Stakeholdersonderzoek Waarderingskamer. Eindrapport. Een onderzoek in opdracht van Waarderingskamer

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Stakeholdersonderzoek Waarderingskamer. Eindrapport. Een onderzoek in opdracht van Waarderingskamer"

Transcriptie

1 Stakeholdersonderzoek Waarderingskamer Eindrapport Een onderzoek in opdracht van Waarderingskamer M.C.C. van Haeften BA MSc drs. J. Wils Projectnummer: B3809 Zoetermeer, 9 maart 2011

2 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Research voor Beleid. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldigen en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van Research voor Beleid. Research voor Beleid aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. 2

3 Voorwoord Dit rapport bevat de resultaten van een onderzoek onder verschillende groepen stakeholders van de Waarderingskamer. Research voor Beleid heeft dit in opdracht van de Waarderingskamer uitgevoerd. De belangrijkste onderdelen van het onderzoek waren de uitvoering van focusgroepen, interviews en een internetenquête. Het onderzoek is begeleid door Marco Kuijper en Caspar Remmers van de Waarderingskamer, en Frank Willemsen van het WODC. Wij bedanken hen hartelijk voor de prettige en professionele samenwerking. Bij de uitvoering van de focusgroepen hebben wij samengewerkt met Herman Bolle van onze zusterorganisatie IPM. Ook hem bedanken wij voor zijn bijdrage en expertise. Tot slot bedanken wij al onze respondenten, en in het bijzonder hen die hebben deelgenomen aan de focusgroepen in Zoetermeer, voor hun deelname aan het onderzoek. Jaap Wils Accountmanager Research voor Beleid 3

4 4

5 Inhoudsopgave Samenvatting en conclusies 7 1 Inleiding De Waarderingskamer Stakeholders Stakeholdersonderzoek Uitvoering van het onderzoek Leeswijzer 20 2 Algemeen beeld van de Waarderingskamer Inleiding Beeld van de Waarderingskamer Missie Visie Conclusie 32 3 Toezicht door de Waarderingskamer Inleiding Gemeenteambtenaren Bestuurders Openbaarmaking van toezichtresultaten Algemeen oordeel over het toezicht Conclusie 41 4 Communicatie en samenwerking Inleiding Producten van de Waarderingskamer Commissies en periodieke vergaderingen Conclusie 46 5 De toekomst Relevante ontwikkelingen Verwachtingen Conclusie 49 5

6 6

7 Samenvatting en conclusies A Stakeholdersonderzoek Waarderingskamer De Waarderingskamer De Waarderingskamer is een zelfstandig bestuursorgaan met publiekrechtelijke rechtspersoonlijkheid. De missie van de Waarderingskamer is het bevorderen van het vertrouwen in een adequate uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken. Dit doet de Waarderingskamer in de eerste plaats door het houden van toezicht op de waardering van onroerende zaken en op de Basisregistratie waarde onroerende zaken. Naast toezichtactiviteiten vervult de Waarderingskamer ook een rol als kennis- en expertisecentrum voor de WOZ. De missie van de Waarderingskamer richt zich op het maatschappelijk vertrouwen in een adequate uitvoering van de Wet WOZ. Dat betekent dat de missie in principe gericht is op alle partijen die op enige wijze belang hebben bij of betrokken zijn bij de WOZ (de stakeholders). Stakeholdersonderzoek Om in te kunnen spelen op ontwikkelingen in de komende jaren wil de Waarderingskamer weten welk beeld belangrijke partijen uit hun netwerk hebben van de organisatie. Daarnaast is interesse in de verwachtingen die deze partijen hebben van de rol van de Waarderingskamer in de toekomst. Om inzicht te krijgen in de beide genoemde onderwerpen heeft de Waarderingskamer door Research voor Beleid onderzoek laten uitvoeren onder de belangrijkste stakeholders. Het stakeholdersonderzoek richtte zich op gemeentebestuurders- en ambtenaren, afnemers van WOZ-gegevens (waaronder waterschappen en de Belastingdienst), dienstverleners (taxateurs en softwareleveranciers) en overige belanghebbenden. Uitgezonderd van het onderzoek zijn notarissen, banken en verzekeraars. Ook belastingbetalers zijn uitgezonderd, omdat het vertrouwen van woningeigenaren in de WOZ recent is onderzocht. Het stakeholdersonderzoek bestond uit kwalitatieve focusgroepen met diverse groepen stakeholders, interviews met bestuurders en een internetenquête onder stakeholders uit het relatiebestand van de Waarderingskamer en onder bestuurders. Bij deze groepen is een respons van respectievelijk 74% en 25% behaald. 7

8 B Hoofdconclusie Missie en visie Overkoepelend kan worden gesteld dat bij veel stakeholders waardering is voor de professionaliteit en expertise van de Waarderingskamer. Wat betreft realisatie van de missie blijkt meer dan driekwart van de stakeholders van mening dat de Waarderingskamer een positieve invloed heeft op een adequate uitvoering van de WOZ. Een kleiner gedeelte van de stakeholders denkt dat de Waarderingskamer ook invloed heeft op het vertrouwen van burgers en bedrijven in de WOZ (respectievelijk een kwart en een derde). Alleen het bevorderen van een goede uitvoering van de WOZ lijkt in de ogen van een deel van de stakeholders dus niet voldoende voor vertrouwen van burgers en bedrijven in de WOZ. De meeste stakeholders vinden dat visie van de Waarderingskamer redelijk tot helemaal overeenkomst met de activiteiten die de Waarderingskamer in de praktijk ontplooit. De meeste stakeholders vinden de Waarderingskamer een WOZ-expert en gezaghebbend. Het merendeel van de stakeholders vindt bovendien dat de begrippen onafhankelijk en samenwerkend bij de Waarderingskamer passen. Relatief veel stakeholders zijn bovendien van mening dat de Waarderingskamer in de voorgaande vijf jaar meer samenwerkend is geworden. Een relatief groot deel beschouwt de Waarderingskamer ten slotte als slagvaardig. Uitvoering van het toezicht Over elementen in de uitvoering van het toezicht in de praktijk zijn de stakeholders kritischer. Over verschillende elementen van de inspecties, de deskundigheid van en bejegening door inspecteurs, de praktische bruikbaarheid van de tips en adviezen, het tijdsbeslag en de toonzetting van de terugkoppeling, is het grootste deel van de ambtenaren tevreden. Tweederde van de ambtenaren is tevreden over de relevantie van de gekozen aandachtspunten bij inspectie. Over de periodieke vragenlijsten zijn gemeenteambtenaren over het algemeen minder tevreden. Minder dan de helft is tevreden met de duidelijkheid van de vragen. Met de hoeveelheid en de relevantie van de vragen is een derde tevreden, en over het gemak waarmee de gevraagde gegevens beschikbaar zijn, een vijfde. Een deel van de ambtenaren (30%) en dienstverleners (23%) vindt dat de Waarderingskamer zich te veel in detail bezighoudt met de uitvoeringspraktijk bij gemeenten. Daarnaast denkt minder dan de helft van de dienstverleners en ambtenaren dat de wijze waarop de Waarderingskamer haar toezicht uitoefent leidt tot oordelen over gemeenten die accuraat zijn. Een kwart van de afnemers vindt bovendien dat de Waarderingskamer niet snel genoeg overgaat tot formele sancties. Rol als kennis- en expertisecentrum Over de wijze waarop de Waarderingskamer haar functie van kennis- en expertisecentrum uitoefent zijn de verschillende stakeholders tevreden. De producten van de Waarderingskamer worden veel gebruikt, en over de bruikbaarheid en kwaliteit van de Waarderingsinstructie en de vraagbaken wordt positief geoordeeld. De stakeholders die deelnemen aan commissies zijn bovendien tevreden over de manier van samenwerken. 8

9 Veel stakeholders denken, zoals hierboven reeds genoemd, dat de Waarderingskamer positieve invloed heeft op een adequate uitvoering van de WOZ. Omdat de stakeholders wat kritisch zijn over de uitvoering van het toezicht, schrijven de stakeholders deze invloed wellicht primair toe aan haar functie als kennis- en expertisecentrum en organisatie die de verschillende WOZ-belanghebbenden bij elkaar brengt. Toekomstverwachting Ook in de toekomst is er volgens de meeste stakeholders behoefte aan een kennis- en expertisecentrum voor de WOZ en een partij die de verschillende WOZ-belanghebbenden bij elkaar brengt. Een zeer groot deel van de afnemers en dienstverleners denkt daarnaast dat er veel behoefte is aan een toezichthouder voor de WOZ. Van de bestuurders en gemeenteambtenaren heeft de helft hieraan behoefte. De meeste stakeholders zijn van mening dat de rollen van toezichthouder en kennis- en expertisecentrum goed samengaan. Van de dienstverleners vindt 23% dat de rollen niet goed samengaan. C Conclusies over deelaspecten Algemeen beeld van de Waarderingskamer De meeste stakeholders vinden de begrippen gedegen, gezaghebbend en WOZ-expert goed bij de Waarderingskamer passen (scores van 3,9 tot 4,5 op een schaal van 1 tot 5). Het merendeel van de stakeholders beschouwt de Waarderingskamer bovendien als onafhankelijk, samenwerkend en initiatiefrijk (scores van 3,4 tot 4,1). Over de begrippen innovatief, slagvaardig, transparant en efficiënt zijn de verschillende groepen stakeholders wat meer verdeeld. Een groot deel van de afnemers vindt dat deze begrippen bij de Waarderingskamer passen (scores 3,7-3,8). Bij de bestuurders, ambtenaren en dienstverleners is dit deel wat kleiner (scores 3,0-3,4) Volgens een groot deel van de ambtenaren, afnemers, dienstverleners en overige belanghebbenden is de mate waarin de begrippen samenwerkend, initiatiefrijk, gezaghebbend, gedegen, slagvaardig en onafhankelijk bij de Waarderingskamer passen in de afgelopen vijf jaar gelijk gebleven. Een kleiner gedeelte vindt dat de passendheid van deze begrippen is toegenomen. Het gedeelte dat een afname constateert, is bij alle begrippen minimaal (maximaal 6% van alle stakeholders gemiddeld). Het deel van de ambtenaren, afnemers en dienstverleners dat een toename constateert is het grootst bij de begrippen samenwerkend en initiatiefrijk (scores 3,3-3,6). Bij het begrip onafhankelijk is het aantal stakeholders dat een toename ziet het kleinst (scores 2,8-3,2). Van de dienstverleners vindt 20% dat de passendheid van het begrip onafhankelijk zelfs is afgenomen. De missie van de Waarderingskamer is het bevorderen van het vertrouwen in een adequate uitvoering van de Wet WOZ. Meer dan driekwart van de stakeholders is van mening dat de Waarderingskamer ook in werkelijkheid een positieve invloed heeft op een adequate uitvoering van de WOZ. Een veel kleiner gedeelte van de stakeholders denkt dat de Waarderingskamer ook invloed heeft op het vertrouwen van burgers en bedrijven in de WOZ (respectievelijk een kwart en een derde). Alleen het bevorderen van een goede uitvoering van de WOZ lijkt in de ogen van een deel van de stakeholders dus niet voldoende voor vertrouwen van burgers en bedrijven in de WOZ. Stakeholders zien dat de Waarderingskamer zich in de 9

10 praktijk vooral richt op de uitvoering van de WOZ, en minder op het direct beïnvloeden van het vertrouwen van burgers en bedrijven. Het deel van de stakeholders dat vindt dat niet alleen gemeenten, maar ook de Waarderingskamer zelf met burgers en bedrijven zou moeten communiceren, is groter dan het deel dat vindt dat de Waarderingskamer dat niet zou moeten doen. De visie van de Waarderingskamer verwoordt op welke wijze zij wil werken: zij wil vanuit een onafhankelijke positie, als kleine hoogwaardige organisatie, haar kennis en expertise over de WOZ-waardebepaling (in brede zin) gebruiken om, zoveel mogelijk in samenwerking met andere betrokken partijen, haar missie te realiseren. De stakeholders zijn van mening dat de visie in redelijke tot hoge mate overeenkomt met de activiteiten die de Waarderingskamer in de praktijk uitvoert. De meeste stakeholders zijn positief over de verschillende rollen en taken die de Waarderingskamer vervult. Het grootste deel van de stakeholders vindt dat samenwerking met andere partijen en een onafhankelijke positie goed samengaan. Vooral veel afnemers en overige belanghebbenden zijn hierover positief. Een deel van de ambtenaren (11%) en dienstverleners (14%) denkt dat samenwerking en onafhankelijkheid slecht te combineren zijn. De meeste stakeholders zijn ook van mening dat de rollen van toezichthouder en kennisen expertisecentrum goed samengaan. Van de dienstverleners is 23% van mening dat deze rollen niet goed samengaan. Toezicht van de Waarderingskamer De stakeholders waarderen de wijze waarop het toezicht door de Waarderingskamer wordt uitgeoefend met een ruime voldoende (7,2). Dit is in vergelijking met oordelen voor andere publieke organisaties met een vergelijkbare taak een relatief hoog cijfer. Opvallend is wel dat een deel van de stakeholders er niet van overtuigd is dat de wijze waarop de Waarderingskamer haar toezicht uitoefent, leidt tot oordelen over gemeenten die accuraat zijn. Minder dan de helft van de dienstverleners en ambtenaren denkt dat de werkwijze leidt tot accurate oordelen. De helft van deze gemeenteambtenaren werkt bij een gemeente die het algemeen oordeel goed heeft gekregen. Een substantieel deel van de dienstverleners (40%) denkt dat het mogelijk is het toezicht te manipuleren. Tegelijk vindt een deel van de ambtenaren (30%) en dienstverleners (23%) dat de Waarderingskamer zich te veel in detail bezighoudt met de uitvoeringspraktijk bij gemeenten. Ongeveer een kwart van de afnemers en een derde van de dienstverleners vindt dat de Waarderingskamer sneller zou moeten overgaan tot formele sancties. Van de bestuurders (19%) en ambtenaren (9%) heeft een minder groot deel deze mening. Belangrijke toezichtinstrumenten van de Waarderingskamer zijn de inspecties ter plaats en de periodieke vragenlijsten. Het meest positief zijn de gemeenteambtenaren over de inspecties. Het grootste deel van hen is positief over de deskundigheid van inspecteurs (92%), de bejegening door inspecteurs (86%), en de praktische bruikbaarheid van tips en adviezen (80%). Ook is een groot deel tevreden over de duidelijkheid vooraf over de aandachtspunten bij inspectie (74%), de termijn waarop tekortkomingen moeten zijn opgelost (72%), en de relevantie van de gekozen aandachtspunten bij inspectie (66%). Driekwart van de ambtenaren vindt dat het tijdsbeslag van de inspecties in verhouding staat tot het doel ervan. Over de toonzetting van de terugkoppeling van de inspecties is de meerderheid 10

11 (62%) van de ambtenaren tevreden. De tevredenheid over de terugkoppeling lijkt daarmee gestegen ten opzichte van Over de vragenlijsten zijn minder gemeenteambtenaren positief. Minder dan de helft van de ambtenaren is tevreden met de duidelijkheid van de vragen. Met de hoeveelheid en de relevantie van de vragen is een kleiner gedeelte van de ambtenaren, ongeveer een derde, tevreden. Het minst scoort het gemak waarmee de gevraagde gegevens beschikbaar zijn. Hierover is een vijfde van de ambtenaren tevreden. Ambtenaren die denken dat het de wijze waarop de Waarderingskamer het toezicht uitvoert niet leidt tot oordelen over gemeenten die accuraat zijn, zijn gemiddeld minder tevreden over de vragenlijst. Van de informatiebehoefte van bestuurders over het toezicht komt geen eenduidig beeld naar voren. Zij verschillen onderling sterk in hun behoefte aan informatie van de Waarderingskamer over bevindingen, en over eventuele knelpunten in de uitvoering in de gemeente. Een klein aantal bestuurders heeft direct contact met de Waarderingskamer gehad in de vorm van correspondentie of een gesprek. Deze bestuurders zijn tevreden over de houding en professionaliteit van de Waarderingskamer. Een grote meerderheid van de stakeholders (81%) vindt het een goede zaak dat de Waarderingskamer toezichtresultaten openbaar maakt. Veel van de stakeholders hebben ook wel eens toezichtresultaten op de website van de Waarderingskamer bekeken. Ook gemeenten zijn in meerderheid positief over de openbaarmaking, maar een klein gedeelte van de ambtenaren (13%) denkt wel dat de openbaarmaking er toe leidt dat gemeenten minder open zijn naar de toezichthouder. Communicatie en samenwerking De Waarderingskamer werkt voor de uitvoering van haar taken met verschillende partijen samen. De Waarderingskamer biedt deze partijen allerlei producten aan. Het WOZ-journaal wordt van deze producten het meest gebruikt. Het grootste deel van de stakeholders die de Waarderingsinstructie en de vraagbaken hebben gebruikt, vinden deze producten (zeer) bruikbaar en van goede kwaliteit. Over de bruikbaarheid en kwaliteit van beoordelingsprotocollen en de benchmark oordelen minder stakeholders positief. Een deel van de stakeholders neemt deel aan één of meer commissies van de Waarderingskamer. De commissieleden beoordelen de samenwerking met de Waarderingskamer als ruim voldoende (7,4). Zij zijn positief over de toegevoegde waarde van de commissiedeelname voor henzelf, en over de manier waarop de Waarderingskamer met hun inbreng omgaat. Ook over de frequentie van de vergaderingen is het grootste deel van de commissieleden (89%) tevreden. 1 Exacte vergelijking met 2005 is niet mogelijk, omdat de vraagstelling verschilt. 11

12 Verwachtingen van de stakeholders over de toekomst Een aantal ontwikkelingen gaat de komende jaren naar verwachting veel invloed hebben op de positie van de Waarderingskamer en de relatie met de stakeholders. De relatie tussen de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) en WOZ, de landelijke voorziening WOZ, en de totstandkoming van het stelsel van basisregistraties zijn voor een groot deel van de stakeholders belangrijke ontwikkelingen. De landelijke taxatiewijzers zijn daarnaast relevant voor veel ambtenaren en dienstverleners. Bezuinigingsmogelijkheden bij de uitvoering van het WOZ-proces, communicatie met burgers en bedrijven in de WOZ, en de relatie tussen de BAG en de WOZ lijken voor bestuurders het meest interessant. Iets minder dan de helft van hen is hierin geïnteresseerd. Een groot deel van de stakeholders is van mening dat de Waarderingskamer goed inspeelt op relevante ontwikkelingen, en is tevreden over de informatie die zij hierover van de Waarderingskamer ontvangen. Een deel van de bestuurders (20%) vindt dat zij niet goed worden geïnformeerd. De meeste afnemers en dienstverleners (89%) en overige belanghebbenden (67%) denken dat de komende vijf jaar behoefte blijft aan een toezichthouder voor de WOZ. Van de gemeenteambtenaren en bestuurders is dit ongeveer de helft. De meeste stakeholders denken verder dat er behoefte blijft aan een kennis- en expertisecentrum voor de WOZ, en aan een partij die de verschillende WOZ-belanghebbenden bij elkaar brengt. D Aanknopingspunten voor verbetering Uit het voorgaande komt op veel punten een positief beeld naar voren over de Waarderingskamer. Niettemin zijn er zeker wel enkele aanknopingspunten voor verbetering te noemen. Deze verbetermogelijkheden hebben onder andere te maken met de invulling van het toezicht en de wijze van communicatie. 1 Opvallend is dat een deel van de stakeholders van mening is dat de wijze waarop het toezicht door de Waarderingskamer wordt uitgeoefend, niet leidt tot oordelen over gemeenten die accuraat zijn. Onder deze groep zijn zowel ambtenaren uit gemeenten met het oordeel goed als uit lager scorende gemeenten. De belangrijkste kritiek van deze gehele groep spitst zich toe op de vragenlijst en in het bijzonder op de relevantie van de vragen voor de sturing van het WOZ-proces. Omdat het toezicht van de Waarderingskamer onder andere gericht is op preventie van fouten in de uitvoering van de WOZ, vormt de mening van de stakeholders over de vragenlijst een aandachtspunt. 2 Naast de mate van accurate oordelen klinken er ook enige kritische geluiden over de inzet van formele sancties. Ongeveer een kwart van de afnemers is van mening dat de Waarderingskamer sneller formele sancties aan gemeenten zou moeten opleggen. Zeker als in de toekomst WOZ-gegevens breder gebruikt gaan worden, is het van belang dat er vertrouwen is bij afnemers in de WOZ-gegevens. 3 Stakeholders zien dat de Waarderingskamer zich in de praktijk vooral richt op de uitvoering van de WOZ en minder op het direct beïnvloeden van het vertrouwen van burgers en bedrijven. Een deel van de stakeholders vraagt zich af of de huidige werkwijze vol- 12

13 doende is om het vertrouwen bij de genoemde groepen te bevorderen. Een substantiële minderheid vindt weliswaar dat de Waarderingskamer niet rechtstreeks met burgers en bedrijven zou moeten communiceren, maar de meerderheid van de stakeholders is van mening dat de Waarderingskamer dat wel moet doen. 4 Gemeenten hebben van de stakeholders relatief de meest intensieve relatie met de Waarderingskamer. Een deel van de bestuurders van gemeenten is niet tevreden over de hoeveelheid informatie die zij ontvangen over de bevindingen van de Waarderingskamer en eventuele knelpunten in de uitvoering. Daarnaast was bijna tweederde er niet van op de hoogte dat de toezichtsoordelen van hun gemeente door de Waarderingskamer op internet worden gepubliceerd. Communicatie met bestuurders vormt daarom mogelijk een aanknopingspunt voor verbetering. 5 De meerderheid van de stakeholders is van mening dat de rollen van toezichthouder en expertisecentrum goed samen gaan. Een deel is hier echter minder positief over. Met name een deel van de dienstverleners en in mindere mate gemeenteambtenaren staat kritisch ten opzichte van de combinatie van rollen. Ook vindt een vijfde van de dienstverleners dat de onafhankelijkheid van de Waarderingskamer in de afgelopen vijf jaar is afgenomen. Gezien het belang van onafhankelijkheid voor een toezichthouder is dit een relevante ontwikkeling. Aandacht voor mogelijke conflicterende belangen in de combinatie van rollen is in de toekomst van belang. 13

14 14

15 1 Inleiding 1.1 De Waarderingskamer De Waarderingskamer is een zelfstandig bestuursorgaan met publiekrechtelijke rechtspersoonlijkheid. Zij is ingesteld bij de Wet waardering onroerende zaken (Stb. 1994, 874) hierna aangeduid als Wet WOZ. In het kader van de Wet WOZ zijn de gemeenten belast met de waardebepaling en de waardevaststelling van onroerende zaken. Zij gebruiken de waardegegevens zelf voor de heffing van hun onroerendezaakbelastingen (OZB). Verder leveren zij de WOZ-gegevens en WOZ-waarden aan de waterschappen en de Belastingdienst. De waterschappen gebruiken de WOZ-waarden voor de heffing van de "watersysteemheffing voor gebouwde objecten" en de Belastingdienst gebruikt de gegevens bij de heffing van steeds meer belastingen, zoals de inkomstenbelasting (eigenwoningforfait). De missie van de Waarderingskamer is het bevorderen van het vertrouwen in een adequate uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken. Dit doet de Waarderingskamer in de eerste plaats door het houden van toezicht op de waardering van onroerende zaken en op de Basisregistratie waarde onroerende zaken. Het toezicht heeft zoveel mogelijk een preventief karakter. Dat wil zeggen dat gemeenten ondersteuning en informatie ontvangen om problemen in de uitvoering van de WOZ te voorkomen. De Waarderingskamer maakt onderscheid tussen grote en kleine gemeenten. Grote gemeenten krijgen vooral te maken met systeemtoezicht. Dit betekent dat vooral de administratieve organisatie en procesbeheersing wordt getoetst. Bij middelgrote en kleinere gemeenten vinden doorgaans reguliere inspecties plaats. Het algemene oordeel dat de Waarderingskamer geeft over elke gemeente in het kader van het toezicht worden openbaar op de website van de Waarderingskamer gepubliceerd. Het algemeen oordeel is ofwel goed, naar behoren, kan verbeterd worden of moet dringend verbeterd worden. Naast toezichtactiviteiten vervult de Waarderingskamer ook een rol als kennis- en expertisecentrum voor de WOZ. Het bestuursorgaan Waarderingskamer bestaat uit elf leden en drie adviserende leden. Het komt ongeveer vijf keer per jaar bijeen. De Waarderingskamer wordt bijgestaan door een secretariaat, waar 20 mensen werkzaam zijn. De uitvoeringskosten van de Waarderingskamer worden gedragen door de overheden die de WOZ-gegevens voor de heffing van hun belastingen gebruiken: de gemeenten, de waterschappen en het Ministerie van Financiën. 1 Deze partijen hebben ook zitting in de Waarderingskamer. Deze partijen oefenen daarmee ook gezamenlijk het toezicht uit op de gemeenten. 1 Bron: jaarverslag Waarderingskamer 2009, p

16 1.2 Stakeholders De missie van de Waarderingskamer richt zich op het maatschappelijk vertrouwen in de WOZ. Dat betekent dat de missie in principe gericht is op alle partijen die op enige wijze belang hebben bij of betrokken zijn bij de WOZ. De Waarderingskamer onderscheidt de volgende groepen belanghebbenden: afnemers De afnemers bestaan uit de waterschappen, de Belastingdienst en notarissen. Daarnaast is het Rijk afnemer, specifiek de beheerders van het gemeentefonds. De WOZ waarde wordt namelijk gebruikt voor de berekening van verdeelmaatstaven. fraudebestrijders De Belastingdienst en de notarissen vormen samen ook de groep van fraudebestrijders. Kennis van de WOZ-waarde dient voor hen als hulpmiddel om risico s, ongebruikelijke transacties of fraude tijdig te onderkennen. De notarissen kunnen sinds 2010 gebruikmaken van de WOZ gegevens. belastingbetalers De belastingbetalers bestaan uit de eigenaren van woningen en de eigenaren/gebruikers van niet-woningen. gemeenten De gemeenten zijn de uitvoerders van de WOZ-waardebepaling. Een aantal gemeenten hebben de uitvoering gezamenlijk georganiseerd in een samenwerkingsverband. Veel gemeenten laten zich bij de uitvoering ondersteunen door dienstverleners. Gemeenten maken zelf ook gebruik van de WOZ-waarde voor de heffing van OZB. belangenbehartigers De belangenbehartigers maken zelf geen gebruik van de WOZwaarde, maar hun leden vaak wel. Voorbeelden van belangenbehartigers zijn Vereniging eigen huis, Aedes en VNO-NCW. overige gebruikers De groep overige gebruikers bestaat onder andere uit banken en verzekeraars. Voor banken en verzekeraars geldt dat zij als derden de waarde van een woning kunnen opvragen voor het verstrekken van een hypotheek. Daarnaast zitten in deze groep belanghebbenden direct bij de WOZ of de basisregistratie betrokken ministeries (zoals Financiën, BZK en VROM), en dienstverleners (zoals taxateurs en softwareleveranciers). De intensiteit van het contact met de Waarderingskamer verschilt voor de groepen belanghebbenden. De relatie met de gemeenten is het meest intensief, onder ander door de toezichtactiviteiten. Een aantal vertegenwoordigers van belanghebbende partijen (afnemers, gemeenten, belangenbehartigers en overige partijen) neemt deel aan commissies en periodieke vergaderingen die de Waarderingskamer organiseert. Met de notarissen, banken en verzekeraars en de belastingbetalers onderhoudt de Waarderingskamer geen intensieve directe relatie. 16

17 1.3 Stakeholdersonderzoek Doelstelling en onderzoeksvragen Om in te kunnen spelen op ontwikkelingen in de komende jaren wil de Waarderingskamer weten welk beeld belangrijke partijen uit hun netwerk hebben van de organisatie. Daarnaast is interesse in de verwachtingen die deze partijen hebben van de rol van de Waarderingskamer in de toekomst. Om inzicht te krijgen in de beide genoemde onderwerpen heeft de Waarderingskamer door Research voor Beleid onderzoek laten uitvoeren onder de belangrijkste stakeholders. De doelstelling van het onderzoek was: Het bieden van inzicht in de waardering van de belangrijkste externe stakeholders voor de Waarderingskamer en hun verwachtingen ten aanzien van de toekomst. De doelstelling is uitgewerkt in acht onderzoeksvragen: 1. Hoe wordt de visie en invulling van doelstellingen beoordeeld? 2. Welk beeld hebben de stakeholders van de Waarderingskamer als organisatie? 3. Hoe wordt de kwaliteit van de diensten en taakuitvoering beoordeeld? 4. Hoe wordt de wijze van communicatie en samenwerking beoordeeld? 5. Wat zijn de verwachtingen over de toekomstige rol van de Waarderingskamer? 6. Wat het oordeel over de mate waarin doelstellingen worden bereikt? 7. Wat is het oordeel over de doelmatigheid van de organisatie? 8. Voldoet over het geheel genomen de Waarderingskamer aan de verwachtingen? In het onderzoek betrokken stakeholders Het stakeholdersonderzoek richt zich op alle stakeholders van de Waarderingskamer. Uitzondering vormen de belastingbetalers, de notarissen, de banken en de verzekeraars. De belastingbetalers zijn uitgezonderd van het onderzoek, omdat het vertrouwen van woningeneigenaren in de uitvoering van de Wet WOZ recent in 2009 is onderzocht. 1 De notarissen, banken en verzekeraars zijn uitgezonderd omdat de Waarderingskamer hier geen directe relatie mee onderhoudt. Eerder onderzoek Enkele onderwerpen die in het stakeholdersonderzoek zijn betrokken, zijn ook in een eerder onderzoek aan de orde geweest. Begin 2005 heeft de Waarderingskamer onderzoek laten uitvoeren onder gemeenteambtenaren en bestuurders naar het oordeel over de toezichtinstrumenten van de Waarderingskamer, de wijze waarop het toezicht wordt uitgeoefend en de resultaten van het toezicht op de kwaliteit van de uitvoering van WOZ-activiteiten in de eigen gemeente. Uit dit onderzoek bleek dat door gemeenten als sterke punten van de Waarderingskamer met name de uitvoering van de inspecties ter plaatse en de dienstverlening werden aangemerkt. De zwakke punten hadden voornamelijk betrekking op de periodieke vragenlijsten, de terugkoppeling van de resultaten en het inlevingsvermogen in de 1 TNS Nipo, Op juiste waarde geschat? Het vertrouwen in de uitvoering van de WOZ gemodelleerd, Amsterdam, F

18 situatie van de betreffende gemeente. Waar mogelijk en relevant zijn in voorliggend rapport vergelijkingen gemaakt met de uitkomsten van dit eerdere onderzoek. 1.4 Uitvoering van het onderzoek Het stakeholdersonderzoek bestond uit focusgroepen, interviews en een enquête. Het was daarmee een combinatie van kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Focusgroepen en interviews De focusgroepen en interviews hadden als doel een eerste inzicht te krijgen in de belangrijkste aspecten die het beeld van de Waarderingskamer bepalen. Daarnaast waren zij erop gericht inzicht te geven in achtergronden en redenen voor het bestaande beeld bij de stakeholders. De focusgroepen zijn gehouden met vertegenwoordigers van verschillende groepen stakeholders: gemeenteambtenaren, dienstverleners, afnemers en overige belanghebbenden. De laatste groep bestond uit partijen die zitting hebben in de commissie klankbord van de Waarderingskamer, ministeries en belangenbehartigers. Voor elk van de focusgroepen zijn personen uitgenodigd. Criterium voor de selectie van personen was dat zij voldoende ervaring hebben opgedaan met de Waarderingskamer, zodat zij in principe in staat zijn een kwalitatieve en relevante bijdrage te leveren aan de focusgroepen. Tevens zijn zo mogelijk personen geselecteerd die bij verschillende organisaties werkzaam zijn. Daarnaast zijn zowel partijen geselecteerd die deelnemen aan een commissie van de Waarderingskamer als partijen die dat niet doen. Bij de selectie van gemeenteambtenaren is aanvullend gelet op spreiding van genodigden wat betreft gemeentegrootte, algemeen oordeel van de Waarderingskamer over de uitvoering van de WOZ in de gemeente, en of de gemeente participeert in een samenwerkingsverband of niet. Tot slot is, met het oog op voldoende deelname aan de focusgroepen, gelet op geografische nabijheid. Uiteindelijk namen aan de focusgroep met gemeenten 6 personen deel, aan de groepen met afnemers en dienstverleners beide 5, en aan de focusgroep met overige belanghebbenden 3 personen. De focusgroepen zijn uitgevoerd aan de hand van een gespreksleidraad met onderwerpen. 1 De gesprekken bestonden uit een meer open associatieve fase en een fase waarin gericht thema s zijn uitgevraagd die zijn vermeld op de gespreksleidraad. In de associatieve fase is vooral ingegaan op de beleving van de Waarderingskamer en het beeld dat de deelnemers zich daarvan hebben gevormd. Hierbij is gebruik gemaakt van zogenoemde associatiekaartjes, een techniek waarbij duidelijkheid over de associaties van deelnemers wordt verkregen door hen uit een stapel enkele kaartjes te laten kiezen, en hun deze keuze vervolgens toe te laten lichten. Met bestuurders is geen afzonderlijke focusgroep gehouden, vanwege de beperkte beschikbaarheid van bestuurders en hun weinig intensieve relatie met de Waarderingskamer. In plaats daarvan zijn twee bestuurders die relatief kort voor het onderzoek nog contact hebben gehad met de Waarderingskamer telefonisch geïnterviewd. 1 Zie voor de gespreksleidraad het bijlagenrapport. 18

19 Internetenquête Door middel van een internetenquête zijn de inzichten uit de kwalitatieve fase getoetst onder een bredere groep stakeholders. 1 Hiervoor is gebruik gemaakt van het relatiebestand van de Waarderingskamer. Contactpersonen uit het bestand die zitting hebben in de Waarderingskamer (het bestuursorgaan) zijn uitgesloten van deelname aan de enquête. Alle dienstverleners, afnemers en overige belanghebbenden in het relatiebestand zijn uitgenodigd voor deelname. Verder is bij alle gemeenten die zelfstandig de WOZ uitvoeren de ambtelijke contactpersoon uitgenodigd voor deelname. Er is dus geen steekproef getrokken. Gemeentelijke samenwerkingsverbanden hebben één uitnodiging ontvangen. Ook gemeenten die formeel niet in een samenwerkingsverband participeren, maar waar één ambtenaar voor verschillende gemeenten de WOZ uitvoert, hebben één uitnodiging ontvangen. In totaal hebben 490 stakeholders uit het relatiebestand van de Waarderingskamer per post een uitnodiging van de Waarderingskamer ontvangen, gevolgd door een persoonlijke met een link naar de vragenlijst. Daarnaast hebben de colleges van B&W van alle gemeenten en de dagelijks besturen van samenwerkingsverbanden een brief ontvangen, met daarin de uitnodiging aan de portefeuillehouder WOZ om online de vragenlijst in te vullen. De uitnodigingen zijn verstuurd op 30 november Op 15 december is een herinnering verstuurd. De vragenlijst kon worden ingevuld tot 27 december. De veldwerkperiode besloeg daarmee bijna 4 weken. Tabel 1.1 Respons relatiebestand en bestuurders Populatie Respons % Gemeenteambtenaren % Afnemers % Dienstverleners % Overig % Totaal % Populatie Respons % Bestuurders % In totaal hebben 360 stakeholders uit het relatiebestand (73%) de vragenlijst ingevuld (zie tabel 1.1). De stakeholders zijn ingedeeld in vier groepen, namelijk gemeenteambtenaren die de WOZ uitvoeren, afnemers van WOZ gegevens, dienstverleners (softwareleveranciers, taxateurs, consultants, etc.), en overige belanghebbenden (departementen, belangenbehartigers, etc.). 1 Zie voor de vragenlijst het bijlagenrapport. 2 Dit aantal is niet gelijk aan het totaal aantal gemeenten in Nederland, omdat formele gemeentelijke samenwerkingsverbanden en contactpersonen die voor meer gemeenten de WOZ uitvoeren slechts één uitnodiging om deel te nemen aan het onderzoek hebben ontvangen. 3 Dit aantal is niet gelijk aan het totaal aantal gemeenten in Nederland, omdat ook bestuurders van samenwerkingsverbanden een uitnodiging tot deelname aan het onderzoek hebben ontvangen. 19

20 Bij bestuurders is de respons 25% (109 ingevulde vragenlijsten). Mogelijke verklaringen voor de lagere respons van bestuurders zijn dat zij meestal geen intensieve relatie met de Waarderingskamer onderhouden en bovendien niet persoonlijk per zijn aangeschreven. Door het wat lage responspercentage onder bestuurders kan hier mogelijk sprake zijn van enige selectiviteit. Het kan bijvoorbeeld zijn dat een deel van de bestuurders vanwege onbekendheid geen enquête heeft ingevuld. Met name voor vragen over bekendheid en informatievoorziening is dus mogelijk sprake van een te positief beeld. In dit rapport zijn resultaten van de internetenquête vrijwel altijd uitgesplitst naar groep weergegeven. Van de in tabel 1.1 genoemde groepen is de groep gemeenteambtenaren veruit de grootste. Cijfers over het totaal worden dus grotendeels bepaald door de gemeenteambtenaren. Om die reden zijn deze niet vermeld in de figuren en tabellen van dit rapport. Bij een aantal van de inhoudelijk meest belangrijke vragen, waarbij in de antwoorden tevens opvallende verschillen tussen groepen bestaan, is waar mogelijk een Chi-kwadraat toets uitgevoerd. Deze statistische toets is bedoeld om te onderzoeken of het waarschijnlijk is dat de verschillen worden veroorzaakt door een daadwerkelijk verschil tussen de groepen, of dat deze op toeval berusten. Waar een statistische toets is uitgevoerd, is het resultaat vermeld in dit rapport Leeswijzer Dit rapport is thematisch ingedeeld. In hoofdstuk 2 staan de invulling van visie en doelstellingen, en het algemene beeld dat de Stakeholders van de Waarderingskamer hebben centraal. Hoofdstukken 3 en 4 gaan specifiek in op respectievelijk het toezicht van de Waarderingskamer, en de overige activiteiten van de Waarderingskamer. Hoofdstuk 5 gaat over toekomstige ontwikkelingen en de rol van de Waarderingskamer daarin. De conclusies zijn opgenomen in de samenvatting aan het begin van het rapport. In een separaat bijlagenrapport zijn de gespreksleidraad voor de focusgroepen, de uitnodigingsbrieven, vragenlijst en rechte tellingen van de enquête, en de resultaten van enkele Chi-kwadraat toetsen opgenomen. 1 Zie voor een verantwoording van de statistische toetsen het bijlagenrapport. 20

21 2 Algemeen beeld van de Waarderingskamer 2.1 Inleiding In dit hoofdstuk komt allereerst het beeld dat stakeholders van de Waarderingskamer hebben aan bod. Vervolgens gaat het hoofdstuk in op de visie van de stakeholders op de invulling van de visie en doelstellingen door de Waarderingskamer, de rollen van de Waarderingskamer als toezichthouder en expertisecentrum, en de invloed van de Waarderingskamer op verschillende vlakken. 2.2 Beeld van de Waarderingskamer Eigenschappen die bij de Waarderingskamer passen Uit de focusgroepen blijkt dat stakeholders over het algemeen een positief beeld hebben van de professionaliteit van de Waarderingskamer. Enkele deelnemers merken hierbij op dat dit beeld voornamelijk is bepaald door het secretariaat. Over de Waarderingskamer zelf (het bestuursorgaan) hebben veel minder deelnemers een mening. Dit is verklaarbaar, omdat de meeste stakeholders vooral direct contact hebben met het secretariaat, en niet of nauwelijks met het bestuursorgaan. Ook uit de enquête blijkt dat het grootste deel van de stakeholders een positief beeld heeft van de professionaliteit van de Waarderingskamer. De mate waarin zij verschillende begrippen wel of niet bij de Waarderingskamer vinden passen is, uitgedrukt in een gemiddelde score van 1-5, weergegeven in figuur 2.1. De begrippen WOZ-expert, gezaghebbend, en gedegen worden relatief het meest door stakeholders als passend beoordeeld (scores 3,9 4,5). Het meest wil zeggen dat 74%- 87% deze begrippen (zeer) vindt passen bij de Waarderingskamer. Over enkele begrippen die meer betrekking op de samenwerkingsrelatie, zijn de meningen van verschillende groepen stakeholders meer verdeeld. Het begrip samenwerkend vinden meer afnemers, dienstverleners en overige belanghebbenden passend (scores 3,9-4,1) dan ambtenaren en bestuurders (scores 3,5 en 3,4). Dit komt omdat van deze laatste twee groepen een relatief groot gedeelte, ongeveer een derde, neutraal is over de passendheid van het begrip. Ook bij het begrip initiatiefrijk geldt dat afnemers, dienstverleners en overige belanghebbenden dit meer passend vinden (scores 3,7-3,9) dan ambtenaren en bestuurders (scores 3,0-3,4). Ook hier is een relatief groot gedeelte van de laatste twee groepen neutraal. Het begrip onafhankelijk vinden relatief veel bestuurders, ambtenaren, en afnemers passend (scores 3,7-4,0). Minder dienstverleners en overige belanghebbenden vinden dit aspect passend (scores 3,4-3,5); van de overige belanghebbenden vindt ongeveer 45% het begrip passend. 21

22 Een relatief groot deel van de afnemers vindt de organisatorische begrippen innovatief, slagvaardig, transparant en efficiënt bij de Waarderingskamer passen (scores 3,7 tot 3,8). Daarmee vergeleken vindt een kleiner deel van de bestuurders, ambtenaren, en dienstverleners de begrippen innovatief, slagvaardig en efficiënt passend (3,0 tot 3,3), en over het begrip transparant is een wat groter deel neutraal (scores 3,3 tot 3,4). Relatief veel overige belanghebbenden vinden de begrippen slagvaardig en efficiënt passen bij de Waarderingskamer (scores van 3,6), namelijk iets meer dan de helft. Een mogelijke verklaring voor de verschillen tussen bestuurders en ambtenaren enerzijds en de overige belanghebbenden anderzijds is dat de laatsten vaak primair een samenwerkingsrelatie met de Waarderingskamer onderhouden, terwijl de ambtenaren en bestuurders (ook) onder toezicht staan van de Waarderingskamer. Voor bestuurders geldt daarnaast dat zij wat meer op afstand van de Waarderingskamer staan. Figuur 2.1 Mate waarin volgens stakeholders begrippen bij de Waarderingskamer passen (1=helemaal niet passend, 2=niet passend, 3=neutraal, 4=passend, 5=zeer passend) WOZ-expert 4,2 4,1 4,4 4,4 4,5 Initiatiefrijk 3,0 3,4 3,9 3,7 3,7 Gezaghebbend 4,0 3,9 4,1 4,0 4,0 Innovatief 3,0 3,3 3,7 3,3 3,4 Gedegen 4,0 3,9 4,2 4,1 4,1 Slagvaardig 3,2 3,3 3,8 3,2 3,6 Onafhankelijk 4,0 3,7 3,8 3,5 3,4 Transparant 3,3 3,3 3,7 3,4 3,3 Samenw erkend 3,4 3,5 3,9 3,9 4,1 Efficiënt 3,2 3,2 3,7 3,3 3, neutraal neutraal 4 5 Uit nadere analyse blijkt dat relatief veel van de grootste gemeenten (meer dan WOZ-objecten) samenwerkend bij de Waarderingskamer vinden passen. Een mogelijke verklaring is dat de grootste gemeenten een andere vorm van toezicht krijgen dan kleinere gemeenten, namelijk systeemtoezicht. Dit toezicht is meer gericht op interne beheersmaatregelen dan op de taxaties zelf. 22

23 Tijdens de focusgroepen merkten enkele deelnemers daarnaast op dat grote gemeenten meer invloed op de Waarderingskamer zouden hebben dan kleinere gemeenten. Verschillende stakeholders waren ook van mening dat gemeenten in vergelijking met andere stakeholders überhaupt meer invloed zouden hebben op de Waarderingskamer. Andere deelnemers waren het hier niet mee eens. Zij vonden dat de Waarderingskamer niet het belang van gemeenten, maar dat van een soepele uitvoering van de WOZ beschermt. Ambtenaren, afnemers, dienstverleners en overige belanghebbenden die deelnemen aan één of meerdere commissies van de Waarderingskamer vinden alle in figuur 2.1 genoemde begrippen meer passen dan de andere stakeholders. 1 Een uitzondering is dat dienstverleners die aan een of meerdere commissies deelnemen het begrip onafhankelijk gemiddeld minder bij de Waarderingskamer vinden passen dan dienstverleners die niet aan een commissie deelnemen. Ontwikkeling van de Waarderingskamer De deelnemers aan de focusgroepen vinden dat de Waarderingskamer een duidelijke ontwikkeling heeft doorgemaakt. In de internetenquête is daarom gevraagd of de mate waarin verschillende begrippen bij de Waarderingskamer passen in de afgelopen 5 jaar is toe- of afgenomen (zie figuur 2.2). Van de bestuurders heeft slechts iets meer dan de helft een mening over de ontwikkeling. De gepresenteerde scores hebben alleen betrekking op deze groep. Mogelijke verklaringen voor de geringe omvang van deze groep is dat een deel van de bestuurders pas sinds de verkiezingen van maart 2010 portefeuillehouder voor de WOZ is, en dat bestuurders meestal een minder directe relatie met de Waarderingskamer hebben. In de perceptie van het grootste deel van de overige bestuurders is de passendheid van de bevraagde eigenschappen gelijk gebleven in de afgelopen 5 jaar. Van de groep overige belanghebbenden heeft bijna een derde geen mening over de ontwikkeling, van de groep afnemers ongeveer een vijfde. 1 Er zijn geen bestuurders die aan een of meerdere commissies deelnemen die de enquête hebben ingevuld. Zie verder paragraaf

24 Figuur 2.2 Ontwikkeling van eigenschappen van de Waarderingskamer in de afgelopen vijf jaar (1=sterk afgenomen, 2=toegenomen, 3=gelijk gebleven, 4=afgenomen, 5=sterk toegenomen) Samenw erkend 3,2 3,4 3,6 3,5 3,4 Gedegen 3,2 3,3 3,1 3,1 3,2 Initiatiefrijk 3,0 3,3 3,4 3,4 3,3 Slagvaardig 3,1 3,2 3,4 3,1 3,1 Gezaghebbend 3,4 3,2 3,3 3,1 3,4 Onafhankelijk 3,2 3,1 3,0 2,8 2, gelijk gebleven gelijk gebleven 4 5 In figuur 2.2 is van verschillende begrippen weergegeven of stakeholders vinden dat de passendheid in de afgelopen jaren is toe- of afgenomen. Dit is uitgedrukt in een score van 1-5. Bij de duiding van de scores moet bedacht worden dat deze een gemiddelde zijn van de antwoorden die door stakeholders zijn gegeven. Een gemiddelde van rond de 3 hoeft niet altijd te betekenen dat het aantal stakeholders dat denkt dat de passendheid is toegenomen even groot is als het aantal dat vindt dat het is afgenomen. Concreet blijkt uit de enquête dat de mate waarin alle bevraagde begrippen bij de Waarderingskamer passen in de perceptie van een groot deel van stakeholders in de afgelopen 5 jaar gelijk is gebleven. Een wat kleiner gedeelte vindt dat de passendheid is toegenomen. Het gedeelte van alle stakeholders dat vindt dat de passendheid is afgenomen, is bij de verschillende begrippen minimaal (gemiddeld maximaal 6%). De passendheid van het begrip samenwerkend vinden relatief de meeste ambtenaren, afnemers, dienstverleners en overige belanghebbenden toegenomen (scores 3,4-3,6). Ook bij een ander begrip dat (mede) betrekking heeft op de samenwerkingsrelatie, initiatiefrijk zijn de scores van deze groepen relatief hoog (3,3-3,4). Uit analyse blijkt dat van de gemeenteambtenaren van de grootste gemeenten (meer dan WOZ-objecten) een groter deel vindt dat de passendheid van het begrip samenwerkend is toegenomen dan van de kleinere gemeenten. Mogelijk houdt dit verband met de invoering van systeemtoezicht bij grote gemeenten. Een eigenschap die meer betrekking heeft op de inhoudelijke taakuitvoering van de Waarderingskamer, gezaghebbend, wordt door afnemers, ambtenaren en overige belanghebbenden ongeveer gelijk beoordeeld (scores 3,3-3,4). Opvallend is dat een voor bestuurders relatief groot gedeelte vindt dat de passendheid van dit begrip is toegenomen (score 3,4). Van de dienstverleners is juist een relatief groot gedeelte (17%) van mening dat de passendheid is afgenomen (score 3,1). 24

25 Het deel van de stakeholders dat ontwikkeling ziet bij het begrip gedegen is gemiddeld wat kleiner dan bij de voorgaande begrippen (scores 3,1-3,3). De meeste stakeholders zijn van mening dat de passendheid van dit begrip gelijk is gebleven. Het begrip slagvaardig heeft voor bestuurders, ambtenaren, dienstverleners en overige belanghebbenden vergelijkbare scores (3,1-3,3) als gedegen. Bij het begrip onafhankelijk is de groep stakeholders dat een ontwikkeling ziet relatief het kleinst (scores 2,8-3,2). Het merendeel van de stakeholders is van mening dat de passendheid van het begrip onafhankelijk gelijk is gebleven. In de perceptie van een relatief grote groep dienstverleners (20%) is de passendheid van het begrip onafhankelijk afgenomen (score 2,8). 2.3 Missie Missie De Waarderingskamer heeft eind 2009 het Strategiedocument Waarderingskamer vastgesteld. Hierin heeft de Waarderingskamer voor zichzelf een missie geformuleerd. Deze beschrijft welk effect de Waarderingskamer met haar handelen beoogt. De missie luidt als volgt: De Waarderingskamer bevordert het vertrouwen in een adequate uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken. In de missie kunnen twee elementen worden onderscheiden, namelijk het vertrouwen, en de adequate uitvoering van de Wet WOZ. 25

26 Adequate uitvoering Een groot deel van de geënquêteerde groepen stakeholders (78% tot 85%) is van mening dat de Waarderingskamer redelijk tot veel positieve invloed heeft op een goede uitvoering van de wet WOZ in Nederland (figuur 2.3). Ook in de focusgroepen bestond consensus dat de uitvoering van de WOZ in Nederland mede door toedoen van de Waarderingskamer duidelijk is verbeterd. Figuur 2.3 In welke mate heeft de Waarderingskamer positieve invloed op een goede uitvoering van de wet WOZ in heel Nederland? Bestuurder 12% 66% 10% 9% Ambtenaar 19% 64% 12% 3% 1% Afnemer 11% 74% 15% Dienstverlener 31% 54% 9% 6% Overig 22% 59% 7% 11% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Veel positieve invloed Redelijk veel positieve invloed Niet veel, niet weinig positieve invloed Weinig positieve invloed Geen positieve invloed Geen mening Invloed op de werkzaamheden van de stakeholders Een groot deel van de stakeholders is van mening dat de Waarderingskamer redelijk tot veel positieve invloed heeft op de eigen werkzaamheden (figuur 2.4). Van de stakeholders die zich het meest direct bezighouden met de uitvoering van de Wet WOZ, de ambtenaren en dienstverleners, is 60% van mening dat de Waarderingskamer redelijk tot veel positieve invloed heeft op hun werkzaamheden. Opvallend is dat dit percentage bij de afnemers (70%) en overige belanghebbenden (63%) nog hoger is. 26

27 Figuur 2.4 In welke mate heeft de Waarderingskamer positieve invloed op uw eigen werkzaamheden? Bestuurder 4% 50% 25% 8% 2% 12% Ambtenaar 7% 53% 30% 7% 2% 1% Afnemer 11% 59% 30% Dienstverlener 9% 51% 26% 11% 3% Overig 22% 41% 15% 7% 4% 11% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Veel positieve invloed Redelijk veel positieve invloed Niet veel, niet weinig positieve invloed Weinig positieve invloed Geen positieve invloed Geen mening Gemeenteambtenaren van gemeenten die naar aanleiding van het toezicht een lager algemeen oordeel dan goed van de Waarderingskamer hebben ontvangen, zien gemiddeld in mindere mate positieve invloed van de Waarderingskamer op de eigen werkzaamheden, de uitvoering van de WOZ in Nederland, en het vertrouwen van burgers en bedrijven, dan ambtenaren van gemeenten die het oordeel goed hebben ontvangen. De meeste gemeenteambtenaren en bestuurders vinden de Waarderingskamer ondersteunend voor hun functioneren (figuur 2.5). Een klein gedeelte van de ambtenaren (13%) en bestuurders (8%) vindt de Waarderingskamer niet ondersteunend. Figuur 2.5 De Waarderingskamer is ondersteunend voor mijn functioneren Bestuurder 6% 54% 22% 6% 2% 11% Ambtenaar 4% 56% 26% 10% 3% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Zeer mee eens Mee eens Niet eens, niet oneens Mee oneens Zeer mee oneens Geen mening Geen enkele bestuurder is van mening dat de Waarderingskamer lastig is voor hun functioneren (figuur 2.6). Van de ambtenaren vindt een klein gedeelte dit (7%). Bij gemeenten met een lager algemeen oordeel dan goed vinden relatief meer ambtenaren de Waarderingskamer lastig. 27

bijlage(n) 1 Onlangs hebben wij onderzoek gedaan naar de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) in uw gemeente.

bijlage(n) 1 Onlangs hebben wij onderzoek gedaan naar de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) in uw gemeente. WAARDERINGSKAMER Gemeente Heerhugowaard T.a.v. mevrouw J. Dijkstra Postbus 390 1700 AJ HEERHUGOWAARD *B201213314* ONTVANGEN 1 1 SEP 2Q12 ons kenmerk 12.2665 IL bijlage(n) 1 betreft: Voortgang uitvoering

Nadere informatie

Tevredenheid over MEE. Brancherapport 2011. Een onderzoek in opdracht van MEE Nederland. Marieke Hollander Betty Noordhuizen BA3913

Tevredenheid over MEE. Brancherapport 2011. Een onderzoek in opdracht van MEE Nederland. Marieke Hollander Betty Noordhuizen BA3913 Tevredenheid over MEE Brancherapport 2011 Een onderzoek in opdracht van MEE Nederland Marieke Hollander Betty Noordhuizen BA3913 Zoetermeer, 21 december 2011 De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep Gemeente Ubbergen Juni 2013 Colofon Uitgave I&O Research BV Zuiderval 70 7543 EZ Enschede tel. (053) 4825000 Rapportnummer 2013/033 Datum

Nadere informatie

Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Datum: 28 mei en 16 juli 2009. Datum rapport: 3 augustus 2009

Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Datum: 28 mei en 16 juli 2009. Datum rapport: 3 augustus 2009 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente: Utrechtse Heuvelrug Datum: 28 mei en 16 juli 2009 Datum rapport: 3 augustus 2009 Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van de inspectie

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gennep uitvoeringsorganisatie: Datum: 1 augustus Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gennep uitvoeringsorganisatie: Datum: 1 augustus Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Gennep uitvoeringsorganisatie: Datum: 1 augustus 2012 Datum rapport: 6 september 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012 Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 0/0 Stichting Personeelspensioenfonds Cordares (PPF) Astrid Currie, communicatieadviseur Maart 0 versie.0 Pagina versie.0 Inleiding Op initiatief

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG www.rijksoverheid.nl www.facebook.com/minbzk www.twitter.com/minbzk Kenmerk Uw kenmerk Datum 9 november 2018 Betreft

Nadere informatie

Belevingsonderzoek Inspectie Jeugdzorg. Onderzoek onder geïnspecteerden naar de beleving van het contact met Inspectie Jeugdzorg

Belevingsonderzoek Inspectie Jeugdzorg. Onderzoek onder geïnspecteerden naar de beleving van het contact met Inspectie Jeugdzorg Belevingsonderzoek Inspectie Jeugdzorg Onderzoek onder geïnspecteerden naar de beleving van het contact met Inspectie Jeugdzorg Maart 2012 F968 Colofon In 2008 heeft de Inspectieraad aan het programma

Nadere informatie

Leerlingtevredenheidsonderzoek

Leerlingtevredenheidsonderzoek Rapportage Leerlingtevredenheidsonderzoek De Meentschool - Afdeling SO In opdracht van Contactpersoon De Meentschool - Afdeling SO de heer A. Bosscher Utrecht, juni 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Studiecentrum Talen Eindhoven bv De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Emmen uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juli Gemeente/ Datum rapport: 14 juli 2012

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Emmen uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juli Gemeente/ Datum rapport: 14 juli 2012 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Emmen uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juli 2012 Datum rapport: 14 juli 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek naar de

Nadere informatie

Inspectie Jeugdzorg. Belevingsonderzoek naar klanttevredenheid 2014

Inspectie Jeugdzorg. Belevingsonderzoek naar klanttevredenheid 2014 Inspectie Belevingsonderzoek naar klanttevredenheid 2014 Samenvatting Opzet belevingsonderzoek naar klanttevredenheid De Inspectie heeft een belevingsonderzoek naar klanttevredenheid gedaan, om inzicht

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Universiteit van Amsterdam, INTT De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gorinchem uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 juli 2013. Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gorinchem uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 juli 2013. Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Gorinchem uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 juli 2013 Datum rapport: 21 augustus 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Goirle/TogNederland uitvoeringsorganisatie: Datum: 22 augustus 2012.

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Goirle/TogNederland uitvoeringsorganisatie: Datum: 22 augustus 2012. WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Goirle/TogNederland uitvoeringsorganisatie: Datum: 22 augustus 2012 Datum rapport: 22 september 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Zoetermeer. Gemeente/ uitvoeringsorganisatie: Inspectie uitgevoerd door: Datum: 4 oktober 2012

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Zoetermeer. Gemeente/ uitvoeringsorganisatie: Inspectie uitgevoerd door: Datum: 4 oktober 2012 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ uitvoeringsorganisatie: Inspectie uitgevoerd door: Zoetermeer Ivo Lechner Datum: 4 oktober 2012 Datum rapport: 2 november 2012 Gesprek gevoerd met: Naam: A. de

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oldenzaal uitvoeringsorganisatie: Datum: 3 oktober Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oldenzaal uitvoeringsorganisatie: Datum: 3 oktober Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Oldenzaal uitvoeringsorganisatie: Datum: 3 oktober 2012 Datum rapport: 24 oktober 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding. 2. Oordeel uitvoering van de Wet WOZ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gemeente/

1. Inleiding. 2. Oordeel uitvoering van de Wet WOZ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Rotterdam uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 september 2014 Datum rapport: 21 november 2014 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Waterland uitvoeringsorganisatie: Datum: 11 september Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Waterland uitvoeringsorganisatie: Datum: 11 september Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Waterland uitvoeringsorganisatie: Datum: 11 september 2012 Datum rapport: 16 oktober 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Sittard-Geleen uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 juli Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Sittard-Geleen uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 juli Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Sittard-Geleen uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 juli 2012 Datum rapport: 13 augustus 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gemert-Bakel uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 oktober Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gemert-Bakel uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 oktober Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Gemert-Bakel uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 oktober 2012 Datum rapport: 31 oktober 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Tytsjerksteradiel uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 september 2012.

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Tytsjerksteradiel uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 september 2012. WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Tytsjerksteradiel uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 september 2012 Datum rapport: 22 oktober 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Sluis uitvoeringsorganisatie: Datum: 28 maart 2013. Gemeente/ Datum rapport: 15 mei 2013

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Sluis uitvoeringsorganisatie: Datum: 28 maart 2013. Gemeente/ Datum rapport: 15 mei 2013 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Sluis uitvoeringsorganisatie: Datum: 28 maart 2013 Datum rapport: 15 mei 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Woudrichem uitvoeringsorganisatie: Datum: 17 juli Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Woudrichem uitvoeringsorganisatie: Datum: 17 juli Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Woudrichem uitvoeringsorganisatie: Datum: 17 juli 2012 Datum rapport: 13 augustus 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Onderzoek onder geïnspecteerden naar de beleving van het contact met Rijksinspecties Hoofdrapportage

Onderzoek onder geïnspecteerden naar de beleving van het contact met Rijksinspecties Hoofdrapportage Evaluatieonderzoek VROM Inspectie (VI) Onderzoek onder geïnspecteerden naar de beleving van het contact met Rijksinspecties Hoofdrapportage Oktober 2011 G20 Colofon In 2008 heeft de Inspectieraad aan het

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Rijswijk uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 juni Gemeente/ Datum rapport: 19 juni 2012

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Rijswijk uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 juni Gemeente/ Datum rapport: 19 juni 2012 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Rijswijk uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 juni 2012 Datum rapport: 19 juni 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek naar

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Twenterand uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 april Gemeente/ Datum rapport: 22 mei 2012

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Twenterand uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 april Gemeente/ Datum rapport: 22 mei 2012 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Twenterand uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 april 2012 Datum rapport: 22 mei 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek naar

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok

Tevredenheidsonderzoek De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok Tevredenheidsonderzoek 2014-2015 De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok Zoetermeer, maandag 3 augustus 2015 In opdracht van De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok De verantwoordelijkheid voor de

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Fox AOB

Tevredenheidsonderzoek Fox AOB Tevredenheidsonderzoek 2015 Fox AOB Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van Fox AOB De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oisterwijk/Tilburg uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 juli Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oisterwijk/Tilburg uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 juli Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Oisterwijk/Tilburg uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 juli 2012 Datum rapport: 16 juli 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Alphen-Chaam/BWB uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 juli Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Alphen-Chaam/BWB uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 juli Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Alphen-Chaam/BWB uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 juli 2012 Datum rapport: 27 juli 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Leerdam uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 mei Gemeente/ Datum rapport: 15 juni 2012

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Leerdam uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 mei Gemeente/ Datum rapport: 15 juni 2012 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Leerdam uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 mei 2012 Datum rapport: 15 juni 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek naar de

Nadere informatie

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW - eindrapport - drs. L.F. Heuts drs. R.C. van Waveren Amsterdam, december 2009

Nadere informatie

Onderzoek naar termijnoverschrijding bij afhandeling WOZ-bezwaren

Onderzoek naar termijnoverschrijding bij afhandeling WOZ-bezwaren WAARDERINGSKAMER Onderzoek naar termijnoverschrijding bij afhandeling WOZ-bezwaren Een onderzoek naar overschrijding van de jaargrens bij de afhandeling van WOZ-bezwaarschriften 18 juli 2014 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Klanttevredenheid Inspectieproces

Klanttevredenheid Inspectieproces Klanttevredenheid Inspectieproces afgenomen 30 mei - 20 juni 2011 Oasen N.V. Nieuwe Gouwe O.Z. 3 Postbus 122 2800 AC Gouda T 0182 59 35 30 www.oasen.nl Pagina 1 van 14 Klanttevredenheid Inspectieproces

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Valkenswaard uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 september Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Valkenswaard uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 september Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Valkenswaard uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 september 2015 Datum rapport: 22 september 2015 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Súdwest-Fryslân uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 juni Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Súdwest-Fryslân uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 juni Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Súdwest-Fryslân uitvoeringsorganisatie: Datum: 26 juni 2012 Datum rapport: 31 juli 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek schooljaar 2011/2012: een inspectiebreed beeld

Tevredenheidsonderzoek schooljaar 2011/2012: een inspectiebreed beeld Tevredenheidsonderzoek schooljaar 2011/2012: een inspectiebreed beeld 1. Inleiding De Inspectie van het Onderwijs voert al lange tijd tevredenheidsonderzoeken uit onder besturen en scholen in de sectoren

Nadere informatie

Gebruikerstevredenheidsonderzoek P-Direkt (1e kwartaal-2018) 0

Gebruikerstevredenheidsonderzoek P-Direkt (1e kwartaal-2018) 0 Gebruikerstevredenheidsonderzoek P-Direkt (1e kwartaal-2018) 0 Gebruikerstevredenheid P-Direkt We willen graag weten wat gebruikers vinden van onze dienstverlening. Daarom doen we hier onderzoek naar.

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vlaardingen uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 april Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vlaardingen uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 april Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Vlaardingen uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 april 2012 Datum rapport: 25 april 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Geldrop-Mierlo uitvoeringsorganisatie: Datum: 2 oktober 2014. Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Geldrop-Mierlo uitvoeringsorganisatie: Datum: 2 oktober 2014. Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Geldrop-Mierlo uitvoeringsorganisatie: Datum: 2 oktober 2014 Datum rapport: 14 oktober 2014 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

BENCHMARK WOZ-KOSTEN

BENCHMARK WOZ-KOSTEN BENCHMARK WOZ-KOSTEN 2007 - Inleiding In 1999 is de Waarderingskamer begonnen met het organiseren van een benchmark over de kosten voor de uitvoering van de Wet WOZ. Eind 2003 heeft dit geleid tot een

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Accessio Inburgering

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Accessio Inburgering Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Accessio Inburgering Zoetermeer, woensdag 5 augustus 2015 In opdracht van Accessio Inburgering De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik

Nadere informatie

Beoordelingsprotocol objectkenmerken

Beoordelingsprotocol objectkenmerken WAARDERINGSKAMER NOTITIE Betreft: Beoordelingsprotocol objectkenmerken Datum: 7 februari 2014 Bijlage(n): - BEOORDELINGSPROTOCOL OBJECTKENMERKEN Inleiding De juiste registratie van alle gegevens over een

Nadere informatie

FUMO deelnemersonderzoek 2015

FUMO deelnemersonderzoek 2015 FUMO deelnemersonderzoek 2015 FUMO Projectgroep Tevredenheidsonderzoek 5 november 2015 1 Inleiding Om te achterhalen op welke wijze de deelnemers aankijken tegen de prestaties van de FUMO, heeft de directie

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl

Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015. Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Tevredenheidsonderzoek 2014 / 2015 Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl Zoetermeer, vrijdag 13 november 2015 In opdracht van Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Uitkomsten BPV Monitor 2016

Uitkomsten BPV Monitor 2016 Uitkomsten BPV Monitor 2016 Landelijke rapportage over de kwaliteit van stages en leerbanen in het mbo Publicatie 7 februari 2017 SBB, Zoetermeer 1 Inleiding Iedere mbo-student volgt een deel van de beroepsopleiding

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Krimpen aan den IJssel uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 oktober 2012.

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Krimpen aan den IJssel uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 oktober 2012. WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Krimpen aan den IJssel uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 oktober 2012 Datum rapport: 26 oktober 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD. Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad

DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD. Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad -

Nadere informatie

Periodieke monitor Digitale verplichtingen Wro bij gemeenten

Periodieke monitor Digitale verplichtingen Wro bij gemeenten Periodieke monitor Digitale verplichtingen Wro bij gemeenten Resultaten eerste meting Een onderzoek in opdracht van het ministerie van VROM J. Wils Projectnummer: B3490 Zoetermeer, 27 oktober 2008 De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE

ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE drs. Frank Kriek drs. Luuk Mallee drs. Katrien de Vaan dr. Miranda Witvliet Amsterdam, januari 2016 Regioplan Jollemanhof 18 1019 GW Amsterdam Tel.:

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Nuenen c.a. uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Nuenen c.a. uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Nuenen c.a. uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus 2013 Datum rapport: 23 september 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

BEWONERSBLAD THUIS! 2017

BEWONERSBLAD THUIS! 2017 BEWONERSBLAD THUIS! 2017 Peiling Huurderspanel Woonwaard Mei 2017 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020 3330670 www.ioresearch.nl Rapportnummer 2017/74 Datum

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Zoetermeer. Gemeente/ uitvoeringsorganisatie: Datum: 25 mei Datum rapport: 22 juni 2016

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Zoetermeer. Gemeente/ uitvoeringsorganisatie: Datum: 25 mei Datum rapport: 22 juni 2016 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ uitvoeringsorganisatie: Zoetermeer Datum: 25 mei 2016 Datum rapport: 22 juni 2016 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek naar

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen De verantwoordelijkheid voor

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vaals uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juni Gemeente/ Datum rapport: 25 juni 2013

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vaals uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juni Gemeente/ Datum rapport: 25 juni 2013 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Vaals uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juni 2013 Datum rapport: 25 juni 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu

Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu SAMENVATTING dr. L.A. Plugge 1, drs. J. Hoonhout 2, T. Carati 2, G. Holle 2 Universiteit Maastricht IKAT, Fac. der Psychologie Inleiding Het

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Loppersum/Groningen uitvoeringsorganisatie: Datum: 25 september 2012.

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Loppersum/Groningen uitvoeringsorganisatie: Datum: 25 september 2012. WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Loppersum/Groningen uitvoeringsorganisatie: Datum: 25 september 2012 Datum rapport: 19 oktober 2012 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat externe tevredenheidsmeting Pagina 1 Rinske Rill en Dea Bobeldijk. 21 mei 1 Inhoud Samenvatting... 1. Inleiding... 4 2. Aantallen respondenten...

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Lingewaard/uitvoering WOZ werkzaamheden door gemeente Arnhem. Datum: 25 april 2013

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Lingewaard/uitvoering WOZ werkzaamheden door gemeente Arnhem. Datum: 25 april 2013 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente: Lingewaard/uitvoering WOZ werkzaamheden door gemeente Arnhem Datum: 25 april 2013 Datum rapport: 1 juli 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen

Nadere informatie

Excerpt Gemeenteraad Rotterdam VITALE VERENIGINGEN 2017

Excerpt Gemeenteraad Rotterdam VITALE VERENIGINGEN 2017 Excerpt Gemeenteraad Rotterdam VITALE VERENIGINGEN 2017 Inleiding & samenvatting Inleiding Rotterdam Sportsupport spant zich in voor vitale sportverenigingen, streeft er naar sport toegankelijk te maken

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Texel uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 februari Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Texel uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 februari Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Texel uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 februari 2016 Datum rapport: 22 februari 2016 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Utrechtse Heuvelrug uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 september 2013.

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Utrechtse Heuvelrug uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 september 2013. WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Utrechtse Heuvelrug uitvoeringsorganisatie: Datum: 19 september 2013 Datum rapport: 5 oktober 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave

Nadere informatie

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY

IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Studenttevredenheids onderzoek juni 2008

Feiten en cijfers. Studenttevredenheids onderzoek juni 2008 Feiten en cijfers Studenttevredenheids onderzoek 2008 juni 2008 Feiten en cijfers 2 Studenttevreden heids - onderzoek 2008 Inleiding In maart 2008 hebben 27 hogescholen dezelfde vragenlijst voorgelegd

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Utrechtse Heuvelrug uitvoeringsorganisatie: Datum: 2 april Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Utrechtse Heuvelrug uitvoeringsorganisatie: Datum: 2 april Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Utrechtse Heuvelrug uitvoeringsorganisatie: Datum: 2 april 2015 Datum rapport: 18 mei 2015 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Hogeschool van Amsterdam

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Hogeschool van Amsterdam Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 Hogeschool van Amsterdam Zoetermeer, woensdag 9 november 2016 In opdracht van Hogeschool van Amsterdam De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Terschelling uitvoeringsorganisatie: Datum: 24 september Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Terschelling uitvoeringsorganisatie: Datum: 24 september Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Terschelling uitvoeringsorganisatie: Datum: 24 september 2015 Datum rapport: 7 oktober 2015 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

1 Bent u bekend met het bericht Vaststelling WOZ door gemeenten rammelt? 1 Ja, het bericht is mij bekend.

1 Bent u bekend met het bericht Vaststelling WOZ door gemeenten rammelt? 1 Ja, het bericht is mij bekend. 2019Z04290 Vragen van de leden Lodders en Van den Bosch (beiden VVD) aan de staatssecretaris van Financiën en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties over het bericht Vaststelling WOZ

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vlissingen uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vlissingen uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Vlissingen uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus 2013 Datum rapport: 11 september 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

INLEIDING. Namens het managementteam van de SPGH, Mirjam Diderich. Directeur. Hellendoorn 15 januari 2015

INLEIDING. Namens het managementteam van de SPGH, Mirjam Diderich. Directeur. Hellendoorn 15 januari 2015 RESULTATEN OUDER-ENQUÊTE 01 INLEIDING In dit document worden de resultaten besproken van de ouderenquête die is afgenomen in november 01 (schooljaar 01-015). Doelstelling van de enquête is het meten van

Nadere informatie

De stand van Mediation in Nederland

De stand van Mediation in Nederland De stand van Mediation in Nederland drs. R.J.M. Vogels Zoetermeer, 17 november 2011 In opdracht van het Nederlands Mediation Instituut (NMI). De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Stratus.

Nadere informatie

2. Wat zijn per sector/doelgroep de algemene inzichten ten aanzien van de inhoud van de continuïteitsplannen?

2. Wat zijn per sector/doelgroep de algemene inzichten ten aanzien van de inhoud van de continuïteitsplannen? Samenvatting Aanleiding en onderzoeksvragen ICT en elektriciteit spelen een steeds grotere rol bij het dagelijks functioneren van de maatschappij. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie (hierna: Ministerie

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Amstelveen uitvoeringsorganisatie: Datum: 4 juli Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Amstelveen uitvoeringsorganisatie: Datum: 4 juli Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Amstelveen uitvoeringsorganisatie: Datum: 4 juli 2013 Datum rapport: 23 september 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Velsen uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 september Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Velsen uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 september Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Velsen uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 september 2015 Datum rapport: 9 november 2015 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Bureau Wbtv 2015

Klanttevredenheidsonderzoek Bureau Wbtv 2015 Klanttevredenheidsonderzoek Bureau Wbtv 1 Juni 1 Doel van het onderzoek is het verkrijgen van inzicht in de huidige mate van tevredenheid van tolken en vertalers, afnemers van tolk- en vertaaldiensten

Nadere informatie

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010

Nadere informatie

Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt

Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt B A S I S V O O R B E L E I D Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt Erik van der Werff Onderzoek en Statistiek

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht

Tevredenheidsonderzoek 2012. Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Tevredenheidsonderzoek 2012 Jobcoach organisatie Trace Daelzicht Zoetermeer, maandag 4 februari 2013 In opdracht van Jobcoach organisatie Trace Daelzicht De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij

Nadere informatie

CABA 09-04-2013 Agendapunt: 8 AAN DE COMMISSIE ALGEMEEN BESTUURLIJKE AANGELEGENHEDEN

CABA 09-04-2013 Agendapunt: 8 AAN DE COMMISSIE ALGEMEEN BESTUURLIJKE AANGELEGENHEDEN CABA 09-04-2013 Agendapunt: 8 Sittard, 5 maart 2013 AAN DE COMMISSIE ALGEMEEN BESTUURLIJKE AANGELEGENHEDEN Onderwerp: Klanttevredenheidsonderzoek watertoetsloket Inleiding Voor het werkveld watertoets

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Zeist uitvoeringsorganisatie: Datum: 9 juli Gemeente/ Datum rapport: 5 september 2013

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Zeist uitvoeringsorganisatie: Datum: 9 juli Gemeente/ Datum rapport: 5 september 2013 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Zeist uitvoeringsorganisatie: Datum: 9 juli 2013 Datum rapport: 5 september 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Ervaringen Wmo Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Inhoud 1. Achtergrond van het onderzoek... 2 2. Het regelen van ondersteuning... 4 3. Kwaliteit van de ondersteuning... 6 4. Vergelijking regio...

Nadere informatie

Effecten van cliëntondersteuning. Samenvatting van een haalbaarheidsonderzoek naar de meetbaarheid van door de cliënt ervaren effecten

Effecten van cliëntondersteuning. Samenvatting van een haalbaarheidsonderzoek naar de meetbaarheid van door de cliënt ervaren effecten Effecten van cliëntondersteuning Samenvatting van een haalbaarheidsonderzoek naar de meetbaarheid van door de cliënt ervaren effecten MEE Nederland, 4 februari 2014 1. Inleiding In deze samenvatting beschrijven

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Son en Breugel uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Son en Breugel uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Son en Breugel uitvoeringsorganisatie: Datum: 29 augustus 2013 Datum rapport: 23 september 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave

Nadere informatie

DEELNEMERS TEVREDENHEID ONDERZOEK

DEELNEMERS TEVREDENHEID ONDERZOEK DEELNEMERS TEVREDENHEID ONDERZOEK Hoe denken deelnemers en gepensioneerden over PPF APG en haar communicatie uitingen. 18 september 2014 Roel Lubberink MCD/ MI Conclusies: Deelnemers Hoge algemene tevredenheid

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Alphen aan den Rijn uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 april Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Alphen aan den Rijn uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 april Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Alphen aan den Rijn uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 april 2013 Datum rapport: 6 mei 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

Cliëntervaringen Wmo hulpmiddelen s-hertogenbosch. Vervolgmeting 2018

Cliëntervaringen Wmo hulpmiddelen s-hertogenbosch. Vervolgmeting 2018 Cliëntervaringen Wmo hulpmiddelen s-hertogenbosch Vervolgmeting 2018 Afdeling Onderzoek & Statistiek Februari 2019 Samenvatting De gemeente geeft indicaties af voor Wmo hulpmiddelen. Welzorg verzorgt de

Nadere informatie

31 mei 2012 z2012-00245

31 mei 2012 z2012-00245 De Staatssecretaris van Financiën Postbus 20201 2500 EE DEN HAAG 31 mei 2012 26 maart 2012 Adviesaanvraag inzake openbaarheid WOZwaarde Geachte, Bij brief van 22 maart 2012 verzoekt u, mede namens de Minister

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oude IJsselstreek uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 juni Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oude IJsselstreek uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 juni Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Oude IJsselstreek uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 juni 2013 Datum rapport: 15 juli 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek ROC De Leijgraaf

Tevredenheidsonderzoek ROC De Leijgraaf Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC De Leijgraaf Zoetermeer, zondag 14 februari 2016 In opdracht van ROC De Leijgraaf De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Purmerend uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 april Gemeente/ Datum rapport: 21 mei 2013

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Purmerend uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 april Gemeente/ Datum rapport: 21 mei 2013 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Purmerend uitvoeringsorganisatie: Datum: 10 april 2013 Datum rapport: 21 mei 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Steenwijkerland. 27 juni 2016 (definitief)

Steenwijkerland. 27 juni 2016 (definitief) WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ uitvoeringsorganisatie: Inspectie uitgevoerd door: Steenwijkerland Dhr. J. Smit Datum: 31 mei 2016 Datum rapport: 17 juni 2016 (concept) 27 juni 2016 (definitief)

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek. ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport

Tevredenheidsonderzoek. ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport Tevredenheidsonderzoek ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport In opdracht van ROC Drenthe College Zoetermeer, donderdag 22 maart 2018 De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

1. Inleiding De Waarderingskamer maakt in dit Communicatieplan inzichtelijk wat zij op het brede gebied van communicatie onderneemt.

1. Inleiding De Waarderingskamer maakt in dit Communicatieplan inzichtelijk wat zij op het brede gebied van communicatie onderneemt. WAARDERINGSKAMER COMMUNICATIEPLAN Datum: 30 september 2011 1. Inleiding De Waarderingskamer maakt in dit Communicatieplan inzichtelijk wat zij op het brede gebied van communicatie onderneemt. In de voorafgaande

Nadere informatie

2 mei 2016 (definitief)

2 mei 2016 (definitief) WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Almere uitvoeringsorganisatie: Datum: 11 april 2016 Datum rapport: 11 april 2016 (concept) 2 mei 2016 (definitief) 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is

Nadere informatie

Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers

Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers Ervaring in de driehoek Cello heeft in de periode mei juni van dit jaar onderzoek laten uitvoeren naar de ervaringen van cliënten, ouders / vertegenwoordigers

Nadere informatie