Toespraak personeelsreceptie 13 januari Dames en heren genodigden, Beste collega's, Dames en heren personeelsleden van stad en ocmw,

Transcriptie

1 Toespraak personeelsreceptie 13 januari 2017 Dames en heren genodigden, Beste collega's, Dames en heren personeelsleden van stad en ocmw, Aansluitend bij de wensen van de burgemeester en de secretaris voor een fijn en gelukkig 2017, hoop ik vooral dat jullie gespaard blijven van al te veel zorgen. Ik wens dat jullie, jullie familie en vrienden gezond, energiek en tevreden door 2017 mogen wandelen. Ik spreek ook graag, mede namens de ocmw-raad en de collega's in schepencollege en gemeenteraad, mijn zeer gemeende waardering uit voor jullie werk en inzet, als personeelsleden van ocmw, stad, autonoom gemeentebedrijf, politie en brandweer. Zonder gedreven personeelsleden kunnen er immers geen beleidsbeslissingen in daden worden omgezet! Dank daarvoor! Vanuit mijn functie als voorzitter van het ocmw wil ik graag nog enkele specifieke puntjes aankaarten die momenteel en zeker ook nog de volgende jaren het sociale beleid van stad en ocmw zullen bepalen. 1

2 In onze stad wordt er reeds intensief samengewerkt tussen de twee organisaties, stad en ocmw. Tot voor enkele jaren beperkte de samenwerking zich grotendeels tot een aantal financiële afspraken, niet alleen in Lier overigens. Voor het overige was er weinig gemeenschappelijks. Daarenboven kenden de diensten van stad en ocmw elkaar ook amper en schermden ook de beleidsorganen hun bevoegdheden duidelijk af voor elkaar. Dat heeft ertoe geleid dat we reeds in het bestuursakkoord van 2012 hebben opgenomen dat de samenwerking tussen stad en ocmw moest verbeteren. Van meetaf aan hebben we, in de mate van het mogelijke, daar ook werk van gemaakt. In 2014 heeft de Vlaamse regering beslist dat de integratie van gemeente-en ocmw-diensten geen vrijblijvend iets, maar decretaal zou opgelegd worden. De decreten daarover zijn nog niet afgerond maar in Lier hebben we, net zoals in sommige andere gemeenten overigens, hier niet op gewacht. Waar de wet- en decreetgever het ons toeliet hebben we diensten samengebracht en dossiers op elkaar afgestemd. Zo werken we reeds met 1 dienst vastgoed, 1 secretariaat, 1 IT-dienst, 1 juridische dienst, 1 communicatiedienst enz... Intussen werd de huisvesting van onze organisatie herzien en samengebracht in het Schapenkot voor de technische diensten en op de Dungelhoef voor de administratieve diensten. 2

3 Dit lijkt voor buitenstaanders allemaal de normaalste zaak van de wereld, maar jullie die dagelijks met beide voeten in het werkveld van stad of ocmw staan, weten dat heel de omvorming die heeft plaatsgevonden, veel overleg, veel energie, veel inzet, veel tijd en veel goede wil heeft gevergd. Er was bij velen onzekerheid en onduidelijkheid, wat niet abnormaal is bij een omvorming en vernieuwing op deze schaal. Er is veel gepuzzeld, geschoven, opnieuw ingevuld en samengebracht. Ik denk dat het resultaat van de meeste aanpassingen en veranderingen tot hiertoe goed is. Het levert meer openheid, meer bekendheid en geeft efficiëntiewinsten. Maar het werk moet nog afgerond worden. Momenteel wordt er gewerkt aan de integratie van het team sociaal beleid van de stad met de sociale dienst welzijn van het ocmw onder 1 departementshoofd. Naar mijn aanvoelen is dit misschien wel de belangrijkste stap die moet gezet worden vooraleer we van een inclusief sociaal beleid in onze stad kunnen spreken. Een beleid waarbij operationele dossiers perfect aansluiten bij de visie en de actieplannen van M- team en vooral van ocmw-en gemeenteraad. Op een ogenblik waarop de uitdagingen op sociaal vlak in de samenleving in het algemeen en in Lier in het bijzonder, immens zijn, moeten alle voorhande zijnde tandjes bijgestoken worden en 3

4 moeten alle neuzen in dezelfde richting kijken. En dit ten bate van de zwaksten in onze samenleving. Lier zit met zijn aantal leefloners hoog, maar niet ver boven het Vlaamse gemiddelde, zoals ik enkele dagen geleden ergens las. Lier wordt wel geconfronteerd met een grote kloof tussen arme en welstellende mensen. En aan een oplossing hiervoor moeten we nog intensiever werken, in samenwerking met de betrokken externe organisaties. Onze collega's van de welzijnsdienst doen hun uiterste best om zoveel als mogelijk hulpvragen op een aangepaste manier te beantwoorden en hulpvragers te begeleiden. Maar de uitdagingen blijven groot. Juist daarom is het belangrijk om alle krachten te bundelen en niet naast elkaar maar met elkaar te werken. Ik meen dat dit in de voorziene bijsturing van de personeelsstructuur van het welzijnsdepartement perfect mogelijk is. Mijn laatste paragraaf wil ik, net zoals vorig jaar, graag richten tot de personeelsleden van ons WZC. Er zijn de voorbije jaren grote inspanningen geleverd om de financiële situatie van het Paradijs onder controle te krijgen. Dat is, mede dankzij de enorme inzet van al het personeel, al in grote mate gelukt. De media confronteren ons met de regelmaat van de klok met de vaak moeilijke en stresserende situatie van werken in de 4

5 zorgsector. In ons WZC lijkt dat weliswaar mee te vallen. De bewoners van ons Paradijs en hun familie zijn in ieder geval tevreden. Dat zegt veel, zo niet alles. Het Lierse paradijs behoort tot de beste rusthuizen van de regio, dat verdient respect en waardering. Bedankt! Tot slot, wens ik jullie allemaal nog een deugddoend vervolg van de avond. Laat de drankjes en de hapjes smaken, geniet van elkaars gezelschap en voor straks: een veilige thuiskomst! Dank voor jullie aandacht. Marleen Vanderpoorten 5