeling van verzuim Het verzuim in de in het voortschrijdend jaar 2016-2 t/m 2017-1 is %. Dit is een stijging ten opzichte van dezelfde

Nadere informatie

Brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 29689 Herziening Zorgstelsel 31016 Ziekenhuiszorg Nr. 623 Brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 23 juni 2015 Hierbij

Nadere informatie

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Werken er nu meer of minder huisartsen dan 10 jaar geleden en werken zij nu meer of minder FTE? LF.J. van der Velden & R.S. Batenburg,

Nadere informatie

UITGAVENONTWIKKELING GEZONDHEIDSZORG 2011 Intrakoop

UITGAVENONTWIKKELING GEZONDHEIDSZORG 2011 Intrakoop UITGAVENONTWIKKELING GEZONDHEIDSZORG 2011 Intrakoop De inkoopcoöperatie van de zorg Datum : 2 augustus 2012 Auteurs : Intrakoop i.s.m. Marlyse-Research Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Bedrijfslasten... 3 2.1

Nadere informatie

Analyse van de inzet van de POH-GGZ in de huisartsenpraktijk over de periode

Analyse van de inzet van de POH-GGZ in de huisartsenpraktijk over de periode Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Beurs, D. de, Magnée, T., Bakker, D. de, Verhaak, P. Analyse van de inzet van de POH-GGZ in de huisartsenpraktijk over

Nadere informatie

Leeswijzer Psychiatrisch Casusregister tabellen

Leeswijzer Psychiatrisch Casusregister tabellen Leeswijzer Psychiatrisch Casusregister tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. De gegevens

Nadere informatie

Fysiotherapeutisch zorggebruik door patiënten met een chronische aandoening in de periode 2006-2009 Achtergrond

Fysiotherapeutisch zorggebruik door patiënten met een chronische aandoening in de periode 2006-2009 Achtergrond Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL De gegevens mogen met bronvermelding worden gebruikt (M.K. Kooijman, I.C.S. Swinkels, J.A. Barten, C Veenhof. Fysiotherapeutisch zorggebruik door patiënten met

Nadere informatie

7,4. Vernet Viewer Q Woonzorg Flevoland. Vernet Health Ranking. Ontwikkeling van verzuim. Ontwikkeling van meldingsfrequentie

7,4. Vernet Viewer Q Woonzorg Flevoland. Vernet Health Ranking. Ontwikkeling van verzuim. Ontwikkeling van meldingsfrequentie Woonzorg Flevoland Vernet-ID Branche Regio 472867 VVT Midden Vernet Health Ranking 7,4 De Vernet Health Ranking(*) over 2018 is bekend! De score van uw is 7,4. Daarmee presteert uw op meerdere verzuimonderdelen

Nadere informatie

4,4. Vernet Viewer Q Voorbeeldorganisatie. Vernet Health Ranking. Ontwikkeling van verzuim. Ontwikkeling van meldingsfrequentie

4,4. Vernet Viewer Q Voorbeeldorganisatie. Vernet Health Ranking. Ontwikkeling van verzuim. Ontwikkeling van meldingsfrequentie Voorbeeld Vernet-ID Branche Regio 123456 Voorbeeld Voorbeeldregio Vernet Health Ranking 4,4 De Vernet Health Ranking(*) over 2017 is bekend! In één cijfer kunt u zien waar uw binnen de staat op het gebied

Nadere informatie

Leeswijzer Achmea Health Database tabellen

Leeswijzer Achmea Health Database tabellen Leeswijzer Achmea Health Database tabellen In de volgende werkblad(en) staan tabellen behorend bij een bepaald thema. De tabellen zijn toegespitst op de door u opgevraagde leeftijdscategorie. De gegevens

Nadere informatie

Percentage wisselaars blijft gelijk. Premie net als in eerdere jaren de belangrijkste reden om te wisselen.

Percentage wisselaars blijft gelijk. Premie net als in eerdere jaren de belangrijkste reden om te wisselen. Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A. Brabers, A. Verleun, R. Hoefman en J. de Jong, Percentage wisselaars blijft gelijk. Premie net als in eerdere jaren

Nadere informatie

Verzekerdenmobiliteit en Keuzegedrag 2009

Verzekerdenmobiliteit en Keuzegedrag 2009 Verzekerdenmobiliteit en Keuzegedrag 2009 Er is rust op de zorgverzekeringsmarkt: 96,5% van de verzekerden blijft bij de huidige zorgverzekeraar en scherpt de polis aan Er is een stabiele mobiliteit van

Nadere informatie

Financiële Zorgthermometer - 2 e kwartaal

Financiële Zorgthermometer - 2 e kwartaal Financiële Zorgthermometer - 2 e kwartaal 2014 - Utrecht, juli 2014 Agenda Managementsamenvatting Generieke resultaten Sectorresultaten: Verpleging, verzorging en thuiszorg (VVT) Gehandicaptenzorg (GHZ)

Nadere informatie

Gebruik jeugdhulp in Drenthe: 2016 vergeleken met 2015

Gebruik jeugdhulp in Drenthe: 2016 vergeleken met 2015 Gebruik jeugdhulp in Drenthe: 2016 vergeleken met 2015 In 2015 is de jeugdhulp overgegaan naar de gemeenten. Om deze transitie goed te kunnen monitoren verstrekken gemeenten en jeugdhulp aanbieders gegevens

Nadere informatie

Rapportage BPV-plaatsen RBB 2011/2012

Rapportage BPV-plaatsen RBB 2011/2012 Rapportage BPV-plaatsen RBB Samenvatting In het schooljaar zijn in de regio ruim 2.100 BPV-plaatsen (BeroepsPraktijkVorming/stages) gematcht in de zorgsector door het RBB. Het gaat hier om de opleidingen

Nadere informatie

Analyse quick scan productie 2016

Analyse quick scan productie 2016 Analyse quick scan productie 2016 Publicatienummer 2016-405 Vormgeving omslag Case Communicatie, Ede Copyrights GGZ Nederland 2016 Overname van teksten is toegestaan met bronvermelding. Voorwoord In de

Nadere informatie

Trends in passend onderwijs

Trends in passend onderwijs DEFINITIEF Trends in passend onderwijs 2014-2017 DUO Informatieproducten Susan Borggreve, Daniël van Eck & Thijs Nielen 12 juni 2018 Inhoud 1 SAMENVATTING... 3 2 LEESWIJZER... 5 3 ONTWIKKELINGEN IN LEERLINGAANTALLEN...

Nadere informatie

Overzicht meest gestelde vragen

Overzicht meest gestelde vragen In deze toelichting staan de meest gestelde vragen verbonden aan de spiegelinformatie van coöperatie VGZ (cvgz). Aan het einde vindt u een weergave van de spiegelinformatie en een daarbij behorende toelichting.

Nadere informatie

Bijna 8% wisselt van zorgverzekeraar. Premie is de belangrijkste reden om te wisselen.

Bijna 8% wisselt van zorgverzekeraar. Premie is de belangrijkste reden om te wisselen. Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Margreet Reitsma-van Rooijen, Anne Brabers & Judith de Jong. Bijna 8% wisselt van zorgverzekeraar. Premie is de belangrijkste

Nadere informatie

Rendement op investeren in gezondheid

Rendement op investeren in gezondheid Rendement op investeren in gezondheid 26 Augustus 2015 Marc Spoek Stichting IZZ Stichting IZZ Collectiviteit van werknemers en werkgevers in de zorg Inkoper van IZZ zorgverzekering bij Zorgverzekeraar

Nadere informatie

Veranderingen in de GGZ 2014

Veranderingen in de GGZ 2014 Wijzigingen en aandachtspunten bij het inkoopproces Informatiebijeenkomst voor NIP leden Bas Wijffels Senior-beleidmedewerker Bekostiging NIP Onderwerpen van vanavond? Inhoudelijke veranderingen in de

Nadere informatie

VerzuimMonitor Sector Zorg Jaar 2005

VerzuimMonitor Sector Zorg Jaar 2005 VerzuimMonitor Sector Zorg Verzuimpercentage Sector Zorg Meldingsfrequentie Sector Zorg Gemiddelde duur Sector Zorg Aantal werknemers Sector Zorg De indeling voor de vijf regio s in de zorgsector NN :

Nadere informatie

Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 2017.

Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 2017. Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 07. CONTACTADRES NIVEL Dr. Anke J.E. de Veer Postbus 568 500 BN Utrecht

Nadere informatie

Fysiotherapeutisch en oefentherapeutisch zorggebruik door patiënten met een chronische aandoening in de periode

Fysiotherapeutisch en oefentherapeutisch zorggebruik door patiënten met een chronische aandoening in de periode Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (ICS Swinkels, CJ Leemrijse en C Veenhof. Fysiotherapeutisch en oefentherapeutisch zorggebruik door patiënten met een chronische

Nadere informatie

Rapportage Arbeidsmarkt Prestatie Kaart (APK)

Rapportage Arbeidsmarkt Prestatie Kaart (APK) Rapportage Arbeidsmarkt Prestatie Kaart (APK) Het in kaart brengen van de huidige personeelssamenstelling kan als een eerste stap worden gezien bij het opstellen van een strategisch personeelsplan. Analyses

Nadere informatie

FINANCIALS VVT-SECTOR. PCKwadraat december 2010

FINANCIALS VVT-SECTOR. PCKwadraat december 2010 FINANCIALS VVT-SECTOR PCKwadraat december 2010 1. Inleiding De analyse Financials verpleging, verzorging en thuiszorg (VVT) 2009 geeft inzicht in de financiële prestaties van 417 verpleeg-, verzorgingshuizen

Nadere informatie

Investeren in werkgeluk als business model

Investeren in werkgeluk als business model Investeren in werkgeluk als business model Zandvoort, 15 juni 2017 Visie op relatie medewerker - bedrijfsresultaat Gezondheid Succesvolle organisatie Bart van Opstal Client Consultant Health & Benefits

Nadere informatie

Kiezers en potentiële kiezers van 50PLUS

Kiezers en potentiële kiezers van 50PLUS Kiezers en potentiële kiezers van 50PLUS Versie 2013-2014 Tekstrapport Peil.nl/Maurice de Hond 1 Doelstelling en opzet van het onderzoek Het Wetenschappelijk Instituut van 50PLUS heeft ons in december

Nadere informatie

Samenvatting WijkWijzer 2017

Samenvatting WijkWijzer 2017 Samenvatting WijkWijzer 2017 Bevolking & wonen Inwoners Op 1 januari 2017 telt Utrecht 343.134 inwoners. Met 47.801 inwoners is Vleuten-De Meern de grootste wijk van Utrecht, gevolgd door de wijk Noordwest.

Nadere informatie

PERSONEEL IN VLAAMSE ZIEKENHUIZEN

PERSONEEL IN VLAAMSE ZIEKENHUIZEN / Archief cijfers PERSONEEL IN VLAAMSE ZIEKENHUIZEN Vlaams Gewest 2013 / 5.01.2016 5.01.2016 Personeel in Vlaamse Ziekenhuizen 1/20 GEPUBLICEERD OP: http://www.zorg-en-gezondheid.be/cijfers op januari

Nadere informatie

Meldingsfrequentie Sector Zorg 2009. Verzuimpercentage Sector Zorg 2009. Aantal werknemers Sector Zorg 2009. Gemiddelde duur Sector Zorg 2009

Meldingsfrequentie Sector Zorg 2009. Verzuimpercentage Sector Zorg 2009. Aantal werknemers Sector Zorg 2009. Gemiddelde duur Sector Zorg 2009 Verzuimpercentage Sector Zorg Meldingsfrequentie Sector Zorg Gemiddelde duur Sector Zorg Aantal werknemers Sector Zorg De indeling voor de vijf regio s in de zorgsector NN : Noord Nederland MN : Midden

Nadere informatie

Resultaten herbeoordeling WFZ-deelnemers 2014

Resultaten herbeoordeling WFZ-deelnemers 2014 Resultaten herbeoordeling WFZ-deelnemers 2014 Het gewogen gemiddelde exploitatieresultaat 2013 (uitgedrukt als percentage van de totale opbrengsten) is 1,8%. Dit is een daling ten opzichte van 2012 (2,3%).

Nadere informatie

AZW Nieuwsflits Update en highlights AZW StatLine en arbeidsmarktonderzoek

AZW Nieuwsflits Update en highlights AZW StatLine en arbeidsmarktonderzoek AZW Nieuwsflits Update en highlights AZW StatLine en arbeidsmarktonderzoek Juni 2019 Nieuw: de AZW Nieuwsflits Kwartaalupdates van data en onderzoek Het AZW programma ontsluit arbeidsmarktdata voor de

Nadere informatie

Belangrijkste conclusies. Respons. 1 Resultaten Zorg in het algemeen

Belangrijkste conclusies. Respons. 1 Resultaten Zorg in het algemeen Belangrijkste conclusies De meeste mensen (73) wenden zich met zorgvragen tot de huisarts. Internet is inmiddels ook een populaire vraagbaak geworden; 60 zoekt het antwoorden op zorgvragen op internet.

Nadere informatie

Uw verzekering in 2009. 100222-Bijsl SH Algemeen B27

Uw verzekering in 2009. 100222-Bijsl SH Algemeen B27 Stad Holland, een dijk van een zorgverzekeraar Uw verzekering in 2009 100222-Bijsl SH Algemeen B27 Inhoudsopgave De premies Uw verzekering in 2009 Het eigen risico Onze website 3 4 6 7 Revka 37 jaar Holland

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek Zorg en Gezondheid

Samenvatting onderzoek Zorg en Gezondheid Samenvatting onderzoek Zorg en Gezondheid Aanleiding en achtergrond van het onderzoek Goede gezondheidszorg wordt steeds belangrijker: ook in Nederland nemen problemen als overgewicht, diabetes en hartproblemen

Nadere informatie

Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1

Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1 Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1 Inleiding Hoe functioneren mensen en welke chronische aandoeningen hebben ze? Wat willen ze? Wat kunnen

Nadere informatie

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Peiling 1 januari 2014 D.T.P. Van Hassel R.J. Kenens 2 CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Peiling 1 januari 2014 D.T.P. van Hassel R.J. Kenens

Nadere informatie

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN (in de eerste lijn)

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN (in de eerste lijn) CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN (in de eerste lijn) Peiling 1 januari 2012 D.T.P. VAN HASSEL R.J. KENENS NOVEMBER 2013 CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN BEROEPEN IN DE GEZONDHEIDSZORG CIJFERS

Nadere informatie

Toelichting spiegelinformatie en behandelindex fysiotherapie. versie juli 2017

Toelichting spiegelinformatie en behandelindex fysiotherapie. versie juli 2017 Toelichting spiegelinformatie en behandelindex fysiotherapie versie 1.0 19 juli 2017 Uniformiteit berekening behandelindex en spiegelinformatie Eind 2015 hebben zorgverzekeraars het initiatief genomen

Nadere informatie

8% wisselt van zorgverzekeraar. Deel verzekerden lijkt steeds vaker inhoudelijke overwegingen mee te nemen bij keuze zorgverzekering.

8% wisselt van zorgverzekeraar. Deel verzekerden lijkt steeds vaker inhoudelijke overwegingen mee te nemen bij keuze zorgverzekering. Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (W. van der Schors, A.E.M. Brabers, & J.D. de Jong. 8% wisselt van zorgverzekeraar. Deel verzekerden lijkt steeds vaker

Nadere informatie

JAARVERSLAGEN ANALYSE 2010 Intrakoop

JAARVERSLAGEN ANALYSE 2010 Intrakoop JAARVERSLAGEN ANALYSE 2010 Intrakoop De inkoopcoöperatie van de zorg Datum : september 2011 Versie : 0.1 Auteurs : Intrakoop i.s.m. Marlyse-Research Inhoud 1. Resultatenrekening... 2 1.1 Personeelskosten

Nadere informatie

Verwijzen naar de GGZ. Wanneer verwijzen naar de Generalistische basis GGZ en Gespecialiseerde GGZ?

Verwijzen naar de GGZ. Wanneer verwijzen naar de Generalistische basis GGZ en Gespecialiseerde GGZ? Verwijzen naar de GGZ Wanneer verwijzen naar de Generalistische basis GGZ en Gespecialiseerde GGZ? Nieuwe structuur in de geestelijke gezondheidszorg Om de kwaliteit en de kostenbeheersing in de geestelijke

Nadere informatie

Percentage overstappers in 2005, 2006, 2007 en 2008 per leeftijdscategorie 4% 2% 4% 2%

Percentage overstappers in 2005, 2006, 2007 en 2008 per leeftijdscategorie 4% 2% 4% 2% Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Judith de Jong, Wisselen van zorgverzekeraar, NIVEL, 2008) worden gebruikt.u vindt dit factsheet en alle andere Aanvullende

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland Arbeidsgehandicapten in Nederland Ingrid Beckers In 2003 waren er in Nederland ruim 1,7 miljoen arbeidsgehandicapten; 15,8 procent van de 15 64-jarige bevolking. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

UWV Kennisverslag

UWV Kennisverslag UWV Kennisverslag 2018-4 Ed Berendsen Coen Akkerman Frank Schreuder INKOMSTENVERREKENING IN DE WW Wat is er door de Wet werk en zekerheid veranderd? Kenniscentrum UWV Maart 2018 Het UWV Kennisverslag is

Nadere informatie

Branche Viewer VVT Kwartaal Oude Braak PS Amsterdam (020) VERNET

Branche Viewer VVT Kwartaal Oude Braak PS Amsterdam (020) VERNET Branche Viewer Kwartaal Oude Braak 16 1012 PS Amsterdam (020) 422 97 71 info@vernet.nl www.vernet.nl VERNET Inhoudsopgave Voorwoord/analyse 3 1. Verzuimpercentage naar ziektejaar 4 2. Tijdreeks verzuimcijfers

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 12 maart 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 12 maart 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX Den Haag T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Achtergrondinformatie werkprocesonderzoek capaciteitsorgaan beroepen GG

Achtergrondinformatie werkprocesonderzoek capaciteitsorgaan beroepen GG Achtergrondinformatie werkprocesonderzoek capaciteitsorgaan beroepen GG Het capaciteitsorgaan heeft het CAOP gevraagd onderzoek te verrichten naar veranderingen in de inzet van de 5 beroepen Geestelijke

Nadere informatie

IMAGO ZORG CONSUMENTEN 2013

IMAGO ZORG CONSUMENTEN 2013 IMAGO ZORG CONSUMENTEN 2013 Wat vindt Nederland van de ziekenhuizen en de ziekenhuiszorg? Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen IMAGO ZORG CONSUMENTEN 2013 Wat vindt Nederland van de ziekenhuizen en

Nadere informatie

Factsheet ontwikkeling in- en uitstroom van personeel in Noord-Nederland

Factsheet ontwikkeling in- en uitstroom van personeel in Noord-Nederland Factsheet ontwikkeling in- en uitstroom van personeel in Noord-Nederland Juni 2018 Inleiding en samenvatting In deze factsheet, opgesteld door ZorgpleinNoord, staat de in- en uitstroom van personeel in

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-7013

BELEIDSREGEL BR/CU-7013 BELEIDSREGEL BR/CU-7013 Eerstelijns psychologische zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef, en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) geldig vanaf 1 januari 2015 575.774.000.000.1450 Pagina 1 van 13 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 2 Reglement GGZ 2015... 3 1.1. Het Reglement Geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

ZorgCijfers Monitor. Verblijfsduur in verpleging en verzorging niet korter in de Wet langdurige zorg. Van goede zorg verzekerd FEBRUARI 2018

ZorgCijfers Monitor. Verblijfsduur in verpleging en verzorging niet korter in de Wet langdurige zorg. Van goede zorg verzekerd FEBRUARI 2018 ZorgCijfers Monitor Verblijfsduur in verpleging en verzorging niet korter in de Wet langdurige zorg FEBRUARI 2018 Van goede zorg verzekerd Dit is een uitgave van Zorginstituut Nederland Postbus 320 1110

Nadere informatie

Monitor Generalistische Basis GGZ Periode: jan 2011 dec 2015

Monitor Generalistische Basis GGZ Periode: jan 2011 dec 2015 GEZONDHEIDSZORG Monitor Generalistische Basis Periode: jan 2011 dec 2015 In opdracht van het Ministerie van VWS Juni 2016 Juni 2016 Dit rapport is tot stand gekomen in samenwerking met Vektis. Dit rapport

Nadere informatie

Psychologen. Deskundig in ouderenzorg

Psychologen. Deskundig in ouderenzorg Psychologen Deskundig in ouderenzorg De psychologen van ZINN Gezondheidszorg Eén van de disciplines binnen ZINN Gezondheidszorg is het team psychologen. Zij zijn gespecialiseerd in het herkennen en behandelen

Nadere informatie

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Peiling 1 januari Hingstman, L. Kenens, R.J.

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Peiling 1 januari Hingstman, L. Kenens, R.J. CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Peiling 1 januari 2008 Hingstman, L. Kenens, R.J. oktober 2009 INLEIDING In 2002 is het NIVEL in opdracht van de toenmalige Vereniging Bewegingsleer Cesar

Nadere informatie

Branche Viewer Algemene Ziekenhuizen Kwartaal Oude Braak PS Amsterdam (020)

Branche Viewer Algemene Ziekenhuizen Kwartaal Oude Braak PS Amsterdam (020) Branche Viewer Kwartaal Oude Braak 16 1012 PS Amsterdam (020) 422 97 71 info@vernet.nl www.vernet.nl VERNET Inhoudsopgave Voorwoord/analyse 3 1. Verzuimpercentage naar ziektejaar 4 2. Tijdreeks verzuimcijfers

Nadere informatie

Regionale sectorplannen zorg voorlopige eindrapportage

Regionale sectorplannen zorg voorlopige eindrapportage Regionale sectorplannen zorg voorlopige eindrapportage maart 2017 Inhoudsopgave VOORWOORD... 2 1 REALISATIES... 3 1.1 De 7 maatregelen van de regionale sectorplannen zorg... 3 1.2 Realisatie... 4 2 KENMERKEN

Nadere informatie

Feiten en cijfers 2010 Branche Kinderopvang

Feiten en cijfers 2010 Branche Kinderopvang Feiten en cijfers 2010 Branche Kinderopvang Ieder jaar maakt FCB de zogenoemde factsheets. Deze bestaat uit cijfers over de branche in een bepaald jaar. De cijfers over 2010 worden met de ontwikkelingen

Nadere informatie

VOORBIJ DUURZAME INZETBAARHEID! Investeren in Inzetbaarheid loont! Official sponsor: Partners: WWW.OVERDI.NL/CONGRES #OVERDI

VOORBIJ DUURZAME INZETBAARHEID! Investeren in Inzetbaarheid loont! Official sponsor: Partners: WWW.OVERDI.NL/CONGRES #OVERDI VOORBIJ DUURZAME INZETBAARHEID! Investeren in Inzetbaarheid loont! Official sponsor: Partners: Introductie Wat is de invloed van externe ontwikkelingen? Wat kan ik beïnvloeden? Wat levert investeren in

Nadere informatie

Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013

Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013 Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013 Verschillende factoren bepalen het aantal arbeidsongevallen. Sommige van die factoren zijn meetbaar. Denken we daarbij

Nadere informatie

ZorgCijfers Monitor Op de drempel van het verpleeghuis

ZorgCijfers Monitor Op de drempel van het verpleeghuis ZorgCijfers Monitor Op de drempel van het verpleeghuis De zorgvraag van kwetsbare ouderen in de laatste zes maanden thuis NUMMER 3 JANUARI 2019 Van goede zorg verzekerd Dit is een uitgave van Zorginstituut

Nadere informatie

Overzicht meest gestelde vragen

Overzicht meest gestelde vragen In deze toelichting hebben wij de meest gestelde vragen verbonden aan de spiegelinformatie van coöperatie VGZ (cvgz) vermeld en beantwoord. Aan het einde vindt u een weergave van de spiegelinformatie en

Nadere informatie