Opleidingsplan Interne Geneeskunde. Jeroen Bosch Ziekenhuis s-hertogenbosch 2015

Transcriptie

1 Opleidingsplan Interne Geneeskunde Jeroen Bosch Ziekenhuis s-hertogenbosch 2015

2 Voorwoord Het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) is een groot opleidingsziekenhuis voor de Interne Geneeskunde waar vele assistenten opgeleid worden, deels tot internist, deels in de vooropleiding voor diverse andere specialismen zoals longgeneeskunde, cardiologie, geriatrie, reumatologie, maag-darm-leverziekten, spoedeisendehulp en sinds enige jaren ook ziekenhuisgeneeskunde. Dit betekent dat er een grote diverse groep AIOS is met allemaal verschillende behoeftes en opleidingsschema s. In dit opleidingsplan vind je een beschrijving van de opleiding, de leerdoelen, de leermiddelen en hoe je getoetst wordt. Hierbij is het landelijk opleidingsplan het uitgangspunt en zijn de beschrijvingen op onze lokale situatie toegespitst. Daarnaast is er in dit lokale plan extra aandacht gegeven aan de thema s patiëntveiligheid, kwetsbare ouderen en medisch leiderschap. In de stagebeschrijvingen staan de focuspunten en kenmerkende beroepssituaties met daaraan gekoppelde leerdoelen en de punten voor feedback duidelijk weergegeven. Tot slot is er een bijlage met de nodige formulieren, zoals die gebruikt worden tijdens de opleiding in het JBZ. Naast dit opleidingsplan is er ook een generiek opleidingsplan JBZ dat je krijgt uitgereikt bij de introductie. Voor aanvang van je werkzaamheden op onze afdeling krijg je nog een aparte introductieklapper met daarin informatie over de geschiedenis van de afdeling Interne geneeskunde, namen van medewerkers, werkafspraken en regels op de afdeling Interne geneeskunde. Watske Smit, internist-opleider Henry Jansen, internist-plv-opleider Opleidingsgroep interne geneeskunde Corry den Rooyen, onderwijskundige s-hertogenbosch, mei 2015 Interne geneeskunde JBZ Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 2

3 +Inhoudsopgave 1 Hoe word je opgeleid tot internist? Inleiding De opbouw van de opleiding Werkplekleren en verdieping Wat wordt van jou als AIOS verwacht? De afdeling interne geneeskunde in het Jeroen Bosch Ziekenhuis 14 2 De opleiding tot internist: de praktijk Inwerkprogramma Stagebeschrijvingen Besprekingen Overdracht en ochtendrapport Probleempatiëntbespreking Chirurgische overdracht Bespreking met de patholoog Critically Appraised Topic (en critical appraisal of literature) Referaat Complicatiebespreking Wat is de diagnose (WIDD) Lokale en Regionale Onderwijsdagen Interne geneeskunde Nijmegen Incidentbespreking 28 BIJLAGEN 29 Bijlage 1 Tabel met overzicht leerdoelen per leerjaar gekoppeld aan toetsinstrument 30 Bijlage 2 Stagebeschrijvingen Algemene Interne Geneeskunde Dienstenblok Interne Geneeskunde en SEH overdag Stage Consulten Stage poliklinisch werken Stage Nefrologie Keuzestage oncologie Keuzestage hematologie Keuzestage maag-darm-leverziekten Stage Intensive Care Stage Klinische geriatrie / ouderengeneeskunde Stage Cardiologie voor AIOS interne geneeskunde Stage longziekten en tuberculose Nefrologie - Enkelvoudig profiel (differentiatie nefrologie) Hematologie - Enkelvoudig profiel (differentiatie hematologie) 107 Bijlage 3 Begeleiding en supervisie 115 Bijlage 4 Toetsmatrix: Schema met overzicht onderwijs- en toetsingsinstrumenten, competenties en beoordelingen 116 Bijlage 5 Richtlijnen RGS voor het maken van een Individueel Opleidingsplan en individualisering koppeling met voortgangsgesprekken Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 3

4 1 Hoe word je opgeleid tot internist? 1.1 Inleiding Het vakgebied van de internist richt zich op het voorkomen, herkennen en behandelen van ziekten van inwendige organen en orgaansystemen, geïsoleerd en in hun samenhang, bij adolescenten en volwassenen. Als internist kenmerk je je door een integrale benadering van patiënten, waarbij het professionele handelen zoveel mogelijk is gebaseerd op evidence-based medicine en vigerende pathofysiologische en farmacotherapeutische concepten. Ook psychosociale aspecten en maatschappelijke verwachtingen komen tot uitdrukking in je handelen als internist. De interne geneeskunde heeft door haar aard raakvlakken met vrijwel alle andere intramurale specialismen en speelt een centrale rol in de intramurale gezondheidszorg. Acute en chronische internistische ziektebeelden kunnen zich presenteren in klinische, poliklinische en consultatieve setting. De ziektebeelden zijn meer dan eens complex van aard en zelden terug te brengen tot het falen of disfunctioneren van slechts één enkel orgaan(systeem). Mede door de breedte van het vak dienen zich regelmatig nieuwe ziektebeelden, inzichten, diagnostische- en behandelmethoden aan die van invloed zijn op het professioneel handelen van de internist. Bij de diagnostiek en behandeling van patiënten met intern geneeskundige aandoeningen maakt de interne geneeskunde vaak gebruik van de diensten van andere intramurale poortspecialismen en ondersteunende specialismen. Als internist werk je direct of indirect samen met verpleegkundigen, functieassistenten, administratief medewerkers, alle in het ziekenhuis aanwezige specialisten en huisartsen. Continuïteit en coördinatie van medische zorg zijn sleutelbegrippen als het om je rol en positie als internist gaat. De internist is hoofdbehandelaar van de aan zijn zorg toevertrouwde patiënten en coördineert de contacten met alle andere hulpverleners, medisch en paramedisch, in het ziekenhuis en daarbuiten. Een internist handelt volgens de in het JBZ vastgestelde medische kaders en houdt rekening met de specifieke omstandigheden van de patiënt en zijn begeleiders. Daarbij moet je erop toezien dat je je bekwaamt en blijft bekwamen in kennis en vaardigheden die in de uitoefening van deze functie van je worden verwacht. Je participeert als internist in de voor jou relevante overlegstructuren. Voorts zorg je voor onderlinge afstemming en overleg met collega internisten en draag je bij aan de ontwikkeling van het vakgebied. De internist draagt zorg voor regelmatig overleg met specialistische vakgroepen en huisartsen. In onderling overleg worden richtlijnen voor behandelingen opgesteld. Internisten zijn nauw betrokken bij onderwijs en opleiding, in meer dan 50 ziekenhuizen wordt (een deel van) de internistenopleiding verzorgd en het coassistentschap Interne Geneeskunde vormt de basis voor de andere coschappen. In zowel academische als niet academische ziekenhuizen zijn internisten betrokken bij wetenschappelijk onderzoek zoals jaarlijks tijdens de internistendagen wordt gedemonstreerd. Al deze aspecten van het beroep opleiding en onderwijs, evidence based medicine, samenwerking, wetenschap, management, betrokkenheid bij de regionale zorgorganisatie maken deel uit van de opleiding tot internist. 1.2 De opbouw van de opleiding De totale opleidingsduur van AIOS tot specialist is 6 jaar, hiervan kan je er maximaal 4 in het JBZ doorlopen. Tijdens deze periode word je beoordeeld op verschillende competenties (zie verder) en kan er op basis van individualisering korting worden gegeven. De eerste vier jaren van de opleiding zijn ingedeeld in stages waarbij een deel van de stages verplicht is: het eerste opleidingsjaar algemene interne geneeskunde en in jaar 2, 3 of 4 de stages poliklinisch werken (8 maanden), consulten (4 maanden) en intensive care (4 maanden). In overleg met de opleider worden de resterende 20 maanden samengesteld uit facultatieve stages. In het 5e en 6e jaar vindt de differentiatie plaats, waarbij je kunt kiezen voor een enkelvoudig profiel van 24 maanden of voor een meervoudig profiel (3 x 8 maanden). De profielen zijn ontwikkeld mede onder invloed van een onophoudelijke groei van kennis. Het is niet meer mogelijk de kennis en behandeling van alle interne ziektebeelden in details te overzien, voor de meeste internisten zelfs niet in globale termen. Tegelijkertijd zal iedere internist in een profiel een brede basiskennis moeten hebben en behouden daar er vaak sprake is van multimorbiditeit, voor het doen van diensten en omdat de patiënten zich overwegend presenteren met een klacht en niet met een omschreven ziektebeeld. Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 4

5 Daarom is het een nadrukkelijke opleidingseis dat AIOS tijdens hun profielstages continu blijven participeren in de activiteiten van de Interne Geneeskunde in de volle breedte. Minimaal 20% van de opleidingstijd in de laatste 2 jaren wordt daarom ingevuld buiten het eigen profiel en bij voorkeur niet alleen door het verrichten van diensten. Tijdens elke stage worden stagespecifieke en individuele leerdoelen vastgesteld en getoetst. Na 6 jaar dien je alle competenties voldoende ontwikkeld te hebben. Om je voortgang te registreren houd je een digitaal portfolio bij (zie verder). Dit bevat een individueel opleidingsplan, evaluaties en toetsen en toont daarmee je ontwikkeling. Het vormt de basis van de voortgangs- en beoordelingsgesprekken met de opleider. Hieronder staat in een tabel de structuur van de opleiding met daarbij de verplichte, facultatieve en aanbevolen stages. Niet alle stages kunnen in het JBZ gelopen worden, daarvoor zal in overleg met de regio uitwisseling plaatsvinden. Gedurende de hele opleiding zal je meedraaien in de dienstenblokken. Tabel 1. Structuur van de opleiding Jaar 1 12 maanden stage interne geneeskunde: kliniek/seh/diensten Jaar 2 Jaar 2-4 wordt gezien als één blok met verplichte onderdelen en keuzemogelijkheden, de volgorde Jaar 3 is vrij Jaar 4 Verplichte stages (16 maanden) - IC (4 mnd) - Poli (8 mnd) - Consulten (4 mnd) Keuzestages - Cardiologie (aanbevolen) - Longziekten (aanbevolen) - Nefrologie - Hematologie - Oncologie - MDL (zonder scopieën) - Geriatrie/ klinische farmacologie Jaar 5 Jaar 6 Differentiatie voor enkelvoudig (18-24 maanden) of meervoudig profiel (minimaal 8 maanden per profiel). Hierin wordt minimaal 20% van de tijd besteed aan interne geneeskunde. Het JBZ is alleen voor het profiel nefrologie en hematologie geaccrediteerd. Competenties Het grootste deel van de opleiding vindt plaats op de werkplek, je bent dus zowel aan het werk als bezig met je opleiding. De supervisoren zijn zich daarvan bewust en zullen je daarom observeren en de tijd nemen voor feedback. Dit gebeurt aan de hand van het CanMeds model. Dit betekent dat je je tijdens de opleiding zal moeten bekwamen in 7 competenties (Medisch handelen, Communiceren, Samenwerken, Wetenschap, Maatschappelijk handelen, Organiseren en Reflecteren) en je hiermee zal ontwikkelen tot een professional. De competenties zijn elk onderverdeeld in 4 deelcompetenties, die op hun beurt zijn uitgewerkt in meerdere leerdoelen. Deze leerdoelen kunnen door middel van verschillende leermiddelen (bv overdracht of referaat) behaald worden. De voortgang in ontwikkeling van de competenties wordt bijgehouden met behulp van toetsen (zoals korte praktijk beoordelingen en kennistoetsen). Het doel is om bekwaam te worden in alle competenties, waarbij de leermiddelen hulpmiddelen zijn om de competenties te bereiken en geen doel op zich. De competentie Medisch handelen is naast eerdergenoemde leerdoelen uitgewerkt in klinische presentaties en vaardigheden, waarvan verwacht wordt dat je deze aan het einde van je opleiding beheerst. Extra accenten Het doel van het Jeroen Bosch Ziekenhuis is om het patiëntveiligste en patiëntvriendelijkste ziekenhuis van Nederland te zijn. De accenten tijdens de opleiding liggen dus mede op deze thema s. De patiënt krijgt een steeds grotere rol in het meedenken en meebeslissen tijdens het diagnostisch- en behandelproces, zodat het gevoel van verlies van autonomie, waar zieke mensen vaak mee kampen, zoveel mogelijk tegengegaan wordt. Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 5

6 Patiëntenparticipatie Patiëntparticipatie is een belangrijk focus. De competenties communicatie en samenwerking zijn bij uitstek geschikt om je hierop te richten. Patiëntveiligheid Patiëntveiligheid vraagt, juist in een opleidingssituatie, continu om aandacht. Naast medisch handelen is er een aantal andere competenties zeer geschikt om dit onderwerp onder de aandacht te houden. Hieronder vallen o.a. veilige en vertrouwelijke communicatie (o.a. voorlichting over bijwerkingen/risico s/complicaties), goede interdisciplinaire samenwerking, maatschappelijk handelen (bv. adequaat optreden bij incidenten) en organisatie. Een deel hiervan vind je terug in de stagebeschrijvingen. Verder is er extra aandacht voor de landelijk actuele thema s: ouderengeneeskunde en medisch leiderschap. Ouderen Aan het eind van de opleiding dien je over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken voor de zorg van fragiele ouderen, ongeacht je profiel. De focus ligt daarbij op multimorbiditeit, polyfarmacie, bespreken van levenseinde en signaleringsfunctie. Ouderengeneeskundige kennis is zowel toepasbaar op acute als op klinische en poliklinische situaties. Daarom maken specifieke leerdoelen ouderengeneeskunde deel uit van de verplichte opleidingsonderdelen op zaal tijdens het eerste jaar en ook tijdens de latere opleidingsonderdelen, voornamelijk werken op de SEH en de polikliniek- en consultenstage. In 2013 is het VMS programma Kwetsbare Ouderen in alle Nederlandse ziekenhuizen verplicht gesteld. Als AIOS moet je hierin je rol kennen in het bijzonder voor de voedingstoestand, delierscore en cognitief functioneren. Daarnaast zal je een kritische houding moeten ontwikkelen ten aanzien van het nut van specifiek aanvullend onderzoek. Shared decision making is een kernwoord hierbij. In het JBZ wordt er gestreefd naar een nog uitgebreidere samenwerking tussen de interne geneeskunde en de afdeling geriatrie. Wanneer je je wilt differentiëren in de ouderengeneeskunde komen er leerdoelen bovenop deze basis. Deze staan beschreven in de enkelvoudige en meervoudige profielbeschrijving. Medisch Leiderschap Niet elke arts hoeft een topbestuurder te worden, maar als AIOS moet je voldoende basiskennis bezitten op het gebied van organisatie en management. Meer verdieping kan op eigen initiatief. Enkele leerdoelen hierbij zijn op gebied van organisatie, maatschappelijk handelen en samenwerking. Medisch leiderschap zit ook verweven in de dagelijkse werkzaamheden (bv. aansturen verpleegkundigen op zaal, projectmanagement). Hierop zal in KPB s gescoord kunnen worden. Kennis en vaardigheden van medisch leiderschap die op de werkvloer onderbelicht blijven, worden aangeboden in cursorisch onderwijs (discipline overstijgend onderwijs DOO). Daarnaast is er de mogelijkheid om deel te nemen aan vakgroepvergaderingen, zitting te nemen in ziekenhuisbrede commissies of je aan te melden voor het Verwonder & Verbeterproject. Verder kunnen AIOS zitting nemen in vakgroepcommissies (bv. KIWI-commissie), opleidingscommissie, roostercommissie etc. In het JBZ wordt AIOS die getalenteerd zijn de mogelijkheid geboden om, naast het DOO, zich verder in medisch leiderschap te bekwamen door te participeren in het zogenaamde Pareltraject. Meer informatie hierover is te krijgen via de opleider en de Jeroen Bosch Academie. Binnen deze thema s is een groot aantal leerdoelen van de algemene competenties benoemd en uitgewerkt in de stagebeschrijvingen. Alle stages bieden de mogelijkheid tot groei in de diverse competenties. De feedback en beoordeling van de competenties zal gebeuren op een schaal: - Onder verwachting - Op verwachting - Boven verwachting De lijn volgens verwachting betekent dat de AIOS bij een reguliere ontwikkeling van de competentie bij afronding van de opleiding voldoet aan het leerdoel. De lijn is gerelateerd aan hoe ver je bent gevorderd in de opleiding. Van een zesdejaars AIOS wordt meer verwacht dan van een tweedejaars AIOS. Individualiseren van de opleiding Binnen de opleiding wordt gewerkt met een individueel opleidingsplan. Hiermee wordt een brug geslagen tussen het lokaal opleidingsplan en de verschillen tussen AIOS in hun startcompetenties, persoonlijke Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 6

7 kwaliteiten en ambities. Je bespreekt daarvoor de voor jou geldende leerdoelen per periode tevoren met de supervisor die jou de betreffende periode begeleidt en beschrijft deze in een individueel opleidingsplan (IOP). Bijzondere aandacht dient hierbij uit te gaan naar je individuele leerdoelen. Deze individuele leerdoelen worden vastgesteld tijdens het voortgangsgesprek met de opleider. Zo wordt niet nodeloos veel energie gestoken in competenties die al op het benodigde niveau blijken te zijn ontwikkeld en slechts periodiek onderhoud behoeven. Tevens wordt extra aandacht besteed aan achterblijvende competenties, zodat een evenwichtig competentieprofiel ontstaat tijdens de opleiding. Het IOP is derhalve een groeidocument, dat periodiek aangepast zal worden aan het dan geldende niveau van functioneren. Er wordt van je verwacht dat er een toename plaatsvindt in het zelfstandig functioneren (afname supervisie) in steeds complexere situaties. Het kennen van eigen grenzen (en daarmee tijdig inschakelen van hulp) zijn belangrijke competenties die je gedurende de opleiding ontwikkelt. Wanneer je aantoonbaar hebt laten zien voldoende competent te zijn op onderdelen van de opleiding, en dit ook zelf aangeeft, ontvang je een voor die onderdelen geldende bekwaamheidsverklaring. Deze wordt vooraf door de opleider met de opleidingsgroep besproken en aldaar geaccordeerd. Verkorting van de opleidingsduur Van overheidswege wordt aangedrongen op een verkorting van de opleiding tot medisch specialist. In 2018 moet 80% van de AIOS interne geneeskunde in 5,5 jaar worden opgeleid, in plaats van in de 6 jaar die er nu voor staan. Om dit te kunnen bereiken zal nog meer naar behaalde competenties gekeken moeten worden. Wanneer je als ANIOS lang op zaal hebt gewerkt, of bijvoorbeeld eerder een ANIOS-functie op de IC of de cardiologie hebt gehad, dan zal je op die onderdelen korting kunnen krijgen. Zo kan het ook zijn dat je in dienstenblokken hebt getoond efficiënt en doelmatig consulten te kunnen verrichten; dan zou je op dat onderdeel korting kunnen krijgen. Dit zal op individueel niveau bekeken worden en in je voortgangsgesprekken aan de orde komen. Voortgang en beoordelen Door middel van zelfreflectie op basis van de ervaringen van de afgelopen periode en je portfolio vinden de voortgangsgesprekken plaats met de opleider en/of plaatsvervangend opleider. Deze gesprekken hebben als doel je totale vorderingen te bespreken. Het is dan ook van belang dat je regelmatig om feedback vraagt en deze in je portfolio opneemt (zie verder 1.4.1). 1.3 Werkplekleren en verdieping Een groot deel van de opleiding tot internist vindt plaats op de werkvloer. Hier leer je, naast het herkennen en behandelen van internistische aandoeningen, ook een aantal medisch technische vaardigheden. Aan de verplichte stage in het eerste jaar worden leerdoelen gekoppeld, die door alle AIOS moeten worden behaald. De overige leerdoelen zijn verdeeld over de stages na het eerste opleidingsjaar (deels stage- en deels opleidingsjaargebonden). De stages worden vooral gekenmerkt door de competentie medisch handelen c.q. specifieke klinische presentaties. Je neemt tijdens de stages deel aan de relevante opleidingsmomenten waar je op dat moment stage loopt. De planning hiervan is verschillend per stageperiode (zie ook desbetreffende stageomschrijvingen). Sommige activiteiten zullen specifiek aandacht aan het leren besteden, dit zijn m.n. de onderwijsmomenten. Tijdens deze opleidingsactiviteiten komen verschillende zaken aan de orde die door een supervisor beoordeeld kunnen worden. Voor de ontwikkeling van kennis en wetenschap wordt onder andere gebruik gemaakt van referaten, probleempatiëntbespreking en CAT. Door de groeicurve gedurende de gehele opleiding moet je het niveau van een medisch specialist bereiken voor alle competenties. Deze groei wordt bewaakt in de voortgangsgesprekken met je opleider. Verslaglegging en documentatie ten aanzien van deze groei zijn terug te vinden in je portfolio. Klinische presentaties en ziektebeelden Tijdens de opleiding zal je een groot aantal klinische presentaties en ziektebeelden zien waarbij je variërend kennis moet hebben van het ziektebeeld tot klinische presentaties waarbij je zelfstandig de diagnose moet kunnen stellen en de eerste stappen in behandeling uit kunt zetten. Deze klinische presentaties zijn per stage extra beschreven. Medisch technische vaardigheden Aan het einde van de opleiding word je geacht verschillende vaardigheden zelfstandig te kunnen uitvoeren. Dit zal geleidelijk gebeuren: van strenge supervisie tot zelf superviseren en onderwijzen. De medisch technische vaardigheden zullen je worden geleerd in stages (of indien niet haalbaar in het skillslab). In de Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 7

8 stagebeschrijvingen kan je zien welke stage je de mogelijkheid biedt welke vaardigheid te leren. Je zult ze aanvankelijk onder strikte supervisie uitvoeren en feedback krijgen via KPB s. Groene Kaart Sommige vaardigheden moet je beheersen voordat je de dienst in mag. Deze moeten dan ook worden afgetekend op de Groene Kaart (zie bijlage) en zullen worden gecontroleerd voorafgaande aan het eerste dienstenblok. Dit heeft als doel om zowel de patiëntveiligheid te waarborgen als ook de opleidingsveiligheid. De supervisor in de dienst weet dan wat je wel en wat je (nog) niet beheerst. De Groene Kaart wordt je uitgereikt bij de introductie door de Jeroen Bosch Academie. Na de inwerkperiode vindt hierover met de (plv)opleider een kort gesprek plaats waarna, na accordering door jou als AIOS de groene kaart bij de JBA dient te worden ingeleverd. Leerdoelen en leermiddelen Om alle leerdoelen te bereiken tijdens de opleiding zijn leermiddelen nodig. Van deze leermiddelen is een aantal verplicht en een aantal kan je zelf kiezen uit een gevarieerd aanbod. Ook kan het voorkomen dat je in overleg met de opleider een specifieke leermodule volgt naar aanleiding van geconstateerde lacunes tijdens het voortgangsgesprek. Een overzicht van de verschillende leermiddelen staat hieronder in de tabel. Een aantal van deze leermiddelen vindt plaats op de werkvloer en is nauw verbonden met de patiëntenzorg. Verder wordt er extra tijd gereserveerd voor lokale onderwijsmomenten. Beide kunnen worden getoetst door middel van een beoordeling in de vorm van een Korte Praktijk Beoordeling (KPB). In de regionale en landelijke onderwijsmomenten wordt expliciet tijd genomen voor verdieping van kennis en vaardigheden. Met het discipline overstijgend onderwijs zal je kunnen werken aan andere competenties, zoals managementvaardigheden en patiëntveiligheid. Cursorisch onderwijs Het cursorisch onderwijs is het onderwijs dat zich buiten de patiëntenzorg afspeelt, maar wel een duidelijk verband heeft met de patiëntenzorg. Het gaat hierbij om onderwijs op het gebied van algemene kennis, vakinhoudelijke kennis, vaardigheden en gedrag (waar mogelijk te realiseren deels met behulp van e-learning). Op locatie worden Lokaal Onderwijsdagen Interne geneeskunde Nijmegen (LODIN) gehouden, waarbij naar aanleiding van casuïstiek cursorisch onderwijs wordt gegeven als onderdeel van de Regionale Onderwijsdagen Interne geneeskunde Nijmegen (RODIN). Tot slot zijn er de landelijke verplichtingen in het kader van het COIG onderwijs, dat regionaal wordt voorbereid. Het discipline overstijgend onderwijs (DOO) is JBZ-breed en wordt georganiseerd door de Jeroen Bosch Academie (JBA) en PAOG Nijmegen. Deelnamecertificaten en behaalde resultaten worden opgenomen in het portfolio. Per opleidingsjaar c.q. stage staat beschreven welk DOO voor jou als AIOS relevant is te volgen. Tabel 2 Overzicht leermiddelen en toetsen Leermiddelen Werkplekleren en locale onderwijsmomenten Introductie JBA / opleider Ochtendoverdracht Röntgenbespreking Visite lopen Statusvoering Grote visite Gesprek met patiënten / familie Dienst Brieven Consult / aanvullend onderzoek aanvragen Chirurgische overdracht Begeleiden co-assistenten PA- bespreking Probleempatiënt bespreking CAT Refereerbijeenkomst Artikel/voordracht Toetsen Aanwezigheid KPB overdracht KPB Algemeen KPB Algemeen Fiatteren status door supervisor KPB grote visite KPB algemeen en KPB gesprek KPB dienst KPB brief KPB grote visite KPB overdracht Voortgangsgesprek KPB CAT/ referaat/ probleempatiënt/ PA bespreking KPB CAT/ referaat/ probleempatiënt/ PA bespreking KPB CAT/ referaat/ probleempatiënt/ PA bespreking KPB CAT/ referaat/ probleempatiënt/ PA bespreking Acceptatie/uitvoering Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 8

9 Patiëntenvoorlichting Protocollen maken/bijstellen Laboratorium onderwijs Incidentbespreking Oncologiebespreking lokaal en regionaal Hematologiebespreking lokaal en regionaal Regionale nefrologiebespreking Voortgangsgesprek Beoordeling resultaat en werkwijze Aanwezigheid Aanwezigheid Aanwezigheid Aanwezigheid Aanwezigheid Cursorisch onderwijs LODIN Aanwezigheid RODIN Certificaat COIG - Klinische farmacologie Certificaat - Water en zout Certificaat - Moleculaire biologie Certificaat - Klinische genetica in de interne geneeskunde Certificaat Landelijke kennistoetsen Certificaat Bijeenkomst wetenschappelijke vereniging Certificaat Discipline overstijgend onderwijs Patiëntveiligheid (regio: communicatie) Certificaat (vanaf 2de jaar) Bestuur en organisatie 1 en 2 (regio: management, Certificaat (deel 1 begin en deel 2 eind opleiding) samenwerking en conflictbeheersing) Palliatieve zorg Certificaat (naar keuze) Patiëntgerichtheid Certificaat (naar keuze) Juridische zaken (regio: recht en ethiek) Certificaat (3de jaar) Ouderenzorg Certificaat (jaar 1) Teachingskills AIOS (regio: onderwijs aan co-ass) Certificaat (naar keuze) Kennis en Wetenschap (regio: EBM) Certificaat (1ste of 2de jaar) Zorg en leven in balans (regio: balans werk en prive) Certificaat (naar keuze) Medische topics Certificaat Overzicht van het wetenschappelijk spectrum binnen de opleiding tot internist Het is voor de afronding van je opleiding vereist dat je in een onderzoeksproject tenminste één publicatie in een peer- reviewed tijdschrift gepubliceerd hebt of een voordracht hebt gehouden op een (inter)nationaal congres. Het JBZ is een STZ waarin naast opleiden wetenschap een belangrijke rol speelt in het verzorgen van topklinische zorg. Daarvoor is er een wetenschapsbureau opgericht met een secretaris en epidemioloog. Deze kunnen je helpen met het opzetten van de studie, het aanvragen van toestemming bij de medisch ethische commissie en het verrichten van het onderzoek. Op de afdeling Interne Geneeskunde stimuleren we dat elke AIOS een abstract/case-report instuurt voor de NIV-dagen. Daarvoor is in elke vakgroep een van de internisten verantwoordelijk voor de begeleiding. Voor de algemene interne geneeskunde is dat dr. H. Jansen, voor de nefrologie mevr. dr. E. Hoogeveen en voor de hemato-oncologie mevr. drs. A. Herbers. Zij kunnen je begeleiden bij het verrichten van je onderzoek, het verwerken van de gegevens en het schrijven van een artikel en/of voorbereiden van een presentatie. Naast het doen van onderzoek worden er voldoende opleidingsmomenten gecreëerd waarin aandacht is voor het wetenschappelijk denken en werken. Tweemaal per jaar doen de A(N)IOS een CAT, zijn er refereeravonden en worden aan de hand van probleempatiëntbesprekingen het evidence based denken en werken gestimuleerd. De verschillende supervisoren die de bijeenkomsten begeleiden c.q.aanwezig zijn geven de AIOS met name feedback op het wetenschapscomponent (zie KPB CAT/referaat/probleempatiëntbespreking). Daarnaast worden er door de JBA verschillende cursussen aangeboden waarmee je bepaalde onderzoeksvaardigheden kunt ontwikkelen. Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 9

10 1.4 Wat wordt van jou als AIOS verwacht? Aan het begin van de opleiding heb je al een behoorlijke basiskennis en ervaring. Je bent een professional die zelf de verantwoordelijkheid kan nemen voor je opleiding. Vanwege het leren in een werkomgeving moet je je voortdurend bewust zijn van de leermogelijkheden die deze setting je biedt. Dit houdt in dat je zelf proactief initiatief neemt voor het verkrijgen van feedback met behulp van KPB s en dat deze worden opgenomen in het portfolio en dat je je eigen noodzakelijke leerdoelen stelt. Het bijhouden van een portfolio In overeenstemming met de richtlijnen ben je als AIOS verplicht een verzameling bij te houden van documenten waarin op systematische wijze de voortgang in de opleiding wordt gedocumenteerd. Het portfolio en het voortgangsgesprek hangen nauw met elkaar samen. Het portfolio levert de informatie op basis waarvan het voortgangsgesprek wordt gevoerd. Daarmee vormen zij een leidraad in de opleiding. Het portfolio is een verzameling van informatiebronnen en beoordelingsgegevens op basis waarvan je leerdoelen geformuleerd kunnen worden en reflectie op je functioneren door jezelf en anderen kan plaatsvinden. Tevens worden verplichte onderdelen hierin afgetekend en toetsuitslagen verzameld. Ook is er een schema dat laat zien wat er op welk moment in de opleiding minimaal in het portfolio opgenomen moet zijn. Daarin is tevens een overzicht opgenomen met de minimale toetsing gedurende de opleiding. Het portfolio van de AIOS omvat tenminste de volgende onderdelen: - Een individueel opleidingsplan (IOP) inclusief opleidingsschema - Reflectieverslagen - De documenten ten behoeve van de toetsing / beoordeling van de AIOS (OSATS, KPB, CAT, verslagen voortgangs- en beoordelingsgesprekken etc.) - Bekwaamheidsverklaringen - De gehouden voordrachten en/of referaten - De gepubliceerde artikelen - De gevolgde cursussen, inclusief certificaten - Deelname certificaten lokale, regionale en landelijke onderwijsdagen Je bent zelf verantwoordelijk voor het bijhouden van je eigen portfolio. Zoals eerder gezegd is het portfolio een middel om tot een gefundeerd oordeel te komen, het is geen doel op zich. Daarom zijn slechts minimumeisen opgesteld waaraan de inhoud van het portfolio moet voldoen. Naar eigen wens en noodzaak kan de opleider dit (laten) uitbreiden. Het beoordelen van een portfolio Het portfolio is het verzamelpunt van alle informatie die over jou als AIOS beschikbaar is. Je bent zelf verantwoordelijk voor deze informatie. Het portfolio wordt gebruikt als onderliggend document bij het voortgangsgesprek. Aandachtspunten van het voortgangsgesprek: - Is het portfolio op tijd bijgehouden? (Zegt iets over de competenties organisatie en timemanagement). - Bevat het portfolio minimaal de volgende informatie: -Groene Kaart (deze moet afgetekend zijn voordat je de dienst in mag!); -Zelfbeoordeling algemene competenties; -Individueel Ontwikkelings Plan; -Beoordelingen KPB; -Andere beoordelingen; -Informatie met betrekking tot relevante activiteiten op één of meerdere competentiegebieden; -Reflectie op eigen functioneren op basis van voorafgaande informatie; -Bekwaamverklaringen (nog beperkte implementatie). - Het bespreken van discrepanties in de beoordeling van de opleider/supervisor -De kwaliteit van de reflectie wordt beoordeeld; -Juiste conclusies uit reflectie; -Er worden toetsbare voornemens gemaakt; -Identificeren sterke en zwakke punten; Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 10

11 -Vastleggen op welke wijze zwakke punten kunnen worden verbeterd: -Vastleggen hoe deze verbetering getoetst wordt. - Wat is de kwaliteit van het totale portfolio? De opleider dient de informatie ten opzichte van elkaar te wegen. Is er twijfel over de kwaliteit van het portfolio dan is het wenselijk leden van de opleidingsgroep in het oordeel te betrekken. - Hoe ervaart de AIOS het leerklimaat op de afdeling? - Komen de afspraken gemaakt bij het introductiegesprek overeen met de werkelijk verrichte activiteiten? - Wat dient voor de volgende keer te worden afgesproken? En hoe kan dit getoetst worden? - Neem tijd voor de bespreking van de resultaten (minimaal 30 minuten). - Alle verslagen dienen te worden opgenomen in het portfolio. - Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de AIOS heeft opgenomen te worden. Het bijhouden van een individueel opleidingsplan (IOP) Zie richtlijnen IOP RGS Bij aanvang van de opleiding stel je in samenspraak met de opleider een individueel opleidingsplan (IOP) op. Dit kan enerzijds aan de hand van de gekregen feedback (KPB), maar daarnaast is het noodzakelijk dat je bijhoudt welke ervaringen aan de ontwikkeling van de competenties gedurende de stages hebben bijgedragen. Je geeft per stage aan hoe er aan is gewerkt: bijvoorbeeld welk soort patiënten of pathologie je hebt gezien, wat er is geleerd en hoe je dit hebt ervaren. Naast de toetsingsverslagen (KPB, CAT etc.) reflecteer je met het IOP over de vorderingen in je opleiding en bespreekt dit met je opleider tijdens de voortgangsgesprekken. Hoe maak je een Individueel Opleidings Plan (IOP) Je blikt gestructureerd terug op je functioneren gedurende de afgelopen periode van 3 of 6 maanden, met name voor wat betreft je niveau van functioneren op de 7 verschillende competentiegebieden. Daarbij gebruik je de informatie van de KPB s en andere toetsmomenten gedurende die periode en bewijsmaterialen welke zijn vergaard in de afgelopen periode (gevolgde cursussen, gegeven presentaties e.d.). Je analyseert deze gegevens en schrijft je bevindingen op in het IOP formulier. Aandachtspunten IOP: - Wat waren de afspraken bij het vorige gesprek? - In hoeverre zijn de afspraken geëffectueerd? - Hoe kijk ik nu terug op de afgelopen 3-6 maanden? - Welke sterkte-zwakte analyse kan ik geven en op basis van welk bewijs? (bijv. worden alle competenties in de analyse betrokken; worden uitspraken gedaan die voortvloeien uit de verzamelde bewijsmaterialen; worden activiteiten genoemd die bijdragen tot het verbeteren van het functioneren voor wat betreft de zwakke punten dan wel het verder ontwikkelen van de sterke punten). - Welke afspraken dienen gemaakt te worden tot het volgende voortgangsgesprek? - Maak de afspraken zo specifiek mogelijk, haalbaar binnen een bepaalde tijdsperiode en toetsbaar. Het voeren van een introductiegesprek aanvang opleiding en bij aangaan van een stage Zie formulieren introductiegesprek en stagegesprek, inclusief richtlijn RGS Dit heeft als doel om afspraken te maken tussen jou en opleider c.q. supervisor over wederzijdse verwachtingen ten aanzien van het functioneren op de afdeling. Je doet dit bij de start van de opleiding en bij de start van de stages. Hierin worden afspraken gemaakt en vooruitgeblikt, afhankelijk van de voorgeschiedenis van de AIOS, welke (onderdelen van) leerdoelen in de komende periode aan bod zullen komen en getoetst zullen gaan worden. Zowel stagespecifiek (zie stageomschrijving) en stage onafhankelijke leerdoelen kunnen worden gesteld. Aandachtspunten introductiegesprek - Wat waren je sterke en zwakke punten in de voorafgaande periode? - Wat zijn je leerdoelen in deze periode? - Wat kan je leren in komende periode? Hierbij moet niet alleen gedacht worden aan medisch handelen, maar ook aan andere competenties als communicatie, samenwerking en organisatie. Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 11

12 - Afspraken over welke leerdoelen worden getoetst. - Afspraken over hoeveel KPB s worden afgenomen. Ook worden afspraken gemaakt over het inhoudelijk domein waar de KPB s over gaan. - Afspraken over hoeveel briefbeoordelingen zullen worden afgenomen. - Afspraken over het eventueel gebruik van andere beoordelingsinstrumenten tijdens de stage. Tijdstip van eerstkomend voortgangsgesprek. - Alle gebruikte formulieren van de introductiegesprekken dienen te worden opgenomen in het portfolio. Het voeren van een voortgangsgesprek en geschiktheidbeoordeling Zie voortgangsformulier Je bespreekt met je opleider je functioneren van de afgelopen periode en meer specifiek: de voortgang en het niveau van de verschillende competenties die je ontwikkelt. Het voortgangsgesprek kan beschouwd worden als een tussentijdse evaluatie gericht op specifieke leermomenten voor de komende periode. Bij de geschiktheidbeoordeling wordt door de opleider een oordeel uitgesproken over jouw geschiktheid als toekomstig specialist. De frequentie van de voortgangsgesprekken is afhankelijk van de fase van je opleiding: jaar 1: iedere drie maanden, jaar 2: iedere zes maanden en daarna éénmaal per jaar. Je wordt ieder jaar door de opleider beoordeeld of je geschikt bent om de opleiding voort te zetten. Dat is een unilateraal oordeel. Op deze momenten kan je opleiding tussentijds worden gestaakt. Deze beoordeling vindt plaats conform formulieren van de RGS. Bij een onvoldoende oordeel wordt dit formulier naar de RGS gestuurd (geschiktheidbeoordeling). Aandachtspunten voortgangsgesprek De AIOS en opleider bereiden beiden het voortgangsgesprek voor. De opleider stelt de agenda samen, mede op basis van de punten die door jou worden aangedragen. Bij de leden van het opleidingsteam en andere medewerkers wordt navraag gedaan over je functioneren. Belangrijk is dat je portfolio goed is bijgehouden: - Zelfbeoordeling competenties (algemeen en specifiek) - Individueel Ontwikkelings Plan - Leerdoel stageperiode - Beoordeling KPB s - Andere beoordelingen - Gevolgd onderwijs - Wetenschappelijke activiteit - Informatie met betrekking tot relevante activiteiten op één of meerdere competentiegebieden - Reflectie op eigen functioneren op basis van voorafgaande informatie Belangrijk is dat: - Sterke en zwakke punten worden geïdentificeerd; - Wordt vastgelegd op welke wijze zwakke punten kunnen worden verbeterd; - Wordt vastgelegd hoe deze verbetering getoetst wordt; - Zelfreflectie en mate van overeenkomst en eventuele discrepanties met het oordeel van de opleidingsgroep wordt besproken; - Bekwaamverklaringen worden vastgesteld; - Leerklimaat voor de AIOS wordt besproken; - Alle verslagen dienen te worden opgenomen in het portfolio; - Er van het voortgangsgesprek / de geschiktheidbeoordeling een schriftelijk verslag gemaakt wordt dat zowel door de opleider als door de AIOS ondertekend wordt. Dit verslag wordt aan het portfolio toegevoegd; - Bij een onvoldoende oordeel dient dit in het dossier dat opleider van de AIOS heeft opgenomen te worden. Het verzamelen van Korte Praktijk Beoordelingen (KPB) Zie diverse KPB formulieren Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 12

13 Om je functioneren op onderdelen van competenties door middel van observatie te kunnen vastleggen maak je gebruik van een gestructureerd feedbackformulier. Dit kan op ieder moment tijdens de opleiding. Dat betekent dat de observatiemomenten primair worden bepaald door de mogelijkheden die het werk op de afdeling biedt. Binnen deze conditie verdient het aanbeveling de observatiemomenten zoveel mogelijk te spreiden. Zwakkere onderdelen kunnen dan vaker geobserveerd worden om te beoordelen of er verbetering is opgetreden. Het initiatief tot het afnemen van een KPB kan zowel door jou als door de opleider/supervisor genomen worden. Als regel geldt dat bij elke AIOS eenmaal per maand een KPB wordt afgenomen, minimaal 10 per jaar. Waarover de KPB gaat wordt deels bepaald door wat je zelf wilt leren en deels door de klinische presentaties en de voor de opleiding relevante activiteiten van de betreffende stageplek. De inhoud van een KPB beperkt zich tot het beoordelen van een beperkt aantal competenties (niet alle 7 hoeven gescoord te worden). Er zijn verschillende situaties waarop je een KPB kan laten invullen: - Poli/SEH/afdeling consult (anamnese, LO, probleem, DD) - Overdracht - (grote) Visite - Dienst - Status (fiattering door supervisor) - Brief - Patiënt-/familiegesprek - Slecht nieuwsgesprek - Probleempatiëntbespreking/voordracht/referaat/CAT Aandachtspunten bij de beoordeling van de KPB - Welke activiteiten zijn waardevol om AIOS te observeren en feedback te geven? - Houdt bij de observatiemomenten rekening met de leerdoelen van de AIOS genoemd in het introductie- en voortgangsgesprek. - Spreek tijdens introductie- of voortgangsgesprek al af wanneer en over welke taken in ieder geval een KPB wordt afgenomen. - Geef de AIOS feedback op een beperkt aantal competenties. - Bespreek de observatie direct na met de AIOS. - Alle gebruikte formulieren dienen te worden opgenomen in het portfolio. - Neem tijd voor de feedback en de aansluitende bespreking van de resultaten. - Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de AIOS heeft opgenomen te worden. Het evalueren van het functioneren d.m.v. multisource feedback Zie Op deze manier wordt informatie verkregen over je eigen functioneren door professionals die veel met je te maken hebben aan de hand van een gestructureerde vragenlijst. Hiermee kunnen zaken als bijvoorbeeld attitude en patiëntgerichtheid, die normaal minder makkelijk in KPB s worden gevangen, worden beoordeeld. Dit wordt in principe aan het einde van het eerste jaar van je opleiding gedaan. Je kunt in overleg met je opleider besluiten dit frequenter te doen. Zeker bij twijfel over je functioneren is dit een wenselijke optie. Je overlegt met de opleider welke personen gevraagd dienen te worden om een oordeel te geven over je functioneren. De waarde van de beoordeling zit in het aantal en de diversiteit van de personen die gevraagd worden. Als richtlijn wordt voorgesteld om twee oordelen te verzamelen van twee AIOS, van twee stafleden van het opleidingsteam, van een medewerker van bijv. de behandelkamer/ SEH/ dialyseafdeling/ secretariaat en van iemand uit de verpleegkundige staf. Uit deze minimaal 6 oordelen destilleert de opleider een sterkte/zwakte analyse en bespreekt deze met je. Deze analyse met de onderliggende beoordelingen wordt opgenomen in het portfolio. Er bestaan momenteel goede digitale mogelijkheden voor het afnemen van een 360 feedback. Aandachtspunten bij de beoordeling van het 360 feedback formulier - Je spreekt met de opleider af welke personen bijdragen aan de 360 feedback. - Je vraagt de professionals de formulieren in te vullen voor zover mogelijk. Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 13

14 - De beoordelingen worden in principe gegeven door personen die niet wezenlijk bijdragen aan het beoordelingsproces van de AIOS. - De formulieren worden verzameld door de opleider. - De AIOS is verantwoordelijk voor het verkrijgen van de informatie en de analyse ervan. - De opleider bepaalt welke weging wordt gegeven aan de verzamelde beoordelingen. - Alle gebruikte formulieren dienen te worden opgenomen in het portfolio. - Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de AIOS heeft opgenomen te worden. 1.5 De afdeling interne geneeskunde in het Jeroen Bosch Ziekenhuis Het Jeroen Bosch Ziekenhuis maakt als regioziekenhuis voor de Interne Geneeskunde deel uit van het Regionale Opleidings Platform Interne geneeskunde Nijmegen (ROPIN). Naast het JBZ en het Radboudumc Nijmegen vallen hieronder het TweeSteden Ziekenhuis in Tilburg, het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen, het Rijnstate Ziekenhuis in Arnhem en het Slingeland Ziekenhuis in Doetinchem. Binnen het ROPIN worden de opleidingsplaatsen verdeeld, vindt uitwisseling van AIOS plaats en wordt er een onderwijscyclus aangeboden. De opleiders uit de regio hebben regelmatig overleg met elkaar. Het JBZ is een groot opleidingsziekenhuis met, vanaf 2011 in de nieuwbouw, één grote afdeling Interne geneeskunde. Het adherentiegebied voor de vakgroep Interne Geneeskunde en MDL-ziekten is ongeveer mensen. Dit waarborgt dat het vakgebied in de volle breedte en in al zijn aspecten uitgeoefend kan worden. Het meest uitgesproken aandachtsgebied is de oncologie, één van de speerpunten van het JBZ, dat onder meer geleid heeft tot het oprichten van een multidisciplinaire oncologische polikliniek. Tevens zijn vijf hematologen betrokken bij intensieve zorg voor patiënten met myeloproliferatieve aandoeningen. Er is een grote dialyseafdeling met nachtdialyses, peritoneale dialyse en (opleiding tot) thuishemodialyse. De afdeling MDL-ziekten beschikt eveneens over een opleidingserkenning en is een van de ziekenhuizen die betrokken is bij het bevolkingsonderzoek naar darmkanker. Tot slot beschikt het JBZ over een close format IC. De opleidingsgroep Interne Geneeskunde We werken met een opleidingsteam, bestaande uit de primair verantwoordelijke opleider en plaatsvervangend opleider, aangevuld met 2 andere leden uit de opleidingsgroep met speciale interesse en aandacht voor de opleiding. Op deze manier is er uit elke vakgroep (algemene interne geneeskunde/acute geneeskunde, hematooncologie en nefrologie) iemand vertegenwoordigd en daarmee wordt de opleiding zo breed mogelijk gedragen. Opleider Dr. W. Smit, is de opleider. Zij is primair verantwoordelijk voor alle zaken die de opleiding betreffen: - het aannemen van A(N)IOS; - het introductiegesprek bij aanvang opleiding op de afdeling Interne geneeskunde; - het stagerooster c.q. individueel opleidingsplan AIOS; - zij is eerst verantwoordelijke en aanspreekpunt bij problemen van AIOS betreffende de opleiding; - zij stuurt de opleidingsgroep aan en bewaakt het nakomen van afspraken gemaakt in het lokale opleidingsplan; - zij onderhoudt de contacten met regionale en landelijke gremia betreffende de opleiding; - zij is lid van de centrale opleidingscommissie van het JBZ (COC); - zij zit de opleidingsvergaderingen van de vakgroep voor; - het opstellen en implementeren van het nieuwe opleidingscurriculum; - het ontwikkelen en implementeren van nieuwe kwaliteitsinstrumenten, ter verdere verbetering opleiding; - het samenstellen van het onderwijsrooster; - het monitoren en bijhouden van de voortgang van de opleiding van de individuele AIOS door: -bespreken portfolio s AIOS -houden van voortgangsgesprekken en toetsingsmomenten conform de RGS- regelgeving; - overleg met andere opleiders (cardio/longen/reumatologie/geriatrie etc.) over stagerooster - planning rondom RODIN/LODIN-dagen (samen met roosteraars) - correspondentie met hoofdopleider en RGS bij aanpassen opleidingsplannen - regionaal overleg opleiders - aanwezigheid bij de opleidingsmomenten (ochtendoverdracht, CAT, referaten, complicatiebespreking) Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 14

15 - deelname aan landelijke opleidersdagen (LOIG) - aanwezig bij visitaties van andere opleidingen in het JBZ - sollicitaties en voortgang van schakeljaarstudenten - het aanvragen en voorbereiden van de opleidingsvisitatie Plaatsvervangend opleider Dr. H. Jansen, is de plaatsvervangend opleider, hij neemt de verantwoordelijkheid van de opleider over waar deze niet in staat is deze in te vullen door afwezigheid of ziekte. Daarnaast is hij medeverantwoordelijk voor de voortgangsgesprekken en als eerste verantwoordelijk voor: - het ochtendrapport - diverse onderwijsmomenten - aanspreekpunt voor wetenschappelijke activiteiten van AIOS Beiden worden secretarieel ondersteund door mevrouw Dianne Pouw, secretaresse Onderwijszaken. Overige leden van het Opleidingsteam Mevr. drs. A. Herbers: - samen met Dianne Pouw verantwoordelijk voor de roosters - samen met dr. F. Kemperman verantwoordelijk voor de coassistenten - aanspreekpunt voor wetenschappelijke activiteiten van AIOS - voortgangsgesprekken stage oncologie/hematologie Dr. J. Beutler: - ochtendrapport - CAT - referaatbespreking - probleempatiëntbespreking - voortgangsgesprekken stage nefrologie De volledige opleidersgroep is verantwoordelijk voor de kwaliteit, inhoud en vormgeving van de opleiding tot internist en de interne vooropleiding voor andere specialisaties in het JBZ. Alle specialisten werken actief samen voor de gewenste kwalitatief hoogstaande opleiding. Hierin heeft een aantal specialisten extra taken en verantwoordelijkheden: Mevr. dr. T. Smilde: - organisatie incident bespreking Dr. F. Kemperman: - samen met mw. drs. A. Herbers verantwoordelijk voor de coassistenten Mevr. dr. E. Hoogeveen: - coördinatie wetenschappelijk onderzoek van de AIOS - begeleidt AIOS bij het verrichten van onderzoek en schrijven van een artikel Mevr. dr. L. Schipper: - is als specialist-manager, samen met de heer E. Smits, clustermanager, verantwoordelijk voor de aansturing van het cluster en borging kwaliteit van de geleverde zorg. Organisatie, taken en verantwoordelijkheden van de opleidingsgroep In het JBZ werken 25 internisten. Alle internisten zijn vakinhoudelijk breed georiënteerd op alle aspecten van de eindtermen van de opleiding en velen hebben daarnaast een specifiek enkelvoudig profiel zoals: Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 15

16 Naam Mevr. dr. L. Kemink Dr. K. Bouter Dr. P. Netten Dr. F. Kemperman Drs. S. Shamelian Mevr. Drs. M. Van Apeldoorn Dr. H. Jansen** Dr. J. Beutler Dr. D. Hollander Mevr. Dr. K. Koeijvoets Mevr. Dr. E. Hoogeveen Mevr. Dr. W. Smit* Mevr. Dr. T. Smilde Mevr. Drs. D. Issa Mevr. Drs. H. Schut Mevr. Drs. C. van Rossum Mevr. Dr. J. Tol Dr. J. Pruijt Mevr. Drs. A. Herbers Dr. H. Sinnige Mevr. Dr. M. Moviat Mevr. Drs. A. Salet Dr. P. de Jager Drs. F. Polderman Drs. K. Simons * opleider Interne Geneeskunde ** plv. opleider Interne Geneeskunde Aandachtsgebied/profiel Endocrinologie Endocrinologie Algemeen Interne Geneeskunde Algemeen Interne Geneeskunde Algemeen Interne Geneeskunde vasculaire GNK Algemeen Interne Geneeskunde infectieziekten Algemeen Interne Geneeskunde acute GNK Nefrologie vasculaire GNK Nefrologie Nefrologie Nefrologie Nefrologie Oncologie Hematologie Oncologie Oncologie Oncologie Hematologie Hematologie oncologie Hematologie Intensive Care Intensive Care Intensive Care Intensive Care Intensive Care De opleidingsgroep is verantwoordelijk voor het implementeren en bewaken van het lokale opleidingsplan. Dit opleidingsplan is afgeleid van het landelijk opleidingsplan van de opleiding tot internist. Het voldoet aan de daarin gestelde eisen en aan de regelgeving met betrekking tot het specialisme Inwendige geneeskunde (kaderbesluit en specifiek besluit CCMS, KNMG, 2014). Alle internisten superviseren de AIOS bij (poli)klinische activiteiten en nemen actief deel aan overdrachten en onderwijsmomenten. Hiertoe hebben zij onder meer de Teach the Teachers nascholingsprogramma s gevolgd. De opleidingsgroep bewaakt je (individuele) medisch-inhoudelijke en professionele voortgang en begeleidt je tijdens de gehele opleiding. De supervisoren worden door de opleider gehoord en betrokken bij de beoordelingen en toetsmomenten van jou als AIOS. Om onszelf als opleidingsgroep te toetsen wordt er regelmatig via de Jeroen Bosch Academie feedback gevraagd over ons functioneren. Een van de middelen die hiervoor wordt gebruikt is de Direct-vragenlijst. Hierin wordt het opleidingsklimaat getoetst. De evaluatie van de individuele opleiders en de opleidersgroep als geheel wordt gedaan door de EFFECT-vragenlijst, waarin naast de mening van de AIOS ook een zelfevaluatie plaatsvindt. Daarnaast vindt er op basis van de indicatoren van Scherpbier in een gesprek met de onderwijskundige van de JBA een evaluatie plaats in de voortgang van de ontwikkeling en verbetering van de opleiding. Dit wordt vastgelegd in een zogenaamd webje en een plan van aanpak. De uitslag van de meetinstrumenten en de zelfevaluatie wordt tijdens het jaargesprek met het dagelijks bestuur van de Centrale OpleidingsCommissie (COC) besproken, vastgelegd in PKKKpunten (teruggekoppeld aan Raad van Bestuur) en Opleidingsplan interne geneeskunde JBZ 16