HOOFDSTUK 2. SCHULDEN EN DE WET OP HET CONSUMENTENKREDIET

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HOOFDSTUK 2. SCHULDEN EN DE WET OP HET CONSUMENTENKREDIET"

Transcriptie

1 HOOFDSTUK 2. SCHULDEN EN DE WET OP HET CONSUMENTENKREDIET Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 9 juli 1991) Wet van 7 januari 2001 tot wijziging van de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 25 januari 2001) Wet van 24 maart 2003 tot wijziging van de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 2 mei 2003) Wet van 10 augustus 2001 betreffende de Centrale voor Kredieten aan Particulieren (B.S. 25 september 2001) Wet van 13 juni 2010 tot wijziging van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 21 juni 2010) KB van 24 februari 1992 tot vaststelling van het maximumbedrag van het risico van de consument in geval van verlies of diefstal van de kredietkaart of andere krediettitel (B.S. 4 april 1992) KB van 4 augustus 1992 betreffende de kosten, de percentages, de duur en de terugbetalingsmodaliteiten van het consumentenkrediet (B.S. 8 september 1992; err. B.S. 25 november 1992) KB van 4 augustus 1992 tot regeling van de spreiding van de commissie voor bemiddeling inzake consumentenkrediet (B.S. 8 september 1992) KB van 20 november 1992 betreffende de verwerking van persoonsgegevens inzake consumentenkrediet (B.S. 11 december 1992) KB van 20 november 1992 betreffende de registratie door de NBB van wanbetalingen inzake consumentenkrediet (en hypothecair krediet) (B.S. 11 december 1992) KB van 11 januari 1993 tot vaststelling van de raadplegingsmodaliteiten en de voorwaarden waaraan de rechtspersonen die betaalkaarten ter beschikking stellen van de consument moeten voldoen om mededeling van persoonsgegevens te ontvangen (B.S. 9 februari 1993) KB van 23 maart 1993 betreffende de prijsaanduiding van homogene financiële diensten (B.S. 26 april 1995) KB van 27 april 1993 betreffende de minnelijke schikking bij inbreuken op de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 25 mei 1993) KB van 5 september 1994 tot aanwijzing van de artikelen van de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet die niet van toepassing zijn op bepaalde soorten van krediet, bedoeld in art. 3, 3 van deze wet (B.S. 17 september 1994; err. B.S. 22 oktober 1991) KB van 15 december 1998 houdende uitvoering van art. 17 van de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 29 december 1998) KB van 22 april 1999 tot regeling van de registratie van de berichten van collectieve schuldenregeling door de Nationale Bank van België en van hun raadpleging Aflevering 37 september 2011 IX. Kredietschulden / 5

2 door de personen bedoeld in art. 19, 2 van de Wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen (B.S. 19 mei 1999) KB van 7 juli 2002 tot regeling van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren (B.S. 19 juli 2002) KB van 11 januari 2006 tot bepaling van de financiële gegevens die in de prospectus, bedoeld in art. 5, 3 van de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet vermeld dienen te worden (B.S. 22 februari 2006) KB van 2 mei 2006 tot aanwijzing van personen bedoeld in art. 25 van de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 18 mei 2006) KB van 24 september 2006 tot wijziging van het KB van 4 augustus 1992 betreffende de kosten, de percentages, de duur en de terugbetalingsmodaliteiten van het consumentenkrediet met het oog op het invoeren van een maximale nulstellingstermijn (B.S. 20 oktober 2006, err. B.S. 16 november 2006) KB van 19 oktober 2006 tot wijziging van het KB van 4 augustus 1992 betreffende de kosten, de percentages, de duur en de terugbetalingsmodaliteiten van het consumentenkrediet met het oog op het bepalen van de maximale jaarlijkse kostenpercentages (B.S. 31 oktober 2006) KB van 12 juli 2009 tot wijziging van het KB van 7 juli 2002 tot regeling van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren (B.S. 18/8/2009) MB van 2 juni 1999 tot goedkeuring van het besluit van de Nationale Bank van België van 29 december 1998 betreffende de kosten van raadpleging van de door de Bank geregistreerde gegevens betreffende wanbetalingen inzake consumentenkrediet en hypothecair krediet (B.S. 17 juli 1999) KB van 21 juni 2011 tot wijziging van verschillende besluiten inzake consumentenkrediet en tot uitvoering van de artikelen 5, 1, tweede lid, en 2, en 15, derde lid, van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 29 juni 2011) 6 / IX. Kredietschulden Aflevering 37 september 2011

3 Inleiding: de wetgeving op het consumentenkrediet doorheen de tijd Aflevering 37 september 2011 IX. Kredietschulden / 7

4 Een volledig overzicht geven van de evoluties in de Wet Consumentenkrediet zou ons te ver leiden. Daarom willen we ons hier beperken tot de grootste evoluties van de wet. In deze historiek moeten we teruggaan tot 1957, naar de Wet van 9 juli 1957 tot regeling van de verkoop op afbetaling en van zijn financiering, die werd gewijzigd door de Wet van 5 maart 1965 (B.S. 27 maart 1965) om ze uit te breiden tot persoonlijke leningen op afbetaling, en vervolgens ook door de Wet van 8 juli Oudere kredietovereenkomsten specifiek deze van voor 1993 vallen nog (gedeeltelijk) onder deze oude wetgeving. In de praktijk zullen we regelmatig moeten teruggrijpen naar deze regelgeving. Kijk in deze situaties specifiek de verjaringstermijnen na, dit zowel wat betreft de hoofdsom als de kosten. Op 12 juni 1991 kwam de eerste versie van de Wet op het Consumentenkrediet (afgekort als WCK). Deze lag aan de basis van onze huidige wetgeving. De inwerkingtreding gebeurde in vijf fasen. Uiteindelijk was de volledige wet (pas) op 1 januari 1993 van toepassing. (Zie het KB van 5 augustus 1991 betreffende de data van inwerkingtreding van de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet ) Samen met de wet trad op 1 januari 1993 ook het KB van 4 augustus 1992 betreffende de kosten, percentages, duur en terugbetalingsmodaliteiten van het consumentenkrediet in werking. Hierin vind je verduidelijking omtrent art. 21 (maximaal jaarlijkse kostenpercentage) en art. 22 WCK (maximale terugbetalingstermijnen). In de bijlage van dit KB vind je ook de maximale JKP s vanaf 15 juli 1993 terug. In de loop der jaren zijn er een aantal kleinere aanpassingen geweest van de WCK, aangebracht door de Wet van 6 juli 1992 en de Wet van 11 december Een meer ingrijpende wijziging werd aangebracht door de Wet van 7 januari Deze wet, beter gekend als de Wet Santkin, voorziet een aantal bijkomende definities en een nieuw art. 27bis dat de maximaal verschuldigde betaling bij betalingsachterstand of opeisbaarheid van het krediet vastlegt. Deze Wet Santkin werd van toepassing op alle nieuwe overeenkomsten afgesloten vanaf 1 januari 2002 en voor alle oudere overeenkomsten die opeisbaar werden na deze datum. Met deze wet krijgen we als schuldbemiddelaar eindelijk een duidelijk systeem van afrekening. Waar we voor 2002 moesten terugvallen op een aantal algemene principes, rechtspraak en de goodwill van de kredietgever, lijkt de Wet Santkin voor eens en altijd duidelijkheid te geven. 8 / IX. Kredietschulden Aflevering 37 september 2011

5 In de praktijk schuldbemiddeling worden we nog vaak geconfronteerd met afrekeningen van voor januari Ook al is de Wet Santkin hierop niet van toepassing, toch wordt een berekening volgens deze principes meestal aanvaard door de kredietgever. Andere wijzigingen van de WCK kwamen er door de Wet van 10 augustus 2001 betreffende de Centrale voor Kredieten aan Particulieren en het KB van 7 juli 2002 tot regeling van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren. Hierdoor werd de positieve centrale vanaf 1 juni 2003 toegevoegd aan de reeds gekende zwarte lijst. Door het invoegen van een positief luik moet de kredietgever nog beter in staat zijn om zijn voorzichtigheidsverplichting na te komen. Door de Wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument werd art. 39 WCK (dat betrekking had op de invordering van schulden verbonden aan consumentenkredieten) opgeheven vanaf 1 juli Deze wet voerde immers een meer algemene regeling in, die de minnelijke invordering van alle soorten schulden regelt en dus niet alleen van consumentenkredieten. Met de Wet van 24 maart 2003 werd de WCK nogmaals ingrijpend gewijzigd. De vorige versie van de WCK werd grondig geëvalueerd en bijgewerkt vanuit het oogpunt de consument nog beter te beschermen. Een principe dat we uiteraard kunnen toejuichen. Een aantal van de wijzigingen, voornamelijk die met betrekking tot afschaffing van het kredietaanbod, traden in werking op 1 juni 2003; de overige op 1 januari Enkel de bepaling m.b.t. de vermelding van het ondernemingsnummer (art.14, 2) trad in werking op 1 januari In uitvoering van de wijzigingen die werden aangebracht door de Wet van 24 maart 2003 zijn er ondertussen een aantal belangrijke uitvoeringsbesluiten genomen. Zo bepaalt het KB van 11 januari 2006 de financiële gegevens die in de prospectus, bedoeld in art. 5, 3 WCK, vermeld dienen te worden. Hiernaast voert het KB van 19 oktober 2006 vanaf 1 februari 2007 nieuwe regels in m.b.t. de maximale jaarlijkse kostenpercentages. Vanaf dat moment zal enkel de kaart gebruikt voor elektronische overmaking van geldmiddelen recht geven op een hoger JKP bij kredietopeningen. Legitimatiekaarten vallen niet meer onder deze regeling. De Wet van 24 augustus 2005 tot omzetting van verschillende bepalingen van de richtlijn financiële diensten op afstand en van de richtlijn privacy elektronische com- Aflevering 37 september 2011 IX. Kredietschulden / 9

6 municatie bracht met ingang van 1 januari 2006 een aantal wijzigingen aan in de WCK m.b.t. de overeenkomsten op afstand. Een laatste belangrijke wijziging van de Wet Consumentenkrediet vond plaats via de wet van 13 juni 2010 tot wijziging van de Wet Consumentenkrediet. Deze wet strekte tot omzetting van de Europese Richtlijn Consumentenkrediet. Aangezien deze Richtlijn voor de geharmoniseerde materies niet enkel voorziet in een minimale bescherming, doch tevens in een maximale bescherming, kon de Belgische wetgever de bescherming die in de bestaande Belgische Wet Consumentenkrediet lag vervat niet overal behouden. De belangrijkste regelen ter bescherming van de consument bleven echter wel overeind. Intussen werd ter uitvoering van de nieuwe wet het KB van 21 juni 2011 tot wijziging van verschillende besluiten inzake consumentenkrediet en tot uitvoering van de artikelen 5, 1, tweede lid, en 2, en 15, derde lid, van de Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet uitgevaardigd. Dit KB wijzigt onder meer het KB van 4 augustus De gecoördineerde Wet op het Consumentenkrediet, waarin alle wetswijzigingen sinds 1991 zijn verwerkt, kan je terugvinden op de website in bijlage. Literatuurlijst M. DE MUYNCK, Consumentenkrediet: de wet van 13 juni 2010 gewikt en gewogen, RABG 2011, 79 p. M. DE MUYNCK en R. STEENNOT, De nieuwe wet consumentenkrediet en kredietopeningen: een afdoende bescherming voor de consument?, TBH 2011, Y. HOORNAERT, Wet op het consumentenkrediet (WCK): andermaal hervormd, Bank Fin. R. 2010, Ten geleide: op welke overeenkomsten zijn de nieuwe wettelijke bepalingen van toepassing? Het is uiteraard belangrijk te weten of men de nieuwe wettelijke bepalingen ook moet toepassen op overeenkomsten die voor de datum van inwerkingtreding van de nieuwe wettelijke regelen (1 december 2010) werden gesloten. Artikel 73 van de wet van 13 juni bepaalt dat de nieuwe wettelijke bepalingen van toepassing zijn op lopende overeenkomsten. Dit impliceert dat kredietovereenkomsten die werden gesloten voor 1 december 2010 in beginsel ook onderworpen zijn aan de nieuwe wettelijke bepalingen. Men moet echter rekening houden met een aantal belangrijke bijzondere regelen, die het noodzakelijk maken in bepaalde gevallen terug te grijpen naar de wettelijke bepalingen die golden bij de totstandkoming van de kredietovereenkomst. Wat de toepassing op de lopende kredietovereenkomsten van de artikelen 27bis (schadebedingen), 29 (uitdrukkelijk ontbindende bedingen) en 33ter, 1, eerste lid, 10 / IX. Kredietschulden Aflevering 37 september 2011

7 en 2 WCK betreft, worden de bedingen in de lopende overeenkomsten die, omwille van redenen van openbare orde of dwingend recht, strijdig zijn met deze bepalingen van rechtswege teruggebracht tot de bedingen die toegelaten worden door deze artikelen. Meer concreet, kunnen bijvoorbeeld schadebedingen en uitdrukkelijk ontbindende bedingen die in strijd zijn met de nieuwe wettelijke bepalingen niet nietig verklaard worden indien zij ten tijde van het sluiten van de overeenkomst in overeenstemming waren met de op dat ogenblik geldende bepalingen. Zij zullen gereduceerd moeten worden tot wat vandaag toegelaten is bij toepassing van de Wet Consumentenkrediet. Men moet derhalve naar de oude regelen teruggrijpen om te weten of het beding gereduceerd moet worden (indien het in overeenstemming was met de bij de totstandkoming geldende regelen) of nietig verklaard moet worden (indien het ook in strijd was met de op het ogenblik van het sluiten van de overeenkomst geldende regelen). Op de regel van de onmiddellijke toepassing van de nieuwe bepalingen bestaan ook een aantal echte uitzonderingen. Meer concreet geldt de onmiddellijke toepassing niet voor de artikelen 3, 5 tot 18, 20 en 21, 25, a), 31, 35 tot 37, 60 en 64 WCK. Het betreft onder meer de artikelen betreffende kredietpromotie, de precontractuele informatieplichten, het herroepingsrecht en een aantal regelen betreffende de zekerheden. Dit betekent dat in het geval waarin de kredietovereenkomst is gesloten voor 1 december 2010, men voor de betrokken kredietovereenkomst de vroegere wettelijke regelen moet hanteren. Bijvoorbeeld, is de kredietovereenkomst gesloten voor 1 december 2010, dan moet de vraag of de kredietgever aan zijn informatieverplichtingen heeft voldaan en de vraag of de overeenkomst de verplichte vermeldingen bevat beoordeeld worden aan de hand van de oude wettelijke bepalingen, die golden bij de totstandkoming van de overeenkomst. Of een kredietovereenkomst al dan niet onder de wet ressorteert, dient evenzeer beoordeeld te worden aan de hand van de wettelijke bepalingen die golden op het tijdstip van het sluiten van de kredietovereenkomst. Tot slot geldt nog een bijzondere regel voor het nieuwe artikel 22 2 WCK, dat bepaalt dat kredietopeningen van onbepaalde duur of met een looptijd van meer dan vijf jaar in een nulstellingstermijn moeten voorzien waarbinnen het totaal terug te betalen bedrag terugbetaald moet worden. Deze bepaling treedt pas in werking op 1 januari Zolang deze nieuwe regel niet in werking is getreden, geldt de verplichting om in een nulstellingstermijn te voorzien enkel voor kredietovereenkomsten van onbepaalde duur of met een looptijd van meer dan vijf jaar die niet in de periodieke terugbetaling van kapitaal voorzien. Voor lopende overeenkomsten waarvoor reeds een nulstellingsverplichting geldt, neemt de termijn van nulstelling weliswaar slechts aanvang vanaf de eerste debetstand die zich voordoet na 1 januari In de mate waarin de oude regelen relevant blijven, werd ervoor geopteerd om de commentaar bij de oude wettelijke bepalingen op de website bij dit handboek 1 te behouden. Aflevering 37 september 2011 IX. Kredietschulden / 11

8 2. Toepassingsgebied en begrippen die van belang zijn voor de bepaling ervan Art. 1 4 WCK De bepalingen van de Wet Consumentenkrediet gelden voor kredietovereenkomsten gesloten tussen een consument en een kredietgever, al dan niet door tussenkomst van een kredietbemiddelaar. In dit deel bespreken we enkel de definities die van belang zijn bij de bepaling van het toepassingsgebied. Andere definities worden besproken in de afdeling waar ze relevant zijn Personeel toepassingsgebied: consument, kredietgever en kredietbemiddelaar Consument De consument wordt gedefinieerd als elke natuurlijke persoon die ten aanzien van de onder de wet vallende verrichtingen handelt met een oogmerk dat geacht kan worden vreemd te zijn aan zijn handels-, beroeps- of ambachtelijke activiteit (art. 1.1 WCK). Om te bepalen of een kredietnemer al dan niet een consument is, dient men het bestemmingscriterium toe te passen. Meer concreet moet men nagaan of het krediet voor privédoeleinden, dan wel professionele doeleinden is bestemd. Met andere woorden, de kredietnemer is een consument indien het gefinancierde goed of de gefinancierde dienst (bv. auto) bestemd is voor privégebruik. Het is de bestemming ten tijde van het sluiten van de overeenkomst die bepalend is. Gemengde kredieten, dit zijn kredieten die zowel voor professionele als privédoeleinden worden aangegaan, vallen onder de toepassing van de Wet Consumentenkrediet indien zij voor hoofdzakelijk privédoeleinden worden aangegaan. Het begrip consument uit de Wet Consumentenkrediet is aldus ruimer dan het begrip consument uit de Wet Marktpraktijken, die een consument definieert als een natuurlijk persoon die handelt voor uitsluitend niet-beroepsmatige doeleinden (art. 1, 3 WMPC). Voorbeeld indien een man een PC op afbetaling koopt en deze PC hoofdzakelijk gebruikt wordt binnen het gezin, dan verhindert het occasionele beroepsmatige gebruik van de PC niet dat de man consument is in de zin van de Wet Consumentenkrediet. Op de Wet Marktpraktijken kan de man zich niet beroepen. 1. Beschikbaar vanaf / IX. Kredietschulden Aflevering 37 september 2011

9 Kredietgever Artikel 1.2 WCK definieert de kredietgever als elke natuurlijke persoon, elke rechtspersoon of elke groep van dergelijke personen, die krediet toestaat binnen het kader van zijn handels- of beroepsactiviteiten. Er kan slechts sprake zijn van een kredietgever indien een persoon krediet verstrekt in het kader van zijn beroepsactiviteit. Een occasionele kredietverlening aan een vriend of familielid ressorteert derhalve niet onder het toepassingsgebied van de wet, in tegenstelling tot wat geldt voor hypothecaire kredieten die onder de toepassing van de Wet Hypothecair Krediet vallen. Toepassing: Opdat de kredietverschaffing een handels- of beroepsactiviteit zou uitmaken, moet ze met regelmaat gebeuren. Het occasioneel verschaffen van krediet verleent aan degene die het krediet verleent niet de hoedanigheid van kredietgever in de zin van artikel 1, 2 Wet Consumentenkrediet (Gent 6 februari 2008, NjW 2008, 840). Uitzondering: Wanneer de overeenkomst het voorwerp uitmaakt van een onmiddellijke overdracht of indeplaatsstelling ten gunste van een erkende kredietgever die in de overeenkomst wordt aangewezen, wordt de persoon die de kredietovereenkomst oorspronkelijk tot stand brengt, i.e. de overeenkomst ondertekent, echter niet beschouwd als kredietgever maar als kredietbemiddelaar (art. 2, 3 WCK). In de praktijk vindt deze regel vooral toepassing op kredieten aangeboden door garagisten in het raam van autofinancieringen. Dergelijke kredieten maken immers veelal het voorwerp uit van een onmiddellijke overdracht aan een captive-financieringsmaatschappij Kredietbemiddelaar Art. 1 en 62 WCK De Belgische wet definieert de kredietbemiddelaar als een natuurlijke persoon of rechtspersoon die niet optreedt als kredietgever en die in het raam van zijn bedrijfsof beroepsactiviteiten tegen een vergoeding in de vorm van geld of een ander overeengekomen economisch voordeel: aan consumenten kredietovereenkomsten voorstelt of aanbiedt of consumenten anderszins bijstaat bij de voorbereiding van het sluiten van kredietovereenkomsten of namens de kredietgever met consumenten kredietovereenkomsten sluit. Opdat een persoon als kredietbemiddelaar beschouwd kan worden, is vereist enerzijds dat de bemiddeling geschiedt in het kader van een beroepsactiviteit, anderzijds dat de bemiddelaar een vergoeding in de vorm van geld of enig ander overeengekomen economisch voordeel ontvangt. Een economisch voordeel of financiële belo- Aflevering 37 september 2011 IX. Kredietschulden / 13

10 ning dient vooraf met de kredietgever te zijn overeengekomen en kan bijvoorbeeld bestaan uit de toekenning door de kredietgever van voordelen die de verkoper of dienstverlener toelaten om kosten te besparen (bv. ter beschikking stellen van informatica of type-aanvraagformulieren). Het loutere feit dat een verkoper via een kredietovereenkomst erin slaagt een grotere omzet te realiseren, volstaat echter niet aangezien in een dergelijk geval er geen overeengekomen economisch voordeel bestaat. Het begrip kredietbemiddelaar omvat vooreerst de kredietmakelaars en de kredietagenten (zie art. 62 WCK). Kredietagenten hebben de bevoegdheid om in naam en voor rekening van de kredietgever een kredietovereenkomst te sluiten. Kredietagenten kunnen slechts één enkele kredietgever vertegenwoordigen voor een bepaald type van kredietovereenkomsten. Meer concreet, slechts indien de kredietgever die zij vertegenwoordigen niet alle kredietvormen aanbiedt, kunnen zij voor de kredietvormen die niet worden aangeboden door de betrokken kredietgever, bemiddelen voor een andere kredietgever (bv. indien de betrokken kredietgever geen leningen op afbetalingen verstrekt, kunnen zij voor leningen op afbetaling of hypothecaire kredieten bemiddelen voor maximaal een andere kredietgever). De rol van de kredietmakelaar beperkt er zich toe de partijen bij elkaar te brengen. Hij heeft geen vertegenwoordigingsbevoegdheid en kan de overeenkomst derhalve niet in naam en voor rekening van de kredietgever sluiten. Kredietmakelaars kunnen, in tegenstelling tot kredietagenten, voor eenzelfde soort kredietovereenkomst, optreden voor één of meer kredietgevers. Het begrip kredietbemiddelaar is evenwel niet beperkt tot kredietagenten en kredietmakelaars. Ook een winkelier die de consument naar een bepaalde kredietgever verwijst en daarbij een overeengekomen economisch voordeel verwerft, moet als een kredietbemiddelaar beschouwd worden. Immers, de winkelier staat de consument bij bij de voorbereiding van het sluiten van een kredietovereenkomst. In dit kader moet wel worden opgemerkt dat de leverancier van goederen of diensten die bij wijze van nevenactiviteit als kredietbemiddelaar optreedt van een hele reeks informatieverplichtingen wordt vrijgesteld (art. 11ter WCK, infra) Materieel toepassingsgebied Verschillende soorten kredietovereenkomsten Een kredietovereenkomst wordt gedefinieerd als elke overeenkomst waarbij een kredietgever een krediet verleent of toezegt aan een consument, in de vorm van uitstel van betaling, van een lening of van elke andere gelijkaardige betalingsregeling (art. 1.4 WCK). 14 / IX. Kredietschulden Aflevering 37 september 2011

11 Het begrip kredietovereenkomst omvat vier specifieke kredietvormen (lening op afbetaling, kredietopening, verkoop op afbetaling en financieringshuur), maar is geenszins beperkt tot deze vier vormen, aangezien elk uitstel van betaling een kredietovereenkomst uitmaakt. Zodra er sprake is van een tijdsverschil tussen enerzijds het ter beschikking stellen van een som geld, het in bezit nemen van een goed of het genieten van een dienst en anderzijds de terugbetaling van het verkregen bedrag of het betalen van de prijs, is er sprake van een uitstel van betaling en derhalve kredietovereenkomst. Het is niet vereist dat de consument een prijs moet betalen voor het krediet. Ook het gratis krediet valt derhalve onder de wet. De term kredietovereenkomst is derhalve veel ruimer dan de lening op afbetaling. Het gaat bijvoorbeeld ook over de hypothese waarin de verkoper van een goed de consument de mogelijkheid biedt om de prijs later (in termijnen) te betalen. Het belang van de bijzondere kredietvormen bestond er vroeger in dat voor elk van de vier genoemde kredietvormen, bijzondere regelen golden (art. 40 e.v. WCK). Kijkt men naar de huidige Wet Consumentenkrediet, dan ziet men dat er enkel nog bijzondere regelen bestaan voor de kredietopening en de financieringshuur (zie respectievelijk artt ter en artt WCK). De afzonderlijke definitie van verkoop op afbetaling en lening op afbetaling is nog relevant voor de toepassing van artikel 11 4, lid 2 WCK (infra). Het is nuttig enkele punten van onderscheid tussen deze kredietvormen in herinnering te brengen. De kredietopening en de lening op afbetaling onderscheiden zich van elkaar door het feit dat bij een lening het kredietbedrag onmiddellijk en integraal ter beschikking wordt gesteld, een bedrag dat de consument door middel van periodieke stortingen dient terug te betalen. In geval van een kredietopening daarentegen verkrijgt de consument een recht om ten belope van een bepaald bedrag krediet op te nemen, dat hij dan overeenkomstig de afgesproken contractuele voorwaarden moet terug betalen. Een kredietopening is dan ook een meer geschikte kredietvorm indien men bij het sluiten van de kredietovereenkomst niet kan inschatten hoeveel krediet men daadwerkelijk nodig zal hebben (men zal dan immers enkel rente betalen op het opgenomen bedrag). Kent men het exacte kredietbedrag wel en is het krediet bestemd voor de financiering van één bepaald goed (bv. wagen), dan is een lening op afbetaling aangewezen, in het bijzonder omdat de kost van een lening veelal lager is dan deze van een kredietopening. De verkoop op afbetaling onderscheidt zich in hoofdzaak van de lening op afbetaling door de persoon die het krediet verstrekt. Wordt het krediet verstrekt door de verkoper of dienstverlener, dan is er sprake van een verkoop op afbetaling. Wordt het krediet daarentegen verleend door een derde (bv. een bank), dan is er een lening op afbetaling. De verkoop op afbetaling en de financieringshuur onderscheiden zich van elkaar doordat de verkoop op afbetaling gericht is op eigendomsoverdracht. De Aflevering 43 maart 2013 IX. Kredietschulden / 15

12 financieringshuur strekt tot het genot van een roerend goed en bevat enkel een optie in hoofde van de kredietnemer om aan het eind van de overeenkomst de eigendom te verwerven. Financieringshuur leidt derhalve niet noodzakelijk tot eigendomsoverdracht, een verkoop af afbetaling wel (tenzij in een clausule van eigendomsvoorbehoud is voorzien en de consument zijn terugbetalingsverplichtingen niet nakomt) Uitgesloten kredietovereenkomsten De ruime definitie van het begrip kredietovereenkomst heeft de wetgever genoodzaakt om een hele reeks van kredietovereenkomsten geheel of gedeeltelijk uit te sluiten van het toepassingsgebied van de wet. Men dient daarbij een onderscheid te maken tussen de kredietovereenkomsten die volledig worden uitgesloten van het toepassingsgebied van de wet (art. 3 1 WCK) en de kredietovereenkomsten die slechts gedeeltelijk worden uitgesloten (art. 3 2 WCK) Volledige uitsluitingen Verzekeringen en doorlopende levering Worden vooreerst volledig uitgesloten: de verzekeringsovereenkomsten (bedoeld worden bijvoorbeeld verzekeringscontracten waarbij de premie in maandelijkse termijnen worden betaald), alsook de overeenkomsten voor doorlopende dienstverlening en doorlopende levering van dezelfde goederen, waarbij de consument, zolang de goederen, respectievelijk diensten worden geleverd, de kosten daarvan in termijnen betaalt. Voorbeelden Bedoeld worden onder meer de overeenkomsten die worden gesloten tussen consumenten en leveranciers van gas en elektriciteit. Huurovereenkomsten zonder aankoopverplichting Huurovereenkomsten worden volledig uitgesloten van het toepassingsgebied van de Wet Consumentenkrediet indien zij niet voorzien in een verplichting om het goed te kopen. Dergelijke verplichting mag noch in de huurovereenkomst zelf, noch in een afzonderlijke overeenkomst vervat liggen. Indien de verhuurder eenzijdig kan beslissen dat de huurder tot de aankoop van het goed dient over te gaan, wordt de verplichting tot aankoop van het goed geacht te bestaan. Bepaalde kredietkaarten Art. 3, 1, 3 WCK sloot aanvankelijk kredietovereenkomsten zonder interest van het toepassingsgebied van de Wet Consumentenkrediet uit voor zover aan twee cumulatieve voorwaarden was voldaan. Enerzijds moest het krediet binnen een termijn van twee maanden worden terugbetaald, anderzijds moest de kostprijs lager zijn dan 50 euro per jaar (vanaf 1 januari 2012: 51,74 euro). Deze uitzondering was in de plaats gekomen van een andere uitzondering die niet langer in de wet is voorzien, met name de uitzondering van de kredietopeningen voor een bedrag < 1250 euro en terugbetaalbaar binnen een termijn van drie maanden. 16 / IX. Kredietschulden Aflevering 43 maart 2013

13 Voorbeeld Onder deze uitzondering vielen de zogenaamde accreditiefkaarten of kredietkaarten, dit zijn kredietkaarten waarbij de consument maandelijks een afrekening verkrijgt en het gespendeerde bedrag in uitvoering van een domiciliëring van zijn rekening wordt gedebiteerd (normale VISA, Mastercard). Indien de kostprijs lager was dan 50 euro per jaar (vanaf 1 januari 2012: 51,74 euro), vielen deze kredietkaarten niet onder het toepassingsgebied van de wet, dit ongeacht het bedrag dat met de kaart kon gespendeerd worden. Indien de terugbetaling niet geschiedde binnen de twee maanden, i.e. wanneer de betrokken overeenkomst bij het toezenden van de afrekening aan de consument de keuze liet tussen een onmiddellijke terugbetaling en een terugbetaling op langere termijn (bv. KBC-Pinto) was de wet dus wel van toepassing. In de praktijk werd van deze uitzondering echter ook gebruiktgemaakt door kredietverleners die in België zogenaamde minikredieten aanboden. Het betreft kredieten voor een klein bedrag die binnen een korte periode terugbetaald moesten worden. Het contract werd gesloten per sms of via internet met een rente van 0 % maar er moesten wel kosten betaald worden. Zo werd er bv. voor een kredietbedrag van 200 euro dat gedurende 30 dagen ontleend werd een bedrag van 49,90 euro aan kosten aangerekend. Een dergelijke werkwijze was mogelijk omdat deze kredietverstrekkers hiervoor gebruikmaakten van de hierboven vermelde uitzondering op het toepassingsgebied van de Wet Consumentenkrediet, alhoewel deze uitzondering eigenlijk niet voor dergelijke vormen van kredietverstrekking bedoeld was. Het voordeel voor de kredietverstrekker was dat dergelijke minikredieten dan niet aan de strenge vereisten van de WCK (o.m. op het vlak van maximale jaarlijkse kostenpercentages) moesten voldoen. Bij Wet van 3 augustus 2012 tot wijziging van artikel 3, 1, 3, van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 19/09/2012) werd het toestaan van dergelijke minikredieten financieel onaantrekkelijk gemaakt. Enkel wanneer de kosten voor een (mini)krediet op maandbasis lager zijn dan 4,17 euro (te indexeren), er geen interesten worden aangerekend en het opgenomen krediet binnen een termijn van twee maanden moet worden terugbetaald, is de uitzondering nog toepasselijk. Vraagt men 4,17 euro (te indexeren) of meer aan kosten per maand, dan is de WCK wel degelijk van toepassing. Deze wetswijziging is in werking getreden op 20 september Voor het meest actuele bedrag van deze drempel (geïndexeerd bedrag), zie I. Leidraad, hoofdstuk 3, punt 14. Hypothecaire kredieten Hypothecaire kredieten die onder het toepassingsgebied vallen van hetzij Titel I van het K.B. nr. 225, hetzij titel I van de Wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet, ressorteren niet onder het toepassingsgebied van de Wet Consumentenkrediet. Met andere woorden, de Wet Consumentenkrediet en de Wet Hypothecair Krediet kunnen niet beiden van toepassing zijn. Deze vaststelling is niet zonder belang, aangezien de Wet Hypothecair Krediet bijvoorbeeld geen bijzondere regelen en sancties bevat op het vlak van precontractuele informatieverplichtingen. Aflevering 43 maart 2013 IX. Kredietschulden / 17

14 Het komt er dus op aan eerst te kijken of een krediet gewaarborgd is door een hypotheek en in bevestigend geval na te gaan of deze hypothecaire kredietovereenkomst onder de Wet Hypothecair Krediet valt. De Wet Hypothecair Krediet geldt enkel wanneer een hypothecair krediet bestemd is voor de financiering van de verwerving of het behoud van zakelijke rechten op onroerend goed en de kredietnemer de overeenkomst sluit voor hoofdzakelijk privédoeleinden (art. 1 WhypK). Voorbeeld Indien de hypothecaire kredietovereenkomst wordt gesloten met het oog op de financiering van een dure wagen, een boot of beleggingen, dan vindt de Wet Hypothecair Krediet geen toepassing. De Wet Consumentenkrediet kan in een dergelijk geval wel gehanteerd worden, uiteraard indien de betrokken kredietovereenkomst onder het toepassingsgebied van de Wet Consumentenkrediet ressorteert (bv. niet onder een andere uitzondering valt). De vraag rijst welke wet gehanteerd moet worden bij een zogenaamd gemengd hypothecair krediet, i.e. een hypothecair krediet dat deels bestemd is voor de financiering van verwerving of behoud van zakelijke rechten op onroerend goed en deels voor de financiering van consumptiegoederen. Naar onze overtuiging moet men in een dergelijk geval nagaan of het krediet in hoofdzaak bestemd is voor de financiering van de verwerving of behoud van zakelijke rechten op onroerende goederen. Enkel in bevestigend geval vindt de Wet Hypothecair Krediet toepassing. Voorbeeld Deze situatie doet zich in de praktijk vooral voor bij een centralisatie of hergroepering van een hypothecair krediet en één of meer consumptiekredieten. De bestaande kredietovereenkomsten (hypothecaire en andere) worden in dergelijk geval vervroegd terugbetaald via een nieuwe kredietovereenkomst, die integraal wordt gewaarborgd door een hypotheek op een onroerend goed. Is het bedrag van de nieuwe kredietovereenkomst in hoofdzaak bestemd voor de terugbetaling van een hypothecaire kredietovereenkomst die bestemd was voor de financiering van de verwerving of behoud van zakelijke rechten op onroerende goederen, dan is de Wet Consumentenkrediet niet van toepassing. Omgekeerd, is het resterend saldo van de oorspronkelijke hypothecaire kredietovereenkomst beperkt en strekt de nieuwe hypothecaire kredietovereenkomst in hoofdzaak tot de vervroegde terugbetaling van bestaande consumptiekredieten of het aangaan van nieuwe consumptiekredieten, dan vindt de Wet Consumentenkrediet wel toepassing. Huwelijksbemiddeling Overeenkomsten betreffende huwelijksbemiddeling (elke activiteit waarbij tegen vergoeding ontmoetingen tussen personen worden geregeld die rechtstreeks of onrechtstreeks tot een huwelijk of tot een vaste relatie moeten leiden) die onder het toepassingsgebied vallen van de Wet van 9 maart 1993 die ertoe strekt de exploitatie van huwelijksbureaus te regelen en te controleren, vallen niet onder het toepassingsgebied van de Wet Consumentenkrediet. Consumenten worden geacht voldoende te zijn beschermd door de Wet van Betalingsuitstel voor bestaande schuld Indien de consument uitstel verkrijgt om een bestaande schuld terug te betalen en hem daarvoor geen enkele kost wordt aange- 18 / IX. Kredietschulden Aflevering 43 maart 2013

15 rekend, dan valt dit uitstel van betaling niet onder de toepassing van de Wet Consumentenkrediet. Opgelet, het gaat hier enkel over de hypothese waarin een schuld eisbaar is geworden en de partijen na de opeisbaarheid (i.e. na de vervaldatum) een regeling overeenkomen tot verder uitstel van betaling zonder hiervoor enige kost of interest aan te rekenen. Het gaat hier uiteraard niet om de hypothese waarin krediet wordt verleend met een jaarlijks kostenpercentage van 0 %. Dergelijk krediet valt wel degelijk onder het toepassingsgebied van de Wet Consumentenkrediet Gedeeltelijke uitsluitingen Een aantal kredietovereenkomsten worden in artikel 3 2 WCK gedeeltelijk uitgesloten van het toepassingsgebied van de wet. Een gedeeltelijke uitsluiting houdt in dat een aantal bepalingen van de wet van toepassing blijft. Benadrukt moet hierbij worden dat de regelen die toepassing vinden, verschillen van geval tot geval. De schuldbemiddelaar moet voor deze overeenkomsten dus steeds nagaan of een bepaald artikel al dan niet van toepassing is. Deze regelen zullen in de praktijk vooral belangrijk zijn voor kredietopeningen verbonden aan zichtrekeningen. Aflevering 43 maart 2013 IX. Kredietschulden / 18 1

16

17 Kredietovereenkomsten voor beperkte bedragen Kredietovereenkomsten met een beperkte impact, met name kredietovereenkomsten voor een bedrag kleiner dan 200 euro, worden gedeeltelijk uitgesloten van het toepassingsgebied van de wet. Een hele reeks bepalingen blijven echter van toepassing, met name: de regelen inzake kredietpromotie (art. 5-9 WCK), de verplichting informatie in te winnen omtrent de financiële situatie van de consument (art. 10 WCK), de informatieverplichtingen uit artikel 11-11ter WCK, de adviesverplichting uit artikel 15 lid 1 WCK, het verbod voor de ondertekening van de overeenkomst het kredietbedrag ter beschikking te stellen (art. 16 WCK), de bepalingen inzake het maximale JKP (art. 21 WCK), de regelen betreffende onrechtmatige bedingen (art. 27bis-33bis WCK), de regelen omtrent kredietovereenkomsten van onbepaalde duur en het recht kredietopnemingen te schorsen (art. 33ter WCK), de bepalingen betreffende de persoonlijke zekerheidstelling (art WCK), de regeling betreffende het toestaan van betalingsfaciliteiten (art. 38 WCK), de bepalingen betreffende het lichten van de optie bij financieringshuur (art. 47 WCK), de periodieke informatieverplichting bij kredietopeningen (art. 59 WCK), de bepalingen betreffende kredietbemiddelaars en schuldbemiddeling (art WCK) en de regelen inzake controle, toezicht en sancties (art WCK). Kredietovereenkomsten voor grote bedragen Kredietovereenkomsten die betrekking hebben op bedragen van meer dan euro en die vastgesteld worden bij authentieke akte worden evenzeer gedeeltelijk uitgesloten van het toepassingsgebied van de wet. Opdat deze gedeeltelijke uitsluiting toepassing vindt, volstaat het niet dat het krediet overschrijdt, maar is tevens vereist dat de kredietovereenkomst bij authentieke akte wordt vastgesteld. Blijven meer concreet van toepassing: de regelen inzake kredietpromotie (art. 5-9 WCK), de verplichting informatie in te winnen omtrent de financiële situatie van de consument (art. 10 WCK), de informatieverplichting uit artikel 11-11ter WCK, de verplichting bepaalde in artikel 14 2 WCK opgenomen vermeldingen in de overeenkomst te incorporeren, de adviesverplichting uit artikel 15 lid 1 WCK, de verplichting enkel krediet te verstrekken aan consumenten die redelijkerwijze in staat zullen zijn hun verplichtingen na te komen (art. 15, lid 2 WCK), het verbod voor de ondertekening van de overeenkomst het kredietbedrag ter beschikking te stellen (art. 16 WCK), de bepalingen inzake het maximale JKP (art. 21 WCK), de regelen betreffende onrechtmatige bedingen (art. 27bis-32bis WCK), het recht op schorsing van kredietopnemingen (art. 33ter 2 WCK), Aflevering 37 september 2011 IX. Kredietschulden / 19

18 de bepalingen betreffende de persoonlijke zekerheidstelling (art ), de bepalingen betreffende het toestaan van betalingsfaciliteiten (art. 38 WCK), de bepalingen betreffende het lichten van de optie bij financieringshuur (art. 47) en de terugname van het goed bij financieringshuur (art. 54 WCK), de periodieke informatieverplichting bij kredietopeningen (art. 59 WCK), de bepalingen betreffende kredietbemiddelaars en schuldbemiddeling (art WCK), de bepalingen betreffende de verwerking van persoonsgegevens (art WCK) en de regelen inzake controle, toezicht en sancties (art WCK). Geoorloofde debetstanden op rekening en overschrijdingen Zoals reeds werd vermeld, werd de uitzondering voor kredietopeningen van 1250 euro of meer en terugbetaalbaar binnen de drie maanden niet overgenomen in de vernieuwde wet. Naast de in de plaats gekomen uitzondering voor bepaalde kredietkaarten (supra), wordt deze uitzondering gedeeltelijk vervangen door de bijzondere regeling voor geoorloofde debetstanden op een rekening en overschrijdingen. Onder bepaalde voorwaarden zullen deze immers slechts gedeeltelijk onder de wet ressorteren. Het komt er in de eerste plaats op aan om het concept geoorloofde debetstand op een rekening en het begrip overschrijding te definiëren. Artikel 1, 12ter WCK definieert de geoorloofde debetstand op een rekening als een uitdrukkelijke kredietopening waarbij een kredietgever een consument de mogelijkheid biedt bedragen op te nemen die het beschikbare tegoed op zijn rekening te boven gaan. Het begrip rekening wordt ingevuld als een rekening die de consument toelaat om inkomsten te ontvangen, geld af te halen en betalingen ten gunste van derden te verrichten (art. 1, 25 WCK). Voorbeeld Kredietopeningen verbonden aan zichtrekeningen die door kredietinstellingen worden verstrekt. Kredietopeningen die worden verstrekt door postorderbedrijven vallen daarentegen niet onder het begrip geoorloofde debetstand op een rekening en blijven onderworpen aan de regelen die gelden voor kredietopeningen in het algemeen. Overschrijding Artikel 1, 12quater WCK definieert de overschrijding als een stilzwijgend aanvaarde debetstand waarbij een kredietgever een consument de mogelijkheid biedt bedragen op te nemen die het beschikbare tegoed op zijn rekening of de overeengekomen geoorloofde debetstand op een rekening van de consument te boven gaan. Overschrijdingen veronderstellen dus niet noodzakelijk het eerdere bestaan van een geoorloofde debetstand op een rekening. 20 / IX. Kredietschulden Aflevering 37 september 2011

19 Voorbeeld Hoewel de consument slechts het recht heeft om 1000 euro onder nul te gaan, voert de bank geheel vrijwillig een overschrijving uit die leidt tot het ontstaan van een debetsaldo dat groter is dan 1000 euro. Het onderscheid tussen de geoorloofde debetstand op een rekening en de overschrijding is duidelijk. Waar de geoorloofde debetstand op een rekening de consument een contractueel recht op krediet verleent het gaat immers om een uitdrukkelijke kredietopening is dit bij overschrijdingen niet het geval. Verschillende soorten geoorloofde debetstanden op rekening Bij de bepaling van de toepasselijke regelen volstaat het niet een onderscheid te maken tussen overschrijdingen en geoorloofde debetstanden. De wet maakt immers een onderscheid tussen drie categorieën van geoorloofde debetstanden op een rekening: 1) de geoorloofde debetstand op een rekening die binnen de maand moet worden afgelost, 2) de geoorloofde debetstand op een rekening die binnen de drie maanden of op verzoek van de kredietgever moet worden terugbetaald en 3) de overige geoorloofde debetstanden op een rekening. Wat de tweede categorie betreft, kan worden opgemerkt dat kredietopeningen die terugbetaalbaar zijn op verzoek van de kredietgever een typisch Angelsaksisch fenomeen zijn en onder de Belgische wet niet toegelaten zijn. Artikel 29, laatste lid WCK bepaalt immers dat elk beding dat voorziet dat de kredietgever op elk ogenblik de terugbetaling van het opgenomen kredietbedrag kan eisen, verboden is. Met andere woorden, in de praktijk zal de tweede categorie dus enkel geoorloofde debetstanden op een rekening die terugbetaalbaar zijn binnen de drie maanden omvatten. De geoorloofde debetstanden op een rekening terugbetaalbaar binnen de drie maanden of op verzoek van de kredietgever zijn onderworpen aan het grootst aantal bepalingen. Het betreft: bepaalde regelen inzake reclame (art 5, 1, eerste lid, 1 tot 3 en 2, 6-9 WCK), de verplichting informatie in te winnen omtrent de financiële situatie van de consument (art. 10 WCK), de informatieverplichting (art. 11bis en 11ter WCK), bepalingen betreffende de weigering van het krediet (art WCK), de regelen inzake de totstandkoming van de overeenkomst (art. 14, 1 en 3 WCK), de adviesverplichting uit artikel 15 lid 1 WCK, de verplichting enkel krediet te verstrekken aan consumenten die redelijkerwijze instaat zullen zijn hun verplichtingen na te komen (art. 15, lid 2 WCK), het verbod voorafgaand aan de ondertekening van de overeenkomst het kredietbedrag ter beschikking te stellen (art. 16 WCK), de verplichting de identiteit van de consument te controleren (art. 17 WCK), Aflevering 37 september 2011 IX. Kredietschulden / 21

20 de regelen betreffende de band tussen de kredietovereenkomst en de overeenkomst waarvoor financiering wordt gevraagd (art WCK), de bepalingen inzake het maximale JKP (art. 21 WCK), de bepalingen betreffende de terugbetalingstermijn en vervroegde terugbetaling (art WCK), de regelen betreffende de tegenwerpbaarheid van de verweermiddelen (art. 24 WCK), de bepalingen betreffende de overdracht van de vorderingen uit kredietovereenkomst (art WCK), de regelen betreffende onrechtmatige bedingen (art. 27bis-33bis WCK), de regelen omtrent kredietovereenkomsten van onbepaalde duur en het recht kredietopnemingen te schorsen (art. 33ter WCK), de bepalingen betreffende de persoonlijke zekerheidstelling (art WCK), de regelen betreffende het toestaan van betalingsfaciliteiten (art. 38 WCK), periodieke informatieverplichting bij kredietopeningen (art WCK), de regelen betreffende niet-toegelaten debetstanden en overschrijdingen van minstens 1250 euro die langer dan een maand aanhouden (art. 60bis en 60ter WCK), de bepalingen betreffende kredietbemiddelaars en schuldbemiddeling (art WCK), de bepalingen betreffende de verwerking van persoonsgegevens (art WCK) en de regelen inzake controle, toezicht en sancties (art WCK). In geval van een geoorloofde debetstand op een rekening die binnen de maand moet worden afgelost, gelden heel wat minder regelen. Het betreft: de bijzonder beperkte informatieverplichting uit artikel 11bis 3 WCK, de bepalingen inzake het maximale JKP (art. 21 WCK), de regelen betreffende onrechtmatige bedingen (art. 27bis-33 WCK), de bepalingen betreffende de afstand van loon (art. 37 WCK), de regelen betreffende het toestaan van betalingsfaciliteiten (art. 38 WCK), de periodieke informatieverplichting bij kredietopeningen (art WCK), de regelen betreffende niet-toegelaten debetstanden (art. 60bis WCK), verschillende bepalingen betreffende kredietbemiddelaars (art en 65 WCK), de bepalingen betreffende de verwerking van persoonsgegevens (art WCK) en bepaalde regelen inzake controle, toezicht en sancties (art. 86 lid 1, 87, 90, 91, 96, WCK). Bij overschrijdingen gelden: bepaalde regelen inzake reclame (art. 5 2 en 6 WCK), de verplichting informatie te verstrekken over de debetrentevoet (art. 11bis 2, lid 2, 5 WCK), 22 / IX. Kredietschulden Aflevering 37 september 2011

21 de bepalingen inzake het maximale JKP (art. 21 WCK), de regelen betreffende onrechtmatige bedingen (art. 27bis-33 WCK), de bepalingen betreffende de afstand van loon (art. 37 WCK), de regelen betreffende het toestaan van betalingsfaciliteiten (art. 38 WCK), de regelen betreffende overschrijdingen van minstens 1250 euro die langer dan een maand aanhouden (art. 60ter WCK), verschillende bepalingen betreffende kredietbemiddelaars (art en 65 WCK), de bepalingen betreffende de verwerking van persoonsgegevens (art WCK) en bepaalde regelen inzake controle, toezicht en sancties (art. 86, lid 1, 87, 90, 91, 96, WCK). Kredietovereenkomsten met beleggingsondernemingen Worden verder gedeeltelijk van het toepassingsgebied van de wet uitgesloten: kredietovereenkomsten gesloten met een beleggingsonderneming waarbij een belegger transacties kan verrichten op één of meer van de financiële instrumenten en waarbij de beleggingsonderneming of de kredietinstelling die het krediet verleent, bij deze transactie betrokken is. Het betreft bijvoorbeeld de hypothese waarin een cliënt via zijn bank een order plaatst voor de aankoop van effecten en daartoe krediet verkrijgt van zijn bank. Het belang van deze gedeeltelijke uitsluiting blijft beperkt aangezien de meeste bepalingen van de wet van toepassing blijven. De belangrijkste bepalingen die worden uitgesloten zijn de artikelen 16 (verbod kredietbedrag over te maken voor alle partijen de overeenkomst hebben ondertekend), 18 (het herroepingsrecht), (bepalingen betreffende de band tussen kredietovereenkomst en gefinancierde overeenkomst) en 24 (tegenwerpbaarheid van de verweermiddelen) WCK. Regeling voor uitstel van betaling m.b.t. bestaande kredietovereenkomst Een gedeeltelijke uitsluiting geldt verder voor kredietovereenkomsten die erin voorzien dat de kredietgever en de consument regelingen treffen voor uitstel of aflossing indien de consument zijn verplichtingen uit de oorspronkelijke kredietovereenkomst niet is nagekomen. Opdat deze gedeeltelijke uitsluiting zou gelden, moet tegelijkertijd voldaan zijn aan twee voorwaarden. Meer concreet is het vereist dat met deze regeling een rechtsvordering tot ingebrekestelling (dagvaarding) zou kunnen worden vermeden, alsook dat de voorwaarden van de nieuwe kredietovereenkomst voor de consument niet ongunstiger zijn dan de voorwaarden van de oorspronkelijke kredietovereenkomst. Dit laatste veronderstelt dat aan de consument geen bijkomende kosten mogen worden opgelegd en geen hoger JKP mag gelden. Meer concreet vinden de volgende regelen toepassing: de regelen inzake kredietpromotie (art. 5-9 WCK), de verplichting informatie in te winnen omtrent de financiële situatie van de consument (art. 10 WCK), Aflevering 37 september 2011 IX. Kredietschulden / 23

22 de informatieverplichting uit artikel 11bis-11ter WCK, de bepalingen betreffende de weigering van het krediet (art WCK), de regel betreffende de totstandkoming van de overeenkomst (art WCK), de verplichting bepaalde in artikel 14 2 WCK opgenomen vermeldingen in de overeenkomst te incorporeren, de adviesverplichting uit artikel 15 lid 1 WCK, de verplichting enkel krediet te verstrekken aan consumenten die redelijkerwijze in staat zullen zijn hun verplichtingen na te komen (art. 15, lid 2 WCK), het verbod voorafgaand aan de ondertekening van de overeenkomst het kredietbedrag ter beschikking te stellen (art. 16 WCK), de verplichting de identiteit te verifiëren (art. 17 WCK), de regelen betreffende de band tussen de kredietovereenkomst en de overeenkomst waarvoor financiering wordt gevraagd (art WCK), de bepalingen inzake het maximale JKP (art. 21 WCK), de bepalingen betreffende de terugbetalingstermijn en vervroegde terugbetaling (art WCK), de bepalingen betreffende de overdracht van vorderingen uit de kredietovereenkomst (art WCK), de regelen betreffende onrechtmatige bedingen (art. 27bis-33bis WCK), de regelen omtrent kredietovereenkomsten van onbepaalde duur en het recht kredietopnemingen te schorsen (art. 33ter WCK), de bepalingen betreffende de persoonlijke zekerheidstelling (art WCK), de bepalingen betreffende het toestaan van betalingsfaciliteiten (art. 38 WCK), alle bepalingen betreffende bijzondere kredietvormen, met uitzondering van artikel 60ter WCK, de bepalingen betreffende kredietbemiddelaars en schuldbemiddeling (art WCK), de bepalingen betreffende de verwerking van persoonsgegevens (art WCK) en de regelen inzake controle, toezicht en sancties (art WCK). Opmerking: De vaststelling dat een hele reeks bepalingen, waaronder artikel 15 WCK, van toepassing blijven, heeft ertoe geleid dat een aantal kredietgevers geen uitstel van betaling meer biedt aan consumenten die hun verplichtingen uit de oorspronkelijke kredietovereenkomst niet kunnen nakomen Territoriaal toepassingsgebied Kredieten met buitenlandse kredietgevers Artikel 2 WCK regelt de toepassing van de wet op grensoverschrijdende consumentenkredieten. De vraag of de Belgische wet van toepassing is indien het krediet wordt aangeboden door een buitenlandse kredietgever is van belang aangezien er zelfs binnen Europa nog aanzienlijke verschillen kunnen bestaan in de wetgeving. Zo bijvoorbeeld is België één van de weinige lidstaten die bepaalt dat de kredietgever slechts krediet mag verlenen indien blijkt dat de consument redelijkerwijze in staat zal zijn het krediet terug te betalen. Verder bevat 24 / IX. Kredietschulden Aflevering 37 september 2011

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010).

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010). Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010). Art. 11 1 Te gelegener tijd voordat de consument door een kredietovereenkomst

Nadere informatie

Art. 1, 26 Art. VII.67, 1 et 2 Art. 2, lid 1 Art. VII.2, 2 Art. 2, lid 2 Art. VII. 2, 3 Art. 3, 1, 1 à 3 Art. VII. 3, 2, 1 à 3

Art. 1, 26 Art. VII.67, 1 et 2 Art. 2, lid 1 Art. VII.2, 2 Art. 2, lid 2 Art. VII. 2, 3 Art. 3, 1, 1 à 3 Art. VII. 3, 2, 1 à 3 Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet Hoofdstuk 1. Definities en toepassingsgebied Wetboek van economisch recht Art. 1, 1 Art. I.1, 2 Art. 1, 2 Art. I.9, 34 Art. 1, 3 Art. I.9, 35 Art. 1, 4 Art.

Nadere informatie

Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991. Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE

Het consumentenkrediet. De Wet van 12 juni 1991. Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE Het consumentenkrediet De Wet van 12 juni 1991 Pierre Lettany KLUWER RECHTSWETENSCHAPPEN BELGIE Voorwoord V Inleiding en doel van de wet 1 1. E.G.-verplichtingen (1) 1 2. Sociaal beleid (2) 1 3. Economisch

Nadere informatie

Financial Law Institute

Financial Law Institute Financial Law Institute Working Paper Series WP 2011-04 Reinhard STEENNOT Michel TISON Toepassingsgebied van de Wet Challenging the Prudential Supervisor: liability Consumentenkrediet versus (regulatory)

Nadere informatie

Onderafdeling II. Kredietovereenkomst.

Onderafdeling II. Kredietovereenkomst. 11 de informatie over de vanaf het sluiten van de kredietovereenkomst in rekening te brengen kosten en de voorwaarden waaronder deze kosten kunnen worden gewijzigd overeenkomstig artikel 30; 12 in voorkomend

Nadere informatie

Wetboek van economisch recht consumentenkrediet. Art. 1, 1 Art. I.1, 2. Art. 1, 2 Art. I.9, 34. Art. 1, 3 Art. I.9, 35. Art. 1, 4 Art. I.

Wetboek van economisch recht consumentenkrediet. Art. 1, 1 Art. I.1, 2. Art. 1, 2 Art. I.9, 34. Art. 1, 3 Art. I.9, 35. Art. 1, 4 Art. I. Hoofdstuk 6 - Bijlage 1. Concordantietabel wet op het consumentenkrediet - Wetboek van Economisch recht (bron: FOD Economie) Wet van 12 juni 1991 op het Wetboek van economisch recht consumentenkrediet

Nadere informatie

PROSPECTUS N 1 CONSUMENTENKREDIET

PROSPECTUS N 1 CONSUMENTENKREDIET PROSPECTUS N 1 CONSUMENTENKREDIET LENING OP AFBETALING VASTGELEGD BIJ AUTHENTIEKE AKTE LENING OP AFBETALING VAN TOEPASSING VANAF 01.06.2006 NV CREDIMO Weversstraat 6-8-10 1730 ASSE Tel. +32(0)2 454 10

Nadere informatie

Workshop consumentenkredieten

Workshop consumentenkredieten Workshop consumentenkredieten Inspiratiedag financiële vorming Maandag 26 oktober 2015 Inhoud van de workshop I. Korte toelichting II. Concrete voorbeelden III. (Overmatige) schuldenlast IV. Vragen en

Nadere informatie

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Consumentenkoop........... 3 Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Kosteloze borgtocht.......... 5 Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken

Nadere informatie

Eindtermen Kredietbemiddeling

Eindtermen Kredietbemiddeling Kredietbemiddeling Module 1 Algemene beginselen van de kredietbemiddeling Deel 1 De financiële en juridische omgeving Professionele kennis en 1. Kredietgevers en kredietbemiddelaars 2. Organen voor toezicht,

Nadere informatie

Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder de wet : de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet.

Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder de wet : de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet. Koninklijk besluit van 21 juni 2011 tot wijziging van verschillende besluiten inzake consumentenkrediet en tot uitvoering van de artikelen 5, 1, tweede lid, en 2, en 15, derde lid, van de wet van 12 juni

Nadere informatie

Consumentenkrediet. Wilfried Van Hirtum. Versie 1.06 6 januari 2010

Consumentenkrediet. Wilfried Van Hirtum. Versie 1.06 6 januari 2010 Consumentenkrediet Wilfried Van Hirtum Versie 1.06 6 januari 2010 Copyright 2010 Wilfried Van Hirtum Dit werk wordt vrij gegeven aan de gemeenschap en mag dus gekopieerd, verspreid en aangepast worden

Nadere informatie

B67 Consumentenkrediet

B67 Consumentenkrediet MONOGRAFIEËN BW B67 Consumentenkrediet Mr. drs. J.W.A. Biemans Kluwer a W olters Kluwer business Deventer - 2013 INHOUDSOPGAVE Voorwoord / V Afkortingenlijst / XIII Verkort aangehaalde literatuur / XV

Nadere informatie

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 09.07.1991, blz. 15203)

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 09.07.1991, blz. 15203) Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (B.S. 09.07.1991, blz. 15203) Deze coördinatie van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet stel in het licht de wijzigingen, intrekkingen en invoegingen

Nadere informatie

K het nummer van volgorde aanduidt van een kredietopneming, waarbij 1 < of = m;

K het nummer van volgorde aanduidt van een kredietopneming, waarbij 1 < of = m; 22 MEI 2000. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 augustus 1992 betreffende de kosten, de percentages, de duur en de terugbetalingsmodaliteiten van het consumentenkrediet.

Nadere informatie

Kedin Consumenten Financieringen B.V. Coolsingel AG Rotterdam

Kedin Consumenten Financieringen B.V. Coolsingel AG Rotterdam [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET] 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Kredietgever Adres E-mailadres Website info@kedin.nl www.kedin.nl Kredietbemiddelaar Adres

Nadere informatie

21 DECEMBER Wet betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (1)

21 DECEMBER Wet betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (1) 21 DECEMBER 2013. - Wet betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (1) FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Nadere informatie

Kredietbemiddeling eindtermen

Kredietbemiddeling eindtermen Kredietbemiddeling eindtermen Module/examen 2 Consumentenkrediet Deel 1 Met krediet aanverwante materie: de debet en kredietkaart Beroepskennis en basiskennis Onderwerpen De personen die hun professionele

Nadere informatie

VERSLAG AAN DE KONING

VERSLAG AAN DE KONING VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het besluit dat wij de eer hebben aan de handtekening van Uwe Majesteit voor te leggen regelt de uitvoering van de wet van 24 maart 2003 tot wijziging van de wet van 12 juni

Nadere informatie

Informatieblad Credivance - DK [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET]

Informatieblad Credivance - DK [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET] Informatieblad Credivance - DK [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET] 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Kredietgever Adres Telefoonnummer E-mailadres Website Kosterijland

Nadere informatie

EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET ARTIKEL 1. IDENTITEIT EN CONTACTGEGEVENS VAN DE KREDIETGEVER/KREDIETBEMIDDELAARS

EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET ARTIKEL 1. IDENTITEIT EN CONTACTGEGEVENS VAN DE KREDIETGEVER/KREDIETBEMIDDELAARS EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET ARTIKEL 1. IDENTITEIT EN CONTACTGEGEVENS VAN DE KREDIETGEVER/KREDIETBEMIDDELAARS Kredietgever Adres Telefoonnummer E-mailadres Webadres : Kedin Consumenten

Nadere informatie

De prospectus is ter beschikking, zowel bij de kredietmakelaar als op de maatschappelijke zetel van de N.V. KREFIMA.

De prospectus is ter beschikking, zowel bij de kredietmakelaar als op de maatschappelijke zetel van de N.V. KREFIMA. PROSPECTUS CONSUMENTENKREDIET LENING OP AFBETALING Prospectusnummer: 4 01/06/2009 1. Inleiding Deze prospectus is van toepassing op leningen op afbetaling toegestaan in het kader van de Wet op het Consumentenkrediet

Nadere informatie

van 13 tot 24 maanden Tot 20 000 F 28,50 % 27,00 % - - 25 % 24,50 % - - 21 % 20,50 % 19,50 % - meer dan 400 000 F 18 % 18 % 17 % 16,50 %

van 13 tot 24 maanden Tot 20 000 F 28,50 % 27,00 % - - 25 % 24,50 % - - 21 % 20,50 % 19,50 % - meer dan 400 000 F 18 % 18 % 17 % 16,50 % Maximale jaarlijkse kostenpercentages voor de verkoop op afbetaling, de lening op afbetaling en alle kredietovereenkomsten, behalve de financieringshuur, waarbij de betalingstermijnen en de termijnbedragen

Nadere informatie

Productinformatie Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet

Productinformatie Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet Productinformatie Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Kredietgever International Card Services BV, Telefoonnummer 020-6 600 123 E-mailadres

Nadere informatie

De omzetting van de Richtlijn in Belgisch recht : krachtlijnen en knelpunten

De omzetting van de Richtlijn in Belgisch recht : krachtlijnen en knelpunten Paul HEYMANS, Legal, Tax, Risk & Control Manager Credit Operations, ALLIANZ, Voorzitter van de Juridische Commissie Hypothecair krediet van de BVK en Ondervoorzitter van de EMF 23-10-2015 1 UITGANGSPUNT

Nadere informatie

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Consumentenrecht Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken Doelstelling van de wet Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Bescherming van de eerlijke

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN

ALGEMENE VOORWAARDEN ALGEMENE VOORWAARDEN!! WWW.VERKOOPMIJNAUTO.BE WWW.DEALERAANKOOP.BE INHOUDSOPGAVE Art. 1 Definities begrippen Art. 2 Identiteit van de ondernemer Art. 3 Toepasselijkheid Art. 4 De openbare veiling Art.

Nadere informatie

Informatieblad DEFAM Doorlopend Krediet 1,5% en 2% [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET]

Informatieblad DEFAM Doorlopend Krediet 1,5% en 2% [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET] Informatieblad DEFAM Doorlopend Krediet 1,5% en 2% [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET] 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Kredietgever Adres Telefoonnummer E-mailadres

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 25/2010 van 1 september 2010 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van koninklijk besluit houdende wijziging van verschillende besluiten betreffende registratie van persoonsgegevens ingevolge

Nadere informatie

Informatieblad Alpha Credit Nederland - DK [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET]

Informatieblad Alpha Credit Nederland - DK [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET] Informatieblad Alpha Credit Nederland - DK [EUROPESE STANDAARDINFORMATIE INZAKE CONSUMENTENKREDIET] 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Kredietgever Adres Telefoonnummer E-mailadres Website

Nadere informatie

Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding

Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding Mrs. Régine Feltkamp Mr. Gerrit Hendrikx Advocaat-Avocat-Attorney Professor V.U.B. Junior

Nadere informatie

worden van het toepassingsgebied van deze wet uitgesloten,

worden van het toepassingsgebied van deze wet uitgesloten, 5 [ 1...] 1 6 de hypothecaire leningen en kredietopeningen waarop Titel I van het koninklijk besluit nr. 225 van 7 januari 1936 tot reglementering van de hypothecaire leningen en tot inrichting van de

Nadere informatie

Record consumentenkredieten. De drijvende kracht achter al uw plannen

Record consumentenkredieten. De drijvende kracht achter al uw plannen Record consumentenkredieten lening op afbetaling kredietopening De drijvende kracht achter al uw plannen Prospectus Consumentenkrediet Prospectus consumentenkrediet nr. 6 van 01.06.2007 DEZE PROSPECTUS

Nadere informatie

Informatieblad DEFAM Doorlopend krediet (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet)

Informatieblad DEFAM Doorlopend krediet (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet) 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Informatieblad DEFAM Doorlopend krediet (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet) Kredietgever Adres Telefoonnummer E-mailadres Website

Nadere informatie

EUROPESE OVEREENKOMST OVER EEN VRIJWILLIGE GEDRAGSCODE BETREFFENDE VOORLICHTING IN DE PRECONTRACTUELE FASE INZAKE WONINGKREDIETEN ("DE OVEREENKOMST")

EUROPESE OVEREENKOMST OVER EEN VRIJWILLIGE GEDRAGSCODE BETREFFENDE VOORLICHTING IN DE PRECONTRACTUELE FASE INZAKE WONINGKREDIETEN (DE OVEREENKOMST) EUROPESE OVEREENKOMST OVER EEN VRIJWILLIGE GEDRAGSCODE BETREFFENDE VOORLICHTING IN DE PRECONTRACTUELE FASE INZAKE WONINGKREDIETEN ("DE OVEREENKOMST") Deze Overeenkomst is tot stand gekomen door onderhandelingen

Nadere informatie

BIJZONDERE VOORWAARDEN BETREFFENDE DE KASFACILITEIT I - Van kracht op 23 maart 2015

BIJZONDERE VOORWAARDEN BETREFFENDE DE KASFACILITEIT I - Van kracht op 23 maart 2015 BIJZONDERE VOORWAARDEN BETREFFENDE DE KASFACILITEIT I - Artikel 1 Terminologie De Bank : bpost bank N.V. Markiesstraat 1 bus 2-1000 Brussel, BTW BE 0456.038.471, RPR Brussel, handelend als kredietgever.

Nadere informatie

Prospectus Doorlopend Krediet

Prospectus Doorlopend Krediet Prospectus Doorlopend Krediet Inhoudsopgave Op verantwoorde wijze lenen 1 Wat is een doorlopend krediet? 1 Aanvraagprocedure 1 Bepaling kredietwaardigheid en wijze van risicobeoordeling 2 Twee voorbeelden

Nadere informatie

b) twee opeenvolgende tijdstippen waarop de consument een betaling moet hebben gedaan;

b) twee opeenvolgende tijdstippen waarop de consument een betaling moet hebben gedaan; 4 AUGUSTUS 1992. Koninklijk besluit betreffende de kosten, de percentages, de duur en de terugbetalingsmodaliteiten van het consumentenkrediet (gewijzigd door K.B. 29 april 1993, 15 april 1994, 23 september

Nadere informatie

TETRALERT - ONDERNEMING WET FINANCIERING KMO S

TETRALERT - ONDERNEMING WET FINANCIERING KMO S 1 TETRALERT - ONDERNEMING WET FINANCIERING KMO S 1. Inleiding De wet van 21 december 2013 betreffende diverse bepalingen inzake de financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen (hierna de «Wet»)

Nadere informatie

Prospectus Persoonlijke Lening

Prospectus Persoonlijke Lening Prospectus Persoonlijke Lening Inhoudsopgave Pagina Op verantwoorde wijze lenen 1 Wat is een persoonlijke lening? 1 Aanvraagprocedure 1 Bepaling kredietwaardigheid en wijze van risicobeoordeling 2 Twee

Nadere informatie

Informatieblad DEFAM - DK (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet)

Informatieblad DEFAM - DK (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet) 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Informatieblad DEFAM - DK (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet) Kredietgever Adres Telefoonnummer E-mailadres Website Kredietbemiddelaar

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden Doorlopend Krediet

Algemene Voorwaarden Doorlopend Krediet Algemene Voorwaarden Doorlopend Krediet Doorlopend Krediet 1 1. Begrippen Kredietnemer: Kredietgever: Krediet: Kredietlimiet: De natuurlijke persoon of personen aan wie de kredietgever een lening heeft

Nadere informatie

De belangrijkste risico s verbonden aan hypothecaire leningen met kapitaalopbouw waarbij een levensverzekering wordt afgesloten, zijn de volgende:

De belangrijkste risico s verbonden aan hypothecaire leningen met kapitaalopbouw waarbij een levensverzekering wordt afgesloten, zijn de volgende: De Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) en de FOD Economie waarschuwen voor formules voor hypothecaire kredieten met kapitaalopbouw waarbij een levensverzekering wordt afgesloten De FSMA

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN. I. Algemeen. Art. 1 Toepassingsgebied. Art. 2 Definities. Art. 3 Website. Art. 4 Sluiten van de overeenkomst

ALGEMENE VOORWAARDEN. I. Algemeen. Art. 1 Toepassingsgebied. Art. 2 Definities. Art. 3 Website. Art. 4 Sluiten van de overeenkomst ALGEMENE VOORWAARDEN I. Algemeen Art. 1 Toepassingsgebied Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle overeenkomsten waarin Brochus producten verkoopt of op een andere wijze een leveringsverplichting

Nadere informatie

BOEK VII WER: CAPITA SELECTA INZAKE CONSUMENTEN- EN HYPOTHECAIR KREDIET. Prof. Dr. Reinhard Steennot (Instituut Financieel recht, Ugent)

BOEK VII WER: CAPITA SELECTA INZAKE CONSUMENTEN- EN HYPOTHECAIR KREDIET. Prof. Dr. Reinhard Steennot (Instituut Financieel recht, Ugent) BOEK VII WER: CAPITA SELECTA INZAKE CONSUMENTEN- EN HYPOTHECAIR KREDIET Prof. Dr. Reinhard Steennot (Instituut Financieel recht, Ugent) INLEIDING OVERZICHT Toepassingsgebied Informatieverplichtingen: bewijslast

Nadere informatie

Bijlage: Europese Standaardinformatie inzake consumentenkrediet (ESIC) versie juli 2013

Bijlage: Europese Standaardinformatie inzake consumentenkrediet (ESIC) versie juli 2013 Bijlage: Europese Standaardinformatie inzake consumentenkrediet (ESIC) versie juli 2013 De kredietofferte van iedere aanbieder bevat dit standaard informatieblad. Met dit blad kunt u onze offerte gemakkelijk

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100 A,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100 A, RICHTLIJN VAN DE RAAD van 22 februari 1990 tot wijziging van Richtlijn 87/102/EEG betreffende de harmonisatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake het consumentenkrediet

Nadere informatie

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... i Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht...iii. Voorafgaande opmerking...

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... i Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht...iii. Voorafgaande opmerking... financiele-diensten.book Page v Thursday, October 27, 2005 2:58 PM v De Bibliotheek Handelsrecht Larcier...................................... i Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht...........................iii

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 339 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten ter implementatie van richtlijn

Nadere informatie

De (nieuwe) regelen inzake consumentenkrediet in Boek VII WER

De (nieuwe) regelen inzake consumentenkrediet in Boek VII WER De (nieuwe) regelen inzake consumentenkrediet in Boek VII WER Prof. Dr. Reinhard Steennot Instituut Financieel Recht (UGent) Interuniversitair Centrum Recht & Consument (UGent UA) Inleiding Boek VII: financiële

Nadere informatie

Informatieblad DEFAM - DK WOZ (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet)

Informatieblad DEFAM - DK WOZ (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet) 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Informatieblad DEFAM - DK WOZ (Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet) Kredietgever Adres Telefoonnummer E-mailadres Website Kosterijland

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL FINANCIEEL RECHT

INHOUDSTAFEL FINANCIEEL RECHT INHOUDSTAFEL FINANCIEEL RECHT HOOFDSTUK I. GELD IN HET RECHT 1 Afdeling 1. Soorten geld A. Chartaal geld B. Giraal geld 2 C. Elektronisch geld 4 Afdeling 2. Betaling in geld in de verhouding tussen schuldenaar

Nadere informatie

Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004

Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004 Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004 Art. 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van

Nadere informatie

Prospectus Sociaal Krediet 2014

Prospectus Sociaal Krediet 2014 5 informatie Prospectus Sociaal Krediet 2014 Algemeen De prospectus Sociaal Krediet geeft u inzicht in de werkwijze van de gemeente Zwolle bij het verstrekken van een persoonlijke lening.. Persoonlijke

Nadere informatie

Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten] Vorige versie(s)

Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten] Vorige versie(s) Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten] Vorige versie(s) Afdeling IV (art. 1649bis tot 1649octies) ingevoegd bij art. 3 W. 1 september 2004 (B.S., 21 september 2004), met

Nadere informatie

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010).

Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010). Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (BS 9 juli 1991) zoals gewijzigd bij wet van 13 juni 2010 (BS 21 juni 2010). Art. 1 Voor de toepassing van deze wet moet worden verstaan onder: 1 ) de consument:

Nadere informatie

BEMIDDELAARS INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET NA RICHTLIJN 2014/17/EU

BEMIDDELAARS INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET NA RICHTLIJN 2014/17/EU BEMIDDELAARS INZAKE HYPOTHECAIR KREDIET NA RICHTLIJN 2014/17/EU Prof. dr. Diederik BRULOOT Bemiddelaars inzake hypothecair krediet SITUERING 1 RICHTLIJN 2014/17/EU (MCD) Dubbel doel 1. Hoog niveau van

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN. De Bedrijfsmakelaar.nl

ALGEMENE VOORWAARDEN. De Bedrijfsmakelaar.nl ALGEMENE VOORWAARDEN De Bedrijfsmakelaar.nl Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op de toegang en het gebruik van de website van De Bedrijfsmakelaar.nl. Deel I. Algemeen Artikel 1 Definities en

Nadere informatie

Productinformatie Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet

Productinformatie Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet Productinformatie Europese standaardinformatie inzake consumentenkrediet 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Kredietgever Adres International Card Services BV, Telefoonnummer 020-6 600

Nadere informatie

Reglement voor de toekenning van renteloze leningen. aan erkende culturele verenigingen

Reglement voor de toekenning van renteloze leningen. aan erkende culturele verenigingen Reglement voor de toekenning van renteloze leningen aan erkende culturele verenigingen Goedgekeurd in de gemeenteraad van 28 januari 2002 Bekendgemaakt op 31 januari 2002 Artikel 1 Hoofdstuk I - Algemene

Nadere informatie

Prospectus Doorlopend Krediet

Prospectus Doorlopend Krediet Prospectus Doorlopend Krediet Inhoudsopgave Pagina Op verantwoorde wijze lenen 1 Wat is een doorlopend krediet? 1 Aanvraagprocedure 1 Bepaling kredietwaardigheid en wijze van risicobeoordeling 2 Drie voorbeelden

Nadere informatie

CIRCULAIRE PPB CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn

CIRCULAIRE PPB CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn Prudentieel beleid Brussel, 20 juni 2007 CIRCULAIRE PPB-2007-8-CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn (circulaire aan de kredietinstellingen, de beleggingsondernemingen,

Nadere informatie

VOORSTEL VAN WET. Artikel I. Het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd: In Boek 7 wordt na titel 2 een nieuwe titel 2A ingevoegd, luidende:

VOORSTEL VAN WET. Artikel I. Het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd: In Boek 7 wordt na titel 2 een nieuwe titel 2A ingevoegd, luidende: VOORSTEL VAN WET Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten ter implementatie van richtlijn nr. 2008/48/EG van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden Freo Doorlopend Krediet

Algemene Voorwaarden Freo Doorlopend Krediet Algemene Voorwaarden Freo Doorlopend Krediet 1. Begrippen Kredietnemer Kredietgever Krediet Kredietlimiet Jaarlijks kostenpercentage Totaal te betalen bedrag De natuurlijke persoon of personen aan wie

Nadere informatie

N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. betreffende

N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. betreffende N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, 18.05.2005 MH/SL/LC A D V I E S betreffende DE OMZETTING IN BELGISCH RECHT VAN TWEE EUROPESE RICHTLIJNEN INZAKE FINANCIËLE DIENSTEN OP AFSTAND (bekrachtigd door

Nadere informatie

Voorwaarden Betaalpakket (Plus Betalen)

Voorwaarden Betaalpakket (Plus Betalen) Particulier Betalen Voorwaarden Betaalpakket (Plus Betalen) Hoofdstuk 1 1 Definities Bank Algemeen RegioBank N.V., statutair gevestigd te Utrecht. Privérekening De Rekening zoals beschreven in het Reglement

Nadere informatie

Afbetaling Aflossing Aflossingsvrije lening Beleggingskrediet BKR of Bureau Kredietregistratie Consumptief krediet Creditcard

Afbetaling Aflossing Aflossingsvrije lening Beleggingskrediet BKR of Bureau Kredietregistratie Consumptief krediet Creditcard Begrippenlijst A-Z Afbetaling Als u iets op afbetaling koopt, krijgt u uw aankoop direct mee. Vervolgens betaalt u het aankoopbedrag in termijnen terug. U wordt pas officieel eigenaar van uw aankoop zodra

Nadere informatie

Checklist bij hoofdstuk 1

Checklist bij hoofdstuk 1 Checklist bij hoofdstuk 1 AANSPRAKELIJKHEIDSGROND VOORWAARDEN Informatieverstrekking in reclame Art. 7:59 BW Informatieverstrekking in precontractuele fase Art. 7:60 BW Beëindiging krediet Art. 7:65 lid

Nadere informatie

S T ANDAARDINFORMATIE I N Z A K E C O N S U M P T I E F K R E DIET

S T ANDAARDINFORMATIE I N Z A K E C O N S U M P T I E F K R E DIET S T ANDAARDINFORMATIE I N Z A K E C O N S U M P T I E F K R E DIET (STANDARDISED EUROPEAN CONSUMER CREDIT INFORMATION, SECCI) 1. Identiteit en contactgegevens van de aanbieder van krediet/bemiddelaar in

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 495 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES betreffende het ontwerp van Koninklijk Besluit tot regeling van de spreiding van de commissie voor bemiddeling inzake kredietovereenkomsten Brussel, 5 juli 2016 1

Nadere informatie

Overeenkomst Huiseigenaar Persoonlijke Lening Contractnummer:

Overeenkomst Huiseigenaar Persoonlijke Lening Contractnummer: Dit contract kwam tot stand door bemiddeling van: Naam: Nr7Finance B.V. Adres: Onder de Toren 34 Postcode: 8302 BV Plaats: Emmeloord Telefoon: 088 777 23 77 Email: info@nr7finance.nl Overeenkomst Huiseigenaar

Nadere informatie

Europese standaardinformatie inzake consumptief krediet 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Hof Hoorneman Bankiers N.V.

Europese standaardinformatie inzake consumptief krediet 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Hof Hoorneman Bankiers N.V. Europese standaardinformatie inzake consumptief krediet 1. Identiteit en contactgegevens van de kredietgever Kredietgever Hof Hoorneman Bankiers N.V. Adres Oosthaven 52, 2801 PE Gouda Telefoonnummer 0182

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie juridische zaken en interne markt

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie juridische zaken en interne markt EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid 21 november 2002 VOORLOPIGE VERSIE 2002/0222(COD) ONTWERPADVIES van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid

Nadere informatie

Prospectus Doorlopend Krediet

Prospectus Doorlopend Krediet Prospectus Doorlopend Krediet Inhoudsopgave Pagina Op verantwoorde wijze lenen 1 Wat is een doorlopend krediet? 1 Aanvraagprocedure 1, 2 Bepaling kredietwaardigheid en wijze van risicobeoordeling 2 Drie

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95, RICHTLIJN 2008/48/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 23 april 2008 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten en tot intrekking van Richtlijn 87/102/EEG van de Raad HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

Prospectus Doorlopend Krediet

Prospectus Doorlopend Krediet Prospectus Doorlopend Krediet Inhoudsopgave Pagina Op verantwoorde wijze lenen 1 Wat is een doorlopend krediet? 1 Aanvraagprocedure 1, 2 Bepaling kredietwaardigheid en wijze van risicobeoordeling 2 Drie

Nadere informatie

DE RECHTEN VAN DE PERSONEN GEREGISTREERD BIJ DE CENTRALE VOOR KREDIETEN AAN PARTICULIEREN VAN DE NATIONALE BANK (C.K.P.)

DE RECHTEN VAN DE PERSONEN GEREGISTREERD BIJ DE CENTRALE VOOR KREDIETEN AAN PARTICULIEREN VAN DE NATIONALE BANK (C.K.P.) KONINKRIJK BELGIE COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER DE RECHTEN VAN DE PERSONEN GEREGISTREERD BIJ DE CENTRALE VOOR KREDIETEN AAN PARTICULIEREN VAN DE NATIONALE BANK (C.K.P.)

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER

KONINKRIJK BELGIE COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER KONINKRIJK BELGIE COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER DE RECHTEN VAN PERSONEN GEREGISTREERD BIJ DE CENTRALE VOOR KREDIETEN AAN PARTICULIEREN VAN DE NATIONALE BANK (C.K.P.) Wet

Nadere informatie

De besloten vennootschap Nationale Waarborg B.V. gevestigd te Nieuwegein en kantoorhoudende in Nieuwegein aan de Dukatenburg 84b.

De besloten vennootschap Nationale Waarborg B.V. gevestigd te Nieuwegein en kantoorhoudende in Nieuwegein aan de Dukatenburg 84b. ALGEMENE VOORWAARDEN NATIONALE WAARBORG B.V. HUURDER Voor het verlenen van huurwaarborgen in verband met huurovereenkomsten voor particulier onroerend goed onder de Leegstandwet. 1. Waarvoor dienen deze

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 juli 2011 (OR. en) 13263/11 CONSOM 133

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 juli 2011 (OR. en) 13263/11 CONSOM 133 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 juli 2011 (OR. en) 13263/11 CONSOM 133 INGEKOMEN DOCUMENT van: de Europese Commissie ingekomen: 25 juli 2011 aan: het secretariaat-generaal van de Raad Nr. Comdoc.:

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 2:64, eerste lid, 2:85, eerste lid, en 4:7, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht;

Gelet op de artikelen 2:64, eerste lid, 2:85, eerste lid, en 4:7, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht; Regeling van de Minister van Financiën van 2018 - #, directie Financiële Markten, tot wijziging van de Vrijstellingsregeling Wft in verband met het onder bepaalde omstandigheden vrijstellen van het verlenen

Nadere informatie

7 ) de reclame: elke mededeling zoals gedefinieerd in de wetgeving op de handelspraktijken;

7 ) de reclame: elke mededeling zoals gedefinieerd in de wetgeving op de handelspraktijken; Wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, B.S. 9 juli 1991 Hoofdstuk I. Definities en toepassingsgebied Art. 1 Voor de toepassing van deze wet moet worden verstaan onder: 1 ) de consument: elke natuurlijke

Nadere informatie

Effectenleningen en cessies-retrocessies van effecten

Effectenleningen en cessies-retrocessies van effecten Circulaire _2009_29 dd. 30 september 2009 Effectenleningen en cessies-retrocessies van effecten Toepassingsveld: Verzekeringsondernemingen onderworpen aan de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle

Nadere informatie

Algemene voorwaarden Persoonlijke Lening van de Rabobank 2010

Algemene voorwaarden Persoonlijke Lening van de Rabobank 2010 1/7 Algemene voorwaarden Persoonlijke Lening van de Rabobank 2010 1. Begrippen In de kredietovereenkomst en in de algemene voorwaarden worden de volgende begrippen gehanteerd. Kredietnemer Kredietgever

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100, RICHTLIJN VAN DE RAAD van 22 december 1986 betreffende de harmonisatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake het consumentenkrediet (87/102/CEE) DE RAAD VAN DE EUROPESE

Nadere informatie

Inbrengrecht onroerend goed : 0,5 % of 10% Inbreng in natura gebeurt bij oprichting van een vennootschap of bij kapitaalverhoging.

Inbrengrecht onroerend goed : 0,5 % of 10% Inbreng in natura gebeurt bij oprichting van een vennootschap of bij kapitaalverhoging. Inbrengrecht onroerend goed : 0,5 % of 10% Inbreng in natura gebeurt bij oprichting van een vennootschap of bij kapitaalverhoging. Oprichters en aandeelhouders kunnen bepaalde goederen andere dan geld

Nadere informatie

Record consumentenkredieten. De drijvende kracht achter al uw plannen

Record consumentenkredieten. De drijvende kracht achter al uw plannen Record consumentenkredieten lening op afbetaling kredietopening De drijvende kracht achter al uw plannen Prospectus Consumentenkrediet Prospectus consumentenkrediet nr.8 van 15.08.2009 DEZE PROSPECTUS

Nadere informatie

Mercedes-Benz Financial: Uw financiële partner

Mercedes-Benz Financial: Uw financiële partner Mercedes-Benz Financial: Uw financiële partner Deze prospectus werd opgemaakt in de naam van de verkoper wiens gegevens hieronder vermeld staan en die optreedt in de hoedanigheid van kredietbemiddelaar.

Nadere informatie

CITROËN AUTOFINANCIERING

CITROËN AUTOFINANCIERING CITROËN AUTOFINANCIERING WELKE FINANCIERING PAST BIJ U? WIJ HELPEN U GRAAG OP WEG CITROËN FINANCIAL SERVICES HELPT U GRAAG OP WEG U wilt een nieuwe auto, maar u kunt uw aankoop niet in één keer bekostigen.

Nadere informatie

- OVEREENKOMST - inzake een geldlening eigen woning

- OVEREENKOMST - inzake een geldlening eigen woning - OVEREENKOMST - inzake een geldlening eigen woning DE ONDERGETEKENDEN De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid B.V., statutair gevestigd te en kantoorhoudende aan de, te (.), te dezer zake

Nadere informatie

EUROPESE STANDAARD INFORMATIE CONSUMPTIEF KREDIET

EUROPESE STANDAARD INFORMATIE CONSUMPTIEF KREDIET EUROPESE STANDAARD INFORMATIE CONSUMPTIEF KREDIET 1. IDENTITEIT EN CONTACTGEGEVENS VAN DE KREDIETGEVER Kredietgever Hof Hoorneman Bankiers N.V. Adres Oosthaven 52, 2801 PE Gouda Telefoonnummer 0182 597777

Nadere informatie

AUTOFINANCIERING WELKE FINANCIERING PAST BIJ U? WIJ HELPEN U GRAAG OP WEG

AUTOFINANCIERING WELKE FINANCIERING PAST BIJ U? WIJ HELPEN U GRAAG OP WEG AUTOFINANCIERING WELKE FINANCIERING PAST BIJ U? WIJ HELPEN U GRAAG OP WEG 2 PEUGEOT FINANCE HELPT U GRAAG OP WEG U WILT EEN NIEUWE AUTO, MAAR U KUNT UW AANKOOP NIET IN ÉÉN KEER BEKOSTIGEN. DAN HELPT PEUGEOT

Nadere informatie

AUTOFINANCIERING WELKE FINANCIERING PAST BIJ U? WIJ HELPEN U GRAAG OP WEG

AUTOFINANCIERING WELKE FINANCIERING PAST BIJ U? WIJ HELPEN U GRAAG OP WEG AUTOFINANCIERING WELKE FINANCIERING PAST BIJ U? WIJ HELPEN U GRAAG OP WEG PEUGEOT FINANCE HELPT U GRAAG OP WEG U WILT EEN NIEUWE AUTO, MAAR U KUNT UW AANKOOP NIET IN ÉÉN KEER BEKOSTIGEN. DAN HELPT PEUGEOT

Nadere informatie

Percentage achterstallige kredietnemers 5,7 % 5,2 %

Percentage achterstallige kredietnemers 5,7 % 5,2 % Departement Micro-economische informatie Laatste geregistreerde gegevens oktober 212 1. Kerncijfers TABEL 1. AANTAL KREDIETNEMERS 211-1 212-1 Variatie Met minstens: - één uitstaand contract 5.462.345 6.223.412

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5 INHOUD Voorwoord............................................................ v Inleiding.............................................................. 1 Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling

Nadere informatie

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( )

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( ) stuk ingediend op 367 (2009-2010) Nr. 1 9 februari 2010 (2009-2010) Voorstel van decreet van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij houdende wijziging van artikel 159

Nadere informatie

BENOEMDE OVEREENKOMSTEN

BENOEMDE OVEREENKOMSTEN BENOEMDE OVEREENKOMSTEN 1. Koop De koop is een overeenkomst waarbij een partij (de verkoper) zich ertoe verbindt dat de eigendom van een zaak over te dragen aan een andere partij (de koper), die zich op

Nadere informatie

HUUROVEREENKOMST KANTOOR. Tussen 1. De heer en/of mevrouw (naam, voornaam, adres)... hierna de verhuurder genoemd

HUUROVEREENKOMST KANTOOR. Tussen 1. De heer en/of mevrouw (naam, voornaam, adres)... hierna de verhuurder genoemd HUUROVEREENKOMST KANTOOR Tussen 1. De heer en/of mevrouw (naam, voornaam, adres)... hierna de verhuurder genoemd en 2. De heer en/of mevrouw (naam, voornaam, adres, ondernemingsnummer en eventueel RPR)

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV-513 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van Koninklijk Besluit tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 23 oktober 2015 betreffende de uitvoering, wat de sociale kredietgevers en

Nadere informatie