INHOUD. Pagina 2 van 42. PlusPort B.V. 2010

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "INHOUD. Pagina 2 van 42. PlusPort B.V. 2010"

Transcriptie

1 Handleiding NEN3140

2 INHOUD Inhoud Inleiding Onderwerp en toepassingsgebied Geldigheid Over AOC Snijders Academy Contact Definities Totaal Medewerkers, organisatie en communicatie Werkzone Werkzaamheden Beschermingsvoorzieningen Spanningen en -ketens Uitgangspunten Veilige bedrijfsvoering Werknemers Organisatie Communicatie Werkplek Gereedschappen, hulpmiddelen en PMB Tekeningen en documenten Standaard bedrijfsvoeringprocedures Bedieningshandelingen Functionele controle Vervangingen Werkprocedures Algemeen Werkzaamheden Procedures Slotbepalingen Bijlage Bijlage Pagina 2 van 42

3 1 Inleiding 1.1 Onderwerp en toepassingsgebied De opleiding is van toepassing op de bedrijfsvoering van en werkzaamheden aan, met of nabij van elektrische installaties. Deze installaties kunnen een spanningsniveau hebben tot Volt wisselspanning respectievelijk Volt gelijkspanning. Dit betreft alle installaties van bedrijven die binnen de genoemde spanningsband vallen. De opleiding is tot stand gekomen na het van kracht worden van de NEN EN : 1998 "Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties" en de NEN3140: "Aanvullende Nederlandse bepalingen voor laagspanningsinstallaties". De opleiding bevat alle voor het genoemde spanningsniveaus relevante bepalingen, voor de bedrijfsvoering uit beide genoemde normen. Daardoor wordt een gelijkwaardig veiligheidsniveau bereikt als met de hiervoor genoemde normen. Op laagspanningsinstallaties van bedrijven worden steeds vaker decentrale opwekinstallaties (WKK, windmolens etc.) aangesloten. Dit geeft problemen bij het werken aan de laagspanningsinstallaties. Dit dwingt bedrijven tot specifieke maatregelen en procedures. Deze zijn eveneens in deze opleiding opgenomen. Op een aantal plaatsen wordt een verduidelijking gegeven op een bepaling. 1.2 Geldigheid De veiligheidsinstructie geldt voor alle medewerkers in dienst van een bedrijf, die werkzaamheden uitvoeren aan, in de nabijheid of in de omgeving van de laagspanningsinstallaties van het bedrijf. De instructie geldt tevens voor personen die de genoemde werkzaamheden uitvoeren en die niet in dienst zijn van het bedrijf, maar voor wie het bedrijf wel als werkgever in de zin van de Arbo-wet moet worden aangemerkt. Het bedrijf moet als werkgever in de zin van de Arbo-wet worden aangemerkt voor alle personen die aan hem ter beschikking zijn gesteld voor het uitvoeren van de genoemde werkzaamheden. Dit is niet alleen het geval bij stagiairs en uitzendkrachten, maar ook bij personeel van aannemers, wanneer het bedrijf rechtstreeks aan hen werkopdrachten verstrekt. 1.3 Over AOC Snijders Academy AOC Snijders is een totaalleverancier op het gebied van arbeidsveiligheid. De missie van AOC Snijders is bedrijven en instellingen te ontzorgen op gebied van arbeidsveiligheid. Ons doel is om voor alle medewerkers van onze klanten een veilige en gezonde werkomgeving te creëren. Naast (digitale) opleidingen verzorgt AOC Snijders keuringen (blustoestellen, NEN3140, ladders, etc.) en advies (uitvoeren RI&E, VCA systemen, brandveiligheid, etc.). Pagina 3 van 42

4 Kwaliteit staat bij AOC Snijders voorop. In de loop der jaren kwam er steeds meer vraag naar kwalitatief hoogstaande E-Learning BHV en VCA trainingen. Hiervoor is AOC Snijders de samenwerking aangegaan met PlusPort B.V.. PlusPort helpt organisaties met oplossingen op het gebied van training, toetsing en persoonscertificering op het gebied van opleidingen. In de AOC Snijders Academy kunt u terecht voor onderstaande trainingen; Bedrijfshulpverlening (BHV) Basisveiligheid VCA (ook in het Engels) VOL VCA VIL VCU VOP NEN 3140 VP NEN 3140 HACCP ATEX AED Veilig werken met de Heftruck Kijk voor meer informatie op Contact Voor aanvullende informatie en/of vragen kunt u contact opnemen met AOC Snijders. Met technische vragen inzake de AOC Snijders Academy kunt u terecht bij de Customer Support van PlusPort B.V. AOC Snijders B.V. opleidingen@aoc-snijders.nl Tel.: PlusPort B.V. - Customer Support customersupport@plusport.com Pagina 4 van 42

5 2 Definities es en uitdrukkingen 2.1 Totaal Elektrische installatie Deze omvat al het elektrische materieel ten behoeve van de opwekking, het transport, de omzetting, de distributie en het gebruik van elektrische energie. Inbegrepen zijn energiebronnen zoals accu s, batterijen, condensatoren Elektrische bedrijfsruimte Een ruimte of plaats, die met name bestemd is voor de bedrijfsvoering van een elektrische installatie Actief deel Ieder metalen deel dat bestemd is om onder spanning te staan of als nulleider te worden gebruikt Blank deel Ieder actief deel dat niet of onvoldoende is geïsoleerd of afgeschermd Bedrijfsvoering Alle handelingen die noodzakelijk zijn om de elektrische installatie onder alle omstandigheden te kunnen laten werken. Tot deze handelingen behoren onder meer schakelen, regelen, bewaken en onderhoud evenals elektrotechnische en niet elektrotechnische werkzaamheden Schakeltoestand Het wel of niet elektrisch verbonden zijn van (delen van) de elektrische installatie door middel van schakelaars, smeltpatronen, doorverbindingsmessen of verbindingsstiften Onderhoud Werkzaamheden om de elektrische installatie in de vereiste conditie te houden. Pagina 5 van 42

6 2.2 Medewerkers, organisatie en communicatie Directie De directie van het bedrijf c.q. de werkgever in het kader van de arbeidsomstandighedenwet Installatieverantwoordelijke Iemand die is aangewezen als direct verantwoordelijk persoon, voor de bedrijfsvoering van de elektrische installatie of voor de leiding over werkzaamheden Operationeel installatieverantwoordelijke Iemand die is aangewezen als direct verantwoordelijk persoon, voor het operationele beheer van het aan hem toegewezen deel van de infrastructuur, inclusief onderhoud en storingsafhandeling Werkverantwoordelijke Iemand die is aangewezen als direct verantwoordelijk persoon voor de leiding over werkzaamheden Ploegleider Een vakbekwame persoon die ter plaatse met de leiding van werken is belast Vakbekwaam persoon Iemand met relevante opleiding en ervaring waardoor hij of zij in staat is gevaren te voorkomen die door elektriciteit kunnen worden veroorzaakt Voldoend onderricht persoon Iemand die voldoende is geïnstrueerd waardoor hij of zij in staat is gevaren te voorkomen die door elektriciteit kunnen worden veroorzaakt Leek Iemand anders dan de onder t/m genoemde personen zonder aanwijzing Jeugdige werknemer Een werknemer die de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt Derden Personen die geen arbeidsovereenkomst of aanstelling hebben bij het bedrijf, maar wel werkzaamheden voor het bedrijf verrichten. Pagina 6 van 42

7 Pagina 7 van 42

8 2.3 Werkzone Werkplek De plaats waar werkzaamheden worden, zijn of nog moeten worden uitgevoerd Gevarenzone Bepaalde ruimte rondom actieve delen waar het isolatieniveau ter voorkoming van elektrisch gevaar niet is gewaarborgd wanneer deze ruimte zonder beschermingsvoorzieningen wordt binnengegaan (zie figuur 1 en 2), tenzij de actieve delen zijn geaard dan wel op een andere deugdelijke wijze is voorkomen dat deze onder spanning kunnen komen. De gevarenzone bedraagt 20 cm1 gemeten vanaf de buitenzijde van het blanke deel Nabijheidszone Een beperkte ruimte rondom de gevarenzone (zie figuur 1 en 2). Deze bedraagt 70 cm gemeten vanaf de buitenzijde van het blanke deel. 1 De ergonomische component heeft in de laagspanning een afstand van 20 cm. Voor bijvoorbeeld werk uitgevoerd door leken kan een grotere afstand noodzakelijk zijn, dit ter beoordeling van de WV. Pagina 8 van 42

9 2.4 Werkzaamheden Werkzaamheden Elke vorm van elektrotechnische of niet-elektrotechnische werkzaamheden waarbij een elektrische gevarenbron aanwezig kan zijn Elektrotechnische werkzaamheden Werkzaamheden aan, met of nabij een elektrische installatie, zoals beproeven en meten, repareren, vervangen, aanpassen, uitbreiden, installeren en inspecteren Niet-elektrotechnische werkzaamheden Werkzaamheden nabij een elektrische installatie, zoals bouwwerkzaamheden, graafactiviteiten, schoonmaken en schilderen Overzichtelijke werkzaamheden Dit zijn werkzaamheden uitgevoerd in installaties waarbij geen terugvoeding mogelijk is, geen parallelschakelingen aanwezig zijn en geen noodstroomsystemen zijn opgenomen Bedieningshandelingen Handelingen waardoor de schakeltoestand van de laagspanningsinstallatie wordt gewijzigd, alsmede het verwisselen van mespatronen Veiligheidsmaatregelen Maatregelen ter voorkomen van letsel of schade bij het verrichten van bedieningshandelingen en van elektrotechnische en niet-elektrotechnische werkzaamheden Meting Alle handelingen om grootheden binnen elektrische installaties te meten Beproeving Alle handelingen bedoeld om: de goede werking of de elektrische, mechanische of thermische toestand van een elektrische installatie te controleren; de goede werking te controleren van, bijvoorbeeld, beschermingsvoorzieningen en veiligheidsketens Inspectie Alle handelingen om te controleren of een elektrische installatie voldoet aan de technische voorschriften en veiligheidsvoorschriften, zoals omschreven in de desbetreffende normen. Pagina 9 van 42

10 Onder spanning werken Alle werkzaamheden waarbij een persoon met delen van zijn of haar lichaam of met gereedschappen, hulpmiddelen of (persoonlijke) beschermingsmiddelen, terechtkomt in de gevarenzone Werken in de nabijheidszone Alle werkzaamheden waarbij een medewerker met delen van zijn of haar lichaam of met gereedschappen, hulpmiddelen of (persoonlijke) beschermingsmiddelen terechtkomt in de nabijheidszone zonder in de gevarenzone te komen Scheiden Volledig vrijmaken van een toestel of stroomkring van andere toestellen of stroomkringen Spanningsloos Een spanningswaarde van (nagenoeg) nul volt, dat wil zeggen zonder aanwezige spanning en/of lading Spanningsloos werken Werkzaamheden aan een spanningsloze elektrische installatie die worden uitgevoerd nadat alle maatregelen ter voorkoming van elektrisch gevaar zijn genomen Twee soorten toezicht Voortdurend toezicht Dit houdt in dat er ononderbroken op wordt toegezien dat er geen elektrische gevaren kunnen ontstaan en dat geen veiligheidsmaatregelen ongedaan worden gemaakt. Dit houdt in dat bij onderbreking van het toezicht de werkzaamheden moeten worden gestaakt Regelmatig toezicht Dit houdt in dat er met tussenpozen op wordt toegezien dat geen veiligheidsmaatregelen ongedaan worden gemaakt en dat er geen elektrische gevaren kunnen ontstaan. Pagina 10 van 42

11 2.5 Beschermingsvoorzieningen Afscherming Een voorziening die bescherming biedt tegen directe aanraking vanuit elke gebruikelijke richting van benadering Isolerend omhulsel Een voorziening van isolerend materiaal die wordt gebruikt om toevallige aanraking van blanke delen te voorkomen. Pagina 11 van 42

12 2.6 Spanningen en -ketens Lage spanning (LV) Spanning die lager of gelijk is dan Volt bij wisselspanning of Volt bij gelijkspanning Extra lage spanning (ELV) Wisselspanning 50 Volt; Gelijkspanning 120 Volt met een maximale rimpel van 20 Volt S-keten Een stroomketen die veilig t.o.v. aarde is gescheiden, ter bescherming tegen direct gevaar bij aanraking van metalen gestellen in geval van een defect FELV-keten Een stroomketen waarin de nominale spanning niet hoger is dan de grenswaarde van de ELV SELV keten Een niet-geaarde stroomketen waarin, ook onder bijzondere omstandigheden, geen hogere spanning kan optreden dan de grenswaarde van de ELV PELV-keten Een geaarde stroomketen die onder normale omstandigheden voldoet aan de eisen die aan een SELV-keten worden gesteld. Pagina 12 van 42

13 3 Uitgangspunten 3.1 Veilige bedrijfsvoering Bij de bedrijfsvoering moeten de elektrische risico's worden beoordeeld. In deze beoordeling moet zijn beschreven, hoe de bedrijfsvoering op veilige wijze moet worden uitgevoerd. Deze beoordeling moet worden bewaard zolang deze van belang is. Voor zich steeds herhalende gelijke werkzaamheden met gelijke risico s mag schriftelijk een algemene procedure worden vastgelegd. 3.2 Werknemers De directie verplicht zich ertoe dat: er op toe wordt gezien dat alle procedures strikt worden nageleefd; alle personeel dat wordt betrokken bij werkzaamheden aan, met of nabij elektrische installaties, periodiek wordt geïnstrueerd over de veiligheidseisen, veiligheidsregels en bedrijfsvoorschriften zoals die gelden voor de werkzaamheden; de benodigde hulp-, beschermingsmiddelen worden verstrekt dan wel verkrijgbaar zijn; slechts één persoon met een en dezelfde opdracht wordt belast. De medewerker verplicht zich te houden aan de eisen, regels en instructies zoals die door de directie zijn vastgesteld. De medewerker is verplicht in zijn werkgebied mee te werken aan het in goede staat houden van: de elektrische installatie; de beschermingen, blokkeringsmiddelen, opschriften, waarschuwingsborden, schakelschema s e.d.; de aan u verstrekte gereedschappen, bedieningsmiddelen, persoonlijke en algemene beschermingsmiddelen. De medewerker moet bij zijn arbeid voorzichtig en zorgvuldig te werk gaan en zodanig handelen dat voor hem en voor anderen geen gevaar ontstaat. Daarbij dient hij/zij de voor de veiligheid bestemde, door het bedrijf beschikbaar gestelde hulpmiddelen te gebruiken. Hij/zij dient er op toe te zien dat anderen geen gevaren kunnen veroorzaken. De medewerker moet de voorgeschreven kleding dragen voor de werkzaamheden die worden uitgevoerd. Bij ieder blank deel moet men handelen alsof dit onder spanning staat, tenzij men zich ervan overtuigd hebt dat dit deel is vrij geschakeld en niet ongewild onder spanning kan komen. Als de kans op aanraking van onder spanning staande blanke delen aanwezig is, moet men geïsoleerd gereedschap of geïsoleerde handgrepen voor bediening gebruiken. Het dragen van isolerende handschoenen en/of isolerende laarzen (zie voorbeeld) ontheft u niet van de verplichting geïsoleerd gereedschap of isolerende schakelmiddelen te gebruiken. Pagina 13 van 42

14 U moet voorkomen dat aan u verstrekte sleutels in andere handen komen of worden nagemaakt. U moet verlies of defect raken van sleutels direct melden aan uw direct leidinggevende. Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen, moet de complexiteit ervan worden beoordeeld, zodat de juiste vakbekwame of voldoend onderricht persoon of leek kan worden gekozen om de werkzaamheden uit te voeren. Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen, alsmede tijdens de voortgang van deze werkzaamheden, moet de werkverantwoordelijke erop toezien dat aan alle eisen, regels en instructies zijn voldaan. De werkverantwoordelijke moet alle personen die bij de werkzaamheden zijn betrokken, instrueren over eventuele bijzondere gevaren die door hen niet zonder meer kunnen worden herkend. Indien bij de uitvoering van werkzaamheden door twee of meer personen één of meerdere vakbekwame personen aanwezig zijn, wordt één van hen door de werkverantwoordelijke als ploegleider aangewezen. Werkzaamheden met, aan of nabij elektrische installaties mogen door jeugdige werknemers alleen worden verricht wanneer de gevaren die daarbij kunnen ontstaan door toezicht door een vakbekwame persoon op doeltreffende wijze worden voorkomen, zoals: alleen werkzaamheden in spanningsloze toestand; de inhoud en de mate van toezicht worden bepaald door het risico dat kan ontstaan wanneer deskundig toezicht ontbreekt, een en ander ter beoordeling van de werkverantwoordelijke; wanneer het risico niet door toezicht kan worden vermeden mogen de werkzaamheden niet door een jeugdige werknemer worden verricht. De installatieverantwoordelijke (IV), werkverantwoordelijke (WV), ploegleider (PL), vakbekwaam persoon (VP) en de voldoend onderricht persoon (VOP) worden door of namens de directie schriftelijk aangewezen. De werkverantwoordelijke kan voor de duur van een werkzaamheid ook mondeling een ploegleider aanwijzen. De installatieverantwoordelijke, werkverantwoordelijke, ploegleider, vakbekwaam persoon en de voldoend onderricht persoon kunnen tot het personeel van de eigen organisatie of tot een andere organisatie behoren. De directie is verantwoordelijk voor de veiligheid bij werkzaamheden die worden uitgevoerd door personeel dat ter beschikking is gesteld door een andere organisatie. Worden werkzaamheden uitgevoerd op basis van een overeenkomst tot het verrichten van werkzaamheden zoals aanneming of uitbesteding van werk dan vindt de overdracht van de verantwoordelijkheid plaats door de overeenkomst tot het verrichten van werkzaamheden. Daarbij kan worden geëist dat personeel van de aannemer beschikt over een aanwijzing in het kader van de NEN EN50110 annex NEN3140 en beschikt over de noodzakelijke kennis zoals omschreven in deze VIEW-LS. Een voorbeeld van een procedure voor het aanwijzen van personen staat in bijlage 1. Indien elektrotechnische werkzaamheden met inleen- of uitzendkrachten plaatsvinden moeten beide werkgevers sluitende afspraken maken over de aanwijzing van de genoemde personen en hun functionele relatie. Installatieverantwoordelijken, werkverantwoordelijken, ploegleiders, vakbekwame personen en voldoend onderrichte personen waarmee een gezagsverhouding bestaat en Pagina 14 van 42

15 aan wie werkzaamheden zijn opgedragen, zoals bij inlenen en bij uitzendkrachten, moeten door de inlener op gelijke wijze als het eigen personeel zijn aangewezen. Deze gezagsverhouding is aanwezig tussen het bedrijf en alle personen die ter beschikking zijn gesteld voor het uitvoeren van genoemde werkzaamheden. Dit is niet alleen het geval bij uitzendkrachten, maar ook bij personeel van aannemers, wanneer het distributiebedrijf rechtstreeks aan hen opdrachten verstrekt. Installatieverantwoordelijken moeten beschikken over tenminste een voltooide, voor het werkgebied relevante, middelbare technische opleiding of een daaraan gelijkwaardig kennis- en ervaringsniveau. Werkverantwoordelijken moeten beschikken over tenminste een voltooide, voor het werkgebied relevante, middelbare technische opleiding of een daaraan gelijkwaardig kennis- en ervaringsniveau. Verder moet de werkverantwoordelijke over leidinggevende capaciteiten beschikken. Ploegleiders moeten beschikken over tenminste een voltooide, voor het werkgebied relevante, lagere technische opleiding of een daaraan gelijkwaardig kennisen ervaringsniveau. Ook de ploegleiders moeten over leidinggevende capaciteiten beschikken. Vakbekwame personen moeten beschikken over tenminste een voltooide, voor het werkgebied relevante, lagere technische opleiding of een daaraan gelijkwaardig kennisniveau. Voldoend onderrichte personen moeten een bedrijfsinstructie hebben gevolgd, waarin de elektrische gevaren bij het verrichten van werkzaamheden zijn toegelicht. Pagina 15 van 42

16 3.3 Organisatie Elke elektrische installatie moet onder de verantwoordelijkheid van een installatieverantwoordelijke worden geplaatst. Elke installatie kan worden opgesplitst in gedefinieerde deelinstallaties, die elk weer onder de verantwoordelijkheid van een installatieverantwoordelijke vallen. Wanneer twee of meer (deel)installaties in elkaars nabijheid liggen, is het van wezenlijk belang dat er eenduidige afspraken zijn gemaakt tussen de verschillende installatieverantwoordelijken. Alle werkzaamheden behoren tot de verantwoordelijkheid van de werkverantwoordelijke. De werkverantwoordelijke en de installatieverantwoordelijke moeten beiden instemmen met de nieuwe situatie van de installatie en de daartoe uit te voeren werkzaamheden. De werkverantwoordelijke en de installatieverantwoordelijke kunnen één persoon zijn. De voorbereiding van gecompliceerde werkzaamheden moet schriftelijk plaatsvinden. U bent niet verplicht een opdracht uit te voeren indien u meent dat dit uit een oogpunt van veiligheid en/of gezondheid onverantwoord is. Dit moet direct worden gemeld aan de opdrachtgever. Elektrische bedrijfsruimten mogen alleen worden betreden door diegenen die een aanwijzing hebben. Leken hebben alleen toegang onder voortdurend toezicht van een persoon met een aanwijzing. Deuren, deksels, hekken en dergelijke, waarachter zich delen van de elektrische installatie bevinden, mogen slechts geopend worden en geopend zijn voor zover dit voor het uitvoeren van de werkzaamhedennoodzakelijk is. Een elektrische bedrijfsruimte mag niet anders worden gebruikt als waarvoor deze bestemd is. Voor installaties of delen van installaties die niet mogen worden gebruikt, omdat ze niet veilig zijn, moet worden voorkomen dat ze onbedoeld in bedrijf kan worden genomen. Bij het uitvoeren van werkzaamheden op basis van een overeenkomst dient eveneens de verantwoordelijkheid voor een veilige uitvoering van die werkzaamheden te zijn vastgelegd. Zijn u situaties bekend die een ongeval of een storing kunnen veroorzaken of al hebben veroorzaakt, dan bent u verplicht onmiddellijk de volgende maatregelen te nemen: opheffen van deze situatie of de storing (afhankelijk van de aanwijzing); melden aan de installatieverantwoordelijke. Indien omstandigheden dwingen tot wijzigen van installaties, dient dit te gebeuren volgens de dan geldende normen. Pagina 16 van 42

17 3.4 Communicatie Voordat met werkzaamheden wordt begonnen, moet de installatieverantwoordelijke over de voorgenomen werkzaamheden worden geïnformeerd. Deze verplichting geldt niet indien aan de aangewezen persoon, afhankelijk van bevoegdheid en taakstelling, een pakket standaardwerkzaamheden en het opheffen van storingen (ook wel raamopdracht of verzamelopdracht genoemd) is opgedragen. Voor een veilige bedrijfsvoering van de elektrische installatie moet alle noodzakelijke informatie, zoals over de netsituatie en schakeltoestand, aan alle betrokkenen worden overgebracht. Dit geldt ook voor installatieverantwoordelijken bij overdracht van de dienst. Om fouten bij de mondelinge overbrenging van informatie te voorkomen, moet de ontvanger de informatie naar de verzender herhalen; de verzender moet bevestigen dat de informatie juist is ontvangen en begrepen. Toestemming om met de werkzaamheden te beginnen en de elektrische installatie na voltooide werkzaamheden weer in te schakelen, mag niet worden gegeven door signalen of op grond van een vooraf afgesproken tijdsverloop. 3.5 Werkplek Bij alle delen van een elektrische installatie waaraan, waarmee of in de nabijheid waarvan werkzaamheden worden uitgevoerd, moet voldoende ruimte zijn om te kunnen werken. De werkplek moet zijn voorzien van een goede toegang en voldoende verlichting. Er moeten geschikte voorzorgsmaatregelen worden getroffen ter voorkoming van letsel van personen en materiële schade door andere mogelijke gevaren. Voorwerpen die de toegang belemmeren en/of brandbare materialen mogen niet naast of op de toegangswegen naar en ontsnappingsroutes van schakelmaterieel zijn geplaatst, en evenmin op die plaatsen waar het personeel met dat materieel moet werken. Op plaatsen waar vlambogen kunnen ontstaan, mogen zich geen brandbare materialen bevinden. Pagina 17 van 42

18 3.6 Gereedschappen, hulpmiddelen en PMB Gereedschappen, hulpmiddelen en (persoonlijke) beschermingsmiddelen moeten voldoen aan relevante binnen Nederland geaccepteerde normen. Gereedschappen, hulpmiddelen en (persoonlijke) beschermingsmiddelen moeten worden toegepast in overeenstemming met de aanwijzingen en/of de richtlijnen van de fabrikant of leverancier. Voor een veilige bedrijfsvoering of voor veilig werken aan, met of nabij elektrische installaties moeten gereedschappen, hulpmiddelen en (persoonlijke) beschermingsmiddelen worden gebruikt die geschikt zijn voor die toepassing, op de juiste wijze worden gebruikt en goed worden onderhouden. Voor zover dit voor een correct gebruik en behoud van de betreffende middelen relevant is moeten de eigenschappen, het gebruik, de opslag, het onderhoud, de transportmethode en de inspecties van de gereedschappen, hulpmiddelen en (persoonlijke) beschermingsmiddelen worden gespecificeerd. Dat de gereedschappen en de (persoonlijke) beschermingsmiddelen die bij onder spanning werken worden gebruikt voldoen aan de desbetreffende normen blijkt uit de op de gereedschappen of de (persoonlijke) beschermingsmiddelen aangebrachte markering, zie de figuren 3 en 4. Pagina 18 van 42

19 3.6.1 Dagelijkse controle Geïsoleerd handgereedschap, persoonlijke beschermingsmiddelen, verplaatsbare elektrische meetinstrumenten, spanningsaanwijzers, handlampen, elektrisch handgereedschap en verplaatsbare leidingen moeten door de gebruiker onmiddellijk voorafgaand aan ieder gebruik visueel worden gecontroleerd. Wanneer defecten zijn geconstateerd die gevaar voor de veiligheid kunnen opleveren, mogen ze niet meer worden gebruikt. Geïsoleerd handgereedschap moet worden gecontroleerd op de goede staat van het isolatiemateriaal door na te gaan of er breuken in voorkomen of gedeelten ontbreken. Van elektrisch handgereedschap, verplaatsbare elektrische meetinstrumenten,handlampen en verplaatsbare leidingen wordt gecontroleerd of: (aansluit)leidingen niet zijn beschadigd of gerepareerd; (aansluit)leidingen solide in huis, omhulsel of contactstop zijn binnengeleid; uitwendige onderdelen deugdelijk zijn bevestigd; huis, omhulsel of bedieningsorganen geen gebreken vertonen die de veiligheid in gevaar kunnen brengen; handgereedschap, meetinstrumenten en handlampen schoon en droog zijn Periodieke controle Naast de controle door de gebruiker worden de genoemde hulpmiddelen regelmatig gecontroleerd. Van elektrisch handgereedschap, elektrische meetinstrumenten en handlampen wordt daarbij tevens de isolatieweerstand bepaald. De controle vindt plaats, periodiek, zo vaak als het gebruik daar aanleiding toe geeft of na reparatie. De controle mag worden uitgevoerd door een voldoend onderricht persoon. Er moet gebruik worden gemaakt van geschikte meettoestellen. De resultaten worden bijgehouden in een register en/of door een sticker op het betreffende materiaal aangegeven. 3.7 Tekeningen en documenten. Er moeten bijgewerkte tekeningen en documenten van de elektrische installatie beschikbaar zijn. Van verdeelkasten en laagspanningsschakel- en verdeelinrichtingen moeten ter plekke altijd bijgewerkte schema s aanwezig zijn. Dit behoeft niet wanneer de daarin aanwezige kabels zijn voorzien van opschriften. Pagina 19 van 42

20 4 Standaard bedrijfsvoeringprocedures 4.1 Bedieningshandelingen Bedieningshandelingen mogen worden verricht door installatieverantwoordelijken, werkverantwoordelijken of door vakbekwame personen. Mespatronen (zie afbeelding) in aansluitingen, die zijn geplaatst in geïsoleerde mespatroonhouders mogen ook worden verwisseld door een voldoend onderricht persoon. Opdrachten voor bedieningshandelingen worden gegeven door de installatieverantwoordelijke of, in geval van samenhang met werkzaamheden, door de werkverantwoordelijke na overleg met de installatieverantwoordelijke. Bij een wijziging van de netsituatie die langer duurt dan één dag, moet u er voor zorgen dat het schakelschema wordt bijgewerkt. Eventueel mag u op een andere manier aangeven dat de schakeltoestand is veranderd. Alvorens u een nieuwe koppeling van spanningvoerende laagspanningsgedeelten tot stand brengt, dient u eerst een controle op fasegelijkheid uit te voeren. Pagina 20 van 42

21 4.2 Functionele controle Meting Metingen moeten worden uitgevoerd door tenminste voldoend onderrichte personen of, indien door leken, uitsluitend onder toezicht van een vakbekwaam persoon. Voor het meten aan elektrische installaties moeten passende en veilige meetinstrumenten worden gebruikt. Deze instrumenten moeten worden gecontroleerd vóór en, indien noodzakelijk, na gebruik. Indien noodzakelijk, zijn de regels voor spanningsloos werken, werken in de nabijheidszone of onder spanning werken van toepassing Beproeving Beproevingen moeten worden uitgevoerd door een tenminste voldoend onderricht persoon of, indien door leken, uitsluitend onder toezicht van een vakbekwaam persoon. De beproeving van een installatie die spanningsloos is gemaakt, moet worden uitgevoerd volgens de regels die gelden voor spanningsloos werken. Indien het noodzakelijk is om aardingen kortsluitgarnituren te verwijderen, moeten voorzorgsmaatregelen worden getroffen om te voorkomen dat de installatie opnieuw onder spanning komt. Wanneer de beproeving plaatsvindt onder normale bedrijfsspanning, gelden de desbetreffende eisen zoals beschreven in hoofdstuk 5. Wanneer de beproeving plaatsvindt met gebruikmaking van een externe voedingsbron, moeten er zodanige voorzorgsmaatregelen worden getroffen dat: installatie is gescheiden van elke mogelijke normale voedingsbron; installatie niet opnieuw onder spanning kan komen door een andere voedingsbron dan de externe voedingsbron; er tijdens de proeven veiligheidsmaatregelen ter voorkoming van elektrisch gevaar worden getroffen voor al het aanwezige personeel; de elektrische scheiding ter plekke een zodanig isolatieniveau heeft dat deze bestand is tegen de beproevingsspanning aan de ene zijde en gelijktijdig de bedrijfsspanning aan de andere zijde Inspectie Inspecties moeten worden uitgevoerd door een tenminste voldoend onderricht persoon of, indien door leken, uitsluitend onder toezicht van een vakbekwaam persoon. Nieuwe elektrische installaties evenals wijzigingen en uitbreidingen van bestaande installaties moeten worden geïnspecteerd voordat deze in bedrijf worden genomen. Elektrische installaties moeten met een passende regelmaat worden geïnspecteerd. Bij inspectie van installaties moet tenminste worden uitgegaan van de veiligheidsbepalingen die van kracht waren bij de aanleg van de installatie. Bij inspectie van elektrische arbeidsmiddelen moet tenminste worden uitgegaan van de veiligheidsbepalingen die van kracht waren bij de vervaardiging van het elektrische arbeidsmiddel. De inspectie kan inhouden: visuele controle; meting en/of beproeving volgens de eisen van en Pagina 21 van 42

22 Gebreken die een onmiddellijk gevaar vormen, moeten zonder uitstel worden hersteld of defecte delen moeten worden uitgeschakeld en beveiligd tegen opnieuw inschakelen. De resultaten van een inspectie moeten worden vastgelegd en passende herstelmaatregelen moeten worden getroffen. Bij inspectie van bestaande installaties moet de installatieverantwoordelijke het volgende bepalen en met redenen omkleed vastleggen: de te inspecteren elektrische installaties of delen daarvan; de uit te voeren inspecties; de tijd tussen twee opeenvolgende inspecties; de representatieve steekproef. 4.3 Vervangingen Vervanging van mespatronen Een mespatroon die defect is geraakt mag u alleen vervangen nadat u zich ervan overtuigd hebt dat het weer onder spanning brengen van het desbetreffende netgedeeltegeen gevaarlijke situatie veroorzaakt. Bij het aanbrengen of verwijderen van mespatronen of doorverbindingsmessen moet u gebruikmaken van een mespatroonhouder-handschoencombinatie en een gelaatsscherm, zie onderstaande figuur. Het gebruik van een gelaatsscherm is niet verplicht als de mespatronen geplaatst zijn in een zodanige inrichting dat het ontstaan van een vlamboog uitgesloten is. U mag met mespatronen en doorverbindingsmessen belastingstromen in- en uitschakelen tot en met 250 Ampère. Deze beperking geldt niet indien de mespatronen of de doorverbindingsmessen zijn opgenomen in voorzieningen voor kortsluitvast inschakelen en veilig uitschakelen van de nominale stroom. Pagina 22 van 42

23 5 Werkprocedures 5.1 Algemeen Installatieverantwoordelijke en werkverantwoordelijke Voor alle werkzaamheden moet een plan worden opgesteld. De installatieverantwoordelijke of de werkverantwoordelijke moet ervoor zorgen dat voor de aanvang en bij de voltooiing van de werkzaamheden specifieke en uitvoerige aanwijzingen worden gegeven aan het personeel dat de werkzaamheden uitvoert. Voor de aanvang van de werkzaamheden moet de werkverantwoordelijke de installatieverantwoordelijke informeren over de aard, de plaats en de gevolgen van de voorgenomen werkzaamheden voor de elektrische installatie. Deze informatie wordt bij voorkeur schriftelijk verstrekt, vooral als de werkzaamheden gecompliceerd zijn. De installatieverantwoordelijke geeft toestemming aan de werkverantwoordelijke om met de werkzaamheden te beginnen. Er is een aantal werkzaamheden waarbij de installatieverantwoordelijke niet direct over actuele informatie hoeft te beschikken (bijvoorbeeld meterverwisseling). In deze gevallen kan de werkverantwoordelijke opdracht geven de werkzaamheden uit te voeren zonder de installatieverantwoordelijke hierin te kennen. In een procedure zal de aard van de werkzaamheden en de omstandigheden waaronder deze plaatsvinden, moeten worden vastgelegd. De werkverantwoordelijke meldt de beëindiging van de werkzaamheden terug aan de installatieverantwoordelijke. Als de verantwoordelijkheid voor het werk wordt overgedragen van de ene naar de andere werkverantwoordelijke dient zowel de installatieverantwoordelijke als het betrokken personeel daarover te worden geïnformeerd. Als opdrachtgever bent u verantwoordelijk voor de inhoud van uw opdracht en tevens voor de daarbij verstrekte informatie. Verder bent u verantwoordelijk voor de controle op de uitvoering van uw opdracht, voor zover dit redelijkerwijs van u kan worden verlangd. Opdrachten mogen slechts worden gegeven binnen het kader van de bevoegdheden van zowel de opdrachtgever als de ontvanger van de opdracht Ontvanger van de opdracht Hebt u informatie verstrekt op grond waarvan aan u een opdracht wordt gegeven, dan bent u verantwoordelijk voor de juistheid van de informatie. U bent verplicht steeds de juistheid van een ontvangen opdracht na te gaan. U mag de grenzen van uw opdracht niet overschrijden. Als aangewezen persoon kan aan u, afhankelijk van uw bevoegdheid en taakstelling, een pakket standaardwerkzaamheden en het opheffen van storingen worden opgedragen (ook wel een raamopdracht genoemd). Opdrachten mogen slechts worden aanvaard binnen het kader van de bevoegdheden van zowel de ontvanger van de opdracht als de opdrachtgever. Pagina 23 van 42

24 5.1.3 Toezicht Toezicht op werkzaamheden mag worden gehouden door een werkverantwoordelijke, een vakbekwaam persoon of een voldoend onderricht persoon. Een voldoend onderricht persoon mag alleen toezicht houden op niet-elektrotechnische werkzaamheden door leken, voor zover deze werkzaamheden niet worden uitgevoerd in de gevarenzone of de nabijheidszone. Waar in deze veiligheidsinstructie wordt gesproken over "regelmatig" toezicht, dient het toezicht te worden aangepast aan de aard van de werkzaamheden, een en ander ter beoordeling van de werkverantwoordelijke Handelingen door de werkverantwoordelijke Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen, moet het uitvoerende personeel worden geïnformeerd over de aard van de werkzaamheden, de veiligheidsaspecten, de rol van elk van hen daarin en de te gebruiken gereedschappen en hulpmiddelen. De toestemming aan het personeel om met de werkzaamheden te beginnen, mag uitsluitend worden gegeven door de werkverantwoordelijke. Hij mag dit delegeren aan de ploegleider binnen het kader van zijn opdracht. Aan het einde van de werkzaamheden moet de werkverantwoordelijke de installatieverantwoordelijke op de voorgeschreven wijze informeren. Bij onderbreking van de werkzaamheden moeten passende veiligheidsmaatregelenworden getroffen. Bij werkzaamheden wordt onderscheid gemaakt in drie werkmethoden: spanningsloos werken, werken in de nabijheidszone en onder spanning werken. Indien niet geheel kan worden voldaan aan de eisen van spanningsloos werken of werken in de nabijheidszone, moeten de eisen van onder spanning werken in acht worden genomen. Bij ongunstige omgevingsinvloeden (weersinvloeden) moeten beperkingen worden opgelegd. Tijdens onweer mogen geen werkzaamheden worden verricht aan de elektrische installatie. Pagina 24 van 42

25 5.2 Werkzaamheden Niet-elektrotechnische werkzaamheden Niet-elektrotechnische werkzaamheden mogen alleen worden verricht door degenen die een aanwijzing hebben en door leken uitsluitend onder voortdurend toezicht. Hieronder vallen o.a. werkzaamheden met hijskranen, graafmachines e.d. in de nabijheid van onafgeschermde bovengrondse leidingen en werkzaamheden zoals poetsen, schoonmaken, schilderen en metselen in de nabijheidszone. Opdrachten tot het uitvoeren van niet-elektrotechnische werkzaamheden mogen uitsluitend worden gegeven door een werkverantwoordelijke. Als deze binnen het kader van de (raam)opdracht vallen, is ook een ploegleider gerechtigd tot het geven van opdrachten voor niet-elektrotechnische werkzaamheden. Veiligheidsmaatregelen ten behoeve van niet-elektrotechnische werkzaamheden mogen uitsluitend worden genomen door een tenminste vakbekwaam persoon. Bij grondwerkzaamheden in de nabijheid van kabels moet u voor het vaststellen van de ligging van de kabels: desbetreffende recente tekeningen raadplegen; proefsleuven of proefgaten graven. Wanneer u de kabels dicht bent genaderd mag u alleen maar handmatig en met elektrisch veilig gereedschap graven. Afwijkingen ten opzichte van de tekeningen met betrekking tot ligging van de kabel(s) dienen aan de werkverantwoordelijke te worden doorgegeven Overzichtelijke werkzaamheden Werkzaamheden mogen worden verricht door een tenminste voldoend onderricht persoon. Opdrachten tot het uitvoeren van deze werkzaamheden mogen uitsluitend worden gegeven door een werkverantwoordelijke of door een ploegleider, indien dit binnen zijn (raam)opdracht valt Vervanging van lampen en toebehoren Uitwendig onbeschadigde lampen en uittrekbare delen zoals starters mogen onder spanning worden vervangen, mits de eventuele hulp- en beschermingsmiddelen volledige bescherming bieden tegen directe aanraking en persoonlijk letsel. Uitwendig onbeschadigde lampen, alsmede smeltveiligheden in masten van de openbare verlichting, mag u onder spanning vervangen. Diazed-patronen in aansluitingen mag u onder spanning vervangen mits u vooraf de aangesloten installatie uitschakelt Elektrotechnische werkzaamheden Opdrachten tot het verrichten van elektrotechnische werkzaamheden mogen uitsluitend worden gegeven door een werkverantwoordelijke of door een ploegleider. Opdrachten gegeven door een ploegleider moeten vallen binnen het raam van de opdracht gegeven door de werkverantwoordelijke. Pagina 25 van 42

26 Werkzaamheden aan kabels Met het verrichten van elektrotechnische werkzaamheden aan een kabel mag u eerst beginnen nadat u zich er aan de hand van een recente tekening, kabelcodering en kabeltype en/of aftakmof of met behulp van meetapparatuur ervan hebt overtuigd dat de betrokken kabel de juiste laagspanningskabel is. Bij twijfel moet u zich in verbinding stellen met uw opdrachtgever. Indien, bij elektrische installaties met kabels, deze op de werkplek niet duidelijk kunnen worden geïdentificeerd, moeten in plaats daarvan andere beproefde maatregelen ter beveiliging worden getroffen. Dit kan bijvoorbeeld zijn het gebruik van geschikte kabelknipapparatuur. Het identificeren van de juiste leiding kan: door het volgen van de leiding vanaf de schakelaars; aan de hand van tekeningen, kabelmerken, kabelgarnituren; andere betrouwbare kabelkenmerken; door meting met behulp van kabelselectieapparatuur. Maak gebruik van geschikte kabelknipapparatuur indien geen zekerheid kan worden verkregen of de juiste kabel of mof is gekozen. Schieten is niet toegestaan. Knippen is alleen toegelaten met toestemming van de werkverantwoordelijke. U mag kabels die zich in goede staat bevinden onder spanning verleggen, mits daarbij geen gevaar bestaat voor beschadiging of tordering van de kabel. Kabelgarnituren mogen niet worden verlegd tenzij is vastgesteld dat het type hiervoor geschikt is. Alvorens u een kabel aansnijdt, moet u vaststellen dat de eventueel aanwezige metalen beschermmantel niet onder spanning staat. Dit dient u ook te doen bij kabels met een kunststof mantel. De controle moet u, als dat praktisch mogelijk is, doen met een dubbelpolige spanningsaanwijzer; bij kabels met een kunststof mantel dient u daartoe een kleine opening in de kunststof mantel te maken. Wanneer in de praktijk geen referentiepunt in de vorm van een aardleiding of iets dergelijks aanwezig is, kan worden volstaan met een meting d.m.v. een deugdelijke enkelpolige spanningsaanwijzer. Staat de beschermmantel onder spanning, dan moet u de werkzaamheden onderbreken en contact opnemen met uw opdrachtgever Werkzaamheden aan verdeelinrichtingen en aansluitkasten Het bijplaatsen en uitwisselen van laagspanningsveilighedenstroken mag u onder spanning doen, mits een werkinstructie wordt gevolgd. Een spanningsloze kabel mag u monteren op, of demonteren van een onder spanning staand laagspanningsrek, mits de naastliggende richtingen zijn afgeschermd en de werkzaamheden aan de voorkant van het rek plaatsvinden. Hierbij dient te worden gewerkt volgens werkinstructies en dient gebruik te worden gemaakt van de voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen. In kunststof aansluitkasten mag u elektrotechnische werkzaamheden onder spanning verrichten, mits in de kast adequate afscherminge aanwezig zijn of indien er specifiek gereedschap wordt gebruikt. In metalen aansluitkasten mag u alleen elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren voor zover dit betreft het aanbrengen van of uitwisselen van passchroeven en grondcontactschroeven, het monteren en demonteren van hulpstroomaders en het verrichten van metingen. Voor het aansluiten en losnemen van deze aders moet u gebruik maken van een vol-kunststof tang. U mag een kunststof aansluitkast onder spanning verplaatsen mits daarbij geen gevaar bestaat voor beschadiging of tordering van de kabel. Een kunststof aansluitkast mag u onder spanning vervangen door een andere kunststof aansluitkast. De aders moeten Pagina 26 van 42

27 onmiddellijk na het losnemen deugdelijk worden geïsoleerd. Het niet deelbare invoerstuk mag niet van de kabel worden verwijderd. U mag meetapparatuur op laagspanningsverdeelinrichtingen onder spanning uitwisselen, mits deze is voorzien van een daarvoor bestemd aansluitklemmenblok. U mag onder spanning metingen verrichten. Daartoe moet u: gebruikmaken van geïsoleerde draden of snoeren en hulpstukken, die hetzij in het snoer, hetzij in het apparaat beveiligd zijn; indien voor de meting een aarding is vereist, eerst deze aarding tot stand brengen; de meetleidingen pas onder spanning brengen nadat de meetinrichting is gemonteerd en gecontroleerd Werkzaamheden met moffen en eindsluitingen Knippen of doorverbinden van onder spanning staande aders mag alleen indien: er geen noemenswaardig vermogen wordt gevoerd; de overige aders voldoende worden afgeschermd. Er is sprake van geen noemenswaardig vermogen : bij het knippen van een kabel waarmee er een spanningsloos netdeel ontstaat en waarbij er sprake is van een stroomsterkte van enkele ampères; bij het knippen of verbinden van een kabel die tweezijdig gevoed wordt en waarbij stromen van enkele tientallen ampères kunnen optreden. Het verbinden van niet onder spanning staande aders met onder spanning staande aders mag alleen als: er op het niet onder spanning staande deel geen belasting zit; het niet onder spanning staande deel gecontroleerd is op isolatiewaarde; het niet onder spanning staande deel is afgemonteerd. Er dient te worden gewerkt volgens de werkinstructie. Tevens dient gebruik te worden gemaakt van de voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen Specifieke eisen voor installaties met zeer lage spanning Voor SELV-installaties geldt dat werkzaamheden aan actieve delen zijn toegelaten zonder voorzorgsmaatregelen tegen directe aanraking, maar voorzorgsmaatregelen tegen kortsluiting moeten wel worden getroffen. Werkzaamheden aan onder spanning staande SELV-ketens zijn toegelaten voor ketens met een beveiliging tegen overstroom van maximaal 25 Ampère en een vermogen van ten hoogste VA. Verbindingen met accumulatoren mogen niet worden verbroken of gemaakt terwijl de laadketen onder spanning staat of de door de accumulatoren gevoede stroomketen is ingeschakeld Specifieke werkzaamheden aan actieve delen Voor werkzaamheden zoals schoonmaken moeten werkinstructies worden gevolgd. Het personeel moet vakbekwaam of voldoend onderricht zijn. U mag onder spanning staande installaties stofvrij maken mits u gebruik maakt van kunststof materialen, waardoor het maken van kortsluiting is uitgesloten. Pagina 27 van 42

28 5.3 Procedures Procedures voor spanningloos werken Deze paragraaf behandelt de essentiële eisen die ervoor moeten zorgen dat de elektrische installatie op de werkplek spanningsloos en veilig is tijdens de duur van de werkzaamheden. Daartoe moet de werkplek duidelijk worden bepaald. Nadat de betrokken elektrische installaties zijn bepaald, moeten de volgende vijf essentiële eisen worden aangehouden in de aangegeven volgorde, tenzij er doorslaggevende redenen zijn om daarvan af te wijken, te weten: Scheiden; Beveiligen tegen wederinschakeling; Controleren of de installatie spanningsloos is; Zorgen voor aarding en kortsluiting; Zorgen voor bescherming ten opzichte van naastgelegen actieve delen. Een netgedeelte dat nog in aanleg is en niet met de installatie is verbonden, voldoet aan deze eisen. Indien niet eenduidig kan worden vastgesteld dat er geen sprake is van decentrale opwekking, moet rekening worden gehouden met het onder spanning kunnen komen van het net en moet de procedure voor het werken onder spanning worden gevolgd. Ieder die aan deze werkzaamheden deelneemt, moet vakbekwaam of voldoend onderricht zijn of moet onder regelmatig toezicht van een vakbekwaam of voldoend onderricht persoon staan. Scheiden: het gedeelte van de installatie waaraan wordt gewerkt, moet van alle voedingsbronnen zijn gescheiden. De scheiding moet bestaan uit een luchtweg of een even doelmatige isolatie die ervoor zorgt dat er geen doorslag plaatsvindt op de scheidingsplaats. Delen van de elektrische installatie die na volledige scheiding van de installatie nog spanning voeren, bijvoorbeeld condensatoren en kabels, moeten worden ontladen met behulp van geschikte voorzieningen. Beveiligen tegen wederinschakeling: al het schakelmaterieel dat is gebruikt om de elektrische installatie tijdens de werkzaamheden te scheiden, moet zijn beveiligd tegen wederinschakeling, bij voorkeur door vergrendeling van het bedieningsmechanisme. Bij afwezigheid van vergrendelingmogelijkheden moeten gelijkwaardige, in de praktijk beproefde, maatregelen tegen wederinschakeling worden genomen. Aan de bedieningsorganen moeten waarschuwingsborden en/of -labels en dummy s worden aangebracht, waaruit blijkt dat niet mag worden ingeschakeld Controleren of de installatie spanningsloos is De spanningsloze toestand moet worden gecontroleerd aan alle polen en fasen van de elektrische installatie op of zo dicht mogelijk bij de werkplek. De goede werking van de gebruikte spanningsaanwijzer moet direct voor en direct na gebruik worden gecontroleerd. Voor het vaststellen van de spanningsloze toestand mogen uitsluitend deugdelijke dubbelpolige spanningsaanwijzers worden gebruikt. In uitzonderingsgevallen kunnen, indien dubbelpolige spanningsaanwijzers niet beschikbaar zijn, ook deugdelijke voltmeters en universeelmeters worden gebruikt, maar alleen indien daarin voorzieningen aanwezig zijn die voorkomen dat bij verkeerde bediening of aansluiting gevaar ontstaat. Daar waar het dubbelpolig testen niet mogelijk of onbetrouwbaar (bv. Pagina 28 van 42

29 kapot getrokken kabel) is, moet een deugdelijke enkelpolige spanningsaanwijzer worden gebruikt Aarding en kortsluiting. Voor sommige laagspanningsinstallaties waaraan gewerkt zal gaan worden, geldt dat deze op de werkplek moeten zijn geaard en kortgesloten. Materieel of toestellen voor aarding en kortsluiting moeten eerst op het aardpunt zijn aangesloten en dan op de te aarden componenten. Indien mogelijk, moet het materieel of de toestellenn voor aarding en kortsluiting vanaf de werkplek zichtbaar zijn. Wanneer dit niet mogelijk is, moeten de aardaansluitingen zo dicht mogelijk bij dewerkplek zijn aangebracht. Wanneer tijdens het verloop van de werkzaamheden geleiders moeten worden onderbroken of verbonden en daarbij gevaar bestaat door potentiaalverschillen in de installatie, moeten eerst op de werkplek passende maatregelen worden getroffen, bijvoorbeeld door potentiaalvereffening en/of aarding, voordat de geleiders worden onderbroken of verbonden. In alle gevallen moet ervoor worden gezorgd dat het materieel of de toestellen voor aarding en kortsluiting en de kabels en verbindingsklemmen voor potentiaalvereffening geschikt zijn voor en voldoende aangepast aan de kortsluitstroom van de elektrische installatie waarin zij zijn geïnstalleerd. Er moet voor worden gezorgd dat de aardaansluitingen tijdens de gehele duur van de werkzaamheden betrouwbaar blijven. Indien de aardaansluitingen tijdens metingen of beproevingen worden verwijderd, moeten speciale veiligheidsmaatregelen worden getroffen. Bovengrondse laagspanningsnetten dienen altijd geaard en kortgesloten te worden. Eisen te stellen aan laagspanningsinstallaties: laagspanningsinstallaties moeten altijd worden geaard en kortgesloten wanneer het risico bestaat dat de installatie onder spanning kan komen anders dan door decentrale op wekeenheden. Dit dient te geschieden door het aanbrengen van een aardingsgarnituur op of zo dicht mogelijk bij de werkplek. Afschermen van naastgelegen onder spanning staande delen: indien nabij dewerkplek nog delen van een elektrische installatie onder spanning staan, moeten aanvullende maatregelen worden genomen. Deze zijn beschreven onder "procedures voor het werken in de nabijheidszone". Toestemming om met de werkzaamheden te beginnen: de toestemming aan het uitvoerende personeel om met de werkzaamheden te beginnen, mag uitsluitend worden gegeven door de werkverantwoordelijke of door de ploegleider mits dit past binnen het kader van zijn opdracht. Indien het scheiden niet ter plaatse geschiedt, mag pas met de werkzaamheden worden begonnen nadat degene die de werkzaamheden moet uitvoeren zelf heeft vastgesteld dat wordt voldaan aan de gestelde eisen (Opnieuw) inschakelen na de werkzaamheden Na voltooiing en inspectie van de werkzaamheden moeten personen die niet langer nodig zijn, worden teruggetrokken. Alle bij de werkzaamheden gebruikte gereedschappen, hulpmiddelen en (persoonlijke) beschermingsmiddelen moeten worden verwijderd. Pas dan mag met de procedure worden begonnen om de installatie (opnieuw) in te schakelen. Alle materieel en/of toestellen voor aarding en kortsluiting moeten van de werkplek worden verwijderd. Te beginnen vanaf de werkplek en van daaruit naar buiten toe, Pagina 29 van 42

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en veilig stellen versie 15-04-2015 behorend bij de BEI-BLS

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en veilig stellen versie 15-04-2015 behorend bij de BEI-BLS Doel Veilig een LS-netdeel in- en uit bedrijf nemen en veilig stellen. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die voor of door de Netbeheerder worden uitgevoerd, tenzij de IV anders heeft bepaald.

Nadere informatie

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen versie behorend bij de BEI-BLS

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen versie behorend bij de BEI-BLS Doel Veilig een LS-netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die voor of door de Netbeheerder worden uitgevoerd, tenzij de IV anders heeft

Nadere informatie

Inzage COLOFON Kenteq, Hilversum

Inzage COLOFON Kenteq, Hilversum COLOFON 2015 Kenteq, Hilversum Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand dan wel openbaar gemaakt in enige vorm of op

Nadere informatie

Installatieverantwoordelijkheid NEN-3140

Installatieverantwoordelijkheid NEN-3140 Installatieverantwoordelijkheid NEN-3140 Installatieverantwoordelijkheid / NEN-3140 Inhoud presentatie: 1. Wie is installatieverantwoordelijke 2. Aanwijzing installatieverantwoordelijke 3. Toelichting

Nadere informatie

Bedrijfsvoering van elektrische installaties. Veiligheid in verband met de elektrische gevaren volgens NEN 3140:2011

Bedrijfsvoering van elektrische installaties. Veiligheid in verband met de elektrische gevaren volgens NEN 3140:2011 Bedrijfsvoering van elektrische installaties Veiligheid in verband met de elektrische gevaren volgens NEN 3140:2011 oktober 2011 Bestemd voor de cursussen: basiscursus; opfriscursus; voldoende onderricht

Nadere informatie

Instructie aanwijzing NEN 3140

Instructie aanwijzing NEN 3140 Instructie aanwijzing NEN 3140 Het risico Zowel bij het gebruik van elektrische installaties en elektrische arbeidsmiddelen als bij het werken aan elektrische installaties bestaat een zeker risico op gevaar

Nadere informatie

Je merkt dat het werkt. Veilig werken: implementatie en onderhoud van de NEN 3140

Je merkt dat het werkt. Veilig werken: implementatie en onderhoud van de NEN 3140 Je merkt dat het werkt Veilig werken: implementatie en onderhoud van de NEN 314 Veilig werken: implementatie en onderhoud van de NEN 314 De NEN 314 is de Nederlandse norm voor het veilig werken aan en

Nadere informatie

ELEKTRISCHE VEILIGHEID

ELEKTRISCHE VEILIGHEID ELEKTRISCHE VEILIGHEID DIT STUK IS NOG NIET GETOETST DOOR DE INSPECTIE SZW EN DIENT ALS NASLAGWERK Natte en ruwe omstandigheden kunnen de veiligheid bij het gebruik van elektriciteit nadelig beïnvloeden.

Nadere informatie

ARBOCOMMISSIE NEN 3140:2011

ARBOCOMMISSIE NEN 3140:2011 ARBOCOMMISSIE NEN 3140:2011 Te hanteren voorschriften bij het werken aan laagspanningsinstallaties Opgesteld: VLR/NLB-Arbocommissie Datum : 01-05-2014 versie: 4 INHOUD blad 0. INLEIDING 3 1. OPLEIDINGEN

Nadere informatie

NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering

NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering Als werkgever bent u verantwoordelijk voor veilige installaties en het veilig kunnen werken van uw personeel in een elektrotechnische omgeving. In zowel de Arbowet als

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding... 3

Inhoud. Inleiding... 3 Inhoud Inleiding... 3 De dagelijkse praktijk... 3 Arbobesluit art 3.5... 4 Bepalingen uit de NEN 3140 en EN 50110... 4 Extra lage spanning... 5 Werkverantwoordelijke / installatieverantwoordelijke... 5

Nadere informatie

Inspectieplan elektrische installaties en -arbeidsmiddelen

Inspectieplan elektrische installaties en -arbeidsmiddelen Inspectieplan elektrische installaties en -arbeidsmiddelen februari 2018 www.sot.nl L. Smit INHOUD 1 Inleiding...2 2 Foutindicaties...2 2.1 Verklaring van de gebruikte codes...2 2.2 Verklaring van de urgentie

Nadere informatie

ELEKTRICITEIT. Wat is de gewenste situatie? Maatregelen. Sector Glastuinbouw

ELEKTRICITEIT. Wat is de gewenste situatie? Maatregelen. Sector Glastuinbouw ELEKTRICITEIT Natte en ruwe omstandigheden kunnen de veiligheid bij het gebruik van elektriciteit nadelig beïnvloeden. Om de veiligheid zoveel mogelijk te waarborgen, moet het elektra aan de regels voldoen

Nadere informatie

Veilig meten met passende, veilige meetapparatuur

Veilig meten met passende, veilige meetapparatuur Veilig meten met passende, veilige meetapparatuur Elektrotechnici verrichten bij hun werkzaamheden regelmatig metingen. Bijvoorbeeld om een waarde van een spanning te meten, een storing te zoeken, spanningsloosheid

Nadere informatie

NEN /400V-installaties. en installaties met andere spanningen van maximaal 1000 V

NEN /400V-installaties. en installaties met andere spanningen van maximaal 1000 V NEN 3140 230/400V-installaties en installaties met andere spanningen van maximaal 1000 V Wat is er nieuw in de NEN 3140+A2:2018 De laagspanningsnorm gaat over het omgaan met het laagspanningsrisico. Anders

Nadere informatie

1. Bepaald het beleid rondom de veilige bedrijfsvoering van de elektrische installatie en de veiligheid van de elektrische arbeidsmiddelen.

1. Bepaald het beleid rondom de veilige bedrijfsvoering van de elektrische installatie en de veiligheid van de elektrische arbeidsmiddelen. 3.2.2 De installatieverantwoordelijke (IV) Een IV is eindverantwoordelijk voor de veilige bedrijfsvoering van een elektriciteitsvoorzieningsysteem inclusief de secundaire en tertiaire installaties. Ook

Nadere informatie

NEN-EN 50110 1 NEN-EN 50110 2 NEN 3140

NEN-EN 50110 1 NEN-EN 50110 2 NEN 3140 NEN-EN 50110 1 NEN-EN 50110 2 NEN 3140 NEN 3140 Deze opleiding beperkt zich tot het behandelen van de bepalingen die betrekking hebben op werkzaamheden aan laagspannings-installaties door een: Vakbekwaam

Nadere informatie

MODEL INSPECTIERAPPORT NR. :.. ELEKTRISCHE INSTALLATIE INSPECTIEDATUM

MODEL INSPECTIERAPPORT NR. :.. ELEKTRISCHE INSTALLATIE INSPECTIEDATUM MODEL INSPECTIERAPPORT NR. :.. ELEKTRISCHE INSTALLATIE INSPECTIEDATUM -..-2013 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 4 2. Algemene gegevens... 5 2.1 Opdrachtgever en objectgegevens... 5 2.2 Installatiegegevens...

Nadere informatie

Inleiding... pagina 1. Presentatie NEN 3140... pagina 2. Introductieopleiding NEN- EN 50110 en NEN 3140... pagina 2

Inleiding... pagina 1. Presentatie NEN 3140... pagina 2. Introductieopleiding NEN- EN 50110 en NEN 3140... pagina 2 Inhoudsopgave Inleiding... pagina 1 Presentatie NEN 3140... pagina 2 Introductieopleiding NEN- EN 50110 en NEN 3140... pagina 2 Installatieverantwoordelijke... pagina 3 Werkverantwoordelijke... pagina

Nadere informatie

Inzage COLOFON Kenteq, Hilversum

Inzage COLOFON Kenteq, Hilversum COLOFON 2015 Kenteq, Hilversum Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand dan wel openbaar gemaakt in enige vorm of op

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding... 3. Aandachtspunten voor de toolboxmeeting... 3 Werken onder spanning als het echt niet anders kan... 3

Inhoud. Inleiding... 3. Aandachtspunten voor de toolboxmeeting... 3 Werken onder spanning als het echt niet anders kan... 3 Inhoud Inleiding... 3 Aandachtspunten voor de toolboxmeeting... 3 Werken onder spanning als het echt niet anders kan... 3 2 Inleiding Werken onder spanning is risicovol werk. Dit is de reden waarom sociale

Nadere informatie

RICHTLIJN ELEKTROTECHNISCHE BEDRIJFSVOERING BIJ ELEKTROTECHNISCHE WERKZAAMHEDEN AAN RIOOL- EN DRUKRIOLERINGSGEMALEN. Versie: 01

RICHTLIJN ELEKTROTECHNISCHE BEDRIJFSVOERING BIJ ELEKTROTECHNISCHE WERKZAAMHEDEN AAN RIOOL- EN DRUKRIOLERINGSGEMALEN. Versie: 01 RICHTLIJN ELEKTROTECHNISCHE BEDRIJFSVOERING BIJ ELEKTROTECHNISCHE WERKZAAMHEDEN AAN RIOOL- EN DRUKRIOLERINGSGEMALEN Versie: 01 Datum: 23 februari 2015 Auteur: L. van Wallenburg leovanwallenburg@wklevelcontrolsystems.nl

Nadere informatie

Alle werkzaamheden aan elektrotechnische installaties zijn verboden behalve door hiertoe schriftelijk aangewezen personen (zie hoofdstuk 3).

Alle werkzaamheden aan elektrotechnische installaties zijn verboden behalve door hiertoe schriftelijk aangewezen personen (zie hoofdstuk 3). Beoordeeld en akkoord bevonden door: General Manager, Deputy General Manager, Production Manager, Asset Manager, Manager Technology, Manager Human Resources & General Affairs, Finance Manager. Proceseigenaar

Nadere informatie

HSE guidelines. Sapril 2017 ELEKTRISCHE GEVAREN

HSE guidelines. Sapril 2017 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE guidelines Sapril 2017 ELEKTRISCHE GEVAREN Werk veilig of werk niet Bij werkzaamheden aan elektrische installaties en systemen zijn strikte procedures van kracht. Er bestaat immers een risico dat onderdelen

Nadere informatie

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING Pagina 1 van 10 Certificatieschema Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503 JP ZAANDAM

Nadere informatie

FAQ VWI s Laagspanning

FAQ VWI s Laagspanning Frequently Asked Questions (FAQ) over de Veiligheidswerkinstructies laagspanning (VWI s-ls) wijzigingen/toevoegingen zijn geel gemarkeerd E-02.1 Valt het schakelen in de Openbare Verlichting onder de Standaard

Nadere informatie

Certificatieschema VOP-LS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON LAAGSPANNING

Certificatieschema VOP-LS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON LAAGSPANNING Pagina 1 van 13 Certificatieschema Certificatieschema VOP-LS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON LAAGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503 JP ZAANDAM

Nadere informatie

Deze instructie beschrijft de beproevingsmethoden die door Enexis gestandaardiseerd zijn t.b.v. LS- en OVL- kabelverbindingen.

Deze instructie beschrijft de beproevingsmethoden die door Enexis gestandaardiseerd zijn t.b.v. LS- en OVL- kabelverbindingen. Blad : 1 van 5 TOEPASSINGSGEBIED: Brabant, Drenthe, Flevoland, Friesland, Groningen, Limburg, Overijssel 1 DOELSTELLING Deze instructie beschrijft de beproevingsmethoden die door gestandaardiseerd zijn

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Besluit tot vaststelling van het Elektrotechnisch Veiligheids Handboek Provincie Utrecht

PROVINCIAAL BLAD. Besluit tot vaststelling van het Elektrotechnisch Veiligheids Handboek Provincie Utrecht PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Utrecht. Nr. 7832 30 november 2015 Besluit tot vaststelling van het Elektrotechnisch Veiligheids Handboek Provincie Utrecht Besluit van Gedeputeerde Staten

Nadere informatie

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING

Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING Pagina 1 van 10 Certificatieschema VOP-HS VOLDOEND ONDERRICHT PERSOON HOOGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503 JP ZAANDAM 075 6354236 Alle

Nadere informatie

E-11 Een LS-kabel selecteren versie behorend bij de BEI-BLS

E-11 Een LS-kabel selecteren versie behorend bij de BEI-BLS Doel De bedoelde LS-kabel veilig selecteren, eventueel met meetapparatuur of knipapparatuur. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die voor of door de Netbeheerder worden uitgevoerd, tenzij

Nadere informatie

Certificatieschema IV-LS en WV-LS INSTALLATIE- / WERKVERANTWOORDELIJKE LAAGSPANNING

Certificatieschema IV-LS en WV-LS INSTALLATIE- / WERKVERANTWOORDELIJKE LAAGSPANNING Pagina 1 van 18 Certificatieschema Certificatieschema IV-LS en WV-LS INSTALLATIE- / WERKVERANTWOORDELIJKE LAAGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18,

Nadere informatie

Veiligheid en elektrotechniek

Veiligheid en elektrotechniek Veiligheid en elektrotechniek A.A.M. Schilders 2007 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie of op andere

Nadere informatie

NEN kV-installaties. en installaties met andere spanningen van meer dan 1000 V

NEN kV-installaties. en installaties met andere spanningen van meer dan 1000 V NEN 3840 10kV-installaties en installaties met andere spanningen van meer dan 1000 V Wat is er nieuw in de NEN 3840+A2:2018 De hoogspanningsnorm gaat over het omgaan met het hoogspanningsrisico. De bedrijfsvoering

Nadere informatie

HSE guidelines. Smei 2015 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS

HSE guidelines. Smei 2015 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS HSE guidelines Smei 2015 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS Werk veilig of werk niet Bij werkzaamheden aan elektrische installaties en systemen zijn strikte

Nadere informatie

Herinstructie NEN 3140

Herinstructie NEN 3140 Herinstructie NEN 3140 Danny v. Dam Kees Backx 11-07-2014 1 Programma Voorstel rondje Waarom her-instructie Functies binnen de NEN3140 NEN 3140 en de arbowet Bevoegdheden en verantwoordelijkheden Het werkplan

Nadere informatie

Basisinspectiemodule Elektrische installaties en werkzaamheden

Basisinspectiemodule Elektrische installaties en werkzaamheden Basisinspectiemodule Elektrische installaties en werkzaamheden Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand van de wetenschap en is geschreven voor intern gebruik bij de Inspectie

Nadere informatie

E-11 Een LS-kabel selecteren versie 15-04-2015 behorend bij de BEI-BLS

E-11 Een LS-kabel selecteren versie 15-04-2015 behorend bij de BEI-BLS Doel De bedoelde LS-kabel veilig selecteren, eventueel met meetapparatuur of knipapparatuur. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die voor of door de Netbeheerder worden uitgevoerd, tenzij

Nadere informatie

Elektrotechnische inspecties

Elektrotechnische inspecties Quercus Technical Services UERCUS Elektrotechnische inspecties Laagspanning - Hoogspanning - ATEX Onze kijk op inspecteren Veiligheid Elke werkgever is volgens het Arbobesluit wettelijk verplicht om zijn

Nadere informatie

Richtlijn voor de uitvoering van bouwkasten. Het gehele Cogas elektriciteitsgebied.

Richtlijn voor de uitvoering van bouwkasten. Het gehele Cogas elektriciteitsgebied. Richtlijn bouwkasten TOEPASSINGSGEBIED: Het gehele Cogas elektriciteitsgebied. 1 DOELSTELLING Eisen voor bouwkasten t.b.v. tijdelijke en bouw- aansluitingen met een maximale doorlaatwaarde van 3x80A. 2

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding... 3. De dagelijkse praktijk... 3

Inhoud. Inleiding... 3. De dagelijkse praktijk... 3 Inhoud Inleiding... 3 De dagelijkse praktijk... 3 Bepalingen uit de NEN 3140 en EN 50110... 4 Informatie-uitwisseling en organisatie... 4 Training, opleiding en aanwijzing... 5 Nota bene... 5 Tot slot...

Nadere informatie

ZX Ronde 14 augustus 2011

ZX Ronde 14 augustus 2011 ZX Ronde 14 augustus 2011 Hoogspanning en veiligheid Er is een kenmerkend verschil tussen laagspanning en hoogspanning. Er zijn natuurkundige effecten die pas optreden boven een bepaalde spanning. In de

Nadere informatie

NEN e druk 2011

NEN e druk 2011 NEN 3140 4 e druk 2011 De praktische invulling van Arbowetgeving voor de elektrotechniek 1 Wettelijke verplichtingen 2 Elektrische veiligheid in Arbowetgeving Arbo-wet Algemene eisen Arbo-besluit Richtlijn

Nadere informatie

Certificatieschema VP-HS VAKBEKWAAM PERSOON HOOGSPANNING

Certificatieschema VP-HS VAKBEKWAAM PERSOON HOOGSPANNING Pagina 1 van 16 Certificatieschema Certificatieschema VP-HS VAKBEKWAAM PERSOON HOOGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503 JP ZAANDAM 075 6354236

Nadere informatie

Basisinspectiemodule

Basisinspectiemodule Basisinspectiemodule Elektrische installaties en werkzaamheden Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand van de techniek en is geschreven voor intern gebruik bij de Inspectie

Nadere informatie

Integrated Management System

Integrated Management System Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Doel... 1 2. Toepassingsgebied... 1 3. Referenties... 1 4. Definities... 1 5. Werkwijze (werkinstructie)... 2 5.1 Aanwijzingsbeleid... 2 5.2 Veilig stellen en in bedrijf

Nadere informatie

Whitepaper. NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering. Kennisbanken. Daarmee haalt u dé experts in huis. kennisbanken.nl/nen3140

Whitepaper. NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering. Kennisbanken. Daarmee haalt u dé experts in huis. kennisbanken.nl/nen3140 Whitepaper NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering 1 Whitepaper NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering Ing. N.J. (Nico) Kluwen Kennisbanken. Daarmee haalt u dé experts in huis. Whitepaper NEN 3140 Veilige Bedrijfsvoering

Nadere informatie

Certificatieschema IV-EG en WV-EG INSTALLATIE- / WERKVERANTWOORDELIJKE ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKER INSTALLATIES MET RESTLADING

Certificatieschema IV-EG en WV-EG INSTALLATIE- / WERKVERANTWOORDELIJKE ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKER INSTALLATIES MET RESTLADING Pagina 1 van 17 Certificatieschema IV-EG en WV-EG INSTALLATIE- / WERKVERANTWOORDELIJKE ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKER INSTALLATIES MET RESTLADING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets

Nadere informatie

Opleidingscatalogus NEN 3140 / NEN 3840 / NEN 1010 / NEN-EN-IEC 60204 V15.1

Opleidingscatalogus NEN 3140 / NEN 3840 / NEN 1010 / NEN-EN-IEC 60204 V15.1 Opleidingscatalogus NEN 3140 / NEN 3840 / NEN 1010 / NEN-EN-IEC 60204 V15.1 NEN 1010 Basis Training Elektrotechnici die belast zijn met de aanleg van installaties, en voor medewerkers die belast worden

Nadere informatie

BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB

BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB Dit is een uitgave van de Kontaktgroep Elektrotechniek Grote Bedrijven Versie oktober 2018 Inhoudsopgave 1. Voorwoord...

Nadere informatie

Inleiding. Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties in voertuigen 18 augustus 2009. 230Vac installaties in voertuigen

Inleiding. Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties in voertuigen 18 augustus 2009. 230Vac installaties in voertuigen Inleiding 230Vac installaties in voertuigen Het ontwerpen en installeren van 230Vac installaties in voertuigen is op het eerste gezicht een simpele uitdaging, omdat de installatie een zeer geringe omvang

Nadere informatie

BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB

BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB BEI BS KEGROB Bedrijfsvoering van Elektrische Installaties Branche Supplement KEGROB Dit is een uitgave van de Kontaktgroep Elektrotechniek Grote Bedrijven Versie juni 2019 Inhoudsopgave 1. Voorwoord...

Nadere informatie

Certificatieschema VP-HS+LS VAKBEKWAAM PERSOON HOOG- en LAAGSPANNING

Certificatieschema VP-HS+LS VAKBEKWAAM PERSOON HOOG- en LAAGSPANNING Pagina 1 van 16 Certificatieschema Certificatieschema VP-HS+LS VAKBEKWAAM PERSOON HOOG- en LAAGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503 JP ZAANDAM

Nadere informatie

INHOU D. Hoofdstuk 1 ELEKTROTECHNISCHE RISICO S 1

INHOU D. Hoofdstuk 1 ELEKTROTECHNISCHE RISICO S 1 INHOU D INLEIDING XVII Hoofdstuk 1 ELEKTROTECHNISCHE RISICO S 1 1.1 DIRECTE RISICO S VAN ELEKTRICITEIT 2 1.1.1 Stroom door menselijk lichaam 2 1.1.1.1 Stroomsterkte, tijdsduur en effect 2 1.1.1.2 Spanning

Nadere informatie

Certificatieschema VOP MS Distributie (VOP MS)

Certificatieschema VOP MS Distributie (VOP MS) Pagina 1 van 7 Certificatieschema VOP MS Distributie (VOP MS) Stichting Persoonscertificatie Energietechniek Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een

Nadere informatie

Veilig werken met elektriciteit. (en meten) Thema 2016

Veilig werken met elektriciteit. (en meten) Thema 2016 Veilig werken met elektriciteit. (en meten) Thema 2016 Even voorstellen Naam Anton Kerkhofs Bedrijf SBK Opleidingen Functie Trainer Adviseur - Auteur Telefoon 06 5252 2392 E-mail a.kerkhofs@sbkopleidingen.nl

Nadere informatie

Certificatieschema IV/WV - HS + LS INSTALLATIE- OF WERKVERANTWOORDELIJKE HOOG- en LAAGSPANNING

Certificatieschema IV/WV - HS + LS INSTALLATIE- OF WERKVERANTWOORDELIJKE HOOG- en LAAGSPANNING Pagina 1 van 10 Certificatieschema Certificatieschema IV/WV - HS + LS INSTALLATIE- OF WERKVERANTWOORDELIJKE HOOG- en LAAGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan

Nadere informatie

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen versie behorend bij de BEI-BLS

E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen versie behorend bij de BEI-BLS E-04 Een netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen Doel Veilig een LS-netdeel in- en uit bedrijf nemen en/of veilig stellen. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die voor of door

Nadere informatie

/ 12 t. NEN 3140 Veiligheidshandboek Rijkswaterstaat. /ze,fç. Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu

/ 12 t. NEN 3140 Veiligheidshandboek Rijkswaterstaat. /ze,fç. Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu NEN 3140 Veiligheidshandboek Rijkswaterstaat Werken met en aan laagspanningsinstallaties Voor intern- Datum Versie Status en extern gebruik Februari

Nadere informatie

Veiligheid bij werken aan elektrische installaties

Veiligheid bij werken aan elektrische installaties Veiligheid bij werken aan elektrische installaties 1 BA4 BA5 Wettelijke voorschriften betreffende elektrische installaties Implementatie Art. 47 van het AREI 2 Situering Mag een onderwijzer of kleuterjuf

Nadere informatie

laatste wijziging: Rims melding RIMS-366192 Zie 4.5 Datum laatste uitgave 29 oktober 13

laatste wijziging: Rims melding RIMS-366192 Zie 4.5 Datum laatste uitgave 29 oktober 13 laatste wijziging: Rims melding RIMS-366192 Zie 4.5 Datum laatste uitgave 29 oktober 13 1 DOEL... 2 2 TOEPASSINGSGEBIED... 2 3 DEFINITIES... 2 4 VOORSCHRIFT... 2 4.1 Eisen bij de inkoop/aanschaf... 2 4.2

Nadere informatie

Certificatieschema THP HS LNB (THP LNB)

Certificatieschema THP HS LNB (THP LNB) Pagina 1 van 8 Certificatieschema THP HS LNB (THP LNB) Stichting Persoonscertificatie Energietechniek Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd

Nadere informatie

E Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten

E Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten Doel Veilig niet-elektrotechnische werkzaamheden in stations, schakeltuinen, of verdeelkasten uitvoeren en als dat nodig is hierop toezicht houden. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die

Nadere informatie

aan welke eisen moeten bouwkasten voldoen? Voorwaarden voor het veilig plaatsen en functioneren van bouwkasten in het voorzieningsgebied van Liander

aan welke eisen moeten bouwkasten voldoen? Voorwaarden voor het veilig plaatsen en functioneren van bouwkasten in het voorzieningsgebied van Liander aan welke eisen moeten bouwkasten voldoen? Voorwaarden voor het veilig plaatsen en functioneren van bouwkasten in het voorzieningsgebied van Liander voor maximale veiligheid op de bouwplaats In deze brochure

Nadere informatie

BIJLAGE 5: proefexamen NEN 3140

BIJLAGE 5: proefexamen NEN 3140 Examenopgaven: NEN 3140 nen-001 IJLGE 5: proefexamen NEN 3140 enodigdheden: dit examen antwoordformulier (waarop u uw antwoorden noteert) Potlood en gum Lees de volgende aanwijzingen goed door! it examen

Nadere informatie

MACHINEVEILIGHEID ALGEMEEN

MACHINEVEILIGHEID ALGEMEEN MACHINEVEILIGHEID ALGEMEEN Het werken met machines, apparaten, gereedschappen en installaties (hierna te noemen: machines) kan gevaren veroorzaken. Machines kunnen gevaarlijk zijn of gevaarlijk worden

Nadere informatie

Werkplan (deel hoogspanning)

Werkplan (deel hoogspanning) NETSCHAKEL: Jaar-week Opmerkingen/bijzonderheden: Vergunningnummer: Opsteller: CWV/WV *): Tel. : 06- Akkoord: OIV : Tel. : 06- : Station Verbinding : Veld : Circuit : VNB periode d, d/n, oa, etc Ttijd

Nadere informatie

E Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten

E Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten Doel Veilig niet-elektrotechnische werkzaamheden in stations, schakeltuinen, of verdeelkasten uitvoeren en als dat nodig is hierop toezicht houden. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die

Nadere informatie

Certificatieschema IV HS LNB (IV LNB)

Certificatieschema IV HS LNB (IV LNB) Pagina 1 van 9 Certificatieschema IV HS LNB (IV LNB) Stichting Persoonscertificatie Energietechniek Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd

Nadere informatie

Certificatieschema VP-EG VAKBEKWAAM PERSOON ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKER INSTALLATIES MET RESTLADING

Certificatieschema VP-EG VAKBEKWAAM PERSOON ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKER INSTALLATIES MET RESTLADING Pagina 1 van 17 Certificatieschema VP-EG VAKBEKWAAM PERSOON ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKER INSTALLATIES MET RESTLADING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503

Nadere informatie

Certificatieschema VP-EG VAKBEKWAAM PERSOON ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKER INSTALLATIES MET RESTLADING

Certificatieschema VP-EG VAKBEKWAAM PERSOON ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKER INSTALLATIES MET RESTLADING Pagina 1 van 17 Certificatieschema Certificatieschema VP-EG VAKBEKWAAM PERSOON ELEKTRISCHE EINDGEBRUIKER INSTALLATIES MET RESTLADING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets

Nadere informatie

E DEF Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten

E DEF Niet-elektrotechnische werkzaamheden uitvoeren in stations, schakeltuinen of verdeelkasten Doel Veilig niet-elektrotechnische werkzaamheden in stations, schakeltuinen, of verdeelkasten uitvoeren en als dat nodig is hierop toezicht houden. Toepassingsgebied Deze VWI geldt voor activiteiten die

Nadere informatie

Aan welke eisen moeten bouwkasten voldoen?

Aan welke eisen moeten bouwkasten voldoen? Kwaliteit voor Installaties KvINL Nederland Aan welke eisen moeten bouwkasten voldoen? Voorwaarden voor het veilig plaatsen en functioneren van bouwkasten tot en met 3x80 Ampère 2 In deze brochure vindt

Nadere informatie

VEI-Warmte. Veiligheid Elektrische Installaties Warmte

VEI-Warmte. Veiligheid Elektrische Installaties Warmte VEI-Warmte Veiligheid Elektrische Installaties Warmte Uitgave 2013 <

Nadere informatie

Veilige installatie, wat is dat? Veilig werken, hoe doe je dat? RI&E, wat wordt. Aanbevelingen. Mijn stellingen:

Veilige installatie, wat is dat? Veilig werken, hoe doe je dat? RI&E, wat wordt. Aanbevelingen. Mijn stellingen: Mijn stellingen: Werkgevers worden te weinig geprikkeld en Elektrische installaties passen zelden bij de bedrijfsvoering. Annette Oorschot Kuipers Inspectie SZW Expertisecentrum VEP aoorschot@inspectieszw.nl

Nadere informatie

Amsterdam Airport Schiphol

Amsterdam Airport Schiphol Laagspanningsinstallaties, Constantstroomhoogspanningsinstallaties en Hoogspanningsinstallaties Inhoudsopgave blz. 1 Toepassingsgebied en gebruik 3 1.1 Onderwerp en toepassingsgebied 3 1.2 Verplichtingen

Nadere informatie

Aan welke eisen moeten bouwkasten voldoen?

Aan welke eisen moeten bouwkasten voldoen? Kwaliteit voor Installaties KvINL Nederland Aan welke eisen moeten bouwkasten voldoen? Voorwaarden voor het veilig plaatsen en functioneren van bouwkasten tot en met 3x80 Ampère BOUWKAST KLEIN 11/2017

Nadere informatie

HTM Elektrotechnisch Veiligheids Handboek. Documentnummer: VS 2006-003 v1.0 Versie: 1.0. Revisielijst

HTM Elektrotechnisch Veiligheids Handboek. Documentnummer: VS 2006-003 v1.0 Versie: 1.0. Revisielijst Revisielijst Rev.Nr. Datum Auteur Beschrijving 0.1 Juni 2006 EVH redactie Conceptversie 0.2 Juli 2006 EVH redactie Opm. H. Teuben en H.Schous verwerkt 1.0 20-09-2006 EVH redactie Eerste uitgave Pag 2 van

Nadere informatie

Nieuws1010 Onafhankelijke uitgave van Meer1010

Nieuws1010 Onafhankelijke uitgave van Meer1010 Van PAGINA der Meer1 Oktober 2012-1 Intech E&I van september 2012 Rubriek Technische vragen HELPDESK UNETO-VNI HELPT VAN DE WAL IN DE SLOOT In Intech E&I van september 2012 is in de rubriek Technische

Nadere informatie

Certificatieschema VP MS Distributie-totaal (VP MS)

Certificatieschema VP MS Distributie-totaal (VP MS) Pagina 1 van 9 Certificatieschema VP MS Distributie-totaal (VP MS) Stichting Persoonscertificatie Energietechniek Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen

Nadere informatie

Certificatieschema IV/WV - HS en LS INSTALLATIE- / WERKVERANTWOORDELIJKE HOOG- en LAAGSPANNING

Certificatieschema IV/WV - HS en LS INSTALLATIE- / WERKVERANTWOORDELIJKE HOOG- en LAAGSPANNING Pagina 1 van 18 Certificatieschema Certificatieschema IV/WV - HS en LS INSTALLATIE- / WERKVERANTWOORDELIJKE HOOG- en LAAGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan

Nadere informatie

Vraag en antwoord BEI-BLS (25 oktober 2017) Vraag en antwoord BEI-BLS pagina 1 van 5

Vraag en antwoord BEI-BLS (25 oktober 2017) Vraag en antwoord BEI-BLS pagina 1 van 5 Vraag en antwoord BEI-BLS (25 oktober 2017) Nieuwe vragen en gewijzigde antwoorden t.o.v. de vorige versie zijn aan de linkerzijde gemarkeerd met en Vragen kun je mailen naar: beiviag@netbeheernederland.nl

Nadere informatie

EisEn aan bouwkasten. in het voorzieningsgebied van EnExis

EisEn aan bouwkasten. in het voorzieningsgebied van EnExis EisEn aan bouwkasten in het voorzieningsgebied van EnExis EisEn aan bouwkasten De eisen in deze brochure gelden voor bouwkasten die zijn ingericht voor directe energiemeting bij een tijdelijke aansluiting

Nadere informatie

Pagina 1 van 7 STIPEL 40150:2019 VOP TR (BEI BHS)

Pagina 1 van 7 STIPEL 40150:2019 VOP TR (BEI BHS) Pagina 1 van 7 STIPEL 40150:2019 VOP TR (BEI BHS) Beoordelingseisen voor de persoonscertificatie van veilig werken met de bevoegdheden van voldoende onderricht persoon aan elektrische installaties in energievoorzieningssystemen

Nadere informatie

Problemen oplossen met NummerWeergave

Problemen oplossen met NummerWeergave Problemen oplossen met NummerWeergave Deze handleiding is bedoeld om u op weg te helpen als NummerWeergave bij u niet werkt. Met onderstaand stappenplan kunt u zelf proberen de problemen op te lossen.

Nadere informatie

EXCELLEREN KUN JE NIET ALLEEN MR. K.E.G.H. (KLAAS) VAN DER KOLK IN SAMENWERKING MET VAN DER HEIDE.

EXCELLEREN KUN JE NIET ALLEEN MR. K.E.G.H. (KLAAS) VAN DER KOLK IN SAMENWERKING MET VAN DER HEIDE. EXCELLEREN KUN JE NIET ALLEEN MR. K.E.G.H. (KLAAS) VAN DER KOLK IN SAMENWERKING MET VAN DER HEIDE. INHOUD EXCELLEREN & INRICHTING ORGANISATIE Inleiding Intro Doel van de workshop Elektrotechnische Arbeidsmiddelen.

Nadere informatie

Certificatieschema BD-HS BEDIENINGSDESKUNDIGE HOOGSPANNING

Certificatieschema BD-HS BEDIENINGSDESKUNDIGE HOOGSPANNING Pagina 1 van 15 Certificatieschema BD-HS BEDIENINGSDESKUNDIGE HOOGSPANNING Stichting Persoonscertificatie Energietechniek p/a ing. R. Bijvoets Schokkerlaan 18, 1503 JP ZAANDAM 075 6354236 Alle rechten

Nadere informatie

Werkinstructie monteurs. Communicatie is de sleutel tot success!

Werkinstructie monteurs. Communicatie is de sleutel tot success! Werkinstructie monteurs Communicatie is de sleutel tot success! Werkinstructie: afgekeurde groepenkasten. Geen hoofdschakelaar Afgekeurd Open rails zonder afscherming in de groepenkast Afgekeurd Verouderen

Nadere informatie

HSE guidelines. mei 2015 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS

HSE guidelines. mei 2015 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS HSE guidelines S mei 2015 ELEKTRISCHE GEVAREN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS Werk veilig of werk niet Bij werkzaamheden aan elektrische installaties en systemen zijn

Nadere informatie

<LOGO GEMEENTE> VOORBEELD Handboek bedrijfsvoering van elektrische installaties NEN 3140+A1:2015. Gemeente VOORBEELD Straatnaam AB Voorbeeld

<LOGO GEMEENTE> VOORBEELD Handboek bedrijfsvoering van elektrische installaties NEN 3140+A1:2015. Gemeente VOORBEELD Straatnaam AB Voorbeeld VOORBEELD Handboek bedrijfsvoering van elektrische installaties NEN 3140+A1:2015 Gemeente VOORBEELD Straatnaam 00 1234 AB Voorbeeld Datum: 00-00-0000 Projectnummer: BN. Info: www.beheernet.nl Mail: info@beheernet.nl

Nadere informatie

ELEKTROTECHNISCH VEILIGHEIDS VOORSCHRIFT (EVV, 2014) DMS: 90710. Laatste versie: C Datum: 9-1-2014 Pagina: 1 van 57

ELEKTROTECHNISCH VEILIGHEIDS VOORSCHRIFT (EVV, 2014) DMS: 90710. Laatste versie: C Datum: 9-1-2014 Pagina: 1 van 57 Laatste versie: C Datum: 9-1-2014 Pagina: 1 van 57 Laatste versie: C Datum: 9-1-2014 Pagina: 2 van 57 0. INHOUD 0. inhoud... 2 1. AFKORTINGEN EN NORMEN... 7 2. VERANTWOORDING EN TOEPASSINGSGEBIED... 8

Nadere informatie

INSPECTIEVERSLAG CONTROLE INSPECTIE VEILIGHEIDSKEURING ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES

INSPECTIEVERSLAG CONTROLE INSPECTIE VEILIGHEIDSKEURING ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES INSPECTIEVERSLAG CONTROLE INSPECTIE VEILIGHEIDSKEURING ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES Algemene ruimtes en groepenkasten in winkel units Winkelcentrum Vught Volgens NEN-EN 50110 Rapportnummer: INHOUD Inspectieverslag

Nadere informatie

Pagina 1 van 9 STIPEL 40720:2019 IV TR (BEI BHS)

Pagina 1 van 9 STIPEL 40720:2019 IV TR (BEI BHS) Pagina 1 van 9 STIPEL 40720:2019 IV TR (BEI BHS) Beoordelingseisen voor de persoonscertificatie van veilig werken met de bevoegdheden van installatieverantwoordelijke aan elektrische installaties in energievoorzieningssystemen

Nadere informatie

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers 1. Wetgeving 1.1 Arbowet In januari 2007 is de Arbowet 2007 van kracht geworden. Het begrip Arbo staat voor Arbeidsomstandigheden en heeft betrekking op Veiligheid, Gezondheid en Welzijn (VGW). De Arbowet

Nadere informatie

Achtergrondinformatie de Gouden Acht veiligheidsprocedure om werken uit te voeren aan een installatie buiten spanning

Achtergrondinformatie de Gouden Acht veiligheidsprocedure om werken uit te voeren aan een installatie buiten spanning Achtergrondinformatie de Gouden Acht veiligheidsprocedure om werken uit te voeren aan een installatie buiten spanning De gouden acht Het verschil tussen Vitale Vijf en Gouden Acht. Gouden Acht = Vitale

Nadere informatie

Checklist ELEKTRISCHE INSTALLATIE in utiliteitsgebouwen

Checklist ELEKTRISCHE INSTALLATIE in utiliteitsgebouwen Project Projectnr. Opdrachtgever Werkadres Reden van inspectie Oplevering Wijziging Periodieke inspectie Netaansluiting 1-fase 3-fase Stroomstelsel TN-stelsel TT-stelsel IT-stelsel Inspectie uitgevoerd

Nadere informatie

Bestemd voor alle medewerkers met een BEI aanwijzing.

Bestemd voor alle medewerkers met een BEI aanwijzing. Bestemd voor alle medewerkers met een BEI aanwijzing. Deze toolbox mondeling verstrekken voor 15-4-2015 Bestaat uit 2 pagina s Iedere aanwezige een exemplaar verstrekken. Toolbox met verplichte registratie

Nadere informatie

Aarden in de Laagspanning en Openbare Verlichting

Aarden in de Laagspanning en Openbare Verlichting Blad :1 van 8 1 Doel Vastleggen en zorgen voor een uniforme werkwijze van aarden in de laagspanningnetten (LS) en openbare verlichtingnetten (OV). Opmerkingen; Uit VWI 04 blijkt dat we niet aarden om spanning

Nadere informatie