hoofdstuk 11 Discussie Discussie
|
|
- Sonja van der Wal
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Hoofdstuk 11 Discussie
2
3 11.1 Inleiding In dit onderzoek worden uitspraken gedaan over de ervaringen met het verblijf van de opgenomen jongeren en hoe ouders, persoonlijke begeleiders en gedragswetenschappers denken dat de jongere dit ervaart. In dit onderzoek worden géén uitspraken gedaan over de kwaliteit van de geboden hulp in de LVG-instelling. Of de instelling zo handelt als de jongeren vertellen dan wel of de instelling een beleid geformuleerd heeft dat dit handelen ondersteunt, is niet onderzocht. Het doen van kwalitatief onderzoek en kwalitatieve analyses op grond van een mixed-methods onderzoeksdesign doet een groot beroep op de onderzoeker. In dit onderzoek is getracht om alle keuzes die de onderzoeker tijdens het analyseproces gemaakt heeft te verantwoorden. In hoofdstuk 1 is beschreven dat in dit onderzoek getracht zou worden om kennis over de ervaringswereld van de jongeren met een lichte verstandelijke beperking te verkrijgen. Het onderzoek heeft hier meer inzicht in gebracht. De vergelijking met en relatering aan de bij de informanten verzamelde gegevens valt mogelijk tegen. Een voor de hand liggende conclusie is dat deze informanten maar betrekkelijk weinig zicht hebben op de leef- en ervaringswereld van de jongeren. Maar ook een alternatieve verklaring is mogelijk. Er zijn natuurlijk factoren die kunnen helpen bij het indelen van de ondervraagden naar een typologie van hun leefsituatie. Categorieën waarin de jongeren op die manier zijn ondergebracht kunnen vervolgens met kwantitatieve methoden worden vergeleken. Maar er is meer nodig. Ouders en hulpverleners moeten ook weten hoe met de jeugdigen, die in een speciale situatie verkeren namelijk én licht verstandelijk beperkt zijn én residentieel zijn opgenomen, moet worden overlegd en naar hen kan worden geluisterd, zodat de daarop gebaseerde behandelpraktijk maximaal effectief is voor de jeugdigen zelf en voor hun ouders en voor hun hulpverleners. Daarom moet worden onderzocht hoe een maximaal effectieve communicatie in elkaar steekt en kan worden opgebouwd. De jongeren die als interviewers optraden kenden problemen bij de planning van de interviews. De meeste interviewers woonden in verschillende behandelgroepen en hadden een eigen daginvulling die vaak niet synchroon liep met die van de collega-interviewer. De te interviewen jongere had eveneens een eigen daginvulling en ook de groepsleiding van deze jongere wilde betrokken worden bij de keuze van het interviewmoment (iets wat vooraf niet voorzien was). Dit gekoppeld aan vervoersproblemen maakte dat de jongeren de afspraken niet gepland kregen. Door deze toename van de complexheid van de vraag om de interviews te plannen, waren zij hiertoe niet meer in staat. Dit spoort met de conclusies van in hoofdstuk 3 geciteerd onderzoek dat jongeren met een lichte verstandelijke beperking in complexe situaties niet in staat zijn adequaat en creatief te handelen. De hoofdonderzoeker heeft, met hulp van een aantal medewerkers van het betreffende internaat vervolgens de planning van de interviews ter hand genomen. Er is bij de uitvoering van het onderzoek veel aandacht besteed aan de onderzoeksethische aspecten van onderzoek binnen het raamwerk van de door Unicef gepubliceerde evaluation technical notes (2002). Zowel aan de cliëntenraad van het instituut, als aan de ouders als aan de jongeren is schriftelijk toestemming gevraagd voor de deelname als medeonderzoeker, respectievelijk de deelnemer aan de focusgroepen, de interviewer en de geïnterviewde. Daarbij heeft de hoofdonderzoeker zich in geval van twijfel vergewist van de vrijwilligheid van de deelname (Stalker, 1998; Fisher, 2003). Nadrukkelijk is met de medeonderzoekers en interviewers stil gestaan bij privacy aspecten. Er zijn geen aanwijzingen dat dit in enig deel van het onderzoek tot problemen geleid heeft. Stalker meldt ook problemen die onderzoekers kunnen verwachten van medeonderzoekers met een verstandelijke beperking op het gebied van verwachte vriendschap die verder reikt dan het beoogde onderzoeksproject. De hoofdonderzoeker heeft hier met de beide medeonderzoekers enkele keren over gepraat teneinde deze verwachting te temperen. Wel kan niet ontkend worden dat intensieve participatie aan een omvangrijk project leidt tot vriendschappelijke contacten, binnen de context van dat project. Zonder dit door middel van
4 testmateriaal te hebben kunnen vaststellen, is er sprake van persoonlijke groei van de beide medeonderzoekers. Dit is anekdotisch ook terug gerapporteerd door de begeleiders van beiden. Hoogtepunt daarbij was een project over lichte verstandelijke handicap en vrije tijd, dat de hoofdonderzoeker samen met de beide medeonderzoekers gepresenteerd heeft op een congres voor vijfhonderd deelnemers. De beide medeonderzoekers werden hier als volwaardige onderzoekspartners door de deelnemers aanvaard, en ook als zo danig tijdens dit congres benaderd. De medeonderzoekers hebben verteld dat ze dit een fantastische ervaring gevonden hebben. Onderzoek doen is ook keuzes maken in alle fasen van het onderzoeksproces. Deze keuzes kunnen achteraf beschouwd meer of minder gelukkig zijn. Daarom worden in paragraaf 11.2 enkele methodologische overwegingen gegeven. Mede op grond van deze methodologische overwegingen worden in paragraaf 11.3 aanbevelingen gedaan voor verder onderzoek Methodologische overwegingen De uitvoering van het onderzoek De interviews zijn in een periode van zes maanden afgenomen. Per jongere kan er tot maximaal vier maanden verschil zitten in het tijdstip van interview van hem of haar en de drie informanten. Dit had alles te maken met de moeizame planning van de diverse interviews (paragraaf 4.4.6). In deze tijd kon er het een en ander gebeurd zijn in het leven van de jongere. In paragraaf 9.2 is dit ook een aantal keren gemeld. Soms is dit duidelijk in (de context van) het interview. Maar soms blijft dit onduidelijk en kan dit mede de oorzaak zijn van de lage overeenkomst in antwoorden tussen jongere en informant. In paragraaf wordt gesproken over de problemen van de interviewers met het strakke protocol. Er is gekozen voor dit protocol om de integriteit van de interviewmethodiek te waarborgen. Om de peerinterviewers te ondersteunen zijn, met hun hulp, hulpzinnen aan het interviewprotocol toegevoegd. Interviewers hebben teruggerapporteerd dat het protocol hun niet altijd voldoende steun gaf in individuele interviewsituaties waarbij jongeren zich op een onverwachte manier gedroegen of onverwachte antwoorden gaven. De peerinterviewers hebben zich bijna allemaal aan het protocol gehouden. Dit betekent echter dat soms niet is doorgevraagd waardoor mogelijk interessante informatie niet verzameld is. Het is de onderzoeker niet in alle gevallen gelukt om de peerinterviewers die zelfverzekerdheid te geven die ze daarvoor nodig hadden gehad. Hierop zal in toekomstige onderzoeken met behulp van peerinterviewers extra gelet moeten worden. De interviewers die de informanten geïnterviewd hebben, hebben weliswaar bijna allemaal op basis van het protocol geïnterviewd, maar ze hebben in bijzondere situaties, in de regel binnen de marges die het protocol toe stond, op de situatie ingespeeld. De thema s De stappen om te komen tot negen thema s, die alle onderwerpen die van belang zijn bij het verblijf in het internaat betreffen, zijn in hoofdstuk 4 besproken. Bij de uitvoering van het onderzoek bleek dat jongeren die in het onderzochte internaat verbleven, vragen over alle thema s niet in voldoende mate wilden of konden beantwoorden. De vraag blijft daarom bestaan of deze negen wel aan het gestelde uitgangscriterium voldoen. De woorden het dossier (de belangrijke map), financiën (geldzaken) en instanties (mensen buiten het internaat waar je mee te maken hebt) vonden veel jongeren ook moeilijk. Ze hadden hier niet direct een helder beeld bij. Wellicht dat andere benamingen of een betere omschrijving wel tot meer, relevante, antwoorden zouden hebben geleid. De thema s met betrekking tot de interviewonderwerpen 3 en 4, je leven over één, respectievelijk vijf jaar zijn niet samengesteld op grond van een focusgroep interview, maar op grond van discussies met de medeonderzoekers en de interviewers. Er zou getwijfeld kunnen worden aan de volledigheid hier van. In de interviews is echter niet gebleken dat thema s met betrek-
5 king tot deze onderwerpen vergeten zijn. De open vraag aan het eind van ieder interview ( is alles gezegd wat gezegd moest worden of wil je nog iets vertellen ) leverde géén nieuwe thema s op. Overigens is ook de herkenbaarheid van de thema s bij de interviewonderwerpen 3 en 4, gelet op de respons, in alle gevallen goed. Het interview Het type interview dat gebruikt is, het open of halfgestructureerde interview afgenomen door peerinterviewers, kan er toe leiden dat een informant een eigen uniek antwoordpad kiest dat afwijkt van de inhoud van de beoogde vraagstelling. De kans dat er dan overeenstemming is tussen jongere en informanten is heel gering. In het onderzoek is hiervan melding gemaakt daar waar dit duidelijk optrad. Indien dit minder duidelijk is gebeurd, heeft dit wellicht invloed gehad op de gevonden resultaten. In de interviews met de informanten is nadrukkelijk stilgestaan bij het beantwoorden van de vragen vanuit het perspectief van de jongeren. Al diverse malen is in dit onderzoek geconstateerd dat dit voor veel informanten, vooral ouders en persoonlijke begeleiders, niet makkelijk was. Daar waar dit duidelijk was, is dit in de diverse hoofdstukken bij de analyses van de resultaten van het onderzoek betrokken. Het is echter niet uit te sluiten dat nog meer antwoorden niet vanuit het perspectief van de jongere maar primair vanuit het eigen perspectief gegeven zijn en zodoende de resultaten daarbij ongewenst beïnvloedende. Een aanwijzing is het soms geringe percentage overeenstemming tussen de jongere en zijn informanten en de geringe tot matige correlaties tussen de overeenstemmingsmaten van die informanten. Uit onderzoek (Pennebaker & Stone, 2003) is bekend dat ouderen veel meer positief geladen woorden gebruiken dan jongeren. Ouderen spreken ook vaker in de toekomende tijd en gebruiken veel meer woorden als wij en ons. Verder is het taalgebruik complexer dan bij jongeren. Ouderen hechten groot belang aan positieve emoties. Een tendens van de gevonden resultaten van Pennebaker en Stone is terug te vinden in de interviews met persoonlijke begeleiders en gedragswetenschappers. Maar vooral ouders zijn over de hele linie negatiever dan de jongeren zelf. Gelet op het grote belang dat gehecht wordt aan emoties bij ouderen in normale situaties, zou dit kunnen betekenen dat de ouders van de in het internaat opgenomen jongeren extremer negatief zijn dan op het eerste oog te zien is. Representativiteit De oorspronkelijke onderzoeksgroep bestond uit eenentwintig jongeren, hun ouder, persoonlijke begeleider en behandelend gedragswetenschapper. Door allerlei omstandigheden, waaraan in het onderzoek aandacht is besteed, zijn in hoofdstuk 9 uiteindelijk maar vijftien jongeren en hun informanten geanalyseerd. Er is aangetoond dat, gekeken naar een aantal aspecten, er enkele verschillen waren tussen de groep van vijftien en de groep van zes. Niet geheel uit te sluiten valt echter dat er, op basis van niet gemeten variabelen, meer verschillen zijn tussen de twee groepen. De focusgroep interviews zijn gehouden bij jongeren die verbleven in vier instituten voor de behandeling van jongeren met een lichte verstandelijke beperking. Hoewel deze vier instituten, en de jongeren geselecteerd zijn op grond van een aantal relevante criteria blijft de vraag gerechtvaardigd of de antwoorden van deze jongeren, gemeten aan andere criteria, representatief zijn voor alle jongeren die opgenomen zijn in LVG-instituten. De analyses in dit onderzoek geven geen aanleiding om hieraan te twijfelen. Wel blijkt dat sommige onderwerpen situatiespecifiek vertaald worden door de geïnterviewde jongeren. Er is de vraag in hoeverre de gevonden resultaten gegeneraliseerd kunnen worden naar de totale populatie van jongeren die opgenomen zijn in een LVG-instituut. In hoofdstuk 4 is aangetoond dat de onderzoekgroep, op een aantal belangrijke aspecten, niet afwijkt van de andere jongeren in het instituut en die, die in andere LVG-instituten zijn opgenomen. De gegevens
6 wijken wel af van de door Jansen en Feltzer (2002) gevonden resultaten maar die deden onderzoek bij normaal begaafde jongeren en gebruikten niet het peerinterview. Er zijn op dit moment landelijk echter géén vergelijkbare gegevens voorhanden van alle in LVG-instituten opgenomen jongeren zodat niet met zekerheid gezegd kan worden dat dit ook geldt voor alle opgenomen jongeren. De vraag naar de generaliseerbaarheid geldt niet voor alle gevonden resultaten. In de hoofdstukken 5 tot en met 10 is diverse malen gesteld dat een aantal gevonden resultaten misschien specifiek is voor het onderzochte internaat. In de rapportage van praktijkgericht onderzoek is het echter in de eerste plaats aan de lezer om na te gaan of de gang van zaken zoals die in het onderzoek is beschreven ook van toepassing is op de eigen praktijk situatie (Van Dijk, De Goede, t Hart & Teunissen, 1991). De analyses Zoals in hoofdstuk 5 vermeld is het gehanteerde werkmodel wellicht onvolledig. Op grond van het voorhanden zijnde interviewmateriaal en de kenmerken van de interviewers en geïnterviewden was het niet mogelijk om andere aspecten in het onderzoek te betrekken. Van de jongeren waren veel gegevens zoals diagnose en persoonlijkheidskenmerken niet bekend. In de bijlagen 15 tot en met 29 staan zeer korte samenvattingen van de vier interviewonderwerpen aan de hand van de vragen en thema s. Deze samenvattingen vormen de basis voor de gecodeerde antwoorden die bijlagen 30 tot en met 44 respectievelijk 46 tot en met 60 te vinden zijn. De gecodeerde antwoorden zijn door een tweede beoordelaar beoordeeld. De overeenkomst met de eerste beoordelaar is, in een percentage uitgedrukt, hoog. De samenvattingen zijn echter niet beoordeeld door een tweede beoordelaar. De samenvattingen zijn samengesteld uit honderden pagina s interviewtranscripties. In het kader van dit onderzoek was het om praktische redenen niet mogelijk dit ook nog een keer door een tweede beoordelaar te laten doen om vervolgens de overeenkomsten en verschillen te berekenen. In paragraaf 9.2 zijn de beslisregels geformuleerd op grond waarvan bepaald is of er al dan niet overeenstemming was tussen de antwoorden van de jongere en ieder van de informanten. Gezocht is naar beslisregels die aansloten bij de praktijk van het interview. Er is voor gekozen om de antwoorden van de jongeren uitgangspunt van analyse te laten zijn. Dit past immers bij de vraagstelling van dit onderzoek. Op grond hiervan zijn de antwoorden van de informanten slechts dan gecodeerd indien de jongere zelf de betreffende vraag beantwoord heeft. De informanten gaven echter op veel meer vragen antwoord. Dit betekent dat heel veel antwoorden van informanten niet geanalyseerd zijn. Dit betekent ook dat het niet mogelijk was om de interbeoordelaar-betrouwbaarheid met behulp van en statistische maat te bepalen. Daarom zijn alleen de percentages overeenkomst vermeld Aanbevelingen voor verder onderzoek Onderzoek naar verdieping van de gekozen onderzoeksopzet De onderwerpen die de basis vormen voor de thema s van interviewonderwerp 2, wonen in een internaat, zijn, zoals in hoofdstuk 4 vermeld, niet themaspecifiek. Het verdient aanbeveling om te onderzoeken welke onderwerpen het best bij welke thema s passen. Het verdient daarbij aanbeveling om in meerdere LVG-instituten focusgroep interviews te doen bij residentieel opgenomen jongeren teneinde de thema s die te maken hebben met de ervaring van het verblijf in een internaat nauwkeurig te kunnen vaststellen. Het in hoofdstuk 5 gepresenteerde werkmodel lijkt een nuttig model om het oordeel over het verblijf van een jongere vast te stellen. Dit werkmodel zou wellicht uitgebreid moeten worden met andere voor deze vraagstelling relevante aspecten. Daarnaast zou aan de hand van het model verder onderzoek gedaan moeten worden naar de samenhang tussen de perceptie van de
7 jongere en de wijze waarop dit oordeel tot stand komt. Indien hier meer over bekend is kan hier, indien nodig, ook gerichter op geïntervenieerd worden. Onderzoek rekening houdend met de specifieke kenmerken van (residentieel opgenomen) jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking Het is voor praktijkorganisaties van belang om kennis te nemen van de onderzoeken die gericht zijn op de technische pragmatische aspecten van communicatie met mensen met een verstandelijke beperking zoals die besproken zijn in de hoofdstukken 2 en 4. Dit is niet alleen van belang voor het doen van (praktijk)onderzoek maar ook voor de communicatie in de dagelijkse praktijk. In dit onderzoek wordt daarnaast duidelijk dat jongeren met een lichte verstandelijke beperking korte antwoorden geven. Verdere analyse laat zien dat deze korte antwoorden net zo belangrijk kunnen zijn als langere antwoorden die informanten formuleren. Scholing van medewerkers in alle aspecten die te maken hebben met het voeren van gesprekken met jongeren met een lichte verstandelijke beperking is van eminent belang in deze. Opmerkelijk is dat er over de vragen naar het perspectief betrekkelijk weinig overeenstemming is, terwijl de vragen naar het perspectief heel concreet waren. Een verklaring is dat de informanten weinig zicht hebben op de ervaringen van de jongeren. Een alternatieve verklaring is dat jongeren zelf weinig zicht hebben op hun perspectief en dat hun antwoorden daarom als het ware ter plekke geformuleerd zijn. Het verdient aanbeveling om meer onderzoek te doen naar de kijk van jongeren op hun nabije en verdere toekomst. Ook hierbij is de ratio dat naarmate behandelaars en jongeren hierin meer overeenstemmen de behandeling effectiever kan zijn. Gelet op het verschil in waardering van de groepsleiding in dit onderzoek in vergelijking met het onderzoek van Jansen en Feltzer (2002) moet onderzocht worden óf deze negatievere waardering situatiespecifiek is óf gerelateerd kan worden aan de totale populatie van residentieel opgenomen jongeren met een lichte verstandelijke beperking óf dat hierbij een rol speelt dat in tegenstelling tot Jansen en Feltzer in dit onderzoek met peer interviews gewerkt is. In dit onderzoek zijn jongeren uit culturele minderheidsgroeperingen weinig aan het woord geweest. Bekend is dat er in de LVG-instellingen vele honderden jongeren uit deze categorie verblijven. Uit onderzoek van Kromhout (2002) is ook bekend dat de hulpverlening aan Marokkaanse jongeren vaak faalt. Zij geeft inzicht in de factoren die hierbij een rol spelen. Dergelijk, intercultureel onderzoek, is ook in de orthopedagogische behandelingsinstellingen van belang. Onderzoek in het gezinssysteem Daar er nog weinig bekend is over de ervaringen van de ouders zelf met de plaatsing van hun kind in een LVG-instituut, verdient het aanbeveling om hier verder onderzoek naar te doen. Daarbij kan onderzoek zoals dat van Pennebaker en Stone (2003) betrokken worden. In de onderzoeksgroep waren veel jongeren afkomstig uit gebroken dan wel nieuw samengestelde gezinnen. Groenendaal en Deković (2000) noemen dit, samen met een groot aantal andere factoren die eveneens bij (een deel van) de onderzochte jongeren en hun ouders aan de orde zijn zoals lage opleiding ouders, lage sociaal economische status, armoede, veel levensgebeurtenissen en kwaliteit van de opvoedingsrelatie, als risicofactor voor de kwaliteit van de opvoeding. Indien er sprake is van ouders met een (lichte) verstandelijke beperking (Joha, 2004) dan is dit nog belangrijker. Daarom is verder onderzoek naar de relatie tussen gebroken stamgezinnen van LVG-jongeren en vastgelopen gezinssituaties waarbij uithuisplaatsing dreigt op zijn plaats. Uit de interviews met de jongeren en de informanten blijkt dat de vastgelopen gezins- en opvoedingssituatie die ten grondslag lag aan de uithuisplaatsing en internaatsopname veelal al lang bestond. De vraag rijst dan ook óf er niet vroeger in het leven van de jongere effectief geïntervenieerd zou hebben moeten worden. Hierbij kan gedacht worden aan evidenced based interventies in de thuissituatie, (Boendermaker e.a., 2003; Konijn e.a., 2003; Eigenraam e.a.,
8 2005) óf aan eerder gedwongen ingrijpen in risicogezinnen en gedwongen uit huis plaatsen (Boermans, 2004). Op dit moment wordt deze discussie vaak negatief beïnvloed door te kiezen voor ambulante zorgvormen omdat die goedkoper zouden zijn! Onderzoek naar de meest gepaste interventie, gegeven een bepaalde problematiek, die los staat van deze financiële discussie zou van groot belang kunnen zijn. Daarbij dient er ook aandacht te zijn voor interventies die zowel residentiele als ambulante behandelelementen bevatten (Wijenberg & Rasenberg, 1998; Venet & Déry, 2004; Eigenraam e.a. 2005). Onderzoek naar de juridische aspecten Er moet meer onderzoek gedaan worden naar de kennis en het gebruik van wettelijke rechten van jongeren met een lichte verstandelijke beperking. Van den Boogaard (2005) constateert dat jongeren met een lichte verstandelijke beperking weliswaar klachten hebben over hun verblijf, maar deze niet onder de aandacht van de verantwoordelijken in het instituut brengen. Hij geeft daarbij als verklaring dat het de jongeren aan de juiste competenties ontbreekt om die klachten adequaat te articuleren. Uit dit onderzoek blijkt dat zowel jongeren, als ouders, als professionals de juridische implicaties van gezondheidswetgeving onvoldoende beseffen. De vraag is aan de orde of, mede op grond van dit onderzoek en van onderzoek zoals gepresenteerd in hoofdstuk 2, ook niet veel méér gepaste aandacht moet worden gegeven aan de juridische aspecten van de hulpverlening gericht op jongeren en ouders. Uit onderzoek moet dan blijken of meer kennis op maat ook leidt tot ander (klacht)gedrag bij jongeren en ouders Tot slot Een voor hen relevante samenvatting van dit proefschrift zal in voor de jongeren en ouders begrijpelijke taal in de loop van 2006 worden gemaakt. In hoofdstuk 1 werd gepleit voor onderzoek waarbij ook de sterke kanten en de mogelijkheden van jongeren met een lichte verstandelijke beperking naar voren komen. Bij de uitvoering van dit onderzoek zijn jongeren betrokken als medeonderzoeker, als peerinterviewer, als geïnterviewde en als informant. In dit onderzoek hebben deze jongeren getoond betrokken, enthousiast, serieus, krachtig leergierig, en responsief te zijn. Ze hadden doorzettingsvermogen, hadden drang om, ondanks alle tegenslagen die ze in hun leven al hadden ervaren, van het leven het beste te maken en ze waren betrokken op elkaar en op hun omgeving. In toekomstige publicaties over jongeren met een lichte verstandelijke beperking zal niet alleen gefocust moeten worden op hun tekorten en hun problemen maar zal, wanneer ze gekarakteriseerd worden, ook een plaats ingeruimd moeten worden voor deze sterke kanten.
Samenvatting Samenvatting
Samenvatting Jaarlijks doen vele jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking In Nederland een beroep op de hulpverlening. Een aanmerkelijk aantal van hen krijgt deze hulp van een LVG-instituut.
Nadere informatieAnalyse eindrapport onderzoek WODC 2016 De inzet van familienetwerkberaden in de jeugdbescherming
Analyse eindrapport onderzoek WODC 2016 De inzet van familienetwerkberaden in de jeugdbescherming Algemeen Zowel literatuuronderzoek (deel I) als praktijkonderzoek (delen II, III, IV en V) hebben betrekking
Nadere informatieAutobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief
Samenvatting Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Stabiliteit en verandering in gerapporteerde levensgebeurtenissen over een periode van vijf jaar Het belangrijkste doel van dit longitudinale,
Nadere informatieAlgehele samenvatting van de onderzoeksresultaten, conclusies en handreikingen voor de praktijk
Hoofdstuk 10 Algehele samenvatting van de onderzoeksresultaten, conclusies en handreikingen voor de praktijk 10.1 Inleiding In hoofdstuk 1 werd de tweeledige centrale vraagstelling van het onderzoek gepresenteerd.
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor
Nadere informatie- 172 - Prevention of cognitive decline
Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing
Nadere informatieSamenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie
Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Overgewicht is een snel groeiend wereldwijd probleem en is geassocieerd
Nadere informatieBurgerpeiling Discriminatie
Burgerpeiling Discriminatie Uitgave : Team Kennis en Verkenning Naam : Marije Hofland Telefoonnummer : 0570-69 3317 Mail : m.hofland@deventer.nl 1 Inleiding De Gemeente Deventer voert om de twee jaar een
Nadere informatieHoofdstuk 1 Het soort onderzoek waar dit boek op gericht is 15
Inhoud Voorwoord 11 Hoofdstuk 1 Het soort onderzoek waar dit boek op gericht is 15 1.1 Inleiding 15 1.2 Voorbeelden 16 1.2.1 Leiden problemen in welbevinden tot voortijdig schoolverlaten? 16 1.2.2 Beter
Nadere informatieManagement Summary. Evaluatie onderzoek naar Peer Review voor de MfN-registermediator
Management Summary Evaluatie onderzoek naar Peer Review voor de MfN-registermediator Uitgevoerd door onderzoekers van het Montaigne Centrum voor Rechtspleging en Conflictoplossing van de Universiteit Utrecht
Nadere informatieBeoordelingscriteria scriptie Nemas HRM
Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus
Nadere informatieFormulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2
Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2 Toelichting bij de criteria voor het beoordelen van de kwaliteit van een
Nadere informatiemaar niet alleen! Persoonlijk Toekomstgericht Deskundig
Zelf maar niet alleen! Persoonlijk Toekomstgericht Deskundig Gastenhof biedt Onze jeugdigen horen erbij Hoe doe je mee in een maatschappij waar het tempo vaak hoog ligt? 2 perspectief Inhoud 4 Voor wie
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 207 208 Deel I Het wordt steeds belangrijker gevonden om kinderen een stem te geven. Hierdoor kunnen kinderen beter begrepen worden en kan hun ontwikkeling worden geoptimaliseerd.
Nadere informatieBeoordelingscriteria scriptie Nemas HRM
Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus
Nadere informatieANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN
ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...
Nadere informatieHULPVRAAG Doelgroepen Doelstellingen
Zorgmodule Fasehuis Zorgaanspraak: Zorgaanbieder: Verblijf met behandeling Entréa HULPVRAAG Doelgroepen De doelgroep bestaat uit normaal begaafde jeugdigen van 16-18 jaar, woonachtig in de regio Gelderland-Midden
Nadere informatieThe Whole is More. A Contextual Perspective on Attitudes and Reactions of Staff towards Aggressive Behaviour of Clients with ID in Residential
The Whole is More. A Contextual Perspective on Attitudes and Reactions of Staff towards Aggressive Behaviour of Clients with ID in Residential Institutions M.H. Knotter Samenvatting Het onderzoek in dit
Nadere informatiehoofdstuk 1 Inleiding Inleiding
Hoofdstuk 1 Inleiding 11 12 Jaarlijks doen tienduizenden jeugdigen 1 een beroep op de jeugdzorg. Van al deze jeugdigen is slechts een klein deel te rekenen tot de groep jeugdigen met een lichte verstandelijke
Nadere informatieGemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatieDit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest.
Samenvatting 152 Samenvatting Ieder jaar krijgen in Nederland 16.000 mensen een hartstilstand. Hoofdstuk 1 beschrijft de achtergrond van dit proefschrift. De kans om een hartstilstand te overleven is met
Nadere informatieKort verslag van de beleidsanalyse van het programma Valor in India
Kort verslag van de beleidsanalyse van het programma Valor in India Inspectie jeugdzorg Utrecht, april 2008 2 Inhoudsopgave= Samenvatting...5 1. Inleiding...7 1.1. Aanleiding...7 1.2. Vraagstelling...7
Nadere informatieVoorwoord... iii Verantwoording... v
Inhoudsopgave Voorwoord... iii Verantwoording... v INTRODUCTIE... 1 1. Wat is onderzoek... 2 1.1 Een definitie van onderzoek... 2 1.2 De onderzoeker als probleemoplosser of de onderzoeker als adviseur...
Nadere informatieHoofdstuk 1. Inleiding.
159 Hoofdstuk 1. Inleiding. Huisartsen beschouwen palliatieve zorg, hoewel het maar een klein deel van hun werk is, als een belangrijke taak. Veel ongeneeslijk zieke patiënten zijn het grootse deel van
Nadere informatieMarrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting
Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131 chapter 10 samenvatting Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 132 Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 133 Zaadbalkanker wordt voornamelijk bij jonge mannen vastgesteld
Nadere informatieKenniskring Entree van zorg
Kenniskring Entree van zorg Aansluiting problematiek en hulp: rol van de context 12 november 2015 Het programma Psychosociale hulp voor kinderen en jongeren: welke problemen zien we waar terug? Marieke
Nadere informatieGemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017
Gemeente Nederweert Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 30 juni 2017 DATUM 30 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl
Nadere informatieJaargang 2 nummer 1 16 dec 2010
Jaargang 2 nummer 1 16 dec 2010 Inhoudsopgave: Inleiding Minisymposium LVG en Verslaving De belangrijkste problemen volgens hulpverleners De ervaringen van cliënten De ervaringen van verwanten Vervolgstappen
Nadere informatieMate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender
Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Digitaal Cursisten - Panelonderzoek 1 WoonWerk Jonna Stasse Woerden, mei 2007 In geval van overname van het datamateriaal is bronvermelding
Nadere informatieLandelijk cliëntervaringsonderzoek
Landelijk cliëntervaringsonderzoek Monitor Januari t/m december 2016 Ons kenmerk: 17.0010587 Datum: 22-09-2017 Contactpersoon: Rosan Hilhorst E-mail: Contractbeheer@regiogv.nl Inhoud 1. Inleiding... 3
Nadere informatieAan de voorzitter van de Staten de heer drs. P.F.T. Croes L.G. Smith Boulevard 72 Aruba
Aan de voorzitter van de Staten de heer drs. P.F.T. Croes L.G. Smith Boulevard 72 Aruba Betreft: Aanbieding rapportage Terugblik Publieke sector in beeld; instellingsbesluiten Ons kenmerk: 0031/13.004
Nadere informatiebut no statistically significant differences
but no statistically significant differences Astma is een chronische aandoening, die niet te genezen is. Met de passende zorg kunnen symptomen tot een minimum worden gereduceerd en zou een astma patiënt
Nadere informatieHuiswerk, het huis uit!
Huiswerk, het huis uit! Een explorerend onderzoek naar de effecten van studiebegeleiding op attitudes en gedragsdeterminanten en de bijdrage van de sociale- en leeromgeving aan deze effecten Samenvatting
Nadere informatieResultaten peiling aantal opzeggingen naar aanleiding van verzending beschikking en factuur voor de eigen bijdrage thuiszorg
Resultaten peiling aantal opzeggingen naar aanleiding van verzending beschikking en factuur voor de eigen bijdrage thuiszorg Enschede, 13 juli 2004 WD/04/1774/ebt ir. G. Vernhout drs. W. Dragt Inhoudsopgave
Nadere informatieHet LOVS rekenen-wiskunde van het Cito
Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Marian Hickendorff & Jan Janssen Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode De LOVS-toetsen rekenen-wiskunde
Nadere informatieSamenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk
Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 Definitieve rapportage 4 augustus 2016 DATUM 4 augustus 2016 TITEL Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 ONDERTITEL
Nadere informatieCarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14
CarePower Cliënttevredenheidsonderzoek CarePower 2013/14 Datum : 01-02-2014 Auteur : Jaap Noorlander, Joris van Nimwegen Versie : 2 1 Inhoudsopgave Inleiding... Pagina 3 Vraagstelling... Pagina 3 Methode
Nadere informatieHandleiding herbeoordelingsprocedure bij een vermeende diagnostische fout
Handleiding herbeoordelingsprocedure bij een vermeende diagnostische fout Inleiding. Indien een patiënt geconfronteerd wordt met een achteraf onjuist gebleken diagnose van een patholoog, kan dit o.a. afhankelijk
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
amenvatting Het aantal mensen met dementie neemt toe. De huisarts speelt een sleutelrol in het (h)erkennen van signalen die op dementie kunnen wijzen en hiermee in het stellen van de diagnose dementie,
Nadere informatieZorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Beleidsanalyse van Rubicon Jeugdzorg
Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Beleidsanalyse van Rubicon Jeugdzorg Inspectie jeugdzorg Utrecht, februari 2009 2 1. Aanleiding Het is de taak van pleegzorgaanbieders om er voor te zorgen
Nadere informatieFormulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument.
Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 3. Toelichting bij de criteria voor
Nadere informatieIMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY
IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof
Nadere informatieSamenvatting. Gezin Centraal
Samenvatting Gezin Centraal Gezin Centraal is een experimenteel hulpverleningsprogramma dat zich richt op kinderen (6 14 jaar) met ernstige psychosociale problemen en hun gezinnen. Het programma maakt
Nadere informatieHet LOVS rekenen-wiskunde van het Cito
cursusboek2009.book Page 131 Thursday, March 30, 2017 3:23 PM Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode
Nadere informatieDe invloed van inductie programma's op beginnende leraren
De invloed van inductie programma's op beginnende leraren Op basis van door NWO gefinancierd wetenschappelijk onderzoek heeft Chantal Kessels, Universiteit Leiden in 2010 het proefschrift 'The influence
Nadere informatieYes We Can Fellow onderzoek
Yes We Can Fellow onderzoek Resultaten 2017 1 Inhoud Inleiding... 3 Respons... 3 Eigenschappen responsegroep... 3 Enkelvoudige of meervoudige problematiek... 4 Zorg voorafgaand aan opname... 4 Situatie
Nadere informatieS a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting
S a m e n v a t t i n g 149 Samenvatting 150 S a m e n v a t t i n g Dit proefschrift richt zich op de effectiviteit van een gezinsgerichte benadering (het DMOgespreksprotocol, gebruikt binnen het programma
Nadere informatieInternetpeiling ombuigingen
Internetpeiling ombuigingen In opdracht van: Gemeente Sittard-Geleen januari 2012 Flycatcher Internet Research, 2004 Dit materiaal is auteursrechtelijk beschermd en kopiëren zonder schriftelijke toestemming
Nadere informatieRapportage Cliënttevredenheidsonderzoek
Rapportage Cliënttevredenheidsonderzoek Versie 2.0.0 Drs. J.J. Laninga Maart 2017 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde cliënttevredenheidsonderzoek
Nadere informatieMethodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening. Foeke van der Zee
Methodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening Foeke van der Zee Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt,
Nadere informatieChapter 9 Samenvatting CHAPTER 9. Samenvatting
Chapter 9 Samenvatting CHAPTER 9 Samenvatting 155 Chapter 9 Samenvatting SAMENVATTING Richtlijnen en protocollen worden ontwikkeld om de variatie van professioneel handelen te reduceren, om kwaliteit van
Nadere informatieSummary & Samenvatting. Samenvatting
Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische
Nadere informatieGemeente Ommen. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 28 juli 2017
Gemeente Ommen Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 28 juli 2017 DATUM 28 juli 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076)
Nadere informatieEerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie
Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie 1 Samenvatting In opdracht van de FamilieAcademie is een eerste effectmeting gedaan naar de training
Nadere informatieBeoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking
Nederlandse Associatie voor Examinering 1 Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking Met de scriptie voor Compensation & Benefits Consultant (CBC) toont de kandidaat een onderbouwd advies
Nadere informatieImpactmeting: een 10 stappenplan
Impactmeting: een 10 stappenplan Stap 1: De probleemanalyse De eerste stap in een impactmeting omvat het formuleren van de zogenaamde probleemanalyse welke tot stand komt door antwoord te geven op de volgende
Nadere informatieWerken met hulpverleningsplannen
Werken met hulpverleningsplannen Aanwezigheid en gebruik van hulpverleningsplannen bij Xonar Inspectie jeugdzorg Utrecht januari 2007 2 Inspectie jeugdzorg Inhoudsopgave Inleiding... 5 Hoofdstuk 1 - Oordeel
Nadere informatieRekenkamercommissie Wijdemeren
Rekenkamercommissie Wijdemeren Protocol voor het uitvoeren van onderzoek 1. Opstellen onderzoeksopdracht De in het werkprogramma beschreven onderzoeksonderwerpen worden verder uitgewerkt in de vorm van
Nadere informatiePraktische tips voor succesvol marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector
marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector Marktonderzoek kunt u prima inzetten om informatie te verzamelen over (mogelijke) markten, klanten of producten, maar bijvoorbeeld ook om de effectiviteit van
Nadere informatieVoorwoord van Hester van Herk... iii Voorwoord van Foeke van der Zee... iv Verantwoording... vi
Inhoudsopgave Voorwoord van Hester van Herk... iii Voorwoord van Foeke van der Zee... iv Verantwoording... vi INTRODUCTIE... 1 1. Wat is onderzoek... 2 1.1 Een definitie van onderzoek... 2 1.2 De onderzoeker
Nadere informatieEffectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu
Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu SAMENVATTING dr. L.A. Plugge 1, drs. J. Hoonhout 2, T. Carati 2, G. Holle 2 Universiteit Maastricht IKAT, Fac. der Psychologie Inleiding Het
Nadere informatieWerkbelevingsonderzoek 2013
Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:
Nadere informatieOnderzoeksrapport Economische visie. Inwonerspanel Gooise Meren Spreekt. Onderzoeksperiode: februari/ maart 2017 Referentie: 16013
Onderzoeksrapport Economische visie Inwonerspanel Gooise Meren Spreekt Onderzoeksperiode: februari/ maart 2017 Referentie: 16013 Moventem Donderdag 9 maart 2017 Referentie: 16013 Pagina 1-1 van 17 Onderzoeksrapport
Nadere informatieResearch in Higher Professional Education: A staff perspective. Mw. D.M.E. Griffioen
Research in Higher Professional Education: A staff perspective. Mw. D.M.E. Griffioen This chapter is part of: Griffioen, D.M.E. (2013). Research in Higher Professional Education: A Staff Perspective. Chapter
Nadere informatieOnderzoeksvraag Uitkomst
Hoe doe je onderzoek? Hoewel er veel leuke boeken zijn geschreven over het doen van onderzoek (zie voor een lijstje de pdf op deze site) leer je onderzoeken niet uit een boekje! Als je onderzoek wilt doen
Nadere informatieOnderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving
Onderzoeksopzet Marktonderzoek Klantbeleving Utrecht, september 2009 1. Inleiding De beleving van de klant ten opzichte van dienstverlening wordt een steeds belangrijker onderwerp in het ontwikkelen van
Nadere informatieInterfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam
Naam auteur(s) Nijenhuis, N Vakgebied Natuurkunde Titel Wiskunde bij Natuurkunde: de afgeleide Onderwerp Wiskunde natuurkunde transfer Opleiding Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam
Nadere informatieSAMENVATTING EVALUATIE PROGRAMMA SCHAKEL!
SAMENVATTING EVALUATIE PROGRAMMA SCHAKEL! Aanleiding Het Vervangingsfonds voert regelmatig grootschalige projecten of programma s uit om een extra impuls te geven aan de aanpak van het ziekteverzuim in
Nadere informatierechtspositie van mensen met een verstandelijke handicap
BJ.M. FREDERIKS rechtspositie van mensen met een verstandelijke handicap Van beperking naar ontplooiing Sdu Uitgevers 2004 Lijst van afkortingen 15 1. Inleiding 19 1.1 Aanleiding 20 1.2 Het juridische
Nadere informatieAmbulante begeleidingsdienst ZigZag
Ambulante begeleidingsdienst ZigZag Gestichtstraat 4 9000 Gent 09/2401325 Ambulante begeleidingsdienst ZigZag Binnen ambulante begeleidingsdienst ZigZag onderscheiden wij twee types van ondersteuning in
Nadere informatieDagelijkse activiteiten van ouder wordende echtparen: veranderingen bij achteruitgang van de gezondheid
Samenvatting Samenvatting Dagelijkse activiteiten van ouder wordende echtparen: veranderingen bij achteruitgang van de gezondheid In de komende jaren zullen meer echtgenoten samen oud worden en zelfstandig
Nadere informatieKwaliteitsonderzoek begeleiding
Kwaliteitsonderzoek begeleiding Kwaliteitsonderzoek Begeleiding najaar 2016 Pagina 1 van 18 Inhoudsopgave 1. Inleiding 4 2. Werkwijze en verantwoording 5 Het doel van het onderzoek 5 Uitvoering onderzoek
Nadere informatieDraagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016
Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen Rapportage derde meting juni 2016 Introductie Waarom dit onderzoek? Zijn Nederlanders de afgelopen maanden anders gaan denken over de opvang van vluchtelingen
Nadere informatieEen voorbeeld van een schoolprogramma gericht op preventie van overgewicht in Nederland: het DOiT programma
7 Samenvatting 8 Dit proefschrift beschrijft de voorbereiding op de landelijke implementatie van het Dutch Obesity Intervention in Teenagers (DOiT) programma. Daarnaast wordt de evaluatie beschreven die
Nadere informatieUitkomsten enquête over het taxeren van scheidingsproblematiek:
Uitkomsten enquête over het taxeren van scheidingsproblematiek: november 2016 KEES is hét kennisplatform Kind En (Echt)Scheiding in Noord Nederland. In het door ZonMw gesubsidieerde project wordt door
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 758 Evaluatie Wet Kinderombudsman A BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieBeoordelingsmodel Profielwerkstuk Lyceum Elst Deel 1: onderzoeksvoorstel (havo/vwo)
Beoordelingsmodel Profielwerkstuk Lyceum Elst 2016-2017. Deel 1: onderzoeksvoorstel (havo/vwo) Afspraken Om te worden beoordeeld, moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden: 1) Het onderzoeksvoorstel
Nadere informatieKinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging
Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de
Nadere informatieCliëntervaring ouders en jongeren Jeugdhulp gemeente Delft Onderzoek naar kansen en verbeterpunten voor de jeugdhulp van de gemeente Delft
Cliëntervaring ouders en jongeren Jeugdhulp gemeente Delft Onderzoek naar kansen en verbeterpunten voor de jeugdhulp van de gemeente Delft 09-06-2017 1 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Aanleiding... 3 Opzet
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting 8. * COgnitive Functions And Mobiles; in dit advies aangeduid als het TNO-onderzoek.
Samenvatting In september 2003 publiceerde TNO de resultaten van een onderzoek naar de effecten op het welbevinden en op cognitieve functies van blootstelling van proefpersonen onder gecontroleerde omstandigheden
Nadere informatieOp weg naar meer kennis over wat werkt voor multiprobleemgezinnen (MPG) MSc L. (Loraine) Visscher, Universitair Medisch Centrum Groningen
Op weg naar meer kennis over wat werkt voor multiprobleemgezinnen (MPG) MSc L. (Loraine) Visscher, Universitair Medisch Centrum Groningen Consortium ZOP&MPG Aanleiding In de Databank Effectieve Interventies
Nadere informatieIntensieve Gezinsbegeleiding
Intensieve Gezinsbegeleiding Samenwerken aan veranderingen binnen het gezin Sterk Huis is er voor iedereen die hulp nodig heeft. Wij bieden een warme en veilige omgeving waar je terechtkunt met grote opvoedings-
Nadere informatieGebruikersparticipatie
Gebruikersparticipatie Ik ben de Communicatiedienst van K&G Voor de onderstaande informatiebrochures hebben we een project gebruikersparticipatie opgezet: - Kind in Beeld - Voeding en beweging - Taalstimulering
Nadere informatieErkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie
Interventie: Families First Deelcommissie: 1 Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier Datum vergadering: 11 april 2014 Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie De commissie
Nadere informatieNotitie effect- en inzetstudie wijkcoaches Velve Lindenhof
Notitie effect- en inzetstudie wijkcoaches Velve Lindenhof Pieter-Jan Klok Bas Denters Mirjan Oude Vrielink Juni 2012 Inleiding Onderdeel van het onderzoek zou een vergelijkende studie zijn naar de effectiviteit
Nadere informatieOuders met een verstandelijke beperking
Ouders met een verstandelijke beperking Conclusies en aanbevelingen In deze studie is eerst in de literatuur nagegaan welke factoren beschermend dan wel belemmerend zijn in de opvoedingssituatie van mensen
Nadere informatieToetsingskader Toezicht Wmo Verwey-Jonker Instituut en GGD GHOR Nederland
Toetsingskader Toezicht Wmo Verwey-Jonker Instituut en GGD GHOR Nederland Het onderstaande toetsingskader van het Verwey-Jonker Instituut en GGD GHOR wordt als leidraad gebruikt bij het bezoeken van de
Nadere informatieMarieke de Vries. 20 september 2006. 360 feedback
Marieke de Vries 0 september 006 60 feedback Inhoudsopgave Inleiding Basisgegevens van de rapportage Geselecteerde competenties Toelichting overzichten 6 Algemeen overzicht 8 Gedetailleerd overzicht 9
Nadere informatiehoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen
Dit proefschrift gaat over moeheid bij mensen die dit als belangrijkste klacht presenteren tijdens een bezoek aan de huisarts. In hoofdstuk 1 wordt het onderwerp moeheid in de huisartspraktijk kort geïntroduceerd,
Nadere informatieGemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatiegewoon meedoen! Ketenzorg met toekomst
gewoon meedoen! Ketenzorg met toekomst De basis van In voor zorg! Door een gebrek aan aansluitende zorg vielen voorheen veel jongeren tussen wal en schip. Dit verkleinde hun kans op een goede terugkeer
Nadere informatiePactum Jeugd- en opvoedhulp Locatie Lochem Verantwoorde Hulp voor Jeugd. Gezond vertrouwen
Pactum Jeugd- en opvoedhulp Locatie Lochem erantwoorde Hulp voor Jeugd Gezond vertrouwen Utrecht, april 2019 Samenvatting In december 2018 voerde de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd toezicht uit bij
Nadere informatieDeelsessie 2: kwaliteitsstandaarden
Deelsessie 2: Implementatie van de Implementatie van de kwaliteitsstandaarden Programma Toelichting programma Project effectieve jeugdzorg Stadsregio Rotterdam: Werken met kwaliteitscriteria i Resultaten
Nadere informatieEvaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement
Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Deelprogramma voor wijkverpleegkundigen en ouderenadviseurs die opgeleid worden tot casemanager SamenOud R. Brans April 2013 Inhoud
Nadere informatietudievragen voor het vak TCO-2B
S tudievragen voor het vak TCO-2B 1 Wat is fundamenteel/theoretisch onderzoek? 2 Geef een voorbeeld uit de krant van fundamenteel/theoretisch onderzoek. 3 Wat is het doel van fundamenteel/theoretisch onderzoek?
Nadere informatieZorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Beleidsanalyse van De Bascule, zorglijn Therapeutische pleegzorg
Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Beleidsanalyse van De Bascule, zorglijn Therapeutische pleegzorg Inspectie jeugdzorg Utrecht, februari 2009 2 1. Aanleiding Het is de taak van pleegzorgaanbieders
Nadere informatieSamenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010
Samenvatting The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Als werknemers door ziekte hun werk niet meer kunnen doen betaalt de werkgever
Nadere informatieSamenvatting. Summary in Dutch
6 Samenvatting Summary in Dutch 112 Samenvatting Emotionele en sociale processen bij pesten, gepest worden en verdedigen Pesten op school is een wereldwijd probleem met negatieve korte- en langetermijngevolgen
Nadere informatieAan het bestuur van de Sociale Dienst NW Fryslân.
Aan het bestuur van de Sociale Dienst NW Fryslân. Franeker, 22 november 2016 Betreft: Advies lokale regelgeving WMO 2015 Geacht bestuur, Op 20 oktober jl. ontvingen wij uw verzoek om advies over de volgende
Nadere informatie