Inpassingsplan 2012 Buitenring Parkstad Limburg

Transcriptie

1 Inpassingsplan 2012 Buitenring Parkstad Limburg 11 Juni 2012 Statengriffie Provincie Limburg Postbus MA Maastricht Bezoekadres Statengriffie: Gouvernement aan de Maas Limburglaan GA Maastricht Tel: +31 (0) Fax: +31 (0) Internet:

2 Inpassingsplan 2012 Buitenring Parkstad Limburg, 11 juni 2012 pagina 2 van 8 1 INHOUD 2 INLEIDING Aanleiding en achtergrond: Statenvoorstel GS PIP Buitenring Parkstad Limburg Onderwerp van onderzoek: Statenvoorstel Buitenring Parkstad Limburg (BPL) Korte historische schets rapporten Groot project BPL in relatie tot RGP Afspraken ten aanzien van bijzondere situatie PIP BPL 2012 in relatie tot RGP UITGANGSSITUATIE ONDERZOEK Krapte in termijnstelling PIP BPL Aangeleverde documenten ONDERZOEKSBEVINDINGEN CONCLUSIE AANBEVELINGEN...7 BIJLAGE 1 REGELING GROTE PROJECTEN IN HET KORT...8

3 Inpassingsplan 2012 Buitenring Parkstad Limburg, 11 juni 2012 pagina 3 van 8 2 INLEIDING 2.1 Aanleiding en achtergrond: Statenvoorstel GS PIP Buitenring Parkstad Limburg 2012 Het project Buitenring Parkstad Limburg (BPL) is door PS op 18 december 2009 als groot project aangewezen, vanwege de grote impact van dit project. Dit betekent onder andere dat Gedeputeerde Staten (GS), PS regelmatig, tenminste 2 maal per jaar via een voortgangsrapportage, moeten informeren over de stand van zaken rond het project BPL. Beoogd resultaat van de RGP is een versterking van de controlerende taak van PS bij omvangrijke projecten zodat PS (bij) kunnen sturen. Provinciale Staten (PS) hebben op 16 december 2011 de gewijzigde Regeling Grote Projecten Provincie Limburg 2011 (RGP), vastgesteld. De RGP in het kort is opgenomen als bijlage. Op 9 februari 2012 heeft de Controlecommissie gesproken over de 3 e Voortgangsrapportage van het grote project Buitenring Parkstad Limburg, die zou moeten gaan over de tweede helft van Gezien de rechterlijke uitspraak op 7 december 2011 heeft de Controlecommissie ingestemd met het voorstel van GS om de derde Voortgangsrapportage door te laten lopen tot maart Begin maart 2012 zou dan door GS de beslissing worden genomen over de verdere uitwerking van de Buitenring. N.a.v. de derde Voortgangsrapportage Buitenring en het besluit dat GS begin maart over de Buitenring zouden nemen, zou de Controlecommissie kunnen besluiten of er een onderzoeksrapport bij de derde Voortgangsrapportage komt. Op 6 maart komen GS met een informerend stuk waaruit blijkt dat er een nieuw Inpassingsplan Buitenring Parkstad moet komen. Voorzien is in besluitvorming daarover door GS op 5 juni en gevraagd wordt een extra commissievergadering medio juni in te lassen zodat besluitvorming door PS nog net voor het zomerreces plaats kan vinden. Het dilemma waar de Controlecommissie mee geconfronteerd wordt, is of er nog tijdig een onderzoeksrapport bij de te wijzigen/nieuw op te stellen basisrapportage gemaakt zou kunnen worden. Dit was afhankelijk van de tijdige aanlevering van de rapportage: het onderzoek zou niet perse nog door een extern bureau of Unit Control hoeven te worden uitgevoerd, als de nieuwe Statenonderzoekers tijdig zouden kunnen worden aangesteld. Per 1 mei werd de eerste Statenonderzoeker aangesteld. Kort daarna werd door GS gemeld dat de derde voortgangsrapportage niet tijdig gereed gemaakt kon worden en kregen Controlecommissie en het Presidium het verzoek om deze te mogen integreren in een Statenvoorstel. Hier is het Presidium, op verzoek van de Controlecommissie, op 10 april 2012 mee akkoord gegaan. Op 20 april ging het Presidium op verzoek van de Controlecommissie, onder bepaalde randvoorwaarden, ook akkoord met een kortere tijd voor bestudering en beoordeling van de stukken. 2.2 Onderwerp van onderzoek: Statenvoorstel Buitenring Parkstad Limburg (BPL) 2012 De Buitenring Parkstad Limburg (Buitenring) is geprojecteerd in een sterk verstedelijkt gebied (gemeenten: Nuth, Heerlen, Schinnen, Brunssum, Onderbanken, Landgraaf en Kerkrade) dat qua verkeerstructuur eenzijdig gericht is op de A76. Mede hierdoor en als gevolg van het mijnverleden is een wirwar van wegen is ontstaan. Met name richting oostzijde van Parkstad zijn er problemen met de bereikbaarheid, veiligheid en leefbaarheid. Het bestaande wegennet van Parkstad vertoont dan ook onvoldoende samenhang en is op veel punten overbelast waardoor congestie optreedt. Bovendien rijdt veel verkeer door woonkernen, omdat structuur ontbreekt. De geplande Buitenring moet een oplossing bieden voor de geschetste problematiek. De Provincie is initiatiefnemer van en opdrachtgever voor het project Buitenring. De gemeenten fungeren als procedure- en kennisautoriteit en dragen bij in de financiering van de Buitenring. Bron: Gewijzigde Basisrapportage Buitenring Parkstad, 30 juni 2010

4 Inpassingsplan 2012 Buitenring Parkstad Limburg, 11 juni 2012 pagina 4 van 8 In de Regeling Grote Projecten staat precies omschreven waar een voortgangsrapportage en een basisrapportage aan moet voldoen. Bij een basisrapportage en eens in het jaar bij een voortgangsrapportage ontvangen Provinciale Staten een onderzoeksrapport. Een dergelijk rapport bevat in ieder geval een oordeel over: - de kwaliteit en volledigheid van de in het voorstel wel opgenomen financiële en niet-financiële informatie; - de toegepaste calculatiemethoden en risicoanalyses; - het realiteitsgehalte van de financiering en de budgettaire inpassing; - de projectbeheer(sing), waaronder begrepen de toereikendheid van de projectorganisatie, de kwaliteit (van de opzet) van de bestuurlijke informatievoorziening, de kwaliteit van de opzet (en de werking) van de administratieve organisatie en de kwaliteit van de opzet (en de werking) van het systeem van de interne controle. De opdracht aan de Statenonderzoekers is het Statenvoorstel PIP BPL op bovengenoemde punten te beoordelen. 2.3 Korte historische schets rapporten Groot project BPL in relatie tot RGP Basisrapportage BPL Rapport 9 maart 2010 Onderzoeksrapport bij Basisrapportage BPL Rapport van Unit Control 10 mei 2010 Aangevulde Basisrapportage BPL Rapport, 30 juni 2010 vastgesteld door PS op 9 juli 2010 Eerste Voortgangsrapportage BPL Rapport, december 2010, vastgesteld door PS op 10/11 februari 2011 Tweede Voortgangsrapportage BPL Rapport, juni 2011, aanvankelijk aangehouden en tenslotte op de lijst ingekomen stukken geplaatst (week 5 en ). Audit Projectorganisatie BPL Auditrapport Unit Control, voor kennisgeving aangenomen door de Statencommissie R&I, april Afspraken ten aanzien van bijzondere situatie PIP BPL 2012 in relatie tot RGP Voortgangsrapportage 3 volgens RGP, zou een looptijd hebben over de tweede helft 2011, maar deze is uitgesteld, aangezien de Raad van State op 7 december 2011 het Provinciaal Inpassingsplan (PIP BPL 2010) heeft vernietigd vanwege stikstof-uitstoot-problematiek en daarna besloten is om een nieuw PIP op te stellen. Dit PIP BPL 2012 ligt thans voor. Op 20 april 2012 heeft het Presidium op voorstel van de Controlecommissie besloten om af te wijken van het gestelde in de RGP in het belang van de voortgang van het project en af te zien van Voortgangsrapportage 3 van BPL, onder de voorwaarde dat alle gewenste informatie (ook voor wat betreft wijzigingen t.o.v. de eerder opgestelde Basisrapportage d.d. 30 juni 2010), in het PIP BPL 2012 wordt opgenomen. De informatieonderdelen v.w.b. de Basisrapportage in het PIP BPL 2012 moeten daarbij zijn afgestemd op de kaderstellende rol van PS, terwijl de informatieonderdelen v.w.b. de Voortgangsrapportage in het PIP BPL 2012 een beschrijving bevat op afwijkingen van reeds vastgestelde kaders. Er moet dus scherp inzichtelijk worden gemaakt wat de verschillen t.o.v. van de reeds vastgestelde kaders zijn. Het Presidium heeft besloten dat de Controlecommissie dit toetst.

5 Inpassingsplan 2012 Buitenring Parkstad Limburg, 11 juni 2012 pagina 5 van 8 Voorliggend rapport is het resultaat van deze toetsing en is uitgevoerd door de Statenonderzoekers van de Statengriffie. Informatievoorziening uit Regeling Grote Projecten (RGP bij PIP BPL 2012 (bijzondere situatie) PIP BPL 2012 Informatieonderdelen conform RGP, Voortgangsrapportage Voor nieuwe onderdelen in PIP BPL 2012 (t.o.v. PIP BPL 2010): Informatieonderdelen conform RGP, Basisrapportage 3 UITGANGSSITUATIE ONDERZOEK 3.1 Krapte in termijnstelling PIP BPL 2012 GS besluit 5 juni 2012 (Extra) Controlecommissie 11 juni 2012 (Extra) Commissie R&I 15 juni 2012 PS vergadering 22 juni 2012 Afgesproken is dat de concept-stukken van het PIP BPL 2012 in week 22 (woensdag 30/donderdag 31 mei), aangeleverd zouden worden bij de Statenonderzoekers om deze in de gelegenheid te stellen om de afgesproken toetsing voor Controlecommissie/Statencommissie R&I zo goed mogelijk uit te kunnen voeren in de beperkt beschikbare tijd. Echter eerst op dinsdagmiddag 5 juni is de GS nota met Statenvoorstel en bijlagen in concept verstrekt,. Een volgende (incomplete) aanvullende set stukken is donderdag 7 juni namiddag verstrekt, waarbij is aangekondigd dat maandag 11 juni nog een nalevering van stukken plaats zou vinden. Vooraf was bij de Controlecommissie bekend dat in de gekozen procedure gewerkt zou moeten worden met zeer krappe termijnen. Met het maken van goede afspraken vooraf werd verwacht dat dit, met enig kunst- en vliegwerk, uiteindelijk toch zou moeten kunnen leiden tot een globale toetsing en advisering door de Statenonderzoekers aan de Controlecommissie. Door de vertraagde aanlevering van (incomplete) stukken(sets) is het werk van de Statenonderzoekers sterk bemoeilijkt. 3.2 Aangeleverde documenten De stukken die aangeleverd zijn t.b.v. voorliggend rapport zijn: het Statenvoorstel G inzake Inpassingsplan Buitenring Parkstad Limburg 2012 d.d. 5 juni 2012 met bijbehorend ontwerp-besluit PS (bijlage 1), Externe veiligheid/verantwoording groepsrisico (bijlage 2), Financiën (bijlage 3) en Voortgang project Buitenring (bijlage 4). Ook zijn de eerdere aanbevelingen/besluiten ten aanzien van de Basisrapportage PIP BPL 2010 en de voorgaande 2 Voortgangsrapportages naast de stukken gelegd. Bovenstaande houdt in dat alle na donderdag 7 juni uur, beschikbaar gestelde documenten niet in voorliggend onderzoek zijn betrokken. Dit geldt ook voor de Maatschappelijke Kosten Baten Analayse (MKBA) die in het Statenvoorstel door GS is aangekondigd voor maandag 11 juni.

6 Inpassingsplan 2012 Buitenring Parkstad Limburg, 11 juni 2012 pagina 6 van 8 4 ONDERZOEKSBEVINDINGEN Met het combineren van een herziene basisrapportage en voortgangsrapportage heeft het Presidium met haar besluit van 20 april, bewust afgeweken van de vormvereisten uit de Regeling Grote Projecten. Dit en de wijze waarop de stukken zijn aangeleverd bemoeilijkt het toetsen aan de (formats behorend tot de) Regeling Grote Projecten. Er is weliswaar een document Voortgang Project Buitenring toegevoegd, maar uit het aangeleverde pakket stukken (zie 3.2) is niet altijd op te maken wat de verschillen t.o.v. de reeds vastgestelde kaders zijn. Een relatie met de eerdere Basisrapportage uit 2010 is wellicht (impliciet) gelegd, maar is niet als zodanig benoemd en herkenbaar in de beoordeelde stukken. Geconstateerd wordt dat in de aangeleverde stukken zowel financiële als niet-financiële informatie is opgenomen. Qua niet-financiële informatie is bijlage 4 Voortgang project Buitenring met name relevant. Deze bijlage geeft inzicht in de inhoudelijke voortgang en stand van zaken van het project BPL en moet volgens GS worden gelezen in samenhang met het Statenvoorstel inzake de BPL. In deze bijlage wordt bij het onderdeel 2.7 aangegeven dat aansluiting Nuth een uitbreiding is van de scope. Het aspect tijd mag voor het totale project niet worden aangepast, hetgeen zijn uitwerking heeft op het aspect geld. Dit is cryptisch gesteld. De financiële informatie is met name te vinden in bijlage 3 Financiën bij het Statenvoorstel. De financiële tabellen en de samenhang ertussen beogen een duidelijk beeld te schetsen van oorspronkelijke raming (PIP PBL 2010), situatie per 6 maart 2012 en de situatie per 5 juni Door het niet consequent aangeven van het peilmoment kan echter verwarring ontstaan. De afwijking is daarmee niet inzichtelijk gemaakt. Ook is bij sommige tabellen niet duidelijk welke optelling is gevolgd. Bij tabel D Financiële consequenties Contract MNO Vervat is geen toelichting opgenomen en de samenhang met tabel E (Financiële consequenties Vertraging MNO Vervat) is niet duidelijk. De toegepaste calculatiemethoden zijn niet herkenbaar (benoemd) terug te vinden in de aangeleverde stukkenset. Summier is een paragraaf IV. Risicobeheersing terug te vinden in het Statenvoorstel. Op pagina 16 van het Statenvoorstel wordt een afbeelding uit het risicoregister gepresenteerd. De risicoafwijking ten opzichte van eerdere peilmoment(en) is hier niet uit af te leiden omdat een risicoregister van een eerdere datum (refentiemateriaal) ontbreekt. Over de projectorganisatie, administratieve organisatie en interne controle is geen informatie terug te vinden in de stukken. Qua projectbeheersing wordt in bijlage 4 Voortgang project Buitenring bij het Statenvoorstel verwezen naar de Risman-methode. Meer informatie is niet herkenbaar terug te vinden in de stukkenset. 5 CONCLUSIE Door de door het Presidium gekozen afwijkende procedure (t.o.v. de Regeling Grote Projecten), door te late aanlevering van stukken en de gemaakte kanttekening van een onvolledig pakket aangeleverde stukken en tijdgebrek, is het voor de Statenonderzoekers niet mogelijk om een oordeel te geven over de toereikendheid van de informatie in het PIP BPL 2012 voor wat betreft het voldoen aan de uitleg die het Presidium, in deze specifieke situatie van het PIP BPL 2012, heeft gegeven aan de Regeling Grote Projecten.

7 Inpassingsplan 2012 Buitenring Parkstad Limburg, 11 juni 2012 pagina 7 van 8 6 AANBEVELINGEN Onderstaand wordt niet ingegaan op de inhoud van de aangeleverde stukken, maar is vooral in procesmatige zin een aantal aanbevelingen geformuleerd. a. Op dit moment ligt besluitvorming voor ten aanzien van het PIP BPL Het is mogelijk dat PS in hun vergadering van 21/22 juni a.s. nog besluiten om de (inhoudelijke) scope van het project te wijzigen. Mocht dit gebeuren dan heeft dit ook effect in financiële zin. GS hebben in hun Statenvoorstel van 5 juni 2012 aangegeven om in oktober 2012 een integraal kredietbesluit aan PS voor te leggen. Een eventuele scope-aanpassing kan hierin worden opgenomen. Nu ook geconstateerd is dat geen oordeel kan worden gegeven over de toereikendheid van de informatie in het PIP BPL 2012, zou het moment van besluitvorming van PS over het integraal kredietbesluit in oktober 2012 (waarbij het zicht op samenhang tussen inhoud en financiën voor het project BPL samen wordt gebracht) een geschikt moment zijn als ijkmoment/nulmeting voor een Basisrapportage 2012 conform de Regeling Grote Projecten (RGP). Deze Basisrapportage 2012 vormt dan weer het vertrekpunt voor de reeks opvolgende voortgangsrapportages conform de RGP. Aanbevolen wordt dat PS GS opdracht geven om bij het in oktober aan PS voor te leggen integraal kredietbesluit van het BPL, een Basisrapportage 2012 te overleggen conform de eisen in de RGP en de Statenonderzoekers (via de Commissie voor Ruimte en Infra) opdracht te geven om een Onderzoeksrapport bij de Basisrapportage 2012 op te stellen; b. Geconstateerd is dat de informatie behorend bij een derde voortgangsrapportage en informatie behorend bij een basisrapportage niet gescheiden zijn aangeleverd. Ook is een relatie met de eerdere Basisrapportage uit 2010 wellicht (impliciet) gelegd, maar niet als zodanig benoemd en herkenbaar in de aangeleverde stukken. Daardoor is niet altijd goed op te maken wat de verschillen t.o.v. de reeds vastgestelde kaders zijn Aanbevolen wordt dat PS aan GS opdracht geven om de inhoud van de Basisrapportage zodanig in te richten dat deze als nulmeting kan fungeren voor de nieuwe situatie van de Buitenring Parkstad Limburg. Het ijkmoment start op het moment van besluitvorming van PS ten aanzien van het PIP 2012 op 22 juni De Basisrapportage 2012 hoeft dus geen inzicht te bieden in de historische geschiedschrijving van het project BPL; c. Gezien de complexiteit, dynamiek en omvangrijke stukkenstroom is het lastig om het overzicht te houden op het project BPL. Om de informatie actueler aan te bieden aan PS en projectwijzigingen frequenter inzichtelijk te krijgen, wordt aanbevolen om PS aan GS opdracht te geven om de frequentie van rapporteren (het eerstkomende jaar) tijdelijk te intensiveren naar 1 maal per kwartaal, te starten het eerste kwartaal na de Basisrapportage 2012; d. In april 2012 heeft de Statencommissie R&I het auditrapport van de audit naar de projectorganisatie van de Buitenring Parkstad (uitgevoerd door de Unit Control), voor kennisgeving aangenomen. De Unit Control doet in dit rapport een aantal aanbevelingen waarop zowel directie als GS hebben gereageerd. GS geven daarbij aan een aantal aanbevelingen op te willen volgen, maar dat dit gekoppeld is aan de periode na besluitvorming over het PIP BPL Aanbevolen wordt dat PS GS opdracht geeft om in januari 2013 een procesevaluatie van het project BPL aan te bieden aan PS (via de Controlecommissie). Onderdeel van het evaluatierapport zijn onder andere: - de activiteiten die GS heeft ondernomen om tegemoet te komen aan de aanbevelingen uit het auditraport van de audit naar de projectorganisatie van de Buitenring Parkstad (uitgevoerd door de Unit Control; - de resultaten van de historische kostenontwikkeling van de Buitenring die GS laat toetsen door een

8 Inpassingsplan 2012 Buitenring Parkstad Limburg, 11 juni 2012 pagina 8 van 8 onafhankelijke partij. BIJLAGE 1 REGELING GROTE PROJECTEN IN HET KORT RGP in het kort De RGP gaat, voor de projecten die vanuit deze regeling zijn aangewezen, uit van een logisch opvolgende reeks van basisrapportage, voortgangsrapportage en eindevaluatie. De basisrapportage is het eerste controledocument in de reeks. De Statencommissie ziet daarbij toe op: - de volledigheid van de overgelegde informatie aan de hand van de afgesproken informatie-eisen; - de toereikendheid en tijdigheid van de overgelegde informatie; - de financieel-economische en budgettaire aspecten van de overgelegde informatie Op basis van een voorstel van de Statencommissie, stellen PS de door GS opgestelde (en eventueel op verzoek van de Statencommissie aangevulde) Basisrapportage vast. Van de Voortgangsrapportages neemt de Statencommissie kennis en ter vaststelling van de eindevaluatie doet de Statencommissie een voorstel aan PS. Aanwijzigingen in RGP ten aanzien van onderzoeksrapporten: 1. bij de basisrapportage ontvangen Provinciale Staten tevens een onderzoeksrapport met een oordeel over in ieder geval: - de kwaliteit en de volledigheid van de in de basisrapportage opgenomen financiële en niet-financiële informatie; - de toegepaste calculatiemethoden en risicoanalyses; - het realiteitsgehalte van de financiering en de budgettaire inpassing; - het projectbeheer, waaronder begrepen de toereikendheid van de projectorganisatie, de kwaliteit van de opzet van de bestuurlijke informatievoorziening, de kwaliteit van de opzet van de administratieve organisatie en de kwaliteit van de opzet van het systeem van interne controle. 2. bij voortgangsrapportages wordt, gerekend vanaf de tweede voortgangsrapportage, ten minste één maal per jaar een onderzoeksrapport gevoegd met een oordeel over: - de kwaliteit en volledigheid van de financiële en niet-financiële informatie in de voortgangsrapportage; - de beheersing en het beheer van het project waarbij in het bijzonder wordt gekeken naar de toereikendheid van de projectorganisatie, de kwaliteit van de bestuurlijke informatievoorziening, de werking van de administratieve organisatie en de werking van het systeem van interne controle. 3. op verzoek van de Statencommissie wordt bij de eindevaluatie een onderzoeksrapport gevoegd met een oordeel over de kwaliteit en volledigheid van de eindevaluatie.