Provincie Zeeland. Directie Samenleving, Bestuur en Organisatie. De voorzitter van Provinciale Staten T.a.v. de Statengriffier.

Transcriptie

1 Directie Samenleving, Bestuur en Organisatie Provincie Zeeland bericht op brief van: uw kenmerk: ons kenmerk: O afdeling: Welzijn De voorzitter van Provinciale Staten T.a.v. de Statengriffier bijlage(n): Eindevaluatie Vroeg Erbij Team + Voortzetting VET in Zeeland behandeld door: Knulst, W. doorkiesnummer: (0 8) onderwerp: Evaluatie en stand van zaken project Vroeg Erbij Team verzonden: 9 FEBn 009 Middelburg, l7 februari 009 Geachte voorzitter, Hierbij ter informatie de evaluatie en de stand van zaken van het project "Vroeg Erbij Team". De informatie bestaat uit de eindevaluatie van Bureau Jeugdzorg Zeeland en het advies van de ambtelijke werkgroep van de Task Force Jeugd over de voorzetting VET in de provincie Zeeland door integratie in de (toekomstige) Centra voor Jeugd en Gezin. Wij stellen u voor deze stukken ter kennisname voor te leggen aan de commissie Welzijn. Hoogachtend,,'- overe,pkomstig het dooigedeputeerde staten genomen besluit, mr. rs. L.J.M. Verdult, directeur Samenleving, Bestuur en Organisatie.

2 Evaluatie Vroeg Erbij Teams (VET) De tweejarige projectfase van VET eindigde op mei 008. Met provincie en gemeenten is afgesproken dat VET en de hiervoor ontwikkelde methodiek overgedragen wordt naar de Centra voor Jeugd en Gezin (CJG). Deze overgangsperiode kent een termijn tot december 009. In deze periode is het van belang dat de cliënt bediend wordt volgens de huidige vorm (methodiek) die VET nu kent. Tijdens deze overgangsperiode zal onderzocht worden of, en zo ja op welke wijze de VET methodiek kan worden ingezet binnen de CJG's. Intussen zal er tussen alle betrokken organisaties en op ambtelijk niveau onderzocht moeten worden hoe VET zich in de toekomst kan positioneren en op welke wijze de taken het beste kunnen worden uitgevoerd. Natuurlijk zal de financiële uitwerking hiervan in dit onderzoek meegenomen worden. De coördinator VET zal hiertoe het initiatief nemen en de huidige samenwerkingspartners, de werkgroepen CJG van de drie regio's en de Task Force Jeugd benaderen. Dit met het doel voldoende bestuurlijk, ambtelijk en operationeel draagvlak te creëren voor het voortbestaan van VET en om direct de juiste inbedding te verkrijgen binnen de nog op te richten CJG's. Om dit proces stapsgewijs uit te zetten en de betrokken actoren hieraan te committeren zal de coördinator VET een plan opstellen voor de voortzetting van de Vroeg erbij Teams. Het concept van dit plan is inmiddels geagendeerd voor overleg in de ambtelijke werkgroep van de Task Force Jeugd. De operationele formatie van de VET teams is na afsluiting van de projectfase ( mei 008) gehalveerd. De inzet (3 fte.) vanuit BJZ is gestopt en het maatschappelijk werk in alle drie de regio's blijven fte. inzetten. Deze inzet is tot eind 008 gegarandeerd. BJZ levert de coördinatie en de secretariële ondersteuning. De coördinator draagt, naast de operationele aansturing, mede zorg voor de overdracht van VET naar het CJG. De politie draagt zorg voor de screening en de werkplek van de medewerkers. Personele invulling per regio: Walcheren: Zeeuws-Vl.: OSB: 3 jeugdagenten (Vlissingen / Veere Middelburg) VET-medewerker (MMW, standplaats politiebureau Vlissingen) jeugdagenten (Hulsff Terneuzen) VET-medewerker (Maatschappelijk Werk, standplaats politiebureau Terneuzen) 3 jeugdagenten (Goes / Zierikzee / Reimerswaal) VET-medewerker (SMWO, standplaats SMWO Goes) (hier wordt dus afgeweken van het VET-principe) Uitgangspunt In de werkgroep van augustus 008 werd duidelijk dat er per regio nuance verschillen zijn ten aanzien van de visie op VET. Dit betreft voornamelijk de manier van werken, de werklocatie en de caseload. De werkgroep is er wel van overtuigd dat de methodiek goed werkt en geborgd moet worden. Het werd duidelijk dat de werkwijze (methodiek) van VET binnen de CJG's ondergebracht moet worden. De methodiek van VET kan breder ingezet worden. Op dit moment kan alleen de politie (via de zorgformulieren) aanmelden. Het accent van VET ligt dan ook op het criminaliserende karakter.

3 VET wenst dit voorlopig zo te houden, maar dit neemt niet weg dat we moeten nadenken over de mogelijkheid dat ook andere ketenpartners kunnen aanmelden. VET denkt naast de uitbouw naar de CJG's ook aan een verbreding naar ZAT'S,, RMC's en de leerplicht. Ook zal VET moeten blijven anticiperen op de maatschappelijke ontwikkelingen die zich (zullen) voordoen. Zo wordt en momenteel ook met ketenpartners overlegd over een mogelijke link met het veiligheidshuis. Het veiligheidshuis impliceert een ander wijze van samenwerken binnen de justitie keten. Deze ontwikkeling biedt kansen om ook het justitieel kader meer te betrekken- en beter te laten aansluiten op de CJG's Omdat de ontwikkelingen van het CJG per regio verschillen en tot op heden nog niet overal duidelijk is uitgekristalliseerd, is het zinvol dat de werkwijze van VET op de huidige wijze en met dezelfde formatie, voorlopig blijft voortbestaan. VET zal zich gedurende de ontwikkeling van het CJG moeten mee-ontwikkelen om zo een duidelijke plek binnen het CJG te krijgen. In welke vorm VET dan zal functioneren, zal meegenomen moeten worden in de onderhandelingen van de projectgroepen CJG. Per regio kan men dan besluiten op welke manier VET ingebed, gefinancierd, uitgebreid en uitgevoerd zal worden, rekening houdend met de ontwikkelingen binnen de regio. Samenvattend momenteel blijft VET op de huidige manier verder werken De Gemeenten dragen zorg voor de (financiële) continuering tot inbedding binnen het CJG. VET komt op de agenda van de drie pilot CJG's waarin volgende onderwerpen ter sprake moeten komen: - positie van VET - methodiek (o.a. caseload, vindplaats,....) - personele inzet - financiering - continuering op langere termijn (structurele inbedding met voldoende formatie) De coördinator blijft de "linking pin" bij de drie pilots zodat VET in Zeeland zoveel mogelijk op dezelfde manier kan blijven voortbestaan. De taak van de coördinator is dus tweeledig:. zorg dragen dat VET doorgang vindt. de overdracht naar het CJG realiseren Taken : operationele aansturing VET per regio uitwerken plan van aanpak overdracht VET aanspreekpunt zorgformulieren politie deelname aan de projectgroepen werkgroepen CJG i.v.m; de overdrachtlinbedding VET uitvoeren plan van aanpak overdracht VET De kosten voor de coördinatie worden gedekt door de provincie. Naast de coördinatie is de secretariële ondersteuning nodig voor het verwerken van gegevens t.b.v. registratie en monitoring. BJZ is bereid deze kosten binnen haar reguliere begroting te dragen.

4 Cijfers VET mei 006 tot 30 april 008

5 Walcheren I Looptijd zaken Aantal zaken totaal Aantal afgewezen VET-zaken (*) Aantal zaken via Halt aangeleverd (**) Aantal jongens totaal Aantal meisjes totaal Aantal jongens + Aantal jongens - Aantal meisjes + Aantal meisjes - (*) Afgewezen VET-zaken zijn zaken die na taxatie niet aan de gestelde criteria blijken te voldoen. (**) Samenwerking met Bureau Halt is pas eind 006 tot stand gekomen. Woonplaatsen Walcheren: Vlissingen Oost-Souburg Middelburg Zoutelande Arnemuiden Koudekerke Domburg Westkapelle Vrouwenpolder Serooskerke Grijpskerke Meliskerke Oostkapelle Aantal zaken per Gemeente: Gemeente Vlissingen Gemeente Middelburg Gemeente Veere Totaal: 6 zaken Totaal: 6 zaken

6 Oosterschelderegio Looptijd zaken Aantal zaken totaal Aantal afgewezen VET-zaken (*) Aantal zaken via Halt aangeleverd (**) Aantal jongens totaal Aantal meisjes totaal Aantal jongens + Aantal jongens - Aantal meisjes + Aantal meisjes - O I l Woonplaatsen Oosterschelderegio: 's-gravenpolder 's-heerenhoek Hoedekenskerke Heinkenszand Krabbendijke Sint-Maartensdijk Goes Kortgene Zierikzee Oud-Vossenmeer Poortvliet Noordgouwe Tholen Borssele Lewedorp Oosterland Burgh Haamstede Nisse Kloetinge Rilland Yerseke Sint Philipsland Aantal zaken per Gemeente: Gemeente Borsele Gemeente Goes Gemeente Noord-Beveland Gemeente Reimerswaal Gemeente Tholen Gemeente Schouwen-Duiveland 3 l 3 5 l Totaal: 55 zaken Totaal: 55 zaken

7 Zeeuws-Vlaanderen Looptijd zaken Aantal zaken totaal Aantal afgewezen VET-zaken (*) Aantal zaken via Halt aangeleverd (**) Aantal jongens totaal Aantal meisjes totaal Aantal jongens + Aantal jongens - Aantal meisjes + Aantal meisjes (*) Afgewezen VET-zaken zijn zaken die na taxatie niet aan de gestelde criteria blijken te voldoen. Woonplaatsen Zeeuws-Vlaanderen: Vogelwaarde Hulst Biervliet Hoofdplaat Zaamslag IJzendijke Oostburg Aardenburg Breskens Koewacht Terneuzen Sas van Gent Axel Philipine Kloosterzande Groede Sint Kruis Westdorpe Clinge Hoek Sluiskil St-Jansteen Schoondijke Sluis Aantal zaken per Gemeente: Gemeente Hulst Gemeente Sluis Gemeente Terneuzen Totaal: 06 zaken Totaal: 06 zaken

8 Totalen Zeeland Looptijd zaken Aantal zaken totaal Aantal afgewezen VET-zaken (*) Aantal zaken via Halt aangeleverd (**) Aantal jongens totaal Aantal meisjes totaal Aantal jongens + Aantal jongens - Aantal meisjes + Aantal meisjes - O l l Afgewezen VET-zaken Afgewezen VET-zaken zijn zaken die bij VET aangemeld zijn, maar niet aan de criteria van VET voldoen. Criteria zijn o.a. : De problematiek is te zwaar waardoor drie maanden hulpverlening ontoereikend is. Er is al hulpverlening in het gezin, bijvoorbeeld Emergis, AMW, BJZ. De jongere zit al in het strafrechtelijk circuit. Indien er al hulpverlening aanwezig is, wordt de desbetreffende instantie geïnformeerd. Indien er nog geen hulpverlening aanwezig is, wordt de zaak overgedragen naar ofwel AMW of naar de aanmelding van BJZ. Dit gaat iedere keer in overleg met de hulpverleninginstanties en de politie. Middelburg, november 008 Bruno Vanassche Coördinator VET

9 Advies Ambtelijke Werkgroep Jeugd over voorstel werkgroep VET over voortzetting 'Vroeg Erbij Teams' in Zeeland. Advies: De Ambtelijke werkgroep Jeugd (AWJ) adviseert in hoofdlijn positief aan de Task Force Jeugd wat betreft het voorstel van de werkgroep VET over de wijze van voortzetting van de 'Vroeg Erbij Teams' in Zeeland (zie bijlage 6 bij de vergaderstukken van de Task Force Jeugd van 4 december 008). Wel geeft zij bij dit advies kanttekeningen mee:. De AWJ adviseert om 'VET' in het preventieve jeugdbeleid in Zeeland niet, zoals in het voorstel van de werkgroep gebeurt, als een aparte voorziening neer te gaan zetten, maar als een methodieklwerkwijze die in de back-office van de Centra voor Jeugd en Gezin toegepast gaat worden. Dat sluit aan bij het door de Task Force vastgestelde 'Zeeuws model voor preventief jeugdbeleid', waarbij samenhang in het aanbod een van de uitgangspunten is. Een en ander hoeft niet te betekenen dat de deskundigheid m.b.t. de VET-methodiek in ieder CJG aanwezig hoeft te zijn, maar wel dat deze zonodig in de back-office van ieder CJG ingezet kan worden.. Op pagina 4 van het voorstel wordt onder het kopje 'Financiering' kort informatie gegeven over enkele financiële gevolgen van het voorstel. De AWJ mist echter een financieel totaalplaatje van de kostenposten, met daarbij vermeld welke kosten voor rekening van de provincie komen en welke voor rekening van de gemeenten. Advies aan de Task Force is om de werkgroep VET te verzoeken een totale financiële opzet voor VET in het voorstel op te laten nemen.

10 (Concept ) bijlage 5 Voortzetting Vroeg Erbij Teams (VET) in de provincie Zeeland Aanleiding en opdracht Pilot Walcheren: De VET-methode is een preventief instrument dat zich richt op.. jongeren tot 8 jaar die probleem- of - signaalgedrag vertonen. Politieagenten die dit gedrag signaleren, geven dit door aan de Jeugdagent. Deze voert samen met de VET-medewerker (AMW of BJZ) een taxatie uit om na te gaan of de jongere in aanmerking komt voor VET. Wanneer dit het geval is, neemt de VET-medewerker contact op met de jongere en het gezin en begeleidt hen gedurende tot maximaal 3 maanden. Indien nodig wordt verwezen naar andere hulpverleningsinstanties. In juni 004 is VET als pilot gestart in de regio Walcheren. Initiatiefnemers waren de regiopolitie Zeeland, Bureau Jeugdzorg Zeeland (BJZ), de provincie Zeeland, het Algemeen Maatschappelijk Werk Walcheren (AMW), en de gemeenten Middelburg, Vlissingen en Veere. Provinciale subsidie voor implementatie VET in heel Zeeland: Vanaf mei 006 wordt het project in heel Zeeland uitgevoerd. Voor de Oosterschelde regio en Zeeuwcvlaanderen heeft de provincie de kosten voor coördinatie, administratie, BJZ- en AMW medewerkers voor twee jaar op zich genomen. Op Walcheren hebben de gemeenten de kosten voor het AMW zelf betaald. Bij een positieve eindevaluatie zou deze methode moeten worden ingebed in de reguliere werkzaamheden. De provincie heeft aangegeven, na deze tweejarige subsidie, geen inzet meer te willen financieren voor het uitvoerend werk van BJZ. Zij stelt zich op het standpunt dat dit voor BJZ geen kerntaak is. De provincie blijft vooralsnog wel de coördinatie en de secretariële ondersteuning vanuit BJZ ondersteunen, maar merkt hierbij op dat het doel van deze coördinatie moet zijn om een koppeling tot stand te brengen tussen VET en het CJG. Huidige stand van zaken: De personele inzet van VET is na de projectfase (vanaf mei 008) sterk afgenomen. De inzet vanuit BJZ (3 fte.) is gestopt. BJZ levert nog wel de coördinatie. De formatie van het maatschappelijk werk in de regio's Zeeuws-Vlaanderen en de Oosterschelde regio is in beide gevallen l fte. Op Walcheren is in uur maatschappelijk werk voor het VET beschikbaar. Deze inzet is tot eind 008 gegarandeerd. Vanuit de politie blijven de jeugdagenten betrokken bij VET en worden de werkplekken voor de VETmedewerkers geleverd (De Oosterschelde regio vormt hierop een uitzondering. Daar is de VETmedewerker niet op het politiebureau gestationeerd). Opdracht: De coördinator van VET heeft naast de operationele aansturing de opdracht er voor te zorgen dat deze methodiek provinciaal wordt geborgd en dat er afspraken-worden gemaakt tussen de gemeenten (met taken in het kader van het preventief jeugdbeleid en de WMO) en de provincie (aansluittaken BJZ). De Task Force Jeugd (TFJ) van de provincie Zeeland is nu in feite opdrachtgever wat betreft de uitrol over de 3 Zeeuwse gemeenten. Een uniforme methodiekbeschrijving, aansluiting bij de in ontwikkeling zijnde CJG's, verbreding van de instroom, personele inzet en de financiering zijn belangrijke aandachtspunten. De Stuurgroep VET is inmiddels opgeheven en de werkgroep VET zal rechtstreeks aan de TFJ rapporteren. De afzonderlijke gemeenten hebben uiteraard een eigen verantwoordelijkheid wat betreft het voortzetten van de VET-methodiek en de daarvoor noodzakelijke personele inzet van het maatschappelijk werk. (concept) Vooi~treiting VET r!e Provincie Zeeland

11 bijlage 5 In deze notitie zal niet gedetailleerd worden ingegaan op de inhoud van de VET-methodiek. De procesbeschrijving wordt als bijlage toegevoegd. De overige genoemde aandachtspunten komen allen aan de orde. Positionering VET en aansluiting bij het CJG Jeugdcriminaliteit kan in belangrijke mate worden voorkomen door in een vroegtijdig stadium in te grijpen bij die jongeren die zich hier schuldig aan (dreigen te) maken. De VET-methodiek kan een effectief instrument binnen het preventief jeugdbeleid van de gemeenten zijn. VET staat voor "Vroeg Erbij". Het is een snelle (binnen 48 uur), outreachende reactie wanneer jongeren het risico lopen in crimineel gedrag te vervallen. De politie heeft op het gebied van criminaliteit en veiligheid veel ervaring en specifieke deskundigheid. Het unieke van VET is de samenwerking tussen politie en zorgaanbieders. Het doel en de focus van deze organisaties lopen zeer uiteen. In de praktijk zijn er weinig contacten. Een VET-medewerker heeft echter zijn standplaats in het politiebureau van zijnlhaar regio district. Hierdoor zijn er korte en meer informele lijnen en vergroot men elkaars expertise. De VET-medewerker is zodoende ook voor politiemedewerkers beschikbaar voor consultatie. Hijlzij verstrekt informatie en advies over de zorgverlening aan jeugdigen. Deze intensieve samenwerking resulteert in kwalitatief betere aanmeldingen voor hulpverlening en meer aandacht voor de problematiek rondom de jeugd. Het CJG: Door het realiseren van Centra voor Jeugd en Gezin komt er een op preventie gericht, laagdrempelig en geïntegreerd aanbod in de lokale jeugdketen. Het CJG biedt toegang tot een achterliggend netwerk, waar een geïntegreerd aanbod tot stand komt van in ieder geval de jeugdgezondheidszorg en opvoedondersteuning. Dit aanbod is geschakeld met de provinciale jeugdzorg en de zorg in en om het onderwijs. Schakel CJG / onderwiis: De schakel met het onderwiis wordt gemaakt binnen de Zorg Advies Teams (ZAT'S). In een ZAT zullen naast onderwijs gerekteerde deskundigen ook het (~ëhool) ~aatscha~~elijk'werk (SMW)" en de Jeugd Gezondheids Zorg (JGZ) participeren. Zowel het SMW als de JGZ zijn kernpartners binnen het CJG. Wanneer binnen de onderwijssetting extra zorg nodig is voor het kind of het gezin, dan zal dat via SMW of JGZ volgens de vastgestelde CJG-procedures worden geregeld. De hulpvraag of informatiestroom van het ZAT naar het CJG kan ook andersom plaats vinden. Informatie uit het CJG kan worden gedeeld in het ZAT en kan leiden tot een specifieke aanpak binnen het onderwijs. (* Naamgeving verschild per regio. In de Oosterschelde regio wordt binnen de ZAT'S niet gesproken over school maatschappelijk werk) L. Schakel CJG l VET: De schakel met het domein criminaliteit en veiligheid kan op een vergelijkbare wijze tot stand komen. De vindplaats is nu de politie (het politiebureau). Binnen het VET zijn het maatschappelijk werk en BJZ actief. Zij participeren ook binnen het CJG en volgen in die hoedanigheid de afspraken m.b.t. de verwijsindex, registratie, doorverwijzen etc. In het onderwijsveld is het School Maatschappelijk Werk (SMW) actief. In het netwerk rond de politie zou men kunnen spreken van Politie Maatschappelijk Werk (PMW). Deze medewerker is gespecialiseerd in de problematiek van- en het netwerk rond criminaliserende jongeren. De verbinding tussen het domein criminaliteit en veiligheid en het CJG via het VET is nog een beperkte schakel. VET is een preventieve, kortdurende methodiek voor individuele jeugdigen. Later kan deze verbinding wellicht worden verbreed met het Jeugd Interventie Team (JIT). Het JIT richt zich meer op groepen overlastgevende jeugd (in kaart gebracht met de shortlistmethode) en maakt onderdeel uit van een Probleem Interventie Team (PIT). In de eerste helft van 009 wordt met ondersteuning van de provincie, in Vlissingen onderzocht welke resultaten met JIT zijn behaald, welke inzet dit vergt van de samenwerkende partijen en in welke mate de JIT-methodiek overdraagbaar is naar andere Zeeuwse gemeenten. Ook bij het JIT is onder andere het (politie) maatschappelijk werk betrokken. (concept) Voorizeitirii; VET de Provincie Zeeland

12 bijlage 5 In de Zeeuwse gemeenten zijn reeds diverse overlegstructuren binnen de keten criminaliteit en veiligheid gangbaar. Die beperken zich niet tot de jeugd en concentreren zich met name op het curatieve deel van de aanpak. Bij deze overlegvorm zijn in de regel de gemeente, de politie en het OM berokken. Overige partijen worden er, al naar gelang de problematiek, bij gevraagd. Het zou goed zijn wanneer in deze structuur een structurele relatie met zorgaanbieders zou bestaan door een kernpartner vanuit het CJG aan dit overleg deel te laten nemen. De politie maatschappelijk werker zou hiervoor een geschikt persoon zijn. Dit biedt mogelijkheden om op termijn het Veiligheidshuis* inhoud te geven. (*~et Veiligheidshuis is een samenwerkingsverband tussen gemeente(n), openbaar ministerie, politie en instellingen op het gebied van veiligheid, justitie, zorg en welzijn. Zij richten zich op crimineel gedrag en overlast (en de slachtoffers hie~an). Informatie voor snel en effectief ingrijpen wordt binnen het Veiligheidshuis uitgewisseld.) Verbreding van de instroom De aanmelding van jongeren voor de VET-methodiek verloopt tot nu toe door de politie of via HALT. Dit gebeurt met een zorgformulier. Volgens een landelijk convenant stuurt de politie het zorgformulier naar BJZ. BJZ maakt een inschatting en bepaalt welke vorm van zorg het meest geëigend is. Slechts een deel van de zorgformulieren leidt uiteindelijk tot de preventieve aanpak van VET. Ook andere organisaties die jongeren met signaal-gedrag signaleren zouden hen moeten kunnen aanmelden voor de VET-methodiek. Wanneer de eerder vermelde verbinding tussen het CJG en het VET tot stand wordt gebracht, dan kunnen (net als in de samenwerking CJGIZAT) ook organisaties binnen het CJG via de schakel Politie Maatschappelijk Werk informatie en aanmeldingen bij de politie neerleggen. De politie en BJZ blijven toetsen of de VET-methodiek voor dat specifieke geval de beste aanpak is. (zie bijlage procesbeschrijving) Personele inzet en taakinhoud Politie: In ieder district* zijn de jeugdagenten actief betrokken bij VET. Zij vormen de schakel met de overige medewerkers bij - de politie.. Zij screenen de signalen binnen de politie. Zij vullen het zorgformulier in en bespreken de aanmelding-met de coördinator (BJZ) en de VET-medewerker (PMW) Zowel op Walcheren, als in het district OSB, zijn drie jeugdagenten actief. In zee-uws Vlaanderen twee. vla ij de politie is er sprake van de regio Zeeland en de drie districten Walcheren, Oosterschelde bekken (OSB) en Zeeuwsvlaanderen) Bureau Jeugdzorg Zeeland (BJZ): In een landelijk geldend convenant is afgesproken dat zorgformulieren vanuit de politie naar de afdeling "Aanmelding" van BJZ worden gestuurd. De toetsing door BJZ (coördinator VET) op de zwaarte van de benodigde hulpverlening en de geschiktheid voor de VET-methodiek, past samen met deskundigheidsbevordering goed binnen de aansluittaken van BJZ. Hiermee wordt de voorpostfunctie van BJZ in het CJG mede inhoud gegeven. De taakinhoud voor BJZ is dus coördinatie, toetsing en deskundigheidsbevordering. De inzet voor heel Zeeland is 4 uur per week. In de praktijk werkt het zo, dat op het politiebureau (de vindplaats) overleg plaats vindt tussen de jeugdagent, de BJZ-medewerker en de PMW-er, om zaken te signaleren, waarbij snel en preventief met de VET-methodiek kan worden ingegrepen. Politie Maatschappeliik Werk (PMW): De PMW-er heeft zijnlhaar werkplaats op het politiebureau. Zo heeft hijlzij korte lijnen en veel informele contactenover jongeren die dreigen af te glijden naar criminaliteit. ~on~eren die geschikt zijn voor de VET-methodiek bezoekt de PMW-er thuis. (coiicept) Voortze:ting VET in de Pi-üviricie Zeeland

13 bijlage 5 In bijgaande methodiekbeschrijving staan de werkwijze, de duur en de intensiteit van de begeleiding beschreven. Dit niveau van begeleiding wordt noodzakelijk geacht om de VET-methodiek verantwoord uit te voeren en resulteert in een case-load van één op tien. De gemiddelde doorlooptijd bedraagt twee maanden. Een jaarproductie komt dan neer op ca. ftel60. Op dit moment is de personele inzet fte In de Oosterschelde regio en Zeeuw-Vlaanderen en 4 uur per week op Walcheren. Of dit voldoende is, zal in de toekomst blijken. Financiering Inzet politie valt binnen de reguliere taken Inzet BJZ is 4 uur per week voor heel Zeeland. Dat is ca. E ,- per jaar. Een deel van de werkzaamheden bestaan uit reguliere- of aansluittaken. Inzet PMW is fte per regio (op Walcheren 4 uur per week). De kosten worden over de betreffende gemeenten verdeeld. Gemeenten kunnen met de locale organisatie voor maatschappelijk werk afspraken maken over de financiering en de verdeling van werkzaamheden wat betreft basistaken en extra taken. Afwijkingen per regio I gemeente In de werkgroep VET zijn alle regio'sldistricten vertegenwoordigd. Daar is duidelijk geworden dat er verschillende opvattingen bestaan over de werkplaats van de maatschappelijk werker en de caseload. Werkplek In de Oosterschelde regio heeft de maatschappelijk werker in de afgelopen projectperiode geen gebruik gemaakt van de werkplek op het politiebureau. Wanneer hier in de toekomst aan wordt vastgehouden, is het interessant om in de evaluatie gericht te zoeken naar verschillen die daar verband mee kunnen houden. Caseload: Wanneer er overeenstemming is over de manier en intensiteit van begeleiden, om een kwalitatief goede en efficiënte VET-methodiek te hebben, dan hoort daar een vastgestelde caseload bij. Die is op dit moment vastgesteld op 0. Met een doorlooptijd van tot 3 maanden betekend dat ca. 60 jongeren (inclusief gezin) per fte, per jaar. De norm van op 0 is discutabel. Waarom is dit geen op of op 5? Om dat te onderbouwen moet hier In de komende periode nader onderzoek naar worden gedaan. Hoeveel tijd is een medewerker kwijt aan de huisbezoeken ( a per persoon, per week). Daarnaast zijn er nog telefonische contacten, contacten met het netwerk, reistijden, voorlichting, rapportages, etc. Registratie en evaluatie De registratie wordt tot op dit moment in het systeem van BJZ gedaan. Gezien het preventieve karakter van VET en het feit dat het uitvoerend werk door het maatschappelijk werk wordt gedaan, ligt het voor de hand om de registratie volgens de werkwijze van het maatschappelijk werk te gaan doen. Daarmee kan het maatschappelijk werk haar inzet beter verantwoorden en het sluit ook beter aan op de werkwijze binnen het CJG. Het moment waarop het CJG gaat functioneren is een geschikt moment om over te schakelen. De huidige vorm van evaluatie zal worden voortgezet. Deze is sterk output-gericht: Informatie over de aanmeldingen (het aantal, regio, jongenslmeisjes, leeftijden), de duur van de begeleiding, verwijzingen naar andere zorgverleners etc. Concluderend (concept) Voortzettirig VET i de Pi-i~vincie Zteianci

14 bijlage 5 Na de Pilot Walcheren en projectperiode in heel Zeeland, is de inzet van BJZ teruggebracht tot coördineren, toetsen en deskundigheidsbevorderen. Het uitvoerend werk bij de jongeren (en het gezin) wordt door de maatschappelijk werker gedaan. In de hier voorgestelde toekomstige werkwijze wordt deze werkverdeling gehandhaafd. De nieuwe werkwijze van VET gaat ook uit van een functionerend CJG. De drie pilots CJG zijn vanaf 009 in bedrijf. De overige gemeenten volgen voor 0. Dat betekent voor de niet-pilot gemeenten, dat de huidige overgangssituatie (vanaf beëindiging projectperiode in mei 008) zal worden voortgezet tot het CJG in bedrijf is. Het VET wordt niet in het CJG geïntegreerd. Het is een werkwijze die wordt toegepast binnen het domein criminaliteit en veiligheid (politie). Er komt wel een schakel met het CJG door het (politie-) maatschappelijk werk, dat tevens kernpartner is binnen het CJG. Deze notitie wordt namens de werkgroep VET voorgelegd aan de TFJ. De financiering komt van drie partijen. Politie (personele inzet en werkplekken), provincie (inzet BJZ) en gemeenten (inzet PMW). Ook deze partijen moeten uiteraard met dit voorstel instemmen. Het is mogelijk dat dit nog tot aanpassingen zal leiden. Namens de werkgroep VET Bruno Vanassche Otto Recourt (concept) Voortzettiiig VET in de Proviicie Zeriarif.!

15 (concept) Voortzetting VET in de Provincie Zeeland bijlage 5

16 bijlage 5 Procesbeschrijving Vroeg Erbij Teams (VET) Zeeland a. aanmeldingsprocedure zorgformulieren I Jeugdagent u zorgformulier Coördinator VET-werker + info jeugdagent Andere opties zoals terug of De politie (jeugdagent) is de vindplaats. Bij zorgen omtrent jongeren maakt de jeugdagent een taxatie en meldt aan bij BJZ. Per januari 007 heeft de politie het "zorgformulier" in gebruik genomen. Dit is een landelijke afspraak tussen politie en BJZ in het kader van "signaleren en doorverwijzen". De bedoeling van dit formulier is dat de politie elke zorg over jongeren rapporteert en doorstuurt naar BJZ. BJZ heeft de opdracht om die zorgmelding te behandelen door de juiste hulpverlening in te zetten. Route zorgformulieren: a. politie vult een zorgformulier in b. politie stuurt dit per naar "zorgformulier.politie@bjz-zeeland.nln c. Aanmelding BJZ + coördinator VET bekijken het zorgformulier of het voldoende informatie bevat en zorgen ervoor dat het naar de juiste afdelinglvoorziening gaat: - VET - Maatschappelijk WerWandere voorliggende voorzieningen - BJZ - AMK - indien er al hulpverlening is naar de uitvoerend werker d. coördinator VET koppelt terug naar de politie met de uitkomst van het zorgformulier e. het zorgformulier gaat naar de desbetreffende instantie die de hulpverlening in gang zet f. het uitgeprinte zorgformulier gaat naar de administratie g. de administratie voert in (Excel): - de naam en geboortedatum - de jeugdagent die het zorgformulier toestuurde - welke doorverwijzing plaatsvond (concept) Voortzetting VET in de Piovincie Zeeland

17 bijlage 5 h. de administratie vernietigt het zorgformulier (i.v.m. privacy bij AMK-melding) zodat er geen papieren dossier meer bestaat. b. route VET - Een VET-aanmelding moet aan de volgende criteria voldoen: Contra: gemotiveerde jongere enlof ouders, indien dit niet het geval is wordt er gekeken naar andere hulpverlening er is een redelijke kans op succes (drie maanden) er is sprake van probleemgedrag wat in jeugdcriminaliteit kan ontaarden. er is al hulpverlening aanwezig de jongere bevindt zich in het strafrechtelijk circuit - duidelijke psychiatrische problematiek Indien er besloten is om VET in te zetten zal er een eerste contact gelegd worden binnen 48 uur en volgt er een begeleidingstraject van maximaal drie maanden. - Rapportage Naast de contactjournaals in IJ kennen we nog drie standaardrapportages, nl. het Plan van Aanpak (na 3 weken), de evaluatie (na 8 weken) en de afsluitrapportage (na weken). - In het Plan van Aanpak staat beschreven: de analyse, de hulpvraag, doelen en middelen. - In de evaluatie staat beschreven: doelen zoals gesteld in het PvA, bereikte resultaten, nieuwe doelen en middelen. - In de afsluitrapportage staat beschreven: bereikte doelen, doorverwijzing, tevredenheid cliënt, afspraak nazorg, visie VET-werker. - Doorverwijzing / Screeningsprocedure Tijdens de begeleiding van het VET-traject kan het gebeuren dat er andere of meer hulp noodzakelijk is. De VET-medewerker draagt dan ook zorg voor de doorverwijzing naar andere instanties. Indien blijkt dat er een BJZ-indicatie nodig is draagt de VET-medewerker zorg voor de aanmelding en screening, evenals de indicatieaanvraag. Als er een indicatie afgegeven wordt dan stopt de begeleiding van VET en wordt de begeleiding overgenomen door de casemanager. Natuurlijk zal de VET-medewerker zorgen voor een warme overdracht. Is er een verwijzing naar AMW nodig dan zorgt de desbetreffende VET-medewerker eveneens voor de overdracht. - Standplaats Iedere VET-medewerker, m.u.v. Oosterschelderegio, heeft zijn standplaats in het politiebureau van zijnlhaar regio. Walcheren heeft de standplaatsen Vlissingen en Middelburg en Zeeuws-Vlaanderen heeft standplaats Terneuzen. De politie draagt zorg voor een werkplek. Voorwaarde is dat er intensieve contacten worden onderhouden met het AMW. Voordelen zijn: vergroten van de samenwerking tussen alle samenwerkingspartners kortere lijnen vergroten van elkaars expertise betere en correctere aanmeldingen minder formele procedures (coricept) Voortzetting VET in de Prov~ncie Zeeland

18 bijlage 5 Bruno Vanassche (concept) Voortzetting VET in de Provincie Zeeiarid