Funkey+ Funkey lesmap voor verenigingen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Funkey+ Funkey lesmap voor verenigingen"

Transcriptie

1 Funkey Periode Vanaf aanvang seizoen tot de herfstvakantie Les Feestje Les Muziek Les Dierentuin Les Verkeer Les Circus Les Samenwerken Les In het bos Les Vliegtuigen Les 9 Auto met caravan Les 0 Dansers en danseressen Periode Vanaf herfstvakantie tot einde jaar Les Boten Les Sesamstraat Les Barbapapa Les Teletubbies Les De keeper Les Sinterklaas Les Bert en Ernie Les Prinsessen en ridders Les 9 In het kasteel Les 0 Scoren Les Hans en Grietje (binnenles) Les Roodkapje (binnenles) Periode Vanaf januari tot einde seizoen Les Wedstrijdjes (binnenles) Les Ridders en draken (binnenles) Les Nemo (binnenles) Les Assepoester (binnenles) Les Kabouters Les Beren Les 9 Boerderij Les 0 Politie Les Jungle Les Prinsen en prinsessen Les Buiten spelen Les Bob de Bouwer Les Disney Les K Legenda en materialen

2 Les + Feestje Oefening Wie ben ik? hockeysticks pylonen hockeybal Uitleg Op een feestje leer je elkaar kennen, net als op deze training. Alle kinderen staan in een cirkel. Ze spelen de bal naar elkaar toe, terwijl ze hun eigen naam en die van de ontvanger noemen. Bijvoorbeeld: Ik ben Sanne en ik speel de bal naar Brechtje. Vervolgens zegt Brechtje: Ik ben Brechtje en ik speel de bal naar Mourad, etc. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie Laat de kinderen in beweging, lopend, de bal spelen. Oefening Hoepel huppen HOCKEYVORMEN LOPEN EN GAAN hoepels pylonen Uitleg Zoals je weet doe je op een kinderfeestje mee aan allemaal spelletjes. Zo ook tijdens deze training. Maak -tallen. Ieder -tal heeft twee hoepels, die ze ergens in het vierkant neerleggen. Ieder -tal staat vervolgens in één hoepel. Vervolgens rennen de kinderen rond, waarbij ze als -tal alle hoepels een keer bezoeken. Aanwijzing Rondrennen zonder botsen. Goed kijken waar je partner is! Als -tal werken, afspraak maken bijvoorbeeld ik volg jou tweede ronde volg jij mij. Variatie Maak er een wedstrijd van. Welk -tal heeft als eerste alle hoepels bezocht?

3 Les + Feestje HOCKEYVORMEN Oefening Drijven op de dansvloer hockeysticks ballen pylonen Uitleg Op een feestje wordt er veel gedanst. Van al dat dansen krijg je dorst. Snel naar het clubhuis lopen om daar een glaasje limonade te halen. Alle kinderen hebben een hockeystick en een bal. De kinderen moeten de bal naar de overkant drijven. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie Halverwege een rondje draaien met hockeystick en bal. JONGLEREN Oefening Ballonnenrace ballonnen pylonen plankjes tennisballen als variatie Uitleg Alle kinderen lopen met een plankje en tikken daarmee de ballon naar de overkant. Na afloop van deze eerste training krijgen de kinderen de ballon uiteraard mee naar huis. Aanwijzing Lopen zonder te botsen. Plankje zowel in linker als in rechterhand houden. Variatie ) Rennend (hierbij duw je de ballon als het ware) of achteruit lopend de ballon naar de overkant brengen. ) Gebruik een tennisbal (of foambal bij veel wind) of hockeystick als variatie.

4 Les + Muziek Oefening De jukebox muziekinstallatie pylonen Uitleg Alle kinderen bewegen in -tallen op kindermuziek door het vierkant. Ze lopen, rennen, stampen, draaien rondjes en lopen op de hakken of op de tenen. Elk -tal beweegt op dezelfde manier. Aanwijzing Naar de muziek luisteren en op gevoel bewegen. Harde muziek nodigt uit tot stampen, zachte muziek tot het lopen op je tenen, etc. Variatie ) In de handen klappen. ) Elkaar nadoen. ) In spiegelbeeld elkaar nadoen/volgen. Oefening Hoepeldans muziekinstallatie hoepels pylonen grote ballen LOPEN EN GAAN MUZIEK EN RITME Uitleg In het vierkant liggen evenveel hoepels als er kinderen zijn. De kinderen wandelen/rennen met een grote bal aan de voet op de muziek. Op het moment dat de muziek stopt, moeten ze met de bal aan de voet naar een hoepel toe rennen. Eén kind per hoepel. Aanwijzing Goed kijken waar de ruimte is; waar weinig andere kinderen zijn. Rennen zonder te botsen. Als trainer de muziek regelen en opletten dat de kinderen niet tegen elkaar aan lopen. Variatie ) Rondom het vierkant wandelen/rennen tijdens de muziek. ) Als trainer telkens een hoepel weghalen. ) Basketballen in plaats van voetballen. ) Met hockeystick en bal kan ook.

5 Les + Muziek ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Oefening Dansende ballen grote ballen pylonen Uitleg Alle kinderen hebben een grote bal, die ze richting de overkant rollen. De bal moet zo dicht mogelijk bij de lijn stilliggen. Degene wiens bal het dichtst bij de lijn stil ligt wint. Aanwijzing De bal met twee handen rollen. De bal met één hand rollen, zowel links als rechts. Tijdens het rollen met één been uitstappen. Variatie ) Per -tal een wedstrijdje. Van wie van de twee ligt de bal het dichtst bij de lijn. Na drie wedstrijdjes wisselen van -tal. ) Dit kan men ook met hockeystick en bal doen. HOCKEYVORMEN Oefening Rollende muzieknoten hockeysticks hockeyballen pylonen Uitleg Alle kinderen hebben een hockeystick en een bal (muzieknoot). Speel met je hockeystick de bal naar de overkant. Zorg dat de noten de juiste kant opgaan. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Variëren in afstand van de kinderen tot de lijn. ) Wie speelt de bal over de lijn? ) Welke bal ligt het dichtst bij de lijn?

6 Les + Dierentuin Oefening Beestenboel pylonen Uitleg De cirkel is de dierentuin. Alle kinderen lopen vrij door de cirkel en doen allerlei dieren na. Maak je zo groot als een olifant, maak je zo klein als een muis, spring als een kikker, loop met twee handen in de lucht of laag bij de grond als een aap, waggel met twee armen langs je lichaam als een pinguïn, etc. In de cirkel staan pylonen. Op teken ren je z.s.m. naar een pylon (het huisje van het dier). Aanwijzing Trainer geeft aan wat voor soort dier de kinderen moeten nadoen; een groot of een klein dier, een dier dat springt, etc. Zonder botsen z.s.m. naar gekleurde pylon (het huisje) bewegen. Variatie ) Wedstrijdje van maken. In -tallen werken. Wie van het -tal is als eerste bij de pylon (het huisje). Oefening Dierentuintikkertje LOPEN EN GAAN TIKSPELEN lintjes pylonen stokken ringen Uitleg De cirkel is de dierentuin, waar zojuist alle dieren zijn ontsnapt. De kinderen, lopend met stok en ring, zijn de ontsnapte dieren en de tikker (oppasser) gaat hen tikken. Ben je getikt, dan leg je een pylon om. Bij vijf omgelegde pylonen komt er een nieuwe tikker (oppasser). Aanwijzing De kinderen moeten goed kijken waar weinig andere kinderen in de ruimte lopen. Stok vasthouden als een hockeystick, met linkerhand bovenaan en de rechterhand halverwege. Variatie ) Gebruik twee tikkers in het spel. ) Knots/hockeystick in plaats van een stok. ) Met hockeystick en bal.

7 Les + Dierentuin ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Oefening Etenstijd tennisballen Uitleg Alle kinderen staan op een vrije plek in de cirkel, die nog steeds een dierentuin is. Na een lange dag hebben de dieren natuurlijk honger. Ieder kind heeft een tennisbal en laat deze vanaf heuphoogte vallen, om de bal na de stuit weer op te vangen. De ballen zijn het eten dat de kinderen als oppassers in de kooien laat vallen. Maak er een wedstrijd van welk kind als eerste x/x/0x de bal heeft laten vallen (dieren heeft gevoed) en weer heeft opgevangen. Aanwijzing Een kommetje maken van je handen. Bij het vangen door je knieën gaan. Variatie ) De bal van een steeds hoger punt laten vallen. ) In -tallen de bal onderhands naar elkaar gooien via een stuit en vangen. ) Dezelfde oefening in beweging doen. HOCKEYVORMEN Oefening De kooi in hockeysticks hockeyballen pylonen Uitleg De bal is het dier dat het kind terugbrengt naar zijn kooi. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Achteruit lopen. ) Op het teken van de trainer een rondje draaien. Als dit goed gaat, starten de kinderen op twee lijnen tegenover elkaar. Ze drijven de bal naar de overkant, zonder te botsen. Leren opkijken is dus van belang.

8 Les + Verkeer Oefening Naar de overkant LOPEN EN GAAN stokken ringen pylonen in kleuren Uitleg Maak een vierkant met behulp van pylonen in vier verschillende kleuren. Dit vak is de weg die de kinderen moeten oversteken, met de ring aan de stok. Aanwijzing Er komen kinderen van de andere kant, dus zoeken naar de ruimte. Steeds sneller de overkant proberen te bereiken zonder te botsen. Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Het vierkant wordt een kruispunt; kinderen starten vanaf alle vier de lijnen van het vierkant. Nu komen er dus niet alleen tegenliggers recht op de kinderen af, maar ook verkeer van links en rechts. ) Oefening doen met knots of met hockeystick. Oefening Ta-tu-ta-tu! HOCKEYVORMEN hockeysticks hockeyballen pylonen Uitleg Alle kinderen zijn een politie-, brandweer- of ziekenauto en lopen met hockeystick en bal vrij rond in het vierkant. De trainer noemt één van de vier kleuren van de pylonen waarmee het vierkant is uitgezet. De kinderen moeten daar zo snel mogelijk naartoe, want daar is de diefstal/de brand/het ongeluk, etc. Aanwijzing Er komen kinderen van een andere kant, dus kijk goed om je heen. Steeds sneller de overkant proberen te bereiken zonder te botsen. Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Zijlijn van het vierkant aantikken i.p.v. een pylon. ) In -tallen elkaar volgen.

9 Les + Verkeer LOPEN EN GAAN Oefening Slalom naar school stokken ringen hoepels pylonen Uitleg De kinderen lopen met stok en ring naar school. Daarvoor moeten ze rennend om de hoepels slalommen. Vervolgens lopen ze buitenom terug naar het startpunt. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Laat de kinderen om de beurt wegrennen zodat ze niet onderweg tegen elkaar aan kunnen botsen. Variatie Maak er een wedstrijd van welke groep als eerste helemaal geweest is. KNOTSHOCKEYVORMEN Oefening Bij de bushalte hoepels knotsen en ballen pylonen Uitleg Alle kinderen staan in -tallen met een knots en een bal bij een hoepel (bushalte). Het ene kind is de bus, het andere kind de passagier. Alle bussen met passagiers vertrekken tegelijk. De bus brengt de passagier naar een hoepel (bushalte) waar nog geen passagier staat en haalt vervolgens een andere passagier op. Op het teken van de trainer wisselen bussen en passagiers van taak. Aanwijzing Goed kijken waar ruimte is, waar nog geen kinderen staan. Leren volgen, waarbij kinderen niet te snel moeten lopen. De trainer laat de bussen op teken weggaan; gaat dit goed, dan vrij laten. Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Niet direct naar een bushalte lopen, maar eerst nog langs een andere halte. ) Rondje om de bushalte lopen (rijden). ) Snel/langzaam lopen.

10 Les + Circus Oefening De snelste van het circus pylonen in meerdere kleuren tennisballen Uitleg De tennisballen liggen net buiten de cirkel (piste). Op het teken van de trainer gaan de kinderen zo snel mogelijk van de pylonen in de cirkel de tennisballen ( bal per kind per keer) buiten de cirkel ophalen en deze terugbrengen naar de piste (pylon). Wie is het snelst? Aanwijzing Leer de kinderen goed door de knieën te gaan bij het wenden en keren. Niet bij het rennen, dan lopen kinderen rechtop. Leer de kinderen met kleine pasjes te starten. Variatie Laat de kinderen met knots/hockeystick en bal deze oefening doen. Oefening De acrobaat LOPEN EN GAAN BALANCEREN touwen pylonen stokken voor variatie grote ballen voor variatie Uitleg Leg meerdere touwen achter elkaar, waar de kinderen (acrobaten) overheen moeten lopen. Ze lopen zijwaarts en achterwaarts over het touw, ze lopen over het touw vooruit en tikken met een hand de grond aan, ze lopen achteruit en tikken de grond aan. Aanwijzing Balans vinden op het touw. Stappen niet te groot maken. Handen gebruiken; breed/horizontaal, voor meer balans. Variatie ) Met een stok/bal in de hand lopen. ) Leg de touwen in andere vormen. ) Jongens gaan op snelheid over het touw lopen, meisjes lopen op de catwalk en moeten zo mooi mogelijk lopen.

11 Les + Circus SAMEN/ALLEEN Oefening Rug aan rug hoepels pylonen Uitleg Alle kinderen leunen in -tallen met de ruggen tegen elkaar, zonder elkaar om te duwen. Vervolgens zakken ze omlaag om de grond aan te tikken of een pylon op te pakken. Aanwijzing Balans zoeken met z n tweeën. Niet te hard leunen. Variatie Laat kinderen een figuur (bijv, een Z, S of L) langs de pylonen lopen. TRAPPEN, SLAAN EN STOPPEN Oefening Prijsschieten plankjes grote ballen pylonen Uitleg De kinderen proberen een grote bal in een doeltje te mikken met achter dit doel een ander kind. De kinderen slaan met een plank tegen de bal. Nadat ze de bal hebben geslagen, en gescoord hebben door de bal tussen de pylonen gespeeld te hebben, vangen de andere kinderen de bal op. Aanwijzing Plankje met één hand vasthouden. Laat de bal eerst keer stuiteren op de grond voordat ze slaan. Oefenen met zowel rechts als links. Variatie ) Als er drie keer gescoord is, dan het doeltje kleiner maken. ) De afstand tot het doeltje groter maken. ) Wie heeft als eerste vijf doelpunten? ) Laat de bal of keer stuiteren na het slaan van de bal.

12 Les + Samenwerken Oefening Buis en bal foambuizen grote ballen pylonen Uitleg Alle kinderen staan in -tallen tegenover elkaar. Ze houden met beide handen elk een kant van een foambuis vast. Een derde kind legt een bal op de buizen. Het -tal laat de bal balanceren en heen en weer rollen. Vervolgens gaat het derde kind proberen de bal met één hand van de buizen te stoten. Aanwijzing Niet te grote verschillen in hoogte, want dan rolt de bal er snel vanaf. Variatie ) Welk kind stoot als eerste keer de bal er af of vangt deze als eerste drie maal? ) Laat -tallen een parcours, (een vierkant, heen en weer of bochtjes) lopen met de foambuizen en bal in hun midden. Wie is er dan het snelst? ) Het -tal kan ook de bal omhoog gooien en het derde kind deze bal laten vangen. Oefening Het poortje voetballen pylonen BALANCEREN ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Uitleg Alle kinderen staan in -tallen tegenover elkaar. Ze gaan de bal door elkaars poortje (spreidstand) schoppen. Aanwijzing In spreidstand blijven staan en kijken of de bal tussen de benen doorgaat. Bal oppakken en terug schoppen door de benen van de ander. Variatie ) Welk -tal kan binnen minuut zo vaak mogelijk overspelen/scoren? ) Probeer dit ook eens met knots of hockeystick.

13 Les + Samenwerken HOCKEYVORMEN Oefening De polonaise hoepels grote ballen hockeysticks/knotsen Uitleg Alle kinderen lopen in -tallen met hockeystick of knots rond in de cirkel, waarin hoepels liggen. Eén kind loopt voorop met een bal aan zijn/haar hockeystick/knots; het andere kind volgt. Het voorste kind legt de bal in één van de hoepels; het achterste kind pikt de bal op en gaat voorop lopen. Aanwijzing Niet te lang lopen met de bal. Bal links en rechts stilleggen. Variatie ) Laat de kinderen een parcours lopen. ) Maak een wedstrijd waarin de kinderen zo snel mogelijk alle hoepels rond gaan met hockeystick/knots en bal. Wie is het snelst? HOCKEYVORMEN Oefening kanten scoren hockeysticks/knotsen ballen pylonen Uitleg Alle kinderen staan in -tallen tegenover elkaar. Beiden hebben een hockeystick of knots, één van hen een bal. Tussen het -tal staat een doeltje (twee pylonen). Om de beurt mikken ze door het doeltje, waarna de ontvanger de bal tegenhoudt. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Het doeltje kleiner maken nadat er keer gescoord is. ) Een wedstrijdje doen met alle groepjes. ) Kijken hoeveel keer elk -tal scoort binnen één minuut.

14 Les + In het bos Oefening Vos kom uit je hol TIKSPELEN hoepel pylonen Uitleg Eén kind zit in de hoepel (vos in het hol). De overige kinderen (haasjes) staan achter een lijn, buiten het vak (bos). Op het teken van de trainer lopen de haasjes richting de vos. Bij de vos aangekomen roept één kind: Vos kom uit je hol. De vos komt er al dan niet meteen uit en probeert de haasjes te tikken. Die moeten zonder getikt te worden proberen terug te keren achter de beginlijn. Aanwijzing Als trainer een kind aanwijzen dat mag roepen. Opletten dat de kinderen niet botsen. De haasjes stimuleren om dicht bij de vos te komen; durf te wachten met wegrennen totdat de vos komt. De vos moet leren wachten totdat de haasjes echt dichtbij zijn, zodat hij ze kan pakken. Variatie Het oorspronkelijke veldje is tien meter lang en vijf meter breed. Veld langer/smaller maken. Twee vossen gebruiken. Oefening Van holletje ruilen HOCKEYVORMEN stokken/hockeysticks/ knotsen ringen of ballen hoepels pylonen Uitleg Alle kinderen staan met een stok/knots/hockeystick en een bal in een hoepel. Na oogcontact met een ander kind ruilen ze van hoepel: daarbij verplaatsen ze de bal met de stok/knots/hockeystick. Hoeveel holletjes kunnen de kinderen bezoeken binnen één minuut? Aanwijzing Goed kijken naar elkaar. Door te praten/wijzen aangeven dat je wilt wisselen. Variatie ) Praten is niet meer toegestaan; nu moeten de kinderen contact maken door bijvoorbeeld een knikje met het hoofd of te wijzen. ) Haal één hoepel weg.

15 Les + In het bos ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Oefening De jager grote ballen pylonen Uitleg Er staat een rij met doeltjes in verschillende formaten. De kinderen (jagers) mikken de grote bal door de steeds smallere doelen. Daarbij rollen ze de bal met één hand. Laat een ander kind achter de doeltjes plaatsnemen om de bal op de vangen en daarna terug te brengen naar de groep. Het kind welke de bal als laatste gerold heeft, neemt dan plaats achter de doeltjes. Zo wisselen de kinderen. Aanwijzing Goed uitstappen en door de knieën gaan. Variatie ) Welk groepje scoort de meeste punten in één minuut? (grote doel punt en het kleinste doel punten). ) Oefening met knots/hockeystick doen. TRAPPEN, SLAAN EN STOPPEN Oefening Mol door de tunnel touwtjes grote ballen pylonen Uitleg Maak van twee touwtjes een tunnel. Aan beide uiteinden staat een kind. Eén kind start met dribbelen op teken van de trainer in een Z-vorm om en tussen de touwen door. Daarna passen ze de bal met de binnenkant van de voet naar het andere kind en rennen daarna terug naar het startpunt. Aanwijzing Bal bij het dribbelen kort bij de voeten houden, dribbelen met de binnenkant van de voet. Schieten met binnenkant voet. Variatie ) Dribbelen met de buitenkant van de voet. ) Ieder kind keer laten dribbelen, wie is dan het snelst. ) Loop de S-vorm i.p.v. de Z-vorm.

16 Les + Vliegtuigen Oefening Ik ben een vliegtuig stokken pylonen Uitleg Alle kinderen zijn een vliegtuig. Ze hebben een stok in twee handen voor zich en draaien deze als de propeller van een vliegtuig. Als een vliegtuig rennen de kinderen door het grote vierkant of door het kleine vierkant. Wanneer ze uit het kleine vierkant komen, moeten ze het overige voorbijkomende verkeer voor laten gaan. Aanwijzing De stok telkens overpakken in de handen. Eerst rustig draaien, daarna steeds sneller. Eerst stilstaan en draaien, daarna lopen en draaien tegelijk. Let goed op de veiligheid wanneer kinderen met stokken ronddraaien. Variatie ) De kinderen die uit het kleine vierkant komen hebben voorrang. ) Laat de kinderen in -tallen deze oefening doen, de één leidt, de ander volgt. Oefening Onder de parachute door JONGLEREN LOPEN EN GAAN parachute grote ballen pylonen Uitleg De kinderen zijn net geland met hun parachute en moeten hier onder vandaan zien te komen. De parachute ligt plat op de grond. De kinderen kruipen er één voor één onderdoor. Aanwijzing Op handen en knieën kruipen. Variatie Met bal in handen onder de parachute door kruipen. Van twee kanten onder de parachute door kruipen, waarbij de kinderen elkaar tegenkomen onder het doek. Let op: niet botsen! Hoe snel kan de hele groep onder de parachute door?

17 Les + Vliegtuigen HOCKEYVORMEN Oefening We gaan op vakantie naar... knotsen knotsballen foambuizen pylonen engeland belgië duitsland frankrijk Uitleg Alle kinderen lopen in het vierkant met knots en bal. Elke zijde (een foambuis)van het vierkant is een land, bijvoorbeeld België, Frankrijk, Duitsland en Engeland. De trainer noemt een land en de kinderen moeten zo snel mogelijk met knots en bal naar de lijn lopen die de trainer heeft genoemd. Aanwijzing Leren onthouden welke lijn voor welk land staat. Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Kinderen in -tallen achter elkaar aan laten lopen, de voorste bepaalt de route, de achterste volgt. ) De achterste van een -tal bepaalt de route door aan te geven hoe men loopt door opzij en voor- achterwaarts te roepen. ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Oefening De vogel en het vliegtuig grote ballen pylonen Uitleg De kinderen staan verdeeld in twee groepen aan weerszijden van het vierkant, ieder met een grote, zachte bal (vogel). Eén kind (vliegtuig) loopt van de ene naar de nadere kant van het vierkant. De overige kinderen proberen hem met de bal te raken. Het overlopende kind (vliegtuig) probeert de ballen (vogels) te ontwijken. Het kind loopt heen en terug, waarna er een volgend vliegtuig aan de beurt is. Aanwijzing Niet te hard gooien. Iets voor het lopende kind mikken. In eerste instantie niet hard rennen, maar rustig lopen. Het overlopende kind mag de ballen afweren met de armen. Welk kind wordt het minst geraakt bij heen en weer lopen. Variatie ) Laat twee vliegtuigen tegelijk oversteken. ) Het vliegtuigkind loopt basketballend van de ene naar de andere kant.

18 Les 9+ Auto met caravan Oefening Op vakantie grote ballen pylonen in kleuren Uitleg De kinderen houden in -tallen een bal tussen hun lichaam (auto met caravan). Ze lopen vooren achteruit door het vak, dat is afgezet met pylonen in vier verschillende kleuren. Wissel na drie minuten van -tal. Aanwijzing Goed samenwerken, waarbij één kind de weg bepaalt en de ander volgt; afwisselen wie de weg bepaalt. Niet botsen met andere auto s en caravans, dus goed kijken. Variatie De achterste van het -tal houdt de twee handen van de verste van het -tal vast; vervolgens proberen beide kinderen met een knie de grond aantikken, zonder dat de bal op de grond valt. Welk -tal welke auto met caravan is het snelst bij de rode/gele/blauwe/paarse pylon? Oefening Botsing! SAMEN/ALLEEN HOCKEYVORMEN hockeysticks/knotsen hockeyballen blikjes pylonen Uitleg Eén kind (slagman) heeft een hockeystick en hockeyballen waarmee hij/zij x op een stapel blikjes mikt. Het andere kind stapelt de blikjes op wanneer deze geraakt zijn. Na x de bal middels een push gespeeld te hebben wisselen de kinderen om. Wie heeft de meeste blikjes geraakt? Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Kijk naar de blikjes waar je naar toe wil spelen. Variatie Afstand van de slagman tot de blikken vergroten. Wie scoort het meest?

19 Les 9+ Auto met caravan BALANCEREN Oefening Ik ga op reis en neem mee... een koffer a b stokken pylonen 9 Uitleg Alle kinderen zijn verdeeld in -tallen (let op gelijkwaardige groepen qua gewicht en lengte). Twee kinderen houden tussen zich in twee stokken (caravan) vast. Laat de kinderen de stokken met gekruiste armen vasthouden. Het derde kind gaat als koffer op de stokken zitten en doet de armen om de schouders van de dragers. Het -tal met de stokken vervoert de koffer (kind) naar de overkant. Aanwijzing Stokken vasthouden met twee handen met de armen gekruist. Variatie ) De afstand van de af te leggen weg vergoten. ) Laat de kinderen een zig-zag lopen. ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Oefening De benen strekken tennisballen pylonen Uitleg Tijdens de reis is het tijd om even de benen te strekken op de parkeerplaats. Alle kinderen hebben een tennisbal, die ze onderhands opgooien en grijpend vangen. Aanwijzing Grijpend vangen: naar de bal toe bewegen met de hand tijdens het vangen. Kijken naar de bal. Actief met hand naar de bal gaan, in plaats van de bal in de hand te laten vallen. Bal mag eerst stuiten voor je hem grijpt. Variatie ) De tennisbal in de lucht gooien, een rondje draaien en weer opvangen. ) Gooi ook met de andere hand, dus zowel met links als met rechts gooien. ) De tennisbal met de hand - die als een soort plankje dient - uit de hand omhoog slaan en dan grijpend vangen.

20 Les 0+ Dansers en danseressen Oefening Stoelendans muziekinstallatie (beatbox) hockeysticks hockeyballen hoepels pylonen Uitleg Alle kinderen (dansers en danseressen) lopen met hockeystick en bal om het vierkant heen. Op het moment dat de muziek stopt, drijven ze snel naar een vrije hoepel en gaan daarin staan. De kinderen lopen met de klok mee om de pylonen. Aanwijzing Goed kijken waar een hoepel vrij is. Variatie ) De eerste paar keer is er voor iedereen een hoepel, dan steeds eentje weghalen. Alle kinderen mogen blijven meedoen. Daarna een afvalrace: welk kind blijft als laatste over? ) Wie staat het meest in de hoepel? Oefening Ratten en raven HOCKEYVORMEN TIKSPELEN pylonen hockeysticks ballen raven ratten Uitleg Alle kinderen zijn in twee groepen verdeeld: de ratten en de raven. De kinderen werken in -tallen, waarbij de één de rat is en de ander de raaf. De trainer roept rat of raaf, waarna de betreffende groep zo snel mogelijk naar zijn achterlijn rent. De kinderen van de andere groep proberen hun tegenstander te tikken voor deze de lijn heeft gepasseerd. Aanwijzing Rennen richting eigen achterlijn. In een rechte lijn rennen, zodat er niet gebotst wordt. Variatie ) Afstand vergroten tussen de ratten en raven. ) Met hockeystick en bal doen, als je tikker bent laat je de hockeystick en bal liggen en probeer je de ander aan te tikken. ) Allebei een hockeystick gebruiken, als je een tikker bent, probeer je de bal af te pakken of te raken.

21 Les 0+ Dansers en danseressen HOCKEYVORMEN Oefening Dansen om de waterput 9 9 hockeysticks hockeyballen hoepels Uitleg Alle kinderen staan in -tallen rond een hoepel. Ieder kind heeft een hockeystick, per -tal één bal. De kinderen spelen de bal over, die daarbij niet door de hoepel mag. Aanwijzing Goed opstellen, zodat de bal niet door de hoepel gaat. Bewegen rond de hoepel, telkens aanspeelbaar zijn. Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie Iemand in de hoepel zetten, die met een hockeystick de bal mag tegenhouden. Bal ook rechtsom spelen. MUZIEK EN RITME Oefening Hoelahoepla muziekinstallatie hoepels pylonen Uitleg Alle kinderen hebben een hoepel in hun hand. Ze bewegen op de muziek met de hoepel. Dat kan zijn met de hoepel in de hand, maar ook bijvoorbeeld door de hoepel rondjes te laten draaien op de grond. Of de hoepel iets opgooien en met twee handen aan de zijkanten vangen. Aanwijzing Luisteren naar de muziek. Hoepel steeds goed vast- en overpakken. Variatie De hoepel over je hoofd naar beneden en er doorheen stappen/springen. De hoepel om je middel laten draaien. De hoepel om een arm draaien. De kinderen zelf ook dingen laten verzinnen en elkaar na laten doen.

22 Les + Boten Oefening De wiebelboot pylonen (als hoofddeksel) Uitleg Kinderen moeten balans houden op de wiebelende boot. Alle kinderen hebben een pylon op hun hoofd, waarmee ze rondlopen. Voor- en achteruit, door de knieën zakken en de grond aantikken, een rondje om je as draaien. Aanwijzing Rustig bewegen en langzaam het tempo opvoeren. De kinderen mogen de pylon niet vasthouden. Variatie Voer de oefening in -tallen uit. De voorste heeft een knots en bal en de achterste een pylon op het hoofd. Na 0 seconden wisselen. Oefening Piratentikkertje JONGLEREN TIKSPELEN lintjes pylonen hockeysticks grote ballen Uitleg Overlooptikkertje, waarbij de kinderen de overkant moeten bereiken met hockeystick en bal zonder op de schouder getikt te worden. De tikker (piraat) heeft een afgezet gebied waar hij mag komen. Ben je getikt, dan leg je een pylon om bij de trainer. Bij drie omgelegde pylonen komt er een nieuwe tikker (piraat). Aanwijzing Goed kijken waar de piraat is. Als trainer de kinderen uitdagen om ook over te steken als de tikker kijkt. Variatie ) Maak het veld breder, anders wordt het te makkelijk voor de tikker. De tikker probeert de bal af te pakken. ) Twee tikkers. Ben je getikt, dan word je ook piraat en ga je ook tikken.

23 Les + Boten ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Oefening Waterpret knotsen ballen Uitleg Water scheppen om de boot schoon te maken. Hierbij werken alle kinderen in -tallen in de cirkel. Eén kind staat in spreidstand, het andere kind speelt van achteren de bal door de benen (schept het water uit de boot). Degene in spreidstand rent achter de bal aan en pakt deze op. Vervolgens speelt hij de bal bij zijn maa tje door de benen. Aanwijzing Niet botsen; kijk om je heen, hoofd op. Probeer de bal aan de knots te houden. Variatie De bal ook bij andere kinderen door de benen spelen. Na x door de benen gespeeld te hebben wisselen van functie. HOCKEYVORMEN Oefening Man overboord hockeysticks/knotsen ballen 0 pylonen Uitleg Twee kinderen staan tegenover elkaar, tussen hen in drie pylonen. Beide kinderen hebben een hockeystick, één van hen heeft ook een bal. Hiermee probeert hij de pylonen te raken. Vervolgens pakt het tweede kind de bal en probeert hetzelfde. De bal is de reddingsboei; de pylon is de drenkeling die overboord is gevallen en door de kinderen gered moet worden. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Laat kinderen alleen de middelste pylon raken. ) Welk kind raakt de meeste pylonen in één minuut?

24 Les + Sesamstraat Oefening Op de stoep touwtjes grote ballen Uitleg Ieder kind kiest zelf een personage uit Sesamstraat die hij wil zijn tijdens deze training. Alle kinderen balanceren over een touw (stoeprand in Sesamstraat) met een bal in twee handen. Aanwijzing Rustig lopen. Voet voor voet op het touw zetten. Variatie De bal in één hand, zowel links als rechts. Achteruit lopen. Zijwaarts lopen. Met de bal de grond aantikken, zowel links als rechts van het touw. Oefening De ooievaar BALANCEREN SAMEN/ALLEEN geen materialen nodig Uitleg Alle kinderen, die ook nu weer Sesamstraatfiguren zijn, staan in -tallen vrij in de cirkel. Ze houden elkaars handen vast en gaan tegelijk op één been staan, net als een ooievaar. Afwisselen met links en rechts. Aanwijzing Samenwerken. Naar elkaar kijken en met elkaar praten. Variatie Met elkaars handen vast op de knieën gaan zitten. Met elkaars handen vast op de billen gaan zitten. Met één hand vast op één been staan. Met één hand vast allebei met de vrije hand de grond aantikken.

25 Les + Sesamstraat HOCKEYVORMEN Oefening De Sesamstraat slang hockeystick hockeybal grote bal Uitleg Alle kinderen (heel Sesamstraat) staan in een lange rij op de cirkelrand. Het achterste kind drijft met hockeystick en bal langs de buitenkant van de groep naar voren. Tegelijkertijd geeft het één na achterste kind een grote bal door over het hoofd naar de volgende en zo verder tot aan het eerste kind. Wie is er het eerst, de grote bal of de hockeybal. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie Drijf met de bal tussen de kinderen door, als een slalom. TIKSPELEN Oefening Ernie is tikker lintjes pylonen Uitleg Eén kind (Ernie) begint als tikker. Ben je getikt, dan ben jij de tikker en ga je iemand anders tikken. Begin met het spel in de cirkel. Is het gebied te groot, dan maak je het iets kleiner met behulp van pylonen. Aanwijzing Direct terug tikken mag niet. Variatie Ziekenhuistikkertje: ben je getikt, dan ben jij de tikker. Daarbij moet je een hand houden op de plek waar je getikt bent.

26 Les + Barbapapa Oefening Barbapapa s tikken samen pylonen Uitleg Twee Barbapapa s houden elkaars hand vast. Samen moeten ze iemand tikken, waarbij ze elkaar niet los mogen laten. Ben je getikt, dan leg je een pylon om bij de trainer. Bij drie omgelegde pylonen komt er een nieuw duo tikkers. Aanwijzing Elkaar goed vasthouden als tikkers. Onderling overleggen wie je gaat tikken. Variatie Ben je getikt, dan gaan de tikkers met z n drieën hand in hand verder. Is de vierde Barbapapa getikt, dan worden de tikkers opgesplitst in twee duo s. De slinger van tikkers steeds langer maken, dus van een duo naar een -tal, -tal, -tal, etc. Ben je getikt, dan neem je de plaats in van één van de tikkers. Eén erbij = één eraf. Oefening Touwtjespringen TIKSPELEN SPRINGEN touwtjes Uitleg De kinderen (Barbapapa s) springen over een touw, door met twee voeten er overheen te huppen. Aanwijzing Op je tenen huppen. Variatie Wisselsprongen maken over touw. Zijwaarts springen. Met een draai om je as springen. De kinderen zelf sprongetjes laten bedenken. Touwtjespringen.

27 Les + Barbapapa LOPEN EN GAAN Oefening Annemaria koekoek hockeysticks/knotsen ballen Uitleg De lopers moeten met hockeystick/knots en bal vanaf de achterlijn de -meterlijn zien te bereiken, waar Annemaria staat. Als Annemaria omkijkt, moeten de kinderen stilstaan en de ballen stil leggen. Wie niet stilstaat of wiens bal nog rolt, moet terug naar de achterlijn. Aanwijzing Als trainer zelf starten als Annemaria, vervolgens een kind aanwijzen. Annemaria moet zich niet te snel omdraaien; eerst een teken geven voor ze zich omdraait, bijvoorbeeld een hand in de lucht. Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. HOCKEYVORMEN Oefening Barbapapa s op reis hockeysticks hockeyballen pylonen Uitleg In de cirkel (stad) staan allemaal poortje. De Barbapapa s drijven met hockeystick en bal door de stad. Op het teken van de trainer moeten ze door een poortje drijven. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) In één minuut door alle poortjes lopen met hockeystick en bal. ) Zelf door het doel lopen, waarbij de bal buitenlangs gaat. ) Zelf langs het doel lopen, waarbij de bal door het doel gaat. ) Een rondje rond het doel lopen.

28 Les + Teletubbies Oefening Op reis met de Teletubbies hoepels in kleuren pylonen Uitleg Alle kinderen (Teletubbies) lopen een parcoursje door verschillende kleuren hoepels. In de blauwe moet je telkens met twee voeten komen tijdens het lopen/rennen, in de gele mag je maar met één voet, in de rode moet je een rondje om je as maken. Laat de kinderen op drie verschillende plekken starten. Aanwijzing Bij één voet in de hoepel: afwisselen met links en rechts. Bij rondje om je as draaien: de ene keer linksom draaien, de andere keer rechtsom. Variatie Groep voor groep laten starten en kijken welke groep het snelst is. Oefening Laa-Laa gooit blikken om blikken tennisballen pylonen 9 LOPEN EN GAAN ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Uitleg De kinderen (Teletubbies) proberen met de tennisbal de drie opgestapelde blikken om te gooien. In -tallen werken. Het ene kind gooit de blikken om en het andere kind telt het aantal omgegooide blikken en verzamelt de tennisballen. Na drie gooibeurten wisselen van taak. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Afstand vergroten. ) Welk -tal gooit de meeste blikken om in twee minuten?

29 Les + Teletubbies HOCKEYVORMEN Oefening Teletubbieshockey hockeyballen hoepels 9 hockeysticks/knotsen 9 Uitleg De kinderen (Teletubbies) staan in een -tal rond een hoepel. Ze spelen met de hockeystick/ knots de bal over. De bal gaat tegen de klok in en mag niet door de hoepel. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Hockeystick op de grond houden als mikpunt voor het kind dat de bal gaat passen. Variatie ) De bal met de klok meespelen. ) Welk -tal speelt het snelst x rond zonder een hapering. SPRINGEN Oefening Springende Teletubbies foambuizen pylonen Uitleg In twee groepjes werken. Eén kind heeft een foambuis in zijn hand en houdt deze iets boven de grond. De overige kinderen springen hier om de beurt overheen, waarna ze achter in de rij aansluiten. Na twee beurten houdt een ander kind de buis vast. Aanwijzing Afzetten met één been. De ene keer met links afzetten, de andere keer met rechts. De buis niet te hoog boven de grond houden (enkelhoogte). Variatie ) De kinderen hand in hand als -tal de oefening uitvoeren. ) Plaats meerdere foambuizen als hindernis om overheen te springen. ) Gebruik een ladder of hockeysticks achter elkaar als hindernissen. ) Leg de buizen schuin neer. ) Wedstrijdje tussen twee groepen.

30 Les + De keeper Oefening De knappe keeper hockeysticks tennisballen 0 pylonen Uitleg De keeper is natuurlijk ook belangrijk, hij of zij houdt de ballen tegen. Ben jij ook een knappe keeper? Alle kinderen zijn verdeeld in -tallen. De ene speler probeert met hockeystick en bal te scoren in één van de twee doeltjes. De andere speler (keeper) probeert de bal tegen te houden met zijn handen en voeten; hij heeft geen hockeystick. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Afstand tot de doeltjes vergroten. ) Uit de loop proberen te scoren. Oefening Komt dat schot! HOCKEYVORMEN MIKKEN hockeysticks tennisballen flessen (bidons) met water pylonen Uitleg Vier kinderen hebben een hockeystick en bal. Ze pushen de bal op de bidon (de fles water), x achter elkaar. De andere kinderen, die achter de bidons staan, houden de ballen tegen. Na x ruilen de kinderen. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie Mikken op pylon of bidon. Wie raakt de bidon met alle de ballen? Lukt het drie keer achter elkaar, dan zet je de bidon twee stappen naar achteren.

31 Les + De keeper ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Oefening De rolmops foambuis Uitleg Alle kinderen liggen op de grond. De trainer loopt langs en beweegt een foambuis van boven naar beneden, richting het kind dat op de grond ligt. Het kind rolt weg, zodat de buis hem niet raakt. Aanwijzing Rollen om je as, zowel links- als rechtsom. Armen langs het lichaam. Voldoende afstand houden met de andere kinderen. Speel dit spel met trainers zodat de kinderen niet te lang op de grond hoeven te liggen. Variatie ) Rollen met de armen op de borst. ) Kinderen zelf met een buis op elkaar laten oefenen. Als trainer opletten dat ze niet te snel de buis naar beneden bewegen. SAMENWERKEN EN BALANCEREN Oefening Stand in de mand en de bal is voor... foambuizen grote ballen pylonen 9 Uitleg Twee kinderen houden tussen hen in twee foambuizen vast. Een derde kind legt hier een grote bal op. Het -tal gooit de bal vanaf de buizen de lucht in. Hun maatje zonder buis probeert de bal te vangen. Aanwijzing De kinderen die de buizen met twee handen vasthouden tellen samen af met,, en dan gooien ze de bal vanaf de buizen de lucht in. Na keer gooien wisselen de kinderen van taak. Variatie ) De bal laten rollen over de foambuizen, doordat de ene speler de buizen omlaag beweegt en de ander omhoog. ) Als -tal je van lijn tot lijn verplaatsen binnen het vierkant. Let op: de bal mag er niet vanaf vallen. ) Welk groepje kan in een 0 seconden zo vaak mogelijk de bal omhoog gooien met de buizen en de bal weer vangen?

32 Les + Sinterklaas Oefening De pietendans muziekinstallatie grote ballen Uitleg Alle kinderen zijn pieten die net van de boot komen. Op Sinterklaasmuziek doen ze verschillende loopvormen en bewegingen. Ze lopen rond en tikken afwisselend rechts en links de grond aan. Vervolgens lopen ze rond, terwijl ze met hun handen hun enkels vasthouden. Dan trekken ze tijdens het lopen hun knieën op (als het paard van Sinterklaas), waarbij ze met een elleboog een knie aantikken. Aanwijzing Probeer tijdens alle opdrachten zo veel mogelijk alles op het ritme van de muziek te doen. Variatie ) Rondje om je as draaien. Beide handen op de grond zetten en met je benen de lucht in zwaaien (op handen leren steunen). ) Met een bal (pakje) rondlopen en daarmee trucjes doen. ) Huppelen met -tallen, elkaar volgen en nadoen. ) De kinderen zelf bewegingen laten bedenken en elkaar laten nadoen. Oefening Pakjes in de schoorsteen MUZIEK EN RITME MIKKEN EN WERPEN hoepels tennisballen touwtjes pylonen Uitleg Vier kinderen (Pieten) staan ter hoogte van de pylonen. Ze mikken een bal in een hoepel, alsof ze een pakje in de schoorsteen gooien. De hoepels zijn in het doel of in het hek opgehangen. De kinderen gooien x, waarna ze wisselen met het andere kind van het -tal. Aanwijzing Bovenhands gooien. Met een been uitstappen bij het gooien. Rechts gooien is met je linkerbeen uitstappen, links gooien betekent met je rechterbeen uitstappen. Variatie ) Heeft een Piet drie keer een bal in een hoepel gegooid, dan de afstand tot de hoepel vergroten. ) Welke Piet heeft als eerste drie pakjes in de schoorsteen? ) Elk pakje in de schoorsteen is een punt, wie haalt de meeste punten?

33 Les + Sinterklaas BALANCEREN Oefening Piet op het dak touwtjes stokken ringen Uitleg Alle kinderen (Pieten) lopen over het touw (dakgoot). Terwijl ze balanceren, drijven de kinderen de ringen met de stokken om het touw, linksom en rechtsom. Aanwijzing Balans zoeken. Voeten mogen alleen op het touw. Variatie Drijf naar alle touwtjes (x) en maak daar een rondje omheen. HOCKEYVORMEN Oefening Pakjesavond hockeysticks hockeyballen pylonen Uitleg Alle kinderen (Pieten) werken in -tallen. Eén kind mikt met stick de bal tussen de pylonen, alsof ze een pakje in de schoorsteen mikken. Het andere kind van het -tal haalt vervolgens de bal achter de pylonen op en verzameld de ballen. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) De bal niet alleen met de forehand spelen, maar ook met de backhand spelen. ) Afstand tussen de -tallen vergroten. ) Welk -tal kan in minuut zoveel mogelijk scoren.

34 Les + Bert en Ernie Oefening Bert en Ernie spelen stuiterbal hoepels grote ballen pylonen ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Uitleg Twee kinderen (Bert en Ernie) stuiten de bal naar elkaar over. De bal moet in de hoepel stuiten (zie de linkerkant van de oefeningen, pylonen,, en ). Aanwijzing Bal vanaf de hoogte van je middel in de hoepel laten vallen. Een kommetje van je handen maken en hierin de bal vangen. Variatie ) De bal vanaf hoofdhoogte laten vallen in de hoepel, waarna het andere kind de bal vangt (zie de rechterkant van de oefeningen, pylonen,, en ). ) De bal met twee handen onderhands via een boogje in de hoepel gooien, waarna het andere kind de bal vangt. ) Tellen hoe vaak dit in één minuut goed gaat. Maak er een wedstrijd van wie het meest aantal keren de bal kan overspelen? ) Vergroot de afstanden tussen de pylonen. ) Laat de ontvanger in zijn handen klappen, waarna zijn maatje de bal in de hoepel gooit. Oefening Naar de overkant HOCKEYVORMEN hockeysticks hockeyballen pylonen Uitleg Alle kinderen zijn opgedeeld in twee groepen (Bert en Ernie), die elk aan één kant van het vierkant staan. Beide groepen moeten tegelijk met hockeystick en bal naar de overkant drijven. Aanwijzing Goed kijken waar je loopt. Niet botsen; leren uitwijken, dat betekent naar voren kijken. Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie De kinderen een rondje om de middelste pylon laten draaien en vervolgens naar de andere kant laten lopen (voor deze variant zijn er extra pylonen nodig).

35 Les + Bert en Ernie SPRINGEN Oefening Touwtjespringen 9 9 touwtjes Uitleg Bert en Ernie gaan touwtjespringen. Twee kinderen draaien een lang touw rond (twee aan elkaar geknoopte touwen). Het derde kind staat in het midden en springt over het touw. Aanwijzing Kinderen leren draaien. Op tijd opspringen. Variatie ) Alle kinderen met een eigen touw laten touwtjespringen. ) Wie kan de meeste rondjes draaien in minuut? ) Meerdere kinderen in een touw laten springen. TRAPPEN, SLAAN EN STOPPEN Oefening De lucht in! plankjes tennisballen pylonen Uitleg Alle kinderen werken in -tallen. Het ene kind (Bert) heeft een plankje en slaat hiermee een tennisbal iets omhoog. Zijn maatje (Ernie) laat de bal een keer stuiten en vangt hem vervolgens. Na vijf beurten wisselen Bert en Ernie van taak. Aanwijzing De bal op het plankje kijken. Laat de kinderen niet direct de bal heel hoog slaan. De bal uit de hand of na stuit slaan. Variatie ) De bal in een boogje naar de vanger toe slaan. ) De bal steeds hoger slaan. ) De bal zonder stuit vangen. ) Welk -tal kan de bal x achter elkaar goed raken en spelen? ) Welk -tal kan zo vaak mogelijk de bal goed spelen in minuut?

36 Les + Prinsessen en ridders Oefening De grote ridder-race TIKSPELEN pylonen Uitleg De kinderen (ridders) staan in -tallen naast elkaar. Het ene kind (ridder ) steekt zijn hand horizontaal uit. Als het andere kind (ridder ) op zijn hand tikt, rent deze weg tot voorbij de rij pylonen. Ridder probeert ridder te tikken. Na twee beurten wisselen van taak. Aanwijzing Arm goed strekken. Niet hard slaan. Voordat je een tikje geeft al ingedraaid staan in de richting waar je naartoe moet rennen. Laat als trainer kinderen die even snel zijn tegen elkaar rennen. Variatie ) Afstand vergroten. ) Ridder zijn ogen laten sluiten, zodat hij niet ziet wanneer hij het tikje op zijn hand krijgt. ) Hoe vaak weet ridder ridder te tikken of welke ridder tikt de meeste andere kinderen? Oefening Prinsessendans grote ballen ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Uitleg Alle kinderen (dansende prinsessen) lopen in de cirkel met een bal in beide handen. Op het teken van de trainer houden zij de bal hoog in de lucht of juist laag bij de grond. Andere opdrachten: de bal links of rechts naast je, met de bal de grond aantikken, de bal opgooien en één keer laten stuiten (dit kan niet met alle ballen). Aanwijzing Bal tussen twee handen vasthouden. Handen in een kommetje. Variatie ) Tijdens het lopen de bal voor je op de grond stuiten. ) De bal opgooien en in je handen klappen, voordat je de bal vangt. ) De bal opgooien en op je hoofd/schouder laten stuiten, voordat je de bal vangt. ) Op teken van de trainer de bal wisselen met een ander kind. ) Welke prinses of prins doet de trainer het snelst na?

37 Les + Prinsessen en ridders HOCKEYVORMEN Oefening De ridder en de prinses hockeysticks hockeyballen Uitleg Het ene kind van het -tal (ridder) heeft een hockeystick en een bal. Hij loopt hiermee rond en het andere kind (prinses) volgt hem waar hij gaat (ook met bal en hockeystick). Alsof de prinses bij de ridder achterop het paard zit. Op tijd wisselen van taak. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Met drie kinderen in een slinger lopen, met vier kinderen, etc. ) Met de hele groep elkaar volgen. PUSHEN EN STOPPEN Oefening In de roos tennisballen touwtjes pylonen hockeysticks Uitleg De kinderen zijn ridders die meedoen aan een schietwedstrijd. Ridder mikt op de roos, ridder rolt de bal terug. Na vier beurten wisselen. Kinderen proberen met de hockeystick de tennisbal in de roos (gemaakt van touwtjes) te pushen. x achter elkaar proberen, daarna wisselen. Aanwijzing Zachtjes de bal met de hockeystick wegduwen. Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Laat de kinderen proberen de tennisbal zo dicht mogelijk in de binnenste cirkel te komen. Variatie ) Hoeveel punten hebben de kinderen na drie beurten? ) Wie haalt de meeste punten met ballen?

38 Les 9+ In het kasteel Oefening De schatkamer en de draak hockeysticks tennisballen pylonen Uitleg Alle kinderen zijn verdeeld in -tallen. Het ene kind pusht een bal (draak) richting het doel (schatkamer), net naast het andere kind dat op zijn knieën (de bewaker) voor het doel zit. De ontvanger (de bewaker) mag de bal alleen met de armen tegenhouden, in een poging de schatkamer te bewaken. Na vijf beurten wisselen van taak. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Doel vergroten. ) Afstand tot het doel vergroten. ) Wie scoort het meest binnen minuut? Oefening De bakker en de zak meel PUSHEN EN STOPPEN SAMEN/ALLEEN foambuizen pylonen Uitleg Als bakker moet je vroeg opstaan om het deeg te maken en brood te bakken. Voor het deeg moet de bakker de zakken meel ophalen. Alle kinderen staan in -tallen met de rug tegen elkaar aan, met de armen in elkaar gehaakt. De ene speler (de bakker) buigt voorover en tilt zijn maatje (de zak meel) iets van de grond. Daarna loopt hij met de ander op zijn rug naar een pylon, over een afstand van circa drie meter. Aanwijzing Goed vasthouden. Armen ingehaakt houden. Iets door de knieën bij het tillen. Rustig liggen als je getild wordt. Variatie ) Afstand vergroten. ) Over een obstakel (bijvoorbeeld een foambuis) stappen als tikker. ) Welk kind kan helemaal naar de overkant lopen, zonder de zak met meel te laten vallen?

39 Les 9+ In het kasteel ROLLEN, STUITEN, WERPEN EN VANGEN Oefening De gestolen kroon grote ballen pylonen Uitleg In het vierkant gooien drie kinderen een bal (kroon) over. Tussen hen in staat een dief, die probeert de kroon te stelen. Heeft de dief de bal gevangen/tegengehouden, dan legt hij een pylon om. Bij drie omgelegde pylonen komt er een nieuwe dief. Of wisselen bij 0 seconden. De trainer houdt de tijd bij. Aanwijzing Kinderen leren een schijnbeweging te maken voordat ze gooien. Kinderen spelen de bal op of onder schouderhoogte naar elkaar. Variatie ) De bal rollen in plaats van gooien. ) Gooi de bal met één stuit naar elkaar. HOCKEYVORMEN Oefening Optreden voor de koning hockeysticks hockeyballen pylonen Uitleg De kinderen treden op voor de koning en draaien met de hockeystick en de bal rondjes om zichzelf heen. Ze staan zelf stil op de plek, waarbij de bal in de rondte gaat. Ook achtjes met de bal maken door de eigen benen. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. Variatie ) Hockeystick in één hand, zowel rechts als links. ) De kinderen spelen de bal in -tallen naar elkaar toe. Dit doen zij samen of stilstaand of in beweging.

40 Les 0+ Scoren Oefening Superspitsen HOCKEYVORMEN hockeysticks hockeyballen pylonen Uitleg De kinderen bewegen in -tallen door het vierkant. Je kunt als -tal scoren door een bal over te spelen door een doeltje. Het is niet toegestaan om twee keer achter elkaar in hetzelfde doeltje te scoren. De kinderen mogen alleen pushen. Wissel na drie minuten van maatje. Aanwijzing Zie leeftijdsspecifieke aanwijzingen in de bijlage. De hockeystick gaat over de grond. Variatie Wedstrijdje: welk -tal heeft na minuten de meeste doelpunten gemaakt? Oefening Vliegende score plankjes tennisballen pylonen kleine doeltjes TRAPPEN, SLAAN EN STOPPEN Uitleg Alle kinderen zijn verdeeld in -tallen. Het ene kind (slagman) heeft een plankje en een tennisbal. Hij probeert de tennisbal over het doel heen in een vierkant te slaan. In dit vierkant staat zijn maatje (vanger), die probeert de geslagen bal te vangen. Na vijf ballen wisselen van taak. Aanwijzing Onderhands slaan; de plank gaat van beneden naar boven (alsof je iemand een tikje op zijn billen geeft). Twee kinderen per doel en twee kinderen per vierkant. Variatie ) Pylonen op de lat van het doel zetten, zodat de kinderen deze eraf kunnen mikken. ) Welk kind kan de pylon in minuten tijd keer raak gooien?

Funkey. lesmap voor verenigingen

Funkey. lesmap voor verenigingen Funkey lesmap voor verenigingen 0 Funkey lesmap voor verenigingen 0 Colofon Uitgave Koninklijke Nederlandse Hockey Bond Postbus 0 GB Nieuwegein www.knhb.nl Teksten KNHB Remco van Staveren Fotografie KNHB/Koen

Nadere informatie

Funkey Koningsspelen voor Kleuters

Funkey Koningsspelen voor Kleuters Funkey Koningsspelen voor Kleuters Kledingsuggestie: Laat leerlingen in rood, wit, blauw en oranje (4 groepjes) of als prins(ess)en verkleed komen! Maak groepjes van max. 8 kinderen. Kies voor iedere spelronde

Nadere informatie

Warming up. Shuttle tikkertje. Hoe lang? Doel van het spel Wat heb ik nodig? Organisatie. Start. Speelregels Hoe maak ik het makkelijker?

Warming up. Shuttle tikkertje. Hoe lang? Doel van het spel Wat heb ik nodig? Organisatie. Start. Speelregels Hoe maak ik het makkelijker? Warming up Shuttle tikkertje warming up met shuttle 1 shuttle en evt. lint(en) voor de tikker(s) Alle kinderen lopen in de zaal, een tikker wordt aangewezen. Deze tikker heeft een shuttle in de hand waarmee

Nadere informatie

SPEL 1. Kangoeroe buidel-dief. Doel: Uitleg: Te moeilijk? Te makkelijk?

SPEL 1. Kangoeroe buidel-dief. Doel: Uitleg: Te moeilijk? Te makkelijk? SPEL 1 Kangoeroe buidel-dief Alle kangoeroe s (kinderen) hebben wat lekkers in hun buidel, op 1 kangoeroe na. Die kangoeroe probeert het lekkers van de andere kangoeroe s af te pakken totdat die alles

Nadere informatie

Standaard jaarplanning E pupillen en D jeugd (8-11 jaar)

Standaard jaarplanning E pupillen en D jeugd (8-11 jaar) Floorball training Standaard jaarplanning E pupillen en D jeugd (8-11 jaar) Deze standaard jaarplanning is een hulpmiddel voor alle jeugdtrainers. Met deze planning kan je het hele seizoen vullen met leuke

Nadere informatie

S.V. Kampong G/LG-Hockey Marije de Meij juli Samenvatting pilot aangepast Funkey

S.V. Kampong G/LG-Hockey Marije de Meij juli Samenvatting pilot aangepast Funkey Samenvatting pilot aangepast Funkey 2014 2016 Inleiding In september 2014 is er bij het G/LG-hockey van S.V. Kampong hockey een pilot gestart waarin er sportmogelijkheid geboden kon worden voor jonge kinderen

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 8. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 8. Doelen: Prinsen en prinsessen les 8 Doelen: - De speler kan hard rennen met grotere stappen en is snel/vlug met kleinere stappen - De speler kan een aankomende bal in vanuit beweging vangen - De speler kan een

Nadere informatie

Circus les 1. Doelen:

Circus les 1. Doelen: Circus les 1 Doelen: - De speler kan meerdere keren de bal stuiten, waarbij niet te hard op de bal geslagen wordt - De speler kan onderhands en bovenhands een bal geplaatst gooien met een aangepaste bewegingsuitslag

Nadere informatie

Het spellenboek. De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent:

Het spellenboek. De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent: Het spellenboek De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent: Mandje vullen Voor dit spel zijn minimaal twee kinderen nodig. Stap 1: Verdeel de

Nadere informatie

Aankleding: ballonnen, slingers, rode neuzen, jongleerspullen,

Aankleding: ballonnen, slingers, rode neuzen, jongleerspullen, Event Circus Het event vindt plaats tijdens het lesuur. Ouders zijn uitgenodigd om te komen kijken en mogen ook assisteren op de baan. Van te voren wordt kort aan de kids uitgelegd dat er deze les 5 oefeningen

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen kunnen onderhands opslaan met een shuttle. - Ze houden het racket vast bij het handvat met de shake-hand greep. Groep 5/6 - Leerlingen spelen

Nadere informatie

Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal.

Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal. Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal. Alle leerlingen staan aan één helft van de gymzaal verspreid met allemaal een bal. De trainer staat

Nadere informatie

Circus les 8. Doelen:

Circus les 8. Doelen: Circus les 8 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten en houdt balans bij de ladder oefeningen - De speler kan een aankomende bal in stilstand vangen met 2 handen na 1 of meerdere stuiten - De speler

Nadere informatie

Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven:

Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven: Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven: Bal op het hoofd Bal op de neus Bal om het hoofd heen Bal op de heupen

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 4. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 4. Doelen: Prinsen en prinsessen les 4 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten - De speler kan de bal gericht hard gooien - De speler kan een horizontale zwaai laten zien - De spelers houden zelf het spel

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 9. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 9. Doelen: Prinsen en prinsessen les 9 Doelen: - De speler heeft snelle voeten - De speler kan gericht gooien - De speler kan een rally spelen - De speler is gericht op geen fouten maken 1 Oefening 1 Bewegingsvaardigheden

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 6. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 6. Doelen: Prinsen en prinsessen les 6 Doelen: - De speler houdt het hoofd stil - De speler kan een gooi-rally spelen - De speler kan een rally spelen - De speler kan zich helemaal richten op de taak 1 Oefening 1

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen letten heel de tijd goed op de bal/ blijven kijken naar de bal - De leerlingen kunnen de bal op het racket balanceren - De oog-hand coördinatie

Nadere informatie

Op vakantie les 8. Doelen: punt. vindt.

Op vakantie les 8. Doelen: punt. vindt. Op vakantie les 8 Doelen: - De speler kan zich op verschillende manieren snel verplaatsen - De speler kan gericht rollen en/of gooien - De speler kan een aangegooide/aangespeelde bal terugslaan na het

Nadere informatie

De vernieuwde spelvormen

De vernieuwde spelvormen De vernieuwde spelvormen Clinic 1 onderbouw (U9-U11-U13) Seizoen 2017-2018 Inleiding In deze syllabus wordt er vooral aandacht besteed aan de vernieuwde spelvormen voor de Start2Volley-tornooien. Wat toelichting:

Nadere informatie

Circus les 5. Doelen:

Circus les 5. Doelen: Circus les 5 Doelen: - De speler heeft snelle voeten - De speler kan jongleren - meerdere ballonnen in de lucht houden - De speler oefent oog-hand coördinatie - De speler oefent concentratie/focus door

Nadere informatie

Inleiding. Kern A B A B A B A B A B A B A B. Groep 7 en 8 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

Inleiding. Kern A B A B A B A B A B A B A B. Groep 7 en 8 Les 1 Klassikale les. Kerndoel Les 1 Klassikale les Inleiding Kern zoals werpen vangen en voortbewegen met de bal. De leerlingen kunnen in looppas een bal gooien en vangen. 10 minuten - Kleine bal/stressbal - Bank zoals werpen en vangen.

Nadere informatie

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen.

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen. LES 7. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Touwzwaaien: - De leerling zwaait heen en weer en landt op de bank. Brandweerspel: - Als brandweer handelt de leerling snel als zijn of haar brand geblust

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS. LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen letten heel de tijd goed op de bal/ blijven kijken naar de bal - De leerlingen kunnen de bal op het racket balanceren - De oog-hand coördinatie

Nadere informatie

Circus les 6. Doelen:

Circus les 6. Doelen: Circus les 6 Doelen: - De speler heeft snelle voeten - De speler kan jongleren - meerdere ballonnen in de lucht houden - De speler oefent oog-hand coördinatie - De speler kan hardop de telling bijhouden

Nadere informatie

Inleiding. Kern. Groep 3 en 4 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

Inleiding. Kern. Groep 3 en 4 Les 1 Klassikale les. Kerndoel Les 1 Klassikale les Inleiding Kern Materiaal als werpen, vangen, voortbewegen met een bal. De leerlingen kunnen een opstuitende bal vangen. 10 minuten - Lucht-/tennisbal - Zachte bal - Bank Materiaal

Nadere informatie

Bal in de hoepel gooien

Bal in de hoepel gooien Bal in de hoepel gooien Ga achter de lijn staan met een bal in je handen. Gooi de bal in de eerste hoepel vervolgens in de tweede dan de derde enz, enz. De bal mag de rand van de hoepel niet raken. Je

Nadere informatie

We gaan er vanuit dat de B en C junioren een uur training krijgen en op grootveld met keeper spelen. Je training ziet er dan zo uit:

We gaan er vanuit dat de B en C junioren een uur training krijgen en op grootveld met keeper spelen. Je training ziet er dan zo uit: Floorball training Standaard jaarplanning B en C junioren (12-15 jaar) Deze standaard jaarplanning is een hulpmiddel voor alle jeugdtrainers. Met deze planning kan je het hele seizoen vullen met leuke

Nadere informatie

Op vakantie les 5. Doelen:

Op vakantie les 5. Doelen: Op vakantie les 5 Doelen: - De speler kan zich op verschillende manieren snel verplaatsen - De speler kan de bal gericht weggooien en in stilstand vangen - De speler kan zelf een strandbal met een voorzichtige

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 2. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 2. Doelen: Prinsen en prinsessen les 2 Doelen: - De speler vindt snel de bal op de grond en/of op de grond (oriëntatie) - De speler kan onderhands en bovenhands een bal met verschillende hoogtes gooien - De speler

Nadere informatie

Aankleding: koffers, zwembadje (bij mooi weer), strandballen, opblaas materiaal, parasol

Aankleding: koffers, zwembadje (bij mooi weer), strandballen, opblaas materiaal, parasol Event Op vakantie Het event vindt plaats tijdens het lesuur. Ouders zijn uitgenodigd om te komen kijken en mogen ook assisteren op de baan. Van te voren wordt kort aan de kids uitgelegd dat er deze les

Nadere informatie

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 5 6

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 5 6 Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 5 6 Inleiding Schaduwlopen Kinderen staan in tweetallen verspreid over de zaal. Nummer 2 volgt zo dicht mogelijk nummer 1, zonder botsingen. Na 20 seconden wisselen

Nadere informatie

Aankleding: speelgoed zwaarden, kroontjes, prinsen- en prinsessenkleding

Aankleding: speelgoed zwaarden, kroontjes, prinsen- en prinsessenkleding Event Prinsen en Prinsessen Het event vindt plaats tijdens het lesuur. Ouders zijn uitgenodigd om te komen kijken en mogen ook assisteren op de baan. Van te voren wordt kort aan de kids uitgelegd dat er

Nadere informatie

LES 37. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, springen, mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 37. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, springen, mikken. DOELSTELLINGEN: LES 37. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Wandrek klimmen - De leerling klimt vlot in het wandrek naar boven en omlaag. Hurksprong: - De leerling zet af met 2 voeten op de plank en landt op zijn

Nadere informatie

Circus les 2. Doelen:

Circus les 2. Doelen: Circus les 2 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten - De speler kan meerdere ballonnen in de lucht houden - De speler kan het racket aan het einde vasthouden alsof het een handje geeft - De speler

Nadere informatie

LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan

LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan LES 38 GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Handstand - De leerling kan als een spinnetje tegen de muur op lopen. Mikken - De leerling kan de bovenhandse strekworp gericht uitvoeren. Rollen: - De leerling

Nadere informatie

LES 26. GROEP: 3 t/m 8 Sportspelen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 26. GROEP: 3 t/m 8 Sportspelen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: LES 26. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Mattendribbelspel: - De leerling dribbelt voorzichtig langs de afpakkers heen. Mikken: - De leerling kan de bal overrollen naar de andere leerling over

Nadere informatie

Op vakantie les 9. Doelen: zich snel te verplaatsen. handen. punt. (open ruimte opzoeken)

Op vakantie les 9. Doelen: zich snel te verplaatsen. handen. punt. (open ruimte opzoeken) Op vakantie les 9 Doelen: - De speler kan snel opzij stappen, draaien en springen om te ontwijken of om zich snel te verplaatsen - De speler kan een aankomende bal in stilstand en in beweging vangen met

Nadere informatie

15 min. Stick Skills - Dominante hand hoog (3/4 de van de stick) - Andere hand helemaal bij het uiteinde van de stick

15 min. Stick Skills - Dominante hand hoog (3/4 de van de stick) - Andere hand helemaal bij het uiteinde van de stick Tijd Bewegingsactiviteiten Organisatie Aandachtspunten Stick Skills De leerlingen lopen kriskras door het veld met allemaal een eigen stick en eigen bal. Op teken van de docent (1 x fluiten) gooien de

Nadere informatie

OCHTEND BOVENBOUW. Atletiek. 1 Sprint. 2 Balwerpen. 3 Verspringen. 4 Hoogspringen. 5 Hordenloop. 6 Speerwerpen

OCHTEND BOVENBOUW. Atletiek. 1 Sprint. 2 Balwerpen. 3 Verspringen. 4 Hoogspringen. 5 Hordenloop. 6 Speerwerpen 1 OCHTEND BOVENBOUW Atletiek 1 Sprint 2 Balwerpen 3 Verspringen 4 Hoogspringen 5 Hordenloop 6 Speerwerpen 2 OCHTEND ONDERBOUW SPEL 1 Voetbal 4-4/ 2VELDJES 2 Lijnbal 4-4 / 2 VELDJES 3 Behendigheid 4 Reuzebal

Nadere informatie

Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders. Superhandig. boekje

Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders. Superhandig. boekje Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders Superhandig boekje 1 Inleiding SMASH! SMASH! is het nieuwe volleybalprogramma voor kinderen en jongeren tot en met 18 jaar. Met SMASH! brengen we

Nadere informatie

De gymles van begin tot eind

De gymles van begin tot eind De gymles van begin tot eind Eenvoudige inleidingen en afsluitingen voor een gymles Iedereen kent het wel: je gaat gymles geven en je gymzaal staat vol met materialen voor de kern van de les. Hoe kun je

Nadere informatie

LES 21. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4. Freerunning:

LES 21. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4. Freerunning: LES 21. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Free running: - De leerling kan op eigen niveau verschillende hindernissen passeren. Tikstrijd: - De tikker richt zich op alle lopers. - De leerling houdt

Nadere informatie

Bungelende emmer. Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Aantal spelers: 3+ Voorbereiding : geen Leeftijd: 4+ Soort: spel

Bungelende emmer. Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Aantal spelers: 3+ Voorbereiding : geen Leeftijd: 4+ Soort: spel Bungelende emmer Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Hang een emmertje met een touw aan een tak van een boom. Alle kinderen moeten nu vanaf een vast punt (zo n drie meter van de bungelende emmer

Nadere informatie

Trainingsinhoud Coachaanwijzingen Tekening

Trainingsinhoud Coachaanwijzingen Tekening Datum : 07-02-2016 (Evaluatie training) Teamfunctie : Aanvallen Doelstelling technisch : Passen en meenemen in combinatie met 1 tegen 1 actie frontaal Doelstelling inzichtelijk : Fase 1, 2 en 3 Bewegingsscholing

Nadere informatie

LES 34. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, tikspelen, Stoeien. DOELSTELLINGEN:

LES 34. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, tikspelen, Stoeien. DOELSTELLINGEN: LES 34. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Steile wand klimmen - De leerling klimt vlot met behulp van het touw tot bovenaan de berg. Stoeicircuit: - De leerling speelt zonder conflicten het spel

Nadere informatie

Hier vind je wat ideeën en tips om een verantwoorde schaatsles te geven.

Hier vind je wat ideeën en tips om een verantwoorde schaatsles te geven. SCHAATSLES GEVEN. Hier vind je wat ideeën en tips om een verantwoorde schaatsles te geven. Tips voor de begeleider. Draag handschoenen. (verplicht!) Ga vóór de groep staan en praat luid. Kijk in de schaatsrijrichting.

Nadere informatie

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 7 8

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 7 8 Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 7 8 Inleiding Schaduwlopen Kinderen staan in tweetallen verspreid over de zaal. Nummer 2 volgt zo dicht mogelijk nummer 1, zonder botsingen. Na 20 seconden wisselen

Nadere informatie

Volleybal binnen het basisonderwijs

Volleybal binnen het basisonderwijs Volleybal binnen het basisonderwijs Voorwoord Voor u ligt HET volleybalboek voor het basisonderwijs. Aan de hand van deze uitgeschreven oefenvormen en lessen kunt u als leerkracht stoere, uitdagende volleyballessen

Nadere informatie

Op vakantie les 2. Doelen:

Op vakantie les 2. Doelen: Op vakantie les 2 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten - De speler kan onderhands en bovenhands een bal geplaatst gooien met een aangepaste bewegingsuitslag - De speler kan vanuit beweging de

Nadere informatie

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken Lesonderdeel: Vak 1: Mikken Vak 2: Klimmen en rollen Vak 3: Touwtje/hoepel Springen Springen over zelf rondgedraaid touw Gooien, klimmen Bewegingsthema: Springen Klimmen Mikken Groep: 5 6 Lesweek 6 Les

Nadere informatie

Clinic Spelvormen Start2Volley-clinic 2 Seizoen

Clinic Spelvormen Start2Volley-clinic 2 Seizoen Clinic vormen Start2Volley-clinic 2 Seizoen 2016-2017 Inleiding Binnen deze clinic staan de spelvormen (het derde gedeelte binnen de jeugdtraining) centraal. De reden hiervoor ligt voor de hand. Nog al

Nadere informatie

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken Lesonderdeel: Vak 1: Mikken Vak 2: Klimmen en rollen Vak 3: Touwtje/hoepel Springen Springen over zelf rondgedraaid touw Gooien, klimmen Bewegingsthema: Springen Klimmen Mikken Groep: 7 8 Lesweek 6 Les

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: - De leerling durft als keeper een zachte bal tegen te houden wanneer een leerling van hetzelfde niveau gooit. - De leerling vangt een goed aangegooide

Nadere informatie

Vormen voor Warming up

Vormen voor Warming up Vormen voor Warming up Warming-up; panna-tikkertje 1. Maak een vak waarin alle spelers dribbelen met een bal. 2. Eén speler wordt als tikker aangewezen. 3. De tikker probeert zonder bal zoveel mogelijk

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 7. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 7. Doelen: Prinsen en prinsessen les 7 Doelen: - De speler heeft snelle voeten - De speler kan de bal controleren op het racketblad - De speler kan een rally spelen - De speler houden zelf het spel op gang (samenwerken)

Nadere informatie

VERSCHILLENDE SPELEN ALS INLEIDING OF WARMING-UP VOOR EEN TRAINING VOOR MINI S EN JEUGDELFTALLEN -.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.

VERSCHILLENDE SPELEN ALS INLEIDING OF WARMING-UP VOOR EEN TRAINING VOOR MINI S EN JEUGDELFTALLEN -.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-. VERSCHILLENDE SPELEN ALS INLEIDING OF WARMING-UP VOOR EEN TRAINING VOOR MINI S EN JEUGDELFTALLEN -.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.- 1. Bevrijdingstikkertje (in afgebakende ruimte) 1 of 2 tikkers;

Nadere informatie

Trainingsprogramma 2 e jaars F-pupillen

Trainingsprogramma 2 e jaars F-pupillen Trainingsprogramma 2 e jaars F-pupillen Inhoudsopgave Training Nummer 1... 3 Training Nummer 2... 5 Training Nummer 3... 7 Training Nummer 4... 9 Training Nummer 5... 11 Training Nummer 6... 13 Training

Nadere informatie

(nodig: een basketbal, een basketbalring, een stopwatch)

(nodig: een basketbal, een basketbalring, een stopwatch) (nodig: een basketbal, een basketbalring, een stopwatch) Het werkt op zich net als een gewoon potje basketbal, alleen zijn jullie nu net zo lang als echte basketballers. Papa en mama nemen de kinderen

Nadere informatie

POULEINDELING GROEP 5 & 6

POULEINDELING GROEP 5 & 6 2017 POULEINDELING GROEP 5 & 6 POULEINDELING GROEP 7 & 8 PLATTEGROND VERZAMELPUNTEN SCHOLEN WEDSTRIJDSCHEMA GROEP 5/6 POULE ROZE WEDSTRIJDSCHEMA GROEP 5/6 POULE GROEN WEDSTRIJDSCHEMA GROEP 5/6 POULE BLAUW

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 1. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 1. Doelen: Prinsen en prinsessen les 1 Doelen: - De speler kan hard rennen - De speler kan onderhands en bovenhands een bal met verschillende hoogtes over het net gooien - De speler kan een voorzichtige volley beweging

Nadere informatie

Oranje slingers. Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander. Speluitleg: Speluitleg:

Oranje slingers. Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander. Speluitleg: Speluitleg: Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander Dit spel kan het best in een afgeschermde ruimte gespeeld worden. Verspreid alle ballen door de hele ruimte. Eén speler gaat op de buik op het skateboard liggen

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 VOLLEYBAL. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: - De leerling vangt een moeilijke hoge bal die door een medeleerling wordt aangegooid in een spelsituatie. - De leerling gooit de bal op het moment dat de kans klein

Nadere informatie

LES 42. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, springen, doelspelen

LES 42. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, springen, doelspelen LES 42. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLING: Groep 3/4 Touwzwaaien met bewegend touw: - De leerling kan in een zwaaiend touw springen. Hoogspringen: - De leerling kan met 1 voet afzetten en landen op zijn voeten.

Nadere informatie

Trainingsplan E pupillen

Trainingsplan E pupillen Trainingsplan E pupillen Voor trainers en begeleiders Inleiding Dit trainingsplan is gemaakt om structuur te geven aan de trainers en begeleiders van alle E teams. De jaarplanning is een belangrijke factor

Nadere informatie

CMV 6-7. Inhoudsopgave

CMV 6-7. Inhoudsopgave CMV 6-7 Inhoudsopgave 10-bal niveau 2 2 Mooie balletjes opzetten (B) 3 Gooien en vangen level 1 4 Estafette 6 Rollen en mikken 7 Stuiteren 8 Balparcours 10 Bovenhands mikken 11 Gooien en vangen level 2

Nadere informatie

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 3 4

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 3 4 Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 3 4 Inleiding Schaduwlopen Kinderen staan in tweetallen verspreid over de zaal. Nummer 2 volgt zo dicht mogelijk nummer 1, zonder botsingen. Na 20 seconden wisselen

Nadere informatie

De motorische ontwikkeling van het jonge kind

De motorische ontwikkeling van het jonge kind De motorische ontwikkeling van het jonge kind Balanceren Loopt en trekt speelgoed achter zich aan. Hij kan dit ook achteruitlopend en zowel met de linker als rechter hand Draagt tijdens het lopen in zowel

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Beoordelen Vangen O De leerling kan een goed aangegooide bal niet vangen. V De leerling vangt een goed aangegooide bal bijna altijd. G De leerling vangt

Nadere informatie

STOEP- RANDEN

STOEP- RANDEN STOEP- RANDEN WWW.DOEFFGEZOND.NL STOEPRANDEN DOEL: UITLEG: GOOI DE BAL OP DE STOEPRAND BEIDE SPELERS STAAN TEGENOVER ELKAAR OP DE STOEP. ZE PROBEREN DE BAL BIJ ELKAAR OP DE STOEPRAND TE GOOIEN. GOOI JE

Nadere informatie

Overzichtskaart: Onder schooltijd, groep 3-4, groep van 30 leerlingen

Overzichtskaart: Onder schooltijd, groep 3-4, groep van 30 leerlingen Overzichtskaart: Onder schooltijd, groep 3-4, groep van 30 leerlingen Lesplan Na ontvangst worden de kinderen n ingedeeld in vijf groepen van zes kinderen. De kinderen nemen plaats bij het eerste station.

Nadere informatie

Warming-up voor de Jongste (F-) Jeugd

Warming-up voor de Jongste (F-) Jeugd Warming-Up voor de Jongste (F-) Jeugd 30 augustus 2012 Pag 1 van 15 Inhoudsopgave Voorwoord... 3 Eilandenruil... 4 Krokodillentikkertje... 5 Boer, ik kom op je land... 5 Gedoseerd slaan / pushen... 6 Hoepeldans...

Nadere informatie

Bouncebal. Voorbereiding voor hockeyvormen

Bouncebal. Voorbereiding voor hockeyvormen Bouncebal Bouncebal wordt gespeeld met een kunststof stick die voorzien is van een grote schuimkop. Naast het bekende teamspel waarbij een soort hockey gespeeld wordt, bieden de bouncebal sticks veel meer

Nadere informatie

Tik me dan als je kan!

Tik me dan als je kan! Tik me dan als je kan! Tikspelen lijken ingebakken in het spelgedrag van kinderen. Jonge kinderen vinden het plezierig om weg te lopen van mama of papa die achter hen aankomt en dat zet zich verder als

Nadere informatie

Uitwerking vrije lessen

Uitwerking vrije lessen Uitwerking vrije lessen Slakobabal - Verdeel de klas in twee teams, 1 veldpartij en 1 slagpartij. - De slagpartij zit op de bank en de veldpartij verdeeld zich over het veld. - De eerste leerling van de

Nadere informatie

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen LES 41. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN Groep 3/4: Mikken met touwzwaaien. - De leerling kan al zwaaiend, met de voeten een pittenzakje in een hoepel leggen. Vies en lekkertje. - De loper rent als hij niet

Nadere informatie

Spel Floorball Individuele stick en balbehandeling 2. Doelgroep Voortgezet Onderwijs Domein Onderdeel Thema Aantal 24. Les. Beginopstelling veld

Spel Floorball Individuele stick en balbehandeling 2. Doelgroep Voortgezet Onderwijs Domein Onderdeel Thema Aantal 24. Les. Beginopstelling veld Doelgroep Voortgezet Onderwijs Domein Onderdeel Groep H2A Thema Aantal 24 Les Spel Floorball Individuele stick en balbehandeling 2 Beginopstelling veld Benodigdheden Groot Goaltjes klein 4x Sticks 24x

Nadere informatie

LES 3. GROEP 3 t/m 8 HANDBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP 3 t/m 8 HANDBAL. DOELSTELLINGEN: LES 3. GROEP 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerling vangt een goed aangegooide bal in een balspel. - De leerlingen kan de bal gericht naar een medespeler gooien. Tips: - Maak deze les groepen

Nadere informatie

OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL

OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL NIVEAU 1 VANGEN, GOOIEN EN BEWEGEN ACCENTEN: VEELZIJDIG ONTWIKKELEN. BASISVAARDIGHEDEN VOOR IEDERE BALSPORT. BALVAARDIGHEID EN COÖRDINATIE. OOG - HAND, BALBAAN HERKENNING

Nadere informatie

OEFENINGEN HOCKEYPLAN SEIZOEN DEEL 2

OEFENINGEN HOCKEYPLAN SEIZOEN DEEL 2 OEFENINGEN HOCKEYPLAN SEIZOEN 2015-2016 DEEL 2 Onderstaand deel 2 met oefeningen welke speciaal door het Hockeyplan zijn geselecteerd. Deze oefeningen dienen als basis voor diverse technische/taktische

Nadere informatie

- De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien.

- De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien. LES 40. GROEP: 3/8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Klokkenluiden: - De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien. Airhockey: - De leerling kan de bal met een blokje naar de overkant schuiven.

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS. LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen letten heel de tijd goed op de bal/ blijven kijken naar de bal - De leerlingen kunnen de bal op het racket laten balanceren - De oog-hand

Nadere informatie

2 Zet de pilon op 2 vingers en houd deze 5 tellen in balans. Daarna op 1 vinger.

2 Zet de pilon op 2 vingers en houd deze 5 tellen in balans. Daarna op 1 vinger. Spelideeën met pilonnen en spelbal Onderstaande spelvormen sluiten aan bij de leerlijnen bewegingsonderwijs zoals beschreven in het Basisdocument bewegingsonderwijs. De spelvormen kunnen individueel of

Nadere informatie

Inleiding. Kern. Groep 5 en 6 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

Inleiding. Kern. Groep 5 en 6 Les 1 Klassikale les. Kerndoel Les 1 Klassikale les Inleiding Kern De leerlingen beheersen vaardigheden zoals werpen, vangen en voortbewegen met een bal. De leerlingen kunnen de volgende spelvormen uitvoeren: tik en afgooispelen. De

Nadere informatie

2. Basketbal 2: lummelen Nodig: 2 basketballen 3 (5 banken) 2 lintjes voor de lummels

2. Basketbal 2: lummelen Nodig: 2 basketballen 3 (5 banken) 2 lintjes voor de lummels 1. Basketbal 1: dribbelen en doelen 1 basket 2 korfbalpalen met korf 6 pilonnen 6 paaltjes 3 touwen (tussen paaltjes vastmaken) Voor ieder kind 1 basketbal Beschrijving: We maken een rondje door het vak:

Nadere informatie

Groep 3/4 - De leerlingen houden de hockeystick op de juiste manier vast. - De leerlingen kennen de regels wat betreft de veiligheid van hockey.

Groep 3/4 - De leerlingen houden de hockeystick op de juiste manier vast. - De leerlingen kennen de regels wat betreft de veiligheid van hockey. LES 1. GROEP 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen houden de hockeystick op de juiste manier vast. - De leerlingen kennen de regels wat betreft de veiligheid van hockey. Groep 5/6 - De leerlingen

Nadere informatie

De 11+ Een compleet warming-up programma

De 11+ Een compleet warming-up programma De 11+ Een compleet warming-up programma Deel 1 & 3 A A }6m Deel 2 B A: Hardlopen B: Jog terug B! ORGANISATIE A: Running OP HET exercise VELD B: Jog back Het parcours bestaat uit 6 paren evenwijdig geplaatste

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN: LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerling gooit de bal niet op het moment dat er een verdediger in de afspeellijn staat. De leerling maakt soms de keuze om de bal over te spelen in

Nadere informatie

Zomerprogramma U10-U12

Zomerprogramma U10-U12 Zomerprogramma U10-U12 Jeugdcoördinator: Katleen Deschodt Beste ouder, Beste speler, Nobody is a natural, you train to get good and then you train to get better Of om het in microben of benjamin taal te

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Dribbelen: - De leerling stuitert 15 keer met de voorkeurshand en met de niet voorkeurshand. Overspelen: - De leerling vangt een bal die door een medeleerling

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN: LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Eilandbal: - De leerlingen kennen de regels en spelen het spel zelfstandig. Vangen: - De leerling vangt een goed aangegooide bal bijna altijd. Groep 5/6:

Nadere informatie

Leskaarten muurkaatsen

Leskaarten muurkaatsen Leskaarten muurkaatsen Muurkaatsen Opbouw Spelvormen Muurkaatsen Kaatstennis Flyball Leskaarten muurkaatsen Najaar 2010 Vlot te doen Volop actie!! Maaike Osinga Inhoudsopgave Inleiding...3 Spelregels muurkaatsen

Nadere informatie

Schoolpleinpret. Jongeren Op Gezond Gewicht. actief en betrokken

Schoolpleinpret. Jongeren Op Gezond Gewicht. actief en betrokken Schoolpleinpret Jongeren Op Gezond Gewicht actief en betrokken VOORWOORD Beste lezer, Tikkertje, verstoppertje en voetballen zijn de populairste spelletjes op het schoolplein. Dat is al heel lang zo. Maar

Nadere informatie

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel:

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel: Klap, stamp en sla Deelnemers: minimaal 2 Opstelling: kinderen vormen tweetallen : De tweetallen tellen om de beurt tot 3. Eerst zegt de één 1, daarna de ander 2 en tot slot nummer één weer 3. Hierna begin

Nadere informatie

Per straatspeeldag staan er 5 spellen in. Er kan zelf gekozen worden welke spelen gepast zijn voor de doelgroep bij jullie in de straat.

Per straatspeeldag staan er 5 spellen in. Er kan zelf gekozen worden welke spelen gepast zijn voor de doelgroep bij jullie in de straat. Activiteitenboekje In dit activiteitenboekje willen we de bewoners ondersteunen met het organiseren van sportactiviteiten voor kinderen van 4 tot 12 jaar. Er staan sportactiviteiten in waar weinig sportmateriaal

Nadere informatie

Spelboekje. Districtstoernooi 2015

Spelboekje. Districtstoernooi 2015 Spelboekje Districtstoernooi 2015 Harbrinkhoek Olympische Spelen 19-20-21 juni 2015 Voorwoord Voor je ligt het spelboekje waarin de spelen staan die tijdens het districtstoernooi 2015 te Harbrinkhoek zullen

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: - De leerlingen kiest een afspeellijn die niet verdedigd wordt. - De leerling doet bij iemand is hem, niemand is hem, pogingen om de bal te pakken. - De leerling staat

Nadere informatie

Training kaboutergroep:

Training kaboutergroep: Training kaboutergroep: De kaboutergroep bestaat uit 36-56 jongens en/of meisjes die op een speelse manier in contact komen met de voetbalsport. Met meerdere trainers wordt de totale groep tijdens de training

Nadere informatie

Groep 5/6 - De leerling kent de basisregels, nu worden de regels verder uitgebreid. Ook deze moet de leerling kunnen toepassen.

Groep 5/6 - De leerling kent de basisregels, nu worden de regels verder uitgebreid. Ook deze moet de leerling kunnen toepassen. LES 11. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Bewegen op muziek: - De leerlingen kunnen de Leeuwenkoning dans vrij door de zaal uitvoeren waarbij het accent ligt op het nadoen van bewegingen en uitbeelden

Nadere informatie

Oefening 1 Bewegingsvaardigheden Door de plassen springen. Doel: de speler beweegt snel met de voeten en houdt balans bij de ladder oefeningen

Oefening 1 Bewegingsvaardigheden Door de plassen springen. Doel: de speler beweegt snel met de voeten en houdt balans bij de ladder oefeningen Op vakantie les 4 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten en houdt balans bij de ladder oefeningen - De speler kan de bal gericht wegrollen en onderhands een bal geplaatst gooien - De speler heeft

Nadere informatie