Fysiotherapie en het whiplashprobleem. NPi-cursus FT en Whiplash
|
|
- Linda Eilander
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Fysiotherapie en het whiplashprobleem NPi-cursus FT en Whiplash 1
2 FT en het WHIPLASHPROBLEEM Het gezondheidsprofiel als uitkomst van het diagnostische proces Het gezondheidsprobleem als uitgangspunt voor behandeling Doel, opzet en inhoud van de cursus NPi-cursus FT en Whiplash 2
3 DOELSTELLINGEN DE CURSIST IS IN STAAT OM: het gezondheidsprofiel van de whiplash -patiënt op te stellen prognostische factoren te benoemen behandelplan op te stellen en te evalueren behandelresultaat te benoemen (meten) KNGF-richtlijn Whiplash te volgen NPi-cursus FT en Whiplash 3
4 DAG 1 schets van het whiplashprobleem uitgangspunten KNGF-richtlijn Whiplash casuïstiek; prognostische factoren gebruik van meetinstrumnenten bij whiplash-patiënten thuisopdracht NPi-cursus FT en Whiplash 4
5 DAG 2 terugkoppeling dag 1 functies van relevante hersenzenuwen oefenen van psychofysiologische functies casuïstiek nieuwe inzichten in het whiplashprobleem thuisopdracht NPi-cursus FT en Whiplash 5
6 DAG 3 terugkoppeling dag 2 vertaling onderzoeksresultaten naar de praktijk gedragsverandering: bereidheid tot veranderen workshop arbeidsreïntegratie na een whiplashongeval afsluiting NPi-cursus FT en Whiplash 6
7 SCHETS van het WHIPLASHPROBLEEM NPi-cursus FT en Whiplash 7
8 FUNCTIONELE SYNDROMEN geen goede (medische) verklaring voor klachten NPi-cursus FT en Whiplash 8
9 VOORBEELDEN peripartale bekkenpijn vermoeidheidssyndroom aspecifieke lage-rugpijn aspecifieke nekpijn RSI whiplashsyndroom NPi-cursus FT en Whiplash 9
10 WHIPLASHSYNDROOM wat is whiplash? definitie classificatie WAD tijdas incidentie en prevalentie natuurlijk beloop NPi-cursus FT en Whiplash 10
11 WHIPLASHSYNDROOM risicofactoren prognostische factoren functionele diagnostiek gevolgen van whiplash (ICF) gezondheidsprofiel KNGF-richtlijn Whiplash NPi-cursus FT en Whiplash 11
12 WAT IS WHIPLASH? mechanisch letselmodel NPi-cursus FT en Whiplash 12
13 ongeval mechanische belasting weefseltolerantie weefselbeschadiging (minor injury) NPi-cursus FT en Whiplash 13
14 NPi-cursus FT en Whiplash 14
15 Definitie Whiplash (Spitzer e.a., 1995) Whiplash is acceleration-deceleration mechanism of energy transfer to the neck. It may result form rear-end or sideimpact motor-vehicle collisions, but may also occur during diving or other mishaps. The impact may result in bony or soft tissue injuries. NPi-cursus FT en Whiplash 15
16 Indeling van WAD Graad 0 Klinische presentatie Geen klachten 1 Nekklachten: pijn, stijfheid, gevoeligheid NPi-cursus FT en Whiplash Nekklachten én Objectiveerbare afwijkingen Nekklachten én Neurologische uitvalsverschijnselen Nekklachten én Fracturen of dislocaties 16
17 TIJDAS WAD FASE 1: 0-4 dagen FASE 2: 4-21 dagen FASE 3: dagen FASE 4: dagen FASE 5: > 180 dagen NPi-cursus FT en Whiplash 17
18 INCIDENTIE en PREVALENTIE per land verschillend prevalentie 2 tot 10% van de incidentie NPi-cursus FT en Whiplash 18
19 NATUURLIJK BELOOP functioneel herstel fase 1: 50% fase 2: 65% fase 3: 75% kritieke fase!! fase 4: 80% fase 5: 85% NPi-cursus FT en Whiplash 19
20 PROGNOSTISCHE FACTOREN invloed op individuele beloop verschillen in beloop tussen mensen NPi-cursus FT en Whiplash 20
21 BELOOP BENIGNE PIJN Acuut Chronisch NPi-cursus FT en Whiplash 21
22 BELOOP BENIGNE PIJN episode / interventie uitkomst prognostische factoren NPi-cursus FT en Whiplash 22
23 PROGNOSTISCHE FACTOREN Contextuele factoren (persoon en omgeving [werk]) meer doorslaggevend voor het beloop dan biomedische factoren Paradigma verandering NPi-cursus FT en Whiplash 23
24 PROGNOSTISCHE FACTOREN gunstig / ongunstig bevorderend / belemmerend beïnvloedbaar / niet-beïnvloedbaar NPi-cursus FT en Whiplash 24
25 Welke begrippenkaders hanteert de fysiotherapeut om deze factoren te ordenen? begrippenkaders ontleend aan ICF begrippenkaders ontleend aan theoretische inzichten over het ontstaan en voortbestaan van (chronisch) benigne pijn begrippenkader Klinisch redeneren NPi-cursus FT en Whiplash 25
26 INTERNATIONAL CLASSIFICATION OF FUNCTIONING, DISABILITY and HEALTH WHO, oktober 2001 NPi-cursus FT en Whiplash 26
27 World Health Organization Classification Assessment Surveys & Terminology Group ICF as the New Member in the WHO Family of International Classifications NPi-cursus FT en Whiplash 27
28 Interaction of Concepts Health Condition (disorder/disease) Body function&structure (Impairment) Activities (Limitation) Participation (Restriction) NPi-cursus FT en Whiplash Environmental Factors Personal Factors 28
29 BENOEMEN van het GEZONDHEIDSPROFIEL / GEZONDHEIDSPROBLEEM NPi-cursus FT en Whiplash 29
30 ziekte / aandoening Whiplash functies / anat. activiteiten participatie verminderde bewegingsvrijheid CWK nekpijn, hoofdpijn, duizeligheid Problemen met fietsen langdurig zitten tv kijken lezen Ziektewet geen participatie in sport persoonlijke factoren Ontevredenheid op werk, interne locus of control, HBO opleiding NPi-cursus FT en Whiplash externe factoren Woonachtig op platteland, net verhuisd 30
31 WERKOPDRACHT Selecteer uit bijgevoegde lijst ICF relevante: functies anatomische eigenschappen activiteiten en participatie externe factoren voor het whiplashprobleem NPi-cursus FT en Whiplash 31
32 Welke begrippenkaders hanteert de fysiotherapeut om deze factoren te ordenen? begrippenkaders ontleend aan ICF begrippenkaders ontleend aan theoretische inzichten over het ontstaan en voortbestaan van (chronisch) benigne pijn begrippenkader Klinisch redeneren NPi-cursus FT en Whiplash 32
33 Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995 NPi-cursus FT en Whiplash 33
34 Welke begrippenkaders hanteert de fysiotherapeut om deze factoren te ordenen? begrippenkaders ontleend aan ICF begrippenkaders ontleend aan theoretische inzichten over het ontstaan en voortbestaan van (chronisch) benigne pijn begrippenkader Klinisch redeneren NPi-cursus FT en Whiplash 34
35 NPi-cursus FT en Whiplash METHODE SCEGS- Somatisch Cognitief Emotioneel Gedragsmatig Sociaal SYSTEMATIEK Operationalisering aan de hand van bijbehorende aandachtspunten en vragen bij het gesprek met de patiënt 35
36 METHODE SCEGS- SYSTEMATIEK Aard Lokalisatie Intensiteit Frequentie Duur Herhaling NPi-cursus FT en Whiplash Somatisch Functies van organismen en van eigenschappen van anatomische structuren 36
37 METHODE SCEGS-SYSTEMATIEK Cognitief Verwachtingen. Wat verwacht u van mij?. Wat denkt u dat ik voor u kan doen? Verklaringen (attributies). Waar denkt u zelf aan?. Heeft u zelf enig idee waar uw klacht vandaan komt?. Denkt uw wel eens als het maar niet dit of dat is? Denken over klachten / klachten verergerend denken (catastroferen). Als u die klachten krijgt, wat vindt u daarvan?. Wat denkt u dan?. Hoe reageert u daarop? NPi-cursus FT en Whiplash 37
38 METHODE SCEGS-SYSTEMATIEK Cognitief Ideeën over eigen invloed op de klachten (selfefficacy). Heeft u zelf enige invloed op de klacht?. Heeft u zelf positieve invloed op de klacht?. Zo ja, hoe dan?. Wat denkt u zelf te kunnen doen om uw klacht te verminderen? NPi-cursus FT en Whiplash 38
39 METHODE SCEGS-SYSTEMATIEK Emotioneel Nu u deze klachten heeft, hoe voelt u zich daaronder? Brengen de klachten u uit het evenwicht? Bent u onzeker? Bent u neerslachtig? Bent u angstig? NPi-cursus FT en Whiplash 39
40 METHODE SCEGS-SYSTEMATIEK GEDRAGSMATIG Omgaan met de klacht. Wat doet u als u klachten heeft?. Wat doet u om uw klachten te verminderen?. In welke mate lukt dat? Beperkingen in activiteiten. In welke activiteiten wordt u belemmerd door uw klachten?. In welke mate? NPi-cursus FT en Whiplash 40
41 METHODE SCEGS-SYSTEMATIEK GEDRAGSMATIG Vermijdingsgedrag. Wat doet u niet of niet meer als u klachten heeft?. Sinds wanneer niet?. Bent u angstig voor bepaalde activiteiten? Praten over klachten. Praat u over uw klachten? Met wie? Hoe vaak?. Wat vertelt u dan? NPi-cursus FT en Whiplash 41
42 METHODE SCEGS-SYSTEMATIEK SOCIAAL Merkt uw omgeving als u klachten heeft? Hoe merken ze dat? Hoe laat u dat merken? Wat denkt uw omgeving over uw klachten? Hoe reageert uw omgeving op uw klachten? Wat denkt uw partner dat uw klachten vandaan komen? NPi-cursus FT en Whiplash 42
43 KNGF-richtlijn WHIPLASH uitgangspunten
44 CONSISTENTIE in RICHTLIJNEN natuurlijk beloop indien voorhanden, wetenschappelijke onderbouwing tijd-as centraal. stimuleren tot activiteiten / participatie. voorlichten en adviseren
45 CONSISTENTIE in RICHTLIJNEN actieve benadering. oefenen en sturen van functies. oefenen en sturen van activiteiten vermijd langdurige interventies met een passief karakter gedragsgeoriënteerde benadering
46 UITGANGSPUNTEN KNGF-richtlijn Whiplash incidentie en prevalentie indeling in tijd bewegend functioneren (ICF) dynamische afstemming tussen belasting en belastbaarheid
47 UITGANGSPUNTEN KNGF-richtlijn Whiplash veranderde en veranderende inzichten in benigne pijn prognostische factoren persoonsfactoren wetenschappelijke verantwoording van fysiotherapeutisch handelen
48 Normaal vs vertraagd herstel Vertraagd: activiteiten en participatie nemen niet toe in de tijd pijn neemt toe uitbreiding van klachten - ongunstig prognostische factoren - ongunstige persoonsfactoren
49 Begrippenkaders KNGF-richtlijn Whiplash
50 Welke begrippenkaders hanteert de fysiotherapeut bij het whiplashprobleem? begrippenkaders ontleend aan ICF begrippenkaders ontleend aan theoretische inzichten over het ontstaan en voortbestaan van (chronisch) benigne pijn begrippenkader Klinisch redeneren
51 SOMATISCH BEGRIPPENKADER
52 SOMATISCH BEGRIPPENKADER localisatie, aard en intensiteit aandoening / ziekte / etiologie moment van ontstaan tijdas beloop
53 SOMATISCH BEGRIPPENKADER (veronderstelde) samenhang met houding en beweging en met belasting ideeën over eigen invloed (zelfcontrole en zelfeffectiviteit; interne locus of control)
54 SOMATISCH BEGRIPPENKADER eerdere periode met soortgelijke klacht uitkomsten van (eerdere) diagnostiek en behandeling
55 BEGRIPPENKADER GEDACHTEN en GEVOELENS
56 BEGRIPPENKADER GEDACHTEN en GEVOELENS eigen verklaring (attributie) verwachtingen (externe locus of control) klachtenverergerend denken (catastroferen) gevoelens van onmacht, hulpeloosheid (belief)
57 BEGRIPPENKADER GEDRAG
58 BEGRIPPENKADER GEDRAG omgaan met pijn (coping) ervaren beperkingen in activiteiten ervaren participatieproblemen pijngerelateerde vrees (pain-related fear) kinesiophobia praten over klachten
59 BEGRIPPENKADER OMGEVING
60 BEGRIPPENKADER OMGEVING aandacht en zorg steun reactie verklaring van de klachten adviezen wilde verhalen informatie via internet
61 VERBANDEN tussen DIMENSIES G&G G S O S G O G&G
62 Welke begrippenkaders hanteert de fysiotherapeut bij het whiplashprobleem? begrippenkaders ontleend aan ICF begrippenkaders ontleend aan theoretische inzichten over het ontstaan en voortbestaan van (chronisch) benigne pijn begrippenkader Klinisch redeneren
63 Klinisch redeneren: waarom?
64 Klinisch redeneren Het bewuste denkproces waarlangs het gezondheidsprobleem in kaart wordt gebracht en dat leidt tot het bepalen van de (eventuele) behandeldoelen en behandelstrategieën.
65 Vormen van klinisch redeneren procedureel redeneren narratief redeneren interactief redeneren (pragmatisch redeneren) Kastermans e.a. 1999
66 Procedureel redeneren ziekte of aandoening centraal diagnose - prognose - behandelvoorschrift vergelijkbaar met strikt biomedisch handelen op te vatten als diagnostisch redeneren Elstein e.a. 1978; Fleming 1991; Kastermans e.a. 1999
67 Narratief (verhalend) redeneren authentieke verhaal centraal gedachten, gevoelens van cliënt zelf kijken vanuit gezichtspunt van cliënt Mattingly 1991; Kinebanian 1998; Kastermans e.a. 1999
68 Interactief redeneren betekenis van de aandoening voor cliënt zelf waarde aan ervaringsdeskundigheid cliënt cliënt als actieve participant Fleming 1991; Radwin 1995; Kastermans e.a.1999
69 Welke vorm van klinisch redeneren leent zich het beste bij de whiplash-patiënt? WAAROM?
70 Fasen 1 t/m 5
71 Fase 1 (0 4 dagen) Uitgangspunten whiplashtrauma veroorzaakt weefselreactie met stoornissen, beperkingen en participtieproblemen verband tussen stoornissen, beperkingen en participatieproblemen
72 Fase 2 (4 dagen 3 weken) Doelstellingen vergroten van kennis/ inzicht verbeteren van functies verhogen van activiteiten en participatie
73 Fase 2 (4 dagen 3 weken) Verrichtingen informeren en adviseren stimuleren van participatie oefenen en sturen van functies en activiteiten
74 Fase 3 (3 6 weken) Uitgangspunten functies, activiteiten, participatie verder opbouwen let op ongunstig prognostische factoren voor herstel! onderscheid - patiënten met normaal herstel - patiënten met vertraagd herstel
75 Fase 3 Doelstellingen vergroten van kennis en inzicht - reconceptualiseren - bewegen bevordert herstel verbeteren van functie, activiteiten en participatie bevorderen van zelfcontrole / selfmanagement
76 Fase 3 Verrichtingen informeren en adviseren stimuleren van participatie oefenen en sturen van functies en activiteiten met gedragsmatige elementen
77 Uitgangspunten Fasen 4 en 5 (> 6 weken) prognostische factoren meer en meer van belang - persoonsfactoren - omgevingsfactoren na 6 maanden: chroniciteit en kans op volledig herstel steeds kleiner
78 Fasen 4 en 5 Doelstellingen vergroten van kennis en inzicht verbeteren van activiteiten stimuleren van participatie bevorderen van zelfcontrole en zelfeffectiviteit
79 Fasen 4 en 5 Verrichtingen informeren en adviseren Stimuleren van participatie oefenen en sturen van activiteiten met gedragsmatige elementen
80 BEHANDELSTRATEGIEËN cognitieve benadering grijpt aan op verwachtingen en denkbeelden van de patiënt respondente benadering grijpt aan op het herkennen van eigen signalen uit het lichaam
81 BEHANDELSTRATEGIEËN operante benadering grijpt aan op (uitbreiding van) activiteiten en op (vermindering) van pijngedrag
82 ACTIVITEIT LOPEN startfase oefenfase Min. basislijn dagen
83 Waarom meten? Gebruik van meetinstrumenten bij whiplashpatiënten Wanneer bij wie welk meetinstrument? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
84 METHODISCH HANDELEN KLINISCH REDENEREN WETENSCHAPPELIJK BEWIJS MEETINSTRUMENTEN EBP fysiotherapeut EXTERNAL EVIDENCE BESLISSING PATIËNT
85 KLINIMETRIE
86 DEFINITIE CLINIMETRICS Alvan R. Feinstein (1987) Clinimetrics can be defined as the domain concerned with indexes, rating scales, and other expressions which are used to describe or measure symptoms, physical signs, and other distinctly clinical phenomena in clinical medicine
87 DOMEINEN van KLINIMETRIE wat is relevant voor deze patiënt? wat wil ik meten? in welk domein?
88 Welke aanbevelingen in de KNGF-richtlijn Whiplash? VAS: pijn, hoofdpijn, duizeligheid Neck Disability Index (NDI) Dagschema van activiteiten
89 Swinkels & Oostendorp, 2004
90 COGNITIEF- GEDRAGSMATIG MODEL
91 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
92 Horizontale VAS Helemaal Geen pijn Ondraaglijke pijn
93 Visuele Analoge Schaal (VAS) Meest gebruikt (onderzoek) Ratio-schaal: percentages veranderingen te meten Valide, betrouwbaar en responsief Maar: 5-11 % van de patiënten kunnen VAS niet invullen
94 Pijnscore: Wij vragen u om aan te geven hoe erg uw pijn is. Zet een verticaal streepje op de lijn onder de vraag. Het linker uiteinde betekent geen pijn, het rechter uiteinde betekent ondragelijke pijn 1. Hoe hevig is de pijn gemiddeld de afgelopen week? Geen pijn Ondraaglijke pijn 2. Hoe hevig is de pijn op de slechtste momenten de afgelopen week? Geen pijn Ondraaglijke pijn 3. Hoe hevig is de pijn op de beste momenten de afgelopen week? Geen pijn Ondraaglijke pijn
95 Meten bij de individuele patiënt Een enkele meting van huidige pijn is onbetrouwbaar Gemiddelde pijn afgelopen week beter Beste voor individu: dagboek: 3x daags pijn scoren gedurende 4 dagen Jenssen, 1993 Alternatief: somscore van huidige pijn, gemiddelde, maximale en minimale pijn afgelopen week
96 Wat is mild, matig, ernstig? Ernst score zegt iets over de invloed van pijn op dagelijks functioneren neuropathie oncologie postoperatief mild mm matig mm ernstig mm
97 Hoe definieer je klinisch relevant? Een beetje beter of veel beter? Een beetje beter = 1 tot 2 punten; 15-20% Veel beter = meer dan 2 punten; > 30-35% De ernst van de pijn bij aanvang van de behandeling heeft invloed op de klinische relevantie.
98 Klinische relevante waardes Zijn afhankelijk van ernst van pijn (0 10) bij start behandeling (Cepeda, 2003; Salaffi, 2004) begin 4-6 begin 7-10 beetje beter 1.3 (17-20%) 1.8 veel beter 2.4 (33-35%) 4.0 heel veel 3.5 (40-45%) 5.2 Zijn niet afhankelijk van: leeftijd geslacht lokatie pijn Kelly, 1998; Bird, 2001; Cepeda, 2003; Salaffi 2004.
99 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
100 PCS-DV Doorloop het stappenplan Zie informatie Universiteit Gent; artikel Picavet et al., 2002 Totaal score 13 x 4 = 52 Afkappunt hoog- /laagscoorder: > Discussie therapeutische consequenties bij hoogscoorder
101 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
102 TSK-DV Doorloop het stappenplan Zie informatie: artikel Picavet et al., 2002; Oostendorp et al., 2005 Totaal score 17 x 4 = 68 (17 68) Afkappunt hoog- /laagscoorder: > 37 Discussie therapeutische consequenties bij hoogscoorder
103 Onderzoeksprotocollen Excel-bestanden
104 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
105 FABQ-DV Doorloop het stappenplan Zie informatie: artikel Picavet et al., 2002; Swinkels-Meewisse et al., 2006 Subschaal Werk 0 30; subschaal Fysieke activiteit 0-66 Afkappunt: werk laag < 30; hoog > 34; fysieke activiteit laag< 12; hoog > 12 Discussie therapeutische consequenties bij hoogscoorder
106 Onderzoeksprotocollen Excel-bestanden
107 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
108 BDI-DV Doorloop het stappenplan Zie informatie: Victim s Web; Oostendorp et al., 2005 Totaalscore: 0-63 Afkappunt: zie indeling Discussie therapeutische consequenties
109 Neck Disability Index (NDI) Gemaakt op basis van de Oswestry Low Back Pain Disability Questionnaire 10 vragen: functies, activiteiten, participatie Validiteit NL-versie niet onderzocht Betrouwbaarheid NL-versie is voldoende bij WAD-patienten (Heijmans, 2002) Per vraag score 0-5: Somscore 0-50 Snel en gemakkelijk in te vullen door patiënt
110 NDI Indeling in ernst (Oostendorp, 1998) 0-4 geen 5-14 mild matig ernstig zeer ernstig Plafondeffecten gerapporteerd ( Riddle, 1998) Klinisch relevante verschilscore 5 punten Stratford, 1999
111 Thuisopdracht
112 Terugblik 1e dag huisopdrachten
113 WERKOPDRACHT I Selecteer uit bijgevoegde lijst ICF relevante: functies anatomische eigenschappen activiteiten en participatie externe factoren voor het whiplashprobleem
114 World Health Organization Classification Assessment Surveys & Terminology Group ICF as the New Member in the WHO Family of International Classifications
115 Interaction of Concepts Health Condition (disorder/disease) Body function&structure (Impairment) Activities (Limitation) Participation (Restriction) Environmental Factors Personal Factors
116 BENOEMEN van het GEZONDHEIDSPROFIEL / GEZONDHEIDSPROBLEEM
117 ziekte / aandoening Whiplash functies / anat. activiteiten participatie verminderde bewegingsvrijheid CWK nekpijn, hoofdpijn, duizeligheid Problemen met fietsen langdurig zitten tv kijken lezen Ziektewet geen participatie in sport persoonlijke factoren Ontevredenheid op werk, interne locus of control, HBO opleiding externe factoren Woonachtig op platteland, net verhuisd
118 Gebruik meetinstrumenten Huisopdracht 2.
119 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
120 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
121 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
122 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
123 Paradigma: Cognitief-gedragsmatig model voor vrees voor pijn/beweging/letsel Vlaeyen et al., 1995
124 OEFENEN en STUREN van PSYCHOFYSIOLOGISCHE FUNCTIES Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
125 PSYCHOFYSIOLOGISCHE STOORNISSEN in FUNCTIES Cefaal symptomencomplex Functie van relevante hersenzenuwen Oefenen en sturen van functies
126 CEFAAL SYMPTOMENCOMPLEX zonder neurologische afwijkingen Visus. wazig zien / accomodatie / visuele oriëntatie / lichttolerantie / visuele informatieverwerking / afstand inschatten Oculomotoriek. blikstabilisering / oogvolgbewegingen / oculaire duizeligheid
127
128
129
130 CEFAAL SYMPTOMENCOMPLEX zonder neurologische afwijkingen Hoofdpijn Oorpijn Kaakpijn Gezichtsmotoriek
131
132
133
134
135
136 CEFAAL SYMPTOMENCOMPLEX zonder neurologische afwijkingen Gehoor gehoorscherpte / geluidstolerantie / oorsuizen Evenwicht / balans uitgelokte duizeligheid / tolerantie voor veranderingen / onzeker staan/gaan / evenwicht bij houdingsveranderingen / anticipatie op balansverstoringen
137
138
139
140 CEFAAL SYMPTOMENCOMPLEX zonder neurologische afwijkingen Mondmotoriek / slikken Tongbewegingen / thermische tolerantie / Slikbewegingen / brok in de keel Nek / schouder Hypertonie / rekgevoeligheid / drukgevoeligheid
141
142
143
144 Hoe de poorten te sluiten? prof.dr. Rob A.B. Oostendorp wetenschappelijk directeur NPi hoogleraar Paramedische Wetenschappen UMC St Radboud hoogleraar Manuele Therapie VUB
145 DOEL van de LEZING inzicht in de veranderende en veranderde inzichten na een whiplashletsel wie doet de poort open en wie sluit de poort? het tocht in het zenuwstelsel consequenties voor de FT
146 ?
147 Begrip Neuropathische pijn
148 HET FUNCTIONEREN van de De afbeelding kan momenteel niet worden weergegeven. MENS
149 PAIN PROCESSING van de MENS dynamisch evenwicht tussen BELASTING EN BELASTBAARHEID adaptief vermogen zelfregulerende mechanismen en controlesystemen, adequate sensoriële verwerking
150 PAIN PROCESSING normal pain processing aberrant pain processing central sensitization misinterpretation as pain
151
152
153
154
155
156
157 PAIN PROCESSING normal pain processing aberrant pain processing central sensitization misinterpretation as pain
158 !
159 WAT TOCHT HET HIER! zelfcontrole zelfeffectiviteit
160 PAIN PROCESSING Main & Spanswick, 2000 normal pain processing aberrant pain processing central sensitization misinterpretation
161 ALLE RAMEN en DEUREN STAAN OPEN! zelfcontrole zelfeffectiviteit
162 KWANTITATIEF SENSORIEEL TESTEN (QST)
163 DEFINITIE QST Het bepalen van de stimulusresponscurve voor het verwerken van sensoriële prikkels door het zenuwstelsel Stimuli Mechanisch Thermisch Elektrisch
164 Voorbeeld
165
166 QST bij whiplashpatiënten
167 Tenderness M. trapezius (pressure pain threshold PPT) Pain Whiplash Control P-value kpa N = 38 N = 35 detection tolerance
168 Tenderness M. trapezius (PPT) 2 dagen na mobilisatie CWK Pain Whiplash Control P-value kpa N = 38 N = 35 detection tolerance
169 Tenderness M. trapezius (PPT) 2 dagen na adequate informatie en adviezen Pain Whiplash Control P-value kpa N = 38 N = 35 detection tolerance
170 Wat kunnen we leren van deze voorlopige resultaten? Hoe de poorten te sluiten?
171 ?
172 DANK VOOR UW AANDACHT
173 Fysiotherapie en het whiplashprobleem
174 FT en het WHIPLASHPROBLEEM Het gezondheidsprofiel als uitkomst van het diagnostische proces Het gezondheidsprobleem als uitgangspunt voor behandeling Doel, opzet en inhoud van de cursus
175 DOELSTELLINGEN DE CURSIST IS IN STAAT OM: het gezondheidsprofiel van de whiplash -patiënt op te stellen prognostische factoren te benoemen behandelplan op te stellen en te evalueren behandelresultaat te benoemen (meten) KNGF-richtlijn Whiplash te volgen
176 DAG 1 schets van het whiplashprobleem uitgangspunten KNGF-richtlijn Whiplash casuïstiek; prognostische factoren gebruik van meetinstrumnenten bij whiplash-patiënten thuisopdracht
177 DAG 2 terugkoppeling dag 1 functies van relevante hersenzenuwen oefenen van psychofysiologische functies casuïstiek nieuwe inzichten in het whiplashprobleem thuisopdracht
178 DAG 3 terugkoppeling dag 2 vertaling onderzoeksresultaten naar de praktijk gedragsverandering: bereidheid tot veranderen workshop arbeidsreïntegratie na een whiplashongeval afsluiting
179 Paramedisch OnderzoekCentrum Vertaling onderzoeksresultaten naar de praktijk Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
180 Wat te vewachten? 1. Praktijkervaring en registratie 2. Whiplash-trial 3. Prognostische factoren Paramedisch OnderzoekCentrum
181 1. Patiëntgegevens Praktijk voor FT en MT, Heeswijk-Dinther Aantal WAD 1 en 2 Verwijzing Periode na het ongeval Klachten Functioneren Interventie Outcome Paramedisch OnderzoekCentrum
182 Aantal patiënten WAD 1 en (N = 361)
183 Paramedisch OnderzoekCentrum % verhouding verwijzing FT Spec 27% Huisarts 73%
184 Klachten > 6 weken 200 (n = 264) n = < 4 d 4 d - 3w 3-6 w 6-12 w > 12 w Paramedisch OnderzoekCentrum
185 Voornaamste klachten vlgs. ICF Stoornissen in functies Nekpijn Hoofdpijn Duizeligheid Verminderde functie CWK Concentratiestoornis Beperkingen in dagelijkse activiteiten Participatieproblemen Paramedisch OnderzoekCentrum
186 Karakteristieken duizeligheid Vage omschrijving (gevoel van draaierigheid) Geen vertigo! Atypische toe- en afname van duizeligheid Aspecifieke houding- en bewegingsafhankelijkheid Begeleidende symptomen (misselijkheid, oorsuizen) Paramedisch OnderzoekCentrum
187 Duizeligheid bij whiplashpatiënten (n = 264) Nooit Zelden (eens per maand of minder) Soms (eens per week) Vaak (meerdere malen per week) Zeer vaak (dagelijks) Paramedisch OnderzoeksCentrum
188 Voorkomen duizeligheid n = 264; T 0 : intake nooit zelden soms vaak zeer vaak Paramedisch OnderzoekCentrum
189 Functioneren (Neck Disability Index [NDI]) Vernon e.a., 1996; Stratford e.a., 1999; Heijmans et al., 2002 Pijn Zelfverzorging Tillen Lezen Hoofdpijn Concentratie Werk Autorijden Slaap Vrije tijd Score: 0 50 Ernst-klassen functioneren. 0 4: geen. 5 14: mild : matig : ernstig : zeer ernstig Klinisch-relevant verschil: 10 punten (- 20%) Paramedisch OnderzoekCentrum
190 Functioneren (NDI): n = 264; T 0 ; gemiddeld 28 (SD 14) Paramedisch OnderzoekCentrum
191 Interventie Informeren en adviseren over aard van het letsel, beloop, herstel, functionele prognose, halskraag, active deelename Oefenen. Functies Oefeningen ter verbetering van evenwicht, balans, blikstabilisarie, beweeglijkheid CWK, coördinatie. Activiteiten Oefeningen ter verhoging van belastbaarheid, patiëntspecifieke activiteiten Stimuleren. Participatie in huishouden, hobby s, werk en recreatie Paramedisch OnderzoekCentrum
192 Outcome? Paramedisch OnderzoekCentrum
193 Voorkomen duizeligheid n = 264; T 0 T nooit zelden soms vaak zeer vaak T0 T1 Paramedisch OnderzoekCentrum
194 Functioneren (NDI): n = 264; T 0 T 1 ; gemiddeld verschil = 13 (SD 5) T0 T1 Paramedisch OnderzoekCentrum
195 Conclusie > 6 weken Vermindering van duizeligheid (klinisch relevant verschil) Verbetering van functioneren (klinisch relevant verschil) Matig verband tussen duizeligheid en functioneren (R s = 0.58*) Ongecontroleerd! Systematische literatuurstudie (Peeters et al., 2001) Paramedisch OnderzoekCentrum
196 Whiplash: a systematic review Wendy Peeters, MScMT, PT Arianne Verhagen, PhD, PT, MT Rob de Bie, PhD, PT Prof. Rob Oostendorp, PhD, RPT, MT Spine 2001; 26: (4)
197 Background information Various treatment modalities are used in clinical practice Efficacy and effectiveness of conservative treatment options is still under debate Search for scientific evidence Usefull to improve management in daily practice and to develop evidence based clinical practice guidelines
198 Systematic review Aim is to review the literature systematically and to summarize the efficacy of treatment options in whiplash patients Provides a summary of knowledge and gaps Cochrane Library
199 Research question What types of conservative treatments will be effective in patients with whiplash injury rated WAD I or II regarding pain, global perceived effect and participation?
200 Results 11 Studies were included Methodological quality was poor High rank correlation between the three different ways of calculating quality (r > 0.82) Three studies acceptable validity
201 Acceptable validity First author Interventions Results Foley-Nolan (1992) Provinciali (1996) Borchgrevink (1998) E: soft collar with pulsed electromagnetic therapy (PEMT) C: soft collar with dummy PEMT E: multimodal treatment C: physical agents E: act as usual C: rest and immobilization Significant improvement in pain for E at 2, 4 wks; no sign differences at 12 wks Sign differences in pain, GPE, and participation for E on 1 en 6 months Sign reduction of symptoms at 6 months for E; no differences in sick leave
202 Efficacy of conservative interventions? Early active mobilizations =?? Ultra-reiz current =?? Iontophoresis =?? Massage/traction/exercise =?? Phasic neck exercises =?? Soft collar = - Pulsed Electro Magnetic Therapy = +? Exercise therapy = + Act as usual = +
203 Conclusion Methodologic quality of RCT is low Tendency that rest makes rusty and active interventions are effective Further well-designed trials are needed with respect to the active interventions, oneset of time, population, prognostic factors etc.
204 Implications for daily practice Active management Practitioners should encourage patients to return to their usual activities No soft collar or rest
205 2. Randomized Clinical Trial Onderzoeksopzet Uitkomstmaten Interventie huisarts / FT Uitkomsten Conclusie Paramedisch OnderzoekCentrum
206 Opzet onderzoek Huisarts 122 huisartsen en 3 EHBO s Fysiotherapeut Paramedisch OnderzoekCentrum
207 Uitkomstmaten Primaire uitkomstmaten Mate van nekpijn Mate van hoofdpijn Mate van duizeligheid Functioneel herstel Secundaire uitkomstmaten Beweeglijkheid nek Bewegingsangst Wijze van omgaan met klachten Behandelepisode Aantal contacten Paramedisch OnderzoekCentrum
208 Uitgesloten (n = 86) Aantal aangemelde whiplashpatiënten (n = 211) Meting 4 weken na het ongeluk (n = 125) Niet hersteld (n = 80) Hersteld (n = 45) Loting Fysiotherapie (n = 38) Huisartsbehandeling (n = 42) Follow-up metingen 12 weken (n = 38) 52 weken (n = 37) Follow-up metingen 12 weken (n = 42) 52 weken (n = 40) Paramedisch OnderzoekCentrum
209 Behandelprotocol Scholten-Peeters et al., 2003
210 GP versus PT
211 Ernst duizeligheid 0: geen duizeligheid; 100: ondraaglijke duizeligheid Huisarts Fysio w 8w 12w 26w 52w Paramedisch OnderzoekCentrum
212 Functioneel herstel (NDI) 0: geen beperkingen; 50: zeer ernstige beperkingen huisarts fysio w 8w 12w 26w 52w Paramedisch OnderzoekCentrum
213 Behandelepidose en aantal contacten ,8 19, ,7 Huisarts Fysiotherapeut 5 3,9 0 Aantal behandelingen Periode (weken) Paramedisch OnderzoekCentrum
214 CONCLUSIE Korte en lange-termijn (12 resp. 52 weken): Geen significant verschil tussen de groepen; wel klinisch-relevante verschillen in beide groepen Duizeligheid: HA: T 0 T 5 = - 39; FT: T 0 T 5 = - 36 (0 100) Functioneel herstel: HA: T 0 T 5 = - 19; FT: T 0 T 5 = - 17 (0 50) Kosteneffectiviteitanalyse (submitted)
215 3. BELOOP Acuut Chronisch Welke factoren? (Hendriks et al., 2005) Paramedisch OnderzoekCentrum
216 Systematische review Systematische review Individuele studies Methodologische kwaliteit!!
217 Hoofdvraagstelling Wat is de wetenschappelijke evidentie van prognostische factoren geassocieerd met functioneel herstel bij whiplashpatiënten graad I en II?
218 Cohort onderzoek Whiplash patiënten Hersteld Niet hersteld
219 Levels of evidence (Sackett 2000, Ariens 2000) Sterk bewijs Matig bewijs Beperkt bewijs Tegenstrijdig bewijs Consistente bevindingen in tenminste 2 HK studies 1 HK studie en consistente bevindingen in 1 of meer LK 1 studie of consistente bevindingen in 1 of meer LK Inconsistente bevindingen onafhankelijk van kwaliteit
220 Resultaten 1 50 artikelen over 29 cohorten Onderzoeksgroep varieerde van n=29 tot n= cohorten meer dan 100 patiënten 3 cohorten meer dan 1000 patiënten Meer dan 100 prognostische factoren 15 verschillende uitkomstmaten
221 Hoge initiële pijn intensiteit Oudere leeftijd Vrouwelijk geslacht Schadeclaim Standsverandering nek op Rx Achteraanrijding Beperkte ROM Veel klachten Eerder psychologische problemen Nervositeit Behoefte FT herhalen Sterk bewijs Sterk geen Sterk geen Sterk geen Sterk geen Sterk geen Beperkt Beperkt Beperkt Beperkt Beperkt
222 Conclusie Methodologische kwaliteit redelijk Sterk bewijs: hoge initiële pijnintensiteit Sterk bewijs geen prognostische waarde: Vrouw Oudere leeftijd Standsverandering op Rx Achteraanrijding Schadeclaim
223 Cohort onderzoek Prognostic factors for poor recovery in whiplash patients HJM Hendriks, GGM Scholten-Peeters, DAWM Windt van der, CWM Neeleman- Steen van der, RAB Oostendorp, AP Verhagen. Submitted
224 Populatie WAD graad 1 en 2 Hoofdpijn en/of nekpijn en/of duizeligheid Klachten binnen 48 uur ontstaan Ongeval in afgelopen 2 weken Leeftijd: jaar Geen cervicale HNP of spondylodese Geen bewusteloosheid Geen eerder nek of hoofd trauma
225 Prognostische factoren voor vertraagd herstel na een whiplashongeval factor 4 weken 8 weken 52 weken vrouw X X Laag opl. X Onverwacht X Nekpijn X X X Laag-actief X X X Somatisatie X X Catastroferen X X X Vrees letsel X X X AUC 0,93 0,88 0,86
226 Dank voor uw aandacht Paramedisch OnderzoekCentrum
227 Bereidheid tot veranderen Pain Stages of Change Questionnaire PSOCQ
228 Bereidheid tot veranderen Pain Stages of Change Questionnaire (PSOCQ) Welk domein? Zie artikelen: Jensen et al., 2000; Strong et al. 2002; Maurischat et al PSOCQ: 30 vragen (1 5)
229 ICF model (WHO, 2001) Health Condition (disorder/disease) Body function&structure (Impairment) Activities (Limitation) Participation (Restriction) Environmental Factors Personal Factors
230 PSOCQ Bereid om te veranderen in de richting van self-management Fasen:. Precontemplatiefase. Contemplatiefase. Actiefase. Behoudfase Scores optellen (..)/aantal vragen
231 Stages of change model Prochaska & DiClemente, 1994 Precontemplatie: fase waarin niet wordt overwogen om gedrag te veranderen Contemplatie: fase waarin wordt overwogen om gedrag te veranderen maar nog geen concrete plannen Preparatie: fase waarin actief plannen worden gemaakt om gedrag te veranderen Actie: fase waarin gewenst gedrag wordt uitgevoerd Behoud: fase waarin het gewenste gedrag wordt behouden.
232 PSOCQ Zelf invullen Bepaal uw eigen fase Welke consequentie heeft deze fase voor uw handelen?
233 Afsluiting Doelstellingen?
234 DOELSTELLINGEN DE CURSIST IS IN STAAT OM: het gezondheidsprofiel van de whiplash -patiënt op te stellen prognostische factoren te benoemen behandelplan op te stellen en te evalueren behandelresultaat te benoemen (meten) KNGF-richtlijn Whiplash te volgen
235
236
Whiplash en duizeligheid: een paar apart Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
Whiplash en duizeligheid: een paar apart Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Wat te vewachten? 1. Praktijkervaring en registratie 2. Whiplash-trial 3. Prognostische factoren 1. Patiëntgegevens 1998 2003 Praktijk
Nadere informatieTOEKOMSTVISIE FYSIOTHERAPIE CIVIEL
TOEKOMSTVISIE FYSIOTHERAPIE CIVIEL SYMPOSIUM TOEKOMSTVISIE FYSIOTHERAPIE DEFENSIE 20 NOVEMBER 2002 Defensie 1 Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp wetenschappelijk directeur Nederlands Paramedisch Instituut hoogleraar
Nadere informatieBiopsychosociaal model
Biopsychosociaal model binnen de behandeling van whiplash-patiënten Wendy Peeters, MScMT Dr. Arianne Verhagen Prof. dr. Rob Oostendorp 1 23-03-2001 Doel presentatie State of the art wetenschappelijke evidentie
Nadere informatieADDENDUM 1: HAND-OUTS I
ADDENDUM 1: HAND-OUTS I Functionele syndromen Biomedisch en biopsychosociaal model Begrippenkaders ICF Patroonherkenning / patiëntprofiel Vlaggenparade Functionele syndromen Geen goede (medische) verklaring
Nadere informatieMULTIDISCIPLINAIRE VISIE op DIAGNOSTIEK en BEHANDELING van het LUMBOSACRAAL RADICULAIR SYNDROOM
MULTIDISCIPLINAIRE VISIE op DIAGNOSTIEK en BEHANDELING van het LUMBOSACRAAL RADICULAIR SYNDROOM 1 HNP-onderzoek UMC St Radboud Evidence-based handelen bij postoperatief LRS: een uitdaging! Prof.dr. Rob
Nadere informatieParamedisch OnderzoeksCentrum
BIOPSYCHOSOCIALE MANUELE THERAPIE: hoe is de implementatie op de werkvloer? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Prof.dr. William Duquet Welke verrassing? Aanleiding Vraagstelling SCEGS-systematiek Biopsychosociale
Nadere informatieFysiotherapie en Benigne Pijn: Welke vraag?
Fysiotherapie en Benigne Pijn: Welke vraag? Prof. dr. Rob A.B. Oostendorp Nederlands Paramedisch Instituut Amersfoort UMC St Radboud, Nijmegen Werkgroep Onderzoek Kwaliteit AANDACHTSPUNTEN doel conventionele
Nadere informatieHET WERKEN met GEZONDHEIDSPROFIELEN in de MANUELE THERAPIE
HET WERKEN met GEZONDHEIDSPROFIELEN in de MANUELE THERAPIE Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Vrije Universiteit Brussel UMC St Radboud, Nijmegen NPi, Amersfoort 1 NVMT 4e LUSTRUM VAN HARTE PROFICIAT 2 WAAROM
Nadere informatieGebruik van meetinstrumenten bij whiplash: een casestudy
Gebruik van meetinstrumenten bij whiplash: een casestudy Wendy Scholten-Peeters Arianne Verhagen Karin Neeleman-vd Steen Rob Oostendorp 1 Doel Inzicht geven in bruikbaarheid vragenlijsten Hoe Wat Waarom
Nadere informatieWAT NEMEN WE MEE NAAR HUIS
NVMT-Congres 2003 1 WAT NEMEN WE MEE NAAR HUIS PROF.DR. Rob A.B. Oostendorp NVMT-Congres 2003 2 OMVANG van het GEZONDHEIDSPROBLEEM NEKPIJN NVMT-Congres 2003 3 OMVANG van NEKPIJN GUEZ e.a., Acta Orthop
Nadere informatieInleiding Klinimetrie Documenten 01 Inleiding Klinimetrie Nederlands Paraamedisch Instituut 2006 Pag. 2
Inleiding Klinimetrie 2006 1. Documenten 01 Inleiding Klinimetrie Nederlands Paraamedisch Instituut 2006 Pag. 2 Wanneer bij wie welk meetinstrument? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Inleiding Klinimetrie 2006
Nadere informatieKinesiofobie bij lage-rugpijn: een eenvoudige manier
Paramedisch Onderzoek Centrum POC Kinesiofobie bij lage-rugpijn: een eenvoudige manier Prof.dr. Rob Oostendorp Nancy Demolon, MSc Olaf van der Zanden, MSc Prof.dr. William Duquet Fysiotherapie werkt Wat
Nadere informatieBeroepsprofiel FT, KNGF 2005 Competentieprofiel, SROF Wat doen we ermee? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
Beroepsprofiel FT, KNGF 2005 Competentieprofiel, SROF 2005 Wat doen we ermee? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Beroepsprofiel FT 2005 Domein Fysiotherapie Waarom een beroepsprofiel? Een nieuw beroepsprofiel?
Nadere informatieParamedisch OnderzoekCentrum
Kinesiofobie bij lage-rugpijn: een eenvoudige manier Prof.dr. Rob Oostendorp Nancy Demolon, MSc Olaf van der Zanden, MSc Prof.dr. William Duquet Wat te verwachten? Interagerende factoren van acute naar
Nadere informatieDE RUG GEKEERD. Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
1 DE RUG GEKEERD Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp 2 Wat gaan we doen? Beroeps- en arbeidsrelevante aandoeningen In de weg zitten Beloop Lage-rugpijn De rug gekeerd De vlaggenparade Gele vlaggen Prognostische
Nadere informatieInleiding Methodologie Master MBRT Hogeschool INHOLLAND 27 november Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
Inleiding Methodologie Master Hogeschool INHOLLAND 27 november 2003 Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp WAT GAAN WE DOEN? Inleiding op Evidence-based Practice (EBP) Diagnostisch onderzoek onderzoek Interventieonderzoek
Nadere informatieLAGE-RUGPIJN EN FYSIOTHERAPIE IN EEN NIEUW PARADIGMA
LAGE-RUGPIJN EN FYSIOTHERAPIE IN EEN NIEUW PARADIGMA Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp drs. Trudy E. Bekkering dr. Erik J.M. Hendriks Nederlands Paramedisch Instituut UMC St Radboud WOK EMGO Instituut Kennismanagement,
Nadere informatieWaarom richtlijnen lage-rugpijn? - Sociale Geneeskunde - Radboud Universiteit Nijmegen
Waarom richtlijnen lage-rugpijn? - Sociale Geneeskunde - Radboud Universiteit Nijmegen - 2012 1. Documenten Waarom richtlijnen lage-rugpijn - Sociale Geneeskunde - Radboud Unive.. Pag. 2 INTRODUCTIE WAAROM
Nadere informatieFysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma
Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Fysiotherapie na acceleratie
Nadere informatieKlinisch redeneren moeilijker dan het lijkt! Em. prof. dr. Rob Oostendorp Drs. Geert Rutten Dr. Janneke Harting Prof. dr. Ria Nijhuis van der Sanden
Klinisch redeneren moeilijker dan het lijkt! Em. prof. dr. Rob Oostendorp Drs. Geert Rutten Dr. Janneke Harting Prof. dr. Ria Nijhuis van der Sanden Wat kunt u verwachten? Spreek- en behandelkamer van
Nadere informatieParamedisch OnderzoekCentrum
Pijngerelateerde vrees voor (her)letsel: inschatten of meten? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Ronald van de Ven MSc Olaf van der Zanden MSc Prof.dr. Willen Duquet Wat te verwachten? Inleiding / probleemstelling
Nadere informatieLAGE-RUGPIJN: parade van richtlijnen. Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
LAGE-RUGPIJN: parade van richtlijnen Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp PARADE van RICHTLIJNEN KNGF-richtlijn MT en Lage-rugpijn, in druk Richtlijn Aspecifieke lage-rugklachten, 2003 KNGF-richtlijn Lage-rugpijn,
Nadere informatieKNGF-richtlijnen bij Lage-rugpijn: Fysiotherapie of Manuele therapie? Dr. Erik J.M. Hendriks Prof. Dr. Rob A.B. Oostendorp
KNGF-richtlijnen bij Lage-rugpijn: Fysiotherapie of Manuele therapie? Dr. Erik J.M. Hendriks Prof. Dr. Rob A.B. Oostendorp 1 2 Met dank aan de auteurs KNGF-richtlijn Manuele therapie (2003) Heijmans M,
Nadere informatieConstruct Meetinstrumenten Praktijk Fysiotherapie
Construct Meetinstrumenten Praktijk Fysiotherapie 1. Documenten 00 Construct voor de keuze van meetinstrumenten in de FT praktijk Pag. 2 01 Inleiding Pijnmeetinstrumenten RO 5 april 2006 Pag. 4 02 Meten
Nadere informatieCOMPRESSIE- of TRACTIETHERAPIE bij ASPECIFIEKE NEKPIJN: WAT HELPT?
Paramedisch OnderzoekCentrum POC COMPRESSIE- of TRACTIETHERAPIE bij ASPECIFIEKE NEKPIJN: WAT HELPT? Prof.dr. Rob Oostendorp Ann Pattyn MSc Dr. Wendy Scholten-Peeters Prof.dr. William Duquet Fysiotherapie
Nadere informatieArbocuratieve fysiotherapie: een effectieve beweging?
Arbocuratieve fysiotherapie: een effectieve beweging? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Even voorstellen Even voorstellen: Rob Oostendorp 1942: geboren in Nijmegen 1961: gymnasium Canisius College, Nijmegen
Nadere informatieWhiplash: Van structuur naar gezondheidsprofiel Waarom deze titel?
Whiplash: Van structuur naar gezondheidsprofiel Waarom deze titel? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp wetenschappelijk directeur, Nederlands Paramedisch Instituut, Amersfoort; bijzonder hoogleraar Paramedische
Nadere informatieBewegingsvrijheid in het dagelijkse functioneren als uitgangspunt voor een meetinstrument voor patiënten met schouderklachten
Bewegingsvrijheid in het dagelijkse functioneren als uitgangspunt voor een meetinstrument voor patiënten met schouderklachten RAB Oostendorp JWH Elvers IN Sierevelt KWAP van der Heijden Nederlands Paramedisch
Nadere informatieWelkom op de implementatie cursus KNGF-richtlijn Manuele Therapie bij Lage-rugpijn
Welkom op de implementatie cursus KNGF-richtlijn Manuele Therapie bij Lage-rugpijn Samengesteld door: Marcel Heijmans, MSc Leo Hagenaars Dr. Erik Hendriks Prof.dr. Rob Oostendorp 2 Opzet van de cursus
Nadere informatieParamedisch OnderzoekCentrum
Manueeltherapeutische classificaties voor lage-rugpijn: uitdaging voor de toekomst. Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Prof.dr. Janusz Bromboszcz Opbouw Relevantie van classificaties voor MT Profielen KNGF-richtlijn
Nadere informatieVerschuiving in fysiotherapie bij whiplash -patiënten: werkelijkheid of theorie?
Verschuiving in fysiotherapie bij whiplash -patiënten: werkelijkheid of theorie? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Mary J.M. Oomen, MSc Edith O.G.C. Rietra, MSc Olaf C.M.W. van der Zanden, MSc KNGF 3-11-2000
Nadere informatieoptimale meetinstrument?
1 Klachten in het hoofdhalsgebied: hoe kies ik het optimale meetinstrument? Raymond Swinkels Samenvatting» Klachten in het hoofd-halsgebied hebben in veel gevallen een multidimensionaal karakter waarbij
Nadere informatie25 jaar whiplash in Nederland
25 jaar whiplash in Nederland Vanuit een fysiotherapeutisch perspectief Maarten Schmitt M.Sc 1 2 Fysiotherapeut & manueeltherapeut Hoofd van de Divisie Onderwijs Stichting Opleidingen Musculoskeletale
Nadere informatieKNGF-richtlijn Fysiotherapie en osteoporose: aansluiting bij bestaande richtlijnen?
KNGF-richtlijn Fysiotherapie en osteoporose: aansluiting bij bestaande richtlijnen? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp, hoogleraar Paramedische Zorg, Centre for Quality of Care Research, UMC St Radboud, Nijmegen;
Nadere informatiePrognostische factoren bij whiplash
Stimulus (2005) 24:83 87 DOI 10.1007/BF03076124 KLINISCHE VRAAG Prognostische factoren bij whiplash G.G.M. Scholten-Peeters C.W.M. Neeleman-Van der Steen R.A.B. Oostendorp D.A.W.M. van der Windt A.P. Verhagen
Nadere informatieOnderscheid door Kwaliteit
Onderscheid door Kwaliteit 2010 Algemeen Binnen de intensieve overeenkomst fysiotherapie 2010 verwachten wij van u 1, en de fysiotherapeuten vallend onder uw overeenkomst, een succesvol afgeronde toets
Nadere informatieThemamiddag ter gelegenheid van de instelling van het lectoraat van dr. Frits Oosterveld 21 maart 2002 Saxion Hogeschool Enschede
Themamiddag ter gelegenheid van de instelling van het lectoraat van dr. Frits Oosterveld 21 maart 2002 Saxion Hogeschool Enschede 20-3-2013 Lectoraat Frits Oosterveld 1 Frits, van harte proficiat! 20-3-2013
Nadere informatieAcute Low Back Pain Screenings Questionnaire (ALBPSQ)
Acute Low Back Pain Screenings Questionnaire (ALBPSQ) S.J. Linton en K. Halldén, 1996 Instructie DOEL(GROEP): Prognostische en inventariserende vragenlijst De Acute Low Back Pain Screening Questionnaire
Nadere informatieWelkom op de implementatie cursus KNGF-richtlijn Manuele Therapie bij Lage-rugpijn
Welkom op de implementatie cursus KNGF-richtlijn Manuele Therapie bij Lage-rugpijn Samengesteld door: Marcel Heijmans, MSc Leo Hagenaars Dr. Erik Hendriks Prof.dr. Rob Oostendorp RESPONSIE Richtlijn m.b.t.
Nadere informatieMEERDIMENSIONAAL BELASTING / BELASTBAARHEID MODEL (mdbb)
MEERDIMENSIONAAL BELASTING / BELASTBAARHEID MODEL (mdbb) Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Nederlands Paramedisch Instituut UMC St Radboud, Center for Quality of Care Vrije Universiteit Brussel 24-2-2013 UU
Nadere informatieAcute Low Back Pain Screening Questionnaire (ALBPSQ) S.J. Linton & K. Halldén (1996)
Acute Low Back Pain Screening Questionnaire (ALBPSQ) S.J. Linton & K. Halldén (1996) DOEL(GROEP): Inventariserende vragenlijst De Acute Low Back Pain Screening Questionnaire (ALBPSQ) is een biopsychosociaal
Nadere informatieEVIDENCE-BASED ALLIED HEALTH CARE. Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
EVIDENCE-BASED ALLIED HEALTH CARE Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Nederlands Paramedisch Instituut UMC St Radboud Hogeschool van Arnhem en Nijmegen NVLF 1 ORIËNTATIE op LOGOPEDIE NVLF Visie 2000-2005 NVLF
Nadere informatieNVMT - kaderdag 25 april
NVMT - kaderdag 25 april 2002 1 RICHTLIJNEN MANUELE THERAPIE en LAGE-RUGPIJN een huwelijk uit liefde of een gedwongen huwelijk? NVMT - kaderdag 25 april 2002 2 Inhoud Algemene inleiding richtlijnen NVMT-richtlijn
Nadere informatieDIRECTE TOEGANKELIJKHEID MANUELE THERAPIE VANUIT WETENSCHAPPELIJK PERSPECTIEF
DIRECTE TOEGANKELIJKHEID MANUELE THERAPIE VANUIT WETENSCHAPPELIJK PERSPECTIEF Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp 18-2-2013 Jaarcongres Fysiotherapie 2003 1 BESTAAT ER EVIDENCE VOOR DIRECTE TOEGANKELIJKHEID MANUELE
Nadere informatieKlinimetrie & spinal management van de CWK. Klinisch redeneren. Fysiotherapeut Manueel Therapeut Fysiotherapiewetenschapper. Doel
Thema Klinimetrie & spinal management van de CWK Klinisch redeneren Drs. Edwin de raaij Drs. François Maissan Fysiotherapeut Manueel Therapeut Fysiotherapiewetenschapper Fysiotherapeut Manueel Therapeut
Nadere informatieConclusies Orthopedie
Conclusies Orthopedie Grote interdokter variatie, bij vrijwel gelijke incidentie GC Marne is bovengemiddeld duur voor Z&Z : 8% duurder Hoge kosten orthopedie wordt veroorzaakt door: 34% meer verwijzingen
Nadere informatieFYSIOTHERAPIE, OP Z N KOP?
FYSIOTHERAPIE, OP Z N KOP? Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Kwaliteitsavond RGF West Brabant 1 2 3 4 5 6 OPBOUW van de LEZING waarom ja tegen West-Brabant evidence based practice (EBP) ketenzorg: wat betekent
Nadere informatieResponsiviteit van meetinstrumenten. Prof. dr. ir. Riekie de Vet. EMGO Instituut, Amsterdam
Responsiviteit van meetinstrumenten Prof. dr. ir. Riekie de Vet EMGO Instituut, Amsterdam Meet-eigenschappen Klinimetrische eigenschappen Reproduceerbaarheid Validiteit Responsiviteit Interpretatie Definitie
Nadere informatieDe rol van Psychologische Aspecten bij de Behandeluitkomsten van Manuele Therapie en Fysiotherapie bij Aspecifieke Nekpijn.
De rol van Psychologische Aspecten bij de Behandeluitkomsten van Manuele Therapie en Fysiotherapie bij Aspecifieke Nekpijn. The Role of Psychological Aspects in Treatment Outcomes of Manual Therapy and
Nadere informatieParamedisch OnderzoekCentrum
KWALITEIT van de FYSIOTHERAPIE De spreekkamer Waar staan we en zijn we op de goede weg? Prof.dr. Rob Oostendorp Wat kunt u verwachten? Spreek- en behandelkamer van de fysiotherapeut: wat gebeurt hier?
Nadere informatieParamedisch OnderzoekCentrum
Van bruine klapper tot Extremiteiten. Manuele therapie in enge en ruime zin Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Boekpresentatie 25 augustus 2006 Wat kunt u verwachten? Boekzwangerschap: van knop naar extremiteit
Nadere informatievoer eventueel de ULTT uit voor de plexus brachialis en n. medianus (uitsluittest)
Diagnostisch proces Anamnese/lichamelijk onderzoek screenen op rode vlaggen rode vlaggen: vermoeden van ernstige pathologie (nekpijn graad IV) geen rode vlaggen huisarts of verwijzend specialist Vaststellen
Nadere informatiePrOP Tussen Je Oren. gebaseerd op het PrOP-model. the PrOP-model. Mariëtte J.C.P. van der Stappen
Effectiviteit kortdurende behandeling PrOP model 1 PrOP Tussen Je Oren Effectiviteit van een Kortdurende Psychologische Behandeling bij Kinderen en Jongeren gebaseerd op het PrOP-model Effectiveness of
Nadere informatieSYMPOSIUM voor FYSIOTHERAPEUTEN Elk z n rol
SYMPOSIUM voor FYSIOTHERAPEUTEN Elk z n rol AFDELING FYSIOTHERAPIE Academisch Ziekenhuis Maastricht 14 september 2001 1 FYSIOTHERAPIE, WELKE ROL BIJ POSTTRAUMATISCHE DYSTROFIE? 2 RICHTLIJNEN en UITGANGSPUNTEN
Nadere informatiehoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen
Dit proefschrift gaat over moeheid bij mensen die dit als belangrijkste klacht presenteren tijdens een bezoek aan de huisarts. In hoofdstuk 1 wordt het onderwerp moeheid in de huisartspraktijk kort geïntroduceerd,
Nadere informatieWetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten?
Samenvatting 403 Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten? Lage rugpijn (LRP) is wereldwijd de meest voorkomende oorzaak van beperkingen. Dit blijkt uit studies naar ziektelast
Nadere informatieErgotherapeutische Energiemanagement interventies en de effecten op vermoeidheid
Ergotherapeutische Energiemanagement interventies en de effecten op vermoeidheid Resultaten van een systematisch review en een toepassing voor de praktijk Lyan Blikman, MSc. Bewegingswetenschapper PhD
Nadere informatieSomatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten in de 1e lijn Ingrid Arnold
Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten in de 1e lijn Ingrid Arnold LUMC Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde Huisarts te Leiderdorp Uw spreekuur Moeheid Pijnklachten Buikpijn Hoofdpijn
Nadere informatieBack on Track: eerste ervaringen met geprotocolleerde pijnrevalidatie in de eerste lijn. Reni van Erp, MSc
Back on Track: eerste ervaringen met geprotocolleerde pijnrevalidatie in de eerste lijn. Reni van Erp, MSc Disclosure slide Companies No relations Research funding CZ Fonds Provincie Limburg Adelante epartment
Nadere informatieBewegingsangst: een sterk invaliderende factor
Bewegingsangst: een sterk invaliderende factor Definitie: Bewegingsangst is een specifieke cognitie, gekoppeld aan een emotie en gekoppeld aan gedrag Eén van de yellow flags is: vrees-vermijdingsgedrag
Nadere informatieCHAPTER. Samenvatting
CHAPTER 9 Samenvatting CHAPTER 9 Klachten aan pols en hand komen veel voor; bij 9 tot 12.5% van de Nederlandse volwassenen. Niet alle mensen bezoeken de huisarts voor pols- of handklachten. De huisarts
Nadere informatieSamenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie
Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder
Nadere informatieEURO BOOKS ONLINE - Digitaal bladeren in juridische uitgaven. Uitgave 2013. C.I.P. Koninklijke Bibliotheek Albert I NUR 820 I.S.B.N.
EURO BOOKS ONLINE - Digitaal bladeren in juridische uitgaven Uitgave 2013 C.I.P. Koninklijke Bibliotheek Albert I NUR 820 I.S.B.N. 2013 by Euro Books Uitgegeven door Euro Trans Lloyd Kaleshoek 8 8340 Damme
Nadere informatiePatient gegevens. Patiënt gegevens. Bakker, Sanne Adres: Spaarne 153
Patient gegevens Patiënt gegevens Naam: Bakker, Sanne Adres: Spaarne 153 Postcode: 2011CG Haarlem Geboortedatum: 5-6-1996 Leeftijd: 20 Geslacht: V Telefoon: 0616287075 Telefoon mobiel: Telefoon werk: Email:
Nadere informatieParamedisch OnderzoekCentrum
Hoorcollege 3 maart 2006 Thema: lage-rugpijn Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Opbouw Langdurige lage-rugpijn (profiel 3a) versus (lage-rugpijn met chronisch pijngedrag (profiel 3b) Relevantie van classificaties
Nadere informatieBent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.
Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten
Nadere informatieGoed pijnmanagement op de SEH, belangrijk voor zowel acute als chronische pijn!
Goed pijnmanagement op de SEH, belangrijk voor zowel acute als chronische pijn! Jorien Pierik -Minisymposium pijnbestrijding van A tot Z- 1 Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling
Nadere informatieInhoud. inleiding de schouder 1 9. Redactie 1 0. Auteurs 1 1. Voorwoord 1 6
Redactie 1 0 Auteurs 1 1 Voorwoord 1 6 inleiding de schouder 1 9 1 Patiënten met schoudersyndromen in de huisarts- en fysiotherapiepraktijk 2 1 Inleiding 2 2 Patiënten met schoudersyndromen in de huisartspraktijk
Nadere informatieCentre for. Care Research (WOK, KWAZO) (CEBP) Universiteit Maastricht. Centre for Evidence Based Physiotherapy
Centre for Evidence Based Physiotherapy Centre Universiteit for Maastricht Quality of Care Research Universiteit Maastricht Karin Neeleman-van der Steen Jozé Braspenning Rob de Bie Rob Oostendorp 9 november
Nadere informatiePeer review Het elektronisch Kinesitherapeutisch dossier
Peer review Het elektronisch Kinesitherapeutisch dossier Inleiding Waarom een dossier? Efficiëntie in het werk en communicatie dankzij informatisering en automatisering Hulp bij het nemen van beslissingen
Nadere informatieFunctionele diagnostiek bij langdurige eetstoornissen
Functionele diagnostiek bij langdurige eetstoornissen OP BASIS VAN ICF MARIETA VERHOEVEN VERPLEEGKUNDIG SPECIALIST I.O. COGNITIEF GEDRAGSTHERAPEUTISCH WERKER VGCT Ernstige en langdurige eetstoornis Definitie
Nadere informatieEvy Dhondt, Jessica Van Oosterwijck, Barbara Cagnie, Rahmat Adnan, Stijn Schouppe, Jens Van Akeleyen, Tine Logghe, Lieven Danneels
VK Symposium + Colloquium Topsport & Wetenschap 2015 Predictoren van therapietrouw en respons op een ambulant multimodaal revalidatieprogramma voor patiënten met chronische lage rugpijn: een cohort studie
Nadere informatieFYSIOTHERAPIE en het behandelen van patiënten met ASPECIFIEK LAGE RUGPIJN. September 2011, blok 6, Gerard Koel.
FYSIOTHERAPIE en het behandelen van patiënten met ASPECIFIEK LAGE RUGPIJN. September 2011, blok 6, Gerard Koel. GRADED ACTIVITY & GRADUAL EXPOSURE. 1. Aanleiding / implicatie / modellen; respondente &
Nadere informatieWat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?
De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve
Nadere informatieFysiotherapie 2008. Klinimetrie. Klinimetrie, klinisch redeneren en verslagleggen. klinisch redeneren met behulp van klinimetrie
klinisch redeneren met behulp van klinimetrie De zin en onzin van het meten, klinisch redeneren en verslagleggen = stelselmatig meten van klinische verschijnselen Dr Harriët Wittink Lector leefstijl en
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra
Nadere informatieRoland Disability Questionnaire
Roland 1983 Nederlandse vertaling G.J. van der Heijden 1991 Naampatiënt...Datum:. Uw rugklachten kunnen u belemmeren bij uw normale dagelijkse bezigheden. Deze vragenlijst bevat een aantal zinnen waarmee
Nadere informatieRichtlijn Nekpijn. Jasper Bier. Inhoud. Waarom deze richtlijn. Diagnosecodes. Doelstellingen. Alle interventies
Inhoud Richtlijn Nekpijn Jasper Bier Doelstellingen en uitgangspunten richtlijn De richtlijn Indeling van patiënten, subgroepen en diagnostiek Interventies en behandelprofielen Klinimetrie Stand van zaken
Nadere informatieGebruik van PROMs individueel versus groepsniveau. Riekie de Vet
Gebruik van PROMs individueel versus groepsniveau Riekie de Vet Klinimetrie: meten in de geneeskunde Het meten van symptomen, diagnostiek, uitkomsten van behandelingen, gezondheidsstatus en bijvoorbeeld
Nadere informatieKNGF-richtlijn Whiplash. Supplement bij het Nederlands Tijdschrift voor Fysiotherapie nummer3/jaargang111
Supplement bij het Nederlands Tijdschrift voor Fysiotherapie nummer3/jaargang111 KNGF-richtlijn Whiplash Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie KNGF-richtlijn Whiplash G.E. Bekkering I, H.J.M.
Nadere informatieHoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4
SAMENVATTING Chronische nek pijn is vaak het gevolg van een verkeersongeval, en dan met name van een kop-staart aanrijding. Na zo een ongeval ontwikkelen mensen vaak een zeer specifiek klachtenpatroon.
Nadere informatieDenken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten
Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking
Nadere informatieVisual Analoge Scale (VAS)
Bijlage 3 Meetinstrumenten Bijlage 3.1 Visual Analoge Scale (VAS) De intensiteit van de pijn wordt gemeten met een VAS (100 mm) met betrekking tot de draaglijkheid van de pijn gedurende de afgelopen week
Nadere informatieInvloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy. Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders
Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders Influence of Mindfulness Training on Parental Stress, Emotional Self-Efficacy
Nadere informatieFysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50
De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and
Nadere informatieSomatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten: De richtlijn
Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten: De richtlijn Ingrid Arnold LUMC Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde Huisarts te Leiderdorp Dokter, ik ben zo moe. Vermoeidheid Hoofdpijn Buikklachten
Nadere informatiePatient-reported outcome measures (PROMs) in de cardiologie
Patient-reported outcome measures (PROMs) in de cardiologie De beroepsgroep is aan zet! Philip van der Wees NVVC, 5 april 2017 Opbouw 1. Wat zijn PROs en PROMs? 2. De PROM-toolbox 3. PROMs in de cardiologie:
Nadere informatieLichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and
Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers
Nadere informatiePsychologische behandeling voor SOLK-patiënten door de POH-GGZ: resultaten van een rct
Psychologische behandeling voor SOLK-patiënten door de POH-GGZ: resultaten van een rct Kate Sitnikova 8 november 2018 Amsterdam UMC Locatie VUmc Afdeling Huisartsgeneeskunde & Ouderengeneeskunde Sheet
Nadere informatieUitgebreide toelichting van het meetinstrument. Global Perceived Effect (GPE)
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Global Perceived Effect (GPE) 31-03-2014 Review: R.A.H.M. Swinkels Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende
Nadere informatieFCE in internationaal perspectief
FCE in internationaal perspectief Dr Paul Kuijer, p.p.kuijer@amc.nl Academisch Medisch Centrum (AMC) voor Arbeid en Gezondheid Polikliniek Mens en Arbeid Amsterdam, Nederland Financiële belangen bij FCE?
Nadere informatieType Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?
Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type of Dementia as Cause of Sexual Disinhibition Presence of the Behavior in Alzheimer s Type? Carla
Nadere informatieRecente ontwikkelingen in de ethische normen voor medisch-wetenschappelijk onderzoek
Recente ontwikkelingen in de ethische normen voor medisch-wetenschappelijk onderzoek Prof dr JJM van Delden Julius Centrum, UMC Utrecht j.j.m.vandelden@umcutrecht.nl Inleiding Medisch-wetenschappelijk
Nadere informatiePijn en MS in de medische literatuur. Omschrijving probleem. Prevalentie. Prevalentie 63 % (nl populatie 19 %)
Pijn en MS in de medische literatuur Roger Haenen, Revalidatiearts Orbis Medisch Centrum Sittard - Geleen Omschrijving probleem Prevalentie 63 % (nl populatie 19 %) RRMS 50% PPMS 70% SPMS 70 % 25 % ervaart
Nadere informatiePeer review EBM. Ontwikkeld door WVVK in opdracht van Pro-Q-Kine
Peer review EBM Inleiding Doelstellingen? Attitude: bereid zijn om evidence based te handelen, om expertise te delen, om evidentie te bespreken Kennis: wat is EBM, wat is evidentie, wat is een richtlijn,
Nadere informatieOefentherapie bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit. Mariëtte de Rooij
Oefentherapie bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit Mariëtte de Rooij Inhoud Artrose en comorbiditeit Aangepaste oefentherapie bij comorbiditeit Resultaten pilot studie Voorbeeld Conclusie Randomized
Nadere informatieEerlijke beoordelingen in sociale zekerheid: hoe reëel is dat?
Eerlijke beoordelingen in sociale zekerheid: hoe reëel is dat? dr. Femke I. Abma & prof. dr. Sandra Brouwer Universitair Medisch Centrum Groningen Afdeling Gezondheidswetenschappen Sociale Geneeskunde
Nadere informatieBeleid na een whiplashletsel. Informatie voor hulpverleners
Beleid na een whiplashletsel Informatie voor hulpverleners Inleiding Hierbij treft u een samenvatting aan van de regionale richtlijn met betrekking tot de diagnostiek en behandeling van patiënten met een
Nadere informatieAdherence aan HWO en meer bewegen
Adherence aan HWO en meer bewegen Een experimenteel onderzoek naar de effecten van het motivationele stadium van patiënten en de adherence aan huiswerkoefeningen (HWO) bij fysiotherapie en het meer bewegen.
Nadere informatiePositieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen
Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic
Nadere informatie