Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee. Het effect van hydraulica op de aggregatie van deze vogels bij de Bruine Bank

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee. Het effect van hydraulica op de aggregatie van deze vogels bij de Bruine Bank"

Transcriptie

1 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee Het effect van hydraulica op de aggregatie van deze vogels bij de Bruine Bank

2

3 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee Het effect van hydraulica op de aggregatie van deze vogels bij de Bruine Bank Marc Weeber Mathieu Chatelain Deltares, 2014

4

5 Deltores Titel Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee Opdrachtgever IMARES Project Kenmerk ZKS-0003 Pagina's 118 Trefwoorden Zeekoeten; Alken; Bruine bank; Noordzee; Imares; part; transport modellering; individual based model; ibm; forward; backward; hydrodynamica; wind Samenvatting In de Noordzee is er een hogere concentratie aan Zeekoeten en Alken rond de Bruine Bank. Om de Bruine Bank tot Natura 2000 gebied aan te stellen zoekt IMARES naar argumentatie die dit verklaart. Een van de hypothesen is dat de Zeekoeten en Alken hier naar toe drijven aan de hand van de invloeden van de wind en de hydrodynamica. Hiervoor heeft IMARES Deltares de opdracht gegeven om dit aan de hand van een D-PART simulatie te testen. Hiervoor zijn simulaties uitgevoerd over verschillende perioden ( , , ), met invloed van wind, verschillende momenten waarop de partikels worden losgelaten en met een forward (vanaf de Midden Noordzee) en backward simulatie (naar de Bruine Bank). Deze simulaties duiden erop dat het onwaarschijnlijk wordt geacht dat Zeekoeten en Alken geheel passief naar de Bruine Bank toe drijven en daar verblijven. Echter de simulaties ondersteunen de hypothese dat Zeekoeten en Alken zich binnen de Noordzee voortbewegen aan de hand van een combinatie van actief zwemmen en gebruik te maken van de stroming en de wind. Referenties Weeber, M.P., Chatelain, M.S.J., Transportmodellering van Zeekoeten en Aiken in de Noordzee: De effecten van hydraulica op de aggregatie van deze soorten bij de Bruine Bank. Deltares, Delft. Versie Datum un.2014 Status definitief Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

6

7 Inhoud 1 Inleiding 1 2 Doel 3 3 Methode D-PART Hydrodynamica Wind Simulatie vanuit de initiële positie Simulatie vanuit de Bruine Bank Verschillende simulaties 9 4 Resultaten Forward modelling Backward modelling 13 5 Conclusie 15 6 Discussie 17 7 Literatuur 19 Bijlage(n) A Distributie van Zeekoeten (Common Guillemot) en Alken (Razorbill) gemeten door Engelse surveys A-1 B Model resultaten Forward gemodelleerd zonder wind B-1 C Model resultaten Forward gemodelleerd met wind C-1 D Model resultaten Backward gemodelleerd zonder wind D-1 E Model resultaten Backward gemodelleerd met wind E-1 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee i

8

9 1 Inleiding In het project Aanvullende Beschermde Gebieden worden mogelijke Natura 2000-gebieden in de Nederlandse Noordzee onderzocht. In dit project is vastgesteld dat er in het gebied de Bruine Bank in bepaalde delen van het jaar voldoende aantallen Alken en Zeekoeten aanwezig zijn om het gebied aan te wijzen als een Vogelrichtlijngebied (Bos & Van Bemmelen, 2012; Van Bemmelen et al., 2012). Alken en Zeekoeten zijn duikende vogels die een groot deel van de tijd drijvend en duikend op zee doorbrengen. De Zeekoeten en Alken broeden op de smalle kale richels van o.a. de Schotse en Noorse kust. Vanaf eind juni duiken de jongen samen met hun vader de Noordzee in. Op dit moment kunnen de jonge Zeekoeten nog niet vliegen en zijn de vaders in de rui. Na een maand kunnen zij vliegen. Alken en hun jongen volgen later in het jaar. In de zomer bevinden beide soorten zich vooral in de Noordelijke helft van de Noordzee (Figuur 1.1 links). In de wintermaanden zijn de soorten echter meer in de Zuidelijke Noordzee terug te vinden (Figuur 1.1 rechts). In november - januari piekt het aantal Zeekoeten rond de Bruine Bank en in januari maart geldt dit voor de Alken (Camphuysen & Leopold, 1994; Camphuysen 1998). Een vergelijkbaar beeld komt ook naar voren vanuit een survey uitgevoerd door de Engelse overheid (Bijlage A). Figuur 1.1 Distributie van Zeekoeten in augustus september (links) en in december-januari (rechts). Met het rode kader wordt de initiële positie aangeduid en met het blauwe kader de locatie van de Bruine Bank (Lindeboom et al. 2008). Het is echter onbekend wat de Bruine Bank zo aantrekkelijk maakt voor Alken en Zeekoeten. Mogelijk komen de vogels af op de hoeveelheid prooidieren die bij de Bruine Bank aanwezig zijn. Een andere hypothese is dat de Alken en Zeekoeten door de hydrodynamica naar het gebied toe drijven. Dit is niet onwaarschijnlijk gezien de zeestromen (Figuur 1.2) Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 1 van 118

10 Figuur 1.2 Algemene stroomrichting binnen de Noordzee (overgenomen van Laevastu 1983 in ICONA 1992). Voor de tweede hypothese heeft IMARES een opdracht uitgezet bij Deltares. De opdracht luidt om met behulp van een transportmodellering uit te zoeken waar Zeekoeten en Alken heen zouden drijven wanneer deze gezien worden als drijvende partikels zonder actieve beweging en zouden worden losgelaten in het midden van de Noordzee. De hypothese die getest wordt is dat de partikels naar de Bruine Bank toe drijven. 2 van 118 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

11 2 Doel Dit onderzoek heeft tot doel om de hypothese te testen of Zeekoeten en Alken in de Noordzee door de hydrodynamica en invloed van de wind in de winter afdrijven naar de Bruine Bank. Deze hypothese zullen we testen met behulp van het transportmodel D-PART. We zullen de Zeekoeten en Alken hierin modelleren als drijvende partikels die onder invloed staan van de hydrodynamica en de wind. Voor de hydrodynamica wordt een bestaand, gevalideerd model van de Noordzee gebruikt. Aan de hand van het moment waarop de partikels in het model worden losgelaten wordt de gehele periode dat de Zeekoeten en Alken in de Midden Noordzee en bij de Bruine bank aanwezig zijn gemodelleerd. Aan de hand van het moment dat de partikels bij de Bruine bank arriveren en het moment waarop Zeekoeten en Alken hier in hogere concentraties aanwezig zijn, kan er onderscheid gemaakt worden in de algemene drijfrichting van de Zeekoeten en van de Alken. Met behulp van verschillende perioden wordt het effect van jaar-op-jaar variatie op de drijfroute bepaald. Voor het modelleren met wind worden er enkele aannames gedaan. Door zowel met als zonder wind te modelleren kan men een betere inschatting maken wat de invloed is van deze aannames op het modelresultaat. De drijvende partikels worden vanuit een initiële positie (Figuur 1.1 links) met de tijd mee en vanuit de Bruine Bank tegen de tijd in gesimuleerd (Figuur 1.1 rechts). In Figuur 2.1 wordt verduidelijkt waar beide locaties liggen. Figuur 2.1 Ligging van de initiële positie (wit) en de Bruine Bank (rood) ten opzichte van Nederland en Engeland (foto: Google Earth) Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 3 van 118

12

13 3 Methode 3.1 D-PART Delft3d-PART model simuleert transport van partikels binnen hydrodynamische modellen. Aan de hand van de stroming wordt de snelheid en de richting van het partikel bepaald. Delft3d-PART wordt gebruikt voor studies op het gebied van waterkwaliteit, olierampen, baggerpluimen en het simuleren van ecologie (Deltares, 2013). In deze studie is het model zo ingesteld dat de partikels niet kunnen zinken en zich altijd in de bovenste laag van hydrodynamisch model bevinden. Omdat de partikels drijvend op het water worden gesimuleerd is de invloed van wind aanvullend meegenomen op de snelheid en richting van het partikel. 3.2 Hydrodynamica Voor de hydrodynamica wordt gebruik gemaakt van het ZUNO-model. Dit is een 3d hydrodynamisch model. Dit model is in een eerdere studie voor de jaren 2003 t/m 2008 gevalideerd voor het Nederlandse deel van de Noordzee (Cronin et al. 2013). Het model beslaat een deel van de Noordzee, eindigend bij de breedtegraad ter hoogte van Edinburgh, Schotland. Figuur 3.1 Het grid van het ZUNO-model. Dit grid geeft tevens de modelrand weer, eindigend in het Noorden ter hoogte van de breedtegraad van Edinburgh en ten Zuiden ter hoogte van de lengtegraad van Weymouth. Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 5 van 118

14 IMARES heeft aan de hand van eerder onderzoek (o.a. Figuur 1.1 en Bijlage A) een modelkader gedefinieerd van juni van het startjaar t/m april van het opvolgende jaar. Volgens de hypothese verplaatsen zowel Zeekoeten als Alken zich binnen dit tijdskader vanaf het midden van de Noordzee naar de Bruine Bank. Aan de hand van de wind (zie 3.3 Wind) is er voor gekozen om de hydrodynamica van de perioden , en te rekenen. Periode kenmerkt zich als weinig turbulentie, periode kenmerkt zich als gemiddelde turbulentie en periode kenmerkt zich als hoge turbulentie (Cronin et al. 2013). 3.3 Wind Om het effect van wind op het transport van de partikels te analyseren is er gekozen voor zowel een modelopzet waarbij de wind is meegenomen, als een modelopzet zonder wind. Binnen het model is per periode gebruik gemaakt van de windrichting en windsnelheid zoals waargenomen bij IJmuiden (KNMI, 2014). Om de complexiteit van het model te beperken is er gekozen om geen ruimtelijk verdeelde windinvloed te gebruiken (ruimtelijk geïnterpoleerde windrichting en windsnelheid gemeten vanuit meerdere locaties binnen de Noordzee). Voor het effect van de wind op de partikels is gekozen voor een winddrag van 3%. Een indicatie hiervan staat in het document Leeway model documentation V2.5 : het effect is gelijk aan het effect van de wind op een drijvende fles (Leeway model documentation V2.5, MED- WASTE-4). Aan de hand van Cronin et al en controle aan de hand van KNMI windgegevens is er gekozen om de perioden , en als windjaren aan te houden (Tabel 3.1 & Tabel 3.2). Deze perioden worden representatief geacht voor verschillende windcondities. De periode is representatief voor een periode met een gemiddelde windsnelheid met hoge pieken, voor een periode met een gemiddelde windsnelheid met lage pieken en voor een periode met een hoge windsnelheid. Tabel 3.1 Overzicht van KNMI windgegevens waarbij het aantal dagen met een hogere windsnelheid dan 4.0 m/s is berekend. In grijs gearceerd worden de perioden aangegeven die voor het model worden gebruikt. Dagen met windsnelheid boven 4.0 m/s Eerste jaar juni t/m december Tweede jaar januari t/m april Totaal juni t/m april perioden aantal dagen aantal dagen aantal dagen van 118 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

15 Tabel 3.2 Overzicht van KNMI windgegevens waarbij het aantal dagen met een hogere windsnelheid dan 8.0 m/s is berekend. In grijs gearceerd worden de perioden aangegeven die voor het model worden gebruikt. Dagen met windsnelheid boven 8.0 m/s Eerste jaar juni t/m december Tweede jaar januari t/m april Totaal juni t/m april perioden aantal dagen aantal dagen aantal dagen Simulatie vanuit de initiële positie Door IMARES is het kader bepaald waarvandaan de drijvende partikels worden gemodelleerd. Deze initiële positie bevindt zich binnen de coördinaten N en E (weergegeven in het coördinatenstelsel WGS84). Bij de simulatie vanuit de initiële positie wordt een forward simulatie uitgevoerd. Dit houdt in dat de partikels met een chronologisch verloop van tijd door de hydrodynamica en (wanneer van toepassing) wind worden verspreid. Voordat de simulatie begint worden er het kader van de initiële positie partikels evenredig verdeeld. Het aantal partikels is gekozen aan de hand van enkele testsimulaties, waarbij de zichtbaarheid van de verspreiding is bepaald. In Figuur 3.2 is de positie van de partikels te zien bij de start van de simulatie. Figuur 3.2 De initiële positie om de partikels los te laten voor de forward simulaties. Hiervandaan worden afhankelijk van de variant op 15 juli, 1 augustus, 15 augustus of 1 september de partikels in het model losgelaten. Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 7 van 118

16 De forward simulatie is verdeeld in 4 varianten. Deze varianten verschillen in het moment waarop de partikels in het model worden losgelaten. De forward varianten zijn: - 15 juli - 1 augustus - 15 augustus - 1 september 3.5 Simulatie vanuit de Bruine Bank IMARES heeft ook het kader waarbinnen de Bruine Bank zich bevindt aangereikt. De Bruine Bank bevindt zich binnen de coördinaten N en E (weergegeven in het coördinatenstelsel WGS84). Bij de simulatie vanuit de Bruine bank wordt een backward simulatie uitgevoerd. Dit houdt in dat de partikels vanuit de Bruine Bank aan de hand van de hydrodynamica en (wanneer van toepassing) wind de weg terug volgen naar waar de partikels vandaan komen. De hydrodynamica en wind wordt als het ware omgedraaid. Ook binnen het kader van de Bruine Bank worden, voordat de simulatie begint, partikels evenredig verdeeld. In Figuur 3.3 is de positie van de partikels te zien bij de start van de simulatie. Figuur 3.3 De positie van de Bruine Bank om de partikels los te laten voor de backward simulaties. Hiervandaan worden afhankelijk van de variant op 15 december, 15 januari, 15 februari of 15 maart de partikels in het model losgelaten. 8 van 118 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

17 De backward simulatie is verdeeld in 4 varianten. Deze varianten verschillen in het moment waarop de partikels bij de Bruine Bank worden waargenomen. Binnen de maanden november tot aan januari is de concentratie Zeekoeten hoog bij de Bruine Bank. Binnen de maanden januari tot aan maart is de concentratie Alken hoog bij de Bruine Bank. De backward varianten zijn: - 15 december - 15 januari - 15 februari - 15 maart 3.6 Verschillende simulaties Met de verschillen in windgebruik (2x), perioden (3x), type van simulering (forward of backward, 2x) en varianten (4x) wanneer de partikels in het model worden losgelaten zijn er 48 verschillende simulaties. Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 9 van 118

18

19 4 Resultaten In Bijlage B t/m E zijn alle resultaten toegevoegd. Hier wordt kort op de resultaten ingegaan. Als in een figuur de Noordzee wit gekleurd is geeft dit aan dat dit moment buiten de simulatie valt en de partikels nog niet zijn losgelaten. Naarmate de kleur van de partikels dichter bij donker rood zit is de concentratie hoger, echter omdat deze simulaties indicatief zijn uitgevoerd om de invloed van de hydrodynamica en wind weer te geven is de schaal van de concentratie niet van toegevoegde waarde. Hierom is de schaal in de figuren weggelaten. 4.1 Forward modelling Figuur 4.1 Een voorbeeld van de resultaten van een forward simulatie. Hier wordt de simulatie Wind periode met starttijd 1 augustus getoond. Boven de figuren staat de datum van het figuren het aantal dagen sinds het loslaten van de partikels in het model. In de titel wordt het type simulatie weergegeven. Alle forward simulaties leiden er toe dat de partikels meestal langs de kust van Denemarken naar het noorden buiten de modelrand drijven (zie Figuur 4.1). Het gebruik van wind, de gesimuleerde periode en de varianten zorgen ervoor dat de maand en het aantal dagen dat de partikels zich in het model hebben bevonden tussen de forward simulaties verschillen. De simulaties die vallen onder forward modellering zonder wind (Bijlage B) laten zien dat de partikels gedurende de simulatie in een wolk ronddrijven. De hydrodynamica van de periode en de variant bepalen voor deze simulaties wanneer de partikels bij Denemarken buiten de modelrand drijven. Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 11 van 118

20 Voor de varianten geldt voor alle perioden dat de partikels het langst in het model aanwezig zijn wanneer deze los worden gelaten volgens de variant 15 juli. Naarmate de partikels later in het jaar worden losgelaten drijven deze sneller buiten de modelrand. De hydrodynamica van periode met lage turbulentie ( ) zorgt ervoor dat de partikels langer binnen de modelrand aanwezig zijn. In de periode met gemiddelde turbulentie ( ) raken de partikels sneller buiten de modelrand. De periode met hoge turbulentie ( ) zit hier met de resultaten tussen in. De simulaties die vallen onder forward met wind (Bijlage C) laten zien dat de partikels door de wind uiteendrijven en patches vormen. De wind, hydrodynamica van de periode en de variant bepalen wanneer de partikels bij Denemarken buiten de modelrand drijven. De wind heeft tot effect dat de partikels meer verspreid raken. Voor de periode met gemiddelde wind met hoge pieken ( ) en de periode met hoge windsnelheid ( ) zorgt dit er voor dat er langer partikels aanwezig blijven binnen de modelrand. Dit geldt echter alleen voor bepaalde patches, de wind zorgt er namelijk in deze periodes ook voor dat een groot aantal partikels juist sneller buiten de modelrand raken. In de periode met gemiddelde windsnelheid en lage pieken ( ) heeft de wind minder invloed en raken alle partikels sneller buiten de modelrand. Opvallend is dat er zich in de maand november van de periode met gemiddelde wind met hoge pieken ( ) bij varianten 1 augustus en 15 augustus patches van partikels langs de Engelse kust bevinden. In deze periode zorgt de wind voor een sterkere verspreiding van de partikels. 12 van 118 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

21 4.2 Backward modelling Figuur 4.2 Een voorbeeld van de resultaten van een backward simulatie. Hier wordt het opvallende resultaat van Wind periode met backward starttijd 15 maart getoond. Boven de figuren staat de datum van het figuur en het aantal dagen tot dat de partikels bij de Bruine Bank arriveren. In de titel wordt het type simulatie weergegeven. Bij de backward simulaties zijn de partikels afhankelijk van invloed van de wind afkomstig uit het Kanaal van Dover of langs de kust van Groot-Brittannië (zie Figuur 4.2). Bij de simulaties zonder wind invloed bevinden alle partikels zich in de eerste maand buiten de modelrand van het Kanaal van Dover. Ook bij backward simulaties heeft het gebruik van wind, de gesimuleerde periode en de varianten invloed op de maand dat het partikel zich buiten de rand bevindt en het aantal dagen dat de partikels zich in het model hebben bevonden. De simulaties die vallen onder backward modellering zonder wind (Bijlage D) laten zien dat de partikels gedurende de simulatie in een wolk drijven. Deze wolken zijn in sommige simulaties licht gefragmenteerd. Dit komt door de invloed die het reliëf van de Engelse kust uitoefent op de partikels. Afhankelijk van de periode blijven de partikels bij het eind van de simulatie (door de backward modellering is dit de eerste maand) door invloed van het getij in het Kanaal van Dover hangen of raken ze buiten de modelrand bij het Kanaal van Dover. De simulaties waarbij de partikels buiten de modelrand raken zijn de periode met variant 15 januari en de periode met de varianten 15 januari, 15 februari en 15 maart. Dit komt doordat het getij in het Kanaal van Dover in deze periode een sterkere stroming richting de Nederlandse kust creëert. Dit zorgt ervoor dat bij de backward simulatie de partikels binnen de zelfde tijdspanne een grotere relatieve afstand afleggen en buiten de modelrand raken. In de andere backward simulaties leggen de partikels een kortere relatieve afstand af doordat deze onder invloed van het getij in het Kanaal van Dover blijven hangen. Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 13 van 118

22 Voor de varianten geldt voor alle perioden dat de partikels naar het Kanaal van Dover afdrijven. Wanneer de partikels volgens de variant later in het jaar bij de Bruine Bank uitkomen, worden de partikels in de eerste maand meer uitgesmeerd over de zuidzijde van de Engelse kust. De hydrodynamica van de periode heeft een sterker opkomend getij in het Kanaal van Dover. Dit zorgt ervoor dat in bijna alle backward simulaties voor deze periode de partikels in de eerste maand buiten de modelrand uitkomen. Ook raken de partikels in de simulatie niet verspreid langs het zuiden van de Engelse kust. In de periode is deze verspreiding van de partikels het sterkst. De periode zit hier tussenin. De simulaties die vallen onder backward modellering met wind (Bijlage E) laten (net als de forward modellering met wind ) zien dat wind ervoor zorgt dat de partikels uiteendrijven en patches vormen. In deze simulaties bepalen de wind, de hydrodynamica van de periode en de variant of de partikels zich in de eerste maand in het Kanaal van Dover of ook langs de kust van Groot-Brittannië bevinden. De wind heeft tot effect dat de partikels zich noordelijker langs de Engelse kust kunnen bevinden. In de periode met gemiddelde wind met hoge pieken ( ) is de wind invloed sterker richting het Zuiden waardoor de partikels zich Noordelijker langs de Engelse kust kunnen bevinden. In de periode met hoge windsnelheid ( ) bevinden de partikels zich in alle varianten in de eerste maand in het Kanaal van Dover. Ook bevinden de partikels zich vaak buiten de modelrand. Dit duidt op een sterkere wind richting het Noorden. De periode met gemiddelde wind met hoge pieken ( ) zit met de resultaten tussen beide periodes in. In deze periode kunnen de partikels zich namelijk in de eerste maand zowel in het Kanaal van Dover als langs de Engelse kust bevinden. Opvallend is dat in de simulaties voor de periode met gemiddelde wind met hoge pieken ( ) met de varianten 15 januari en 15 maart het effect van de wind er toe leidt dat de partikels zich ter hoogte van Newcastle bevinden. In de variant 15 januari geldt dit alleen voor de eerste maand, maar bij de variant 15 maart blijven de partikels hier meerdere maanden hangen onder invloed van getij. 14 van 118 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

23 5 Conclusie Uit de forward modellering zonder wind is af te leiden dat de partikels onafhankelijk van de variant in de maanden juli tot september voor de Nederlandse kust blijven hangen. Hierna neemt de stroming richting de kust van Denemarken toe, waarna de partikels uiteindelijk in het merendeel van de gevallen langs de kust van Denemarken in het Noorden buiten de modelrand drijven. Hierbij geldt dat wanneer de partikels eerder in het jaar in de simulatie worden losgelaten, deze langer binnen de modelranden aanwezig zijn. Het is echter ook mogelijk dat de partikels vast komen te zitten in het Nederlandse Waddengebied of bij de kust van Denemarken (Tabel 5.1). Bij het toevoegen van wind aan de forward modellering verspreiden de partikels zich in patches. Deze patches blijven langer binnen het model hangen. Bij de simulatie van periode met varianten 1 augustus en 15 augustus leidt dit er toe dat enkele patches in de maand november tot de Engelse kust drijven. Tabel 5.1 Overzichtstabel van de forward simulaties. Hier wordt weergegeven wanneer de partikels het model hebben verlaten. In het geval dat partikels in het model blijven hangen, wordt aangegeven wanneer het overgrote deel van de partikels het model heeft verlaten. De afkorting DEN geeft aan dat partikels bij de kust van Denemarken blijven hangen en NL dat de partikels bij de kust van Nederland blijven hangen. Eind simulatie forward Geen wind Wind dagen in Buiten dagen in Buiten Periode Variant simulatie modelrand? simulatie modelrand? juli 184 Ja 166 Deels NL 1 aug 238 Ja 32 Deels NL 15 aug 174 Ja 10 Deels NL 1 sep 166 Deels DEN 36 Deels NL juli 116 Deels DEN 120 Ja 1 aug 134 Ja 102 Deels NL 15 aug 130 Ja 80 Ja 1 sep 148 Deels DEN 58 Ja juli 136 Deels DEN 54 Deels NL & DEN 1 aug 96 Deels DEN 36 Deels NL & DEN 15 aug 104 Deels DEN 74 Ja 1 sep 108 Deels DEN 38 Ja Uit de backward modellering zonder wind is af te leiden dat de partikels bij de Bruine bank afkomstig zijn uit het Kanaal van Dover. De partikels verblijven een lange tijd in het Kanaal van Dover door invloed van het getij. Wanneer de partikels later in het jaar aankomen bij de Bruine Bank staan deze langer onder invloed van het getij in het Kanaal van Dover. Een uitzondering hierop is de periode waarin het opkomende tij ervoor zorgt dat de partikels zich in de eerste maanden buiten de modelrand bevinden en er hierdoor minder tijd zit tussen de locatie van de partikels in het Kanaal van Dover en wanneer deze de Bruine Bank bereiken. Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 15 van 118

24 Bij het toevoegen van wind aan de backward modellering verspreiden ook hier de partikels zich als patches. Ook zorgt het toevoegen van wind er voor dat er partikels die hun oorsprong vinden langs de zuidkust van Engeland tot aan de kust van Schotland (Tabel 5.2). Bij de simulatie van de periode met variant 15 maart bevinden partikels zich in 60 tot 121 dagen voordat zij bij de Bruine Bank aankomen langs de Engelse kust ter hoogte van Newcastle. Tabel 5.2 Overzichtstabel van de backward simulaties. Hier wordt voor de maand augustus weergegeven waar de partikels zich bevinden. In deze tabel staat buitenrand kanaal voor de modelrand bij Weymouth, kanaal voor het kanaal van Dover, Engelse zuidkust voor het deel tussen Dover en Norwich en Engelse noordkust voor het deel tussen Norwich en Edinburgh. Beginlocatie Backward Geen wind Buitenrand Kanaal Engelse Periode Variant kanaal zuidkust Engelse noordkust Buitenrand kanaal Wind Kanaal Engelse zuidkust Engelse noordkust dec x x 15 jan x x x x x 15 feb x x x x x 15 maa x x x x dec x x x x 15 jan x x 15 feb x x x x x 15 maa x x x x dec x x x 15 jan x x 15 feb x x x 15 maa x x x De validatie van het model ten opzichte van de monitoringsgegevens wordt in dit rapport niet behandeld. Deze validatie komt aan de orde in Geelhoed et al De simulaties verwerpen de hypothese dat de Zeekoeten en Alken in elke periode passief vanuit de Midden Noordzee door de stroming en wind naar de Bruine Bank af kunnen drijven. Alleen in de simulatie van periode met een initiële positie op 1 15 augustus en een aankomst bij de Bruine Bank rond 15 januari of 15 maart behoort deze hypothese tot de mogelijkheden. In geen van de andere periodes kwamen de partikels tijdens een forward simulatie rond de kust van Groot Brittannië terecht en in geen van de backward simulaties kwamen de partikels bij de initiële positie terecht. Dit geeft aan dat het voor Zeekoeten en Alken onwaarschijnlijk is om passief drijvend van de initiële positie tot de Bruine Bank te raken. Het idee dat de Zeekoeten en Alken passief kunnen verblijven bij de Bruine Bank is ook onrealistisch. De invloed van de hydrodynamica en wind zorgt er hier voor dat de Zeekoeten en Alken langs de Nederlandse kust naar het Noorden worden vervoerd (zoals af te leiden van Figuur 1.2 en de backward simulaties in Bijlage E). 16 van 118 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

25 6 Discussie Het resultaat van deze simulaties is gelimiteerd door de randen van het hydrodynamisch model. Hierover is de aanname gemaakt dat drijvende partikels die buiten de modelrand raken niet zullen verder drijven naar de Bruine Bank. Verder is bij het model gebruik gemaakt van de windsnelheden en richting die gemeten zijn bij het KNMI station IJmuiden. Dit heeft tot beperking dat windsnelheden op zee sneller kunnen zijn en dat de windsnelheid en - richting langs de Engelse kust licht af kan wijken van de modelinvoer. Voor het testen van de gestelde hypothese zijn deze instellingen voldoende. Echter wanneer men de exacte invloeden van de wind op Zeekoeten en Alken zou willen modelleren dan dient de invloed van de wind op de Zeekoeten en Alken te worden vastgesteld en een ruimtelijke windrichting en windsnelheid te worden gebruikt. Dit onderzoek ondersteunt de hypothese dat Zeekoeten en Alken zich binnen de Noordzee voortbewegen aan de hand van een combinatie van actief zwemmen of vliegen en gebruik te maken van de stroming en de wind. In juli en augustus blijven de Zeekoeten en Alken in het midden van de Noordzee (Figuur 1.1 links). Dit zelfde gebeurt met de drijvende partikels in de forward simulatie (Bijlage C). Aan de hand van de survey is te zien dat de Zeekoeten zich in september in grotere mate langs de Engelse en Schotse kust bevinden. Deze verplaatsing kwam slechts in twee forward simulaties voor (Figuur 4.1). Mogelijk verplaatsen Zeekoeten en Alken zich hier gewoonlijk door zich actief naar een gunstige stroming toe te bewegen. Bij de backward modellering (Figuur 4.2 & Bijlage E) en het overzicht van de Noordzee hydrodynamica (Figuur 1.2) lijkt het aannemelijk dat de Zeekoeten in september langs de Engelse en Schotse kust gebruik kunnen maken van de stroming om richting de Bruine Bank af te zakken. Bij de Bruine Bank zullen zij actief moeten bewegen om deze positie te behouden. Bij de Alken is dit patroon minder duidelijk te onderscheiden doordat deze soort in lagere aantallen zijn gemeten en het vanuit de survey onbekend is waar deze soort in juli en augustus verblijft. Om deze hypothese te testen is meer onderzoek vereist. Tot dan is het niet uitgesloten dat Zeekoeten en Alken geen gebruik maken van de stroming en slechts actief in de richting van de Bruine Bank bewegen (zwemmend of vliegend). Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 17 van 118

26

27 7 Literatuur Van Bemmelen ea (2011) Alcids-C Masterplan Birds ship based surveys Van Bemmelen RSA, Leopold MF, Bos OG (2012) Vogelwaarden van de Bruine Bank. Project Aanvullende Beschermde Gebieden, IMARES Bos OG, Van Bemmelen R (2012) Aanvullende beschermde gebieden op de Noordzee. Samenvatting onderzoek ( Report C154/12, IMARES Cronin,K., R. Plieger, S. Gaytan Aguilar, J.R. de Lima Rego, M. Blaas (2013). MoS2-II: Deterministic Model Calibration: Updates of the ZUNO-DD Hydrodynamic and SPM model Deltares Report , Delft March 2013 Camphuysen CJ, Leopold MF (1994) Atlas of seabirds in the southern North Sea. IBN Research report 94/6 NIOZ report Institute for Forestry and Nature Research, Dutch Seabird Group and Netherlands Institute for Sea Research, Texel, 126 pp Camphuysen CJ (1998) Het voorkomen van de Alk Alca torda in Nederlandse wateren. Limosa 71:69-77 Deltares, D-Waq PART: Simulation of mid-filed water quality and oil spills, using particle tracking. User Manual Version , 6 September 2013 Geelhoed SCV, Bos OG, Burggraaf D, Fassler S, Lagerveld S, Leopold MF (2014) Verklarende factoren voor de verspreiding van Alken en Zeekoeten op de Bruine Bank. Project aanvullende beschermde gebieden. IMARES ICONA (1992) Noordzee-atlas voor het Nederlandse beleid en beheer. ICONA, Den Haag KNMI (2014) Daggegevens van het weer in Nederland, ( Geraadpleegd op 20- juni-2014 Leeway model documentation v2.5, ( Geraadpleegd op 20-juni-2014 Lindeboom HJ, Dijkman EM, Bos OG, Meesters EH, Cremer JSM, De Raad I, Van Hal R & Bosma A (2008) Ecologische Atlas Noordzee ten behoeve van gebiedsbescherming, Wageningen IMARES. Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee 19 van 118

28

29 A Distributie van Zeekoeten (Common Guillemot) en Alken (Razorbill) gemeten door Engelse surveys Bron: Alcids-C Masterplan Birds ship based surveys-van Bemmelen ea-2011 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee A-1

30 A-2 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

31 B Model resultaten Forward gemodelleerd zonder wind Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-1

32 B-2 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

33 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-3

34 B-4 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

35 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-5

36 B-6 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

37 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-7

38 B-8 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

39 Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-9

40 B-10 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

41 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-11

42 B-12 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

43 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-13

44 B-14 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

45 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-15

46 B-16 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

47 Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-17

48 B-18 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

49 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-19

50 B-20 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

51 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-21

52 B-22 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

53 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee B-23

54 B-24 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

55 C Model resultaten Forward gemodelleerd met wind Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-1

56 C-2 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

57 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-3

58 C-4 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

59 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-5

60 C-6 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

61 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-7

62 C-8 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

63 Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-9

64 C-10 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

65 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-11

66 C-12 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

67 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-13

68 C-14 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

69 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-15

70 C-16 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

71 Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-17

72 C-18 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

73 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-19

74 C-20 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

75 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-21

76 C-22 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

77 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee C-23

78 C-24 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

79 D Model resultaten Backward gemodelleerd zonder wind Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-1

80 D-2 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

81 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-3

82 D-4 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

83 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-5

84 D-6 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

85 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-7

86 D-8 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

87 Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-9

88 D-10 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

89 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-11

90 D-12 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

91 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-13

92 D-14 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

93 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-15

94 D-16 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

95 Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-17

96 D-18 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

97 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-19

98 D-20 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

99 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-21

100 D-22 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

101 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee D-23

102 D-24 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

103 E Model resultaten Backward gemodelleerd met wind Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-1

104 E-2 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

105 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-3

106 E-4 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

107 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-5

108 E-6 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

109 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-7

110 E-8 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

111 Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-9

112 E-10 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

113 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-11

114 E-12 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

115 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-13

116 E-14 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

117 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-15

118 E-16 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

119 Periode Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-17

120 E-18 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

121 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-19

122 E-20 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

123 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-21

124 E-22 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

125 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee E-23

126 E-24 Transportmodellering van Zeekoeten en Alken in de Noordzee

Ontwikkeling gaswinningsplatforms

Ontwikkeling gaswinningsplatforms Ontwikkeling gaswinningsplatforms K12-K en G14-B Toetsingsadvies over de milieueffectrapporten 20 december 2006 / rapportnummer 1751 en 1750-70 Toetsingsadvies over de milieueffectrapporten Ontwikkeling

Nadere informatie

Rapport Prestatie Gevellamel versus Luchtgordijn

Rapport Prestatie Gevellamel versus Luchtgordijn Rapport Prestatie Gevellamel versus Luchtgordijn Datum: 18 september 2017 Windsafe Projects B.V. Science Park 5080 5692 EA Son Nederland Project Titel Prestatie Gevellamel versus luchtgordijn Document

Nadere informatie

1 Beschrijving van Nutriënten en Geomorfologie. Indicatoren voor selectie van gunstig zeewier locaties.

1 Beschrijving van Nutriënten en Geomorfologie. Indicatoren voor selectie van gunstig zeewier locaties. 1 Beschrijving van Nutriënten en Geomorfologie. Indicatoren voor selectie van gunstig zeewier locaties. 1.1 Nutriënten Zeewier groeit onder invloed van licht en voedingsstoffen (nutriënten). In zee zijn

Nadere informatie

Memo. 1 Inleiding. Aan Dr. Pauline Kamermans (IMARES) Kenmerk ZKS Datum 16 augustus Aantal pagina's 10

Memo. 1 Inleiding. Aan Dr. Pauline Kamermans (IMARES) Kenmerk ZKS Datum 16 augustus Aantal pagina's 10 Memo Aan Dr. Pauline Kamermans (IMARES) Van Frank Kleissen Kenmerk Doorkiesnummer +31(0)88335 8291 Aantal pagina's 10 E-mail frank.kleissen@deltares.nl Onderwerp Oesterlarventransport in de Voordelta (Definitief

Nadere informatie

Memo. Inleiding. Opzet berekeningen

Memo. Inleiding. Opzet berekeningen Memo Aan Bart Grasmeijer Van Thijs van Kessel Aantal pagina's 7 Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 239 E-mail thijs.vankessel @deltares.nl Onderwerp notitie specieverspreiding Eemshaven Inleiding Deze beknopte

Nadere informatie

De tor. Memo. Aan Jaap Starke (Rijkswaterstaat) Datum 5 februari Kenmerk ZKS Aantal pagina's 10. Van Reinier Schrijvershof

De tor. Memo. Aan Jaap Starke (Rijkswaterstaat) Datum 5 februari Kenmerk ZKS Aantal pagina's 10. Van Reinier Schrijvershof Memo De tor s Aan Jaap Starke (Rijkswaterstaat) Datum Van Reinier Schrijvershof Kenmerk Doorkiesnummer +31(0)88335 7483 Aantal pagina's 10 E-mail reinier.schrijvershof@deltares.nl Onderwerp Verplaatsing

Nadere informatie

Loopstroomstudie Utrecht Forum Westflank Noord. Definitief v2.0

Loopstroomstudie Utrecht Forum Westflank Noord. Definitief v2.0 Loopstroomstudie Utrecht Forum Westflank Noord Definitief v2.0 Achtergrond De komende jaren werken de gemeente Utrecht en NS Stations aan de ontwikkeling van een leefbaar, veilig en prettig stationsgebied.

Nadere informatie

Modellenstudie van de ontwikkeling van de zandbank te Heist

Modellenstudie van de ontwikkeling van de zandbank te Heist De Zandbank te Heist, een boeiend fenomeen Seminarie Vrijdag Modellenstudie van de ontwikkeling van de zandbank te Heist Dries Van den Eynde, Frederic Francken & Brigitte Lauwaert Beheerseenheid van het

Nadere informatie

Conclusies. Martijn de Ruyter de Wildt en Henk Eskes. KNMI, afdeling Chemie en Klimaat Telefoon +31-30-2206431 e-mail mruijterd@knmi.

Conclusies. Martijn de Ruyter de Wildt en Henk Eskes. KNMI, afdeling Chemie en Klimaat Telefoon +31-30-2206431 e-mail mruijterd@knmi. Lotos-Euros v1.7: validatierapport voor 10 en bias-correctie Martijn de Ruyter de Wildt en Henk Eskes KNMI, afdeling Chemie en Klimaat Telefoon +31-30-2206431 e-mail mruijterd@knmi.nl Conclusies Bias-correctie:

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Verklarende factoren voor de verspreiding van alken en zeekoeten op de Bruine Bank

IMARES Wageningen UR. Verklarende factoren voor de verspreiding van alken en zeekoeten op de Bruine Bank Verklarende factoren voor de verspreiding van alken en zeekoeten op de Bruine Bank Project Aanvullende Beschermde Gebieden Noordzee S.C.V. Geelhoed, O.G. Bos, D. Burggraaf, A.S. Couperus & S. Lagerveld

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0)

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) Memo Aan LS Van Theo van der Kaaij Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 515 Aantal pagina's 7 E-mail theo.vanderkaaij @deltares.nl Onderwerp Delft3D-FLOW_Noordzee-ZUNO-DD_j03-11_v02 metadata Waterkwaliteitsmodelschematisatie

Nadere informatie

Griepepidemie. Modelleren B. Javiér Sijen. Janine Sinke

Griepepidemie. Modelleren B. Javiér Sijen. Janine Sinke Javiér Sijen Janine Sinke Griepepidemie Modelleren B Om de uitbraak van een epidemie te voorspellen, wordt de verspreiding van een griepvirus gemodelleerd. Hierbij wordt zowel een detailbenadering als

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Vogeltellingen Bruine Bank maart Aanvullende beschermde gebieden op de. Noordzee

IMARES Wageningen UR. Vogeltellingen Bruine Bank maart Aanvullende beschermde gebieden op de. Noordzee Vogeltellingen Bruine Bank maart 2011 Aanvullende beschermde gebieden op de Noordzee M.F. Leopold & R.S.A. van Bemmelen Rapport C163/11 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem

Nadere informatie

Bruinvis langs de Nederlandse kust,

Bruinvis langs de Nederlandse kust, Indicator 12 juli 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De bruinvis was eeuwenlang algemeen

Nadere informatie

Monitoring en Evaluatie Pilot Zandmotor Fase 2 - Datarapport vogels en zeezoogdieren /2015 S. Lagerveld (IMARES)

Monitoring en Evaluatie Pilot Zandmotor Fase 2 - Datarapport vogels en zeezoogdieren /2015 S. Lagerveld (IMARES) Monitoring en Evaluatie Pilot Zandmotor Fase 2 - Datarapport vogels en zeezoogdieren - S. Lagerveld (IMARES) Deltares project 1205045-000 IMARES project 4303103201 Deltares, 2015 IMARES WAGENINGEN~ Deltares

Nadere informatie

Advies betreffende de jacht op houtduiven in het Vlaamse gewest

Advies betreffende de jacht op houtduiven in het Vlaamse gewest Advies betreffende de jacht op houtduiven in het Vlaamse gewest Nummer: INBO.A.2010.197 Datum: 20/07/2010 Auteur(s): Contact: Frank Huysentruyt, Jim Casaer lon.lommaert@inbo.be Kenmerk aanvraag: e-mail

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) Onderwerp SWAN_Eems-Dollard_j12_v01 metadata Waterkwaliteitsmodelschematisatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) Onderwerp SWAN_Eems-Dollard_j12_v01 metadata Waterkwaliteitsmodelschematisatie Memo Aan LS Van Bas van Maren Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 365 Aantal pagina's 5 E-mail bas.vanmaren @deltares.nl Onderwerp SWAN_Eems-Dollard_j12_v01 metadata Waterkwaliteitsmodelschematisatie

Nadere informatie

ONE. Simulations. HCN Locatie Nieuwegein. Nieuwegein, Nederland. Datum: Windsafe Projects Science Park EA Son Nederland

ONE. Simulations. HCN Locatie Nieuwegein. Nieuwegein, Nederland. Datum: Windsafe Projects Science Park EA Son Nederland Project: Locatie: Onderwerp: Document: HCN Locatie Nieuwegein Nieuwegein, Nederland Onderzoek windklimaat P59517302e102 Datum: 19-2-2018 Windsafe Projects Science Park 5080 5692 EA Son Nederland +31 (0)

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) (0)

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) (0) Memo Aan Jasper Fiselier (DHV) Datum Van Pieter Koen Tonnon Jan Mulder Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 464 +31 (0)88 33 58 446 Aantal pagina's 9 E-mail pieterkoen.tonnon @deltares.nl jan.mulder@deltares.nl

Nadere informatie

Tracébesluit SAA Aanvullende beschouwing Externe veiligheid

Tracébesluit SAA Aanvullende beschouwing Externe veiligheid Notitie Datum 30 mei 2012 Kenmerk N001-1207995RTG-pws-V02-NL Tracébesluit SAA Aanvullende beschouwing Externe veiligheid 1 Inleiding Het Tracébesluit Weguitbreiding Schiphol-Amsterdam-Almere (2011) heeft

Nadere informatie

Bruinvis langs de Nederlandse kust,

Bruinvis langs de Nederlandse kust, Indicator 9 maart 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De bruinvis was eeuwenlang algemeen

Nadere informatie

Energie uit getijstroming

Energie uit getijstroming Royal Netherlands Institute for Sea Research Energie uit getijstroming Janine Nauw a, Marck Smit a, Walther Lenting a, Belen Blanco b, Jurre de Vries c, Herman Ridderinkhof, Hendrik van Aken en Mathijs

Nadere informatie

Geoorde fuut (Podiceps nigricollis) (A008) 1. Status: 2. Kenschets. 3. Bijdrage van gebieden

Geoorde fuut (Podiceps nigricollis) (A008) 1. Status: 2. Kenschets. 3. Bijdrage van gebieden Geoorde fuut (Podiceps nigricollis) (A008) 1. Status: Niet in Bijlage I genoemde en geregeld voorkomende trekvogel zoals bedoeld in artikel 4.2 van de Vogelrichtlijn. Voor Natura 2000 relevant als broedvogel

Nadere informatie

De meldingen van flinke sijzenvangsten op Ringersnet was een aanleiding om

De meldingen van flinke sijzenvangsten op Ringersnet was een aanleiding om Op het Vinkentouw Nr.127 september 2013 Vangsten en terugmeldingen van sijzen Gijs van Tol De meldingen van flinke sijzenvangsten op Ringersnet was een aanleiding om eens nader te kijken naar de variatie

Nadere informatie

Sociale en culturele factoren in evacuatie simulaties. Dr. Natalie van der Wal

Sociale en culturele factoren in evacuatie simulaties. Dr. Natalie van der Wal Sociale en culturele factoren in evacuatie simulaties Dr. Natalie van der Wal Uit de praktijk blijkt dat weinig mensen direct overgaan tot actie als het brandalarm afgaat. Het zal wel een oefening zijn,

Nadere informatie

Extrapolatie van de waterstand in het Waddengebied

Extrapolatie van de waterstand in het Waddengebied Extrapolatie van de waterstand in het Waddengebied Henk van den Brink KNMI 8 juli 2015 Probleemstelling De onzekerheid in de extrapolatie is ongewenst groot bij het gebruik van een 3-parameter (Extreme

Nadere informatie

1. Algemene meteorologische situatie

1. Algemene meteorologische situatie Koninklijk Meteorologisch Instituut Wetenschappelijke Dienst meteorologische en klimatologische Inlichtingen Ringlaan, 3 B-1180 Brussel Tél.: +32 (0)2 373 0520 Fax : +32 (0)2 373 0528 Vlaamse Overheid

Nadere informatie

jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec

jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec 2009 Jaar 2009: zeer zonnig en vrij droog Voor een uitgebreide beschrijving van het weer in 2009 zie: http://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/maand-en-seizoensoverzichten/2009/jaar Maximumtemperatuur

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0)

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) Memo Aan LS Van Arno Nolte Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 430 Aantal pagina's 6 E-mail arno.nolte @deltares.nl Onderwerp Delft3D-FLOW_Noordzee-ZUNO-grof_j96-03_v01 Waterkwaliteitsmodelschematisatie

Nadere informatie

Monitoring en Evaluatie Pilot Zandmotor Fase 2 - Datarapport vogels en zeezoogdieren /2016 Ir. S. Lagerveld (IMARES)

Monitoring en Evaluatie Pilot Zandmotor Fase 2 - Datarapport vogels en zeezoogdieren /2016 Ir. S. Lagerveld (IMARES) Monitoring en Evaluatie Pilot Zandmotor Fase 2 - Datarapport vogels en zeezoogdieren - Ir. S. Lagerveld (IMARES) 1205045-000 Deltares, 2016 IMARES WAGENINGEN~ Deltores Titel Opdrachtgever Rijkswaterstaat

Nadere informatie

PlanMER Gemeente Emmen. Opbrengststudie Windenergie

PlanMER Gemeente Emmen. Opbrengststudie Windenergie PlanMER Gemeente Emmen Opbrengststudie Windenergie PlanMER Gemeente Emmen Opbrengststudie Windenergie Door: Helen Pater Datum: 11 juni 2015 Projectnummer: WIENL15411 Prepared: Helen Pater 21/05/2015 Reviewed:

Nadere informatie

De verspreiding van 5 platvissoorten en 1 roggensoort in de Noordzee.

De verspreiding van 5 platvissoorten en 1 roggensoort in de Noordzee. Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV Postbus 68 Centrum voor 1970 AB IJmuiden Schelpdier Onderzoek Tel.: 0255 564646 Postbus 77 Fax.: 0255 564644 4400 AB Yerseke E-mail: visserijonderzoek.asg@wur.nl

Nadere informatie

Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015.

Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015. Provincie Noord-Brabant Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015. Rapport no. 4257342, 8 maart 2016 Projectverantwoordelijke: J. van Loon Provincie Noord-Brabant Cluster

Nadere informatie

Inspraakwijzer. Ontwerpbesluiten voor drie mariene gebieden. Ministerie van Economische Zaken Postbus ek Den Haag

Inspraakwijzer. Ontwerpbesluiten voor drie mariene gebieden. Ministerie van Economische Zaken Postbus ek Den Haag Inspraakwijzer Ontwerpbesluiten voor drie mariene gebieden Deze publicatie is een uitgave van: Ministerie van Economische Zaken Postbus 20401 2500 ek Den Haag Datum ordernummer Ontwerpbesluiten voor drie

Nadere informatie

Beknopt stormverslag van 3 januari 2018

Beknopt stormverslag van 3 januari 2018 Beknopt stormverslag van 3 januari 218 De algemene synoptische situatie Op woensdag 3/1/218 om UTC ligt een dubbele depressiekern boven de noordelijke Atlantische Oceaan: een al wat oudere kern (968 hpa)

Nadere informatie

Effectenbeoordeling heiwerkzaamheden

Effectenbeoordeling heiwerkzaamheden Effectenbeoordeling heiwerkzaamheden Steupel te Reeuwijk-Brug Watersnip-rapport 11A027 Colofon Titel Effectenbeoordeling heiwerkzaamheden Subtitel Steupel te Reeuwijk-Brug Status rapport Eindrapportage

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor de aanwijzingsbesluiten van drie mariene Natura 2000-gebieden. 164 Doggersbank. 165 Klaverbank.

Procedurewijzer. Voor de aanwijzingsbesluiten van drie mariene Natura 2000-gebieden. 164 Doggersbank. 165 Klaverbank. Procedurewijzer Voor de aanwijzingsbesluiten van drie mariene Natura 2000-gebieden 164 Doggersbank 165 Klaverbank 166 Friese Front Inhoudsopgave Wat is Natura 2000 5 Aanwijzingsbesluit 5 In beroep gaan

Nadere informatie

Zeekoet (Uria aalge) (A199)

Zeekoet (Uria aalge) (A199) Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer Natura 2000 profielen versie 2014, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld

Nadere informatie

3 Aan: Geïnteresseerden Droogteberichtgeving

3 Aan: Geïnteresseerden Droogteberichtgeving 3 Aan: Geïnteresseerden Droogteberichtgeving Droogtebericht Droogtebericht voor waterbeheerders, Huidige situatie en verwachtingen voor rivierafvoeren, (water)temperaturen en grondwater Nadat begin mei

Nadere informatie

Opbrengst- en turbulentieberekeningen Windpark IJmond Lijnopstelling windturbines Reyndersweg Velsen-Noord

Opbrengst- en turbulentieberekeningen Windpark IJmond Lijnopstelling windturbines Reyndersweg Velsen-Noord 74100160-NMEA/PGR 11-0259 Opbrengst- en turbulentieberekeningen Windpark IJmond Lijnopstelling windturbines Reyndersweg Velsen-Noord Arnhem, 3 februari 2011 Auteurs Merih Cibis, Hans Cleijne In opdracht

Nadere informatie

5. Verdamping 1 91/ dag Maand Jan feb Mrt Apr Mei Jun Jul Aug Sep Okt Nov Dec

5. Verdamping 1 91/ dag Maand Jan feb Mrt Apr Mei Jun Jul Aug Sep Okt Nov Dec 5. Verdamping Voor de verdamping in het stroomgebied de Goorloop is de gemiddelde referentiegewasverdamping van het KNMI weerstation in Eindhoven gebruikt. Dit station is het dichtstbij gelegen KNMI station

Nadere informatie

Bodemfauna Noordzee en boomkorvisserij

Bodemfauna Noordzee en boomkorvisserij Indicator 12 januari 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Boomkorvisserij heeft negatieve

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. S. Bek REA-ORO, gemeente Leiden. aan. G. Bakker & A. de Baerdemaeker. van. Quick scan Aalmarkt II en III.

Notitie. Inleiding. S. Bek REA-ORO, gemeente Leiden. aan. G. Bakker & A. de Baerdemaeker. van. Quick scan Aalmarkt II en III. Notitie aan van betreft projectnummer 0712 S. Bek REA-ORO, gemeente Leiden G. Bakker & A. de Baerdemaeker Quick scan Aalmarkt II en III datum 6 september 2011 Postbus 23452 3001 KL Rotterdam telefoon:

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Vogeltellingen Bruine Bank november Aanvullende beschermde gebieden op de Noordzee. Rapportnummer C118/09 1 van 14

IMARES Wageningen UR. Vogeltellingen Bruine Bank november Aanvullende beschermde gebieden op de Noordzee. Rapportnummer C118/09 1 van 14 Vogeltellingen Bruine Bank november 2009 Aanvullende beschermde gebieden op de Noordzee R.S.A. van Bemmelen, S.C.V. Geelhoed & J.P. Verdaat Rapport C118/09 IMARES Wageningen UR (IMARES - institute for

Nadere informatie

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)88335 7160

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)88335 7160 Memo Aan Port of Rotterdam, T.a.v. de heer P. Zivojnovic, Postbus 6622, 3002 AP ROTTERDAM Datum Van Johan Valstar, Annemieke Marsman Aantal pagina's 5 Doorkiesnummer +31(0)88335 7160 E-mail johan.valstar

Nadere informatie

Vogelstrandingen. langs de Vlaamse kust. tijdens de winter 2006/07. Inleiding

Vogelstrandingen. langs de Vlaamse kust. tijdens de winter 2006/07. Inleiding Vogelstrandingen langs de Vlaamse kust tijdens de winter 2006/07 Zeekoet Yves Adams, Vildaphoto Inleiding Jaarlijks stranden er vele duizenden vogels op de Vlaamse kust. Vaak gaat het om zeevogels die

Nadere informatie

Bepaling primaire impacten van klimaatsveranderingen

Bepaling primaire impacten van klimaatsveranderingen Bepaling primaire impacten van klimaatsveranderingen Dries Van den Eynde, José Ozer, Stephanie Ponsar Beheerseenheid Mathematisch Model Noordzee Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen Gulledelle

Nadere informatie

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven KvK Utrecht T

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven   KvK Utrecht T A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 T 030 274 91 11 info@rivm.nl Uw kenmerk Gevoeligheid van de gesommeerde depositiebijdrage onder 0,05

Nadere informatie

Beknopt verslag van de stormperiode 25 tot 29 januari 2002

Beknopt verslag van de stormperiode 25 tot 29 januari 2002 Beknopt verslag van de stormperiode 25 tot 29 januari 22 Tussen een uitgestrekt lagedrukgebied over het noorden van de Atlantische Oceaan en een hogedrukgordel ten westen van Afrika is er een gebied met

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR (IMARES - institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

IMARES Wageningen UR (IMARES - institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Vogeltellingen Bruine Bank januari 2011 Aanvullende beschermde gebieden op de Noordzee R.S.A. van Bemmelen & M.F. Leopold Rapport C009/11 IMARES Wageningen UR (IMARES - institute for Marine Resources &

Nadere informatie

DOORSTROMING LAAKKANAAL

DOORSTROMING LAAKKANAAL DOORSTROMING LAAKKANAAL GEMEENTE DEN HAAG 15 oktober 2013 : - Definitief C03041.003103. Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Overzicht beschikbare gegevens... 5 2.1 Geometrie Laakkanaal... 5 2.2 Bodemprofiel...

Nadere informatie

Klimaatverandering Wat kunnen we verwachten?

Klimaatverandering Wat kunnen we verwachten? Klimaatverandering Wat kunnen we verwachten? Yorick de Wijs (KNMI) Veenendaal - 09 05 2019 Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut 1 Klimaatverandering Oorzaken en risico s wereldwijd Trends en

Nadere informatie

Maandoverzicht van het weer in Nederland. juli 2008

Maandoverzicht van het weer in Nederland. juli 2008 Maandoverzicht van het weer in Nederland juli 2008 Juli 2008: Juli 2008: Warm, nat en een normale zonneschijnduur Voor een uitgebreide beschrijving van het weer in juli 2008 zie: http://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/maand-en-seizoensoverzichten/2008/juli

Nadere informatie

Bruinvis langs de Nederlandse kust,

Bruinvis langs de Nederlandse kust, Indicator 14 mei 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De bruinvis was eeuwenlang algemeen

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer Onderwerp DELWAQ-Algen_Westerschelde_j06_v01 metadata Waterkwaliteitsmodelschematisatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer Onderwerp DELWAQ-Algen_Westerschelde_j06_v01 metadata Waterkwaliteitsmodelschematisatie Memo Aan LS Van Anna de Kluijver Kenmerk Doorkiesnummer +088 335 812 2 Aantal pagina's 6 E-mail anna.dekluijver @deltares.nl Onderwerp DELWAQ-Algen_Westerschelde_j06_v01 metadata Waterkwaliteitsmodelschematisatie

Nadere informatie

1 Inleiding. 2 Uitgangspunten. Notitie Petten, 15 oktober 2014

1 Inleiding. 2 Uitgangspunten. Notitie Petten, 15 oktober 2014 Notitie Petten, 15 oktober 2014 Afdeling Policy Studies Van Aan Sander Lensink Marc Streefkerk (Ministerie van Economische Zaken) Kopie Onderwerp Update kosten windenergie op zee, fase II (openbaar) 1

Nadere informatie

Klimaatverandering en klimaatscenario s in Nederland

Klimaatverandering en klimaatscenario s in Nederland Page 1 of 6 Klimaatverandering en klimaatscenario s in Nederland Hoe voorspeld? Klimaatscenario's voor Nederland (samengevat) DOWNLOAD HIER DE WORD VERSIE In dit informatieblad wordt in het kort klimaatverandering

Nadere informatie

Metro Oostlijn Amsterdam

Metro Oostlijn Amsterdam Metro Oostlijn Amsterdam Oriënterend onderzoek wind en temperatuur gedreven stromingen Rapportnummer V 114-2-RA d.d. 24 februari 2014 Metro Oostlijn Amsterdam Oriënterend onderzoek wind en temperatuur

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0)

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) Memo Aan LS Datum Van Arno Nolte Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 430 Aantal pagina's 6 E-mail arno.nolte @deltares.nl Onderwerp Delft3D-FLOW_Noordzee-ZUNO-grof_j09-12_v01 Waterkwaliteitsmodelschematisatie

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Waardekaarten Ridens & Récifs. Marcel Machiels. Rapport C073/15. (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

IMARES Wageningen UR. Waardekaarten Ridens & Récifs. Marcel Machiels. Rapport C073/15. (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Waardekaarten Ridens & Récifs Marcel Machiels Rapport C073/15 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Opdrachtgever: Nederlandse Vissersbond T.a.v. Pieter Kuijt

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Friese Front Alk/Zeekoet: Oktober/November 2012, cruise rapport

IMARES Wageningen UR. Friese Front Alk/Zeekoet: Oktober/November 2012, cruise rapport Friese Front Alk/Zeekoet: Oktober/November 2012, cruise rapport MF Leopold, R van Bemmelen, S Kühn, S Lagerveld Rapportnummer C150/12 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem

Nadere informatie

JAARRAPPORT WAARNEMINGEN ZEEBRUGGE METEOPARK 2014

JAARRAPPORT WAARNEMINGEN ZEEBRUGGE METEOPARK 2014 JAARRAPPORT WAARNEMINGEN ZEEBRUGGE METEOPARK 2014 Het Oceanografisch Meteorologisch Station (OMS) is sinds 2013 gehuisvest in het MRCC-gebouw aan het Maritiem Plein op Oostende Oosteroever. De waarnemingen

Nadere informatie

1-D model voor interne grenslagen voor water en land (voorlopig)

1-D model voor interne grenslagen voor water en land (voorlopig) 1-D model voor interne grenslagen voor water en land (voorlopig) Job Verkaik KNMI, Postbus 21, 373 AE De Bilt. Tel: 3 226 6. Fax: 3 22 61. e-mail: job.verkaik@knmi.nl November, 1999 1 Inleiding In het

Nadere informatie

Aanvullende analyse stabiliteit gestorte specie in het kader van Flexibel Storten

Aanvullende analyse stabiliteit gestorte specie in het kader van Flexibel Storten MEMO datum 18-3-211 van Ir Yves Plancke yves.plancke@mow.vlaanderen.be Ir. Marco Schrijver marco.schrijver@rws.nl titel Aanvullende analyse stabiliteit gestorte specie in het kader van Flexibel Storten

Nadere informatie

Maandoverzicht van het weer in Nederland. oktober 2015

Maandoverzicht van het weer in Nederland. oktober 2015 Maandoverzicht van het weer in Nederland oktober 2015 Oktober 2015: Vrij koud, droog en normale hoeveelheid zon Met een gemiddelde temperatuur van 9,9 C tegen een langjarig gemiddelde van 10,7 C was oktober

Nadere informatie

Grondwaterstanden juni 2016

Grondwaterstanden juni 2016 Grondwaterstanden juni 2016 Kennisvraag: In beeld brengen van de grondwatersituatie zoals die buiten geweest is. Antwoord: op vrijwel alle meetlocaties waar analyse mogelijk was komt de maximale waterstand

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0)

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) Memo Aan LS Van Arno Nolte Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 430 Aantal pagina's 7 E-mail arno.nolte@deltares.nl Onderwerp Delft3D-FLOW-Grevelingenmeer-j00_08-v01 metadata Waterkwaliteitsmodelschematisatie

Nadere informatie

Beknopt stormverslag 26-27/02/1990

Beknopt stormverslag 26-27/02/1990 Beknopt stormverslag 26-27/2/199 Op zondag 25/2/199 bevond een depressie met een kerndruk van 99 hpa zich aan de Amerikaanse Oostkust. Deze depressie diepte in een dag tijd snel uit tot 96 hpa en was de

Nadere informatie

vergelijking VStacks vs. Stacks berekening geurbelasting veehouderijen provincie Noord-Brabant AH AH266-18/ ing. S.

vergelijking VStacks vs. Stacks berekening geurbelasting veehouderijen provincie Noord-Brabant AH AH266-18/ ing. S. notitie Witteveen+Bos Van Twickelostraat 2 Postbus 233 7 AE Deventer 69 79 11 www.witteveenbos.nl onderwerp project opdrachtgever projectcode referentie opgemaakt door vergelijking VStacks vs. Stacks berekening

Nadere informatie

vergelijking VStacks vs. Stacks berekening geurbelasting veehouderijen provincie Noord-Brabant AH AH266-18/ ing. S.

vergelijking VStacks vs. Stacks berekening geurbelasting veehouderijen provincie Noord-Brabant AH AH266-18/ ing. S. notitie Witteveen+Bos Van Twickelostraat 2 Postbus 233 74 AE Deventer 7 69 79 11 www.witteveenbos.nl onderwerp project opdrachtgever projectcode referentie opgemaakt door vergelijking VStacks vs. Stacks

Nadere informatie

Titel Studie zog-effecten project Windenergie A16

Titel Studie zog-effecten project Windenergie A16 Titel Studie zog-effecten project Windenergie A16 Datum 15-08-2018 Auteur Aniel Balhari Inleiding Het ontwerp van het provinciaal inpassingsplan Windenergie A16 heeft van 19 juni t/m 30 juli 2018 ter inzage

Nadere informatie

14 juli 2005 RIVM-MNP-TNO

14 juli 2005 RIVM-MNP-TNO Aanbeveling voor een voorlopige regeling voor de correctie van fijn stof (PM 10 ) concentraties voor de bijdrage van zeezout Ronald Hoogerbrugge a, Jan Matthijsen b, Hans van Jaarsveld b, Martijn Schaap

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Kwalificerende en niet-kwalificerende vogelsoorten in het gebied Friese Front. Rapport nr. C141/15

IMARES Wageningen UR. Kwalificerende en niet-kwalificerende vogelsoorten in het gebied Friese Front. Rapport nr. C141/15 Kwalificerende en niet-kwalificerende vogelsoorten in het gebied Friese Front Rapport nr. C141/15 Mardik F. Leopold, Jan Tjalling van der Wal & Michaela Scholl [HDV-BO-11-018.02-046: Friese Front vogeltellingen

Nadere informatie

Maandoverzicht van het weer in Nederland. augustus 2009

Maandoverzicht van het weer in Nederland. augustus 2009 Maandoverzicht van het weer in Nederland augustus 2009 Augustus 2009: Warm en zonnig, gemiddeld over het land droog Voor een uitgebreide beschrijving van het weer in augustus 2009 zie: http://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/maand-en-seizoensoverzichten/2009/augustus

Nadere informatie

Maandoverzicht van het weer in Nederland. juni 2008

Maandoverzicht van het weer in Nederland. juni 2008 Maandoverzicht van het weer in Nederland juni 2008 Juni 2008: Juni 2008: Warm, zonnig en gemiddeld over het land vrij droog Voor een uitgebreide beschrijving van het weer in juni 2008 zie: http://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/maand-en-seizoensoverzichten/2008/juni

Nadere informatie

Maandoverzicht van het weer in Nederland. mei 2008

Maandoverzicht van het weer in Nederland. mei 2008 Maandoverzicht van het weer in Nederland mei 2008 Mei 2008: Mei 2008: Uitzonderlijk warm, zeer zonnig en vrij droog Voor een uitgebreide beschrijving van het weer in mei 2008 zie: http://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/maand-en-seizoensoverzichten/2008/mei

Nadere informatie

Maandoverzicht van het weer in Nederland. augustus 2008

Maandoverzicht van het weer in Nederland. augustus 2008 Maandoverzicht van het weer in Nederland augustus 2008 Augustus 2008: Augustus 2008: Normale temperatuur, somber en nat Voor een uitgebreide beschrijving van het weer in augustus 2008 zie: http://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/maand-en-seizoensoverzichten/2008/augustus

Nadere informatie

Maandoverzicht van het weer in Nederland. maart 2008

Maandoverzicht van het weer in Nederland. maart 2008 Maandoverzicht van het weer in Nederland maart 2008 Maart 2008: Maart 2008: Normale temperatuur, zeer nat en aan de zonnige kant Voor een uitgebreide beschrijving van het weer in maart 2008 zie: http://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/maand-en-seizoensoverzichten/2008/maart

Nadere informatie

Beknopt Stormrapport 17 juli 2004

Beknopt Stormrapport 17 juli 2004 Beknopt Stormrapport 17 juli 24 1. ANALYSE Situatie op 17.7.24 12u GMT : langs de voorzijde van een koufront, dat zich uitstrekt over de nabije Atlantische Oceaan, wordt er warme, potentieel onstabiele

Nadere informatie

Maandoverzicht van het weer in Nederland. oktober 2008

Maandoverzicht van het weer in Nederland. oktober 2008 Maandoverzicht van het weer in Nederland oktober 2008 Oktober 2008: Oktober 2008: Vrijwel normale temperatuur, zonnig en gemiddeld over het land vrij nat Voor een uitgebreide beschrijving van het weer

Nadere informatie

Summary in Dutch 179

Summary in Dutch 179 Samenvatting Een belangrijke reden voor het uitvoeren van marktonderzoek is het proberen te achterhalen wat de wensen en ideeën van consumenten zijn met betrekking tot een produkt. De conjuncte analyse

Nadere informatie

Toetsen van de frequentie van voorkomen van windsnelheid en golfhoogte tijdens stormperiodes.

Toetsen van de frequentie van voorkomen van windsnelheid en golfhoogte tijdens stormperiodes. Vlaamse Overheid Oceanografisch Meteorologisch Station Toetsen van de frequentie van voorkomen van windsnelheid en golfhoogte tijdens stormperiodes. Maart 2010 Bestek 16EH/08/12 Opgemaakt door Bart Geysen

Nadere informatie

Kockengen? Rekenen maar! Inundatiemodellering met D-HYDRO

Kockengen? Rekenen maar! Inundatiemodellering met D-HYDRO Wateroverlast Kockengen 28 juli 2014 Verslag bijeenkomst link Playlist presentaties - link 22 november 2016 Presentatie met powerpoint (gekoppeld aan de video (ipdf) P01 Opening ipdf P02 3Di P03 HEC-RAS

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Waardekaarten Borssele. Karin van der Reijden Rapport C002/15. (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

IMARES Wageningen UR. Waardekaarten Borssele. Karin van der Reijden Rapport C002/15. (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Waardekaarten Borssele Karin van der Reijden Rapport C002/15 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Opdrachtgever: W. van Broekhoven Postbus 59 8320 AB URK Publicatiedatum:

Nadere informatie

Vergelijk resultaten van twee modelstudies voor de polder Quarles van Ufford

Vergelijk resultaten van twee modelstudies voor de polder Quarles van Ufford Vergelijk resultaten van twee modelstudies voor de polder Quarles van Ufford april 2007 Waterbalansen Quarles van Ufford Vergelijk resultaten van twee modelstudies voor de polder Quarles van Ufford April

Nadere informatie

Het verloop van het aantal vleermuizen in een winterverblijf

Het verloop van het aantal vleermuizen in een winterverblijf Het verloop van het aantal vleermuizen in een winterverblijf Anne-Jifke Haarsma (ahaarsma@dds.nl) Wanneer arriveren vleermuizen eigenlijk in hun winterverblijf? Is dit moment gekoppeld aan bijvoorbeeld

Nadere informatie

Maandoverzicht van het weer in Nederland. november 2014

Maandoverzicht van het weer in Nederland. november 2014 Maandoverzicht van het weer in Nederland november 2014 November 2014: Zeer zacht, zeer zonnig en droog Met veel zon en weinig wind ging de maand november bijna zomers van start. Op 1 november beleefde

Nadere informatie

Noordzee-atlas voor zwevend stof

Noordzee-atlas voor zwevend stof Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis van satellietbeelden in 2000 RIKZ/IT/2002.102 Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijksinstituut voor Kust en Zee/RIKZ Noordzee-atlas voor zwevend stof op basis

Nadere informatie

Milieu-effectenbeoordeling van het project ingediend door de AG Haven Oostende.

Milieu-effectenbeoordeling van het project ingediend door de AG Haven Oostende. KONINKLIJK BELGISCH INSTITUUT VOOR NATUURWETENSCHAPPEN BEHEERSEENHEID MATHEMATISCH MODEL VAN DE NOORDZEE AFDELING BEHEER VAN HET MARIENE ECOSYSTEEM Milieu-effectenbeoordeling van het project ingediend

Nadere informatie

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord In het gebied tussen de strekdammen bij Strand Horst Noord en de bebouwing van Harderwijk ligt een klein natuurgebied

Nadere informatie

Beknopt stormverslag van 23 januari 2009

Beknopt stormverslag van 23 januari 2009 Beknopt stormverslag van 23 januari 29 De algemene synoptische situatie Op vrijdag 23/1/9 om Z 1 ligt een diepe depressie (kerndruk 938 hpa) tussen IJsland en Schotland. Op het koufront van deze depressie

Nadere informatie

Instraling door de zon in Nederland

Instraling door de zon in Nederland Instraling door de zon in Nederland Marc van der Sluys Lectoraat Duurzame Energie Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 13 oktober 2016 Trefwoorden Zon, zonne-energie, insolatie, zonnepanelen, zonneboiler

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR. Banc de Flandres. Marcel Machiels Rapportnummer C (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

IMARES Wageningen UR. Banc de Flandres. Marcel Machiels Rapportnummer C (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Banc de Flandres Marcel Machiels Rapportnummer C059.14 IMARES Wageningen UR (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies) Opdrachtgever: P. Visser en P. Kuyt Postbus 59 8320 AB URK Publicatiedatum:

Nadere informatie

9:45 Overzicht van de KNMI 06 klimaatscenario s. neerslag en potentiele verdamping. Aad van Ulden en Geert Lenderink

9:45 Overzicht van de KNMI 06 klimaatscenario s. neerslag en potentiele verdamping. Aad van Ulden en Geert Lenderink 9:30 Inleiding ochtendvoorzitter Gerbrand Komen 9:45 Overzicht van de KNMI 06 klimaatscenario s Bart van den Hurk 10:15 Constructie van scenario s voor temperatuur, neerslag en potentiele verdamping Aad

Nadere informatie

Waarneming effect bodemberoering op de Klaverbank

Waarneming effect bodemberoering op de Klaverbank NOTITIE Waarneming effect bodemberoering op de Klaverbank DATUM: 7 juli 2017 AUTEURS: Lengkeek, W., J.W.P Coolen, O.G. Bos, J.H. Bergsma, F. Driessen & M. Spierenburg BEELDMATERIAAL: MOGELIJK GEMAAKT DOOR:

Nadere informatie

Dune Ash een wiskundig model voor de verspreiding van een vulkanische aswolk werkbundel

Dune Ash een wiskundig model voor de verspreiding van een vulkanische aswolk werkbundel Dune Ash een wiskundig model voor de verspreiding van een vulkanische aswolk werkbundel Nele Cosemans en Greet Dockx, studenten SLO wiskunde KU Leuven VERKENNING Open het programma Dune Ash en lees de

Nadere informatie

Eerste uitkomsten onderzoek luchtkwaliteit langs Nijenoord Allee Wageningen

Eerste uitkomsten onderzoek luchtkwaliteit langs Nijenoord Allee Wageningen Notitienummer Datum 3 juni 206 Onderwerp Eerste uitkomsten onderzoek luchtkwaliteit langs Nijenoord Allee Wageningen. Inleiding Buro Blauw voert in opdracht van de gemeente Wageningen luchtkwaliteitsmetingen

Nadere informatie

jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec

jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec 2017 Jaar 2017: Zeer warm, zeer zonnig en aan de natte kant 2017 was met een gemiddelde temperatuur van 10,9 C het vierde zeer warme jaar op rij. Net als de drie voorgaande jaren eindigde 2017 in de top-10

Nadere informatie

Modelling Contest Hupsel

Modelling Contest Hupsel Modelling Contest Hupsel SPHY (Spatial Processes in Hydrology) toepassing Hupselse Beek Wilco Terink & Peter Droogers w.terink@futurewater.nl p.droogers@futurewater.nl FutureWater Locatie: Wageningen (6

Nadere informatie

RAPPORTAGE MONITORING MIGRATIE VLEERMUIZEN ROTTUMEROOG VOOR- EN NAJAAR 2012

RAPPORTAGE MONITORING MIGRATIE VLEERMUIZEN ROTTUMEROOG VOOR- EN NAJAAR 2012 RAPPORTAGE MONITORING MIGRATIE VLEERMUIZEN ROTTUMEROOG VOOR EN NAJAAR 2012 In samenwerking met: Rapportage nummer: 20130102 Auteurs: Bob Jonge Poerink & Raymond Haselager Groningen, maart 2013 DANKWOORD

Nadere informatie