<j6j> gemeente Aa'en Hunze Adviesnota College Besluit nr.: B&W d.d.: GRS-nummer:

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "<j6j> gemeente Aa'en Hunze Adviesnota College Besluit nr.: B&W d.d.: GRS-nummer:"

Veerle van Loon
6 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 <j6j> gemeente Aa'en Hunze Adviesnota College Besluit nr.: B&W d.d.: GRS-nummer: Datum Afdeling Behandeld door Doorkiesnummer Portefeuillehouder Onderwerp 14 oktober 2014 Dienstverlening en Samenleving J.R. van Hoegee 874 wethouder H.J. Dijkstra Samenwerkingsprotocol gemeenten Drenthe en Groningen -Raad kinderbescherming, regio Noord Nederland Paraaf behandelend ambtenaar Paraaf afdelingshoofd Overleg gevoerd met Bestuurs- en Managementondersteuning Paraaf Conform Bespreken H.F. van Oosterhout burgemeester / '/ H. Heijefrrtpn w/gfhqudar J.B. Wassink wejhoijder H.J. Dijkstra wethouder F. Snoep ^eecf^taris Cs?) VU I Te behandelen in Agendapunt Ter kennisname Datum vergadering Raad Commissie OR GO Dit advies is: KI openbaar niet openbaar Motivering (indien niet openbaar): Onderwerp Samenwerkingsprotocol gemeenten Drenthe en Groningen -Raad kinderbescherming, regio Noord Nederland Voorgesteld besluit 1. In te stemmen met het Samenwerkingsprotocol 'Gemeenten in Drenthe en Groningen - Raad voor de Kinderbescherming, regio Noord Nederland'. 2. Wethouder Dijkstra door de burgemeester te machtigen om namens het college van de gemeente Aa en Hunze het protocol te ondertekenen.

2 Inleiding Per 1 januari 2015 worden gemeenten verantwoordelijk voor de jeugdhulp inclusief het gedwongen kader: jeugdbescherming (JB) en jeugdreclassering (JR). De Raad voor de Kinderbescherming behoudt zijn wettelijke taken op die terreinen als onafhankelijke, landelijk werkende instantie. Rol van de Raad voor de Kinderbescherming Jeugdbescherming en jeugdreclassering, samen het gedwongen kader, wordt ingezet in het belang van kinderen, wanneer zij ernstig in hun ontwikkeling worden bedreigd en er geen andere (vrijwillige) mogelijkheden zijn om die dreiging weg te nemen. Alleen de kinderrechter of officier van justitie kan besluiten tot maatregelen in het gedwongen kader, na zorgvuldige beoordeling door de Raad voor de Kinderbescherming. De uitvoering van deze maatregel kan alleen geschieden door gekwalificeerde (c.q. gecertificeerde) instellingen. De Raad: - vormt de toegangspoort vormt voor jeugdbescherming en toetst of die voldoende effect heeft om de kinderbeschermingsmaatregel te beëindigen, - adviseert over het opleggen van jeugdreclasseringsmaatregelen of initieert deze zelf, - fungeert als casusregisseur in jeugdstrafzaken en houdt toezicht op instellingen voor jeugdreclassering. Tevens behoudt de Raad zijn rekwestrerende bevoegdheid, c.q. wettelijke bevoegdheid tot het vragen van een kinderbeschermingsmaatregel bij de rechter op basis van een eigen, onafhankelijk oordeel over de situatie van een gezin. Samenwerkingsprotocol Het samenwerkingsprotocol is de basis voor de samenwerking tussen de 35 gemeenten in Drenthe en Groningen en de Raad voor de Kinderbescherming, regio Noord Nederland op het gebied van jeugdbescherming en jeugdreclassering. De VNG en de Raad voor de Kinderbescherming hebben op basis van landelijke afspraken een handreiking en model-protocol gemaakt voor de inhoud van een samenwerkingsprotocol tussen gemeenten en Raad voor de Kinderbescherming. Deze hebben als basis gediend voor dit protocol. Aan het protocol is verder inhoud gegeven door vertegenwoordigers van de gemeenten en de Raad voor de Kinderbescherming, in overleg met de Bureaus Jeugdzorg in Groningen en Drenthe (als toekomstige gecertificeerde instellingen voor jeugdbescherming en jeugdreclassering (Gl)), alsmede de beide Advies- en Meldpunten Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK) in oprichting. Tevens zijn de landelijk werkende instellingen voor jeugdbescherming en jeugdreclassering, het Leger des Heils (LJ&R) en de William Schrikker Groep, in dit overleg geraadpleegd. In dit protocol worden afspraken op hoofdlijnen, en daar waar nodig, specifiek vastgelegd. Na vaststelling van dit protocol worden op basis van en met inachtneming van dit protocol nadere werkafspraken en werkprocessen gemaakt tussen de instanties voor wie de afspraken in dit protocol van toepassing zijn. Beoogd effect In het samenwerkingsprotocol zijn afspraken opgenomen tussen alle betrokken partners in het gedwongen kader: naast gemeenten én Raad voor de Kinderbescherming zijn dat de GI's, het AMHK en gemandateerde instellingen voor jeugdhulp. Deze afspraken liggen op het terrein van kinderbeschermingszaken en jeugdstrafzaken. Met de afspraken wordt geregeld dat: er helderheid is over ieders rollen en verantwoordelijkheden, - er continuïteit en samenhang is aangebracht in de bemoeienis van de instellingen die opereren onder de regie van de gemeente 1 en die Van de raad, 1 AMHK, GI's en gemandateerde aanbieders jeugdhulp

3 - er afstemming is rond de overdrachtsmorrienten en er afspraken zijn over het uitwisselen van gegevens met oog voor de bescherming van de privacy van de betrokken ouders en kinderen. Uitgangspunt bij het maken van die afspraken is, dat het gezin de bemoeienis waar mogelijk blijft ervaren als hulpaanbod. Hierbij wordt vooral ingezet op versterking van de eigen kracht van ouders en kinderen en het inschakelen van het eigen netwerk. Jeugdbescherming en jeugdreclassering komt alleen aan de orde wanneer ouders onwillig of onmachtig zijn om de bedreigingen voor hun kind weg te nemen of doordat een jongere in strafbaar gedrag vervalt. Echter ook in deze gevallen blijven ouders en jeugdigen betrokken bij het besluitvormingsproces, middels inzage in de (proces)stukken, informatievoorziening over de beslissing en motivering en de mogelijkheid voor ouders tot het kenbaar maken van hun mening en belangen. Nadrukkelijk is in de memorie van toelichting op de Jeugdwet opgenomen, dat de Raad voor de Kinderbescherming ook al in een eerder stadium betrokken kan worden door mee te denken op casusniveau (in het CJG). Dit kan in sommige gevallen de noodzaak tot een kinderbeschermingsmaatregel voorkomen. Deze mogelijkheid is nadrukkelijk meegenomen in het samenwerkingsprotocol. Argumenten Met het voorliggend samenwerkingsprotocol wordt voldaan aan de verplichting in de Jeugdwet, artikel 3.1 lid 5, inhoudende dat de gemeenten en de Raad voor de Kinderbescherming hun wijze van samenwerken in een protocol vastleggen: Voor het voorliggend samenwerkingsprotocol is gebruik gemaakt van het door de VNG opgestelde model samenwerkingsprotocol. Alle onderwerpen waar afspraken over gemaakt dienen te worden zijn overgenomen. In het protocol zijn afspraken opgenomen ten aanzien van de (mogelijke) inzet van jeugdbescherming en jeugdreclassering. Kanttekeningen Geen. Financiën Geen financiële consequenties. Communicatie Afstemming op dit document heeft plaatsgevonden binnen de Drentse en Groningse bestuurlijke overleggen jeugdzorg. Planning - 21 of uiterlijk 28 oktober colleges Drenthe besluitvorming en mandatering - 29 oktober ondertekening tijdens ABO door gemandateerde portefeuillehouders Drenthe en directeur Raad voor de Kinderbescherming (colleges Groningen) 5 november ondertekening Groningen in aanwezigheid Raad voor de Kinderbescherming - Afschrift naar elke gemeenten in Drenthe en Groningen en naar de Raad voor de Kinderbescherming Burgerparticipatie n.v.t. Uitvoering Het protocol is een afspraak op hoofdlijnen. Op deze manier wordt zowel recht gedaan aan de situatie in de Groningse en de Drentse gemeenten. Nadere uitwerking, onder andere op het terrein van mandateren, vindt plaats bij: het opstellen van nadere beleidsregels op basis van de verordening en

4 het vastleggen van nadere afspraken tussen de betrokken partners en de CJG's of gebiedsteams. Ook het monitoren en de evaluatie zullen nader uitgewerkt worden. Bijlagen Samenwerkingsprotocol versie september 2014,1.0 BESLUIT:

5 Checklist Integraal werken Niet van toepassing Afdeling Dienstverlening en Samenleving Afdeling Ruimte Accommodaties/voorzieningen Recreatie en toerisme Kunst en Cultuur Economische zaken Sport Stedenbouw Zorg/ Volksgezondheid Volkshuisvesting Onderwijs Milieu Welzijn Archeologie/cultuurhistorie Brede Samenwerking Ruimtelijke Ordening Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Gebiedsgericht beleid Drentsche Aa Sociaal Beleid Gebiedsgericht beleid Veenkoloniën Arbeidsmarktbeleid Groen Leerplicht Afval Bouw- en Woningtoezicht Landschappelijke inpassing Bodem Grondzaken/grondeigendom Geluid Grondbedrijf Handhaving en toezicht Flora en fauna KCC Bouwkunde Buurt- en kerngericht weken Civieltechniek Straatnaamgeving/vernummering Verkeer/Parkeren Leerling-vervoer Riolering/Water Begraafplaatsen Inritten Openbare orde en veiligheid Openbare Verlichting Milieu Beheer en inrichting Openbare Ruimte BWT juridisch Afdeling Middelen Budgetten/kredietbewaking/jaarrekening Subsidies Verzekeringen Grondbedrijf Financiering grote projecten (> ) Accountantsverklaring Belastingen Leges Automatisering uitvoering Inkoop/aanbestedingsbeleid Automatisering beleid Afdelingscontroller Concerncontroller Financieel beleid Team Bestuurs- en Management ondersteuning Openbare orde en veiligheid Juridisch Brandweer Bestuurssecretariaat Openbare orde en veiligheid Personeel & Organisatie (P&O) Voorlichting/communicatie Website/ intranet Naam teamleider: Datum :

Vergelijkbare documenten

Onderwerp : Verlenging regionale samenwerking Agenda voor de Veenkolonien. : Paraaf afdelingshoofd : N.J.P. Lambert wethouder. H. Heijerman wethouder

Onderwerp : Verlenging regionale samenwerking Agenda voor de Veenkolonien. : Paraaf afdelingshoofd : N.J.P. Lambert wethouder. H. Heijerman wethouder Adviesnota College Besluit nr.: B&W d.d.: Zaaknummer: Datum : 26 oktober 2015 Afdeling : Ruimte Behandeld door : Peter van der Veen Telefoonnummer : 757 Portefeuillehouder : N.J.P. Lambert Onderwerp :