LEIDRAAD INSTRUCTIE MAART 2007
|
|
- Anja van der Laan
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 LEIDRAAD INSTRUCTIE MAART TERMINOLOGIE We spreken over stick, voet, helling, rolroeren, standhoek, duwen en trekken. 2. DE START Vóór de eerste vlucht van de dag de leerling zo snel mogelijk vertrouwd maken met de uitgebreide controle van het zweefvliegtuig: 360 rondom met belangrijke punten + voor zover mogelijk de instrumenten + pitot en stuwbuis controleren op verstopping of slechte bevestiging (niet blazen!). Vόόr de eerste start en verder regelmatig gedurende de vliegactiviteiten moet de sleepkabel grondig gecontroleerd worden (toestand ringen, breukstuk en koord). Vooraleer op te lijnen wordt er altijd gecontroleerd of er toestellen in circuit zijn. Indien een zweefvliegtuig zich in downwind bevindt ter hoogte van de landingsplaats, wordt er zeker niet meer opgelijnd. Voor motorvliegtuigen kan dit geval per geval geëvalueerd worden. De tiploper checkt het circuit. De startprocedure met open kleppen blijft behouden. Kleppen gesloten is het positief signaal voor de tiploper dat de vleugel van de grond mag (uitzondering voor zweefvliegtuigen met waterballast). Bij voorkeur wordt de tip in de wind begeleid. De cockpitcheck wordt uitgevoerd aan de hand van het lijstje. Bij gebrek aan een lijstje kan kiosk + trim + flaps gebruikt worden als geheugensteun (voor examinator Gaston Peeters wordt de check uit het hoofd gedaan - van links over het instrumentenbord naar rechts, dan gordels en stuurorganen - het lijstje dient enkel voor controle achteraf). Indien de leerling de juiste stand van de trim nog niet kent wordt de trim helemaal naar voor gezet. Altijd duidelijk afspreken wie er vliegt. Ik vlieg, gij vliegt en steeds positief (laten) bevestigen. De leerling komt met de handen niet aan hendels tijdens de start. Eén hand aan de stick, de andere hand op het been. Het zweefvliegtuig zo snel mogelijk balanceren op het hoofdwiel zodat het eens op snelheid vanzelf loskomt. Indien de start moet worden afgebroken tijdens de grondrol wijkt het sleepvliegtuig zo ver mogelijk uit naar links, het zweefvliegtuig doet hetzelfde naar rechts. 3. DE SLEEP Omdat het zweefvliegtuig zich beter iets te laag dan te hoog in sleep kan bevinden wordt afgesproken de wielen van de Piper op de horizon te houden. Op 500 m hoogte moet losgetrokken worden en indien nog niet los wiegt de Piper op 1800 ft met de vleugels. In het algemeen moet de (nieuwe) leerling zo vlug mogelijk betrokken worden in de praktijk van het vliegen. Vanaf de eerste start en op veilige hoogte (50 meter) het hoogteroer laten bedienen om hem zo snel mogelijk het vlieggevoel te leren kennen. Van zodra mogelijk enkel ingrijpen wanneer nodig of om te demonstreren. Echter niet te ver laten gaan om geen angst- of ontmoedigingsverschijnselen te veroorzaken. De instructeur moet zeer alert zijn gedurende de eerste 50 à 100 meter. De leerling moet onnodige handelingen (vario, hoedje, venstertje, ) uitstellen tot na het ontkoppelen. Noodprocedures: Tijdens de sleep in de gevorderde opleiding de leerling regelmatig bewust maken van de mogelijkheden bij een kabelbreuk. De voorbereiding ervan moet gebeuren tijdens de voorbereiding van de vlucht. Bij start op de 23 is dit bijna nooit een probleem. Bij start op de 05 de
2 leerling beslissingen leren nemen (altijd rechtdoor landen beneden de 50 meter en leren uitkijken naar buitenlandingsvelden. In sleep en na verwittiging van sleeppiloot extreme posities demonsteren (hoog = gevaarlijk (aerotow upset) laag (onder schroefwind en duidelijk laten voelen waar die zich bevindt) links en/of rechts van sleper) De terugsleep wordt in samenspraak net voor of na de eerste solo gedemonstreerd (sleper seint door vleugels te waggelen, zwever doet hetzelfde (even wachten tot de sleeppiloot het gezien heeft) en sleper bevestigt met richtingsroer dan lage positie innemen onder schroefwind en met ± 1/3 de kleppen en sleper volgen tot in final indien samen geland wordt sleper op gelijke hoogte laten komen indien niet samen geland wordt, kleppen zacht sluiten en sleper volgen tot op circuithoogte). Uitleggen waarom laag (vermijden van aerotow upset en turbulenties schroefwind) en met kleppen (dalen en strak houden kabel + eventueel beïnvloeden van de daalhoek). De sleeppiloot moet erop letten dat het zweefvliegtuig bij loskomen van de kabel altijd op het vliegveld kan landen. Een tweede terugsleep moet uitgevoerd worden door de leerling zelf voor het behalen van de zweefvliegvergunning. Bij een echte terugsleep (indien het zweefvliegtuig echt niet kan loskoppelen) zal de sleeppiloot bij de touch-down de kabel loskoppelen. Dit wordt minder gevaarlijk beschouwd dan het uitrollen als combinatie, waarbij het risico bestaat dat het zweefvliegtuig inrijdt op het sleepvliegtuig. 4. DE VRIJE VLUCHT ALGEMEEN De sleephaak wordt slechts éénmaal opengetrokken en door de leerling wordt positief bevestigd kabel weg. Hierbij wordt nooit gelierd. Indien dit toch gebeurt moet de sleeppiloot dit direct melden. Meteen na het lostrekken zet men een rechterbocht in, in principe steeds minder dan 180 (30 tot 45 is voldoende - tenzij wordt losgetrokken in thermiek: dan de leerling duidelijk maken dat het sleepvliegtuig in het zicht moet gehouden worden tijdens de eerste 360 -bocht). Dan het toestel horizontaal brengen en uittrimmen. Het uittrimmen wordt dikwijls vergeten door de leerling! Hierna kan het wiel ingetrokken worden. Er kan niet voldoende aandacht besteed worden aan de look-out, steeds blijven op hameren is de boodschap. Vóór het in bocht gaan moet er steeds gekeken worden tot minstens achter de vleugeltip (+ alternerend kijken). De leerling moet het hoofd verdraaien, anders is het gezichtsveld niet voldoende groot. De leerling moet alle toestellen in de nabijheid melden. Hij heeft soms een beter zicht dan de instructeur en heeft de taak deze eerst op te merken en te melden. Hier mag door de instructeur gerust moeilijk over gedaan worden (maar ook de lesgever meldt het in de nabije omgeving zichtbare verkeer). In het algemeen moet de leerling duidelijk gemaakt worden dat de lesgever niet onfeilbaar is en bepaalde dingen niet kan opgemerkt hebben! In functie van een onbelemmerd gezichtsveld mogen petten met klep (type baseball) niet toegelaten worden, dus in principe enkel witte hoedjes (pet 180 draaien is ook toegelaten)! Niet enkel het opmerken van het verkeer door de leerling is belangrijk, maar zeker ook de manier waarop hij hierop reageert. Hiermee lijken veel leerlingen problemen te hebben, zodat dit punt zeker de aandacht van de instructeur verdient. In een later stadium van de opleiding moet de instructeur meer aandacht schenken aan het op voorhand bedenken van scenario s. Pro-actief denken kan alternatieven geven voor beslissingen, die cruciaal zijn in een noodsituatie. Voorbeelden zijn: een toestel in circuit met een motortoestel, meerdere zweefvliegtuigen tegelijk op circuit, het aanvliegen van thermiek met meerdere toestellen, procedure bij gedwongen verlaten van het toestel (CAnoyRIemenPArachute).
3 BEGIN VAN DE OPLEIDING Steeds beginnen met het aanleren van de hoofd- en de neveneffecten van de drie assen (de leerling moet deze kunnen verklaren): rolroeren: hoofdeffect: helling; neveneffect: gieren in tegengestelde richting (=tegenwerkend effect). hoogteroer: hoofdeffect: stijgen of dalen; neveneffect: geen, wel af- of toename van snelheid + geluid en effectiviteit van de roeren. richtingsroer: hoofdeffect: gieren in de gekozen richting; neveneffect: helling in dezelfde richting (= meewerkend effect). Eerst de leerling leren rechtdoor vliegen. Snelheid leren controleren door de stand van de neus op de horizon. Dan bochten aanleren. Demonstreer de hoofd- en neveneffecten. Leg gunstig en ongunstig neveneffect uit. Een bocht wordt altijd ingezet met de stick, de voet volgt om het neveneffect te compenseren. Bochten vliegen met matige helling (20 à 30 ) en vooral aanleren om in één beweging in en uit de bocht te gaan. Demonstreer ook dat het vliegtuig bijna vanzelf vliegt en verstoringen dikwijls veroorzaakt worden door de piloot. In het begin van de opleiding niet overdrijven met ongewone situaties (G-krachten, overtrekken, tolvlucht). Beter wachten tot de leerling zich comfortabel voelt. Zondigen hiertegen kan verregaande gevolgen hebben voor een leerling (vliegangst afhaken). VERDERE OPLEIDING Altijd het koordje volgen voor de correcties, wel uitleggen hoe het kogeltje werkt. Een gevorderde leerling leren we in gecoördineerde S-bochten naar een bepaald punt toe te vliegen. Een variatie op deze oefening is het nemen van helling (wiegen met de vleugels) met de neus van het zweefvliegtuig op een vast punt aan de horizon. Bochten met variërende helling en thermiekvliegen kunnen gecombineerd worden. Leerlingen vliegen een thermiekbel regelmatig direct aan. Dit moet gebeuren met een wijde bocht, raaklijnig aan de draaicirkel van de andere toestellen in de thermiekbel. Wanneer verschillende toestellen zich ongeveer op dezelfde hoogte bevinden moeten deze zoveel mogelijk helling en snelheid op elkaar afstemmen. De eerste piloot in de thermiek bepaalt de draairichting, niet de hoogste! Als men een tolvlucht oefent moet de figuur in elk geval beëindigd zijn boven de 600 m. Eerst zelf voordoen, uiteraard eerst 360 -bocht links of rechts om te controleren of de omgeving rondom en onder vrij is. Demonstreer slippende bocht (koordje naar buiten), langzaam stick trekken, toestel blijft hangen. Schuivende bocht (koordje naar binnen) langzaam stick trekken, trage vleugel valt weg. De leerling moet ook zelf de tolvlucht kunnen inzetten. Vanaf nu wordt in de opleiding een gesimuleerde kabelbreuk uitgevoerd, bij voorkeur voor het behalen van de zweefvliegvergunning. Er wordt een gewone start aangerekend (als compensatie voor de lange terugsleep). Er wordt geopteerd voor een kabelbreuk op een hoogte waarop nog een bocht van 180 kan gemaakt worden. Er moeten wel duidelijke afspraken gemaakt worden met de sleeppiloot en de pleincommandant van dienst, zodat zo nodig een landing op de taxiweg mogelijk is. Een terugsleep wordt standaard gedaan tot 1 meter boven de grond. Indien toch geland wordt moet de procedure eerst grondig met de sleeppiloot overlegd worden. Zij zal enkel uitgevoerd worden met instemming van de sleeppiloot en bij geschikte weersomstandigheden. De door Frank gemaakte kaarten moeten gebruikt worden om de leerlingen bewust te maken van de grootte van de locale sector. Frank heeft nog een extra Michelin-kaart bewerkt uitgebreid met de belangrijkste verkeersgebieden. Bij afstandvliegen is een vliegkaart verplicht. Er kan naar gevraagd worden. (vb: De Peel). Buitenlandingstraining: het vliegveld zelf of het veldje naast het vliegveld biedt mogelijkheden om een buitenlanding te simuleren met een leerling in gevorderde opleiding. Dit is een goede les
4 om nieuwe situaties aan te leren. Op RW 23 is meestal zoveel plaats dat men niet denkt aan het vliegen op kleine veldjes. Deze oefening kan gedaan worden bij minder gunstig weer, daar het dan minder druk is op het vliegveld. Steeds overleggen met de pleincommandant die zo nodig de andere piloten op de hoogte kan brengen. 5. DOWNWIND Vooraleer op circuit te gaan moeten de gordels en de kleppen gecheckt worden. Ook tijdens het circuit is de look-out zeer belangrijk. De hoogte bij het op circuit gaan is 250 meter. De landingsbaan bevindt zich dan op een hoek van ongeveer 30, zodat de afstand tot de piste ongeveer 500 meter is. Indien men voor het in downwind gaan nog hoogte wil kwijtspelen moet dit altijd bovenwinds ten opzichte van het aanknopingspunt gebeuren. Beneden 300 meter maakt men zoveel mogelijk de bochten in de richting van het vliegveld. Als men op circuit gaat moet men zich melden, steeds met Glider + immatriculatie, downwind runway + nr. (in geval van rechts circuit melden righthand downwind), Zoersel en gear down of fixed gear. Verder melden op elk circuitbeen (veiligheid). De leerling slechts de radio laten doen als hij/zij zich comfortabel voelt. In downwind ter hoogte van de landingsplaats moet men minimum 150 m hoogte hebben (enkel referentie). Nooit kleppen gebruiken in downwind en evenwijdig blijven vliegen aan de landingsbaan. 6. BASELEG Baseleg begint men als de landingsplaats zich 45 achter het vliegtuig bevindt. Op een hoogte van 100 m draait men in elk geval onmiddellijk in base. Bij sterke wind gaat men op de 23 nooit voorbij de bosrand. Maak baseleg voldoende lang. In baseleg regelt men zijn hoogte in die mate dat de final met een derde tot halve kleppen kan gevlogen worden. In baseleg wordt altijd nog een laatste maal gecheckt of er geen (onverwacht) aankomende toestellen in (long) final of kort achter u in downwind zijn. 7. FINAL De leerling aanleren om naar een bepaald punt te mikken en naargelang dit punt onder de neus dreigt te verdwijnen of hoger lijkt komen te liggen meer of minder kleppen gebruiken. Aanvliegen aan overtreksnelheid x 1,3 + ½ windsnelheid (max. 20 km/u extra). Invloed van windgradiënt en bomen duidelijk maken. Constante snelheid moet aangehouden worden tot aan het moment van afvangen. Afvangen betekent grond blijven weigeren tot zweefvliegtuig vanzelf doorzakt in tweepunt-attitude. Bij crosswind krab vliegen en dicht tegen de grond rechtbrengen met vleugel in de wind ietwat laag. Slippen als vorm van regeling van de aanvlieghoek moet aangeleerd worden tot ca. 10 meter boven de grond. De 05 is hiervoor het meest geschikt. De vlucht is pas beëindigd als men stilstaat. In principe nooit afdraaien, altijd rechtdoor uitbollen. 8. ONGEWONE CIRCUITS Hoog en laag circuit moeten gedemonstreerd worden en ook kunnen uitgevoerd worden door de leerling tijdens de laatste dubbels vόόr het solo gaan. Hoog: ervoor zorgen dat men op 150 à 200 meter in final draait. Volle kleppen trekken, dan neus naar beneden tot een snelheid van 130 à 150 km/u. Toestel vlak boven de grond terug vlakleggen
5 en dan geleidelijk (indien nodig) de kleppen sluiten. Belangrijke oefening voor vertrouwen bij latere overlandvluchten. Laag: een (niet gevaarlijk) laag circuit beginnen (150 meter), de leerling uitleggen dat wanneer 100 meter wordt bereikt normaal gezien in base moet gedraaid worden. Doorvliegen en ongeveer normaal in base draaien. Leerling attent maken op ongewoon zicht op de landingsplaats. Laatste mogelijkheden demonstreren, zijnde steeds snelheid houden (veiligheid + glijgetal) en indien nodig baseleg afsnijden door rechtstreeks naar short final te vliegen. Wanneer een piloot (om welke reden dan ook) werkelijk zeer laag en dus in problemen geraakt, moet (theoretisch) aangeleerd worden om geen bochten meer te maken maar in zulk geval altijd rechtdoor te vliegen. In zulk geval primeert de eigen veiligheid over mogelijke schade aan het toestel (door bvb. in een te kort en ongeschikt veld te landen, tussen een paar bomen te mikken of bovenop de bomen te landen). 9. ALGEMEEN Deze leidraad is ontstaan uit onderling overleg tussen alle (hulp)instructeurs en werd op een democratische manier samengesteld. Het is dan ook de bedoeling dat iedere (hulp)instructeur hem gebruikt als basis voor de praktische opleiding. (Hulp)instructeurs, die zich hier niet aan houden, zullen gevraagd worden om geen les meer te geven. 10. ALLERLEI Als men hoogteovertredingen vaststelt worden deze altijd gemeld (aan de (hoofd)instructeur, chef de piste, een lid van de beheerraad). Sancties worden enkel uitgesproken door de hoofdinstructeur (in samenspraak). Iedere (hulp)instructeur kan iemand terug in dubbel nemen als hij vindt dat daar reden voor is. Bij aanwezigheid van thermiek worden lesvluchten beperkt in duur tot ongeveer een uur, ook rekening houdend met het aantal aanwezige leerlingen. GSM-toestellen worden tijdens lesvluchten uitgeschakeld om de concentratie van de leerling ten volle op het vliegen gericht te houden. De beurtrol voor instructie zal lopen van begin april tot eind oktober. De instructeur(s) van dienst verzorgt de coördinatie van het transport van de toestellen, de afspraken met de andere clubs, de meteo en de briefing. Er moet zo vlug mogelijk aan begonnen worden, er wordt wel eens getreuzeld aan het begin van de vliegdag. De instructeurs van dienst hebben voorrang bij het lesgeven de leerlingen mogen niet zelf hun (hulp)instructeur kiezen. Het belang van pre- en debriefing wordt onderlijnd (voldoende tijd nemen voor feedback). De opleidingskaart moet hiervoor zoveel mogelijk gebruikt worden. Er moet steeds naar gevraagd worden na de lesvlucht. Het invullen ervan vormt een goede basis voor de debriefing. Indien de kaart vol is kan een tweede kaart gebruikt worden. Ze wordt niet mee naar huis genomen maar wordt bewaard in een map op het vliegveld. De tweede opleidingskaart bevat enkele aspecten die niet essentieel zijn voor het bekomen van het zweefvliegbewijs maar die meer gericht zijn voor het afstandsvliegen. Er wordt beslist de groene kaart toch volledig af te werken voor het behalen van de zweefvliegvergunning. Dit betekent dat hiervoor (minstens) twee dubbels moeten gevlogen worden (terugsleep door de leerling + afwerken groene kaart). Er zullen bijkomende bladen bij de opleidingskaarten gevoegd worden om persoonlijke opmerkingen mogelijk te maken (cfr. laatste vliegkamp). Het is nuttig om af en toe een dubbel te vliegen met de recent geloste solovliegers. Zij mogen niet aan hun lot overgelaten worden en moeten (beter) opgevolgd worden.
6 De voortgezette opleiding moet verbeterd worden en de basisprincipes van de navigatie moeten aangeleerd worden. Vooral tijdens het vliegkamp kan / moet meer ondersteuning gegeven worden aan de beginnende overlandpiloten. Hiervoor kan de briefing uitgebreid worden en eventueel een beurtrol voor overlandinstructie opgesteld worden. Piloten met een oefenvergunning moeten vooraleer te starten steeds toelating krijgen of vragen van / aan een (hulp)instructeur. Lossen van een leerling mag uit veiligheidsoverwegingen niet meer gebeuren op initiatief van één instructeur, maar in overleg met (minstens) één andere (hulp)instructeur. Er moet meer grondinstructie gegeven worden aan nieuwe leden. Leg van in het begin de nadruk op het feit dat zweefvliegen een teamsport is en dat helpen op de grond bij de verplichte taken behoort! Geef ook voldoende uitleg over de verschillende grondactiviteiten en handelingen (hoe en waar duwen, in- en uitstappen, valscherm (belang van een goede behandeling (indien nodig neerleggen op de riemen) droog houden - toestand harnas - veiligheidspinnen en verzegeling, ), instrumenten (niet op glas tikken), uitkijken bij oplijnen, controle op toestand sleepkabel, tiplopen, evacuatie van de landingsbaan, reinigen en stallen van de toestellen, etc ). Bij het oplijnen moeten de zweefvliegtuigen ver genoeg geduwd worden. Alle instructeurs moeten op één lijn staan qua overbrengen van de les. Dit verslag moet hiervoor de basis zijn. Wim zal aanspreekpunt zijn als hoofdinstructeur.
INHOUD Editie 3. 1 Inleiding 1. 2 De Instructeur 2-1
INHOUD Editie 3 Waar een sectie bestaat uit het instructieblok (inleiding - briefing - demonstratie - uitvoering door de leerling - debriefing - adviezen aan instructeurs) is dat aangegeven door de titel
Nadere informatieInstructieboekje. Modelvliegclub Cumulus Kampen.
Instructieboekje Modelvliegclub Cumulus Kampen www.mvc-cumulus.nl Modelvliegclub Cumulus Voorzitter: J.J.Grootjen Voorzitter@mvc-cumulus.nl Modelvliegclub Cumulus Start opleiding Einde opleiding Elke vlucht
Nadere informatieProgressiekaart V Pagina 1 van 16
Progressiekaart V20180627 Pagina 1 van 16 Progressiekaart V20180627 Pagina 2 van 16 Naam Adres Postcode Woonplaats Geboortedatum Geboren te Nationaliteit : : : : : : : De houder van deze progressiekaart
Nadere informatieVliegoefeningen Ikarus C-42
LDS Aviation Vliegoefeningen Ikarus C-42 Vliegoefeningen per vluchtfase uitgelegd ter voorbereiding op de vlieglessen J. Linders/ LDS Aviation 1 7 2012 Horizontale vlucht: Neus in geschatte stand horizontale
Nadere informatieOperationele procedures
Operationele procedures Inhoudsopgave 6 Operationele procedures... 2 6.1 Gebruik van checklist... 2 6.2 Startmethodes... 3 6.2.1 Sleepstart... 3 6.2.1.1 aanloop + invloed wind... 3 6.2.1.2 loskomen + invloed
Nadere informatieWerkboek voor de Praktijkopleiding tot Zweefvlieginstructeur
Werkboek voor de Praktijkopleiding tot Zweefvlieginstructeur Versie juli 2009. Inhoud 1 Algemene gegevens kandidaat instructeur blz. 3 2 Inleiding blz. 4 3 De opleiding tot zweefvlieginstructeur blz. 5
Nadere informatieWinch Security. P. JACOB Cdt v/h Vlw, Ing
Andere gevaren Risico na winterstop ( april 84, Duitsland ) 60 Accidents 50 Number 40 30 20 10 0 JAN FEB MAR APR MEI JUN JUL AUG SEP OKT NOV DEC Month Gevaren op de Startplaats Verantwoordelijke startbaanopzichter
Nadere informatieMINISTERE DES MINISTERIE VAN COMMUNICATIONS VERKEER EN E T D E INFRASTRUCTUUR L INFRASTRUCTURE
MINISTERE DES COMMUNICATIONS ETDE L INFRASTRUCTURE MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR CELLULE D ENQUETES D ACCIDENTS ET D INCIDENT D AVIATION CEL VOOR ONDERZOEK VAN LUCHTVAART ONGEVALLEN-EN INCIDENTEN
Nadere informatieLesdocument. de Sleepstart
Lesdocument de Sleepstart 1 Een theoretische beschrijving van de sleepstart voor de beginnende zweefvliegers Auteur: Æmilie de Jong Februari 2004 Bijgewerkt: 1-4-2006 GH Illustraties uit : Manuel de vol
Nadere informatieHANDLEIDING GEBRUIK DUO DISCUS TURBO (zonder motor)
HANDLEIDING GEBRUIK DUO DISCUS TURBO (zonder motor) Dit is een samenvatting van de belangrijkste punten m.b.t. algemeen gebruik (zonder motor) uit het vlieghandboek. Daar waar er afwijkingen zijn geldt
Nadere informatieBrevetvliegen Richtlijnen voor de instructeurs Vereniging voor Modelluchtvaartsport (VML) vzw
Brevetvliegen Richtlijnen voor de instructeurs Vereniging voor Modelluchtvaartsport (VML) vzw Auteur : Dirk Van Lint Uitgegeven op : 28/11/06 Versie : 1.0.0 Inhoud 1. Algemeenheden...3 2. Voorwaarden om
Nadere informatieBREVETREGLEMENT Federatie Limburgse RC Vliegers.
BREVETREGLEMENT Federatie Limburgse RC Vliegers. 25/02/2013 Brevetreglement FLRCV 2013 Page 1 REGLEMENT BREVET VLIEGEN. 1. DOEL. Het doel van het vliegbrevet is de continuïteit van de modelvliegsport te
Nadere informatieDefensief circuitvliegen
Defensief circuitvliegen Inleiding In een eerder gepubliceerd artikel is ingegaan op de procedures rond het circuitvliegen (zie http://www.aviationlegislation.info/pub_wet/circuitvliegen.pdf). Dit artikel
Nadere informatieAÉRODROME. St.FLORENTIN- CHEU LFGP
Veldreglement GAE AÉRODROME St.FLORENTIN- CHEU LFGP Auteurs: Ton Veenboer/GAE Inhoud Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Inleiding Vliegveldroute s Luchtruim en circuits 1.0 Inleiding Wettelijk gezien
Nadere informatieV.M.L. Brevetvliegen
V.M.L. Brevetvliegen Richtlijnen voor de instructeurs Vereniging voor Modelluchtvaartsport vzw Auteur : Reinhard Wagemakers Uitgegeven op : 06/04/15 Versie : 1.3.0 Inhoud 1. Algemeenheden... 3 2. Voorwaarden
Nadere informatieVLIEGTUIGBESTURING (PILOTAGE).
VLIEGTUIGBESTURING BELGIAN AIR CADETS 1 VLIEGTUIGBESTURING (PILOTAGE). I. VOORBEREIDING VAN DE VLUCHT.... 2 1. DE STAANDE VLIEGBEVELEN (SVB).... 2 2. OCHTENDBRIEFING... 2 3. VOORBEREIDING VAN HET VLIEGTUIG
Nadere informatieVLAAMSE ZWEEFVLIEG ACADEMIE
VLAAMSE ZWEEFVLIEG ACADEMIE HOE LEER IK ZWEEFVLIEGEN? IF FLYING WERE THE LANGUAGE OF MAN, SOARING WOULD BE ITS POETRY VLAAMSE ZWEEFVLIEG ACADEMIE VZW ROTENAARD 106/2 2650 EDEGEM www.vlaamsezweefvliegacademie.be
Nadere informatieAerodynamica Overtrek en tolvlucht. Luchtdruk neemt af, Vervolgens neemt de luchtdruk weer toe.
Luchtdruk neemt af, Vervolgens neemt de luchtdruk weer toe. 1 1. Luchtdeeltjes stromen tegen de druk in en worden hierdoor afgeremd. 2. Op een gegeven moment verander de stroomrichting en laat de stroming
Nadere informatieInhoudsopgave. Hoofdstuk 2 Vliegtuigbesturing pagina 2 / 54
Inhoudsopgave 2. Vliegtuigbesturing... 6 2.0 Inleiding... 6 2.1 Assen en primaire effecten... 7 2.1.1 Benaming van de assen... 7 2.1.2 Primaire beweging rond de assen... 7 2.1.3 Benaming en rol van de
Nadere informatieHand- out Boeing 737 vliegen. hand- out- PU.01
Hand- out Boeing 737 vliegen. Pitch- Up Arendweg 37- B Lelystad Airport 085-210 60 66 pitch- up.nl 1 Deze hand- out is samengesteld door Simcenter Lelystad, Pitch- Up en wordt toegepast bij het uitvoeren
Nadere informatieVLIEGVELDHANDBOEK SCHAFFEN (DIEST) - EBDT
3.1 Openingstijden voor burgerluchtvaartuigen: Het vliegveld is geopend voor burgerlijke activiteiten op zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen. Op andere tijden is het vliegveld enkel ter beschikking
Nadere informatieVliegclub Hoevenen. Gelegen aan de Dijkstraat. B-2940 Hoevenen TEL:03/605.74.41
Vliegclub Hoevenen Gelegen aan de Dijkstraat B-2940 Hoevenen TEL:03/605.74.41 Website: www.ebhn.be Welkom op EBHN EBHN staat voor EuropeBelgiumHoeveneN. Het vliegveld Hoevenen, met een oppervlakte van
Nadere informatieHand- out Boeing 737. hand- out- PU.01
Hand- out Boeing 737 Pitch- Up Arendweg 37- B Lelystad Airport hand- out- PU.01 085-210 60 66 leervandeluchtvaart.nl 1 Deze hand- out is samengesteld door Simcenter Lelystad, Pitch- Up en wordt toegepast
Nadere informatieAfdeling Modelvliegsport
Bijlage 1- Examens vaste vleugel modellen (A-MOTOR, A-JET, A-ZWEEF) Inleiding Dit document kan op enkele plaatsen Engelstalige woorden bevatten, indien dit woorden zijn die in de modelvliegwereld zijn
Nadere informatieREGELING OPLEIDING LIERISTEN
REGELING OPLEIDING LIERISTEN 1. Om voor de opleiding voor lierist bij vliegclub Haamstede in aanmerking te komen dient aan de volgende voorwaarde te worden voldaan: - Minimale leeftijd 18 jaar - Vliegend
Nadere informatieDONAC 2016 Beginners tips
Vrijwel elke beginnende competitie aerobatic vlieger wil bij zijn/haar eerste optreden foutloos presteren, de vlucht afronden met een perfecte landing en bij het uitstappen de Ooh's en Aah's in ontvangst
Nadere informatieEXAMENPROCEDURE. De opleiding heeft tot doel leerlingen op te leiden tot het veilig vliegen onder zichtvoorwaarden (VFR).
EXAMENPROCEDURE 1. Opleiding tot kandidaat piloot ULM De opleiding heeft tot doel leerlingen op te leiden tot het veilig vliegen onder zichtvoorwaarden (VFR). De praktijkgerichte opleiding bevat de volgende
Nadere informatieINFOBROCHURE KEMPISCHE AEROCLUB
INFOBROCHURE EMPISCHE AEROCLUB WEELDE foto: Jimmy Swannet CLUBPROFIEL De is een zweefvliegclub met als thuisbasis vliegveld Weelde, gelegen tussen Turnhout en Weelde, niet ver van de Belgisch-Nederlandse
Nadere informatieGemaakt door Nico van Dam, t.b.v. www.dutchfs.com/ 04 december 2006.
Gemaakt door Nico van Dam, t.b.v. www.dutchfs.com/ 04 december 2006. inleiding flight simulator: Starten met Cessna alles uit zetten voor de cold & dark cockpit Vliegtuig kiezen = Lockheed L-049A Constellation
Nadere informatieLeerplan deltavliegen Inhoud
Inhoud Voorwoord... 2 Doelstelling... 3 Schematisch Overzicht... 4 Algemeen... 5 Niveau 1... 5 Niveau 2... 6 Niveau 3... 7 Attest Aspirant-Piloot deltavliegen... 8 Brevet XC-Piloot deltavliegen... 9 Voorwoord
Nadere informatieAftekenlijst freefly licentie FF-1: beginnend freeflyer Volledige naam: KNVvL lidnummer: Datum:
FF-1: beginnend freeflyer Bij alle volgende punten moet de leerling zelf kunnen uitleggen waarom ze belangrijk zijn. De leerling heeft voldoende stabiliteit en hoogtebewustzijn op de buik. Openingssysteem
Nadere informatieHoe leer ik zweefvliegen?
Hoe leer ik zweefvliegen? Bij de Vlaamse Zweefvlieg Academie Iedereen Kan Het Leren! 1 Wat is zweefvliegen? Zweefvliegen is een prachtige sport die natuurelementen en techniek combineert. Conventionele
Nadere informatieHELIKOPTERS IN DE FLIGHTSIMULATOR ALGEMEEN
HELIKOPTERS IN DE FLIGHTSIMULATOR ALGEMEEN Het vliegen met een helikopter is leuker dan menigeen denkt. Toch vinden sommigen het saai, anderen vinden het moeilijk of hebben het gewoon nog nooit geprobeerd.
Nadere informatieBREVETREGLEMENT. Federatie Limburgse RC Vliegers. Brevetreglement FLRCV 2017 Pagina 1
BREVETREGLEMENT Federatie Limburgse RC Vliegers. Brevetreglement FLRCV 2017 Pagina 1 REGLEMENT BREVET VLIEGEN 1. DOEL Het doel van het vliegbrevet is de continuïteit van de modelvliegsport te garanderen
Nadere informatieBREVETREGLEMENT. Federatie Limburgse RC Vliegers. Brevetreglement FLRCV 2018 Pagina 1
BREVETREGLEMENT Federatie Limburgse RC Vliegers. Brevetreglement FLRCV 2018 Pagina 1 REGLEMENT BREVET VLIEGEN 1. DOEL Het doel van het vliegbrevet is de continuïteit van de modelvliegsport te garanderen
Nadere informatieHuishoudelijk Reglement Roder Luchtvaartclub
Huishoudelijk Reglement Versie 1 23 maart 2010 1 INHOUD Hoofdstuk 1 Algemeen...3 Begripsbepaling...3 Artikel 0: Algemeen...3 Artikel 1: Verzekering/schade....3 Artikel 2: Gebruik vliegterrein....4 Artikel
Nadere informatieZweefvliegsport. Agenda. Voorstelling. Voorstelling Kortrijk Flying Club v.z.w. Wat is zweefvliegen? Hoe begin je eraan? Hoeveel kost het?
Zweefvliegsport Voorstelling www.zweefvliegen.be Agenda Voorstelling Kortrijk Flying Club v.z.w. Wat is zweefvliegen? Hoe begin je eraan? Hoeveel kost het? Vragenronde www.zweefvliegen.be 2 1 Kortrijk
Nadere informatielucht afzetten. Lucht heeft niet een vaste plaats zoals we weten. Hiervoor heeft men een systeem ontwikkeld waarop we hierna in zullen gaan.
Beechcraft Baron 58 Beech Baron 58 Cessna Skyhawk Als we de Beech Baron met een Cessna Skyhawk vergelijken, dan valt gelijk op dat de Cessna een eenmotorig en de Beech Baron een tweemotorig vliegtuig is.
Nadere informatieInformatie bij DONAC 2010 Beginners sequence
Vrijwel elke beginnende competitie aerobatic vlieger wil bij zijn/haar eerste optreden foutloos presteren, de vlucht afronden met een perfecte landing en bij het uitstappen de Ooh's en Aah's in ontvangst
Nadere informatieALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING FEITELIJKE INFORMATIE. Nummer voorval: Datum, tijd 1 voorval: 19 mei 2007, uur
ALGEMENE GEGEVENS Nummer voorval: 2007045 Classificatie: Ongeval Datum, tijd 1 voorval: 19 mei 2007, 18.10 uur Plaats voorval: Luchtvaartterrein Terlet Registratie luchtvaartuig: PH-1383 Type luchtvaartuig:
Nadere informatieColofon. Begrippen. opleiding zweefvliegen
EVO 1 WAT JE MOET WETEN - 2 - INHOUD Inleiding 1 Wat moet je weten voor je met zweefvliegen begint? 1.1 Veiligheidsregels op het veld 1.2 Het grondtransport 1.3 Kabelaanhaken en tiplopen 1.4 Kabelrijden
Nadere informatieInzet Schiphol- Oostbaan
Veel gestelde vragen Banenstelsel Schiphol Inzet Schiphol- Oostbaan januari 2015 Versie 1.1 1. Algemeen Schiphol beschikt over vijf lange start- en landingsbanen en één kortere en is een knooppunt van
Nadere informatieBasis Veiligheidsreglement Modelvliegsport versie 2.01 juni 2013 Pagina 1 van 6
Bijlage 2- Examens rotor modellen (A-HELI, A-MULTIKOPTER) Inleiding Dit document kan op enkele plaatsen Engelstalige woorden bevatten indien dit woorden zijn die in de modelvliegwereld ingeburgerd zijn,
Nadere informatieElementaire begrippen over Aërodynamica voor modelluchtvaart
Elementaire begrippen over Aërodynamica voor modelluchtvaart Vereniging voor Modelluchtvaartsport (VML) vzw Auteur : Dirk Van Lint Uitgegeven op : 15/07/2006 Versie : 0.0.1 Inhoud 1. Doel 2. Aërodynamische
Nadere informatieInfobrochure. R. Liekens Model Aero Club Herentals 1
Infobrochure R. Liekens Model Aero Club Herentals 1 Onze club is dus een vliegclub. Een vliegclub voor modelvliegtuigen met afstandsbesturing. Dit is dus heel veilig want de piloot blijft met zijn twee
Nadere informatieALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING. Nummer voorval: Datum, tijd 1 voorval: 24 mei 2010, uur
Doel van de werkzaamheden van de Onderzoeksraad is het voorkomen van toekomstige voorvallen of de gevolgen daarvan te beperken. Onderzoek naar schuld of aansprakelijkheid maakt nadrukkelijk geen deel uit
Nadere informatieRAPPORT PRAKTISCH EXAMEN RPAS
RAPPORT PRAKTISCH EXAMEN RPAS NAAM EN VOORNAAM RPA-BESTUURDER:. # Deel A Documenten en elementen A: Admin 1 A: Admin 2 A: Admin 3 A: Admin 4 A: Admin 5 A: Admin 6 A: Admin 7 Geslaagd zijn op het theoretisch
Nadere informatieEXAMENREGLEMENT. Zweefvliegbewijs. Glider Pilot Licence (GPL)
KNVvL Examinering Instituut (KEI) A: Houttuinlaan 16A P: 3447 GM Woerden T: (0348) 43 70 60 (elke werkdag van 10 tot 16 uur) Examenreglement KNVvL Examinering instituut (KEI) Houttuinlaan 16A, 3447 GM
Nadere informatieBelangrijke weetjes over de opleiding tot privaat piloot
Vliegen is een droom. Maar beginnen aan een vliegopleiding is ook een belangrijke beslissing voor jou en je gezin. Luchtvaart is een materie waarop meerdere reglementeringen van toepassing zijn. Met dit
Nadere informatieHoe leer ik zweefvliegen?
Hoe leer ik zweefvliegen? Bij de Vlaamse Zweefvlieg Academie Iedereen Kan Het Leren! 1 Wat is zweefvliegen? Zweefvliegen is een prachtige sport die natuurelementen en techniek combineert. Conventionele
Nadere informatieLIMBURGSE VLEUGELS vereniging zonder winstoogmerk
LIMBURGSE VLEUGELS vereniging zonder winstoogmerk Vliegplein 1 B-3600 GENK België Tel : +32 89 383273 e-mail : Limburgse.Vleugels@pandora.be www.ebzw.be Reglement van Inwendige Orde V.Z.W. LIMBURGSE VLEUGELS
Nadere informatieHelikopter vliegen. In flightsimulator Joop Mak
Helikopter vliegen In flightsimulator 2013 Joop Mak Torsie De meeste vliegtuigen hebben, als er geen tegenwerkende krachten zijn zoals turbulentie (wervelingen) e.d., tijdens de vlucht door de stand van
Nadere informatieAftekenlijst freefly licentie FF-1: beginnend freeflyer
FF-1: beginnend freeflyer Bij alle volgende punten moet de leerling zelf kunnen uitleggen waarom ze belangrijk zijn. De leerling heeft voldoende stabiliteit en hoogtebewustzijn op de buik. Openingssysteem
Nadere informatieZC Flevo - Mosselweg 10a - 8256 RB Biddinghuizen - Tel hangar: 0321 33 24 24 - www.zcflevo.nl - zomercursus2009@zcflevo.nl
zomercursus zomercursus Het besturen van een zweefvliegtuig kan iedereen, met een beetje lef en doorzettingsvermogen leren. Zonder dat je een zware medische keuring of theoretische achtergrond nodig hebt.
Nadere informatieAftekenlijst freefly diploma FF-1: beginnend freeflyer
FF-1: beginnend freeflyer Volledige naam: KNVvL lidnummer: Datum: Bij alle volgende punten moet de leerling zelf kunnen uitleggen waarom ze belangrijk zijn. De leerling heeft voldoende stabiliteit en hoogtebewustzijn
Nadere informatieNeergestort in circuit
Neergestort in circuit Neergestort in circuit Den Haag, februari 2014 De rapporten van de Onderzoeksraad voor Veiligheid zijn openbaar. Alle rapporten zijn boven dien beschik baar via de website van de
Nadere informatie1 of 9 13-03-2004 21:21
1 of 9 13-03-2004 21:21 Hello Beginnende Piloot Hierbij een stukje uitleg waarom je "niet goed voor de baan uitkomt" Allereerst begin het maken van een vlucht bij een goede voorbereiding! 1. Vluchtvoorbereiding
Nadere informatieClub audit. Datum: Algemene informatie over de zweefvliegclub. Auditors
Club audit Datum: Algemene informatie over de zweefvliegclub Naam zweefvliegclub: Straat: Postcode: Telefoon: Plaats: Email: Voorzitter Naam: Telefoon: E-mail: Chef Instructeur Naam: Telefoon: E-mail:
Nadere informatieInformatiebrochure zweefvliegstage 2010
Informatiebrochure zweefvliegstage 2010 If flying was men s language then soaring would be its poetry Zin in een niet-alledaagse vakantie op hoog niveau? Zoek je een hobby die jouw kijk op de wereld voorgoed
Nadere informatieTRAININGSVLUCHTEN MET DE TOURING MOTOR GLIDER
TRAININGSVLUCHTEN MET DE TOURING MOTOR GLIDER (VOOR DE VERLENGING VAN HET PPL(TMG)) Presentatie voor de opfriscursus voor RFI(A)-TMG s Eindhoven 19 april 2008 Opgesteld door Ruud Diepeveen (EACzc) et al.
Nadere informatieInspectie Verkeer en Waterstaat
Inspectie Verkeer en Waterstaat Theorie examen JAR-FCL PPL voorbeeldexamen Flight Performance and Planning(A) 1 Bepaal de density altitude voor de volgende condities: Airport elevation Runway temperature
Nadere informatieZWEEFVLIEGEN OP KEIHEUVEL
ZWEEFVLIEGEN OP KEIHEUVEL Clubinformatie Voor nieuwe leden Blz-1- 1.Verleden van Aëroclub Keiheuvel Aeroclub Keiheuvel werd geboren in het brein van Piet Van Buggenhout zaliger. Hij mag de geestelijke
Nadere informatieTheorie Veiligheids Vliegbrevet A. Richard van Wijk Delta Oss
2011 Theorie Veiligheids Vliegbrevet A Richard van Wijk Delta Oss Theorie Veiligheids Vliegbrevet A Delta Oss Versie 1.0 Pagina 2 Inleiding Voorwoord Het halen van een veiligheidsbrevet is niet alleen
Nadere informatieCONTROLEPLAN voor ZWEEFVLIEGTUIGEN
CONTROLEPLAN voor ZWEEFVLIEGTUIGEN Inschrijvingskenmerk : OO - Datum van inspectie :... CoA Nr. :... Plaats :... Toestelgegevens: Type :... TCDS Nr.:... Reeksnummer :... Bouwjaar :... Potentieel :... u
Nadere informatieGebruiksaanwijzing leerdagboek
Gebruiksaanwijzing leerdagboek Exempel Vliegen met de Wrights Afdrukken pagina 2-13 dubbelzijdig formaat A4 naar behoefte kunnen lege A4-pagina s worden tussengevoegd Aanwijzingen Schrijf- en tekenruimte
Nadere informatieVliegen met een Cessna 172
Vliegen met een Cessna 172 De vluchtvoorbereiding (route, kaarten, Meteo, vluchtplan indienen enz.) laten we hier buiten beschouwing. Idem de controle van startgewicht, (personen, bagage, brandstof) zwaartepunt,
Nadere informatieDe maximale snelheid is afhankelijk van de hoogte waarop gevlogen wordt: m V NE 270 km/h daarboven lager 6000 m 230 km/h
Samenvatting handboek DG1001S Waarschuwingen: Dit is slechts een samenvatting van het handboek. In alle gevallen is het officiële handboek van de DG1000 leidend. Bestudeer voor je gebruik maakt van dit
Nadere informatieALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING. Nummer voorval: / Datum, tijd 1 voorval: 26 april 2009, uur Nabij zweefvliegveld Terlet (EHTL)
ALGEMENE GEGEVENS Nummer voorval: 2009028/2009029 Classificatie: Ongeval Datum, tijd 1 voorval: 26 april 2009, 13.45 uur Plaats voorval: Nabij zweefvliegveld Terlet (EHTL) Vliegtuig 1 Registratie: Type
Nadere informatieVliegtuigtechniek HtHJ/VSH/Vliegtuigtech._v01 dec2010 1
Vliegtuigtechniek 1 Vliegtuigtechniek Besturing Verdeling van de vier krachten Draagkracht (Lift) Zwaartekracht (Gewicht) Trekkracht Weerstand Horizontale vlucht Lift = Gewicht Trekkracht = Weerstand Een
Nadere informatieHuishoudelijk reglement. Huishoudelijk Reglement. Roder Luchtvaartclub. Versie 3 maart 2017
Huishoudelijk Reglement Versie 3 maart 2017 1 INHOUD Hoofdstuk 1 Algemeen... 3 Begripsbepaling... 3 Artikel 0: Algemeen... 3 Artikel 1: Verzekering/schade.... 3 Artikel 2: Gebruik vliegterrein.... 4 Artikel
Nadere informatieNadering en landing VFR
Nadering en landing VFR Nadering van- en landing op vliegvelden in Nederland verlopen volgens de voorgeschreven procedures, die iedere VFR vlieger kan nalezen in het VFG pakket van de AIS, te vinden op
Nadere informatiePowerpack. gebruikshandleiding
Powerpack gebruikshandleiding 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding De RMA powerpack is een hulpmiddel voor de begeleiding. Het vergemakkelijkt het duwen van een rolstoel gebruiker. De hulpmotor is niet ontworpen
Nadere informatieInformatiebrochure zweefvliegstage 2016
Informatiebrochure zweefvliegstage 2016 If flying was men s language then soaring would be its poetry Zin in een niet-alledaagse vakantie op hoog niveau? Zoek je een hobby die jouw kijk op de wereld voorgoed
Nadere informatieHigh5 deltavliegschool Staalkade JN Amsterdam KvK:
Leren deltavliegen High5 deltavliegschool Staalkade 1 1011 JN Amsterdam +31 6 21 86 26 96 frans@high5.name http://www.high5.name KvK: 33278350 Leren deltavliegen Deltavliegen is een fantastische sport,
Nadere informatieDoel veiligheidsmanagement systeem:
Doel veiligheidsmanagement systeem: Het aantoonbaar continu verbeteren van de veiligheid. 1) Opening 2) VMS, veiligheidsmanager en team 3) Veiligheidsavond 2013 4) Human performance 5) Rapport onderzoeksraad
Nadere informatieHoe wordt je een Pattern piloot.? Bouwstenen. Rc3 training
Hoe wordt je een Pattern piloot.? Beetje zware titel, maar er moest toch wat boven staan! In dit verhaal heb ik een aantal zaken op papier gezet die voor mij van belang zijn gebleken om mezelf te verbeteren
Nadere informatie6.5. EVENWIJDIG TEN OPZICHTE VAN DE WEG RECHTS PARKEREN TUSSEN TWEE VOERTUIGEN
6.5. EVENWIJDIG TEN OPZICHTE VAN DE WEG RECHTS PARKEREN TUSSEN TWEE VOERTUIGEN Hoe verloopt dit manoeuvre tijdens het praktijkexamen Dit manoeuvre wordt uitgevoerd in een straat met rustig tot matig verkeer
Nadere informatiePraktijk van het Bergvliegen. een inleiding
Praktijk van het Bergvliegen een inleiding Pic du Bure in het Franse deel van de Alpen D.Timmerman Praktijk van het bergvliegen, een inleiding! 5-6-2002 pagina 1 / 52 0.1: VOORWOORD... 4 0.2: INLEIDING...
Nadere informatieReglement voor het behalen van brevetten met modelvliegtuigen
REGLEMENTENBOEK Reglement voor het behalen van brevetten met modelvliegtuigen ALGEMEEN Doel van het brevetvliegen Het doel van het brevetvliegen is de modelvlieger een bewijs te geven dat hij aantoonbaar
Nadere informatieSleepactiviteiten op EHST dienen minimaal 5 werkdagen - van tevoren officieel (zie NOTAM) gemeld te worden.
EHST protocol slepen van zeilvliegtuigen I. Start van zeilvliegactiviteiten Aanmelding Sleepactiviteiten op EHST dienen minimaal 5 werkdagen - van tevoren officieel (zie NOTAM) gemeld te worden. Lesactiviteiten
Nadere informatieInstructiehandboek TMG-rating V Pagina 1 van 34
Instructiehandboek TMG-rating V 20170215 Pagina 1 van 34 Instructiehandboek voor de TMG-rating voor het LAPL(S)/SPL Versie V 20170215 Instructiehandboek TMG-rating V 20170215 Pagina 2 van 34 Inleiding.
Nadere informatieMeteorologie. In de meteorologie wordt de luchtdruk uitgedrukt in:
Meteorologie In de meteorologie wordt de luchtdruk uitgedrukt in: A. Millibar of hectopascal B. Mm kwikdruk of cm waterkolom C. Atmosfeer of P.S.I D. Geen van bovenstaande antwoorden is juist Wat bedoelen
Nadere informatiepag. 1 Stukje navigatie met behulp van radio-bakens
pag. 1 Stukje navigatie met behulp van radio-bakens 1. Algemene info BRASS: BRUNO: ANTW: KODE: RW: NDB: VOR: DME: ILS: OM: MM: LOCALIZER: OBI: OBS: ADF: NAV1: NAV2: Vliegveld Brasschaat Baken Bruno Vliegveld
Nadere informatieAFDELING I: Uitleg Keurmeester (Km): De Km geeft uitleg over wijze waarop de volgoefeningen uitgevoerd dienen te worden.
AFDELING I: A. Volgoefeningen: Doelstelling: De combinatie dient in staat te zijn een surveillance uit te voeren. Algemeen: Alle oefeningen beginnen- en eindigen bij de Km; Het volgen dient te geschieden
Nadere informatieAlgemeen: Roeicommando s, pg. 1/7
Beste leerlingen, bijgaand de belangrijkste bevelen bij het sturen: Probeer je bij het lezen van onderstaande in te denken dat je daadwerkelijk is de boot zit, zodat je de bevelen kan visualiseren. Algemeen:
Nadere informatieREGLEMENT VOOR DE ZWEEFVLIEGVERGUNNING EN DE BIJBEHORENDE BEVOEGDVERKLARINGEN
Bijlage 1 REGLEMENT VOOR DE ZWEEFVLIEGVERGUNNING EN DE BIJBEHORENDE BEVOEGDVERKLARINGEN Publicatie: KONINKLIJKE BELGISCHE AERO CLUB v.z.w.d. Belgische Zweefvliegfederatie v.z.w. Liga van Vlaamse Zweefvliegclubs
Nadere informatieVooruit kijken Vooruit denken Hoe gaat dat?
Vooruit kijken Vooruit denken Hoe gaat dat? Hoofdregel kijken gedrag Bij het kijkgedrag gaat het niet om die duizenden keren dat je voor niets denkt te kijken, maar om die ene (fatale) keer dat je niet
Nadere informatieInformatiebrochure zweefvliegstage 2017
Informatiebrochure zweefvliegstage 2017 If flying was men s language then soaring would be its poetry Zin in een niet-alledaagse vakantie op hoog niveau? Zoek je een hobby die jouw kijk op de wereld voorgoed
Nadere informatieSleepactiviteiten op EHST dienen van tevoren officieel (zie NOTAM) gemeld te worden.
EHST protocol slepen van zeilvliegtuigen I. Start van zeilvliegactiviteiten Aanmelding Sleepactiviteiten op EHST dienen van tevoren officieel (zie NOTAM) gemeld te worden. NOTAM Er moet een NOTAM worden
Nadere informatiePPL of LAPL vliegopleiding Uw droom wordt werkelijkheid
PPL of LAPL vliegopleiding Uw droom wordt werkelijkheid Vliegen is voor velen nog steeds een droom; echter wordt deze droom voor steeds meer mensen werkelijkheid. Ook u heeft, door het aanvragen van informatie
Nadere informatieAFDELING I: Uitleg Keurmeester (Km): De Km geeft uitleg over wijze waarop de volgoefeningen uitgevoerd dienen te worden.
AFDELING I: A. Volgoefeningen: Doelstelling: De combinatie dient in staat te zijn een surveillance uit te voeren. Algemeen: Alle oefeningen beginnen- en eindigen bij de Km; Het volgen dient te geschieden
Nadere informatieHandleiding voor het gebruik van de Touring Motorglider ( TMG )
Handleiding voor het gebruik van de Touring Motorglider ( TMG ) A. Algemeen De basisopleiding wordt volbracht op het klassieke zweefvliegtuig. Voldoende ervaring op het klassieke zweefvliegtuig of motorvliegtuig
Nadere informatieDutch Air Rally 2014 (middagvlucht)
Dutch Air Rally 2014 (middagvlucht) Beste deelnemer Leuk dat u meevliegt! De Dutch Air Rally bestaat uit 4 onderdelen: Vluchtvoorbereiding Precisievlucht Fotoherkenning Vaklanding Lees deze inleiding goed
Nadere informatieDe theorielessen beginnen jaarlijks begin september en u kunt tussentijds instappen.
Geachte heer, mevrouw, Hartelijk dank voor uw interesse in ons vliegcentrum en in de vliegopleidingen in het bijzonder. Vliegcentrum Lelystad leidt vliegers op voor het micro light- en het sportvliegbrevet.
Nadere informatieZwaartepuntsbepaling 07/10/2017. Zweefvliegtuigen. Bronnen: 1) een beschrijving van de theorie door Dirk Corporaal Gevonden op het internet (.
07/10/2017 Zwaartepuntsbepaling Zweefvliegtuigen Bronnen: 1) een beschrijving van de theorie door Dirk Corporaal Gevonden op het internet (.nl) 2) Voorbeelden van reële wegingen Vliegclub KVDW 7.1 Het
Nadere informatieBib-strip : hoe speel je piloot?
Bib-strip : hoe speel je piloot? LANDER Surf naar : www.spelletjesoverzicht.nl/lander Wacht tot het spel is ingeladen. Is de knop PLAY GAME rood gekleurd?klik erop om het spel te starten 1 Klaar om piloot
Nadere informatieSCHOLARSHIPS UITGEREIKT DOOR HET BELGIAN HANDFLIGHT FUND
SCHOLARSHIPS UITGEREIKT DOOR HET BELGIAN HANDFLIGHT FUND Criteria & Procedures Type 1 JAR PPL Pagina 1 van 10 INHOUDSOPGAVE 1. Introductie 2. Criteria & procedures 3. De verschillende scholarships 4. Aanvragen
Nadere informatie8.1.2. Soorten brevetten Er is een onderverdeling gemaakt in het veiligheidsbrevet A en de prestatiebrevetten B en C.
REGLEMENTENBOEK SECTIE VIII Reglement voor het behalen van brevetten met modelvliegtuigen (2008) 8.1 ALGEMEEN 8.1.1 Doel van het brevetvliegen Het doel van het brevetvliegen is de modelvlieger een bewijs
Nadere informatieFS Holland. Made by P.E. van Dusschoten
Made by P.E. van Dusschoten Made by P.E. van Dusschoten VFR route Zwitserland Leg 1. Bern Interlaken Leg 2. Interlaken Meiringen Leg 3. Meiringen Alpnach Leg 4. Alpnach Buochs Leg 5. Buochs Emmen Leg 6.
Nadere informatie