BROWNFIELDCONVENANT. met betrekking tot. tussen DE VLAAMSE REGERING. de Actoren bij het voornoemde Brownfieldproject, met name: STAD GENT

Transcriptie

1 BROWNFIELDCONVENANT met betrekking tot het Brownlieldproj eet Nr Zwijnaarde - Project Eiland tussen DE VLAAMSE REGERING en de Actoren bij het voornoemde Brownfieldproject, met name: STAD GENT AG STAD SONTWIKKELINGSBEDRÏJF GENT PROVINCIE OOST-VLAA1~iDEREN PROVINCIALE ONTWIKKELINGSMAATSCHAPPU OOST-VLAANDEREN WATERWEGEN EN ZEEKANAAL NV ALINSO NV FASWER CVBA NV EILAND ZWIJNAARDE en de Regisseurs bij het voomoemde Brownfieldproj eet, met name:

2 DE STAD GENT AGENTSCHAP WEGEN EN VERKEER AGENTSCHAP RTJIMTE EN ERFGOED AGENTSCHAP ONDERNEMEN OVAM ) ~1

3 Inhoudstafel: ARTIKEL 1. DEFINITIES. 10 ARTIKEL 2. OMSCI{RIJVING VAN HET BROWNFIELDPROJECT 12 ARTIKEL 3. OMSCI{RUVING VAN DE BROWNFIELD EN HET EIGENDOMSSTATUUT OP DE BETROKKEN GRONDEN DAN WEL ANDERE ZAKELIJKE - EN/OF PERSOONLIJKE RECHTEN DIE EROP GELDEN 15 ) ARTIKEL 4. ARTIKEL 5. ARTIKEL 6. ARTIKEL 7. ARTIKEL 8. ARTIKEL 9. ARTIKEL 10. ARTIKEL 11. ARTIKEL 12. :ARTIKEL 13. ARTIKEL 14. ARTIKEL 15. ARTIKEL 16. ARTIKEL 17. ARTIKEL 18. ARTIKEL 19. ARTIKEL 20. ARTIKEL 21. ARTIKEL 22. ARTIKEL 23. ARTIKEL 24. AARD VAN DE OVEREENKOMST 15 BASISVERB1NTENTSSEN INZAKE SAMENWERKING 16 VERBINTENISSEN VAN DE ACTOREN 16 VERBINTENISSEN VAN DE REGISSEURS 17 VERBINTENISSEN VAN DE VLAAMSE REGERING 19 VERBINTENIS SEN VAN DE PARTIJEN 20 DUUR 22 SLUITEN VAN REALISAT1ECONVENANTEN 22 STUURGROEP 23 INFORMATIE-UITWISSELING 24 RAPPORTERING 25 WIJZIGINGEN 25 TOETREDING 25 OVERDRACHT 25 UITTREDiNG 26 OVERMACHT 26 ONTBINDiNG 27 VERZOENINGSCOMMISSIE 27 SPLITSBAARHEID 28 KENNISGEVINGEN 28 VERTROUWELIJKHEID 29

4 ARTIKEL 25. ARTIKEL 26. GEHELE OVEREENKOMST.30 TOEPASSELIJK RECHT EN GESCHILLENBESLECHTING 30

5 BROWNFIELDCONVENANT betreffende het Brownfieldproject Project Eiland TUSSEN DE HLERNA VERMELDE PARTIJEN: 1 / de Vlaamse Regering, hier vertegenwoordigd door - Kris Peeters, minister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, met kabinet te 1000 Brussel, Martelaarsplein 19, - Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, met kabinet te 1210 Brussel, Koning Albert 11-laan 19, - Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, met kabinet te 1000 Brussel, Koning Albert IT-laan 20 bus 1; - Joke Schauvliege, Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, met kabinet te 1000 Brussel, Koolstraat 35, bus 5. D EN: 2) de Stad Gent, waarvoor optreedt het College van burgemeester en schepenen, met zetel te 9000 Gent, Botermarkt 1, hier vertegenwoordigd door Daniel Termont, burgemeester en Paul Teerlinck, secretaris; hierna Stad Gent genoemd; 3) AG Stadsontwikkelingsbedrijf Gent, met maatschappelijke zetel te Sint- Jacobsnieuwstraat 17, 9000 Gent, ingeschreven in het K.B.O. Register der Ondernemingen onder het nummer , hier vertegenwoordigd door Karin Temmerman, Voorzitter, en Didier Nachtergaele, Bestuurder, hierna AG SOB Gent genoemd; 4) Provincie Oost-Vlaanderen, waarvoor optreedt de Deputatie, gevestigd te 9000 Gent, Gouvernementstraat 1, hier vertegenwoordigd door de heer ~ ~ hoedanigheid van ~ gcu~ erneur en de heer Albert De Smet, in hoedanigheid van provinciegriffier, hierna Provincie Oost-Vlaanderen genoemd; 5) Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij Oost-Vlaanderen, met zetel te Seminariestraat 2, 9000 Gent, hier vertegenwoordigd door de heer Marc De Buck in hoedanigheid van voorzitter en de de heer Johan Declerck in hoedanigheid van leidinggevend ambtenaar, hierna POM Oost-Vlaanderen genoemd; 4

6 6) Waterwegen en Zeekanaal NV, naamloze vennootschap van publiek recht, met maatschappelijke zetel te 2830 Willebroek, aan Oostdijk, 110, waarvoor hier optreedt de territoriale afdeling Bovenschelde, Nederkouter 28 te 9000 Gent, ingeschreven in het rechtspersonenregister van Mechelen onder het ondernemingsnummer en BTW plichtig onder het nummer BE , hier vertegenwoordigd door de heer Albert Absillis, voorzitter van de Raad van Bestuur, en de heer Leo Clinckers, gedelegeerd bestuurder, hierbij gemachtigd door de Raad van Bestuur, hierna W&Z genoemd; hierna W&Z genoemd; 7) Alinso nv, met maatschappelijke zetel te Nederzwijnaarde 2 te 9052 Zwijnaarde, ingeschreven bij de Kruispuntbank der Ondernemingen met ondernemingsnummer , hier vertegenwoordigd door de heer Ivan Lokere in hoedanigheid van gedelegeerd bestuurder, hierna Alinso genoemd; 8) Fasiver cvba, met maatschappelijke zetel te Haven 1025-Scheldedijk 30 te 2070 Zwijndrecht, ingeschreven bij de Kruispuntbank der Ondernemingen met ondernemingsnummer ~.727, hier vertegenwoordigd door de heer Johan Maes in hoedanigheid van Afgevaardigd Bestuurder, hierna Fasiver genoemd; 9) nv Eiland Zwijnaarde, met maatschappelijke zetel te Sint-Jacobsnieuwstraat 17 te 9000 Gent, ingeschreven bij de Kruispuntbank der Ondernemingen met ondernemingsnummer , hier vertegenwoordigd door de heer Mathias De Clercq, schepen in hoedanigheid van voorzitter van de Raad van Bestuur, hierna Eiland Zwijnaarde genoemd; De Stad Gent, het AG SOB Gent, de provincie Oost-Vlaanderen, de POM Oost-Vlaanderen, W&Z, Alinso, Fasiver en Eiland Zwijnaarde worden hierna gezamenlijk tevens Actoren genoemd, of elk afzonderlijk een Actor ; EN: 10/ de Stad Gent, waarvoor optreedt het College van burgemeester en schepenen, met zetel te 9000 Gent, Botermarkt 1, hier vertegenwoordigd door Daniel Termont, burgemeester en Paul Teerlinck, secretaris; 6/37

7 Hierna Stad Gent genoemd; 11/ de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij, met zetel te Stationsstraat 110 te 2800 Mechelen, ingeschreven bij de Kruispuntbank der Ondernemingen met ondernemingsnummer , hier vertegenwoordigd door Henny De Baets in hoedanigheid van administrateur-generaal, Hierna OVAM genoemd; 12/ het Agentschap Ruimte en Erfgoed, met zetel te Koning Albert 11 Laan 19 bus 3, 1210 Brussel, hier vertegenwoordigd door Administrateur-generaal Gilbert Kolacny D Hierna Agentschap Ruimte en Erfgoed genoemd; 13/ het Agentschap Wegen en Verkeer, met zetel te 1000 Brussel, Koning Albert 11-laan 20 bus 4, hier vertegenwoordigd door ir. Tom Roelants, waarnemend administrateur-generaal. Hierna AWV genoemd; 14/ het Agentschap Ondernemen, met zetel te 1030 Brussel, Koning Albert 11-laan 35 bus 12, hier vertegenwoordigd door Bernard De Potter, administrateur-generaal. Hierna Agentschap Ondernernen~ genoemd; De Stad Gent, OVAM, Agentschap Ruimte en Erfgoed, AWZ en Agentschap Ondernemen worden hierna gezamenlijk tevens Regisseurs genoemd, of elk afzonderlijk een Regisseur ; ) De Vlaamse Regering, de Actoren, en de Regisseurs worden hierna gezamenlijk tevens de Partijen genoemd, of elk afzonderlijk een Partij. 7/37

8 OVERWEGENDE DAT: (A) Het Vlaams Parlement op 30 maart 2007 het Decreet betreffende de brownfieldconvenanten (hierna het Decreet ) goedgekeurd heeft. Dit Decreet trad op 19 juni 2007 in werking. Met dit Decreet wordt een kader gecreëerd voor het afsluiten van brownfieldconvenanten tussen de Vlaamse Regering en de actoren en regisseurs bij een brownfieldproj ect. Het Decreet beoogt een faciliterend kader aan te reiken voor de duurzame herontwikkeling van een geheel van verwaarloosde of onderbenutte gronden die zodanig zijn aangetast, dat zij kennelijk slechts gebruik of opnieuw gebruikt kunnen worden door middel van structurele maatregelen (de zgn. brownfields) Het Decreet voorziet als instrument voor de herontwikkeling van voormelde brownfields het sluiten van browrffieldconvenanten. Deze brownfieldconvenanten moeten mogelijk maken dat tussen alle betrokken administraties, instanties en personen klare en duidelijke werkafspraken worden gemaakt zodanig dat bij de aanvang van het project meteen duidelijkheid bestaat over bepaalde tij dsgebonden en procedurele vereisten en verwachtingen. (B) Op 6 augustus 2007 publiceerde de Vlaamse minister van Begroting en Financiën en Ruimtelijke Ordening in het Belgisch Staatsblad een oproep voor het indienen van aanvragen tot onderhandelingen omtrent de totstandkoming van een brownfieldconvenant (zoals voorzien in artikel 8 1 van het Decreet). (C) De Actoren hebben vervolgens dergelijke aanvraag ingediend voor het project Eiland Zwijnaarde. (D) Op 10 juli 2008 werd de aanvraag voor het bovenvermelde project als gegrond en ontvankelijk bevonden, eveneens als 41 andere brownfieldprojecten (te samen gaat het over meer dan 500 ha te herontwikkelen gronden). (E) (F) (G) Bij beslissing van 18 juli 2008 besliste de Vlaamse Regering om onderhandelingen op te starten met de betrokken actoren in de 42 brownfield-dossiers. Gezien de complexiteit van een brownfieldproject en het lange tij dpad dat voor de realisatie van het brownfieldconvenant noodzakelijk lijkt alvorens sprake is van een fmale afwerking van een dergelijk project, is het wenselijk een convenant af te sluiten tussen de Partijen dat het algemeen kader voor de samenwerking zou schetsen in afwachting van het sluiten van specifieke realisatieconvenanten tussen de verschillende partij en. Het voorwerp en het doel van dit brownfieldconvenant bestaat er dan ook in om de krijtlijnen van het Brownfieldproject vast te leggen alsmede de algemene verbintenissen van alle Partijen die ertoe moeten leiden dat het Brownfieldproject onder de meest optimale omstandigheden en met respect voor eenieders bevoegdheid kan gerealiseerd worden. (H) Het convenant moet ook voorzien in een vaste overlegstructuur en in overkoepelende ~ afspraken tussen de verschillende Partijen met het oog op het creëren van een doorgedreven samenwerking en een optimale synergie. Op basis van deze samenwerking zullen juridisch- 8/37

9 administratieve en fmanciële faciliteiten worden aangereikt die de werkbaarheid, de organiseerbaarheid en de flexibiliteit van het project ten goede zal komen. (1) Het Brownfleldconvenant moet tevens voorzien op welke wijze elke andere aangelegenheid die niet het voorwerp uitmaakt van deze raamovereenkomst zal behandeld worden. (J) De verdere uitwerking van de samenwerkingsmodaliteiten tussen alle Partijen en van de mogelijke faciliteiten die voorzien zijn in het Decreet zal worden opgenomen in realisatieconvenanten die de verschillende Partijen op grond van dit convenant later kunnen sluiten, met inachtname van de beginselen opgenomen in dit convenant.

10 EN WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT: Artikel 1. Defmities 1.1. In het kader van dit Convenant (zoals hierna gedefmieerd) en voor de uitvoering ervan zullen de hierna vermelde begrippen en bewoordingen als volgt worden gedefmieerd en begrepen: Aanvraagformulier: Het aanvraagformulier zoals bedoeld in artikel 8 1 van het Decreet dat de Actoren hebben ingediend voor het Brownfieldproj eet, alsmede alle daarin opgenomen documenten en de documenten waarnaar daarin verwezen worden en dat is opgenomen als bijlage 1 aan dit Convenant. Bodemdecreet: Brownfield: Decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming, zoals nadien gewijzigd. Het geheel van verwaarloosde of onderbenutte gronden die zodanig zijn aangetast dat zij kennelijk slechts gebruilct of opnieuw gebruikt kunnen worden door middel van structurele maatregelen. Brownfieldproj eet: Het omschreven geheel van structurele maatregelen die Partijen in het kader van voorliggend Convenant alsmede enige of meerdere Realisatieconvenant(en) overeenkomen. Convenant: Voorliggend convenant met inbegrip van de bij lagen. Decreet: Het decreet betreffende de brownfieldconvenanten dat op 30 maart 2007 werd goedgekeurd door het Vlaams Parlement en op 19juni 2007 in werking trad. J Ernstige Tekortkoming: Elke tekortkoming van een Partij die de verdere realisatie van het Brownfieldproj eet onder normale omstandigheden volledig onmogelijk maakt. Mobiliteitsconvenant Convenant zoals beschreven in het decreet van 20 april 2001 betreffende de mobiliteitsconvenants: modulair opgebouwde overeenkomst die inspeelt op de steeds veranderende mobiliteitsproblematiek en die bestaat uit een moederconvenant en één of meer modules. Realisatieconvenant: Convenant dat tussen één of meer Partijen gesloten wordt ter verdere verfijning en 1 of uitwerking van voorliggend Convenant met het oog op de realisatie van het Brownfieldproj eet. /~

11 Stuurgroep: Verzoeningscommissie: Een of meerdere vertegenwoordigers die aangeduid worden door de Actoren, Regisseurs en de Vlaamse Regering met het oog op het uitvoeren van de taken omschreven in het Convenant en in de Realisatieconvenanten. Personen aangeduid door Stuurgroep die een oplossing moeten trachten uitwerken voor het probleem dat hen door de Stuurgroep wordt voorgelegd. D

12 1.2 In dit Convenant, en behoudens wanneer de context anders vereist: (a) (b) (c) zullen met verwijzingen naar personen zowel natuurlijke personen als publieke en/of private rechtspersonen, vennootschappen en ondernemingen bedoeld worden en zullen alle verwijzingen naar personen ook hun rechtsopvolgers en rechtsverkrij genden omvatten; zullen woorden in het enkelvoud verwijzen naar de betekenis van die woorden in het meervoud en omgekeerd; zullen de titels en ondertitels in dit Convenant niet als een onderdeel ervan worden beschouwd, noch in aanmerking worden genomen bij de interpretatie ervan; (d) zullen alle verwijzingen naar artikels en bijlagen worden geïnterpreteerd als verwijzingen naar artikels van en bij lagen aan dit Convenant; (e) (f) (g) (h) omvatten alle verwijzingen naar documenten alle amendementen en wijzigingen ervan, evenals alle aanvullingen ervan; omvatten alle verwijzingen naar de wetgeving alle wijzigingen en amendementen van die wetgeving; zullen alle verwijzingen naar dit Convenant verwijzen naar dit document inclusief eender welke bijlage ervan; en zal eender welke verwijzing naar onder meer, inclusief of in het bijzonder in geen geval een beperkend karakter hebben en absoluut geen afbreuk doen aan het algemeen karakter van andere verwoordingen In de mate waarin er enige tegenstrijdigheid zou bestaan tussen het Convenant en één of meerdere Realisatieconvenanten zal het Convenant voorrang hebben. In de mate waarin de bepalingen van meerdere Realisatieconvenanten tegenstrijdig zouden zijn zullen de bepalingen van het eerdere Realisatieconvenant primeren op de bepalingen van het latere Realisatieconvenant. Artikel 2. Omschrijving van het Brownfieldproject 2.1. De Actoren willen de in artikel 3 vermelde percelen, zo spoedig als mogelijk verder ontwikkelen en realiseren. De ontwikkeling en realisatie van de percelen beoogt de volgende doelstellingen: ~ het herbestemmen van de brownfield op een belangrijke strategische zichtlocatie op Vlaams niveau een integrale gebiedsontwikkeling van het bedrijventerrein ~ het creëren van een direct uitgeefbaar aanbod bedrijfspercelen voor logistiek, watergebonden logistiek en kennisbedrijvigheid

13 opbouw van een ijzeren voorraad aan bedrijfspercelen voor het grootstedeljk gebied Gent creëren van bijkomende tewerkstelling voor de Gentse regio bevorderen van het gebruik van de binnenvaart als transportmodus duidelijke profilering van het bedrijventerrein aan de poort van Gent en profilering van Vlaanderen als centrum voor logistiek en kennisbedrijvigheid wegwerken van de missing link R4 die grotendeels over de projectsite zal lopen uitbouw van een volwaardige groenas van ca. 11 hectare als onderdeel van een ruimere groenstructuur voor de Gentse regio het realiseren van nieuwe fietsverbindingen en het versterken van de link tussen Gent en Merelbeke het stimuleren van het gebruik van openbaar vervoer voor woon-werk verkeer Enkele belangrijke acties die deel uitmaken van de in 2.1. vermelde doelstellingen zijn: Het samenbrengen van diverse gronden gelegen binnen de Brownfield en de overdracht ervan tussen de verschillende Actoren, ) Het saneren en bouwrijp makenen van de Brownfield Het realiseren van publieke infrastructuren op en rond de Brownfield (onder meer de aansluiting van het bedrijventerrein op de R4 Zuid en de vervanging van het E40- bruggenhoofd over de Tij arm) Het aanleggen van een zichtheuvel Het aanleggen van een bedrijventerrein Het vermarkten van de bouwrijp gemaakte Brownfield 2.3. De Brownfield is in te delen in 3 grote delen: zuid, noord en zichtheuvel. Deze kennen allemaal een andere grondsituatie. De E40 vormt de grens tussen het noordelijke en zuidelijke gedeelte. De zichtheuvel bevindt zich aan de zuidkant van het zuidelijke gedeelte. Het zuidelijke deel van de Brownfield Zuid, is in eigendom vaü Fasiver, en bestaat onder andere uit de gesaneerde viscosebekkens. Deze is voorzien van een bentonietwand tot op de kleilaag en is afgedekt met een folie. Op deze gesaneerde blackpoint kan niet industrieel gebouwd worden. Hier wordt een zichtheuvel voorzien die als baken het bedrijventerrein markeert in een ruime omgeving en kan dienst doen als aantrekpiaats voor recreatief fiets- en wandeltoerisme. OVAM heeft zich akkoord verklaard dat voor de opbouw van de zichtheuvel baggerspecie (ruirningsspecie) wordt aangewend die voldoet aan de normering van bouwstof zoals vermeld in bijlage A en bijlage B van VLAREA De grondwatersanering van de omliggende terreinen is opgestart in november 2007 met een vermoedelijke duur van 5 jaar. - De zuidelijke terreinen exclusief voormelde gesaneerde viscosebekkens zijn een depome voor baggerspecie. De volledige afwerking (ophoging) van deze deponie is voorzien in Voor de Brownfield Noord is een ophoging nodig van de bestaande terreinen met ongeveer 2 meter. Deze ophoging brengt het terrein op de juiste hoogte om het inrichtingsplan te kunnen realiseren, en om de R4 te kunnen aanleggen. Voor deze ophoging werd een studie ontvangende bodem uitgevoerd.,1

14 Door W&Z werd begin 2009 een vergunning aangevraagd voor de ophoging van de Brownfield Noord. Deze vergunningsaanvraag werd geweigerd o.a. omwille van het ontbreken van een project MER. Anno 2009 is de project-mer lopende; afronding van de project-mer-procedure is voorzien in Het is de ambitie van W&Z om aansluitend zo snel mogelijk werk te maken van een nieuwe vergunningsaanvraag zodat ten laatste in 2011 gestart kan worden met de ophogingswerken Voor de Brown±ield werd eerst een masterplan opgemaakt. Eind 2005 werd de nabestemming van de Brownfield vastgelegd in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening Grootstedelijk Gebied Gent als regionaal bedrijventerrein met veel aandacht voor natuur en groen Ter verdere concretisering van dit masterplan werd een inrichtingsplan opgemaakt en goedgekeurd door de Partijen in juni In dit inrichtingsplan is ondermeer een groenzone ( natuurlijke oeverstrook aan de tijarm ) van ca. 11 hectare voorzien. Omdat de site aan de toegangspoort van Gent ligt is ook gekozen voor hoge kwaliteit doorheen alle aspecten van het inrichtingsplan De feitelijke ontwikkeling van het bedrijventerrein moet zo snel mogelijk in gang gezet worden zodat de eerste bedrijven er in het najaar van 2014 kunnen openen. Partijen verklaren dat het project van het Agentschap Wegen en Verkeer Oost-Vlaanderen voor de sluiting van de R4-zuid hierbij cruciaal is omdat het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan niet toelaat dat voor de bouw van bedrijven / kantoren een vergunning wordt afgeleverd zolang er geen rechtstreekse aansluiting op de R4 gerealiseerd is en omdat het bedrijventerrein zich langs deze grootstedelijke ringweg positioneert en er zijn hoofdtoegang heeft Het in artikel 2.5 vermelde inrichtingsplan is eveneens een verduidelijkende en situerende inrichtingstudie die volgens het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening Grootstedelijk Gebied Gent nodig zal zijn voor de stedenbouwkundige vergunningen, zowel voor de infrastructuren en de globale terreinaanleg als voor de individuele aanvragen van bedrijven. Het inrichtingsplan bevat volgende onderdelen: Een ontwikkelingsperspectief voor het bedrijventerrein o Het profiel: een slim logistiek park o De hoofdelementen van de terreininrichting o De gekozen fasering voor ontwikkeling en uitgifte Het eigenlijke inrichtingsplan, met detailuitspraken over: o Het bedrijventerrein en de groenassen o De infrastructuur, parkeren, mobiliteitsonderzoek en multimodale ontsluiting o Het systeem voor hemelwater, afvalwater en nutsleidingen o Een deelplan ecologie: de oeverstrook aan de Tij ann, de landschapsheuvel en het plateau o Een deelplan beeldkwaliteit o Een deelplan landschappelijke inpassing o Een deelpian ruimtelijke veiligheidsaspecten o Een deelpian rond de ruimtelijke aspecten van het parkmanagement o De balans van het grondverzet op de site De aanpak van het uitgiftebeleid De fasering in de inrichtingsacties Een watertoets 14/37

15 Artikel 3. Omschrijving van de Brownfield en het eigendomsstatuut op de betrokken gronden dan wel andere zakelijke en/of persoonlijke rechten die erop gelden De Brownfield omvat de percelen zoals alle aangeduid op het plan aangehecht als bijlage 2 en opgenomen in het als bijlage 5 opgenomen overzicht. Bij deze terreinen zijn volgende opmerkingen te maken: De gronden van de provincie Oost-Vlaanderen zullen overgedragen worden aan haar ontwikkelingsbedrij f POM. De gronden in onderveelde eigendom tussen AG SOB en Provincie Oost-Vlaanderen worden/werden aangekocht van Fasiver in 4 fasen. De 4de en laatste fase is momenteel voorzien in De gronden met de nummers 35a, 35b, 40 en 41 (zie bijlage 2) zijn momenteel dus nog eigendom van Fasiver, maar in de basisverkoopovereenkomst tussen deze partijen is de globale overdracht van de gronden reeds overeengekomen. De gronden met de nummers ib, 2h, 3, A2, 4a, 9h en lob (zie bijlage 2) zijn onteigend en ondertussen volledig in eigendom van Waterwegen en Zeekanaal NV. Een klein stukje in het zuidelijk deel van de projectzone (grond met het nummer T ) wordt momenteel onteigend door de POM Oost-Vlaanderen. De gronden grenzend aan de zuidkant van de percelen 26 en 28 blijven voorlopig in eigendom van Fasiver. Dit is de gesaneerde blackpoint (met de geïmmobiliseerde en geïsoleerde viscosebekkens), en waarop in de toekomst de realisatie van een zichtheuvel gepland wordt. Onder partijen is op 28/10/2009 een grondruil goedgekeurd in de stuurgroep Eiland Zwijnaarde tussen de gronden van AG SOB (nrs. 21, 22a, 22b, 23 en C,) en Aiinso (nrs. 6, 7, 8, ii, 12, 14, 17, 19, Bi, B2, Een G) in Noord en de gronden van W&Z (nrs. 36, 37, 38, 39, J, K1 en L) in Zuid. Het is op heden wachten op een formele goedkeuring van deze grondruil door de voogdijminister van W&Z. Ondertussen zijn gesprekken lopende over de wijze en het tijdstip waarop deze gronden effectief geruild zullen worden. In concreto komt het er op neer dat W&Z na grondruil het volledige noorden in eigendom zal hebben; de overige grondeigenaars het volledige zuiden. De POM Oost-Vlaanderen, AG SOB en Alinso nv hebben op 28/10/2009 de Eiland Zwijnaarde opgericht, waarin mogelijks een aantal van de gronden zullen ingebracht worden. Tussen Eiland Zwijnaarde en W&Z zijn contractuele afspraken in opmaak (samenwerkingsovereenkomst) over de ontwikkeling en exploitatie van Noord versus Zuid. Tussen W&Z en AWV dient nog een globale grondruil doorgevoerd te worden (globale grondruil van restgronden in gans Vlaanderen) vooraleer de ruil tussen W&Z, AG SOB Gent en Alinso uitgevoerd kan worden. Artikel 4. Aard van de overeenkomst Dit Convenant alsmede elk in uitvoering of ter aanvulling daarvan gesloten Realisatieconvenant is een overeenkomst naar burgerlijk recht. Tenzij uitdrukkelijk anders aangegeven zijn de verbintenissen opgenomen in dit Convenant alsmede in de te sluiten Realisatieconvenanten te beschouwen als inspanningsverbintenissen.

16 Artikel 5. Basisverbintenissen inzake samenwerking 5.1. Gezien de aard van het te realiseren Brownfieldproject, verbinden Partijen zich ertoe voor de duur van het Convenant samen te werken aan de succesvolle uitvoering van het Convenant alsmede van het Realisatieconvenant, en dit onder meer op basis van de volgende principes: (a) snelheid en doeltreffendheid van de wederzijdse communicatie en infonnatieverstrekldng; (b) regelmatige evaluatie van de uitvoering van het Convenant; (c) actieve en constructieve deelname aan de besprekingen en evaluaties; (d) maximale benutting van de eigen mogelijkheden en bevoegdheden; (e) toepassing van de beste professionele nonnen en naleving van de regels van de kunst; (f) vaste wil om de realisatie van het Brownfieldproject tot een goed einde te brengen; (g) wederzijds respect tussen alle Partijen omtrent de aard van de respectieveljke bevoegdheden en de wijze waarop daarvan gebruik wordt gemaakt; en, (h) goede trouw Onverminderd de in dit Convenant aan elke Partij toegewezen bijzondere taken, nemen de Partijen ook een verplichting tot samenwerking op ten aanzien van derden die rechtstreeks of onrechtstreeks een impact hebben op de uitvoering van dit Convenant waaronder begrepen doch niet limitatief opgesomd: aannemers, lokale stakeholders, belangengroeperingen, belastingadministraties op federaal, regionaal en lokaal niveau. In het algemeen is de samenwerking tussen alle Partijen erop gericht om een zo groot mogelijk draagvlak te creëren voor het Brownfieldproject. Artikel 6. Verbintenissen van de Actoren 6.1. De Actoren verbinden er zich toe om het Brownfieldproj eet zoals omschreven in artikel 2, op de terreinen venneld in artikel 3, te realiseren op basis van de principes zoals omschreven in artikel 5 van dit Convenant. De Actoren verbinden zich ertoe het Brownfieldproj eet zo goed mogelijk af te stemmen op het beleid met betrekking tot het Brownfieldproj eet vertolkt door de Regisseurs en de Vlaamse Regering. Zij zullen steeds alle inspanningen leveren om een hoge kwaliteit te verzekeren van de herontwilckelingsactiviteiten en om de vooropgestelde timing in acht nemen De Actoren verbinden er zich toe om te kunnen beschikken over de fmanciële middelen die noodzakelijk zijn voor de nakoming van hun verbintenissen met het oog op de realisatie van het Brownfieldproj eet. De Actoren zullen deze fmanciële middelen optimaal op elkaar afstemmen en op de meest doeltreffende wijze inzetten De Actoren verbinden zich ertoe het Brown±ieldproject te realiseren binnen de daartoe overeen te komen termijn in één of meerdere Realisatieconvenanten. 16/37

17 6.4. Indien zou blijken dat de door de Actoren opgenomen verbintenissen niet of niet onder de voorziene omstandigheden kunnen gerealiseerd worden, zullen ze de andere Partijen daarvan inlichten met opgave van de redenen. De Actoren zullen in voorkomend geval eveneens een voorstel formuleren tot aanpak en oplossing van het gestelde probleem De in dit artikel vermelde verbintenissen kunnen verder geconcretiseerd en verfijnd worden in Realisatieconvenanten die afgesloten worden tussen sommige dan wel alle Partij en De verbintenissen van de Actoren jegens OVAM voor de uitvoering van de verplichtingen in kader van het Bodemdecreet aangegaan voorafgaandelijk aan het afsluiten van huidig Convenant, blij ven onverkort van toepassing, niettegenstaande enige bepaling in huidig Convenant De Actoren verbinden zich ertoe om, indien nodig, met de Vlaamse Regering en de Regisseurs de modules van het Mobiliteitsconvenant af te sluiten. Artikel 7. Verbintenissen van de Regisseurs 7.1. De Regisseurs verbinden er zich toe om, naar best vermogen en rekening houdend met hun karakter als openbare overheden, een algemene faciliterende rol te spelen bij de uitvoering van het Brownfieldproject en het te ondersteunen, te begeleiden en aan te sturen De Regisseurs verbinden zich ertoe de nodige inspanningen te leveren om de uitwerking en de uitvoering van het overeen te komen Brownfieldproject mogelijk te maken De Regisseurs verbinden zich ertoe elk hun eigen beleid zo veel als mogelijk te proberen afstemmen op het Brown±ieldproject Elke Regisseur zal, elk wat hem betreft, het behandelen van aanvragen door de Actoren voor wettelijk vereiste goedkeuringen, vergunningen, machtigingen, subsidieaanvragen, fiscale vrij stellingen of verminderingen en enige andere toelating, vergunning of wettelijk of reglementair vereiste maatregel zoveel als mogelijk optimaliseren en benaarstigen. Elke Regisseur zal aan de betreffende aanvragen de nodige aandacht verlenen en regelmatig met de Actoren communiceren over de stand van zaken en zijn positie over de aanvraag. In het kader van een Realisatieconvenant kunnen de Regisseurs de verbintenissen die zij daartoe opnemen verder verfijnen en desgewenst ook bepalen dat het daarbij om resultaatsverbintenissen zal gaan. De Regisseurs zullen bij de uitoefening van hun respectievelijke bevoegdheid niet van een wettelijk of reglementair vastgelegde regel met betrekking tot het verlenen van enige goedkeuring, vergunning, machtiging en subsidieaanvraag afwijken, behalve met betrekking tot de procedureregels van de decreten die limitatief staan opgesomd in artikel 13 van het Decreet en die daarenboven expliciet worden opgenomen in een Realisatieconvenant waarin de Partijen eveneens partij zijn. Tevens erkennen Partijen dat de in artikel 13, 2 van het Decreet vermelde afwijkingen slechts gelden voor zover en in de mate waarin het Vlaams Parlement het besluit van de Vlaamse Regering dat aan haar wordt voorgelegd met het oog op de instemming van deze afwijking, heeft goedgekeurd.

18 7.5. De Vlaamse Regering en de Regisseurs zullen met betrekking tot de voor het Brownlïeldproject nodige nieuwe ruimtelijke structuur- of uitvoeringsplannen of wijzigingen aan bestaande ruimtelijke structuur- of uitvoeringsplannen waarvoor zij bevoegd zijn, de daartoe geëigende procedure aanvatten na de vaststelling van de nood aan een dergelijke wijziging in een door Partijen ondertekend Realisatieconvenant. De Regisseur zal regelmatig communiceren aan de Partijen over de stand van zaken en de voortgang in het dossier Waar zich voor de realisatie van het Brownfieldproj eet een noodzaak tot deelname van of uitoefening van een bevoegdheid in hoofde van enige andere Regisseur en/of overheid dan wel publieke of private rechtspersoon voordoet, zal de Regisseur met bekwame spoed daartoe de vereiste initiatieven en maatregelen nemen en deze meedelen aan de andere betrokken Partijen Waar zich voor de realisatie van het Brownfieldproject een noodzaak tot onteigening stelt, verbindt de bevoegde Regisseur zich ertoe de nodige inspanningen te leveren om de onteigening te realiseren. Evenwel zal de bevoegde Regisseur voorafgaandelijk alle inspanningen leveren om de betrokken onroerende goederen via minnelijke weg zelf te verwerven dan wel ervoor te zorgen dat de Actoren deze onroerende goederen kunnen verwerven Wanneer één of meerdere gronden die deel uitmaken van het Brownfield blijken verontreinigd te zijn, zullen de Partijen hun kennis en eventuele documenten die zij daaromtrent hebben over de Browiifield overmaken aan OVAM OVAM zal de documenten die aan haar door enige Partij overgemaakt worden in het kader van dit Convenant dan wel in het kader van een Realisatieconvenant met bekwame spoed beoordelen; dit alles voor zover de documenten voldoen aan alle decretale en reglementaire voorwaarden die terzake gelden In de mate waarin voor één of meerdere gronden die het voorwerp uitmaken van het Brownfieldproj eet reeds een beslissing tot ambtshalve sanering genomen is, verbindt OVAM zich ertoe om de uitvoering daarvan binnen het Brownfieldproj eet te optimaliseren. Dit doet uiteraard geen afbreuk aan haar bevoegdheid tot recuperatie van de kosten ten laste van wie het behoort OVAM verbindt zich ertoe om op eenvoudig verzoek van de Actoren in het kader van de overdracht van grond zoals bedoeld in artikel 2, 18 van het Bodemdecreet met het oog op de realisatie van het Brownfieldproj eet vrijstelling te verlenen van de verplichting tot het stellen van financiële zekerheden tot waarborg van de uitvoering van verbintenissen tot sanering Deze vrij stelling doet geen afbreuk aan het feit dat voldoende waarborgen moeten geboden worden voor de goede uitvoering van de verbintenissen door de Actoren die zich tot de bodemsanering engageren. In het kader van een afzonderlijk Realisatieconvenant zullen de afspraken, uitgaande van de principes zoals omschreven in de nota van OVAM dd. 9 maart 2009 Financiële zekerheden in kader van bodemsanering en brownfieldconvenanten zoals opgenomen als bijlage 3 aan het Convenant, worden vastgelegd die terzake worden overeengekomen tussen Regisseur 2 en de betrokken Actoren De desgevallend toegekende vrijstelling tot het stellen van de fmanciële zekerheid naar aanleiding van een overdracht van grond zoals bedoeld in artikel 2, 18 van het Bodemdecreet vervalt wanneer de Actoren uit het Convenant treden, wanne~r het Convenant ontbonden wordt of in geval van overmacht zoals bedoeld in artikel 19 van dit Convenant. 18/37

19 7.14. Onverminderd de andere verbintenissen in dit Convenant, verklaart het Agentschap Ondernemen dat voor wat de aanleg van de subsidiabele werken op het bedrijventerrein betreft, voor zover voldaan wordt aan de voorwaarden van subsidiëring zoals voorzien in de op het ogenblik van de aanvraag toepasseujke reglementering, minstens het bedrag -van de subsidie zal toegekend worden zoals berekend op basis van het besluit van de Vlaamse regering van 16 mei 2007 houdende subsidiëring van bedrijventerreinen waarbij de subsidiëring van de zichtheuvel als een uitzonderlijke en hoge subsidiabele kost te beschouwen is en bij gevolg ten belope van 70% daarvan kan gesubsidieerd worden De Regisseurs verbinden er zich toe om met betrekking tot het Brownfieldproject geen regels of richtlijnen uit te vaardigen die strengere eisen omvatten dan de voorwaarden die zijn opgenomen in dit Convenant of in de Realisatieconvenanten behoudens het geval van een dringende noodzaak of ingegeven door dwingende verplichtingen van internationaal- of Europeesrechtelijke aard. In voorkomend geval zullen de Regisseurs aangeven om welke reden precies strengere eisen werden uitgevaardigd De in dit artikel vermelde verbintenissen kunnen verder geconcretiseerd en verfijnd worden in Realisatieconvenanten die afgesloten worden tussen sommige dan wel alle Partijen De Regisseurs verbinden zich ertoe om, indien nodig, met de Vlaamse Regering en de Actoren de modules van het Mobiliteitsconvenant af te sluiten. Artikel 8. Verbintenissen van de Vlaamse Regering 8.1. Onverminderd de bevoegdheden waarover ze beschikt in het kader van het Decreet verbindt de Vlaamse Regering er zich toe om, naar best vermogen en rekening houdend met haar karakter als openbare overheid, een algemene faciliterende rol te spelen bij de uitvoering van het Brownfieldproject -en het te ondersteunen, te begelçiden en aan te sturen De Vlaamse Regering zal, in de aangelegenheden waar zij bevoegd is, het behandelen van aanvragen door de Actoren voor wettelijk vereiste goedkeuringen, vergunningen, machtigingen, subsidieaanvragen, fiscale vrij stellingen of verminderingen en enige andere toelating, vergunning of wettelijk of reglementair vereiste maatregel zoveel als mogelijk optimaliseren en benaarstigen. De Vlaamse Regering zal aan de betreffende aanvragen de nodige aandacht verlenen en regelmatig met de Actoren communiceren over de stand van zaken en haar positie over de aanvraag Indien dit wordt gevraagd door één of meerdere Actoren zal de Vlaamse Regering elke aanvraag die kadert binnen de toepassing van artikel 13 van het Decreet in overweging nemen. De Vlaamse Regering zal de toepassing van deze aanvraag slechts weigéren voor zover daartoe gegronde redenen voorhanden zijn De Vlaamse Regering verbindt zich ertoe, voor zover dit noodzakelijk zal blijken te zijn voor de realisatie van het Browiifieldproj ect en met behoud van haar appreciatiebevoegdheid, de daartoe geëigende procedure(s) op te starten met het oog op de realisatie van het Brownfieldproj ect. Zij zal regelmatig communiceren over de stand van zaken in het dossier aan de Partijen. Zij zal deze verbintenis met bekwame spoed nakomen.

20 8.5. In de mate waarin de Vlaamse Regering over enige bevoegdheid beschikt die dienstig kan zijn voor de realisatie van het Convenant alsmede de uitvoering van een Realisatieconvenant zal zij desgevraagd door één of meerdere van de Actoren en/of Regisseurs, overwegen van deze bevoegdheid gebruik te maken met inachtneniing van onder meer de regels van behoorlijk bestuur De Vlaamse Regering verbindt er zich toe om met betrekking tot het Brownfieldproject geen regels of richtlijnen uit te vaardigen die strengere eisen omvatten dan de voorwaarden die zijn opgenomen in dit Convenant of in de Realisatieconvenanten behoudens het geval van een dringende noodzaak of ingegeven door dwingende verplichtingen van internationaal- of Europeesrechtelijke aard De in dit artikel vermelde verbintenissen kunnen verder geconcretiseerd en verfijnd worden in Realisatieconvenanten die afgesloten worden tussen sommige dan wel alle Partijen De Vlaamse Regering verbindt zich ertoe om, indien nodig, met de Actoren en de Regisseurs de modules van het Mobiiteitsconvenant af te sluiten. Artikel 9. Verbintenissen van de Partijen 9.1. Partijen verbinden er zich toe om op hun kosten alle redelijke inspanningen te leveren om het tussen Partijen overeen te komen Brownfieldproject zoals omschreven in artikel 2, op de terreinen vermeld in artikel 3 te realiseren op basis van de principes zoals omschreven in artikel 5 van dit Convenant. Bij de ondertekening van het Convenant zijn tussen de Partijen de volgende afspraken gemaakt met betrekking tot het nemen van het initiatief voor de volgende acties binnen de daarbij voorgestelde timing: Grondruil W&Z en opmaak beleidsovereenkomst: Grondruil: dit moet gebeuren door grondruilende partijen ni. W&Z, AG SOB en Alinso nv Opmaak van de beleidsovereenkomst: dit moet gebeuren door W&Z en Eiland Zwijnaarde Afwerking van het Proj ect-mer procedure medio 2010 (het initiatief daartoe zal genomen worden door de Stad Gent die conform de wetgeving overheidsopdrachten door de andere grondeigenaars is aangeduid als opdrachtgevend bestuur; hierover werden reeds afspraken vastgelegd in een afzonderlijke overeenkomst die tussen W&Z, POM / Provincie, Stad Gent, AG SOB en Alinso nv werd afgesloten) Uitvoeren detailstudies inrichtingsplan: 2010 (het initiatief daartoe zal genomen worden door de Stad Gent die conform de wetgeving overheidsopdrachten door de andere grondeigenaars is aangeduid als opdrachtgevend bestuur; hierover werden reeds afspraken vastgelegd in een afzonderlijke overeenkomst die tussen W&Z, POM Oost-Vlaanderen, Provincie Oost- Vlaanderen, Stad Gent, AG SOB en Alinso nv werd afgesloten) Start ophoging Noord ten laatste in 2011 (het initiatief daartoe zal genomen worden door W&Z) Ophoging Zuid beëindigd in december 2012 (het initiatief daartoe zal genomen worden door Fasiver) 20/3 r~~

21 Aanleg hoofdinfrastructuur en inrichting natuurlijke oeverstrook tij arm (ontwerpen, vergunningsaanvraag, aanleg,...): (het initiatief daartoe zal genomen worden door Eiland Zwijnaarde en W&Z; hierover moeten nadere afspraken vastgelegd worden in een Realisatieconvenant) Aansluiting R4-Zuid (het initiatief daartoe zal genomen worden door AWV) en opening bedrijventerrein: september 2014 Vervanging E40-bruggenhoofd (het initiatief daartoe zal genomen worden door AWV) Commercialisatie aansluitend, vanaf 2014 (het initiatief daartoe zal genomen worden door Eiland Zwijnaarde en W&Z; hierover moeten nadere afspraken vastgelegd worden in een - samenwerkingsovereenkomst tussen beiden) Aanleg zichtheuvel: (het initiatief daartoe zal genomen worden door Fasiver) Gefaseerde uitgifte: vanaf 2014 (het initiatief daartoe zal genomen worden door Eiland Zwijnaarde en W&Z; hierover moeten nadere afspraken vastgelegd worden in een samenwerkingsovereenkomst tussen beiden) Partijen aanvaarden dat tiniing louter indicatief is waarbij partijen zich er evenwel toe verbinden het redelijke te doen deze zoveel als mogelijk te respecteren. ) Partijen kunnen nadere afspraken maken over de concrete uitvoering van deze maatregelen, de fmanciering daarvan, alsmede enig ander aspect dat Partijen daarover met elkaar wensen te regelen Partijen verbinden zich ertoe de verbintemssen waartoe ze zich elk afzonderlijk verbonden hebben met bekwame spoed en op een professionele manier aan te vatten en verder te zetten Bij elke verbintenis, ongeacht in wiens hoofde ze wordt aangegaan, kan telkens bepaald worden wie de kosten van de desbetreffende verbintenis op zich neemt. In de mate waarin meerderen de kosten daarvan op zich nemen, zal bepaald worden wat het aandeel van elk van de betrokkenen is in deze verbintenis Er zal tevens worden bepaald op welke wijze Partijen zullen handelen indien blijkt dat de fmanciële last van een verbintenis de voorziene prijs daarvan substantieel overschrijdt en voor zover diegene die de financiële last daarvan op zich heeft genomen, daarom uitdrukkelijk verzoekt Indien tijdens de duur van het Convenant een bepaalde verbintenis noodzakelijk blijkt die niet was voorzien tussen Partijen, dan verbinden de Partijen zich ertoe op verzoek van de meest gerede Partij een oplossing te zoeken ten aanzien van de betrokken verbintenis; dit alles met inachtname van de eigenheid van elk van de betrokken Partijen en de lasten die elk van de Partijen reeds op zich heeft genomen of minstens zich ertoe verbonden heeft zulks te doen Indien tijdens de uitvoering van dit Convenant dan wel één of meerdere Realisatieconvenanten blijkt dat een bepaalde verbintenis van een Partij of zelfs een onderdeel daarvan, dermate moeilijkheden oplevert dat de globale uitvoering van het Browniieldproject op één of andere wijze bemoeilijkt wordt, dan zal de Partij aan wie de uitvoering van de verbintenis hoofdzakelijk toekomt de anderen daarover raadplegen en tevens een voorstel formuleren tot aanpak van het probleem. De Partij en verbinden er zich evenwel toe de andere verbintenissen waartoe ze zich verbonden hebben onverminderd uit te voeren.

22 9.7. Partijen kunnen in een Realisatieconvenant desgevallend bepaalde, één of meerdere, natuurlijke of rechtspersonen belasten met een specifiek omschreven opdracht met het oog op de realisatie van het Brownfieldproject. De betrokkene zal zijn mandaat desgevraagd moeten kunnen aantonen Wanneer de realisatie van het Brownfieldproject geheel of gedeeltelijk de aanleg van bedrijventerrein impliceert waarin eveneens nieuw openbaar domein wordt opgenomen, dan verbinden de Partijen er zich toe het bedrijventerrein kwaliteitsvol en duurzaam te ontwikkelen. De voorwaarden inzake inrichting, uitgifte en terreinbeheer zoals opgenomen in de op dat ogenblik geldende subsidieregeling(en) voor de aanleg van bedrijventerreinen - ongeacht of deze subsidies worden aangevraagd voor het voorliggend Convenant - zijn daarbij richtinggevend Wanneer de realisatie van het Brownfieldproject geheel of gedeeltelijk gelegen is langs een waterweg moet het exclusieve van het element water, door de aanwezigheid van de waterweg, in de ontwikkeling van het Brownfieldproject omgezet worden in een duidelijke meerwaarde zowel op ruimtelijk, economisch, landschappelijk of recreatief vlak. Afhankelijk van de opportuniteit en relevantie van het te realiseren Brownfieldproject zullen bij een industriële ontwikkeling de opportuniteiten van de aanwezigheid van de waterweg als vervoersdrager ten volle moeten worden benut, door het bij voorrang voorzien in een watergebonden bestemming voor het gebied. Artikel 10. Duur Dit Convenant wordt gesloten voor de duurtijd nodig voor de realisatie van het Brownfieldproject zoals omschreven in artikel 2, op de terreinen vermeld in artikel 3, binnen de door Partijen af te spreken timing, doch met een initieel maximale duurtijd van 10 jaar. Indien naar aanleiding van de uitvoering van één of meerdere Realisatieconvenanten duidelijk wordt dat de initieel voorziene duur of de maximale duurtijd van 10 jaar niet volstaat voor de realisatie van het Brownfieldproject, verbinden Partijen zich ertoe in onderlinge afspraak alle nodige maatregelen te nemen om de duur van dit Convenant te verlengen met de termijn die nodig blijkt voor de volledige realisatie van het Brownfieldproject Indien blijkt dat Partijen het niet eens zouden worden over de verlenging van dit Convenant, desgevallend over de precieze duur van deze verlenging, zullen Partijen dit geschil voorleggen aan de Stuurgroep Dit artikel geldt mutatis mutandis voor de Realisatieconvenanten met dien verstande dat de duur van één of meerdere Realisatieconvenanten deze van voorliggend Convenant niet kunnen overstij gen. Artikel 11. Sluiten van Realisatieconvenanten Ter uitvoering van voorliggend Convenant kunnen één of meerdere Partijen een Realisatieconvenant sluiten. 22/37 ç~..

23 11.2. Bij de uitwerking van het Realisatieconvenant zullen de betrokken Partijen zich richten naar hetgeen overeengekomen werd in voorliggend Convenant De betrokken Partijen bij het Realisatieconvenant mogen op generlei wijze afbreuk doen aan de rechten en verplichtingen van enige andere Partij die geen Partij is bij het Realisatieconvenant maar wel bij het Convenant In de mate waarin dit Realisatieconvenant van belang is voor alle betrokken Partijen zullen de Partijen bij dit Realisatieconvenant alle Partijen bij het Convenant inlichten over het bestaan en de draagwijdte van dit Realisatieconvenant. Artikel 12. Stuurgroep Met het oog op de realisatie van het Brownfieldproject in onderling overleg en nauwe samenwerking, richten de Actoren, de Regisseurs en de Vlaamse Regering samen een Stuurgroep op waarin zij (i) (ii) (iii) overleg plegen over de realisatie van dit Brownfteldproj ect op basis van het Convenant, waar nodig verdere concrete invulling geven aan het Brownfieldproject; waken over de goede voortgang en realisatie van het Brownfieldproj eet; en (iv) inspelen op wijzigende assumpties, wijzigingen in de behoeften van de Partijen, technologische evoluties etc De Actoren, de Regisseurs en de Vlaamse Regering bepalen ieder voor zich, wie als haar afgevaardigden in de Stuurgroep aanwezig zullen zijn, met dien verstande dat dergelijke afgevaardigden hun Partij op een voldoende wijze moeten kunnen vertegenwoordigen. Elke Partij kan op ieder ogenblik tijdens de duur van dit Convenant één of meerdere van haar afgevaardigden binnen de Stuurgroep, al dan niet tijdelijk, vervangen mits dergelijke vervanging aan de andere Partij wordt meegedeeld. Het Agentschap Ondernemen zal eveneens een vertegenwoordiger hebben in de Stuurgroep Deze Stuurgroep komt voor de eerste maal samen binnen de maand na de ondertekening van dit Convenant Deze Stuurgroep zal een huishoudelijk reglement opmaken dat wordt meegedeeld aan alle Partijen De Stuurgroep is in hoofdzaak bevoegd om punten te behandelen die van gemeenschappelijk belang zijn voor de Partijen. Onder gemeenschappelijk belang worden deze punten verstaan die noodzakelijk en/of nuttig zijn voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het Brownfieldproject of een wezenlijke invloed kunnen hebben op de realisatie van het Brownfieldproj eet. Het kan met name gaan om de instorting van de fmanciële - of de vastgoedmarkt, de weigering door een overheid van een vergunning, toelating, subsidie of enige andere maatregel, opmerkingen met betrekking tot het ontwerp, de constructies, vergunningsproblemen, het afstemmen van de projectuitvoering op het beleid, het algemeen project- en werfverloop, mobiliteitsproblemen,

24 gemeenschappelijk logistieke problemen, alsmede elk ander punt dat door de Partijen op de agenda van de Stuurgroep wordt geplaatst Partijen zullen de samenstelling en de werking van de Stuurgroep bepalen. Beslissingen van de Stuurgroep worden genomen bij consensus In een Realisatieconvenant kunnen andere dan wel bijkomende taken worden toevertrouwd aan de Stuurgroep De Stuurgroep vergadert volgens het ritme vereist voor de tijdige realisatie van het Brownfieldroject en in voorkomend geval, overeenkomstig de frequentie en de modaliteiten vast te stellen in het huishoudelijk reglement. Bovendien hebben zowel de Actoren, de Regisseurs en de Vlaamse Regering uitzonderlijk het recht om de Stuurgroep samen te roepen, voor zover naar rede verantwoord. Het volstaat hiertoe een uitnodiging te sturen aan de andere Partij, waarbij elke vorm van communicatie wordt toegelaten (brief, fax met bevestiging per brief, met bevestiging per brief,...) Van elke vergadering van de Stuurgroep wordt een verslag opgemaakt. Na goedkeuring van dit verslag door de Stuurgroep wordt een afschrift daarvan overgemaakt aan alle Partijen Een afschrift van elk Realisatieconvenant zal onmiddellijk aan de Stuurgroep ter kennisgeving worden overgemaakt De Stuurgroep werkt tevens een communicatiestrategie uit ten einde het Brownfieldproject een voldoende weerklank te geven bij de bevolking, toekomstige gebruikers, (...). Deze strategie zal er eveneens op gericht zijn een zo groot mogelijk draagvlak te creeëren voor de diverse onderdelen van het Brownfieldproject De Stuurgroep zoals die reeds werd opgericht voor het project Eiland Zwijnaarde zal verder blijven functioneren in haar huidige vorm en fungeert in de toekomst als Stuurgroep zoals bedoeld in het Convenant, evenwel tevens handelend conform de bepalingen 12.1 tot en met Artikel 13. Informatie-uitwisseling Partijen verklaren alle nodige en nuttige informatie aan elkaar te zullen overmaken waarover zij redeljkerwijze (kunnen) beschikken of dienen te beschikken teneinde de andere Partij toe te laten te beschikken over alle nuttige en noodzakelijke inlichtingen om het te realiseren Brownfieldproject juist te kunnen inschatten Elke Partij zal op verzoek van een andere Partij alle documenten en infonnatie, waarover zij redeljkerwijze beschikt of redelijkerwijze moet beschikken en die voor één of meerdere Partijen noodzakelijk of nuttig is of zijn voor de verwezenlijking van het Brownfieldproject, onverwijld aan deze laatsten bezorgen Mogelijke geschillen omtrent de uitwisseling van informatie dienen besproken te worden in de Stuurgroep. Ç)i~ 24/37 ~

25 Artikel 14. Rapportermg Partijen verbinden zich ertoe de rapportering, waarvan de precieze modaliteiten zullen worden uitgewerkt in een Realisatieconvenant, zowel ten aanzien van elkaar als ten aanzien van derden nauwgezet en tijdig na te komen. Artikel 15. Wijzigingen Dit Convenant evenals een Realisatieconvenant kan, met uitdrukkelijke toestemming van alle Partijen, gewijzigd worden De aangebrachte wijzigingen worden in een addendum bij het desbetreffend convenant gevoegd De wijzigingen aan een convenant hebben slechts uitwerking na ondertekening van het ) addendum door alle betrokken Partijen. Artikel 16. Toetreding Nieuwe partijen kunnen, voor zover dit noodzakelijk en/of nuttig is voor de realisatie van het Brownfieldproj eet tot het Convenant alsmede een Realisatieconvenant, toetreden mits akkoord van de andere betrokken Partijen Ter gelegenheid van deze toetreding van een nieuwe partij zullen de verbintenissen van deze nieuwe partij duidelijk omschréven worden Partijen zullen hun toestemming over de aanvraag tot toetreding van een nieuwe partij niet onredelijk onthouden Partijen kunnen nadere bepalingen uitwerken omtrent de toetreding van nieuwe partijen tot dit Convenant dan wel een Realisatieconvenant. Artikel 17. Overdracht Een Partij kan haar rechten en/of plichten uit dit Convenant dan wel een Realisatieconvenant overdragen aan een andere partij mits goedkeuring van de andere Partijen Een Partij die zulks wenst te doen zal dit voornemen meedelen aan de andere Partijen. De andere Partijen zullen hun goedkeuring aan deze overdracht maar onthouden mits gegronde motivering. 25/37 ~ j ~

26 17.3. Indien één of meerdere Partijen van oordeel zijn dat deze overdracht een nadelige invloed heeft of zou kunnen hebben op de realisatie van het Brownfleldproject, kunnen zij daartegen bezwaar maken Dit Convenant alsmede het Realisatieconvenant kunnen nadere bepalingen bevatten met betrekicing tot de overdracht van hun rechten of verplichtingen van Partijen. Artikel 18. Uittreding Indien één of meer Partijen beslissen om overeenkomstig artikel 10, 2 van het Decreet uit een convenant te treden, blijft artikel 5 van dit Convenant onverminderd van toepassing Partijen verklaren dat deze mogelijkheid tot uittreding zowel geldt ten aanzien van dit Convenant als ten aanzien van een Realisatieconvenant De uittreding door één of meerdere Partij en uit het Realisatieconvenant betekent niet dat diezelfde Partij en eveneens uit voorliggend Convenant treden. Dit laatste is slechts het geval indien de betrokken Partijen zullcs uitdrukkelijk en schriftelijk te kennen geven aan de Partijen van het Convenant In geval van uittreding uit een convenant door een Partij zullen Partijen bepalen wat er gebeurt met de verbintenissen waartoe de uitgetreden Partij zich had verbonden De Vlaamse Regering erkent eveneens over de mogelijkheid te beschikken om uit te treden uit het Convenant alsmede uit de eventuele Realisatieconvenanten waaraan zij eveneens Partij is. Gezien de uittreding door de Vlaamse Regering impliceert dat het Convenant wordt beëindigd, verbindt de Vlaamse Regering zich ertoe van deze mogelijkheid slechts gebruik te maken in de mate waarin daarvoor zeer ernstige en gegronde motieven voorhanden zijn De Realisatieconvenanten kunnen nadere bepalingen bevatten met betrekking tot de mogelijkheden tot de uittreding van Partijen. In voorkomend geval zal eveneens worden bepaald welke modaliteiten daarbij in acht moeten genomen worden en wat de mogelijke gevolgen daarvan zijn ten aanzien van de Partij die uittreedt alsmede ten aanzien van de nog te realiseren onderdelen van het Brownfieldproject Elk van de Partijen is enkel en alleen gehouden voor zijn eigen tekortkoming aan zijn verplichtingen onder dit Convenant alsmede het (de) Realisatieconvenant(en). De Partijen zijn dan ook niet ondeelbaar noch solidair gehouden voor een tekortkoming van één van de Partijen aan deze verplichtingen. Artikel 19. Overmacht Partijen zijn niet aansprakelijk ten aanzien van elkaar wanneer zij hun verplichtingen krachtens dit Convenant of een Realisatieconvenant niet kunnen nakomen ingevolge overmacht, zijnde een gebeurtenis die onafhankelijk is van de wil van de Partijen, die onmogelijk kon worden 26/3 7

27 voorzien noch verhinderd worden, en die een totale onmogelijkheid van uitvoering van het Brownfieldproject als zodanig of een onderdeel ervan, met zich mee heeft gebracht Als overmacht kan worden beschouwd: oorlogen en vijandelijkheden, embargo s, opstanden en lokale conflicten, natuurrampen of opeising. Onder overmacht wordt in ieder geval niet verstaan: gebrek aan personeel, stakingen, ziekte van personeel, verlate aanlevering of ongeschiktheid van materialen, wanprestatie van ingeschakelde derden en/of liquiditeits- en/of solvabiliteitsproblemen, en in het bijzonder de weigering van een overheid om een vergunning, toelating, subsidie of enige andere maatregel af te leveren met het oog op de realisatie van het Brownfieldproject De Partijen kunnen zich slechts beroepen op overmacht voor zover die omstandigheden of feiten binnen de tien kalenderdagen nadat zij zich hebben voorgedaan ter kennis werden gebracht van de Stuurgroep met een uiteenzetting van de invloed die de feiten hebben of kunnen hebben op het verloop van het Brownfieldproj ect Partijen verbinden er zich toe om in de schoot van de Stuurgroep ook in geval van overmacht te pogen te goeder trouw naar een oplossing te streven waarbij enerzijds zoveel als mogelijk de geest van het Brownfieldproject wordt bewaard en anderzijds evenzeer de belangen van de Partij die de overmacht heeft ingeroepen In het kader van een Realisatieconvenant kunnen nadere bepalingen worden opgenomen met betrekking tot overmacht als zodanig alsmede de gevolgen daarvan zowel ten aanzien van de betrokken Partij en als ten aanzien van het Brownfleldproj eet. Artikel 20. Ontbinding De voortijdige ontbinding van dit Convenant zal slechts plaatsvinden in geval van een Emstige Tekortkoming door één van de Partijen aan zijn verbintenissen Hetzelfde geldt ten aanzien van een Realisatieconvenant. De ontbinding van het Realisatieconvenant betekent niet automatisch dat ook voorliggend Convenant wordt ontbonden Partijen kunnen in een Realisatieconvenant nadere bepalingen opnemen omtrent de ontbinding van een convenant. In voorkomend geval kunnen onder meer de gevallen nader bepaald worden waarin een ontbinding mogelijk is alsmede de gevolgen daarvan ten aanzien van alle betrokken Partij en. Artikel 21. Verzoeningscomniissie Partij en verbinden er zich toe een Verzoeningscommissie op te richten die tot doel heeft om de kwesties die niet op bevredigende wijze binnen de Stuurgroep kunnen worden opgelost en die door één van de daarin vertegenwoordigde Partijen worden overgemaakt aan de Verzoeningscommissie, te bespreken tussen Partijen en aldus tot een onderhandelde oplossing te komen. 27/37

28 21.2. De samenstelling van deze Verzoeningscommissie zal bepaald worden op het ogenblik van de installatie ervan. Er zal minstens een vertegenwoordiger van de Actoren, een van de Regisseurs en een van de Vlaamse Regering deel uitmaken van deze commissie. Na de installatie van deze Verzoeningscommissie zal de samenstelling daarvan meegedeeld worden aan alle betrokken Partij en alsmede aan de Stuurgroep De Verzoeningscommissie kan een huishoudelijk reglement opstellen De personen aanwezig in deze Verzoeningscommissie kunnen niet dezelfde zijn als diegene die deel uitmaken van de Stuurgroep Deze Verzoeningscommissie zal met bekwame spoed samenkomen nadat zij kennis heeft gekregen van het bestaan van een probleem waarvoor de Stuurgroep geen afdoende oplossing heeft gevonden Partijen verbinden zich ertoe om om het even welke aangelegenheid die zij hebben voorgelegd aan de Stuurgroep en waaromtrent geen voor alle Partijen bevredigende oplossing kon bereikt worden, voor te leggen aan deze Verzoeningscommissie. Artikel 22. Splitsbaarheid De nietigheid van een bepaling in dit Convenant zal geenszins de nietigheid van de overige bepalingen van dit Convenant of van het Convenant zelf met zich meebrengen Partijen nemen een inspanningsverbintenis op zich om, in voorkomend geval, de nietige bepaling(en) te vervangen door een werkbare en geldige bepaling met een praktisch en economisch gelijkaardig resultaat, in acht genomen dat de essentie van het voorwerp van huidig Convenant ten allen tijde dient bewaard te blijven Dezelfde bepalingen zijn van overeenkomstige toepassing op de Realisatieconvenanten. Artikel 23. Kennisgevin2en Partijen zullen binnen het kader van een Realisatieconvenant afspraken maken omtrent de wijze waarop ze met elkaar zullen communiceren omtrent de diverse deelaspecten van het Brownfieldproject De Partijen zullen alles in het werk stellen om deze kennisgevingen op een zo snel mogelijke en efficiënte manier te organiseren Er zal zo veel mogelijk gestreefd worden naar elektronische communicatie tussen de Partijen Formele ingebrekestellingen en Emstige Tekortkomingen alsmede andere tussen Partijen overeen te komen stukken in het Realisatieconvenant zullen per brief al dan niet aangetekend worden overgemaakt.

29 23.5. In een Realisatieconvenant zal tevens worden afgesproken welke communicatie zal geschieden tussen alle betrokken Partijen en welke communicatie desgevallend kan worden beperkt tot één of meerdere Partijen Alle officiële kemiisgevingen zullen gebeuren op het adres dat Partijen daartoe opgeven. Artikel 24. Vertrouweijkheid Partijen erkennen uitdrukkelijk dat de Regisseurs publieke overheden zijn die in die hoedanigheid onderworpen zijn aan bijzondere regels, waaronder de openbaarheid van bestuur. Desalniettemin worden, in het kader van dit Convenant en haar uitvoering, (i) de documenten en informatie die door Partijen onderling werden uitgewisseld en als vertrouwelijk werden bestempeld door één van de Partijen en (ii) de intellectuele eigendomsrechten en know - how van één van de Partij en, haar aangestelden of uitvoeringsagenten die verband houden met dit Convenant of de uitvoering ervan, als vertrouwelijke infonnatie beschouwd Onverminderd de wettelijke regelingen die gelden met betrekking tot openbaarheid van bestuur verbinden de Partijen zich ertoe de informatie en documentatie, in gelijk welke vorm, die door diegene door wie ze wordt aangeleverd, aangeduid wordt als vertrouwelijke informatie, en die ten gevolge van onderhavig Convenant wordt verkregen, niet te verspreiden, te publiceren, te overhandigen of ter beschikking te stellen aan derden in enige vorm, behoudens andersluidend voorafgaand akkoord tussen de Partijen Partijen verbinden zich ertoe om blijk te geven van discretie en reserve aangaande iedere vorm van communicatie met betrekking tot het Brownfieldproject. De Partijen verbinden zich ertoe dat noch zij, noch hun personeelsleden, aangestelden of enige andere persoon enige publicatie aangaande de uitvoering van dit Convenant of enige communicatie aangaande de realisatie van het Brownfieldproject zullen doen ten aanzien van derden op een wijze die de realisatie van het Brownfieldproject kan in gevaar brengen of de onderscheiden belangen van de Partijen kan schaden Partijen kunnen nadere bepalingen daarover opnemen in een Realisatieconvenant In de mate waarin enige gezamenlijke communicatie door de Partijen over het Brownfieldproject nuttig wordt geacht, zullen daarover afspraken gemaakt worden binnen de Stuurgroep. Partijen kunnen in dit kader overeenkomen om één of meerdere communicatiedossiers samen te stellen, waarin bepaald wordt welke informatie mag worden verspreid met betrekking tot het Brownfieldproject Partijen lichten elkaar, indien noodzakelijk om de belangen van de Partijen te vrij waren, in van de communicaties die zij wensen te doen betreffende de realisatie van het Brownfieldproj ect De vertrouwelijke informatie meegedeeld conform dit artikel zal gedurende drie (3) jaar onderworpen blijven aan de bepalingen van dit artikel, te rekenen vanaf het einde van het Convenant, behoudens onderling akkoord tussen de Partijen Dezelfde bepalingen gelden mutatis mutandis voor de Realisatieconvenanten. 29/37 7

30 Artikel 25. Gehele overeenkomst Dit Convenant, met inbegrip van haar bij lagen, alsmede de ter uitvoering daarvan gesloten Realisatieconvenant(en) bevatten de enige en volledige overeenkomst tussen de Partijen met betrekking tot de samenwerking tussen hen voor de verwezenlijking van het Brownfieldproject op datum van ondertekening. Artikel 26. Toepasselijk recht en geschifienbeslechting Dit Convenant alsmede de Realisatieconvenant(en) worden beheerst door en geïnterpreteerd volgens het Belgisch recht In geval van een geschil tussen de Partijen omtrent de geldigheid, de interpretatie of de uitvoering van dit Convenant of één of meerdere Realisatieconvenanten, dat noch door de Stuurgroep noch in de schoot van de Verzoeningscommissie kan worden opgelost, zal dit geschil onderworpen worden aan de uitsluitende bevoegdheid van de Rechtbanken te Brussel. Bijlagen: 1) Aanvraagfonnulier 2) Plan met aanduiding van de gronden zoals bedoeld in artikel 3 van het Convenant 3) Nota OVAM dd. 9 maart 2009 re Financiële zekerheden in kader van bodemsanering en brownfieldconvenanten 4) Overzicht van de geplande ophogings- en andere werken op het Brownfield 5) Overzicht van de percelen die deel uitmaken van de Brownfield Opgemaakt te Brussel op _.cc k~,i, ~n één originele exemplaar dat bewaard wordt bij de Vlaamse overheid - Departement Diehsten voor Algemeen Regeringsbeleid - Afdeling Kanselarij te Kooistraat 35, 1000 Brussel. Elk van de Partijen ontvangt een door de Vlaamse overheid - Departement Diensten voor Algemeen Regeringsbeleid - Afdeling Kanselarij voor eensluidend verklaarde kopie van het Convenant alsmede een elektronische kopie op CD Rom van het ondertekende en geparafeerde Convenant.

31 LEIIE~ ( c

32 c c

33 Bijlage 1 Aanvraagformulier D )

34 .a~ ~2:c~ ~ ~- Vaamse Rege,lng AANVRAAG tot onderhandelingen omtrent de totstandkoming van eèn Brownfleldconvenant Gelleve de aanvraag volledig In te vullen. Het Ingevulde fonnuller kan ton hoogste 3000 tekens (Inclusief spatles) per genummerde vraag of deelvraag bevatten Wordt dit aantal bereikt, dan kan de betreffende vraag desgevallend verder worden toegelicht aan de hand van als bijlage toegevoegde stukken. Voor toelichting: Vlaams Agentschapofldernemen KoIOnî~nstraat 56 iooob~ussé1 TeL: Fax: E-rnaiI: info~viao.be

35 PER AANGETEKEND SCHRIJVEN DEZE AANVRAAG WORDT INGEDIEND OPZENDEN NAAR OF TEGEN DOOR: ONTVANGSTBEWIJS AFGEVEN BIJ: Contactpersoon penvoerende actor: Vlaams Agentschap Ondernemen Schepen Mathias De Clercq Koloniënstraat Brussel Datum: Ontvangstdatum: Plaats: Gent Handtekeni : 2

36 1. PROJECTNAAM r~lland Zwijnaarde 2. GEGEVENS VAN DE BROWNFIELDACTOREN 2.1 GEGEVENS PENVOERENDE ACTOR. Naam van de organisatie! natuurlijke persoon: Stad Gent Adres: Botermarkt Gent ContactgegeveflS (naam contactpersoon, functie, telefoonnr., faxnr., ): Karel Haegeman Projectleider Eiland Zwijnaarde Tel Fax Karel.haegeman geflt.be Correspondentieadres: stadhuis, Botemiarkt 1, 9000 Gent Bezoekadres: Sint-Niklaasstraat 27, 4de verdieping, 9000 Gent De actor is: 1] een projectontwikkelaar ~ een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die op grond van een eigendomsrecht of overige zakelijke rechten toestemming moet verlenen voor handelingen of activiteiten in het kader van het Brownfleldproject ~ een natuurlijke of private, publieke of publiek-pnvate rechtspersoon die in het kader van een pnvate of publiek-pnvate samenwerking financiële of andere middelen in het project inbrengt Indien organisatlé: Rechtsvorm (1 aankruisen): ~ publiek D publiek-privaat [1 privaat met winstoogmerk t] privaat zonder winstoogmerk Heeft de organisatie recht op aftrek BTW? (1 aankruisen): t] ja, geheel t] ja, gedeeltelijk Ønee 3

37 2.2. GEGEVENS OVERIGE ACTOREN Naam van de organisatie! natuurlijke persoon: AG Stadsontwikkelingsbedrijf Gent Adres: Sint-Jacobsnieuwstraat Gent Contactgegevens (naam contactpersoon, functie, telefoonnr., faxnr., ): Peter Ghys Projectmanager Tel Fax Peter.ghys~sob.gent.be De actor is: EJ een projectontwikkelaar ~ een natuurlijke of pnvate, publieke of publiek-private rechtspersoon die op grond van een eigendomsrecht of overige zakelijke rechten toestemming moet verlenen voor handelingen of activiteiten in het kader van het Brownfieldproject ~ een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die in het kader van een private of publiek-private samenwerking financiële of andere middelen in het project inbrerigt Indien Organisatie: Rechtsvorm (1 aankruisen): ~ publiek El publiek-privaat EJ pnvaat met winstoogmerk L] pnvaat zonder winstoogmerk Heeft de organisatie recht op aftrek BTW? (1 aankruisen): EJ ja, geheel ~ ja, gedeeltelijk EJ nee 4 1 / :_ç~

38 Naam van de organisatie! natuurlijke persoon: Provincie Oost-Vlaanderen Adres: GouvememefltStraat Gent GontactgegeveflS (naam contactpersoon, functie, telefoonnr., faxnr., ): Frank De Mulder Directeur Dienst Planning en Natuurbehoud Tel Fax Frank.de~muIder@oOSt-VIaaflderefl.be De actor is: 1] een projectontwikkelaar ~ een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die op grond van een eigeiidomsrecht of overige zakelijke rechten toestemming moet verlenen voor handelingen of activiteiten in het kader van het Brownfieldproject ~ een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die in het kader van een private of publiek-private samenwerking financiële of andere middelen in het project inbrengt Indien organisatie: Rechtsvorm (1 aankruisen): ~ publiek [1 publiek-privaat EJ privaat met winstoogmerk EJ pnvaat zonder winstoögmerk Heeft de organisatie recht op aftrek BTW? (1 aankruisen): 0 ja, geheel O ja, gedeeltelijk ~ nee 5 J

39 Naam van de organisatie 1 natuurlijke persoon: POM Provi~iclale OntwikkelingsmaatSchaPPij Oost-Vlaanderen Adres: Serninanestraat Cent ContactgegeVeflS (naam contactpersoon, functie, telefoonnr., faxnr., ): Johan Dederck Directeur Tel Fax Johan.declerck@POmOV.~ De actor is: 0 een projectontwikkelaar 0 een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die op grond van een eigendomsrecht of overige zakelijke rechten toestemming moet verlenen voor handelingen of activiteiten in het kader van het BrownfieldprOJect 0 een natuurlijke of private, publieke of publiek-pnvate rechtspersoon die in het kader van een pnvate of publiek-private samenwerking financiële of andere middelen In het project inbrengt Indien organisatie: Rechtsvorm (1 aankruisen): 0 publiek D publiek-privaat []privaat met winstoogmerk 0 pnvaat zonder winstoogmerk Heeft de organisatie recht op aftrek BTW? (1 aankruisen): Qja, geheel EJ ja, gedeeltelijk Onee (2~ 6 _ )

40 Naam van de organisatie 1 natuurlijke persoon: Waterwegen en Zeekanaal NV Adres: Oostdijk Willebroek Contactgegevens (naam contactpersoon, functie, telefoonnr., faxnr.., ): Michel Deveen Commercieel Beheer Tel Fax Michel.deveen@wenz.be De actor is: D een projectontwikkelaar Ø een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die op grond van een eigendomsrecht of overige zakelijke rechten toestemming moet verlenen voor handelingen of activiteiten in het kader van het Brownfieldproject ~ een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die in het kader van een pnvate of publiek-private samenwerking financiële of andere middelen in het project inbrengt Indien organisatie: Rechtsvorm (1 aankruisen): ~ publiek LJ publiek-pnvaat D privaat met winstoogmerk [1 privaat zonder winstoogmerk Heeft de organisatie recht op aftrek BTW? (1 aankruisen): ~ ja, geheel t] ja, gedeeltelijk rjnee 7~ ~

41 Naam vaq de organisatie! natuurlijke persoon: DOMO REL ESTATE Adres: Nederzwijnaarde Zwijnaarde Contactgegevens (naam contactpersoon, functie, telefoonnr., faxnr., s-mali): Ivan Lokere Afgevaardigd Bestuurder Tel Fax De actor Is: Ø een projectontwikkelaar Ø een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die op grond van een eigendomsrecht of overige zakelijke rechten toestemming moet verlenen voor handelingen of activiteiten in het kader van het Brownfieldproject Ø een natuurlijke of plivate, publieke of publiek-private rechtspersoon die in het kader van een private of publiek-private samenwerking financiële of andere middelen in het project inbrengt Indien organisatie: Rechtsvorm (1 aankruisen): Q publiek [1 publiek-pnvaat ~ privaat met winstoogmerk [1 privaat zonder winstoogmerk Heeft de Organisatie recht op aftrek BTW? (1 aankruisen): ~ ja, geheel []ja, gedeeltelijk []nee 8 Ç

42 Naam van de organisatie! natuurlijke persoon: Fasiver cvba Adres: Haven Scheldedijk 30 B-2070 Zwijndrecht - Belgium Contactgegevens (naam contactpersoon, functie, telefoonnr., faxnr., ): Johan Maes Afgevaardigd Bestuurder Tel Fax maes.johan@dredging.com De actor is: []een projectontwikkelaar ~ een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die op grond van een eigendomsrecht of overige zakelijke rechten toestemming moet verlenen voor handelingen of activiteiten in het kader van het Brownfieldproject 0 een natuurlijke of private, publieke of publiek-private rechtspersoon die in het kader van een pnvate of publiek-private samenwerking financiële of andere middelen in het project inbrengt Indien organlsatie~ Rechtsvorm (1 aankruisen): 0 publiek O publiek-privaat ~ privaat met winstoogmerk []privaat zonder winstoogmerk Heeft de organisatie recht op aftrek BTW? (1 aankruisen): 0 ja, geheel O ja, gedeeltelijk Dnee

43 3. PROJECTOMSCHRIJVING 3.1. DOELSTELLINGEN. Het project Eiland Zwijnaarde beoogt de realisatie van een integraal bedrijventerrein als slim logistiek park. De krachtlijnen van het project staan omschreven in het inrichtingsplan, dat samen met een samenvatting en een presentatie in bijlage bijgevoegd wordt. - Concreet Worden volgende doelstellingen beoogd met dit project: het herbestemmen van een brownfleld op een belangrijke strategische zichtiocatie op Vlaams niveau een integrale gebiedsontwikkeling van het bedrijventerrein het creëren van een direct uitgeefbaar aanbod bedrijfspercelen voor logistiek, watergebonden logistiek en kennisbedrijvigheid opbouw van een ijzeren voorraad aan bedrijfspercelen voor het grootstedeljk gebied Gent creëren van bijkomende tewerkstelling voor de Gentse regio bevorderen van het gebruik van de binnenvaart als transportmodus duidelijke profilering van het bedrijventerrein aan de poort van Gent en profilering van Vlaanderen als centrum voor logistiek en kennisbedrijvigheid wegwerken van de missing link R4 die grotendeels over de projectsite zal lopen uitbouw van een volwaardige groenas van 11 hectare als onderdeel van een ruimere groenstructuur voor de Gentse regio het realiseren van duurzaam ondernemen bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein het realiseren van nieuwe fletsverbiridingen en het versterken van de link tussen Gent en Merelbeke het stimuleren van het gebruik van openbaar vervoer voor woon-werk verkeer.

44 3.2. GEEF EEN OMSCHRIJVING VAN DE LIGGING EN DE STAAT VAN DE PROJECTGRONDEN. Indien de aanvraag betrekking heeft op een project, waarbij de gronden, of delen daarian, verontreinigd of potentieel verontreinigd zijn, worden In bijlage bij deze aanvraag de reeds voorhanden zijnde gegevens aangaande de al dan niet potentiële bodemverontreiniging voor de gronden, of de betreffende delen daarvan, toegevoegd. Zo zouden bijvoorbeeld de conclusies van de orlënterende bodemonderzoeken kunnen worden toegevoegd Situering van de projectgronden Onderstaande kaart situeert het project binnen de Gentse regio. jij 1~)

45 Onderstaande kaart geeft een beeld van de ligging van de site op microniveau. De site is gelegen aan het kruispunt van E40 en E17, en langsheen R4. Verder ligt het Eiland Zwijnaarde aan kruising van Ringvaart en Scheldekanaal (hoofdwaterwegen), en in de zuidelijke kennisciuster 12 L 1~

46 3.2.2 Ovet2Icht van de projectgronden en grondeigenaren Onderstaande kaart geeft een overzicht van de projectgronden AG SOB AG SOB Provincie Oost-Vlaanderen Agentschap Infrastructuur DOMO REAL ESTATE Fasiver 1 Waterwegen en Zeekanaal NV Waterwegen en Zeekanaal NV (lopende onteigening) Pnvate eigendom (geplande onteigening van 728m2) Bij deze eigendomsstructuur zijn volgende opmerkingen te maken: De gronden van stad Gent worden beheerd door en zijn in eigendom van haar ontwikkelingsbedrijf AG SOB. De gronden van de provincie Oost-Vlaanderen zijn momenteel in eigendom van het provinciebestuur en zullen overgedragen worden aan haar ontwikkelingsbedrijf POM. De gronden in onderveelde eigendom tussen AG SOB en Provincie Oost-Vlaanderen wordenlwerden aan~ekocht van Fasiver in 4 fasen. De 3~ aankoopschijf is voorziep. medio 2008; de 4 aankoopschijf is voorzien medio Een deel van dez~ inaekleurde aronden is momenteel dus noa eiaendom van Fasiver. maar in dë

47 basisverkoopovereenkomst tussen deze partijen is de globale overdracht van de gronden reeds overeengekomen. De roze gronden zijn eigendom van 4 kleinere eigenaren, die momenteel onteigend worden door Wateiwegen en Zeekanaal NV. Een van de 4 kleine eigenaren heeft nog een klein stukje van 728m2 in het zuidelijk deel van de projectzone. Dit stukje zal onteigend worden door een van de overheidspartijen binnen het project. De grijze zone linksonder blijft voorlopig in eigendom van Fasiver. Dit is de gesaneerde blackpoint (met de geimmobiliseerde en geisoleerde viscosebekkens), en waarop in de toekomst de realisatie van een zichtheuvel gepland wordt Staat van de projectgronden De projectsite wordt door de E40 opgesplitst in 2 grote delen: zuid en noord. Beide kennen een aparte grondsituatie Projectgronden zuid Histariek In het zuiden vonden gedurende meerdere tientallen jaren verschillende industriële activiteiten plaats. Tijdens de periode vôôr de tweede wereldoorlog was er een vestiging van de NV AKZO (Nederland) dat de productie deed van verschillende kunstregels. Er werd dan wel een bodemverontreiniging veroorzaakt zoals meestal bij industriële activiteiten het geval was, maar niet op echte zware milieubelastende schaal. In de jaren vijftig werd AKZO vervangen door de NV FABELTA ( Union des Fabriques Belges de Textiles Artificlels). Wanneer enige jaren nadien de fabriek erg verlieslatend bleek te zijn werd in de loop van de jaren zestig de NV FABELTA overgenomen door de NIM (Nationale lnvesteringsmaatschappij) om redenen van tewerkstelling. Via de MM werden de verliezen jaar na jaar door de Staat (Federale Staat) bijgepast Tijdens de FABELTA-periode werd vooral de productie gedaan van viscose-vezels. Het afval van de viscose-productie werd op een hoop gegooid (± 10 ha) zodat dit uiteindelijk een backpoint werd. In die periode beschikte de NV FABELTA niet over een exploitatievergunning, noch een lozingsvergunnlng noch enige andere vergunning. Men zal ziçh de immense stank herinneren die over de autoweg en de stad Gent hing, wat gedurende vele jaren een emstige hinder veroorzaakte. Rond 1980 werd door de Gentse Handelsrechtbank het faillissement uitgesproken van de NV FABELTA De overheid wilde immers niet meer de oplopende verliezen bijpassen. Vanaf 1980 werd het gewest bevoegd. Vanuit het faillissement werd de NV FABELTA overgenomen door de Groep Beaulieu (andere rechtspersoon dan de NV FABELTA). Daarbij werd de productie van viscosevezels dadelijk stopgezet en de hele fabriek overgeschakeld naar andere producties en productiewijzen. Met de volgende fase van de staatshervorming werden de vroegere nationale sectoren overgeheveld naar de gewesten. Zodoende kwam het dossier tijdelijk in handen van de GIMV GIMVINDUS (Vlaams Gewest, opgericht in 1980). Federaal werden de vijf nationale sectoren (staal, steenkool, textiel, scheepsbouw en scheepsherstelling en hoiglas) ondergebracht in de NV SNNS (Secteurs Nationaux Nationale Sectoren), dochtermaatschappij van de NIM. Na de overname door de Groep Beaulieu werd deze vennootschap opgesplitst, zodat die in handen kwam van de NV DOMO (Familie Jan De Clercq). Bij de overnames, hetzij van de NIM (Nationale InvesteringsMaatschappij) naar het Gewest (GIMV) hetzij van de curatoren naar de Groep Beaulieu, werd er geen enkele aandacht besteed aan het milieupassief. In de loop van de jaren tachtig (1987) werd door OVAM het eerste onderzoek gedaan naar het fameuze blackpoint, fl1. de illegale stortplaats van afval van viscoseslib (onderzoek door de NV Belconsulting, erkend bodemsaneringsdeskuridige). Vanaf 1994 werden onderhandelingen gevoerd tussen alle betrokken partijen, die uiteindelijk leidden tot de oprichting van de c.v.b.a. FASIVER in PPS-Verband, met als leden: Provincie Oost-Vlaanderen StadGent 14

48 DEC NV (voorheen SOILS NV dochter van VMH NV) DOMONV Vlaamse MiheuHolding (VMH NV). De bedoeling bestond erin om op eigen risico de sanering door te voeren, en tegelijk de zuidelijke terreinen op te hogen mét baggerslib, tot op het niveau van de autosnelweg E40. Bij de opstart van de exploitatie hebben de publieke partners hun put-optie gelicht, zodat de vennootschap cvba Fasiver nu werkzaam is als èen pnvate maatschappij (50% DEC- 50% Domo Real Estate). De blackpoint Deze is in eigendom van Fasiver, en bestaat uit de gesaneerde viscosebekkens. Deze is voorzien van een bentonietwand tot op de kleilaag en is afgedekt met een folie. Op deze gesaneerde blackpoint kan niet industrieel gebouwd worden. Op termijn wordt hier een zichtheuvel voorzien, die enerzijds de berging van grondenlbaggerspecie kwaliteit nietvormgegeven bouwstof toelaat, en anderzijds kan ingericht worden als een zichtheuvel die als baken het bedrijventerrein markeert in een ruime omgeving én kan dienst doen als aantrekplaats voor recreatief fiets- en wandeitoensme. De grondwatersanering van de omliggende terreinen is opgestart november 2007 met een vermoedelijke duur van 5 jaar. De milieuvergunning voor uitvoering van de sanering van de black-point is te vinden in bijlage. De andere zuidelijke terreinen De zuidelijke terreinen exclusief de blackpoint zijn een deponie voor baggerspecie. De volledige afwerking van deze deponie is voorzien in De milieuvergunning voor uitvoering van deze ophoging is te vinden in bijlage Projectgronden noord Voor het noorden is een ophoging nodig van de bestaande terreinen met ongeveer 2 meter. Deze ophoging brengt het terrein op de juiste hoogte om het inrichtingsplan te kunnen realiseren, en om de R4 te kunnen aanleggen. Voor deze ophoging werd een studie ontvangende bodem uitgevoerd, waarvan de resultaten in bijlage opgenomen zijn. De aanvraag van de nodige vergunningen zal begin 2008 gebeuren. De uitvoering van de ophoging noord start rond medio Overzicht van geplande werken Onderstaande figuur geeft een overzicht van de nog geplande ophogingswerken op de projectgronden. 15(Z\ èj

49 91. (..ü S 1 1 t 1 1~ t t 1 t r t 1,

50 3.3. WELKE MEERWAARDEN CREËERT HET PROJECT OP SOCIAAL, ECONOMISCH EN MILIEUVLAK? Overzicht v~n nroiectmeerwaarden Het project creêert volgende meerwaarden op elk van deze vlakken; Economische meerwaarde: direct uitgeefbaar aanbod bedrijfspercelen van 36 hectare netto in logistiek, watergebonden logistiek en kennisbedrijvigheid opbouw van een ijzeren voorraad aan bedrijfspercelen voor het grootstedelijk gebied Gent â bijkomende arbeidsplaatsen1 met diverse profielen voor hoog- en laaggeschoolden, dankzij de mix van beoogde economische activiteiten Realisatie van schaalvoordelen door verplichting van bedrijven om deel te nemen aan het parkmanagement duidelijke profilering van het bedrijventerrein aan de poort van Gent en profilering van Vlaanderen als centrum voor logistiek en kennisbedrijvigheid Realisatie van een economische meerwaarde van de oeverstrook door het voorzien van kennisbedrijven in een groene omgeving Sociale en maatschappelijke meerwaarde: Realisatie van een duurzaam bedrijvenpark, met aandacht voor evenwicht tussen mens, natuur en bedrijf Realisatie van een kwalitatief bedrijventerrein, met aandacht voor hoge beeldkwaliteit, zorgvuldig ruimtegebruik, sobere verlichting,... Mede-realisatie van de sluiting van de R4 Bijkomende tewerkstelling voor diverse profielen en opleidingsniveaus Nieuwe fietsverbindingen, zowel functionele (noord-zuid en oost-west) als recreatieve (fietspad in natuurgebied en op de zichtheuvel) Betere verbinding tussen Gent-Zwijnaarde en Merelbeke Uitbreiding van het aanbod aan openbaar vervoer en het stimuleren van het gebruik van openbaar vervoer voor woon-werk verkeer een integrale gebiedsontwikkeling van het bedrijventerrein bevorderen van het gebruik van de binnenvaart als transpörtmodus wegwerken van dê missing link R4 die grotendeels over de projeotsite zal lopen Het wegnemen van het zwaar verkeer door het centrum van Zwijnaarde door de bestaande bedrijven ten zuiden van de projectsite mee aan te sluiten op het nieuwe bedrijventerrein en op de R4 Meerwaarde op het vlak van milieu: Realisatie van een natuurgebied van 11 hectare, op een plaats die een belangrijke broed- en rustplaats is voor trekvogels binnen het Schelde-estuarium het herwaarderen van een brownfield op een belangrijke strategische plek bevorderen van het gebruik van de binnenvaart als trânsportmodus het realiseren van duurzaam ondernemen bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein, rekening houdend met C02-neutraliteit voor electriciteit, een apart hemelwatersysteem e.d. Uitbreiding van het aanbod aan openbaar vervoer en het stimuleren van het gebruik van openbaar vervoer voor woon-werkverkeer (t

51 3.3.2 Overzicht van begunstigden Bovenstaande meerwaarden leveren positieve effecten op voor o.m. volgende partijen: - kandidaat-investeerders in transport! distributie! logistiek (deels watergebonden) - kandidaat-investeerders in kantoorachtigen - de Associatie Universiteit Gent - bestaande bedrijven voormalige site Fischer - buurtbewoners in Zwijnaarde en Merelbeke - de ruime regio (bijkomende tewerkstelling) - de maatschappij (promotie binnenvaart natuurgebied - - passanten! recreanten (uitbouw groenas) 3.4. GEEF EEN OMSCHRIJViNG VAN DE STRUCTURELE. UITWERKING VAN HET PROJECT Historiek Vanop de autosnelweg E40 hebben voorbijgangers sinds enige jaren zicht op grondwerken op het Eiland in Zwijnaarde. Deze werken zijn nodig voor de sanering en ophoging van een voormalige blackpoint met viscosebekkens OP dit Eiland. Deze sanenngsfase een pubhek-private wordtsamenwerkingsforrnule uitgevoerd door de cvba waarin FASIVER, naast de dieprivate destijdspartners werd opgericht (DEME en in DOMO) ook de Vlaamse Milieu Holding, de provincie Oost-Vlaanderen en de Stad Gent betrokken Bodemsanering waren. De doelstelling van hietorisch van Fasiver vervuilde cvba stortplaats is drieledig: Verwerking en berging van baggerspecie Oplevering van ontwikkelingsvatbare terreinen Volgend jaar zijn de werken op dit deel van het Eiland voltooid, en volgt de ophoging van het noordelijk deel tussen E40 en de Ringvaart. Daarna kan de nabestemming beginnen. In 2003 werd een masterplan opgemaakt voor het zuidelijk deel van de site, en in 2005 ook voor het noordelijk deel. Eind 2005 werd de nabestemming van dit gebied vastgelegd in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening Grootstedelijk Gebied Gent als regionaal bedrijventerrein met veel aandacht voor natuur en groen. Op datzelfde moment werd door de grondeigenaren een intentie-overeenkomst ondertekend om samen de ontwikkeling van dit bedrijventerrein verder te onderzoeken. Het inrichtingsplan en hef businessplan zijn het resultaat van deze samenwerking Ontwerp Inrichtingsplan Het ontwerp inrichtingsplan maakt de opties van het masterplan concreter èn zet in op een duurzaam evenwicht tussen natuur en bedrijf. Zo is ondermeer een groenzone van 11 hectare voorzien. Omdat de site aan de toegangspoort van Gent ligt is ook gekozen voor hoge kwaliteit doorheen alle aspecten van het inrichtingsplan. Het plan is uitgewerkt in nauw overleg met alle partners en met alle bevoegde en vergunningverlenende instanties. Dit moet toelaten de feitelijke ontwikkeling van het bedrijventerrein in gang te zetten zodat de eerste bedrijven er in het najaar van 2011 kunnen openen. Het project van het Agentschap Infrastructuur-Wegen voor de sluiting van de R4-zuid is hierbij cruciaal: het bedrijventerrein positioneert zich langs deze grootstedelijke ringweg en heeft er zijn hoofdtoegang. Het inrichtingsplan is goedgekeurd door alle grondeigenaren: Stad Ç3ent en AG Stadsontwikkefingsbedrijf Gent, Provincie Oost-Vlaanderen en POM Oost-Vlaanderen, DOMO REAL ESTATE en Waterwegen en Zeekanaal NV. Het plan dient als basis voor de uitvoering van een 18 1 j H 1

52 gebied. Het is eveneens een verduidelijkende en situerende innchtingstudie die volgens het gewestelijk ruimtelijk uitvoenngsplan Atbakening Grootstedelijk Gebied Gent nodig zal zijn voor de stedenbouwkundige vergunningen, zowel voor de infrastructuren en de globale terreinaanleg als voor de individuele aanvragen van bedrijven. Het inrichtingsplan bevat volgende onderdelen: Een ontwikkelingsperspectief voor het bedrijventerrein o Het profiel~ een slim logistiek park o De hoofdelementen van de terreininrichting o De gekozen fasering voor ontwikkeling en uitgifte Het eigenlijke inrichtingsplan, met detailuitspraken over: o Het bedrijventerrein en de groenassen o De infrastructi~ur, parkeren, môbiliteitsonderzoek en multimodale ontsluiting o Het systeem voor hemelwater, afvalwater en nutsleidingen o Een deelpian ecologie: de oeverstrook aan de Tijarm, de landschapsheuvel en het plateau o Een deelplan beeldkwaliteit o Een deelplan landschappelijke inpassing o Een deelplan ruimtelijke veiligheidsaspecten o Een deetplan rond de ruimtelijke aspecten van het parkmanagement o De balans van het grondverzet op de site De aanpak van het uitgiftebeleid De fasering in de inrichtingsacties Een watertoets Het inrichtingsplan houdt rekening met de individuele en maatschappelijke doelstellingen van alle betrokken partijenleigenaars, zonder evenwel te vervallen in een ôompromis. Het voldoet aan de wensen van de grondeigenaren en is tegelijk het meest optimale scenario inzake maximaal haalbaar rendement binnen de grenzen van een aanvaardbaar risico. Het volledige plan, een samenvatting van de krachtlijnen en een presentatie van het plan zijn opgenomen in bijlage. 3.4~3 Businessplan Het businessplan omvat volgende onderdelen: Een marktonderzoek Een financiële haalbaarheid Het businessplan en commercialisatievoorstel Dit onderdeel wordt verder besproken in paragraaf Samenwerkings- en overlegstructuur Eind ~QQ~ werd een samenwerkinçisovereenkomst opgemaakt tussen de grondeigenaren met als doel het onderzoeken van de haalbaarheid van de realisatie van een bedrijventerrein, en de opmaak van een inrichtingsplan en verdere detailstudies. Deze fase is nu zo goed als afgerond. Nu wordt gezocht naar de ideale samenwerkingsvorm voor de verdere ontwikkeling van de site. Het project Eiland Zwijnaarde kent een vaste overle~istructuur. Deze ziet er als volgt uit: 3

53 Stuurgroep Werkgroep [ sui,werigroep Elk van de partners/grondeigenaars heeft zitting in deze overlegstructuren: stad Gent, AG SOB, Provincie Oost-Vlaanderen, POM, Waterwegen en Zeekanaal NV, Domo Real Estate, Fasiver. In de werkgroep en stuurgroep is ook het Agentschap Economie opgenomen. De stunng van het proces inzake toekomstige samenwerking houdt nauw verband met de financiële haalbaarheid, de fiscaliteit, e.d. Daarom wordt dit proces georganiseerd vanuit een combinatie van advocatenkantoor Stibbe voor het juridisch advies en Idea Consult voor de procesbegeleiding. Over de wijze van samenwerken werden verscheidene alternatieven onder de loep genomen, van heel lôsse samenwerking tot zeer verregaande samenwerking. Om een aantal scenario s uit te sluiten, werd een bevragingsdocument opgemaakt, dat de wensen rond samenwerking van de verschillende grondeigenaren in kaart brengt Als ondersteuning van het beslissingsproces werden een samenwerkingsmatrix en een discussienota opgemaakt. Dit heeft geleid tot volgende tussentijdse resultaten inzake samenwerking: In eerste fase wordt de samenwerkingsovereenkomst verlengd tussen de grondeigenaren: Stad GentIAGSOB, Provincie Oost4 laanderen/pom, Domo Real Estate en Waterwegen en Zeekanaal. Dit moet toelaten verdere detailstudies te doen. In tweede fase wordt een projectvennootschap opgericht die de infrastructuurwerken zal uitvoeren en de gronden ontwikkelingskiaar zal maken. Daaraan nemen minstens Stad GentIAGSOB, Provincie Oost-VlaanderenlPOM en Domo Real Estate deel. Met Waterwegen en Zeekanaal NV wordt een samenwerkingsovereenkosmt afgesloten Nog te onderzoeken elementen Tot begin 2009 zijn ondermeer volgende onderzoeken gepland, vooraleer kan gestart worden met de uitvoering van de werken: Inrichtingsplan en bijkomende studies: Opmaak van bijkomende deelplannen als aanvulling op het inrichtingsplan: Uitgifteplan Beheerplan C02-plan Veiligheidsplan niet-ruimtelijke aspecten Opmaak van een Project-MER voor het bedrijventerrein (voor de aanleg van de R4 wordt een aparte project-mer opgemaakt door het Agentschap Infrastructuur, omdat deze een ruimer gebied bestrijkt dan de projectzone van Eiland Zwijnaarde) Technische ontwerpen, waaronder: Grondkwaliteitsonderzoek en detailinrichting van de oeverstrook Andere Studie-opdracht voor opmaak van een technisch bestek Onderzoek naar de praktische organisatiestructuur van de uitvoering van de complexe Infrastructuurwerken Voorbereidina en oomaak van de nodiçie vergunningen voor realisatie van de 20

54 infrastructuurwerken - Juridische samenwerking: UitwerKen van een samenwerkingsstructuur voor de studiefase en de ontwikkelingsfase Fiscaal onderzoek Uitwerken van een billijke groridwaardenng Oprk~hhng voorvennootschap Ophoging: Uitvoeren van geotechnisch en archeologisch onderzoek Opmaak en aanvraag van de nodige vergunningen voor realiseren van de ophoging 3.5. TIJDSKADER PROJECT Wat is de globale duur van het project? De eerste studiefase van het project is gestart in De eerste uitgifte van bedrijfsgronden is voorzien in De uitgifte zal vermoedelijk lopen tot 2026 â 2030, afhankelijk van de marktsituatie. Er is dus een glotale tijdsduur van het project van ongeveer 30 jaar Situeer desgevallend de verschillende fasen binnen het globale tijdkader van het project. Historlelc Volgende projectfasen werden reeds uitgevoerd: studiefase sanering blackpoint cvba fasiver ( ) uitvoering sanenng en aanleg baggerspeciedeponie door Fasiver (2001 heden) uitwerking masterplan voor nabestemming bedrijventerrein zuidelijk deel (2003) uitbreiding masterplan voor noordelijk deel (2005) vaststelling gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Albakening Grootstedeljk gebied Gent (eind 2005) opmaak samenwerkingsovereenkomst (2005) opmaak inrichtingsplan en businessplan ( ) Planning: Volgende projectfasen worden nog voorzien: 2008: Verdere ophoging terreinen Uitvoeren Project-MER en verdere détailstudies Vastieggen samenwerkingsstructuur 2009: Verdere ophoging noord Start aanleg R4 Oprichting projectvennootschap 2010: Start aanieg bedrijventerrein (groenzone en infrastructuur) Start uitgifte iste fase Bouw zichtheuvel Najaar2Oll: Opening bedrijventerrein 21

55 2013: ~ Start uitgifte 2de fase 2019: Start uit~ifte 3~ fase : ~ Einde uitgifte fl r~ 1~~ 3~5.2. Wat is de voorziene startdatum van het project (ddmmjj): De eerste studiefase startte in 1997 (sanering en ophoging). 0e eerste ip~voeringsfase startte in 2001 (sanering en ophoging). De 2de studiefa~e startte in 2003 (nabestemming als bedrijventerrein). De ~ uitvoeringsfase start in 2009 (start aanleg R4en bedrijventerrein)

56 Wat is de voorziene einddatum van het project (ddmmjj): De sanering en ophoging zal allopen in Voor de sanering geldt dan nog een nazorg gedurende 10 jaar. Voor de deponie geldt een nazorg gedurende 30 jaar. De oplevering van de R4 en de eerste fase van het bedrijventerrein is voorzien medio 2011, wanneer het bedrijventerrein opengaat De einddatum van volledige bezetting van het terrein is voörzien in 2026 â ~¼ ~s

57 4. UITVOERBAARHEID VAN HET PROJECT 41. VERGUNNINGEN, MACHTIGINGEN ENIOF GOEDKÈURINGEN Zijn er voor de uitvoering van het project vérgunningen (bouwvergunning, milieuvergunning,...) nodig? Qnee Øja, te weten: Project-MER: voor de globale ontwikkeling Bouwvergunningen: voor de ophoging van het noordelijk deel, voor de aanleg van de oeverstrook, de bouw van de zichtheuvel en voor de aanleg van het bedrijventerrein Milieuvergunningen: voor individuele bedrijven in functie van het soort activiteiten dat er precies zal komen Zijn voor de uitvoering van het project bepaalde machtigingen of goedkeuringen bulten het kader van de hierboven vernoemde ~rn,,nn~nnpnnm~pdiir~s nnodzakeliik? nee Dx ja, te weten : gebwikscertificaten niet-vormgegeven bouwstof zichtheuvel IS EEN WIJZIGING VAN ENIG PLAN IN HET KADER VAN DE RUIMTELIJKE ORDENING NOODZAKELIJK? ~nee Dja, te weten: 4.3. ZIJN ER, VOOR ZOVER GEWETEN, (VERDERE) JURIDISCHE BELEMMERINGEN DIE HET PROJECT ZOUDEN KUNNEN PROJECTVOORU1TGANG BELASTEN ZOUDEN C.Q. DE KUNNEN VERSTOREN? D nee ~ja,te weten: Voor de realisatie van het project zullen nog verscheidene overdrachten van gronden nodig zijn. Het gaat daarbij om: Grondruil tussen grondeigenaren: de eigendom is vandaag sterk versnipperd. Indien alle eigenaren in 1 vennootschap zouden ontwikkelen is geen grondruil vereist. Het is echter waarschijnlijk dat niet alle grondeigenaren via 1 gezamenlijke vennootschap zullen ontwikkelen. Grondruil is daarbij noodzakelijk om tot homogeen ontwikkelbare blokken te kunnen komen. Op het vlak van heffingen, rechten en belastingen kan dit een dure aangelegenheid worden. Een vrijstelling van registratierechten zou hier een nuttig instrument zijn. Voor de partijen die de gronden (of zakelijke rechten op deze gronden) wel inbrengen in een vennootschap dient de fiscaal meest optimale werkwijze nagegaan fl) ~\ 24

58 te worden. Juridisch onderzoek wordt daarvoor momenteel opgestart. In het noorden zijn onteicieninpen lopende door Waterwegen en Zeekanaal NV van 4 kleinere eigenaren. In het zuiden dient nog een perceel van 728m2 onteigend te worden. Hiervoor dient de procedure nog gestart te worden. Een snelle procedure kan aangewezen zijn om de oprichting van de projectvennootschap niet te vertragen. Optimale samenwerking tussen alle partijen: In de huidige stand van zaken wensen 3 partijen samen te ontwikkelen in een projectvennootschap (Domo RE, Stad GentIAG SOB en Provincie Oost-VlaanderenlPOM), en 1 partij alleen te ontwikkelen (Waterwegen en Zeekanaal). De bereidheid tot samenwerking tussen alle partijen zal mee de kwaliteit van de ontwikkeling bepalen. Ook binnen de toekomstige projectvennootschap zijn de doelstellingen uiteenlopend. De publiek-private samenwerking vereist het verzoenen van ogenschijnlijk tegengestelde belangen. De mate waarin een combinatie tussen gemeenschappelijke noemer en complementariteit kan gevonden worden, zal een impact hebben op de kwaliteit, de haalbaarheid en de snelheid van realisatie van het project. Bijkomend element is het vinden van de juiste juridische structuur die beantwoordt aan deze diversiteit van belangen. Een billiike waarderina van alle qmnden: De grondeigendommefl zijn sterk versnipperd over het terrein. Dit heeft als voordeel dat geen enkele partij alleen kan ontwikkelen, en dat samenwerking noodzakelijk is. Grondruil of inbreng van gronden vergt echter een transparant en billijk systeem van grondwaardering. Mede door de historiek van vervuiling en sanering van bepaalde delen van het terrein is dit geen evidente zaak. De mate waarin en de snelheid waarmee hierin een billijk compromis bereikt wordt~ zal een impact hebben op de omvang van het vertrouwen tussen partijen en op de snelheid van realisatie van het project Toetsing van de sarnenwerkingssttuctiiur met het principiële verbod op staatssteun: De wijze waarop de gronden gewaârdeerd enlof ingebracht worden, de mate waarin voorkooprechten verleend worden aan bepaalde partijen, de mate waarin subsidies verkregen worden voor de realisatie van het project,... zullen hun invloed hebben op de manier waarop omgegaan wordt met het principiële verbod op staatssteun. Vermoedelijk zal voor oprichting van een eventuele projectvennootschap een dossier ingediend moeten worden bij de Europese Commissie om goedkeuring te vragen omtrent de voorgestelde werkwijze. Dit kan een aanzienlijke termijn in beslag nemen en het proces sterk vertragen. Naleving van de,~azorgverplichfinqen (10 jaar voor de sanering en 30 jaar voor de deponie) ten overstaan van verkoop van de gronden en mogelijkheid van nieuwe verontreiniging veroorzaakt door nieuwe industriële activiteiten.

59 5. FINANCIËLE PROJECTGEGEVENS 5.1. FINANCIEEL PLAN. Voeg In bijlage een financieel plan toe Overzicht In bijlage worden volgende documenten weergegeven: Een marktonderzoek: dit document geeft een marktanalyse die relevant is voor de geplandé ontwikkeling. Een financiële haalbaarheid: dit is een dynamisch model, enkel digitaal beschikbaar. De belangrijkste conclusies worden hierna kort besproken. Een businessplan en commercialisatievoorstel Financiële haalbaarheid De financiële haalbaarheid is een rekenmodel, waarvan de uitgangspunten hieronder zijn weergegeven. Grond u11~eelbaarrro gmn0ui 16 u6geeftoorvan ~rod in eigendom 35,3 ha m~ 57,07% 55,96% m 57,03% 40,5% 39,7% 1 r(occw4e namrna~ discontovoet 4~% 0W op ii) jaar Vennootschapabel: ridcoprenie 2.0% Raerendevoorh: ~oq normale etscuntavont: 6,0% Heffing bj liquidatie 10.0% krftatie 2,0% rede discentovoet 3,96k Nelior,ele blerastaftoek 3.442% ~- gef(nancierd 035W (bank) 70% 3,50% aandeel WenZ 40.0% geliaandeni do~ EV (liv. PMV) 30% 6,50% aandeel PV 60.0% geforancierd do~ dergenaais gek i5t~ftepdjzen: - Kenffiekndr~vrgheid - Flexft,eI Looptijd (bij erfpacht) bij verkoop: 92~kr1 92 hn 3,47 C/rn~/fr 5,62 C.4ri~/y 3,47 /mvj~ 3Ojr CW canm BI htî~ cw rentwaarde 206km 47 hn 2961n1 Om tot een zo realistisch maar ook optimaal mogelijk resultaat te komen worden daarbij nog volgende uitgangspunten gehanteerd: Prijzen TDL+15% Prijzen Ken flisbedrijvigheid +10% Onvoorziene kosten van 10% naar 5% 100% erfpacht Vergoeding van de grondprijzen aan gemiddeld 43,5 euro/m2 In onderstaand overzicht wordt een waardering ingeschat van de reële kostprijzen van de gronden, en de mogelijke opbrengsten per m2 grond: 26

60 ÏRentabiliteit H~.~orçSÇh~ kos~pri~s 9Ionde1 Noorden: WenZ WenZ SOB Al.wegen DOM 0 Zuiden Pro~ncie SOB DOM 0 Al wegen!partlc WenZ WenZ SOB Pro~incle DOM 0 Totaa l~ ~~ ~ Opp KP Totaal Opm m2 20 C/m m2 4 C/m onteigeningen m2 20 C!m : 700m2 0dm m2 ZO C/m Opp KP Totaal Opm m2 50 d/m2 4A gesaneerd in2 50 /m gesaneerd m2 50 C/m gesaneerd m2 0 /m m~ 206hfl m m m rn m Return volgens businessplan m Verschil m2~ 15!m m m ~ fa.~ Daaruit blijkt dat er een tekort van ongeveer 4 miljoen euro tekort kan ontstaan binnen de projectvennootschap. Oorzaken van het mogelijke tekort: Vervuiling door een staatsbedrijf, waarvan de sanering 10 miljoen euro kost Deze kostprijs is doorgerekend in de kostprijs van de gronden.. Dit betekent dat het project erin slaagt 6 miljoen euro van de saneringskosten te recupereren, maar niet de volledige kost. Verkleining van de mogelijke uitgeefbare oppervlakte sinds de oprichting van Fasiver: Fasiver ging uit van 100% bedrijvenzone (61,8 ha) Door gewijzigde maatschappelijke visie vermindert deze oppervlakte met 8,9 hectare groenzone RUP vergroot deze groenzone nog met 2,3 hectare 60% van de gronden dragen 100% van de saneringskost De vervuilde/gesaneerde gronden zijn in handen van de projectvennootschap Deze gronden vertegenwoordigen 60% van alle gronden Deze gronden dragen dus 100% van de saneringskosten en ontvangen 60% van de opbrengsten Er dient dus verder gezocht naar mogelijkheden om het project break-even of winstgevend te maken KAN HET PROJECT, VOOR ZOVER GEWETEN, AANSPRAAK MAKEN OP SUBSIDIES? Q nee ~ ja, te weten: (Her)inrichting verouderde bedrijventerreinen en economische locaties - Oproep voor projecten 2005: subsidie van het voortraject Subsidiebesluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2007 houdendc subsidiëring van bedrijventerreinen: subsidie voor de aanleg en het beheer van het bedrijventerrein Mogelijks ook EFRO II voor de uitvoeringsfase 27~~

61 5.3. GEEF EEN OMSCHRIJVING KREDI~TWAARDIGHEID VAN VAN DE EXPERTISE EN BETROKKEN PROJECTONTWIKKELAAR(S). 5~3.1 Kredletwaardigheld DOMO REAL ESTATE maakt deel uit van de DOMO Groep. De Domo Groep heeft een omzet van meer dan 1 mijard EUR en een winst voor belastingen en afschrijvingen van meer dan 100 miljoen EÜR (schatting voor 2007), met een balanstotaal van 447 miljoen EUR (end 2006). DOMO REAL ESTATE is opgericht in 2007 en heeft een portfolio van activa van meer dan 125 miljoen EUR, zonder externe schulden en met een balanstotaal van 161 miljoen EIJR. In bijlage bevindt zich de geconsolideerde jaarrekening van DOMO op 31/ Expertise en portfolio DOMO REAL ESTATE is een recente vastgoedspeler binnen de DOMO Groep, opgericht in DOMO REAL ESTATE heeft een portfolio van enerzijds residentieel en commercieel vastgoed, en anderzijds kantoren en semi-industrieel vastgoed. Naast het optirnaliseren van de bestaande vastgoedportfolio plant DOMO REAL ESTATE ook nieuwe investeringen in de toekomst DOMO REAL ESTATE specialiseert zich in deal structuring, infrastructuurwerken (indusief hemieuwbare energie), logistieke diensten en vastgoedinvesteringen. Onderstaande foto s geven een beeld van de bestaande portfolio. Meer info is ook te vinden op 28

62 6. INVENTARIS BIJLAGEN 6.1. SCHRIJF DE ALS BIJLAGE TOEGEVOEGDE STUKKEN IN OP ONDERSTAANDE INVENTARIS Inventaris: STUK 1: Masterplan Eiland Zwijnaarde Zuid, 2003 ~ STUK 2: Masterplan Eiland Zwijnaarde Noord, 2005 V STUK 3: Inrichtingsplan Eiland Zwijnaarde, 2007 (p&~~ + ~ STUK 4: Bijlagen bij het inrichtingsplan Eiland Zwijnaarde, V STUK 6: Presentatie Inrichtingsplan Eiland Zwijnaarde, 2007 ~.j STUK 5: Krachtlijnen van het inrichtingsplan Eiland Zwijnaarde (samenvatting), j STUK 7: Marktonderzoek, Financiële haalbaarheid, Businessplan en commercialisatlevoorstel 1 STUK 8: Dynamisch financieel model (CD-ROM) \/ STUK 9: Stand van zaken en vergunningen cvba Fasiver STUK 10: Studie ontvangend terrein Eiland Zwijnaarde Noord \/ STUK 11: Overzicht grondeigendommen STUK 12: Toestemmingsbneven van alle grondeigenaren en partners betrokken bij deze aanvraag tot bekomen van een brownfieldconvenant STUK 13: Geconsolideerde jaarrekening DOMO Groep ~

63 Bijlage 2 Plan met aanduiding van de gronden zoals bedoeld in artikel 3 van het Convenant D

64 391K LEGENDE: Verworven (door de partners in het project) Te oerwerven ~ Vtaamae overheid HrlAgen000p O,deenoer, t,eekennecthod en p,:ohe~d d~ ~ b~sc0*kog groeide gegeevo ee nifee tijde no doch ton op go nieeo:~zeoonsprokcijk o~,drn grcreld000necrntc:ole oncoijcdldgheden efoe,toendeoformooe.

65 Bijlage 3 Nota OVAM dd. 9 maart 2009 re Financiële zekerheden in kader van bodemsanering en brownfieldconvenanten

66 Onderwerp: Financiële zekerheden in kader van bodemsanering en brownfleldcovenanten Opsteller: Pascal Maebe Datum: 9 maart Inleiding. In kader van het decreet van 30 maart 2007 betreffende de Brownfieldconvenanten ( Brownfielddecreet ) is een systematiek ontwikkeld waarbij investeerders, projectontwikkelaars, eigenaars, zakelijk gerechtigden, lokale actoren en regisseurs,... een convenant kunnen sluiten met de Vlaamse Regering. Het sluiten van een dergelijk convenant doet rechten ontstaan op een aantal incentives en faciliterende maatregelen. Eén van deze faciliterende maatregelen is de mogelijkheid tot vrijstelling van het stellen van een financiële zekerheid bij de overdracht van risico-gronden. In deze nota wordt nagegaan welke randvoorwaarden aan het toepassen van deze faciliterende maatregel kunnen gesteld worden. 2 Wettelijk kader. De wettelijke basis volgt uit artikel 15 van het decreet van 30 maart 2007 betreffende de Brownfieldconvenanten dat als volgt luidt: Voor een overdracht van projectgronden die kadert in een Brownfieldconvenant, kan de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij vrijstelling verlenen van de door de decreetgeving op de bodemsanering voorgeschreven plicht tot het stellen van een financiële zekerheid voor de overdracht van risicogronden waarvoor de bodemsaneringsnormen overschreden zijn of overschreden dreigen te worden of die aangetast zijn door een ernstige historische bodemverontreiniging. Als voorwaarde voor de in het eerste lid bedoelde vrijstelling geldt dat het Brownfieldconvenant in voldoende waarborgen voorziet opdat diegene die zich engageert tot de bodemsanering, daadwerkelijk zijn verplichtingen nakomt Ook het bodemdecreet en het uitvoeringsbesluit geven een rechtsgrond in dit verband. Artikel 9 van het Vlarebo van 14 december 2007 luidt als volgt: Het bedrag van de financiële zekerheid wordt door de OVAM vastgesteld op basis van een door haar goedgekeurde raming van de kosten van de uitvoering van de verplichtingen waarvoor de financiële zekerheid krachtens het Bodemdecreet moet worden gesteld. De OVAM kan een lager bedrag dan vermeld in het eerste lid aanvaarden op basis van elementen die de zekerheidsteller aanbrengt om te motiveren dat het risico dat de OVAM de financiële zekerheid moet aanspreken beperkt is. De OVAM kan een hoger bedrag dan vermeld in het eerste lid vaststellen op basis van een inschatting van de risico s dat de gekozen techniek om de bodemverontreiniging te behandelen niet of in onvoldoende mate leidt tot het realiseren van de doelstellingen van het Bodemdecreet. 3 Stand van zaken brownfieldconvenanten. Op 18juli 2008 heeft de Vlaamse regering op advies van de tijdelijke brownfieldcel 42 van de 50 ingediende brownfieldprojecten gegrond en ontvankelijk beschouwd en beslist onderhandelingen op te starten. Met het oog op de verdere toetsing van de haalbaarheid van de projecten heeft de tijdelijke brownfieldcel tussen 26 augustus en 5 september 08 alle projectindieners geïnterviewd. In november 2008 heeft een ambtelijke werkgroep een quickscan uitgevoerd aangaande knelpunten en haalbaarheid van ieder project vanuit de betrokken beleidsdomeinen.

67 2 Bij beslissing van 20 februari 2009 heeft de Vlaamse Regering drie onderhandelaars benoemd om de onderhandelingen over de brownfieldconvenanten te voeren. 4 Toetsingscriteria bij vrijstelling van financiële zekerheid. a) De overdracht kadert in een brownfieldconvenant. De vrijstelling op basis van artikel 15 kan enkel verleend worden voor een overdacht van projectgronden die kadert in een brownfieldcovenant (=decretale voorwaarde). Dit houdt in dat deze overdrachten en de daaraan gekoppelde voorwaarden in de brownfieldconvenant duidelijk moeten omschreven worden. Volgende elementen kunnen hierbij belangrijk zijn om op te nemen in het convenant: - identificatie van de over te dragen gronden; - type van overdracht: overdracht van het eigendomsrecht, vestigen van een opstalrecht, aangaan van een concessie,... - identificatie van de overdrager en verwerver; - tijdstip van de overdracht (bijvoorbeeld in functie van het verloop van de saneringswerken) - bepalen wie bij de overdracht de saneringsplicht op zich neemt en bijgevolg de éénzijdige verbintenis aangaat; - te volgen procedure: normale procedure, versnelde overdrachtsprocedure (art. 115), afwijking op basis van artikel etc... b) Het brownfieldconvenant voorziet in voldoende waarborgen De vrijstelling op basis van artikel 15 kan enkel verleend worden indien het Brownfieldconvenant in voldoende waarborgen voorziet opdat diegene die zich engageert tot de bodemsanering, daadwerkelijk zijn verplichtingen nakomt. Er wordt niet-verder verduidelijkt in welke waarborgeh het convenant dient te voorzien. Ook de Memorie van toelichting1 van het brownfieldconvenantendecreet brengt hier geen verdere verduidelijking (zie onderstaand uittreksel). Bij de uitvoering van een Brownfieldproject waaromtrent een Brownfieldconvenant is afgesloten waaraan ook de OVAM deelneemt (dat wil zeggen dat bij (bepaalde) projectgronden sprake is ) van (potentiële) bodemverontreiniging) mag ervan worden uitgegaan dat het engagement en de bereidheid tot uitvoering van de bodemsanering aanwezig is, en dat in hef kader van het convenant voldoende zekerheden en waarborgen daartoe kunnen worden ingebouwd. Voorliggend artikel bepaalt om die reden dat de OVAM kan afzien van het eisen van een financiële zekerheid bij een overdracht van projectgronden die kadert in een Brownfieldconvenant, voor zover bij of krachtens het convenant in voldoende waarborgen is voorzien dat diegene die zich engageert tot de bodemsanering daadwerkelijk zijn verplichtingen nakomt. Op die manier wordt een bijkomende hindernis voor de uitvoering van het project weggenomen. Op basis van de globale context kan afgeleid worden dat de financiële haalbaarheid van het brownfieldproject essentieel zal zijn bij de beoordeling. De OVAM gaat er van uit dat in geval een brownfieldconvenant afgesloten wordt deze beoordeling positief was en er op basis van dit criterium geen bezwaar is om vrijstelling van financiële zekerheid te verlenen. 1 Vlaams parlement, 12 januari 2007, Stuk 1059 ( ) Nr. 1: Ontwerp van decreet betreffende de brownfieldconvenanten 4

68 c) Saneringsplicht in relatie tot eigendomsrecht. 3 In het kader van de beoordeling of een overdracht al dan niet in aanmerking kan komen voor de vrijstelling van h~t stellen van een financiële zekerheid is het belangrijk om na te gaan of na de geplande overdracht het eigendomsrecht en de saneringsplicht al dan niet bij dezelfde persoon zullen rusten. Het feit dat na de overdracht het eigendomsrecht en de saneringsplicht bij dezelfde persoon rusten kan immers als een vorm van waarborg aanzien worden en kan als specifieke voorwaarde gehanteerd worden. Voorstel: - als na de overdracht eigenaar en saneringsplichtige identiek zijn kan een vrijstelling van financiële zekerheid verleend worden; - als na de overdracht eigenaar en saneringsplichtige verschillend zijn kan geen vrijstelling van financiële zekerheid verleend worden; In kader van de ontwikkeling van een brownfieldproject betekent dit het volgende (vereenvoudigd schema): Vorige 01 ~ Project 02 ~ Toekomstige eigenaar Ontwikkelaar eigenaar De projectontwikkelaar verwerft in kader van de herontwikkeling de gronden en neemt de saneringsplicht over van de vorige eigenaar. Tijdens de fase dat de projectontwikkelaar eigenaar is van de grond zal hij deze saneren en ontwikkelen. Daarna zal de grond doorverkocht worden aan de toekomstige eigenaar. In geval er op dit ogenblik nog saneringsverplichtingen bestaan (bijvoorbeeld een grondwatersanering op langere termijn) zal waarschijnlijk de projectontwikkelaar de verplichting hiervoor bij zich houden. - Voor de overdracht 01 wordt een vrijstelling van financiële zekerheid verleend indien de projectontwikkelaar de saneringsplicht mee overneemt. - Voor de overdracht 02 wordt geen vrijstelling van financiële zekerheid verleend voor de nog resterende saneringsverplichtingen indien de plicht hiervoor niet wordt mee overgedragen aan de toekomstige eigenaar. Vanuit financieel oogpunt is deze stelling ook te verdedigen omdat bij de 1ste overdracht (01) de projectontwikkelaar kosten maakt en de financiële zekerheid een extra belasting zal zijn boven op alle investeringskosten terwijl bij de 2~ overdracht 02 de projectontwikkelaar opbrengsten heeft waarmee hij de verdere sanering kan financieren inclusief het stellen van de financiële zekerheid. d) Overdrachten vô6r het afsluiten van een brownfieldconvenant. Artikel 15 bepaalt dat de vrijstelling kan verleend worden voor een overdracht van projectgronden die kadert in een Brownfieldconvenant. Artikel 15 geeft geen nadere bepalingen omtrent het tijdstip van de overdrachten die in aanmerking komen voor deze vrijstelling. Er kan geoordeeld worden dat voor overdrachten die plaatsvonden voor het sluiten van een brownfieldconvenant de reeds gestelde financiële zekerheid alsnog geheel of gedeeltelijk kan vrijgegeven worden op voorwaarde dat in de brownfieldconvenant aangetoond wordt dat deze overdracht duidelijk kadert in het brownfieldproject. Eventuele vrijgave gebeurt volgens dezelfde principes als voor overdrachten die plaatsvinden na het sluiten van een brownfieldconvenant. e) Overdrachten van delen van terreinen.

69 In kader van de overdracht van gronden en de vervulling van de saneringsplicht en het stellen van financiële zekerheden wordt het kadastraal perceel als basis gebruikt. In kader van brownfieldontwikkeling gebeurt het vaak dat in kader van de herontwikkeling delen van het oorspronkelijke perceel in fasen worden verkocht. Vaak is dit essentieel voor de haalbaarheid van het project omdat dit betekent dat er in een vroeg stadium van de ontwikkeling reeds opbrengsten kunnen gegenereerd worden. In de klassieke procedure wordt de financiële zekerheid berekend op basis van de saneringsverplichting(kost) voor het volledige perceel en moet de éénzijctige verbintenis eveneens voor het volledige perceel aangegaan worden, oök al wordt slechts een deel van het perceel overgedragen. Als aanvaard wordt dat het in eigendom hebben (houden) van een (deel van een) grond een zekere waarborg is voor het uitvoeren van de sanenngsverplichtingen voor die grond, dan kan ingestemd worden met het vragen van een beperktere financiële zekerheid voor de overdracht van delen van een perceel. De verhouding op vlak van saneringskost en grondwaarde tussen het over te dragen deel en het resterend deel moet in rekening gebracht worden bij de bepaling van de hoogte van de financiële zekerheid op basis van onderstaande formule: 4 (»~ei Sdel~ Bedrag FZ= MaxI e e x Stotaai ~ totaal ~ totaal) waarbij: WdeeI grondwaarde van het over te dragen deel Wtotaai grondwaarde van het volledig kadastraal perceel Sdeel saneringslast op het over te dragen deel Stotaai saneringslast op het volledig kadastraal perceel In de meeste projecten zal de grond een gelijke éénheidswaarde hebben over het volledige terrein zodat de verhouding in grondwaarden gelijk zal zijn aan de verhouding in oppervlakte en vrij eenvoudig kan bepaald worden. In sommige gevallen kan het echter gebeuren dat de eenheidswaarde niet over het volledige terrein gelijk is (bijvoorbeeld een deel heeft bestemming wonen, een ander deel KMO en nog een ander deel openbaar domein). In dit geval moet rekening gehouden worden met dit verschil in eenheidswaarde. De nodige informatie hiervoor moet aangereikt worden in het business-plan. In tegenstelling tot de financiële zekerheid moet de éénzijdige verbintenis wel voor het volledige perceel aangegaan worden. 5 Voorstel voor vrijstelling van financiële zekerheid in kader van artikel 15 van het decreet betreffende de brownfieldconvenanten en siecifleke randvoorwaarden De OVAM kan enkel en alleen vrijstelling verlenen voor het stellen van financiële zekerheden in toepassing van artikel 15 van het decreet betreffende de brownfieldconvenanten onder de volgende voorwaarde: - de overdracht waarvoor vrijstelling verleend wordt gebeurt zoals omschreven in het brownfieldconvenant; Specifieke voorwaarden: - In geval het een overdracht betreft waarbij na de overdracht de eigenaar en de saneringsplichtige voor de overgedragen grond identiek zijn kan vrijstelling verleend worden; - In geval het een overdracht betreft waarbij na de overdracht de eigenaar en de saneringsplichtige voor de overgedragen grond verschillend zijn kan enkel de regeling voor delen van een perceel toegepast worden.

70 het achteraf vrijgeven van een reeds gestelde financiële zekerheid voor overdrachten die reeds plaatsvonden v66r het afsluiten van het brownfieldconvenant kan enkel toegepast worden als aan bovenstaande voorwaarden voldaan is en deze overdracht ook uitdrukkelijk opgenomen werd in het brownfie~dconvenant. De eventueel toegekende vrijstelling (of vrijgave) van financiële zekerheden in kader van een brownfieldconvenant vervalt wanneer de actor die de vrijstelling (of vrjgave) bekomen had uittreedt uit het brownfieldconvenant, bij stopzetting wegens overmacht of bij ontbinding van de convenant. Bovenvermelde specifieke voorwaarden zullen als richtlijn gehanteerd worden. Dit wil zeggen dat in specifieke gevallen kan afgeweken worden in functie van specifieke waarborgen die eventueel in het brownfielconvenant worden opgenomen. 5

71 Bijlage 4 Overzicht van de geplande ophogings- en andere werken op het Brownfield Aanleg R4 Zuid ~ ~11 Meiin 2014 Ophoging noord met +1-2 m in Aanleg zichheu~ei in ~ (~phoging tot medio 2012

72 Bijlage 5 Overzicht van de percelen die deel uitmaken van de Brownfield

73 eigendomssituatie eiland zwijnaarde - inrichtingsplan - kaart m KD~ OMGEVING 1 E AG SOB AG SOB en provincie AWV DOMO Fasiver 1 WenZ particuliere eigendom in onteigening door W & Z particuliere eigendom in onteigening door POM de oppeivlakten van elke deelzone die met een nummer of letter is aangeduid (en gegroepeerd per eigenaar), zijn weergegeven in een bijhorende fabel. voor het zuidelijk deel stoelen deze op hef op metingsplan van SOB (luni 2005), voor hef noordelijk deel op het kadasterplan (2006). n bron achtergrond: GIS-Vlaanderen, 2003 OMGEVING - september R kOl

74 Eigenaar DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT Perceelnr. Status 562 verworven 0563A verworven 0627B verworven 0632B verworven 0637B verworven 0566E verworven 0641A verworven 0565B verworven 0631B verworven 0593A verworven 0634C verworven 0638A verworven 0628B verworven 0561F verworven 562 verworven 0563A verworven 0627B verworven 0572C verworven 0632B verworven 0631D verworven 0637B verworven 0573E verworven 0566E verworven 630 verworven 629 verworven 0641A verworven 0565B verworven 0631B verworven 0593A verworven 0634C verworven 0638A verworven 0628B verworven

75 n DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT 0631C verworven DOMEIN VAN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STADSONTWIKKELINGSBEDRIJF GENT 0561F verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0548C verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0643C verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0648G verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0522B verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0651Z 2 verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0543A 02 verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0554H verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 571 verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0554N verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0647G verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0644K verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0648H verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0646H verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 645 verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0648K verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0651X 2 verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0646C verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0547C verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0519C verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0646D verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 521 verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0647L verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0650L verworven DOMEIN VAN RET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0568B verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0530E verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0647F verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0651V 2 verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0651V 2 verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0646L verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0647N verworven

76 -v -~ DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0650K verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0570C verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0557C verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0646E verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0644B verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0646F verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0644L verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0647D verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0649K verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0643E verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0647H verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0651W 2 verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0647E verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0559A verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0555A verworven DOMEIN VAN HET EXTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP/WATERWEGEN EN ZEEKANAAL 0556B verworven DOMEIN VAN HET VLAAMSE GEWEST/AGENTSCHAP WEGEN EN VERKEER 0642D verworven DOMEIN VAN HET VLAAMSE GEWEST/AGENTSCHAP WEGEN EN VERKEER 0642C verworven DOMEIN VAN HET VLAAMSE GEWEST/AGENTSCHAP WEGEN EN VERKEER 0644H verworven DOMEIN VAN HET VLAAMSE GEWEST-GOEDEREN BEHEERD DOOR DE NV W & Z/WATERWEGEN 0554L verworven DOMEIN VAN HET VLAAMSE GEWEST-GOEDEREN BEHEERD DOOR DE NV W & Z/WATERWEGEN 558 verworven DOMEIN VAN HET VLAAMSE GEWEST-GOEDEREN BEHEERD DOOR DE NV W & Z/WATERWEGEN 560 verworven DOMEIN VAN HET VLAAMSE GEWEST-GOEDEREN BEHEERD DOOR DE NV W & Z/WATERWEGEN 0554K verworven DOMEIN VAN HET VLAAMSE GEWEST-GOEDEREN BEHEERD DOOR DE NV W & Z/WATERWEGEN 0557B verworven FASIVER 0636A verworven FASIVER 0635B verworven FASIVER verworven FASIVER 0576B verworven FASIVER 0577A verworven FASIVER 0596A verworven FASIVER 0634E verworven FASI verworven