VAN BEELDHOUWKUNST NAAR LANDART CARINE VAN STEEN. CURRICULUM VITAE, MOTIVATIE en DOCUMENTATIE

Transcriptie

1 VAN BEELDHOUWKUNST NAAR LANDART CARINE VAN STEEN CURRICULUM VITAE, MOTIVATIE en DOCUMENTATIE

2 CARINE VAN STEEN, 16 maart 1948 geboren te 's Hertogenbosch OPLEIDING Stadsacademie Maastricht, beeldhouwen Rietveld academie Amsterdam, beeldhouwen KUNSTENAAR EN ONDERNEMER Behalve beeldhouwer was ik de initiatiefnemer en ontwikkelaar van drie kunstorganisaties. (Stichting Amsterdams Beeldhouwers Kollektief (ABK), Stichting 'De Amsteltuin' buitengalerie voor beeldhouwkunst en Kunst in Memoriam een eenmansbedrijf) Mijn beeldend werk en mijn werk als ondernemer in de kunst zijn onafscheidelijk met elkaar verweven. Voor mijn artistieke ontwikkeling waren beiden even belangrijk. Hoofdthema In mijn beeldend werk is harmonie tussen natuur en cultuur Ook de drie door mij opgezette kunst-organisaties hadden tot doel kunst in harmonie met de natuur te promoten. Door het opzetten en ontwikkelen van deze organisaties en de daarbij behorende exposities, verschoof mijn belangstelling van het object naar de ruimte eromheen en ontwikkelde mijn werk zich meer en meer richting landart en omgevingskunst. Het ontwerpen en aanleggen van de Amsteltuin, was voor deze ontwikkeling van groot belang. In 2002 sloot de Amsteltuin, buitengalerie voor beeldhouwkunst, noodgedwongen haar deuren omdat de pacht van de grond niet werd verlengd, In zekere zin was dat een zegen, want de dwingende dynamiek van het bedrijf liet me steeds minder ruimte voor mijn eigen beeldend werk. Kunst in Memoriam, dat ik als idee al uitgebreid had onderzocht binnen de Amsteltuin formule, schreef ik in als éénmansbedrijf. Met beeldenexposities op de begraafplaats wilde ik beeldhouwkunst promoten om te herdenken. Al snel bleek dat ik qua artistieke visie mijlen ver op de troepen vooruit liep. Wilde ik uit Kunst in Memoriam een inkomen halen, dan zou ik enorme concessies moeten doen aan mijn artistieke visie VAN BEELDHOUWKUNST NAAR LANDART Mijn beeldende gedachten en fantasieën ontwikkelden zich meer en meer richting omgevingskunst en landart. Met het genomineerde ontwerp voor het herdenkingspark en het herdenkingsmonument voor de Vuurwerkramp te Enschede werd mijn koers in die richting bepaald. Met de opdracht van Staatsbosbeeher voor het landartontwerp als begraafplaats van de 21ste eeuw werd die keuze voor landart geconsolideerd HET BELANG VAN WATERMERK IN MIJN ONTWIKKELING ALS KUNSTENAAR. Het ontwerp, als ingreep in het landschap, is bedoeld ter versterking van en in overeen stemming met de eigen karakteristiek van het Frieselandschap. Behalve de fysiek ruimtelijke functie is ook de sociale maatschappelijke functie van kunst en mijn kunstenaarschap voor mij belangrijk. Als kunstenaar wil ik reageren op onze maatschappij, wil ik meedenken en mee vormgeven aan de toekomst van onze samenleving. Het streven in mijn werk was en is, om behalve uitdrukking en vorm te geven aan harmonie tussen Natuur en Cultuur ook andere daartoe te inspireren.

3 ONDERNEMER IN DE BEELDENDE KUNSTSECTOR 1982 oprichting Stichting Amsterdams Beeldhouwers Kollektief (ABK), KvK Amsterdam ) curator van de ABK exposities bestuursvoorzitter van de stichting ABK 1992 oprichting Stichting 'De Amsteltuin' buitengalerie voor beeldhouwkunst (KvK Amstelveen /0001) bestuursvoorzitter van Stichting De Amsteltuin curator van de Amsteltuin exposities 2002 oprichting Kunst in Memoriam (K i M) als éénmansbedrijf (KvK Amsterdam ) (marketing, advies en begeleiding ) PUBLICATIES: Onder TENTOONSTELLINGEN genoemde exposities werden gerecenseerd in jaarlijks artikelen in: nationale kranten: NRC, Financieel dagblad, Telegraaf, Parool en locale kranten, in kunst- en vaktijdschriften; BK krant, Kunstbeeld, Vitrine, Tableau, e.a. in tuin en lifestyle magazines, hierin werd ik vermeld als organisator en als één van de exposanten 2003 catalogus Vuurwerkramp Enschede 2016 Leeuwardercourant 27 januari 2016, pag. 28 Friesch Dagblad, 09 februari 2016, pagina 12. WEBSITE: heden TENTOONSTELLINGEN 1981 Kuipermuseum, solo-expositie Stalagmieten,Mummies met performance mede exposant van de ABK galerie-exposities in jaarlijks ABK groepsexposities in bekende publieks-tuinen en arboreta, De Amsteltuin, buitengalerie voor beeldhouwkunst mede exposant jaarlijkse groepsexposities De Amsteltuin jaarlijks Kunst in Memoriam thema exposities 2000 begraafplaats Zorgvlied KiM groepsexpositie 2003 tentoonstelling genomineerde ontwerpen Vuurwerkramp begraafplaats Westerveld KiM groepsexpositie 2014 presentatie idee WATERMERK, LEF Future Center, Rijks Waterstaat

4 2013 VERKOCHT WERK EN WERKEN IN OPDRACHT mijn sculpturen werden via het ABK, de Amsteltuin en Kunst in Memoriam in oplagen verkocht aan voornamelijk particulieren 2003 nominatie ontwerp monument van vuurwerkramp Enschede. opdracht tot nadere uitwerking van het concept ste schetsopdracht algemeen herdenkingsmonument voor het Kootwijkerveld, in opdracht van Staatsbosbeheer vloerschilderingen in een kasteel te Savigny in Frankrijk in opdracht van Stichting Samenwerkende Bedrijven e schetsopdracht voor heideveld de Bullernkamp bij Overasselt LANDART ALS BEGRAAFPLAATS VAN DE 21STE EEUW in opdracht van Staatsbosbeheer 2011 'SPOREN', choreografie voor een vloerdecoratie, particuliere opdracht Definitief ontwerp LANDART ALS BEGRAAFPLAATS VAN DE 21STE EEUW in opdracht van Staatsbosbeheer

5 1992 Eerste ontwerp herdenkingsmonument 2003 ontwerp voor het herdenkingspark Enschede

6 2003 plattegrond en zijaanzicht uitgewerkt concept herdenkingsmonument vuurwerkramp

7 2003 uitgewerkt concept in maquettes maquette van miniatuur baksteen Doorzicht gaanderij ste schetsopdracht algemeen herdenkingsmonument voor het Kootwijkerveld, in opdracht van Staatsbosbeheer. Bedoelde afmeting doorsnede satelietschotel 75 meter, hoogte heuvel 21 meter

8 LANDART ALS BEGRAAFPLAATS VAN DE 21STE EEUW, In opdracht van Staatsbosbeheer 2010 Schetsontwerp Definitief ontwerp Ø 21 meter, VAN URNENWAL NAAR SPIRAALHEUVEL, EEN GROEIEND MONUMENT. 1ste fase: Op geaxidenteerd terein volgt de spiraalmuur, van bakstenen en bouw-urnen, de bewegingen van de bodem. Bij het uiterste buitenpunt begint de spiraalmuur met een hoogte van 0 cm en wordt van daaraf geleidelijk hoger, tot de urnenwal op 2/3 van de totale lengte 79! cm hoog is. Vanaf dat punt wordt de wal gestaag lager tot die in het hart terug is op maaiveldniveau. 2e fase: Door nieuwe bijzettingen van bouwurnen en bakstenen ontstaat een nieuwe 'generatielaag'. Omdat binnenin de spiraal de grond evenredig wordt opgehoog verdwijnen de urnen uit de eerdere bouwfase geleidelijk onder de grond. Elke 'generatielaag' wordt aan weerszijden in de buitenmantel van de wal gemarkeerd door een dubbele rij gebroken stoeptegels. De markeringslagen volgen steeds weer het oorspronkelijke bodemprofiel. Inclusief de generatiemarkering is de de tweede laag over de totale lengte 51 cm hoog. Het hoogste punt van de wal komt daarmee op 130cm ten opzichte van het oorspronkelijk maaiveld. Ten opzichte van het pad echter blijft, door evenredige ophoging van het pad de wal in het inwendige van de spiraal steeds even hoog als in het eerste bouwstadium. Ook de grond vóór de entree naar de spiraal wordt opgehoogd, zodat een geleidelijke, makkelijk beloopbare glooiing naarde spiraalheuvel ontstaat.

9 LANDMARK VERBINDT OEROUDE GRAFHEUVELS MET NIEUW MONUMENT Een pad dat begint in het centrum van de spiraal vertakt zich. In een grote beweging, buigen de paden zich om de noord-westelijke en zuidwestelijke grafheuvels.