Kaj Munk College schooljaardocument

Transcriptie

1 Kaj Munk College schooljaardocument

2 Kaj Munk College schooljaardocument Inhoudsopgave 1 Terugblik op schooljaar Beleidsprioriteiten en strategische keuzes 7 schooljaar Onderwijs Leerlingenzorg Kwaliteitsbeleid 2.4 Identiteit 2.5 Marketing en communicatie 2.6 HRM 2.7 Bedrijfsvoering Financiën 3.1 Financieel beleid 3.2 Leerlingprognose en aantal klassen 3.3 Formatie, lessen, taken 3.4 Overige personele uitgaven 3.5 Materiële uitgaven 3.6 Doelsubsidies 3.7 Investeringsbegroting 3.8 Innovatieve projecten

3 1. Terugblik op schooljaar Wij zijn een school waar het leren centraal staat voor leerlingen en medewerkers. Het schoolklimaat omschrijven wij als warm en duidelijk. Vanuit deze basis worden de drie doeldomeinen van het onderwijs vormgegeven: persoonswording, socialisatie en kwalificatie. De wijze van handelen van medewerkers met als kernkwaliteiten ontwikkelingsgericht en betrokken, maakten dat de school door ouders en leerlingen als kleinschalig wordt beleefd. De organisatiestructuur in teams en de inrichting van het schoolgebouw ondersteunen deze bele ving. Dat is om trots op te zijn, want inmiddels is het leerlingaantal gestegen tot voorbij de 1850 leerlingen en is het Kaj Munk College (KMC) een professionele organisatie. De school is ingericht in negen teams; acht onderwijskundige teams onder leiding van teamleiders en een team bedrijfsvoering onder leiding 4 van het hoofd bedrijfsvoering. Doel van de onder- voor de route op weg naar excellentie. Het kritische 5 wijskundige teams is het zorgvuldig vormgeven van een pedagogisch (warm en duidelijk) klimaat door middel van het begeleiden van leerlingen, zichtbaar zijn in het contact met ouders, het realiseren van een thuisbasis voor de lerende professional en het creëren van gelegenheid voor een adequaat didactisch en onderwijskundig klimaat. KMC stelt in haar wijze van werken het ruimte geven aan talenten vanuit vertrouwen, centraal. De bètaprofilering middels de stroom Bètadesign op de mavo, het Technasium op de havo en de Science stroom op de vwo-afdeling heeft geleid tot een hoge kwaliteit van instroom. Speciale aandacht vraagt inmiddels de instroom van de vwo-afdeling zonder Bètaprofile ring (15% van de totale vwo-instroom). De succesvolle profilering Kunst, Media en Cultuur heeft een duidelijke plek in het reguliere curriculum met het vak KMC (Kunst Media en Cultuur). Daarnaast leveren de vele workshops en andere buitenlesactiviteiten samen met het Lentefeest, het mini-lentefeest, het uitbouwen van Drama en multimedia-activiteiten een prachtige bijdrage aan het vormgeven van dit profiel. Als school blijven wij de ambitie uitspreken kwalitatief door te groeien tot een excellente school. De toestemming om vorm te geven aan een verrijkt en versneld vwo-programma zal daar zeker toe bijdragen. Onze nadruk zal, in navolging op onze Sciencestroom en vwo-ontwikkeling liggen op verrijken, meer dan op versnellen. Deze focus op talentontwikkeling en bekwaamheid willen wij laten zien in alle facetten van het schoolzijn. Dat geldt voor de kwalificatiefunctie van het onderwijs, aantoonbare opbrengsten op de inhoud, doorstroom en uitstroom, maar zeker ook waar het gaat om de socialisatiefunctie van onderwijs. Wij kennen diverse activiteiten op het gebied van burgerschapskunde in de vakken en vakoverstijgende activiteiten. De derde en misschien wel belangrijkste functie van onderwijs is een bijdrage leveren aan de persoonswording van de leerling. De vraag: hoe wil ik handelen en vanuit welke waarden handel ik? staat centraal in iedere ontmoeting. Het stimuleren van zingevende ontmoetingen vanuit een open kritische houding leidt tot meer inspiratie en kennis. Dit kenmerkt de identiteit van de school. Deze identiteit, ons warm en duidelijk schoolklimaat, onze visie op leerlingbegeleiding en het ontwikkelen van en ruimte geven aan talenten en bekwaamheden, met de focus op leren, stond ook het afgelopen schooljaar borg vriendbezoek afgelegd door de andere IRIS-scholen afgelopen schooljaar, heeft dit inzicht versterkt. HRM In het schooljaar is er volop ruimte ge weest voor ontwikkeling van medewerkers, zowel individueel als in teams en vakgroepen. Medewer kers krijgen veel ruimte om de autonome professional binnen de organisatie te zijn. Zij worden daarbij ondersteund door hun team en de teamleiders. Er is aandacht voor de leer- en/of ontwikkelvraag van de medewerkers. Dit is terug te zien in het aantal medewerkers dat een opleiding volgt; dit kan zijn in de vorm van een cursus, maar ook langdurige studies. Een aantal medewer kers (drie) heeft zich gericht op het leren voor een tweede bevoegdheid, maar ook wordt deelgenomen aan masteropleidingen als eerstegraads lerarenopleidingen (twee), Leren en Innoveren (twee), Professioneel Meesterschap (een), Master in Evidence Based Innovation in Teaching (MEBIT)(drie) en deelname aan De Nederlandse School (dns) (twee). De vakgroepen krijgen de gelegenheid om zich verder te professionaliseren en van elkaar te leren tijdens de O&O-middagen. Daarnaast zijn er op diverse terreinen Professionele Leergemeenschappen van start gegaan en starten twee groepen met Lesson Studie.

4 Onze school heeft het afgelopen jaar het verzuimpercentage licht zien stijgen (1 %). Er wordt veel gesproken om te achterhalen waar dit aan te wijten valt. Er is zorg voor de medewerkers en hetgeen zij nodig hebben om excellent te zijn met en op hun werkplek. Het verzuimpercentage blijft met gemiddeld 4% ruim onder het landelijk gemiddelde. De Wet Werk en Zekerheid (WWZ) is ingevoerd en ook in het schooljaar zijn er wetswijzi gingen doorgevoerd die mogelijk grote consequenties hebben voor de cao VO. Vanuit HR en schoolleiding is hier veel aandacht voor. Tot nu toe is dit te merken aan striktere keuzes die worden gemaakt als gevolg van van de wet, met name op contractueel gebied. Medewerkers krijgen kansen, maar wij nemen ook onze verantwoordelijkheid op het moment dat medewerkers onvoldoende ontwikkeling in hun functie laten zien. Dit schooljaar is er een start gemaakt met de implementatie van ESS/MSS, een weg naar het digitaal declareren en muteren. Het onderwijsondersteunend personeel is hiervoor aangewezen als pilotgroep. In Onze school was in samenwerking met de VO-academie gastheer voor een geslaagde masterclass over leiderschap in het kader van het schoolleidersregister. Wij hebben een geslaagde lezing georganiseerd in het kader van het werven van Bètadocenten. Evenals voorgaand schooljaar hadden wij de eer om als gastheer te fungeren voor de IRIS onderwijsdag. Dit schooljaar was het thema Dialoog in het onderwijs met in de ochtend zeven visies op onderwijskundige ontwikkelingen en in de middag veel activiteiten met de focus: leren in het vak. Kortom: de school bruist! Bedrijfsvoering Financiën De financiële positie is ook het afgelopen schooljaar sterk verbeterd. Hierbij kan worden vastgesteld dat de gemaakte keuzes ten aanzien van taakureninzet, gemiddelde groepsgrootte en een uitgebalanceerde formatie in relatie tot de lessentabel het gewenste effect heeft gehad. Het is de verwachting dat, ondanks de ondervonden negatieve effecten op de exploitatiebegroting als gevolg van het onderhandelingsakkoord, de risicobuffer op het eigen vermogen positief zal zijn aan het einde van schooljaar Dit positieve resultaat wordt met name veroorzaakt door een beter exploitatieresultaat dan begroot. Belangrijkste redenen zijn de hogere rijksbijdragen (meer leerlingen, compensatie loonsverhoging 2015) in verhouding tot de personeelskosten die beperkt hoger zijn dan begroot. Een andere oorzaak zijn de lagere huisvestingslasten en het versoberen van de investeringen. Facilitair Binnen de facilitaire dienst is er veel aandacht geweest voor de ondersteuning aan haar afnemers: leerlingen en docenten. Toename in het aantal onderwijsactiviteiten en projecten tijdens de weekavonden en weekenden heeft veel aandacht en inzet gevraagd van de collega s facilitaire dienst. Hierbij kan worden genoemd het succesvolle project Students for Students waarbij leerlingen hun eigen Serious Request hebben georganiseerd. In het kader van continu ontwikkelen is een collega begonnen met een opleiding VSR-inspecteur, zodat op termijn de kwaliteit van de schoonmaak binnen de juiste wijze kan worden getoetst. Verder professionaliseren van de inkoop heeft geleidt tot een vermindering van de huisvestinglasten van ca. 3,5% ten opzichte voor vorige schooljaar. Ict Het afgelopen jaar (en de jaren ervoor) zijn er verschillende projecten geweest om het gebruik van ict in het onderwijs op school te onderzoeken. Projecten waarbij men concreet aan de slag is gegaan met het gebruik van Chromebooks. Docenten stelden zich regelmatig de vraag of en op welke wijze het gebruik van dergelijke devices een bijdrage kan leveren van het leerproces van leerlingen en (breed) kunnen worden ingezet in de school. Een professionele leergemeenschap is ingericht om voor de gehele school een advies uit te brengen die voorziet in het gebruik van ict in relatie tot ons onderwijs. Opbrengsten van de leergemeenschap worden medio schooljaar verwacht. Huisvesting Op basis van prognoses leerlingenaantallen van de gemeente Haarlemmermeer heeft de school de beschikking over huisvesting voor circa leerlingen, waarbij er overschrijding van 10% van dit aantal zelf moeten worden georganiseerd. Uitgevoerde projecten, te weten aanpassing van de onderbouwaula, de eerste etage van het Paviljoen en het opheffen van een TOA-ruimte en deze geschikt te maken als lesruimte, hebben ertoe geleid dat het functionele oppervlakte is toegenomen en er tegelijk aandacht is geweest voor een meer efficiënte inrichting welke voor meerdere doeleinden geschikt is. Helaas zorgt de bezetting van het gebouw als gevolg van de eerder genoemde overschrijding, dat het aantal beschikbare m 2 BVO-onderwijsruimte voornamelijk wordt ingezet voor leslokalen en in verhouding weinig projectruimten, individuele werkplekken een andersoortige ruimten die de functie van ontmoeten wel hebben, maar in mindere mate geschikt zijn als individuele studiewerkplekken. 2. Beleidsprioriteiten en strategische keuzes De voortgaande onderwijskundige ontwikkeling, vormgegeven door hoogopgeleide professionals die niet alleen gefocust zijn op het vormgeven van pas- 6 het schooljaar is gestart met deze pilot school en zo mogelijk de andere IRIS-scholen op een sende leerarrangementen voor de leerlingen van van- centraal. en we maken gebruik van de mogelijkheden die het 7 personeels- en informatiesysteem HR2Day biedt. daag, maar ook voortgaand bezig zijn met onderwijsontwikkeling en innovatie met het oog op Het Leren van Morgen blijft speerpunt van het onze school. Professionalisering van leraren en andere medewerkers blijft om die reden het belangrijkste beleidsterrein. Drijvend motto is de vraag: Mag het morgen een beetje anders zijn dan vandaag? Wij blijven werken aan het vormgeven van een schoolklimaat waar het ontwikkelen van talenten centraal staat, waar fouten maken mag, waar voldoende vertrouwen en professionele ruimte bestaat, waar een klimaat is van leren en verbeteren en een aanspreekcultuur zich blijft ontwikkelen. De school kent een actieve oudergeleding binnen de MR en daarnaast een actieve participatie van ouders middels een klankbordgroep. In het schooljaar willen wij experimenteren met het organiseren van een oudersymposium over de nieuwste ontwikkelingen binnen ons onderwijs. 2.1 Onderwijs Onderwijskenmerken Wij profileren ons als een school waar Bèta en Kunst, Media en Cultuur (KMC) een belangrijke plaats nemen. Op het gebied van Bèta is er voor het vwo een sciences troom. Leerlingen worden voorbereid op het doen van onderzoek en verdiepen zich in de wereld van de exacte wetenschap. Binnen de afdeling wordt de vraag gesteld: Wat heeft een vwo-leerling nodig om straks in een wetenschappelijke omgeving goed te kunnen functioneren? De verbinding tussen de Bètaprofilering en de voormalige vwo+ is wat er gezocht wordt. Binnen de beide vwo-teams voeren we de dialoog om hier ook voor wat betreft organisatie verder vorm aan te geven. Voor de havo kennen we het Technasium waar leerlingen vooral in verbinding komen met de buitenwereld. Bij deze afdeling gaat het om de vraag wat voor de havoleerling een passende didactiek is. Dit staat in nauw verband met de didactiek binnen het technasium. De verbinding hiertussen zal in gesprekken binnen de drie havoteams verder vorm krijgen. Voor de mavo kennen we het Bèta-design. Bij de mavo gaat het vooral om het verder vormgeven van een coachende houding van docenten in een organisatie waar maatwerkuren een belangrijke rol spelen. Ook hier staat het didactisch handelen van de docent Excellente school Als school blijven wij de ambitie uitspreken kwalitatief door te groeien tot een excellente school. Deze excellentie zal zichtbaar zijn in alle facetten van het school. Dat geldt voor de kwalificatiefunctie van het onderwijs, aantoonbare opbrengsten op de inhoud, doorstroom en uitstroom, maar zeker ook waar het gaat om de socialisatiefunctie van onderwijs. Er zijn diverse activiteiten op het gebied van burgerschapskunde in de vakken. Talentontwikkeling, bekwaamheid en persoonswording zijn sleutelwoorden in onze aanvraag. Als innoverend project is er een aanvraag gedaan om binnen het vwo te werken aan verrijken (en versnellen). In samenwerking tussen de beide vwo-teams (onderbouw en bovenbouw) zullen plannen worden uitgewerkt hier vorm aan te geven. 2.2 Leerlingenzorg De basisondersteuning en de extra ondersteuning die de school kan bieden aan leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte staat beschreven in het Ondersteuningsprofiel passend onderwijs met bijbehorende protocollen. Hierin staan ook beschreven de visies en ambities op het gebied van passend onder-

5 wijs en de mogelijkheden en onmogelijkheden in de opvang van leerlingen met bijzondere behoeftes. Vanuit de integraal vormgegeven trajectvoorziening die in schooljaar gestart is, krijgen de leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte passende begeleiding. In relatie tot het oude systeem van de LGF-financiering zijn er een aantal zaken veranderd. In het oude systeem kreeg een leerling gedurende drie jaar begeleiding van een ambulante begeleider en auti- of zorgmentor. Nu kan dit meer passend gemaakt worden en is er de uitbreiding met huiswerkbegeleiding vanuit de trajectvoorziening. Binnen deze voorziening is er dagelijkse huiswerkbegeleiding mogelijk voor deze specifieke doelgroep. De nieuwe regelgeving maakt het mogelijk om de begeleiding meer passend te maken, doordat er nu korterdurende trajecten mogelijk zijn. Bovendien kan er ook gekozen worden om bijvoorbeeld alleen maar huiswerkbegeleiding in te zetten, begeleiding door een begeleider passend onderwijs, of alleen maar begeleiding door een auti-of zorgmentor. Dit alles ui teraard in overleg met betrokken leerling en ouders en behoort het totaalpakket ook tot de mogelijkheden. Wij participeren in het traject dat door het samenwerkingsverband Amstelland en Meerlanden is uitgezet om tot passend onderwijs in de regio te komen. Dit betekent dat er nog steeds veel aandacht is voor ongeoorloofd schoolverzuim en thuiszitters. Ook blijft de ontwikkeling van expertise van docenten, mentoren en zorgcoördinatoren een aandachtspunt. Er wordt in dit kader ook samengewerkt met het regioloket van het samenwerkingsverband; enerzijds om leerlingen die wij niet het gewenste onderwijs kunnen bieden door te kunnen laten stromen in het speciaal onderwijs, anderzijds om leerlingen weer kansen te bieden om vanuit het speciaal onderwijs de overstap te maken naar het reguliere onderwijs. Gemeenschappelijke uitgangspunten bij het verder vormgeven aan passend onderwijs zijn: docenten zijn handelingsbekwaam om te voldoen aan de basisondersteuning, differentiëren heeft prioriteit en het hele team is ver- 8 antwoordelijk voor het bieden van passend onderwijs. lijke schoolklimaat. ken en er wordt intensief mee samengewerkt. Denk Doordat er een ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) Op het moment van schrijven (juni 2016) loopt er een hierbij aan Pier K en Podium voor Architectuur, maar 9 opgesteld wordt voor leerlingen die begeleiding onderzoek naar de integrale manier waarop wij de Het afgelopen schooljaar zijn er verbetertrajecten ook aan hbo-opleidingen en universiteiten. krijgen vanuit de trajectvoorziening, is de betrokkenheid ondersteuning van leerlingen met een extra onder- ingezet op de havo en de mavo. Deze verbetertrarandeerd. van de leerling en zijn of haar ouders gegasteuningsbehoefte vormgeven. Dit met het oog op jecten leiden als het goed is tot een verhoging van De school profileert zich in de regio middels de lokale Immers, de leerling en de ouders worden verbeteringen in de nabije toekomst. de opbrengsten. De school heeft als doel gesteld dat pers, waar goede contacten mee zijn. Er is intensief geacht hierin zelf aan te geven wat naar hun idee de 90% (liefst 100%) van de leerlingen van elke afdeling contact met Meer Radio, waarmee bijvoorbeeld het afgelopen belemmerende en stimulerende factoren zijn voor het een diploma moet kunnen behalen op zijn niveau. jaar rond de kerst een radioprogramma werd volgen van onderwijs en de daaruit volgende ondersteuningsbehoefte. De trajecten die ingezet zijn, zullen in het schooljaar gemaakt in het kader van Serious Request. In dit kader Ook moet de leerling dit, net als een vervolg krijgen en doorontwikkeld kregen wij ook aandacht van de nationale radio. Het zijn ouders, ondertekenen. Hij of zij neemt dus altijd, worden. Haarlems Dagblad weet de school ook regelmatig te minimaal voor een gedeelte, deel aan de gesprekken vinden, evenals het Witte Weekblad. Daarnaast werkt en neemt zodoende mede verantwoordelijkheid voor KMC samen met diverse (zakelijke) partijen binnen zijn of haar leerproces. de regio. Alle activiteiten zijn gericht op het ondersteunen van de missie en visie van de school. De gemeente is per 1 januari 2015 in het kader van de Transitie Jeugdzorg verantwoordelijk geworden voor alle jeugdzorg en de jeugdbescherming. Dit heeft onder meer tot gevolg gehad dat er nu vier gemandateerde hulpverleners aan school verbonden zijn; de jeugdarts, de jeugdverpleegkundige, een leerplichtambtenaar en een schoolcoach. Deze hulpverleners kunnen vormen van lichte ambulante hulp verlenen of doorverwijzen naar specialistische hulp. Dit alles in samenspraak met school, ouders en leerling. Dit gebeurt dan via een multidisciplinair overleg (MDO) waarin genoemde partijen participeren. Daarnaast functioneert het zorg- en adviesteam (ZAT) dat een meer consulterende rol krijgt en waarin leerlingen vaak meerdere jaren gevolgd worden. Dit zijn leer lingen waarbij meerdere externe hulpverleners betrokken zijn en er vaak meerdere problematiek is. 2.3 Kwaliteitsbeleid Om te komen tot kwaliteitsontwikkeling, maken we gebruik van de onderwijsmiddagen van Opleiden en Ontwikkelen (O&O), van de teambijeenkomsten, van de vakgroepen en van allerlei vakoverstijgende bijeenkomsten. Wij hebben de overtuiging dat waar de professional zich ontwikkelt, de resultaten zullen volgen. De ambitie is dan ook dat alle leerlingen na de brugklas op de juiste plek terecht komen en uiteinde lijk met een diploma van school gaan. De profilering van de school en het warme en duidelijke school klimaat ondersteunen dit proces. Iedereen aan kwaliteitsontwikkeling middels professionalise ring, zowel schoolleiders als docenten als onderwijsondersteunende medewerkers als leerlingen. Iedereen is op zijn eigen wijze betrokken in de kwaliteitsontwikkelingcyclus. Hierbij denken we aan het ontwikkelingen van eigen kwaliteiten, het invullen van vragenlijsten, het aangaan van de dialoog met iedereen waar nodig en het omschrijven wat het de school onder kwaliteits ontwikkeling verstaat en hoe het proces van kwaliteitsontwikkeling binnen de school gewaarborgd wordt. Om deze kwaliteitsontwikkeling te versterken is voor volgend schooljaar voor een aantal veranderingen gekozen, onder andere: 1. Teambijeenkomsten op andere dagen dan op ons vaste dinsdagmiddag. Door deze organisatie verwachten wij dat de leerlingen nog beter begeleid en gevolgd kunnen gaan worden zodat het determinatieproces kan verfijnen. Tevens kunnen de resultaten in het kader van het verhoging van de opbrengsten beter gevolgd worden. Hierdoor komt er op dinsdag meer ruimte voor de vakgroepen en de vakoverstijgende bijeenkomsten waarbij de doorlopende leerlijnen en de opbrengsten gevolgd kunnen worden door de diverse vakgroepen. 2. Het inzetten van maatwerkuren in de mavo. 3. Het organiseren van mentortraining. 4. Het focussen op welke ontwikkelingen wij wel in gang willen zetten en welke niet, rekening houdend met onze profilering en het warm en duide- Tevens zet het KMC de ontwikkeling voort op het gebied van persoonswording in het onderzoeken van de toegevoegde waarde van het plusdocument, het verder ontwikkelen van burgerschapskunde, het door ontwikkelen van het mentoraat en de studiekeuzebegeleiding van de leerlingen en het vernieuwen van het vak levensbeschouwing. 2.4 Identiteit Naamgever van onze school is Kaj Munk ( ). Hij is een door Kierkegaard geïnspireerd theoloog die zijn mooie woorden daadwerkelijk omzette in daden van verzet. Hij mag als metafoor gelden voor dat wat ons binnen de schoolorganisatie daadwerkelijk inspireert. Wij doen wat wij beloven en werken oprecht vanuit het (ontwikkelen van) vertrouwen in onszelf en de ander. Deze identiteit krijgt vorm in ons warm en duidelijk schoolklimaat, in lessen zoals bijvoorbeeld levensbeschouwing en in diverse projecten op het gebied van burgerschapsvorming en bijvoorbeeld vieringen. Onze integrale visie op identiteitsontwikkeling van leerlingen, medewerkers in relatie tot schoolontwikkeling werd dit jaar beloond met het predicaat De meest sociaal veilige school van Nederland. Persoonswording en waardengedreven onderwijs zijn focus binnen het verder ontwikkelen van onze visie op identiteit van de school. Wij zijn deelnemer aan de werkgroep Kwaliteitscultuur voor goed onderwijs aan excellente scholen, die in dit kader is gestart door VERUS. 2.5 Marketing en communicatie Vier keer per jaar is er een klankbordavond waarop ouders met de schoolleiding van gedachte wisselen over allerlei thema s. Andere betrokkenen als cultu rele instellingen worden voortdurend bij de school betrok- Binnen dit domein kan ook worden opgemerkt dat er is besloten tot een nieuw ontwerp van de huidige website, zodat deze een dynamische koppeling bevat met Magister. Ook zullen in deze nieuwe situatie meer mogelijkheden zijn voor social mediatoepassingen, waardoor beheer en regie van deze communicatievoertuigen gemakkelijker wordt. Als voorbeeld kan worden genoemd dat bepaalde content direct kan worden doorgeplaatst naar verschillende social media en/of sociale mediafeeds kunnen worden geïntegreerd.

6 Tenslotte is een nieuw logo ontworpen dat beter aansluit op de huidige tijd. De nieuwe huisstijl wordt door de gehele school uitgebouwd. Het komende schooljaar zal de communicatie middels een herkenbare huisstijl verder worden vormgegeven. Binnen onze school is het van belang qua huisstijl een eenduidige uitstraling te hebben om zodoende ons imago op een juiste manier uit te stralen. Het invoeren van een huisstijlhandboek draagt er aan bij dat uitingen elkaar en het totaalbeeld versterken. De huisstijl bestaat uit logo s, sublogo s en het vastleggen van vorm- en stijlkenmerken zoals lettertype en kleurgebruik. Als belangrijk communicatiemiddel zal de op de nieuwe huisstijl aangepaste website van de school nog voor de zomervakantie worden gelanceerd. De school staat in de Haarlemmermeer bekend als een kwaliteitsschool met een helder profiel, waarvan uit een transparante visie samengewerkt wordt met andere scholen in de regio, de gemeente en andere stakeholders. Net als afgelopen schooljaar wordt de strategische personeelsplanning niet uit het oog verloren. Er blijft aandacht voor de kwantitatieve en kwalitatieve personeelsbehoefte. Er is in kaart gebracht hoe de personeelssamenstelling binnen de organisatie, maar ook binnen de vakgroepen, eruit ziet. De eerste stap- 10 Ook het komend schooljaar zal er veel aandacht zijn pen om dit IRIS-breed in kaart te brengen zijn ook De samenwerking op het gebied van onderzoek wijsklimaat van de school enerzijds en anderzijds voor contact met de basisscholen. In samenspraak gezet. Het doel is dat er op deze manier zicht is op de binnen de academische opleidingsschool (AONHW) recht doet aan een veilige en functionele ict-omgeving 11 met de andere vo-scholen binnen de gemeente personeelssamenstelling en er tijdig geanticipeerd hebben vooralsnog niet de beoogde opbrengsten voor medewerkers en leerlingen. wordt er vroegtijdig gestart met het samenstellen van kan worden op in- en externe ontwikkelingen. gegenereerd. In samenwerking met de opleidingsinstituten wer vingsmateriaal en het organiseren van informatieavonden en de partners binnen AONHW werken we Naast de bovengenoemde harde kant van ict zijn voor leerlingen van groep 8 en hun ouders. komend jaar aan een onderzoek waarbij we antwoorden wij op zoek naar een antwoord op de vraag op welke Naast de informatieavonden zal een tweedaagse zoeken op de vraag welke factoren van wijze het gebruik van ict-middelen kan bijdragen Open Huis worden georganiseerd. Ondanks de sterke invloed zijn op het realiseren van de bedoeling van aan het leerproces van leerlingen. Een professionele groei van de school de afgelopen jaren zijn wij van onderzoekmatig denken en werken., leergemeenschap gaat aan het werk om de juiste mening dat werving een belangrijk speerpunt is en onderzoeksvragen te beantwoorden die, in de vorm blijft om de beoogde kwaliteit te borgen. In de zomer Meerdere projecten Lesson Studie zullen voortgang van conclusies en aanbevelingen, helpend zijn voor van 2016 gaat onze vernieuwde website in de lucht. vinden en bij enkele vakgroepen opgestart worden. besluitvorming. Opbrengsten vanuit de pilot Chromebooks zullen worden meegenomen in de conclusies en aanbevelingen. 2.6 HRM Wij zijn een lerende organisatie en de HR-afdeling stemt haar beleid hier op af om de organisatie en haar medewerkers zo goed mogelijk te ondersteunen. Dit wordt gerealiseerd door de visie op HR-beleid te koppelen aan de onderwijskundige visie. Er zijn voor de onderwijskundige visie drie doeldomeinen gesteld: persoonsvorming, socialisatie en kwalificatie. De focus ligt hierbij op de professional en het (verder) professionaliseren van de medewerkers. Het personele instrumentarium van het HR-beleid zijn middelen die ondersteunend zijn om medewerkers het beste uit zichzelf naar boven te laten halen. Strategisch personeelsbeleid is al erg belangrijk op onze school. Huidige medewerkers moeten worden uitgedaagd, kansen krijgen om zichzelf te ontwikkelen en gestimuleerd worden om nieuwe initiatieven te tonen in hun werkzaamheden. In het werving- en selectieproces draait het om de juiste mens op de juiste plek. Tijdens de selectiegesprekken wordt er zorgvuldig beoordeeld of de kandidaat met zijn kwaliteiten en vaardigheden een aanvulling is op de functie, vakgroep en voor de school. Ook naar bepaalde taken kunnen medewerkers solliciteren, zodat de medewerkers naast hun lesgevende taak een voor hun aantrekkelijke invulling van hun functie krijgen waarbij zij hun kennis en vaardigheden optimaal in kunnen zetten. IRIS-brede mobilisatie, ook wel blije mobilisatie genoemd, zal steeds meer gestimuleerd worden. Professionalisering Professionele ruimte is er volop in de school en teamleiders ondersteunen collega s en teams om deze volledig en zo goed mogelijk in te benutten. Opleiden en ontwikkelen zijn hierbij de sleutelwoorden. Samen met de teamleider stelt de medewerker zijn/haar leer- of ontwikkelvraag vast tijdens de gesprekken die zij voeren. Zo zijn er voor het aankomend schooljaar opnieuw een aantal medewerkers die een lerarenbeurs aan zullen vragen om een opleiding te faciliteren en zijn er een aantal medewerkers die de opleiding Professioneel Meesterschap zullen afronden. Ook in het schooljaar nemen een aantal medewerkers deel De Nederlandse School (vijf). Diverse medewerkers studeren voor een eerstegraads bevoegdheid (twee), studeren voor een tweede bevoegdheid (twee), de opleiding MEBIT (twee), de opleiding Leren en Innoveren (twee), een master voor schoolleiderschap (drie). Medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun eigen professionele ontwikkeling. De medewerkers zijn professionals en daardoor in staat om autonoom te handelen vanuit eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid. De teamleiders en de afdeling HR ondersteunen hen hierbij. Meerdere professionele leergemeenschappen vinden voortgang. Ook de afdeling HR heeft zich aangesloten bij een professionele leergemeenschap, Strategisch Human Resource Management (SHRM). Dit is een leergemeenschap waar HR-medewerkers en schoolleiders met elkaar informatie delen en van elkaar leren. Hierbij is de onderlegger het nastreven van het zijn van een lerende organisatie, waarbij er een continue streven is naar verbetering van de onderwijskwaliteit. Het HR-beleid zal gekoppeld moeten zijn aan het onderwijskundig beleid voor een effectief resultaat. De eerste kennismaking met het leernetwerk is geweest, in het aankomende schooljaar zullen er meerdere bijeenkomsten zijn. Uitgangspunt voor deze initiatieven vormt de overtuiging dat naarmate de docenten beter zijn, het ook voor de leerlingen beter zal zijn. Zo zullen de ontwikkelingen worden ondersteund doordat er gewerkt wordt aan het voorzichtig opbouwen van een onderzoekmatige cultuur in de school. 2.7 Bedrijfsvoering Huisvesting Toename van het aantal klassen (zie paragraaf 3.2) vraagt om uitbreiding/aanpassingen van bestaande onderwijsruimte. Mogelijkheden die voorzien in uitbreiding van het aantal m 2 BVO, waarvoor instemming van de gemeente noodzakelijk is, zullen pas vormkrijgen in het schooljaar Een (optimale) capaciteit van leerlingen en een werkelijk aantal van circa leerlingen voor komend schooljaar, zal van de schoolorganisatie veel inspanningen vragen om de orde en veiligheid te waarborgen. Mogelijkheden worden onderzocht om de pauzemomenten te ondersteunen door de aanwezigheid van gastheren. Facilitair De facilitaire ondersteuning binnen de school is zichtbaar voor leerlingen en docenten en zal ook komend schooljaar hoog op de agenda staan. Interne mobiliteit, natuurlijk verloop binnen de afdeling en een gewijzigde organisatiebehoefte heeft geleid tot het werven van een facilitair coördinator. De schoolleiding heeft de verwachting dat aanpassing van de huidige teamsamenstelling verdere professionalisering en afstemming van de dienst(verlening) betekent. Dienstverlening die een bijdrage levert aan de ontwikkeling en het leren van onze leerlingen. Ict Nadere afstemming met ict centraal over functionaliteit, veiligheid en wensbaarheid van het ict-platform is nodig om tot optimalisatie van de bestaande ict-voorzieningen te komen. Alleen met betrouwbare en hoogwaardige infrastructuur zijn ict-ambities mogelijk. Het komend schooljaar zal alles in werking worden gesteld om de samenwerking tussen de school en de centrale ict-dienst van IRIS af te stemmen, zodat deze passend is binnen de gestelde ka ders. Kaders die recht doen aan het beoogde onder- 3. Financiën 3.1 Financieel beleid De begroting van de school laat een klein positief exploitatieresultaat zien (nagenoeg neutraal). Zeker in vergelijking met afgelopen schooljaren waarbij er, weliswaar ingecalculeerd om de risicobuffer positief aan te vullen, sprake was van forse positieve resultaten. Het is gelukt om, op basis van de huidige prognose leerlingaantallen en het verkleinen van de gemiddelde klassengrootte, nagenoeg de begrot-

7 ing neutraal op te stellen. De lumpsumvergoeding bestaat nu alleen nog maar uit structurele vergoedingen, zonder incidentele subsidies zoals deze in het verleden zijn opgenomen. In de begroting is rekening gehouden met een voorfinanciering vanuit IRIS in verband met de groei van de school. Ondanks stijging van kosten hebben wij ervoor gekozen de ouderbijdragen niet te verhogen en de kosten van de bestaande buitenlandexcursies op het niveau van 2015/2016 te houden. In de begroting zijn de keuzes, zoals deze zijn beschreven in onderstaande paragrafen, verwerkt en passend. Verder is begroting erop gericht om de het niveau van de risicobuffer gelijk te houden op niveau eind 2015/ Overige personele uitgaven Wij blijken een aangename werk- en leerplek te zijn voor (jonge) startende docenten. Daar de school een Academische Opleidingsschool is, is de school ook verheugd in trek te zijn bij nieuwe docenten. Het gevolg hiervan is wel dat de startende docenten de eerste twee jaar niet volledig inzetbaar zijn, aangezien zij recht hebben op lesvermindering in het eerste en tweede jaar van hun aanstelling. Dit wordt in het aankomende schooljaar niet meer gedekt door subsi- 3.2 Leerlingprognose en aantal klassen Komend schooljaar mogen wij voor leerlingen 3.5 Materiële uitgaven het onderwijs gaan verzorgen. Met een instroom van 3.3 Formatie, lessen, taken Materiele uitgaven liggen grotendeels in lijn met de 435 leerlingen in de brugklas is het de school niet Voor het aankomende schooljaar is er voor het KMC lumpsumvergoeding en ervaringscijfers van de afgelopen gelukt om een stabiele instroom te realiseren. Dit opnieuw een lichte stijging in het aantal te verwachte jaren. Cijfers die hebben geleid tot het weg- maakt het nog meer dan voorheen van belang om het leerlingen. Het aantal vastgestelde groepen is 73, een werken van de negatieve risicobuffer. Zeker als 12 re guleren van leerlingstromen binnen de gemeente groei met zes klassen. De ambitie ligt er om de klassen dies. wij hierbij de groei van het aantal leerlingen in ogen- Haarlemmermeer hoog op de agenda te houden. Op basis van eigen leerlingprognoses zal de school in het schooljaar ongeveer leerlingen hebben. De prognose voor komend schooljaar (op basis van resultaatbesprekingen periode 3) bevat nog een aantal onzekerheden. Ofschoon wij prognosticeren op leerlingniveau, van iedere leerling wordt een prognose gemaakt, is pas naar de laatste leerlingbespre king aan het einde van blok 4 met zekerheid te zeggen op hoeveel leerlingen wij uiteindelijk zullen uitkomen en het daarbij horende aantal groepen. Bij het vaststellen van de begroting zijn wij vooralsnog uitgegaan van 73 groepen. Dezelfde onzekerheid is aanwezig met betrekking tot de resultaten van de examenkandidaten. Naast het regulieren van de leerlingstromen om de instroom te kunnen beïn vloeden heeft de schoolleiding ambities om de gemid delde groepsgrootte naar beneden bij te stellen door meer groepen te creëren. Onderstaand een tabel met de ontwikkeling van de gemiddelde groepsgrootte. aantal leerlingen (zonder VAVO) aantal klassen bezettingsgraad Cursus ,1 Cursus ,9 Cursus ,3 Cursus ,0 Cursus ,5 Cursus ,7 afbeelding 1: Leerlingprognose De ambitie om de gemiddelde groepsgrootte te ver kleinen is vooral ingegeven op basis van geformuleerde kernwaarden ten aanzien van kwaliteit en veiligheid van en binnen de school. Het is echter de vraag of wij uiteindelijk kunnen vasthouden aan deze ambitie omdat de beschikbare huisvesting op de huidige locatie en/of (financiële middelen) mogelijk niet toereikend zijn. De schoolleiding zal alles in het werk stellen om vast te houden aan haar ambitie om de gemiddelde groepsgrootte te verlagen. niet te groot te maken, om de werkdruk voor de docenten zo mogelijk te kunnen verlichten. Deze keuze heeft ook gevolgen voor de benodigde formatie. Tabel formatie Het aantal lessen bedraagt 2396 lesuren van 50 minuten per week (32-33 lesuren per jaar). Net als ieder schooljaar is het taakbeleid onder de loep genomen en zijn daar waar nodig/mogelijk de uren bijgesteld. Er is wat ruimte gemaakt in het taakbeleid om sommige aandachtsgebieden en pijlers binnen de school extra te ondersteunen, met name in de Bètaprofilering en op het gebied van Kunst, Media en Cultuur. De gedachte is om het aankomende schooljaar het science/vwo-team opnieuw te versterken met een Bètacoördinator, welke zich sterk zal richten op het beleid binnen de Bètaprofilering en het verstevigen van deze pijler van de school. Tevens zal er weer personele inzet vereist zijn om het vwo binnen het onze school steviger op de kaart te zetten en na te denken over de onderwijsontwikkeling. Dit in het kader van het excellentiebeleid en het stimuleren van de instroom van vwo-leerlingen. Tabel taken De schoolleiding maakt ook voor het schooljaar de bewuste keuze om meer dan gemiddeld taakuren vrij te maken ten hoeve van het professionaliseren van medewerkers en de beoogde schoolontwikkeling. Een deel van de bovenstaande taakuren wordt vanuit subsidies bekostigd. Dit zijn bijvoorbeeld deels de taakuren die betrekking hebben op Leerlingbegeleiding passend onderwijs en Professionalisering als onderdeel van het zijn van Academische Opleidingsschool. Wij staan in de regio bekend als een school waar leerlingbegeleiding en ondersteuning goed op orde is. Er zijn dan ook in verhouding met scholen uit de omgeving relatief veel leerlingen die aanspraak maken op passend onderwijs. De schoolleiding heeft de keuze gemaakt om hier in te investeren, naast de taakuren die zij hebben vrijgemaakt om de leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben zo goed mogelijk te kunnen faciliteren, is er ook een medewerker aangesteld in de functie van trajectbegeleider. Deze medewerker wordt bekostigd uit de ontvangen gelden van het samenwerkingsverband. Het persoonsgebonden budget waar medewerkers recht op hebben conform het levensfasebewust personeelsbeleid uit de cao VO is een redelijke kostenpost. Er moet geld gespaard worden om medewerkers te vervangen die in de toekomst (langdurig/recuperatie) verlof opnemen, of gespaarde uren inzetten voor lesvermindering. Er wordt daarnaast ook geld uitgegeven omdat medewerkers (OOP) het budget uitbetaald willen hebben, extra willen sparen voor het pensioen of het budget graag zien als bijdrage voor de kinderopvang. Ten slotte is er in het schooljaar de keuze gemaakt om een medewerker in dienst te nemen in de functie van toezichthouder. Deze medewerker vangt de klassen op waarvan hun lesuur onverwacht is uitgevallen. Deze constructie bevalt goed en het le vert een verlichting van de werkdruk op voor docenten die deze verantwoordelijkheid anders op zich hadden moeten nemen. Besloten is dan ook om het dienstverband van deze medewerker voort te zetten en er een tweede toezichthouder naast te gaan werven. In het schooljaar zullen er twee nieuwe functies in het leven geroepen worden; de functie van directiesecretaresse en de functie van hoofd facilitaire dienst. Deze functies worden gecreëerd om diegenen waar de verantwoordelijkheid nu ligt extra te ondersteunen en hun taak te verlichten. schouw nemen. De huisvestingslasten zijn verder afgenomen tot 5,8% van de baten (- 0,5%).Tot materiële uitgaven behoren in deze niet de investeringen die nodig zijn om het gerezen huisvestingsvraagstuk te kunnen oplossen. Deze worden toegelicht in paragraaf Doelsubsidies Doelsubsidie Kunst, Media en Cultuur De school ontvangt ,- subsidie van Cultuurparcours die wordt aangewend voor velerlei kunstzinnige activiteiten die bovenop de lessen komen. Voorbeelden zijn het in huis halen van theatergroepen, kunstenaars en meubelmakers, maar ook excursies naar musea en het organiseren van een filmmiddag in het Oude Raadhuis. Bovendien is discipline Dans steeds meer aandachtspunt en laten we de leerlingen middels workshops en voorstellingen kennismaken met deze kunstdiscipline. 3.7 Investeringsbegroting Voor het komende schooljaar voorziet de investeringsbegroting in aanpassingen aan de huidige huisvestingscapaciteit in verband met de groei van de school. Groei in het aantal leerlingen en toename van het aantal groepen. In de investeringsbegroting is per post

8 exact aangegeven welke investeringen van toepassing zijn. Hiertoe vallen bouwkundige aanpassingen om extra lokalen te creëren en/of om de functionaliteit van ruimten meer flexibel te maken, uitbreiding van het aantal leerlingkluisjes, creëren van extra fietsenstallingen en de aanschaf van extra of aanpassing van bestaand schoolmeubilair. In de investeringsbegroting zijn ook middelen opgenomen ter vervanging van de huidige beamers waarvan de kwaliteit ernstig te wensen over laat. Vanaf komend school zullen in een periode van twee tot drie schooljaren alle beamers worden vervangen door touchscreens. De school is voornemens om bij aanvang van het komend schooljaar negen lokalen in het Capitool (lokalen 002 t/m 105 en 119) te voorzien van deze nieuwe voorzieningen. Overige zaken op de investeringsbegroting hebben betrekking op reguliere vervanging. 3.8 Innovatieve projecten We doen mee met de leerlabs van leerling 2020 (VOraad) en hebben een innovatief project aangevraagd 14 om een innovatie binnen de mavo te kunnen faciliteren. Drie collega s krijgen ieder 200 uur om het 15 project tot een succes te maken. Verder wordt er geld gebruikt om bijvoorbeeld expertise in te huren. Doel van het project is meer maatwerk in het onderwijs te realiseren. Collega s van de Haemstede-Barger Mavo worden betrokken bij de ontwikkelingen. Dit project wordt in het projectplan nader omschreven.

9 16 IRIS, stichting voor CVO Koediefslaan BT Heemstede De volgende scholen zijn aangesloten bij IRIS: