BPV curriculum ICT Academie

Transcriptie

1 BPV curriculum ICT Academie N4 ICT Beheerder N4 Netwerkbeheerder

2 Inhoudsopgave Inleiding:... 2 Informatie Management... 8 B1.1 Informatiebehoefte... 8 B1.2 Plan van aanpak... 9 B1.3 Functioneel ontwerp B2.1, Implementatieplan B2.2 Implementeren B2.3 Evalueren P1.1 Incidentmeldingen P1.2 Acceptatietests P2.1 Onderhouden servicedesk P2.2 Beheren servicedesk P3.1 Voorkomen (ver)storingen P3.2 Verhelpen (ver)storingen P3.3 Procedures Netwerken...17 B1.4 Technisch ontwerp B1.5 Testomgeving P3.4 Beveiligen Nederlands over het BPV bedrijf over de BPV periode P2.3 Gebruikersinstructies Engels...21 P2.3 Gebruikersinstructies Pagina 1 van 20

3 Inleiding: De BPV-periode in het 2e jaar van de Niveau 4 opleiding heeft als één van de doelen voorbereiding op de examens zoals die in het 3e jaar op de BPV-plek of op school zullen worden gehouden. Een goede voorbereiding is het halve werk! In deze gids vind je BPV-opdrachten die bij diverse vakken behandeld gaan worden ter voorbereiding van de Proeven van Bekwaamheid, die je na deze BPV-periode op school èn in de afsluitende BPV in het derde jaar gaat doen. Om goed de koppeling tussen de opdrachten, de proeven en de praktijk te begrijpen, beschrijven we hier de beroepsgroepen en geven de werkprocessen en de kerntaken, die bij de beroepen horen. Alle opdrachten uit deze gids worden dus gebruikt door de vakdocenten. Deze vakdocenten geven dus ook aan wanneer iets af moet zijn en hoe dit meetelt bij het betreffende vak. Vooruit werken kan altijd, maar doe dat dan wel in overleg met de betreffende vakdocent, zodat je opdrachten niet verkeerd uitwerkt. Deadlines worden door de vakdocent aangegeven. Pagina 2 van 20

4 Typering beroepsgroep Netwerkbeheerder Het kwalificatiedossier zegt het volgende over de beroepsgroep: Typering van het beroep De netwerkbeheerder is een specialist en heeft vooral een uitvoerende en controlerende rol. Vanuit zijn specialisme adviseert hij collega's en/of opdrachtgevers. Hij is verantwoordelijk voor de technische inrichting van de netwerkinfrastructuur en hij wordt beoordeeld op de resultaten. In voorkomende gevallen vervult hij de 2e-lijnstaken en heeft hij indien van toepassing contact met externe leveranciers over ICT inhoudelijke zaken. Omdat hij meestal zelfstandig werkt is hij vooral verantwoordelijk voor zijn eigen werkzaamheden, maar in geval van teamwerk kan de verantwoording gedeeld worden. Netwerkbeheer vindt plaats bij bedrijven die gebruik maken van een ICT netwerkinfrastructuur. Een netwerkinfrastructuur bestaat uit hardwarematige netwerkcomponenten, randapparatuur en (IP)telefonie, de benodigde besturingssoftware en netwerkapplicaties en de verbindingen. Kritische beroepssituatie(s): Centraal in het werk van de netwerkbeheerder staan werkzaamheden die ervoor zorgdragen dat de continuïteit van de netwerkinfrastructuur gegarandeerd is en dat de gebruikers voldoende ondersteuning ervaren. Hiervoor ontwikkelt, implementeert, beheert en beveiligt hij (delen van) het netwerk. De netwerkbeheerder wordt binnen de organisatie gezien als de specialist als het gaat om netwerk/systeembeheer. De eindverantwoordelijkheid is behoorlijk hoog aangezien de netwerk infrastructuur wordt gezien als de ruggengraat van een organisatie of het mediaproductieproces, deze staat continue onder druk door zaken zoals snelheid, bereikbaarheid, capaciteit, security enz. Bij al zijn werkzaamheden is communicatie met betrokkenen essentieel. De netwerkbeheerder kan deel uitmaken van een team van ICT-collega's. Hij werkt met regelmaat samen, maar ook zelfstandig en overziet de consequenties van zijn handelen. Zijn zelfstandigheid en ervaringen zet hij in om te komen tot verbetervoorstellen met betrekking tot de uit te voeren werkzaamheden. Hij is er zich van bewust dat een deel van alle werkzaamheden vastgelegd moeten worden, opdat hij, de organisatie én zijn collega's een volledig zicht hebben op alle uitgevoerde werkzaamheden en er handzame en bruikbare naslagwerken ontstaan die het werk (en daarmee de continuïteit van het netwerk) ten goede komen. Tevens weet de netwerkbeheerder hoe hij op verantwoorde en veilige wijze moet omgaan met de voor hem beschikbare materialen en middelen. Pagina 3 van 20

5 Kerntaken en werkprocessen De N4 opleiding netwerkbeheerder bestaat uit de volgende kerntaken en werkprocessen. Per werkproces wordt aangegeven bij welke vakken relevante opdrachten worden gegeven voor concrete werkzaamheden op de BPV plaats. Beroepsgerichte basistaken (code B ) Kerntaak B1: Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen, Werkprocessen: B1.1 Stelt de vraag en/of informatie / mediabehoefte van de opdrachtgever vast (ook Project Management) B1.2 Maakt een plan van aanpak > Informatie Management (onderdeel Project Management) B1.3 Levert een bijdrage aan het maken van een functioneel ontwerp B1.4 Maakt een technisch ontwerp >Serverbeheer >Infrastructuur B1.5 Realiseert een testomgeving >Serverbeheer >Infrastructuur Kerntaak B2: Implementeren van (onderdelen van) informatiesystemen, Werkprocessen: B2.1 Levert een bijdrage aan het implementatieplan B2.2 Implementeert (een deel van) het informatiesysteem B2.3 Evalueert de implementatie Profiel netwerkbeheerder (code P ) Kerntaak P1: Beheren van (onderdelen van) informatiesystemen, Werkprocessen: P3.1 Voorkomt (ver)storingen in de netwerkinfrastructuur (onderdeel Service Desk) >Serverbeheer >Infrastructuur P3.2 Lokaliseert en verhelpt (ver)storingen in de netwerkinfrastructuur (onderdeel Service Desk) P3.3 Stelt procedures op t.b.v. de netwerkinfrastructuur en bewaakt deze (onderdeel Service Desk) >Nederlands P3.4 Beveiligt de netwerkinfrastructuur (onderdeel Service Desk) >Serverbeheer >Infrastructuur Pagina 4 van 20

6 Typering beroepsgroep ICT Beheerder Het kwalificatiedossier geeft de volgende typering van de beroepsgroep: Typering van het beroep Hij richt zich op het zgn. informatiesysteem, bestaande uit een hardware-, software- en een menselijk component. Zo kan een netwerk/media infrastructuur een onderdeel zijn van het totale informatiesysteem, maar ook losse onderdelen zoals mobile devices, smartphones en tablets die wel of niet deel uitmaken van een netwerk/media infrastructuur. De ICT-beheerder heeft een adviserende, controlerende, delegerende en uitvoerende rol en hij werkt meestal samen met collega's in projectteams en draagt verantwoordelijkheid voor zijn eigen werk. Daarnaast is hij(mede)verantwoordelijk voor de uitvoering van (gedelegeerde) taken door anderen en daarmee vaak eindverantwoordelijk. In een servicedeskomgeving houdt hij het overzicht of alle processen, werkzaamheden en procedures goed verlopen. Kritische beroepssituatie(s): Centraal in het werk van de ICT-beheerder staan werkzaamheden die ervoor zorgdragen dat de continuïteit van het informatiesysteem gegarandeerd is en dat de gebruikers voldoende ondersteuning ervaren. Hiervoor ontwikkelt, implementeert en beheert hij (delen van) het informatiesysteem en organiseert, onderhoudt en beheert hij de servicedesk. De ICT-beheerder wordt binnen de organisatie gezien als het aanspreekpunt als het gaat om ICT. Hij moet in staat zijn om de signalen die hij krijgt goed op te vangen en bij de juiste personen neer te leggen. Hierdoor moet de ICT-beheerder niet alleen ICT technisch zijn vak verstaan, ook communicatief en organisatorisch wordt er veel van hem verwacht. De eindverantwoordelijkheid is hierdoor dus behoorlijk hoog te noemen. De ICT-beheerder werkt afhankelijk van de grootte van de organisatie veel samen, maar ook zelfstandig en overziet de consequenties van zijn handelen. Zijn zelfstandigheid en ervaringen zet hij in om te komen tot verbetervoorstellen met betrekking tot uit te voeren werkzaamheden. Hij is er zich van bewust dat alle werkzaamheden vastgelegd moeten worden, opdat hij, de organisatie én zijn collega's een volledig zicht hebben op alle uitgevoerde werkzaamheden en er handzame en bruikbare naslagwerken ontstaan die het werk (en daarmee de continuïteit van het informatiesysteem) ten goede komen. Tevens weet de ICT-beheerder hoe hij op verantwoorde en veilige wijze moet omgaan met de voor hem beschikbare materialen en middelen. Hij is in staat om de servicedesk zo te organiseren dat de werkzaamheden, incidentmeldingen (calls), processen en procedures soepel en professioneel verlopen. Hij weet bijvoorbeeld prioritering aan te brengen in de binnengekomen incidentmeldingen. Pagina 5 van 20

7 Kerntaken en werkprocessen De N4 opleiding ICT-Beheerder bestaat uit de volgende kerntaken en werkprocessen: Per werkproces wordt aangegeven bij welke vakken relevante opdrachten worden gegeven voor concrete werkzaamheden op de BPV plaats. Beroepsgerichte basistaken (code B ) Kerntaak B1: Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen, Werkprocessen: B1.1 Stelt de vraag en/of informatie / mediabehoefte van de opdrachtgever vast (onderdeel Project Management) B1.2 Maakt een plan van aanpak > Informatie Management (onderdeel Project Management) B1.3 Levert een bijdrage aan het maken van een functioneel ontwerp B1.4 Maakt een technisch ontwerp >NOS/Serverbeheer B1.5 Realiseert een testomgeving Kerntaak B2: Implementeren van (onderdelen van) informatiesystemen, Werkprocessen: B2.1 Levert een bijdrage aan het implementatieplan B2.2 Implementeert (een deel van) het informatiesysteem B2.3 Evalueert de implementatie > Informatie Management (onderdeel Project Management) Profiel ICT Beheerder (code P ) Kerntaak P1: Ondersteunen van systeemgebruikers Werkprocessen: P1.1 Behandelt en handelt incidentmeldingen af > Informatie Management (onderdeel Service Desk) P1.2 Biedt ondersteuning bij de acceptatietest > Informatie Management (onderdeel Service Desk) Kerntaak P2: Organiseren van een (bestaande) servicedesk Werkprocessen: P2.1 Onderhoudt een servicedesk > Informatie Management (onderdeel Service Desk) P2.2 Beheert een servicedesk > Informatie Management (onderdeel Service Desk) P2.3 Stelt gebruikersinstructies op >Nederlands >Engels Pagina 6 van 20

8 Kerntaak P3: Beheren van (onderdelen van) informatiesystemen, Werkprocessen: P3.1 Voorkomt (ver)storingen in de netwerkinfrastructuur (onderdeel Service Desk) >NOS/Serverbeheer >Datacommunicatie/Infrastructuur P3.2 Lokaliseert en verhelpt (ver)storingen in de netwerkinfrastructuur (onderdeel Service Desk) P3.3 Stelt procedures op t.b.v. de netwerkinfrastructuur en bewaakt deze (onderdeel Service Desk) >Nederlands P3.4 Beveiligt de netwerkinfrastructuur (onderdeel Service Desk) Pagina 7 van 20

9 Informatie Management Onderdelen: 1. Informatie Management 2. Project Management 3. Service Desk + Service Management 4. Database Ontwikkeling Bij het vak Informatie Management worden de volgende opdrachten behandeld en begeleid: B1.1 Informatiebehoefte Kerntaak B1 Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces B1.1 Stelt de vraag en/of informatie / mediabehoefte van de opdrachtgever vast B111 Onderzoek hoe voor een bestaande situatie de informatiebehoefte is vastgesteld. de situatie bijv. iemand had een probleem of wens en wilde daarvoor een systeem; de werkwijze bij het vaststellen van de informatiebehoefte (o.a. interviews, lezen van beleidsdocumenten, rapporten in oplopende versies); NB: de werkwijze staat hier centraal, niet de situatie of het systeem; het eindresultaat en de besluitvorming daarna. B112 Beschrijf een informatiesysteem dat een belangrijke rol speelt in jouw BPV bedrijf. Roepnaam en korte beschrijving Invoer en opslag van gegevens Uitvoer van informatie Hulpmiddelen waaronder computers Procedure(s): roepnaam en inhoud Mensen: verantwoordelijken, technici en gebruikers Dit informatiesysteem moet voldoende complexiteit en omvang hebben: van belang voor het hele bedrijf of een afdeling, minimaal drie gebruikers, in gebruik tijdens >50% kantooruren. B119 Een verbetervoorstel voor een werkproces naar keuze behorende bij deze kerntaak. Zoek iets binnen het BPV-bedrijf wat voor dit werkproces beter kan. Dat iets kan een invoering of verbetering van een informatiesysteem, apparaat of procedures zijn: wat precies smaakt niet uit, maar het moet een daadwerkelijke verbetering zijn van de huidige situatie op het gebied van het vaststellen van de informatiebehoefte van de klant/gebruiker. Beschrijf de huidige situatie, gewenste situatie, de voor- en nadelen, kosten en baten en hoe je het idee in de organisatie ingevoerd hebt of wil gaan invoeren Pagina 8 van 20

10 B1.2 Plan van aanpak Kerntaak B1 Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces B1.2 Maakt een plan van aanpak B121 Zoek in jouw BPV bedrijf een bestaand ICT project en beschrijf dit. Je hoeft niet persé zelf mee te doen met het project maar dat is natuurlijk wel leerzamer. Als voor dit project een Plan van Aanpak (PvA) aanwezig is dan gebruik je dit als hulpmiddel bij je beschrijving. Als er geen PvA aanwezig is, dan gebruik je het PvA zoals door school gegeven. achtergronden (titel, situatie, waarom) projectresultaat (wat levert het project concreet op) projectactiviteiten (waaraan worden uren/dagen besteed) projectorganisatie (wie doet wat) planning (begin midden go-live datum opstart) B122 Maak een PvA voor een door jou (mede) uit te voeren project. Gebruik hiervoor de standaard van het BPV bedrijf of het PvA zoals door school gegeven. B123 Zoek in jouw BPV bedrijf een bestaande planning van een ICT project en licht dit toe. start en einde activiteiten mijlpalen voortgangsbewaking B124 Zoek in jouw BPV bedrijf een bestaande begroting van een ICT project en licht deze toe. De kosten: Mensen en/of middelen Intern en/of extern De opbrengsten: Direct en/of indirect Te berekenen en/of te schatten Pagina 9 van 20

11 B1.3 Functioneel ontwerp Kerntaak B1 Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces B1.3 Levert een bijdrage aan het maken van een functioneel ontwerp B131 Zoek in jouw BPV bedrijf een bestaand functioneel ontwerp (FO) van een informatiesysteem en licht dit toe. De situatie (waarvoor en waarom is het gemaakt); De onderwerpen in het FO (zie de hoofdstukken); De procedure rond het FO: maken, betrokken partijen, versiebeheer, goedkeuren, aanpassen. B132 Maak een functioneel ontwerp (FO) voor een door jou te bouwen informatiesysteem. Gebruik hiervoor de standaard van het BPV bedrijf of het FO zoals door school gegeven. De (functionele) huidige en gewenste situatie De functies van het nieuwe systeem De gegevensstructuur bijv. met een ERD of DFD Invoer en uitvoer Menu s en autorisatie B2.1, Implementatieplan Kerntaak B2 Implementeren van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces B2.1 Levert een bijdrage aan het implementatieplan B211 Zoek in jouw BPV bedrijf een bestaand implementatieplan en licht dit toe Onder implementeren wordt verstaan het in productie brengen van een informatiesysteem. Het systeem is in eerdere fasen gebouwd, getest en goedgekeurd. Nu moeten gebruikers ermee gaan werken en moet het systeem informatie gaan produceren. Hierover moet van tevoren worden nagedacht en georganiseerd, dit wordt vastgelegd in een plan. Niet overal wordt een formeel implementatieplan gemaakt maar wel moeten handelingen worden verricht om het systeem in gebruik te nemen. Onderzoek die handelingen en beschrijf ze. B212 Maak een implementatieplan voor een door jou (mede) uit te implementeren informatiesysteem. Gebruik hiervoor de standaard van het BPV bedrijf of het implementatieplan zoals door school gegeven. B219 Een verbetervoorstel voor een werkproces naar keuze behorende bij deze kerntaak. Zoek iets binnen het BPV-bedrijf wat voor dit werkproces beter kan. Dat iets kan een invoering of verbetering van een informatiesysteem, apparaat of procedures zijn: wat precies maakt niet uit, maar het moet een daadwerkelijke verbetering zijn van de huidige situatie op het gebied van het implementeren van een apparaat/informatiesysteem van de klant/gebruiker. Beschrijf de huidige situatie, gewenste situatie, de voor- en nadelen, kosten en baten en hoe je het idee in de organisatie ingevoerd hebt of wil gaan invoeren. Pagina 10 van 20

12 B2.2 Implementeren Kerntaak B2 Implementeren van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces B2.2 Implementeert (een deel van) het informatiesysteem B221 Zoek in jouw BPV bedrijf een recent uitgevoerde implementatie en licht deze toe. Deze implementatie kan door anderen zijn uitgevoerd of (mede) door jezelf. Wat is er geïmplementeerd; Welke activiteiten zijn uitgevoerd; Wat was de planning en de realisatie daarvan; Hoe werd er getest; Hoe werd er tussentijds bijgestuurd; Hoe werd er overlegd tussen opdrachtgever en uitvoerder; Hoe werd de implementatie gedocumenteerd: notulen, systeemdocumentatie, evaluatierapporten etc. B2.3 Evalueren Kerntaak B2 Implementeren van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces B2.3 Evalueert de implementatie B231 Beschrijf hoe een pas uitgevoerde implementatie is geëvalueerd. Evalueren is achteraf kijken hoe de implementatie is gelopen, het doel is een volgende implementatie te verbeteren. Niet overal gaat evalueren formeel (met vergaderingen en rapporten) maar informeel (vaak met nagesprekken) kun je ook evalueren. Onderzoek en beschrijf dit. Het project / de implementatie op hoofdlijnen De onderwerpen die werden geëvalueerd Per onderwerp de evaluatie Pagina 11 van 20

13 P1.1 Incidentmeldingen (P1.x opdrachten alleen IB) Kerntaak P1 Ondersteunen van systeemgebruikers Werkproces P1.1 Behandelt en handelt incidentmeldingen af P111 Beschrijf de standaardprocedure op je BPV bedrijf voor het afhandelen van incidenten ( calls ). Een incident ontstaat en wordt ook weer opgelost. Beschrijf in wat voor stappen dit gaat en wie zich er mee bezig houdt. Gebruik het ITIL proces Incidentbeheer als standaardmodel. Geheugensteun: incidenten afhandelen kent de volgende stappen: 1) aannemen, 2) registreren, 3) prioriteit stellen, 4) onderzoeken, 5) oplossen en 6) afsluiten. Van een incident wordt 7) de voortgang bewaakt. Een storing is op technisch gebied: hard of software die niet of half werkt. Een incident is algemener, een afwijking van het normale. P119 Een verbetervoorstel voor een werkproces naar keuze behorende bij deze kerntaak. Zoek iets binnen het BPV-bedrijf wat voor dit werkproces beter kan. Dat iets kan een invoering of aanpassing van een informatiesysteem of procedure zijn: wat precies maakt niet uit, maar het moet een daadwerkelijke verbetering zijn van de huidige situatie op het gebied van het behandelen en afhandelen van incidentmeldingen binnen je BPV-bedrijf. Beschrijf de huidige situatie, gewenste situatie, de voor- en nadelen, kosten en baten en hoe je het idee in de organisatie ingevoerd hebt of wil gaan invoeren P1.2 Acceptatietests Kerntaak P1 Ondersteunen van systeemgebruikers Werkproces P1.2 Biedt ondersteuning bij de acceptatietest P121 Zoek in jouw BPV bedrijf een recent geïmplementeerd systeem en beschrijf hoe de acceptatietesten zijn uitgevoerd. Onder een acceptatietest wordt verstaan de wijze waarop de gebruikers akkoord gaan met het nieuwe systeem. Gebruikers kunnen zijn intern (bijv. collega s op een andere afdeling) of extern (bijv. klanten) Niet overal worden acceptatietesten formeel uitgevoerd (met testontwerp en rapporten etc.) maar informeel (trial and error) testen kan ook leiden tot tevreden gebruikers. Onderzoek de werkwijze en beschrijf deze. P122 Voer een acceptatietest uit voor een door jou geïmplementeerd systeem en maak hiervan een rapport. Beschrijf goed de onderwerpen zoals je die bij opdracht 231 hebt gevonden en beschreven. Deze opdracht kan ook in een simulatie gedaan worden. P123 Beschrijf de manier waarop gebruikers zijn opgeleid, bijvoorbeeld na de introductie van een nieuw of uitgebreid systeem. Manieren van opleiden zijn o.a. cursussen, presentaties, pagina s op het intranet. Waarom is voor deze wijze van opleiding gekozen. Hoe is het opleidingsmateriaal gepland en gemaakt. Hoe is de opleiding uitgevoerd. Wat waren de resultaten: wat hebben de deelnemers onthouden, hoe is de invoering van het systeem verlopen. Pagina 12 van 20

14 P2.1 Onderhouden servicedesk (P2.x opdrachten alleen IB) Kerntaak P2 Organiseren van een (bestaande) servicedesk Werkproces P.2.1 Onderhoudt een servicedesk P211 Beschrijf de Servicedesk zoals deze nu functioneert. Niet overal heet het Servicedesk maar in alle bedrijven kunnen gebruikers terecht met storingen, vragen of wijzigingen. Deel 1, algemene beschrijving: Mensen: functies en taken Mensen: opleiding en ervaring Middelen: ruimten en hulpmiddelen Klanten: hoeveel, intern, extern Taakverdeling 1e, 2e (3e?) lijn Samenwerking met andere afdelingen en/of externe bedrijven. Bijzondere situaties zoals kritieke systemen. Hoe vindt controle en evaluatie plaats. Hoe en aan wie wordt gerapporteerd NB 1: Operationele werkzaamheden zoals incident, wijzigings en configuratiebeheer worden beschreven bij andere opdrachten. NB 2: Aantallen en soorten calls worden beschreven bij een andere opdracht. Deel 2, de personele gang van zaken: Hoe vindt de werkverdeling plaats: inroostering, specialisatie, overdracht van werk hoe en wanneer. Hoe vindt het werkoverleg plaats. Hoe vindt (bij)scholing plaats. Wat is de rol van de leidinggevende(n). Hoe worden nieuwe medewerkers ingewerkt P212 Beschrijf op hoofdlijnen welke diensten door de Servicedesk worden verleend. Als er een SLA aanwezig is haal deze erbij en geef een toelichting. Beschrijf met name de diensten die het meest voorkomen. P219 Een verbetervoorstel voor een werkproces naar keuze behorende bij deze kerntaak. Zoek iets binnen het BPV-bedrijf wat voor dit werkproces beter kan. Dat iets kan een invoering of verbetering van een informatiesysteem of procedure zijn: wat precies maakt niet uit, maar het moet een daadwerkelijke verbetering zijn van de huidige situatie op het gebied van de werking van de servicedesk in jouw BPV-bedrijf zijn. Beschrijf de huidige situatie, gewenste situatie, de voor- en nadelen, kosten en baten en hoe je het idee in de organisatie ingevoerd hebt of wil gaan invoeren Pagina 13 van 20

15 P2.2 Beheren servicedesk Kerntaak P2 Organiseren van een (bestaande) servicedesk Werkproces P2.2 Beheert een servicedesk P221 Onderzoek de calls die binnenkomen op de helpdesk of de ICT afdeling en maak een rapport. Dit rapport kan met behulp van een bestaande servicedeskrapportage of met een eigen onderzoek. Jouw rapport moet voldoende representatief en complex zijn. Bekijk de calls over een zekere periode bijv. afgelopen halfjaar. Onderzoek o.a.: Hoeveelheid per tijdseenheid, benoem pieken en dalen Welke (ITIL) categorieën en hoeveel daarvan Welke prioriteiten Welke herkomst Bijzondere meldingen Benodigde mankracht Pagina 14 van 20

16 P3.1 Voorkomen (ver)storingen Kerntaak P3 Beheren van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces P3.1, Voorkomt (ver)storingen in het informatiesysteem P312 Beschrijf veel voorkomende activiteiten om storingen te voorkomen, denk aan: Periodieke controles van o.a. logfiles; Onderhoud o.a. updates en upgrades. NB: Beveiligingsmaatregelen beschrijf je bij opdracht P341 P319 Een verbetervoorstel voor een werkproces naar keuze behorende bij deze kerntaak. Zoek iets binnen het BPV-bedrijf wat voor dit werkproces beter kan. Dat iets kan een invoering of verbetering van een informatiesysteem, apparaat of procedure zijn: wat precies smaakt niet uit maar het moet een daadwerkelijke verbetering zijn van de huidige situatie op het gebied van het voorkomen van incidenten zijn in jouw BPV-bedrijf zijn. Beschrijf de huidige situatie, gewenste situatie, de voor- en nadelen, kosten en baten en hoe je het idee in de organisatie ingevoerd hebt of wil gaan invoeren P3.2 Verhelpen (ver)storingen Kerntaak P3 Beheren van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces P3.2, Lokaliseert en verhelpt (ver)storingen in het informatiesysteem P321 Beschrijf drie (3) complexe storingen die jij hebt opgelost. Een storing is complex als deze technisch lastig is en veel werktijd vraagt voor onderzoek, overleg en testen. Beschrijf per storing de complexiteit en je werkwijze input (hoe kreeg je de storing binnen) verwerking (analyse en oplossing, gebruik van hulpmiddelen) output (herstel en documentatie) P322 Beschrijf de verschillende hulpmiddelen die worden gebruikt op je BPV bedrijf. Voorbeelden zijn netwerksniffers, kabeltestapparatuur, logging utilities, filtering bij het loggen, papieren of pdf manuals etc. P323 Beschrijf hoe storingen en hun oplossingen worden gedocumenteerd. Documenteren kan van de: - administratieve afhandeling (betrokkenen, tijdstippen, uren, materialen); - inhoudelijke afhandeling (vastleggen oplossing per call of in een centrale knowledge base); - wijzigingsvoorstellen na een call. Niet overal worden belangrijke oplossingen en lessen vastgelegd, hoe belangrijk dit ook is. Gebeurt dit niet maak dan zelf een voorstel. Pagina 15 van 20

17 P3.3 Procedures Kerntaak P3 Beheren van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces P3.3 Stelt procedures op t.b.v. het informatiesysteem en bewaakt deze P331 Beschrijf een bestaande procedure die betrekking heeft op belangrijke ICT werkzaamheden, bijvoorbeeld back-up. P332 Beschrijf hoe de ICT/Netwerk infrastructuur is gedocumenteerd, Hoe is de infrastructuur (algemeen of gedetailleerd) beschreven. Hoe zijn de componenten vastgelegd, denk aan o.a. apparatuur met specificaties, serienummer en locatie. Hoe zijn o.a. instellingen, passwords en serienummers vastgelegd. Welke personen hebben te maken met die documentatie, voor inzage, controle of onderhoud. Wat is het licentiebeleid. Stel dat er iets ernstigs gebeurt met de systeembeheerder, hoe kan een ander de zaak overnemen? P333 Beschrijf hoe het ITIL proces Wijzigingsbeheer wordt uitgevoerd. Indienen en afhandelen van wijzigingsvoorstellen Taken van de wijzigingsmanager Taken van de wijzigingadviescommissie (CAB / Change Advisory Board) Maken en uitvoeren van wijzigingskalender Niet overal wordt dit proces naar de letter uitgevoerd maar meestal wordt wel verstandig omgegaan met het doorvoeren van veranderingen. Beschrijf hoe dit in zijn werk gaat. P334 IB: Maak zelf een procedure van voldoende complexiteit voor een bepaalde situatie. NB: Maak een werkinstructie voor het documenteren van een aanpassing in de netwerkconfiguratie Pagina 16 van 20

18 Netwerken Onderdelen: 1. Infrastructuur 2. Server Beheer Bij het vak Informatie Management worden ook de opdrachten van Netwerken begeleid. Inhoudelijke informatie wordt, indien nodig, verzorgd door de vakdocenten: B1.4 Technisch ontwerp Kerntaak B1 Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces B1.4 Maakt een technisch ontwerp B141 Zoek in jouw BPV bedrijf een bestaand technisch ontwerp (TO) van een informatiesysteem en licht dit toe. De situatie (waarvoor en waarom is het gemaakt); De onderwerpen in het TO (zie de hoofdstukken); De procedure rond het TO: maken, betrokken partijen, versiebeheer, goedkeuren, aanpassen. B142 Maak een technisch ontwerp (TO) voor een door jou te bouwen informatiesysteem. Gebruik hiervoor de standaard van het BPV bedrijf of het TO zoals door school gegeven. De (technische) huidige en gewenste situatie. Dit heeft betrekking op hardware, software en netwerken Relevante beveiligingsonderwerpen De (technische) gegevensstructuur Eventuele conversie van gegevens Pagina 17 van 20

19 B1.5 Testomgeving Kerntaak B1 Ontwikkelen van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces B1.5 Realiseert een testomgeving B151 Beschrijf een testomgeving zoals die op jouw BPV bedrijf wordt gebruikt. Een testomgeving varieert tussen enerzijds een paar rommel PC s met een router en anderzijds een volledige kopie van een productiesysteem. Beschrijf de architectuur van het testsysteem en haar toepassingen. B152 Beschrijf de wijze waarop wordt getest. Er bestaan verschillende testen in verschillende bewoordingen: Eenvoudige testen ( unit test ) bijv. één programma(deel) op één PC. Complexere testen ( systeem test ) bijv. met meer (hard en software) componenten en misschien het hele systeem. Intensieve testen ( stress test ) waarbij een systeem zwaar wordt belast. Gebruikerstesten in diverse vormen, inclusief functionele testen ( kan het systeem wat is gevraagd ) Testen tegen sabotage (..proof test ) Testen worden vaak in fasen uitgevoerd, deze fasen hebben ook verschillende bewoordingen: Startfase: opbouw testomgeving, beschrijving van testopzet Uitvoeringsfase: uitvoeren van testen en vastleggen van resultaten Evaluatiefase: testresultaten onderzoeken en aanpassingen uitvoeren. NB: Uitvoering en evaluatie worden vaak herhaald ( iteratief ) uitgevoerd, let op de werkwijze. Niet overal wordt formeel getest (met testontwerp en rapporten etc.) maar er moet wel een robuust systeem worden opgeleverd. Informeel testen (trial and error) kan ook leiden tot een robuust resultaat. Onderzoek grondig de werkwijze en beschrijf deze. B153 Bouw of verbeter een testomgeving, let op De apparatuur en netwerken De testspelregels rond het gebruik Pas bij de bouw je beschrijvingen toe uit de voorgaande opdrachten ( Beschrijf een testomgeving en Beschrijf de manier waarop wordt getest ). Pagina 18 van 20

20 P3.4 Beveiligen Kerntaak P3 Beheren van (onderdelen van) informatiesystemen Werkproces P3.4 Beveiligt het informatiesysteem P341 Beschrijf op hoofdlijnen hoe de ICT/Netwerk infrastructuur is beveiligd. Beschrijf de onderwerpen: Toegangsbeveiliging; Fysieke beveiliging; Calamiteitenplan; Procedures en huisregels rond dit onderwerp. Denk na over: Welke risico s kunnen er op het BPV bedrijf redelijkerwijs optreden; Hoe staat het ervoor met de kritische processen: backup en restore, anti virus, anti sabotage. P342 Voer een concrete opdracht uit op het gebied van beveiligen. Het werk moet voldoende complex zijn en de risico s, maatregelen en uitvoering moeten kunnen worden verantwoord. Pagina 19 van 20

21 Nederlands Bij het vak Nederlands worden de volgende opdrachten ingepast in het curriculum tijdens de BPV-periode in onderstaande volgorde. 0.1 over het BPV bedrijf 014 Maak een verslag van een werkoverleg waaraan jij hebt deelgenomen. Titel, datum, tijd, plaats, aan en afwezigen Agenda, verslagje per agendapunt, eventuele actiepunten 0.2 over de BPV periode 025 Advertentie met vacature Maak een nette advertentie op A5 formaat met een vacature voor jouw BPV plaats. Deze advertentie moet zo aantrekkelijk zijn dat jouw opvolgers willen solliciteren. Benoem functiebeschrijving, werkzaamheden, contactgegevens en wat jij zelf belangrijk vindt. P2.3 Gebruikersinstructies (Alleen IB) Kerntaak 2 Organiseren van een (bestaande) servicedesk Werkproces P2.3 Stelt gebruikersinstructies op P231 Maak een gebruikersinstructie voor een ICT onderwerp naar keuze in het Nederlands. Dit onderwerp moet voldoende complex zijn. Een gebruikersinstructie bevat minimaal de volgende onderwerpen: algemene documentgegevens o.a. titel, versiebeheer; een omschrijving van de doelgroep, o.a. functies, technische scholing; de situatie waarvoor de instructie is geschreven, o.a. welk (deel)systeem, welke fase van ontwikkeling, welke fase van project; de instructie zelf; relevante illustraties. De gebruikersinstructie voldoet aan het standaarddocument: Pagina 20 van 20

22 Engels Bij het vak Engels worden de volgende opdrachten ingepast in het curriculum tijdens de BPV-periode in onderstaande volgorde. P2.3 Gebruikersinstructies (Alleen IB) Kerntaak 2 Organiseren van een (bestaande) servicedesk Werkproces P2.3 Stelt gebruikersinstructies op P232 Maak een gebruikersinstructie voor een ICT onderwerp naar keuze in het Engels. Dit onderwerp moet een ander zijn dan de Nederlandse instructie. Pagina 21 van 20