Eurosentiment herstelt: uitkomsten van de elfde DNB-euro-enquête C. van Renselaar en A.C.J. Stokman

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Eurosentiment herstelt: uitkomsten van de elfde DNB-euro-enquête C. van Renselaar en A.C.J. Stokman"

Transcriptie

1 Afdeling Wetenschappelijk onderzoek en econometrie Eurosentiment herstelt: uitkomsten van de elfde DNB-euro-enquête C. van Renselaar en A.C.J. Stokman Onderzoeksrapport WO&E nr. 650 Maart 2001 De Nederlandsche Bank

2

3 EUROSENTIMENT HERSTELT: uitkomsten van de elfde DNB-euro-enquête C. van Renselaar en A.C.J. Stokman Onderzoeksrapport WO&E nr. 650/0105 Maart 2001 De Nederlandsche Bank NV Afdeling Wetenschappelijk onderzoek en econometrie Postbus AB AMSTERDAM

4

5 SAMENVATTING Eurosentiment herstelt: uitkomsten van de elfde DNB-euro-enquête C. van Renselaar en A.C.J. Stokman Dit rapport bespreekt de resultaten van de elfde DNB-euro-enquête die in februari/maart 2001 werd gehouden onder het Nederlandse publiek en bedrijfsleven. Het belangrijkste nieuws is dat de neerwaartse tendens in eurosentiment en tevredenheid over de informatievoorziening een keer ten goede heeft genomen. Ook is de kennis over de euro op een aantal essentiële punten verbeterd. Verder heeft het Nederlandse bedrijfsleven inmiddels de dubbele beprijzing van producten aangevangen en lijkt een einde te zijn gekomen aan de tendens van telkens hoger uitvallende invoeringskosten. Tenslotte lijkt er een grote bereidheid onder het Nederlandse publiek te bestaan om de lasten van de chartale omwisseling bij winkels te verlichten, bijvoorbeeld door een intensiever gebruik van de pinpas. Belangrijkste zorg is dat het bedrijfsleven het merendeel van de eurovoorbereidingen in korte tijd moet zien te realiseren, waarbij aangetekend zij dat ondernemers hierover zelf niet pessimistisch zijn. Verder is de Nederlandse samenleving er niet gerust op dat het betalingsverkeer rond E-day probleemloos zal verlopen. Tenslotte is men in toenemende mate bevreesd dat de prijsomzetting van producten van guldens naar euro s zal leiden tot prijsverhogingen. Trefwoorden: euro, EMU, chartale omwisseling ABSTRACT Eurosentiment recovers: results of the eleventh DNB-euro-survey. C. van Renselaar en A.C.J. Stokman This research memorandum presents and discusses the results of the 11th euro survey which was held in February/March 2001 among the Ducht public and business sector. The negative trend in eurosentiment and satisfaction about the provision of information has stopped. Euro knowledge has improved on vital issues. Moreover the business community has energetically begun to prize in euro and the continuous increase of euroconversion costs seems to have stopped. On the whole the Dutch public wishes to alleviate the burden of euroconversion carried by retailers, for example by using payment cards. A major concern is that the business community has to realise euro preparations in a relatively short time, although it has to be taking into account that the entrepreneurs themselves are not pessimistic. Furthermore, Dutch society is rather worried whether a smooth transition from guilder to euro is possible. Finally, people are increasingly concerned that changing prices into euro will push up the cost of living. Key words: euro, EMU, euro-conversion.

6

7 - 1-1 INLEIDING Op 1 januari 2002 wordt de chartale euro in de twaalf landen van de Economische en Monetaire Unie (EMU) in circulatie gebracht. Daarmee is de monetaire eenwording voltooid. Nationale overheden, bedrijfsleven en consumenten hebben dus nog negen maanden om zich voor te bereiden op de afschaffing van hun nationale munt en het europroof maken van de eigen organisatie. Met haar halfjaarlijkse enquêtes houdt de Nederlandsche Bank een vinger aan de pols van de Nederlandse samenleving over uiteenlopende eurorelevante ontwikkelingen. Daarbij kan gedacht worden aan zaken als het eurosentiment, de kennis over de euro, de tevredenheid over de informatievoorziening, alsmede aan de voortgang bij de voorbereidingen op de euroconversie en het voorgenomen omwissel- en betaalgedrag van gezinnen en bedrijven. Dit rapport presenteert en analyseert de uitkomsten van de elfde DNB-euro-enquête, die eind februari/begin maart 2001 is gehouden. Het rapport is als volgt ingedeeld. Paragraaf 2 bevat een korte beschrijving van de gevolgde onderzoeksmethodiek. Paragraaf 3 beschrijft en analyseert de enquêteresultaten op het gebied van informatie en opinie over euro en muntunie. Paragraaf 4 gaat in op het betaal- en wisselgedrag in de periode van de chartale conversie. Paragraaf 5 tot slot behandelt de voorbereiding van het bedrijfsleven op de euro, het invoeren van dubbele beprijzing en de zorg over psychologische prijsverhogingen. Het rapport besluit met een opsomming van de belangrijkste bevindingen en conclusies.

8 - 2-2 ONDERZOEKSMETHODIEK Het onderzoek vond plaats door middel van telefonische enquêtering in de periode eind februari/begin maart De vragen zijn gesteld vanuit een centrale locatie ter bevordering van de uniformiteit. Aan het onderzoek werkten mee 750 personen van 18 jaar en ouder en 800 bedrijfsvestigingen. De respons onder particulieren was 51% (in oktober jl.: 64%) en onder bedrijven 35% (in oktober jl.: 34%). De methode van steekproeftrekking is zodanig dat de resultaten naar voor dit onderzoek relevante kenmerken representatief zijn voor de volwassen bevolking respectievelijk het bedrijfsleven in Nederland. Bij de particulieren gaat het om individuele kenmerken als geslacht, leeftijd, opleiding en sociale klasse (bepaald door opleiding en beroep). Voor het bedrijfsleven is er representativiteit naar grootteklasse (uitgedrukt in aantal werknemers) en bedrijfstak. In dit rapport is het bedrijfsleven naar grootte ingedeeld in kleinbedrijf (bedrijven met een personeelssterkte van 1-19 personen), middenbedrijf (20-99 personen) en grootbedrijf (100 of meer personen). De verdeling naar bedrijfstak is als volgt: industrie, groothandel, detailhandel (onderscheiden naar levensmiddelenbranche en overig), zakelijke dienstverlening en een groep overig, waaronder begrepen zijn de bouw-, auto-, horeca- en transportbranche. Het bankwezen is vanwege zijn speciale positie niet in het onderzoek opgenomen.

9 - 3-3 OPINIE EN INFORMATIE OVER DE EURO 3.1 Inleiding Deze paragraaf gaat in op het vertrouwen van de Nederlandse bevolking in de euro, en de mate waarin particulieren en bedrijven zich op dit gebied geïnformeerd achten. Vervolgens wordt ingegaan op de daadwerkelijk kennis die Nederlanders hebben over muntunie en euro. Daarbij is aandacht voor zowel de bevolking als het bedrijfsleven als geheel als voor specifieke categorieën ondervraagden. Informatie hierover is van nut voor de Bank, de voorlichtende instanties en andere instellingen die betrokken zijn bij de voorbereiding op de euroconversie. 3.2 Euro-opinie De eurosteun onder de Nederlandse bevolking was in vergelijking met sommige van de omringende EMU-landen altijd groot. In maart 1999 zeiden vier van de vijf Nederlanders de euro een aanvaardbare opvolger van de gulden te vinden; bij bedrijven lag dat percentage toen zelfs op 90%. Sedertdien zette een kentering in het eurosentiment in, die zich over een brede linie van Nederlandse huishoudens en bedrijven voltrok. Ook elders in Europa brokkelde het vertrouwen in de euro in die periode af 1. In Nederland was de euroacceptatie bij de peiling van oktober 2000 gezakt tot 60% bij de particulieren en 70% onder het bedrijfsleven, wat overigens nog steeds een ruime meerderheid van voorstanders betekende 2. De peiling van februari/maart jongstleden laat echter een licht herstel zien. Met naar schatting 67% voorstanders is weer sprake van enig herwonnen vertrouwen onder het publiek. Uit de enquête blijkt dat het eurosentiment gevoelig blijft voor de ontwikkeling in de externe waarde van de euro. Van degenen die zich in oktober vorig jaar minder positief uitlieten over de euro schreef ruim 60% - vermoedelijk omdat de media hierover dagelijks berichtten - dit toe aan de verzwakking van de euro; nu is dat percentage gehalveerd. Het herstel van de euro op de valutamarkt lijkt derhalve het eurosentiment onder het publiek iets te hebben verbeterd. 1 Uit een onderzoek van de Europese Commissie afgelopen zomer blijkt dat 58% van de Europese burgers vertrouwen heeft in de euro; een half jaar eerder lag dat percentage nog op 60%. De achteruitgang was het sterkst in Ierland (van 78% naar 63%); voor Nederland werd een daling van 73% naar 67% gemeten. Bron: Het Financiëele Dagblad d.d. 25 juli Voor een bespreking van de vorige DNB-enquête zie C.van Renselaar en A.C.J. Stokman, november 2000, Voorbereiding euroconversie stagneert: uitkomsten van de tiende DNB-euro-enquête, De Nederlandsche Bank, Onderzoeksrapport WO&E nr 640.

10 - 4 - Overigens is dit onder ondernemingen minder evident. Evenals een jaar terug is één op de vijf bedrijven minder positief over de euro gaan denken, maar ook in deze sector legt de eurodollarkoers niet meer zo n gewicht in de schaal. Figuur 1 brengt de samenhang tussen de eurodollarkoers en de acceptatie van de eenheidsmunt door de Nederlandse bevolking in beeld. Uiteraard bestond de euro voor 1999 niet. In de figuur is daarom voor de periode een zogenoemde synthetische eurodollarkoers opgenomen 3, gebaseerd op een naar bbp-aandeel gewogen mandje van de nationale valutakoersen ten opzichte van de dollar. Overigens is het verband tussen koers en acceptatie nu sterker dan in het pré-emu-tijdperk. Dit verbaast niet, omdat het vanaf 1999 een werkelijke munt betreft. 3.3 Mate van geïnformeerdheid De mate waarin de Nederlandse bevolking zich geïnformeerd voelt lijkt zich te stabiliseren. Op dit moment voelt 70% van de bevolking zich voldoende op de hoogte over zaken als euro en muntunie. Daarmee lijkt een einde gekomen aan een periode waarin de tevredenheid over de informatievoorziening terugzakte. Het meest te spreken over de informatievoorziening zijn 3 Voor de eurodollarkoers in maand t van enquêtering is de gemiddelde waarde genomen van de drie daaraan voorafgaande maanden.

11 - 5 - hogeropgeleiden en personen in de leeftijdscategorie van 30 tot 50 jaar. Opmerkelijk is dat verhoudingsgewijs veel jong volwassenen zich minder geïnformeerd voelen, terwijl hun kennis niet onder doet voor die van de ouderen. Verder is het nog steeds zo dat vrouwen zich over het algemeen iets minder op de hoogte achten. Onder bedrijven is de tevredenheid over de informatievoorziening eveneens gelijk gebleven: van het zakelijk segment acht bijna 90% zich toereikend geïnformeerd (tabel 2). Opvallend is dat de voedingsmiddelentak van de detailhandel zich ditmaal beduidend beter geïnformeerd voelt. Dit komt overigens ook tot uitdrukking in de kennis over de euro, zoals uit tabel 2 blijkt. 3.4 Euro-informatie en kennis De DNB-enquête meet de kennis over de euro aan de hand van vragen over de euroguldenconversiekoers, het aantal deelnemende landen aan de EMU, het introductiejaar van de chartale euro en de duur van de duale fase waarin gulden en euro als wettig betaalmiddel naast elkaar circuleren. Van de consumenten kan nu 65% de juiste guldenswaarde van de euro noemen tegenover 54% afgelopen herfst 2000 (tabel 1). Daarmee is het kennisniveau terug op dat bij het van start gaan van de EMU. Bij bedrijven weet thans bijna driekwart deel de exacte koers, tegen 59% een half jaar geleden en 63% in maart van het vorige jaar (tabel 2). Voor beide groepen is de dalende lijn op dit onderdeel daarmee omgebogen. Dit is een verheugende uitslag: eerder gaf de tiende DNB-enquête immers aan dat de verzwakking van de externe waarde van de euro - die in de media veel aandacht trok - het publiek kennelijk in verwarring had gebracht over de euroguldenkoers. Tabel 1 Geïnformeerdheid en eurokennis van volwassen Nederlanders, In procenten van totaal Maart Maart Oktober Maart Voelt zich voldoende geïnformeerd Kent eurokoers (2,20) Kent startjaar chartale euro (2002) Aantal EMU-landen (10, 11,12) Kent duur chartale overgangsfase (4 weken) Nvt Geruststellend is ook de hoge score op de vraag naar het tijdstip van de invoering van de euro. Met een percentage van 97% onder particulieren - een stijging van 20 procentpunten ten opzichte van oktober vorig jaar - mag deze wetenschap nu wel als algemeen bekend worden verondersteld. De bedrijven

12 - 6 - Tabel 2 Geïnformeerdheid en eurokennis bedrijven, detailhandel en totaal Percentage van betreffende sector Detail voeding Detail overig Totaal Bedrijfsleven Oktober 2000 Maart 2001 Oktober 2000 Maart 2001 Oktober 2000 Maart 2001 Voelt zich voldoende geïnformeerd Kent eurokoers (2,20) Kent startjaar chartale euro (2002) Aantal EMU-landen (10, 11, 12) Kent duur chartale overgangsfase (4 weken) laten een overeenkomstig beeld zien, 96% weet het juiste jaar te noemen tegen 80% een half jaar geleden. Eveneens bemoedigend is dat de kennis over de termijn dat gulden en euro beide in omloop zijn flink is toegenomen. Bijna eenderde van de particulieren weet nu de juiste periode van vier weken te noemen. Dit is het dubbele percentage van dat van een jaar geleden. Dit neemt niet weg dat bijna de helft van de ondervraagden nog steeds rekening houdt met een doorlooptijd tot 1 juli Het bedrijfsleven scoort op dit onderdeel beter. Circa de helft weet de juiste termijn. Dit was 32% in de vorige enquête. De detailhandel steekt hier gunstig bij af (figuur 2). Vooral de levensmiddelenbranche springt er in positieve zin uit. Bijna 2 op de 3 vestigingen in deze branche noemt de juiste termijn. Het weten van de juiste duur van de duale fase is van cruciaal belang. Zolang bedrijven met ruimere termijnen rekenen, zal men denken meer tijd voor de voorbereiding op de euro te hebben dan er feitelijk is. Zij kunnen zich hierdoor voor onaangename verrassingen komen te staan. Het blijft daarom van groot belang dat bedrijven hiervan via voorlichtingscampagnes en brancheorganisaties snel doordrongen raken. De kennis over de omvang van de EMU is weer wat weggezakt. Op de vraag hoeveel landen ertoe behoren geeft 41% van de huishoudens een aantal van 10, 11 of 12 landen. Dat percentage lag in het najaar nog op 48%, in maart 2000 op 27% en het jaar daarvoor op 46%. Dit jojo-effect valt vermoedelijk te verklaren uit accentverschuivingen in de voorlichtingscampagne. In de afgelopen maanden is het flofbips -spotje nauwelijks vertoond en dat heeft de kennis op dit onderdeel mogelijk beïnvloed. De bedrijfssector is kennelijk minder gevoelig voor de intensiteit van reclameactiviteiten want hier is de kennis op peil gebleven (nu: 51% vs. 52% afgelopen herfst).

13 - 7 -

14 - 8-4 BETAALGEDRAG EN CHARTALE CONVERSIE 4.1 Inleiding Evenals in eerdere enquêtes is gevraagd wat huishoudens van plan zijn te gaan doen met de guldenmunten en -biljetten die men eind 2001 in huis heeft. Wordt het bezit aan chartaal geld bij een bank ingeleverd, geeft men het uit in de winkel, of wordt het thuis bewaard? En wanneer gaat men zijn munten en biljetten dan inwisselen? Het vooruitzicht dat het publiek op grote schaal in de winkel zijn spaarpot zou gaan legen is niet aanlokkelijk en kan leiden tot grote problemen bij kassa s. Brengt men deze naar de bank dan zou het beter zijn als dit ruim voor E-day gebeurt, of ruimschoots nadien. Met ingang van 28 januari 2002 is de gulden weliswaar geen wettig betaalmiddel meer maar het restant aan guldens kan nog lange tijd nadien bij banken worden ingewisseld of bijgeschreven op rekeningen. 4.2 Gewenning gedurende de aanloop naar E-Day In een aantal EMU-landen hanteren winkels en restaurants al geruime tijd dubbele prijzen om zo de consument te laten wennen aan de komst van de euro. In de vorige enquête gaf het Nederlandse publiek massaal te kennen hier ook behoefte aan te hebben. De jongste enquête laat zien dat inmiddels een flink aantal bedrijven (37%) dubbele beprijzing heeft ingevoerd. Verder zegt 15% dat nog voor de zomer te gaan doen, en start 21% ermee vanaf de afgesproken datum van 1 juli Iets minder dan een vijfde deel begint er pas aan in januari In vergelijking met een halfjaar terug is derhalve op dit punt aanzienlijke vooruitgang geboekt. De afgelopen weken hebben de media veel aandacht geschonken aan de met de dubbele beprijzing gepaard gegane prijsverhogingen door sommige detaillisten. Deze voorbeelden hebben er toe bijgedragen dat het publiek op dit punt argwanender is geworden. Zo blijkt uit de jongste enquête dat 58% van de particulieren rekening houdt met verkapte prijsverhogingen, tegen 46% een half jaar geleden. Een te verwaarlozen percentage van 2 voorziet een benedenwaartse aanpassing. Hoewel prijsverhogingen uit dien hoofde indruisen tegen de afspraken uit het eind 1999 afgesloten Convenant in het Nationaal Forum, kan niet worden uitgesloten dat dit vóór E-day sluipenderwijs misschien toch gebeurt. Om die reden zien verschillende instanties, zoals de Consumentenbond, er door nauwlettende monitoring van een groot aantal individuele producten op toe dat dit niet gebeurt. Met het oog op eventuele prijsopdrijvende effecten uit hoofde van psychologische prijszetting is ook bij de Nederlandsche een onderzoek hiernaar gaande.

15 Betaal-en wisselgedrag rond E-day Huishoudens weten op dit moment nog niet goed wat zij rond E-day met hun Nederlandse bankbiljetten en munten gaan doen, zo blijkt uit tabel de jongste peiling. Tabel 3 laat zien dat de ideeën over wat te doen met de munten en biljetten nog lang niet zijn uitgekristalliseerd. Dat is zo kort voor de chartale omwisseling tamelijk lastig en bemoeilijkt een gerichte voorbereiding. Desalniettemin tekenen zich wel enige tendenzen af. Zo lijkt het dumpen van guldens in winkels aan populariteit in te boeten. Terwijl in maart 2000 nog 44% van de consumenten via dit kanaal van zijn guldens wilde afkomen is nu iets meer dan een kwart voornemens dat te doen. Dat zal het winkelbedrijf aanmerkelijk ontlasten. Voorzover huishoudens voor deze mogelijkheid kiezen zullen zij dit vooral doen door eerst de guldens op te maken. De belangstelling om afwisselend met guldens en euro te betalen blijft gering. Het tweede kanaal waarlangs guldens uit de circulatie verdwijnen zijn de banken. Over het gebruik van het bankkanaal zijn de meningen tamelijk stabiel. De meerderheid van de mensen die hiervoor kiezen zullen echter op het laatste moment, in januari 2002, hun guldens bij de banken gaan inwisselen. Dat is geen gunstig vooruitzicht voor een probleemloze overgang op de euro. Om die reden maakten de banken afgelopen januari bekend in de herfstvakantie later dit jaar een Nationale Spaaractie te willen organiseren. Deze actie zou de Nederlanders ertoe moeten bewegen de circa 1,5 miljard munten die zij in hun spaarpotten bewaren, tijdig voor de komst van de euro naar de bank te brengen. Dat zou het geldtransport in de dagen rond E-day substantieel kunnen ontlasten. Tabel 3 Gepland betaalgedrag huishoudens rond E-day In procenten van totaal Maart 2000 Okt Maart 2001 Chartale gulden uit circulatie via 1 Aankopen in winkelbedrijf - Eerst guldens opmaken, dan met euro betalen Afwisselend met euro en guldens betalen Storting/omwisseling bij bank in in januari Bewaren/anders/geen opgave

16 Angst voor verstoringen in het betalingsverkeer Evenals een half jaar geleden zien Nederlanders de overgang op de euro met ingang van volgend jaar met zorg tegemoet. Meer dan de helft van het Nederlandse publiek is bevreesd voor verstoringen in het betalingsverkeer. Gevraagd naar de achtergronden van die zorg houdt een derde van bovengenoemde groep het voor een te complexe operatie, en bijna een kwart is beducht voor lange rijen bij kassa s en loketten. Opvallend is het lage percentage (5%) dat de oorzaak zoekt in een onvoldoende voorbereiding van de overheid. Iets minder Nederlanders (15%) dichten het bedrijfsleven een slechte voorbereiding toe en zien om die reden de toekomst somberder in. Het bedrijfsleven is volgens de enquête ook niet gerust op een probleemloze overgang: ruim tweederde van de ondervraagde ondernemingen maakt zich hier zorgen over. Een kwart daarvan wijdt dat aan de complexiteit van de ingreep, nog eens een kwart aan te verwachten problemen bij kassa s en loketten. Ook een tekortschietende voorlichting aan het publiek wordt in dit verband genoemd. Een bescheiden 11% steekt de hand in eigen boezem door te wijzen op onvoldoende voorbereiding in eigen kring. 4.5 Gebruik van pinpas en chipkaart in januari 2002 Er is dus een zekere vrees onder de bevolking en winkeliers voor opstoppingen bij kassa s en loketten in de eerste weken van Om de overgang op de euro op dit punt soepeler te laten verlopen en de toonbankinstellingen te ontlasten zou het dus handig zijn als het publiek bereid zou zijn elektronisch te betalen. Driekwart van de particulieren zegt desgevraagd zijn pinpas daarvoor te willen gebruiken. Dat geldt voor de chipkaart in veel mindere mate. Dit neemt niet weg dat een derde van de geënquêteerden zegt ook deze kaart voor dit doel te willen inzetten, aangenomen natuurlijk dat winkels hiertoe de mogelijkheid bieden. De bereidheid om de pinpas in te zetten in januari 2002 laat bij nadere beschouwing overigens wel enige nuancering zien. Zo zijn naar verhouding vrouwen, ouderen en de lagere sociale klassen iets minder geneigd om in deze weken de pinpas tevoorschijn te trekken. 4.6 Belangstelling bedrijfsleven voor speciale breng- en haaldienst euromunten Het bedrijfsleven kan een grote bijdrage leveren aan een snelle en soepele overgang van gulden naar euro. De snelheid waarmee de gulden uit de circulatie verdwijnt is in hoge mate afhankelijk van de

17 manier waarop ondernemers, en met name de detailhandel, wisselgeld teruggeven. Brancheorganisaties van toonbankinstellingen hebben toegezegd om vanaf 1 januari 2002 nog slechts euro s als wisselgeld terug te geven. Tweederde van de toonbankinstellingen is ook daadwerkelijk van plan zulks te doen, 21% weet het nog niet en 15% zal zowel in guldens als euro s terugbetalen. Deze cijfers verschillen nauwelijks van de vorige enquête. Bovengenoemde toezegging vergt nogal wat van de branche, want zij moet op 1 januari aanstaande dus een behoorlijke beginvoorraad euro s in kas hebben om er aan te kunnen voldoen. Verder zal zij te maken krijgen met grote hoeveelheden guldens waar men zo snel mogelijk vanaf zal willen. Om die reden zal de Nederlandsche Bank een speciale breng- en haaldienst in het leven roepen die tussen 27 december 2001 en half februari 2002 gratis euro s bezorgt en guldens inneemt 4. Iets minder dan de helft (45%) van de toonbankinstellingen zegt echter geen gebruik van deze service te zullen maken, 14% twijfelt en 28% zal dat zeker wel doen. Van de groep die op deze dienstverlening geen beroep wil doen, geeft ruim de helft als reden op dat men geen problemen met wisselgeld verwacht. Eenderde (en 70% van de levensmiddelen detailhandel) zegt de aan- en afvoer van het geld goed zelf te kunnen verzorgen. Overigens maakt 89% van de ondervraagden, en in deze groep zitten heel veel kleine bedrijfjes, nooit gebruik van waardetransporteurs. Dat zal wel verklaren waarom zovelen de aangeboden faciliteit afwimpelt, de bijzondere omstandigheden ten spijt. 4.7 Consumentenpakketjes euromunten Om de consumenten vanaf 1 januari 2002 de eerste betalingen in euro te kunnen voldoen kunnen zij vanaf 17 december 2001 pakketjes euromunten kopen ter waarde van NLG 25. Het is een voorziening die op een behoorlijk enthousiasme kan rekenen. Vorig jaar om deze tijd zei 41% van het publiek zo n pakketje te willen aanschaffen en dat percentage ligt nu op 45%. Nog eens 18% overweegt het te gaan doen, waarmee ook de omvang van deze groep min of meer stabiel is. De voorkeur gaat daarbij nog steeds uit naar het kopen van 1, 2 of 4 setjes, met een gemiddelde van 2 à 3 per huishouden. 4 Daarvoor liggen vanaf 1 september 2001 bij de banken aanmeldingsformulieren gereed.

18 DE VOORBEREIDING VAN HET BEDRIJFSLEVEN OP DE EURO 5.1 Voortgang Voorgaande DNB-enquêtes riepen steeds een zorgelijk beeld op over de voorbereiding door het bedrijfsleven op de overgang naar de euro. Daar is blijkens de onderhavige enquête wel enige verbetering in opgetreden, maar over een tijdspanne van een halfjaar bezien nog niet groot. Nog steeds beschikt tweederde van de ondernemingen niet over een plan van aanpak en heeft 60% daarvan ook niet de intentie om zo n plan nog te maken. Daarbij moet wel opgemerkt worden dat het wel of niet hebben van een plan en de bereidheid om er alsnog een op te stellen, sterk afhangt van de bedrijfsgrootte. Het bovengeschetste is hoofdzakelijk van toepassing op het kleinbedrijf, terwijl van de grote bedrijven 85% een planmatige voorbereiding heeft getroffen. In het bijzonder de kleine bedrijfjes lijken het te laten aankomen op de tweede helft van Figuur 3 geeft gerekend vanaf 1998 een overzicht van de door bedrijven zelf ingeschatte voortgang in de voorbereiding op de euroconversie. Daarbij is een onderscheid gemaakt naar grootteklasse. Opvallend hierin is dat het grootbedrijf en het middenbedrijf na een pas op de plaats weer enige vorderingen hebben gemaakt in de voorbereiding. Naar eigen zeggen zou het grootbedrijf circa 62% van de voorbereidingen hebben getroffen. Dit was een half jaar terug circa 50%. Het middenbedrijf zit hier met een percentage van 58% iets onder. Het kleinbedrijf zegt 50% van de voorbereidingen te hebben getroffen, tegen 40% in oktober van vorig jaar.

19 Naast de voorbereidingsgraad biedt de mate waarin al investeringsuitgaven zijn gedaan een tweede invalshoek bij de meting van de voorbereiding. Bij achtereenvolgende peilingen vanaf de start van de EMU bleken bedrijven hun verwachte kosten telkens naar boven te moeten bijstellen, van NLG 4,5 miljard in maart 1999 tot NLG 7 miljard een halfjaar terug. Bij de jongste meting van maart dit jaar lijken er zich geen verdere tegenvallers af te tekenen. Op dit moment denkt het bedrijfsleven (ongerekend het bankwezen) ruim NLG 6 miljard aan invoeringskosten te moeten maken - zie tabel 4 voor een uitsplitsing naar sector. Dit is grofweg NLG 0,5 miljard minder dan een half jaar geleden geraamd. Van dit bedrag is volgens de enquête thans circa een kwart gerealiseerd. Voor het kleinbedrijf is dit circa 20% en voor het midden- en grootbedrijf circa 40%. Naar sector beschouwd varieert dit percentage van 20% voor de zakelijke dienstverlening tot 35% voor de groothandel. De detailhandel zegt 28% van de kosten te hebben gemaakt. Dit betekent dus dat het merendeel van de investeringen voor het europroof maken van het eigen bedrijf nog moet worden gedaan. Niettemin zijn ondernemers zelf niet pessimistisch. Het leeuwendeel zegt geen problemen of knelpunten te voorzien bij de voorbereiding op de euroconversie. Wel lijken de grote ondernemingen op dit punt minder zeker van hun zaak. Tabel 4 Invoeringskosten van de euro per sector In miljarden guldens, tenzij anders vermeld Sector Maart 1999 Maart 2000 Oktober 2000 Maart 2001 Industrie 0,5 0,5 0,9 0,9 Groothandel 0,6 1,0 0,9 0,9 Detailhandel 1,0 1,1 1,5 1,4 Zakelijke diensten 1,1 0,8 1,7 1,5 Overig (excl. Banken) 1,3 1,9 1,9 1,6 Totaal 4,5 5,3 6,9 6,3 5.2 Overgang op euro-administratie Tegen de bovengeschetste achtergrond verbaast het niet dat het bedrijfsleven laat denkt over te gaan op een euro-administratie. In het midden- en grootbedrijf verschillen de opvattingen hierover nauwelijks: een derde deel beschikt reeds in meer of mindere mate een euro-administratie, een even grote groep verwacht dat dit jaar nog te gaan doen, terwijl nog eens zo n deel hierop met ingang van volgend jaar overgaat. Deze uitkomsten zijn iets gunstiger dan die in oktober gemeten. Gezien het feit

20 dat veel van de kleine ondernemingen met een overwegende toonbankfunctie pas volgend jaar in aanraking zullen komen met de euro zal deze sector laat de definitieve conversieslag gaan maken. Ten aanzien van het gebruik van de euro dit jaar in het girale betalingsverkeer verwachten met name de grotere ondernemingen dat dit in 2001 sterk aan belang zou kunnen gaan winnen. Of dit ook daadwerkelijk gebeurt, zal afhangen van de wensen van leveranciers en afnemers. Bedrijven zien echter voor zichzelf nauwelijks een eigen actieve rol in dit proces weggelegd. Het is daarom nog maar de vraag of het gebruik van de euro bij girale betalingen dit jaar daadwerkelijk sterk zal gaan groeien.

21 IMPLICATIES VAN EUROCONVERSIE VOOR PRIJZEN 6.1 Inleiding Uit de DNB-euro-enquête komt naar voren dat een groeiend deel van Nederlandse huishoudens en bedrijven er rekening mee houdt dat de omprijzing naar euro s een prijsverhogend effect zal hebben als gevolg van psychologische prijszetting. Met een eventueel prijsdrukkend effect wordt nauwelijks rekening gehouden. Daarnaast zullen de kosten die het bedrijfsleven maakt ter voorbereiding op de euro vermoedelijk worden doorberekend. Daar staat tegenover dat de invoering van de euro volgens ondernemingen zelf ook aanzienlijke baten zal gaan opleveren. De vraag is in hoeverre de angst voor prijsverhogingen via deze kanalen gerechtvaardigd is. Binnen de Bank is, zoals gezegd, een diepgaand onderzoek gaande naar de mogelijke gevolgen van de euroconversie voor consumptieprijzen. 6.2 Betekenis psychologische prijzen Prijzen zijn niet alleen een uitdrukking van de waarde van een product in geld, maar zijn door leveranciers ook zo gekozen dat consumenten tot de aanschaf ervan worden verleid (detailhandel) of om veel kleingeld te voorkomen (horeca). Veel van de momenteel in guldens luidende prijzen zullen na omrekening in euro s echter leiden tot lelijke prijzen. Vanuit commercieel oogpunt zal de ondernemer geneigd zijn deze lelijke prijzen aan te passen tot psychologisch aantrekkelijke prijzen in euro s. Bij de jongste europeiling geeft bijna 90% van de consumenten te kennen dat dit zal gaan gebeuren. Circa 50% van de consumenten verwacht hierdoor een prijsstijging. Slechts een bescheiden deel denkt dat prijzen hierdoor zouden kunnen dalen. Bedrijven denken daar nagenoeg hetzelfde over. In beginsel is het echter geenszins duidelijk waarom bedrijven de omwisseling gebruiken om prijzen te verhogen. Het feit dat een gedeelte van de bedrijven graag ronde bedragen wil berekenen aan klanten is op zich geen argument voor meer afrondingen naar boven dan naar beneden. Indien we afzien van de extra kosten die de euro voor bedrijven met zich meebrengt (waarover later meer) is er geen directe reden waarom bedrijven in euro s meer naar boven af zouden ronden dan in guldens. Zowel het huidige als het toekomstige prijsbeleid zullen immers gebaseerd zijn op optimaal gedrag. In concurrerende sectoren is geen ruimte voor prijsverhogingen aangezien dit verlies van marktaandeel tot gevolg zou hebben. Ook bij monopolies is er geen reden voor prijsverhogingen aangezien de winst maximaliserende prijs in euro s niet anders is dan in guldens.

22 De introductie van de euro is niet goed te vergelijken met eerdere aanpassingen in het geldstelsel. Nieuwe geld kwam meestal in de plaats van een munt die als gevolg van (hyper)inflatie een onhandige rekeneenheid was geworden. Hierbij werden slechts een aantal nullen geschrapt of een nieuwe munt geïntroduceerd die gekoppeld was aan een reeds gangbare munt (de dollar). Het best vergelijkbare proces in het verleden is waarschijnlijk de overgang naar het decimale stelsel in het Verenigd Koninkrijk en in Ierland geweest. Ook hier was vooraf vrees bij het publiek dat deze zou resulteren in hogere prijzen. Dit bleek achteraf ongegrond. De omwisseling naar de euro is echter ingrijpender aangezien hierbij ook de basismunt verandert, terwijl indertijd het pond gewoon bleef bestaan. 6.3 Invloed invoeringskosten en EMU-baten De eenmalige kosten zullen mogelijk worden doorberekend in de afnemersprijzen en dat zou tot tijdelijk hogere consumentenprijzen en inflatie kunnen leiden. Daartegenover staat dat de EMU ook baten voor het bedrijfsleven met zich meebrengt. Op termijn zouden de baten volgens het bedrijfsleven zelf zeer aanzienlijk zijn. Op korte termijn worden met name zogenoemde directe baten geïncasseerd, zoals die uit hoofde van lagere kosten voor het afdekken van valutarisico, eenvoudigere boekhouding en dergelijke voortvloeien. In de DNB-enquêtes werd een vrij stabiel bedrag aan directe baten genoemd van om en nabij NLG 2 miljard. Op basis van de bovenbeschreven door bedrijven zelf ingeschatte invoeringskosten en baten zal in het onderstaande bij wijze van vingeroefening een ruwe indicatie worden gegeven van de gevolgen voor het prijspeil in Nederland en, als afgeleide hiervan, voor de inflatie. Het gaat hierbij om een louter mechanische oefening, dat wil zeggen dat is afgezien van het optreden van bijkomende effecten voor loonontwikkeling, bestedingen en dergelijke. De exercitie heeft derhalve een partieel karakter. In tabel 5 zijn twee scenario s opgenomen voor een doorberekening van de invoeringskosten. In beide scenario s is om te beginnen verondersteld dat de kosten en baten volledig worden doorberekend in de consumentenprijzen. Naast deze aanname is een veronderstelling benodigd over de verdeling in de tijd van de invoeringskosten en directe baten. Ten aanzien van de eerste nemen we aan dat in 1999 NLG 0,5 miljard en in 2000 in totaal NLG 1,0 miljard aan invoeringskosten is gemaakt en dat de resterende NLG 4,5 miljard aan invoeringskosten in scenario 1 in haar geheel in 2001 in de consumentenprijzen lopen. In scenario 2 worden de NLG 4,5 miljard aan kosten gelijkelijk doorberekend in 2001 en Tenslotte nemen we aan dat de directe baten in beide scenario s vanaf 1999 jaarlijks met NLG 0,5 miljard oplopen en in 2002 hun volledige omvang van NLG 2 miljard bereiken. Bij onderstaande berekeningen is uitgegaan van een jaarlijkse bedrag aan particuliere consumptie in Nederland van NLG 410 miljard in 1999, oplopend tot ruim NLG 500 miljard in 2002.

23 Tabel 5 Potentiële partiële effecten van invoeringskosten en EMU-baten op consumentenprijzen Miljarden guldens, tenzij anders aangegeven Scenario Doorberekende invoeringskosten 0,5 1,0 4,0 0,5 2 Directe EMU-baten 0,5 1,0 1,5 2,0 3 Netto effect (1-2) 0 0 2,5-1,5 4 Bijdrage aan consumptieprijzen a) 0 0 0,5-0,3 5 Bijdrage aan inflatie %-punten a) 0 0 0,5-0,8 Scenario Doorberekende invoeringskosten 0,5 1,0 2,5 2,0 7 Directe EMU-baten 0,5 1,0 1,5 2,0 8 Netto effect (6-7) 0 0 1,0 0 9 Bijdrage aan consumptieprijzen a) 0 0 0, Bijdrage aan inflatie a) 0 0 0,2-0,2 a) In procentpunten In beide scenario s is de inflatie-impuls tot en met 2000 verwaarloosbaar. In 2001 zal volgens het eerste scenario de inflatie maximaal 0,5 procentpunt hoger uitkomen en in ,8 procentpunt lager uitvallen. In het tweede scenario waarin de te maken invoeringskosten gelijkelijk over 2001 en 2002 worden doorberekend in de consumptieprijzen ontstaat een veel gelijkmatiger patroon, met een licht opwaarts prijseffect in 2001 van 0,2 procentpunt, gevolgd door een bescheiden daling in 2002 van dezelfde grootte. Al met al kan niet worden uitgesloten dat het prijspeil dit jaar onder invloed van de ophoping aan voorbereidingen op de euro wat hoger uitkomt. Veel zal afhangen van de mate waarin ondernemingen de invoeringskosten zullen door laten werken in de eindprijzen, of kunnen met het oog op de ruimte die de concurrentie hiervoor laat. In dat opzicht was de euro-enquête van maart 1999 geruststellend: bedrijven gaven toen aan dit waarschijnlijk maar ten dele te zullen gaan doen. Dit betekent dat bovenvermelde prijseffecten opgevat kunnen worden als maximale effecten, zodat vermoedelijk de upward inflationary pressure dit jaar zal meevallen. Tabel 6 Invoeringskosten van de euro per sector In miljarden guldens, tenzij anders vermeld Sector Maart 1999 Maart 2000 Oktober 2000 Maart 2001 Industrie 0,5 0,5 0,9 0,9 Groothandel 0,6 1,0 0,9 0,9 Detailhandel 1,0 1,1 1,5 1,4 Zakelijke diensten 1,1 0,8 1,7 1,5 Overig (excl. banken) 1,3 1,9 1,9 1,6 Totaal 4,5 5,3 6,9 6,3

24 Resumerend: Extra afrondingen naar boven ten tijde van de omwisseling naar de euro zijn niet uit te sluiten. Voorzover deze samenhangen met de doorberekening van invoeringskosten zijn deze te billijken. Op iets langere termijn zullen mede dankzij de vergrote markttransparantie in de EMU met de overgang op de ene munt de baten van de euro de kosten overstijgen. Dientengevolge zal het prijsniveau op termijn lager zijn met de euro dan in guldens het geval zou zijn geweest. Eventuele hogere inflatie nu zal dus meer dan gecompenseerd gaan worden door lagere inflatie later.

25 CONCLUSIES De belangrijkste resultaten van de elfde euro-enquête van de Bank zijn: - Het eurosentiment onder het publiek is - mede onder invloed van het lichte herstel van de eurodollarkoers - weer iets verbeterd; - Een ruime meerderheid van de Nederlandse samenleving voelt zich voldoende geïnformeerd over euro en muntunie; - De kennis van publiek en bedrijfsleven is op een aantal essentiële punten behoorlijk verbeterd. Dit geldt met name ten aanzien van de duur van de duale fase, al blijft een intensieve campagne noodzakelijk; - Hoewel het bedrijfsleven zelf geen majeure knelpunten of problemen bij de voorbereiding op het europroof maken van de eigen organisatie voorziet, moet een fors deel van de investeringsinspanning dit jaar nog wel worden gerealiseerd. Het midden- en grootbedrijf zegt inmiddels 40% van de totaal voorziene voorbereidingskosten te hebben gemaakt, het kleinbedrijf 20%; - Particulieren en bedrijfsleven maken zich zorgen over mogelijke verstoringen in het betalingsverkeer in januari Men vreest de complexiteit van de operatie en is beducht voor opstoppingen bij kassa s en loketten; - Ter wille van een soepele overgang in januari 2002 is men bereid de pinpas en in mindere mate ook de chipkaart in te zetten; - Ruim 1 op de 3 bedrijven hanteert op dit moment dubbele prijzen voor haar producten. Per 1 juli 2001 zal naar verwachting 3 op de 4 bedrijven overgegaan zijn op dubbele beprijzing; - In vergelijking tot een half jaar geleden verwachten thans meer Nederlanders dat de overgang op dubbele prijsaanduiding zal leiden tot prijsverhogingen.

Voorbereiding euroconversie stagneert: uitkomsten van de tiende DNBeuro-enquête

Voorbereiding euroconversie stagneert: uitkomsten van de tiende DNBeuro-enquête Afdeling Wetenschappelijk onderzoek en econometrie Voorbereiding euroconversie stagneert: uitkomsten van de tiende DNBeuro-enquête C. van Renselaar en A.C.J. Stokman Onderzoeksrapport WO&E nr. 640 November

Nadere informatie

Afdeling Wetenschappelijk onderzoek en econometrie. Vijf voor twaalf: uitkomsten twaalfde DNB-euro-enquête. C. van Renselaar en A.C.J.

Afdeling Wetenschappelijk onderzoek en econometrie. Vijf voor twaalf: uitkomsten twaalfde DNB-euro-enquête. C. van Renselaar en A.C.J. Afdeling Wetenschappelijk onderzoek en econometrie Vijf voor twaalf: uitkomsten twaalfde DNB-euro-enquête C. van Renselaar en A.C.J. Stokman Onderzoeksrapport WO&E nr. 666 September 2001 De Nederlandsche

Nadere informatie

Eurodynamiek verliest mom entum :uitkom sten van de negende DNB-euroenquête

Eurodynamiek verliest mom entum :uitkom sten van de negende DNB-euroenquête Afdeling W etenschappelijk onderzoek en econometrie Eurodynamiek verliest mom entum :uitkom sten van de negende DNB-euroenquête W. Bolt, H.M. Prast en A.C.J. Stokman Onderzoeksrapport WO&E nr617 April2000

Nadere informatie

December 2014 Betalen aan de kassa 2013

December 2014 Betalen aan de kassa 2013 December 2014 Betalen aan de kassa 2013 Betalen aan de kassa 2013 Betalen aan de kassa 2013 Uitkomsten DNB/Betaalvereniging Nederland onderzoek naar het gebruik van contant geld en de pinpas in Nederland

Nadere informatie

Betalen in het eurogebied: nog niet alle wensen vervuld

Betalen in het eurogebied: nog niet alle wensen vervuld ers zijn over het algemeen positief over de bestaande betaalmogelijkheden, maar toch betaalt men in of naar het buitenland niet altijd zoals men zou willen. Zo is de tevredenheid over de acceptatie van

Nadere informatie

Alleen-Pinnen-Monitor

Alleen-Pinnen-Monitor 1 Alleen-Pinnen-Monitor Perceptie van alleen-pinnen kassa s 2 e meting Erwin Boom & Markus Leineweber, 11 september 2012 Uitgevoerd in opdracht van de Betaalvereniging Nederland en Stichting BEB Vertrouwelijk

Nadere informatie

Contant geld: gedrag en beleving van retailers

Contant geld: gedrag en beleving van retailers Contant geld: gedrag en beleving van retailers Uitkomsten DNB onderzoek, in samenwerking met Panteia, naar het gedrag en de beleving van retailers ten aanzien van contant geld Retailers zijn een belangrijke

Nadere informatie

Inleiding. Velen al gewend aan de nieuwe munt

Inleiding. Velen al gewend aan de nieuwe munt WENNEN AAN DE EURO Op 1 januari 2002 is Nederland geestdriftig overgestapt op de chartale euro. De overgang van gulden naar euro is soepel en razendsnel verlopen. Daarmee heeft de grootste monetaire omschakeling

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

rapportage Producentenvertrouwen kwartaal 1. Deze resultaten zijn tevens gepubliceerd in de tussenrapportage economische barometer (5 juni 2002)

rapportage Producentenvertrouwen kwartaal 1. Deze resultaten zijn tevens gepubliceerd in de tussenrapportage economische barometer (5 juni 2002) Rapportage producentenvertrouwen oktober/november 2002 Inleiding In de eerste Economische Barometer van Breda heeft de Hogeschool Brabant voor de eerste keer de resultaten gepresenteerd van haar onderzoek

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014 Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze

Nadere informatie

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's IP/11/565 Brussel, 13 mei 2011 Voorjaarsprognoses 2011-2012: Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's Het geleidelijke herstel van de EU-economie zet door, zo blijkt uit de vooruitzichten voor

Nadere informatie

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk 30 FINANCIËLE SITUATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de financiële situatie van de Leidse burgers. In de enquête wordt onder andere gevraagd hoe moeilijk of gemakkelijk men rond kan komen met het

Nadere informatie

Werkstuk Economie De euro en wij

Werkstuk Economie De euro en wij Werkstuk Economie De euro en wij Werkstuk door een scholier 3079 woorden 14 mei 2001 7,3 179 keer beoordeeld Vak Economie DE URO EN WIJ!? Inleiding De laatste maanden komt de euro heel snel dichterbij.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 107 Derde fase EMU Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 8 januari 1997

Nadere informatie

3 Cluster 2: Lage bedragen, beperkt aantal transacties

3 Cluster 2: Lage bedragen, beperkt aantal transacties 3 Cluster 2: Lage bedragen, beperkt aantal transacties 3.1 Typering van het cluster Winkels in food met een laag transactiebedrag zijn vooral de versspeciaalzaken. Als uitgegaan wordt van de standaardindeling

Nadere informatie

http://www.economiepagina.com - Alle nuttige economielinks bij elkaar!

http://www.economiepagina.com - Alle nuttige economielinks bij elkaar! Opgave 1 Gulden (ƒ) wordt euro ( ) Geld is een (1) aanvaard ruilmiddel. De maatschappelijke geldhoeveelheid in Nederland bestaat uit munten, bankbiljetten en (2). De komende jaren worden de functies van

Nadere informatie

4 Cluster 3: winkels in non-food, laag transactiebedrag

4 Cluster 3: winkels in non-food, laag transactiebedrag 4 Cluster 3: winkels in non-food, laag transactiebedrag 4.1 Typering van het cluster Winkels in non-food met een laag transactiebedrag zijn er in vele verschijningsvormen. Als uitgegaan wordt van de standaardindeling

Nadere informatie

Resultaten Brabantpanel-onderzoek Vijf Jaar Euro December 2006

Resultaten Brabantpanel-onderzoek Vijf Jaar Euro December 2006 Resultaten Brabantpanel-onderzoek Vijf Jaar Euro December 2006 Respons Van 23 november tot en met 10 december 2006 is in verband met het vijfjarig bestaan van de Euro op 1 januari 2007 aan het Brabantpanel

Nadere informatie

Update Financieringsmonitor MKB September 2009

Update Financieringsmonitor MKB September 2009 Update Financieringsmonitor MKB September Lia Smit Joris Meijaard Johan Snoei Pim van der Valk Zoetermeer, 10 september Financieringssituatie MKB blijft zorgelijk De vierde meting van de MKB-Financieringsmonitor

Nadere informatie

Rapportage Onderzoek betaaltermijnen en betaalgedrag MKB Uitgevoerd door Direct Research In opdracht van Betaalme.

Rapportage Onderzoek betaaltermijnen en betaalgedrag MKB Uitgevoerd door Direct Research In opdracht van Betaalme. Rapportage Onderzoek betaaltermijnen en betaalgedrag MKB 2018 Uitgevoerd door Direct Research In opdracht van Betaalme.nu Juni 2018 Achtergrond van het onderzoek Doel onderzoek DirectResearch heeft in

Nadere informatie

Afdeling Wetenschappelijk Onderzoek. Wennen aan de euro. C.K. Folkertsma, C. van Renselaar en A.C.J. Stokman

Afdeling Wetenschappelijk Onderzoek. Wennen aan de euro. C.K. Folkertsma, C. van Renselaar en A.C.J. Stokman Afdeling Wetenschappelijk Onderzoek Wennen aan de euro C.K. Folkertsma, C. van Renselaar en A.C.J. Stokman Onderzoeksrapport WO nr. 697 Augustus 2002 De Nederlandsche Bank WENNEN AAN DE EURO * C.K. Folkertsma,

Nadere informatie

Marktontwikkelingen varkenssector

Marktontwikkelingen varkenssector Marktontwikkelingen varkenssector 1. Inleiding In de deze nota wordt ingegaan op de marktontwikkelingen in de varkenssector in Nederland en de Europese Unie. Waar mogelijk wordt vooruitgeblikt op de te

Nadere informatie

Stemming onder ondernemers in het MKB

Stemming onder ondernemers in het MKB Stemming onder ondernemers in het MKB Vertrouwen van ondernemers in de economie weer toegenomen In het voorjaar van 2010 is het vertrouwen in de Nederlandse economie onder MKB-ondernemers flink toegenomen.

Nadere informatie

Betalen aan de kassa 2015

Betalen aan de kassa 2015 Betalen aan de kassa 2015 Uitkomsten DNB/Betaalvereniging Nederland onderzoek naar het gebruik van contant geld en de pinpas in Nederland in 2015 1 Gebruik van betaalmiddelen 2010-2015 Grafiek 1a: Totaal

Nadere informatie

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten Huishoudensprognose 26 2: belangrijkste uitkomsten Elma van Agtmaal-Wobma en Coen van Duin Het aantal huishoudens blijft de komende decennia toenemen, van 7,2 miljoen in 26 tot 8,1 miljoen in 23. Daarna

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 2014 Willemstad, april 15 Inhoud Inleiding... 2 Methodologie... 2 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen...3 Concurrentiepositie...5 Vertrouwen in de economie...5 Vertrouwen

Nadere informatie

10 Cluster 9: Horeca, spijsverstrekkers

10 Cluster 9: Horeca, spijsverstrekkers 10 Cluster 9: Horeca, spijsverstrekkers 10.1 Typering van het cluster Onder de verzamelnaam spijsverstrekkers valt een grotere variëteit aan horecabedrijven die zich richten op de snelle hap: de cafetaria's,

Nadere informatie

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Willemstad, Mei 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Concluderende opmerkingen... 17 1 CBS Curaçao mei 2016 Inleiding

Nadere informatie

Antwoorden Lesbrief Waar voor je geld

Antwoorden Lesbrief Waar voor je geld Antwoorden Lesbrief Waar voor je geld Deze lesbrief (derde druk, 2015) is een uitgave van De Nederlandse Bank en tot stand gekomen met medewerking van Gerrit Gorter en Han van Spanje (VECON). 1. Prijzen

Nadere informatie

Vierde kwartaal 2012. Conjunctuurenquête Nederland. Provincie Zeeland

Vierde kwartaal 2012. Conjunctuurenquête Nederland. Provincie Zeeland Vierde kwartaal 2012 Conjunctuurenquête Nederland Inhoud rapport COEN in het kort Economisch klimaat Omzet Export Personeelssterkte Investeringen Winstgevendheid Toelichting De Conjunctuurenquête Nederland

Nadere informatie

Coen in het kort. Inhoud rapportage. Toelichting. Provincie Limburg. Negatief beeld bij alle indicatoren

Coen in het kort. Inhoud rapportage. Toelichting. Provincie Limburg. Negatief beeld bij alle indicatoren Conjunctuurenquête Nederland I rapport eerste kwartaal 212 Inhoud rapportage COEN in het kort Economisch klimaat Omzet Export Personeelssterkte Investeringen Winstgevendheid Toelichting Hoe staat het Nederlandse

Nadere informatie

HALFJAARLIJKS ONDERZOEK. Conjunctuurenquête najaar 2015

HALFJAARLIJKS ONDERZOEK. Conjunctuurenquête najaar 2015 HALFJAARLIJKS ONDERZOEK Conjunctuurenquête najaar 2015 Algemeen Ondernemers in de technologische industrie verwachten in 2015 een gemiddelde omzetgroei van 2½%. Dit is lager dan in het voorjaar, toen

Nadere informatie

11 Cluster 10: Horeca, maaltijdverstrekkers

11 Cluster 10: Horeca, maaltijdverstrekkers 11 Cluster 10: Horeca, maaltijdverstrekkers 11.1 Typering van het cluster Onder de verzamelnaam maaltijdverstrekkers vallen de restaurants in al hun verschijningsvormen: van eetcafé en fastfoodrestaurant

Nadere informatie

Vakantiewerk in het mkb 2004

Vakantiewerk in het mkb 2004 Vakantiewerk in het mkb 2004 Koninklijke Vereniging MKB-Nederland Delft, 3 augustus 2004 Contactpersoon: dhr. drs. A. van Delft : 015 21 91 255, e-mail: delft@mkb.nl Copyright Koninklijke Vereniging MKB-Nederland,

Nadere informatie

Een blik op de kringloop van blik

Een blik op de kringloop van blik Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo.com www.tns-nipo.com Social & Polling Rapport Een blik op de kringloop van blik Een

Nadere informatie

Standaard Eurobarometer 90. De publieke opinie in de Europese Unie

Standaard Eurobarometer 90. De publieke opinie in de Europese Unie Opiniepeiling besteld en gecoördineerd door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Communicatie. Dit rapport werd opgesteld voor de Vertegenwoordiging van de Europese Commissie in. Dit document vertegenwoordigt

Nadere informatie

Mei Economische Barometer Weerterland en Cranendonck. Verwachting voor 2010 en 2011

Mei Economische Barometer Weerterland en Cranendonck. Verwachting voor 2010 en 2011 Verwachting voor 2010 en 2011 Mei 2010 CONCLUSIES Productiesectoren landbouw, industrie en bouw goed voor een derde van de werkgelegenheid in. Afname van de werkgelegenheid doet zich in 2010 vooral voor

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2014

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2014 Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2014 Inleiding en toelichting Het jaarlijkse Wmo-klanttevredenheidsonderzoek is in april en mei 2015 naar de cliënten verstuurd. Aan de cliënten werd gevraagd of zij de

Nadere informatie

Resultaten Conjuntuurenquete 2018

Resultaten Conjuntuurenquete 2018 Resultaten Conjuntuurenquete 2018 Datum, maart 2019 Inleiding In november en december 2018 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) ruim 500 bedrijven benaderd. Doel van deze enquête is om op reguliere

Nadere informatie

MKB-ondernemers met oog voor de toekomst

MKB-ondernemers met oog voor de toekomst M200803 MKB-ondernemers met oog voor de toekomst Bedrijfsstrategieën in het MKB drs. M. Mooibroek Zoetermeer, juli 2008 MKB-ondernemers met oog voor de toekomst Ongeveer de helft van de MKB-ondernemers

Nadere informatie

Veilig betalen in Nederland

Veilig betalen in Nederland De meeste consumenten zijn positief over de veiligheid van het Nederlandse betalingsverkeer. Dat blijkt uit onderzoek dat dnb heeft uitgevoerd, onder meer naar aanleiding van de toename van pinpasfraude

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/5586

Nadere informatie

FME Postbus AD Zoetermeer T E I HALFJAARLIJKS ONDERZOEK Conjunctuurenquête voorjaar 2016

FME Postbus AD Zoetermeer T E I  HALFJAARLIJKS ONDERZOEK Conjunctuurenquête voorjaar 2016 FME Postbus 190 2700 AD Zoetermeer T 079 353 11 00 E info@fme.nl I www.fme.nl HALFJAARLIJKS ONDERZOEK Conjunctuurenquête 2016 Algemeen Ondernemers in de technologische industrie hebben in 2015 een omzetgroei

Nadere informatie

Derde kwartaal 2012. Conjunctuurenquête Nederland. Provincie Gelderland

Derde kwartaal 2012. Conjunctuurenquête Nederland. Provincie Gelderland Derde kwartaal 212 Conjunctuurenquête Nederland Conjunctuurenquête Nederland I rapport derde kwartaal 212 Inhoud rapport COEN in het kort Economisch klimaat Omzet Export Personeelssterkte Investeringen

Nadere informatie

Economische prognose IMF voor het GOS

Economische prognose IMF voor het GOS Economische prognose IMF voor het GOS Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen voor de

Nadere informatie

Minder faillissementen in 2016

Minder faillissementen in 2016 Vooruitzicht faillissementen Minder faillissementen in 2016 Faillissementen nog altijd boven pre-crisis niveau In 2016 voor derde jaar op rij minder faillissementen.maar nog altijd niet terug op pre-crisis

Nadere informatie

HALFJAARLIJKS ONDERZOEK. Conjunctuurenquête voorjaar 2015

HALFJAARLIJKS ONDERZOEK. Conjunctuurenquête voorjaar 2015 HALFJAARLIJKS ONDERZOEK Conjunctuurenquête voorjaar 2015 Samenvatting Uit de FME Conjunctuurenquête voorjaar 2015 wordt duidelijk dat veel bedrijven een gezonde uitgangspositie hebben om de uitdagingen

Nadere informatie

Samenvatting WijkWijzer 2017

Samenvatting WijkWijzer 2017 Samenvatting WijkWijzer 2017 Bevolking & wonen Inwoners Op 1 januari 2017 telt Utrecht 343.134 inwoners. Met 47.801 inwoners is Vleuten-De Meern de grootste wijk van Utrecht, gevolgd door de wijk Noordwest.

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Vooral opwaartse bijstelling overheidsconsumptie. Kwartaal-op-kwartaalgroei 0,6 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Vooral opwaartse bijstelling overheidsconsumptie. Kwartaal-op-kwartaalgroei 0,6 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-144 21 december 2005 9.30 uur Groei economie derde kwartaal 2005 hoger dan eerder geraamd De Nederlandse economie is in het derde kwartaal van 2005 met

Nadere informatie

Starters zien door de wolken toch de zon

Starters zien door de wolken toch de zon M201206 Starters zien door de wolken toch de zon drs. A. Bruins Zoetermeer, mei 2012 Starters zien door de wolken toch de zon Enkele jaren nadat zij met een bedrijf zijn begonnen, en met enkele jaren financieel-economische

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Hoofdstuk 13. Arbeidsmarkt

Hoofdstuk 13. Arbeidsmarkt Hoofdstuk 13. Arbeidsmarkt Samenvatting De potentiële beroepsbevolking wordt gedefinieerd als alle inwoners van 15-64 jaar en bestaat uit ruim 86.000 Leidenaren. Van hen verricht ruim zeven op de tien

Nadere informatie

80% VAN DE NEDERLANDERS TYPEERT ZICH ALS GOEDE-DOELENGEVER,

80% VAN DE NEDERLANDERS TYPEERT ZICH ALS GOEDE-DOELENGEVER, Meting juni 2013 Het Nederlandse Donateurspanel van WWAV wordt mede mogelijk gemaakt door het CBF en is uitgevoerd door Peil.nl 80% VAN DE NEDERLANDERS TYPEERT ZICH ALS GOEDE-DOELENGEVER, AL ZIEN MINDER

Nadere informatie

Hoofdstuk 24 Financiële situatie

Hoofdstuk 24 Financiële situatie Hoofdstuk 24 Financiële situatie Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zes op de tien Leidenaren zijn bekend

Nadere informatie

Invoering WIK een goede zet!

Invoering WIK een goede zet! Invoering WIK een goede zet! Korte peiling over een actueel onderwerp op het gebied van credit management juni 2013 Korte peiling: WIK B15893 / juni 2013 Pag. 1 Copyright 2013 Blauw Research bv Alle rechten

Nadere informatie

5 Cluster 4: winkels in non-food, hoog transactiebedrag

5 Cluster 4: winkels in non-food, hoog transactiebedrag 5 Cluster 4: winkels in non-food, hoog transactiebedrag 5.1 Typering van het cluster Winkels in non-food met een hoog transactiebedrag zijn vooral te vinden in de modesector, in de bruin- en witgoedsector,

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 vwo 2001-I

Eindexamen economie 1 vwo 2001-I Opgave 1 Hoge druk op de arbeidsmarkt Gedurende een aantal jaren groeide de economie in Nederland snel waardoor de druk op de arbeidsmarkt steeds groter werd. Het toenemende personeelstekort deed de vrees

Nadere informatie

Mei Economische Barometer Valkenswaard en Waalre. Verwachting voor 2010 en 2011

Mei Economische Barometer Valkenswaard en Waalre. Verwachting voor 2010 en 2011 Verwachting voor 2010 en 2011 Mei 2010 CONCLUSIES Zakelijke dienstverlening domineert de economie van Waalre. Valkenswaard kent relatief veel industrie en groothandel. Afname van de werkgelegenheid doet

Nadere informatie

Internet jaarrapportage werk.nl 2013

Internet jaarrapportage werk.nl 2013 werk.nl 2 van 10 Samenvatting In stond de online dienstverlening van UWV veel in de belangstelling. Werkzoekenden en werkgevers maken steeds meer gebruik van de online dienstverlening van UWV die onder

Nadere informatie

Effecten van overdracht van pincontracten

Effecten van overdracht van pincontracten Effecten van overdracht van pincontracten Eindrapport Opdrachtgever: Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) ECORYS-NEI Macro- & Sectorbeleid Patrick de Bas Rotterdam, 18 februari 2005 ECORYS-NEI Postbus

Nadere informatie

Bijna 30% van de starters stopt na het eerste jaar Met name cafetaria s en restaurants worden na één jaar weer opgeheven

Bijna 30% van de starters stopt na het eerste jaar Met name cafetaria s en restaurants worden na één jaar weer opgeheven Kwartaalbericht Starters ING Economisch Bureau Bijna 30% van de starters stopt na het eerste jaar Met name cafetaria s en restaurants worden na één jaar weer opgeheven In het eerste kwartaal 2014 waren

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economie groeit 2,9 procent in Economische groei vierde kwartaal 2,7 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economie groeit 2,9 procent in Economische groei vierde kwartaal 2,7 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-010 13 februari 2007 9.30 uur Economie groeit 2,9 procent in 2006 De Nederlandse economie is in 2006 met 2,9 procent gegroeid. Dit is bijna twee keer

Nadere informatie

M200802. Vrouwen aan de start. Een vergelijking tussen vrouwelijke en mannelijke starters en hun bedrijven. drs. A. Bruins drs. D.

M200802. Vrouwen aan de start. Een vergelijking tussen vrouwelijke en mannelijke starters en hun bedrijven. drs. A. Bruins drs. D. M200802 Vrouwen aan de start Een vergelijking tussen vrouwelijke en mannelijke starters en hun bedrijven drs. A. Bruins drs. D. Snel Zoetermeer, juni 2008 2 Vrouwen aan de start Vrouwen vinden het starten

Nadere informatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie Afdeling Onderzoek & Statistiek Gemeente Deventer Karen Teunissen April 2006 Inhoudsopgave Inleiding 3 Hoofdstuk 1 Bekendheid en betrokkenheid 4 Samenvatting 8 Hoofdstuk 2 Communicatie 9 Samenvatting 12

Nadere informatie

Verzekerdenmobiliteit en Keuzegedrag 2009

Verzekerdenmobiliteit en Keuzegedrag 2009 Verzekerdenmobiliteit en Keuzegedrag 2009 Er is rust op de zorgverzekeringsmarkt: 96,5% van de verzekerden blijft bij de huidige zorgverzekeraar en scherpt de polis aan Er is een stabiele mobiliteit van

Nadere informatie

EUROPESE VERKIEZINGEN Eurobarometer Europees parlement (EB Standard 69.2) Voorjaar 2008 Samenvatting

EUROPESE VERKIEZINGEN Eurobarometer Europees parlement (EB Standard 69.2) Voorjaar 2008 Samenvatting Directoraat-Generaal Communicatie Directoraat C - Betrekkingen met de burgers EENHEID MONITORING PUBLIEKE OPINIE 15/09/2008 EUROPESE VERKIEZINGEN 2009 Eurobarometer Europees parlement (EB Standard 69.2)

Nadere informatie

Praktische opdracht Economie Euro

Praktische opdracht Economie Euro Praktische opdracht Economie Euro Praktische-opdracht door een scholier 1619 woorden 17 februari 2003 6,7 12 keer beoordeeld Vak Economie 1 Onderzoeksvraag. Mijn onderzoeksvraag is: Wat zijn de voor- en

Nadere informatie

Administratieve (over)last

Administratieve (over)last M200811 Administratieve (over)last Perceptie van MKB-ondernemers over verplichte administratieve handelingen J. Snoei Zoetermeer, november 2008 Administratieve lasten Het overgrote deel van de ondernemers

Nadere informatie

Betalen aan de kassa 2014

Betalen aan de kassa 2014 Betalen aan de kassa 2014 Uitkomsten DNB/Betaalvereniging Nederland onderzoek naar het gebruik van contant geld en de pinpas in Nederland in 2014 1 Gebruik van betaalmiddelen 2010-2014 Tabel 1. Gebruik

Nadere informatie

Eerste kwartaal 2013. Conjunctuurenquête Nederland. Provincie Limburg

Eerste kwartaal 2013. Conjunctuurenquête Nederland. Provincie Limburg Eerste kwartaal 2013 Conjunctuurenquête Nederland Inhoud rapport COEN in het kort Economisch klimaat Omzet Export Personeelssterkte Investeringen Winstgevendheid Toelichting De Conjunctuurenquête Nederland

Nadere informatie

12 Cluster 11: Horeca, hotel-restaurant

12 Cluster 11: Horeca, hotel-restaurant 12 Cluster 11: Horeca, hotel-restaurant 12.1 Typering van het cluster Tot dit cluster behoren de hotel-restaurants en de hotels (hotels en pensions zonder vrij toegankelijk restaurant). Nederland telt

Nadere informatie

Grafiek 1 Verslechtering concurrentiepositie Nederlandse industrie in termen van loonkosten per eenheid produkt (procentuele mutaties)

Grafiek 1 Verslechtering concurrentiepositie Nederlandse industrie in termen van loonkosten per eenheid produkt (procentuele mutaties) Feiten sociaal-economische situatie I Concurrentiepositie ten opzichte van eurogebied Sinds 997 is sprake van een gestage verslechtering van de Nederlandse concurrentiepositie, die in de ramingen van het

Nadere informatie

Behoort bij schrijven no. 689.865

Behoort bij schrijven no. 689.865 Behoort bij schrijven no. 689.865 Ex. no.,2-c VERKIEZING TWEEDE KAMER 1963 - PSP Bij de ruim 70,000, door de PSP in maart 1962 gewonnen t.o.v. 1959» voegden zich op 15 mei jl. die van nog bijna 8.000 kiezers.

Nadere informatie

centrum voor onderzoek en statistiek

centrum voor onderzoek en statistiek centrum voor onderzoek en statistiek WONEN, LEVEN EN UITGAAN IN ROTTERDAM 1999 Resultaten uit de Vrijetijdsomnibus 1999 Projectnummer: 99-1412 drs. S.G. Rijpma, drs. P.A. de Graaf Centrum voor Onderzoek

Nadere informatie

Conjunctuurenquête Nederland

Conjunctuurenquête Nederland Nieuw: metingen op provinciaal niveau Conjunctuurenquête Nederland Rapport eerste kwartaal 212 Conjunctuurenquête Nederland I rapport eerste kwartaal 212 Inhoud rapportage COEN in het kort Economisch klimaat

Nadere informatie

6,4. De economische voordelen van de Euro. Werkstuk door een scholier 2938 woorden 19 januari keer beoordeeld.

6,4. De economische voordelen van de Euro. Werkstuk door een scholier 2938 woorden 19 januari keer beoordeeld. Werkstuk door een scholier 2938 woorden 19 januari 2002 6,4 130 keer beoordeeld Vak Economie Inhoudsopgave Onderwerp Titelpagina Inhoudsopgave Inleiding Wat zijn de voordelen van de Euro? Wat zijn de nadelen

Nadere informatie

Ontwikkeling leerlingaantallen

Ontwikkeling leerlingaantallen Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging

Nadere informatie

BBP Inflatie Lopende rekening Werkloosheid Europa 2,0 0,1 0,8 3,3 2,8 2,1 0,4 0,8 1,0

BBP Inflatie Lopende rekening Werkloosheid Europa 2,0 0,1 0,8 3,3 2,8 2,1 0,4 0,8 1,0 Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en in september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen

Nadere informatie

Rapportage. Peiling onder mkb ers en zzp ers. 20 april 2017

Rapportage. Peiling onder mkb ers en zzp ers. 20 april 2017 Rapportage Peiling onder mkb ers en zzp ers 20 april 2017 In opdracht van: Betaalme.nu Datum: 20 april 2017 Projectnummer: 2017051 Auteurs: Kelly de Heij en Sterre Horsman Inhoud 1 Achtergrond & opzet

Nadere informatie

Aanleiding voor het onderzoek

Aanleiding voor het onderzoek Aanleiding voor het onderzoek Gemeente Heerlen, juni 2013, alle zondagen koopzondag; wekelijkse koopzondag Centrum gestart m.i.v. september 2013 Heroverweging wekelijkse koopzondag in 2015 Breed gedragen

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 1 Bijlage II Overall conclusie De Nederlandse economie groeit naar verwachting met 1¾% in 1 en met 1½% in 11. De toename van het bbp komt bijna volledig voor

Nadere informatie

Ontwikkeling R&D-uitgaven industrie 2009 en 2010

Ontwikkeling R&D-uitgaven industrie 2009 en 2010 Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie Bedrijfseconomische Statistieken Statistische analyse Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag Ontwikkeling R&D-uitgaven industrie 2009 en 2010 Gert Buiten, Andries

Nadere informatie

Motivatie volwassenen om te sporten en bewegen

Motivatie volwassenen om te sporten en bewegen Motivatie volwassenen om te sporten en bewegen Factsheet 2019/2 Remko van den Dool Figuur 1 Motivatie om te sporten en bewegen, volgens bevolking 18 tot 79 jaar, naar meting en mate van sporten en bewegen

Nadere informatie

4. SAMENVATTING. 4.1 Opzet onderzoek

4. SAMENVATTING. 4.1 Opzet onderzoek 4. SAMENVATTING Op 7 mei 2002 is in het Staatsblad 2002 nummer 201 de gewijzigde Tabakswet gepubliceerd. Naar aanleiding hiervan wil de Keuringsdienst van Waren goed inzicht in de naleving van het onderdeel

Nadere informatie

M Starters en de markt. drs. A. Bruins drs. D. Snel

M Starters en de markt. drs. A. Bruins drs. D. Snel M201010 Starters en de markt drs. A. Bruins drs. D. Snel Zoetermeer, juni 2010 Starters en de markt Ondernemers die met een bedrijf zijn begonnen in de maanden voordat de economie in 2008 van groei omsloeg

Nadere informatie

Eindexamen economie 1 vwo 2004-II

Eindexamen economie 1 vwo 2004-II Opgave 1 Stoppen met roken!? In een land betalen rokers bij de aanschaf van tabaksproducten een flink bedrag aan indirecte belasting (tabaksbelasting)*. Dat vinden veel mensen terecht omdat de overheid

Nadere informatie

NVM-Betaalbaarheidsanalyse. 2000-Q1 tot en met 2014-Q3

NVM-Betaalbaarheidsanalyse. 2000-Q1 tot en met 2014-Q3 NVM-Betaalbaarheidsanalyse 2000-Q1 tot en met 2014-Q3 NVM Data & Research 9 oktober 2014 1 Samenvatting De (theoretische) betaalbaarheidsindex maakt in het derde kwartaal van 2014 een zeer sterke opwaartse

Nadere informatie

Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid

Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid M201207 Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid 1987-2010 drs. K.L. Bangma drs. A. Bruins Zoetermeer, mei 2012 Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid In de periode 1987-2010 is het aantal bedrijven per saldo

Nadere informatie

Tabel 1: De bijdrage van RtHA aan de regionale economie op basis van 2,4 miljoen passagiers

Tabel 1: De bijdrage van RtHA aan de regionale economie op basis van 2,4 miljoen passagiers Prognose 2020 Door Alexander Otgaar, RHV Erasmus Universiteit Rotterdam Diverse studies zijn in het verleden uitgevoerd met als doel om de economische bijdrage van Rotterdam the Hague Airport (hierna aan

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015)

Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015) Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015) In het voorjaar van 2015 is een tevredenheidsonderzoek onder de particuliere klanten van Warmtenet Hengelo gehouden. Aan alle particuliere klanten van Warmtenet

Nadere informatie

GfK 2012 AFM Consumentenmonitor December 2012 1

GfK 2012 AFM Consumentenmonitor December 2012 1 GfK 2012 AFM Consumentenmonitor December 2012 1 Inhoudsopgave 1. Management Summary 2. Onderzoeksresultaten in detail Type beleggingsverzekering en wijze van afsluiten Kennis van- en informatie over de

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Hoofdstuk 7. Financiële situatie

Hoofdstuk 7. Financiële situatie Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 7. Financiële situatie Samenvatting Bijna driekwart van de Leidenaren geeft aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, twee op de tien komt net rond en bijna een

Nadere informatie

Examen VWO. Economie 1 (nieuwe stijl)

Examen VWO. Economie 1 (nieuwe stijl) Economie 1 (nieuwe stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Donderdag 17 mei 13.30 16.30 uur 20 01 Voor dit examen zijn maximaal 65 punten te behalen; het examen bestaat uit

Nadere informatie

MKB investeert in kennis, juist nu!

MKB investeert in kennis, juist nu! M201016 MKB investeert in kennis, juist nu! drs. B. van der Linden drs. P. Gibcus Zoetermeer, september 2010 MKB investeert in kennis, juist nu! MKB-ondernemers blijven investeren in bedrijfsopleidingen,

Nadere informatie

3. Werknemers die niet deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever

3. Werknemers die niet deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever 3. Werknemers die niet deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever 3.1 Inleiding Er kunnen verschillende redenen zijn waarom een werknemer niet deelneemt aan de pensioenregeling van zijn werkgever.

Nadere informatie

Cao-lonen 2002, de definitieve gegevens

Cao-lonen 2002, de definitieve gegevens Cao-lonen 2002, de definitieve gegevens Han van den Berg In 2002 zijn de cao-lonen per uur, inclusief bijzondere beloningen, met 3,8 procent gestegen. In 2001 was de cao-loonstijging nog 4,8 procent. Dit

Nadere informatie

Ontslaggolf op komst. Resultaten december 2008

Ontslaggolf op komst. Resultaten december 2008 Resultaten december 2008 Ontslaggolf op komst Foto Carel Richel De Nederlandse autodealers maken zich op voor een uitzonderlijk zwaar jaar. De verkopen nieuw blijven achter, de occasionmarkt is ingestort

Nadere informatie