Consultatie palliatieve zorg. Jaarverslag 2016

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Consultatie palliatieve zorg. Jaarverslag 2016"

Transcriptie

1 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017

2

3 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 Auteurs: Dr. L. Brom M. van Horssen B. van Aalst Dr. M. Klinkenberg mei Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

4

5 Inhoudsopgave 1 Inleiding 8 2 Methode 11 3 Organisatie van consultatie palliatieve zorg Teams Consulenten Samenstelling consultatieteams Doelgroepen Bereikbaarheid Patiëntgebonden consulten Werkwijze consultatie Kwaliteitsbeleid 15 4 Aantallen consulten Aantal consulten en vergelijking met voorgaande jaren Aantal consulten per patiënt Consulten buiten kantoortijden 16 5 Consultvragers Functie consultvrager Huisartsenposten Verpleegkundigen en verzorgenden Medisch specialisten 18 6 Kenmerken van de patiënt Geslacht en leeftijd Diagnose Prognose Verblijfplaats 22 7 Inhoud van het consult Problemen Symptomen 24 8 Vorm van een consult Telefonische consultatie of combinatie Consultatie in team palliatieve zorg in het ziekenhuis Consultatie in een PaTzgroep Schriftelijke bevestiging Follow-up 26 5 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

6 8.4 Multidisciplinair overleg 26 9 Deskundigheidsbevordering Deskundigheidsbevordering door consulenten Deskundigheidsbevordering voor consulenten Consultbesprekingen Beschouwing Bronvermelding 30 6 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

7 Samenvatting Voor zorgverleners die bij de zorg voor patiënten in de palliatieve fase vragen hebben of advies willen is het mogelijk telefonisch een expert in palliatieve zorg te consulteren. De consultatiefunctie palliatieve zorg werd in 2016 uitgevoerd door 31 consultatieteams die samen voor een landelijke dekking zorgen. De 31 teams bestaan uit 360 consulenten die gebruik maken van PRADO, een webbased registratiesysteem voor (transmurale) consultatie. Het grootste deel van de consulten wordt verleend door consulenten met als primaire functie huisarts (34 procent), specialist ouderengeneeskunde (32 procent) en verpleegkundige in de thuiszorg (50 procent). De consulenten palliatieve zorg registreerden in 2016 in totaal consulten in PRADO. Dit is vergelijkbaar met het aantal consulten uit voorgaande jaren. Van de consulten verloopt 84 procent telefonisch. Het tijdstip waarop de meeste consulten plaatsvinden valt binnen kantoortijden, 13 procent van de consulten valt buiten kantoortijden (tussen uur en uur op ma-vr en op weekenddagen). Van de consultvragers is het merendeel werkzaam als huisarts (72 procent). In 2016 legden huisartsen maal een casus voor aan een van de consultatieteams. Na huisartsen zijn het de medisch specialisten die vaak een consult inschakelen (14 procent) en verpleegkundigen/verzorgenden (8 procent). Van de patiënten over wie consultvragen worden gesteld heeft 76 procent de diagnose kanker. In de nietoncologische groep is hart- en vaatlijden de meest voorkomende hoofddiagnose (6 procent), gevolgd door COPD (3 procent) en dementie (2 procent). Ongeveer een kwart (24 procent) van de patiënten heeft tijdens het consult een prognose tussen de 4 dagen en 2 weken. Bijna de helft van de patiënten (49 procent) heeft een levensverwachting van minder dan 4 weken. Bijna 3 van de 4 patiënten verblijft thuis tijdens het consult, net als in voorgaande jaren. De gemiddelde leeftijd van patiënten is 70,9 jaar. De grootste groep patiënten is tussen de 65 en 80 jaar oud (40 procent), gevolgd door patiënten ouder dan 80 jaar (30 procent). In een consultatiegesprek komen vaak meerdere vragen en onderwerpen aan bod. De symptomen en de mate waarin deze voorkomen in de consultaties, vertoont al jaren een stabiel beeld. Pijn, verwardheid, benauwdheid, misselijkheid, vermoeidheid en angst zijn de meest besproken symptomen in Farmacologische vragen komen het meest frequent aan de orde: bijna 3 van de 4 consulten betreft een farmacologisch probleem. In een op de 3 van de consultaties zoekt de consultvrager morele steun bij de consulent en in een op de vijf consultaties zijn er vragen over de organisatie van zorg. De adviezen worden zoveel mogelijk schriftelijk bevestigd, zeker als het gaat om meervoudige adviezen. In 2016 is bijna twee derde (65 procent) schriftelijk bevestigd. Bij de helft van de uitgevoerde consulten is er follow-up gedaan. Het advies komt in ruim twee derde van het aantal consulten multidisciplinair tot stand (70 procent), net als in voorgaande jaren komt. Daarnaast wordt bij 3 procent van het aantal consulten ook overleg gepleegd buiten het team. Naast het verlenen van telefonische consulten hebben de consulenten ook een belangrijke adviserende rol in mdo s palliatieve zorg in de ziekenhuizen en PaTz (Palliatieve Thuiszorg) groepen. In 2016 hebben de IKNL-consulenten 769 mdo s en 455 PaTz besprekingen ondersteund. De consultatieteams ontvangen elk jaar een spiegelrapport waarin bovenstaande gegevens betreffende het eigen team zijn gerapporteerd. Aan de hand hiervan wordt het team geëvalueerd en worden eventuele verbeterplannen opgesteld. 7 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

8 1 Inleiding Casus Een 74-jarige man met een gemetastaseerd longcarcinoom Diagnose en prognose De patiënt heeft een gemetastaseerd longcarcinoom. Er is sprake van laesies paramediastinaal en passageklachten van de oesophagus (mechanische oorzaak of radiotherapie-effect). De patiënt verkeert in het terminale stadium. Medicatie Morfine supps 3 dd 20 mg zo nodig. Exploratie De huisarts belt het consultteam palliatieve zorg omdat de patiënt ondanks de pijnmedicatie pijnklachten houdt en bovendien in toenemende mate onrustig en verward is. De patiënt leeft samen met zijn vrouw. Hij uit regelmatig woede naar omstanders, spreekt hierbij wartaal, herkent omstanders niet, slaat en schopt naar echtgenote. Aanvankelijk was de huisarts gestart met Fentanyl TD 25 ucg wat aanleiding gaf tot het ontstaan van de klachten. Deze pleister werd vervangen door MS Contin 3 dd 30 mg. Recent heeft de huisarts de MScontin vervangen door morfine supps 3 dd 20 mg zo nodig. De medicatie voor het hart is gestopt vanwege moeizaam in kunnen nemen van pillen. Werkhypothese Patiënt met gemetastaseerd longcarcinoom met pijnklachten en ernstige vorm van onrust waarbij passageklachten de orale intake beperken. Klachten passend bij een delirant beeld, waarbij diverse mogelijkheden als oorzaak gezien kunnen worden: Onrust op basis van een delier ten gevolge van: 1 Opioïde intoxicatie? 2 Effecten van opioïd gebruik? De huisarts ontkende dat er sprake was van obstipatie of urine retentie. Er was zelfs sprake van incontinentie voor urine. Op de vraag of er wellicht sprake kon zijn van een overloopblaas werd ontkennend geantwoord. Het plassen gaat goed. Niet duidelijk werd of er echt gekeken was naar een volle retentieblaas. 3 Hersenmetastasen? Het veranderende karakter zou een teken kunnen zijn van frontale hersenmetastasen, maar tot nu toe waren daar geen aanwijzingen voor geweest. 4 Terminaal delier. Advies Check of de patiënt geobstipeerd is. Check of er sprake is van blaasretentie (overloopblaas). Volgens de huisarts is dit beide niet het geval. Behandeling; Haloperidol 5 mg subcutaan als bolus geven. Na een uur dit herhalen indien er geen/onvoldoende reactie is. Als patiënt hierop rustiger wordt: onderhoudsdosering van 2 dd 2 ½ - 5 mg. haloperidol in druppelvorm. Fentanyl TD 12 ucg/uur Morfine supp 10 mg (maximaal 6 dd) als escape medicatie Laxeerbeleid conform bij opioidgebruik dat wil zeggen: aanjager plus zachtmaker Aanjager: b.v. Bisacodyl; X praep (Sennosiden A+B) Zachtmaker: bijvoorbeeld Macrogol (Movicolon, Forlax) 8 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

9 Psychosociaal Draag ertoe bij dat de echtgenote ondersteuning krijgt in dit proces waarbij haar man in de war is en zich verbaal en lichamelijk agressief gedraagt. Geef uitleg over het delier. De wijkverpleegkundige kan in de coördinatie van ondersteuning een belangrijke rol spelen. Sluit hiermee het contact kort. Een mogelijke optie zou 24-uurs-zorg kunnen zijn. Hiermee kan ook de veiligheid voor de onrustige patiënt beter gewaarborgd worden. Epiloog De volgende dag belt de consultvrager terug met de mededeling dat de patiënt goed heeft gereageerd op de haloperidol en de dosisaanpassing. De pijn is nagenoeg verdwenen en de patiënt is weer rustig geworden. De echtgenote heeft eindelijk een goede nachtrust gehad en is erg dankbaar voor de interventie. In de loop van het weekend blijft de patiënt rustig met de onderhoudsdosering haloperidol. Hij overlijdt uiteindelijk enkele dagen later vredig en ogenschijnlijk zonder pijn. Alhoewel het beeld past bij een terminaal delier is het waarschijnlijker dat in dit geval de relatieve overdosering van de opioïden de oorzaak van het delier is geweest. Zoals de meeste geneesmiddelen hebben opioïden ook bijwerkingen. Misselijkheid en slaperigheid zijn bekende, snel optredende bijwerkingen. Obstipatie vooral op de langere termijn. De slaperigheid verdwijnt meestal binnen 3 tot 5 dagen bij constante toediening. Tegen de misselijkheid moet men vaak wat langere tijd behandelen met een anti-emeticum (Haloperidol 1-2 dd 2 mg of Metoclopramide 3 dd 10 mg). Obstipatie daarentegen blijft vaak bestaan en vereist daarom een consequent laxeerbeleid, waarbij gebruik gemaakt wordt van een aanjager en een zachtmaker (zie boven). Tot zover deze casus. Alle professionele hulpverleners in Nederland kunnen telefonisch een zorgvuldig en op maat gesneden advies aanvragen voor de behandeling van patiënten in de palliatieve fase van hun ziekte (ongeacht de primaire diagnose). IKNL is verantwoordelijk voor dit landelijk dekkend systeem van consultatie. Als samenwerkingspartner draagt IKNL bij aan de beschikbaarheid van kennis en ervaring die nodig is voor goede palliatieve zorg, zodat iedere burger verzekerd is van goede palliatieve zorg op de juiste plaats, op het juiste moment en door de juiste zorgverleners. Veel organisaties werken aan initiatieven om structurele verbeteringen op het gebied van palliatieve zorg voor hun patiënten te realiseren. Het Nationaal Programma Palliatieve Zorg (ZonMw/VWS, 2014) en de ontwikkeling van een landelijk gedragen Kwaliteitskader palliatieve zorg geven hieraan een verdere impuls. Initiatiefnemers IKNL en Palliactief willen met het kwaliteitskader de palliatieve zorg in Nederland verbeteren, door zorgorganisaties houvast te geven bij het vaststellen van beleid. Naast het kwaliteitskader richt het project zich op een passende financiering. Ook voor de consultatie palliatieve zorg zal het kwaliteitskader van invloed zijn. De mogelijkheid tot inzet van specialistische expertise blijft een belangrijk onderdeel in de keten palliatieve zorg. Bovendien zijn het consulenten, oftewel de artsen en verpleegkundigen die werken op het specialistische niveau die een belangrijke rol spelen in de implementatie van het kwaliteitskader. Naast de telefonische regionale consultatie voorzieningen van IKNL zijn er steeds meer consultatieteams voor palliatieve zorg in ziekenhuizen. IKNL consulenten participeren in het mdo vanwege de transmurale verbinding. Daarnaast heeft de methodiek PaTz (Palliatieve Thuiszorg) een vlucht genomen. Ook daar vindt consultatie plaats door de aanwezigheid van een IKNL-consulent. 9 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

10 Dit twaalfde jaarverslag geeft inzicht in de werking van de consultatiefunctie palliatieve zorg georganiseerd door IKNL. Daarnaast geeft het een overzicht van de vragen waarmee consultvragers de consultatieteams benaderen en de kenmerken van patiënten over wie geconsulteerd wordt. Deze gegevens dragen bij aan de onderbouwing van beleidskeuzes over de herinrichting van de consultatiefunctie, deskundigheidsbevordering voor consulenten en de thema s waarop scholing aan professionals wordt geboden. 10 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

11 2 Methode De gegevens in dit jaarverslag zijn gebaseerd op de registratie van de consulten in 2016 in het webbased registratiesysteem PRADO. Alle consulenten die aan IKNL verbonden zijn maken gebruik van PRADO en zij registeren zelf. Iedere consulent heeft een persoonlijke gebruikersnaam en wachtwoord. Het registratiesysteem is eigendom van en wordt beheerd door IKNL. PRADO biedt naast registratie ook de mogelijkheid tot verslaglegging van consulten en het versturen van consultbrieven per (beveiligde) naar de consultvragers. In dit verslag beschrijven we de volgende kenmerken van het consultatieproces en de inhoud van het consult: datum en tijd van het consult; functie van de consultvrager; kenmerken van de patiënt en van zijn verblijfplaats; symptomen en problemen; schriftelijke bevestiging van het advies (ja/nee); follow-up van het consult (ja/nee); totstandkoming advies (mono- of multidisciplinair); vorm waarin het advies is gegeven (telefonisch- advies aan team-bedside) In dit verslag gaat het om kenmerken van consulten. Daarom worden de meeste gegevens weergegeven op consultniveau. Alleen de kenmerken van patiënten (hoofdstuk 6) zijn op patiëntniveau geanalyseerd. 11 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

12 3 Organisatie van consultatie palliatieve zorg 3.1 Teams In 2016 waren 31 consultatieteams palliatieve zorg actief in PRADO. Dit zijn 2 teams meer ten opzichte van Van de 31 teams werken er vijf als lokaal transmuraal team. Deze zijn ontstaan vanuit samenwerkingsverbanden tussen ziekenhuizen, de eerstelijn en de IKNL-consultatieteams, de zogenaamde transmurale teams. Eén team is een ziekenhuisteam dat voor zijn registratie PRADO gebruikt. De overige teams zijn zogenaamde klassieke consultatieteams voor telefonische adviezen, zoals deze in het verleden zijn opgezet door IKNL. Tabel 3.1 Aantal consultatieteams palliatieve zorg en consulten per consortium Consortium Limburg/Zuidoost Brabant aantal teams inwoners x miljoen (afgerond) aantal Consulten Noord- Holland/Flevoland Propallia 2 1,9 932 Septet 1* PalZO Inclusief Transmuraal team Westelijke Mijnstreek Inclusief Transmuraal Palliatief Team Noord-Limburg Inclusief Transmuraal team West Achterhoek Inclusief Transmuraal team Oss- Uden-Veghel Inclusief Transmuraal PAT DB-BW Zuidwest Nederland 7** 3, Inclusief ziekenhuisteam ZorgSaam Ligare Totaal *Consulten Vallei en Veluwe zijn gelijk verdeeld over Septet en PalZO **consulten regionaal team Noord-Brabant & Noord-Limburg zijn verdeeld over PalZO (44), Zuidwest Nederland (77) en Limburg/Zuidoost Brabant (121) 12 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

13 13 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

14 3.2 Consulenten In 2016 zijn er 360 consulenten opgenomen in PRADO. In 2015 waren dat 303 consulenten. De groei is te verklaren doordat steeds meer consulenten worden aangetrokken voor advisering aan PaTz-groepen. Daarnaast is er een groei aan lokale transmurale teams waarvan de leden gebruik maken van PRADO. Tabel 3.2 Aantal consulenten per functie / werkveld Functie consulent Aantal apotheker 3 arts palliatieve zorg 6 arts verstandelijk gehandicapten 2 huisarts 81 medisch specialist 46 psycholoog 1 specialist ouderengeneeskunde 60 verpleegkundige hospice 18 verpleegkundige overig (verpleeghuis) 1 verpleegkundige thuiszorg 78 verpleegkundige ziekenhuis 64 Totaal Samenstelling consultatieteams De consultatieteams palliatieve zorg zijn multidisciplinair samengesteld. Het kernteam wordt gevormd door artsen en verpleegkundigen afkomstig uit meerdere werkvelden. Daarnaast participeren enkele psychologen en/of geestelijk verzorgers, apothekers, AVG en medisch specialisten in de consultbesprekingen van de teams. De betrokkenheid bij de consultaties van deze schil-consulenten wordt (op een enkele uitzondering na) niet genoteerd in PRADO. In de praktijk fungeren verpleegkundigen tijdens kantooruren meestal als voorwacht; zij hebben het eerste contact met de consultvrager. Vervolgens bespreken zij de consultvraag met de medische achterwacht. Gezamenlijk zijn ze verantwoordelijk voor het consult, de verslaglegging en de terugkoppeling aan de consultvrager en voor een follow-up. Ze bepalen in onderling overleg wie het advies terugkoppelt aan de consultvrager. Bij 92 procent van de consulten zijn artsen betrokken, bij 81 procent verpleegkundigen. Het grootste deel van de consulten wordt verleend door consulenten met als primaire functie huisarts (20 procent), specialist ouderengeneeskunde (19 procent) en verpleegkundige in de thuiszorg (28 procent). 3.4 Doelgroepen De consultatiefunctie is bedoeld voor professionele zorgverleners in alle sectoren van de gezondheidszorg, bijvoorbeeld: artsen, verpleegkundigen, verzorgenden, paramedici en apothekers. 3.5 Bereikbaarheid In het overgrote deel van Nederland is er 7x24 bereikbaarheid van de regionale consultatievoorzieningen (consortium niveau). In een enkel deel nog niet s nachts, maar wel in de avond en het weekend. Zie hier voor de bereikbaarheid. 3.6 Patiëntgebonden consulten De consulten in dit jaarverslag gaan in de regel over patiëntgebonden adviesvragen die via het telefoonnummer van het team binnenkomen. Vragen om informatie of instructie worden niet als consult geregistreerd. Veel consulenten geven daarnaast ook adviezen aan collega s binnen de eigen organisatie of beroepsgroep, of aan zorgverleners tijdens multidisciplinaire overleggen in een ziekenhuis, 14 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

15 verpleeghuis, hospice of PaTz-groep. Deze consulten worden niet in PRADO geregistreerd en komen dus ook niet terug in dit jaarverslag. 3.7 Werkwijze consultatie De meeste consultvragen worden telefonisch gesteld en beantwoord. Vaak zijn meerdere disciplines betrokken bij de opstelling van het advies; vooral de medische en verpleegkundige. In principe worden de adviezen schriftelijk bevestigd, zeker als ze complex zijn of een stappenplan bevatten. Een enkele keer wordt in overleg met de consultvrager eenmalig een bezoek aan de patiënt gebracht om de situatie ter plekke te inventariseren of instructie te geven aan de zorgverleners, het zogenaamde bed-consult. 3.8 Kwaliteitsbeleid Om de kwaliteit van de consultatie te waarborgen, heeft IKNL in 2010 in samenspraak met de consulenten criteria geformuleerd voor de samenstelling van teams, de werkwijze en opleiding en ervaring van consulenten. In 2016 is de handreiking voor de praktijk Consultatie in de palliatieve zorg herzien in afwachting van het in 2017 verwachte landelijk kwaliteitskader palliatieve zorg. Uiteindelijk zijn de normen die ontwikkeld worden op basis van dit landelijke kader richtinggevend voor de kwaliteit van de consultatievoorzieningen in Nederland. In de handreiking wordt bijvoorbeeld over de werkwijze gesteld dat: consulten in principe multidisciplinair worden afgehandeld; adviezen (zeker als ze meervoudig zijn) per brief naar de consultvrager gestuurd worden; na een consult een follow-up plaatsvindt om het effect van het advies te evalueren. Jaarlijks maakt IKNL voor ieder team afzonderlijk een rapportage als spiegelinformatie afgezet tegen landelijke cijfers. De handreiking Consultatie in de palliatieve zorg geeft ook aanbevelingen voor lokale transmurale consultatieteams palliatieve zorg en de palliatieve zorgteams in de ziekenhuizen. 15 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

16 4 Aantallen consulten 4.1 Aantal consulten en vergelijking met voorgaande jaren Een consult palliatieve zorg bestaat uit een initiële vraag, een advies en eventueel een follow-up-contact. Een nieuwe vraag over dezelfde patiënt wordt als vervolgconsult aangemaakt en telt als nieuw consult. In 2016 werden consulten in Nederland geregistreerd. In 2015 lag het aantal iets lager, namelijk consulten. De registratie van de consultatiefunctie gebeurt sinds Toen werden er consulten geregistreerd. Het aantal geregistreerde consulten kent sindsdien opgaande en dalende tendensen. Grafiek 4.1 Aantal consulten palliatieve zorg van Aantal consulten per patiënt De consulten in 2016 betroffen unieke patiënten. Voor de meeste patiënten wordt eenmalig een consult gevraagd. Over een klein aantal patiënten wordt vaker gebeld, soms ook door verschillende consultvragers. Het gemiddelde aantal consulten per patiënt is 1,19. Dit is vergelijkbaar met voorgaande jaren (1,17 in 2015). 4.3 Consulten buiten kantoortijden Tabel 4.1 geeft een overzicht van consulten binnen en buiten kantoortijden. Als we onder buiten kantoortijden verstaan: elk consult tussen 17:00 uur en 9:00 uur op werkdagen en elk consult op weekenddagen, dan valt 13 procent van de consulten buiten kantoortijden. Echter, meer dan de helft van de consulten buiten kantoortijden vindt plaats binnen het tijdsframe van uur in de ochtend en uur in de middag. Er zijn daarom teams die deze uren bij hun dagdienst nemen en dus multidisciplinaire beschikbaar zijn tussen 8.00 en uur. Het aantal consulten in de nacht is gemiddeld 10 procent van het totaal aantal consulten dat plaatsvindt buiten kantoortijden. In het weekend zijn 569 consulten verricht (8,6 procent van totaal aantal consulten). 16 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

17 Tabel 4.2 Overzicht consulten binnen en buiten kantoortijden Totaal consulten binnen kantoortijden Totaal buiten kantoortijden* Waarvan tussen en Waarvan in de nacht ( uur) Ma Di Woe Do Vrij Za** Zo** (13%) 146(14%) 121 (12%) 150 (15%) 150 (13%) (61%) 69 (47%) 66 (55%) 83 (55%) 74 (49%) (8%) 7(10%) 11 (9%) 16 (11%) 15 (10%) - - *elk consult tussen 17:00 uur en 9:00 uur op werkdagen en elk consult op weekenddagen ** consulten in het weekend worden als buiten kantoortijden gelabeld 17 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

18 5 Consultvragers De consultatieteams zijn beschikbaar voor professionele zorgverleners van verschillende disciplines, werkzaam in verschillende werkvelden. 5.1 Functie consultvrager De grootste groep consultvragers is, net als in voorgaande jaren, de huisarts. Huisartsen leggen keer een casus voor aan één van de consultatieteams (72 procent), zie grafiek 5.1. Dit aandeel daalt iets ten opzichte van 2015 (74 procent) en 2014 (78 procent). Van de groep consultvragers is 14 procent medisch specialist, gevolgd door verpleegkundigen en verzorgenden (8 procent). De categorie anders omvat consultvragers die op een andere manier betrokken zijn bij de patiënt. Dit zijn bijvoorbeeld familieleden, mantelzorgers of coördinatoren van een (zorg)instelling. Grafiek 5.1 Verdeling aantal consulten per functie consultvrager in 2016 verpleegkundige/verzorgende 535 specialist ouderengeneeskunde 181 medisch specialist/arts ass 916 huisarts 4728 AVG-arts apotheker anders onbekend Huisartsenposten Van het aantal consultvragen van huisartsen in 2016 kwam 9 procent van de waarnemende huisartsen. Voorgaande jaren lag dat percentage wat hoger, in 2015 was dit 13 procent. Van het aantal consultvragen was 3 procent afkomstig van huisartsen in opleiding (5 procent in 2015). 5.3 Verpleegkundigen en verzorgenden 535 consultvragen zijn afkomstig van verpleegkundigen en verzorgenden. Dit aandeel is iets toegenomen in vergelijking met 2015, waarin 449 consultvragen vanuit deze beroepsgroep kwamen. Van het aantal consulten in 2016 was het aandeel van verzorgenden en verpleegkundigen 8 procent. 5.4 Medisch specialisten Het aantal consulten van medisch specialisten loopt, net als in voorgaande jaren, gestaag op. In 2016 is dat verder gestegen naar 916 consultvragen (14 procent). Hiervan is ruim een derde (37 procent) in opleiding tot specialist. 18 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

19 Grafiek 5.2 Toename consultvragen medisch specialist Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

20 6 Kenmerken van de patiënt In 2016 werd voor patiënten consultatie gevraagd. Per patiënt werd gemiddeld 1,2 consult geregistreerd. Dit is al jaren stabiel. Geslacht leeftijd, diagnose en prognose zijn geanalyseerd op patiëntniveau. 6.1 Geslacht en leeftijd Het percentage mannelijk en vrouwelijke patiënten over wie werd geconsulteerd was in 2016 bijna gelijk: resp. 51 procent tegenover 49 procent. De gemiddelde leeftijd van patiënten was 70,9 jaar. De grootste groep patiënten was tussen de 65 en 80 jaar oud (40 procent), gevolgd door patiënten ouder dan 80 jaar (30 procent). De gegevens zijn vergelijkbaar met voorgaande jaren. Voor kinderen en jongeren onder de 20 jaar werd 12 keer consult gevraagd. Grafiek 6.1 Leeftijdsverdeling patiënt besproken in consult < >=80 Onbekend / missing Diagnose De meeste patiënten (76 procent) hebben de diagnose kanker. Bij de niet-oncologische ziektebeelden was hart- en vaatlijden de meest voorkomende hoofddiagnose (6 procent), gevolgd door COPD (3 procent), dementie (2 procent) en CVA (2 procent). De andere diagnosen (10 procent) betroffen een aantal uiteenlopende ziektebeelden, waaronder diabetes en neurologische aandoeningen. Deze cijfers zijn vergelijkbaar met de cijfers uit In grafiek 6.2 is de verdeling van de diagnoses in (afgeronde) percentages weergegeven. Grafiek 6.2 Diagnose patiënt besproken in consult, weergegeven in percentages 6% 2% 2% 3% 10% 3% Kanker Hart- en vaatlijden COPD CVA Dementie Anders 76% Onbekend 20 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

21 6.3 Prognose Tijdens het consult wordt aan de consultvrager gevraagd de prognose en levensverwachting van de patiënt in te schatten. Als de consultvrager dat niet kan, wordt door de consulent onbekend geregistreerd. Een kwart van de patiënten over wie in 2016 geconsulteerd werd, had een prognose tussen de 4 dagen en 2 weken (24 procent). Het percentage patiënten in de stervensfase (prognose 3 dagen of minder) was 13 procent. De verdeling van de geschatte prognose is gelijk aan voorgaande jaren. 49 procent van de patiënten heeft tijdens het consult een levensverwachting van minder dan 4 weken. Bij 30 procent van de patiënten is de prognose niet bekend of niet duidelijk. Zie voor de verdeling van de prognose categorieën grafiek 6.3. Grafiek 6.3 Verdeling van prognose categorieën van patiënten besproken in consult in 2015, weergegeven in percentages dagen of minder Tussen 4 dagen en 2 weken Tussen 2 weken en 4 weken Tussen 4 weken en 3 maanden Meer dan 3 maanden Onbekend 21 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

22 6.4 Verblijfplaats Op het moment van consultatie verblijft de patiënt thuis of in een instelling. Voor een patiënt kan de verblijfplaats per consult anders zijn. Daarom is de analyse hier gebaseerd op de gegevens van de consulten en niet op die van unieke patiënten. In 2015 verbleven de meeste patiënten op het moment van de consultatie thuis (73 procent), gevolgd door verblijf in het ziekenhuis (14 procent), hospice (6 procent) of verzorgingshuis (3 procent). De gegevens zijn vergelijkbaar met die van eerdere jaren. In grafiek 6.4 is de verdeling van de verblijfplaats van de patiënt ten tijde van het consult weergegeven. Grafiek 6.4 Verdeling in % van verblijfplaats tijdens consult in 2016 Percentage verblijfplaats patient tijdens consult Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

23 7 Inhoud van het consult In een consultatiegesprek komen vaak meerdere vragen en onderwerpen aan bod. Na afloop van het gesprek registreert de consulent deze. Er zijn twee hoofdgroepen in de registratie: problemen en symptomen. Onder problemen worden onderwerpen gerekend als psychische en sociale problemen, euthanasie en (palliatieve) sedatie, farmacologische vragen, dagelijks functioneren, ondersteuning mantelzorg, morele steun voor consultvrager of organisatie van zorg. Onderwerpen die vallen in de categorie symptomen zijn onder meer angst, depressie, pijn, benauwdheid, delier, misselijkheid, vermoeidheid en slaapproblemen. Zowel bij problemen als bij symptomen kunnen meerdere items aangevinkt worden. 7.1 Problemen Tijdens het consult komen farmacologische vragen (dosering, toediening, combinatie met andere medicatie) het vaakst aan de orde; in bijna driekwart van de consulten is dit het geval (71 procent). Bij de consultaties wordt in 22 procent van de gevallen gesproken over sedatie en in 4 procent over euthanasie. Deze gegevens zijn vergelijkbaar met de cijfers van voorgaande jaren. Organisatie van zorg is ook een item waar veel vragen over worden gesteld (21 procent). In een derde van het aantal consultaties zoekt de consultvrager morele steun bij de consulent (32 procent). Bij 8 procent is er een vraag over het dagelijks functioneren van de patiënt. Vragen over het sociale, psychische en spirituele functioneren komen veel minder vaak aan de orde. Grafiek 7.1 geeft een beeld van de problemen die aan de orde komen tijdens consulten. Grafiek 7.1 Verdeling aantal consulten met een bepaald probleem, weergegeven in % Coping 8 Euthanasie 4 Farmacologisch 71 Dagelijks functioneren Mantelzorg 8 9 Steun consultvrager 32 Organisatie van zorg Sedatie Sociaal Zingeving Anders In 47 procent van het aantal consultaties wordt één probleem besproken en in bijna een derde (31 procent) 2 problemen (grafiek 7.2). In 20 procent van de consultaties worden 3 of meer problemen besproken. Gemiddeld worden 1,9 problemen per consult geregistreerd. 23 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

24 Grafiek 7.2 Verdeling aantal consulten met het aantal besproken problemen, weergegeven in % 4% 4% 1% 12% geen 1 probleem 47% 2 problemen 31% 3 problemen 4 problemen >=5 problemen 7.2 Symptomen Pijn is het meest voorkomende symptoom waarover wordt geconsulteerd: in 44 procent van de consultaties, gevolgd door verwardheid/delier (21 procent), benauwdheid (17 procent), misselijkheid (13 procent), vermoeidheid (10 procent) en angst (9 procent) (zie grafiek 7.3). De verdeling is nagenoeg gelijk aan die van 2015 en Grafiek 7.3 Verdeling aantal consulten met een bepaald symptoom, weergegeven in % Angst Anorexie Ascites Benauwdheid Decubitis Hoesten Ileus Jeuk Lymfe oedeem Misselijkheid Mondproblemen Obstipatie/diarree Pijn Slaapproblemen Slikproblemen Somber Sufheid Vermoeidheid Verwardheid nvt Anders Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

25 In ruim de helft (56 procent) van de consultaties wordt één symptoom besproken en in 27 procent twee symptomen. In 14 procent van de consultaties zijn er 3 of meer symptomen besproken (grafiek 7.4). Gemiddeld worden 1,7 symptomen besproken per consult. De cijfers zijn gelijk aan voorgaande jaren. Grafiek 7.4 Verdeling in % van consulten met het aantal besproken symptomen symptoom 2 symptomen 3 symptomen 4 symptomen 5 symptomen 6 symptomen 7 symptomen 8 symptomen 9 symptomen 25 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

26 8 Vorm van een consult 8.1 Telefonische consultatie of combinatie Bij de meeste consultaties verloopt het contact geheel telefonisch. Soms is er direct overleg (face to face) binnen een praktijk of instelling. Eventueel wordt het telefonisch contact aangevuld met een advies op locatie bijvoorbeeld door het bijwonen van een teambespreking of mdo. Met de consultvrager wordt in 84 procent van de consulten alleen telefonisch overlegd. In 5 procent van de consulten is er (op locatie) direct overleg (face to face) tussen consultvrager en consulent. In 3 procent van de gevallen wordt advies uitgebracht aan een team (bijvoorbeeld tijdens een mdo of PaTz-overleg). Adviezen voor een heel team worden bij uitzondering op patiënt-niveau geregistreerd in PRADO. Dat verklaart het lage aandeel consulten in deze vorm. 8.2 Consultatie in mdo-team palliatieve zorg in het ziekenhuis De participatie van een IKNL-consulent bij het mdo palliatieve zorg van een ziekenhuisteam is flink gegroeid. In 2016 werden 769 mdo s bijgewoond door consulenten in ten minste 50 ziekenhuizen. In 2015 werden er 432 mdo s bijgewoond in ongeveer 30 ziekenhuizen. 8.3 Consultatie in een PaTz groep PaTz-bijeenkomsten werden 455 keer bijgewoond door een consulent. Dit betrof ongeveer 95 PaTzgroepen op een totaal van ongeveer 110 PaTz groepen aan het einde van In 2015 werd 261 keer een PaTz-bijeenkomst bijgewoond door een consulent. 8.4 Bedside consultatie In sommige gevallen wordt de patiënt over wie advies gevraagd wordt persoonlijk gezien door de consulent, het bedside-consult. Dit heeft als doel tot een eigen inventarisatie en observatie te komen. Soms is het doel de huisarts te instrueren hoe een ascitespunctie te doen. In 2016 is er een stijging te zien in het aantal bedside-consulten, 876 ten opzichte van 582 in 2015 (13 procent versus 9 procent). De meeste bedside-consulten worden verricht in het ziekenhuis (62 procent) of thuis (34 procent). Grafiek 8.1 Aantal bedside consulten in 2016 Thuis 300 Ziekenhuis 546 Verpleeghuis Verzorgingshuis Hospice Instelling GGZ Instelling VGZ Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

27 8.5 Schriftelijke bevestiging Adviezen worden zoveel mogelijk schriftelijk bevestigd, zeker als het gaat om meervoudige adviezen. Het registratie-instrument PRADO biedt de mogelijkheid consultverslagen vast te leggen en op basis van het verslag consultbrieven te genereren en te versturen per beveiligde . In 2016 werd bijna twee derde (65 procent) van de adviezen schriftelijk bevestigd. Ten opzichte van 2015 is er een lichte daling zichtbaar: toen werd 70 procent schriftelijk bevestigd. Tot aan 2015 was er een stijgende lijn te zien in het aantal consulten waarbij een schriftelijke bevestiging van het advies plaatsvond. In 2015 was dat in 70 procent van de gevallen, 66 procent in 2014, 62 procent in 2013, 57 procent in 2012 en 39 procent in Follow-up Een consulent neemt in principe enkele dagen na het uitbrengen van het advies opnieuw contact op met de consultvrager voor een evaluatie en vult het advies aan of stelt het bij als het nodig is. Deze follow-ups worden geregistreerd. In de helft van de consulten in 2016 is er follow-up gedaan. Dit is gelijk aan De jaren daarvoor lag dit rond de 45 procent. 8.7 Multidisciplinair overleg Tijdens de bereikbaarheidsdiensten op werkdagen zijn altijd de beide kerndisciplines, arts en verpleegkundige beschikbaar. Gewoonlijk komen zij in gezamenlijk overleg tot een advies. Soms overlegt men ook met een andere discipline van het team en soms met een deskundige buiten het team. In de avond-, nacht- en weekenddiensten is in veel regio s slechts één discipline actief. De adviezen zijn dan vrijwel altijd monodisciplinair. Het percentage adviezen dat in 2016 door multidisciplinair overleg binnen het consultatieteam tot stand kwam, is 70 procent, ongeveer gelijk aan In 3 procent van de consultaties vindt (ook) overleg plaats buiten het consultatieteam. Zie grafiek 8.2 voor de verdeling van de verschillende vormen van overleg. Grafiek 8.2 Verdeling in % vormen van overleg Monodisciplinair binnen team Multidisciplinair binnen team Buiten team 27 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

28 9 Deskundigheidsbevordering 9.1 Deskundigheidsbevordering door consulenten Scholing, casuïstiekbespreking en symposia zijn belangrijke middelen om de consulenten een gezicht te geven, de consultatiefunctie bekendheid te geven en in te bedden in de lokale netwerken. IKNL stelt jaarlijks een budget per netwerk beschikbaar waarmee consulenten ingezet kunnen worden. 9.2 Deskundigheidsbevordering voor consulenten Vanuit het oogpunt van kwaliteit biedt IKNL de consulenten palliatieve zorg ieder jaar geaccrediteerde scholingsdagen aan. Sinds 2016 worden ook de consulenten van de teams voor palliatieve zorg in de ziekenhuizen uitgenodigd. Het doel van de scholing is meerledig: uniform informeren consulententeams op het gebied van actualiteiten en ontwikkelingen op het gebied van richtlijnen en onderzoek; aanreiken van vaardigheidstrainingen; aanreiken van methodiek voor consultbespreking/casuïstiekbespreking; bevorderen en versterken van samenwerking binnen en tussen de teams. Aan de 9 regionale scholingsdagen in het voorjaar hebben 372 consulenten deelgenomen. In het najaar organiseerde IKNL de eerste landelijke dag waar circa 300 consulenten aanwezig waren. 9.3 Consultbesprekingen Consultatieteams houden regelmatig consultbesprekingen. Doel van de consultbespreking is de bevordering van de deskundigheid, zelfreflectie, uitwisselen van kennis en ervaringen, signaleren van problemen en knelpunten en aandragen van oplossingen. De consultbespreking heeft het karakter van een intercollegiale toetsing. Dit vereist onderling vertrouwen en een gevoel van veiligheid in het team. Bij de consultbespreking zijn naast de consulenten uit het kernteam (artsen en verpleegkundigen) vaak ook experts op specifieke deelgebieden aanwezig (anesthesioloog/pijnarts, geestelijk verzorger, psycholoog, psychiater of apotheker). Werkwijze: tijdens de consultbespreking bespreken de aanwezigen verslagen van consulten die in de afgelopen periode verleend zijn; actiepunten die voortkomen uit de bespreking van consulten worden genotuleerd; de consulten worden methodisch besproken volgens het model Besluitvorming in de palliatieve fase'. In totaal hebben er 156 consultbesprekingen plaatsgevonden van de verschillende consultatieteams palliatieve zorg in het land. Deelnemers per specialisme Naast vele verpleegkundigen worden deze besprekingen bijgewoond door huisartsen (354 keer) en specialisten ouderen geneeskunde (198 keer). Verder verschilt het per team wie van welk specialisme er nog meer aanwezig waren: internisten(oncologen) (24), radiotherapeuten (2), anesthesiologen (45), psychiaters (16) en apothekers (24). Daarnaast hebben enkele artsen verstandelijk gehandicapten, longartsen, artsen palliatieve geneeskunde, geriaters en geestelijke verzorgers deelgenomen. 28 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

29 10 Beschouwing Dit rapport geeft een beeld van de consultatievoorziening palliatieve zorg uitgevoerd door consulenten die verbonden zijn aan IKNL. Het rapport beperkt zich tot de consulten die geregistreerd zijn in PRADO. Dit twaalfde jaarverslag geeft daarmee geen volledig beeld van de totale consultatie in de palliatieve zorg. Bekend is dat als professionals weten welke collega ze voor consultatie kunnen benaderen, er ook vaak direct contact wordt gelegd. Veel consulenten geven adviezen aan collega s binnen de eigen organisatie of beroepsgroep, aan zorgverleners tijdens multidisciplinaire overleggen in een ziekenhuis, verpleeghuis, hospice of PaTz-groep. Deze consulten worden in principe niet in PRADO geregistreerd. Daarnaast vormt de consultatie door de teams palliatieve zorg in de ziekenhuizen en andere organisaties die niet in PRADO registreren (denk bijvoorbeeld aan een hospice die een consultatiefunctie aanbiedt in de regio) geen onderdeel van dit rapport. Beschikbaarheid van een consultatiefunctie in de palliatieve zorg is nodig. Er is namelijk, ondanks dat niet alle consulten geregistreerd worden, in 2016 een lichte stijging te zien van het aantal consulten. Ook het aantal consulenten dat deelneemt aan mdo s palliatieve zorg in ziekenhuizen en PaTz-overleggen (Palliatieve Thuiszorg) neemt toe. Daarnaast deelden consulenten ook in 2016 met grote regelmaat hun expertise en ervaring in scholing, casuïstiekbespreking, symposia en dergelijke. Ontwikkelingen die IKNL ook de komende jaren wil blijven ondersteunen. De stijging van het aantal medisch specialisten dat een consult vraagt zet door. De veronderstelling is dat dit te maken heeft met de komst van de teams palliatieve zorg in de ziekenhuizen en de samenwerking met consultatie op regionaal niveau. Ook het aantal verpleegkundigen en verzorgenden dat consulteert, neemt toe. De consultatievoorziening is aan het veranderen. Vorig jaar startte de beschouwing met een beschrijving van deze noodzaak voor verandering: Een centraal aangestuurde, telefonische consultatie is niet langer toereikend; daarnaast ontstaat steeds vaker intensievere ondersteuning via lokale, transmurale teams en ontstaan er samenwerkingsverbanden. De trends in dit jaarverslag lijken deze ontwikkeling te bevestigen: meer lokale transmurale teams, meer consulten van medisch specialisten, meer bedsideconsulten, meer consulenten vanuit de eerstelijn betrokken bij ziekenhuisteams en meer inzet bij PaTzgroepen. De cijfers over prognose, verblijfplaats, problemen en symptomen zijn de laatste jaren nagenoeg gelijk gebleven. De komende jaren bouwen we verder aan de vorming van lokale samenwerkingsverbanden waarin de palliatieve zorg goed is georganiseerd en waarbij consulenten nog meer onderdeel van én een vanzelfsprekende partner zijn bij het organiseren en verlenen van deze zorg. Zodat de patiënt en zijn naasten, als het aan de orde is, verzekerd zijn van goede palliatieve zorg op de juiste plaats, op het juiste moment en met de juiste zorg en ondersteuning. Het Kwaliteitskader palliatieve zorg Nederland (verwacht medio 2017)) zal hierin leidend zijn. Een passende financieringsstructuur is daarnaast een belangrijke voorwaarde. 29 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

30 11 Bronvermelding Integraal Kankercentrum Nederland (2016). Consultatie palliatieve zorg. Handreiking voor de praktijk. Integraal Kankercentrum Nederland/Palliactief (2015). Project Kwaliteitskader palliatieve zorg Nederland. Integraal Kankercentrum Nederland/Palliactief (2015). Palliatieve zorg in Nederlandse ziekenhuizen. SONCOS (2017). Multidisciplinaire normering oncologische zorg in Nederland ZonMw/VWS (2014). Nationaal Programma Palliatieve Zorg. 30 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

31 31 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2016 mei 2017 IKNL

Consultatie Palliatieve Zorg. Jaarverslag 2014

Consultatie Palliatieve Zorg. Jaarverslag 2014 Consultatie Palliatieve Zorg Jaarverslag 2014 Juli 2015 Consultatie Palliatieve Zorg Jaarverslag 2014 Auteur L. Brom, MSc B. van Aalst Dr. M. Klinkenberg Juli 2015 3 Consultatie Palliatieve Zorg Jaarverslag

Nadere informatie

Consultatie palliatieve zorg. Jaarverslag 2015

Consultatie palliatieve zorg. Jaarverslag 2015 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2015 juni 2016 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2015 Auteurs: L. Brom, MSc M. van Horssen B. van Aalst Dr. M. Klinkenberg juni 2016 3 Consultatie palliatieve

Nadere informatie

Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2011

Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2011 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2011 Juni 2012 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2011 Auteur I. Grandjean, Msc Drs. C. Galesloot Dr. M. Kinkenberg Juni 2012 Versie definitief 3 Consultatie

Nadere informatie

Consultatie Palliatieve Zorg. Jaarverslag 2012

Consultatie Palliatieve Zorg. Jaarverslag 2012 Consultatie Palliatieve Zorg Jaarverslag 2012 september 2013 Consultatie Palliatieve Zorg Jaarverslag 2012 Auteur I. Grandjean, Msc Drs. C. Galesloot September 2013 Versie 0.4 Typ versienummer (indien

Nadere informatie

Consultatie palliatieve zorg. Jaarverslag 2018

Consultatie palliatieve zorg. Jaarverslag 2018 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2018 april 2019 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2018 Auteurs E. van Drielen, Msc. Drs. R.M. Tummers Dr. L. Brom Dr. M. Klinkenberg april 2019 3 Consultatie

Nadere informatie

Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2017

Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2017 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2017 augustus 2018 Consultatie palliatieve zorg Jaarverslag 2017 Auteurs Dr. L. Brom A. Stoffer-Brink B. van Aalst Dr. M. Klinkenberg augustus 2018 3 Consultatie

Nadere informatie

Consultatie Palliatieve Zorg. Jaarverslag 2013

Consultatie Palliatieve Zorg. Jaarverslag 2013 Consultatie Palliatieve Zorg Jaarverslag 2013 Juni 2014 Consultatie Palliatieve Zorg Jaarverslag 2013 Auteurs I. Lokker, MSc Drs. R. Tummers Drs. C. Galesloot Dr. M. Klinkenberg Juni 2014 Typ versienummer

Nadere informatie

PALLIATIEVE CONSULTATIE IN DE IKW-REGIO 2007

PALLIATIEVE CONSULTATIE IN DE IKW-REGIO 2007 PALLIATIEVE CONSULTATIE IN DE IKW-REGIO Schipholweg 5a 2316 XB Leiden telefoon (071) 525 97 59 telefax (071) 525 97 00 e-mail: ikw@ikw.nl www.ikcnet.nl/ikw INLEIDING In de IKW-regio zijn vier consultatieteams

Nadere informatie

Nieuws vanuit de werkgroep vorming van een Regionaal Palliatief Advies Team in de regio s-hertogenbosch Bommelerwaard

Nieuws vanuit de werkgroep vorming van een Regionaal Palliatief Advies Team in de regio s-hertogenbosch Bommelerwaard Nieuws vanuit de werkgroep vorming van een Regionaal Palliatief Advies Team in de regio s-hertogenbosch Bommelerwaard In de regio s-hertogenbosch Bommelerwaard is een werkgroep actief die zich richt op

Nadere informatie

Het Palliatief Advies Team. De verpleegkundig specialist centraal en transmuraal 1 september 2015

Het Palliatief Advies Team. De verpleegkundig specialist centraal en transmuraal 1 september 2015 Het Palliatief Advies Team De verpleegkundig specialist centraal en transmuraal 1 september 2015 2011 nieuw ziekenhuis en starten PAT Waarom? Hoe? Met wie? Waarom een PAT Stervensfase in het ziekenhuis

Nadere informatie

Stand van zaken Transmuraal Palliatief Advies Team

Stand van zaken Transmuraal Palliatief Advies Team Stand van zaken Transmuraal Palliatief Advies Team Ilona van der Loos, gespecialiseerd verpleegkundige thuiszorg, consulent PAT Vivent & Sylvia Verhage MANP verpleegkundig specialist intensieve zorg, consulent

Nadere informatie

Palliatieve zorg voor andere doelgroepen

Palliatieve zorg voor andere doelgroepen Palliatieve zorg voor andere doelgroepen CVA, Dementie, COPD, Hartfalen, psychiatrische aandoening, verstandelijke beperking 27 november Rob Krol en Annemiek Kwast Aanleiding IKNL activiteiten palliatieve

Nadere informatie

COP-zorg. Consultteam Ondersteunende en Palliatieve zorg. Hein Visser, Mira Jong

COP-zorg. Consultteam Ondersteunende en Palliatieve zorg. Hein Visser, Mira Jong COP-zorg Consultteam Ondersteunende en Palliatieve zorg Hein Visser, Mira Jong Wie, wat, waar is COP zorg COP zorg: consultteam ondersteunende en palliatief zorg Nurse based team: verpleegkundig specialisten

Nadere informatie

Ondersteunende en palliatieve zorg

Ondersteunende en palliatieve zorg Algemeen Ondersteunende en palliatieve zorg www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl ALG048 / Ondersteunende en palliatieve zorg / 24-05-2018 2 Ondersteunende

Nadere informatie

Ondersteunende en palliatieve zorg bij COPD. COP-zorg.

Ondersteunende en palliatieve zorg bij COPD. COP-zorg. Ondersteunende en palliatieve zorg bij COPD COP-zorg www.nwz.nl Inhoud De palliatieve fase 3 Wat is COP-zorg? 3 Gang van zaken na verwijzing 5 Uw vragen 5 Notities 6 2 U heeft van uw arts gehoord dat u

Nadere informatie

Genero Invitational Conference 27 maart 2017

Genero Invitational Conference 27 maart 2017 Genero Invitational Conference 27 maart 2017 Frans Baar, Spec Ouderengeneeskunde, Consulent consultatief palliatief team, directeur stichting Leerhuizen Palliatieve Zorg Ellen Vink, Netwerk coördinator

Nadere informatie

Besluitvorming in de palliatieve fase. Marjolein van Meggelen, RN MSc adviseur palliatieve zorg IKNL, docent post-hbo HU

Besluitvorming in de palliatieve fase. Marjolein van Meggelen, RN MSc adviseur palliatieve zorg IKNL, docent post-hbo HU Besluitvorming in de palliatieve fase Marjolein van Meggelen, RN MSc adviseur palliatieve zorg IKNL, docent post-hbo HU Besluitvorming in de palliatieve fase Expertisecentrum palliatieve zorg UMC Utrecht

Nadere informatie

SPIEGELINFORMATIE SCEN 2013 Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland

SPIEGELINFORMATIE SCEN 2013 Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland SPIEGELINFORMATIE SCEN 2013 Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland KNMG Juli 2014 INHOUD 1. INLEIDING... 3 2 AANTAL CONSULTATIES & INFORMATIE EN ADVIESVRAGEN IN 2013... 3 2.1 Aantal consultaties

Nadere informatie

Palliatieve Zorg. Marjolein Kolkman en Ingrid Kienstra. Verpleegkundigen Palliatieve Zorg

Palliatieve Zorg. Marjolein Kolkman en Ingrid Kienstra. Verpleegkundigen Palliatieve Zorg Palliatieve Zorg Marjolein Kolkman en Ingrid Kienstra Verpleegkundigen Palliatieve Zorg Wat is het belangrijkste speerpunt van palliatieve zorg? A Genezing B Kwaliteit van leven C Stervensbegeleiding

Nadere informatie

SPIEGELINFORMATIE SCEN Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland

SPIEGELINFORMATIE SCEN Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland SPIEGELINFORMATIE SCEN 2014 Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland KNMG September 2015 INHOUD 1. INLEIDING... 3 2. AANTAL CONSULTATIES & INFORMATIE EN ADVIESVRAGEN IN 2014... 3 2.1 Aantal consultaties

Nadere informatie

SPIEGELINFORMATIE SCEN Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland

SPIEGELINFORMATIE SCEN Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland SPIEGELINFORMATIE SCEN 2017 Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland KNMG September 2018 INHOUD 1. INLEIDING... 3 2. AANTAL CONSULTATIES & INFORMATIE EN ADVIESVRAGEN IN 2017... 3 2.1 Aantal consultaties

Nadere informatie

Besluitvorming in de palliatieve fase

Besluitvorming in de palliatieve fase Besluitvorming in de palliatieve fase JEANET VAN NOORD VERPLEEGKUNDIG SPECIALIST PAT LUMC CONSULENT EN COÖRDINATOR CTPZ HM Palliatieve zorg (Kwaliteitskader palliatieve zorg Nederland, 2017) Palliatieve

Nadere informatie

Overdracht in de palliatieve zorg Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant

Overdracht in de palliatieve zorg Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant Overdracht in de palliatieve zorg Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant Marlie Spijkers Arts symptoombestrijding en palliatieve zorg Sint Annaziekenhuis Medisch adviseur netwerk palliatieve zorg

Nadere informatie

SPIEGELINFORMATIE SCEN 2016

SPIEGELINFORMATIE SCEN 2016 SPIEGELINFORMATIE SCEN 2016 KNMG September 2017 INHOUD 1. INLEIDING... 3 2. AANTAL CONSULTATIES & INFORMATIE EN ADVIESVRAGEN IN 2016... 3 2.1 Aantal consultaties in 2016... 3 2.2 (Nog) niet voldaan aan

Nadere informatie

Jaarverslag Consultatie Palliatieve Zorg Integrale Kankercentra 2004

Jaarverslag Consultatie Palliatieve Zorg Integrale Kankercentra 2004 Jaarverslag Consultatie Palliatieve Zorg Integrale Kankercentra 2004 Dr. Annemie Courtens Drs. Cilia Galesloot 2 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 5 2. Methode 6 3. Beschrijving consultatieteams en doelgroepen

Nadere informatie

Scen. Malaga 2014 Petrie van Bracht en Rob van Lier scenartsen

Scen. Malaga 2014 Petrie van Bracht en Rob van Lier scenartsen Scen Malaga 2014 Petrie van Bracht en Rob van Lier scenartsen inhoud Inleiding Getallen Zorgvuldigheidscriteria Valkuilen Euthanasie versus palliatieve sedatie De scenarts S: staat voor steun: informatie,

Nadere informatie

Transmurale palliatieve zorg regio Arnhem. Ciska Zerstegen Jolanda van Loenhout Verpleegkundig specialisten

Transmurale palliatieve zorg regio Arnhem. Ciska Zerstegen Jolanda van Loenhout Verpleegkundig specialisten Transmurale palliatieve zorg regio Arnhem Ciska Zerstegen Jolanda van Loenhout Verpleegkundig specialisten IKNL consultatieteam Huidige situatie Team ondersteunende en palliatieve zorg Rijnstate Team palliatieve

Nadere informatie

Palliatieve zorg in het ZGT

Palliatieve zorg in het ZGT 30 oktober 2014 Mw. Dr. I.M. Oving Internist-Oncoloog Palliatieve zorg in het ZGT Op het juiste moment en de juiste plaats Namens het palliatief consult team Palliatieve zorg, op het juiste moment en de

Nadere informatie

Een Transmuraal Palliatief Advies Team in de regio: de rol van de huisarts in de eerstelijn. dr. Eric van Rijswijk, huisarts, lid PAT team JBZ

Een Transmuraal Palliatief Advies Team in de regio: de rol van de huisarts in de eerstelijn. dr. Eric van Rijswijk, huisarts, lid PAT team JBZ Een Transmuraal Palliatief Advies Team in de regio: de rol van de huisarts in de eerstelijn dr. Eric van Rijswijk, huisarts, lid PAT team JBZ De praktijk van palliatieve zorg huisartspraktijk Mw van Z,

Nadere informatie

Palliatief consult door de verpleegkundig specialist: de arts overbodig?

Palliatief consult door de verpleegkundig specialist: de arts overbodig? Palliatief consult door de verpleegkundig specialist: de arts overbodig? Ellen de Nijs Verpleegkundig specialist chronische zorg Leids Universitair Medisch Centrum (EPZ) Kennis en Innovatie (Kennis) Centrum

Nadere informatie

goede zorg voor mensen met ernstig hartfalen

goede zorg voor mensen met ernstig hartfalen IKNL, lid van coöperatie Palliatieve Zorg Nederland (PZNL) goede zorg voor mensen met ernstig hartfalen Informatie voor mensen met hartfalen die palliatieve zorg krijgen of daar binnenkort voor in aanmerking

Nadere informatie

JAARVERSLAG COÖPERATIE PALLIATIEVE ZORG NEDERLAND 2018

JAARVERSLAG COÖPERATIE PALLIATIEVE ZORG NEDERLAND 2018 JAARVERSLAG COÖPERATIE PALLIATIEVE ZORG NEDERLAND 2018 PALLIATIEVE ZORG NEDERLAND (PZNL) PZNL is in april 2018 opgericht met als doel om organisaties in de palliatieve zorg te verbinden, samenwerking te

Nadere informatie

Scholing Palliatieve Zorg voor verpleegkundigen

Scholing Palliatieve Zorg voor verpleegkundigen Scholing Palliatieve Zorg voor verpleegkundigen Sandra van den Hof, netwerkcoördinator Palliatieve zorg 20-8-2014 Scholing Palliatieve zorg voor verpleegkundigen Duur van de scholing: 3 dagen Aantal deelnemers

Nadere informatie

Transmurale palliatieve zorg

Transmurale palliatieve zorg Transmurale palliatieve zorg Eric van Rijswijk/ Lieke Paulides Tineke Smilde/ Hans Pruijt Bossche Samenscholingsdagen Sept 2014 Hoe is het nu? Een inventarisatie Als het moeilijk is..wie bel je Hoe is

Nadere informatie

PALLIATIEVE ZORG OP KOERS. De landelijke plannen van de integrale kankercentra voor 2008

PALLIATIEVE ZORG OP KOERS. De landelijke plannen van de integrale kankercentra voor 2008 PALLIATIEVE ZORG OP KOERS De landelijke plannen van de integrale kankercentra voor 2008 2 PALLIATIEVE ZORG OP KOERS De landelijke plannen van de integrale kankercentra voor 2008 Sinds het ministerie van

Nadere informatie

Casuïstiek bespreking. delier

Casuïstiek bespreking. delier Casuïstiek bespreking delier Bernarda Heslinga Huisarts, kaderarts palliatieve zorg, lid consultatieteam palliatieve zorg Helma Mebius Verpleegkundige, lid consultatieteam palliatieve zorg Palliatieve

Nadere informatie

LEVENSEINDEKLINIEK HELPT MEER MENSEN IN 2014

LEVENSEINDEKLINIEK HELPT MEER MENSEN IN 2014 2014 LEVENSEINDEKLINIEK HELPT MEER MENSEN IN 2014 De Levenseindekliniek heeft in 2014 aan 232 mensen euthanasie gegeven. Dat waren er 98 meer dan in 2013. Het grootste deel betrof mensen met somatische

Nadere informatie

Palliatieve en ondersteunende zorg in CWZ

Palliatieve en ondersteunende zorg in CWZ Palliatieve en ondersteunende zorg in CWZ Wat is palliatieve zorg? Palliatieve zorg is er voor mensen bij wie genezing van ziekte niet meer mogelijk is. Kwaliteit van leven staat bij deze zorg centraal.

Nadere informatie

Jaarbericht 2006 Netwerk Palliatieve Zorg Enschede, Haaksbergen en Noordoost Twente

Jaarbericht 2006 Netwerk Palliatieve Zorg Enschede, Haaksbergen en Noordoost Twente Jaarbericht 2006 Netwerk Palliatieve Zorg Enschede, Haaksbergen en Noordoost Twente p/a Livio, afdeling Stafzorg Postbus 379, 7500 AJ Enschede Tel: 053-4881200 Email: h.mulder@livio.nl Website: http://palliatieftwenteoost.ikcnet.nl

Nadere informatie

BESLUITVORMING IN DE PALLIATIEVE FASE

BESLUITVORMING IN DE PALLIATIEVE FASE BESLUITVORMING IN DE PALLIATIEVE FASE MARIJ SCHIELKE, PALLIATIEF CONSULENT Marij Schielke, palliatief consulent 1 PRESENTATIE INLEIDING : - PALLIATIEVE ZORG - SYMPTOMEN - BESLUITVORMING IN DE PALLIATIEVE

Nadere informatie

Vier kernvragen in de palliatieve zorg:

Vier kernvragen in de palliatieve zorg: Palliatieve thuiszorg in het nieuws In deze presentatie: 1. Palliatieve zorg in de 21 e eeuw, de stand van zaken Het PaTz project Een andere focus op palliatieve zorg 2. Het PaTz project in de praktijk

Nadere informatie

Palliatieve zorg aan kwetsbare ouderen

Palliatieve zorg aan kwetsbare ouderen Palliatieve zorg aan kwetsbare ouderen Interactieve workshop over kaders van palliatieve zorg aan kwetsbare ouderen. Niek Olde Bijvank Specialist ouderengeneeskunde, tevens kaderarts Palliatieve Zorg,

Nadere informatie

Resultaten van de studie naar casemanagement: de visie van huisartsen op casemanagement voor palliatieve zorg in de Westelijke Mijnstreek

Resultaten van de studie naar casemanagement: de visie van huisartsen op casemanagement voor palliatieve zorg in de Westelijke Mijnstreek Resultaten van de studie naar casemanagement: de visie van huisartsen op casemanagement voor palliatieve zorg in de Westelijke Mijnstreek Auteur: Cindy Rodigas, student Universiteit Maastricht In samenwerking

Nadere informatie

Palliatieve sedatie. Informatie voor patiënten en hun naasten die meer willen weten over palliatieve sedatie

Palliatieve sedatie. Informatie voor patiënten en hun naasten die meer willen weten over palliatieve sedatie Palliatieve sedatie Informatie voor patiënten en hun naasten die meer willen weten over palliatieve sedatie De informatie in deze folder is voor patiënten. Natuurlijk is de informatie ook erg nuttig voor

Nadere informatie

Samen sterk in de transmurale palliatieve zorgketen! Kees Goedhart - adviseur NPZR&o

Samen sterk in de transmurale palliatieve zorgketen! Kees Goedhart - adviseur NPZR&o Samen sterk in de transmurale palliatieve zorgketen! Kees Goedhart - adviseur NPZR&o Het NPZR&o is een samenwerkingsverband en kennisnetwerk voor de verlening van palliatieve zorg vanuit bestaande zorgaanbieders

Nadere informatie

Welkom! Oncologieverpleegkundige-Palliatieve zorg i.o.

Welkom! Oncologieverpleegkundige-Palliatieve zorg i.o. Welkom! Even voorstellen: Ria Anda Sinds 2015 werkzaam als oncologieverpleegkundige in de 1e lijn; In opleiding voor gespecialiseerd verpleegkundige Palliatieve zorg. 1 Inhoud presentatie: - Continuiteits-huisbezoeken

Nadere informatie

Q1 Wat is uw specialistische registratie?

Q1 Wat is uw specialistische registratie? Q1 Wat is uw specialistische registratie? Beantwoord: 189 Overgeslagen: 0 Cardioloog 2,65% Consulent palliatieve... Diëtist 22,22% Fysiotherapeut Geestelijk verzorger 1,59% Geriater 0,53% Huisarts 5,29%

Nadere informatie

Opzet. Workshop Consultatie II. Behoefte aan methodische benadering voor consultatie. Palliatieteam Midden Nederland

Opzet. Workshop Consultatie II. Behoefte aan methodische benadering voor consultatie. Palliatieteam Midden Nederland Workshop Consultatie II Palliatieteam Midden Nederland, 13 november 2008 Alexander de Graeff Internist-oncoloog UMC Utrecht, hospice arts Academisch Hospice Demeter Ginette Hesselmann Verpleegkundig specialist

Nadere informatie

Unit voor palliatieve zorg en symptoombestrijding (PZU)

Unit voor palliatieve zorg en symptoombestrijding (PZU) Unit voor palliatieve zorg en symptoombestrijding (PZU) Afdeling 3.37 interne geneeskunde Locatie Veldhoven Unit voor palliatieve zorg en symptoombestrijding U bent of wordt opgenomen op de unit voor palliatieve

Nadere informatie

Symptomen in de Palliatieve Fase

Symptomen in de Palliatieve Fase Symptomen in de Palliatieve Fase Internationale dag Palliatieve zorg Limburg 2015 Marieke van den Beuken- van Everdingen 36 symptomen die bij > 10% voorkomen vermoeidheid obstipatie snelle verzadiging

Nadere informatie

Wanneer u niet meer kunt genezen HMC Team Ondersteuning en Palliatieve zorg

Wanneer u niet meer kunt genezen HMC Team Ondersteuning en Palliatieve zorg Wanneer u niet meer kunt genezen HMC Team Ondersteuning en Palliatieve zorg Wanneer u niet meer kunt genezen of ouder en kwetsbaar bent, kunnen er vragen rijzen over het levenseinde. Deze fase van het

Nadere informatie

Als genezing niet meer mogelijk is

Als genezing niet meer mogelijk is Algemeen Als genezing niet meer mogelijk is www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl ALG043 / Als genezing niet meer mogelijk is / 06-10-2015 2 Als

Nadere informatie

Stichting Geestelijke Verzorging binnen de Palliatieve Zorg thuis

Stichting Geestelijke Verzorging binnen de Palliatieve Zorg thuis Stichting Geestelijke Verzorging binnen de Palliatieve Zorg thuis Beleidsplan 2019-2024 Inleiding In de regio Zuid-Gelderland zetten de geestelijk verzorgers van de Stichting zich in om de patiënt en diens

Nadere informatie

Activiteitenplan 2012

Activiteitenplan 2012 Activiteitenplan 2012 Inleiding De netwerken palliatieve zorg maken, samen met stichting Agora, IKNL en kenniscentra palliatieve zorg, onderdeel uit van de ondersteuningsstructuur. Ten aanzien van de taken

Nadere informatie

Ondersteunen van EBP in hospices. Everlien de Graaf Daniëlle Zweers Saskia Teunissen Expertise Centrum Palliatieve Zorg Utrecht

Ondersteunen van EBP in hospices. Everlien de Graaf Daniëlle Zweers Saskia Teunissen Expertise Centrum Palliatieve Zorg Utrecht Ondersteunen van EBP in hospices Everlien de Graaf Daniëlle Zweers Saskia Teunissen Expertise Centrum Palliatieve Zorg Utrecht Everlien de Graaf Verpleegkundige Verplegingswetenschapper Promovenda Expertise

Nadere informatie

PS in NL: bij 12,3% van de patiënten in de stervensfase toegepast

PS in NL: bij 12,3% van de patiënten in de stervensfase toegepast Palliatieve sedatie 12 november 2012 Carla Juffermans,kaderhuisarts PZ Palliatieve sedatie Proportionele toepassing van sedativa in de laatste levensfase om ondraaglijke klachten te bestrijden, waarvoor

Nadere informatie

Sjouke Schiere en Paulien Stollmeijer

Sjouke Schiere en Paulien Stollmeijer Sjouke Schiere en Paulien Stollmeijer Weduwnaar klaagt huisarts aan Casus Echtgenote: 2010 Darmkanker Juli 2015 Uitbehandeld; naar huis met O2 suppletie Palliatieve sedatie in geval van pijn, dyspnoe Geen

Nadere informatie

See mee. Programma Gedicht See me Onbegrepen gedrag en Video Interactie Begeleiding Door Henriëtte Houben. Programma. Video Interventie Ouderenzorg

See mee. Programma Gedicht See me Onbegrepen gedrag en Video Interactie Begeleiding Door Henriëtte Houben. Programma. Video Interventie Ouderenzorg Palliatieve zorg bij mensen met dementie Onbegrepen gedrag 17 november 2016 Bron: gezichten van dementie, www.alzheimervrijwilligers.nl Programma Gedicht See me Onbegrepen gedrag en Video Interactie Begeleiding

Nadere informatie

Ervaring in palliatieve zorg

Ervaring in palliatieve zorg De psychologische invalshoek in de palliatieve zorg Wie doet wat? Dr. Judith Prins klinisch psycholoog Medische Psychologie Congres NPTN 2 november 2006 1 Ervaring in palliatieve zorg 1986-1990 1992-1996

Nadere informatie

Palliatieve zorg in de eerste lijn. Ruben S. van Coevorden, huisarts IKA Consulent palliatieve zorg

Palliatieve zorg in de eerste lijn. Ruben S. van Coevorden, huisarts IKA Consulent palliatieve zorg Palliatieve zorg in de eerste lijn Ruben S. van Coevorden, huisarts IKA Consulent palliatieve zorg Palliatieve zorg Geen Cure, maar Care streven naar een comfortabel einde Als genezing niet meer mogelijk

Nadere informatie

Wat als ik niet meer beter word?

Wat als ik niet meer beter word? Wat als ik niet meer beter word? Als u te horen heeft gekregen dat u niet meer kunt genezen, is dat een harde boodschap. Deze boodschap roept veel vragen op, zoals: Deze folder is bedoeld voor mensen die

Nadere informatie

Signalering in de palliatieve fase

Signalering in de palliatieve fase 17 maart 2015 Signalering in de palliatieve fase Denk- en werkmethode voor verzorgenden Karin Willemse Gespecialiseerd wijkverpleegkundige Oncologie & Palliatieve zorg Consulent palliatieve zorg NHN en

Nadere informatie

Palliatieve zorg in de eerste lijn

Palliatieve zorg in de eerste lijn Palliatieve zorg in de eerste lijn Resultaten van een landelijke behoefte-inventarisatie onder zorgverleners, patiënten en naasten en de rol van PaTz hierbij. Ian Koper Roeline Pasman Bart Schweitzer Bregje

Nadere informatie

2017 vergeleken met voorgaande jaren

2017 vergeleken met voorgaande jaren 2017 Introductie De stijging van het euthanasieverzoeken zette in 2017 door. Dat blijkt ook uit de feiten & cijfers die de Levenseindekliniek zelf bijhoudt. Hoe was de verdeling per diagnose, per provincie

Nadere informatie

Het PaTz project : Een ander focus op palliatieve zorg. Dr. Bart Schweitzer, huisarts, projectleider

Het PaTz project : Een ander focus op palliatieve zorg. Dr. Bart Schweitzer, huisarts, projectleider Het PaTz project : Een ander focus op palliatieve zorg Dr. Bart Schweitzer, huisarts, projectleider De Volkskrant 8 oktober 2013 In deze presentatie: 1.Palliatieve zorg in de 21 e eeuw, de stand van zaken

Nadere informatie

workshop besluitvorming in de palliatieve fase

workshop besluitvorming in de palliatieve fase workshop besluitvorming in de palliatieve fase Alexander de Graeff, internist-oncoloog UMC Utrecht, hospice-arts Demeter Marjolein van Meggelen, oncologieverpleegkundige Aveant Consulenten PalliatieTeam

Nadere informatie

De Laatste Zorg. Workshop 7 oktober 2016

De Laatste Zorg. Workshop 7 oktober 2016 De Laatste Zorg Workshop 7 oktober 2016 Disclosurebelangen spreker (potentiële) Belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium

Nadere informatie

Financiering palliatieve zorg

Financiering palliatieve zorg Financiering palliatieve zorg 20 april 2018 Chantal Pereira, adviseur palliatieve zorg IKNL Manon Boddaert, arts palliatieve geneeskunde / medisch adviseur IKNL Disclosure belangen C.F.R. Pereira & M Boddaert

Nadere informatie

Interventiebeschrijving effectievere communicatie palliatieve zorg: SBARR-Pallzorg

Interventiebeschrijving effectievere communicatie palliatieve zorg: SBARR-Pallzorg Interventiebeschrijving effectievere communicatie palliatieve zorg: SBARR-Pallzorg 1. Waarom deze interventie? Steeds meer patiënten met complexe zorg sterven thuis. Dit stelt hogere eisen aan effectieve

Nadere informatie

Palliatieve zorg voor andere doelgroepen. CVA, Dementie, COPD, Hartfalen, psychiatrische aandoening, verstandelijke beperking

Palliatieve zorg voor andere doelgroepen. CVA, Dementie, COPD, Hartfalen, psychiatrische aandoening, verstandelijke beperking Palliatieve zorg voor andere doelgroepen CVA, Dementie, COPD, Hartfalen, psychiatrische aandoening, verstandelijke beperking September 2014 Palliatieve zorg voor andere doelgroepen CVA, Dementie, COPD,

Nadere informatie

23-09-14. Zorgconsulent Palliatieve Zorg. van idee, naar pilot, naar project, naar Goed Voorbeeld. - 5 zorginstellingen - 9 zorgconsulenten

23-09-14. Zorgconsulent Palliatieve Zorg. van idee, naar pilot, naar project, naar Goed Voorbeeld. - 5 zorginstellingen - 9 zorgconsulenten } Achtergrondinformatie } De functie Zorgconsulent Palliatieve Zorg Els M.L. Verschuur 1 en Marja Oud 2 1 Associate Lector, Hogeschool Arnhem Nijmegen 2 Zorgconsulent Palliatieve Zorg, Esdégé Reigersdaal

Nadere informatie

Jaar 1 - LEVENSEINDEKLINIEK 28 februari 2013

Jaar 1 - LEVENSEINDEKLINIEK 28 februari 2013 Jaar 1 - LEVENSEINDEKLINIEK 28 februari 2013 Per 1 maart 2013 bestaat de Levenseindekliniek 1 jaar. In deze rapportage wordt daarom gekeken naar het volledige eerste jaar Levenseindekliniek. De bijzonderheden

Nadere informatie

beslisschijf evaluatie pilot Besluitvorming in de palliatieve fase palliatieve zorg

beslisschijf evaluatie pilot Besluitvorming in de palliatieve fase palliatieve zorg evaluatie pilot Besluitvorming in de palliatieve fase beslisschijf palliatieve zorg Begin 2006 zijn de VIKC-richtlijnen voor de palliatieve zorg en het zakboekje verschenen. Het IKMN en het UMC Utrecht

Nadere informatie

Doelstellingen voor palliatieve zorg in ziekenhuizen Groot- Amsterdam

Doelstellingen voor palliatieve zorg in ziekenhuizen Groot- Amsterdam Doelstellingen voor palliatieve zorg in ziekenhuizen Groot- Amsterdam Januari 2015 Doelstellingen voor palliatieve zorg in ziekenhuizen Groot-Amsterdam Auteur Werkgroep palliatieve zorg in ziekenhuizen

Nadere informatie

Dit artikel is met toestemming van de redactie overgenomen uit TvZ Tijdschrift voor verpleegkundigen 2012, nr. 2

Dit artikel is met toestemming van de redactie overgenomen uit TvZ Tijdschrift voor verpleegkundigen 2012, nr. 2 Dit artikel is met toestemming van de redactie overgenomen uit TvZ Tijdschrift voor verpleegkundigen 2012, nr. 2 Nog steeds veel behoefte aan extra scholing levenseindezorg In 2002 is het landelijke Panel

Nadere informatie

Het organiseren van een MDO

Het organiseren van een MDO Het organiseren van een MDO Handreiking voor de organisatie van Multidisciplinair Overleg i.h.k.v. de keten ouderenzorg ZIO, Zorg in ontwikkeling VERSIE 1.0, 170131 Inleiding Gezien het multidisciplinaire

Nadere informatie

Protocol Organiseren van een Zorgnetwerk Ouderen

Protocol Organiseren van een Zorgnetwerk Ouderen Protocol Organiseren van een Zorgnetwerk Ouderen ZIO, Zorg in Ontwikkeling Versie 1 INLEIDING Het Multidisciplinair Overleg (MDO) krijgt een steeds grotere rol binnen Ketenzorg, redenen hiervoor zijn:

Nadere informatie

en de rol van palliatieve zorg

en de rol van palliatieve zorg en de rol van palliatieve zorg 16 februari 2017 Marleen Hout-Korevaar Specialist Ouderengeneeskunde Kaderarts palliatieve zorg Enkele casus vooraf Ontwikkeling euthanasie debat Euthanasiewet in 2002 In

Nadere informatie

Symposium 14 april 2009. aanpassing richtlijnen palliatieve sedatie Karin van Heijst en Trijntje Buiter

Symposium 14 april 2009. aanpassing richtlijnen palliatieve sedatie Karin van Heijst en Trijntje Buiter Symposium 14 april 2009 aanpassing richtlijnen palliatieve sedatie Karin van Heijst en Trijntje Buiter Palliatieve sedatie Het opzettelijk verlagen van het bewustzijn in de laatste levens of stervensfase.

Nadere informatie

In deze presentatie: The Quality of Death Index. 1. Voor Wie? Vier kernvragen in de palliatieve zorg: Het wereld sterftecijfer blijft 100%..

In deze presentatie: The Quality of Death Index. 1. Voor Wie? Vier kernvragen in de palliatieve zorg: Het wereld sterftecijfer blijft 100%.. In deze presentatie: 1.Palliatieve zorg in de 21e eeuw, de stand van zaken 2. PaTz in de praktijk Ook voor chronische ziekten en dementie? September 2013 Dr. Bart Schweitzer, huisarts, projectleider Het

Nadere informatie

Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen: een begaanbare weg

Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen: een begaanbare weg Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen: een begaanbare weg Jeroen Janssens Specialist Ouderengeneeskunde, commissielid 8-12-2016 Opbouw Workshop 1. Vragen

Nadere informatie

Naar een Landelijk Opleidingsplan Huisartsgeneeskunde

Naar een Landelijk Opleidingsplan Huisartsgeneeskunde Naar een Landelijk Opleidingsplan Huisartsgeneeskunde Thema Palliatieve en Terminale Zorg Colofon Expertgroep Palliatieve en Terminale Zorg Marcel Reinders (voorzitter), huisarts, projectleider toetsing

Nadere informatie

Wat kan de apotheek betekenen voor een palliatieve patiënt? Saskia Visser, Apotheker Transvaal apotheek Den Haag KNMP Voorjaarsjaarsdag 2016

Wat kan de apotheek betekenen voor een palliatieve patiënt? Saskia Visser, Apotheker Transvaal apotheek Den Haag KNMP Voorjaarsjaarsdag 2016 Wat kan de apotheek betekenen voor een palliatieve patiënt? Saskia Visser, Apotheker Transvaal apotheek Den Haag KNMP Voorjaarsjaarsdag 2016 Inhoud Fases in palliatieve zorg Netwerk palliatieve zorg Haaglanden-

Nadere informatie

Zorgpad Stervensfase

Zorgpad Stervensfase Zorgpad Stervensfase de laatste stand van zaken Lia van Zuylen, internist-oncoloog Kenniscentrum Palliatieve Zorg Erasmus MC, Rotterdam Inhoud Belang markering stervensfase Zorgpad Stervensfase Nieuwe

Nadere informatie

SAMENVATTING. Samenvatting

SAMENVATTING. Samenvatting SAMENVATTING. 167 Met de komst van verpleegkundigen gespecialiseerd in palliatieve zorg, die naast de huisarts en verpleegkundigen van de thuiszorg, thuiswonende patiënten bezoeken om te zorgen dat patiënten

Nadere informatie

Een woordje uitleg over morfine WELKOM BIJ HET H. HARTZIEKENHUIS MOL

Een woordje uitleg over morfine WELKOM BIJ HET H. HARTZIEKENHUIS MOL Een woordje uitleg over morfine WELKOM BIJ HET H. HARTZIEKENHUIS MOL Kwaliteit en Veiligheid Wij doen mee! Onze kwaliteit aantoonbaar maken Ons ziekenhuis heeft zich geëngageerd om het accreditatielabel

Nadere informatie

Woord vooraf 1 2. Redactionele verantwoording 1 3. Redactie 1 7. Auteurs 1 8

Woord vooraf 1 2. Redactionele verantwoording 1 3. Redactie 1 7. Auteurs 1 8 Inhoud Woord vooraf 1 2 Redactionele verantwoording 1 3 Redactie 1 7 Auteurs 1 8 1 De verpleegkundige in het algemeen ziekenhuis 1 9 1.1 Inleiding 1 9 1.2 Wat is specifieke ziekenhuiszorg? 2 0 1.2.1 Het

Nadere informatie

Zou het u verbazen als deze patiënt over een jaar nog leeft?

Zou het u verbazen als deze patiënt over een jaar nog leeft? Zou het u verbazen als deze patiënt over een jaar nog leeft? Het belang van een integraal anticiperend beleid 22 maart 2012 Bernardina Wanrooij Huisarts, consulent palliatieve zorg AMC Palliatieve zorg

Nadere informatie

Complexiteit dus samen werken!!!

Complexiteit dus samen werken!!! Complexiteit dus samen werken!!! Florien van Heest, Huisarts consulent Palliatieve Zorg IKNL PalHAG- huisarts Schoonoord Clary Wijenberg, verpleegkundig specialist Thuiszorg Icare Palliatieve zorg - IKNL

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Palliatieve zorg. Palliatieve zorg 1

Patiënteninformatie. Palliatieve zorg. Palliatieve zorg 1 Patiënteninformatie Palliatieve zorg Palliatieve zorg 1 Palliatieve zorg Palliatief team Martini Ziekenhuis Telefoon: (050) 524 5610 E-mail: palliatiefteam@mzh.nl Inleiding Palliatieve zorg is de zorg

Nadere informatie

NETWERK PALLIATIEVE ZORG REGIO ZUTPHEN JAARPLAN 2017

NETWERK PALLIATIEVE ZORG REGIO ZUTPHEN JAARPLAN 2017 NETWERK PALLIATIEVE ZORG REGIO ZUTPHEN JAARPLAN 2017 Netwerk Palliatieve zorg regio Zutphen www.netwerkpalliatievezorg.nl/zutphen Anna Kempe a.kempe@sensire.nl tel: 06 2001 7978 concept Jaarplan 2017 Netwerk

Nadere informatie

Palliatieve Zorg Haaglanden

Palliatieve Zorg Haaglanden Netwerk Palliatieve Zorg Haaglanden Jaarplan Netwerk Palliatieve Zorg Haaglanden 2012 Inleiding Het Netwerk Palliatieve Zorg Haaglanden (Netwerk PZH) richt zich op het versterken van de samenwerking en

Nadere informatie

Rol van de huisarts in de palliatieve zorg

Rol van de huisarts in de palliatieve zorg Rol van de huisarts in de palliatieve zorg Johan Blommestein Huisarts sinds 1995 Huisartsenpraktijk Mondriaanlaan, Nieuwegein Kaderarts Palliatieve Zorg sinds 2016 Hospice-arts sinds 2017 Proxima, terminale

Nadere informatie

Op weg naar optimale, transmurale samenwerking. Jenske Geerling Verpleegkundig specialist Palliatieve zorg UMCG

Op weg naar optimale, transmurale samenwerking. Jenske Geerling Verpleegkundig specialist Palliatieve zorg UMCG Op weg naar optimale, transmurale samenwerking Jenske Geerling Verpleegkundig specialist Palliatieve zorg UMCG Knelpunten? Knelpunten Tussen eerste en tweede lijn Tussen verschillende disciplines Tussen

Nadere informatie

Het PaTz project Een andere focus op palliatieve zorg. Dr. Bart Schweitzer, huisarts, projectleider

Het PaTz project Een andere focus op palliatieve zorg. Dr. Bart Schweitzer, huisarts, projectleider Het PaTz project Een andere focus op palliatieve zorg Dr. Bart Schweitzer, huisarts, projectleider Palliatieve thuiszorg in het nieuws In deze presentatie: 1. Palliatieve zorg in de 21 e eeuw, de stand

Nadere informatie

Module: Zorg voor kwetsbare ouderen Format Plan van Aanpak

Module: Zorg voor kwetsbare ouderen Format Plan van Aanpak Module: Zorg voor kwetsbare ouderen Format Plan van Aanpak Algemene gegevens Gegevens huisarts / contactpersoon samenwerkingsverband Naam huisarts / contactpersoon Naam huisartsenpraktijk / gezondheidscentrum

Nadere informatie

Beperkte proactieve aanpak leidt tot ongeplande bezoeken aan de SEH bij patiënten in de palliatieve fase;

Beperkte proactieve aanpak leidt tot ongeplande bezoeken aan de SEH bij patiënten in de palliatieve fase; Beperkte proactieve aanpak leidt tot ongeplande bezoeken aan de SEH bij patiënten in de palliatieve fase; verschillen tussen de ziektegerichte en symptoomgerichte fase Ellen de Nijs, Leanne Smit, Jaap

Nadere informatie

ORGANISATIE EN CONTINUÏTEIT VAN DE PALLIATIEVE ZORG. Ilse Brummelhuis, netwerkcoördinator NPZ Haaglanden

ORGANISATIE EN CONTINUÏTEIT VAN DE PALLIATIEVE ZORG. Ilse Brummelhuis, netwerkcoördinator NPZ Haaglanden ORGANISATIE EN CONTINUÏTEIT VAN DE PALLIATIEVE ZORG Ilse Brummelhuis, netwerkcoördinator NPZ Haaglanden Het landschap van Palliatieve Zorg Lokaal Regionaal Bovenregionaal Landelijk Lokaal: Welke zorg-

Nadere informatie

Handleiding voor het invullen van het Overdrachtsdocument palliatieve zorg

Handleiding voor het invullen van het Overdrachtsdocument palliatieve zorg Handleiding voor het invullen van het Overdrachtsdocument palliatieve zorg A. Algemeen Proactieve zorgplanning: markering Het palliatief overdrachtsdocument is bedoeld voor palliatieve patiënten. Vaak

Nadere informatie

Signaleren, volgen en verdiepen. Werk in uitvoering

Signaleren, volgen en verdiepen. Werk in uitvoering Signaleren, volgen en verdiepen Werk in uitvoering Everlien de Graaf Verpleegkundige, Verplegingswetenschapper, Promovenda Hospicezorg & Symptomen en klachten van patiënten Expertise centrum Palliatieve

Nadere informatie