ECLI:NL:RVS:2015:2369

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ECLI:NL:RVS:2015:2369"

Transcriptie

1 ECLI:NL:RVS:2015:2369 Instantie Raad van State Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie /1/A2 Eerste aanleg: ECLI:NL:RBLIM:2014:7605, Bekrachtiging/bevestiging Bestuursrecht Hoger beroep Bij besluit van 30 mei 2012 heeft de teammanager Subsidies van Dienst Regelingen van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (thans: de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland), voor zover hier van belang, namens het college een korting van 20% toegepast op de aan [appellant] toegekende probleemgebiedenvergoeding. Vindplaatsen Rechtspraak.nl Uitspraak /1/A2. Datum uitspraak: 29 juli 2015 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: [appellant], wonend te [woonplaats], tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg van 2 september 2014 in zaken nrs. 12/1842 en 12/2124 in het geding tussen: [appellant] en het college van gedeputeerde staten van Limburg. Procesverloop Bij besluit van 30 mei 2012 heeft de teammanager Subsidies van Dienst Regelingen van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (thans: de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland), voor zover hier van belang, namens het college een korting van 20% toegepast op de aan [appellant] toegekende probleemgebiedenvergoeding.

2 Bij besluit van 14 september 2012 heeft het college het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Bij besluit van 16 augustus 2012 heeft het college de hoogte van probleemgebiedenvergoeding voor [appellant] gewijzigd en een bedrag van 263,01 van hem teruggevorderd. Bij besluit van 26 oktober 2012 heeft het college het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Bij uitspraak van 2 september 2014 heeft de rechtbank de door [appellant] tegen de besluiten van 14 september 2012 en 26 oktober 2012 ingestelde beroepen ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht. Tegen deze uitspraak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld. Het college heeft een verweerschrift ingediend. De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 20 mei 2015, waar [appellant], vertegenwoordigd door mr. P.J.G. Goumans, advocaat te Nijmegen, en het college, vertegenwoordigd door mr. C.J.M. Daniels, mr. E.J.H. Jansen en M.M.P.I. Geuijen, zijn verschenen. Overwegingen 1. Ingevolge artikel 6, eerste lid, van de door de Raad van de Europese Unie vastgestelde Verordening (EG) 73/2009 van 19 januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid zorgen de lidstaten ervoor dat alle landbouwgrond, in het bijzonder grond die niet langer wordt gebruikt voor productiedoeleinden, in goede landbouw- en milieuconditie wordt gehouden. De lidstaten stellen op nationaal of op regionaal niveau minimumeisen inzake goede landbouw- en milieuconditie vast op basis van het in bijlage III vastgestelde kader, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de betrokken gebieden, met inbegrip van de bodem- en de klimaatgesteldheid, de bestaande landbouwsystemen, het grondgebruik, de vruchtwisseling, de landbouwpraktijken en de structuur van de landbouwbedrijven. De lidstaten mogen geen minimumeisen vaststellen indien daarin in dat kader niet is voorzien. Ingevolge bijlage III bij de verordening geldt ter zake van bodemerosie dat de bodem wordt beschermd door middel van passende maatregelen. Als bindende normen gelden een minimale bodembedekking en minimaal landbeheer op basis van de specifieke omstandigheden ter plaatse. Ingevolge artikel 23, eerste lid, wordt, wanneer de uit de regelgeving voortvloeiende beheerseisen of de eisen inzake goede landbouw- en milieuconditie op om het even welk moment in een bepaald kalenderjaar (hierna het betrokken kalenderjaar" genoemd) niet worden nageleefd ten gevolge van een handelen of nalaten dat rechtstreeks kan worden toegeschreven aan de landbouwer die de steunaanvraag in het betrokken kalenderjaar heeft ingediend, het totaalbedrag van de rechtstreekse betalingen die na toepassing van de artikelen 7, 10 en 11 aan die landbouwer worden of moeten worden toegekend, verlaagd of uitgesloten overeenkomstig de op grond van artikel 24 vastgestelde uitvoeringsbepalingen. Ingevolge artikel 24, eerste lid, worden uitvoeringsbepalingen betreffende de in artikel 23 bedoelde verlagingen en uitsluitingen vastgesteld volgens de in artikel 141, lid 2, bedoelde procedure. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst, de omvang, het permanente karakter en de herhaling van de geconstateerde niet-naleving en met de in de leden 2, 3 en 4 vastgestelde criteria Ingevolge het tweede lid bedraagt bij nalatigheid het verlagingspercentage niet meer dan 5% en bij herhaalde niet-naleving niet meer dan 15%. In naar behoren gemotiveerde gevallen kunnen de

3 lidstaten besluiten dat geen verlaging wordt toegepast wanneer een geval van niet-naleving, gelet op de ernst, de omvang en het permanente karakter ervan, als van gering belang moet worden beschouwd. Gevallen van niet-naleving die een rechtstreeks gevaar voor de volksgezondheid of de gezondheid van dieren vormen, worden evenwel niet als van gering belang beschouwd. Tenzij de landbouwer onmiddellijk corrigerende actie heeft ondernomen waarmee een einde wordt gemaakt aan de geconstateerde niet-naleving, treft de bevoegde autoriteit de vereiste maatregelen, welke in voorkomend geval kunnen worden beperkt tot een administratieve controle, om ervoor te zorgen dat de landbouwer de geconstateerde niet-naleving corrigeert. De constatering van geringe niet-naleving en de verplichting corrigerende actie te ondernemen worden de landbouwer meegedeeld. Ingevolge het derde lid mag in geval van opzettelijke niet-naleving het verlagingspercentage in principe niet lager zijn 20% en kan het tot de volledige uitsluiting van één of meer steunregelingen gaan en voor één of meer kalenderjaren gelden. Ingevolge het vierde lid kan het totale bedrag van verlagingen en uitsluitingen voor één kalenderjaar niet meer belopen dan het totaalbedrag zoals bedoeld in artikel 23, lid eerste lid. Ingevolge artikel 54, eerste lid, van de op 30 november 2009 door de Commissie van de Europese Unie vastgestelde Verordening (EG) nr. 1122/2009 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 73/2009 stelt de bevoegde controleautoriteit over elke controle ter plaatse in het kader van het onderhavige hoofdstuk, ongeacht of de betrokken landbouwer voor de controle ter plaatse is geselecteerd overeenkomstig artikel 51 of naar aanleiding van niet-nalevingen die op enige andere wijze onder de aandacht van de bevoegde controleautoriteit zijn gebracht, een controleverslag op. Ingevolge het tweede lid wordt de landbouwer van elk geconstateerd geval van niet-naleving binnen drie maanden na de datum van de controle ter plaatse in kennis gesteld. Ingevolge artikel 71, eerste lid, geldt, onverminderd artikel 77, dat, indien een geconstateerd geval van niet-naleving het gevolg is van nalatigheid van de landbouwer, een verlaging wordt toegepast. Deze verlaging bedraagt in de regel 3% van het in artikel 70, lid 8, bedoelde totale bedrag. Het betaalorgaan kan evenwel op basis van de beoordeling van de bevoegde controleautoriteit in het in artikel 54, eerste lid, onder c), bedoelde evaluatiegedeelte van het controleverslag besluiten om dat percentage te verlagen tot 1% of te verhogen tot 5% van het bovenbedoelde totale bedrag dan wel in de in artikel 54, lid 1, onder c), tweede alinea, bedoelde gevallen, in het geheel geen verlagingen op te leggen. Ingevolge artikel 72, eerste lid, geldt, onverminderd artikel 77, dat, indien de geconstateerde nietnaleving door de landbouwer met opzet is begaan, de verlaging die moet worden toegepast op het totale bedrag als bedoeld in artikel 70, lid 8, in de regel 20% van dat totale bedrag bedraagt. Het betaalorgaan kan evenwel op basis van de beoordeling van de bevoegde controleautoriteit in het in artikel 54, eerste lid, onder c), bedoelde evaluatiegedeelte van het controleverslag besluiten om dat percentage te verlagen tot niet minder dan 15% of, in voorkomend geval, dat percentage te verhogen tot maximaal 100% van dat totale bedrag. Ingevolge artikel 3 van de tot 1 januari 2015 geldende Regeling GLB-inkomenssteun, zoals deze luidde ten tijde van belang, neemt een landbouwer die een aanvraag heeft ingediend voor één van de in artikel 2 genoemde steunregelingen de in artikel 6 van verordening 73/2009 bedoelde minimumeisen inzake de goede landbouw- en milieuconditie, opgenomen in bijlage 2, in acht. Ingevolge artikel 68, eerste lid, wordt, indien een landbouwer één of meer verplichtingen op grond van artikel 3 niet naleeft, overeenkomstig Deel II, Titel IV, hoofdstuk III van verordening 1122/2009 een korting opgelegd op het totale bedrag dat op grond van de in artikel 2 bedoelde steunregelingen aan de landbouwer is of moet worden toegekend.

4 Ingevolge het tweede lid bedraagt de hoogte van de korting, onverminderd artikel 77 van verordening 1122/2009, 1, 3 of 5% van het totale bedrag dat op grond van de in artikel 3 bedoelde steunregelingen aan de landbouwer is of moet worden toegekend en wordt in geval van herhaalde of opzettelijke niet-naleving verhoogd overeenkomstig artikel 71 en 72 van verordening 1122/2009. Ingevolge bijlage 2, paragraaf 2, is de landbouwer verplicht de volgende bepalingen in acht te nemen: 1. de artikelen 3, 4, 5, 6 en 7 van de Verordening PA erosiebestrijding Zuid-Limburg 2008, 2. de artikelen 3, 4, 5, 6, 7 en 8 van de Verordening PT erosiebestrijding Zuid-Limburg Ingevolge artikel 1, aanhef en onder k, van de op 5 juni 2008 door het bestuur van het Productschap Akkerbouw vastgestelde en ten tijde van belang geldende Verordening PA erosiebestrijding Zuid- Limburg 2008 (hierna: de PA-verordening) wordt onder hellingspercentage verstaan: een gemiddeld in een absoluut getal uitgedrukt hellingspercentage van het perceel, bepaald volgens de in bijlage 2 weergegeven methode dan wel beschikbaar gesteld door LNV-DR. Ingevolge artikel 5, eerste lid, is het een ondernemer tot en met 31 december 2013 verboden een perceel met een hellinglengte van meer dan 50 meter en een hellingspercentage van 2% of meer, met een erosiebevorderend gewas te betelen. Ingevolge het tweede lid mag de ondernemer van het bepaalde in het eerste lid afwijken op voorwaarde dat hij op het perceel: a. in het betreffende teeltjaar geen andere dan de niet-kerende grondbewerking toepast en een bodembedekking inzaait, of b. een groenstrook of een groenvlak aanlegt, of c. in het jaar voorafgaand aan de teelt van het hoofdgewas een bodembedekking heeft ingezaaid, waarvan de gewasresten in het voorjaar in de bovenste 12 cm aanwezig blijven. Ingevolge het vierde lid heeft een groenstrook als bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, een breedte van ten minste 2% van de hellinglengte en met een minimum van drie meter. Volgens artikel 5, eerste lid van de ten tijde van belang geldende Beleidsregels Regeling GLBinkomenssteun 2006 wordt opzet beoordeeld aan de hand van in ieder geval één of meer van de volgende criteria: a. in de omschrijving van de betrokken randvoorwaarde wordt een rechtstreeks verband met de opzettelijkheid van de niet-naleving gelegd; b. de mate van complexiteit van de randvoorwaarde; c. de aanwezigheid van langdurig bestendig beleid; d. de niet-naleving veronderstelt een actieve handeling dan wel het bewust nalaten van een handeling; e. de omstandigheid dat de landbouwer reeds eerder op de hoogte is gesteld van onvolkomenheden in de naleving ten aanzien van de randvoorwaarde, en f. de mate waarin de randvoorwaarde niet wordt nageleefd. 2. Aan het besluit van 30 mei 2012, gehandhaafd bij het besluit van 14 september 2014, heeft het

5 college ten grondslag gelegd dat [appellant] het verbod op het telen van een erosiebevorderend gewas op hellingen met een hellinglengte van meer dan 50 meter en een hellingspercentage van 2% of meer opzettelijk niet heeft nageleefd. In het besluit van 14 september 2012 heeft het college vermeld dat [appellant] de percelen kadastraal bekend gemeente Margraten, sectie E, nummer 104, en gemeente Margraten, sectie F, nummer 39, in 2011 dieper dan 12 centimeter heeft geploegd, echter bewust zonder de verplichte maatregelen te nemen. Op 14 februari 2011 heeft [appellant] een zogeheten meldingsformulier Ploegen ingevuld ter zake van het perceel gemeente Margraten, sectie E, nr. 104, en op 20 oktober 2011 ter zake van het perceel gemeente Margraten, sectie F, nr. 39. In de formulieren heeft hij niet aangegeven welke van de voorgeschreven maatregelen hij zou nemen. 3. [appellant] heeft de beroepsgrond dat de rechtbank niet heeft onderkend dat in het besluit van 30 mei 2012 niet duidelijk is vastgelegd welk verbod is overtreden ter zitting ingetrokken, zodat deze grond geen bespreking meer behoeft. 4. [appellant] betoogt dat de rechtbank niet heeft onderkend dat artikel 5 van de PA-verordening in strijd is met artikel 6 van Verordening (EG) 73/2009 en bijlage III van die Verordening. Hij voert hiertoe aan dat de PA-verordening van toepassing is op alle landbouwgronden die geheel of gedeeltelijk zijn gelegen binnen het grondgebied van de provincie Limburg ten zuiden van de doorgaande wegen Sittard-Wehr en Sittard-Urmond. Volgens [appellant] kent de PA-verordening algemene verplichtingen en verbodsbepalingen, zonder rekening te houden met de specifieke kenmerken van de betrokken gebieden, met inbegrip van de bodem- en klimaatgesteldheid, de bestaande landbouwsystemen, het grondgebruik, de vruchtwisseling en de structuur van de landbouwbedrijven. Hij stelt dat zijn gronden niet erosiegevoelig zijn, al sinds jaar en dag op dezelfde manier worden bewerkt en daarbij nimmer gevaar voor erosie of erosie is opgetreden. Met dergelijke omstandigheden is in de PA-verordening geen rekening gehouden, aldus [appellant] Ingevolge artikel 6 Verordening (EG) 73/2009 stellen de lidstaten binnen de vastgestelde kaders de maatregelen vast die zij nodig achten ter voldoening aan aan landbouwgronden te stellen minimumeisen inzake landbouw- en milieuconditie, waarbij rekening moet worden gehouden met de in deze bepaling genoemde gegevens. Anders dan [appellant] heeft aangevoerd, vloeit uit artikel 6 voornoemd niet de eis voort dat een lidstaat ter uitvoering van deze bepaling per perceel een regeling vaststelt. Bij het vaststellen van de maatregelen moet rekening worden gehouden met de specifieke kenmerken van de betrokken gebieden; deze maatregelen hoeven geen betrekking te hebben op perceelsniveau. Het verbod van artikel 5 van de PA-verordening en de daaruit voortvloeiende verplichtingen zijn uitsluitend gericht op het voorkomen en bestrijden van erosie en gelden niet voor alle landbouwgronden in Nederland, maar alleen voor de landbouwgronden die zijn gelegen in het in de PA-verordening aangegeven gedeelte van Zuid-Limburg, dat, naar niet is bestreden, een voor erosie gevoelig gebied is. Bovendien zijn de maatregelen alleen voorgeschreven voor percelen met een hellinglengte van meer dan 50 meter en een hellingspercentage van 2% of meer. Artikel 5 van de PAverordening is derhalve niet in strijd met artikel 6 van Verordening (EG) 73/2009. Ter zitting heeft [appellant] nog gesteld dat de artikelen 3 en 4 van de PA-verordening in strijd zijn met artikel 6 van Verordening 73/2009. Nu in dit geschil de toepassing van deze bepalingen niet aan de orde is, kan deze stelling onbesproken blijven. Het betoog faalt. 5. [appellant] betoogt dat de rechtbank zonder nadere motivering is voorbijgegaan aan zijn in beroep gehouden betoog dat het controlerapport niet voldoet aan de eisen die zijn vastgelegd in artikel 54 van Verordening (EG) nr. 1122/2009. Bovendien heeft de rechtbank niet onderkend dat het rapport niet tijdig aan hem ter kennis is gebracht. Aan het controlerapport komt daarom geen betekenis toe, aldus [appellant]. Dit punt weegt zijns inziens extra zwaar, omdat, anders dan de rechtbank heeft geoordeeld, de oplegging van de korting moet worden aangemerkt als een punitieve sanctie. Hij

6 verwijst ter onderbouwing van die laatste stelling naar het vonnis van de economische politierechter van de rechtbank Oost-Brabant van 19 december 2013 ( ECLI:NL:RBOBR:2013:7409) Ter zitting heeft [appellant] deze beroepsgrond in zoverre beperkt, dat deze alleen betrekking heeft op het feit dat het rapport hem niet tijdig ter kennis is gebracht. Deze beperking laat evenwel onverlet dat aan het controlerapport geen betekenis toekomt, aldus [appellant]. De Afdeling zal de beroepsgrond in het licht van deze beperking bespreken De rechtbank heeft, onder verwijzing naar het arrest van het Europese Hof van Justitie (hierna: HvJ) van 5 juni 2012 in zaak nr. C-489/10 (Lukasz Marcin Bonda; terecht geoordeeld dat de opgelegde korting op een landbouwsubsidie niet als strafrechtelijke sanctie moet worden aangemerkt. De Afdeling verwijst hierbij tevens naar het arrest van het HvJ van 13 december 2012 in zaak nr. C-670/11 (FranceAgriMer; In dat arrest heeft het Hof, in rechtsoverweging 50, gesteld dat de volledige of gedeeltelijke ontneming van een toegekend voordeel een administratieve sanctie oplevert. Het HvJ heeft voorts gewezen op eisen geldend voor "een dergelijke, al dan niet strafrechtelijke sanctie", waarmee is gedoeld op een sanctie, zelfs als zij geen strafrechtelijk karakter heeft, zo blijkt uit de Franse taalversie (une telle sanction, même de caractère non pénal), de Duitse taalversie (eine solche Sanktion, selbst wenn sie keinen strafrechtlichen Charakter besitzt) en de Engelse taalversie (a penalty, even of a non-criminal nature). Hieruit blijkt dat de opgelegde korting, die leidt tot terugbetaling, geen strafrechtelijk karakter heeft, zodat niet behoeft te worden voldaan aan de voor een strafrechtelijke procedure geldende eisen Reeds hierom faalt de stelling van [appellant] dat wegens het strafrechtelijk karakter van de korting aan het controle rapport vanwege het niet-naleven van artikel 54, tweede lid van Verordening (EG) 1122/2009 door de te late toezending van dit rapport geen betekenis toekomt. Bovendien is in de considerans, overweging 74, van Verordening 1122/2009 het volgende vermeld: "De landbouwers moeten in kennis worden gesteld van alle gevallen van niet-naleving die eventueel bij een controle ter plaatse worden geconstateerd. Er moet een bepaalde termijn worden vastgesteld waarbinnen de landbouwers die informatie moeten ontvangen. Overschrijding van die termijn mag de betrokken landbouwers echter niet vrijwaren van de gevolgen die anders aan de geconstateerde nietnaleving zouden zijn verbonden". Uit de considerans blijkt derhalve dat het late toezenden van het rapport niet tot gevolg mag hebben dat geen korting meer kan worden opgelegd. Het betoog faalt. 6. [appellant] betoogt voorts dat de rechtbank, door te overwegen dat hij zijn stelling dat geen sprake is van een hellingspercentage van 2% op geen enkele wijze heeft onderbouwd, niet heeft onderkend dat het college diende aan te tonen dat hij de PA-verordening had overtreden. Hij voert hiertoe aan dat de vaststelling van het hellingspercentage door het college niet controleerbaar en toetsbaar is en dat hij die vaststelling bestrijdt In het verweerschrift heeft het college uiteengezet dat het bij de bepaling van hellingspercentage is uitgegaan van de gegevens van het zogeheten geografisch informatiesysteem (hierna: GIS). In het GIS zijn onder andere vermeld de gewaspercelen, zoals die door aanvragers zijn opgegeven in de Gecombineerde opgave, en het zogeheten Actueel Hoogtebestand Nederland, een bestand met gedetailleerde en precieze hoogtegegevens voor heel Nederland. Op grond van deze gegevens is het mogelijk om per perceel het hellingspercentage te berekenen. Ter zitting is aangegeven dat deze gegevens afkomstig waren van LNV-DR. Uit die gegevens is gebleken dat het hellingspercentage van de percelen gemeente Margraten, sectie E, nr. 104 en sectie F, nr. 39 meer bedroeg dan 2%. Het college kon bij de vaststelling van het hellingspercentage in beginsel op deze digitale gegevens

7 afgaan, nu hier sprake is van gegevens die beschikbaar zijn gesteld door LNV-DR volgens artikel 1, aanhef en onder k, van de PA-verordening. Voorts is voor perceel sectie E, nr. 104, het hellingspercentage ter plaatse nagemeten en vastgesteld dat dit meer is dan 2%. Er is geen grond voor het oordeel dat het college niet in beginsel op die gegevens mocht afgaan. De rechtbank heeft daarom terecht geoordeeld dat het op de weg van [appellant] lag aannemelijk te maken dat de door het college gebruikte gegevens onjuist waren. Het betoog faalt. 7. [appellant] betoogt dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat hij artikel 5 van de PAverordening opzettelijk heeft overtreden. Hij voert hiertoe aan dat hij de desbetreffende percelen al jarenlang op dezelfde manier bewerkt en dat er nimmer erosie is opgetreden. Voorts heeft hij ter zake van een vermeende overtreding van artikel 5 van de PA-verordening op een ander perceel een waarschuwing gekregen, waarop hij bij brief van 27 september 2010 een reactie heeft gegeven, inhoudend dat het verbod niet op dat perceel van toepassing was. Op die brief heeft hij pas op 24 juli 2012 antwoord gekregen. Pas per die laatste datum kan hij zich ervan bewust zijn dat het ploegen van zijn percelen zonder een van de voorgeschreven maatregelen te nemen, een overtreding van artikel 5 van de PA-verordening zou inhouden, aldus [appellant] Het HvJ heeft in zijn arrest van 27 februari 2014 in zaak nr. C-396/12 (A.M van der Ham; overwogen dat de term "opzettelijke niet-naleving" in artikel 23 van Verordening (EG) 1975/2006 en artikel 67, eerste lid, van Verordening (EG) 796/2004 aldus moet worden uitgelegd dat daarvoor sprake moet zijn van een inbreuk op de voorschriften inzake randvoorwaarden door een steunontvanger die een toestand van niet-overeenstemming met deze randvoorwaarden beoogt of die - zonder dat hij dat doel voor ogen heeft - de mogelijkheid aanvaardt dat die niet-overeenstemming zich voordoet. Er is geen grond om aan te nemen dat deze uitleg van de term "opzettelijke niet-naleving" in dit geval, waarin artikel 72, eerste lid, van Verordening (EG) 1122/2009, die is vastgesteld ter vervanging van Verordening (EG) 796/2004, aan de orde is, niet behoort te worden toegepast, nu deze bepaling in gelijke bewoordingen is opgesteld en dient ter handhaving van normen van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Van een landbouwer, die inkomenssteun aanvraagt, mag voorts worden verwacht dat hij zich vooraf op de hoogte stelt van de geldende voorwaarden om voor die steun in aanmerking te komen. Dat [appellant] niet op de hoogte zou zijn van de regels, wat daarvan ook zij, vormt dan ook geen beletsel om wegens het niet voldoen aan de voorwaarden een korting toe te passen. Voor het antwoord op de vraag of [appellant] artikel 5 van de PA-verordening opzettelijk niet heeft nageleefd is van belang dat het college onweersproken heeft gesteld dat [appellant] in 2009 een brochure met een uitleg van de erosieregels van het Productschap Akkerbouw heeft ontvangen. In augustus 2010 is bij een controle op het perceel kadastraal bekend gemeente Margraten, sectie F, nr. 36, dat grenst aan het perceel sectie F, nr. 39, vastgesteld dat [appellant] artikel 5 van de PA-verordening niet heeft nageleefd. Bij brief van 27 september 2010 heeft [appellant] op die controle gereageerd. Hieruit blijkt dat hij in ieder geval op die datum al op de hoogte was van de op grond van artikel 5 van de PAverordening op hem rustende verplichtingen en dat hij ernstig rekening moest houden met de mogelijkheid dat hij ook op andere percelen de voorgeschreven maatregelen ter voorkoming van erosie moest nemen. Dat [appellant], naar hij stelt, de gronden al jarenlang op dezelfde manier bewerkte en geen erosiegevaar of erosie is opgetreden, betekent niet dat hij ervan kon uitgaan dat hij de in artikel 5 van de PA-verordening voorgeschreven maatregelen niet hoefde te nemen. Vervolgens heeft [appellant] op 14 februari 2011 en op 20 oktober 2011 door middel van het daarvoor bestemde formulier gemeld dat hij de percelen E104 en F39 heeft geploegd, zonder aan te geven welke van die maatregelen hij zou nemen. Op grond van deze feiten is het college terecht tot de slotsom gekomen dat [appellant] ten tijde van belang op de hoogte was van de erosieregels en dat hij willens en wetens zich niet daaraan heeft gehouden, althans de mogelijkheid heeft aanvaard dat hij niet in overeenstemming met die regels handelde door geen van de voorgeschreven maatregelen te nemen bij het ploegen van zijn percelen sectie F, nr. 39, en sectie E, nr Dat [appellant] met het Productschap Akkerbouw nog correspondentie voerde over het nut en de noodzaak van de regels,

8 neemt niet weg dat dat hij behoorde te weten dat hij, zolang dit voorschrift nog niet was gewijzigd, verplicht was tot naleving ervan. Het betoog faalt. 8. Het hoger beroep is ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd. 9. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding. Beslissing De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State: bevestigt de aangevallen uitspraak. Aldus vastgesteld door mr. D.A.C. Slump, voorzitter, en mr. N. Verheij en mr. J.H. van de Gronden, leden, in tegenwoordigheid van mr. P. Lodder, griffier. w.g. Slump w.g. Lodder voorzitter griffier Uitgesproken in het openbaar op 29 juli

ECLI:NL:RVS:2014:3998

ECLI:NL:RVS:2014:3998 ECLI:NL:RVS:2014:3998 Instantie Raad van State Datum uitspraak 05-11-2014 Datum publicatie 05-11-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201403900/1/A3 Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBOBR:2013:5574, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBOBR:2013:5574, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2015:258 Instantie Raad van State Datum uitspraak 04-02-2015 Datum publicatie 04-02-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201309828/1/A3 Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:3597, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:3597, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:84 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-01-2017 Datum publicatie 18-01-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604839/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:3038

ECLI:NL:RVS:2015:3038 ECLI:NL:RVS:2015:3038 Instantie Raad van State Datum uitspraak 30-09-2015 Datum publicatie 30-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201500566/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3368

ECLI:NL:RVS:2014:3368 ECLI:NL:RVS:2014:3368 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-09-2014 Datum publicatie 10-09-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201311559/1/A4 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1768

ECLI:NL:RVS:2015:1768 ECLI:NL:RVS:2015:1768 Instantie Raad van State Datum uitspraak 03-06-2015 Datum publicatie 03-06-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201407801/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1791

ECLI:NL:RVS:2015:1791 ECLI:NL:RVS:2015:1791 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-06-2015 Datum publicatie 10-06-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201408896/1/A1 Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:BX5879, Meerdere afhandelingswijzen

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:BX5879, Meerdere afhandelingswijzen ECLI:NL:RVS:2013:375 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-07-2013 Datum publicatie 17-07-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201209590/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1925

ECLI:NL:RVS:2017:1925 ECLI:NL:RVS:2017:1925 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-07-2017 Datum publicatie 19-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602656/1/A2 Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:7224, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:7224, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:477 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-02-2017 Datum publicatie 22-02-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201504596/1/A2 Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:4843, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:4843, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:531 Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-03-2017 Datum publicatie 01-03-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201605381/1/A2 Eerste

Nadere informatie

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. OGR-Updates.nl JOM 2017/58 AR 2017/177 Omgevingsvergunning in de praktijk 2017/7492

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. OGR-Updates.nl JOM 2017/58 AR 2017/177 Omgevingsvergunning in de praktijk 2017/7492 ECLI:NL:RVS:2017:20 Instantie Raad van State Datum uitspraak 11-01-2017 Datum publicatie 11-01-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201600568/1/A1 Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY2512

ECLI:NL:RVS:2012:BY2512 ECLI:NL:RVS:2012:BY2512 Instantie Raad van State Datum uitspraak 07-11-2012 Datum publicatie 07-11-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201203945/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ7733

ECLI:NL:RVS:2013:BZ7733 ECLI:NL:RVS:2013:BZ7733 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-04-2013 Datum publicatie 17-04-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201200753/1/A3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:3340

ECLI:NL:RVS:2015:3340 ECLI:NL:RVS:2015:3340 Instantie Raad van State Datum uitspraak 04-11-2015 Datum publicatie 04-11-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201410637/1/A3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBSGR:2012:25827, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBSGR:2012:25827, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2013:573 Instantie Raad van State Datum uitspraak 31-07-2013 Datum publicatie 31-07-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201211994/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2279

ECLI:NL:RVS:2016:2279 ECLI:NL:RVS:2016:2279 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-08-2016 Datum publicatie 17-08-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602806/1/V3 Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2015:7684, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2015:7684, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:313 Instantie Raad van State Datum uitspraak 08-02-2017 Datum publicatie 08-02-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201600609/1/A1 Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBSGR:2012:BW4490, Meerdere afhandelingswijzen

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBSGR:2012:BW4490, Meerdere afhandelingswijzen ECLI:NL:RVS:2013:432 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-07-2013 Datum publicatie 24-07-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206123/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:2013

ECLI:NL:RVS:2017:2013 ECLI:NL:RVS:2017:2013 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-07-2017 Datum publicatie 26-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604962/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2010:BO4829

ECLI:NL:RVS:2010:BO4829 ECLI:NL:RVS:2010:BO4829 Instantie Raad van State Datum uitspraak 24-11-2010 Datum publicatie 24-11-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201003576/1/H3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1169

ECLI:NL:RVS:2014:1169 ECLI:NL:RVS:2014:1169 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-04-2014 Datum publicatie 02-04-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201306413/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3026

ECLI:NL:RVS:2014:3026 ECLI:NL:RVS:2014:3026 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 13-08-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201311562/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 12-05-2016 Datum publicatie 19-05-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 7447 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:3387

ECLI:NL:RVS:2016:3387 ECLI:NL:RVS:2016:3387 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-12-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201507118/1/A1 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1848

ECLI:NL:RVS:2017:1848 ECLI:NL:RVS:2017:1848 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-07-2017 Datum publicatie 12-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201607276/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3127

ECLI:NL:RVS:2014:3127 ECLI:NL:RVS:2014:3127 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-08-2014 Datum publicatie 20-08-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201304293/1/V4 Eerste

Nadere informatie

Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RVS:2010:BO9151. Uitspraak. Permanente link: Datum uitspraak Datum publicatie

Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RVS:2010:BO9151. Uitspraak. Permanente link: Datum uitspraak Datum publicatie Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RVS:2010:BO9151 Permanente link: http://deeplink.rechtspraa Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-12-2010 Datum publicatie 29-12-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1856

ECLI:NL:RVS:2017:1856 ECLI:NL:RVS:2017:1856 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-07-2017 Datum publicatie 12-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201608063/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2008:BF7235

ECLI:NL:RVS:2008:BF7235 ECLI:NL:RVS:2008:BF7235 Instantie Raad van State Datum uitspraak 08-10-2008 Datum publicatie 08-10-2008 Zaaknummer 200709059/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

Uitspraak /1/A3

Uitspraak /1/A3 Uitspraak 201707842/1/A3 Datum van uitspraak: woensdag 22 augustus 2018 Tegen: het college van burgemeester en wethouders van Den Haag Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Boete ECLI: ECLI:NL:RVS:2018:2782

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, appellant,

het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, appellant, LJN: BJ8902, Raad van State, 200900441/1/H3 Datum uitspraak: 30-09-2009 Datum publicatie: 30-09-2009 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij besluit van 29

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve12000040 201102012/1/V2. Datum uitspraak: 13 december 2011 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936

ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936 ECLI:NL:RVS:2011:BQ4936 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-05-2011 Datum publicatie 18-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201008844/1/H1 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY3743

ECLI:NL:RVS:2012:BY3743 ECLI:NL:RVS:2012:BY3743 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-11-2012 Datum publicatie 21-11-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201202162/1/V6 Bestuursrecht Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 21 mei 2015 in zaak nr. 14/10078 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 21 mei 2015 in zaak nr. 14/10078 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2016:126 Instantie Raad van State Datum uitspraak 20-01-2016 Datum publicatie 20-01-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201504420/1/A2 Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2348

ECLI:NL:RVS:2016:2348 ECLI:NL:RVS:2016:2348 Instantie Raad van State Datum uitspraak 31-08-2016 Datum publicatie 31-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201506454/1/A3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 3 mei 2016 in zaak nr. 15/6422 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 3 mei 2016 in zaak nr. 15/6422 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2017:659 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604395/1/A2 Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2861

ECLI:NL:RVS:2016:2861 ECLI:NL:RVS:2016:2861 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-11-2016 Datum publicatie 02-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601473/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBAMS:2015:7924, Meerdere afhandelingswijzen. Algemene wet bestuursrecht 8:4 Gemeentewet Gemeentewet 83 Kieswet

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBAMS:2015:7924, Meerdere afhandelingswijzen. Algemene wet bestuursrecht 8:4 Gemeentewet Gemeentewet 83 Kieswet ECLI:NL:RVS:2016:934 Instantie Raad van State Datum uitspraak 06-04-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201600302/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BV9932

ECLI:NL:CRVB:2012:BV9932 ECLI:NL:CRVB:2012:BV9932 Instantie Datum uitspraak 21-03-2012 Datum publicatie 28-03-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10/7012 TW + 10/7013 TW

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BQ6783

ECLI:NL:RVS:2011:BQ6783 ECLI:NL:RVS:2011:BQ6783 Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-06-2011 Datum publicatie 01-06-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201101191/1/H2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBNHO:2013:174, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBNHO:2013:174, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2014:934 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-03-2014 Datum publicatie 19-03-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201301948/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:2989

ECLI:NL:RVS:2015:2989 ECLI:NL:RVS:2015:2989 Instantie Raad van State Datum uitspraak 23-09-2015 Datum publicatie 23-09-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201502358/1/A1 Eerste

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 april 2013 in zaak nr. 12/641 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 april 2013 in zaak nr. 12/641 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2014:539 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-02-2014 Datum publicatie 19-02-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201304989/1/A1 Omgevingsrecht Hoger

Nadere informatie

Uitspraak /1/A2 en /1/A2

Uitspraak /1/A2 en /1/A2 Uitspraak 201707806/1/A2 en 201802043/1/A2 Datum van uitspraak: woensdag 7 november 2018 Tegen: de Belastingdienst/Toeslagen Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Geld ECLI: ECLI:NL:RVS:2018:3603

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1318

ECLI:NL:RVS:2017:1318 ECLI:NL:RVS:2017:1318 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-05-2017 Datum publicatie 17-05-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201607764/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3559 Deeplink http://d

ECLI:NL:RVS:2014:3559 Deeplink http://d ECLI:NL:RVS:2014:3559 Deeplink http://d Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-10-2014 Datum publicatie 01-10-2014 Zaaknummer 201309659/1/A3 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BX4621

ECLI:NL:RVS:2012:BX4621 ECLI:NL:RVS:2012:BX4621 Instantie Raad van State Datum uitspraak 08-08-2012 Datum publicatie 15-08-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201205237/1/A4 en 201205237/2/A4

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1002

ECLI:NL:RVS:2015:1002 ECLI:NL:RVS:2015:1002 Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-04-2015 Datum publicatie 01-04-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201404451/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2009:BJ2630

ECLI:NL:RVS:2009:BJ2630 ECLI:NL:RVS:2009:BJ2630 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-07-2009 Datum publicatie 15-07-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200808561/1/H2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BB9957

ECLI:NL:RVS:2007:BB9957 ECLI:NL:RVS:2007:BB9957 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-12-2007 Datum publicatie 12-12-2007 Zaaknummer 200700759/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:5375, Meerdere afhandelingswijzen

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBMNE:2015:5375, Meerdere afhandelingswijzen ECLI:NL:RVS:2016:965 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-04-2016 Datum publicatie 13-04-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201507000/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273

ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 ECLI:NL:RVS:2013:BZ1273 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-02-2013 Datum publicatie 18-02-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206332/1/R3 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:CA3671

ECLI:NL:RVS:2013:CA3671 ECLI:NL:RVS:2013:CA3671 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-06-2013 Datum publicatie 19-06-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201201939/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:4724

ECLI:NL:RVS:2014:4724 ECLI:NL:RVS:2014:4724 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-12-2014 Datum publicatie 24-12-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden 201408640/1/A3 en 201408640/2/A3 Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2014:6239,

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg van 17 maart 2016 in zaak nr. ROE 15/2616 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg van 17 maart 2016 in zaak nr. ROE 15/2616 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2017:29 Instantie Raad van State Datum uitspraak 11-01-2017 Datum publicatie 11-01-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201603023/1/A3 Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1. Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: 05-09-2012

LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1. Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: 05-09-2012 LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1 Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 05-09-2012 Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Afwijzing handhavingsverzoek

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:3143

ECLI:NL:CRVB:2016:3143 ECLI:NL:CRVB:2016:3143 Instantie Datum uitspraak 23-08-2016 Datum publicatie 29-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/2337 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2004:AR4275

ECLI:NL:RVS:2004:AR4275 ECLI:NL:RVS:2004:AR4275 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-10-2004 Datum publicatie 20-10-2004 Zaaknummer 200407821/1 en 200407821/2 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht

Nadere informatie

Uitspraak /1/A1

Uitspraak /1/A1 pagina 1 van 5 Uitspraak 201506029/1/A1 Datum van uitspraak: woensdag 14 september 2016 Tegen: het college van burgemeester en wethouders van Utrechtse Heuvelrug Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied:

Nadere informatie

vanstate /1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

vanstate /1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201104354/1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:2114

ECLI:NL:CRVB:2016:2114 ECLI:NL:CRVB:2016:2114 Instantie Datum uitspraak 07-06-2016 Datum publicatie 14-06-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/4611 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:425. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:RVS:2017:425. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:RVS:2017:425 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-02-2017 Datum publicatie 15-02-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201507591/1/A2, 201507593/1/A2

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2002:AE4462

ECLI:NL:CRVB:2002:AE4462 ECLI:NL:CRVB:2002:AE4462 Instantie Datum uitspraak 10-04-2002 Datum publicatie 03-07-2002 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 00/5247 WW, 00/5248 WW

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden.

het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden. LJN: AU3784, Raad van State, 200501342/1 Print uitspraak Datum uitspraak: 05-10-2005 Datum publicatie: 05-10-2005 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BV6555

ECLI:NL:RVS:2012:BV6555 ECLI:NL:RVS:2012:BV6555 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-02-2012 Datum publicatie 22-02-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201109131/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:3390

ECLI:NL:RVS:2016:3390 ECLI:NL:RVS:2016:3390 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-12-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201601294/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 30 maart 2016 in zaak nr. 15/2894 in het geding tussen:

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 30 maart 2016 in zaak nr. 15/2894 in het geding tussen: ECLI:NL:RVS:2017:850 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-03-2017 Datum publicatie 29-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201603553/1/A3 Omgevingsrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1997

ECLI:NL:RVS:2017:1997 ECLI:NL:RVS:2017:1997 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-07-2017 Datum publicatie 26-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604542/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:1268

ECLI:NL:RVS:2016:1268 ECLI:NL:RVS:2016:1268 Instantie Raad van State Datum uitspraak 11-05-2016 Datum publicatie 11-05-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201505940/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2009:BH4676

ECLI:NL:RVS:2009:BH4676 ECLI:NL:RVS:2009:BH4676 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-02-2009 Datum publicatie 04-03-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200809278/1/V3 Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY5138

ECLI:NL:RVS:2012:BY5138 ECLI:NL:RVS:2012:BY5138 Instantie Raad van State Datum uitspraak 05-12-2012 Datum publicatie 05-12-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201110184/1/A3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BV2849

ECLI:NL:CRVB:2012:BV2849 ECLI:NL:CRVB:2012:BV2849 Instantie Datum uitspraak 31-01-2012 Datum publicatie 06-02-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 11-3700 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07001320 200700456/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma Chinees Japans Specialiteitenrestaurant A., gevestigd

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:2307, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:2307, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2014:110 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-01-2014 Datum publicatie 22-01-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201300676/1/A2 Eerste

Nadere informatie

JOM 2017/310 AR 2017/1305 Omgevingsvergunning in de praktijk 2017/7543

JOM 2017/310 AR 2017/1305 Omgevingsvergunning in de praktijk 2017/7543 ECLI:NL:RVS:2017:695 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201602860/1/A1 Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2016:450. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/893

ECLI:NL:CBB:2016:450. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/893 ECLI:NL:CBB:2016:450 Instantie Datum uitspraak 29-12-2016 Datum publicatie 24-01-2017 Zaaknummer 15/893 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven Bestuursrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07000557 200606955/1. Datum uitspraak: 21 maart 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma A., gevestigd te Honselersdijk, appellante, tegen

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201109405/1 /V4. Datum uitspraak: 20 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1054

ECLI:NL:CRVB:2017:1054 ECLI:NL:CRVB:2017:1054 Instantie Datum uitspraak 21-02-2017 Datum publicatie 20-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/5477 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:1522

ECLI:NL:RVS:2013:1522 ECLI:NL:RVS:2013:1522 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2013 Datum publicatie 16-10-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206838/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:1061

ECLI:NL:RVS:2016:1061 ECLI:NL:RVS:2016:1061 Instantie Raad van State Datum uitspraak 20-04-2016 Datum publicatie 20-04-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201506028/1/A1 Omgevingsrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:4659

ECLI:NL:CRVB:2016:4659 ECLI:NL:CRVB:2016:4659 Instantie Datum uitspraak 06-12-2016 Datum publicatie 12-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/1577 PW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 200607461/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma appellante,, gevestigd te tegen de uitspraak in zaak nos.

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2008:BG4692

ECLI:NL:RVS:2008:BG4692 ECLI:NL:RVS:2008:BG4692 Instantie Raad van State Datum uitspraak 19-11-2008 Datum publicatie 19-11-2008 Zaaknummer 200801458/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1691

ECLI:NL:RVS:2017:1691 ECLI:NL:RVS:2017:1691 Instantie Raad van State Datum uitspraak 28-06-2017 Datum publicatie 28-06-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201603121/1/A3 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2010:BL1854

ECLI:NL:RVS:2010:BL1854 ECLI:NL:RVS:2010:BL1854 Instantie Raad van State Datum uitspraak 03-02-2010 Datum publicatie 03-02-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200902382/1/V6 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:2173

ECLI:NL:RVS:2017:2173 ECLI:NL:RVS:2017:2173 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-08-2017 Datum publicatie 16-08-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201605492/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2009:BJ1071

ECLI:NL:CRVB:2009:BJ1071 ECLI:NL:CRVB:2009:BJ1071 Instantie Datum uitspraak 04-06-2009 Datum publicatie 01-07-2009 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-5093 WWB Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2389

ECLI:NL:CRVB:2017:2389 ECLI:NL:CRVB:2017:2389 Instantie Datum uitspraak 11-07-2017 Datum publicatie 18-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/5871

Nadere informatie

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201108441/1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak na vereenvoudigde behandeling (artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) op het

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BW3893

ECLI:NL:RVS:2012:BW3893 ECLI:NL:RVS:2012:BW3893 Instantie Raad van State Datum uitspraak 25-04-2012 Datum publicatie 25-04-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201109104/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200501988/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07001324 200608064/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, appellant, tegen

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY5907

ECLI:NL:RVS:2012:BY5907 ECLI:NL:RVS:2012:BY5907 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-12-2012 Datum publicatie 12-12-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201201209/1/A2 Eerste

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstatc 201206551/1/V3. Datum uitspraak: 5 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BV0418

ECLI:NL:RVS:2011:BV0418 ECLI:NL:RVS:2011:BV0418 Instantie Raad van State Datum uitspraak 22-12-2011 Datum publicatie 09-01-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201106133/1/V3 Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201112017/1/V2. Datum uitspraak: 4 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2008:BG1849

ECLI:NL:RVS:2008:BG1849 ECLI:NL:RVS:2008:BG1849 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-10-2008 Datum publicatie 29-10-2008 Zaaknummer 200802872/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie