Richtlijnen voor Curriculumopbouw

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Richtlijnen voor Curriculumopbouw"

Transcriptie

1 Richtlijnen voor Curriculumopbouw Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 1 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 1

2 Inhoudstafel 1. Inleiding en doelstellingen Algemene regels inzake programmaopbouw op opleidingsniveau Zorg voor een coherent curriculum Opbouw van een opleiding Opbouw van een academische bacheloropleiding Opbouw van een verkorte bachelor- of masteropleiding Opbouw van een schakelprogramma Opbouw van een voorbereidingsprogramma Opbouw van een (initiële) masteropleiding Opbouw van een Master-na-Masteropleiding (ManaMa) Opbouw van een specifieke lerarenopleiding (SLO) Opbouw van een doctoraatsopleiding Opbouw van een postgraduaatopleiding Opbouw van een opleiding permanente vorming Richtlijnen voor de spreiding over de semesters Richtlijnen voor het gebruik van tweejaarlijks ingerichte studiedelen Formele aspecten van de opleidingsfiche Richtlijnen voor het opbouwen van de structuur binnen de opleiding Opbouw van een afstudeerrichting Opbouw van een minor Opbouw van een profiel Adviezen bij de opbouw van een opleiding voor werkstudenten Richtlijnen voor de opbouw van studiedelen Studiedeel Aanbieding Inhoudelijke kenmerken van studiedelen Nieuw studiedeel versus nieuwe aanbieding Richtlijnen voor het begroten van studiepunten Studietijdberekening Richtlijnen voor studiepunten van niet-vub-studiedelen Het hanteren van regels van volgtijdelijkheid Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 2 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 2

3 6.1. Het hanteren van inschrijvingsvereisten De brug tussen de onder- en de bovenstructuur: de vereisten Het hanteren van studiedeellijsten Vereisten en vereistenregel Vereistengroep Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 3 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 3

4 1. Inleiding en doelstellingen De eerste versie van de Richtlijnen voor curriculumopbouw dateert van het academiejaar (goedkeuring RvB dd. 12/02/2008). Voor het academiejaar (goedkeuring RvB d.d. 24/05/2011) werden de richtlijnen geactualiseerd naar aanleiding van de geplande overschakeling van Oma.Opa naar het nieuwe studentenadministratiesysteem CaLi. Vanaf het academiejaar is CaLi steeds meer operationeel. Een update van de richtlijnen is vereist waarin de verdere ontwikkelingen van het systeem en de gewijzigde regelgeving op vlak van onderwijs zijn verwerkt. In deze richtlijnen worden het begrippenkader, de principes en de mogelijkheden voor curriculumopbouw uiteengezet. Deze kunnen door de betrokken facultaire opleidingsorganen gehanteerd worden om op een uniforme en transparante manier hun curricula op te bouwen. De voornaamste wijzigingen voor de curriculumopbouw ten gevolge van de invoering van CaLi zijn: - Varianten van opleidingsonderdelen (studiedelen) worden niet langer gehanteerd. - De curricula hoeven niet meer in studiejaren te worden opgebouwd. Dit impliceert dat de voortgang van de student(e) doorheen het betreffende studietraject moet vastgelegd worden, via coherente regels van volgtijdelijkheid. - De automatisering van het curriculum. De decretale kaders over curriculumopbouw worden uitgetekend in; - Het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen. - Het decreet van 30 april 2004 betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen en houdende dringende hogeronderwijsmaatregelen. Waar van toepassing wordt verwezen naar bepalingen opgenomen in het vigerende Algemene Onderwijs- en examenreglement van de VUB. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 4 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 4

5 2. Algemene regels inzake programmaopbouw op opleidingsniveau In de CaLi-terminologie stemt de opleiding overeen met het programma. Een programma is de entiteit waarvoor een student zich aanmeldt en uiteindelijk een specifiek diploma behaalt. Een programma kan worden gelijkgesteld aan de term opleiding bv. Master of Science in de Psychologie. De loopbaan is de aanduiding van het type opleiding waartoe het studiedeel in hoofdorde behoort, bv. bachelor, master-na-master, enz.. Concreet: Binnen de loopbanen bachelor, schakelprogramma, voorbereidingsprogramma, master, master-na-master, specifieke lerarenopleiding en postgraduaat bestaat één specifiek programma voor elke (bestaande) opleiding. Voorbeelden: Bachelor of Science in de Psychologie Schakelprogramma Master of Laws in de Rechten Voorbereidingsprogramma Master of Science in de Sociologie Master of Science in de Chemie Postgraduaat in Sport, Economie en Communicatie Voor de loopbaan doctoraat, dat zowel de doctoraten als de doctoraatsopleidingen omvat, richten we één programma in per richting. De opsplitsing tussen het eigenlijke doctoraat en de doctoraatsopleiding wordt op plan-niveau gemaakt. Binnen de loopbaan permanente vorming worden programma s aangemaakt voor opleidingsreeksen die regelmatig terugkeren. Voor elke opleiding wordt een opleidingsprogramma vastgelegd dat bestaat uit een samenhangend geheel van studiedelen (= opleidingsonderdelen). In tabel 1 op pagina 7 vindt u het curriculumopbouwmodel met een schematische weergave van de verschillende opleidingstypes. De studieomvang van elk studiedeel (= opleidingsonderdeel) wordt uitgedrukt in gehele studiepunten (SP). De studieomvang van een studiedeel (= opleidingsonderdeel) bedraagt decretaal ten minste 3SP (deze regel geldt weliswaar niet voor postgraduaten en permanente vormingen), waarbij één SP overeenstemt met een studietijd van 25 à 30 uren. Dat betekent dat een opleidingsprogramma van 60 SP overeenstemt met een totale studietijd tussen 1500 en 1800 uren. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 5 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 5

6 Het aantal studiepunten van een opleidingsprogramma hangt af van het type opleiding (zie ook opleidingsfiches hoofdstuk 2): - Een bachelor-opleiding heeft een studieomvang van ten minste 180 SP. - Een master-opleiding heeft een studieomvang van ten minste 60 SP of een veelvoud hiervan; een omvang van 90 SP is eveneens toegelaten. - Een master-na-master-opleiding heeft een studieomvang van ten minste 60 SP of een veelvoud hiervan; een omvang van 90 is eveneens toegelaten. - De specifieke lerarenopleiding (SLO) heeft een studieomvang van 60 SP. - Een postgraduaatopleiding heeft een studieomvang van ten minste 20 SP. - Een schakelprogramma heeft een studieomvang tussen 45 SP en 90 SP. - De studieomvang van een voorbereidingsprogramma is niet wettelijk bepaald. Voor elk opleidingsprogramma wordt door het instellingsbestuur een studietraject vastgelegd. In CaLi wordt hiervoor de term plan gebruikt. Een studietraject bepaalt de modaliteiten inzake studieomvang, deliberatie en studievoortgangsbewaking: - bij wijze van een modeltraject voor een groep van studenten; - bij wijze van een geïndividualiseerd traject op grond van het dossier van de student. Voltijdse modeltrajecten stellen een student in staat om per academiejaar een studieprogramma te voltooien van ten minste 54 SP en ten hoogste 66 SP. In het opleidingsprogramma kunnen afstudeerrichtingen of profielen worden ingebouwd, evenals een of meerdere minors. In een eenjarige masteropleiding kan echter geen minor worden aangeboden. Elke masteropleiding wordt afgesloten met een masterproef waarvan de studieomvang als volgt wordt bepaald (deze kunnen worden opgesplitst over meerdere jaren): - Voor een master van 60 SP omvat de masterproef minimum 15 SP en maximum 30 SP. - Voor een master van 90 SP omvat de masterproef minimum 18 SP en maximum 30 SP. - Voor een master van 120 SP omvat de masterproef minimum 24 SP en maximum 30 SP. - Voor een master van 180 SP of meer omvat de masterproef 30 SP. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 6 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 6

7 Curriculumopbouwmodel Academische BACHELOR 180 SP Vakken bachelorniveau (bepaald naar doelgroep) Een master-sd in de bachelor is onmogelijk (art. 8 flexibiliseringsdecreet, hoofdstuk III), ook een uniek schakel-sd in de bachelor is onmogelijk Mogelijkheid tot minor (belicht de essentie van een andere dan de eigen opleiding) Omvang minimaal 24 SP, maximaal 60 SP Afstudeerrichtingen (minimaal 30 SP verschillend stage mogelijk op te nemen als verschil ENKEL wanneer er verschillende doelstellingen/eindtermen voor zijn gedefinieerd) Profielen (minimaal 9 SP voor een verdere verdieping in het eigen studiegebied) Professionele BACHELOR 180 SP Verkorte BACHELOR Voorbereidingsprogramma # SP (geen decretale regels) bestaat uit studiedelen van bachelorniveau Schakelprogramma min 45 max 90 SP Algemene wetenschappelijke competenties en wetenschappelijkdisciplinaire basiskennis bijbrengen Unieke schakel- of bachelorstudiedelen of de combinatie ervan MASTER min 60 SP of veelvoud, of 90 SP Vakken masterniveau (bepaald naar doelgroep) (art. 58 structuurdecreet) Een bachelor-sd in de master is mogelijk echter wel specifieke en omstandige motivatie noodzakelijk Mogelijkheid tot minor (belicht de essentie van een andere dan de eigen opleiding) Omvang minimaal 24 SP, maximaal 30 SP Afstudeerrichtingen (minimaal 30 SP verschillend, stage indien doelstellingen verschillend) Profiel (minimaal 9 SP voor een verdere verdieping in het eigen studiegebied) DOCTORAATS- OPLEIDING Binnen de Doctoral School wordt de doctoraatsopleiding georganiseerd onder de vorm van cursussen, workshops en andere activiteiten die de kennis en vaardigheden van doctorandi zowel verdiepen als verbreden. 1/ 30 SP voor studiedelen en onderzoeksgerelateerde activiteiten 2/ 30 SP voor doctoraatsverdediging. ManaMa min 60 SP of veelvoud, of 90 SP bijkomend specialisatiejaar (advanced master) (hiervoor is ook een voorbereidingsprogramma mogelijk) POSTGRADUAAT - min 20 SP Mogelijkheid om specifieke/unieke studiedelen op te nemen Opleiding van permanente vorming, waarbij een consistent geheel wordt aangeboden. Een postgraduaat beoogt een verbreding/verdieping van de competenties verworven bij de voltooiing van de bachelor of master. Tabel 1: Curriculumopbouwmodel VUB

8 2.1. Zorg voor een coherent curriculum De opbouw van een opleidingstraject dient zorgvuldig te gebeuren. Het is noodzakelijk dat het curriculum een coherent geheel vormt, waarbij er rekening wordt gehouden met de verschillende studiedelen, de werkvormen, de leerresultaten, de invloed van het onderzoeksdomein op de curriculumopbouw etc. Een coherent curriculum is een belangrijk instrument in de studievoortgangsbewaking. Het is belangrijk om rekening te houden met onderstaande elementen: Het fundament van een goed curriculum is een degelijke inhoudelijke basis, waarop vervolgens specialisaties worden gebouwd. Studiedelen krijgen daarom ook het label inleidend, verdiepend of gespecialiseerd mee (uitgesplitst per opleidingsniveau bachelor / master / postgraduaat / permanente vorming). Ook de volgtijdelijkheid van studiedelen (o.a. prerequisites en corequisites) hangt hiermee samen. De volgtijdelijkheid van studiedelen moet logisch en overzichtelijk worden geformuleerd. De leerresultaten (voorheen: eindcompetenties) van studiedelen moeten aansluiten bij de leerresultaten van de opleiding in haar geheel. Variatie in de werkvormen is een meerwaarde voor het curriculum. Het curriculum moet zorgen voor een evenwicht waarbij studenten hun eigen interesses kunnen ontplooien binnen het kader van de algemene doelstellingen van de opleiding. Voor de kwaliteit van het curriculum wordt ook rekening gehouden met de verschillende generieke kwaliteitswaarborgen (meer info Cel Kwaliteitszorg) 2.2. Opbouw van een opleiding Een opleiding hoeft niet langer per studiejaar te worden opgebouwd. De inschrijving van een student aan de VUB gebeurt dan ook niet langer op niveau van het studiejaar, maar op het opleidingsniveau. Omwille van de decretale verplichting om opleidingen in de vorm van modeltrajecten met een indeling in studiejaren te publiceren en de noodzaak om te kunnen delibereren nadat een student zijn eerste 60 SP (wat overeenstemt met het eerste jaar van het modeltraject) heeft verworven, wordt in CALI wel nog de link gelegd naar het studiejaar. Gevolg van het loslaten van de studiejaren is een aanpassing aan de volgtijdelijkheid van de studiedelen. Meer hierover is terug te vinden in hoofdstuk Opbouw van een academische bacheloropleiding Met de academische bacheloropleiding krijgt de student een brede academische basisopleiding, met als bedoeling zich voor te bereiden op een aansluitende academische masteropleiding. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 8 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 8

9 Tabel 2. Opbouwfiche academische bachelor Omvang: 180 SP Generieke vakken (de essentie van de eigen opleiding) vakken bachelorniveau (te bepalen naar doelgroep cfr. niveaudescriptoren in art. 58 structuurdecreet) een masterstudiedeel in de bachelor is onmogelijk (art. 8 flexibiliseringsdecreet, hoofdstuk III) een uniek schakelstudiedeel in de bachelor is onmogelijk (specificiteit van het schakelprogramma) Mogelijkheid tot minor (belicht de essentie van een andere dan de eigen opleiding) Minimaal 24 SP, maximaal 60 SP (meer info hierover bij minor (cfr. supra)) Afstudeerrichtingen (minimaal 30 SP verschillend de stage kan mee een afstudeerrichting bepalen als er verschillende doelstellingen/leerresultaten voor zijn gedefinieerd) Profiel: studieomvang minimaal 9 SP, verdiepend binnen het eigen domein. Decretale verplichtingen: verplichte publicatie in het Hoger OnderwijsRegister (HOR) en verplichte opname in de Databank Hoger Onderwijs (DHO) Studiebewijs: diploma bachelor en diplomasupplement + eventueel creditbewijs Taalvoorwaarden: de onderwijstaal is standaard het Nederlands (maximaal 18,33% van de studiedelen in het modeltraject van een Nederlandstalige initiële bachelor kan gedoceerd worden in een andere taal en maximaal 6% van de initiële bachelors in Vlaanderen kan anderstalig zijn) cfr. bepalingen opgenomen in afdeling 9 van het Structuurdecreet. Indien een anderstalige bacheloropleiding wordt aangeboden, is een Nederlandstalig equivalent vereist binnen de Vlaamse Gemeenscha, waarbij de student het opleidingstraject volledig in het Nederlands kan volgen. Toelatingsvoorwaarden: diploma secundair onderwijs (toelatingsexamen voor de Bachelor in de Geneeskunde) + alle andere decretale toelatingsvoorwaarden (art.9 Flexibiliseringsdecreet) Doorstroommogelijkheden: initiële masteropleiding(en). Eventueel een andere bacheloropleiding via verkorte bachelor (eventueel na minor) of via voorbereidingsprogramma of doorstroom naar de arbeidsmarkt. Decretale doelstellingen: de opleiding richt zich op de algemene vorming en op de verwerving van academische of artistieke kennis en competenties eigen aan het functioneren in een domein van de wetenschappen of van de kunsten. Academisch gerichte opleidingen zijn op wetenschappelijk onderzoek gebaseerd. Meer in het bijzonder hebben de academisch gerichte bachelorsopleidingen tot doel de studenten te brengen tot een niveau van kennis en competenties eigen aan het wetenschappelijk of artistiek functioneren in het algemeen en aan een specifiek domein van de wetenschappen of de kunsten in het bijzonder. De bacheloropleiding heeft als doelstelling: het doorstromen naar een masteropleiding. (decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen 04/04/2003) Visitatie: VLIR / Accreditatie: NVAO Beoordelingscriteria (niveau en oriëntatie) Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 9 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 9

10 De opleidingsdoelstellingen zijn er in een academische bachelor op gericht de student te brengen tot: - Het beheersen van algemene competenties als denk- en redeneervaardigheid, het verwerven en verwerken van informatie, het vermogen tot kritische reflectie, creativiteit, het kunnen uitvoeren van eenvoudige managementtaken, het vermogen tot communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken en een ingesteldheid tot levenslang leren. - Het beheersen van algemene wetenschappelijke competenties als een onderzoekende houding, kennis hebben van onderzoeksmethoden en technieken en deze adequaat kunnen toepassen, het vermogen om de relevante data te verzamelen die een oordeelsvorming over maatschappelijke, wetenschappelijke en ethische vraagstukken kunnen sturen, een appreciatie van de onzekerheid, de ambiguïteit en de grenzen van de kennis en de vaardigheid tot het probleemgestuurd initiëren van onderzoek - Het begrip van de wetenschappelijk-disciplinaire basiskennis eigen aan een bepaald domein van de wetenschappen of de kunsten, een systematische kennis van de kernelementen van een discipline met inbegrip van het verwerven van coherent en gedetailleerde kennis deels geïnspireerd door de nieuwste ontwikkelingen van de discipline en een begrip van de structuur van het vakgebied (zoals decretaal omschreven) en de samenhang met andere vakgebieden. (uit: decreet 04/04/2003 en VLIR-VLHORA (2008) Handleiding onderwijsvisitaties, Deel 1, Pag. 21) 2.4. Opbouw van een verkorte bachelor- of masteropleiding Een opbouw van een verkorte bachelor (of master) is vergelijkbaar met deze van de academische bachelor (of master). Wanneer een student al een bachelor of master heeft behaald in een aanverwant studiegebied en de student wil daarnaast een andere bachelor of master volgen, dan is het mogelijk een verkort traject te volgen waarbij een aantal vrijstellingen al dan niet systematisch worden aangeboden (indien de student voldoet aan de specifieke toelatingsvoorwaarden). Dat maakt het mogelijk om een ander bachelor- of masterdiploma op een kortere termijn te behalen. Tabel 3. Opbouwfiche verkorte (academische) bachelor of master Omvang: # SP (geen decretale bepalingen) Generieke vakken (de essentie van de eigen opleiding): idem academische bachelor of master Afstudeerrichtingen: idem academische bachelor of master Decretale verplichtingen: idem academische bachelor of master Studiebewijs: idem academische bachelor of master Taalvoorwaarden: idem academische bachelor of master Toelatingsvoorwaarden: bachelor (kan zowel professioneel als academisch zijn) of master uit een aanverwant studiegebied Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 10 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 10

11 Doorstroommogelijkheden: idem academische bachelor of master Decretale doelstellingen: idem academische bachelor of master Visitatie: VLIR / Accreditatie: NVAO De opleidingsdoelstellingen (beoordelingscriteria) zijn in een verkorte academische bachelor of master gelijk aan degene zoals omschreven bij de academische bachelor of master Opbouw van een schakelprogramma De schakelprogramma s (min. 45 SP en max. 90 SP) kunnen worden opgelegd aan een student die zich wenst in te schrijven voor een masteropleiding op grond van een in het professioneel hoger onderwijs uitgereikt bachelordiploma. Het programma beoogt de in het artikel 58 paragraaf 2, 2 van het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen bedoelde algemene wetenschappelijke competenties en wetenschappelijke disciplinaire basiskennis bij te brengen. Een schakelprogramma bestaat uit bachelorstudiedelen en/of unieke schakelstudiedelen. Overname van schakelstudiedelen in de reguliere opleidingsprogramma s is gelet op de specifieke doelstellingen van een schakelprogramma niet toegestaan. Tabel 4. Opbouwfiche schakelprogramma Omvang: minimaal 45 SP maximaal 90 SP Generieke vakken vakken bachelorniveau unieke studiedelen (te bepalen naar doelgroep) Decretale verplichtingen: verplichte opname in de Databank Hoger Onderwijs (DHO) Studiebewijs: getuigschrift Taalvoorwaarden: idem aan de taal gebruikt in de masteropleiding die volgt op het schakelprogramma Toelatingsvoorwaarden: professionele bachelor Doorstroommogelijkheden: De voorziene specifieke initiële masteropleiding Visitatie / Accreditatie: samen met de masteropleiding waartoe het schakelprogramma is opgesteld Opbouw van een voorbereidingsprogramma Ter voorbereiding van een master volgt na het volgen van een academische bachelor of master een voorbereidingsprogramma. Dit kan worden opgelegd aan een student die niet in het bezit is van een academisch diploma dat rechtstreeks toelating verleent tot de masteropleiding waarvoor hij wenst in te schrijven (de student moet wel aan de nodige toelatingsvoorwaarden voor het voorbereidingsprogramma voldoen alvorens hij mag inschrijven). Ook voor een ManaMa is een voorbereidingsprogramma mogelijk. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 11 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 11

12 Decretaal wordt geen minimale en maximale omvang van het voorbereidingsprogramma vastgelegd. Indien de omvang ervan het toelaat, kan een voorbereidingsprogramma gelijktijdig met de masteropleiding waarvoor het gecreëerd werd, worden doorlopen. Bij het volgen van de combinatie van voorbereidingsprogramma en een andere opleiding moet de student voldoen aan de voorwaarden voor gecombineerde inschrijving. De specifieke VUBreglementering hieromtrent is terug te vinden in het onderwijs- en examenreglement. Tabel 5. Opbouwfiche voorbereidingsprogramma Omvang: # SP (geen decretale bepalingen) Generieke vakken vakken bachelorniveau (of masterniveau indien het een voorbereidingsprogramma voor een ManaMa betreft) Decretale verplichtingen: verplichte opname in de Databank Hoger Onderwijs (DHO) Studiebewijs: getuigschrift Taalvoorwaarden: idem aan de taal gebruikt in de masteropleiding die volgt op het voorbereidingsprogramma Toelatingsvoorwaarden: academische bachelor (of master indien het een voorbereidingsprogramma voor een ManaMa betreft) Doorstroommogelijkheden: de voorziene specifieke (initiële) masteropleiding Visitatie / Accreditatie: samen met de masteropleiding waartoe het voorbereidingsprogramma is opgesteld Opbouw van een (initiële) masteropleiding Studieduur van een masteropleiding is meestal één- of tweejarige (en in uitzonderlijke gevallen meer dan twee jaar durende) opleiding volgens de bachelor-masterstructuur (bama) en volgt na de (academische) bacheloropleiding. Om een masteropleiding succesvol te voltooien is het maken en eventueel presenteren van een masterproef een essentieel onderdeel. Tabel 6. Opbouwfiche (initiële) master Omvang: min. 60 SP of een veelvoud daarvan, of 90 SP Generieke vakken (de essentie van de eigen opleiding) vakken masterniveau (bepaald naar doelgroep cfr. niveaudescriptoren in art. 58 structuurdecreet) een bachelorstudiedeel in de master is mogelijk, echter wel specifieke en omstandige motivatie noodzakelijk Mogelijkheid tot minor (enkel in een meerjarige master) (belicht de essentie van een andere dan de eigen opleiding) Minimaal 24 SP, maximaal 30 SP (meer informatie hierover bij minor (cfr. supra)) Afstudeerrichtingen: minimaal 30 SP inhoudelijk verschillend Profiel: studieomvang minimaal 9 SP, verdiepend binnen het eigen domein. Decretale verplichtingen: verplichte publicatie in het Hoger OnderwijsRegister (HOR) Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 12 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 12

13 en verplichte opname in de Databank Hoger Onderwijs (DHO) Studiebewijs: diploma master en diplomasupplement + eventueel creditbewijs Taalvoorwaarden: de onderwijstaal is standaard het Nederlands (maximaal 50% van de studiedelen in het modeltraject van een Nederlandstalige initiële master kan gedoceerd worden in een andere taal en maximaal 35% van de initiële masters in Vlaanderen kan anderstalig zijn) zie afdeling 9 van het Structuurdecreet. Indien een anderstalige master wordt aangeboden, is een Nederlandstalig equivalent vereist binnen de Vlaamse Gemeenschap, waarbij de student het opleidingstraject volledig in het Nederlands kan volgen. Deze vereiste geldt niet voor International Course Programmes of anderstalige opleidingen die geselecteerd zijn overeenkomstig de bepalingen van een Europees programma ter bevordering van de internationale samenwerking in het hoger onderwijs en waarbinnen multidiplomering of gezamenlijke diplomering wordt vooropgesteld.. Toelatingsvoorwaarden: academische bachelor, of indien van toepassing het voorbereidingsprogramma of schakelprogramma Doorstroommogelijkheden (standaard): arbeidsmarkt, master-na-masteropleiding, doctoraat, postgraduaatopleiding Decretale doelstellingen: de masteropleidingen hebben tot doel de studenten te brengen tot een gevorderd niveau van kennis en competenties eigen aan het wetenschappelijk of artistiek functioneren in het algemeen en aan een specifiek domein van de wetenschappen of de kunsten in het bijzonder. Deze kennis en competenties zijn noodzakelijk voor de autonome beoefening van de wetenschappen of de kunsten of voor de aanwending van wetenschappelijke of artistieke kennis in de zelfstandige uitoefening van een beroep of groep van beroepen. Een masteropleiding wordt afgesloten met een masterproef: - Voor een master van 60 SP omvat de masterproef minimum 15 SP en maximum 30 SP. - Voor een master van 90 SP omvat de masterproef minimum 18 SP en maximum 30 SP. - Voor een master van 120 SP omvat de masterproef minimum 24 SP en maximum 30 SP. - Voor een master van 180 SP of meer omvat de masterproef 30 SP. Voor een masterproef in een opleiding van 90 SP of meer is het raadzaam om de masterproef op te splitsen over de twee masterjaren. Visitatie: VLIR / Accreditatie: NVAO, gelijktijdig met de overeenstemmende bacheloropleiding Beoordelingscriteria (niveau en oriëntatie) De opleidingsdoelstellingen zijn erop gericht de student te brengen tot: - het beheersen van algemene competenties op een gevorderd niveau, het vermogen om op een wetenschappelijke wijze te denken en te handelen, het kunnen omgaan met complexe problemen, het kunnen reflecteren op het eigen denken en werken en het kunnen vertalen van die reflectie naar de ontwikkeling van meer adequate oplossingen, het vermogen tot het communiceren van het eigen onderzoek en probleemoplossingen met vakgenoten en leken en het vermogen tot oordeelsvorming in een onzekere context; - het beheersen van algemene wetenschappelijke competenties op een gevorderd niveau, het kunnen gebruiken van methoden en technieken in onderzoek, het Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 13 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 13

14 kunnen ontwerpen van onderzoek, het kunnen toepassen van paradigma s in het domein van de wetenschappen of kunsten en het kunnen aanduiden van de grenzen van paradigma s, het vermogen tot originaliteit en creativiteit met het oog op het continu uitbreiden van de kennis en inzichten en het kunnen samenwerken in een multidisciplinaire omgeving; - een gevorderd begrip en inzicht in de wetenschappelijke, disciplinaire kennis eigen aan een bepaald domein van de wetenschappen of de kunsten, inzicht hebben in de nieuwste kennis van het vakgebied of delen ervan, in staat zijn om de wijze waarop de theorievorming beweegt te volgen en te interpreteren, in staat zijn om in een of enkele delen van het vakgebied een originele bijdrage aan de kennis te leveren en het bezitten van specifieke bij het vakgebied horende vaardigheden als ontwerpen, onderzoeken, analyseren en diagnosticeren - het beheersen van de competenties nodig voor het zelfstandig kunnen verrichten van wetenschappelijk onderzoek of de zelfstandige beoefening van de kunsten op het niveau van een beginnend onderzoeker of kunstenaar, het beheersen van de algemene en specifieke beroepsgerichte competenties nodig voor de zelfstandige aanwending van wetenschappelijke of artistieke kennis op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar. (uit: decreet 04/04/2003 en VLIR-VLHORA (2008) Handleiding onderwijsvisitaties, Deel 1, Pag. 21) 2.8. Opbouw van een Master-na-Masteropleiding (ManaMa) Letterlijk spreken we hier gewoon over een master na een master. Een master-namasteropleiding is gericht op het oplossen van wetenschapsmethodologische problemen en nieuwe (fundamentele of praktijkgerichte) wetenschappelijke of artistieke vragen. Om een masteropleiding succesvol te voltooien is het maken en eventueel presenteren van een masterproef een essentieel onderdeel. Tabel 7. Opbouwfiche master-na-master Omvang: min. 60 SP of een veelvoud daarvan, of 90 SP (meestal 60 SP) Generieke vakken: vakken masterniveau (in principe betreft het vakken van een gespecialiseerd niveau) Decretale verplichtingen: verplichte publicatie in het Hoger OnderwijsRegister (HOR) en verplichte opname in de Databank Hoger Onderwijs (DHO) Studiebewijs: diploma master en diplomasupplement + eventueel creditbewijs Taalvoorwaarden: geen specifieke taalvoorwaarden Toelatingsvoorwaarden: initiële master, voorbereidingsprogramma mogelijk Doorstroommogelijkheden (standaard): arbeidsmarkt, doctoraat Visitatie: VLIR / Accreditatie: NVAO De opleidingsdoelstellingen (beoordelingscriteria) zijn in een master-na-master gelijk aan degene zoals omschreven bij de initiële master Opbouw van een specifieke lerarenopleiding (SLO) Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 14 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 14

15 Opbouw van de specifieke lerarenopleiding kan als volgt worden aangeboden: - als een aansluitende opleiding bij een masteropleiding; - als een gedeeltelijk ingebouwde opleiding in de vorm van een afstudeerrichting binnen een masteropleiding van 120 studiepunten; 15 studiepunten kunnen bovendien reeds worden aangeboden als keuzepakket in de bacheloropleiding; - of als een aparte opleiding voor wie vanuit een beroepsuitoefening het diploma wil behalen. Omvang: 60 SP Inhoud: de SLO bevat een theoretische component van 30 SP mastervakken en een praktijkcomponent van 30 SP specifieke lerarenopleiding Decretale verplichtingen: verplichte opname in de Databank Hoger Onderwijs (DHO) Studiebewijs: diploma leraar Taalvoorwaarden: geen specifieke taalvoorwaarden Toelatingsvoorwaarden: houders van een masterdiploma kunnen zich rechtstreeks inschrijven voor de specifieke lerarenopleiding. Daarnaast gelden volgende toelatingsvoorwaarden voor kandidaten die nog geen houder zijn van een masterdiploma: - Houders van een academisch bachelordiploma kunnen zich inschrijven in de specifieke lerarenopleiding samen met een inschrijving in een masteropleiding. - Houders van een professioneel bachelordiploma die inschrijven voor een schakelprogramma met het oog op het volgen van een masteropleiding, kunnen een inschrijving nemen voor de specifieke lerarenopleiding samen met de inschrijving voor het schakelprogramma of samen met de inschrijving voor de masteropleiding. - Studenten die op grond van de bepalingen uit het flexibiliseringsdecreet gelijktijdig mogen inschrijven voor een bacheloropleiding en een masteropleiding, kunnen ook een inschrijving nemen voor de specifieke lerarenopleiding. In geval van een gecombineerde inschrijving kan het diploma van leraar pas uitgereikt worden na het behalen van de mastergraad. Doorstroommogelijkheden (standaard): arbeidsmarkt, master-na-masteropleiding, doctoraat, postgraduaatopleiding Visitatie: VLIR. Er is geen accreditatie voorzien van de SLO s. Decretale doelstellingen: het opleidingsprogramma is gestoeld op de basiscompetenties en het beroepsprofiel van de leraar secundair onderwijs, zoals vastgelegd door de Vlaamse regering. Het gaat om het geheel van kennis, vaardigheden en attitudes waarover een beginnend leraar moet beschikken Opbouw van een doctoraatsopleiding Regels voor de algemene opbouw van doctoraatsopleidingen vinden we in het besluit inzake het inrichten van doctoraatsopleidingen aan de VUB en naar het Doctoral Schools Reglement van de Vrije Universiteit Brussel. Meer informatie is te vinden op: Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 15 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 15

16 De doctoraatsopleiding is in principe niet verplicht. De faculteiten kunnen echter beslissen om de opleiding of delen ervan verplicht te stellen, op basis van een geschiktheidsonderzoek van het individuele dossier van de kandidaat-doctorandus. De faculteit blijft dus bevoegd voor de toelating tot het doctoraat. Het eventuele verplichte opleidingspakket zal dan een voorwaarde zijn om te kunnen worden toegelaten tot de verdediging van het doctoraatsproefschrift. De faculteit kan een maximale termijn voorzien waarbinnen dit opleidingspakket moet worden afgelegd. De voertaal van de Doctoral Schools en de doctoraatsopleiding is in principe het Engels. De doctoraatsopleiding bestaat uit 60 studiepunten. Het opleidingspakket wordt individueel samengesteld en zal er voor elke doctorandus anders uitzien. Het programma bestaat uit twee componenten: enerzijds reguliere studiedelen en onderzoeksgerelateerde activiteiten en anderzijds de doctoraatsverdediging. De doctoraatsopleiding wordt in samenwerking met de Universiteit Gent georganiseerd. Dit betekent concreet dat VUB-doctorandi kunnen deelnemen aan alle activiteiten van UGent en vice versa. Deelname aan reguliere studiedelen is voor beide groepen gratis (behalve studiedelen van programma s met verhoogd studiegeld). Doctorandi die 60 studiepunten hebben behaald en dus het doctoraatsproefschrift met succes verdedigd hebben, zullen het getuigschrift van de doctoraatsopleiding ontvangen, naast het diploma dat de graad van doctor verleent. Doctorandi die geen 60 studiepunten hebben behaald en/of geen succesvolle verdediging achter de rug hebben, ontvangen op vraag een attest van de gevolgde activiteiten in het kader van de doctoraatsopleiding Opbouw van een postgraduaatopleiding Een postgraduaatopleiding is een opleiding van permanente vorming, waarbij een consistent geheel van studiedelen met een studieomvang van minstens 20 SP wordt aangeboden. Het gaat om opleidingstrajecten die in het kader van de verdere professionele vorming, een verbreding of verdieping beogen van de competenties verworven bij de voltooiing van een bachelor- of masteropleiding. Tabel 8. Opbouwfiche postgraduaat Omvang: minimaal 20 SP Generieke vakken: in principe gaat het om specifieke studiedelen die enkel in postgraduaatopleidingen worden aangeboden Decretale verplichtingen: verplichte opname in de Databank Hoger Onderwijs (DHO) Studiebewijs: postgraduaatgetuigschrift, kan door de VUB uitgereikt worden na de succesvolle voltooiing van het volledige opleidingstraject. Taalvoorwaarden: geen specifieke taalvoorwaarden Toelatingsvoorwaarden: academische Bachelor of Master Er bestaan geen unieke toelatingsvoorwaarden, deze zijn voor elk postgraduaat gedefinieerd en kunnen verschillend zijn, want ze zijn gekoppeld aan het professionele toepassingsgebied Doorstroommogelijkheden (standaard): arbeidsmarkt Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 16 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 16

17 2.12. Opbouw van een opleiding permanente vorming In het kader van permanente vorming kunnen opleidingstrajecten met het oog op bij- en nascholing georganiseerd worden. Hiervoor bestaan geen omvangsvereisten of specifieke taalvoorwaarden. Het kan gaan om kortlopende of langere professionele en praktijkgerichte vormingen waarbij na afloop de deelnemer een getuigschrift (na geslaagd examen) of een deelnameattest kan ontvangen Richtlijnen voor de spreiding over de semesters Het opleidingsprogramma moet opgebouwd worden in functie van het semestersysteem. De belasting, de moeilijkheidsgraad en de werkvormen moeten per semester in evenwicht zijn. In principe bevat een opleidingsprogramma enkel semesterstudiedelen, waarvan het examen wordt georganiseerd in de examenperiode volgend op het semester waarin het studiedeel werd onderwezen. Studiedelen met specifieke werkvormen en/of opleidingsdoelen kunnen op gemotiveerd verzoek over twee semesters georganiseerd worden (jaarstudiedeel). Na het eerste semester worden deze als onvoltooid beschouwd. Het examen wordt georganiseerd in de tweede examenperiode van de eerste zittijd. Indien het programma voorziet dat in het eerste semester en/of tweede semester van het academiejaar voor een bepaald aantal studiepunten keuzestudiedelen moeten worden ingevuld, dan kan de student de bevoegde facultaire instantie schriftelijk (dit kan ook elektronisch) verzoeken de voorgestelde spreiding van de keuzestudiedelen te wijzigen. Elke faculteit legt hiervoor de nodige modaliteiten vast in de aanvullende facultaire onderwijsregeling (zie Onderwijs- en examenreglement) Richtlijnen voor het gebruik van tweejaarlijks ingerichte studiedelen Een tweejaarlijks ingericht studiedeel is een studiedeel waarvoor er in academiejaar x onderwijsactiviteiten (HOC, WPO, ZELF) worden georganiseerd en waarvoor een examen (met twee examenkansen) wordt georganiseerd. In het daaropvolgende academiejaar x+1 worden hiervoor geen onderwijsactiviteiten georganiseerd, maar wordt er wel voorzien in een examen (met twee examenkansen). Hierop moeten de studenten die geregistreerd zijn voor dit studiedeel zich zelfstandig voorbereiden. Het voorzien in een examen in het academiejaar x+1 moet vermijden dat de betrokken studenten louter tengevolge van deze wijze van organiseren van het studiedeel een vertraging van hun studievoortgang oplopen. Bij de beslissing om een studiedeel tweejaarlijks in te richten moet uitdrukkelijk rekening gehouden worden met; - de volgtijdelijkheid in en de inschrijvingsvereisten van het curriculum worden niet gehypothekeerd door het gebruik van dergelijke studiedelen, - de onderdelen (werkvormen) waaruit het studiedeel is samengesteld (in principe is een tweejaarlijkse inrichting niet aangewezen voor studiedelen met een WPO), - Is het onderdeel verplicht of is het als keuze opgenomen in het curriculum?, - Wordt het studiedeel ontleend door andere opleidingen of is het opgenomen in een schakel- of voorbereidingsprogramma?, Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 17 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 17

18 - Heeft het gebruik van het studiedeel een impact op de curricula die interuniversitair worden georganiseerd? Het is aangewezen om spaarzaal om te gaan met de organisatie van tweejaarlijkse studiedelen. Studiedelen die zich situeren op het inleidend niveau van een bacheloropleiding kunnen niet als tweejaarlijkse studiedelen worden ingericht. Het is immers essentieel dat bij deze bac helorstudiedelen de studenten toch in de mogelijkheid worden gesteld om opnieuw deel te nemen aan de onderwijsactiviteiten alvorens de derde/vierder examenkans op te nemen. De betrokken studenten moeten voor inschrijving ondubbelzinnig geïnformeerd worden dat ze weliswaar de mogelijkheid hebben om in het academiejaar x+1 examen af te leggen, maar dat hieraan geen onderwijsactiviteiten zijn gekoppeld en bijgevolg deze examens zelfstandig moeten worden voorbereid Formele aspecten van de opleidingsfiche Voor elke opleiding wordt in CALI een opleidingsfiche opgemaakt, waarin volgende gegevens worden opgenomen: Tabel 9. Formele aspecten van de opleidingsfiche. Graad, kwalificatie en Studiebekrachtiging van een bachelor-, masteropleiding specificatie en doctoraat gebeurt aan de hand van een diploma waarin de belangrijkste identificatiegegevens van de student en de opleiding worden weergegeven. Voor bijkomende informatie is een diplomasupplement voorzien waarbij de inhoud ook vast ligt bij Besluit van de Vlaamse regering. Daarnaast kunnen creditbewijzen/getuigschriften worden afgeleverd voor studenten die geslaagd zijn voor een examen/opleiding waarvoor geen diploma wordt uitgereikt. Gebruikte onderwijstaal Op een diploma/getuigschrift vind je de volledige benaming van een opleiding terug. Deze benaming bestaat uit verschillende componenten: Graad: bachelor, master, postgraduaat,... Kwalificatie: in de Biologie, in de Pedagogische Wetenschappen,... Specificatie, wanneer er een toevoeging is aan de naam: of arts, of science, of laws, of medicine die bij decreet werd vastgelegd. Tot slot kan ook nog de formele beroepstitel worden vermeld: ingenieur, arts (ook decretaal bepaald). De onderwijstaal in Vlaamse universiteiten is in principe het Nederlands. In de bachelor en de master kan eventueel voor een bepaald percentage van de Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 18 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 18

19 Doelstellingen van de opleiding Leerresultaten van de opleiding Specifiek opleidingstraject voor werkstudenten Bijzondere vooropleidingsvereisten studiedelen een andere taal worden gebruikt. (zie structuurdecreet voor meer informatie hierover) De inhoud en doelstellingen van een opleiding staan beschreven bij de richtlijnen voor de opbouw van opleidingen (decretale minimumvereisten). Specifieke eindtermen en doelstellingen kunnen tot het niveau van profiel en minor worden geformuleerd. (zie ook kwaliteitszorg) De leerresultaten van een opleiding zijn gekoppeld aan de DLR (domeinsspecifieke leerresultaten). Leerresultaten beschrijven de kennis, vaardigheden, attitudes, algemene competenties die de student dient te verwerven (en verworven te hebben - zie toetsbeleid). Ze geven aan wat een afgestudeerde student allemaal kan na het met goed gevolg afwerken van een opleiding. (te vergelijken met de vroegere doelstellingen van een opleiding, met leerresultaten wordt ook de manier waarop en de mate waarin de leerresultaten worden bereikt bedoeld) Het studietraject "werken en studeren" is bedoeld voor studenten die door een voltijdse baan (of een gelijkwaardige activiteit), niet aan de normale dagcolleges kunnen deelnemen. In uitzonderlijke gevallen kunnen ook werkzoekenden tot dit traject toegelaten worden. Het tijdstip en de aard van de invulling van de werkvormen verschillen van de reguliere studietrajecten. Deze trajecten zijn inhoudelijk identiek aan die van de dagstudenten. Hierdoor wordt een identiek diploma uitgereikt als dat van een dagstudent. Hier wordt aangegeven of er voor de opleiding een toelatingsexamen vereist is. Eventuele wijzigingen aan opleidingsfiches moeten worden voorgelegd aan de Onderwijsraad en worden goedgekeurd door het Bestuurscollege. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 19 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 19

20 3. Richtlijnen voor het opbouwen van de structuur binnen de opleiding In CALI wordt de structuur binnen de opleiding zichtbaar gemaakt via het plan enerzijds, en via de bijhorende afstudeervereisten anderzijds. Het plan is het formele traject dat de student afwerkt om het diploma te verwerven. De afstudeervereisten leggen de regels tot afstuderen vast voor een specifiek plan binnen een bepaald programma. Studenten kunnen aan deze regels voldoen door in te schrijven voor studieactiviteiten (= de jaarlijkse inroostering van de studiedelen) en resultaten te verwerven voor de studiedelen die binnen de vereisten worden gehanteerd. Voor elk van volgende trajecten wordt een specifiek plan gecreëerd: Generiek/basisprogramma (dit wordt in CALI het standaardplan genoemd) Traject met studieduurverkorting Afstudeerrichting Minor Profiel Of elke combinatie van bovenstaande(n) (bovenstaande kunnen naast elkaar worden opgebouwd, een combinatie van beide in elkaar is niet mogelijk, bvb. een afstudeerrichting in een minor is niet mogelijk) Het betreft in feite elke doorstroom/-uitstroommogelijkheid van een opleiding. Het kan een meerwaarde zijn om naast specifieke doorstroom/-uitstroomplannen, een extra generiek plan te creëren, een zogenaamd startplan, en wel in volgende situatie. Stel dat in een bepaalde opleiding gestart wordt vanuit een gemeenschappelijk programma, terwijl de keuze afstudeerrichting/profiel/minor pas hogerop in het programma aan bod komt. Bijvoorbeeld, binnen een bepaalde bacheloropleiding zijn de eerste 120 studiepunten gemeenschappelijk te volgen, slechts voor de laatste 60 studiepunten van het traject maakt de student een keuze tussen een van vier afstudeerrichtingen. In deze situatie is het aangeraden een startplan te maken met de inhoud van de eerste 120 studiepunten van het traject, en daarnaast een extra plan voor elk van de vier afstudeerrichtingen. Er zullen tevens lege plannen gecreëerd worden voor loopbanen/programma s zonder afgelijnd studietraject, bv. voor de creditcontracten en voor uitwisselingsprogramma s. Het keuze-aanbod binnen een opleiding dient niet oneindig te zijn. De lijst van keuzevakken hoeft niet langer te zijn dan de rest van de opleiding. Relevante keuzevakken kunnen de studenten een andere en bredere dimensie brengen. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 20 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 20

21 3.1. Opbouw van een afstudeerrichting Een afstudeerrichting is een specialisatie binnen een opleiding die wordt opgenomen in het Hoger Onderwijsregister (HOR) en die ook vermeld staat op het diploma. Indien afstudeerrichtingen worden aangeboden moeten deze onderling minimaal 30 SP verschillen. De stage kan voor differentiatie in aanmerking worden genomen indien duidelijk blijkt dat de student per afstudeerrichting andere doelstellingen en leerresultaten verwerft. Voor de differentiatie tussen twee of meer afstudeerrichtingen binnen de master mogen maximaal 3 SP van de masterproef in aanmerking worden genomen. De inrichting van een nieuwe afstudeerrichting of de naamswijziging van een bestaande afstudeerrichting dient via een specifieke VLUHR/VLIR-procedure aangevraagd en door de Vlaamse regering goedgekeurd te worden Opbouw van een minor De minor is VUB-gebonden en vormt een groepering/ blok van studiedelen die de essentie van een andere dan de eigen opleiding belicht. In deze zin biedt de minor een verbreding buiten het eigen vakgebied aan (mogelijk in zowel de bachelor als de meerjarige master). Een minor staat vermeld op het diplomasupplement. Indien de minor op bachelorniveau wordt gesitueerd laat hij toe dat de student zich relatief gemakkelijk kan heroriënteren naar een andere (initiële) master waarop de aangeboden minor aansluit en eventueel naar de bacheloropleiding(en) waaruit de minor werd gelicht. Wanneer de minor wordt aangeboden op het masterniveau, dan wordt de verbreding buiten het eigen vakgebied aangetoond, maar is een heroriëntering naar een andere master ondergeschikt aan het verwerven van bekwaamheden die als een zinvolle aanvulling aan het generieke traject worden ervaren. Om de eigenheid van de feitelijke opleiding te bewaren, kan een minor enkel in een meerjarige masteropleiding worden aangeboden. De studiedelen die samen de minor vormen, zowel in een bachelor- als in een masteropleiding, behoren tot een andere bachelor- of masteropleiding. Een minor wordt aanvaard vanaf een omvang van 24 SP. Hij mag in de bachelor het maximum van 60 SP en in de meerjarige master het maximum van 30 SP niet overschrijden, anders wordt de relevantie van de eigen opleiding te veel in vraag gesteld. Het is aangewezen dat de minor in alle opleidingen waarin hij voorkomt dezelfde omvang heeft en dus ook uit hetzelfde aantal studiedelen bestaat wat het opmaken en onderhouden van de studiedeellijsten vergemakkelijkt Opbouw van een profiel Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 21 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 21

22 Een profiel is de weergave van een samenhangend geheel van studiedelen van ten minste 9 SP met als doel te komen tot een bepaald niveau van specialisatie binnen de opleiding. Het profiel is VUB-gebonden en heeft geen opgelegd maximum aantal SP. Het profiel wordt vermeld op het diplomasupplement Adviezen bij de opbouw van een opleiding voor werkstudenten Een opleiding voor werkstudenten hoeft geen exacte kopie te zijn van de opleiding voor dagstudenten. Ga bij de opbouw van een opleiding voor werkstudenten na welk soort werkstudenten je aantrekt zodat je de opleiding kunt afstemmen op de verschillende doelgroepen. Beperk ook het keuzeaanbod bij de opbouw van een opleiding voor werkstudenten. Vier afstudeerrichtingen met telkens twee studenten zijn moeilijk om te beheren. Zorg in de eerste plaats voor kwaliteit en een eenduidig programma aangepast aan het profiel van de werkstudent. Een opleiding voor werkstudenten wordt meestal niet voltijds gevolgd, zorg voor vakken die samenhangen zodat ze binnen eenzelfde jaar een relevant cluster van vakken kunnen volgen. Om de studiedruk te verlagen kan ook de masterproef opgesplitst worden. Bij het gebruik van de werkvormen in een opleiding voor werkstudenten, loont het zeker de moeite om ook te kijken naar de mogelijkheden van blended learning, waarbij je naast een syntheseles of hoorcollege ook digitaal in contact komt met de studenten. Indien de opleiding niet gevolgd wordt met het oog op het behalen van een diploma, door bijvoorbeeld interessestudenten, kan het de moeite zijn om na te denken over andere aanbodvormen (lezingen, permanente vormingen, summer university, ) Tot slot kan het ook voordelig zijn om samen te werken met andere opleidingen, denk bijvoorbeeld ook aan de mogelijkheden van een brede bachelor, met generieke trajecten, modulaire trajecten, Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 22 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 22

23 4. Richtlijnen voor de opbouw van studiedelen Decretaal wordt een opleidingsonderdeel gedefinieerd als een afgebakend geheel van onderwijs, leer- en evaluatieactiviteiten dat gericht is op het verwerven van welomschreven competenties betreffende kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes Studiedeel In de nomenclatuur van het nieuwe studenteninformatiesysteem CALI wordt een opleidingsonderdeel gelijkgesteld met de term studiedeel. Een studiedeel hangt nauw samen met de begrippen Aanbieding, Onderdeel en Studieactiviteit. Een studiedeel bevat (enkel) basisinformatie van een vak. Hier wordt in hoofdorde gekoppeld met: De titel Studiepunten Totale studietijd Een studiedeel krijgt één titel, die geldt in alle opleidingen waarin het studiedeel wordt aangeboden. De titel van het studiedeel is in principe opgesteld in de onderwijstaal waarin het wordt gedoceerd. Wanneer een wijziging van de leerresultaten en/of van de omvang, uitgedrukt in studiepunten, van het studiedeel wordt doorgevoerd, kan dit aanleiding geven tot een wijziging van de titel. (de titel bevat maximaal 100 karaktersanders niet afdrukbaar op diplomasupplement) De aanduiding van de omvang van een studiedeel wordt uitgedrukt in studiepunten en is het resultaat van de omzetting van de studietijd. Decretaal stemt 1 studiepunt (SP) overeen met 25 à 30 uren studietijd. Decretaal kan de omvang van een studiedeel/opleidingsonderdeel niet kleiner zijn dan 3 SP. De aanduiding in uren van de begrote tijd die een normstudent nodig heeft om de onderwijs- en studieactiviteiten verbonden aan een studiedeel te verwerken. De studietijd is het gevolg van de verrekening van de uren HOC, WPO en ZELF volgens het coëfficiëntensysteem opgenomen in het vigerende onderwijsreglement (zie werkvormen). Studietijd definieert de Vlaamse Regering als volgt: De in uren weergegeven tijd die van de normstudent gevergd wordt voor de onderwijs- en Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 23 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 23

24 studieactiviteiten van een opleidingsprogramma of een deel ervan. (B. Vl. R , art. 1, 9 ) De normstudent is: De student die alle kenmerken inzake voorkennis, begaafdheid, motivatie en studiehabitus vertoont van de doelgroep waarop de programmering van een opleiding is gericht. (B. Vl. R , art. 1, 8 ) Tweede zittijd Onderwijstaal De aanduiding dat gezien de aard van het betreffende studiedeel niet voorzien wordt in een tweede zittijd, bv. bij een stage. De aanduiding van de taal of van de talen waarin het studiedeel wordt gedoceerd. De inrichting van de studiedelen gedoceerd in een andere taal dan het Nederlands moet gebeuren conform de bepalingen van art. 91 van het structuurdecreet van 4/4/2003, waarbij de verhouding met de studiedelen gedoceerd in het Nederlands moet bewaakt worden. Interuniversitair Het betreft de aanduiding dat het studiedeel interuniversitair wordt georganiseerd of kadert binnen een opleiding onder samenwerkingsakkoord. Aan een studiedeel wordt een specifieke status toegekend: niet onder samenwerkingsakkoord, onder interuniversitair akkoord m.b.t. opleiding, onder uitwisselingsakkoord m.b.t. studiedelen, onder Erasmusakkoord, onder akkoord trainingsprogramma. De bedoeling hiervan is om een studiedeel een label te kunnen meegeven dat als informatief signaal dient voor ontlening door andere faculteiten enerzijds, en voor inschrijving door studenten anderzijds. Tentamen Uitdovend studiedeel De aanduiding dat, in het geval het een jaarstudiedeel betreft, er voorzien wordt in het afleggen van een tentamen. In principe komt een tentamen enkel voor in eerste bachelor, maar het kan ook in een verkorte bachelor, voorbereidings- of schakelprogramma voorkomen. Dit label wordt gebruikt wanneer beslist wordt om een studiedeel niet langer in te richten, en het nog één academiejaar inschrijvingsmogelijkheid zal bieden voor bissers. Ontlenende faculteiten/opleidingen moeten als gevolg hiervan het nodige ondernemen om de curricula Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 24 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 24

25 hieraan aan te passen. Er kunnen indien gewenst onderwerpen worden aangeduid: Onderwerpen Onderwerpen zijn thema s die binnen een studiedeel studiedeel kunnen gelden. Indien ze een invloed hebben op het verdere verloop/ de volgtijdelijkheid van het studietraject of indien ze in het studierooster verduidelijking kunnen bieden, is het nuttig deze te voorzien. Bv. bachelorpaper-onderwerp A geeft toegang tot masterminor A, bachelorpaper-onderwerp B geeft toegang tot master-minor B, enz. Hierdoor is het niet nodig om voor de onderwerpen telkens aparte studiedelen aan te maken om dergelijke koppeling te kunnen maken. Voor elk studiedeel wordt een studiedeelfiche opgemaakt waarin formele en inhoudelijke gegevens worden opgenomen. De invulling en eventuele wijzigingen aan studiedeelfiches worden jaarlijks, voor aanvang van het academiejaar, goedgekeurd door de bevoegde facultaire instanties Aanbieding Elk studiedeel heeft in CALI een of meerdere aanbiedingen. De aanbieding specificeert de wijze van aanbieden van het studiedeel. Er kan voor een studiedeel meer dan één aanbieding ingericht worden indien er een specifieke (andere) manier van aanbieden (lespraktijk) is voor een welbepaalde doelgroep. Voor de werkstudenten zal bijvoorbeeld steeds een afzonderlijke aanbieding ingericht worden (en dus géén afzonderlijk studiedeel!). Op het niveau van de aanbieding worden gekoppeld: Studiegidsnummer Onderwijsgroep (~studiegebied) Vakgebied Het studiegidsnummer vormt een van de belangrijkste zoekmechanismen voor het onderwijsaanbod. Het bestaat uit tien karakters/posities, waarbij - positie 1: aanduiding opleidingsniveau (cfr. supra) - positie 2 tem. 7: sequentiële nummering, wordt op automatische wijze ingevuld - positie 8: niveau (cfr. infra) - positie 9: examencontract (cfr. infra) - positie 10: werkstudenten (cfr. infra) Deze aanduiding geeft het studiegebied weer (uit een gedefinieerde lijst) waartoe dit studiedeel behoort. Aan elk studiedeel wordt een vakgebied gekoppeld. De vakgebieden zijn de gebieden waarin onderwijs wordt Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 25 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 25

26 aangeboden binnen de academische organisatie en vormen in feite een subject list of themalijst. Het is een van de belangrijkste zoekfuncties voor studenten binnen CALI én voor de koppeling van studiedelen/studieactiviteiten. Faculteit (of DOCBE of IDLO) en vakgroep verantwoordelijk voor het onderwijs Loopbaan (waaraan in hoofdorde verbonden, niet uitsluitend) Semester De aanduiding van de faculteit (in CALI wordt dit de organisatie genoemd), en binnen die faculteit de vakgroep die verantwoordelijk is voor de inrichting van het studiedeel. In het geval een studiedeel uit een opleiding wordt ontleend blijft de aanduiding van faculteit en vakgroep die verantwoordelijk is voor de inrichting ervan, ongewijzigd. De aanduiding van het type opleiding waartoe het studiedeel in hoofdorde behoort. Worden onderscheiden: - Bachelor - Schakelprogramma - Voorbereidingsprogramma - Master - Master-na-master - Specifieke lerarenopleiding - Doctoraat (incl. doctoraatsopleiding) - Postgraduaat - Permanente vorming De loopbaan wordt aangegeven op plaats 1 van het studiegidsnummer. De aanduiding dat het studiedeel in het eerste of tweede semester wordt ingericht, dan wel dat het over het ganse academiejaar wordt ingericht. Inschrijvingsvereisten (oa. volgtijdelijkheid maar bv. ook statuut werkstudent vereist ) : de volgtijdelijkheid/inschrijvingsvereisten zullen per aanbieding ingericht (moeten) worden. Dit laat differentiatie toe waar gewenst. Er is wel hergebruik van regels mogelijk. Zo is er bepaald dat enkel werkstudenten in activiteiten behorend tot aanbiedingen voor werkstudenten terecht kunnen, maar geen reguliere studenten. Voor elke aanbieding wordt tevens een studiegidsnummer bepaald (~code). De codering van vakken gebeurt dus niet op het studiedeelniveau, maar op het niveau van een aanbieding. (Een aanbieding voor werkstudenten heeft dus steeds een ander studiegidsnummer dan de basisaanbieding.) Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 26 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 26

27 plaats 1: opleidingsniveau 1 = bachelor 2 = schakelprogramma 3 = voorbereidingsprogramma 4 = master 5 = specifieke lerarenopleiding 6 = master-na-master 7 = doctoraatsopleiding 8 = postgraduaat 9 = permanente vorming plaats 2, 3, 4, 5, 6, 7: sequentiële nummering Het gaat om een uniek nummer, dat automatisch toegekend zal worden. plaats 8: niveau Niveau Deze aanduiding typeert het studiedeel in functie van de inhoud en de vereiste voorkennis. Het niveau kan dus gehanteerd worden om de volgtijdelijkheid van de opleiding op te bouwen. Het niveau van een studiedeel wordt aangegeven op plaats 8 van het studiegidsnummer. Volgende niveaus worden gehanteerd: Niveau A Inleidend in een Bachelor-opleiding: het betreft studiedelen die volgens het modeltraject normaal in het eerste jaar van de bachelor gevolgd worden, en waarvoor enkel de aanvangscompetenties vereist zijn die onderdeel uitmaken van de algemene toelatingsvoorwaarden tot de bachelor (de leerresultaten van het hoger secundair onderwijs); indien een studiedeel, dat volgens Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 27 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 27

28 het modeltraject voorzien wordt in het eerste jaar van de bachelor, in twee subdelen wordt opgesplitst (spreiding van een studiedeel over twee semesters) dan kunnen beide studiedelen beschouwd worden als inleidend; na het eerste jaar van het modeltraject kunnen ook inleidende studiedelen verschijnen. In dat geval mag er geen enkele specifieke pre- of corequisite opgelegd worden. Er kan wel een algemeen niveau van rijpheid opgelegd worden. Dit niveau wordt uitgedrukt in een reeds verworven aantal studiepunten; deze studiedelen kunnen toegankelijk zijn voor studenten uit verschillende opleidingen. Niveau B Verdiepend in een Bachelor-opleiding: het betreft studiedelen die volgens het modeltraject in principe behoren tot het programma van het tweede jaar van de bachelor; meestal sluiten deze studiedelen aan bij inleidende studiedelen of zijn er duidelijke volgtijdelijkheidsregels bepaald aan de hand van studiedelen uit het eerste of tweede jaar van het modeltraject van de bachelor; in dit niveau wordt de sequentie waarin de studiedelen moeten gevolgd worden bepaald door de aanduidingen t.a.v. volgtijdelijkheidsregels; deze studiedelen zijn meestal enkel toegankelijk voor studenten uit aanverwante opleidingen of voor studenten die reeds een behoorlijk pakket (omvang te bepalen) studiedelen volgden afkomstig uit het vakgebied waar dit studiedeel inhoudelijk toe behoort. Niveau C Gespecialiseerd in een Bacheloropleiding: het betreft studiedelen die volgens het modeltraject in principe Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 28 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 28

29 behoren tot het derde jaar van de bachelor; deze studiedelen sluiten aan bij verdiepende studiedelen en hebben de volgtijdelijkheidsregels die behoren tot deze groep; deze studiedelen zijn meestal enkel toegankelijk voor studenten uit nauw aanverwante opleidingen. Niveau D Inleidend in een Master-opleiding: Een masteropleiding met een brede instroom of een tweejarige master kan inleidende en verdiepende studiedelen omvatten. Het niveau van inleidend en verdiepend is hier niet gelijk aan de invulling ervan die wordt gehanteerd op het bachelorniveau. Er moet uitgegaan worden van een niveau van aanvangscompetenties dat gelijk is aan de leerresultaten van een bachelor. Indien hier volgtijdelijkheidsregels gebruikt worden, verwijzen deze naar studiedelen uit de bacheloropleiding. Niveau E Verdiepend in een Master-opleiding: in dit niveau wordt de sequentie waarin de studiedelen moeten gevolgd worden bepaald door de aanduidingen t.a.v. volgtijdelijkheidsregels. Niveau F Gespecialiseerd in een Master-opleiding: deze studiedelen sluiten aan bij verdiepende studiedelen en hebben de volgtijdelijkheidsregels die behoren tot deze groep. Niveau G Inleidend op postgraduaatniveau Niveau H Verdiepend op postgraduaatniveau Niveau I Gespecialiseerd op postgraduaatniveau Niveau J Inleidend op niveau permanente vorming Niveau K Verdiepend op niveau permanente vorming Niveau L Gespecialiseerd op niveau permanente vorming plaats 9: examencontract Examencontract De aanduiding dat de aanbieding al dan niet openstaat voor inschrijving onder examencontract. Decretaal moet de weigering om het studiedeel via examencontract te kunnen volgen gemotiveerd worden. De waarde op plaats 9 van het studiegidsnummer geeft aan of het studiedeel wel (E) of niet (N) onder Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 29 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 29

30 examencontract kan worden gevolgd. plaats 10: werkstudenten Werkstudenten Staat deze aanbieding uitsluitend open voor werkstudenten ja/nee? Het onderwijsaanbod voor werkstudenten wordt opgebouwd vanuit een verschil in lesactiviteiten, en dus gebeurt op niveau van de aanbieding een aanduiding dat deze openstaat voor werkstudenten (via studiegidsnummer). W = aanbieding uitsluitend voor werkstudenten R = aanbieding voor reguliere studenten (en is eveneens voor werkstudenten toegankelijk) Het studiegidsnummer vormt (naast het vakgebied) een van de belangrijkste zoekmechanismen voor het onderwijsaanbod. Verder kunnen ook andere mechanismen binnen het systeem, zoals de inschrijvingsvereisten en de afstudeervereisten, gebruik maken van het studiegidsnummer. Om al deze redenen werd voor een betekenisvolle invulling van het studiegidsnummer gekozen Inhoudelijke kenmerken van studiedelen Naast de formele aspecten van de studiedeelfiche, wordt er eveneens informatie verstrekt omtrent een aantal inhoudelijke aspecten. De inhoudelijke beschrijving wordt door de titularis ingevuld en jaarlijks door de faculteitsraad goedgekeurd. Tabel 10. Inhoudelijke aspecten van de studiedeelfiche. Leerresultaten De beschrijving van wat verwacht wordt dat het studiedeel de student in het geheel van zijn opleidingscurriculum heeft bijgebracht. Voor het formuleren van leerresultaten werd een werkdocument opgesteld door de Cel Kwaliteitszorg en Onderwijsinnovatie, met onder meer volgende gegevens van de leerresultaten: Omschrijving Soorten leerresultaten Componenten van een concreet leerresultaat Do s & Don ts Competentiegericht leren in flexibel onderwijs Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 30 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 30

31 Leerresultaten formuleren: stappenplan (meer informatie zie werkdocument leerresultaten formuleren op studiedeelniveau (2012)) Inhoud Studiemateriaal Template studiedeelopdrachten AANDACHTSPUNTEN Neem geen leeractiviteit in de leerresultaten op; enkel het verwachte eindresultaat is hier belangrijk. Duid in een leerresultaat slechts één beheersingsniveau aan. Geef in een leerresultaat het hoogste beheersingsniveau weer. Combineer inhouden van dezelfde categorie en niveau als ze verband houden met elkaar en betrekking hebben op hetzelfde beheersingsniveau. Formuleer leerresultaten in positieve zin. Plaats leerresultaten in een doordachte volgorde. Bondige omschrijving (200-tal woorden) Een beschrijving van het verplichte en het aanvullende studiemateriaal. Bv. boeken, readers, artikels, beeld- of audiomateriaal, databanken, De template moet duidelijk maken hoe de evaluatie van het studiedeel gebeurt. Er moet hierbij rekening gehouden worden met volgende aspecten: - HOE wordt er geëvalueerd? Mondeling, schriftelijk, praktijk, andere, bachelorproef, masterproef. - WAT is de verdeelsleutel? Aantal punten per deelaspect (bv. 1/4 voor paper, 3/4 voor meerkeuzeexamen) Vermelding van de examenvormen: - Mondeling - Schriftelijk - Praktijk - Andere - Masterproef - Bachelorproef Aanvullende informatie m.b.t. examinering Het betreft de informatie omtrent examineren, voor zover het gaat om (tekstuele) aanvullende informatie ten opzichte van de template studiedeelopdrachten. Dit tekstblok heeft de bedoeling enkel informatie te voorzien die aanvullend is ten opzichte van de beoordelingstemplate. Als bepaalde informatie dubbel wordt opgenomen (én in dit tekstblok én in de beoordelingstemplate) of behouden blijft, is er ook Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 31 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 31

32 dubbel onderhoud nodig én bestaat er een kans op verschillen en dus verkeerde informatie. Gezien het risico op klachten vanwege studenten, is het uiterst belangrijk hierover te waken. Bijkomende informatie (!) Alles over normering (evalueren) MOET ook in het desbetreffende Nederlandstalige veld staan (taal van de onderwijsinstelling), zelfs bij een studiedeel dat volledig in een andere taal dan het Nederlands wordt gedoceerd. Dit is noodzakelijk om interne en externe beroepsprocedures te vermijden. Een veld waarin de titularis bijkomende informatie kan opnemen die niet meteen onder een van de onderscheiden rubrieken kan worden gepubliceerd. Decretaal is voorzien in de mogelijkheid dat de student op zijn verzoek in het bezit wordt gesteld van de Engelse vertaling van het studiebekrachtigingsdocument dat hem in het Nederlands werd uitgereikt. Dit impliceert dat de volledige studiedeelfiche ook in het Engels moet beschikbaar zijn. Elke stemgerechtigde titularis moet zorgen voor een vertaling. Naast de studiebekrachtigingsdocumenten zal deze informatie ook worden weergegeven bij de publicatie van de studiedeelfiches en programma s via de VUB-website. De beschikbaarheid van deze Engelstalige informatie is ook relevant in het kader van het bekomen van het Europese ECTS-label Nieuw studiedeel versus nieuwe aanbieding Telkens wanneer men een variant van een bestaand studiedeel wil creëren, zal afgewogen moeten worden of dit binnen CaLi ingericht moet worden (1) als een nieuw studiedeel of (2) als extra aanbieding van het bestaande studiedeel. De afweging tussen het aanmaken van een nieuw studiedeel of van een nieuwe aanbieding gebeurt op basis van volgende criteria: Nieuw Studiedeel: - verschil in studiepunten is steeds nieuw studiedeel: studiepunten worden immers op het niveau van het studiedeel gekoppeld. In een volgende stap moet afgewogen worden of een nieuwe titel of een aanpassing van de titel vereist is. Het lijkt ook logisch dat een verschil in studiepunten tot een verschil in leerresultaten leidt, en dus een gewijzigde titel met zich meebrengt. Dit kan een volledig andere titel betekenen, maar eventueel ook een minder drastische wijziging door een verduidelijking, een accent, een nuance aan te brengen. - verschil in titel wenselijk is nieuw studiedeel, want de omschrijvingen worden op studiedeelniveau gekoppeld. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 32 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 32

33 - verschil in inhoud en leerresultaten is nieuw studiedeel. De beschrijving van de leerresultaten gebeurt in de studiedeelfiche, die aan een studiedeel gekoppeld is. Nieuwe aanbieding: - enkel een verschil is in de lespraktijk, maar het aantal studiepunten en de leerresultaten zijn gelijk extra aanbieding. Indien de contacturen anders zijn voor de onderdelen van de tweede aanbieding, kan dit op studieactiviteitniveau aangepast worden via gekoppelde studieactiviteiten. - indien er geen verschil is in studiepunten, noch in inhoud en leerresultaten, maar het vak wordt aangeboden in het eerste semester en nogmaals identiek in het tweede semester extra aanbieding want de semesterindeling wordt op aanbiedingsniveau gekoppeld. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 33 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 33

34 5. Richtlijnen voor het begroten van studiepunten 5.1. Studietijdberekening Studiepunten worden berekend op basis van het aantal contacturen onderwijs- en studieactiviteiten. Deze worden via een omzettingstabel (coëfficiëntensysteem) omgezet in studietijd die een modale student nodig heeft om het studiedeel te beheersen. Volgende werkvormen worden gehanteerd. HOC Een hoorcollege (HOC) is een werkvorm waarin de docent samen met haar/zijn studenten op een gestructureerde manier (domeinspecifieke) leerinhouden behandelt. Dit met als doel de studenten onder andere kennis en inzicht in de leerinhoud te laten verwerven, alsook hen in staat te stellen hoofd- en bijzaken te onderscheiden. Hoorcolleges zijn geschikt om in plenaire vorm met grotere groepen te organiseren. Mondelinge uiteenzettingen van de docent worden idealiter afgewisseld met (inter)actieve elementen waarbij de studenten actief bezig zijn met het verwerken en toepassen van de leerinhoud. Voorbeelden van (inter)actieve elementen zijn: het stellen van vragen, het inventariseren van meningen en het bediscussiëren van stellingen of voorbeelden. Een hoorcollege kan elektronisch aangeboden worden via op voorhand opgenomen les(fragmenten) of via videoconferencing (teleclassing). WPO Werkcolleges, practica en oefeningen (WPO) zijn werkvormen waarin studenten actief aan de slag gaan met theoretische alsook praktische leertaken. De docent/assistent fungeert als begeleider die de studenten gericht ondersteunt, motiveert en feedback geeft. De studenten kunnen -individueel en/of in samenwerking met anderen- oefenen, inzichten verwerven en vaardigheden ontwikkelen door o.a. door het oplossen van problemen (al dan niet vanuit de praktijk), door het leren werken in nieuwe situaties, door terreinwerk, etc. ZELF Zelfstudie en externe werkvormen (ZELF) is een werkvorm waarbij de nadruk wordt gelegd op contactonafhankelijke activiteiten waar de student hoofdzakelijk zelfstandig inzicht verwerft, oefent, vaardigheden ontwikkelt en toepast. Dit kan gebeuren door activiteiten uit te voeren in reële situaties, meestal buiten de campus (bv. stages) of door eigen activiteiten op te zetten (bv. masterproef). De docent/assistent ondersteunt de student en begeleidt haar/hem. Voor HOC en WPO is er een vork voorzien waarbinnen de omzettingscoëfficient kan variëren. Onderstaande tabel (tabel 11) geeft de berekening van de studietijd weer per werkvorm. De berekening is verschillend naargelang het gaat om een bacheloropleiding of een masteropleiding. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 34 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 34

35 Een coëfficiënt 1 betekent dat er geen of zeer weinig voorbereidingstijd wordt verwacht. En ook achteraf wordt er geen extra inspanning verwacht van de student. Een coëfficiënt 4 betekent dat er een grote inspanning van de student wordt verwacht ter voorbereiding van de werkvorm en/of bij de verwerking ervan. Tabel 11. VUB Coëfficiëntensysteem studietijdberekening. Activiteitsvormen: bachelor master HOC (hoorcolleges) WPO (werkcollege, practica en oefeningen) ZELF (zelfstandige en Reëel aantal uren studietijd: (factor) 1 externe werkvormen) Om de (hierboven berekende) studietijd, om te zetten naar studiepunten, maken we gebruik van deze omzettingstabel (tabel 12) gebaseerd op de decretale grenswaarden. Tabel 12. Omzettingstabel volgens decreet (basisfactor laag 25ST per studiepunt, basisfactor hoog 30ST per studiepunt). SP ST (laag) ST (hoog) Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 35 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 35

36 Concreet ziet de studiepuntenberekening er dus als volgt uit. SP staat voor studiepunten, ST voor studietijd en HOC, WPO en ZELF voor de werkvormen. De tabel geeft de waarden van drie studiedelen weer. Tabel 13. Voorbeeld begroten van studietijd. SP ST HOC WPO ZELF SD SD SD Het eerste studiedeel (SD 1) bestaat uit 39 uur hoorcollege en 26 uur practica. Voor de omzetting van HOC gebruiken we factor 3 (de gemiddelde zwaarte van een bachelorstudiedeel zie tabel 11) en voor de omzetting van de WPO 26 gebruiken we factor 2 (komt overeen met een gemiddeld WPO). De studietijd ziet er dus als volgt uit: SD 1: (39 x 3) + (26 x 2) = 169 SD 2: (24 x 3) + 15 (reëel aantal uren) = 87 SD 3: 120 (reëel aantal uren) = 120 De studietijd wordt dan omgezet naar studiepunten door gebruik te maken van tabel 12: SD 1: 169 ST 6SP SD 2: 87 ST 3SP SD 3: 120 ST 4 SP In uitzonderlijke gevallen kan het gebeuren dat de flexibele coëfficiënt niet bruikbaar is om de reële studietijd en studiepunten weer te geven. Deze motivatie moet opgenomen worden in de OWR-format voor programmawijzigingen én in de studiedeelfiche Richtlijnen voor studiepunten van niet-vub-studiedelen Wanneer er gewerkt wordt met partnerinstellingen moeten we rekening houden met een ander gebruik van studiepuntenbepalingen. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 36 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 36

37 In partnerinstellingen (bijvoorbeeld de ULB) wordt er ook gewerkt met 2SP (in sommige instellingen ook 1SP). Terwijl wij decretaal gebonden zijn aan het gebruik van minimaal 3SP per studiedeel. Dit hoeft echter geen grote problemen op te leveren aangezien alle SP in Europa gekoppeld zijn aan het ECTS (European Credit Transfer System). Bij de omzetting van studiepunten van partnerinstellingen wordt gekeken naar het aantal credits dat een partnerinstelling daadwerkelijk toekent aan een studiedeel. Concreet voor de databank betekent dit dat er aan externe studiedelen een waarde van minder dan 3SP kan worden gekoppeld (Let op: alleen mogelijk voor externe studiedelen). De VUBadministratie zal dan ook het werkelijke aantal studiepunten overnemen. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 37 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 37

38 6. Het hanteren van regels van volgtijdelijkheid. Het curriculum van een opleiding wordt logisch opgebouwd volgens progressief na te streven leerresultaten met een duidelijke inhoudelijke volgtijdelijkheid.. Deze volgtijdelijkheid is een noodzaak voor de inhoudelijke en administratieve studietrajectbegeleiding én voor de automatisering van het curriculum. In dit deel wordt ingegaan op de mogelijkheden binnen CALI om vorm te geven aan de regels van volgtijdelijkheid. Zoals in de inleiding aangegeven, kan een curriculum binnen dit nieuwe studentenadminstratiesysteem schottenloos worden opgebouwd. De inschrijvingsvereisten zijn in CALI voorwaarden die aan een aanbieding van een studiedeel gekoppeld kunnen worden. Een student moet hieraan voldoen alvorens hij/zij op een (studieactiviteit behorend bij de aanbieding van dit) studiedeel kan inschrijven. Het betreft in feite vakgebonden toelatingsvoorwaarden. Het mechanisme van de inschrijvingsvereisten biedt bovendien uitgebreidere mogelijkheden dan de volgtijdelijkheidsbepalingen die binnen Oma.Opa gehanteeerd werden. Naast pre- en corequisites bestaat immers ook de mogelijkheid om met niveaus te werken, een bepaald aantal verworven studiepunten op te leggen, de inschrijving in een specifiek programma/plan als vereist te stellen enz. Verder gebruiken we dit mechanisme ook om aanbiedingen die expliciet voor werkstudenten bedoeld zijn, enkel toegankelijk te maken voor studenten die als werkstudent geregistreerd staan. Een student staat als werkstudent geregistreerd als hij/zij naast een inschrijving in een opleidingsspecifiek programma en plan, ook ingeschreven staat in het plan werkstudent. We gebruiken hierbij een curriculumgegeven als persoonskenmerk, maar dit is de enige manier om bepaalde vakken/lessen enkel toegankelijk te maken voor werkstudenten. Bovendien voorkomt deze werkwijze een dubbele inrichting op het niveau van de studiedelen. Hoewel inschrijvingsvereisten gelinkt zijn aan een aanbieding van een studiedeel, bepalen ze de doorstroommogelijkheden van een gehele opleiding. Het is dan ook erg belangrijk de doorstroom in eerste instantie uit te tekenen voor het geheel van de opleiding (bachelor of master of ), en deze daarna te definiëren voor elk individueel studiedeel! Dit is namelijk de enige manier waarop ze ingevoerd kunnen worden binnen CALI. Men moet steeds goed voor ogen houden dat de aftoetsing van deze inschrijvingsvereisten binnen CALI volledig geautomatiseerd verloopt. Per aanbieding ligt vast wat de inschrijvingsvereisten zijn waardoor elke student die een inschrijving wil nemen op een (studieactiviteit behorend bij de aanbieding van dit) studiedeel aan deze regels onderworpen wordt. Het systeem zal de studenten uitsluiten voor inschrijving indien ze niet voldoen aan de gestelde voorwaarden. Er kunnen manueel afwijkingen toegestaan worden voor een individuele student, maar dit is een uitzonderingsmaatregel. In de eerste plaats moet ervoor Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 38 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 38

39 gezorgd worden dat elke doelgroep die een inschrijving nodig heeft voor een (studieactiviteit behorend bij de aanbieding van dit) studiedeel, afgedekt wordt binnen de vastgelegde inschrijvingsvereisten. Dit is een belangrijk aandachtspunt bij ontlening of hergebruik van basisstudiedelen in schakel- en voorbereidingsprogramma s! 6.1. Het hanteren van inschrijvingsvereisten Door het hanteren van inschrijvingsvereisten wordt de volgtijdelijkheid op het niveau van de aanbieding van studiedelen vastgelegd. De inschrijvingsvereisten bepalen zo de volgorde waarin de student zich kan inschrijven voor (studieactiviteiten behorend bij) aanbiedingen van studiedelen in functie van het al geslaagd zijn voor een of meerdere studiedelen. Het betreft in feite vakgebonden toelatingsvoorwaarden. Er kunnen verschillende soorten volgtijdelijkheid en combinaties ervan - worden gehanteerd: 1. Op basis van inhoud (pre- en corequisites) 2. Op basis van behaalde studiepunten (al dan niet op een bepaald niveau) 3. Op basis van een afgewerkte studiedeellijst 4. Op basis van een inschrijving in een bepaald programma of plan 5. Op basis van niveau Op basis van inhoud: De requisites vormen het belangrijkste instrument om de doorstroom van het studietraject te bepalen. Ze kunnen gehanteerd worden via soepele combinaties van en en of (groeperingen). We onderscheiden prerequisites en corequisites. Prerequisite: is een studiedeel waarvoor de student moet aantonen dat hij de competenties die eraan verbonden zijn op voldoende wijze beheerst vooraleer hij een ander studiedeel kan aanvatten. De student heeft voor een studiedeel een verworven credit behaald (minimaal 10/20 voor de studieactiviteit examen) of de student heeft voor een studiedeel een toegestane onvoldoende behaald die het voorwerp heeft uitgemaakt van een deliberatie waarbij de student werd geslaagd verklaard. Corequisite: is een studiedeel dat, indien nog niet verworven, gelijktijdig (in hetzelfde academiejaar) met een ander studiedeel gevolgd moet worden. Combinaties van pre- en corequisites: Er kunnen soepele combinaties gemaakt worden van pre-en corequisites door het gebruik van haakjes en van de connectoren EN en OF. Dergelijke combinaties geven heel wat mogelijkheden, maar men moet er wel over waken dat: de connectoren die binnen de haakjes gebruikt worden steeds dezelfde zijn, en bijgevolg dus ook de connectoren buiten de haakjes. Dus wel (V of W) en X en Y maar niet (V of W) en X of (Y en Z) ; er niet meerdere haakjes na elkaar gebruikt worden. Dus niet ((V of W) en X) of (Y en Z) maar wel wel (V en X) of (W en X) of (Y en Z). Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 39 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 39

40 Het strikte karakter van de requisites, en van de prerequisite in het bijzonder, vraagt om een doelbewust en spaarzaam gebruik ervan. Aangezien binnen het nieuwe studenteninformatiesysteem de requisites op een geautomatiseerde wijze zullen gehanteerd worden, moet men, naast het stellen van requisites voor elk individueel studiedeel, bijzondere aandacht hebben voor: het geheel van requisites over het programma en de plannen heen, zodat de doorlooptijd van het studietraject niet in het gedrang komt; binnen elk plan moet het geheel van requisites op elkaar afgestemd zijn en het geheel van alle plannen behorend bij één programma moet evenwichtig opgebouwd zijn bij het gebruik van requisites. Studenten kunnen per academiejaar niet inschrijven voor een aanbieding van een studiedeel waarvan het prerequisite nog niet werd verworven in het voorgaande academiejaar. Bij corequisites moeten de studenten zich in eenzelfde academiejaar voor beide (of meerdere) studiedelen ingschrijven. Het bepalen van equivalenten voor de gestelde volgtijdelijkheid in geval het studiedeel ontleend wordt door een andere (basis)opleiding. Er bestaan ook mogelijkheden om in de toekenning van de requisites als volgt rekening te houden met de niveaus (zie hieronder en pag. 19, tabel 10 ): Inleidend studiedeel op bachelorniveau: geen prerequisites mogelijk Inleidend studiedeel op bachelorniveau: eventueel corequisite mogelijk Verdiepend studiedeel op bachelorniveau: prerequisites mogelijk Verdiepend studiedeel op bachelorniveau: corequisites mogelijk Gespecialiseerd studiedeel: prerequisites wenselijk Gespecialiseerd studiedeel: corequisites mogelijk Voor de masterproef, stage of bachelorpaper kunnen steeds pre- en/of corequisites aangeduid worden. Ze bevinden zich meestal op een gespecialiseerd niveau, waarbij het gebruik van pre s en co s dan ook aan te raden is. Daarnaast is het belangrijk te weten dat voor masterproef, stage of papers ook gebruik gemaakt kan worden van volgtijdelijkheid op basis van behaalde studiepunten. Op basis van verworven studiepunten: Een inschrijvingsvereiste kan afdwingen dat X aantal studiepunten verworven moet zijn alvorens een inschrijving kan genomen worden op een (studieactiviteit behorend bij de aanbieding van) studiedeel A. Het aantal verworven studiepunten kan afgedwongen worden in het algemeen, of binnen een specifiek programma/plan. Op basis van een afgewerkte studiedeellijst. Een afgewerkte studiedeellijst (zie hieronder) kan als inschrijvingsvoorwaarde gelden voor een aanbieding van een studiedeel (het is echter raadzaam om dit enkel op gespecialiseerd niveau te doen). Deze maatregel kan gebruikt worden om bachelorpapers of masterproeven enkel toe te staan als de student voldoende voorkennis heeft. OPGELET: Hou er bij het gebruik van deze inschrijvingsvereiste rekening mee dat een vlotte doorstroom van het studietraject moet verzekerd worden. Een afgewerkte studiedeellijst kan enkel een inschrijvingsvereiste zijn voor een bepaald studiedeel, niet voor een studiedeellijst. Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 40 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 40

41 Op basis van een inschrijving in een bepaald programma of plan. Als (onderdeel van een) inschrijvingsvereiste kan gelden dat een student moet ingeschreven zijn in een specifiek programma of plan. Dit kan vooral handig zijn in geval van hergebruik van studiedelen uit een bacheloropleiding in een schakel-of voorbereidingsprogramma. Indien voor een aanbieding van een studiedeel uit een bacheloropleiding pre-of corequisites gelden, maar dezelfde aanbieding van dit studiedeel komt ook voor in het schakel- of voorbereidingsprogramma waarvan deze pre- en of corequisites geen deel uitmaken, kunnen deze inschrijvingsvereisten als volgt worden samengesteld: voldoen aan de pre-en/of corequisites OF ingeschreven zijn in schakelprogramma X of voorbereidingsprogramma Y. Op basis van niveau. Ook het niveau toegekend aan een studiedeel (inleidend, verdiepend gespecialiseerd per bachelor, master, postgraduaat, permanente vorming) kan worden gehanteerd (8 e karakter binnen het studiegidsnummer). Hierdoor kan binnen een inschrijvingsvereiste afgedwongen worden dat: - X aantal studiepunten van een bepaald niveau verworven moet zijn alvorens een inschrijving kan genomen worden op een (studieactiviteit behorend bij de aanbieding van) studiedeel A, - X aantal studiedelen van een bepaald niveau verworven moet zijn alvorens een inschrijving kan genomen worden op een (studieactiviteit behorend bij de aanbieding) van studiedeel A. Combinatie van bovenstaanden Elk van bovenstaande mogelijkheden kan op soepele wijze gecombineerd worden. De combinaties komen uiteindelijk onder één koepel te hangen die gekoppeld wordt aan de aanbieding van een studiedeel De brug tussen de onder- en de bovenstructuur: de vereisten Via de vereisten wordt een koppeling gelegd tussen - de bovenstructuur van het curriculum, met name een programma en een plan; - de onderstructuur van het curriculum, met name de studiedelen; - de resultaten van de individuele student. De vereisten worden binnen CALI beheerd binnen de module academic advisement : Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 41 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 41

42 Binnen de vereisten leggen we de regels tot afstuderen vast voor een specifiek plan binnen een bepaald programma. Vervolgens kunnen we meten of een student hieraan voldoet. Studenten kunnen aan deze regels voldoen door in te schrijven voor studieactiviteiten (= de jaarlijkse inroostering van de studiedelen) en resultaten te verwerven voor de studiedelen die binnen de vereisten worden gehanteerd. Academic advisement geeft dus een antwoord op de vragen: - aan welke eisen heeft de student voldaan/ moet de student nog voldoen? (= meten studievoortgang) - is een student klaar met zijn opleiding? (= goedkeuren afstuderen) Daarnaast kunnen we dankzij deze module ook antwoorden op de vraag: - waar staat een student voor als hij overstapt van plan A naar plan B? (= what if - rapportering) Binnen Oma.Opa zijn deze vereisten voor een stuk vergelijkbaar met de programmaopbouw binnen de onderwijsprogramma s. De grote verschillen zijn echter dat binnen CALI - niet met een indeling in studiejaren gewerkt wordt; - een soepelere opbouw mogelijk is; - een duidelijkere opbouw mogelijk is; - een duidelijke opbouw, met samenhang en definiëring op alle niveaus absoluut vereist is! De vereisten zullen binnen CALI namelijk niet alleen aan de student tonen welk inhoud hij/zij moet afwerken met het oog op het verwerven van een diploma, ze zullen ook geautomatiseerd afgetoetst worden met het oog op deliberatie en afstuderen. Deze aftoetsing kan maar gebeuren indien het absoluut duidelijk is wat de inhoud (voor het geheel en per cluster), de omvang (eveneens voor het geheel en per cluster) en de overige regels binnen deze vereisten zijn. Er wordt binnen de vereisten met diverse niveaus gewerkt: - de studiedeellijst: studiedeellijsten brengen studiedelen samen op vaste of variabele wijze. Er kan een vaste, afgelijnde oplijsting van studiedelen gemaakt worden, waarvoor dan binnen het vereisteniveau een regel kan ingesteld worden (bv. minimaal Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 42 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 42

43 x aantal studiepunten af te werken). Een variabele studiedeellijst kan ingesteld worden door gebruik te maken van jokertekens. Op die manier kan breder gewerkt worden zonder een volledige opsomming te moeten maken. - de vereisten: ze vormen een subniveau onder vereistengroep en bieden zo de mogelijkheid om deelverzamelingen van eisen te maken. Zo kunnen clusters gecreëerd worden om de samenhang/opbouw binnen een plan duidelijk te maken. Binnen deze clusters kunnen studiedelen en studiedeellijsten op diverse manieren samengebracht worden, en kan voor elk ervan een specifieke regel opgezet worden. - de vereistengroep: dit is het hoogste niveau. Het gaat hierbij om de volledige verzameling van eisen die leiden tot het voltooien van een bepaald plan en programma, en dus tot het verwerven van een specifiek diploma. Schematisch kan dit als volgt voorgesteld worden: Noteer tot slot nog dat vereisten en vereistengroepen kunnen opgezet worden voor algemeen gebruik binnen academic advisement, maar ook voor individuele studenten (indien zij afwijken van de algemene samenstelling) Het hanteren van studiedeellijsten De studiedeellijst is een containerbegrip. Het betreft een verzameling van studiedelen waarmee op het niveau van de vereiste verdere regels en voorwaarden gedefinieerd worden. De opbouw van studiedeellijsten kan op twee manieren gebeuren: - via een exhaustieve opsomming van studiedelen; - met behulp van jokertekens kan verwezen worden naar studiedelen binnen o een onderwijsgroep; o een vakgebied ; Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 43 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 43

44 o een bepaald type studiegidsnummer. Met dit mechanisme kunnen we verwijzingen maken naar studiedelen van een bepaald opleidingsniveau (= karakter 1 van het studiegidsnummer) en/of een bepaald niveau (= karakter 8 van het studiegidsnummer). Het gebruik van het jokerteken kan erg handig zijn bij de definiëring van keuzevakken. Op het niveau van een studiedeellijst worden volgende gegevens vastgelegd: - de titel van de studiedeellijst en eventueel een korte (!) verduidelijkende tekst. Het is hierbij belangrijk dat deze informatie altijd geldt voor de studiedeellijst. Een algemene beschrijving, die enkel naar de inhoud van de lijst verwijst, en niet naar het gebruik van deze lijst binnen een plan of een programma, is aangeraden. Studiedeellijsten kunnen namelijk hergebruikt worden binnen diverse vereisten en vereistengroepen. Dit kan erg werkbesparend zijn. Een voorbeeld: thema x, inleiding Frans, ; - in geval van exhaustieve opsomming: de opsomming van de gebruikte studiedelen; - in geval van gebruik van het jokerteken: definitie van het gebruik van het jokerteken in functie van onderwijsgroep, vakgebied of type studiegidsnummer. Met deze methodiek kan elk vast teken uit bv. het studiegidsnummer vervangen worden door een jokerteken, zodat enkel nog rekening gehouden wordt met het gewenste karakter. Bijvoorbeeld om naar alle studiedelen van het niveau inleidend bachelor te verwijzen, worden karakters 1 tot en met 7 alsook 9 en 10 met een jokerteken gevuld (een sterretje), terwijl op de 8 e plaats de letter A (die inleidend bachelor vertegenwoordigt) vastgezet wordt. Nog dit: studiedeellijsten worden pas ingericht zodra er minimaal twee studiedelen opgenomen worden. Het heeft geen nut om een studiedeellijst te maken voor één studiedeel. Op het niveau van de vereisteregel kan je immers een studiedeellijst of een individueel studiedeel koppelen. Specifieke aandachtspunten bij het opmaken van een studiedeellijst zijn: - Het gaat om een inhoudelijke clustering van studiedelen; - Verplichte studiedelen en keuzestudiedelen moeten in afzonderlijke studiedeellijsten worden opgenomen. De studiedeellijst is immers een containerbegrip: op het niveau van de vereiste wordt vastgelegd hoeveel studiepunten/-delen uit dit geheel moeten afgewerkt worden (= bepaling verwijst naar geheel of gedeelte), zonder verder onderscheid/deelverzamelingen te kunnen maken. - Indien studiedeellijsten ontleend worden voor het gebruik in andere opleidingen dan deze waarvoor de studiedeellijst oorspronkelijk werd ingericht, dan moeten de studiedeellijsten integraal ontleend worden, zonder wijzigingen aan te brengen Vereisten en vereistenregel Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 44 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 44

45 Via een vereiste wordt een cluster binnen een vereistengroep aangegeven, een programmablok als het ware. Dit gebeurt door gebruik te maken van studiedeellijsten en hiervoor specifieke regels en voorwaarden te definiëren. Een vereiste wordt als volgt opgezet: Voor het geheel van de vereiste, de cluster en het programmablok worden volgende gegevens vastgelegd: - de titel en de eventuele korte verduidelijkende tekst behorend bij deze cluster. In dit geval wordt aangeraden de tekst te specificeren in functie van het gebruik binnen een bepaald plan. Deze informatie wordt ook in SelfService weergegeven wanneer studenten getoond wordt hoe het plan/programma is opgebouwd; - de voorwaarden die eventueel gelden voor de gehele cluster betreffende minimumaantal te verwerven studiepunten en minimumaantal studiedelen. Dergelijke voorwaarden zijn ook per studiedeellijst instelbaar. Op het niveau van de studiedeellijst zijn deze instellingen ook absoluut noodzakelijk, terwijl ze hier optioneel zijn. Er zouden immers conflicten tussen beide kunnen ontstaan. Daarom wordt aangeraden maximaal gebruik te maken van de voorwaarden die ingesteld worden voor studiedeellijsten, en het clusterniveau slechts in uitzonderlijke gevallen te benutten. Als onderdeel van een vereiste/cluster/programmablok, wordt vervolgens minimaal één vereisteregel aangemaakt. Deze vereisteregel is het mechanisme om een studiedeellijst of een studiedeel te gaan gebruiken binnen een vereiste. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van: - ofwel een individueel studiedeel; - ofwel een enkelvoudige/gewone studiedeellijst; - ofwel een bewerkte studiedeellijst, die het resultaat is van een bepaalde manier van samenbrengen van meerdere studiedeellijsten. Voor elke vereisteregel worden volgende gegevens vastgelegd: Richtlijnen Curriculumopbouw goedgekeurd Raad van Bestuur d.d. 23/04/2013 Page 45 DOZ/Curriculumbeheer Richtlijnen Curriculumopbouw Page 45

Richtlijnen voor Curriculumopbouw

Richtlijnen voor Curriculumopbouw Richtlijnen voor Curriculumopbouw Inhoudsopgave: 1. Inleiding en doelstellingen pag. 3 2. Algemene regels in zake programmaopbouw op opleidingsniveau pag. 4 2.1. Zorg voor een coherent curriculum pag.

Nadere informatie

Besluit inzake het inrichten van de Doctoraatsopleiding Vrije Universiteit Brussel

Besluit inzake het inrichten van de Doctoraatsopleiding Vrije Universiteit Brussel Besluit inzake het inrichten van de Doctoraatsopleiding Vrije Universiteit Brussel Gelet op het decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, zoals gewijzigd, verder

Nadere informatie

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen (Raad van Bestuur, 23 april 2013, 27 mei 2014, 31 maart 2015, 12 april 2016, 28 maart 2017 en 27 maart 2018) UITGANGSPUNTEN De Universiteit Antwerpen wenst

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET. betreffende de kwalificatiestructuur AMENDEMENTEN

ONTWERP VAN DECREET. betreffende de kwalificatiestructuur AMENDEMENTEN Zitting 2008-2009 25 maart 2009 ONTWERP VAN DECREET betreffende de kwalificatiestructuur AMENDEMENTEN Zie: 2158 (2008-2009) Nr. 1: Ontwerp van decreet 5571 OND 2 AMENDEMENT Nr. 1 Artikel 7 In a), tweede

Nadere informatie

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Decretale context De aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- of masteropleiding

Nadere informatie

Bijzondere examenreglementen

Bijzondere examenreglementen Bijzondere examenreglementen Versie goedgekeurd door de Academische raad d.d. 14.05.2007 Examenreglement van de K.U.Leuven 2007-2008 Onderafdeling 1 - Bijzondere bepalingen in verband met de verhandeling

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 8 februari 2008;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 8 februari 2008; Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 tot vaststelling van de vorm van de diploma's en de inhoud van het bijhorend diplomasupplement

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2013-2014

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2013-2014 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2013-2014 Voor de leesbaarheid van de tekst wordt enkel de mannelijke persoonsvorm gebruikt. De bepalingen over (kandidaat-)studenten gelden uiteraard zonder genderonderscheid.

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

Hoger onderwijs in Vlaanderen. Informatiebrochure 2012

Hoger onderwijs in Vlaanderen. Informatiebrochure 2012 Hoger onderwijs in Vlaanderen Informatiebrochure 2012 Inhoud Inleiding...2 Soorten instellingen...3 Soorten opleidingen...3 Nieuw vanaf 2013-2014: integratie academische hogeschoolopleidingen in de universiteiten...5

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

! " #" $ % & $ & "! ' ( ) & ) & ) * + *,+ *,+ + -.& / 0 (

!  # $ % & $ & ! ' ( ) & ) & ) * + *,+ *,+ + -.& / 0 ( De tekst in cursief is het Aanvullend facultair reglement betreffende het doctoraat in de wetenschappen en het doctoraat in de toegepaste biologische wetenschappen De bijzondere bepalingen en criteria

Nadere informatie

FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat

FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat TOELATINGSVOORWAARDEN... 1 INSCHRIJVING... 2 STUDIETRAJECT... 2 STAGE... 4 WERKEN EN STUDEREN... 4 CURSUSMATERIAAL... 5 LESSENROOSTER... 5 EXAMENS...

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2015-2016

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2015-2016 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2015-2016 Voor de leesbaarheid van de tekst wordt enkel de mannelijke persoonsvorm gebruikt. De bepalingen over (kandidaat-)studenten gelden uiteraard zonder genderonderscheid.

Nadere informatie

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING Opzet en structuur De sjabloon van het aanvraagdossier

Nadere informatie

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS M.H.O. OP TOETS NIEUWE OPLEIDING Opzet en structuur Dit sjabloon met richtlijnen

Nadere informatie

AFWIJKENDE TOELATING AUHL Reglement

AFWIJKENDE TOELATING AUHL Reglement AFWIJKENDE TOELATING AUHL Reglement Goedgekeurd door de RvB AUHL op 12.11.2013 Situering Dit reglement geeft uitvoering aan artikel 65 van het structuurdecreet van 4 april 2003 en aan artikel 49, 2 van

Nadere informatie

Omvorming naar de masteropleidingen

Omvorming naar de masteropleidingen Omvorming naar de masteropleidingen Data van indiening van de ingevulde formulieren: Dit beperkt formulier op 4 oktober 2002 Uitgebreider formulier (met o.m. de doelstellingen en eindtermen) uiterlijk

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

Doctoraatsreglement van de FPPW

Doctoraatsreglement van de FPPW FACULTEIT PSYCHOLOGIE EN PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN Doctoraatsreglement van de FPPW Unaniem goedgekeurd door de Faculteitsraad op 17 september 2014 1. Inleiding Dit reglement bevat faculteitsspecifieke

Nadere informatie

FACULTEIT GENEESKUNDE EN FARMACIE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL Laarbeeklaan Brussel AANVULLEND FACULTAIR DOCTORAATSREGLEMENT

FACULTEIT GENEESKUNDE EN FARMACIE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL Laarbeeklaan Brussel AANVULLEND FACULTAIR DOCTORAATSREGLEMENT FACULTEIT GENEESKUNDE EN FARMACIE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL Laarbeeklaan 103 1090 Brussel AANVULLEND FACULTAIR DOCTORAATSREGLEMENT Dit document is een aanvulling op het Centraal Reglement voor de toekenning

Nadere informatie

EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA

EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA TUSSEN DE ONDERGETEKENDEN, De Vrije Universiteit Brussel met zetel te 1050 Brussel, Pleinlaan 2, die rechtspersoonlijkheid geniet bij wet van 28 mei 1970

Nadere informatie

Stap. Studieadviespunt Gent. Handleiding bij de PowerPoint-presentatie Flexibilisering 2008-2009

Stap. Studieadviespunt Gent. Handleiding bij de PowerPoint-presentatie Flexibilisering 2008-2009 de Stap Studieadviespunt Gent Klein Raamhof 8, 9000 Gent Tel. 09 233 75 15 - Fax 09 224 15 65 mail: info@destapgent.be website: www.destapgent.be Handleiding bij de PowerPoint-presentatie Flexibilisering

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

Ontwikkelingen in het hoger onderwijs

Ontwikkelingen in het hoger onderwijs Ontwikkelingen in het hoger onderwijs Liesbeth Hens Departement Onderwijs en Vorming Hoger Onderwijsbeleid liesbeth.hens@ond.vlaanderen.be SLO bachelor na bachelor master na master Professionele bachelor

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2012-2013 INHOUD TITEL I. Toepassingsgebied, definities en algemene bepalingen Hoofdstuk I. Toepassingsgebied Hoofdstuk II. Definities Hoofdstuk III. - Algemene Bepalingen

Nadere informatie

BRUGGEN BOUWEN TUSSEN SECUNDAIR EN HOGER ONDERWIJS: DE ONDERWIJSLOOPBAAN VAN JONGEREN. VLOR 24 oktober 2018

BRUGGEN BOUWEN TUSSEN SECUNDAIR EN HOGER ONDERWIJS: DE ONDERWIJSLOOPBAAN VAN JONGEREN. VLOR 24 oktober 2018 BRUGGEN BOUWEN TUSSEN SECUNDAIR EN HOGER ONDERWIJS: DE ONDERWIJSLOOPBAAN VAN JONGEREN VLOR 24 oktober 2018 Samenvatting 1. De structuur van het hoger onderwijs 2. Aspecten van de onderwijsloopbaan: Flexibilisering

Nadere informatie

Omvorming naar de masteropleidingen

Omvorming naar de masteropleidingen Omvorming naar de masteropleidingen Data van indiening van de ingevulde formulieren: Dit beperkt formulier op 4 oktober 2002 Uitgebreider formulier (met o.m. de doelstellingen en eindtermen) uiterlijk

Nadere informatie

Infosessie voor ouders. 1 juli 2019

Infosessie voor ouders. 1 juli 2019 Infosessie voor ouders 1 juli 2019 Programma Studeren aan de KULeuven door Koen Paes (dienst studentenbegeleiding) Studentenleven door Daphne Certyn (VTK) Wat na de ijkingstoets? door Koen Paes Vooraf

Nadere informatie

INNOVEREND ONDERNEMEN

INNOVEREND ONDERNEMEN ACADEMISCH PROGRAMMA INTERUNIVERSITAIR POSTGRADUAAT INNOVEREND ONDERNEMEN VOOR INGENIEURS Innovate Create Design Geef de wereld van morgen mee vorm Het Postgraduaat Innoverend Ondernemen voor ingenieurs

Nadere informatie

1.4. Studentennummer: de persoonlijke studentencode vermeld in de databank van de instelling.

1.4. Studentennummer: de persoonlijke studentencode vermeld in de databank van de instelling. Bijlage 1 bij het besluit van de Vlaamse Regering van.../.../... tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2014 tot vaststelling van de vorm van het hogeronderwijsdiploma en

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

OVERZICHT. Inleiding... 4 Organisatie van het hoger onderwijs in Vlaanderen... 5 Tabel 1: Aantal inschrijvingen in het hoger onderwijs...

OVERZICHT. Inleiding... 4 Organisatie van het hoger onderwijs in Vlaanderen... 5 Tabel 1: Aantal inschrijvingen in het hoger onderwijs... HOGER ONDERWIJS IN CIJFERS - BEKNOPT /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// ACADEMIEJAAR 2016-2017 OVERZICHT Inleiding...

Nadere informatie

Handleiding voor het samenstellen van een individueel collegerooster

Handleiding voor het samenstellen van een individueel collegerooster Handleiding voor het samenstellen van een individueel collegerooster voor studenten van campus Brussel en campus Parnas Academiejaar 2014-2015 1. Waar vind ik de inhoud van mijn vakken? Kies in de programmagids

Nadere informatie

Kan de minister voor de studierichting Bachelor in de Verpleegkunde volgende vragen beantwoorden.

Kan de minister voor de studierichting Bachelor in de Verpleegkunde volgende vragen beantwoorden. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 168 van GRIET COPPÉ datum: 23 december 2014 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Bachelor in de Verpleegkunde - In- en

Nadere informatie

VLIR-ADVIES BETREFFENDE DE STUDIEGELDEN VOOR DIPLOMA- EN CREDITCONTRACTEN VOOR HET ACADEMIEJAAR 2011-2012

VLIR-ADVIES BETREFFENDE DE STUDIEGELDEN VOOR DIPLOMA- EN CREDITCONTRACTEN VOOR HET ACADEMIEJAAR 2011-2012 VLIR-ADVIES BETREFFENDE DE STUDIEGELDEN VOOR DIPLOMA- EN CREDITCONTRACTEN VOOR HET ACADEMIEJAAR 2011-2012 1. HET DECREET In de artikels tot en met 60 van het decreet van 30 april 2004 betreffende de flexibilisering

Nadere informatie

Handleiding onderwijsvisitaties VLIR-VLHORA tabellen

Handleiding onderwijsvisitaties VLIR-VLHORA tabellen Handleiding onderwijsvisitaties VLIR-VLHORA tabellen Naar aanleiding van de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen zijn de tabellen met betrekking tot de len en de studieduur voor het onderwijsvisitatieprotocol

Nadere informatie

Handleiding onderwijsvisitaties VLIR-VLHORA tabellen

Handleiding onderwijsvisitaties VLIR-VLHORA tabellen Handleiding onderwijsvisitaties VLIR-VLHORA tabellen Naar aanleiding van de flexibilisering van het hoger onderwijs in Vlaanderen zijn de tabellen met betrekking tot de len en de studieduur voor het onderwijsvisitatieprotocol

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2017-2018 Voor de leesbaarheid van de tekst wordt enkel de mannelijke persoonsvorm gebruikt. De bepalingen over (kandidaat-)studenten gelden uiteraard zonder genderonderscheid.

Nadere informatie

Een bachelor- of masterdiploma behalen

Een bachelor- of masterdiploma behalen WERKEN EN STUDEREN Ben je al aan het werk maar wil je een nieuwe uitdaging aangaan en professioneel een andere weg inslaan? Heb je vroeger niet de kans gekregen of genomen om verder te studeren maar wil

Nadere informatie

Een bachelor- of masterdiploma behalen

Een bachelor- of masterdiploma behalen Werken en studeren Ben je al aan het werk maar wil je een nieuwe uitdaging aangaan en professioneel een andere weg inslaan? Heb je vroeger niet de kans gekregen of genomen om verder te studeren maar wil

Nadere informatie

FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat

FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat Toelatingsvoorwaarden... 1 Inschrijving... 2 Studietraject... 3 Stage... 4 Werken en studeren... 5 Cursusmateriaal... 5 Lessenrooster... 6 Examens...

Nadere informatie

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april Opleidingsraden. reglement

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april Opleidingsraden. reglement Opleidingsraden reglement REGLEMENT OPLEIDINGSRADEN Zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april 2012 INHOUDSTABEL Hoofdstuk I: Definities en toepassingsgebied Hoofdstuk II: Samenstelling van

Nadere informatie

Ouderinfo-avond Flexibel hoger onderwijs: creditsysteem en studievoortgangsbewaking

Ouderinfo-avond Flexibel hoger onderwijs: creditsysteem en studievoortgangsbewaking Ouderinfo-avond 25-10-2016 Flexibel hoger onderwijs: creditsysteem en studievoortgangsbewaking Inleiding Doel is volgende begrippen toe te lichten o o o o Studiepunten Centraal in alle begrippen Leerkrediet

Nadere informatie

Indeling hoger onderwijs

Indeling hoger onderwijs achelor & master Sinds enkele jaren is de structuur van het hoger onderwijs in België afgestemd op die van andere Europese landen. Hierdoor kan je makkelijker switchen tussen hogescholen en universiteiten

Nadere informatie

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel 1 Inleiding Naar aanleiding van het nieuwe kwaliteitszorgsysteem dat werd ingevoerd bij de opschorting van de opleidingsvisitaties, werd beslist om

Nadere informatie

Vraag nr. 41 van 17 oktober 2012 van LODE VEREECK

Vraag nr. 41 van 17 oktober 2012 van LODE VEREECK VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN PASCAL SMET VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS, JEUGD, GELIJKE KANSEN EN BRUSSEL Vraag nr. 41 van 17 oktober 2012 van LODE VEREECK Hoger onderwijs Kostprijs De materiële

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2018-2019 Voor de leesbaarheid van de tekst wordt enkel de mannelijke persoonsvorm gebruikt. De bepalingen over (kandidaat-)studenten gelden uiteraard zonder genderonderscheid.

Nadere informatie

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 DE MASTEROPLEIDING BIOMEDICAL

Nadere informatie

Specifieke lerarenopleiding maatschappijwetenschappen en filosofie

Specifieke lerarenopleiding maatschappijwetenschappen en filosofie Specifieke lerarenopleiding maatschappijwetenschappen en filosofie www.soc.kuleuven.be/slo Waarom kiezen voor de specifieke lerarenopleiding (SLO)? Deel jij graag je kennis met anderen? Spreek je graag

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2018-2019 Voor de leesbaarheid van de tekst wordt enkel de mannelijke persoonsvorm gebruikt. De bepalingen over (kandidaat-)studenten gelden uiteraard zonder genderonderscheid.

Nadere informatie

ALGEMENE ONDERWIJSREGELING ERASMUSHOGESCHOOL BRUSSEL

ALGEMENE ONDERWIJSREGELING ERASMUSHOGESCHOOL BRUSSEL ALGEMENE ONDERWIJSREGELING ERASMUSHOGESCHOOL BRUSSEL 2008-2009 1 Inhoudstafel Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen Hoofdstuk 2: Definities Hoofdstuk 3: Organisatie van het academiejaar Hoofdstuk 4: Organisatie

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

Mededeling aan de leden van de Vlaamse Regering

Mededeling aan de leden van de Vlaamse Regering DE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING EN VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Mededeling aan de leden van de Vlaamse Regering Betreft: Taalregeling hoger onderwijs aanvragen voor het aanbieden van

Nadere informatie

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni 27 oktober 2011 Terugkomavond SLO-alumni SLO Liaison Officer: Mevr. C. Van Liedekerke Coördinator: Dhr. G. Walraevens Medewerkers SLO: Mevr. D. Bulckmans Mevr. T. Casteele Mevr. H. De Groote Dhr. O. Holz

Nadere informatie

GIT regels

GIT regels GIT regels 2017-2018 A. Basisprincipe We streven naar een maximale responsabilisering van de student. De student dient er zelf over te waken een haalbaar studieprogramma samen te stellen. De student die

Nadere informatie

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS COMMISSIE HOGER ONDERWIJS SJABLOON T.B.V. DE AANVRAGENDE INSTELLINGEN EN VLIR EN VLHORA VOOR AANVRAAGDOSSIER MACRODOELMATIGHEIDSTOETS M.H.O. OP TOETS NIEUWE OPLEIDING /VRIJSTELLING VERPLICHTE AFBOUW Opzet

Nadere informatie

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur d.d. 1 april Opleidingsraden. reglement

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur d.d. 1 april Opleidingsraden. reglement Opleidingsraden reglement REGLEMENT OPLEIDINGSRADEN Zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 1 april 2014. INHOUDSTABEL Hoofdstuk I: Definities en toepassingsgebied Hoofdstuk II: Samenstelling van

Nadere informatie

Lerarenopleidingen versterken: hoe doen we dat? Liesbeth Hens Departement Onderwijs en Vorming

Lerarenopleidingen versterken: hoe doen we dat? Liesbeth Hens Departement Onderwijs en Vorming Lerarenopleidingen versterken: hoe doen we dat? Liesbeth Hens Departement Onderwijs en Vorming liesbeth.hens@ond.vlaanderen.be Inhoud De conceptnota: lerarenopleidingen versterken Het ontwerpdecreet lerarenopleidingen

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg Uittreksel uit het visitatierapport, 7 december 2010 Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg 1.1 Inleiding Voor iedere opleiding wordt een domeinspecifiek referentiekader

Nadere informatie

Werken en studeren aan de Vrije Universiteit Brussel. WERKEN & STUDEREN Studiebegeleidingscentrum - SBC

Werken en studeren aan de Vrije Universiteit Brussel. WERKEN & STUDEREN Studiebegeleidingscentrum - SBC Werken en studeren aan de Vrije Universiteit Brussel Overzicht Studiebegeleidingscentrum BaMa woordenboek Studeren aan de VUB Je eigen traject Eerste Hulp Bij Studeren - EHBS Praktische info Studiebegeleidingscentrum

Nadere informatie

Reglement EVC-EVK Associatie K.U.Leuven

Reglement EVC-EVK Associatie K.U.Leuven vzw Associatie K.U.Leuven Schapenstraat 34, B-3000 Leuven Reglement EVC-EVK Associatie K.U.Leuven Goedgekeurd op de Raad van bestuur van 16.06.2006 met ingang van het academiejaar 2006-2007 1. Definities

Nadere informatie

INFOSESSIE DOCTORAATSPORTFOLIO

INFOSESSIE DOCTORAATSPORTFOLIO INFOSESSIE DOCTORAATSPORTFOLIO Welkom Waarom zijn we hier vandaag? Reglementair kader? Ø Artikel 27(a) van het Centraal Reglement voor de Toekenning van de Academische Graad van Doctor: De Vrije Universiteit

Nadere informatie

Bachelor in de wijsbegeerte: 10 opties voor je toekomst

Bachelor in de wijsbegeerte: 10 opties voor je toekomst HOGER INSTITUUT VOOR WIJSBEGEERTE Bachelor in de wijsbegeerte: 10 opties voor je toekomst Combineer filosofie met een andere opleiding (rechten, sociologie, psychologie, geschiedenis ) Beste (toekomstige)

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2018-2019 Voor de leesbaarheid van de tekst wordt enkel de mannelijke persoonsvorm gebruikt. De bepalingen over (kandidaat-)studenten gelden uiteraard zonder genderonderscheid.

Nadere informatie

Specifieke leraren - opleiding economie

Specifieke leraren - opleiding economie COMBINEER MET BACHELOR / MASTER Specifieke leraren - opleiding economie Leuven Brussel Antwerpen Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen Welkom aan de KU Leuven, de grootste en oudste universiteit

Nadere informatie

Aanpassingen OER 14-15

Aanpassingen OER 14-15 Aanpassingen OER 14-15 Algemeen: aanpak Focus: vereenvoudiging, inkorting, verheldering Daarnaast: mogelijkheden voor optimalisatie -ervaringen faculteiten en diensten -ervaringen beleid -externe regelgeving

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN BELGISCH STAATSBLAD 12.10.2004 MONITEUR BELGE 71039 GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE

Nadere informatie

Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs. Studieomvangvermindering Werkstudenten Voor een diploma bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs

Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs. Studieomvangvermindering Werkstudenten Voor een diploma bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs Studieomvangvermindering Werkstudenten Voor een diploma bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs 2014-2015 Arteveldehogeschool Bachelor in het onderwijs:

Nadere informatie

FISCAAL RECHT KENNIS PRAKTIJK INNOVATIE IMPLEMENTATIE

FISCAAL RECHT KENNIS PRAKTIJK INNOVATIE IMPLEMENTATIE ACADEMISCH PROGRAMMA POSTGRADUAAT FISCAAL RECHT KENNIS PRAKTIJK INNOVATIE IMPLEMENTATIE INHOUD POSTGRADUAAT FISCAAL RECHT MODULE FISCALE RECHTSVAKKEN Pagina 2 tot 7 POSTGRADUAAT FISCAAL RECHT SUMMERSCHOOL

Nadere informatie

Is nultolerantie een wenselijke maatregel? Zijn restricties binnen opo-clusters wenselijk? Zijn bijkomende randvoorwaarden aan de orde?

Is nultolerantie een wenselijke maatregel? Zijn restricties binnen opo-clusters wenselijk? Zijn bijkomende randvoorwaarden aan de orde? Discussienota Toleranties Status Vertrouwelijk Finaal document Document voor Redacteur RvB-lid Probleemstelling Algemeen Bureau, Algemene Vergadering Diede Michiels, Tom Merlevede, Kevin Seurs, Jasper

Nadere informatie

Wat na het secundair onderwijs?

Wat na het secundair onderwijs? Wat na het secundair onderwijs? Inhoud 1. Kiezen 3. Andere opleidingen 4. 7 de specialisatiejaren bso en Se-n-se 5. En nu informatie zoeken 1. Kiezen Neem je Begin op TIJD Jezelf verkennen Aanbod verkennen

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT 2016-2017 Voor de leesbaarheid van de tekst wordt enkel de mannelijke persoonsvorm gebruikt. De bepalingen over (kandidaat-)studenten gelden uiteraard zonder genderonderscheid.

Nadere informatie

Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004

Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004 Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004 Lange Voorhout 20 Postbus 556 2501 CN Den Haag P.O. Box 556 2501 CN The Hague The Netherlands T +31 (0)70 312 2300 F +31

Nadere informatie

Leerkrediet 2011 2012

Leerkrediet 2011 2012 2011 WAT IS HET LEERKREDIET? Het leerkrediet trad in werking in 2008-2009. Dit betekent dat elke student bij zijn eerste inschrijving een rugzak met 140 meekrijgt. De student gebruikt bij zijn inschrijving

Nadere informatie

REGLEMENT HOUDENDE PROCEDURES INZAKE CURRICULUMBEHEER

REGLEMENT HOUDENDE PROCEDURES INZAKE CURRICULUMBEHEER 1 REGLEMENT HOUDENDE PROCEDURES INZAKE CURRICULUMBEHEER INHOUDSTAFEL Hoofdstuk I: Definities Hoofdstuk II: Onderwijsprocedures Hoofdstuk III: Slotbepalingen 2 Het Reglement houdende procedures inzake curriculumbeheer

Nadere informatie

Hogeschool Universiteit Brussel Dienst Studentenadministratie. Handleiding voor het samenstellen van een individueel jaarprogramma(isp)

Hogeschool Universiteit Brussel Dienst Studentenadministratie. Handleiding voor het samenstellen van een individueel jaarprogramma(isp) Hogeschool Universiteit Brussel Dienst Studentenadministratie Handleiding voor het samenstellen van een individueel jaarprogramma(isp) Academiejaar 2012-2013 Beste student(e) Je bent een van de vele studenten

Nadere informatie

Master of science in de bedrijfskunde. Informatiesessie 1 oktober 2018

Master of science in de bedrijfskunde. Informatiesessie 1 oktober 2018 Master of science in de bedrijfskunde Informatiesessie 1 oktober 2018 Overzicht Wie-is-wie De opleiding: wat wie waarom? Programma-opbouw Programma op maat Praktische zaken Studiebegeleiding Contactgegevens

Nadere informatie

ONDERWIJSREGLEMENT 2013-2014 VAN LUCA SCHOOL OF ARTS

ONDERWIJSREGLEMENT 2013-2014 VAN LUCA SCHOOL OF ARTS ONDERWIJSREGLEMENT 2013-2014 VAN LUCA SCHOOL OF ARTS 2 Vooraf Dit onderwijs- en examenreglement is ondergeschikt aan de decretale bepalingen in verband met het hoger onderwijs en hun uitvoeringsbepalingen.

Nadere informatie

Master of science in de bedrijfskunde. Onthaal

Master of science in de bedrijfskunde. Onthaal Master of science in de bedrijfskunde Overzicht Wie-is-wie Achtergrond van de opleiding Programma-opbouw Onderzoekspaper / masterproef Programma op maat Praktische zaken Studiebegeleiding Contactgegevens

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van 2 februari 2018 van de Vlaamse Regering houdende

Nadere informatie

Formulier om de toelating te vragen tot de eerste inschrijving voor het doctoraat in de FPPW 1

Formulier om de toelating te vragen tot de eerste inschrijving voor het doctoraat in de FPPW 1 FACULTEIT PSYCHOLOGIE EN PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN Formulier om de toelating te vragen tot de eerste inschrijving voor het doctoraat in de FPPW 1 1. Informatie over de kandidaat-doctoraatsstudent Naam:...

Nadere informatie

EEN INSPIRERENDE LERAAR IS BREED GEORIËNTEERD

EEN INSPIRERENDE LERAAR IS BREED GEORIËNTEERD Dans Muziek Drama Een kunstenaarscarrière en een onderwijsopdracht gaan hand in hand. De Specifieke lerarenopleidingen Dans, Drama en Muziek betekenen meer dan alleen een pedagogisch diploma. Je leert

Nadere informatie

Onderwijsregeling, Examenregeling en. Rechtspositieregeling. voor studenten PXL-MAD. academiejaar 2015-2016

Onderwijsregeling, Examenregeling en. Rechtspositieregeling. voor studenten PXL-MAD. academiejaar 2015-2016 Onderwijsregeling, Examenregeling en Rechtspositieregeling voor studenten PXL-MAD academiejaar 2015-2016 Goedgekeurd door de School of Arts op 17 juni 2015. Onder voorbehoud van goedkeuring door de Raad

Nadere informatie

Zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur van 3 juli 2007, 1 juli 2008, 23 juni 2009 en 22 juni INHOUD

Zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur van 3 juli 2007, 1 juli 2008, 23 juni 2009 en 22 juni INHOUD ONDERWIJSREGLEMENT Zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur van 3 juli 2007, 1 juli 2008, 23 juni 2009 en 22 juni 2010. I. Algemene bepalingen INHOUD II. III. IV. Definities Indeling van het academiejaar

Nadere informatie

Je reisgids. De nieuwe onderwijs- en examenregeling 2005-2006

Je reisgids. De nieuwe onderwijs- en examenregeling 2005-2006 Je reisgids De nieuwe onderwijs- en examenregeling 2005-2006 Met alles wat je moet weten over: je inschrijving en het studiegeld de samenstelling van je studieprogramma examens en beraadslaging begeleiding

Nadere informatie

Specifieke lerarenopleiding economie

Specifieke lerarenopleiding economie Specifieke lerarenopleiding economie Leuven Brussel Antwerpen Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen Welkom aan de KU Leuven, de grootste en oudste universiteit van België. Je kunt hier je studietraject

Nadere informatie

Leerkrediet

Leerkrediet Wat is het leerkrediet? Het leerkrediet trad in werking in 2008-2009. Dit betekent dat elke student bij zijn eerste inschrijving een rugzak met 140 meekrijgt. De student gebruikt bij zijn inschrijving

Nadere informatie

Leidraad voor aanvragen van vrijstellingen (EVK)

Leidraad voor aanvragen van vrijstellingen (EVK) Leidraad voor aanvragen van vrijstellingen (EVK) GEZ Gezondheidszorg Departement Gezondheidszorg Campus Oude Luikerbaan 79 3500 Hasselt Verantwoordelijke EVK Ann Bancken (ann.bancken@khlim.be) Academiejaar

Nadere informatie

VERKORTE BACHELOR VERPLEEGKUNDE NA VROEDKUNDE PXL-HEALTHCARE WERKEN & STUDEREN

VERKORTE BACHELOR VERPLEEGKUNDE NA VROEDKUNDE PXL-HEALTHCARE WERKEN & STUDEREN VERKORTE BACHELOR VERPLEEGKUNDE NA VROEDKUNDE PXL-HEALTHCARE 2018-2019 WERKEN & STUDEREN WELKOMSTWOORD ALGEMEEN DIRECTEUR Hogeschool PXL is een warme en kwaliteitsvolle hogeschool: ondernemend, netwerkend,

Nadere informatie

Deel 1 SCHOOLBEVOLKING. Hoofdstuk 5 : Hoger onderwijs

Deel 1 SCHOOLBEVOLKING. Hoofdstuk 5 : Hoger onderwijs Deel 1 SCHOOLBEVOLKING 1 Hoofdstuk 5 : Hoger onderwijs LEIDRAAD NAAR DE TABELLEN 1. Contracten Aantal inschrijvingen per soort contract... 223 2. Diplomacontracten Aantal inschrijvingen met een diplomacontract

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE MASTEROPLEIDING FILOSOFIE 120 EC (WIJSBEGEERTE VAN EEN BEPAALD WETENSCHAPSGEBIED) FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2016-2017 Deel

Nadere informatie

Master of science in de Bedrijfskunde. Informatiesessie 22 april 2018

Master of science in de Bedrijfskunde. Informatiesessie 22 april 2018 Master of science in de Bedrijfskunde Informatiesessie 22 april 2018 Overzicht Wie-is-wie Achtergrond van de opleiding Programma-opbouw Programma op maat Praktische zaken Studiebegeleiding Contactgegevens

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Het hoger onderwijs verandert

Het hoger onderwijs verandert achelor & master Sinds september 2004 is de hele structuur van het hoger onderwijs veranderd. Die nieuwe structuur werd tegelijkertijd ingevoerd in andere Europese landen. Zo sluiten opleidingen in Vlaanderen

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling 2013-2014 Onderwijs- en examenregeling Faculteit Bedrijfseconomische wetenschappen Faculteit Geneeskunde en levenswetenschappen Faculteit Rechten Faculteit Wetenschappen Faculteit Industriële ingenieurswetenschappen

Nadere informatie

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde Competenties en gedragsindicatoren IW&T De competenties werden uitgeschreven in een meer begrijpbare taal. Vervolgens werden daar uit een beperkt

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE DUALE PROGRAMMA NEDERLANDS ALS TWEEDE TAAL FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE DUALE PROGRAMMA NEDERLANDS ALS TWEEDE TAAL FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE DUALE MASTEROPLEIDING TAALWETENSCHAPPEN 90 EC PROGRAMMA NEDERLANDS ALS TWEEDE TAAL FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2015-201 Deel

Nadere informatie

FACULTEIT DER LETTEREN EN WIJSBEGEERTE MASTERPROEF GESCHIEDENIS REGLEMENT

FACULTEIT DER LETTEREN EN WIJSBEGEERTE MASTERPROEF GESCHIEDENIS REGLEMENT FACULTEIT DER LETTEREN EN WIJSBEGEERTE MASTERPROEF GESCHIEDENIS REGLEMENT ACADEMIEJAAR 2013-2014 INHOUD 1. De plaats van de Masterproef in de opleiding 3 2. Toelatingsvoorwaarden 3 3. Het onderwerp van

Nadere informatie

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2018-2019 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie