De Alpen. 1 Hoog in de bergen ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De Alpen. 1 Hoog in de bergen ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN"

Transcriptie

1 5 De Alpen ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN In dit hoofdstuk leren de kinderen hoe het leven in gebieden met een hooggebergteklimaat is. De Alpen dienen daarbij als voorbeeld. In een hooggebergte komen veel gletsjers voor. Het gletsjerijs schuift langzaam naar beneden. Onder de dooigrens smelt de gletsjer en ontstaat een bergbeek. Door de aanleg van wegen, bruggen en tunnels is het hooggebergte veel beter bereikbaar geworden. Daardoor komen er steeds meer toeristen, maar dat zorgt wel voor tal van problemen. 1 Hoog in de bergen In deze les leren de kinderen dat de Alpen een hooggebergte zijn waar toeristen graag komen om van de natuur en de folklore te genieten en allerlei bergsporten te beoefenen. Hoog in de bergen liggen dikke ijsmassa s. Wanneer je uit het gebied van de eeuwige sneeuw naar beneden gaat, wordt de temperatuur hoger en verschijnt er vegetatie. Onder in het dal wonen de meeste mensen. Plooiingsgebergte De naam Alpen komt van het Latijnse woord alb, dat wit betekent. De Alpen zijn een relatief jong gebergte. Ze ontstonden 60 miljoen jaar geleden, toen de landmassa van Afrika tegen die van Europa schoof, een proces dat nog steeds doorgaat. Daardoor worden de Alpen elk jaar nog een paar millimeter hoger. Veertig toppen zijn hoger dan 4000 meter. De Mont Blanc in Frankrijk is met zijn top van 4808 meter het hoogst. Gletsjer Een gletsjer wordt gevormd doordat hoog in het gebergte de sneeuwlagen steeds dikker worden. Door het gewicht verandert de zachte sneeuw in een harde ijslaag. Als de ijsmassa te groot wordt, schuift het ijs langzaam naar beneden. Door het enorme gewicht en de sterke schurende werking zijn de gletsjers in staat om over hele lange perioden U-vormige dalen uit te slijten. Aan het eind van de gletsjer vindt afsmelting plaats. Het smeltwater stroomt hier uit de gletsjerpoort en vormt een snelstromende bergbeek. Erosie en verwering in gebergten Door verwering valt het grove gesteente in stukken uiteen. Dat komt bijvoorbeeld doordat er spanningsverschillen in gesteenten optreden door de snel veranderende temperatuur in de bergen. Ook het water dat in spleten bevriest en zo een groter volume krijgt, zorgt ervoor dat er stukken gesteenten afbreken. Al het losse materiaal kan door het water, het ijs of de zwaartekracht verplaatst worden. Er treedt dan erosie op, doordat het losse materiaal tijdens het transport overal langs schuurt. Het losse materiaal dat door gletsjers meegenomen wordt, noemen we morenen. Het komt uiteindelijk als rotsblokken en grote stenen in de bovenloop van de rivieren terecht. Door het hard stromende water worden die weer verplaatst. Daarbij schuren ze tegen elkaar, waardoor het materiaal kleiner wordt. Naarmate de stroming minder wordt, neemt het water fijner materiaal mee. In de middenloop van de rivier wordt grover en fijner grind meegenomen. In de benedenloop kom je alleen nog het fijnere materiaal tegen, zoals zand- en kleideeltjes. Ook mensen zijn verantwoordelijk voor de erosie in de bergen. Voor de aanleg van skipistes kapt men de bomen in het gebied. De dunne bodemlaag wordt dan niet meer vastgehouden door boomwortels en spoelt makkelijk van de hellingen af. Het regenwater wordt ook niet meer vastgehouden en geleidelijk afgevoerd. Overstromingen en aardverschuivingen zijn het gevolg. Wetenswaardigheden In de Alpen zijn meer dan gemarkeerde wandelpaden in alle moeilijkheidsgraden. Van een eenvoudig pad tot steile kletterroutes. De grootste gletsjer van Europa, de Zwitserse Aletschgletsjer, is 24 kilometer lang. In 2005 is de gletsjer 66 meter kleiner geworden door de opwarming van de aarde. Bronnen voor verdere informatie Kijk voor meer informatie over de Alpen en andere hooggebergten eens in Informatieboekje 174, Hooggebergten. 46

2 ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN 2 Bergweiden en bossen In deze les leren de kinderen wat de kenmerken zijn van een hooggebergteklimaat. Als voorbeeld worden de Alpen genomen. Wind (lucht die beweegt) kan in een berglandschap niet rechtdoor, maar moet stijgen om over de bergen heen te komen. Geleidelijk koelt de waterdamp dan in de lucht af en vormen zich wolken. Als die nog kouder worden, valt er regen of sneeuw uit. De sneeuw in het hooggebergte trekt jaarlijks miljoenen bezoekers. Dat zorgt voor tal van problemen. Boven de boomgrens liggen bergweiden, waarop veeteelt plaatsvindt. Het leven van een bergboer is niet makkelijk. De boeren krijgen subsidie van de EU, omdat anders niemand meer voor het landschap zorgt. Hooggebergteklimaat Het hooggebergteklimaat is wat temperatuur betreft vergelijkbaar met het poolklimaat op de Noordpool en Antarctica. Het is het hele jaar erg koud, dat wil zeggen de gemiddelde temperatuur van de warmste maand is lager dan 10 ºC. In het gebied van de eeuwige sneeuw komt de gemiddelde temperatuur niet boven de 0 ºC uit. De neerslag heeft er bijna het hele jaar de vorm van sneeuw. De hoeveelheid is sterk afhankelijk van de windrichting. Maar doordat de lucht altijd sterk moet stijgen, ontstaan er vaak regenwolken. De temperatuur daalt in een hooggebergte per honderd meter gemiddeld 0,6 ºC. Als je uit een bergdal op 2000 meter, waar het 6 ºC is, vertrekt, dan zal het op 3000 meter ongeveer 0 ºC zijn. Het maakt niet zoveel uit of het bewolkt of zonnig is. Vegetatiegordels Door de verschillen in temperatuur en neerslag zijn er verticale verschillen in begroeiing en grondgebruik. Tot een hoogte van ongeveer 1000 meter kan het land in de Alpen nog gebruikt worden door de boeren. Tussen 1000 en 2000 meter hoog zijn naaldbossen. Daarboven is het té koud voor bomen. Er groeien nog wel bijzondere planten en gras. Op ongeveer 2600 meter hoogte ligt de sneeuwgrens. Daarboven ligt in de winter en in de zomer sneeuw (eeuwige sneeuw). De vegetatiegordels in het noordelijk deel van de Alpen liggen in het algemeen enige honderden meters lager dan die op de zuidelijke hellingen. Daar is de zuidelijke ligging voor verantwoordelijk. Neerslag Bij bergketens zoals de Alpen kan het hevig regenen. Die stortregens worden ook wel stuwingregens genoemd, omdat de lucht door de bergen gedwongen wordt om te stijgen. Zo ontstaan zware buien, die vaak lange tijd boven een bepaalde plek blijven hangen. Die stortregens kunnen overstromingen, modderstromen en aardverschuivingen veroorzaken als de rivieren het snel toestromende water niet kunnen verwerken. Bergboeren Vroeger waren er in de bergen nauwelijks wegen. De mensen die er woonden, waren boeren. Ze leefden van de producten van hun akkers en hun vee, zoals graan, melk, wol en vlees. Wat ze overhielden, verkochten ze aan de mensen in het dal. Door de aanleg van wegen, tunnels en bruggen zijn berggebieden nu veel beter bereikbaar geworden. De mensen in de dalen kopen nu goedkopere producten uit andere landen. Veel bergboeren verdienen daardoor vrijwel niets meer met de verkoop van hun producten. Daarom werken ze nu vaak voor de toeristen. Ze zijn gids of skileraar geworden of bieden toeristen onderdak. Of ze zijn helemaal uit het boerenbedrijf vertrokken. Wetenswaardigheden In Appenzell kun je in het voorjaar de Alpaufzug zien. De koeien worden dan feestelijk versierd naar de hogere zomerweiden gebracht. Zwitserland exporteert zuivel-, melk- en chocoladeproducten. Bekende kazen zijn de gruyère en de emmentaler. Bergplanten zijn goed aangepast aan de kou. Ze hebben dikke bladeren en harige stengels. Op de bergweiden leven verschillende soorten dieren, bijvoorbeeld bergmarmotten en gemzen. Bronnen voor verdere informatie Meer informatie over lawines kunt u vinden in Informatie Junior 63, Lawines. Kijk ook eens in Informatieboekje 154, Wintersport en Informatie Junior 103, Snowboarden. 47

3 ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN 3 Bouwen in de bergen In deze les leren de kinderen dat het tegenwoordig door de aanleg van wegen, bruggen, spoorwegen en tunnels eenvoudiger is om in en door de Alpen te reizen. Daardoor is ook het (vracht)vervoer over de weg tussen Noord- en Zuid-Europa en andersom toegenomen. Ook andere onderdelen van de infrastructuur, zoals vliegvelden, riolering en elektriciteitscentrales, zijn de laatste jaren vernieuwd en verbeterd. Bergpas Een bergpas is een lagergelegen deel van een bergrug. Deze delen werden vaak gebruikt om de bergrug te passeren, vandaar de naam pas. De Romeinen legden al wegen aan over de passen. Het zijn altijd de belangrijkste verbindingsroutes geweest, totdat men tunnels ging aanleggen. Daar bergruggen vaak een natuurlijke grens tussen landen vormen, liggen grensposten vaak op deze passen. Veel bergpassen zijn in de winter gesloten, wegens grote hoeveelheden sneeuw. Paswegen kunnen wel sneeuwvrij gehouden worden, maar dat is kostbaar. Zeker als er ook al een tunnel door de bergrug loopt, wordt er vaak voor gekozen de paswegen in de winter niet sneeuwvrij te houden. Reizen in de bergen Het nemen van de kortste weg is in een berggebied niet altijd mogelijk. Waar bergen hoog zijn, is men vaak afhankelijk van tunnels en passen. Omdat de Alpen van oost naar west lopen en de verkeersrichting vooral noord-zuid is, vormen ze een belangrijke barrière. Het toenemende vervoer van personen en goederen vraagt veel investeringen van de Alpenlanden in uitbreiding en verbetering van de verbindingen. Steeds meer worden treinen gebruikt voor de doorvoer van auto s en vrachtwagens. Een ander probleem is het ruimtegebrek. Landbouw, industrie en transport willen allemaal gebruikmaken van de spaarzame vlakke ruimte in de dalen. Ook willen mensen er wonen. De vlakke ruimte is hiervoor niet groot genoeg, dus worden er steeds vaker minder geschikte gebieden ingericht. Dit brengt nieuwe problemen met zich mee, zoals duurder bouwen, grotere afstanden en zelfs bouwen op lawinegevaarlijke locaties. een generator (een enorme fietsdynamo) wordt elektriciteit opgewekt. De elektriciteitsproductie is sterk afhankelijk van het hoogteverschil en de hoeveelheid water die de centrale passeert. Centrales in het hooggebergte zijn erg effectief, doordat het water uit het stuwmeer in een veel lager liggende centrale in elektriciteit wordt omgezet. Bovendien is het water een zeer schone energiebron. Nadelen van deze manier van elektriciteit opwekken zijn het grote gebied dat onder water wordt gezet en het losse materiaal uit de hogergelegen delen dat in het stuwmeer bezinkt. Wetenswaardigheden Stijgend verkeer in de bergen heeft voorrang op dalend verkeer, omdat dalend verkeer makkelijker kan stoppen. Maar een postbus heeft in Zwitserland altijd voorrang, ook als de bus daalt. Een heel bekend plantje dat in de Alpen groeit, is de edelweiss. De bloem is een klein, wit en viltachtig sterretje. Edelweiss komt vooral voor op steenachtige hellingen. In de dalen blijft luchtverontreiniging lang hangen. De luchtkwaliteit op topdagen in Chamonix is vergelijkbaar met die van een grote stad. De Mont Blanctunnel is 11,6 kilometer lang en bestaat uit een 8,60 meter brede tunnelbuis met twee rijstroken. In 2005 bedroeg de tol voor een personenauto ongeveer 30 euro. Bronnen voor verdere informatie Meer informatie over tunnels kunt u vinden in Informatieboekje 22, Tunnels. Waterkrachtcentrale In een waterkrachtcentrale wordt de kracht van stromend en vallend water met behulp van een turbine in een draaiende beweging omgezet. Door de as van de turbine te koppelen aan 48

4 ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN 4 De Himalaya In deze les leren de kinderen dat de Himalaya het hoogste gebergte van de wereld is. Het waait er hard en er zijn geregeld zware sneeuwstormen. Een temperatuur van -50 ºC is er heel normaal. In dit hooggebergte liggen uitgestrekte hoogvlaktes die bewoond worden door Sherpa s, een nomadenvolk. Vroeger trokken zij met hun kuddes jaks over de hoogvlakte. Nu verdienen veel Sherpa s hun geld met werk voor toeristen. Himalaya Het Himalayagebergte wordt wel het dak van de wereld genoemd. Het is in dezelfde periode omhooggestuwd als de Alpen, maar het werd veruit het hoogste bergmassief ter wereld. Veel van s werelds hoogste bergtoppen liggen er, zoals de Mount Everest (8850 meter), de K2 (8611 meter) en de Kanchenjunga (8586 meter). De gebergtevorming gaat nog steeds door, maar tegelijkertijd verweert en erodeert het gebergte ook. Het fijnste verweringsmateriaal wordt door de rivieren het verst meegenomen en uiteindelijk in de vlakke gebieden dicht bij zee achtergelaten. Zo ontstaan uitgestrekte delta s zoals die van Bangladesh. De Tibetaanse hoogvlakte hoort bij de Himalaya. Op deze hoogvlakte is geen plek die lager is dan 4000 meter. De lucht is er dan ook heel ijl. Toch wonen er mensen en zijn er boeddhistische kloosters. Sir Edmund Hillary en zijn helper sherpa Tenzing Norgay bereikten in 1953 als eerste mensen de top van de Mount Everest. Tegenwoordig is de top al door honderden mensen beklommen, maar het is een gevaarlijke onderneming. Gemiddeld één op de tien bergbeklimmers komt erbij om het leven. Nepal Een groot gedeelte van Nepal is zeer bergachtig. Van de tien hoogste bergen in de wereld liggen er acht in Nepal. In het zuiden, langs de grens met India, zijn lagergelegen gebieden. Ongeveer 20% van het landoppervlak is bruikbaar voor de landbouw. Door de grote hoogteverschillen kent het land verschillende klimaten: een hooggebergteklimaat in de Himalaya en een subtropisch klimaat langs de grens met India. De bevolking van Nepal woont voornamelijk in de laaggelegen gebieden en in de vallei rond de hoofdstad Kathmandu. Veel mensen in de steden en op het platteland zijn extreem arm. Meer dan 30% van de bevolking leeft onder de armoedegrens. 75% van de bevolking werkt in de landbouw. De industrie verwerkt voornamelijk landbouwproducten, zoals jute, suikerriet, tabak en graan. Tegenwoordig wordt er steeds meer geld aan de toeristen verdiend. Jak De jak is een rundersoort die voorkomt in Centraal-Azië. Een wilde stier kan van kop tot staart een lengte van 3,25 meter, een schouderhoogte van 2 meter en een gewicht van 1000 kilo bereiken. Koeien zijn beduidend kleiner en wegen zelden meer dan 350 kilo. Hun lange vacht, die tot op de grond reikt, beschermt de jaks tegen de kou. Ze leven op rotssteppen tot een hoogte van 6100 meter. In het koudere jaargetijde trekken ze naar lagergelegen gebieden. Beneden de 3000 meter worden de dieren zwak en ziek. Jaks kunnen erg goed klimmen, beter dan mensen. Ze worden gebruikt als vervoermiddel en voor het trekken van de ploeg. De koeien leveren melk, waarvan kaas en boter gemaakt wordt. Boter wordt gebruikt om lampen te laten branden, maar wordt ook door de Tibetanen in thee gedaan. Van de haren worden kleren en tenten gemaakt en van de mest droge mestkoeken, die men als brandstof gebruikt. Wetenswaardigheden Het Himalayagebied levert vers water voor meer dan een vijfde van de wereldbevolking. De Mount Everest is genoemd naar de Britse geograaf Sir George Everest. Een paar jaar geleden zwommen er nog 250 rivierdolfijnen in de Nepalese wateren. Nu zijn dat er nog maar 100. Bronnen voor verdere informatie Via vindt u allerlei informatie over de Himalaya. Kijk ook eens in Informatieboekje N15, Naar de top van de Mount Everest. 49

5 VERHAAL Ingesloten René is met zijn ouders op wintersportvakantie in Oostenrijk. Zijn hotel ligt op 500 meter van het dorpje Galtür, het enige dorpje in het dal. Hij beschrijft op internet hoe hij een lawine van dichtbij meemaakte. Op dinsdagmiddag ging om vier uur de sirene af in het dal. Er was een dichte mist, zodat we maar hoogstens 5 meter ver konden kijken. Kort daarna kwam iemand vertellen dat er een lawine op het dorpje Galtür was neergekomen. Het hele dorp was door de lawine bedekt! Waarschijnlijk lagen er veel mensen onder de sneeuw. Papa belde onmiddellijk oma in Nederland om te zeggen dat ze niet ongerust moest zijn. De enige weg het dal uit liep door Galtür. We konden dus niet met de auto naar huis gaan. Het ergst was nog dat reddingswerkers niet snel naar het dal konden komen wegens de hevige sneeuwstorm en de potdichte mist. Rond twee uur s nachts begon de mist op te lossen. Toen konden we het rampgebied zien. De eerste reddingswerkers waren aangekomen. Ze hadden op palen spots aangebracht om het rampgebied te verlichten. Naarmate de mist optrok, werd het hele gebied verlicht. De ravage was enorm. Talrijke huizen waren gewoon van de kaart geveegd. Veel mensen zochten naar overlevenden. ruiken. Als ze vermoedden dat er een mens onder de sneeuw lag, gingen gravers aan het werk. Heel voorzichtig groeven ze met schoppen tot op de plaats waar ze iets hadden gevoeld. Daarbij bleven de herdershonden vaak in de buurt. Als zij meer blaften, wisten de gravers dat er een zéér grote kans was dat ze mensen zouden vinden. Wanneer dat zo was, kwam de derde groep hulpverleners in actie, namelijk de artsen. Alle zwaargewonden werden met helikopters overgevlogen naar het ziekenhuis in Innsbruck. Op donderdagmorgen kwam een legerhelikopter ons oppikken bij het hotel. We werden naar een kazerne gebracht, waar we ons moesten aanmelden op de evacuatielijsten. Om tien uur s avonds gingen we met de bus naar de luchthaven van Innsbruck. Vandaar vlogen we naar huis... De ramp in Galtür vond plaats op 23 februari Er kwamen 38 mensen door de lawine om het leven. René had geluk... Ferry Siemensma Pas in de namiddag konden de eerste helikopters het rampgebied binnenvliegen. Ze brachten vierhonderd hulpverleners met speciaal getrainde herdershonden. De hulpverleners hadden lange, dunne stalen stokken bij zich. Ze gingen schouder aan schouder over de sneeuw lopen en prikten hun stokken diep in de sneeuw. Als ze weerstand voelden, lieten ze een hond 50

6 LESBEGELEIDING OMGEVINGSLES Infrastructuur in de eigen omgeving ` Lesinhoud en lesdoel De kinderen hebben in les 3 het begrip infrastructuur geleerd. In deze les kijken de kinderen welke infrastructuur er in hun eigen omgeving is. Daarmee geven ze antwoord op de vraag: is mijn woonplaats goed bereikbaar? Waar liggen wegen, rivieren, kanalen, spoorwegen, bruggen of tunnels? Is er een elektriciteitscentrale, vuilverbranding, waterwinbedrijf of waterzuiveringscentrale? Welke elementen zijn goed en wat zou er beter kunnen? Het doel van deze les is kinderen het geleerde te laten toepassen op hun omgeving, zodat het beter beklijft. Benodigdheden en voorbereiding Afhankelijk van de beschikbare tijd en de ligging van de school, kiest u voor een van de volgende mogelijkheden: 1 Ga met de hele groep naar buiten en wandel met de kinderen in de omgeving van de school. 2 De kinderen gaan in groepjes onder begeleiding van bijvoorbeeld ouders de omgeving van de school verkennen en inventariseren. In beide gevallen moet van tevoren een route worden uitgezet langs interessante punten. De kinderen hebben onderweg papier en een pen of tekenmateriaal nodig. Start Herhaal kort met de kinderen wat ze in les 3 hebben geleerd. Schrijf op het bord: infrastructuur. Tijdens een gesprekje erover zet u rond dit begrip woorden die ermee te maken hebben, zoals: verkeer rivieren wegen tunnels bruggen viaducten elektriciteitscentrale vliegveld. Ga met de kinderen nog eens in op de verschillende kenmerken. Wijs ze erop dat het bij infrastructuur alleen gaat om voorzieningen om mensen en goederen te vervoeren. Een vrachtwagen en trein maken gebruik van die voorzieningen, maar zijn zelf geen onderdeel van de infrastructuur. Het begrip goederen moet je heel ruim nemen. Ook elektriciteit, drinkwater, s en telefoongesprekken vallen onder dit begrip, vandaar dat stroomkabels, waterleiding, zendmasten voor mobiele telefonie en computernetwerken deel uitmaken van de infrastructuur. Bij infrastructuur gaat het dus om vaste elementen, onroerende voorzieningen, die transport van mensen en goederen mogelijk maken. Voor kinderen moet dit abstracte begrip vertaald worden: door bruggen, tunnels, wegen en spoorrails kun je gemakkelijker op andere plaatsen komen en kunnen bedrijven grondstoffen en producten aanen afvoeren. Mensen kunnen er ook gemakkelijker door naar hun werk reizen of op vakantie gaan. Door een goede infrastructuur wordt leven en werken gemakkelijker. In les 3 gold dit met name voor bergbewoners, maar in deze les gaan de kinderen zien dat ook in hun woonplaats een goede infrastructuur belangrijk is. Verloop De kinderen gaan in groepjes of als één groep de omgeving van de school inventariseren. Ze beschrijven of tekenen alle mogelijke vormen van infrastructuur die ze zien. Na de wandeling bespreekt u op school wat de kinderen hebben waargenomen. Hebben ze de verkeerslichten genoteerd en hebben ze de zendmast gezien voor de mobiele telefonie? En schotelantennes? Wie zag de putjes in de weg voor de afvoer van het regenwater? Schrijf alle elementen op het bord. Daarna kiest elk kind een element en maakt daar een tekening van. U maakt van alle tekeningen een collage met als titel: Infrastructuur rond onze school. Afronding Bespreek de activiteit met de kinderen. Vonden ze het lastig om veel verschillende soorten onderdelen van de infrastructuur te ontdekken? Zijn er nog vragen? 51

7 6 Industrie in Duitsland ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN In dit hoofdstuk leren de kinderen aan de hand van het voorbeeld Duitsland dat er verschillende soorten industrie zijn. Ze zien hoe in dat land veel zware industrie is vervangen door schonere en lichtere industrie, zoals de hightech-industrie. De EU stimuleert door het verstrekken van subsidies onderzoek naar veilige en milieuvriendelijke technologieën. Met subsidies probeert ook de Duitse regering bedrijven naar gebieden met veel werkloosheid te lokken. 1 Knappe koppen In deze les leren de kinderen dat er in laboratoria van de hightech-industrie onderzoek wordt gedaan naar nieuwe producten. Arbeiders werken in deze fabrieken met de nieuwste technieken. Met de export van hightech-producten wordt veel geld verdiend. Wetenschappers zoeken naar alternatieve, milieuvriendelijkere brandstoffen. GPS-systeem Satellietplaatsbepaling is het bepalen van een locatie op aarde met behulp van satellieten. Er zijn verscheidene systemen waarmee men dit kan doen, waarvan GPS de bekendste is. Oorspronkelijk is dit systeem ontwikkeld voor gebruik door de Amerikaanse strijdkrachten. In vaste banen rond de aarde draaien satellieten, die elk een eigen signaal uitzenden. Met de ontvangst van minimaal vier van deze signalen kan een GPS-ontvanger zijn positie op aarde vrij nauwkeurig bepalen. Het GPS-systeem is bijna overal op de wereld de hele dag te gebruiken en werkt onder alle weersomstandigheden. Men kan ook een te volgen route van tevoren uitstippelen, door het invoeren van coördinaten (waypoints). De ontvanger geeft de richting aan die men dan moet volgen en geeft een signaal wanneer men een waypoint bereikt heeft. GPS wordt vaak toegepast in routenavigatiesystemen in auto s, vliegtuigen en schepen. Maar ook wandelaars, kanovaarders en bergbeklimmers gebruiken het systeem. Bij precision farming wordt door middel van GPS-gegevens het gebruik van (kunst)mest en bestrijdingsmiddelen gecontroleerd. Industrie in Duitsland De Duitse industrie heeft een belangrijke rol gespeeld bij de wederopbouw van de economie na de Tweede Wereldoorlog. Door de hoge kwaliteit van de producten en de Duitse degelijkheid kreeg de industrie een sterke positie op de wereldmarkt. Duitse automerken, zoals BMW, Volkswagen, Audi en Mercedes, zijn tot een begrip in de autobranche uitgegroeid. Ook de elektrotechnische industrie, waarvan Siemens en Bosch de belangrijkste bedrijven zijn, staat op een hoog peil. Daarnaast zijn de machinebouw (Siemens en Thyssen-Krupp) en de chemische industrie (BASF en Bayer) ook zeer belangrijke sectoren. Schonere brandstof Auto s die op elektriciteit rijden, zijn schoner, maar veroorzaken toch vervuiling omdat de elektriciteit opgewekt moet worden. Er zijn hybride auto s die zowel op elektriciteit als op benzine of gas rijden. Ecobrandstoffen zijn hernieuwbaar en leiden niet tot de uitstoot van broeikasgassen. Nadeel is de vervuiling aan de bron (suikerriet verbranden voor de oogst) en het onttrekken van landbouwgrond aan de voedselproductie. Koolzaadolie vraagt bovendien extra energie in verband met de stroperigheid. Andere milieuvriendelijke brandstofvormen zijn zonne-energie en waterstof. Waterstof wordt gezien als de brandstof van de toekomst wat voertuigen betreft. De uitstoot bestaat uitsluitend uit waterdamp, en water is er genoeg. Wetenswaardigheden Geocaching is een buitensport waarbij men met behulp van een GPS-ontvanger ergens een schat, de zogenaamde geocache, moet zien te vinden. De Nederlandse zonneauto Nuna 3, die op zonne-energie rijdt, won een race dwars door Australië met een gemiddelde snelheid van 103 kilometer per uur. Bronnen voor verdere informatie Meer informatie over Duitsland kunt u vinden in Informatieboekje 147, Duitsland. 53

8 ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN 2 Eén groot bouwpakket In deze les leren de kinderen onder andere dat reusachtige robots goedkoop en snel onderdelen van een auto kunnen assembleren. Door de automatisering raakten veel fabrieksarbeiders hun werk kwijt. Hoogovens leveren ijzer en staal voor de (auto)industrie. Ze staan nu niet meer zoals vroeger aan rivieren, maar aan zeehavens, omdat zeeschepen daar grote hoeveelheden steenkool en ijzererts kunnen afleveren. Robots Een robot is een machine die door een computer bediend wordt. De eerste moderne robots deden rond 1980 hun intrede in Nederlandse fabrieken. Het waren eenvoudige apparaten die iets konden oppakken en verplaatsen. Daarna kwamen er robots die meer opdrachten tegelijk konden uitvoeren. Een verfrobot bijvoorbeeld, kan de ene keer een kleine auto spuiten en de andere keer weer een heel ander type auto. Het nieuwst zijn de slimme robots. Zij zijn intelligent. Een slimme robot begrijpt wat hij ziet en hoort. Hij kan zelf beslissingen nemen. Intelligentie bij robots noemt men kunstmatige intelligentie. De robot is dan zo ingesteld, dat hij zichzelf iets kan leren. Robots kunnen niet zonder computers. Via een kabel, radioverbinding of lichtstraal hebben ze contact met een centrale computer. Robots maken gebruik van sensoren. Dat zijn machinezintuigen. In plaats van ogen, hebben de robots videocamerachips, waarmee ze dingen kunnen zien. Hoogoven Cokes is nodig voor de productie van ijzer en staal. Het wordt gemaakt van vetkolen uit dieper gelegen steenkoollagen. Bij het maken van cokes ontstaan twee bijproducten: gas en teer. Een hoogoven is een grote stalen constructie van ongeveer 40 meter hoog. Bovenaan in de schacht worden om en om lagen ijzererts en cokes gestort. Via een ringleiding wordt hete lucht met een temperatuur van ongeveer 1200 ºC in de ovenlading geblazen. De temperatuur in de oven stijgt dan tot ºC. Het ijzererts smelt en valt uiteen in vloeibaar ijzer en slak. Beide zakken door de cokes heen en worden onder in de oven afgetapt. Daar wordt het ijzer ruwijzer genoemd - in een menger gegoten. Deze treinwagons met een torpedovormig voorraadvat met vuurvaste binnenbekleding brengen het ruwijzer naar de staalfabriek voor verdere verwerking. Moderne hoogovens produceren 8500 tot ton ruwijzer per dag. De vloeibare slak die boven op het gesmolten ijzer drijft, wordt onder andere in de wegenbouw de cementindustrie gebruikt. Ruhrgebied Het Ruhrgebied heeft zijn industrialisatie te danken aan de aanwezigheid van steenkool en de ligging aan de Rijn. Per schip werd ijzererts aangevoerd. Rond de hoogovens kwamen fabrieken waarvoor staal een belangrijke grondstof was, zoals machinefabrieken en autofabrieken. Omdat er veel arbeiders nodig waren, groeide het Ruhrgebied uit tot de grootste bevolkingsconcentratie van Duitsland. Tegenwoordig is de ligging van het Ruhrgebied niet zo gunstig meer voor zware industrie. Deze industrie vestigt zich nu liever bij zeehavens, wegens de grotere aan- en afvoerschepen. Bovendien hebben de bedrijven dan een ruimere keus aan grondstofleveranciers. Veel hoogovens zijn daarom verplaatst naar de grote zeehavens, zoals in Bremen en Hamburg. Na een periode van grote werkloosheid door de sluiting van fabrieken, hebben de auto-industrie en andere hightech-industrieën nu voor nieuwe werkgelegenheid in het Ruhrgebied gezorgd. Het milieu is er door het vertrek van de zware industrie een stuk schoner geworden. Wetenswaardigheden De Tsjechische schrijver Karel Căpek gebruikte voor het eerst het woord robot (saai werk). In zijn toneelstuk moesten als machine verklede mensen in een fabriek vervelend werk doen. De Bugatti EB Veyron 16.4 (onderdeel van het Volkswagenconcern) is een productiewagen, kost 1 miljoen euro en heeft een topsnelheid van 407 kilometer per uur. Bronnen voor verdere informatie Meer informatie over hoogovens kunt u vinden op Kijk ook eens in Informatie Junior 102, Robots. 54

9 ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN 3 Autofabrieken zorgen voor werk In deze les leren de kinderen dat Duitsland uit deelstaten bestaat. In sommige deelstaten, zoals Beieren, staan veel fabrieken en is dus veel werk. In andere, zoals Saksen, is weinig werk. De Duitse regering en de EU geven subsidies aan fabrieken, als die zich in armere deelstaten vestigen. Duitsland, een stukje geschiedenis In 1945 verloor Hitler de Tweede Wereldoorlog en werd Duitsland opgedeeld in twee landen: Oost-Duitsland (Duitse Democratische Republiek) en West-Duitsland (Bondsrepubliek Duitsland). Oost-Duitsland stond onder invloed van Rusland en werd communistisch. Veel Oost-Duitsers vertrokken naar het Westen. Daarom liet de Oost-Duitse regering een grote muur bouwen op de grens. Deze werd het IJzeren Gordijn genoemd. In 1989 kwamen de Oost-Duitsers in opstand. De Muur viel, de grenzen werden geopend en uiteindelijk leidde dit tot de hereniging met West-Duitsland in Duitsland, officieel Bondsrepubliek Duitsland, is een federatie van zestien deelstaten met in totaal 83 miljoen inwoners. De deelstaten hebben een eigen grondwet, regering en parlement. Het staatshoofd, de bondspresident, wordt om de vijf jaar door de bondsvergadering gekozen. Duitsland wordt wel het hart van Europa genoemd, omdat het land midden in Europa ligt en zo belangrijk is. Zo krijgt bijna heel Europa problemen, als het economisch niet goed gaat met Duitsland. In geen enkel ander Europees land staan zoveel fabrieken en bedrijven als in Duitsland. Voormalig Oost-Duitsland In het voormalige Oost-Duitsland was veel zware industrie. De toenmalige regering vond het milieu niet belangrijk. Alles draaide om economische vooruitgang. Sinds de eenwording pompt de Duitse regering veel geld in het oosten om de achterstand op het westelijke deel kleiner te maken. Dat is tot nu toe aardig gelukt. De reële inkomens liggen inmiddels op het niveau van 80% van die in West-Duitsland. De infrastructuur is aardig op orde gebracht. Toch zijn er relatief veel mensen werkloos. De arbeidsproductiviteit in deze nieuwe deelstaten is lager. Aan de ene kant komt dit door de technologische achterstand, aan de andere kant door het verschil in bedrijfsgrootte. Van de industriële ondernemingen heeft 70% minder dan 50 werknemers. Maar de industriële productie is door product- en procesvernieuwing wel aanzienlijk verhoogd. Bedrijven uit andere delen van Duitsland en Europa vestigen zich er om een brug te slaan naar de Oost-Europese markt. Economische groei doet zich voor in de zuidelijke deelstaten, met name in Saksen. De noordelijke deelstaten van de voormalig DDR blijven echter probleemgebieden. Jaarlijks gaat zo n 75 miljard euro van Westnaar Oost-Duitsland. Het bedrag is sinds de hereniging gelijk gebleven. Dit geeft aan dat het oosten nog steeds ondersteuning nodig heeft bij de herstructurering van de economie. Veel geld gaat naar uitkeringen en het ondersteunen van bedrijven. Daarnaast is er geld nodig voor de verbetering van de infrastructuur (wegen, spoorlijnen, telefoon, riolering enzovoort) en het saneren van de steden. Ook het her- en bijscholen van de Oost- Duitse arbeidskrachten tot moderne werknemers kost veel geld. Wetenswaardigheden De centra in heel veel vroegere Oost-Duitse steden en dorpen zien er weer prachtig uit. Het water in de rivieren en kanalen is veel schoner dan vroeger, de luchtverontreiniging kon aanzienlijk worden beperkt en sinds 1993 zijn er nieuwe woningen gebouwd. Het wagenpark is intussen enorm gemoderniseerd. De arbeidsproductiviteit, die in 1990 nog 57% van het West-Duitse niveau was, is gestegen tot 78% in In deze periode is ruim drie kwart van de fabrieken vervangen door moderne industriële productiecapaciteit. (Bron: Nederlandse Ambassade Berlijn.) Bronnen voor verdere informatie Via de site kunt u allerlei informatie over Duitsland vinden. Wilt u meer weten over de geografie van Duitsland? Kijk dan eens op 55

10 ACHTERGRONDINFORMATIE BIJ DE LESSEN 4 Industrie in de ruimte In deze les leren de kinderen dat er in een ruimtestation onderzoek wordt gedaan door geleerden uit de hele wereld. Allerlei hightech-producten die oorspronkelijk voor de ruimtevaart ontwikkeld zijn, worden nu dagelijks door ons gebruikt. Onderzoekers bestuderen ook vanuit de ruimte de aarde en zo kunnen we ons bijvoorbeeld beter beschermen tegen natuurrampen. Internationaal ruimtestation Het ISS is een internationaal ruimtestation dat sinds 1998 om de aarde draait op een hoogte van 342 kilometer. Vanaf 2000 is het station permanent bewoond en het wordt continu uitgebreid. Voor de volledige bouw zullen minstens vijftig transportvluchten nodig zijn. Voor deze vluchten wordt gebruikgemaakt van Amerikaanse spaceshuttles en Russische Progressruimtevaartuigen. Andere landen leveren geld, onderdelen en kennis. De omvang van het uiteindelijke station is 73 meter breed, 52 meter lang en 25,5 meter hoog. Het station wordt permanent bemand door drie mensen. Daarnaast verblijven er regelmatig bezoekers, die onderzoek doen. De Europese landen die eraan deelnemen, leveren onder meer een uitgebreid laboratorium (Columbus) en de European Robotic Arm (ERA). Columbus bevat veel materiaal om experimenten uit te voeren die alleen in de ruimte kunnen plaatsvinden. Sommige experimenten moeten buiten het station worden uitgevoerd, omdat daar geen luchtdruk is. De intelligente ERA kan over de buitenkant lopen en voert allerlei taken uit. ERA installeert, vouwt uit en vervangt zonnepanelen, inspecteert het station, verplaatst camera s en modules en dient als platform bij ruimtewandelingen. Uitvindingen uit de ruimtevaart Veel ruimtevaartuitvindingen zijn nu terug te vinden in de winkel. Zo is het lichte en sterke koolstofvezel (carbon) nu een veelgebruikt materiaal geworden. Het zit bijvoorbeeld in tennisrackets, fietsen, hengels en auto s. Dankzij de materialen uit de ruimtevaart kan een vrachtwagen tegenwoordig zo n 3000 kilo lichter zijn dan vroeger. Daarmee wordt vervoer goedkoper en milieuvriendelijker. Omdat astronauten op aarde allerlei situaties in de ruimte trainen, zijn er simulatiecomputers ontwikkeld. Deze worden tegenwoordig ook in vergelijkbare situaties toegepast. Piloten en trein- en trambestuurders leren nu hun vak voor een deel in een simulator. Weersatelliet De eerste satelliet, de Spoetnik, werd in 1957 in Rusland gelanceerd. Tegenwoordig draaien er meer dan vijfduizend satellieten rond de aarde. De meeste zijn van Rusland en de Verenigde Staten. Er zijn ook weersatellieten. De Meteosat is een Europese weersatelliet. Hij hangt op een hoogte van kilometer. Een belangrijk onderdeel is de stralingsmeter, waarmee de straling wordt gemeten die van de wolken terugkaatst. Als het donker is, maakt de stralingsmeter gebruik van infrarode straling om de warmte te meten. De Meteosat heeft dertig minuten nodig om met behulp van de stralingsmeter één opname te maken van een deel van de aarde. Via antennes worden de gegevens naar een grondstation gezonden. Een grote schotelantenne vangt die signalen op. Daarna worden de gegevens verwerkt tot beelden. Wetenswaardigheden Jules Verne schreef in 1865 zijn boek De reis naar de maan. Daarin beschrijft hij hoe een ruimtevaartuig wordt afgeschoten door een kanon en naar de maan reist. In 1957 bracht de Spoetnik 2 het eerste levende wezen in de ruimte, het hondje Laika. Joeri Gagarin was in 1961 de eerste mens in de ruimte. De vlucht duurde 1 uur en 48 minuten. De eerste man die een voet zette op de maan, was Neil Armstrong. Hij deed dat op 21 juli Bronnen voor verdere informatie Via de site kunt u allerlei informatie vinden over ruimtevaart. Kijk ook eens in Informatieboekje 113, Ruimtestations, en Informatieboekje 194, Astronaut. 56

11 VERHAAL De robot van de rommelmarkt Buiten regende het, maar in het klaslokaal scheen de zon. Een kunstmatige zon een die misschien beter was dan de echte. De kinderen zaten aan hun witte tafels, allemaal een koptelefoon op. Ze luisterden naar de Centrale Rekenmeester, die hun sommen opgaf. Ze rekenden die uit door toetsen aan te slaan op de rekenmachientjes die voor hen stonden. Als het antwoord goed was, verscheen het in blauwe cijfers op het kleine scherm. Was het fout, dan waren de cijfers oranje. Dat laatste gebeurde niet vaak, want de kinderen hoefden niets zelf uit te rekenen; dat deden de machines. Maar ja, je kon altijd de verkeerde toets aanslaan. Dat deed Edu voor de tweede maal al. En de stem van de Centrale Rekenmeester klonk berispend door de koptelefoon: Edu Jansen, je hebt de drie verward met de vijf. Is het zo moeilijk de cijfers van één tot en met tien uit je hoofd te weten? De machine doet bijna alles, maar iets moet je zelf doen! Edu zuchtte. Hij moest er zijn gedachten beter bij houden, anders zou hij nog school moeten blijven. En het was toch al zo n lange dag vandaag van negen tot elf! Toch kon hij niet nalaten telkens naar de deur te kijken. Dadelijk zou de robot binnenkomen die het huiswerk ophaalde en nakeek Edu Jansen, opletten! klonk het door de koptelefoon. Hoeveel is vijfentwintig maal dertien? Edu tikte op de toetsen in blauwe letters kwam het antwoord op het scherm. Gelukkig, dat was gedaan. De muur tegenover hem werd verlicht. Hij deed zijn koptelefoon af, evenals de andere kinderen. De zonneschijn werd wat gedempt (niet door de wolken), en een metalen stem sprak door het lokaal: We beginnen nu met hemelruimtekundeles. Marga Visser, neem je boek en lees bladzij veertien voor. Marga stond op en zette haar boek op de standaard van het voorleesapparaat, dat in het midden van de klas stond. Ze drukte een paar knoppen in, en meteen begon het apparaat te spreken: De planeten draaien om de zon in ellipsvormige banen Edu dacht: Gelukkig dat de machine dit helemaal doet! Vader zegt dat er zesentwintig letters zijn stel je voor dat je die allemaal zou moeten kennen! Voor rekenen heb je gelukkig maar tien cijfers nodig. Gisteren, bij de geschiedenisles had hij gehoord dat je vroeger op school écht moest leren lezen letter voor letter, woord voor woord, bladzij voor bladzij. Mars, Aarde, Venus, Mercurius sprak het voorleesapparaat. Goed gedaan, Marga, zei de metalen stem. Zet het apparaat maar af. We gaan nu kijken naar de rode planeet die Mars heet. De muur werd donker daarna begonnen er sterren op te schitteren. Edu keek aandachtig; van hemelruimtekunde hield hij meer dan van rekenen. Daar verscheen Mars, steeds groter en duidelijker. Kijk, daar zijn de woestijnen, zei de metalen stem. En op deze plaats betraden voor het eerst mensen de bodem van Mars Het kwartier van deze les was gauw voorbij. De zon begon weer helder te schijnen en even later ging de deur open. De huiswerk-robot kwam binnenrijden. Hij rolde bij alle kinderen langs en die deden hun werk in de gleuf in zijn romp. Bij Edu hield hij langer stil. Ik wacht op je huiswerk, zei hij met zijn eentonige stem. Edu kreeg een kleur en zei: Ik ik heb het niet. Tonke Dragt. Uit: De robot van de rommelmarkt & Route Z. 57

12 LESBEGELEIDING OMGEVINGSLES Industrie in de buurt ` Lesinhoud en lesdoel De kinderen gaan in de eigen omgeving op zoek naar een bedrijf of fabriek. Ze kijken welke vorm van productie er plaatsvindt en maken daar een presentatie over. Waar ligt een industriegebied of bedrijventerrein? Welke soort industrie is er? Hoe ziet de infrastructuur van het gebied eruit? Het doel van deze activiteit is dat de kinderen ontdekken dat in hun eigen omgeving ook industrie is, hoe kleinschalig soms ook. Industrie zorgt voor werkgelegenheid, maar kan ook overlast geven. Benodigdheden en voorbereiding Als u met de kinderen een (hightech)fabriek of -bedrijf wilt bezichtigen, moet u met zo n bedrijf of fabriek een afspraak maken. Is een excursie lastig of niet uitvoerbaar, dan kunt u ook het bedrijf in de klas halen. Misschien kan een ouder die er werkt er iets over vertellen of zorgt het bedrijf zelf voor een voorlichter. Hebt u hulp van ouders nodig en vervoer, regel dit op tijd. Zorg eventueel ook voor een digitale camera. Ligt uw school in landelijk gebied? Denk dan eens aan een bezoek aan een modern agrarisch bedrijf. Veel van deze bedrijven zijn tegenwoordig grotendeels geautomatiseerd en geschikt voor een rondleiding. Ook daar wordt met hightechproducten gewerkt. Start U herhaalt kort met de kinderen wat ze de afgelopen lessen hebben geleerd. Schrijf tijdens dat gesprekje de volgende sleutelbegrippen op het bord: hightech-industrie assemblage robots automatisering halffabrikaten eindproducten industriegebied welvaart luchtvervuiling. Vervolgens vraagt u aan de kinderen welke fabrieken of bedrijven ze in de eigen omgeving kennen. Is er een industrieterrein? Zijn ze daar weleens geweest? Kennen ze namen van bedrijven? Schrijf deze namen op het bord. Wat maken ze er? Schrijf dat erachter. Werken er ouders/verzorgers of bekenden? In welke fabriek? Wat doen ze daar voor werk? Vertel de kinderen daarna dat u met hen bij een van deze bedrijven op bezoek gaat of dat er iemand iets over dat bedrijf komt vertellen. Laat de kinderen vervolgens een lijst maken met vragen die ze willen stellen. De vragen moeten deels gericht zijn op wat de kinderen eerder geleerd hebben over moderne industrie in Duitsland. Laat ze naar de begrippen op het bord kijken. Horen die ook bij bedrijven in hun omgeving? Verloop Mogelijkheid 1: u bezoekt met de kinderen het bedrijf. De kinderen krijgen ter plekke informatie, stellen vragen en maken eventueel foto s. Mogelijkheid 2: een ouder/verzorger of een voorlichter van het bedrijf komt op school en geeft de kinderen informatie over het bedrijf waar hij of zij werkt. Afronding Na afloop van het bezoek aan het bedrijf of het verhaal van de ouder maken de kinderen een verslag van hun ervaring en bevindingen. Dat kan in de vorm van een kort verslag of kringgesprek, een werkstuk, brief, PowerPointpresentatie of een presentatie op een digibord. De kinderen kunnen tekenen en schrijven, plaatjes zoeken en zelfgemaakte foto s uitprinten. Laat ze op een plattegrond aangeven waar hun bedrijf te vinden is. De kinderen kunnen ook een folder maken of posters. Laat ze in groepjes werken. De kinderen presenteren hun bevindingen aan elkaar. Laat de anderen vragen stellen. Kan elk kind nu vertellen welke industrie er is in de omgeving? Wat maken ze daar? Zijn dat halffabrikaten of eindproducten? Welke grondstoffen gebruiken ze? Hoe wordt er gewerkt? Welke machines gebruiken ze? Of robots? Hadden de kinderen gedacht dit zo dicht bij huis te vinden? 58

13 Hoog in de bergen 1 LB WB 27 HL 46 Lesinhoud In dit hoofdstuk leren de kinderen de kenmerken van een hooggebergteklimaat en de gevolgen daarvan voor de begroeiing. Ze ontdekken hoe mensen in berggebieden wonen en werken. Veel berggebieden zijn de laatste eeuw makkelijker bereikbaar geworden door een betere infrastructuur. In deze les leren de kinderen hoe het klimaat in een hooggebergte is. Ze doen dit aan de hand van een toeristisch treinreisje vanuit het dal naar de top van een berg. Daar liggen gletsjers. Het smeltwater van deze gletsjers vormt rivieren en neemt grind, zand en klei mee naar beneden. Lesdoelen De kinderen kunnen: de volgorde aangeven van de begroeiinggordels in een hooggebergte; vertellen wat een gletsjer is en hoe deze ontstaat; uitleggen hoe een gletsjer het begin van een rivier kan vormen; de begrippen erosie en verwering uitleggen. Kaartvaardigheden De kinderen maken kennis met een panoramakaart en een hoogtekaart. Sleutelbegrippen hooggebergte begroeiing naaldbos loofbomen alpenweiden almen gletsjer gletsjertong eeuwige sneeuw smeltwater verwering erosie Benodigdheden en voorbereiding atlassen Voor de alternatieve introductie vraagt u de kinderen om van huis souvenirs of andere voorwerpen mee te nemen die afkomstig zijn uit de Alpen. Natuurlijk zijn vakantiekiekjes, reisgidsen en folders ook welkom. Voorinstructie Neem eventueel met de kinderen die dat nodig hebben, vooraf de lastige woorden in deze les door. Doe dit aan de hand van kopieerboek bladzijde 9. Introductie Maak op het bord een woordspin rond het woord Alpen. Laat de kinderen daarop reageren. Bekijk daarna met de kinderen de grote afbeelding op bladzijde 50 en 51. Wat zien ze allemaal? Komt deze plaat overeen met wat er net op het bord is geschreven? Laat ze maar vertellen. Wie is er weleens op een plaats geweest die daarop lijkt? Hoe was het daar? Wat vond je ervan? Waarom ging je ernaartoe? Veel mensen gaan op vakantie naar berggebieden. Wat doen ze daar? (Wandelen, bergbeklimmen, wintersporten.) In welk land is deze foto waarschijnlijk gemaakt? (Oostenrijk.) Wat zijn verschillen met Nederland? Laat de kinderen ook even door de andere lessen van het hoofdstuk bladeren, zodat ze een beeld krijgen van het onderwerp. Vertel ten slotte wat de kern van deze les is: de Alpen zijn een hooggebergte. Door de hoogteverschillen leven mensen daar anders dan in Nederland. Alternatieve introductie U kunt ook voor de volgende aanpak kiezen om het onderwerp van de les bij de kinderen te introduceren. Laat de kinderen de meegenomen souvenirs, andere voorwerpen en foto s uit Alpenlanden op een tafel leggen. Laat ze de voorwerpen bekijken en erover praten. Kinderen die wat mee gebracht hebben, laat u er kort over vertellen. Wat is het? Hoe weet je dat het uit een Alpenland komt? Waarom is het typisch een souvenir uit een Alpenland? Waar wordt dit voorwerp voor gebruikt? (Bijvoorbeeld klimijzer.) Vertel ten slotte wat de kern van deze les is. 115

14 Instructie Lees de tekst op bladzijde 50 van het leerlingenboek en laat de kinderen vervolgens de bijbehorende afbeeldingen bekijken. Zien de kinderen dat er een bepaalde gelaagdheid zichtbaar is? In het dal zijn weiden en huizen. Als je naar boven toe gaat, zie je naaldbos, kale rotsen en sneeuw. Bespreek vervolgens de kijkvragen. De antwoorden zijn: 1 bergweiden, loofbomen en naaldbos; 2 de gletsjer; 3 (een bergkam is het geheel van hoogste punten van een berg, een aaneengesloten reeks; een bergtop is een onderdeel van een bergkam) meer dan zes toppen; 4 zonder scherpe bochten zou de weg bergop veel te steil worden; 5 een skigebied of skipiste. Laat de kinderen de tekst op bladzijde 52 lezen en het vakantiedagboek van Kim. Bekijk met de kinderen daarna afbeelding 5 en stel er vragen over: Hoe hoog zijn de bergen? Op welke hoogte begint de treinreis van Kim? Wat betekent 580 m eigenlijk? (580 meter boven zeeniveau.) Wijs met je vinger de door Kim gemaakte treinreis aan. Wat zag Kim toen ze naar buiten keek tussen Interlaken Ost en Lauterbrunnen? (Fruitbomen en huizen.) En tijdens de tweede treinreis? (Kerstbomen, kale rotsen, gras op de alpenweiden/almen.) En tot ze op de Top of Europe waren? (Kale rotsen, sneeuw.) Vertel dat je deze volgorde in alle berggebieden ziet. Laat ze deze bekijken op de grote plaat op de vorige bladzijden. Laat ze ook kijken naar de tekening op bladzijde 54. In die les komen de verschillende begroeiinggordels uitgebreid aan bod. Vertel dat de temperatuur bepaalt wat er kan groeien. Laat de kinderen daarna naar de afbeeldingen op bladzijde 53 kijken. Wie is er weleens op een gletsjer geweest? Laat kinderen die er geweest zijn, er kort over vertellen. Kijk nog even naar de afbeelding op bladzijde 50 en 51. Waar ligt een gletsjer? Lees vervolgens met de kinderen de teksten op bladzijde 53 en geef waar nodig uitleg. Begrijpen de kinderen wat erosie en verwering is? Misschien hebt u in de klas een voorbeeld van erosie: een uitgesleten drempel of plek op de vloer, veroorzaakt door het langsschuren van duizenden schoenen! Verwering heeft, zoals het woord al zegt, te maken met het weer. Vertel dat vrijwel alle klei en zand waaruit de Nederlandse bodem bestaat, ooit door de Rijn (Alpen) en de Maas (Ardennen) uit de bergen hierheen zijn getransporteerd. Napoleon noemde ons land niet voor niets een aanslibsel van de Franse rivieren, wat hij als argument gebruikte om ons land bij Frankrijk te voegen. Verwerking U kunt de kinderen de opdrachten in het werkboek zelfstandig laten maken. Maar u kunt er ook voor kiezen om de opdrachten van tevoren met een of meer kinderen door te nemen. Aandachtspunt: Laat de kinderen als het even kan de extra opdracht maken. Hierbij oefenen ze zelfstandig met een hoogtekaart. Het is een belangrijke oefening in kaartvaardigheid. Afsluiting Bespreek de opdrachten kort met de kinderen. De meeste opdrachten zullen geen problemen opgeleverd hebben. Controleer bij opdracht 1 of de kinderen de juiste cijfers in de vakjes hebben geschreven. Verduidelijk bij opdracht 2 eventueel de beide begrippen nog eens. Begrijpen de kinderen bij opdracht 5 wat hoogtelijnen zijn? Als u tijd overhebt, laat u de kinderen een berg tekenen met daarop allerlei activiteiten die mensen er kunnen doen, zoals bergbeklimmen, abseilen en skiën. U kunt ook met de kinderen in de atlas de kaart De Alpen bekijken en daar vragen over stellen. Het is een lastige kaart, omdat er nauwelijks zeeën of andere markante vormen in het gebied aanwezig zijn. Aandachtspunten voor de volgende les Zorg voor atlassen en reisgidsen en folders over vakantiebestemmingen in de Alpen. U kunt de kinderen alvast les 5 van het werkboek topografie laten maken. Spreek van tevoren met de kinderen af wie de extra opdrachten ook maken. 116

15 Bergweiden en bossen 2 LB WB HL 47 Lesinhoud In deze les leren de kinderen de kenmerken van een hooggebergteklimaat en de daarbij behorende begroeiinggordels, zonder dat deze term overigens genoemd wordt. Op de bergweiden is veeteelt mogelijk. De bergboeren hebben het niet makkelijk. Ze kunnen geen grote landbouwmachines gebruiken. De boeren krijgen subsidie van de EU, omdat anders niemand meer voor het landschap zorgt. De bergen trekken veel toeristen. Het massatoerisme is een belangrijke inkomstenbron, maar geeft ook problemen. Lesdoelen De kinderen kunnen: kenmerken van een hooggebergteklimaat noemen; uitleggen hoe wolken en neerslag ontstaan; een voor- en een nadeel noemen van massatoerisme in de Alpen; uitleggen wat de gevolgen zijn van het kappen van bomen op berghellingen; vertellen hoe bergboeren werken en waarom ze subsidie krijgen. Kaartvaardigheden De kinderen werken met een panoramakaart van een skigebied. Sleutelbegrippen hooggebergteklimaat waterdamp eeuwige sneeuw sneeuwgrens boomgrens alpenweiden naaldbos loofbomen lawines bodemerosie massatoerisme bergboeren almproducten Benodigdheden en voorbereiding reisgidsen, folders over vakantiebestemmingen in de Alpen Voorinstructie Neem eventueel met de kinderen die dat nodig hebben, vooraf de lastige woorden in deze les door. Doe dit aan de hand van kopieerboek bladzijde 9. Introductie Lees het verhaal Ingesloten voor op bladzijde 50 van de handleiding. Stel daarna vragen naar aanleiding van dit verhaal. Heb je weleens van lawines gehoord? Of heb je er zelf mee te maken gehad op vakantie? Heb je gezien dat er gewaarschuwd werd voor lawinegevaar? Waarom moeten skiërs op hun hoede zijn? Wat kunnen ze doen om geen onnodig gevaar te lopen? Laat de kinderen vervolgens kijken naar de afbeeldingen op bladzijde 55 van hun boek. Ze zien een sneeuwlawine en de gevolgen van een modderlawine. Vertel ten slotte wat de kern van deze les is: in een hooggebergte is een heel ander klimaat dan in Nederland. Er komen veel toeristen. Dat heeft voordelen, maar ook nadelen. Alternatieve introductie U kunt ook voor de volgende aanpak kiezen om het onderwerp van de les bij de kinderen te introduceren. Teken op het bord een berg, ongeveer zoals op bladzijde 54 van het leerlingenboek. Vraag de kinderen om rond de tekening allerlei sporten en activiteiten te schrijven die je in de bergen kunt doen. Denk daarbij niet alleen aan wintersporten, maar ook aan wildwatervaren en wandelen. U geeft de kinderen enkele minuten de tijd. Laat ze van elke activiteit met een pijl naar de tekening aangeven waar die plaatsvindt. Daarna neemt u het weer over en zegt u tegen de kinderen dat het allemaal wel leuk is, maar hoe en waar verblijf je tijdens je activiteiten? (Camping, hotel, vakantiehuis.) Waar eet je? (Restaurant, snackbar, hotel.) Probeer het gesprek zo te leiden, dat de kinderen ontdekken dat de mensen in de berggebieden geld verdienen aan de toeristen en vakantiegangers. Laat de kinderen vervolgens kijken naar de afbeeldingen op bladzijde 54 en 55. Wijs ze op afbeelding 2 en 3. Vertel nu wat de kern van deze les is. 117

16 Instructie Lees samen met de kinderen de teksten op bladzijde 54. Bekijk afbeelding 1. Laat een kind verwoorden door welke landschappen je loopt wanneer je vanuit het dal naar de top wandelt. Waar is het het koudst? (Op de bergtop.) En waar het warmst? (In het dal.) Waaraan zie je dat? (Wel of geen plantengroei, wel of geen bomen.) Wijs op het verschil tussen naaldbossen en loofbossen. Naaldbomen zijn beter aangepast aan een koud klimaat dan loofbomen. Daarom komen ze hoger op de hellingen voor dan loofbomen. Feitelijk is niet de kou de beperkende factor, maar de droogte. Door de kou kunnen bomen geen water opnemen. Voor de uitleg van de stijgingsregens kunt u een berg op het bord tekenen. Laat met pijlen de wind zien die vanuit het dal langs de berghelling omhooggedreven wordt. Wat gebeurt er met de lucht? (Koelt af.) En de waterdamp die in de lucht zit? (Koude lucht kan minder waterdamp vasthouden dan warmere.) Gebruik deze vergelijking: de koude lucht wordt als een spons uitgeknepen: het gaat regenen. Lees samen met de kinderen de tekst Wintersport en geef waar nodig extra uitleg. Laat de kinderen daarna afbeelding 2 en 3 bekijken. Lawines zijn te vergelijken met een alsmaar dikker wordende sneeuwlaag op een schuin dak die op een gegeven moment gaat schuiven. Maar bij een lawine breken bomen af en worden huizen verwoest. In de Alpenlanden worden voorzieningen getroffen, zoals dwarsmuren, splijthoeken en overkappingen over wegen. Lawinebanen moeten lawines om dorpen heen leiden. Stuiflawines zijn het gevaarlijkst. Door luchttrillingen kan de sneeuw gaan schuiven. Een heel ander soort lawine kan door ontbossing ontstaan. Bodemerosie kan modderlawines veroorzaken (afbeelding 3). Vervolgens lezen de kinderen zelfstandig de tekst Steile hellingen, of u doet dit samen met hen. Ga na enige tijd na of de kinderen nog een toelichting nodig hebben. Bij opdracht 4 is het lastig een onderscheid te maken. In de volksmond wordt waterdamp meestal verward met mist en stoom. Waterdamp is echter een onzichtbaar gas. Het condenseert tot minieme waterdruppeltjes die zichtbaar zijn in de vorm van mist of wolken. Vraag bij opdracht 9 waarom die werkzaamheden zo lang duren op een bergweide. Als u tijd overhebt, laat u de kinderen wintersporten uitbeelden. Eén kind beeldt voor de klas een sport uit en de anderen raden welke sport het is. Wie het goed geraden heeft, mag de volgende sport uitbeelden. Laat de kinderen in reisgidsen, folders of op internet kijken naar vakantiebestemmingen in de Alpen. Ze moeten een vakantieplaats kiezen en de informatie over de plaats lezen. U zegt dat ze over die plaats informatie aan bezoekers van de vakantiebeurs moeten geven. Wat gaan ze vertellen? Welke vragen verwachten ze dat er gesteld gaan worden? Daarna laat u het bezoek aan de vakantiebeurs spelen. Eén kind is bezoeker, een ander kind voorlichter. Aandachtspunten voor de volgende les Zorg voor atlassen en tekenpapier. U kunt de kinderen alvast les 5 van het werkboek topografie laten maken. Ze leren dan de topografie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland. Deze topografie loopt echter niet parallel aan de inhoud van dit hoofdstuk. U kunt er eventueel voor kiezen om de kinderen eerst les 6 te laten maken. Deze gaat voor een deel over de Alpenlanden (Midden-Europa en Italië). Spreek van tevoren met de kinderen af wie de extra opdrachten ook maken. Verwerking U kunt de kinderen de opdrachten in het werkboek zelfstandig laten maken. Maar u kunt er ook voor kiezen om de opdrachten van tevoren met een of meer kinderen door te nemen. Afsluiting Bespreek de opdrachten kort met de kinderen. De meeste opdrachten zullen geen problemen opleveren. Controleer bij opdracht 3 of de kinderen de cijfers in de goede hokjes hebben staan. 118

17 Bouwen in de bergen 3 LB WB HL 48 Lesinhoud In deze les leren de kinderen dat door de verbetering van de infrastructuur de Alpen nu veel beter bereikbaar zijn dan vroeger. Dat is te danken aan de aanleg van wegen, tunnels, spoorwegen en bruggen. Alpenlanden spelen nu een belangrijke rol in het transitoverkeer tussen Noord- en Zuid-Europa. De landen zelf hebben er meer nadeel dan voordeel van. De bergen zijn niet alleen hindernissen. Ze zorgen ook voor energie. In de Alpen wordt groene stroom opgewekt in waterkrachtcentrales. Lesdoelen De kinderen kunnen: enkele hindernissen noemen voor het verkeer in de Alpen; voorbeelden noemen van infrastructuur; uitleggen wat transitoverkeer is en daar voor- en nadelen van noemen voor de Alpenlanden; met behulp van een afbeelding uitleggen hoe uit waterkracht energie gewonnen wordt. Kaartvaardigheden De kinderen leren met verschillende soorten hoogtekaarten te werken. Sleutelbegrippen transitoverkeer dynamiet tol infrastructuur stuwdam waterkrachtenergie groene stroom turbine - hoogspanningskabels Benodigdheden en voorbereiding atlassen tekenpapier Voorinstructie Neem eventueel met de kinderen die dat nodig hebben, vooraf de lastige woorden in deze les door. Doe dit aan de hand van kopieerboek bladzijde 10. Introductie Herhaal kort de belangrijkste punten uit de vorige twee lessen. De Alpen zijn een hooggebergte. Hoog in de bergen is het koud en valt er s winters veel sneeuw. Er liggen gletsjers die langzaam maar zeker de bergen afslijten en uitschuren. Door het toerisme verdienen bergbewoners geld, maar er worden ook bossen gehakt om skipistes aan te leggen. Daardoor komen er steeds meer lawines voor. Vertel de kinderen de kern van deze les: in berggebieden moeten mensen tunnels aanleggen en bruggen bouwen om grote hindernissen de bergen te overwinnen. Dezelfde hindernissen kunnen ook energie leveren. Alternatieve introductie U kunt ook voor de volgende aanpak kiezen om het onderwerp van de les bij de kinderen te introduceren. Begin de les met de volgende anekdote. Jantje heeft zich verslapen en fietst in allerijl naar school. Op de vraag van de juf waarom hij te laat is, antwoordt hij: De brug stond open! De open brug is een hindernis. Maar zonder brug zou Jantje waarschijnlijk nooit naar zijn school kunnen, of hij zou met een boot moeten oversteken. De vaart waarover de brug ligt, is de echte hindernis. Laat de kinderen andere hindernissen noemen. Schrijf ze op het bord: rivier, sloot, zee, berg, moeras, bos, muur, hek... Omcirkel het woord berg. Laat kinderen verwoorden hoe een berg een hindernis kan zijn. Laat ze proberen oplossingen aan te dragen voor dit probleem: tunnel, vliegen, kabelbaan, weg met haarspeldbochten, brug over het dal enzovoort. Het gaat erom dat kinderen in het thema van de les terechtkomen: hoe overwin je in berggebieden hindernissen om van A naar B te komen? Vertel ten slotte wat de kern van deze les is. 119

18 Instructie Lees samen met de kinderen de teksten op bladzijde 56. Bekijk vervolgens de bijbehorende afbeeldingen. Laat kinderen zich eens verwonderen over de bouw van de Europabrücke: hoe zou men die overspanningen hebben gemaakt? Je moet geen hoogtevrees hebben om daaraan te werken. Wat is het grote voordeel van deze brug? (Snel het dal oversteken.) De Europabrücke is slechts één van de verbindingsstukken in een lange weg. Om een snelweg in een berglandschap mogelijk te maken, moeten er tientallen bruggen, viaducten en tunnels aangelegd worden. Daarom is de aanleg van zo n snelweg erg duur. In Zwitserland moet elke buitenlander daarom een vignet kopen om over de snelwegen te mogen rijden. Voor sommige tunnels moet je tol betalen. Lees vervolgens de tekst Moderne steden met de kinderen. Begrijpen ze wat infrastructuur is? (Alle vaste zaken die het transport van mensen en goederen mogelijk maken: rails, wegen, tunnels, maar ook stroomdraden en de kabels van een computernetwerk; in dit geval vallen stroom, en telefoongesprekken ook onder goederen.) Lees met de kinderen de tekst Energie uit waterkracht. Laat de kinderen naar afbeelding 4 kijken en lees zelf de tekst in het kader voor. Vertel de kinderen hoe een waterkrachtcentrale werkt. Door het grote hoogteverschil in de bergen kan het vallende water ervoor zorgen dat turbines gaan draaien. Turbines kun je vergelijken met grote propellers of de raderen van een waterrad. De draaiende turbines drijven grote dynamo s aan. Deze zijn goed te vergelijken met de dynamo van een fiets. Alleen is daarbij geen waterkracht, maar spierkracht verantwoordelijk voor de beweging van de dynamo. Als je op de fiets rijdt, gaat de dynamo draaien en maakt hij stroom. Vertel waarom door waterkracht opgewekte stroom groen wordt genoemd. Groen is de kleur van een schoon milieu. Waterkracht is gratis en vervuilt het milieu niet. Verwerking U kunt de kinderen de opdrachten in het werkboek zelfstandig laten maken. Maar u kunt er ook voor kiezen om de opdrachten van tevoren met een of meer kinderen door te nemen. Aandachtspunt: Bij opdracht 9 hebben de kinderen een atlas nodig. Afsluiting Bespreek de opdrachten kort met de kinderen. Vonden de kinderen opdracht 1 moeilijk? Vraag bij opdracht 3b wie er weleens door de Gotthardtunnel of over de Sint-Gotthardpas is gereden. Laat ze daar kort over vertellen. Praat met de kinderen kort over de nadelen die ze bij opdracht 5 hebben opgeschreven. Laat bij opdracht 7c enkele kinderen oplezen waarom de elektriciteit groene stroom wordt genoemd. Als u tijd overhebt, laat u de kinderen tien kernwoorden uit de les opschrijven. Daarna noemt u de volgende woorden: transitoverkeer dynamiet tol infrastructuur stuwdam turbine waterkrachtenergie groene stroom hoogspanningskabels. Voor elk woord dat een kind heeft opgeschreven, scoort het een punt. Wie heeft na afloop de meeste punten? Laat de kinderen bruggen bouwen. Snijd in de lengterichting van tekenpapier stroken van 2 centimeter breed. Laat de kinderen de stroken in de lengterichting vouwen, zodat een V-profiel ontstaat. Van deze V-profielen laat u ze balk- of boogbruggen maken. Kunnen ze twee tafeltjes die een meter uit elkaar staan overbruggen? Aandachtspunten voor de volgende les Laat de kinderen les 5 uit het werkboek topografie maken, als ze dit nog niet hebben gedaan. Spreek van tevoren met de kinderen af wie de extra opdrachten ook maken. Afhankelijk van de tijd die u hebt, kunt u ervoor kiezen om les 4, de toepassingsles, over te slaan. In dat geval maken de kinderen de opdrachten bij de samenvatting uit het kopieerboek en leren ze de samenvatting. U kunt ervoor kiezen om zowel de opdrachten als de samenvatting als huiswerk mee te geven. Daarna neemt u de toets uit het kopieerboek af. Ook kunt u samen met de kinderen de samenvatting in het leerlingenboek doornemen en de kaartvaardigheden op bladzijde 61 nog eens oefenen. De vijf vragen die daar staan, kunt u met eigen vragen aanvullen en verdiepen. Daarna neemt u de toets uit het kopieerboek af. Op enig geschikt moment kunt u de topografietoets afnemen (kopieerboek bladzijde 73). Geeft u de toepassingsles wel, zorg dan voor atlassen en een wereldkaart. Beoordeel of het in uw situatie de moeite waard is om uw groep na de toets de omgevingsles (blz. 51) te geven. 120

19 De Himalaya 4 LB WB 32 HL 49 Lesinhoud In deze les maken de kinderen kennis met een ander hooggebergte, de Himalaya. Het is het hoogste gebergte van de wereld. Op de hoogvlaktes wonen Sherpa s, nomaden die met hun kuddes jaks rondtrekken. Veel Sherpa s hebben hun nomadenbestaan tegenwoordig opgegeven en verdienen geld met werk voor toeristen. Omdat er nauwelijks infrastructuur in dit gebied is, is er geen massatoerisme. Lesdoelen De kinderen kunnen: enkele kenmerken noemen van het hooggebergteklimaat in de Himalaya; uitleggen waarom ademhalen in dit hooggebergte moeilijk is; met enkele voorbeelden aangeven hoe Sherpa s leven; uitleggen waarom de jak zo belangrijk is voor de Sherpa s; uitleggen welke invloed toeristen hebben op het leven van de Sherpa s. Kaartvaardigheden De kinderen zoeken de namen en hoogtes van bergtoppen op een natuurkundige kaart op. Sleutelbegrippen zuurstof hoogvlaktes sneeuwgrens nomaden jaks massatoerisme infrastructuur Benodigdheden en voorbereiding atlassen een wereldkaart Voorinstructie Neem eventueel met de kinderen die dat nodig hebben, vooraf de lastige woorden in deze les door. Doe dit aan de hand van kopieerboek bladzijde 10. Introductie Schrijf groot op het bord: Mount Everest. Geef de kinderen vervolgens de opdracht om deze naam in de atlas op te zoeken. Kijk wie er gebruikmaakt van het register en wie al weet waar hij of zij moet zoeken (Junior Bosatlas, kaart Zuidwest-Azië, G3). Hoe hoog is deze berg? (8850 m.) Wie ziet er nog een hoge bergtop? (K2, 8611 m.) Vraag vervolgens in welk gebergte deze twee reuzen liggen: de Himalaya. Waarom wordt de Himalaya ook wel het dak van de wereld genoemd? In welke landen ligt dit enorme gebergte? Vertel ten slotte wat de kern van deze les is: de Himalaya is een hooggebergte, net als de Alpen. Maar door de grotere hoogte is het moeilijker voor mensen om er te leven dan in de Alpen. U kunt ook voor de volgende aanpak kiezen om het onderwerp van de les bij de kinderen te introduceren. Lees het volgende artikel voor. Sneeuwstorm Himalaya 18 doden Kathmandu - Tijdens een sneeuwstorm in het Himalayagebergte in Nepal zijn zeven Franse en elf Nepalese leden van een bergbeklimmingsteam omgekomen. De mannen waren op weg naar de top van de Mount Everest. Donderdag werden ze overvallen door een zware, vroegtijdige sneeuwstorm. Hun kamp werd weggevaagd door een lawine. Vier dragers van Nepalese nationaliteit hebben het overleefd, doordat zij buiten de tenten waren op het moment van de lawine. Vraag de kinderen over welk gebied dit artikel gaat. Wie kan het aanwijzen op de wereldkaart, of eventueel in de atlas? Waarom proberen mensen de Mount Everest te beklimmen? (Enorme uitdaging, hoogste bergtop.) Vertel dat mensen het steeds weer proberen, ondanks dat er veel dodelijke ongelukken gebeuren. Vertel dan wat de kern van deze les is. 121

20 Instructie Laat de kinderen eerst de afbeeldingen bekijken op bladzijde 58 en 59 van hun leerlingenboek. Zien ze verschillen met de Alpen? (Kale rotsen, ander soort vee, geen auto s.) Laat ze vervolgens zelf het krantenbericht lezen over de eerste beklimming van de Mount Everest. Vertel dat het berggebied van de Himalaya 2400 kilometer lang is en tussen de 150 en 280 kilometer breed. De hoogste bergtoppen (Mount Everest, K2) ter wereld liggen er. Deze bergen zijn een uitdaging voor veel bergbeklimmers. De sneeuwgrens ligt in de Himalaya rond de meter. Boven de 4000 meter liggen hoogvlaktes. In de ijle lucht op deze vlaktes wonen mensen die zijn aangepast aan het leven op grote hoogte. Toeristen die er komen, kunnen hoogteziekte krijgen. Het lichaam heeft dan te weinig tijd gekregen om zich aan de ijle lucht aan te passen. Symptomen zijn: moe en futloos, barstende hoofdpijn, slecht slapen, duizeligheid en soms lichtschuwheid. Dat gaat na een tijd weer over; het lichaam past zich aan door meer rode bloedcellen aan te maken. In een ander hooggebergte, de Andes, kauwen bergbewoners op cocablaadjes om op grote hoogte te kunnen functioneren. Laat de kinderen nu de tekst Het dak van de wereld lezen of lees deze samen. Waarom wordt de Himalaya zo genoemd? Als dit nog niet is gebeurd, wijst u op een wereldkaart het Himalayagebergte aan of laat u de kinderen het in hun atlas opzoeken. Lees vervolgens samen met de kinderen de teksten op bladzijde 59 en geef waar nodig uitleg. Andere nomadenvolken zijn de Toearegs en Berbers (Sahara), de Lappen (Scandinavië) en een deel van de Masai (Kenya). Nomaden zijn veehouders, herders. Ze reizen met hun huisraad en vee naar plaatsen waar voldoende gras groeit. Vertel de kinderen over het leven van de Sherpa s en hun jaks en laat ze naar de afbeeldingen kijken. Waarom kun je een jak ook wel de supermarkt van de Sherpa s noemen? (Jaks leveren bijna alles wat de bergbewoners nodig hebben.) Vergelijk het toerisme in de Himalaya met dat in de Alpen. Wie kan er verschillen en overeenkomsten noemen? Afsluiting Bespreek de opdrachten kort met de kinderen. Controleer bij opdracht 3 of de kinderen de goede woorden in de tabel geschreven hebben. Laat bij opdracht 4b enkele kinderen oplezen waarom het leven zonder jaks onmogelijk is op de hoogvlakte. De jak is een wandelende supermarkt! Vraag bij opdracht 5 of er nog meer redenen zijn. (Afgelegen, nauwelijks voorzieningen, koud en kaal.) Als u tijd overhebt, kunt u met de kinderen de kaart van Azië bekijken. Laat de kinderen de Himalaya opzoeken en stel vragen over dit gebied, zoals: Noem een land/stad in de Himalaya. Hoe hoog is een gebergte met een donkerbruine kleur? Noem een rivier die in de Himalaya begint. Laat de kinderen een verhaal schrijven over een bergbeklimmer die de Mount Everest beklimt. Welke gevaren zijn er? (IJle lucht, lawines, strenge kou en stormen.) Aandachtspunten voor de volgende les De kinderen maken eventueel de opdrachten bij de samenvatting uit het kopieerboek en ze leren de samenvatting als voorbereiding op de toets. U kunt ervoor kiezen om zowel de opdrachten als de samenvatting als huiswerk mee te geven. Daarna neemt u de toets uit het kopieerboek af. Ook kunt u samen met de kinderen de samenvatting in het leerlingenboek doornemen en de kaartvaardigheden op bladzijde 61 nog eens oefenen. De vijf vragen die daar staan, kunt u met eigen vragen aanvullen en verdiepen. Daarna neemt u de toets uit het kopieerboek af. Op enig geschikt moment kunt u de topografietoets afnemen (kopieerboek bladzijde 73). Beoordeel of het in uw situatie de moeite waard is om uw groep na de toets de omgevingsles (blz. 51) te geven. Verwerking U kunt de kinderen de opdrachten in het werkboek zelfstandig laten maken. Maar u kunt er ook voor kiezen om de opdrachten van tevoren met een of meer kinderen door te nemen. Aandachtspunt: Bij opdracht 1 hebben de kinderen een atlas nodig. 122

Hoog in de bergen 1. Bergweiden en bossen 2. Blad 1. Vorst Het vriest. Hooggebergte Hoge bergen waar ook sneeuw ligt. Grind Kleine ronde steentjes.

Hoog in de bergen 1. Bergweiden en bossen 2. Blad 1. Vorst Het vriest. Hooggebergte Hoge bergen waar ook sneeuw ligt. Grind Kleine ronde steentjes. 5 Lastige woorden Blad Hoog in de bergen Hooggebergte Hoge bergen waar ook sneeuw ligt. Vorst Het vriest. Grind Kleine ronde steentjes. Naaldbos Een bos van naaldbomen; dit zijn bomen met naalden in plaats

Nadere informatie

.22. Hoe ziet een centrum eruit?

.22. Hoe ziet een centrum eruit? Hoe ziet een centrum eruit? Hoofdstuk 2 les 1 Wat ga je leren? In deze les leer je hoe een centrum eruitziet. Je leert ook hoe het komt dat sommige steden of plekken een centrum zijn geworden. Begrippen

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1.1 1.2 en 4.1 4.2 Samenvatting door een scholier 1402 woorden 5 december 2017 7 21 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Humboldt Aardrijkskunde toetsweek 1

Nadere informatie

Docentenvel opdracht 19 (campagne voor een duurzame wereld en een samenwerkend Europa)

Docentenvel opdracht 19 (campagne voor een duurzame wereld en een samenwerkend Europa) Docentenvel opdracht 19 (campagne voor een duurzame wereld en een samenwerkend Europa) Lees ter voorbereiding onderstaande teksten. Het milieu De Europese Unie werkt aan de bescherming en verbetering van

Nadere informatie

Thema: Noordpool, natuur, dieren, reizen, klimaat

Thema: Noordpool, natuur, dieren, reizen, klimaat Lesbrief www.leopold.nl Auteur: Enzo Pérès-Labourette / ISBN 978 90 258 7316 5 Leeftijd: 5-8 jaar Thema: Noordpool, natuur, dieren, reizen, klimaat Wat ik bomen wil vertellen Voor het lezen Vertel aan

Nadere informatie

Strategieles Verbanden (Relaties en verwijswoorden) niveau A

Strategieles Verbanden (Relaties en verwijswoorden) niveau A Strategieles Verbanden (Relaties en verwijswoorden) niveau A Wat doe je in deze les? Bij Nieuwsbegrip lees je altijd een tekst met het stappenplan. Je gaat vaak op zoek naar verbanden in een tekst. Wat

Nadere informatie

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Lesbrief Dijken Kijken naar dijken www.wshd.nl/lerenoverwater Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Kijken naar dijken Zonder de duinen en de dijken zou jij hier niet kunnen wonen: bijna de

Nadere informatie

Bedreigingen. Broeikaseffect

Bedreigingen. Broeikaseffect Bedreigingen Vroeger gebeurde het nogal eens dat de zee een gat in de duinen sloeg en het land overspoelde. Tegenwoordig gebeurt dat niet meer. De mensen hebben de duinen met behulp van helm goed vastgelegd

Nadere informatie

GROOT-BRITTANNIË en zeeklimaat

GROOT-BRITTANNIË en zeeklimaat Naam GROOT-BRITTANNIË en zeeklimaat Groot Brittannië Groot-Brittannië is Schotland, Engeland en Wales samen. Engeland is het grootst van Groot-Brittannië en Wales het kleinst. Engeland heeft meer dan 46

Nadere informatie

INHOUD. Inleiding Aardbevingen Bergen Bosbranden Koraal Lawines Meteorieten Onweer...

INHOUD. Inleiding Aardbevingen Bergen Bosbranden Koraal Lawines Meteorieten Onweer... INHOUD Inleiding...6 1 Aardbevingen...8 2 Bergen... 10 3 Bosbranden... 12 4 Koraal... 14 5 Lawines... 16 6 Meteorieten... 18 7 Onweer... 20 8 Opwarming van de aarde... 22 9 Orkanen... 24 10 Overstromingen...

Nadere informatie

Het water maakt de berg kleiner

Het water maakt de berg kleiner .64 Hoofdstuk 5 Kfjkles lest Wat ga je leren? Het water maakt de berg kleiner In deze les leer je hoe water een berg kleiner maakt. Je leert dat wind en water stenen kunnen laten scheuren. Verder leer

Nadere informatie

Inhoud Slaapkamer 6 Opwarming 8 Een jaar later 10 Genoeg 12 Terrorist 14 Geheim 16 Olie 20 R.O.A. 23 Betty 26 Vertrouwen 29 Feiten 32 G.O.F. 35 Protest 38 Warm 42 Reuzenmachine 44 Een bewaker! 47 Terrorist?

Nadere informatie

ALPEN door: Joran van de Geest datum: April 2017

ALPEN door: Joran van de Geest datum: April 2017 ALPEN door: Joran van de Geest datum: April 2017 Inhoud Voorwoord - blz 2 1. Gebergte - blz 3 1.1 Locatie 1.2 Bergen 1.3 Flora en Fauna 1.4 Hoe zit een berg in elkaar? 2. Het ontstaan - blz 6 2.1 Platenverschuiving

Nadere informatie

Landengids voor: Landengids

Landengids voor: Landengids We gaan een reisgids maken voor een land dat je zelf mag uitkiezen. Dat is een boekje waarin allemaal dingen staan die met dat land te maken hebben en die je zou willen weten als je op vakantie zou gaan

Nadere informatie

kilometer hoogte. Bizar. Ik moet zeggen: ik had het me anders voorgesteld; meer zoals een atlas eruitziet.

kilometer hoogte. Bizar. Ik moet zeggen: ik had het me anders voorgesteld; meer zoals een atlas eruitziet. 1 Ik vlieg. Ik vlieg met een snelheid van 28.000 kilometer per uur in een baan om de aarde. Een baan om de aarde wat klinkt dat toch stom. De Amerikanen zeggen het veel beter: in orbit. Ik ben in orbit.

Nadere informatie

Voor het welzijn van kind en school. Klas 3!

Voor het welzijn van kind en school. Klas 3! Voor het welzijn van kind en school Klas 3! Wat is energie Energie heb je nodig om iets te doen. Je hebt het nodig om een auto mee te kunnen laten rijden, een huis mee te verwarmen of een fabriek mee te

Nadere informatie

Klik op een stip... En krijg een wat als...?

Klik op een stip... En krijg een wat als...? Klik op een stip... En krijg een wat als...? Wat als er geen wetenschappers waren? Wat als je onzichtbaar was voor een dag? Wat als mensen staarten hadden? Wat als er iemand precies het zelfde was als

Nadere informatie

Aardrijkskundeproefwerk Hoofdstuk 6. Vakantielanden

Aardrijkskundeproefwerk Hoofdstuk 6. Vakantielanden Aardrijkskundeproefwerk Hoofdstuk 6 Vakantielanden Het klimaat is in Zuid-Europa anders dan in Nederland. In de zomer is het er warm en droog, in de winter is het er ongeveer zoals zomers in Nederland.

Nadere informatie

Zand en klei 1. Van veen tot weiland 2. Blad 1. Heide Een lage plant met paarse bloemen.

Zand en klei 1. Van veen tot weiland 2. Blad 1. Heide Een lage plant met paarse bloemen. 5 Lastige woorden Blad Zand en klei Heide Een lage plant met paarse bloemen. Voedingsstoffen Voedsel dat planten nodig hebben om te groeien. Boomgaard Een stuk land met fruitbomen. Greppel Een kleine droge

Nadere informatie

De Geo. 2 th Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden werkboek A hoofdstuk 3. eerste druk

De Geo. 2 th Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden werkboek A hoofdstuk 3.  eerste druk De Geo 2 th Aardrijkskunde voor de onderbouw Antwoorden werkboek A hoofdstuk 3 www.degeo-online.nl eerste druk Hoofdstuk 3 Europa: van de bergen naar de zee Start 1 a de invloed van de rivieren op het

Nadere informatie

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 5-6. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 5-6. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag Hoi! Blijf even aan de lijn. Ik zit namelijk op de andere. Wacht even. Hoi, ik kom zo even terug, want ik moet even iets zeggen over

Nadere informatie

Opdracht 1 en 2. Voorbeeld: Deze toets is dat wel moeilijk; maar het toen is erg belangrijk dat je laat hondje zien wat je kunt.

Opdracht 1 en 2. Voorbeeld: Deze toets is dat wel moeilijk; maar het toen is erg belangrijk dat je laat hondje zien wat je kunt. leestoets Opdracht 1 en 2 In de volgende teksten staan heel wat woorden te veel. Dat komt doordat er iets fout is gelopen bij het printen van de teksten: er zat een virus op de computer en daardoor zijn

Nadere informatie

LAAT DE WIND WAAIEN

LAAT DE WIND WAAIEN LAAT DE WIND WAAIEN 2019 zal worden herinnerd als het jaar waarin iets veranderde, toen kinderen staakten om volwassenen te vragen actie te ondernemen om klimaatverandering tegen te gaan. Geïnspireerd

Nadere informatie

inhoud 1. Inleiding 3 2. Wat is een maan? 4 3. Het ontstaan van de maan 4. De maan en de maanden 5. Kijken naar de maan 6. Landing op de maan

inhoud 1. Inleiding 3 2. Wat is een maan? 4 3. Het ontstaan van de maan 4. De maan en de maanden 5. Kijken naar de maan 6. Landing op de maan De maan inhoud 1. Inleiding 3 2. Wat is een maan? 4 3. Het ontstaan van de maan 5 4. De maan en de maanden 6 5. Kijken naar de maan 7 6. Landing op de maan 8 7. Het weer op de maan 9 8. Het maanlanschap

Nadere informatie

Naam: Waar woon jij? Vraag 1b. Waarom wonen veel mensen in Kenia in een hut? Vraag 1a. In wat voor soort huis woon jij?

Naam: Waar woon jij? Vraag 1b. Waarom wonen veel mensen in Kenia in een hut? Vraag 1a. In wat voor soort huis woon jij? Naam: Waar woon jij? Wonen over de hele wereld Heb jij wel eens in een tent gewoond? Waarschijnlijk niet. In de vakantie is het leuk. Maar voor altijd? Toch zijn er mensen op de wereld die altijd in een

Nadere informatie

Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het zich meestal ergens voordoet, maar ben je bijvoorbeeld in Spanje kan het ook best regenen.

Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het zich meestal ergens voordoet, maar ben je bijvoorbeeld in Spanje kan het ook best regenen. Samenvatting door Annique 1350 woorden 16 mei 2015 7,3 333 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Klimaten Paragraaf 2.2 Weer en klimaat Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het

Nadere informatie

Klimaatverandering en de landschapszones in het hooggebergte

Klimaatverandering en de landschapszones in het hooggebergte Plus Casequest 2 Klimaatverandering en de landschapszones in het hooggebergte 1/5 Inleiding Van de evenaar naar de polen vinden we aan het aardoppervlak een opeenvolging van landschapszones. Opeenvolgend

Nadere informatie

Naam: Thijs. Groep: 6/7. School: St.Willibrordusschool

Naam: Thijs. Groep: 6/7. School: St.Willibrordusschool Naam: Thijs Groep: 6/7 School: St.Willibrordusschool 1 Voorwoord Voor je ligt het werkstuk van Thijs. Dit werkstuk gaat over zonne-energie. Ik kwam op het idee voor dit onderwerp toen papa en mama ook

Nadere informatie

Soms moet de lucht omhoog omdat er een gebergte ligt. Ook dan koelt de lucht af. Er ontstaan wolken en neerslag. Dit is stuwingsregen.

Soms moet de lucht omhoog omdat er een gebergte ligt. Ook dan koelt de lucht af. Er ontstaan wolken en neerslag. Dit is stuwingsregen. Samenvatting door een scholier 1790 woorden 1 juni 2016 7,9 13 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand samenvatting Aardrijkskunde hoofdstuk 2: KLIMATEN 2.1 Klimaten Waardoor is het niet

Nadere informatie

nieuws afbeeldingen Alexander en Samuel Cultuur Klimaat Yeti MASALI Inhoud puzzel 4 quiz Einde 6 yeti klimaat 1 cultuur 1 bergen 2 flora fauna visie

nieuws afbeeldingen Alexander en Samuel Cultuur Klimaat Yeti MASALI Inhoud puzzel 4 quiz Einde 6 yeti klimaat 1 cultuur 1 bergen 2 flora fauna visie MASALI Inhoud yeti klimaat 1 cultuur 1 bergen 2 flora fauna visie ligging 3 verhaal 4 puzzel 4 5 strip weetje 6 quiz 1 2 2 3 6 Einde 6 Yeti De yeti leef (t) (de) in het gebergte van de Himalaya het is

Nadere informatie

Lesbrief DUURZAAM WERKEN OPDRACHT 1 - WERKEN IN DE HAVEN

Lesbrief DUURZAAM WERKEN OPDRACHT 1 - WERKEN IN DE HAVEN Lesbrief Primair onderwijs - BOVENBOUW DUURZAAM WERKEN De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Veel mensen werken in de haven. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip

Nadere informatie

Naam: WATER. pagina 1 van 8

Naam: WATER. pagina 1 van 8 Naam: WATER Geen leven zonder water Zonder water kun je niet leven. Als je niet genoeg drinkt, krijgt je dorst. Als je dorst hebt, heeft je lichaam water tekort. Je raakt dit water vooral kwijt door te

Nadere informatie

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 7-8. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 7-8. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag Hoi! Blijf even aan de lijn. Ik zit namelijk op de andere. Wacht even. Hoi, ik kom zo even terug want ik moet even iets zeggen over

Nadere informatie

2 Landschapszones op aarde SO 1

2 Landschapszones op aarde SO 1 Aardrijkskunde 1 havo/vwo 2 Landschapszones op aarde SO 1 Deze toets bestaat uit tien vragen: open vragen en meerkeuzevragen. Ook zijn er vragen waarbij de atlas (Grote Bosatlas, editie 54) nodig is. Bij

Nadere informatie

4 Het heelal 6. De zon. De aarde. Jupiter. De maan. Ons zonnestelsel. Mars. Mercurius Venus

4 Het heelal 6. De zon. De aarde. Jupiter. De maan. Ons zonnestelsel. Mars. Mercurius Venus Inhoud 4 Het heelal 6 De zon 10 8 De aarde De maan Jupiter 18 12 Ons zonnestelsel 14 15 16 Mars Mercurius Venus 22 Saturnus Verre planeten 24 Satellieten van het zonnestelsel 20 26 Planetoïden 27 Kometen

Nadere informatie

10. Gebarentaal [1/3]

10. Gebarentaal [1/3] 10. Gebarentaal [1/3] 1 Gebarentalen Stel, je kunt niets horen. Je bent doof. Hoe praat je dan met andere mensen? Je kunt liplezen, maar dat is moeilijk en je mist dan toch nog veel van het gesprek. Bovendien

Nadere informatie

Antwoorden. 1 helder. 3 goed fout. 4 eigen antwoord. 5 Het was een heldere dag. We liepen over. 2 noordelijk. kopieerblad Woordenschat 7.

Antwoorden. 1 helder. 3 goed fout. 4 eigen antwoord. 5 Het was een heldere dag. We liepen over. 2 noordelijk. kopieerblad Woordenschat 7. kopieerblad Woordenschat 7.2 1 Voelt de zon overal even warm aan? 1 helder als er buiten veel licht is en er geen wolken zijn de vlakte een grondgebied dat groot en plat is weerkaatsen licht of geluid

Nadere informatie

Opwarming van de aarde

Opwarming van de aarde Leerlingen Opwarming van de aarde 8 Naam: Klas: In dit onderdeel kom je onder andere te weten dat er niet alleen een broeikaseffect is, maar dat er ook een versterkt broeikaseffect is. Bovendien leer je

Nadere informatie

Zuid-Holland is een mooie provincie met grote steden en veel groen. Zuid-Holland is

Zuid-Holland is een mooie provincie met grote steden en veel groen. Zuid-Holland is Klare taal Inleiding Zuid-Holland is een mooie provincie met grote steden en veel groen. Zuid-Holland is ook een kwetsbare provincie. De bodem daalt en de zeespiegel stijgt door klimaatverandering. Er

Nadere informatie

5.1 De kaart van Nederland

5.1 De kaart van Nederland LB 0-5. De kaart van Nederland Wat betekent dit bord, denk je? Welke zin hoort bij welk woord? Trek lijnen. Een schaalstok...... geeft de vier windrichtingen op de kaart aan. Een legenda...... geeft aan

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6

Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6 Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6 Samenvatting door een scholier 1392 woorden 15 januari 2014 5,9 5 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Wereldwijs AARDRIJKSKUNDE PW 4.1 T/M 4.6 H 4 1 *Reliëfkaart:

Nadere informatie

Lesbrief DUURZAAM BOUWEN OPDRACHT 1 - WAT IS DAT, DUURZAAMHEID?

Lesbrief DUURZAAM BOUWEN OPDRACHT 1 - WAT IS DAT, DUURZAAMHEID? Lesbrief Primair onderwijs - BOVENBOUW DUURZAAM BOUWEN De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Veel mensen werken in de haven. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip

Nadere informatie

Hoe kunnen treinen op wind rijden? Les in de Groene Top Trein

Hoe kunnen treinen op wind rijden? Les in de Groene Top Trein ctie produ Hoe kunnen treinen op wind rijden? Les in de Groene Top Trein lesboekje02.indd 1 20-11-2015 13:20 Welkom in de Groene Top Trein! Het gaat deze trein voor de wind, want deze trein rijdt op wind.

Nadere informatie

1 Zet in de goede volgorde. Van klein naar groot.

1 Zet in de goede volgorde. Van klein naar groot. Herhaling Ω groep 5 Ω Aardrijkskunde (blad 1) Zoek de pagina in het lesboek. Lees de tekst en bekijk de foto of tekening. Maak dan de vraag. pagina 2 en 3 1 Zet in de goede volgorde. Van klein naar groot.

Nadere informatie

Inhoudsopgave atlas. antwoorden met uitleg voorbeeldopgaven Aardrijkskunde. Wereldorientatie-pabo antwoord 1 van 12

Inhoudsopgave atlas. antwoorden met uitleg voorbeeldopgaven Aardrijkskunde. Wereldorientatie-pabo antwoord 1 van 12 antwoord 1 van 12 Inhoudsopgave atlas kaart 1 De Aarde Godsdiensten kaart 2 De Aarde Ziekenhuizen per land kaart 3 De Aarde Talen kaart 4 Azië Grote steden kaart 5 Azië Telefoons kaart 6 Amerika Auto's

Nadere informatie

Groep 8 Basisles: Elektriciteit opwekken

Groep 8 Basisles: Elektriciteit opwekken Leerkrachtinformatie Lesduur: 35 tot 40 minuten Deze basisles kunt u op verschillende manieren organiseren: A. Klassikaal (35 minuten) U verzorgt en begeleidt de les. U gebruikt hierbij deze leerkrachtinformatie

Nadere informatie

inh oud Mars 1. Ons zonnestelsel 2. De rode planeet 3. Mars en de aarde 4. Leven op Mars? 5. Mars en fantasie 6. Een kijkje op Mars 7.

inh oud Mars 1. Ons zonnestelsel 2. De rode planeet 3. Mars en de aarde 4. Leven op Mars? 5. Mars en fantasie 6. Een kijkje op Mars 7. Mars inhoud Mars 3 1. Ons zonnestelsel 4 2. De rode planeet 5 3. Mars en de aarde 6 4. Leven op Mars? 7 5. Mars en fantasie 8 6. Een kijkje op Mars 9 7. Onderzoek 11 8. Filmpje 13 Pluskaarten 14 Bronnen

Nadere informatie

dag en nacht Vragen behorende bij de clip dag en nacht op

dag en nacht Vragen behorende bij de clip dag en nacht op RUIMTE Naam: dag en nacht Vragen behorende bij de clip dag en nacht op www.schooltvbeeldbank.nl 1. Planeten Uit hoeveel planeten bestaat ons zonnestelsel? De aarde en dan nog.. planeten. (vul aantal in)

Nadere informatie

Lesbrief. aardrijkskunde DUURZAAM PRODUCEREN OPDRACHT 1 - DUURZAAMHEID

Lesbrief. aardrijkskunde DUURZAAM PRODUCEREN OPDRACHT 1 - DUURZAAMHEID Lesbrief Onderbouw voortgezet onderwijs - VMBO DUURZAAM PRODUCEREN De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip in Rotterdam binnen.

Nadere informatie

3. Verwerking door discussie. (15 min.) De feiten en juiste antwoorden zijn voor de docent ter beschikking in dit document.

3. Verwerking door discussie. (15 min.) De feiten en juiste antwoorden zijn voor de docent ter beschikking in dit document. versie 10-12-18 Beste docent, De film Morgenland gaat vergezeld van een bijbehorende verwerkingsles. De tijdsduur van film en les is een tot anderhalf uur. Morgenland is geschikt voor alle leerjaren van

Nadere informatie

Klimaten Verschillende klimaten - Tropisch klimaat - Droog klimaat - Gematigd klimaat - Landklimaat - Poolklimaat - Mediterraan klimaat - Subtropisch klimaat https://schooltv.nl/video/klimaatzones-van-de-wereld-waarom-zijn-er-verschillende-klimaatzones/

Nadere informatie

GPS. Global Positioning System, werking en toepassingen. Maarten Mennes Mei 2006.

GPS. Global Positioning System, werking en toepassingen. Maarten Mennes Mei 2006. GPS. Global Positioning System, werking en toepassingen. Maarten Mennes Mei 2006. GPS is de afkorting voor Global Positioning System. In dit werkstuk zal ik uitleggen hoe het systeem werkt en wat je ermee

Nadere informatie

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje. Opdracht 1 Ongeveer 150 jaar geleden stonden er veel steenfabrieken langs de IJssel. De stenen werden van klei gemaakt. Dat kon je langs de IJssel vinden. Als de rivier overstroomde, bleef er een laagje

Nadere informatie

Meander. Aardrijkskunde WERKBOEK

Meander. Aardrijkskunde WERKBOEK 6 Meander Aardrijkskunde WERKBOEK 6 Meander Aardrijkskunde WERKBOEK THEMA 4 Eindredactie: Carla Wiechers Leerlijnen: Mark van Heck Auteurs: Marc ter Horst, Meie Kiel, Dianne Manders, Jacques van der Pijl

Nadere informatie

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak.

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak. Tik-tak - Lees het gedicht tik-tak voor. Doe dit in het strakke ritme van een langzaam tikkende klok: Tik - tak - tik - tak Ik tik - de tijd - op mijn - gemak. Enzovoort. - Laat de kinderen vrij op het

Nadere informatie

Aanwijzing: Lees de verhalen op de borden boven de kist goed; er staan aanwijzingen op. Kijk goed in de kist. Valt je daar iets bijzonders op?

Aanwijzing: Lees de verhalen op de borden boven de kist goed; er staan aanwijzingen op. Kijk goed in de kist. Valt je daar iets bijzonders op? Ondergronds Opdrachten groepen 5, 6 en 7 In Ondergronds gaan kinderen aan de slag als een echte archeoloog. Ondergronds is een reconstructie van een archeologische opgraving. De leerlingen werken met echte

Nadere informatie

Ik ben de Klomp. Europees landbouwbeleid groep 5-6. De Klomp is een boer. Wel een hele aardige boer. Maar wel met een boer n accent.

Ik ben de Klomp. Europees landbouwbeleid groep 5-6. De Klomp is een boer. Wel een hele aardige boer. Maar wel met een boer n accent. De Klomp is een boer. Wel een hele aardige boer. Maar wel met een boer n accent Zo! Goedemorgen of goedemiddag, wat is t? Ik moet zo de koeien weer melken, dus... Excuus, dat ik wat stink. Ik heb het zo

Nadere informatie

Hoe maak ik een Spreekbeurt?

Hoe maak ik een Spreekbeurt? Hoe maak ik een Spreekbeurt? Stap 1: Kies een onderwerp. Voordat je kunt beginnen met het maken van een spreekbeurt, moet je natuurlijk een onderwerp kiezen. Het hoeft niet perse een hobby van je te zijn,

Nadere informatie

Er was eens een heel groot bos. Met bomen en bloemen. En heel veel verschillende dieren. Aan de rand van dat bos woonde, in een grot, een draakje. Dat draakje had de mooiste grot van iedereen. Lekker vochtig

Nadere informatie

3. Verwerking door discussie. (15 min.) De feiten en juiste antwoorden zijn voor de docent ter beschikking in dit document.

3. Verwerking door discussie. (15 min.) De feiten en juiste antwoorden zijn voor de docent ter beschikking in dit document. versie 10-12-18 Beste docent, De film Morgenland gaat vergezeld van een bijbehorende verwerkingsles. De tijdsduur van film en les is een tot anderhalf uur. Morgenland is geschikt voor alle leerwegen en

Nadere informatie

Les 1 Ontstaan aardgas

Les 1 Ontstaan aardgas Les 1 Ontstaan aardgas In 1959 werd onder het land van boer Boon in de buurt van Slochteren gas ontdekt. Het bleek één van de grootste gasvelden van de wereld te zijn! Hoe is dat gas in de boden van Nederland

Nadere informatie

H2: Europa, verenigd of versnipperd?

H2: Europa, verenigd of versnipperd? H2: Europa, verenigd of versnipperd? Klas 2 Geo Vragen 5 1. Europa is te herkennen aan een aantal natuurkenmerken. Noem er drie. 6 2. Het aantal inwoners verandert door natuurlijk bevolkingsgroei (geboorte

Nadere informatie

Test je kennis! De heelalquiz

Test je kennis! De heelalquiz Test je kennis! heelalquiz Introductie les 3 Planeten, sterren, manen, de oerknal. Het zijn termen die leerlingen vast wel eens voorbij hebben horen komen. Maar wat weten de leerlingen eigenlijk al van

Nadere informatie

Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub

Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub Grenzeloze vrijheid? Discussiebijeenkomst tienerclub Leeftijd: 12-16 jaar Tijdsduur: 1 uur Doelen - De jongeren denken na over de betekenis van de muur tussen Israël en de Palestijnse gebieden in het dagelijks

Nadere informatie

Groep 8 - Les 4 Duurzaamheid

Groep 8 - Les 4 Duurzaamheid Leerkrachtinformatie Groep 8 - Les 4 Duurzaamheid Lesduur: 30 minuten (zelfstandig) DOEL De leerlingen weten wat de gevolgen zijn van energie verbruik. De leerlingen weten wat duurzaamheid is. De leerlingen

Nadere informatie

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. temperatuur is er min twintig. De harde wind maakt het nog kouder. Daardoor voelt het als min vijftig.

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. temperatuur is er min twintig. De harde wind maakt het nog kouder. Daardoor voelt het als min vijftig. PrO -weekkrant Week 02 januari 2014 Voor jongeren in het praktijkonderwijs 6-12 januari 2014 Eenvoudig Communiceren Winterweer in Amerika Foto: Shutterstock Foto: Shutterstock In grote delen van Amerika

Nadere informatie

Eindexamen aardrijkskunde vmbo gl/tl 2003 - I

Eindexamen aardrijkskunde vmbo gl/tl 2003 - I Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. OMGAAN MET NATUURLIJKE HULPBRONNEN figuur 1 De kringloop van het water A B LAND ZEE 2p 1 In figuur 1 staat de kringloop van het

Nadere informatie

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van

LESPAKKET ECOLOGIE. Naam. Dierenrijk is onderdeel van LESPAKKET ECOLOGIE VMBO Naam Docent Klas LEKKER BEESTEN TUSSEN DE DIEREN Dierenrijk is onderdeel van WELKOM IN DIERENRIJK SPOREN Om ervoor te zorgen dat je een leuke en leerzame excursie hebt, volgen hier

Nadere informatie

3. Verwerking door discussie. (15 min.) De feiten en juiste antwoorden zijn voor de leraar ter beschikking in dit document.

3. Verwerking door discussie. (15 min.) De feiten en juiste antwoorden zijn voor de leraar ter beschikking in dit document. versie 10-12-18 Beste leerkracht, De film Morgenland gaat vergezeld van een bijbehorende verwerkingsles. De tijdsduur van film en les is een tot anderhalf uur. Morgenland is geschikt voor basisschool groepen

Nadere informatie

Les 2: Voorspellen Tekst: Veilig in het verkeer. Introductiefase: 2. Vraag: "Kan iemand zich nog herinneren wat de bedoeling was bij het voorspellen?

Les 2: Voorspellen Tekst: Veilig in het verkeer. Introductiefase: 2. Vraag: Kan iemand zich nog herinneren wat de bedoeling was bij het voorspellen? Les 2: Voorspellen Tekst: Veilig in het verkeer "Welkom:... " Introductiefase: 1. "Vorige week zijn we begonnen met voorspellen." 2. Vraag: "Kan iemand zich nog herinneren wat de bedoeling was bij het

Nadere informatie

Naam: FRANKRIJK en recreatie

Naam: FRANKRIJK en recreatie Naam: _ FRANKRIJK en recreatie Iedereen kent wel de Eiffeltoren. Van een kaart van je vriendje die in Frankrijk op vakantie was. Of, misschien ben je er zelf geweest. Je hebt vast en zeker ook gehoord

Nadere informatie

De berg slijt. Extra. a Hoeveel wandelwegen zie je op deze kaart? b 1 Hoe hoog ligt punt B? 2 Hoe hoog ligt punt A? meter.

De berg slijt. Extra. a Hoeveel wandelwegen zie je op deze kaart? b 1 Hoe hoog ligt punt B? 2 Hoe hoog ligt punt A? meter. 00 De Alpen LB 0- Hoog in de bergen Naar bergstation Jungfraujoh In welke volgorde zag Kim deze landshappen? Zet er een ijfer voor. bossen De berg slijt Zet ahter elke zin het bijpassende woord. Kies uit:

Nadere informatie

Van de regen in de drup

Van de regen in de drup Doelen Kerndoel 43: De leerlingen leren hoe je weer en klimaat kunt beschrijven met behulp van temperatuur, neerslag en wind. De leerlingen leren de waterkringloop. Kerndoel 47: De leerlingen leren de

Nadere informatie

Les Koolstofkringloop en broeikaseffect

Les Koolstofkringloop en broeikaseffect LESSENSERIE ENERGIETRANSITIE Basisles Koolstofkringloop en broeikaseffect Werkblad Les Koolstofkringloop en broeikaseffect Werkblad Zonlicht dat de aarde bereikt, zorgt ervoor dat het aardoppervlak warm

Nadere informatie

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Over dit boek De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Dit boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel gaat over een man die vlucht naar Europa.

Nadere informatie

Een gedeelte van een stad of een groter dorp. Een wijk bestaat uit meerdere buurten.

Een gedeelte van een stad of een groter dorp. Een wijk bestaat uit meerdere buurten. Meander groep 5 Thema 1 Onderweg Aardrijkskunde Waarom is een nieuwe wijk hier gebouwd en niet daar? Wat voor gebouwen staan er? Waarom staan ze juist op die plek? Huizen, boerderijen, fabrieken en kantoren

Nadere informatie

Naam: De Romeinen. Vraag 1. De Romeinen hebben veel gebouwd. Noem vijf verschillende toepassingen. pagina 1 van 6

Naam: De Romeinen. Vraag 1. De Romeinen hebben veel gebouwd. Noem vijf verschillende toepassingen. pagina 1 van 6 Naam: De Romeinen De Romeinse bouwkunst. De Romeinen behoren tot de beste bouwers uit de geschiedenis. Ze bouwden tempels, riolen, waterleidingen, wegen, kanalen, huizen, aquaducten, havens, bruggen en

Nadere informatie

Vooraleer de leerlingen de teksten lezen, worden de belangrijkste tekststructuren overlopen (LB 265).

Vooraleer de leerlingen de teksten lezen, worden de belangrijkste tekststructuren overlopen (LB 265). 5.2.1 Lezen In het leerboek krijgen de leerlingen uiteenlopende teksten te lezen. Op die manier worden de verschillende tekstsoorten en tekststructuren nogmaals besproken. Het gaat om een herhaling van

Nadere informatie

Voorbereiding post 2. Met de mens mee Groep 1-2-3

Voorbereiding post 2. Met de mens mee Groep 1-2-3 Voorbereiding post 2 Met de mens mee Groep 1-2-3 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 2: Met de mens mee, voor groep 1, 2 en 3. Inhoud: Algemeen Verhaal Spel Werkvel

Nadere informatie

Lesbrief DUURZAAM WERKEN OPDRACHT 1 - WERKEN IN DE HAVEN

Lesbrief DUURZAAM WERKEN OPDRACHT 1 - WERKEN IN DE HAVEN Lesbrief Primair onderwijs - MIDDENBOUW DUURZAAM WERKEN De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Veel mensen werken in de haven. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per

Nadere informatie

Zoeken naar leven. Jouw werkbladen. In NEMO. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam:

Zoeken naar leven. Jouw werkbladen. In NEMO. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam: Zoeken naar leven Jouw werkbladen In NEMO Mijn naam: Mijn school: Ik zit in groep: Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Zoeken naar leven Groep 7-8 Leerlingen In NEMO versie 11-2014 1 Zoeken naar leven Wat

Nadere informatie

Introductie. Transportmiddelen. Opdracht 1

Introductie. Transportmiddelen. Opdracht 1 Les 4. Transport Introductie De onderdelen voor de pennen in de fabriek van Pennenland bv moeten van de Verenigde Staten naar de fabriek in Nederland worden verplaatst. We noemen het verplaatsen van deze

Nadere informatie

Fossiele brandstoffen? De zon is de bron!

Fossiele brandstoffen? De zon is de bron! Energie 5 en 6 3 Fossiele brandstoffen? De zon is de bron! Filmpjes werkblad Doelen Begrippen Materialen Duur De leerlingen: weten dat fossiele brandstoffen hele oude resten van planten zijn. kunnen een

Nadere informatie

Water en drinkwater (waterhardheid en ontkalken)

Water en drinkwater (waterhardheid en ontkalken) Water en drinkwater (waterhardheid en ontkalken) Ik vertel jullie in mijn spreekbeurt meer over water en drinkwater. Eerst vertel ik wat water is, waarom water het allerbelangrijkste is voor leven, en

Nadere informatie

Hoofddoel Bewustwording: Leraren en leerlingen worden zich bewust van het energieverbruik op school.

Hoofddoel Bewustwording: Leraren en leerlingen worden zich bewust van het energieverbruik op school. Startactiviteit groep 1/2 Hoofddoel Bewustwording: Leraren en leerlingen worden zich bewust van het energieverbruik op school. Subdoelen 1. Leerlingen en leraren worden zich bewust van welke apparaten

Nadere informatie

Werkstuk Aardrijkskunde Broeikaseffect

Werkstuk Aardrijkskunde Broeikaseffect Werkstuk Aardrijkskunde Broeikaseffect Werkstuk door een scholier 1310 woorden 20 juni 2006 6,2 45 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Het Broeikaseffect Inhoudsopgave Inleiding 1.0 Wat is het broeikaseffect?

Nadere informatie

Aardrijkskunde samenvatting H2: Klimaat: is een beschrijving van het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar.

Aardrijkskunde samenvatting H2: Klimaat: is een beschrijving van het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar. Samenvatting door S. 1016 woorden 28 februari 2016 6,2 47 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Aardrijkskunde samenvatting H2: Nadeel tropische klimaten: het vocht, en de insecten/ziektes.

Nadere informatie

DUURZAAM WERKEN LESBRIEF PRIMAIR ONDERWIJS BOVENBOUW ANTWOORDEN

DUURZAAM WERKEN LESBRIEF PRIMAIR ONDERWIJS BOVENBOUW ANTWOORDEN DUURZAAM WERKEN LESBRIEF PRIMAIR ONDERWIJS BOVENBOUW De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Veel mensen werken in de haven. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip

Nadere informatie

Kaart 10 Sneeuw en ijs

Kaart 10 Sneeuw en ijs Kaart 10 Sneeuw en ijs Informatiekaart Werkblad Proefjes: o Warme sneeuw? o Gesmolten sneeuw o Een koud kunstje Quiz: o http://natuur.ariena.com Voor de leerkracht: De kinderen leren de volgende begrippen:

Nadere informatie

1. Het Heelal. De aarde lijkt groot, maar onze planeet is niet meer dan een stip in een onmetelijke ruimte.

1. Het Heelal. De aarde lijkt groot, maar onze planeet is niet meer dan een stip in een onmetelijke ruimte. De aarde 1. Het Heelal De aarde lijkt groot, maar onze planeet is niet meer dan een stip in een onmetelijke ruimte. De oerknal Wetenschappers denken dat er meer dan 15 miljoen jaar geleden een enorme ontploffing

Nadere informatie

Turken in Kreuzberg. Bram Vrielink en Jens Barendsen (2de)

Turken in Kreuzberg. Bram Vrielink en Jens Barendsen (2de) Turken in Kreuzberg Bram Vrielink en Jens Barendsen (2de) 1 OPDRACHT 1 Waarom werd de Berlijnse muur opgericht? Na de 2 e Wereldoorlog werd Duitsland in 2 gedeeltes opgesplitst, te weten West-Duitsland

Nadere informatie

Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12. Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo?

Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12. Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo? Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12 Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo? Heb een Tom, Tom gekocht Bij de ANWB winkel in Drachten Nou ja ik heb hem eigenlijk gekregen Voor mijn verjaardag

Nadere informatie

DUURZAAM WERKEN LESBRIEF PRIMAIR ONDERWIJS BOVENBOUW OPDRACHTEN

DUURZAAM WERKEN LESBRIEF PRIMAIR ONDERWIJS BOVENBOUW OPDRACHTEN DUURZAAM WERKEN LESBRIEF PRIMAIR ONDERWIJS BOVENBOUW De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa. Veel mensen werken in de haven. Steeds meer spullen die je in de winkel koopt, komen per schip

Nadere informatie

Verhaal: Jozef en Maria

Verhaal: Jozef en Maria Verhaal: Jozef en Maria Er was eens een vrouw, Maria. Maria was een heel gewone jonge vrouw, net zo gewoon als jij en ik. Toch had God haar uitgekozen om iets heel belangrijks te doen. Iets wat de hele

Nadere informatie

Titel De gasbel onder Nederland

Titel De gasbel onder Nederland De gasbel onder Nederland Het ontstaan van gas en zout in de Nederlandse bodem Korte lesomschrijving In deze les maken leerlingen kennis met het ontstaan van de gasbel onder Slochteren in de provincie

Nadere informatie

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk De kust is (niet) veilig! De dijk aan de kust van Petten ziet er zo sterk en krachtig uit, maar toch is hij niet

Nadere informatie

Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te

Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te kijken...4 De mensenmenigte opende zich in het midden...5 Toen

Nadere informatie

Hoe maak je een werkstuk?

Hoe maak je een werkstuk? Hoe maak je een werkstuk? Je gaat een werkstuk maken. Maar hoe zit een werkstuk nou eigenlijk in elkaar? Hoe moet je beginnen? En hoe kies je nou een onderwerp? Op deze vragen en nog vele anderen krijg

Nadere informatie