MANAGEMENTSAMENVATTING

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MANAGEMENTSAMENVATTING"

Transcriptie

1 Reduceren van werkdrukfluctuaties bij het dagcentrum Roeland Norbert Smulders Juni 2017

2 1

3 MANAGEMENTSAMENVATTING Probleemstelling Bij het dagcentrum van het BovenIJ ziekenhuis ervaart het personeel een fluctuerende werkdruk. Deze fluctuerende werkdruk heeft als gevolg dat dagcentrumpatiënten regelmatig op een andere afdeling opgenomen moeten worden. Het is niet bekend wat de oorzaak van deze fluctuaties precies is en hoe deze opgelost moeten worden. Doel van het onderzoek Het eerste doel van het onderzoek is om de huidige situatie bij het dagcentrum te analyseren en hier knelpunten uit voort te brengen die de fluctuerende werkdruk bij het dagcentrum verklaart. Het tweede doel betreft het aandragen van interventies om deze knelpunten op te lossen. Aanpak Met behulp van interviews en meeloopdagen is het zorgproces in kaart gebracht en de besturing van het ziekenhuis geanalyseerd. Vervolgens is de prestatie van het dagcentrum gemeten en geanalyseerd aan de hand van indicatoren en een mathematisch model. Uit de analyse van het zorgproces, de besturing en de prestatie zijn vervolgens knelpunten geformuleerd die de fluctuerende werkdruk verklaren. Voor het aandragen van interventies om deze knelpunten op te lossen is opnieuw gebruik gemaakt van het mathematische model. Knelpunten & interventies Het eerste knelpunt betreft het tekort aan planningsafspraken voor operatieve patiënten. In een operatieblok worden patiënten geopereerd die daarna opgenomen worden op het dagcentrum of op een klinische afdeling. Zonder de planningsafspraken over het aantal type dagcentrum en kliniek patiënten fluctueert de verhouding van deze patiënten in een operatieblok en daarmee ook de werkdruk op het dagcentrum. Als interventie wordt aangedragen om planningsafspraken te maken in de vorm van een maximaal aantal dagcentrumpatiënten per operatieblok. Aan de hand van de historische gegevens van de operatieblokken en berekeningen in het mathematische model wordt een indicatie gegeven voor deze maxima per operatieblok. Het tweede knelpunt is dat op het tactische planningsniveau te weinig rekening gehouden wordt met het dagcentrum. Het master surgical schedule (MSS) dat momenteel gehanteerd wordt heeft als effect dat op sommige dagen capaciteit over is in het dagcentrum terwijl op andere dagen er een tekort is. Als interventie worden er verschuivingen voorgesteld in het MSS om zo de onbenutte capaciteit te gebruiken. Deze verschuivingen zijn bepaald op basis van het mathematische model. Het derde knelpunt betreft beperkingen in het gebruikte softwaresysteem. Momenteel worden de operaties decentraal door de poliklinieken gepland en vindt er geen afstemming over de te verdelen capaciteit tussen specialismen en afdelingen plaats. De onderlinge afstemming, of een volledig centrale planning, vindt niet plaats vanwege de beperkingen in het softwaresysteem. Als interventie wordt aangedragen om, als eerste stap richting centrale planning, de poliklinieken onderling met elkaar te laten afstemmen. Deze onderlinge afstemming vereist minder aanpassingen in het softwaresysteem, in vergelijking met de vereiste aanpassingen voor volledig centrale planning. 2

4 Conclusie & Hoe nu verder? In dit onderzoek is het mathematische model beschreven door Vanberkel et al. gebruikt voor een case study bij het BovenIJ ziekenhuis. De voorgestelde interventies in dit onderzoek zouden de fluctuerende werkdruk op het dagcentrum merkbaar moeten verbeteren. Deze interventies zijn echter gebaseerd op de huidige gegevens en veranderen naarmate tijd verstrijkt en zorgprocessen veranderen. Daarnaast betreft dit onderzoek voornamelijk het dagcentrum en is eenzelfde onderzoek voor de andere opnameafdelingen aan te raden. We bevelen het ziekenhuis daarom aan om iemand in te zetten die dit continu veranderende proces in kaart kan brengen voor alle opnameafdelingen. Met dit inzicht kan vervolgens geanticipeerd worden op de fluctuaties in het proces om deze op te vangen of te voorkomen. 3

5 VOORWOORD Voor u ligt mijn scriptie ter afsluiting van de bachelor Technische Bedrijfskunde aan de Universiteit Twente. Het betreft een onderzoek naar de werkdruk fluctuaties op het dagcentrum van het BovenIJ ziekenhuis te Amsterdam. Ik ben hier terecht gekomen via een dispuutsgenoot die mij in contact bracht met Sanne Blom, secretaris Raad van Bestuur bij het BovenIJ ziekenhuis. Allereerst wil ik dan ook Sanne Blom bedanken voor het open ontvangst en daarnaast voor het meedenken tijdens het traject. De tips en adviezen die je gaf tijdens onze gesprekken over het onderzoek en mijn ambities, hebben mij erg geholpen. Ook wil ik Bianca Taylor en Anne-Wietske Enequist bedanken voor het meedenken over het onderzoek. Daarnaast wil ik alle medewerkers van het BovenIJ ziekenhuis bedanken die mij hebben voorzien van informatie, gezellige middagpauzes en een fijne werkplek. Door jullie was het vele (trein)reizen te verdragen. Van de Universiteit Twente wil ik Erwin Hans bedanken voor zijn enthousiasme en interesse in het onderzoek. In slechts een uur wist je me telkens weer te voorzien van aanwijzingen en adviezen die ik nodig had, met dit verslag als resultaat. Ik wens u veel plezier bij het lezen van dit verslag. Roel Smulders Juni

6 INHOUDSOPGAVE Managementsamenvatting... 2 Voorwoord... 4 Inhoudsopgave... 5 H1: Inleiding Context en achtergrond Probleembeschrijving Doel van het onderzoek Onderzoeksvragen... 8 H2: Huidige situatie Het zorgproces Grafische weergave Diagnostische fase Behandelfase De besturing Medical planning Resource capacity planning Material coordination Financial planning Conclusie Prestatiemeting Indicator weigering Indicator: beschikbare capaciteit Indicator: benodigde capaciteit Prestatie analyse Knelpunten & afbakening H3: Theoretisch kader Focus van het onderzoek Variabiliteit in zorgprocessen Besturingsgebied Conclusie Het master surgical schedule (MSS) Relatie van het MSS en bezetting opnameafdelingen Meten van het effect van het MSS

7 3.2.3 Beïnvloeden van het effect Conclusie H4: Interventies Planningsafspraken Aanpassingen in het MSS Software beperkingen Conclusie H5: Conclusie & Hoe nu verder? : Conclusie Hoe nu verder? Bijlage 1: Referenties Bijlage 2: Inputgegevens scenario Data

8 H1: INLEIDING Dit hoofdstuk begint met een korte uitleg over het BovenIJ ziekenhuis en haar opnameafdelingen in 1.1. Vervolgens wordt in 1.2 het probleem beschreven dat centraal staat in dit onderzoek en wordt de probleemstelling geformuleerd. Het doel van dit onderzoek is vastgesteld in 1.3 en de bijbehorende onderzoeksvragen zijn geformuleerd in CONTEXT EN ACHTERGROND Het BovenIJ Ziekenhuis is een relatief klein regionaal ziekenhuis in Amsterdam-Noord. Het vriendelijke en kleinschalige karakter samen met de korte communicatielijnen en laagdrempelige toegang is iets wat het ziekenhuis graag wil behouden. Het BovenIJ ziekenhuis houdt zich op operatief gebied vooral bezig met minder complexe operaties aan veelvoorkomende aandoeningen zoals galblazen, nierstenen, heupoperaties, knieoperaties, liesbreuken en tonsillectomie. Voor complexere zorg heeft het ziekenhuis een goede relatie en een helder doorverwijsbeleid met omliggende ziekenhuizen in Amsterdam. De vraag naar zorg in Nederland en de bijkomende kosten stijgen alsmaar (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2016). Het is dan ook logisch dat er veel onderzoek gedaan wordt naar zorgprocessen om deze toenemende vraag op te vangen en de kosten te beheersen. Het BovenIJ ziekenhuis is de afgelopen jaren bezig met het verbouwen van afdelingen en het optimaal verdelen van capaciteit om aan de zorgvraag te kunnen voldoen. Zo is het aantal bedden per klinische afdeling in 2016 van bedden afgenomen tot 30 bedden per afdeling. Omdat deze afname in capaciteit haaks staat op de toenemende zorgvraag, wil het ziekenhuis haar logistieke processen verbeteren. Hiervoor worden studenten en nieuw personeel aangetrokken om de beschikbare theorie implementeerbaar te maken voor het ziekenhuis. Ziekenhuizen hanteren een indeling in electieve en non-electieve (spoed) patiënten. Hierbinnen worden twee type patiëntenstromen herkend, de snijdende en beschouwende. Deze onderscheiden zich van elkaar doordat bij de snijdende patiëntenstroom een operatie uitgevoerd moet worden en bij de beschouwende patiëntenstroom niet. Het BovenIJ ziekenhuis heeft de volgende opnameafdelingen: drie klinische afdelingen met ieder 30 bedden, een dagcentrum met 34 bedden en een acute opname afdeling (AOA) met 18 bedden, zie tabel 1.1. De klinische afdelingen worden in dit onderzoek vereenvoudigd de kliniek genoemd en ontvangen voornamelijk electieve patiënten. Spoed-patiënten worden op de AOA opgenomen en komen alleen op de kliniek terecht als ze geopereerd worden of als zij langer dan 48uur moeten verblijven in het ziekenhuis. Het dagcentrum ontvangt alleen electieve patiënten voor een dagopname, deze sluit namelijk om 20:00 uur en moet dan leeg zijn. Afdeling Bedden Snijdend/beschouwend Specialismen Kliniek 3 OOST 30 Beschouwend Inwendige geneeskunde, longziekten & MDL Kliniek 3 WEST 30 Snijdend Chirurgie & orthopedie Kliniek 3 NOORD 30 Beiden Cardiologie, gynaecologie, KNO, neurologie & urologie Dagcentrum 2 WEST 34 Beiden Alle Acute opname afdeling 18 Beiden Alle Tabel 1.1: Indeling opnameafdelingen (bron: afdelingshoofden) 7

9 1.2 PROBLEEMBESCHRIJVING In 2016 is er een onderzoek gedaan waarin een aantal problemen binnen het BovenIJ ziekenhuis naar voren kwam (Dofferhoff, 2016). Het probleem dat centraal stond was de fluctuerende werkdruk bij de opnameafdelingen door een tekort aan planningsafspraken. Tijdens interviews met het personeel en het meelopen op verschillende afdelingen, valt te concluderen dat een deel van deze planningsknelpunten in 2017 nog niet verholpen is. Het meest urgente probleem momenteel in het ziekenhuis betreft de fluctuerende werkdruk op het dagcentrum. De werknemers van het dagcentrum beschrijven de werkdruk als hollen en stilstaan. Op sommige dagen ligt het dagcentrum vol en moeten patiënten op andere afdelingen worden opgenomen. Op andere dagen is het juist erg rustig. Het personeel vraagt zich af of de werkdruk niet meer gebalanceerd kan worden. Immers is het weigeren van patiënten bij het dagcentrum zeer ongewenst omdat deze dan elders opgenomen moeten worden. Hieruit hebben we de volgende probleemstelling geformuleerd: Met de huidige fluctuaties in de werkdruk heeft het dagcentrum te kampen met dagen waarop niet kan worden voldaan aan de vraag naar bedden. 1.3 DOEL VAN HET ONDERZOEK Het doel van dit onderzoek is om: 1. De huidige situatie op het dagcentrum te analyseren en hier knelpunten uit voort te brengen die de fluctuerende werkdruk op het dagcentrum verklaren. 2. Interventies aan te dragen om de gevonden knelpunten op te lossen. 1.4 ONDERZOEKSVRAGEN Om het doel van dit onderzoek te bereiken worden de volgende onderzoeksvragen beantwoord: 1. Wat is de huidige situatie bij het dagcentrum? (H2) a. Hoe is het zorgproces ingericht binnen het ziekenhuis? b. Hoe wordt dit aangestuurd? c. Hoe presteert het dagcentrum momenteel? 2. Welke knelpunten zijn er die de fluctuerende werkdruk verklaren? (H2) In hoofdstuk 2 is de huidige situatie geanalyseerd. Allereerst is het zorgproces beschreven om inzicht te krijgen in de processen die betrekking hebben op het dagcentrum. Vervolgens wordt de besturing binnen het ziekenhuis besproken. Daarna volgt de prestatiemeting van het huidige zorgproces en de besturing, vervolgens wordt het hoofdstuk afgesloten met het formuleren van knelpunten die de fluctuerende werkdruk op het dagcentrum verklaart. 3. Hoe kunnen deze knelpunten opgelost worden? (H3 + H4) In hoofdstuk 3 wordt het theoretische kader geschetst van het onderzoek. De focus van het onderzoek om de knelpunten op te lossen wordt bepaald en tevens wordt in dit hoofdstuk literatuur aangedragen om de vraag naar bedden bij het dagcentrum te berekenen en te kunnen beïnvloeden. In hoofdstuk 4 worden interventies aangedragen om de geformuleerde knelpunten in hoofdstuk 2 op te lossen. Tevens wordt de impact van deze interventies op andere zorgprocessen binnen het ziekenhuis belicht. Het onderzoek wordt afgesloten in hoofdstuk 5 met een eindconclusie. 8

10 H2: HUIDIGE SITUATIE In dit hoofdstuk wordt de huidige situatie geanalyseerd binnen het BovenIJ ziekenhuis. Het doel is om inzicht te krijgen in alles wat betrekking heeft op het dagcentrum, zodoende knelpunten te formuleren die de fluctuerende werkdruk verklaart. Allereerst wordt het zorgproces beschreven in 2.1 en de besturing in 2.2. Vervolgens vindt de prestatiemeting plaats in 2.3 en wordt het hoofdstuk afgesloten met de knelpunten en afbakening in HET ZORGPROCES In deze paragraaf wordt beschreven hoe het zorgproces van het BovenIJ ziekenhuis in elkaar zit. Het doel is om aan de hand van deze informatie de zorgprocessen die van invloed zijn op het dagcentrum in kaart te brengen. Allereerst wordt een grafische weergave van het zorgproces weergegeven in en vervolgens de diagnostische fase toegelicht in en de behandelfase in GRAFISCHE WEERGAVE Het ziekenhuis ontvangt electieve en non-electieve (= spoed) patiënten. Hierbinnen worden twee type patiëntstromen herkend, de snijdende en beschouwende. Deze onderscheiden zich van elkaar doordat bij de snijdende patiëntstroom een operatie uitgevoerd moet worden en bij de beschouwende patiëntstroom niet. Voor zowel de electieve keten als de non-electieve keten is een grafische weergave van de patiëntstroom gegeven, zie figuren 2.1 en 2.2. In deze ketens kan duidelijk de snijdende patiëntstroom worden herkend, wat de andere stroming beschouwend maakt. Het proces bestaat uit een diagnostische fase, die plaatsvindt bij de polikliniek of de spoedeisende hulp (SEH) en de behandelfase. De grafische weergave geeft de stromen in grote lijnen weer, natuurlijk kunnen uitzonderingen voorkomen. Figuur 2.1: Grafische weergave patiëntstroom electieve keten (bron: afdelingshoofden) 9

11 Figuur 2.2: Grafische weergave patiëntstroom non-electieve keten (bron: afdelingshoofden) DIAGNOSTISCHE FASE De patiënt betreedt het ziekenhuis bij de polikliniek of bij de SEH afdeling. Voor een bezoek aan de poli is een doorverwijsbrief nodig van de huisarts, of de patiënt moet al bekend zijn binnen het ziekenhuis. Het ziekenhuis heeft voor de verschillende specialismen een eigen polikliniek, waar de specialisten spreekuren houden. De electieve patiënten worden ingepland op deze spreekuren en belanden op een wachtlijst als deze vol zijn. Tijdens deze spreekuren worden diagnoses besteld bij nieuwe patiënten en controles uitgevoerd bij al bekende patiënten. Uiteindelijk volgt uit deze diagnose het ziektebeeld van de patiënt en het bijbehorende behandelplan. Op de SEH afdeling wordt de diagnose en behandeling zo snel mogelijk na binnenkomst bepaald. Voor snijdende patiënten wordt het bezoek op de polikliniek afgesloten, indien een operatie noodzakelijk is, met het plannen van een bezoek aan het patiënten servicebureau, een preoperatieve screening en een operatiedatum. Beschouwende patiënten gaan over het algemeen niet langs het patiënten servicebureau en hebben geen preoperatieve screening nodig. Op de SEH afdeling wordt de patiënt na de diagnose zo snel mogelijk behandeld en/of opgenomen. Als de patiënt een operatiedatum of opnamedatum heeft gekregen wordt dit in het systeem vastgelegd. De poliklinieken plannen decentraal, wat een lokale optimalisatie in de planning oplevert. Dit zou geen probleem zijn als er afstemming plaatsvindt tussen de poliklinieken, zodat deze lokale optimalisaties geen negatief effect hebben op het logistieke proces. Softwarebeperkingen voorkomen die afstemming momenteel. Tijdens het plannen van snijdende patiënten is voor de poli medewerker de enige taak om de toegewezen operatieblokken te vullen. Er wordt geen rekening gehouden met waar de patiënt opgenomen wordt naderhand, zolang alle toegewezen operatietijd maar benut wordt BEHANDELFASE De behandelfase verschilt over het algemeen sterk per patiënt. Sommige patiënten zijn na het consult al uitbehandeld of krijgen alleen medicatie voorgeschreven. Andere patiënten hebben een operatie of ingreep nodig waarvoor een nieuwe afspraak gemaakt wordt. Het kan ook voorkomen dat de patiënt voor een verdere behandeling doorverwezen wordt naar een ander ziekenhuis. Het verschilt dan ook per behandelwijze of de patiënt opgenomen moet worden in het ziekenhuis. De meeste patiënten die in het BovenIJ ziekenhuis komen worden echter gewoon geholpen in het ziekenhuis zelf. 10

12 Snijdende patiënten komen in de behandelfase voornamelijk vanaf de polikliniek, waar zij eerder voor een diagnose geweest zijn. Nadat de preoperatieve screening succesvol is afgerond wordt een definitieve datum gepland voor deze patiënten en belanden zij op een wachtlijst. Bij het BovenIJ ziekenhuis zijn er maar weinig specialisten met een lange wachtlijst en kunnen ze snel terecht. Dit levert echter wel planningsproblemen op omdat er niet geanticipeerd kan worden op dal- en piekmomenten in de vraag. Vervolgens vindt voor snijdende patiënten de operatie op de operatiekamer (OK) plaats. Het ziekenhuis heeft 5 OKs, die niet allemaal elke dag gebruikt worden. Vanuit de operatiekamer afdeling wordt de patiënt opgenomen op het dagcentrum voor een dagopname of op de kliniek voor een langere opname. Voor beschouwende patiënten geldt dat zij behandeld worden op de opnameafdelingen, het dagcentrum, de functieafdeling of de acute opname afdeling (AOA). De meeste beschouwende patiënten komen via de spoedeisende hulp binnen, dit type patiënt is moeilijker te plannen dan de snijdende patiënten. Wel zijn er vaste programma s voor beschouwende patiënten ingepland op de opnameafdelingen, die opgevuld worden. De patiënten worden na operatie of behandeling bezocht op de opnameafdelingen door een arts of artsassistent tijdens een visite. Tijdens deze visites wordt gekeken of de patiënt al naar huis kan, is dat het geval dan volgt er ontslag. Na ontslag kan de patiënt opnieuw naar het ziekenhuis komen voor een nacontrole of nieuwe/andere zorgvraag. 2.2 DE BESTURING Binnen ziekenhuizen zijn vier besturingsgebieden geïdentificeerd die tevens bestaan uit vier planningsniveaus: Figuur 2.1. Bron: (Houdenhoven, Hans, Wullink, & Kazemier, 2007) In deze paragraaf worden alle besturingsgebieden besproken en tevens per niveau aangegeven wat voor toepassingen dit heeft bij het dagcentrum ( ). In wordt de paragraaf afgesloten met een conclusie, waarin de meest opmerkelijke bevindingen die van toepassing zijn op het dagcentrum worden aangestipt. 11

13 2.2.1 MEDICAL PLANNING Het besturingsgebied medical planning omvat de medische planning uitgevoerd door de specialisten. Zij zijn verantwoordelijk voor het identificeren en toekennen van de juiste zorgbehoeften bij patiënten. Op strategisch niveau wordt bepaald wat voor onderzoeks- en behandelmethodes gehanteerd worden. Voor het dagcentrum omvat dit de bepaling van de benodigde vaardigheden van het zorgpersoneel. Op het tactische niveau worden protocollen opgesteld om de onderzoeks- en behandelmethodes uit te voeren. Deze protocollen op het dagcentrum omvatten bijvoorbeeld hoe vaak een patiënt die geopereerd is aan zijn oog, oogdruppels toegediend krijgt. Het operationele niveau omvat het uitvoeren van deze protocollen, het verlenen van zorg en het inspelen op onverwachte gebeurtenissen. In dit besturingsgebied komen op het dagcentrum nagenoeg geen problemen voor RESOURCE CAPACITY PLANNING Resource capacity planning omvat het verdelen van capaciteiten over verschillende afdelingen, het verdelen van operatietijd en het inplannen van werknemers en patiënten. Op strategisch niveau wordt de case mix, lay-out van het ziekenhuis en de verdeling van capaciteit bepaald. Op dit niveau wordt voor het dagcentrum bepaald hoeveel bedden en personeel er beschikbaar is en hoe dit verdeeld wordt over de snijdende en beschouwende patiëntstromen. Op het tactische niveau wordt op langere termijn gepland. Het BovenIJ ziekenhuis hanteert op dit niveau een master surgical schedule (MSS), waarin de blokken operatietijd per dag en OK zijn toegewezen aan medische specialismen. Dit MSS is opgesteld zonder rekening te houden met de opnameafdelingen. Het effect hiervan op het dagcentrum zal gemeten moeten worden. Op het offline operationele niveau worden de patiënten en medewerkers ingepland. Op het dagcentrum gebeurt dit handmatig vanwege de vele beperkingen in de software. Hierdoor worden de patiënten over de bedden verdeeld op ervaring van de planner. Het online operationele niveau omvat het monitoren en het oplossen van ongeplande gebeurtenissen. Bij het dagcentrum komt dit voornamelijk neer op een opnamestop afroepen als de afdeling vol ligt, zodat er geen patiënten meer doorverwezen worden naar het dagcentrum, maar bijvoorbeeld naar een klinische afdeling MATERIAL COORDINATION Material coordination omvat het plannen en coördineren van de benodigde verbruiksartikelen op de afdelingen, zoals snijmateriaal, medicijnen, verband, etc. Op het strategische niveau wordt bepaald wat voor producten ingekocht moeten worden, waar deze opgeslagen worden en hoe deze in het ziekenhuis gedistribueerd worden. Op het tactische niveau worden de leveranciers gekozen en het operationele niveau omvat het bestellen en bepalen van hoeveelheden. Voor het dagcentrum is voornamelijk dit operationele niveau van toepassing omdat de supply chain al ziekenhuisbreed vastgesteld is. Op het operationele niveau worden in dit gebied geen problemen opgemerkt FINANCIAL PLANNING Het gebied financial planning heeft betrekking op alle financiën van het ziekenhuis. Op strategisch niveau worden de investeringen bepaald en tevens afspraken gemaakt met zorgverzekeraars. Deze investeringsbeslissingen hebben samen met beslissingen op tactisch niveau direct invloed op de strategische en tactische beslissingen bij de andere besturingsgebieden. Op het dagcentrum zelf krijgen medewerkers weinig te maken met het financiële aspect, ze zijn alleen afhankelijk van de budgetten voor de afdelingen. Meer investeren in het dagcentrum biedt ruimte om vooral op het besturingsgebied resource capacity planning andere beslissingen te maken. 12

14 2.2.5 CONCLUSIE Bij de besturingsgebieden medical planning en material coordination zijn geen problemen gevonden die betrekking hebben op de fluctuerende werkdruk bij het dagcentrum. Het gebied financial planning heeft bij de fluctuerende werkdruk alleen een limiterende rol. Als er een overmaat aan geld zou zijn, kon de capaciteit van het dagcentrum vergroot worden en daarmee de fluctuerende werkdruk opgevangen worden. Deze mogelijkheden zijn er echter op financieel gebied niet. Het gebied resource capacity planning heeft wel een impact op de fluctuerende werkdruk. Op strategisch niveau is bij het dagcentrum de totale capaciteit en de verdeling hiervan van invloed op de fluctuerende werkdruk. Het tactische niveau kan ook fluctuaties veroorzaken, wat bekeken moet worden in de prestatiemeting. Op het operationele niveau kan lastiger bijgestuurd worden op de fluctuerende werkdruk. Wel zijn hier nog verbetermogelijkheden in de informatievoorziening en mogelijkheden van het gebruikte softwaresysteem. 2.3 PRESTATIEMETING Het ingedeelde zorgproces en de besturing zijn bepalend voor de huidige prestatie van het dagcentrum. In dit hoofdstuk wordt de huidige prestatie gemeten aan de hand van een aantal indicatoren. De indicator weigering wordt beschreven in 2.3.1, beschikbare capaciteit in en benodigde capaciteit in Deze paragraaf wordt afgesloten met een prestatie analyse in INDICATOR WEIGERING Om de probleemstelling van 1.2 meetbaar te maken is de indicator weigering opgesteld. Patiënten met een ligduur van nul dagen die opgenomen zijn op de kliniek, werden door het dagcentrum geweigerd. Deze weigering kan voorkomen vanwege overbezetting of omwille van het tijdstip. De patiënten die omwille van het tijdstip opgenomen worden op de kliniek, moeten niet meegenomen worden in deze indicator. Dit zijn namelijk patiënten met een ligduur van bijvoorbeeld vijf uur die om 16:00 geopereerd worden. Zij kunnen dan niet meer op het dagcentrum terecht want deze sluit om 20:00 uur. Deze weigeringen worden eruit gefilterd door alleen de patiënten op de kliniek met een ligduur van nul dagen te tellen die voor 15:30 opgenomen zijn. Voor het aantal patiënten in 2016 die geweigerd zijn bij het dagcentrum en daarom op de kliniek opgenomen werden, zie tabel 2.1. Deze aantallen bestaan alleen uit patiënten van snijdende specialismen. Maandag 24 Dinsdag 29 Woensdag 55 Donderdag 5 Vrijdag 33 Aantal patiënten Tabel 2.1: Aantal patiënten met ligduur nul opgenomen op kliniek tussen 6:00-15:30 in 2016 (bron: HiX) 13

15 2.3.2 INDICATOR: BESCHIKBARE CAPACITEIT De indicator beschikbare capaciteit geeft het aantal patiënten dat door het dagcentrum opgenomen kan worden per weekdag. De huidige capaciteit van 34 bedden in 12 kamers is verdeeld over de verschillende patiëntstromen: beschouwend en snijdend. Hierbij is aangenomen dat een beschikbaar bed inclusief de benodigde zorg van verpleegkundigen is. In deze verdeling is de beschouwende patiëntstroom vastgezet en is de overige capaciteit beschikbaar voor de snijdende specialismen. De beschouwende patiëntenstroom is namelijk vrij constant en in de huidige situatie zijn hiervoor vaste programma s. Voor de ingedeelde beschouwende programma s zie tabel 2.2. Kamer Bedden Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Beschouwend Tabel 2.2: beschouwende programma s op dagcentrum kamers (bron: afdelingshoofd dagcentrum, Januari 2017) Voor het aantal beschikbare bedden voor beide patiëntstromen kan hiermee de volgende verdeling gemaakt worden, zie tabel 2.3. Een beschikbaar bed voor een operatieve patiënt wordt momenteel maar één keer per dag gebruikt. Het beschikbare aantal bedden voor snijdende patiënten staat dan ook gelijk aan de beschikbare opnamecapaciteit voor deze stroom. Beschouwend Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Snijdend Tabel 2.3: Beschikbare bedden dagcentrum (bron: afdelingshoofd dagcentrum, Januari 2017) 14

16 2.3.3 INDICATOR: BENODIGDE CAPACITEIT De benodigde capaciteit bij het dagcentrum is te splitsen in de beschouwende en snijdende stroom. Aangezien de beschouwende programma s relatief vast staan en deze vol gepland worden met patiënten, is de benodigde capaciteit gelijk aan de beschikbare capaciteit. Voor de snijdende patiëntenstroom geldt dit niet. Zoals in het zorgproces en de besturing omschreven, wordt er geen rekening gehouden met de opnameafdelingen bij het plannen van operaties. De impact van deze fluctuerende uitstroom van patiënten kan gemeten worden met het mathematische model van Vanberkel beschreven in Het model heeft drie benodigde input gegevens, het master surgical schedule (MSS) en de parameters. Het master surgical schedule Uit de omschrijving van het MSS bij 3.2 volgt dat het een verdeling van operatieblokken tussen specialismen betreft. Vanwege de kleine omvang van het ziekenhuis is het MSS bij BovenIJ in sommige gevallen afhankelijk van de specialist en niet van het specialisme zoals gebruikelijk. Om de situatie realistisch weer te geven moet er dan ook in het MSS van BovenIJ bij een aantal operatieblokken onderscheid worden gemaakt welke specialist deze uitvoert. Orthopedisch specialist van Trommel voert bijvoorbeeld andere type operaties uit dan orthopedisch specialist ter Keurs, waardoor de operatieblokken niet vergelijkbaar zijn. Aan de hand van interviews met medewerkers en historische data is het MSS bepaald waar rekening wordt gehouden met de verschillende specialisten binnen een specialisme, zie figuur 2.1. Week oneven type B wk: 1,5,9,13,17,21,25,29,33,37,41,45,49 Week even type A wk: 2,6,10,14,18,22,26,30,34,38,42,46,50 specialisme ma di wo do vr specialisme ma di wo do vr OOG OOG ma OOG di OOG OOG ma OOG di KNO KNO wo KNO KNO wo GAL (Galblaas) GAL wo GAL (Galblaas) GAL wo GAL vr CHI Twigt Twigt+Bode Klicks CHI do CHI vr CHI Twigt Twigt+Bode Klicks CHI do CHI vr ORT Taminiau ORT Taminiau Ter Keurs ORT Lisouwski Lisouwski vtrommel Fortanier Fortanier ORT Lisouwski Lisouwski vtrommel Fortanier Fortanier KC (Knee Clinic) KC vr KC (Knee Clinic) URO URO URO URO URO URO PLAS PLAS PLAS PLAS GYN GYN ma GYN di (half) GYN GYN ma GYN vr KAAK KAAK (half) KAAK Totaal # OK's Totaal # OK's Week oneven type D wk: 3,7,11,15,19,23,27,31,35,39,43,47,51 Week even type C wk: 4,8,12,16,20,24,28,32,36,40,44,48,52 specialisme ma di wo do vr specialisme ma di wo do vr OOG OOG ma OOG di OOG OOG ma OOG di KNO KNO di (half) KNO wo KNO KNO wo GAL (Galblaas) GAL wo GAL (Galblaas) GAL wo GAL vr CHI Twigt Twigt+Bode Klicks CHI do CHI vr CHI Twigt Twigt+Bode Klicks CHI do CHI vr ORT Taminiau vtrommel Ter Keurs ORT Taminiau Ter Keurs vtrommel ORT Lisouwski Lisouwski Fortanier Fortanier ORT Lisouwski Lisouwski Fortanier Fortanier KC (Knee Clinic) KC (Knee Clinic) URO URO URO URO URO URO PLAS PLAS PLAS PLAS GYN GYN ma GYN di (half) GYN vr GYN GYN ma GYN vr KAAK KAAK Totaal # OK's Totaal # OK's Figuur 2.1: Het gehanteerde MSS bij BovenIJ in 2016 (bron: HiX & afdelingshoofd OK) De parameter <<Vertrouwelijk>> De parameter geeft de uitstroom van een operatieblok. Van alle operatieblokken in het MSS moet deze uitstroom naar het dagcentrum in kaart gebracht worden. Dit gebeurt aan de hand van alle historische data uit 2016 van het betreffende operatieblok. Hierbij is alleen gekeken naar de electieve patiënten, aangezien van de dagopnames in 2016 slechts 54 non-electief zijn. Daarnaast zijn alleen de operaties meegenomen waarbij de patiënt opgenomen wordt in een bed. Voor het specialisme oogheelkunde (OOG) volstaat een stoel, waardoor deze niet relevant zijn voor de bedbezetting. Zie tabel 2.4 voor de uitstroom naar het dagcentrum. en 15

17 Specialist/me Som ORT vtrommel 11% 12% 28% 30% 12% 5% 2% 100% ORT Lisouwski 3% 12% 26% 33% 10% 9% 4% 3% 100% ORT ter Keurs 0% 3% 5% 8% 18% 10% 23% 10% 15% 3% 5% 100% ORT Taminiau 31% 27% 33% 6% 4% 100% ORT Fortanier 4% 16% 15% 34% 19% 8% 4% 100% Knee Clinic 95% 5% 100% GYN ma 11% 27% 16% 31% 9% 7% 100% GYN vr 7% 13% 20% 17% 27% 13% 3% 100% GYN di half 24% 33% 24% 5% 14% 100% URO 45% 41% 11% 1% 1% 100% PLAS 6% 28% 26% 21% 15% 4% 100% KAAK half 9% 27% 36% 27% 100% KNO di half 75% 8% 8% 0% 8% 100% KNO wo 20% 27% 29% 22% 2% 100% CHI Twigt 7% 36% 25% 16% 9% 5% 2% 100% CHI Twigt+Bode 6% 13% 17% 23% 21% 17% 0% 4% 100% CHI Klicks 0% 2% 7% 10% 19% 17% 26% 14% 0% 2% 0% 2% 100% CHI do 0% 0% 0% 7% 18% 11% 39% 20% 5% 100% CHI vr 8% 8% 4% 4% 35% 19% 4% 8% 12% 100% GAL wo 0% 0% 5% 15% 21% 5% 15% 15% 23% 100% GAL vr 0% 0% 7% 11% 54% 11% 18% 100% Tabel 2.4: Kans op aantal opnames bij dagcentrum (afgerond) (bron: HiX, 2016) De parameter De parameter geeft de kansverdeling van de ligduur van een patiënt uit operatieblok. De ligduur is het aantal dagen tussen de opnamedag en de dag van ontslag. Voor patiënten die opgenomen worden op het dagcentrum zijn deze dagen gelijk aan elkaar en bedraagt de ligduur daarom nul dagen. In het model betekent dit dat de uitkomst van stap één ( ) gelijk is aan voor elke. Met andere woorden: het aantal patiënten op het dagcentrum is iedere dag gelijk aan het aantal patiënten dat uit het operatieblok komt. Uitkomst van het model Dit model is geprogrammeerd in Visual Basic en geeft als uitkomst een empirische kansverdeling van het aantal benodigde bedden bij de opnameafdeling. Het geprogrammeerde model was oorspronkelijk gemaakt om het effect van het MSS van twee weken te berekenen. Het model is aangepast om ook het effect van het MSS van vier weken, zoals bij het BovenIJ ziekenhuis gehanteerd wordt, te berekenen. Door middel van het testen van het model met makkelijk te herleiden gegevens is de validiteit van het model bevestigd. Tijdens het testen kwam één programmeerfout naar voren die niet opgelost is. Deze programmeerfout heeft echter een verwaarloosbaar effect op de uitkomst van het model. 16

18 Aantal bedden Uit het model komt ( ) in de vorm van een kansverdeling van het aantal herstellende patiënten per dag van het MSS. Het ziekenhuis hanteert een kans op afdeling vol van maximaal 5%. Daarom wordt er gekeken naar het aantal benodigde bedden in het 95 e percentiel. Zie figuur 2.2 voor de grafische weergave van de uitkomst van het model Dagcentrum Benodigd aantal bedden 0 Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Figuur 2.2: Berekende benodigd aantal bedden dagcentrum 95e percentiel (bron: model) PRESTATIE ANALYSE Het zorgproces en de besturing leiden tot de huidige prestatie bij het dagcentrum die gemeten is. De uitkomsten van de prestatie indicatoren zijn samengevoegd in tabel 2.5. De beschikbare en benodigde bedden voor de beschouwende patiëntstroom zijn hierbij niet meegenomen aangezien deze gelijk zijn aan elkaar. Voor de snijdende stroom is de maximale waarde per weekdag uit figuur 2.2 afgelezen. Dagopnames op kliniek in 2016 Beschikbare bedden snijdend Benodigde bedden snijdend Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Tabel 2.5: Gecombineerde tabel uit tabellen 2.1, 2.3 en figuur 2.2 Uit de tabel blijkt duidelijk dat wanneer het aantal benodigde bedden hoger is dan het aantal beschikbare bedden, het geweigerde aantal patiënten toeneemt. Dit is echter het aantal benodigde bedden op het piekmoment. Om inzichtelijk te maken of er echt een capaciteitstekort is, zou er gekeken moeten worden naar de gemiddelde beddenvraag. Als deze ook hoger, of bijna gelijk is aan het aantal beschikbare bedden, betekent dit een (te) hoge bezettingsgraad en kan er gesproken worden van een capaciteitstekort. Zie tabel 2.6 voor het gemiddelde aantal benodigde bedden per maand, afgezet tegen het aantal beschikbare bedden per maand. Hier komt uit dat de bezettingsgraad niet te hoog is en dat de problemen veroorzaakt worden door fluctuaties en niet door een capaciteitstekort. 17

19 Aantal bedden Beschikbaar Gem. benodigd Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Totaal: Tabel 2.6: Aantal bedden per maand dagcentrum (bron: HiX, 2016) Als we de benodigde en beschikbare bedden grafisch over de duur van het gehele MSS van vier weken naast elkaar afbeelden, levert dat figuur 2.3 op. 25 Dagcentrum Benodigd aantal bedden Beschikbaar aantal bedden Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Figuur 2.3: Aantal benodigde en beschikbare bedden dagcentrum (bron: tabel 2.3 en figuur 2.2) Hieruit blijkt dat er in de eerste week op dinsdag en vrijdag en in de derde week op dinsdag ruimte over is, terwijl er op andere dagen een tekort is. In het huidige MSS is dus nog ruimte voor verbetering om de onbenutte capaciteit te gebruiken. Ook kan de conclusie getrokken worden dat het benodigde aantal bedden met het huidige MSS hoger is dan het beschikbare aantal. Ook nadat de onbenutte capaciteit opgevuld is, blijft er een tekort met de huidige wijze van plannen. 18

20 2.4 KNELPUNTEN & AFBAKENING De volgende knelpunten kunnen geformuleerd worden uit de analyse van het zorgproces, de besturing en de prestatiemeting die de fluctuerende werkdruk op het dagcentrum verklaren: Weinig planningsafspraken voor patiënten van snijdende specialismen Dagcentrum en kliniek patiënten worden ingepland, zonder dat hier een maximum aan gekoppeld is. De enige richtlijn tijdens het plannen van een operatie is om ervoor te zorgen dat de toegewezen operatieblokken gevuld worden. Hierdoor fluctueert de verdeling van dagcentrum en kliniek patiënten die geopereerd worden per operatieblok sterk. Op het tactische planningsniveau wordt te weinig rekening gehouden met het dagcentrum Het gehanteerde MSS resulteert in dagen waarop capaciteit over is, terwijl op andere dagen er juist een tekort is. Beperkingen in het gebruikte softwaresysteem Momenteel wordt er decentraal gepland door de poliklinieken, wat een lokale optimalisatie oplevert in het planningsproces. Deze lokale optimalisaties hebben echter een negatief effect op het geheel als er geen onderlinge afstemming plaatsvindt (Hans, 2015). Centrale planning is echter nog niet mogelijk vanwege softwarebeperkingen. Het onderzoek omvat slechts tien weken, waardoor er afgebakend moet worden. De gevonden knelpunten die de fluctuerende werkdruk op het dagcentrum verklaart, hebben voornamelijk betrekking op het snijdende type patiënten. Het onderzoek zal zich omwille van de beperkte tijd dan ook beperken tot de electieve snijdende keten. Het aantal non-electieve patiënten dat op het dagcentrum terecht komt is verwaarloosbaar (2.3.3) en wordt daarom niet meegenomen. In het volgende hoofdstuk zal de focus van het onderzoek bepaald worden, aan de hand van deze focus zal (afgebakend) gezocht worden naar mogelijke interventies om de knelpunten op te lossen. 19

21 H3: THEORETISCH KADER Het doel van dit hoofdstuk is om het theoretische kader waar het onderzoek binnen valt te schetsen. Om relevante literatuur te vinden zijn de bibliotheek van de Universiteit Twente, de database van het Center for healthcare Operations Improvement & Research (CHOIR) en prof. Dr. Ir. E.W. Hans geraadpleegd. Allereerst wordt op basis van gevonden literatuur de focus van het onderzoek om het probleem op te lossen bepaald in 3.1. Vervolgens wordt in 3.2 relevante informatie behorende bij de focus besproken. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een conclusie in FOCUS VAN HET ONDERZOEK Allereerst draagt een methode aan uit de literatuur die zich focust op hoe knelpunten op te lossen. Vervolgens bespreekt op welk besturingsgebied deze oplossing van toepassing is sluit deze paragraaf af met een conclusie over de focus van het onderzoek VARIABILITEIT IN ZORGPROCESSEN Variabiliteit in zorgprocessen resulteert in wachten voor de patiënten en hollen en stilstaan voor de zorgmedewerker (Hans, 2015). Deze variabiliteit is te verdelen in natuurlijke en onnatuurlijke variabiliteit. Natuurlijke variabiliteit omvat bijvoorbeeld het wisselende aantal patiënten met bepaalde zorgbehoeftes per tijdseenheid. Onnatuurlijke variabiliteit ontstaat uit georganiseerde processen. Het is bijvoorbeeld veel drukker tijdens en vlak na poli-uren bij de diagnostiek dan op andere tijden. Het hollen en stilstaan van de zorgmedewerker, oftewel fluctuaties in werkdruk, wordt in 1.2 beschreven als het probleem. Volgens Hans kan door de variabiliteit binnen zorgprocessen te reduceren het hollen en stilstaan van de zorgmedewerker voorkomen worden. Dit zal vervolgens de productiviteit van het personeel verhogen en verbetert daarmee de toegang van patiënten en de flow van het proces (Hans, 2015) BESTURINGSGEBIED Het verminderen van variabiliteit in zorgprocessen zodat fluctuaties in de werkdruk afnemen, valt onder het besturingsgebied resource capacity planning. In dit gebied worden namelijk capaciteiten verdeeld, operaties gepland en ingespeeld op onverwachte gebeurtenissen. Hoe hoger het planningsniveau waarin beslissingen en veranderingen worden gemaakt, des te groter de impact is op de besturing en de prestatie (Houdenhoven, Hans, Wullink, & Kazemier, 2007). Strategische interventies hebben dus de grootste impact, maar brengen logischerwijs ook vaak de meeste kosten met zich mee. Op welk planningsniveau het best gefocust kan worden om interventies aan te dragen is daarmee altijd een afweging van kosten en baten CONCLUSIE Het onderzoek focust zich op het verminderen of wegnemen van variabiliteit in zorgprocessen. Hiervoor wordt gekeken naar het besturingsgebied resource capacity planning op het tactische niveau. Het tactische niveau volgt uit de beperkte financiële middelen van het ziekenhuis om het probleem op te lossen en de aannemelijkheid om op dit niveau genoeg impact te hebben om de knelpunten op te lossen. Op het tactische niveau hanteert het BovenIJ ziekenhuis een master surgical schedule (MSS) en daarom zal de focus van het onderzoek zijn om de variabiliteit rondom het MSS te reduceren. 20

22 3.2 HET MASTER SURGICAL SCHEDULE (MSS) Het MSS is een cyclisch schema dat de toewijzing van operatieblokken aan specialismen bepaalt. Het MSS moet rekening houden met veel voorwaarden en vergt afstemming en instemming van veel belanghebbenden (Vanberkel et al., 2012). Allereerst wordt in de relatie tussen het MSS en de bezetting van opnameafdelingen besproken. Vervolgens wordt in een methode uit de literatuur aangedragen om het effect van deze relatie te kunnen meten. Afsluitend worden in methoden besproken om het effect te beïnvloeden RELATIE VAN HET MSS EN BEZETTING OPNAMEAFDELINGEN Doordat op voorhand onzekerheid bestaat over het aantal patiënten dat geopereerd moet worden en de ligduur van deze patiënten, wordt het MSS meestal opgesteld zonder rekening te houden met de belasting van de opnameafdelingen (Vanberkel et al., 2012). Toch is de relatie tussen het MSS en de belasting van opnameafdelingen veel onderzocht (Dumas, 1984; Harris, 1986; Adan & Vissers, 2002; Beliën, Demeulemeester, & Cardoen, 2006; VanBerkel & Blake, 2007; van Oostrum, et al., 2008; Van Houdenhoven, et al., 2008; Vanberkel et al., 2011). In een aantal van de genoemde artikelen wordt deze relatie aangetoond door de bezetting van opnameafdelingen in kaart te brengen, gebruikmakend van deterministische of stochastische modellen gebaseerd op het MSS. Uit deze modellen komt duidelijk naar voren dat het MSS een effect heeft op de bezetting en daarmee de werkdruk bij opnameafdelingen METEN VAN HET EFFECT VAN HET MSS Om het effect van het MSS op de bezetting bij opnameafdelingen meetbaar te maken, kan het model van Vanberkel et al. gebruikt worden (Vanberkel et al., 2011). Dit mathematische model is een combinatie van een simulatiemodel met een brede omvang en een exact mathematical programming model. Het model vereist alleen data die beschikbaar is uit een typisch patiënt management systeem welke gebruikt wordt bij de meeste ziekenhuizen. De kern van het model zit in het berekenen van het effect van één operatieblok op de aankomst van patiënten bij opnameafdelingen. Dit wordt van alle operatieblokken berekend en vervolgens gecombineerd tot de uitkomst van het model. Het MSS geeft een patroon dat herhaald wordt over een zeker aantal dagen Q. Voor elke dag * + in het MSS worden de beschikbare operatiekamers verdeeld over de beschikbare specialismen. Het MSS geeft dus eigenlijk de toegewezen operatieblokken per specialisme, waar * + en * +. Het operatieblok van specialisme wordt beschreven met twee parameters, en. 21

23 is een empirische kansverdeling dat het aantal operaties in één operatieblok betreft, gegeven dat ( ) de kans is op operaties, waar * + en het maximale aantal operaties dat specialisme in één operatieblok kan uitvoeren. De tweede parameter is de kans dat de patiënt, die nog steeds op de afdeling ligt op dag, ontslagen wordt op die dag, waar * + en de maximale ligduur van patiënten behandeld door specialisme is. De parameter wordt berekend door de kans dat het totale verblijf van een patiënt gelijk is aan, te delen door de kans dat de patiënt nog niet ontslagen is voor dag. Als ( ) de kans is dat de ligduur van een patiënt behandeld door specialisme exact dagen bedraagt, kan berekend worden met de volgende formule: ( ) ( ). Met deze beschreven parameters kunnen de drie stappen die het model omvat doorlopen worden, zie figuur 3.1 voor deze stappen. Figuur 3.1. Bron: (Vanberkel et al., 2011) 22

24 3.2.3 BEÏNVLOEDEN VAN HET EFFECT Het beïnvloeden van het effect van het MSS op de opnameafdelingen houdt in dat je de uitkomst van het model verandert. Dit kan slechts op één valide manier en dat is het beïnvloeden van de input parameters waarmee het model rekent. We onderscheiden drie unieke inputgegevens in het model, namelijk het MSS en de parameters en. In het MSS is het mogelijk om aanpassingen te maken door bijvoorbeeld bepaalde operatieblokken te verschuiven naar andere dagen. Hierbij moet rekening gehouden worden met de voorwaarden en restricties van deze operatieblokken. Deze methode is ook toegepast in een case study (Vanberkel et al., 2012). De achterliggende theorie van deze methode betreft het reduceren van de onnatuurlijke variabiliteit die het MSS veroorzaakt op de opvolgende zorgprocessen, zoals beschreven in De parameter betreft een empirische kansverdeling van het aantal operaties die worden uitgevoerd in een specifiek operatieblok. Deze parameter is onder andere afhankelijk van de voorgaande zorgprocessen. Als in de voorgaande zorgprocessen bijvoorbeeld veel onnatuurlijke variabiliteit wordt veroorzaakt, of de natuurlijke variabiliteit niet opgevangen wordt, resulteert dit in een sterk variabele parameter. Om deze parameter te beïnvloeden en dus de variabiliteit te reduceren is het logischerwijs mogelijk om een restrictie toe te voegen aan de operatieblokken over het aantal operaties. Hierbij kan bijvoorbeeld aan een maximum of minimum aantal gedacht worden. De laatste parameter, de kans dat de patiënt van specialisme na dagen naar huis mag, is lastig te beïnvloeden. Dit komt omdat het naast het specialisme voornamelijk natuurlijke variabiliteit betreft in de ligduur van patiënten. Deze natuurlijke variabiliteit kan niet opgevangen worden door bijvoorbeeld een maximum- of minimumligduur vast te stellen. Het is immers ongewenst om een niet volledig herstelde patiënt te ontslaan. Daarnaast brengt een minimumligduur mogelijk veel onnodige bezetting en daarmee kosten met zich mee. 3.3 CONCLUSIE In dit hoofdstuk is de focus van het onderzoek bepaald. Deze richt zich namelijk op de variabiliteit rondom het master surgical schedule (MSS) van het BovenIJ ziekenhuis. Vanuit deze focus is de impact van het MSS uitgediept. Het effect van het MSS op de bezetting bij opnameafdelingen is aantoonbaar, tevens is een model aangedragen om dit effect te berekenen. Als laatste zijn methodes aangedragen om dit effect te beïnvloeden, deze methodes helpen mogelijk bij het aandragen van interventies om de knelpunten op te lossen. 23

25 H4: INTERVENTIES De analyse van de huidige situatie bij het dagcentrum is in hoofdstuk 2 afgesloten met het formuleren van knelpunten en een afbakening. De focus van het onderzoek is bepaald en betreft het verminderen van variabiliteit rondom het gehanteerde MSS. Met deze focus worden interventies aangedragen in dit hoofdstuk voor twee van de gevonden knelpunten. Dit zijn: 1. Weinig planningsafspraken voor patiënten van snijdende specialismen (4.1) 2. Op het tactische planningsniveau wordt te weinig rekening gehouden met het dagcentrum (4.2) De impact van deze interventies op het dagcentrum en op de kliniek wordt ook besproken. 4.3 bespreekt het knelpunt betreffende de beperkingen in het gebruikte softwaresysteem en 4.4 sluit het hoofdstuk af met een conclusie. 4.1 PLANNINGSAFSPRAKEN Om variabiliteit op te vangen worden vaak capacitieve buffers gecreëerd (Van Houdenhoven, Hans, Klein, Wullink, & Kazemier, 2007). De makkelijkste manier om de variabiliteit in de werkdruk op het dagcentrum te verhelpen lijkt dan ook om het aantal beschikbare bedden en personeel op het dagcentrum te vergroten. Hierdoor zal de variabiliteit opgevangen worden in een capaciteitsbuffer zonder dat de patiënt hinder ondervindt. Deze oplossing is echter uitgesloten omdat er geen extra bedden meer passen in het dagcentrum en dit tevens veel kosten met zich meebrengt. Wel is het mogelijk om de variabiliteit te reduceren door restricties toe te voegen aan operatieblokken zoals beschreven in Dit zal dan gebeuren in de vorm van planningsafspraken over de invulling van de operatieblokken. De medewerkers op de polikliniek dienen volgens deze afspraken te plannen, immers plannen zij de patiënten in op een operatieblok. Met deze planningsafspraken worden patiënten in een piekmoment opgevangen in een capacitieve buffer, beter bekend als een wachtlijst. Deze buffer vangt deels de variabiliteit op, maar veroorzaakt ook hogere kosten en langere wachttijden (Hans, 2015). Hierin moet een balans gevonden worden. De planningsafspraken worden afgeleid uit het gemiddelde aantal dagcentrumpatiënten per operatieblok en van de huidige empirische kansverdelingen betreffende het aantal operaties in een operatieblok. Hierdoor wordt de capaciteitsbuffer niet te groot en blijven de extra kosten en wachttijden beperkt. De afspraken betreffen een maximum aantal patiënten per operatieblok die opgenomen worden op het dagcentrum. Zie tabel 4.1 voor het gemiddelde en maximale aantal patiënten per operatieblok en de voorgestelde planningsafspraken in de vorm van een nieuw maximum. 24

26 Aantal bedden Specialist/me Gem. aantal Max. aantal Nieuw Max. ORT vtrommel 2,4 6 5 ORT Lisouwski 2,9 7 6 ORT ter Keurs 5, ORT Taminiau 1,3 4 3 ORT Fortanier 2,9 6 5 Knee Clinic 0,1 1 1 GYN ma 2,2 5 4 GYN vr 3,0 6 5 GYN di half 1,5 4 3 URO 0,7 4 2 PLAS 2,2 5 4 KAAK half 1,8 3 3 KNO di half 0,6 4 2 KNO wo 1,6 4 3 CHI Twigt 2,1 6 5 CHI Twigt+Bode 3,1 7 5 CHI Klicks 5, CHI do 5,6 8 7 CHI vr 4,3 8 7 GAL wo 5,5 8 7 GAL vr 4,2 6 5 Tabel 4.1: Aantal patiënten per operatieblok (bron: HiX) Deze nieuwe afspraken veranderen de inputgegevens van het model. De kans op het oude maximale aantal patiënten is er niet meer, maar dit betekent dat de kans op een ander aantal patiënten toeneemt. Voor de nieuwe inputgegevens voor het scenario Data 2016 zie tabel b2.1 in bijlage 2. De uitkomst van het model met deze planningsafspraken is te zien in figuur 4.1. Alleen op woensdag blijft een tekort aan bedden bestaan. 25 Dagcentrum Benodigd aantal bedden Beschikbaar aantal bedden Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Figuur 4.1: Uitkomsten model met planningsafspraken (scenario Data 2016 ) 25

Ir. Jeroen van Oostrum PhD kandidaat Econometrisch Instituut, Erasmus School of Economics

Ir. Jeroen van Oostrum PhD kandidaat Econometrisch Instituut, Erasmus School of Economics Optimaliseren van patiëntplanning met behulp van zorgpaden en cyclische planningsmethoden Ir. Jeroen van Oostrum PhD kandidaat Econometrisch Instituut, Erasmus School of Economics (vanoostrum@few.eur.nl)

Nadere informatie

Capaciteitsmanagement

Capaciteitsmanagement Capaciteitsmanagement samenvoeging van twee ziekenhuizen op één nieuwe locatie 17-05-2013 Inhoud Het nieuwe ziekenhuis Capaciteitsbehoefte Capaciteit Toebedeling capaciteit Nieuwbouwen 1999-2000 2007 2008

Nadere informatie

Center for Healthcare Operations Improvement & Research www.utwente.nl/choir

Center for Healthcare Operations Improvement & Research www.utwente.nl/choir Zorglogistiek / Operations Management onderzoek in Universiteit Twente s multi-disciplinaire onderzoekscentrum: Center for Healthcare Operations Improvement & Research www.utwente.nl/choir e.w.hans@utwente.nl

Nadere informatie

Het reduceren van variatie in bedbezetting door het toewijzen van specialismen aan verpleegafdelingen

Het reduceren van variatie in bedbezetting door het toewijzen van specialismen aan verpleegafdelingen Het reduceren van variatie in bedbezetting door het toewijzen van specialismen aan verpleegafdelingen R. Buter (Utwente, bachelor technische bedrijfskunde) Begeleiders Ir. A.G. Leeftink (Utwente, CHOIR)

Nadere informatie

Michel Kats unithoofd ZGT regiecentrum. Tactisch plannen ZGT

Michel Kats unithoofd ZGT regiecentrum. Tactisch plannen ZGT Michel Kats unithoofd ZGT regiecentrum Tactisch plannen ZGT 3 november 2017 Agenda Even voorstellen Over ZGT Start tactisch plannen ZGT Rendement verbeteren per unit Integraal plannen Voorbeeld dagopname

Nadere informatie

Invloed van planning op bedbezetting. 26 januari 2009 Paulien Out p.out@cczorgadviseurs.nl

Invloed van planning op bedbezetting. 26 januari 2009 Paulien Out p.out@cczorgadviseurs.nl Invloed van planning op bedbezetting 26 januari 2009 Paulien Out p.out@cczorgadviseurs.nl Programma Aanleiding voor onderzoek: opdracht van ziekenhuis aan CC Zorgadviseurs Aanpak en resultaten van de opdracht

Nadere informatie

Variabiliteit en klinische capaciteit Scheiding van planbare en acute zorg

Variabiliteit en klinische capaciteit Scheiding van planbare en acute zorg Variabiliteit en klinische capaciteit Scheiding van planbare en acute zorg PICA 24 november 2008 Ellen Wijnands Projectmanager Máxima Medisch Centrum Variabiliteit en klinische capaciteit 1. Introductie:

Nadere informatie

VERANDERING OK-PLANNING LEIDT TOT MINDER BEDDEN

VERANDERING OK-PLANNING LEIDT TOT MINDER BEDDEN VERANDERING OK-PLANNING LEIDT TOT MINDER BEDDEN Dr. ir. Theresia van Essen # Het begint met een idee SITUATIE HAGAZIEKENHUIS Aantal benodigde bedden verminderen: Minder opnames Verkorting ligduur Hogere

Nadere informatie

Het mysterie van de bedden

Het mysterie van de bedden De patiënt op het juiste moment in het juiste bed: hoe doe je dat? Het mysterie van de bedden Uitdagingen en (mogelijke) oplossingen EVEN EEN REKENSOMMETJE OPNAMEN: DAGELIJKS 5 PATIENTEN (EXACT) LIGDUUR:

Nadere informatie

Reduceren van variabiliteit van vraag en aanbod in de zorg

Reduceren van variabiliteit van vraag en aanbod in de zorg RUG1 05-02-2010 1 Reduceren van variabiliteit van vraag en aanbod in de zorg Taco van der Vaart (FEB) Marcel de Jong (SYNZO) 2 Even voorstellen Taco van der Vaart UHD Operations Management Directeur onderzoeksinstituut

Nadere informatie

Verbeteren logistiek rondom acute problematiek moeder & kind zorg

Verbeteren logistiek rondom acute problematiek moeder & kind zorg Verbeteren logistiek rondom acute problematiek moeder & kind zorg Lillian van Zanten Adviseur/Onderzoeker divisie III 6 oktober 2008 1 Persoonlijke achtergrond september 1995 augustus 2001 Atheneum, Han

Nadere informatie

Van onder het mes naar onder de wol

Van onder het mes naar onder de wol Van onder het mes naar onder de wol Leonie Beers Onderzoek naar het OK-programma en het beddengebruik van de afdeling Verloskunde & Gynaecologie Inhoud V&G in beeld Inleiding Onderzoeksvragen Data-analyse

Nadere informatie

OK-PLANNING MET OPERATIEGROEPEN - Een brug slaan tussen tactische en operationele planning -

OK-PLANNING MET OPERATIEGROEPEN - Een brug slaan tussen tactische en operationele planning - OK-PLANNING MET OPERATIEGROEPEN - Een brug slaan tussen tactische en operationele planning - Thomas Schneider Directoraat Kwaliteit en Patiëntveiligheid - LUMC Center for Healthcare Operations & Improvement

Nadere informatie

Variabiliteit in de zorg: geluk of ongeluk?

Variabiliteit in de zorg: geluk of ongeluk? Variabiliteit in de zorg: geluk of ongeluk? Rekenen met variabiliteit Dr. René Bekker Vrije Universiteit PICA, kenniscentrum patiëntenlogistiek 2 Flaw of averages 3 Aantal bedden 35 3 25 2 15 1 5 Scenario

Nadere informatie

Hoe houden we de gezondheidszorg bemensbaar?

Hoe houden we de gezondheidszorg bemensbaar? Hoe houden we de gezondheidszorg bemensbaar? Richard J. Boucherie CHOIR: Center for Healthcare Operations Improvement & Research Symposium LSSH, 24/06/2014 20140407 r.j.boucherie@utwente.nl / www.utwente.nl/choir

Nadere informatie

Multidisciplinaire poliplanning Ir. Gréanne Leeftink Elieke van Sark BSc. 08/02/2016 1

Multidisciplinaire poliplanning Ir. Gréanne Leeftink Elieke van Sark BSc. 08/02/2016 1 Multidisciplinaire poliplanning Ir. Gréanne Leeftink Elieke van Sark BSc 08/02/2016 a.g.leeftink@utwente.nl 1 Inhoud Wie zijn wij? Wat is multidisciplinaire poliplanning? Organisatie van multidisciplinaire

Nadere informatie

Managing Variability. Agenda. Wat is variabiliteit Management of Variability Program Effecten van variabiliteit Illustraties

Managing Variability. Agenda. Wat is variabiliteit Management of Variability Program Effecten van variabiliteit Illustraties Managing Variability Agenda Wat is variabiliteit Management of Variability Program Effecten van variabiliteit Illustraties Wat is variabiliteit Ziekenhuizen zijn continu op methoden om de kwaliteit, veiligheid,

Nadere informatie

Tactisch plannen Peter de Haan

Tactisch plannen Peter de Haan Tactisch plannen Peter de Haan Even voorstellen U Peter de Haan Universiteit Twente Toegepaste Wiskunde ORTEC Sen. Solution Architect 2 Agenda Wat is tactisch plannen Voorbeelden van tactisch plannen Hoe

Nadere informatie

Marloes Bosman afdelingshoofd OK. Ester Kowalski. planningsfunctionaris OK

Marloes Bosman afdelingshoofd OK. Ester Kowalski. planningsfunctionaris OK Welkom collega s! Marloes Bosman afdelingshoofd OK Ester Kowalski planningsfunctionaris OK Ik heb altijd op maandag OK Van cultuur planning naar een OK planning op basis van productie binnen een fusie

Nadere informatie

Gaat het nu wat beter, dokter? Oratie prof.dr.ir. Erwin W. Hans

Gaat het nu wat beter, dokter? Oratie prof.dr.ir. Erwin W. Hans Gaat het nu wat beter, dokter? Oratie prof.dr.ir. Erwin W. Hans Hoogleraar Operations Management in Healthcare CTIT onderzoekscentrum CHOIR Wachtlijsten 2 Heb jij geen wachtlijst?? dan ben jij vast geen

Nadere informatie

PICA seminar 22 april 2013. Presentatie naar aanleiding van proefschrift Paul Joustra

PICA seminar 22 april 2013. Presentatie naar aanleiding van proefschrift Paul Joustra PICA seminar 22 april 2013 Presentatie naar aanleiding van proefschrift Paul Joustra Hoe om te gaan met fluctuaties in ziekenhuisprocessen teneinde de toegankelijkheid op een efficiënte manier te verbeteren?

Nadere informatie

HOTFLO SYMPOSIUM 2014

HOTFLO SYMPOSIUM 2014 HOTFLO SYMPOSIUM 2014 AFSTEMMING OK-BEDDENHUIS HOTFLO DENNIS ROUBOS & GWEN ROOSEMONT INHOUD 1. Waarom is afstemming tussen OK en Beddenhuis belangrijk? 2. Wat is de rol van statistiek bij het optimaliseren

Nadere informatie

Capaciteitsplanning kliniek Sint Maartenskliniek, Nijmegen. Marcel Weijers, Afdelingshoofd Zorglogistiek SMK,

Capaciteitsplanning kliniek Sint Maartenskliniek, Nijmegen. Marcel Weijers, Afdelingshoofd Zorglogistiek SMK, Capaciteitsplanning kliniek Sint Maartenskliniek, Nijmegen Marcel Weijers, Afdelingshoofd Zorglogistiek SMK, 06-04-2018 Wie ben ik? Marcel Weijers Gedurende de afgelopen 15 jaren afdelingshoofd op diverse

Nadere informatie

Verbetering planningsproces polikliniek traumachirurgie

Verbetering planningsproces polikliniek traumachirurgie Verbetering planningsproces polikliniek traumachirurgie Afstudeeropdracht Bedrijfswiskunde HvA Safae Benmouh Aanleiding Polikliniek traumachirurgie Spoedeisende Hulp, huisarts of extern specialist Sporters

Nadere informatie

De Dagbehandeling Onderzocht

De Dagbehandeling Onderzocht F.M. de Goeij De Dagbehandeling Onderzocht Een onderzoek naar de capaciteitsbenutting van de Dagbehandeling van het Deventer Ziekenhuis Openbare versie De Dagbehandeling Onderzocht Een onderzoek naar de

Nadere informatie

Kennismaking CHOIR onderzoekscentrum

Kennismaking CHOIR onderzoekscentrum Kennismaking CHOIR onderzoekscentrum Prof.dr Richard Boucherie Hoogleraar Stsochastic Operations Research Center for Healthcare Operations Improvement & Research ERWIN INGEBORG THOMAS RICHARD NARDO BRUNO

Nadere informatie

AOA Medische aansturing en organisatie

AOA Medische aansturing en organisatie AOA Medische aansturing en organisatie 7 juni 2012 Kennemer Gasthuis Martijn Weisfelt, neuroloog en Medisch Manager AOA pagina 1 Kennemer Gasthuis - Haarlem Kerngegevens: Bedden: Zuid Noord N Z 548 Polikliniek,

Nadere informatie

Praktische handvatten voor goede OKplanning. 7 december 2018

Praktische handvatten voor goede OKplanning. 7 december 2018 Praktische handvatten voor goede OKplanning 7 december 2018 Het is mogelijk ondanks de huidige schaarste meer patiënten te opereren dan we nu doen Agenda 1. Wat gaat vooraf aan plannen? 2. Planningssamenhang

Nadere informatie

Geïntegreerde OK-IC planning zorgt voor hogere OK-benutting en minder uitgevallen IC-patiënten

Geïntegreerde OK-IC planning zorgt voor hogere OK-benutting en minder uitgevallen IC-patiënten 3.4 Geïntegreerde OK-IC planning zorgt voor hogere OK-benutting en minder uitgevallen IC-patiënten Ir. Marleen van de Pol 1,2,3 Drs. Mark Van Houdenhoven 1,2 Dr.ir. Gerhard Wullink 1,2 Dr.ir. Erwin Hans

Nadere informatie

Integraal productie- en capaciteitsmanagement in de orthopedische keten

Integraal productie- en capaciteitsmanagement in de orthopedische keten Integraal productie- en capaciteitsmanagement in de orthopedische keten Rob Vromans en Elieke van Sark, Logistiek Bedrijf, 28-9-2016 De orthopedische keten Orthopedische Keten Verwijzing Poli Diagnostiek

Nadere informatie

Casus 2: Capaciteitsmodel verpleegafdelingen. PICA mini-symposium 11 juni 2008 Sylvia Elkhuizen

Casus 2: Capaciteitsmodel verpleegafdelingen. PICA mini-symposium 11 juni 2008 Sylvia Elkhuizen Casus 2: Capaciteitsmodel verpleegafdelingen PICA mini-symposium 11 juni 2008 Sylvia Elkhuizen Inhoud Context en aanleiding Globaal idee van het model Excel oplossingen Data importeren Grafieken bedbezetting

Nadere informatie

Patiënten Service Bureau Kwaliteit en veiligheid voor de patiënt in het BovenIJ ziekenhuis! Madeleine Vervenne Rigter

Patiënten Service Bureau Kwaliteit en veiligheid voor de patiënt in het BovenIJ ziekenhuis! Madeleine Vervenne Rigter Patiënten Service Bureau Kwaliteit en veiligheid voor de patiënt in het BovenIJ ziekenhuis! Madeleine Vervenne Rigter Schema PSB Check Check Check Check Check Intake Intake Intake Intake Gegevens Gegevens

Nadere informatie

Optimalisatie werkprocessen op de verpleegafdeling 5 Noord ZGT Almelo

Optimalisatie werkprocessen op de verpleegafdeling 5 Noord ZGT Almelo Ingrid Meijer, Michel Kats Optimalisatie werkprocessen op de verpleegafdeling 5 Noord ZGT Almelo 12 juni 2015 Inhoud presentatie Introductie ZGT Aanleiding Context van procesoptimalisatie Opzet project

Nadere informatie

32 Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen

32 Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen VOOR- PUBLICATIE Brancherapport algemene ziekenhuizen 2016 Het aantal DBC s is in 2015 gestegen met bijna 10%. Deze stijging hangt voor een belangrijk deel samen met de verkorting van de DBC-doorlooptijd

Nadere informatie

Patiënt op het juiste bed. Symposium Vumc. 2 November Ben Benes, operationeel beddenmanager Maaike Arlar, programma manager.

Patiënt op het juiste bed. Symposium Vumc. 2 November Ben Benes, operationeel beddenmanager Maaike Arlar, programma manager. Patiënt op het juiste bed Symposium Vumc 2 November 2016 Ben Benes, operationeel beddenmanager Maaike Arlar, programma manager Goed op weg pagina 2 impressie https://www.youtube.com/watch?v=tg7pzszyi2c

Nadere informatie

Zorg georganiseerd rondom de patiënt in beschouwend blok JBZ

Zorg georganiseerd rondom de patiënt in beschouwend blok JBZ Zorg georganiseerd rondom de patiënt in beschouwend blok JBZ Eric Smits, Thom Timmerhuis, Idilia van Herpen, Maartje vd Vrugt en Saskia Cornelissen CHOIR op (zorg)pad 21 maart 2014 Probleemschets Neurologie

Nadere informatie

HET REDUCEREN VAN VARIATIE IN BEDBEZETTING DOOR HET TOEWIJZEN VAN SPECIALISMEN AAN VERPLEEGAFDELINGEN

HET REDUCEREN VAN VARIATIE IN BEDBEZETTING DOOR HET TOEWIJZEN VAN SPECIALISMEN AAN VERPLEEGAFDELINGEN Bachelor verslag HET REDUCEREN VAN VARIATIE IN BEDBEZETTING DOOR HET TOEWIJZEN VAN SPECIALISMEN AAN VERPLEEGAFDELINGEN Auteur R. Buter r.buter@student.utwente.nl s1594206, Technische Bedrijfskunde 10 juli

Nadere informatie

Acute Opname Afdelingen, de pioniersfase voorbij. - Beelden van AOA s - Jan van der Eijk 25 maart 2010

Acute Opname Afdelingen, de pioniersfase voorbij. - Beelden van AOA s - Jan van der Eijk 25 maart 2010 Acute Opname Afdelingen, de pioniersfase voorbij - Beelden van AOA s - Jan van der Eijk 25 maart 2010 Onderdelen Hoe in aanraking gekomen met de AOA? Beelden van de AOA Eigenschappen van de AOA in vraag

Nadere informatie

POLIKLINIEK UROLOGIE 17181

POLIKLINIEK UROLOGIE 17181 POLIKLINIEK UROLOGIE 17181 Inleiding U bent verwezen naar de polikliniek Urologie van het Sint Franciscus Gasthuis. In deze folder willen wij u wegwijs maken met de gang van zaken op de polikliniek. De

Nadere informatie

Acute opname afdeling: eerste ervaringen en cijfers!

Acute opname afdeling: eerste ervaringen en cijfers! Acute opname afdeling: eerste ervaringen en cijfers! PICA seminar Prabath Nanayakkara & Margaret van Valkengoed - mei 2013 Inhoudsopgave Tendensen in de acute zorg Aanleiding AOA en doelen Eerste cijfers

Nadere informatie

HOTflo. Capaciteitsmanagement Integrale sturing Continu verbeteren +

HOTflo. Capaciteitsmanagement Integrale sturing Continu verbeteren + Capaciteitsmanagement Integrale sturing Continu verbeteren + HOTflo Analytics & simulation Reporting Capacity calculation Forecasting & planning Real time monitoring Ontbreken van volledige transparantie

Nadere informatie

Analyse Patiëntenstromen Het aandeel van ouderen in de instroom bij algemene ziekenhuizen.

Analyse Patiëntenstromen Het aandeel van ouderen in de instroom bij algemene ziekenhuizen. Analyse Patiëntenstromen 2014-2016 Het aandeel van ouderen in de instroom bij algemene ziekenhuizen. Aanleiding NVZ constateert een toename in instroom van patiënten in ziekenhuizen Gevolgen: Opname-stops

Nadere informatie

Medische verantwoordelijkheid en werkwijze van een AOA. 25 maart 2010 Marko Wentzel, zorgmanager AOA Erik Kapteijns, longarts en medisch manager AOA

Medische verantwoordelijkheid en werkwijze van een AOA. 25 maart 2010 Marko Wentzel, zorgmanager AOA Erik Kapteijns, longarts en medisch manager AOA Medische verantwoordelijkheid en werkwijze van een AOA 25 maart 2010 Marko Wentzel, zorgmanager AOA Erik Kapteijns, longarts en medisch manager AOA Rode Kruis Ziekenhuis Middelgroot perifeer ziekenhuis

Nadere informatie

Zorgherallocatie: wat doet dat met het logistieke systeem? Annelies van der Ham

Zorgherallocatie: wat doet dat met het logistieke systeem? Annelies van der Ham Zorgherallocatie: wat doet dat met het logistieke systeem? Annelies van der Ham 29-5-2018 Technisch bestuurskundig ingenieur, werkzaam als onderzoeker en adviseur 2 Grote transformaties zoals nieuwbouw

Nadere informatie

Zorgpaden in de praktijk. Reflectie vanuit Zorglogistiek. Activiteiten Expertisecentrum. Inhoud

Zorgpaden in de praktijk. Reflectie vanuit Zorglogistiek. Activiteiten Expertisecentrum. Inhoud Zorgpaden in de praktijk Reflectie vanuit Zorglogistiek Activiteiten Expertisecentrum Congres 24 november 2009 Prof.dr.ir. Jan Vissers Dr.ir. Sylvia Elkhuizen Inhoud Ontwikkeling van zorgpaden in de praktijk

Nadere informatie

Patiënten oordelen over ziekenhuizen II

Patiënten oordelen over ziekenhuizen II Patiënten oordelen over ziekenhuizen II Ervaringen en meningen van patiënten in 37 Nederlandse ziekenhuizen A.F.C. Janse J.B.F. Hutten P. Spreeuwenberg In deze versie (d.d. 28-10-02) zijn de volgende wijzigingen

Nadere informatie

Wiskundige modellen voor beddenplanning. prof.dr. Ger Koole PICA minisymposium VUmc, 2 november 2016

Wiskundige modellen voor beddenplanning. prof.dr. Ger Koole PICA minisymposium VUmc, 2 november 2016 Wiskundige modellen voor beddenplanning prof.dr. Ger Koole PICA minisymposium VUmc, 2 november 2016 Data Bezetting typische kliniek Fluctueert aanzienlijk: Bezetting < 100% maar ook weigeringen Hoe capaciteitsbeslissingen

Nadere informatie

Hoe wiskunde de zorg beter maakt. Erica D'Acunto, Senior Data Scientist Bart Veltman, Partner, medeoprichter Rhythm

Hoe wiskunde de zorg beter maakt. Erica D'Acunto, Senior Data Scientist Bart Veltman, Partner, medeoprichter Rhythm Hoe wiskunde de zorg beter maakt Erica D'Acunto, Senior Data Scientist Bart Veltman, Partner, medeoprichter Rhythm Kan wiskunde een hulpmiddel zijn voor de zorg? Wat denkt u? a) Ja, voor zorgprofessionals

Nadere informatie

Uitleg Gezamenlijk Consult pagina 1. Productie 2015 pagina 2. Patiëntenaantallen van het jaar 2015, 2014 en pagina 3. per specialisme pagina 4

Uitleg Gezamenlijk Consult pagina 1. Productie 2015 pagina 2. Patiëntenaantallen van het jaar 2015, 2014 en pagina 3. per specialisme pagina 4 Inhoudsopgave: Uitleg Gezamenlijk Consult pagina 1 Productie pagina 2 Patiëntenaantallen van het jaar, 2014 en pagina 3 2013 onderverdeeld per specialisme Grafiek patiëntenaantallen over de afgelopen 3

Nadere informatie

Modelleren C Appels. Christian Vleugels Sander Verkerk Richard Both. 2 april 2010. 1 Inleiding 2. 3 Data 3. 4 Aanpak 3

Modelleren C Appels. Christian Vleugels Sander Verkerk Richard Both. 2 april 2010. 1 Inleiding 2. 3 Data 3. 4 Aanpak 3 Modelleren C Appels Christian Vleugels Sander Verkerk Richard Both 2 april 2010 Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 2 Probleembeschrijving 2 3 Data 3 4 Aanpak 3 5 Data-analyse 4 5.1 Data-analyse: per product.............................

Nadere informatie

Samen werken aan behandelen volgens protocol

Samen werken aan behandelen volgens protocol Samen werken aan behandelen volgens protocol Ambulant Centrum voor Reumatologie en Orthopedie, SMK Léon Schoonhoven en Rob Vromans, 28-9-2016 Inhoud Introductie Theoretisch kader en praktische aanpak Ingebruikname

Nadere informatie

KNO: Analyse van een polikliniek. Onderzoek naar het optimaliseren van het afsprakenaanbod

KNO: Analyse van een polikliniek. Onderzoek naar het optimaliseren van het afsprakenaanbod KNO: Analyse van een polikliniek Onderzoek naar het optimaliseren van het afsprakenaanbod Nardo Borgman Bacheloropdracht Gelre Ziekenhuizen Apeldoorn Mei 2010 Voorwoord Voor u ligt het verslag voor de

Nadere informatie

dagopname op de afdeling dagbehandeling

dagopname op de afdeling dagbehandeling patiënteninformatie dagopname op de afdeling dagbehandeling In overleg met uw arts heeft u besloten tot opname op de afdeling Dagbehandeling in het Onze lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG). Op de afdeling Dagbehandeling

Nadere informatie

Optimalisatie beddenhuis VUmc

Optimalisatie beddenhuis VUmc Optimalisatie beddenhuis VUmc 11 juli 2013 in samenwerking met Welkom Even voorstellen o Mabel Lips o Anne Zuiker o Dino Spirtovic o Sven van der Kooij Inhoud Aanleiding Aanpak Inzichten Modellen Resultaten

Nadere informatie

Ziekenhuis in krimpregio

Ziekenhuis in krimpregio Ziekenhuis in krimpregio Waar een klein ziekenhuis groot in kan zijn Innovatief (tegen wil en dank?!) Altijd op zoek naar mogelijkheden Krachten bundelen Keuzes durven maken 1 2 Twee voorbeelden - ADOA

Nadere informatie

Curfs, I. Efficiënte indeling voor patiëntcontroles op de polikliniek

Curfs, I. Efficiënte indeling voor patiëntcontroles op de polikliniek Curfs, I. Efficiënte indeling voor patiëntcontroles op de polikliniek SAMENVATTING 1) Hoe draagt het doelmatigheidsinitiatief bij aan het verbeteren van de kwaliteit van zorg op afdelings- en/of instellingsniveau?

Nadere informatie

Optimale sessieverdeling voor orthopeden

Optimale sessieverdeling voor orthopeden Optimale sessieverdeling voor orthopeden Eline Tsai, MSc e.r.tsai@utwente.nl Begeleiders: R.J. Boucherie (UT) R.F.M. Vromans (Sint Maartenskliniek) Sint Maartenskliniek Houding en beweging Specialismen:

Nadere informatie

dagopname op de afdeling Dagbehandeling

dagopname op de afdeling Dagbehandeling patiënteninformatie dagopname op de afdeling Dagbehandeling In overleg met uw arts heeft u besloten tot opname op de afdeling Dagbehandeling in het Onze lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG). Op de afdeling Dagbehandeling

Nadere informatie

Welkom op de Acute Opname Afdeling (AOA)

Welkom op de Acute Opname Afdeling (AOA) Welkom op de Acute Opname Afdeling (AOA) Inleiding De Acute Opname Afdeling (AOA) is een afdeling voor patiënten die met spoed moeten worden opgenomen. De AOA is geen reguliere verpleegafdeling; patiënten

Nadere informatie

EFFICIËNTIE EN CONSTANTE KWALITEIT VAN ZORG DOOR PERSONEELSPLANNING MET EEN FLEX POOL

EFFICIËNTIE EN CONSTANTE KWALITEIT VAN ZORG DOOR PERSONEELSPLANNING MET EEN FLEX POOL EFFICIËNTIE EN CONSTANTE KWALITEIT VAN ZORG DOOR PERSONEELSPLANNING MET EEN FLEX POOL ALEIDA BRAAKSMA, NIKKY KORTBEEK, CHRISTIAN BURGER, PIET BAKKER, RICHARD BOUCHERIE INTRODUCTIE Hoeveel verpleegkundigen

Nadere informatie

Verbeterde afsprakenplanning voor patiënt en gipsverbandmeester

Verbeterde afsprakenplanning voor patiënt en gipsverbandmeester Verbeterde afsprakenplanning voor patiënt en gipsverbandmeester Maartje van de Vrugt, Petra Matel, Richard J. Boucherie, Peter van Engelen, Tiny Beukman en John de Laat. De gipsverbandmeesters van het

Nadere informatie

Wel of geen AOA in het JBZ?

Wel of geen AOA in het JBZ? Wel of geen AOA in het JBZ? Maartje van de Vrugt CHOIR seminar 13 november 2015 Facts and figures JBZ Topklinisch ziekenhuis 4000 medewerkers 240 medisch specialisten 730 bedden Incl. Intensive care: 26

Nadere informatie

Beddenmonitor. - kwaliteit en doelmatigheid - kosten door flexibiliteit

Beddenmonitor. - kwaliteit en doelmatigheid - kosten door flexibiliteit Beddenmonitor. - kwaliteit en doelmatigheid - kosten door flexibiliteit Project in EZ Tilburg, Radboudumc, Hofpoort Woerden en JBZ Den Bosch ir. Leo Berrevoets en ir. Windi Winasti 21 maart 2014 Inhoud

Nadere informatie

Het meten van performantie in het operatiekwartier. Project HIPS

Het meten van performantie in het operatiekwartier. Project HIPS Het meten van performantie in het operatiekwartier Project HIPS Samenwerking Doelstelling 3 Dashboard Een dashboard brengt een organisatie zijn KPI s in één enkele display (Lapointe 2005). Ontwerpen van

Nadere informatie

De WijkKliniek: een mini-ziekenhuis in de wijk

De WijkKliniek: een mini-ziekenhuis in de wijk De WijkKliniek: een mini-ziekenhuis in de wijk Bianca Buurman Hoogleraar Acute Ouderenzorg Amsterdam UMC & Lector Transmurale Ouderenzorg HvA Titel 00-00-2018 2 Ons huidige zorgsysteem is niet goed ingericht

Nadere informatie

Factsheets indicatoren Verwisseling van en bij patiënten

Factsheets indicatoren Verwisseling van en bij patiënten aan Factsheets indicatoren Verwisseling van en bij patiënten Publicatienummer: 2010.1800 (Kijk op www.vmszorg.nl voor updates) Structuurindicatoren. Aanwezigheid, toepassing en registratie identificatie-

Nadere informatie

Q&A faillissement MC Slotervaart 22 november 2018

Q&A faillissement MC Slotervaart 22 november 2018 Voor patiënten Waar gaat welke patiëntengroep naar toe? Specialisme Zorgaanbieder * Geriatrie Neurochirurgie WBMV Oncologie MDL Diabetes (interne) BVO Reuma Plastische chirurgie transgender Pijnbestrijding

Nadere informatie

Toestemming Door akkoord te gaan met het onderzoek of behandeling, verleent u toestemming. Uw specialist kan u expliciet om toestemming vragen.

Toestemming Door akkoord te gaan met het onderzoek of behandeling, verleent u toestemming. Uw specialist kan u expliciet om toestemming vragen. Patiënteninformatie Algemene informatie Zorgpaden Het LangeLand Ziekenhuis werkt voor een deel van haar patiëntengroepen met zorgpaden. Een zorgpad beschrijft op een heldere manier de stappen die u als

Nadere informatie

Planning van de dagbehandeling op de kinderafdeling

Planning van de dagbehandeling op de kinderafdeling Medisch Spectrum Twente Planning van de dagbehandeling op de kinderafdeling Onderzoek naar de fluctuatie in het aantal behandelingen per dag Amber Dijcks 20-9-2012 Begeleider Universiteit Twente: Dr. ir.

Nadere informatie

Opname bij geplande operatieve ingreep. Afdeling Patiënteninformatie

Opname bij geplande operatieve ingreep. Afdeling Patiënteninformatie 00 Opname bij geplande operatieve ingreep Afdeling Patiënteninformatie In deze folder vindt u informatie ter voorbereiding op uw ziekenhuisopname bij een geplande operatieve ingreep. Het kan gaan om een

Nadere informatie

Capaciteitsmanagement & simulaties

Capaciteitsmanagement & simulaties Workshop Capaciteitsmanagement & simulaties VUmc symposium patiëntenlogistiek 28 juni 2007 Docenten Arnoud de Bruin Peter Wijga Stafadviseur divisie IV Promovendus Faculteit Exacte Wetenschappen Junior

Nadere informatie

Code Oranje. Presentatie Invitational Conference Spoedzorg deel 2 Geert de Kousemaeker 25 oktober 2016

Code Oranje. Presentatie Invitational Conference Spoedzorg deel 2 Geert de Kousemaeker 25 oktober 2016 Code Oranje Presentatie Invitational Conference Spoedzorg deel 2 Geert de Kousemaeker 25 oktober 2016 Colofon Uitgave: Code Oranje Versie : 1.0 26-10-2016 Status: Gereed Distributie: Niet van toepassing

Nadere informatie

ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0 ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0. Wie sturen de patiënten: ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0. Opvang basis acute zorg: Ons Streven:

ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0 ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0. Wie sturen de patiënten: ACUTE ZORG SIONSBERG 2.0. Opvang basis acute zorg: Ons Streven: Ons Streven: Kwalitatief goede en veilige zorg Dichtbij en makkelijk toegankelijk Duurzaam en tegen lagere kosten 24/7 beschikbaar, dan ook Dokterswacht bestaansrecht! Wie sturen de patiënten: Huisartsen

Nadere informatie

Geen Woorden maar Daden. Bertwin Bonenberg consultant Hotflo Peter Smit Clustermanager Martini Ziekenhuis

Geen Woorden maar Daden. Bertwin Bonenberg consultant Hotflo Peter Smit Clustermanager Martini Ziekenhuis Geen Woorden maar Daden Bertwin Bonenberg consultant Hotflo Peter Smit Clustermanager Martini Ziekenhuis Opbouw Het waarom De opdracht De focus Het plan De visie De plan uitwerking Het fundament De marshmallow

Nadere informatie

MedPsych Center (MPC) Voor klinische patiënten

MedPsych Center (MPC) Voor klinische patiënten MedPsych Center (MPC) Voor klinische patiënten Brengt medische en psychische kennis samen MedPsych Center (MPC) voor klinische patiënten 1. Welkom 3 2. Voor welke patiënten is de MPU bedoeld? 3 3. Wachtlijst

Nadere informatie

In de bijlage treft u het definitieve rapport aan, uw reactie op het concept rapport is hierin verwerkt.

In de bijlage treft u het definitieve rapport aan, uw reactie op het concept rapport is hierin verwerkt. > Retouradres Postbus 2518 6401 DA Heerlen LangeLand Ziekenhuis Raad van bestuur T.a.v. Postbus 3015 2700 KJ ZOETERMEER Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2518 6401 DA Heerlen T 088 120 50 00 F 088

Nadere informatie

Preoperatief spreekuur Volwassenen (inclusief vragenlijst)

Preoperatief spreekuur Volwassenen (inclusief vragenlijst) www.anesthesiologie-ysl.nl Preoperatief spreekuur Volwassenen (inclusief vragenlijst) Datum Wat? Pre-operatieve screening Gesprek apotheek doktersassistent- anesthesioloog Waar? Tijdstip Route 61. Opnamegesprek

Nadere informatie

LEAN ontwerp hotfloorvan het Zaans Medisch Centrum Seminar Logistiek op de hotfloor 20 juni 2014

LEAN ontwerp hotfloorvan het Zaans Medisch Centrum Seminar Logistiek op de hotfloor 20 juni 2014 LEAN ontwerp hotfloorvan het Zaans Medisch Centrum Seminar Logistiek op de hotfloor 20 juni 2014 Jitske de Haan - Vitaal ZorgVast Jeannette Ronchetti - Zaans Medisch Centrum LEAN is samenwerken Jitske

Nadere informatie

Kosten van uw behandeling. Eigen risico DBC-zorgproduct

Kosten van uw behandeling. Eigen risico DBC-zorgproduct Kosten van uw behandeling Eigen risico DBC-zorgproduct Eigen risico Vraagt u zich wel eens af waarom u uw medische kosten soms gedeeltelijk of niet vergoed krijgt? Dit kan dan te maken hebben met het eigen

Nadere informatie

OR in de zorg: een persoonlijk overzicht

OR in de zorg: een persoonlijk overzicht OR in de zorg: een persoonlijk overzicht René Bekker Afdeling Wiskunde, VU Zorguitgaven Verenigde Staten In 2007: $2.3 triljoen Voorspellingen 2011 & 2016: $3 & $4.2 triljoen Zorguitgaven zijn 4.3 maal

Nadere informatie

Logistieke drukte op de hartcatheterisatiekamers VUmc. Arwen Naber (stafadviseur cardiologie) en Margaret van Valkengoed (PICA)

Logistieke drukte op de hartcatheterisatiekamers VUmc. Arwen Naber (stafadviseur cardiologie) en Margaret van Valkengoed (PICA) Logistieke drukte op de hartcatheterisatiekamers VUmc Arwen Naber (stafadviseur cardiologie) en Margaret van Valkengoed (PICA) Afdeling Cardiologie complexe structuur Intensieve zorg `OK omgeving Niet-intensieve

Nadere informatie

Kinderchirurgie: efficiënt opereren

Kinderchirurgie: efficiënt opereren Kinderchirurgie: efficiënt opereren Het efficiënt plannen van patiënten voor de kinderchirurgie Auteur: Aschwin Bhaboeti 1621572 Begeleiders: Rene Bekker (Vrije Universiteit) Christien Sleeboom (VU medisch

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 25 170 Wachttijden in de curatieve zorg Nr. 42 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

Capaciteitsmanagement in het SLAZ

Capaciteitsmanagement in het SLAZ Capaciteitsmanagement in het SLAZ: de lange weg naar sturen op cijfers Waarom simuleren, wachtrijtheorie en lineair programmeren voor de meeste ziekenhuizen onzinnig zijn en wat dan wel werkt Jesse de

Nadere informatie

Workshop Excelleren in zorglogistiek

Workshop Excelleren in zorglogistiek Workshop Excelleren in zorglogistiek Data-analyse in Excel Dr. René Bekker Vrije Universiteit PICA, kenniscentrum patiëntenlogistiek Verbeterprojecten & data Projectopbouw: Probleemstelling, opdrachtformulering,

Nadere informatie

samenvatting PS_REBECCA_def.indd :53

samenvatting PS_REBECCA_def.indd :53 Samenvatting samenvatting 185 In dit proefschrift worden trends in zorggerelateerde schade en vermijdbare zorggerelateerde schade in Nederlandse ziekenhuizen gedurende de jaren 2004, 2008 en 2011/2012

Nadere informatie

Van onder het mes naar onder de wol

Van onder het mes naar onder de wol Van onder het mes naar onder de wol Simulatie onderzoek naar het OK-programma en het beddengebruik van de afdeling Verloskunde & Gynaecologie Auteur: Leonie Beers Van onder het mes naar onder de wol Simulatie

Nadere informatie

Bureau Opname. leidend of lijdend?

Bureau Opname. leidend of lijdend? Bureau Opname leidend of lijdend? Voorwoord Organisatie, beleid en instrumenten Yvonne Kouwenberg Het Jeroen Bosch Ziekenhuis Ca. 60.000 opnames Ca. 700 bedden: 45 Kortverblijf 57 Dagbehandeling Bureau

Nadere informatie

Schaal- en synergie-effecten bij de spoedeisende hulp

Schaal- en synergie-effecten bij de spoedeisende hulp Schaal- en synergie-effecten bij de spoedeisende hulp Een literatuur- en empirisch onderzoek naar de kostenstructuur van de spoedeisende hulp Centrum voor Innovaties en Publieke Sector Efficiëntie Studies,

Nadere informatie

Opname Afspraak opname volwassenen

Opname Afspraak opname volwassenen Opname Afspraak opname volwassenen U heeft zojuist samen met uw arts besloten dat u geopereerd wordt. Hoe gaat het nu verder? Afspraak maken bij de anesthesist Het is belangrijk dat u goed en veilig wordt

Nadere informatie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Gynaecologie

Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Gynaecologie Specialismespecifieke Toelichting op de Registratieregels Gynaecologie v20110701 Ingangsdatum 1 januari 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Uitzonderingen op de algemene registratieregels... 4 2.1 Sluiten

Nadere informatie

Orbis Online. De ontwikkeling van een logistiek voorspelbaar diagnose en behandeltraject met een geïntegreerd EPD ondersteund door ICT

Orbis Online. De ontwikkeling van een logistiek voorspelbaar diagnose en behandeltraject met een geïntegreerd EPD ondersteund door ICT Orbis Online De ontwikkeling van een logistiek voorspelbaar diagnose en behandeltraject met een geïntegreerd EPD ondersteund door ICT De Orbis filosofie Pro actief werken Vraaggestuurde integrale capaciteitsplanning

Nadere informatie

Welkom op de Acute Opname Afdeling (AOA)

Welkom op de Acute Opname Afdeling (AOA) Welkom op de Acute Opname Afdeling (AOA) Inleiding De Acute Opname Afdeling (AOA) is een afdeling met 26 bedden, voor patiënten die met spoed moeten worden opgenomen. De AOA is geen reguliere verpleegafdeling;

Nadere informatie

Agenda. 1. Bedrijfsidee 2. Markt en doelgroep 3. Organisatie 4. Business case 5. Voorstellen

Agenda. 1. Bedrijfsidee 2. Markt en doelgroep 3. Organisatie 4. Business case 5. Voorstellen C.J. van Geffen MBA Agenda 1. Bedrijfsidee 2. Markt en doelgroep 3. Organisatie 4. Business case 5. Voorstellen Bedrijfsidee Door hoog volume electieve zorg, die binnen één dag te realiseren is, te concentreren

Nadere informatie

Wachtlijsten Erasmus MC-Sophia

Wachtlijsten Erasmus MC-Sophia Wachtlijsten Erasmus MC-Sophia Deze wachttijden zijn bijgewerkt in Februari 2017. De wachttijden worden elke maand tussen de 1e en uiterlijk de 10e dag van de maand geactualiseerd. In het Erasmus MC vindt

Nadere informatie

Toelichting op de Specialismespecifieke Toelichtingen. Versie

Toelichting op de Specialismespecifieke Toelichtingen. Versie Toelichting op de Specialismespecifieke Toelichtingen Versie 20120726 1 september 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 1.1 Voor wie is dit document bedoeld... 3 1.2 Wat is de functie van de specialistspecifieke

Nadere informatie

Plannen is voorspellen

Plannen is voorspellen Plannen is voorspellen Verbinden tussen Strategisch Tactisch en Operationeel niveau In de Isala klinieken About 915 beds 18 + 4 Theaters (Day) 264.000 Nursing days / year 500.000 Outpatient visits / year

Nadere informatie

Electieve Opname afdeling. 6 april 2018 Renske Bosems-Visser

Electieve Opname afdeling. 6 april 2018 Renske Bosems-Visser Electieve Opname afdeling 6 april 2018 Renske Bosems-Visser Even voorstellen Renske Bosems-Visser: 2011 afgestudeerd MSc Industrial Engineering and Management (TBK) aan de UT Sinds 2012 werkzaam in Ziekenhuisgroep

Nadere informatie

Zorgpaden zoals zorgpaden bedoeld zijn Waarom de gewenste effecten van zorgpaden nog vaak uitblijven

Zorgpaden zoals zorgpaden bedoeld zijn Waarom de gewenste effecten van zorgpaden nog vaak uitblijven Zorgpaden zoals zorgpaden bedoeld zijn Waarom de gewenste effecten van zorgpaden nog vaak uitblijven Door: Erik-Jan Vlieger, Wencke van der Meijden, Marieke Maanders en Livia Kalma- KPMG Plexus Werken

Nadere informatie