borden geplaatst, die genoteerd moeten worden om de organisatie te laten zien dat de juiste route is gevolgd.

Transcriptie

1 Wat is rally rijden Bij de Jeroen Bosch Rally gaat het niet om het binnen de snelste tijd afleggen van vooraf bekend parcours. Op deze dag is het doel een onbekend parcours correct te rijden, met een opgelegde gemiddelde snelheid van 40 km/uur, volgens opgegeven instructies en opdrachten die zijn samengevat in een routeboek. Het parcours wordt uitgezet op de openbare weg, meestal landelijke wegen. De deelnemers dienen zich strikt te houden aan de geldende verkeersregels. Dit soort rally's noemen we: Oriëntatie/Regelmatigheidsritten. Een routeboek wordt samengesteld op basis van navigatietechnieken die kunnen verschillen afhankelijk van de klasse waarvoor men zich inschrijft. Bij de Jeroen Bosch Rally kennen we alleen de Toerklasse, waarbij de navigatie bestaat uit bolpijlnavigatie en eenvoudige kaartleesopdrachten. Langs het parcours zijn controle borden geplaatst, die genoteerd moeten worden om de organisatie te laten zien dat de juiste route is gevolgd. Snelheidsduivels en deelnemers die onsportief gedrag vertonen dat het imago van deze sport schade kan toebrengen, worden onmiddellijk uitgesloten. Dus blijf hoffelijk in het verkeer en het milieu. Bij een rally gaat het om het teamspel tussen bestuurder en navigator. Een goede verstandhouding tussen beiden is essentieel voor een goed resultaat. Wat is nodig voor deelname Eerst en vooral een Voertuig. Dit voertuig moet voldoen aan alle wettelijke beschikkingen nodig voor het rijden op de openbare weg. Denk aan: verzekering, inschrijving en technische eisen (APK). De bestuurder van de auto is in het bezit van een geldig Nederlands rijbewijs en draagt deze te allen tijde bij zich. Een klembord A4 formaat om het routeboek en andere papieren bijeen te houden. Een vergrootglas. Een meetlatje, eventueel met schaalindelingen. Schrijfgerei en markeerstiften. Klokje of chronometer Rekenmachientje om de ideale passeertijd uit te rekenen is handig. Tripmaster, elektronisch of mechanisch, of een dagteller. 1

2 Navigatie technieken Hieronder volgt een uitleg van de verschillende navigatietechnieken. Maar het spreekt vanzelf dat ervaring door deelname de beste leerschool is. Bolpijl navigatie Eerste weg scherp rechts achter inrijden Eerste weg haaks rechts Voor een Haakse Viersprong rechtse bocht viersprong links oversteken, draaien we links inrijden wordt onverhard achter in Aan de hand van getekende situaties rijdt men een route van de bol naar de punt van de pijl in de aangegeven richting. Alle situatie tekeningen zijn genummerd en worden in opgaande volgorde gereden. Volg de meest rechtdoorlopende weg. In een situatietekening kan de afstand (in meters) zijn vermeld. Houd deze afstand bij en voer dan de situatie uit. Een dagteller of tripmaster is hier handig. Niet alle situaties onderweg hoeven getekend te zijn. Rij steeds door tot de volgende in het routeboek getekende situatie zich voordoet. Een aantal wegen zijn verboden in te rijden. De organisatie houdt geen rekening met deze wegen en ze zijn dus ook niet getekend. Denk hierbij aan: Op en afritten van autosnelwegen (wel in aan of uitlooproutes) Wegen verboden voor motorvoertuigen, aangegeven met Verkeersbord ʻverboden inritʼ. Wegmarkeringen zoals een witte doorlopende lijn. Verplichte rijrichtingen. Onverharde wegen, tenzij ze in het routeboek staan ingetekend met een stippellijn (met kaartlezen kan dit wel, omdat het op de kaart 2

3 vaak niet zichtbaar is of deze wegen al dan niet verhard zijn). Privé wegen UPV wegen (uitgezonderd plaatselijk verkeer), tenzij met beperking van tonnenmaat. En tenzij het staat aangegeven in het routeboek, maar dan wordt dat uitdrukkelijk vermeld op de situatie tekening. Doodlopende wegen, zichtbaar of aangeduid met een verkeersbord. Het bolpijl navigatiesysteem lijkt vrij eenvoudig, toch geeft het de uitzetter van de route voldoende mogelijkheden om vallen in te bouwen. Let dus goed op bij elke aanwijzing of opdracht. Kaartlezen Enkele van de belangrijkste systemen bij het kaartlezen zijn: ingetekende lijn, puntenrit en pijlenrit. De uitzetter van de route vermeldt bij elke kaart het systeem dat wordt gebruikt en de schaal van de kaart om de afstanden te kunnen meten. Meestal wordt er gebruik gemaakt van stafkaarten, waarop ook herkenningspunten zijn aangeduid, zoals kerken, torens, waterlopen enz. Nuttig bij het gebruik van een kaart is een meetlatje met vier verschillende schaalindelingen en een vergrootglas. Leer ook de symbolen die op de kaart vermeld zijn (de legenda), zodat u kunt controleren waar u zich bevindt. Ingetekende lijn Volg de lijn op de kaart in de richting van start (S) naar finish (F). Rijdt deze lijn nooit in tegengestelde richting. Wanneer een plein volledig is ingetekend, neem dan de kortste route over het plein, maar rij nooit tegen de rijrichting in. Blijf de route op de kaart volgen, ook bij subtiel ingetekende ommetjes. Er kan een controlebord staan om te zien of u wel de juiste route heeft afgelegd. 3

4 Blijf altijd de ingetekende lijn op de kaart volgen, ook als het een onverharde weg blijkt te zijn of een met een bord aangegeven doodlopende weg. Puntenrit Kortste route. Hierbij is het de bedoeling de kortste weg tussen de genummerde punten, en in oplopende volgorde van de nummers, te rijden, in een aaneengesloten route zonder keren. De controleborden kunnen nu langs de gehele route zijn geplaatst, om te zien of de kortste route is gereden. De punten staan niet steeds op de weg. Het is wel de bedoeling de weg te nemen die dichtst bij dit punt gelegen is. Pijlenrit De genummerde pijlen op de kaart worden in oplopende volgorde gevolgd. Volg de pijlen van de voet naar de punt, zonder tegen de richting van de pijl in te rijden. Hoeken en bultjes in de pijl kunnen wel eens pleintjes en zo meer zijn, dus opgelet. Rij zelf de kortste route tussen de start en de voet van pijl 1. Rij dan pijl 1 af en vervolgens de kortste route naar pijl 2. Enz. De uitzetter van de route bepaalt in het aanvullend reglement in het routeboek of men een bepaalde route over een pijl mag rijden voor hij aan de beurt is of al de beurt geweest is. Dit evenwel altijd in voorwaartse richting. De controleborden kunnen overal geplaatst zijn omdat het hier een kortste route betreft. Kijk goed uit waar de pijl juist begint en eindigt. De pijl om het hoekje getekend zijn en de pijl moet altijd volledig afgereden worden. Een combinatie tussen pijlen en punten is mogelijk. Puzzel Een in puzzelstukjes uit elkaar geknipte ingetekende lijn, dus opgelet. De start en de finishplek van dit traject zijn aangegeven, u dient zelf de stukjes zo aan elkaar te leggen dat het een volledige route wordt. Zie verder het reglement van de ingetekende lijn. 4

5 Routecontroles Fotocontrole Van verschillende objecten in de route zijn fotoʼs gemaakt die u vindt op het fotoblad in het routeboek. Onder de fotoʼs staat een letter. Als u een object van een foto herkent in de route, schrijf dan de letter onder de foto in het eerstvolgende lege vakje op uw antwoordkaart. Letterbord (controlebord) Deze borden staan goed herkenbaar, als behorend bij deze rally, aan de rechterzijde van de weg op de route. Schrijf de letter van het bord in het eerstvolgend lege vakje op uw antwoordkaart. Stempelcontrole Op de route kunnen bemande en onbemande stempelcontroles staan. Zet de stempel in het eerste lege vakje op uw antwoordkaart. Tijdcontrole Op de route kunnen bemande tijdcontroles staan, meestal op een koffiestop of lunchstop. Hier dient u zelf uit te rekenen wat uw meldingstijd is door middel van uw starttijd ten opzichte van de ideale tijd aangegeven in uw routeboek. Nog enkel nuttige tips Streep de reeds uitgevoerde situatie steeds door. Noteer zelf herkenningspunten (bv kerkstraatnaam e.d.) onderweg. Als u verkeerd bent gereden, hoeft u niet helemaal opnieuw te beginnen. De situatie tekeningen moeten in oplopende nummervolgorde uitgevoerd te worden. Bekijk van te voren de volgorde van de tekeningen in het routeboek goed. Bij bolpijl navigatie rijdt men altijd van de bol naar de pijl. Het bolletje kan evenwel boven, links of rechts getekend zijn, wat een verkeerd beeld van de situatie kan geven. Markeer deze op voorhand bij het doorlopen van de routeboek. 5

6 Vergeet niet veiligheidscontroles of straatnamen te noteren als daarom wordt gevraagd. Voor de start word nog een laatste briefing gegeven, schriftelijk of mondeling, U kunt dan nog vragen stellen indien iets niet duidelijk is. Hoe te handelen bij een omleiding Mocht er een omleiding in de route zijn door bijvoorbeeld wegwerkzaamheden, dan geven wij met oranje rallypijlen (zie onderstaand voorbeeld) de richting van de omleiding aan. De start en het einde van de omleiding worden aangegeven door een dubbele pijl. Op de laatste dubbele pijl staat het nummer van het plaatje in uw routeboek, zodat u de route vanaf daar weer kunt oppakken. Een enkele pijl onderweg wordt gebruikt als ondersteuning van een aanwijzing in de route. Het kan voorkomen dat een plaatje of situatie in het routeboek teveel afwijkt van de werkelijkheid, dan wordt als hulp een enkele pijl gebruikt die de te volgen richting aanwijst. Voorbeeld controlebord Dit bord komt u, mits u de juiste route rijdt.., meerdere malen tegen met verschillende letters. U schrijft de de betreffende letter in het eerstvolgende lege vakje van uw antwoordkaart. A Tenslotte Puntentelling 6

7 Bij de finish van de rally worden de antwoordkaarten ingenomen. Het totale aantal gemiste of foutieve antwoorden wordt opgeteld en deze geven samen met de strafpunten, behaald bij de diverse tests, de uitslag per equipe. De winnaar is degene met het minste aantal strafpunten. De antwoordkaart moet worden ingevuld met pen. Verbeteringen en/of doorhalingen worden als foutief gerekend. Een gemiste letter wordt bestraft met 10 punten. Een slalomtest wordt bestraft met 1 punt per seconde die over de test doet. Een test die foutief wordt gereden wordt bestraft met 300 punten. Een test die niet wordt gereden wordt bestraft met 150 punten. Het te laat melden op een tijdcontrole wordt bestraft met 10 punten per minuut. Het te vroeg melden op een tijdcontrole wordt bestraft met 20 punten per minuut. Het niet aandoen van een tijdcontrole wordt bestraft met maximaal 100 punten. Nog enige belangrijke punten: Deze tourrally rijdt u geheel voor eigen risico. We gebruiken de openbare weg, zowel verhard als onverhard, en gedragen ons dienaangaande. Altijd gelden de wettelijke bepalingen uit het verkeersreglement. Let goed op spelende kinderen, fietsers en andere weggebruikers! Stop niet plotseling. Kijk altijd eerst in uw achteruitkijkspiegel! De rit is uitgezet met een elektronische rallycomputer / tripmaster met een afwijking van ten hoogste een paar tienden procenten. De in het routeboek aangegeven afstanden kunnen dus iets afwijken van de door uw kilometerteller aangegeven afstanden. Houdt hier rekening mee. De einduitslag wordt bepaald aan de hand van de gegevens op uw antwoordkaarten. Verlies van de kaart betekent diskwalificatie. De organisatie / jury bepaalt de einduitslag. Over de einduitslag is geen discussie mogelijk. De organisatie is niet aansprakelijk voor welke schade dan ook!! De bestuurder van de auto dient in het bezit te zijn van een geldig Nederlands rijbewijs en deze te allen tijde bij zich te dragen. De auto waarmee u deze toerrit rijdt dient te voldoen aan de op dit moment geldende wegenverkeerswet van het land waarin de rit verreden wordt. 7