p-^^^^^j^j^ HOLLAND 2^ JULI ZOIZ Gedeputeerde Staten Odfjell Terminals (Rotterdam) B.V, t.a.v. de directie Postbus XC BOTLEK ROTTERDAM

Transcriptie

1 Lid Gedeputeerde Staten R.A, Janssen Conlacl P'^'^^j'^i^ HOLLAND Commissie Verkeer en Milieu Postadres Provinciehuis Postbus LP DenHaag T Datum 24 juli 2012 Ons kenmerk Uw kenmerit Bijlagen 2 Onderwerp Acute bestuursdwang Odfjell. Geacht lid van de commissie Verkeer en Milieu, In eerdere correspondentie heb ik toegezegd u op de hoogte te houden van actuele ontwikkelingen inzake Odfjell. Het tankopslagbedrijf Odfjell is vrijdag 20 juli 2012 door de DCMR Milieudienst Rijnmond (in opdracht van de provincie) en de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) acute bestuursdwang aangezegd. Bijgevoegd vindt u de bestuurbeschikking waarin de acute bestuursdwang wordt gemotiveerd. Tevens vindt u in de bijlage het persbericht dat door de gezamenlijke diensten is uitgegeven. Uiteraard houd ik u op de hoogte zodra er nieuwe ontwikkelingen zijn. Hoogachtend, Bezoekadres Zuid-Holtandplein AW DenHaag Tram 9 en bus 65 stoppen dicnbij het provincietiuis Vanaf station Den Haag CS is hel tien minuten topen. De parkeerruimte voor auto's ts beperkt ^i-^&fk. R.A. Janssen Bijlagen: Bestuursbeschikklng Persbericht 20 juli Odfjell gedeeltelijk stilgelegd

2 Gedeputeerde Staten p-^^^^^j^j^ HOLLAND Odfjell Terminals (Rotterdam) B.V, t.a.v. de directie Postbus XC BOTLEK ROTTERDAM DCWR fv^ilieuoignst Rijrirnono Afdeling Haven en Industrie Contact mr, S. Barlel/drs, A E. Bracké T F info@dcmr.n! Postadres DCMR Postbus AVSchiedam T Datum Ons kenmerv / Uw kenmerk.«,» 2^ JULI ZOIZ Bijlagen 1 Onderwerp Lasten onder t)estuursdwang Geachte directie, Naar aanleiding van overtredingen die zijn geconstateerd in uw inrichting aan de Oude Maasweg 6 te Botlek Rotte rdam hebben wij besloten jegens uw inrichting handhavend op te treden. De redenen voor dit optreden, de juridische grondslagen hiervoor en de gevolgen hiervan voor uw inrichting, vindt u in dit besluit. Constateringen Bij besluit van 4 juni kenmerk 12U1T03580/R&C/JT/JL/WL, heeft het bestuur van de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond {hierna: VRR) u een aantal lasten onder dwangsom opgelegd. Naar aanleiding van deze lasten onder dwangsom heeft een inspecteur van de VRR op 16,17 en 18 juli 2012 een hercontrole uitgevoerd. De inspecteur is onder andere aanwezig geweest bij het spoelen van horizontale schulmblusleldingen en het geheel spoelen van koelleidingen van tanks in de tankputten 2 en 4 op het terrein van Odfjell Terminals (Rotterdam) BV.. In deze tankputten staan tanks waarin KI en K2 stoffen zijn en mogen worden opgeslagen. Tijdens de spoelwerkzaamheden is bij meerdere tanks geconstateerd dat het water dat door de (koel en schuim)leidingen stroomt ernstig is verontreinigd met onder andere veel en grote brokken roest en stenen. Voorts is bij tenminste één tank geconstateerd dat de sproeikop van de koelleiding op de tanks door de verontreinigingen een onregelmatig sproeipatroon heeft, waardoor de tank niet volledig en gelijkmatig kan worden gekoeld in geval van een calamiteil. Ook is geconstateerd dat tijdens het spoelen van de (koel en schulm)ieidingen meerdere leidingen lekkages vertoonden. Bezoekadms Paraltelweg NASchb(lem De DCMR Is goed bereikbaar met he( openbur verwef Overtredingen, overwegingen per overtreding en te treffen maatregelen Bovengenoemde constateringen leveren een overtreding op van de voorechriften 6.17 juncto 6.40 van de Wabovergunning d.d. 21 december 2004 (kenmerk ). De volledige tekst van deze voorschriften is bijgevoegd in bijlage 1, behorende bij deze beschikking.

3 ''ZUID ^*^^^N Ons kenmefk ^^9'"^ ^'^ In voorschrift 6.17 wordt gesproken over brandbestrijdingsmiddelen. Bij de betreffende tanks bestaan deze brandbestrijdingsmiddelen uit twee onderdelen, nl. een schuimblusinstallatie, waarbij schuim in de tank wordt gebracht om een tankbrand te blussen en een koelinstallatie, die een waterfilm op de buitenkant rondom de tank aanbrengt om aanstraling, dus escalatie van een brand, zoveel mogelijk te beperken. Beide onderdelen van de brandbestrijdingsinstallatie worden gevoed door waterleidingen, die aantakken op de ringleiding van de tankput en vervolgens op de hoofdringleiding.. Conform voorschrift 6.17 van uw Wabovergunning dienen beide onderdelen van de brandbestrijdingsinstallatie doelmatig en bedrijfszeker te zijn en steeds onmiddellijk gebruikt te kunnen worden. Gezien de constateringen die op 16,17 en 18 juli 2012 door de inspecteur van de VRR zijn gedaan, voldoet in ieder geval de koelinstallatie van de gecontroleerde tanks hier niet aan. Daarnaast hebben wij, gezien de ernstige verontreiniging van de schuimblusleidingen, een sterk vermoeden dat ook de schuimblusinstallatie in de tanks niet naar behoren functioneert. Omdat alle tanks en de leidingen in de tankputten 1,2.3,4, 5, 6,9a. 9b en 10b qua ontwerp en bouwjaar vergelijkbaar zijn met de gecontroleerde tanks en teidingen in de tankputten 2 en 4 en u niet heeft aangetoond dat voor deze tanks en leidingen andere omstandigheden gelden, hebben wij voor alle tanks in deze tankputten een ernstig vermoeden dat deze niet voldoen aan de voorschriften 6.17 juncto 6.40 van uw Wabovergunning d.d. 21 december 2004 {kenmerk ). In alle tanks in genoemde tankputten zijn en mogen K1- en K2-stoffen worden opgeslagen. Om aan de overtreding een einde te maken, dient u de gevulde K1- en K2-tanks die staan in de tankputten 1.2, 3, 4, 5, 6, 9a, 9b en 10b leeg {d.w.z. leeg en gereinigd) te maken en leeg te houden en de lege tanks in deze tankputten leeg te houden. Dit geldt niet indien u door middel van een live test als bedoeld in voorschrift 6.23 van de Wabovergunning d.d. 21 december 2004 (kenmerk ), in aanwezigheid van toezichthouders van de DCMR Milieudienst Rijnmond en de VRR aantoont dat de goede werking van de stationaire blus- en koelinstallaties gegarandeerd is. Gezien het feit dat het op een verantwoorde en veilige wijze teeg maken en reinigen van de tanks, waarin KI- of K2-stoffen zijn opgeslagen, geruime tijd in beslag neemt, dient u daarmee rekening te houden in de planning hiervan. Wij verzoeken u dringend om urteriijk vrijdag 27 juli 2012,13.00u per aan de heer A. Pel (axel, pel (5)d cm r.nl. tel ) te taten weten op welke wijze en volgens welke planning u gaat voldoen aan de hierna genoemde last 3. Gelet op de situatie waarbij de brandbestrijdingsmiddelen niet doelmatig en bedrijfszeker zijn, dient u ter reductie van het risico tussentijds aanvullende organisatorische en technische beheersmaatregelen te treffen. De Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond zal in een afzonderlijke beschikking deze aanvullende maatregelen voorschrijven. Mondelinge aanzegging bestuursdwang d.d. 20 juli 2012 Ingevolge artikel 5:31, lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen direct maatregelen worden getroffen indien de vereiste spoed dat rechtvaardigt. Door de geconstateerde gebreken in de brandbestrijdingsinstallatie is er naar ons oordeel sprake van een zeer ernstige overtreding, die direct risico oplevert voor de omgeving. Daarom hebben wij bestoten tot het met spoed aanzeggen van de lasten onder bestuursdwang, zoals be-

4 Ons kenmerk "zmo ^ ^ï^^^ ''^^ina 3/3 doeld in artikel 5:31 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht, waarbij conform artikel 5:31 lid 2 Algemene wet bestuursrecht, het besluit tot het opleggen van lasten onder bestuursdwang achteraf bekend wordt gemaakt. Op vrijdag 20 juli 2012 heeft de heer J.H. van den Heuvel, directeur DCMR Milieudienst Rijnmond, namens ons, aan de heer G.J.R. Eijsink, directeur van Odfjell Terminals (Rotterdam) B.V. de lasten onder bestuursdwang, zoals neergelegd in deze beschikking, mondeling aangezegd. Daarbij zijn de maatregelen genoemd, waaraan voldaan moet worden en de termijn waarbinnen de tast ten uitvoer gelegd moet zijn. Tevens is aangegeven dat, indien na deze termijn wordt geconstateerd dat u geen gevolg heeft gegeven aan de lasten onder bestuursdwang uit deze beschikking, wij de betreffende maatregelen (laten) uitvoeren, waarbij wij de kosten verbonden aan het voorbereiden en uitvoeren van deze maatregel op u zullen verhalen. Tijdens hetzelfde gesprek heeft de heer A. Littooij, directeur van de VRR, eveneens aan de heer G.J.R. Eijsink bestuursdwang aangezegd. Hierover wordt u apart door de VRR geïnformeerd. Verlenging termijn Vanwege het feit dat de gestelde termijn van tast 1 (zondag 22 juli 2012,17.00u) zoals aangezegd aan de heer Eijsink op vrijdag 20 juli 2012, uit veiligheidsoogpunt niet gehaald kon worden, hebben wij deze termijn per d.d. 22 juli 2012, verlengd tot maandag 23 juli 2012, 04.00U. Besluit Gelet op het vorenstaande besluiten wij op grond van artikel 122 lid 2 van de Provinciewet in samenhang met artikel 5:24 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 5.2 lid 1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht als volgt: 1) Om deovertreding van voorschrift 6.17 juncto 6.40 vande Walx)vergunning d.d. 21 december 2004 (kenmerk ) ongedaan te maken en te houden dient u de tanks gevuld met KI-en K2-vloeistof in de tankputten 2 en 4 vóór maandag 23 juli 2012, uur leeg te maken (= leeg en gereinigd) en leeg te houden, totdat door middel van een live test als bedoeld in voorschrift 6.23 van de Wabovergunning d.d. 21 december 2004 (kenmerk ), in aanwezigheid van toezichthouders van de DCMR Milieudienst Rijnmond en de VRR is aangetoond dat de goede werking van de stationaire blus- en koelinstallaties gegarandeerd is. Indien na deze datum wordt geconstateerd dat u aan deze last geen gevolg heeft gegeven, zullen wij deze maatregel (laten) uitvoeren, waarbij wij de kosten verbonden aan het voorbereiden en uitvoeren van deze maatregel op u zullen verhalen. 2) Om de overtreding van voorschrift 6.17 juncto 6.40 van de Wabovergunning d.d. 21.december 2004 (kenmerk ) te voorkomen dient u de tanks in de tankputten 1, 2, 3,4. 5, 6. 9a, 9b en 10b die niet in gebruik zijn, leeg te houden van KI- of K2-vIoeistof totdat door middel van een live test als bedoetd in voorschrift 6.23 van de Wabovergunning d,d. 21 december 2004 (kenmerk ) in aanwezigheid van toezichthouders van de DCMR Milieudienst Rijnmond en de VRR is aangetoond dat de goede werking van de stationaire blus- en koelinstallaties gegarandeerd is. Indien wondt geconstateerd dat u aan deze last geen gevolg heeft gegeven, zullen wij deze maatregel (laten) uitvoeren, waarbij wij de kosten verbonden aan het voorbereiden en uitvoeren van deze maatregel op u zullen verhalen.

5 ^ ZU7D '^^^^A^f^ Qr.i Venmer* ^^9'"^ ^'^ 3) Om de overtreding van voorschrift 6.17 juncto 6.40 van de Wabovergunning dd. 21 december 2004 (kenmerk ) ongedaan te maken en te houden dient u de tanks in de tankputten 1. 3, 5. 6, 9a, 9b en 10b die gevuld zijn met KI-of K2-vloeistof vóór vrijdag 3 augustus 2012, uur leeg te maken (= leeg en gereinigd) en leeg te houden, totdat door middel van een live test als bedoeld in voorschrift 6.23 van de Wabovergunning d.d. 21 december 2004 (kenmerk ), in aanwezigheid van toezichthouders van de DCMR Milieudienst Rijnmond en de VRR is aangetoond dat de goede werking van de stationaire blus- en koelinstallaties gegarandeerd is. Indien na deze datum wordt geconstateerd dat u aan deze last geen gevolg heeft gegeven, zullen wij deze maatregel (laten) uitvoeren, waarbij wij de kosten verbonden aan het voorbereiden en uitvoeren van deze maatregel op u zullen verhalen. Bezwaar Belanghebbenden kunnen op grond van artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar maken tegen deze beschikking. Het maken van bezwaar dient te geschieden door het indienen van een bezwaarschrift gericht aan het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland, t.a.v. het secretariaat van de bezwarencommissie-awb, postbus 90602, 2509 LP Den Haag, Een bezwaarschrift kan worden ingediend gedurende een termijn van zes weken na de datum van verzending van deze beschikking. Een bezwaarschrift moet worden ondertekend en dient in ieder geval het volgende te bevatten: - de naam en het adres van de indiener; - de dagtekening; - een omschrijving van de beschikking waartegen bezwaar wordt gemaakt; - de gronden van het bezwaar. Voorlopige voorziening Op grond van artiket 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden een verzoek doen tot het treffen van een voorlopige voorziening. Het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening moet worden gedaan bij de voorzieningenrechter van de rechtbank 's- Gravenhage, Sector Bestuursrecht, postbus 20302, 2500 EH Den Haag. Deze kan een vooriopige voorziening treffen, indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist. Het bezwaarschrift en het verzoek om vooriopige voorziening schorsen de werking van deze bestuursdwang- en dwangsom beschikking niet. Hoogachtend. Gedeputeerde Staten van de provincie Zuld-Holland, voor dezen, mr..h. van den Heuvel directeur DCMR Milieudienst Rijnmond

6 Ons kenmerk p'^''^"j'ij HOLLAND Pagina 5/5 Kopie verstuurd aan: - Ploum Lodder Princen Advocaten en Notarissen, t.a.v. mevr. mr. M.G.J. Maas-Cooymans, Postbus 711, 3000 AS Rotterdam; - Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, District Haven, t.a.v. drs. E. de Bruin, postbus 9154, 3007 AD Rotterdam; - Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Directie MHC, t.a.v. mevrouw S. Dekker- Steehouwer, postbus 820, 3500 AV Utrecht; - Functioneel Parket, Unit Fraude. Economie en Milieu, t.a.v. de Officier van Justitie, postbus AD Rotterdam; - Rijkswaterstaat Zuid-Holland, afdeling vergunningen (ARE), ta.v. de heer E. Talens, postbus 556, 3000 AN Rotterdam; - Burgemeester en Wethouders van Rotterdam, postbus 70012, 3000 KP Rotterdam; - Gedeputeerde Staten van Zuld-Holland, postbus 90602,2509 LP Den Haag.

7 Ons kenmerk P"''J"'i^ HOLLAND Pagina 6/6 Bijlage 1: Relevante voorschriften uit de Wabovergunning d.d. 21 december 2004 (kenmerk ) voorschrift 6.17 Alle brandbestrijdingsmiddelen zowel voor blussen met water, als met schuim of anderszins, moeten doelmatig en bedrijfszeker zijn, onbelemmerd bereikt kunnen worden en steeds onmiddellijk gebruikt kunnen worden. Bij onderhoudswerkzaamheden of andere incidentele buiten bed rijfsstelling is vervangend, gelijkwaardig materiaal aanwezig. Het bevoegd gezag dient hieromtrent schriftelijk te worden geïnformeerd. voorschrift 6.23 Ten minste eenmaal per drie jaar dient aangetoond te worden dat de goede werking van stationaire blus-/koelinstallaties gegarandeerd is. De installatie wordt tijdens de test zoveel als mogelijk in gebruik gesteld ('live test'). Het testprogramma dient goedgekeurd te worden door het bevoegd gezag. voorschrift 6.40 Bovengrondse opslagtanks dienen ten aanzien van preventieve en repressieve brandbestrijdingsmiddelen te voldoen aan de paragrafen (inclusief toelichting), , , tot en met (inclusief toelichting bij paragraaf ) van de Richtlijn Vloeibare aardolieproducten, tmvengrondse opslag grote installaties, eerste druk 1984, nummer CPR 9-3.

8 Odfjell gedeeltelijk stilgelegd Het tankopslagbedrijf Odfjell in het Botlek-gebied is vanmiddag door de DCMR Milieudienst Rijnmond en de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond bestuursdwang aangezegd, in aanvulling op eerdere handhavingsmaatregelen. Bij tankput 2 en 4 is onvoldoende bewezen dat blus- en koelvoorzieningen in orde zijn waardoor sprake is van een ernstig veiligheidsrisico. Het bedrijf moet binnen 48 uur vijf tanks leeghalen. Ook moet het bedrijf in de tussentijd zorgen voor maatregelen om een incident te voorkomen. De vijf tanks die binnen 48 uur, dat wil zeggen uiterlijk aanstaande zondag 22 juli om uur, moeten worden leeggehaald, bevatten stoffen waarvoor de blus- en koelvoorzieningen nodig zijn. Meer tanks leeghalen Nog zeven andere tankputten en de bijbehorende koel-en blusvoorzieningen zijn vergelijkbaar van opbouw. De tanks zijn namelijk binnen dezelfde periode gebouwd (1957 tot 1963) en ze zijn vergelijkbaar van constructie. Ook hier is daarom mogelijk sprake van het niet in orde zijn van de koelen blusinstallaties en daarmee een mogelijk ernstig veiligheidsrisico. Een tankput is een met dijken afgesloten gebied waarin meerdere tanks staan. Daarom hebben de DCMR en de VRR besloten deze tankputten en daarmee de koel- en blusinstallaties ook op te nemen in de bestuursdwang. Vrijdag 3 augustus om uur moet het bedrijf vijftien tanks uit deze tankputten leeghalen, tenzij wordt aangetoond dat de koel- en blusvoorzieningen bij deze tanks in orde zijn. Ook is geëist bij de bestuursdwang dat het bedrijf zorgt voor extra maatregelen om in de tussentijd een incident te voorkomen. Dit moet gebeuren door 24 uur per dag een brand weereenheid op het bedrijf aanwezig te hebben. Nacontrole VRR Bij een nacontrole door de VRR deze week bleken de koel- en blusvoorzieningen van tankput 2 en 4 niet In orde. Het betrof een nacontrole op de dwangsom die door de VRR aan het bedrijf is opgelegd omdat het bedrijf bij de BRZO-inspectie niet kon aantonen dat onderhoud is gepleegd op de koel- en blusinstallaties. Provincie Zuid-Holland Voor het uitoefenen van bestuursdwang is de provincie Zuid-Holland eindverantwoordelijk. De provincie Is het bevoegd gezag voor de milieuvergunning van Odfjell en heeft de DCMR mandaat gegeven voor vergunningverlening, toezicht en handhaving.