Regeling Stimulering Bètatechniek. Veelgestelde vragen & antwoorden

Transcriptie

1 Regeling Stimulering Bètatechniek Veelgestelde vragen & antwoorden

2 Doel, doelgroep & hoogte van subsidie Waarvoor is de subsidie bedoeld? De subsidie is bedoeld om bestaande en nieuwe bèta-technieknetwerken te ondersteunen. Het is de bedoeling dat de bèta-technieknetwerken op termijn zelfstandig kunnen voortbestaan zonder subsidie vanuit OCW. De subsidie wordt dan ook alleen verstrekt aan bèta-technieknetwerken die erkend zijn door OCW. Zie ook: Bijlage I: Lijst met erkende bèta-technieknetwerken Mag er subsidie worden aangevraagd voor activiteiten die het bèta-technieknetwerk al verricht? Ja, de subsidie is niet alleen bedoeld voor nieuwe activiteiten die de netwerken verrichten. Terugkerende / doorlopende activiteiten komen ook in aanmerking voor de subsidie. De activiteiten moeten wel binnen de subsidieperiode worden uitgevoerd. De subsidie wordt niet met terugwerkende kracht toegekend voor activiteiten die in het verleden zijn verricht. Welke netwerken zijn er? Er zijn drie soorten bèta/technieknetwerken: Regionale po-schoolbestuurdersnetwerken Vo-ho-netwerken Toptechniek in Bedrijf (TiB) netwerken tussen vmbo-scholen en mbo-instellingen Er is nog ruimte voor maximaal zeven nieuwe bèta-technieknetwerken in de categorie TiB netwerken. Als u betrokken bent bij een nieuw samenwerkingsverband en daarvoor geen subsidie ontvangt, dan is het mogelijk om de samenwerking te laten erkennen. Zie ook: Aanvraag erkenning nieuwe TiB netwerken: voor wanneer, hoe & wat nodig? Hoeveel subsidie is er beschikbaar? 2017: : : Het maximale subsidiebedrag is verdeeld over alle netwerken binnen de drie categorieën. Er is een vast maximaal bedrag voor elk netwerk (zie onderstaande bedragen). Het kan echter zijn dat netwerken minder subsidie aanvragen of minder subsidie toegekend krijgen wegens hun geplande activiteiten.

3 Verdeling van de subsidie Regionale PO netwerken Maximale subsidie 2017 Regio Gelderland ,76 Regio Noord ,34 Regio Noord-Holland /Flevoland ,81 Regio Oost ,86 Regio Midden-Nederland ,10 Regio Zuid ,57 Regio Zeeland ,40 Regio Zuid-Holland ,16 De subsidiebedragen voor 2018 en 2019 worden later bekend gemaakt in De Staatscourant. VO-HO netwerken Maximale subsidie Bestaande TiB netwerken Maximale subsidie Nieuwe TiB netwerken Maximale subsidie Als er aan minder dan 7 nieuwe TiB netwerken subsidie wordt verleend, dan wordt het resterende bedrag evenredig verdeeld over de andere aanvragen van TiB netwerken.

4 Aanvragen bestaande netwerken: voor wanneer, door wie en hoe? Voor wanneer kan er subsidie worden aangevraagd? Voor het jaar 2017 kan er van 15 juni tot en met 1 augustus 2017 een aanvraag worden ingediend. Voor de jaren 2018, 2019 en 2020 loopt de aanvraagtermijn van 1 januari tot en met 31 maart. Er kan alleen subsidie worden aangevraagd voor activiteiten die in het schooljaar na de aanvraag plaatsvinden. Dit betekent dat in 2017 de subsidie wordt aangevraagd voor schooljaar , in 2018 wordt dit aangevraagd voor en in 2019 voor het schooljaar Wie van het bèta-technieknetwerk kan een aanvraag indienen? Als een erkend netwerk een subsidieaanvraag wil indienen, dan wijst het netwerk een penvoerder aan. De penvoerder is één van de bevoegde gezagen van de scholen of instellingen die deelnemen aan het betreffende netwerk. Bedrijven kunnen niet optreden als penvoerder. De penvoerder dient de subsidieaanvraag in. Kan iemand vanwege vakantie worden gemachtigd om de aanvraag in te vullen en te ondertekenen namens het bevoegd gezag? Ja, dat is mogelijk. Een bestuurder kan een medewerker of (extern) projectleider machtigen om in zijn afwezigheid de aanvraag in te dienen en te ondertekenen. Op het aanvraagformulier is (via een link) een voorbeeld te vinden van een machtigingsformulier. Hoe kan de penvoerder een subsidie aanvragen? De aanvraag kan worden ingediend met het aanvraagformulier op de site van DUS-I. Is het mogelijk om het aanvraagformulier tussentijds op te slaan? Ja, u kunt tijdelijk stoppen met het invullen van de aanvraag. De gegevens worden dan opgeslagen. U ontvangt een mail met een hyperlink naar uw formulier. Kan het aanvraagformulier worden gedeeld met de netwerkpartners? Ja, de aanvrager kan de link naar zijn aanvraagformulier doorsturen naar iemand anders. Die kan alle gegevens bewerken en opslaan. Let op: De eerder opgeslagen versie van het formulier wordt dan overschreven. Als de aanvrager niet wil dat de netwerkpartner de aanvraag kan bewerken, dan kan hij bijvoorbeeld een PDF van het formulier sturen. (Hiervoor kan hij bij de stap 'Controleren' een print maken van zijn ingevulde aanvraagformulier.)

5 Zijn er nog aanvullende documenten nodig bij de aanvraag? Bij de aanvraag kunt u ook een regiovisiedocument, beleidsplan en/of activiteitenplan voegen, maar het is niet verplicht. (Deze documenten mogen samen niet meer dan 20 pagina s bevatten.) Met verschillende stukken kan worden aangetoond dat er sprake is van samenwerking. U kunt bijvoorbeeld een samenwerkingsovereenkomst bijvoegen, maar dit is niet verplicht. De aanvullende documenten vormen een toelichting op wat in het aanvraagformulier staat. Dit houdt in dat alles wat in de bijlage staat ook in het aanvraagformulier moet staan. Zie ook: Bijlage II: Toelichting aanvullende documenten. Aan welke voorwaarden moet een nieuw TiB netwerk voldoen om te worden erkend? Een netwerk bestaat uit minimaal één mbo-instelling, drie vmbo-instellingen en twee vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven. Dit kunnen bedrijven zijn of branche-vertegenwoordigers. Uiteraard mogen er ook andere partijen meedoen zoals; po-instellingen, ho-instellingen, gemeente(n) en provincie. Het netwerk moet aantoonbaar nieuw zijn. Het netwerk richt zich op steden / regio s die nog niet deelnemen in een bestaand TiB netwerk. De deelnemende onderwijsinstellingen van een nieuw netwerk zijn niet aangesloten bij een bestaand TiB netwerk, omdat de locatie van de verschillende instellingen ongunstig is voor een regionale samenwerking.

6 Beslissing & betaling bestaande netwerken Wanneer wordt een beslissing genomen op de aanvraag? Voor het jaar 2017 wordt uiterlijk 31 september 2017 een beslissing genomen over de subsidieaanvraag. Als de aanvraag onvolledig is dan kunnen de ontbrekende gegevens nog binnen 10 werkdagen worden aangeleverd. De datum waarop de aanvraag compleet is, is ook de ontvangstdatum van de aanvraag. Wanneer wordt de subsidie betaald? OCW betaalt het subsidiebedrag uiterlijk in de maand oktober in één keer uit. Voor 2017 gelden voor nieuwe TiB bèta-technieknetwerken andere betaaltermijnen. In de daarop volgende jaren wordt uiterlijk 31 mei een beslissing genomen op subsidieaanvragen voor alle netwerken. De subsidie wordt uit uiterlijk in juni van dat jaar uitbetaald. Dus een subsidieaanvraag die is ingediend in 2019 wordt uiterlijk in juni 2019 uitbetaald. Als de activiteiten zijn afgerond, wat gebeurt er dan met het resterende subsidiebedrag? Als de activiteiten volledig zijn uitgevoerd en aan alle subsidieverplichtingen is voldaan, dan kan het netwerk de rest van de subsidie gebruiken voor andere activiteiten in het onderwijs.

7 Aanvraag erkenning nieuwe TiB netwerken: voor wanneer, hoe en wat is er nodig? Voor wanneer moet er een aanvraag worden ingediend voor de erkenning van een nieuw TiB netwerk? Voor het jaar 2017 loopt de aanvraagperiode voor erkenning van nieuwe TiB netwerken van 15 juni 2017 tot 1 oktober Hoe moet er een aanvraag worden ingediend voor de erkenning van een nieuw TiB netwerk? De aanvraag voor de erkenning kan worden ingediend met hetzelfde aanvraagformulier waarmee een subsidie wordt aangevraagd, samen met deze bijlagen: plan van aanpak activiteitenplan begroting Voor wanneer moet er een subsidie worden aangevraagd, als er ook een aanvraag is ingediend voor de erkenning van een nieuw bèta-technieknetwerk? Voor nieuwe TiB netwerken sluit de aanvraagperiode voor een subsidie op 1 oktober In de jaren na 2017 loopt de aanvraagtermijn van 1 januari tot en met 31 maart. In 2018 kan dus van 1 januari tot en met 31 maart 2018 een aanvraag worden ingediend. Mogen er ook aanvragen worden ingediend voor de erkenning van nieuwe TiB netwerken die zich niet in Nederland bevinden? Nieuwe TiB netwerken uit Caribisch Nederland kunnen ook een aanvraag indienen voor een erkenning. Voor subsidieaanvragers uit Bonaire, Sint-Eustatius en Saba gelden exact dezelfde voorwaarden en aanvraagprocedure. Wel wordt het subsidiebedrag in USD in plaats van in Euro s wordt vastgesteld en verstrekt. Daarbij wordt de vaste wisselkoers gehanteerd: 1,00 = USD 1,06. Maximale subsidiebedragen in USD Nieuwe vmbo-mbo-toptechniek in Bedrijfnetwerken $ $ $

8 Beslissing & betaling nieuwe netwerken Wanneer wordt de beslissing genomen op nieuwe TiB netwerken en wanneer wordt de subsidie uitbetaald? DUS-I stelt de subsidie voor mogelijke nieuwe netwerken op uiterlijk 30 november 2017 vast. Voor het jaar 2017 wordt het subsidiebedrag uiterlijk in de maand december uitbetaald.

9 Bestaande & nieuwe netwerken: Na de subsidieaanvraag Wat gebeurt er na de toekenning van de aanvraag? De penvoerder toont in een jaarverslag aan dat voldaan is aan de subsidieverplichtingen. De vorm hangt van het subsidiebedrag af. Voor zover het subsidie tot betreft, geschiedt de verantwoording overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs in de jaarverslaggeving. Voor zover het subsidie van of meer betreft, geschiedt de verantwoording overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs in de jaarverslaggeving. Ook toont de subsidieontvanger aan de hand van het activiteitenverslag aan dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verstrekt, zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen. Hiervoor is binnenkort een format beschikbaar op de website van DUS-I. Verstuur het ingevulde format binnen 10 weken na de subsidieperiode naar DUS-I. Is het noodzakelijk om een urenstaat bij te houden als het aangevraagde bedrag op ingezette/in te zetten uren is gebaseerd? Het is voor de subsidieregeling Bèta-technieknetwerken niet verplicht om een urenregistratie bij te houden. Voor deze subsidieregeling is de gebruikelijke verantwoording in het jaarverslag vereist, conform de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Bij subsidies van meer dan ,00 zal ook gevraagd worden naar uitgevoerde activiteiten en opbrengsten (inhoudelijk), maar niet financieel of in uren. Zie hiervoor ook kopje 7. Vaststelling, betaling en besteding en verantwoording van het Beleidskader. De penvoerder moet wel voor de eigen financiële administratie (en de accountant) aannemelijk kunnen maken dat de activiteiten zijn uitgevoerd en dat daar een zekere inzet van medewerkers en middelen tegenover heeft gestaan. Dit kan o.a. met planningen, verslagen, presentielijsten bij bijeenkomsten, facturen van externen etc. Deze informatie is nodig voor de verantwoording in het jaarverslag. Wanneer moeten de activiteiten waarvoor subsidie is toegekend zijn gestart en afgerond? De activiteiten moeten worden gestart en afgerond in het schooljaar waarvoor de subsidie is aangevraagd. Als de subsidieaanvraag in 2017 is toegekend, dan geldt de aanvraag voor het schooljaar De activiteiten moeten dan plaatsvinden in dat schooljaar.

10 Bijlage I: Lijst met erkende bèta-techniek netwerken Regionale netwerken primair onderwijs De subsidie is bedoeld om samenwerking tussen basisscholen te stimuleren die erop gericht is op structurele aandacht voor wetenschap en technologie in de klas. Regionaal netwerk Bètapunt Noord Kenniscentrum wetenschap en techniek Oost (KWTO) Expertisecentrum Wetenschap en Techniek Noord-Holland/Flevoland Kenniscentrum Talentontwikkeling, Wetenschap en Techniek Utrecht (KTWT) Kenniscentrum Wetenschap en Techniek Gelderland (KWTG) Regionetwerk Wetenschap, Techniek en Excellentie Zuid (WTE) Expertisecentrum Wetenschap en Technologie Zuid-Holland Regionetwerk Talent in Zicht (Zeeland) VO-HO netwerken De subsidie is bedoeld om de samenwerking rondom de doorlopende leerlijn tussen havo-hbo en vwo-wo te stimuleren. Het gaat erom dat er meer en hoger opgeleide bètatechniekstudenten zijn. De samenwerking vindt plaats tussen het voortgezet en het hoger onderwijs, het bedrijfsleven en de maatschappelijke instellingen via regionale platforms. Netwerk Amsterdam (Bètapartners/Its Acadamy) Netwerk Brabant i.o. Netwerk Leiden (Regionaal Steunpunt Leiden) Netwerk Limburg (Schoolmeetspractice) Netwerk Arnhem-Nijmegen (Technology / Radboud Pre-Universty College of Science) Netwerk Noord (Science LinX) Netwerk Oost (Bètasteunpunt OOst) Netwerk Utrecht (U-Talent) Netwerk Zuid-Holland (Bètasteunpunt Zuid-Holland) Netwerk Wageningen (Food Valley Netwerk VO-HO) TiB netwerken De subsidie is bedoeld om samenwerking te stimuleren die gericht is op een betere aansluiting van het technische beroepsonderwijs op de regionale arbeidsmarkt. Daarvoor is enerzijds een goed aanbod van techniekonderwijs in de regio (macrodoelmatigheid) nodig. Anderzijds is het belangrijk dat er afstemming is tussen het vmbo, het mbo en het bedrijfsleven (voor onder andere doorlopende leerlijnen).

11 Noord-West (voorheen Noordvleugel) Amsterdam Flevoland Gooi en Vechtstreek Utrecht Zuidwest Drechtsteden en Gorinchem e.o. Haaglanden Holland Rijnland Rijnmond West-Brabant Zeeland Noord Drenthe Friesland Groningen Zuid Oost Groningen Oost Gelderse steden Twente Zwolle Zuidoost Brainport (Zuidoost-Brabant) Noordoost-Brabant Noord- en Midden-Limburg Zuid-Limburg

12 Bijlage II: Toelichting aanvullende documenten Wat moet er in de regionale visie staan? De regionale visie bevat in een korte geschiedenis over de samenwerking, de doelstellingen en de verwachte resultaten voor de periode De regionale visie draagt bij aan de realisatie van de doelstellingen van het Techniekpact Deze doelstellingen zijn Specifiek, Meetbaar, Accuraat en Tijdsgebonden (SMART) geformuleerd. De basis voor deze visie ligt reeds in bestaande businessplannen en al gerealiseerde opbrengsten van de technieknetwerken. Verder is in de regionale visie aangegeven hoe de doelstellingen bijdragen aan verduurzaming van het netwerk oftewel het voortbestaan van de samenwerking. Hoe moet de samenwerking en draagvlak worden aangetoond? Als het netwerk niet is gewijzigd, dan hoeft de penvoerder voor de rest niets te doen. Als de samenstelling van de bestaande samenwerking wel is gewijzigd, dan moet de penvoerder aantonen welke belangen de verschillende partners hebben. Verder moet blijken op welke wijze het samenwerkingsverband voorziet in deze belangen. Ook moet uit de aanvraag blijken dat na deze wijziging nog steeds sprake is van gedeeld eigenaarschap. Het gedeeld eigenaarschap en al het overige kan bijvoorbeeld met een samenwerkingsovereenkomst worden aangetoond. Hoe moeten de activiteiten van het netwerk worden weergeven? De penvoerder geeft in de aanvraag aan op welke activiteit(en) het netwerk zich gaat richten in het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. Dit betreft een uitwerking van één of meerdere onderdelen uit het beleidsplan/masterplan van het huidige netwerk, met speciale aandacht voor verduurzaming. Activiteiten kunnen bijvoorbeeld gericht zijn op: het voortzetten van doorlopende leerlijnen, de inzet en professionalisering van docenten en projectleiders of het intensiveren of bestendigen van het netwerk. Hoe moet de financiering worden opgenomen in de aanvraag? In het aanvraagformulier is een overzicht opgenomen waarin de penvoerder de kosten en de baten kan invullen van de activiteit(en), waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. De kosten moeten zijn gesplitst in de volgende posten: interne en externe loonkosten en materiaalkosten/kosten aan faciliteiten. Cofinanciering is ook mogelijk, maar het is niet verplicht.