Uitspraak. van de Huurcommissie

Transcriptie

1 Uitspraak van de Huurcommissie Verzoek Betalingsverplichting servicekosten (art. 7:260 Burgerlijk Wetboek; art. 4 lid 2 sub g, 7 en 18 Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte) Woonruimte Graaf Adolflaan XA ZEIST Hierna te noemen: de woonruimte Zaaknummer Verzonden op Verzonden aan huurder en verhuurder Verzoeker Hierna te noemen: huurder Wederpartij Hierna te noemen: verhuurder Kern van de uitspraak De betalingsverplichting van de huurder voor de stookkosten over de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 bedraagt 2.882,39. Huurders totale betalingsverplichting voor de servicekosten over de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 bedraagt 3.276, I Verloop van de procedure Het verzoek van de huurder De Huurcommissie ontving op 10 december 2015 een verzoek van de huurder. Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om de eindafrekening van de stookkosten over de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 te beoordelen. Onderzoek door de Huurcommissie De Huurcommissie heeft een voorbereidend onderzoek laten uitvoeren. Bij de verhuurder zijn de rekeningen van de stookkosten opgevraagd. Deze rekeningen zijn gecontroleerd. De resultaten van het onderzoek zijn vastgelegd in een rapport. De Huurcommissie heeft dit rapport aan de huurder en de verhuurder gestuurd. Pagina 1 van 5

2 II Zitting Gegevens zitting Zittingsdatum: Correspondentie over de zitting De huurder en de verhuurder zijn schriftelijk uitgenodigd voor de behandeling van het verzoek op de zitting van de Huurcommissie. Verklaring van de partijen Korte samenvatting verklaring van de huurder: De berekeningen die rapporteur maakt kloppen wel maar de verbruiken die ik zou hebben gerealiseerd kloppen niet. Zelfs de alternatieve berekening uitgaande van het gemiddelde verbruik in het complex vind ik voor mij nog hoog uitkomen; Ik heb in de woning allerlei isolerende voorzieningen aangebracht. Bovendien waren wij gedurende de koude periode 6 weken in Indonesië; De radiator in de keuken wordt in het geheel niet gebruikt; Na afloop van de voorafgaande periode zijn de verdampingsmetertjes niet vervangen; Ik heb nooit een aankondiging van de opname gezien; Sommige bewoners met hoge verbruiken maken daar werk van. Anderen betalen maar echter zonder te begrijpen waar de hoge verbruiken vandaan komen. Korte samenvatting verklaring van gemachtigde van de verhuurder: Over de voorafgaande periode is het verbruik van deze huurder geschat uitgaande van het gemiddelde verbruik van de vorige huurders. Dat was kennelijk te laag. Die periode samen met de opvolgende periode die hier aan de orde is, laat een redelijk gemiddeld verbruik zien; Als de meteropnemer niet in de woning kan, wordt aan de bewoners een bericht gestuurd met het verzoek contact op te nemen met de opnemer. Van deze huurder is niets vernomen en daardoor werden ook de metertjes niet vervangen. Van de opgenomen standen over de hier aan de orde zijnde periode is wel het geschatte verbruik van de voorafgaande periode afgetrokken; De huurders krijgen in verband met de op handen zijnde renovatie ook een individuele cv-installatie. De laatste afrekening met betrekking tot de gemeenschappelijke installatie zal die over 2015 zijn; Er zijn in dit complex 4 huurders met een vergelijkbaar verbruik over 2014/2015. Bij deze huurder heeft echter een deel van het verbruik betrekking op de voorafgaande periode; Er is geen voornemen om deze huurder te compenseren. Dat zou niet eerlijk zijn ten opzichte van andere huurders en bovendien is het verbruik gerealiseerd en we vinden het dan ook redelijk de kosten volledig door te berekenen; Als ik de brieven nog kan vinden met de aankondiging van de opname en het briefje dat huurder krijgt als die niet thuis was, dan zal ik die nazenden. Pagina 2 van 5

3 III Beoordeling De Huurcommissie beoordeelt de eindafrekening voor de stookkosten. De Huurcommissie kan het bedrag verlagen als blijkt dat het hoger is dan de daadwerkelijk gemaakte kosten. Omdat de huurder alleen de stookkosten ter discussie stelt, zal de Huurcommissie de andere kostenposten niet beoordelen. De Huurcommissie neemt deze posten ongewijzigd over van de eindafrekening van de verhuurder. De Huurcommissie baseert de uitspraak op alle beschikbare schriftelijke informatie over de zaak en alles wat op de zitting is besproken. Eindafrekening servicekosten De huurder heeft gedurende de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 de woning gehuurd. Verhuurder heeft over die periode een bedrag van 3.276,59 in rekening gebracht. De aan deze kosten verbonden leveringen en diensten zijn volgens de huurovereenkomst tussen de huurder en de verhuurder overeengekomen. Rapportage De rapporteur adviseert de Huurcommissie het bedrag voor de stookkosten over de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 vast te stellen op 2.882,39. Beoordeling Huurcommissie De gemachtigde van verhuurder heeft zich akkoord verklaard met de bevindingen en conclusies van de rapporteur. Huurder stelt dat het verbruik dat verhuurder hanteert simpelweg niet correct kan zijn. Het appartement wordt bewoond door 2 personen die beiden een fulltime baan hebben en die gedurende de koude periode 6 weken in het buitenland verbleven. Verder wordt er zeer bewust door de bewoners met energie omgegaan en daarom zijn er ook door de huurder extra isolerende voorzieningen aangebracht. Huurder voert voorts aan dat er verdamping van de Clorius metertjes optreedt door allerlei externe factoren. De metertjes functioneerden verder mogelijk niet goed en de opnemer die de meterstanden aflas over de hier aan de orde zijnde periode zou tenslotte gezegd hebben dat er sprake is van vreemde meterstanden. Uitgaande van de feiten zoals die bekend werden stelt de commissie vast dat bij aanvang van de huur de meterstanden van de verdampingsmetertjes zijn opgenomen. Dat concludeert de commissie op basis van verhuurders brief van 27 november 2015 aan huurder waarin verhuurder aangeeft dat er bij de sleuteloverdracht wel degelijk een nulmeting is gedaan, zowel van de gas- en elektriciteitsmeters alsook van de warmtemetertjes. Dit is bij een sleuteloverdracht een normale procedure en in de voorliggende zaak is niet gebleken dat in dit geval van deze standaard procedure is afgeweken. Voor het overige voert huurder privé omstandigheden aan die een hoog verbruik in de weg zouden staan. Het feit dat het appartement wordt bewoond door 2 personen met een fulltime baan, dat deze 2 personen gedurende de koude periode 6 weken niet in het appartement waren, en het feit dat de huurders zeer energiebewust zijn, is geen bewijs dat er niet toch een hoog verbruik zou zijn gerealiseerd. Huurders verweer op dit punt passeert de commissie dan ook. Pagina 3 van 5

4 Dat geldt ook voor huurders verweer betreffende het ontstaan van verdamping van de metertjes. Natuurlijk wordt de verdamping mede veroorzaakt door externe factoren maar dat geldt voor alle huurders en voor zover daardoor onredelijke verschillen tussen de woningen ontstaan wordt dat door de warmtekostenverdeler (ISTA) gecorrigeerd. Voor mogelijk niet deugdelijke metertjes is geen bewijs aangevoerd noch is het bestaan van ondeugdelijke metertjes op andere wijze aannemelijk gemaakt. Over de mogelijk door de meteropnemer gedane uitlatingen kan de commissie zich geen beeld vormen. In het dossier bevinden zich geen stukken die daar inzicht in bieden. Huurder beperkt zich ten aanzien van de kosten zoals door verhuurder in rekening gebracht, tot de hier aan de orde zijnde periode. Naar het oordeel van de commissie moet echter ook rekening worden gehouden met de voorafgaande afrekenperiode. Dat is de periode vanaf aanvang van de huur op 9 september 2013 tot 1 juli Omdat het niet mogelijk was om de verbruiken over die periode af te lezen is verhuurder uitgegaan van schattingen. Daarbij ging verhuurder uit van het gemiddelde verbruik van de vorige huurders. Dit gemiddelde was zeer laag. Een en ander had tot gevolg dat de eindafrekening over de voorafgaande periode voor huurder gunstig uitviel. Dat er werd afgerekend over de periode vanaf 9 september heeft daar nauwelijks invloed op omdat het bij het deel van 1 juli 2013 tot 9 september 2013 gaat over een warme periode waarin nauwelijks wordt gestookt. Wel bleef huurder een relatief laag voorschot betalen. Na opname van de verbruiken over de hier aan de orden zijnde periode bleek dat huurder een hoog bedrag moest bijbetalen. Het verbruik heeft echter betrekking op (nagenoeg) 2 volledige afrekenperiodes. De commissie stelt in dat verband vast dat het gehanteerde verbruik over de afrekenperiode 2014/2015 mede daardoor in een ander licht komt te staan. Het verbruik uitgedrukt in kosten komt in totaliteit over de 2 afrekenperiodes vanaf 9 september 2013 uit op 3.563,24. Dat is ongeveer 1.780,00 per jaar. Dat is naar het oordeel van de commissie weliswaar niet extreem laag maar zeker ook niet extreem hoog. Samenvattend stelt de commissie vast dat niet is gebleken van feiten of omstandigheden die aanleiding zijn om af te wijken van de conclusies en bevindingen van de rapporteur. Conclusie/gevolgen van deze uitspraak De huurder moet voor de stookkosten over de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli ,39 betalen. De overige kostenposten neemt de Huurcommissie ongewijzigd over van de eindafrekening van de verhuurder. De totale betalingsverplichting van de huurder voor de servicekosten over de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 bedraagt 3.276,59. Pagina 4 van 5

5 Legesbeoordeling De partij die in het ongelijk wordt gesteld, moet de leges betalen. De Huurcommissie oordeelt dat het bedrag voor stookkosten dat de verhuurder heeft berekend, redelijk is. De Huurcommissie stelt de huurder daarom in het ongelijk. De huurder moet 25,00 leges betalen. IV Beslissing De betalingsverplichting van de huurder voor de over de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 bedraagt 2.882,39; De totale betalingsverplichting van de huurder voor de servicekosten over de periode van 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 bedraagt 3.276,59. Volgens de wet worden huurder en verhuurder geacht te zijn overeengekomen wat in deze uitspraak is vastgesteld, tenzij een van hen binnen acht weken na verzending van deze uitspraak een beslissing van de rechter heeft gevorderd over het punt waarover de Huurcommissie om een uitspraak was verzocht. Bent u het niet eens met de beslissing? Dan kunt u binnen acht weken na de verzenddatum van deze uitspraak naar de rechter gaan. In de begeleidende brief leest u hoe u dit kunt doen. Legesveroordeling De huurder moet 25,00 leges betalen. De huurder heeft dit bedrag al betaald als voorschot. UTRECHT, De Huurcommissie, mr. J.A.M. Schuurbiers Ing F.A. Fens en J.W.J. Verheijen Zittingsvoorzitter Zittingsleden COU2G ENV Pagina 5 van 5