VERBOUWEN VAN EEN RIJWONING Grotstraat Kapelle-op-den-Bos

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VERBOUWEN VAN EEN RIJWONING Grotstraat 37 1880 Kapelle-op-den-Bos"

Transcriptie

1 D33 VERBOUWEN VAN EEN RIJWONING Grotstraat Kapelle-op-den-Bos ADMINISTRATIEVE GEGEGEVENS: Bouwheer: Bram KIEKENS - Leen AERTS Grotstraat Kapelle-op-den-Bos M 0494/ / E bramkiekens@hotmail.com - leentje_aerts@msn.com Architect: Peter Van Opstal Oxdonkstraat Kapelle-op-den-Bos M 0472/ E Peter.van.opstal4@telenet.be Ingenieur stabiliteit: Bureau Van Ransbeeck Achiel Cleynhenslaan Keerbergen T 015/ F 015/ E info@bureauvanransbeeck.be Veiligheidscoördinatie: S-Safety bvba Dendermondestraat 67/ Merchtem M 0475/ E info@s-safety.be EPB: S-Safety bvba Dendermondestraat 67/ Merchtem M 0475/ E info@s-safety.be LASTENBOEKBESCHRIJVING BESTAANDE UIT: DEEL 1: ADMINISTRATIEF BESTEK Bepaalt de administratieve voorwaarden waaraan de aanneming moet voldoen. Er wordt verwezen naar het Algemeen Bestek - Eerste Deel - Algemene Voorwaarden - opgesteld door de Koninklijke Federatie der Architecten Verenigingen van België. Een exemplaar van dit Algemeen Bestek is gedeponeerd bij de griffie der rechtbanken. De aannemer erkent inzage ervan te hebben gehad. Het Algemeen Bestek kan bekomen worden bij de FAB (Koninklijke Federatie der Architecten Verenigingen van België), Ernest Allardstraat Brussel. Het is aangevuld met bijzondere administratieve voorwaarden. Deze bijzondere voorwaarden hebben voorrang op alle algemene voorwaarden, ook als zij eventueel in tegenspraak zijn. DEEL 2: TECHNISCHE BEPALINGEN EN BESCHRIJVING VAN DE WERKEN Beschrijft de uitvoeringswijze e.d.; Behoudens tegenstrijdige bepalingen voorkomend in de verschillende artikelen, wordt er verwezen naar het Algemeen Bestek voor de uitvoering van Privé Bouwwerken - 2 de deel uitgegeven door de FAB - NCB en WTCB en waarvan een exemplaar is gedeponeerd bij de Koninklijke Bibliotheek van België te Brussel. 1. ALGEMENE BEPALINGEN 2. RUWBOUWWERKEN 3. TIMMERWEREKN 4. DAKWERKEN Redactiedatum:

2 DEEL 1: ALGEMENE ADMINISTRATIEVE EN CONTRACTUELE BEPALINGEN 1. DOEL DER AANNEMING De aanneming wordt gedaan tegen een vastgestelde prijs op basis van eenheidsprijzen en heeft tot doel het realiseren van de ruwbouw-/ timmer-/ dakwerken van de woning gelegen te Grotstraat Kapelle-op-den-Bos. De aanneming is een aanneming per ambacht, overeenkomstig plannen en lastenboek met beschrijvingen; dewelke mekaar aanvullen; overeenkomstig opgemaakt door Peter Van Opstal - Architect. 2. BESCHRIJVING VAN DE AANNEMING Elke deelaanneming wordt gedaan tegen een vastgestelde prijs (forfaitaire som). Bijgevolg is de aannemer gehouden voor het bedrag van zijn bieding en op zijn kosten en gevaren, al de werken uit te voeren tot de volkomen voltooiing van de aanneming zoals deze is aangeduid in de hierbij gevoegde beschrijving. De hoeveelheden gebeurlijk vermeld, zijn slechts opgegeven ten titel van inlichting, zonder enige waarborg. De aannemer is gehouden zelf de nodige controleberekeningen te maken ter bepaling van zijn biedingsbedrag. Hij zal hoegenaamd geen bezwaren mogen indienen, geen de minste schadevergoeding mogen eisen wegens missingen die in de metingen zouden kunnen voorkomen. De aannemer die een bieding doet zal het bijgevoegde inschrijvingsbiljet gebruiken en op de samenvattende meetstaat zijn eenheidsprijzen vermelden. 3. VERANDERINGEN AAN PLANNEN EN CONTRACTEN De bouwheer en de architect behouden zich het recht, van de aannemer te eisen werken uit te voeren die niet in de aanneming voorzien zijn, en zullen gedurende de werken veranderingen mogen aanbrengen onder vorm van materialen en afmetingen, zonder dat de aannemer een schadeloosstelling zal mogen eisen. De veranderingen in min of in meer zullen verrekend worden aan de eenheidsprijzen van het borderel dat de aannemer te dien einde bij zijn bieding zal voegen. In geval het een bieding tegen forfaitprijs betreft, of ingeval de meerwerken niet in de initiële offerte voorzien waren zal de aannemer vooraf een offerte maken voor deze werken die moet zijn goedgekeurd door de bouwheer vooraleer de betreffende werken mogen worden uitgevoerd. De bouwheer kan beslissen bijkomende werken door een derde te laten uitvoeren indien de geboden prijs door hem niet aanvaardbaar wordt geacht; 4. VOORBEREIDENDE HANDELINGEN De aannemer zal zich ter plaatse vergewissen van de omvang en de complexiteit van de werken. Hij mag over het terrein beschikken voor zover dat door de bouwheer zal worden toegewezen. Op het werk is steeds een exemplaar van de plannen en het bestek ter beschikking. Alle bouwmaterialen zullen afdoend beschermd worden. De toegang tot de werf door derden zal worden verboden met klaar en duidelijke verbodsplaten. 5. AANBIEDINGEN De aanbiedingen zullen opgemaakt worden op de bijgevoegde samenvattende meetstaat door invulling van eenheidsprijzen en totale bedragen. Het ontbreken van dit document bij de bieding zal aanleiding geven tot onontvankelijkheid van de offerte. Ook het bijgevoegde inschrijvingsformulier wordt, volledig ingevuld, bijgevoegd. De inschrijving (bestaande uit de twee bovenvermelde documenten + de vereiste attesten), wordt op afgesproken datum aan de bouwheer overgemaakt. De inschrijver kan voorstellen bepaalde materialen door gelijkwaardige andere materialen te vervangen. De varianten zullen afzonderlijk opgegeven en vermeld worden na het forfaitaire bedrag. De bouwheer houdt zich het recht voor onder de aanbiedingen deze te kiezen die hem het voordeligst schijnt, zonder dat hij de reden van zijn beslissing moet laten kennen. Hij wordt in deze faze deskundig bijgestaan door de architect. Een beslissing aangaande toewijzing zal plaats vinden binnen de dertig dagen. Na deze dag is de aannemer niet meer gehouden voor het bedrag van zijn aanbieding. Een borderel der gehanteerde eenheidsprijzen bij het opmaken van de aanbieding zal eraan toegevoegd worden. De aannemer zal bij zijn prijsaanbieding zijn eerstvolgende aanvangsdatum bepalen en de uitvoeringstermijn binnen dewelke de werken tot volledige afwerking zullen beëindigd zijn. 6. BEVEL TOT AANVANG EN UITVOERINGSTERMIJN De aannemer dient de werken aan te vangen van zodra hij daartoe schriftelijk opdracht zal ontvangen hebben van de architect of de bouwheer, overeenkomstig het aannemingscontract, terwijl hij zich stipt aan de gegeven plannen, schetsen en instructies dient te houden. Het aantal werkende dagen begint te lopen vanaf de dag der aanvang der werken welke de bouwheer met hem in samenspraak schriftelijk vastlegt. In deze vastgestelde termijn zal nochtans rekening gehouden worden met het aantal dagen slecht weder, regen, vorst, of andere gebeurtenissen onafhankelijk van de wil van de aannemer. De termijn zal automatisch verlengd worden met het aantal dagen hierdoor verloren. Indien werken niet binnen de contractueel bepaalde termijn werden beëindigd, zonder dat hiervoor een rechtvaardigbare reden, voorzien in het aannemingscontract, bestaat, wordt voor het totaal aantal kalenderdagen vertraging een boete van 50,00- Euro per kalenderdag toegepast. 7. UITVOERING DER WERKEN Al de werken zullen uitgevoerd worden overeenkomstig de aanduidingen der bijgevoegde beschrijving en plannen. Het is wel te verstaan dat alle werken, zelfs deze waarvan de beschrijving niet volledig zou blijken, zullen uitgevoerd worden volgens de beste regels van de kunst en de goede constructie. De aannemer zal zich verzekeren over de stevigheid van de gebouwen, zowel voor het geheel als voor de details. Hij zal desnoods de nodige veranderingen aanbrengen dewelke tijdens de loop der uitvoering zouden nodig blijken, in overleg met de architect. Deel 1: Administratieve en contractuele bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 2

3 8. ONDERHOUD DER WERKEN De aannemer zal de werken in beste staat van onderhoud houden tot bij de voorlopige oplevering der werken. Hij zal gedurende eventuele opschorting der werken de nodige maatregelen treffen tot vrijwaring van de materialen, al dan niet reeds verwerkt. Hij zal eveneens de nodige herstellingen doen die nodig zouden blijken ten gevolge van slecht weder, of door gebrek aan voorzorgsmaatregelen van zijnentwege of zijner onderaannemers. Hij zal de nodige maatregelen treffen om de afloop te verzekeren van het regenwater. Over het algemeen alle nadelen of ongevallen weren welke uit de uitvoering der werken kunnen voortspruiten. Na voltooiing van de werken zal hij al het afval opruimen en wegvoeren; alles wat tijdens en door de uitvoering werd gestoord terug in orde brengen en dit binnen de acht volgende dagen. 9. OPLEVERING Wanneer de werken voltooid zijn, met zorg gereinigd en gereed om gebruikt te worden, vraagt de aannemer schriftelijk de voorlopige oplevering van de werken. Binnen de vijftien dagen na ontvangst van deze aanvraag, gaat de architect in aanwezigheid van de bouwheer en van de aannemer over tot het onderzoek van de werken. Indien het onderzoek geen opmerkingen uitlokt, wordt een proces-verbaal van oplevering in drievoud opgemaakt en door de drie belanghebbenden ondertekend. Indien er weinig belangrijke gebreken of tekortkomingen worden vastgesteld, wordt het detail ervan door het P.V. van Oplevering weergegeven en wordt de datum vastgesteld waarop de nodige herstellingen moeten uitgevoerd zijn. De kosten van de herstellingen zullen van de waarborgsom worden afgehouden, indien de aannemer ze niet binnen de vastgestelde termijn heeft uitgevoerd. Indien de architect of de bouwheer van oordeel zijn dat er belangrijke tekortkomingen of gebreken bestaan, wordt de oplevering geweigerd. De architect maakt een proces-verbaal op dat de redenen van deze weigering aangeeft. Dit P.V. zal een nieuwe termijn vaststellen voor de volledige voltooiing en de goede afwerking van de werken en de datum bepalen waarop de verwijlvergoedingen een aanvang nemen. De door de bouwheer, zonder uitdrukkelijk voorbehoud gedane ingebruikname, geldt als oplevering. De decenale periode, bepaald in art van het Burgerlijk Wetboek vangt aan bij de oplevering. Zes (6) maanden na de datum van de voorlopige oplevering worden de werken aan een nieuw onderzoek onderworpen en wordt nagegaan of de aannemer aan zijn contractuele verplichtingen voldaan heeft. De aannemer kan niet verplicht worden herstellingen uit te voeren die voorkomen uit de normale onderhoudswerken, misbruik, onbehendigheid, abnormaal gebruik of gebrek aan onderhoud; niettemin dient de aannemer hiervan de bewijslast te dragen. Indien de aannemer binnen de bepaalde termijn, de vastgestelde gebreken niet hersteld heeft, mag de bouwheer de gebreken die vermeld zijn in het P.V. van Oplevering of de tot uiting gekomen verborgen gebreken, laten herstellen op kosten van de aannemer. 10. AANSPRAKELIJKHEDEN De aannemer moet voor de totaliteit van de geplande werken een verzekeringspolis "Alle Bouwplaatsrisico's" afsluiten bij een erkende Belgische Verzekeringsmaatschappij. Het af te sluiten verzekeringscontract moet de dekking van de volgende risico's omvatten en aan de volgende voorwaarden voldoen: - Verzekerde personen: alle personen die bij de oprichting van het gebouw betrokken zijn, onder meer: de bouwheer, de architect (en), de ingenieur (s), de veiligheidscoördinator(en), de aannemers (s), de onderaannemer (s) - Verzekerde risico s: schade aan het bouwproject. De schade aan de werken, voorlopige werken, te verwerken materialen en bouwelementen die op deze aanneming betrekking hebben. De verzekering dekt niet de uitrusting gebruikt voor de uitvoering van de werken (keten, werktuigen, kranen, enz...) Het te verzekeren bedrag is de volle waarde van het op te richten goed, inbegrepen nietrecupereerbare taksen en erelonen van architecten, ingenieurs en veiligheidscoördinatoren. - Verzekerde risico s: Schade tegenover derden. De burgerlijke aansprakelijkheid tegenover derden krachtens art tot 1386 van het Burgerlijk Wetboek. De stoornissen van nabuurschap gebaseerd op Art. 544 van het Burgerlijk Wetboek. De aannemer neemt deze laatste aansprakelijkheid (Art. 544) contractueel over van de bouwheer. Volgende uitsluitingen voorzien in de algemene voorwaarden zullen geannuleerd worden: schade door trillingen, wegnemen of verzwakken van steunen, verlagen van de grondwaterstand, schade aan kabels en leidingen en indien nodig de gevolgen ervan, alsook de mogelijke impact op de elektricteits-, telecommunicatie-, gas- en waterdistributie. - Verzekerde risico s: Schade aan het bestaand goed. Deze waarborg moet voorzien worden ingeval het een verbouwing betreft, of ingeval er in de onmiddellijk omgeving van de werf gebouwen zijn, die eveneens eigendom van de bouwheer zijn. - De duur van de verzekering: de polis zal ingaan bij de aanvang van de werken en zal eindigen bij de definitieve oplevering. Tussen de voorlopige en definitieve oplevering zal een uitgebreid onderhoud verzekerd worden (type 2) - Bijkomende bepalingen De vrijstelling zal niet meer bedragen dan 2500 EUR per schadegeval. 11. GESCHILLEN Al de inbreuken op de bepalingen van het contract worden vastgesteld door een proces-verbaal waarvan afschrift onverwijld aangetekend aan de aannemer wordt gestuurd. Binnen de acht dagen moet de aannemer zijn verplichtingen volbrengen of zijn verweermiddelen kenbaar maken. Stilzwijgen wordt aanzien als erkenning van de vastgestelde feiten. 12. BETALINGEN De betaling geschiedt in schijven, gezamenlijk 95 % van het bedrag der aanbieding. De aannemer zal bij zijn bieding een voorstel doen van betalingsfasering. Eén twintigste (5%) van de aanbestedingsprijs zal als waarborg blijven staan tot na de beslissende ontvangst (definitieve oplevering); termijn van zes maanden na de voorlopige oplevering. De aannemer kan eventueel ook het principe van de bankwaarborg toepassen mits uitdrukkelijke vermelding hiervan bij zijn bieding. De betaling zal uitgesteld worden indien de aannemer nog niet geheel zijn verplichtingen is nagekomen zoals deze in het bestek worden omschreven of op de plannen zijn aangeduid. Facturen worden voor nazicht aan de architect voorgelegd, die ze binnen de veertien kalenderdagen na ontvangst, goed- of afkeurt. Pas na goedkeuring van de factuur/vorderingsstaat, zal de bouwheer overgaan tot betaling. 13. VERANTWOORDELIJKHEDEN. De aannemer is verantwoordelijk voor eventuele ongevallen ingevolge de uitvoering van zijn deelaanneming. Hij respecteert de voorschriften van het ARAB welke van toepassing zijn op de uitvoering van zijn deelaanneming en dient de werken uit te voeren volgens de richtlijnen van het veiligheids- en gezondheidsplan. Kortom, de aannemer neemt alle voorzorgen, en erkent de nodige Deel 1: Administratieve en contractuele bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 3

4 verzekeringen te hebben afgesloten om de risico's, verbonden aan zijn uitvoering te dekken, dit tot de voorlopige oplevering der werken. Overtredingen op verordeningen van officiële instanties vallen ten laste van de aannemer. De aannemer voorziet de nodige inrichtingen om de toegang tot de bouwplaats aan derden onmogelijk te maken en alle ongevallen te voorkomen. Tewerkgestelden door de aannemer moeten betrouwbaar zijn en de nodige bekwaamheid bezitten. Personen welke aan deze voorwaarden niet voldoen mogen door de bouwheer of de architect de toegang tot de werf ontzegd worden. 14. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Voorafgaand contact met de veiligheidscoördinator Er werd een veiligheidscoördinator aangesteld, met name S-safety bvba - Dendermondestraat 67/2, 175 Merchtem Gsm: 0475/ info@s-safety.be. De aannemer is verplicht de werken uit te voeren volgens zijn richtlijnen en rekening te houden met het ontwerpdossier. De aannemer neemt dan ook best voorafgaand contact op met de veiligheidscoördinator om de omvang van de te nemen veiligheidsmaatregelen te kennen. De kosten voor de veiligheidsmaatregelen maken deel uit van de post werforganisatie. Veiligheidsvoorschriften De aannemer neemt op zijn verantwoordelijkheid alle nodige organisatorische en technische maatregelen om gedurende het ganse verloop der werken de veiligheid te verzekeren van zijn personeel, de bouwheer en zijn afgevaardigden, en van alle de op de werf toe te laten personen. Iedere persoon die de algemene veiligheidsvoorschriften overtreedt, kan van de bouwplaats worden gestuurd. Algemeen gelden de welzijnswet van 4/8/1996, met de algemene preventieprincipes, de meest recente voorschriften van het ARAB (Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming), CODEX en publicaties van het NAVB (Nationaal Actiecomité voor de Veiligheid en hygiëne in het Bouwbedrijf), de reglementering op persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM)en arbeidsmiddelen (art 52 KB), overige bepalingen inzake welzijn van de werknemers bij uitvoering van hun werk (art 51 KB). De inschrijver dient bovendien rekening te houden met de bepalingen van het KB van 25/01/2001 (verschenen in het staatsblad op 07/02/2001) betreffende tijdelijke of mobiele bouwplaatsen. De bouwheer zal dienaangaande een veiligheidscoördinator-ontwerp en een veiligheidscoördinator-verwezenlijking aanstellen. De aannemer zal zich schikken naar de aanbevelingen van de veiligheidscoördinator-verwezenlijking en alle richtlijnen van het veiligheids- & gezondheidsplan. Veiligheids- & gezondheidsplan. Alle voorzieningen worden getroffen inzake veiligheid en gezondheid en alle werken worden uitgevoerd overeenkomstig de voorschriften van de Wet op het Welzijn van 04/08/96 en het KB van 25/01/2001 betreffende tijdelijke of mobiele bouwplaatsen. De aannemer voegt de documenten, zoals bepaald in art 30 van het KB 25/01/2001betreffende tijdelijke of mobiele bouwplaatsen, toe aan de inschrijving, zodat de coördinator-ontwerp de overeenstemming kan beoordelen met zijn veiligheids- en gezondheidsplan. - een document ( risico analyse ) dat verwijst naar het VGP en waarin zij beschrijven op welke wijze zij het bouwwerk zullen uitvoeren om rekening te houden met dit VGP Contractuele documenten - het VEILIGHEID EN GEZONDHEIDSPLAN voor onderhavig bouwproject is op te vragen bij de VC. - elke onderneming en/of elke zelfstandige die op de bouwplaats werken uitvoert en/of laat uitvoeren en ieder persoon die op de bouwplaats aanwezig is, moet het BOUWPLAATSREGLEMENT, onverminderd de bepalingen uit het Veiligheid - en Gezondheidsplan naleven. Het reglement evenals de daaruit voortvloeiende verplichtingen beogen de coördinatie van Veiligheid, Gezondheid en Milieu op de bouwplaats. Elke onderneming moet zelf instaan om dit reglement ter kennis van zijn personeel, leveranciers, onderaannemers en eventueel bezoekers te brengen en de toepassing ervan op te leggen. Het reglement doet geen afbreuk aan de verplichtingen die voortvloeien uit de bepalingen van het Algemeen Reglement op de Arbeidsbescherming (A.R.A.B. - CODEX), de mijncode, het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (A.R.E.I.), de wet van 14 juli 1976 betreffende de overheidsopdrachten, Collectieve Arbeidsovereenkomsten (CAO's), de geldende reglementering met betrekking tot het milieu en de eventueel andere door de bouwheer opgelegde bepalingen. Conform het K.B. van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke en mobiele bouwplaatsen zal de bouwheer of de mandataris van de bouwheer, een coördinator ontwerp en een coördinator verwezenlijking aanstellen. Het volgen van deze veiligheidsvergaderingen en het voldoen aan de eisen opgelegd door de veiligheidscoördinator, zijn ten laste van de aannemer en zijn inbegrepen in de verschillende posten. Veiligheidsvoorschriften: a. Gedurende de werken draagt de aannemer met zijn personeel ertoe bij dat de veiligheidsvoorschriften op alle werfactiviteiten worden nageleefd volgens: - De Wet op het Welzijn van inzonderheid: hoofdstuk V Bijzondere bepalingen Tijdelijke of Mobiele Bouwplaatsen (art. 14 t./m 32) - Het Koninklijk Besluit van betreffende de Tijdelijke of Mobiele Bouwplaatsen en haar bijlagen - De Europese Bouwrichtlijn 92/57/EEG van (van de Raad van de Europese Gemeenschappen) - De CODEX over het welzijn van het werk, opgesteld in Het ARAB (waarin het AREI is opgenomen) inzonderheid. De aannemer beveelt dezelfde houding aan zijn onderaannemer(s) en leverancier(s). Wanneer de bepalingen van het ARAB of de buitenwettelijke bepalingen minder streng zijn dan of tegenstrijdig met deze opgenomen in de overige aangehaalde veiligheidsvoorschriften, hebben deze laatste voorrang. Met de aanbevelingen van de veiligheidscoördinator(en) zal strikt rekening gehouden worden indien de architect beslist deze op te leggen, zonder dat dit echter kan leiden tot vergoedingen in meer voor de aannemer ingeval deze aanbevelingen voortvloeien uit wettelijke verplichtingen. Bij niet-naleving van de veiligheidsvoorschriften kan de bouwheer of de architect de bevoegde arbeidsinspectie inlichten. De vermelde risicothema s zijn niet-limitatief en gelden tot voorzorg en preventie vanwege de mogelijke specifieke risico s verbonden aan de werkzaamheden. b. Na gunning van de aannemer(s) stelt deze zijn eigen specifiek veiligheid - en gezondheidsplan op met een algemeen overzicht van de risico-evaluaties die rechtstreeks voortvloeien uit de door hem uit te voeren werkzaamheden op de bouwplaats. De coördinator - verwezenlijking zal deze risicoanalyses op doeltreffendheid beoordelen en afstemmen op de risico s eigen aan de site of aan de werkzaamheden van andere ondernemingen op de site. De V&G - plannen van de aannemers moeten minstens volgende zaken bevatten: - uitwerken van de voorziene detailfasen per uitvoeringsfase opdat een voldoende verregaande evaluatie van de risico s mogelijk wordt; dit gebeurt met vermelding van deelactiviteit, middelen, risico s, maatregelen - vermelding van de aangewende producten en van de risico s voor derden, met inbegrip van de V&G - steekkaarten van deze producten, - kopies van de wettelijke verplichte keuringsattesten, Deel 1: Administratieve en contractuele bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 4

5 - gedetailleerde planning der werken De specifieke V&G - dossiers van de aannemer(s) zullen geïntegreerd worden in het algemeen V&G - plan, van toepassing op de bouwplaats. c. Elke onderneming moet, vooraleer de werken aangevat worden, de INTENTIEVERKLARING ondertekend terugbezorgen aan de coördinator verwezenlijking. d. De aannemer zal bij het inrichten van de werf en bij het uitvoeren van de werken alle nodige voorzieningen treffen om ongevallen uit te sluiten en hij zal voortdurend toezicht uitoefenen op de goede staat van deze uitrustingen. Overal waar nodig zal een doorgangsverlichting geplaatst worden. Wanneer gewerkt wordt voor zonsopgang en na zonsondergang of op plaatsen met ontoereikende natuurlijke verlichting, zal een kunstverlichting worden aangebracht volgens de voorschriften van het ARAB. Doorgangsverlichting, borstweringen aan trapopeningen, schachten en kokers, leuningen, overkappingen voor voetgangersverkeer, afdekkingen van putten, afsluitingen enz. mogen slechts verwijderd worden bij plaatsing van hun definitieve afwerking. De veiligheidsvoorschriften dienen dus op de werf gehandhaafd ten voordele van eventuele nadien komende personen, ambachten of aannemers, en ze mogen slechts worden weggenomen mits uitdrukkelijk en schriftelijk bevel van het Werkbestuur. De verantwoordelijkheid voor de veiligheid op de werf ligt uitsluitend bij de aannemer. e. Coördinatiedagboek: Het coördinatiedagboek zal bestaan uit: briefwisseling omtrent veiligheidspunten tussen de verschillende intervenanten verslagen van werfinspecties door de coördinator verwezenlijking, genummerd volgens chronologische volgorde. verslagen van keuringsverslagen van erkende organismen volgens de wettelijke voorzieningen verslagen van externe diensten en arbeid en milieu inspectie Toezicht en sancties De coördinator-verwezenlijking heeft steeds het recht de werkzaamheden te controleren om het nodige advies te kunnen formuleren. De bouwheer heeft steeds het recht de werkzaamheden te controleren, het gebruik van onveilig materieel, werktuigen en/of werkmethoden te verbieden en de werken te stoppen, indien naar zijn (haar) mening het werk zelf, of de manier van uitvoeren gevaarlijk is. De aannemer zal alle door hem of andere aannemers geplaatste veiligheidsinrichtingen steeds in hun vereiste vorm laten of herstellen. Bij ontstentenis van deze voorzorgsmaatregelen, of bij opmerkingen door het controlerend organisme zal de aannemer welke verantwoordelijk is voor het verstoren van de veiligheidsinrichtingen aansprakelijk gesteld worden, dit door een eenvoudige vermelding in het dagboek der werken of een werfverslag. Op geen enkele wijze zal de aannemer verhaal kunnen maken op de bouwheer, de coördinator of de architect voor overtredingen op dit vlak. Ingeval correcties en/of aanvullende maatregelen op gebied van veiligheid en/of gezondheid en/of milieu uitgevoerd moeten worden, kan de bouwheer beslissen deze uit te voeren op kosten van de onderneming(en) die in gebreke blijft (blijven). Personen die de veiligheid gezondheid - en milieu richtlijnen niet naleven en/of zich niet kunnen identificeren, zullen van de bouwplaats gezonden worden. 15. EPB-ENERGIEPRESTATIEREGELGEVING Contractuele documenten Voor het project dat in dit lastenboek werd beschreven gelden eisen met betrekking tot de energieprestatie en het binnenklimaat, zoals die zijn vastgelegd in de Vlaamse en ergieprestatieregelgeving. Vanaf de conceptfase is door de architect rekening gehouden met deze eisen. Om aan de eisen te voldoen is de opdrachtgever door de architect op de hoogte gebracht van de voorziene maatregelen. Geen enkele wijziging ten opzichte van de beschreven concepten, installaties of materiaalkeuzes is toegelaten zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van de architect en/of de EPB verslaggever. Zij zullen de impact van de wijzigingen immers voorafgaand moeten kunnen (laten) nagaan. In overeenstemming met de regels van het goede vakmanschap staat de aannemer in voor de correcte uitvoering zodat in praktijk door middel van de voorziene maatregelen aan de gestelde eisen wordt voldaan. De EPB-verslaggever De verslaggever maakt de EPB-aangifte op en is verantwoordelijk voor de correcte rapportering van de feitelijke toestand van het gebouw in de EPB-aangifte. (Art. 3, 12 & 14 Energieprestatiedecreet); Tijdens en na de uitvoering van de werken moet de verslaggever alle documenten (technische fiches, plannen, offertes, facturen,...) kunnen verzamelen om zijn EPB-aangifte op correcte wijze te kunnen indienen. Hij dient met name alle mogelijke informatie te kunnen verzamelen die de as-build situatie van het gebouw weergeven. Indien bij controle blijkt dat de opgestelde en ingediende EPB-aangifte niet overeenstemt met de werkelijkheid dan kan de administratie tot 5 jaar na het indienen ervan aan de verslaggever een administratieve geldboete opleggen. 16. NORMEN EN REGELS DER KUNST Alle werken moeten uitgevoerd worden volgens de huidige of toekomstige normen die op hun welbepaald terrein van toepassing kunnen zijn. Dit in zoverre geen onmogelijkheid wordt beschreven en/of geen voorschriften worden overtreden die de veiligheid, duurzaamheid, stabiliteit of doeltreffende werking (technische installaties) in het gedrang zouden kunnen brengen. De overeenkomst verplicht niet alleen tot naleving van deze overeenkomst uitdrukkelijk opgenomen bepalingen. De aannemer zal immers steeds de regels van goed vakmanschap bij deze aanneming in acht nemen die gelden op het moment van de uitvoering der werken. Wanneer de toepassing van nieuwe normen of regls der kunst, leidt tot meerwerken zal het bestuur hier tijdig van op de hoogte gebracht worden. De meerwerken zullen niet van toepassing zijn voor regels die meer dan 2 maanden eerder dan de opgelegde datum voor het indienen van de inschrijving werden gepubliceerd. Deel 1: Administratieve en contractuele bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 5

6 DEEL 2. BIJZONDERE EN TECHNISCHE BEPALINGEN 1. ALGEMENE BEPALINGEN VOORBEREIDENDE WERKEN BIJZONDERE BEPALINGEN. Kennis van het project Door in te schrijven verklaart de aannemer zich bekwaam de geplande werken uit te voeren volgens de bepaling van het project. De bepaling van de aannemer als "bevoegd specialist" is een van de determinerende elementen van de bestelling. Hij wordt geacht voldoende kennis te hebben genomen van alle aanbestedingsdocumenten, ongeacht ze materieel bij het inschrijvingsdossier zijn gevoegd of gewoon te zijner beschikking zijn gesteld. De aannemer verklaart kennis te hebben van de inlichtingen die voor de uitvoering volstrekt noodzakelijk zijn, kortom, dat hij zich volkomen rekenschap heeft kunnen geven van de moeilijkheden en bijzonderheden van de uit te voeren werken die het voorwerp uitmaken van de aanneming, en daarom dat hij zijn inschrijving opmaakte met volledige kennis van zaken en in overeenstemming met de gezamenlijke contractuele documenten. Voorafgaandelijk plaatsbezoek Door het feit dat hij zijn offerte indient, erkent de inschrijver dat hij ter plaatse is geweest en zich op de hoogte heeft gesteld van de bestaande toestand van de bouwplaats, de ligging, de omgeving en de toegangswegen. De inschrijver wordt dientengevolge geacht zich volledig rekenschap te hebben gegeven van de omvang der aanneming en de moeilijkheidsgraad van de uit te voeren werken, m.b.t.: - de algemene coördinatie van de werken; - de inrichting van de bouwplaats; - de noodzakelijke veiligheidsvoorzieningen op de werf; - de mogelijkheden tot de aanvoer en het stockeren van bouwmaterialen; - het plaatsen van stellingen; - de opstelling van aangepast materieel (graafmachines, kranen, ); - de eventuele voorafgaande slopingswerken; - de gebeurlijke aanbouw tegen en de bijhorende afwerkingen van scheidingsmuren of bestaande constructies,... Controle van het werk. De controle voorzien bij de wet van art.4, zal uitgevoerd worden door de architect. Het werftoezicht en de coördinatie wordt in principe uitgevoerd door de bouwheer of zijn gemachtigde. 0p de werf zullen steeds een kopie van het volledige aannemingsdossier aanwezig zijn. De aannemer zal tevens het nodige personeel, gereedschap (ladders, ), om alle nuttige controles ter plaatste uit te voeren ter beschikking stellen van de architect, de opdrachtgever, telkens hierom wordt verzocht. Weerverlet. Gedurende ongunstige weersgesteldheden (vorst, aanhoudende regen, overstromingen enz.) heeft de bouwheer het recht de uitvoering van alle werken, waarvan zij oordelen dat zij niet zonder bezwaar kunnen worden voortgezet, stil te leggen, voor een termijn, die zij nuttig oordelen in het belang van de werken. Tevens kan op verzoek van de aannemer het bestuur de werken doen stopzetten wegens ongunstige weersomstandigheden en wegens de toestand op de bouwplaats. Wanneer er bij vorst of regenweer gewerkt wordt, neemt de aannemer de nodige voorzorgsmaatregelen die zich opdringen. In geval van betwisting worden de weerverletdagen, bepaald door de provinciale dienst voor de gebouwen, in aanmerking genomen. Manier van meten. De meetcode wordt bij elk artikel vermeld. Zo de meetcode niet bepaald is in het bestek wordt de standaardmeetmethode toegepast. De hoeveelheden zijn netto zonder toeslag. Deze worden overgelaten aan de kostprijsberekening van de aannemer. De afrondingen zijn, tenzij indien anders vermeld, als volgt: - voor strekkende meters tot op de meter, - voor m² tot op de dm², - voor m³ tot op de dm³. Maatregelen, die te treffen zijn ten behoeve van de veiligheid, tijdens het bouwproces, worden niet afzonderlijk gemeten. De aannemer moet het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming evenwel toepassen. Toleranties. Indien het bestek geen toleranties vermeldt, zijn de aanbevolen waarden gepubliceerd in de "prestatiegids voor gebouwen" van toepassing. Op verzoek van een der betrokken partijen moet de aannemer deze prestatiegids op het werk kunnen voorleggen De aannemer is verantwoordelijk voor alle mogelijke directe of indirecte gevolgen van het niet naleven van de toegelaten toleranties en dus ook voor de kosten, die voortvloeien uit het hermaken of aanpassen van werken of bouwelementen. De architect zal in overleg met de bouwheer beslissen welk element hermaakt of aangepast moet worden. Materialen. Levering van materialen. De materialen zijn nieuw en beantwoorden aan de technische voorschriften van onderhavig bestek. De aannemer staat in voor het leveren, het lossen en opslaan van de bouwmaterialen op de bouwplaats. Keuring der materialen. In principe worden de materialen gekeurd op de bouwplaats. Materialen kunnen eveneens gekeurd worden op de plaats waar ze geproduceerd worden. Indien er proeven dienen uitgevoerd te worden op reeds klaar gekomen delen van het bouwwerk, vallen ze ten laste van de opdrachtgever, indien de resultaten overeenkomen met de voorschriften van het bestek. In het tegenovergestelde geval vallen ze ten laste van de aannemer. Indien de proeven bewijzen dat de onderzochte materialen niet voldoen, heeft de architect het recht de vervanging van de gebrekkige materialen te eisen. De aannemer verschaft op verzoek van de architect, de bewijzen van herkomst en kwaliteit van de geleverde materialen. Gebruiksbelastingen. De gebruiksbelastingen worden bepaald overeenkomstig de NBN B Voor gebouwen van klasse 1: 2 kn/m². (Vloeren privé woningen). - Klasse 2 (3 kn/m²) voor gangen en trappen in woonhuizen Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 6

7 - Leuningen trappen/balkons. - Daken Niet toegankelijk 1kN/m² Toegankelijk 2kN/m² Sneeuwbelasting 0,5kN/m² Windbelasting volgens norm NBN Toevallige belastingen veroorzaakt door wateroverlast, worden bepaald door het overlooppeil /02. WERFINRICHTING / OPRUIMEN EN STORT. F.S. forfaitaire som, (Som over het Geheel) Een bedrag dat 50% van de totale kostprijs van de werfinrichting vertegenwoordigt, mag gefactureerd worden wanneer de bouwplaatsinrichtingswerken volledig uitgevoerd zijn, 30% mag opgebracht worden in de loop van de uitvoering der werken en het saldo, 20%, bij de voorlopige oplevering der werken. Omschrijving De voorbereidende werkzaamheden, inzake de inrichting van de bouwplaats, omvatten alle administratieve, organisatorische maatregelen en technische middelen, om de werken volgens de bepalingen van het aanbestedingsdossier mogelijk te maken, dit overeenkomstig de omvang van de opdracht, de moeilijkheidsgraad en de eisen van veiligheid en hygiëne. Alle bedrijfsmiddelen, zoals materieel, energie, water, communicatiemiddelen, transport e.a., alsook de (voorlopige) aansluiting aan de installaties van algemeen nut, de nodige vergunningen, vergoedingen of borgstellingen nodig voor de verwezenlijking van de aanneming, zijn inbegrepen. Dit geldt tevens voor alle deelaspecten van de inrichting van de werf, tenzij de aanbestedingsdocumenten voor sommige van deze artikelen uitdrukkelijk een afzonderlijke post zouden voorzien. De aannemer zorgt voor de gemeenschappelijke voorzieningen op de bouwplaats. De verplichtingen van de aannemer worden bepaald in STS 11-uitgave 1990 en de in het bijzonder bestek opgenomen specificaties. De eigenlijke inrichting van de bouwplaats dient in overeenstemming te zijn met de bepalingen van STS 11, De aannemer dient zich daarbij voorafgaandelijk ter plaatse van de toestand te vergewissen, teneinde de bestaande toestand van het bouwterrein en alle elementen die een goede uitvoering van de aanneming zouden bemoeilijken correct in te schatten. De inrichting en organisatie van de bouwplaats geschiedt voor de aanvang van de werken en volledig op kosten van de aannemer. Indien geen specifieke voorschriften inzake de inrichting van de bouwplaats zouden zijn opgelegd in het bijzonder bestek, wordt de concrete planning hiervan volledig overgelaten aan het initiatief en de verantwoordelijkheid van de aannemer. Inzake de modaliteiten betreffende de situering van toegangen, begrenzingen en werflokalen wordt hierbij ook verwezen naar STS 11, artikels 11.17, en De aannemer is gehouden het Bestuur, minstens 24 uur op voorhand, te verwittigen van de aanvang der werken. Alle bouwplaatsinrichtingen en materieel van aannemers moeten voldoen aan de eisen en richtlijnen van de veiligheidscoördinator, de vergunninghoudende instanties en Overheden, de betrokken gas- en elektriciteitsmaatschappijen, telefoonmaatschappijen en andere regies, de Gemeente Zaventem en het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming. De aannemer respecteert de voorschriften van het ARAB welke van toepassing zijn op de uitvoering van zijn deelaanneming en dient de werken uit te voeren volgens de richtlijnen van het veiligheids- en gezondheidsplan. Kortom, de aannemer neemt alle voorzorgen verbonden aan zijn uitvoering te dekken, dit tot de voorlopige oplevering der werken. Toegangswegen. Een toegangsweg is in principe niet noodzakelijk. Indien de bereikbaarheid van de bouwplaats van op de openbare weg echter niet mogelijk blijkt zonder de aanleg van een toegangsweg zal de aannemer van de ruwbouwwerken deze aanleggen na hiervoor voorafgaandelijk een offerte te hebben gemaakt. De toegangswegen staan ter beschikking van alle werken op de bouwplaats. Indien ze beschadigd worden tijdens de duur van de werken herstelt de aannemer ze op zijn kosten. Alle andere aannemers die werken uitvoeren kunnen ook gebruik maken van toegangsweg. Het onderhoud en het opkuisen van de openbare wegen rondom de bouwplaats gebeurt dagelijks door de aannemer. De schade aan het openbare domein is te herstellen voor de voorlopige oplevering der werken. De kosten vallen volledig ten laste van de aannemer. Bescherming / openbare weg De bestaande openbare wegen en voetpaden dienen op doelmatige wijze beschermd te worden tegen iedere gebeurlijke beschadiging. Er mogen geen materialen of afval op de openbare weg worden gehoopt en het verkeer mag nooit worden belemmerd. De aannemer moet zich dienaangaande en wat de uitvoering van het werk zelf betreft, gedragen naar de geldende politieverordeningen. Bij eventuele schade zal de aannemer op zijn kosten de bestaande uitvoering volledig herstellen, voor de voorlopige oplevering. Mogelijke herstellingen die na de oplevering zouden nodig zijn, zullen door de opdrachtgever op de aannemer worden verhaald. Kantoorlokaal. Een kantoorlokaal wordt door de aannemer op- en ingericht op een plaats welke door de bouwheer bepaald wordt, voor zover hij dit noodzakelijk acht. In dat geval zal dit lokaal door de aannemer op zijn kosten onderhouden, verlicht en verwarmd worden. De aannemer draagt er zorg voor dat alle aanbestedingsdocumenten, referentie bestekken en normen, die betrekking hebben op het verloop van de bouwwerken, steeds aanwezig zijn en kunnen geraadpleegd worden tot aan de voorlopige oplevering. Een niveaumeter is steeds aanwezig. Transport. De aannemer verzorgt het horizontaal en verticaal transport dat nodig is voor de uitvoering van de aanneming. De plaats van de ophaaltoestellen wordt in gemeen overleg met de architect en de bouwheer bepaald. De aannemer is vrij in zijn keuze van transportwijze. Voorzieningen: water en elektriciteitsvoorziening. De onder- en bovengrondse leidingen, die zich binnen het werkentracé bevinden, worden tijdelijk of definitief weggenomen of verplaatst. De aannemer waarschuwt de bevoegde diensten als het nodig is hun installaties weg te nemen of te verplaatsen, zulks overeenkomstig de ter zake geldende reglementen. Hij treft ook de nodige maatregelen om de bestaande leidingen tegen alle mogelijke schade te beschermen en alle ongevallen te vermijden. Hij verzamelt alle inlichtingen over de ligging en plaats van ondergrondse leidingen en kabels bij de bevoegde diensten. De aannemer staat zelf in voor zij eigen gebruik van water en elektriciteit voor de realisatie van de werken. De aannemer zal wel nagaan of het leverbaar elektrisch vermogen voldoet voor zijn gebruik. Indien onmogelijk zal toch worden overgegaan tot de installatie van een tijdelijke werfaansluiting voor water en elektriciteit of zal hij gebruik maken van de nodige generatorgroep. De opdrachtgever betaalt definitieve aansluitingskosten voor de watervoorziening, elektriciteitsvoorziening, gasvoorziening, telefoon, T.V.-distributie, openbare riolering. De aannemer voorziet de uitsparingen in de muren voor alle nutsleidingen en dit volgens de richtlijnen van de bouwheer. Na plaatsing van de verschillende nutsleidingen dicht de aannemer met zorg deze openingen zodat elke vochtindringing in muren en lokalen verhinderd wordt. Veiligheid. Bewaking. De aannemer voorziet de nodige inrichtingen om de toegang tot de bouwplaats aan derden onmogelijk te maken en alle ongevallen te voorkomen. Tewerkgestelden door de aannemer moeten betrouwbaar zijn en de nodige bekwaamheid bezitten. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 7

8 De bewaking van de bouwplaats en de uitgevoerde werken, valt ten laste van de aannemer. De aannemer blijft volledig verantwoordelijk voor de bewaking van de door hem uitgevoerde werken en geleverde goederen tot op het ogenblik van de voorlopige oplevering. De aannemer controleert de toegang tot de bouwplaats. De plaatsing van de nodige waarschuwingsborden zowel op de bouwplaats als op de openbare weg, zijn ten laste van de aannemer. Orde & netheid De (hoofd)aannemer richt een nette en ordentelijke werf in en is gedurende de ganse uitvoering der werken verantwoordelijk voor het onderhoud en regelmatig reinigen ervan. Netheid op de werf vormt een eerste preventieve maatregel, m.b.t. de veiligheid van personen en het voorkomen van arbeidsongevallen. Dit artikel is van toepassing op de globaliteit van alle in deze beschrijving opgenomen werken. Tussentijds opruimen en reinigen van de bouwplaats Tot aan de voorlopige oplevering staat de aannemer in voor het wekelijks reinigen van de bouwplaats en werflokalen, of telkens de bouwheer, architect of veiligheidscoördinator hierom vragen, het regelmatig opruimen en verwijderen van de werf van alle overschotten van gebruikte materialen of afval van de door hem en/of zijn onderaannemers gedane werken; het treffen van alle maatregelen om de toegangswegen tot de werf (wegenis, riolen) proper te houden; alle door het gemeentebestuur opgelegde waarborgen betreffende het openbare domein zijn daarbij ten laste van de aannemer. Algemene schoonmaak voor de voorlopige oplevering Bij het beëindigen van de werken en vooraleer er tot de voorlopige oplevering kan worden overgegaan, is de aannemer gehouden tot een grondige opkuis van de volledige werf, zowel buiten als binnen de gebouwen, door hem gebouwd, uitgerust of gebruikt tijdens de werken, ongeacht of de vervuiling door zichzelf of zijn onderaannemer(-s) werd veroorzaakt. Deze generale opkuis omvat o.a. het zuiver wassen van alle ramen en glas, deuren, bevloeringen, vensterbanken, sanitaire toestellen, enz.,... De reinigingswerken dienen te gebeuren met aangepaste kuisproducten en indien vereist door gespecialiseerd poetspersoneel. De architect en de bouwheer behouden zich het recht voor om na schriftelijke aanmaning, en indien de aannemer hieraan geen gevolg heeft gegeven binnen de 8 dagen na ontvangst, de werf te laten opruimen door derden en de achtergelaten materialen te laten afvoeren. De kosten hiervoor zullen onverminderd van de maandelijkse vorderingsstaat of eindafrekening van de aannemer worden afgehouden. Geluidshinder De aannemer is er toe gehouden de aan te wenden apparatuur te voorzien van alle geluiddempende middelen die de techniek hem ter beschikking kan stellen. Inzonderheid bij werkzaamheden in stedelijke omgevingen moet de geluidshinder tot een minimum worden beperkt, alle gebeurlijke klachten en eventuele boetes zijn te zijner laste. Voor meer informatie raadpleegt ook "Lawaai rond bouwplaatsen" (WTCB, nr.1984/2) en NBN ISO Geluidsleer - Meting van luchtgeluid afgestraald door bouwwerktuigen bedoeld voor buitengebruik - Werkwijze voor toetsing van overeenkomstigheid der geluidsgrenzen (ISO 4872) (laatste versie). Stofhinder Bij werken gepaard gaande met opwaaiend stof, zal de aannemer de nodige maatregelen treffen om de hiermee gepaard gaande hinder voor de omgeving te beperken. Deze maatregelen kunnen bestaan uit het besproeien met water en/of het spannen van afschermende zeilen. Milieuvoorzorgmaatregelen. Gedurende de werken houdt de aannemer zich aan de voorschriften zoals deze bepaald zijn in VLAREM I en II. Het is de aannemer ten strengste verboden afvalstoffen te laten rondslingeren, te sluikstorten, te verbranden, te begraven e.d. op de werf en in de nabijheid van de werf zelfs wanneer de eigenaar van het perceel hiervoor gebeurlijk de goedkeuring zou geven. Het is de aannemer gedurende de werken ten strengste verboden om nieuwe lozingputten te creëren (ook niet kortstondig!) van DWA- afvoer naar grachten, beken en/of rivieren De aannemer zal op de werf alle voorzorgsmaatregelen nemen ter voorkoming van grondverontreiniging door oliën of brandstoffen. In het veld opgestelde machines (o.a. bemalingpompen, groepen e.d.) en voorraadtanks zijn met passende lekbeveilingingsconstructies uit te rusten (conform de VLAREM voorschriften) Geluid- en trillingshinder moeten op de werf worden beperkt. Hiervoor wordt verwezen naar de richtlijnen "Bouwmateriaal en Bouwmachines" van de Europese Gemeenschap en overgenomen door het Besluit Vlaamse Executieven van 30/07/92. Inbreuken hierop kunnen aanleiding geven tot het onmiddellijk stilleggen van de werf en onmiddellijke verwijdering van de werf van de verontreinigende toestellen en machines. Verwijderen van afval De aannemer verwijdert alle bouwafval en puin van de bouwplaats en draagt de kosten ervan. De aannemer zorgt voor de afvoer van alle bouwafval naar officieel erkende stortplaatsen of verwerkingscentra, hij dient hiervoor de nodige bewijzen te kunnen af te leveren. Onder geen beding zullen afbraakmaterialen, puin, vuilnis of afval op de werf achtergelaten, ingegraven of verbrand worden. Indien mogelijk moeten de verschillende afvalstoffen gesorteerd en gescheiden gestort worden. Gevaarlijk afval moet afzonderlijk gestockeerd en gestort worden, in samenspraak met de veiligheidscoördinator-verwezenlijking en de afvalverwerkende firma. De aandacht van de inschrijver wordt gevestigd op de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 1/6/1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II - BS 31/7/1995). Inplanting van bouwwerken. De aannemer respecteert strikt de verplichte bouwvrije strook en overige bouwlijnen aangegeven op de bouwplannen en aldus goedgekeurd door de bevoegde overheden. Het werkentracé wordt afgebakend door de aannemer volgens de aanwijzingen en in het bijzijn van de bouwheer en de architect. Alvorens om het even welk werk aan te vatten, duidt de aannemer de hoogtepeilen op het bouwterrein aan. De aannemer vergewist er zich van of het uitvoeren van de werken het verdwijnen of wijzigen tot gevolg kan hebben van niveau- en oriëntatiepunten van het Nationaal Geografisch Instituut of van topografische oriëntatiepunten van de dienst voor topografie en fotogrammetrie. Desgevallend moet hij de bevoegde overheid verwittigen. Hij treft de vereiste voorzorgen om de stabiliteit van deze niveau- of oriëntatiepunten niet in het gedrang te brengen. Stabiliteitsstudie. De aannemer stelt een ingenieur aan die belast wordt met de stabiliteitsstudie van het gebouw. Hij stelt de nodige plannen op alsook de ijzerlijsten, en de samenvattende meetstaat van de te gebruiken materialen. De aannemer meldt alle fouten of leemten die hij in de opgelegde uitvoeringswijze mocht ontdekken. Plaatsbeschrijving. De aannemer is er toe gehouden uiterlijk 10 dagen voor de aanvangsdatum der werken een tegensprekelijke plaatsbeschrijving op te stellen. Indien de aannemer nalaat een plaatsbeschrijving te laten opstellen en/of door de tegenpartij voor akkoord te laten ondertekenen draagt hij hiervoor alle verantwoordelijkheid. Deze plaatsbeschrijving zal o.a. dienen als basis voor een gebeurlijke ABRpolis of bij discussies omtrent aangerichte schade. De plaatsbeschrijvingen omvatten een volledige en nauwkeurige weergave van de toestand waarin eigendommen, zowel roerend als onroerend, zich bevinden op het ogenblik van het onderzoek. De betrokken eigendommen betreffen alle, zelfs niet aanpalende, eigendommen en openbaar domeinen (toegangszone tot de werf, bestaande infrastructuur, wegenis, voetpaden, ), die op een of Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 8

9 andere wijze nadelige invloeden zouden kunnen ondergaan door de uitvoering der werken, de toepassing van bepaalde technieken en/of alle daarmee verband houdende activiteiten (trillingen bij paalfunderingen, verlaging grondwaterstand, ). Meting: Inbegrepen in het geheel der aanneming De tegensprekelijke plaatsbeschrijvingen en de vergelijkende beschrijvingen worden opgemaakt door een beëdigd onafhankelijk expert, aangesteld door de aannemer. Hij zal minstens veertien dagen op voorhand, bij middel van een aangetekend schrijven, de eigenaar(s) van de te bezoeken panden de dag en het uur mededelen, bepaald voor bedoelde formaliteiten, hierbij zal hij hen tevens verzoeken zich eventueel te laten bijstaan door een raadsman of deskundige teneinde het tegensprekelijk karakter van de vaststellingen te verzekeren; tegelijkertijd wordt hiervan een kopie gestuurd naar de bouwheer (of zijn afgevaardigde) en de architect. Voor de aanvang der werken wordt een kopie van de door alle betrokken partijen ondertekende plaatsbeschrijving(-en), aan alle betrokken partijen en de bouwheer overhandigd. Bij het einde van de werken wordt een tegensprekelijke staat van vergelijking opgemaakt met de vaststelling van de mogelijke schade ten opzichte van de toestand vermeld in de plaatsbeschrijvingen bij de aanvang van de werken. De aannemer dient de vastgestelde beschadigingen te herstellen of de schade te vergoeden. Voor de voorlopige oplevering overhandigt hij de opdrachtgever de schriftelijke verklaringen van de betrokken eigenaars dat ze ofwel geen schade hebben geleden ofwel dat de schade werd hersteld en/of vergoed. De plaatsbeschrijving zal bestaan uit: - Een nauwkeurige tekstuele beschrijving; - Een visualisering van de bestaande situatie d.m.v. (digitale) foto s of video; - Het eindrapport beslaat een geschreven tekst met vermelding van de wijzigingen t.o.v. de originele plaatsbeschrijving, aangevuld met foto s van de gebeurlijke schadegevallen AFBRAAKWERKEN LOSSE AFBRAAK ELEMENTEN. Meetcode. F.S. forfaitaire som, (Som over het Geheel) of volgens uitgevoerde hoeveelheden Deze werken worden in principe door de bowheer uitgevoerd. Omschrijving De post omvat de integrale afbraak, alsook de opruiming van alle materialen en puin, van de in het bijzonder bestek vermelde of de op plan aangeduide bovengrondse en ondergrondse constructies, met inbegrip van de niet wedergebruikte funderingen en met uitsluiting van die welke krachtens uitdrukkelijke voorschriften in de grond mogen gelaten worden. In overeenstemming met de algemene en/of specifieke bepalingen van het bijzonder bestek, dienen de onder deze post begrepen eenheidsprijzen, hetzij volgens uitsplitsing in de samenvattende opmeting, hetzij in hun globaliteit, steeds te omvatten: - het treffen van de nodige beschermingsmaatregelen, bij de werkzaamheden waarbij asbestvezels kunnen vrijkomen (ARAB decis en ); - het treffen van de nodige veiligheidsmaatregelen aan de straatzijde volgens de geldende reglementeringen van de gemeente. Alle bijhorende kosten dienaangaande zijn ten laste van de aannemer; - het treffen van de nodige maatregelen tegen stofhinder, zoals het regelmatig besproeien van de werf met water om opwaaiend puinstof te vermijden; - het treffen van de nodige voorzorgsmaatregelen ter bescherming van boven- en ondergrondse nutsleidingen; het desgevallend afkoppelen, omleiden en/of verwijderen van bestaande leidingen; alle kosten voor werken, leveringen, administratieve belopingen, alsook eventuele testmetingen dienaangaande uit te voeren door de betrokken gas- en elektriciteit- en/of waterleverende maatschappijen, zijn ten laste van de aannemer; - de uitvoering van de eigenlijke slopingswerken, d.w.z. de volledige bouwvolumes, met inbegrip van dakconstructies, muur- en vloerdelen, timmerwerken, schrijnwerken en glas, rioleringen, technische installaties,... het afvoeren van alle materialen en puin naar officieel erkende stortplaatsen; - de huur van eventueel speciaal materieel, vrachtwagens en/of containers, alsook alle bijhorende taksen; - het degelijk schoren met alle aangepaste middelen (buizenstellingen, gelaste zware I-profielen verankerd aan in de grond te betonneren steunblokken, enz...) welke noodzakelijk worden geacht om aldus scheuren, wegzakkingen en/of afbrokkeling van de te behouden gevels te verhinderen. - het aanbrengen van de nodige versterkingen en waterdichtingen aan de bestaande en resterende aanpalende gebouwen. Indien nodig zal de aannemer ook blijvende versterkingen aanbrengen. - de gebeurlijke herstellingen aan aanpalende of te behouden constructies; d.w.z. het leveren en plaatsen van gelijkaardige materialen voor het wegwerken van alle littekens die door de afbraak zijn ontstaan. - de vereiste aanpassings- en dichtingswerken aan de afvoerleidingen ter hoogte van de rioleringsaansluitingen; - het desgevallend volstorten en aandammen van de putten en uitgravingen overeenkomstig het bijzonder bestek. Technische specificaties De installaties zullen verwezenlijkt worden met materialen van allereerste kwaliteit en volgens de regels van kunst. De materialen zullen nieuw, stevig en modern van opvatting zijn. Zij mogen geen enkele constructie- of montagefout vertonen die aan hun uitzicht, aan hun gebruik of hun levensduur zou kunnen schaden. De gebruikte materialen en toebehoren zullen uitgebreid in de technische inschrijving beschreven worden. De installaties zullen conform zijn met de ter zake van kracht zijnde veiligheidsnormen en zullen in het bijzonder aan de voorschriften van het Algemeen Reglement voor Arbeidsbescherming (ARAB) beantwoorden. Alle materialen die de installaties samenstellen, zullen dezelfde karakteristieken hebben als deze die hierna vermeld zijn. De karakteristieken die niet nauwkeurig bepaald worden, of voor die de inschrijver slechts naar een algemene commerciële documentatie of naar een prospectus verwijst, zullen als niet conform beschouwd worden. Plaatsbezoek. De aannemer geeft zich voor het indienen van zijn inschrijving rekenschap van de staat en omvang van de in het bijzonder bestek omschreven afbraak- en beschermingswerken. De aannemer zal zich daartoe voorafgaandelijk (bij de opmaak van zijn prijsofferte) van de plaatselijke omstandigheden vergewissen. De opdrachtgever zal na afspraak in de toegankelijkheid van de af te breken constructies voorzien. Voorzorgen-veiligheidsvoorschriften. Het uitvoeren van alle afbraak en stutwerken geschiedt onder volledige verantwoordelijkheid van de aannemer en voldoet aan de geldende reglementeringen van het ARAB. De aannemer zal de afbraakwerken met de grootste voorzichtigheid uitvoeren, op zijn kosten, risico en gevaar. Alle schade door de afbraakwerken veroorzaakt aan omliggende gebouwen of de openbare weg, moet door zijn toedoen hersteld of vergoed zijn vooraleer tot de voorlopige oplevering wordt overgegaan. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 9

10 Gedurende de uitvoering zal hij alle voorzorgsmaatregelen treffen teneinde geen enkele boven- en ondergrondse nutsleiding (elektriciteit, gas, water, telefoon, TV-distributie, e.a.) te beschadigen door neervallende brokstukken, het opstellen van werktuigen, stellingen of welke handeling ook. De aannemer draagt de kosten voor werken, leveringen, testmetingen, uitgevoerd door de betrokken distributiemaatschappijen, indien deze nodig worden bevonden. Er wordt rekening gehouden met de eventueel noodzakelijke opvang en afvoer van overtollig oppervlaktewater. De aannemer kan onder geen beding overmacht inroepen tengevolge van eigen nalatigheden dienaangaande. Bij de afbraakwerken dient de aannemer alle nodige stut- en schoringwerken uit te voeren om de integriteit van de aanpalende constructies en zijn eigen werken te verzekeren. De aannemer zal zonder meerprijs alle tijdelijke versterkingen en/of verbeteringen aanbrengen die hem door de architect of de controleorganen zouden opgelegd worden. De wijze van stut- & schoringwerken zal op technisch verantwoorde wijze geconcipieerd worden en zal ter goedkeuring worden voorgelegd aan het Bestuur, alvorens tot de afbraakwerken over te gaan. - zie STS bovengronds - zie STS ondergronds Inzake desgevallend te nemen voorzorgen waarvan onderhavig bestek of de bijzondere beschrijving geen melding zou maken, gedraagt de aannemer zich naar de instructies, die het Bestuur en/of de coördinator-verwezenlijking hem zal geven. Afbraakmaterialen afvoer puin. Alle afbraakmaterialen, behoudens uitdrukkelijke andersluidende vermelding in het bijzonder bestek, blijven na afbraak eigendom van de aannemer. Het is verboden de openbare weg te belemmeren met de van de afbraak voortkomende materialen. Deze moeten naargelang van de vordering van de werken worden weggevoerd. De aannemer zorgt voor de afvoer van alle puin en afbraakmaterialen naar officieel erkende stortplaatsen of verwerkingscentra, hij dient hiervoor de nodige bewijzen af te leveren aan het Bestuur. Onder geen beding zullen afbraakmaterialen, puin, vuilnis of afval op de werf achtergelaten, ingegraven of verbrand worden. Algemene voorwaarden en uitvoeringsprincipes: De aannemer is verantwoordelijk voor alle schade door de afbraakwerken veroorzaakt aan de gebouwen, nutsleidingen of omgevingselementen. Beschadigingen door de aannemer veroorzaakt zullen in de oorspronkelijke toestand en op zijn kosten worden hersteld. Gedurende de ganse uitvoering van de werken zal hij alle voorzorgsmaatregelen treffen teneinde geen enkele boven- en ondergrondse nutsleiding (elektriciteit, gas, water, telefoon, T.V.-distributie, e.a.) te beschadigen door neervallende brokstukken of door het opstellen van tuigen of welk handeling ook. Massieven worden met geschikte middelen gesloopt. Voor het gebruik van explosieven moeten de nodige toelatingen bekomen worden en moet de bestaande reglementering nageleefd worden. De afbraakwerken worden doorgevoerd voor zover als nodig is om de nieuwe werken te kunnen uitvoeren. Behoudens concrete bepalingen op de plannen en/of in het bijzonder bestek, gebeurt dit steeds met inbegrip van de constructies ter plaatse van de uit te voeren funderingsmassieven, putkuilen of palen (met uitzondering voor de te behouden funderingsconstructies). Bij het uitbreken van funderingen, kelders, putten en dergelijke, dienen deze voldoende te worden vrijgemaakt om het bestuur toe te laten de nodige controle uit te voeren. Waterputten en beerputten worden altijd volledig geruimd alvorens met de uitbraak of opvulling te beginnen. De desgevallende opvulling van putten mag enkel gebeuren met stabiel aangedamde aarde of verbrijzeld baksteen- en/of betonpuin. Mazouttanks dienen te worden verwijderd en gereinigd overeenkomstig de voorschriften van Vlarem II. De aannemer zorgt voor de afvoer van alle puin en afbraakmaterialen naar een officieel erkende stortplaats, hij dient hiervoor de bewijzen af te leveren aan het Bestuur. Geen puin, vuilnis of afval mag op de werf gelaten worden of worden ingegraven. Al de afbraakmaterialen, zonder uitdrukkelijke andere vermelding in het bestek, blijven na afbraak eigendom van de aannemer. De bouwheer behoudt zich evenwel het recht voor om delen van de afbraak in eigendom te nemen. Deze materialen worden door de aannemer vervoerd en afgeladen in de magazijnen van de bouwheer en op de door hem aangeduide plaats. Ieder voorwerp met een wetenschappelijke of een kunsthistorische waarde, ontdekt tijdens de sloopwerken, het graafwerk of de verdere uitvoering van de werken, is eigendom van de bouwheer, die zich het recht voorbehoudt de aannemer bijzondere voorschriften op te leggen tot vrijwaring en opruiming ervan. Waardevolle vondsten, d.w.z. alle vaste of losse elementen die te voorschijn komen bij de bouw of afbraakwerken worden onherroepelijk aan de opdrachtgever gemeld; zij worden automatisch eigendom van de bouwheer. De aannemer zal de vondsten onbeschadigd afleveren aan de bouwheer. De littekens die door de afbraakwerken ontstaan moeten hersteld worden. De herstellingen zullen zo uitgevoerd worden dat ze naderhand niet meer te zien zijn en met identieke oude (gerecupereerde) materialen. Alle gaten en openingen, al dan niet ontstaan door de beschreven afbraakwerken, in de te behouden gemene muur (o.a. ontstaan door het verwijderen van balklagen, T-ijzers, enz...), dienen zorgvuldig dichtgemetseld te worden met machinale volle nieuwe bakstenen. Losse stenen worden uitgenomen en vervangen door nieuw metselwerk. Uitkrabben van niet hechtende mortel ter plaatse van de opmetselingen. De delen van aanpalende constructies die, wegens het slopen, aan weersinvloeden zijn blootgesteld, moeten afdoende beschermd worden. De aannemer zal waar het nodig blijkt en tot op voldoende hoogte, vrijkomende scheidingsmuren schoren en deze schoringen behouden tot zij door nieuwe constructies ondersteund zijn. De aannemer legt de wijze van uitvoering en ondersteuning ter goedkeuring voor. In voorkomend geval zal de aannemer de bestaande scheidingsmuur ongeschonden moeten behouden en desgevallend met dekstenen afdekken. Indien vroeger schouwen gedeeltelijk in deze muren werden ingewerkt, worden deze terug dichtgemetst met volle steen. Roetstenen worden uitgekapt en vervangen door volle steen. Het uitkappen dient met zorg te gebeuren en mag de stabiliteit van de te behouden muren niet in gevaar brengen. Gevelschoring Om scheuren, wegzakkingen en/of afbrokkeling van de te behouden gevels te verhinderen, worden, waar noodzakelijk geacht, met aangepaste middelen en tot op voldoende hoogte, schoringconstructies aangebracht (buizenstellingen, gelaste zware I-profielen verankerd aan in de grond te betonneren steunblokken, enz.,...). Waar nodig zal de aannemer ook waterdichtingen en blijvende versterkingen aanbrengen. De tijdelijke schoren mogen pas worden weggenomen tot de scheidingsmuren door nieuwe constructies ondersteund zijn. De aannemer bepaalt de wijze van uitvoering en ondersteuning op eigen gezag en verantwoordelijkheid. Evenwel dienen alle bijkomende richtlijnen opgelegd door de architect, ingenieur en/of veiligheidscoördinator-verwezenlijking, te worden opgevolgd indien zij van oordeel zijn dat het gebruikte systeem te wensen overlaat. Hieromtrent zullen geen verrekeningen worden aanvaard. Afbraakwerken Tijdens de afbraakwerken moeten alle nodige voorzorgen getroffen worden om schade aan goederen en personen te voorkomen. De stabiliteit en stevigheid van de belendende lokalen moet gewaarborgd blijven. Vloeren, venster- en deuropeningen, waarvan de stevigheid zou kunnen in het gedrang worden gebracht door het uitvoeren van de werken moeten worden gestut. De schoren en stutten worden pas na het beëindigen van de werken of naarmate het optrekken van het Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 10

11 gebouw vordert, wanneer alle gevaar voor zettingen verdwenen is, door de aannemer verwijderd. De veiligheid van het geheel moet gewaarborgd blijven. Het stutwerk wordt zo uitgevoerd dat zettingen en andere bewegingen van grond en gebouwen voorkomen wordt. Vrijgekomen muren worden tegen alle indringen van regen beschermd. De aannemer treft alle nodige maatregelen om waterschade in de bestaande lokalen te voorkomen. Er mag nooit gekapt worden in de betonnen elementen. Alle gaten dienen geboord te worden en alle sleuven zijn met aangepaste mechanische hulpmiddelen aan te brengen. Tijdens de uitvoering van deze werken mag geen stof geproduceerd worden dat hinderlijk is voor de omgeving. Gruis en afval worden daarom voor hun opruiming bevochtigd. Het herstellen van de daken of wanden, beschadigd of bevuild door het sloopwerk, maakt deel uit van het sloopwerk. Kabels en leidingen. Alvorens de werken aan te vatten controleert de aannemer in hoeverre er zich leidingen in de muur zouden bevinden die hinderend zijn AFBRAAK DRAGEND METSELWERK. Meetcode. volgens opgave in de meetstaat van de ontwerper, blind gemeten Afbraak elementen. De sloopmaterialen en/of inboedel worden eigendom van de aannemer; hij voert ze degelijk af. Er wordt in de meetstaat onderscheid gemaakt naar de aard van het materiaal. Aanpassing van gevelopeningen. Het metselwerk wordt met grootste zorg afgebroken, de randen worden vlak afgewerkt, zo nodig hersteld. De aannemer treft alle mogelijke voorzorgen om schade veroorzaakt door stof, water of lawaai te voorkomen. Kabels en leidingen. Alvorens het slopen van de muren aan te vatten controleert de aannemer in hoeverre er zich leidingen zouden bevinden die hinderend zijn of beschadigd kunnen worden. Bijwerken. Geen enkel bijwerk zal worden toegelaten tenzij dit uitdrukkelijk wordt vermeld in de werfverslagen AFGRAVEN BESTAANDE VLOER. per m³ - met vermelding van de dikte van de uitgraving. MET TRANSPORT!!! Algemene bepalingen: De voorafgaande afgravingen van het terrein (afgravingen en/of de ophogingen) hebben betrekking op het verwezenlijken van nieuwe profielen van het grondoppervlak onder de bestaande hoogtepeilen. Afhankelijk van de gestelde eisen, o.a. inzake recuperatie van graszoden, teelaarde, worden deze werken in één keer of in afzonderlijke fasen per laag uitgevoerd. De respectievelijke uitsplitsing en bijkomende bepalingen in het bestek zullen hieromtrent uitsluitsel geven. Bestemming van de teelaarde: Het afgraven van de teelaarde gebeurt afzonderlijk van het andere graafwerk. De aannemer zorgt ervoor dat er geen afval met de teelaarde wordt vermengd. De afgraving van de teelaarde gebeurt over een dikte van minstens 30 cm. De teelaarde wordt opgeslagen op het bouwterrein en blijft eigendom van de opdrachtgever. De plaats van opslag wordt bepaald door de ontwerper in overleg met de bouwheer en aannemer. Uitbreken van de bestaande verharding. Een deel van de vloerplaat ( afwerking + zandbed + ondergrond) van de bestaande buitenaanleg dient mee te worden uitgebroken. De aannemer staat in voor de verwijdering van het loszittend materiaal,, kortom alle voorbereidende werken noodzakelijk om de nieuwe fundering te aan te vatten. De afgraving gebeurt tevens over een dikte van minstens 30 cm. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 11

12 2. RUWBOUWWERKEN GRONDWERKEN OMSCHRIJVING. Omschrijving De post grondwerken heeft betrekking op alle graafwerken, noodzakelijk voor het verwezenlijken van de bouwputten en sleuven, tot op de vereiste diepte, alsook op alle wederaanvullingen rondom de gerealiseerde funderingen en/of de kelders van de op te richten gebouwen. In overeenstemming met de algemene en/of specifieke bepalingen van het bijzonder bestek, dienen de onder deze post begrepen eenheidsprijzen, hetzij volgens uitsplitsing in de samenvattende opmeting, hetzij in hun globaliteit te omvatten: - alle voorafgaande afgravingen, het ontzoden, het verwijderen van de teelaarde, de machinale nivelleringen; - het nauwkeurig uitzetten en controleren van de uit te graven zones en peilen der bouwputten en/of sleuven; - het ter plaatse brengen en de installatie van het benodigde materieel, graafmachines, pompinstallaties, e.a.; - de uitgravingen, volgens de door de aannemer gekozen wijze van uitvoering, zowel machinaal als handmatig; - de omgang met uitgegraven bodem, volgens kwaliteit en bestemming, conform het bodemsaneringsdecreet en het desgevallende grondverzetsplan; - het uitbreken en wegruimen van hindernissen of massieven met een volume kleiner dan 0,5 m³; - de ongeschonden vrijwaring, de eventuele verlegging of terugplaatsing van aangetroffen kabels en leidingen; - de instandhouding van bouwputten en sleuven om grondafkalving te voorkomen, d.m.v. stutten en schoren; - het droog houden van de bouwputten en sleuven, zowel ten gevolge van grondwater, als van neerslag; - het voorlopig opslaan op het bouwterrein van te recupereren grond en het afvoeren van alle overtollige grond; - de levering, de uitspreiding in lagen en de verdichting van alle voorziene wederaanvullingen of ophogingen. Referentienormen. SB Index III,5 - Ophogings- en aanvullingsmaterialen (2000) SB Index IV - Voorbereidende werken en grondwerken (2000) Omzendbrief Opstellen van bijzondere bestekken. In toepassing brengen van de praktische leidraad ter voorkoming van schade aan ondergrondse installaties tijdens in hun nabijheid uitgevoerde werken (1985). Algemene gegevens. De veiligheidsvoorschriften van het ARAB (Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming) zijn stipt te volgen. Eventueel stutten en beschoeien van bouwputten en sleuven en, desgevallend, bestaande bouwwerken wordt zo uitgevoerd dat al het mogelijke wordt gedaan om iedere beweging van de grond en iedere beschadiging van genoemde bouwwerken te voorkomen en te zorgen voor de veiligheid van de personen die zich in of nabij de bouwputten bevinden. Voor het graven van bouwputten en sleuven, die gestut en beschoeid moeten worden, moet de aannemer de ontwerper en zijn raadgevende ingenieur in kennis stellen van zijn stutwerk- en beschoeiïngsontwerp, de methode van uitvoering, het gebruikte materieel alsmede van zijn uitvoeringsprogramma. Stutten en beschoeiing van bouwputten en sleuven worden niet afzonderlijk gemeten. De kostprijs ervan is te voorzien in de eenheidsprijzen van de werken waarvoor ze noodzakelijk zijn. De manier waarop het graafwerk uitgevoerd wordt, wordt aan het initiatief van de aannemer overgelaten, mits de voorschriften van het bestek in acht genomen worden. De uitvoering van het werk mag geen schade aanrichten aan eventueel aan de gang zijnde werken, noch aan bestaande bouwwerken. Het transport op de bouwplaats wordt zodanig uitgevoerd dat er geen schade veroorzaakt wordt aan bouwputten, sleuven, aan andere aan gang zijnde werken, of aan bestaande bouwwerken en installaties. De uitgravingen en het grondverzet dienen te gebeuren in overeenstemming met de recentste wetgeving hieromtrent, met name hoofdstukx van Vlarebo (het Vlaams Reglement betreffende de Bodemsanering). De regelgeving van het grondverzet legt vast hoe met de uitgegraven bodem moet worden omgegaan, vertrekkende van de plaats van uitgraving, over het transport tot en met de eindbestemming van de bodem. Bij hoeveelheden groter dan 250 m² of bij verdachte grond moet de herkomst van uitgegraven bodem steeds achterhaald kunnen worden, ongeacht de bestemming. Hierbij dient het traceerbaarheidssysteem van een erkende bodem-beheer-organisatie (BBO) te worden gevolgd MANUELE GRONDWERKEN. per m³. MET TRANSPORT!!! Algemene bepalingen: De bouwputten, de sleuven voor funderingen enz. hebben afmetingen die het mogelijk maken alle werken gemakkelijk uit te voeren en te controleren. Wanneer een werkruimte moet gelaten worden tussen de wanden van de bouwput of sleuf en het bouwwerk of zijn bekisting bedraagt die ruimte tenminste 0,50 m aan de basis tussen de beschoeiing en de bekisting. Werkruimten worden niet gerekend en zijn door de aannemer in de hoeveelheid van het graafwerk te voorzien. De put wordt uitgegraven tot op de diepte die nodig is voor het aanbrengen van de funderingsvoet. De minimum diepte bij funderingen bedraagt 0,80 m tegenover het geplande maaiveld. In geval, op de grond van de eigenschappen van de blootkomende grond, de ontwerper of de raadgevende ingenieur van mening is dat de bodem van de bouwputten en sleuven lager moeten liggen dan de geplande diepte, moet de aannemer de daaruit voortvloeiende bijkomende grond- en bouwwerken uitvoeren aan de eenheidsprijs opgegeven bij zijn bieding. Voor die werken wordt dan een verrekening opgemaakt. Indien, bij vergissing, dieper wordt gegraven dan de geplande diepte, moet de aannemer op zijn kosten de diepte van de funderingen vergroten tot de bodem van de bouwputten of sleuven wordt bereikt. Het is strikt verboden zonder voorafgaandelijk overleg, met de ontwerper de te diep uitgegraven bouwputten of sleuven aan te vullen. Onder geen enkele voorwaarde mag zonder kennisgeving het inplantingspeil van de constructie gewijzigd worden tengevolge van te diep graafwerk. De wanden van bouwput worden zoveel mogelijk verticaal gegraven. Wanneer evenwel wordt gevreesd voor inkalving gedurende de werken, worden volgens de richtlijnen van de veiligheidscoördinator de wanden in taluds uitgevoerd. De aannemer treft alle nodige voorzorgen om te voorkomen dat de bodem van die bouwput beschadigd wordt door de machines of door de inwerking van water en vorst. De beschadigde bodem wordt bijgewerkt. De bodem van de bouwput wordt gezuiverd van stenen, metselwerkbrokken of andere voorwerpen die harde plaatsen kunnen vormen. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 12

13 Enkel de uitgegraven grond welke niet herbruikt kan worden op het werk voor aanaarding etc. wordt afgevoerd door de aannemer op zijn kosten. Bestemming van de grond: Slechts een deel van de aarde die nog extra nodig is voor de aanaarding of nivellering van het terrein, kan worden opgeslagen op het bouwterrein en blijft eigendom van de opdrachtgever. De plaats van opslag wordt bepaald door de ontwerper in overleg met de bouwheer en aannemer. De rest dient door de aannemer te worden afgevoerd. Grondverzet: De uitgravingen en het grondverzet dienen te gebeuren in overeenstemming met de recentste wetgeving hieromtrent. De aannemer (grondwerken) dient aangesloten te zijn bij een Erkende Bodembeheerorganisatie (Grondbank, Grondwijzer, ) AANVULLING MET GESTABILISEERD ZAND. Meetcode. per m³ - volgens bepalingen van de ingenieur De aanaarding onder de vloerplaat, dient tot op de afgegraven diepte onder de vloerplaat te gebeuren bij middel van gestabiliseerd zand. Het aanaardingszand is zuiver en bevat geen afvalstoffen (ijzer, organische stoffen enz.). Het aanaardingszand mag niet bevroren zijn. De aannemer gebruikt alle middelen om er voor te zorgen dat er een volledige binding bestaat, en er een regelmatige en gelijkmatige zetting van de grond gebeurt. Wederaanvullingen - gestabiliseerd zand. Het gestabiliseerde zand (zandcement) bestaat uit een mengeling van à rato 100 / 150 kg portlandcement (CEM I 32,5) per m³ vochtig grof zand, conform aan index III van typebestek 250 en aan de norm NBN en B ; deze wordt gedurende minstens één minuut mechanisch gemengd, teneinde een goede spreiding van het cement te bekomen. De verwerking gebeurt overeenkomstig Index IX-1 van het SB 250, in aan te dammen lagen van maximaal 20 cm, volgens een nivelleringsplan. Het vermengen dient mechanisch te geschieden, teneinde een homogeen mengsel te bekomen. Samendrukbaarheidsmodulus: M1 groter dan of gelijk aan 80 / 110 N/mm² (MPa). Proctordichtheidswaarde tussen 90 en 95 % /04. WEDERAANVULLING / NIVELLERING. F.S. forfaitaire som, (Som over het Geheel) De wederaanvullingen betreffen alle randopvullingen en/of ophogingen van de respectievelijke zone rondom of tussen de gerealiseerde funderingen; kortom, het terug onder profiel brengen ervan overeenkomstig de uitvoeringsplannen. Bijzondere bepalingen. De graad van verdichting wordt bepaald op 1 kg/cm². De aanaarding geschiedt in horizontale lagen met een maximum dikte van 30 cm. Iedere laag moet afzonderlijk mechanisch worden verdicht. De aanaardingsgrond mag geen graszoden, stronken, bevroren materiaal of andere afvalstoffen (ijzer, organische stoffen enz.) bevatten. De aanaardingsgrond mag niet bevroren zijn. Het gebruik van moddergrond en veengrond is verboden. De aannemer is vrij in de keuze van de uitvoering van de aanaardingswerken. De aannemer gebruikt echter alle middelen om er voor te zorgen dat er een volledige binding bestaat, en er een regelmatige en gelijkmatige zetting van de grond gebeurt. Aanaarden rondom bouwwerken. Aanaarding tegen nieuw opgerichte constructies wordt pas uitgevoerd wanneer het metselwerk en of het beton voldoende verhard zijn en, indien aangebracht, na voldoende verharding van de waterkerende lagen. De aanaarding gebeurt tot op 40 cm onder de peilen aangegeven op het nivelleringsplan. De aanaarding gebeurt met grond voortkomende van de uitgraving indien deze hiervoor geschikt is. Zo niet wordt er geschikte grond aangevoerd. Nivellering terrein. Het terrein wordt genivelleerd volgens de maatvoeringen van het inplantingsplan en de richtlijnen van de vergunning hier omtrent. Hiervoor wordt de grond gebruikt afkomstig van de uitgravingen. De resterende aan te vullen grond is van eenzelfde kwaliteit RIOLERING ALGEMENE BEPALINGEN. Manier van meten: verbindingsstukken, bochten en hulpstukken van buisleidingen worden niet afzonderlijk gemeten. Ze worden geteld als 1 m. grondwerken voor leidingen die niet dieper dan 3 m onder het maaiveld gelegen zijn, worden niet afzonderlijk gerekend. leidingen worden in de as gemeten. putten worden gemeten in stuks van dezelfde aard. Eisen. De overeenkomst omvat het graafwerk van de sleuven voor leidingen en toestellen alsook het terug aanaarden en aandammen na plaatsing van de leidingen en toestellen, het leveren en plaatsen van de leidingen en van de toestellen met inbegrip van de dichtingsproducten van de koppelstukken en hulpstukken voor de bevestiging, de afwerking aan de voegen, het herstellen van de muren bij de buisdoorvoeringen en de dichtheidscontrole. Al deze prestaties zijn in de eenheidsprijs begrepen. Na voltooiing van de werken stelt de aannemer de bouwheer een maatschets ter hand van de wijzigingen die met zijn instemming werden aangebracht. Het tracé vertoont een minimum aan richtingsveranderingen, scherpe bochten zijn verboden. Bij elke richtingsverandering moet een inspectie mogelijk voorzien worden, een inspectiestop, of een inspectieput voor ondergrondse leidingen RIOLERINGSLEIDINGEN: AANPASSEN BESTAANDE AANSLUITINGEN DIAM 110 (PVC). per m. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 13

14 Normen. STS 35, deel I - Sanering - Riolering - Zuivering van huisafvalwater STS 35, deel II - Sanering - Regenputten - Putten - Drainering TV Sanitair Reglement betreffende de bescherming van het drinkwater en de waterafvoer van gebouwen (WTCB) TV Praktische toepassing van het Sanitair Reglement TV 114 (WTCB) TV Sanitair Reglement - deel 1: Installaties voor de afvoer van afvalwater in gebouwen (WTCB) NBN EN Buitenriolering - Deel 1-7 NBN EN Algemene eisen voor onderdelen gebruikt in binnen- & buitenrioleringen onder vrij verval NBN EN Aanleg en testen van rioleringen en afvalwaterleidingen Typebestek 104, Index 02.6,08.3,35.2 en 62 De leidingen moeten zuiver zijn en ontdaan worden van alle vreemde stoffen, stoppen, snijbramen enz. In de rechte gedeelten moeten de leidingen goed gelijnd zijn en een gelijkmatig afschot hebben. Het afschot wordt gecontroleerd tijdens de plaatsing. De buizen worden gelegd met richtsnoer en waterpas. Het plaatsen van buizen met mof of met fitting begint stroomafwaarts en het moereind van de buis is stroomopwaarts gekeerd. Iedere buis waarvan de mof gebroken is, wordt geweigerd. De buizen worden zo geplaatst dat de binnenoppervlakken doorlopend op elkaar aansluiten. De koppelingen moeten dicht zijn over hun gehele omtrek. Zij worden uitgevoerd naarmate de plaatsing van de leidingen vordert. Koppelingen zijn verboden waar buizen door muren of vloeren worden gevoerd. De bewegingsvrijheid van de buizen op die plaats mag niet belet worden. Het rioleringsnet moet over zijn gehele lengte bestendig verlucht worden. De doorvoeropeningen in metselwerk moeten zo uitgevoerd worden dat stukdrukken van de leidingen voorkomen wordt (b.v. door het plaatsen van een latei of een koker). Aan de buitenkant van de doorvoering brengt men een soepele voeg aan die bestaat uit een plastisch blijvende kit. De verankeringen of vastzettingen worden gekozen naar gelang de aard van het bouwelement waarin zij worden bevestigd. Zij mogen de sterkte van de draagelementen niet in het gedrang brengen. Wanneer bouwelementen die, een waterdichtheid bevatten, moeten worden doorboord, dan moet deze waterdichtheid gewaarborgd blijven. Aan beide zijden van de leidingen van kunststof worden enkele houten paaltjes gestoken om iedere zijwaartse verplaatsing van de buizen te voorkomen. Het grondwerk wordt uitgevoerd overeenkomstig de voorschriften van het artikel grondwerk. De breedte op de bodem van de sleuf is tenminste gelijk aan de breedte van de buis vermeerderd met 40 cm; de minimumbreedte bedraagt 60 cm. De ingraafdiepte moet zodanig zijn dat er minstens 30 cm grond boven de buis komt. Deze diepte moet verhoogd worden wanneer voertuigenverkeer te verwachten is. Het vereiste afschot moet worden gegeven bij het afwerken van de bodem. Uit de graafspecie moeten, naarmate het uitgraven vordert, de grote stenen, breuksteen en keien worden verwijderd, waarvan het vallen de buizen zou kunnen beschadigen. Na het uitvoeren van de dichtheidsproef en na goedkeuring van de installatie worden de sleuven opgevuld. Het opvullen geschiedt in opeenvolgende zandlagen van 0,12 tot 0,15 m dikte die zorgvuldig worden aangestampt, inzonderheid onder de buis en ter hoogte van de onderbooghelften. Aanaarden van sleuven in zones waar voertuigen zullen rijden gebeurt met gestabiliseerd zand. De werken worden zo voortgezet tot op het ogenblik dat de sleuven zijn opgevuld tot op een twintigtal centimeter boven de buis. Daarna kan het aanaarden worden voortgezet met meer courante materialen. Het is verboden de sleuven op te vullen met bevroren aarde of met teelaarde. In draagkrachtige grond worden de buizen rechtstreeks op de bodem van de sleuf gelegd. De bodem wordt dan zorgvuldig geëffend en ontdaan van de harde voorwerpen die zich daarin zouden kunnen bevinden. Wanneer buizen zonder grondplaat worden gebruikt, worden ze in een zandbed geplaatst. De bodem van de sleuf is zo uit te graven dat de kragen niet op de grond dragen. In weinig draagkrachtige grond moeten de buizen geplaatst worden op een fundering in ongewapend beton. De dikte van de fundering bedraagt tenminste 10 cm en de breedte ervan is gelijk aan de buitendiameter van de buis vermeerderd met 10 cm. De buizen moeten zo worden gesteund dat de voegen niet belast worden en dat de vrije uitzetting mogelijk is. PVC buizen. De rioolbuizen uit hard niet-geplastificeerd PVC dragen het overeenkomstigheidsmerk "PVC- UD of U-RIOOL-BENOR" met vermelding van: de naam van de fabrikant, de overeenkomstigheidsnorm, de nominale diameter, wanddikte en afbuigingshoek. Overeenkomstig het toepassingsgebied beantwoorden zij respectievelijk aan de typecodering U of UD volgens NBN EN Kunststofleidingsystemen voor ondergrondse drukloze rioleringen - Ongeplasticeerd poly(vinylchloride) (PVC-U) - Deel 1: Eisen voor buizen, hulpstukken en het systeem. PVC buizen moeten het overeenkomstigheidsmerk "BENOR" dragen. Dit merkteken moet op de buis onuitwisbaar aangebracht worden. Etiketten zijn verboden. Alle producten worden in de fabriek aan een permanente controle onderworpen die alle proeven voorzien in de NBN normen omvatten. De buizen in PVC die in één enkele keuze worden geleverd, hebben volgend uitzicht: zij zijn recht, hebben een cirkelvormige doorsnede, een uniforme kleur en een glad binnenoppervlak zonder lassen. Zij moeten gaaf zijn en mogen geen materiële gebreken of fabrikagegebreken vertonen die de sterkte ervan, de gaafheid van hun vorm en hun goede gedraging in de tijd in het gedrang kunnen brengen. Ieder stuk of gedeelte van een stuk dat tekenen van beschadiging vertoont, moet worden verwijderd. De buizen mogen geen krassen, luchtbellen, korrels of gebrek aan eenvormigheid van kleur vertonen. Om een redelijke verdeling van de lasten te bekomen bedraagt de liggingsdiepte van kunststofbuizen ten minste: - D + 60 cm als D kleiner is dan 400 mm - 2,5 D als D gelijk of groter is dan 400 mm. Ze moeten beneden de vorstlijn worden gelegd. De koppelingen van ingegraven leidingen in niet-geplastificeerd polyvinylchloride worden afgedicht door middel van maatvaste hulpstukken, die rondom voorzien zijn van een rubberen ring op flap in polypropyleen. De koppeling geschiedt volgens de voorschriften van de fabrikant van de verbindingsstukken. Het gemonteerd geheel moet dicht blijven onder een waterdruk kleiner dan 0,5 bar. De dichtingsringen moeten zuiver en gesmeerd zijn. Het oppervlak van een effen buiseinde moet in zijn aanvankelijke gepolijste toestand blijven. De dichtingsring van een uitzet- of krimpmof mag niet blokkeren in normale gebruiksomstandigheden. Voor het berekenen van de uitzettingen neemt men als lineaire uitzettingscoëfficiënt 80 x 10-6 m/mk. Voor de afvoerbuizen baseert men zich op een temperatuurverschil van 60 K. Het buigen van de buizen is verboden, men gebruikt geprefabriceerde bochtstukken. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 14

15 Het verbinden van buizen in niet-geplastificeerd PVC en buizen in gietijzer, grijs of beton moet bekomen worden door speciale elastische voegstukken. Aansluiting op bestaande afvoerleidingen. De nieuwe riolering sluit aan op de bestaande buizen. De aannemer voorziet hiervoor dat de bestaande buizen worden vrij en zuiver gemaakt en de nieuwe buizen met de nodige hulpstukken aan de bestaande worden verbonden CONTROLEPUTJE. per stuk. Deze ontvanger heeft een afloop die zich onderaan het putelement bevind en een klok die vastzit aan het rooster. Bij het opheffen van het rooster komt de centrale en verticale afloopopening vrij. Dit toestel is steeds aan te sluiten op een geventileerde leiding of put, zo niet dient een bijkomend waterslot in de afvoerleiding op maximum 1.00 m afstand van het toestel, aangebracht te worden door de plaatsen van de ontvanger. De afmetingen van het rooster zijn 200 x 200 mm REGENWATERFILTER / BLADVANG. per stuk. Het betreft een bijkomende putcomponent die tegen de regenwaterput geplaatst wordt. Deze regenwaterfilter is een toestel dat dient om takjes en bladeren uit het regenwater, afkomstig van de dakgoot, tegen te houden. De filter wordt voor de regenwatertank geplaatst. Het opgevangen regenwater wordt er doorheen geleid en gefilterd alvorens het in de regenwaterput terecht komt. Het regenwater komt in het bovenste gedeelte van de filter binnen. Daar wordt het naar beneden gestuwd in een filter, waar bladeren en takjes worden tegengehouden. De uitgang bevindt zich in het onderste gedeelte. De filter is voorzien van 1 inlaat en 1 uitlaat voor schoon regenwater en 1 overloop naar de vuilwaterafvoer. De overloop dient voor het geval er een groot debiet in de filter komt, of de filter verstopt zou zijn, om het overtollige water af te voeren. Deze buis wordt dan, samen met de eventuele overloop van de regenwatertank, verbonden met de riolering. De filter is uitneembaar voor reiniging. De bladvang is voorzien van een klik deksel. De leidingen voor en na de filter dienen hellend in afvoerrichting te liggen. De bovenzijde van het deksel komt gelijk met het maaiveld. De plaatsing moet uitgevoerd worden volgens de voorschriften van de fabrikant. Voorbeeld Boralit regenwaterfilter RWF 0100, of gelijkwaardig model voor te leggen REGENWATERPUT 7.500L (BETON). per stuk. In voorkomend geval zijn steeds aanvullend inbegrepen: het gewapend beton met bijhorende wapeningen volgens de goedgekeurde betonstudie voor de ter plaatse gevormde putten / algemene funderingsplaten. Het metselen van de mangaten en aanbrengen van de putranden. Het leveren en plaatsen van de reukdichte deksels en hun inlegkaders. Er wordt een put voorzien van minimaal liter aan de zijgevel vooraan het gebouw. Een wachtbuis wordt voorzien voor de aansluiting van de regenwaterpomp (zie punt ). Materialen De putten zijn geprefabriceerd uit waterdicht, goed verdicht gewapend beton, overeenkomstig STS Zij zijn conform PTV 119 Geprefabriceerde regenwaterputten van ongewapend, gewapend en met staalvezels versterkt beton en/of beschikken over een Benor goedkeuring. De materialen beantwoorden aan de voorschriften van volgende referentiedocumenten: STS 35, deel II - Sanering - Regenputten - Putten - Drainering, index en TV - Sanitair Reglement (WTCB) Op de geprefabriceerde regenwaterputten staat vermeld: de handelsnaam, naam en adres van de fabrikant en nuttige inhoud. De keuze van het toestel zal eveneens rekening houden met de buisdiameters waarop moet worden aangesloten en/of vice versa. De put moet worden voorzien van een overloop met geïntegreerde sifon. De put moet bereikbaar zijn voor toezicht en ruiming : op de put / elke eenheid wordt daartoe een mangat met binnenafmetingen 50x50 / 60x60 /... gemetseldhetzij wordt de put opgehoogd met betonnen ringen tot op het niveau van het maaiveld. Uitvoering Alle werken worden uitgevoerd in het droge. De afmetingen van de uitgravingen zijn zodanig dat een vlotte en onberispelijke plaatsing van de putten mogelijk is. De aannemer voert de nodige schorings- en stutwerken uit om inkalven van de uitgravingen te vermijden. De architect zal voorafgaandelijk aan de plaatsing de juiste plaats en de pas aangeven. Het aanzetpeil, bodemniveau en topniveau van de putten worden bepaald in functie van de hellingen van het rioleringsstelsel en het niveau van de putdeksels t.o.v. het maaiveld en/of de vloerafwerking en zodanig dat de putten op hun maximale capaciteit functioneren. De aannemer zal zich op voorhand op de hoogte stellen van het juiste peil van de rioleringen, voor het bepalen van de diepte en de aansluiting van de putten. De regenwaterputten worden volkomen waterpas geplaatst. De constructie moet zodanig zijn dat verzakking van de putten niet kan voorkomen. Om verzakking of omhoogdrijven te voorkomen worden de putten aangezet op een funderingsplaat welke minimum 10 cm rond de put uitsteekt. Na de uitvoering zullen zo nodig bijkomende maatregelen getroffen worden om het omhoogdrijven van de putten te voorkomen; daartoe worden zij desgevallend gevuld met helder water. Het bovenvlak van de putten moet met minstens 30 cm grond bedekt worden. Deze niveaus worden aangegeven hetzij op de plannen, hetzij voorafgaandelijk aan de uitvoering vastgelegd in samenspraak met de architect. De toevoerleidingen, overloop en aanzuigleiding worden waterdicht aangesloten op de put. Het inloopstuk bestaat uit een T-stuk voor de opvang van de overdruk bij doorspoeling. De overloop is voorzien van een ondergedompelde elleboog (=sifon).in geval van aansluiting op een gemengde riolering, dient deze bovendien voorzien te worden van een terugslagklep. De regenwaterput wordt uitgerust met een sifonput in harde PVC. De gas- en waterdichte aansluiting van de PVC-buis op de put wordt verzekerd door middel van een gefixeerde rubbermanchet. Zij dragen het BENOR-merk (of gelijkwaardig). Er wordt een ontluchtingsbuis voorzien in PVC. Het verloop van de ontluchtingsbuis gebeurt volgens de aanwijzingen van de architect. Het mangat boven de opening wordt opgehoogd met betonnen ringen ofwel dient er opgemetseld te worden om het deksel op vloerpas of niveau maaiveld te brengen en wordt gemetseld met volle baksteen volgens NBN B en index 02.11A van het TB 104. Het putdeksel wordt op het door de bouwheer gewenste niveau gelegd in een hiervoor voorzien kader. Metalen kaders dienen roestvrij te zijn of voorzien van een roestwerende bescherming en worden verankerd in het metselwerk. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 15

16 Er mag slechts overgegaan worden tot wederaanvulling nadat de afgewerkte put gekeurd is door de architect. De aanvullingen rondom de put worden uitgevoerd met grond voortkomend van de uitgravingen, in afzonderlijk te verdichten lagen van maximum 30 cm oorspronkelijke dikte, ofwel gestabiliseerd zand, in afzonderlijk te verdichten lagen van maximum 30 cm oorspronkelijke dikte. Boven de putten wordt minstens 30 cm teelaarde aangebracht. Het transport en de verplaatsing van geprefabriceerde putten moet zo geschieden dat scheurvorming en breuk voorkomen worden. De plaatsing gebeurt volgens de voorschriften van de fabrikant WACHTBUIS (PVC). per m lopende meter. Omschrijving Het betreft de ingemetselde en/of ingegraven geprefabriceerde elementen en wachtbuizen bestemd voor het doorvoeren van kabels of leidingen. In overeenstemming met de aanwijzingen van de leidende architect en de voorschriften van de verscheidene distributiemaatschappijen zal de aannemer dienaangaande alle nodige voorzieningen treffen voor het doorvoeren van de diverse leidingen door de muren met het oog op de latere aansluiting. De aannemer voorziet in een wachtbuis in PVC, diam 110, ononderbroken, en zonder bochten met een trekdraad tussen: - regenwaterput en de garage (Socorex) Uitvoering De plaatsing van deze wachtbuizen gebeurt volgens de voorschriften van de verdelende maatschappijen en worden aangesloten op de door hen voorziene of voorgeschreven hulpstukken. Dienaangaande dienen de nutsmaatschappijen tijdig geconsulteerd te worden, zodat de exacte plaats van de binnenkomende nutsleidingen gekend is.de ingegraven buizen worden gelegd volgens STS op een diepte te bepalen door de architect of volgens de aanduidingen op het plan onder het maaiveld of de buitenbevloeringen. Alle buizen welke beschadigd worden, zowel voor als tijdens het lossen als bij of na het plaatsen worden vervangen. Na het graafwerk wordt de bodem van de sleuf geëffend; de wanden worden zo nodig geschoord teneinde inzakkingen te vermijden. De plaatsing van de buizen tussen twee aansluitpunten of putten zal gebeuren met rechte stukken. De buizen worden over hun volledige lengte gefundeerd op een voldoende breed zandbed van 10 cm dikte en hierin verzonken (STS fig. 2). In geval van gebundelde kokerbuizen worden de ruimten tussen de buizen eveneens opgevuld met zand. De aannemer verwezenlijkt alle aansluitingen, waarbij scherpe bochten vermeden worden. Alle doorvoeringen door de buitenmuren worden waterdicht afgewerkt. De wederaanvulling van de sleuven mag slechts aanvangen na goedkeuring van de architect. In de wachtbuizen bestemd voor kabels worden voorlopige, gegalvaniseerde stalen trekdraden geplaatst teneinde de kabeldoorvoer te vergemakkelijken. Voor de voorlopige oplevering van de werken levert de aannemer aan het werkbestuur een tekening van het kokerstelsel. Deze aanduidingen mogen tevens op het uitvoeringsplan van de rioleringen voorkomen. Afhankelijk van de voorschriften van de verdelende nutsmaatschappijen dienen sommige wachtbuizen uit te monden in een wachtput. Deze put wordt tegen de funderingsmuur voorzien. Leveren en plaatsen van buizen in PVC met diameter 90 / 110 / 130 mm vanaf de rooilijn tot aan de binnenzijde van de keldermuur of tot aan de voorziene prefab-energiesteen. De buizen moeten loodrecht op de rooilijn worden aangebracht. Gebeuren de aansluitingen met soepele draden (media en telecommunicatieleidingen), dan wordt een trekdraad in de koker voorzien. De doorvoering in de muren gebeurt derwijze dat geen druk op de kokers wordt uitgeoefend. De aannemer maakt bedoelde openingen na het plaatsen van de kokers waterdicht AANSLUIITNG OP BESTAANDE RIOLERING. per stuk. De nieuwe en de oude riolering worden onderling met elkaar verbonden met aangepaste mof en dit na grondige controle op de goede werking ervan. De aannemer zal in naam van de bouwheer bij de technische diensten van de gemeente een aanvraag indienen voor de aansluiting op de straatriolering en deze diensten ter plaatse uitnodigen voor de nodige inlichtingen betreffende de werken. Deze aansluiting omvat de rioolaansluiting vanaf de rooilijn tot de straatriolering en het herstellen van het geheel in de oorspronkelijke toestand. (aanvullingen, dichtingen, verhardingen...) Indien de technische dienst zelf deze werken uitvoert, zal deze post in mindering worden gebracht. Alle aansluittaksen zijn rechtstreeks ten laste van de bouwheer FUNDERINGEN OMSCHRIJVING. De aanneming omvat de uitvoering van de op de plannen en in het bestek vermelde funderingswerken. Indien tijdens de uitvoering van de werken blijkt dat de bodem niet de vooropgestelde eigenschappen bezit, besluit de architect in overleg met de aannemer over de te nemen maatregelen. Een ingenieur zal worden aangesteld voor het maken van een stabiliteitsstudie op basis van een grondonderzoek. De eventuele prijsaanpassing gebeurt op basis van de opgegeven eenheidsprijzen. In geval de kosten van de onvoorziene bijkomende funderingswerken meer bedragen dan 15% van de globale kosten van de geplande bouwwerken, behoudt de opdrachtgever zich het recht voor de overeenkomst éénzijdig te verbreken en de aannemer enkel te vergoeden voor de reeds gedane uitgaven, met uitsluiting van de op de werken, die hij niet uitvoerde, gederfde winst. Tijdens de uitvoering van de werken zorgt de aannemer ervoor, dat op de funderingen geen hogere belastingen worden overgebracht, dan die waarvoor zij zijn berekend AARDINGSLUS. Meetcode. per m. met inbegrip van de nodige beschermingen en graafwerken. Ingevolge het KB van 10/03/81, het M.B. van en van 06/10/81 wordt door het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties een aardingselektrode voor woningbouw verplichtend gesteld. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 16

17 De plaatsing gebeurt conform art. 69 van het A.R.E.I., waarbij de spreidingsweerstand van de aardverbinding kleiner moet zijn dan 100 Ohm. Het aanbrengen van de aardingslus zal steeds op een ongeroerde grond geschieden en bij voorkeur aan de buitenzijde van de funderingssleuf. Zij mag geenszins aanleiding geven tot vermindering van de draagkracht van de funderingen en mag in geen geval in aanraking komen met betonijzer of het materiaal van de funderingsmuren (mortel, beton, wapening). Hiertoe wordt de aardingslus bedekt met een laag van 5 cm zuiver zand of zuiveringsbeton. Het aanbrengen van de zuiverheidlaag mag pas geschieden na de inspectie van de aardingslus. De geleider zal bestaan uit een blanke koperen kabel met een minimum sectie van 35 mm² en wordt als volgt aangelegd: Hij wordt in gesloten omloop en zonder onderbreking, in een gleuf van 5 cm diepte onder de funderingen van alle buitenmuren, zonder er echter mee in contact te komen, aangebracht en dit vanaf de plaats waar later de elektriciteitsmeter zal gemonteerd worden. Bij de doorgang van funderingen of muren of bij ieder mogelijk contact met andere bouwmaterialen wordt de geleider afgeschermd met een soepele PVC-buis, die minstens 30 cm langer is dan de breedte van het doorkruiste materiaal. Bij het begin en het einde van de lus worden de geleiders op 5 cm van elkaar geplaatst tot op 1 m. boven de vloerpas en worden ze eveneens door een soepele PVCbuis, tot minstens 50 cm boven de vloerpas, beschermd. De gleuf waarin de geleider is aangebracht wordt gedicht met grond van dezelfde aard als de omringende grond vooraleer de fundering gestort wordt /03. FUNDERINGSZOLEN / VLOERPLAAT (INCL. WAPENINGSNETTEN). per m³. inclusief vochtscherm in polyethyleen: deze is bijgevolg voorzien in de eenheidsprijs van het beton. DE RICHTLIJNEN VAN DE INGENIEUR STABILITEIT ZIJN ABSOLUUT BEPALEND. Funderingen op staal. Referentienormen TV Funderingen van huizen - Praktische leidraad voor de opvatting en uitvoering van funderingen van kleine en middelgrote constructies (WTCB) NBN EN Beton - Deel 1: Eisen, gedraging, vervaardiging en overeenkomstigheid NBN B Aanvulling op NBN EN Beton - Eisen, gedraging, vervaardiging en overeenkomstigheid NBN ENV Eurocode 2: Berekening van betonconstructies - Deel 3: Betonfunderingen NBN EN ISO Thermische eigenschappen van gebouwen - Thermisch ontwerp van funderingen om opvriezen te voorkomen Materialen De kwaliteit van het beton beantwoordt aan de norm NBN EN NBN B De eventuele bekistingen worden naar keuze van de aannemer uitgevoerd. Het wapeningsstaal beantwoordt aan de reeks NBN A 24 (en addenda). Ingeval van staalvezelwapening is een ATG-conformiteitsattest (of gelijkwaardig) vereist voor de staalvezels. Uitvoering - De diepte van de funderingen is uit te voeren tot op vorstvrije diepte, op draagkrachtige grond en/of in overeenstemming met bijzondere plaatselijke bouwreglementen. De afmetingen van de funderingen op staal worden opgegeven in de uitvoeringsplannen. - Als tijdens de uitvoering blijkt dat de bodem niet de eigenschappen bezit die uit het voorafgaand bodemonderzoek waren gebleken beslist de architect/ingenieur in overleg met de aannemer, welke maatregelen genomen worden. Voor dit bijkomend werk wordt een verrekening opgemaakt. - Voor het ondergrondse gedeelte van de funderingen, staat het de aannemer vrij de uitgravingen in talud uit te voeren en geen bekisting te gebruiken. In dat geval zullen de funderingen overal een minimumbreedte hebben zoals aangeduid op de plannen en zal geen supplement aangerekend worden voor de grotere hoeveelheden gebruikt beton. - Over de gehele omtrek van de funderingen wordt een geomembraan, een polyethyleenfolie, voorzien. (inbegrepen in offerte)in de funderingen voorziet de aannemer de nodige uitsparingen, leidingdoorvoeren en zettingvoegen zoals aangeduid op de plannen. - In geval de fundering gewapend wordt, zullen de nodige afstandshouders worden geplaatst om de vereiste betondekking te bekomen.wapeningsnetten worden geplaatst met een overlapping van een volle maas en aan de hoeken gebonden. - De funderingen worden pas volgestort nadat de afmetingen en peilen samen met de architect werden gecontroleerd. - Indien op het moment van het storten de bodem van de uitgegraven sleuf te sterk uitgedroogd of doorweekt is of blootgesteld is geweest aan vorst-dooi-cycli, moet de aangetaste laag worden verwijderd en vervangen door verdicht zand. - Het beton wordt zo vlug mogelijk na de uitgraving van de sleuven gestort op een horizontaal effen, droge, stabiele en schone ondergrond, desgevallend voorzien van een geomembraan. Het beton wordt zodanig gestort en verdicht dat er geen enkele holte tot stand komt. Het bovenvlak wordt horizontaal en effen afgewerkt tot op de vereiste peilen. - Funderingsstroken moeten ononderbroken gebetonneerd worden tot aan de eventuele zettingsvoegen. -De aannemer voorziet de nodige bescherming van de betonoppervlakken bij nadelige weersomstandigheden. De weerstand van het beton bedraagt na 7 dagen 29 N/mm² en na 28 dagen 35 N/mm². De dikte van de fundering is minimaal gelijk aan de breedte van de muren + 15 cm. De breedte van de fundering is gelijk aan de dubbele breedte van de muur + 10 cm. In het beton komt geen enkele holle ruimte voor. Het beton wordt stevig aangedamd. Vloerplaat. Onverminderd de concrete richtlijnen in het bijzonder bestek of bijgevoegde uitvoeringsdetails, dient de aannemer ervoor te zorgen dat absoluut geen water van buitenuit of vanuit de onderbouw kan infiltreren in de bovenbouw. Hiertoe wordt waar nodig ook steeds de nodige vochtwering voorzien. Betonkwaliteit volgens NBN EN NBN B Het gebruik van toeslagstoffen is onderworpen aan de voorafgaandelijke goedkeuring van de architect. De vloerplaat wordt gestort op het geëgaliseerd en degelijk aangedamd zandbed. De plaatdikte bedraagt minimaal 20 cm. Onder de plaat wordt vooreerst een polyethyleenfolie opengeplooid welk als vochtscherm fungeert. Per lokaal zal de folie uit een stuk bestaan, zo niet bedragen de overlappingen minimaal 50 cm. De betonspecie van de plaat wordt behoorlijk aangetrild, er komt geen enkele holle ruimte voor in de massa. Ter hoogte van de garagepoorten, deuropeningen dient er een uitsparing in de vloerplaat gemaakt te worden van ca. 15x10 cm, zodat da buitenafwerking kan aansluiten. Wapening. De wapeningen dienen te worden geplaatst volgens de regels der kunst en goed vakmanschap. De wapeningsnetten worden geplaatst met een overlapping van een volledige maas (15 cm) in beide richtingen en aan de hoeken gebonden. De nodige afstandshouders worden geplaatst om de vereiste betondekking te bekomen. Er wordt gebruik gemaakt van netwapeningen BE 500S of DE 500 BS 150/150/08/08. Zie berekening ingenieur. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 17

18 2.4. METSELWERKEN ALGEMENE GEGEVENS. Referentienormen NBN B t/m Proeven op metselstenen + addenda NBN B Keramische producten voor wand- en vloerbekledingen - Vorstbestandheid: Vorst/dooicyclussen (addendum 2 = vorstproef voor baksteen) NBN B Vorstbestandheid - Vermogen tot wateropslorping door capillariteit NBN B Prestatiecriteria + addendum NBN EN deel 1 t/m 6 - Voorschriften voor metselstenen NBN EN deel 1 t/m 20 - Proeven op metselstenen NBN EN deel 1 t/m 11 - Voorschriften voor metselwerktoebehoren NBN EN deel 1 t/m 1 - Beproevingswijzen voor metselwerktoebehoren NBN B Maatafstemmingen voor gebouwen - Basisbegrippen - Gebruiksprincipes - Voorkeursmodulen) NBN B /A1 - Berekening van warmtedoorgangscoëfficiënten van wanden van gebouwen De muren worden te lood en goed vlak uitgevoerd. De stenen worden vol en zat in de mortel gelegd. Er wordt zorgvuldig vermeden dat resten van aarde of andere materialen in het metselwerk worden ingewerkt. De leveringen gebeuren uitsluitend op palet en of in krimpfolie. De verbinding tussen gelijkaardig metselwerk wordt tot stand gebracht door de continuïteit van het steenverband. Alle muren die een geheel vormen, worden terzelfder tijd opgetrokken. Bij droog weer worden kleine elementen goed bevochtigd alvorens ze worden verwerkt. Ook de lig- en stootvlakken van grote elementen moeten voor hun verwerking worden nat gemaakt, zodanig dat het water niet door capillariteit uit de mortel wordt opgeslorpt. In geen geval mogen bouwonderdelen zoals gewapende betonliggers, houten roostering, dakhout, metalen liggers enz. rusten op rookkanalen noch, a fortiori, in contact komen met de rook. De ruimte tussen de binnenwand van rookkanalen en houten elementen moet overal tenminste 16 cm bedragen. Daarbij moeten deze elementen 3 cm verwijderd liggen van de buitenwand van de rookkanalen. De wanddikte van rookkanalen mag niet worden verminderd door kokers of inkepingen of door andere afbouwwerken. Wanneer het metselwerk dienst doet als bekistingswand en daar achter betonspecie wordt gegoten, wordt de verbinding tussen de twee materialen tot stand gebracht door aangepaste voorzieningen (wachtstaven). Dit metselwerk moet stevig geschoord worden om iedere vervorming van het parementsvlak bij het betonstorten te voorkomen. Indien metselwerken van verschillende aard met elkaar moeten verbonden worden, wordt er gebruik gemaakt van speciale metalen verankeringen. Boven binnendeuren, openingen, kelderramen enz. worden uitgevoerd hetzij in staalprofielen (i.c. vuurverzinkt), hetzij in gewapend beton of geprefabriceerde lateielementen in beton. De lateien zijn voldoende stijf en sterk om alle te verwachten belastingen te ontvangen. De lateien in baksteen worden uitgevoerd met een lichte zeeg (ongeveer 1/1000 van de spanwijdte) en worden aan de achterliggende latei vastgehecht door middel van metalen haken voor lateien kleiner dan 1 meter dagmaat of speciale parementlijsten (type Frimeda of gelijkwaardig) voor lateien met een overspanning groter dan 1 meter. Het gevelmetselwerk wordt zo nauwkeurig mogelijk uitgevoerd waarbij de voegen overal rechtlijnig en even dik moeten zijn. Parementstenen waarop roestvlekken voorkomen, worden niet verwerkt. Alle parementsvlakken worden schoongemaakt. Er mag geen enkel spoor van uitgelopen mortelspecie, vuil, verontreiniging of roest meer zichtbaar zijn. De gevelmuren met spouw worden uitgevoerd overeenkomstig de hiernavolgende voorschriften: - de stoot- en lintvoegen in het buitenspouwblad worden goed met mortel gevuld. Aan de buitenkant blijven de voegen echter tot op 2 cm diepte open. - de stootvoegen liggen in éénzelfde verticale lijn. De mortel, die langs de binnenzijde van het buitenspouwblad uit de voegen puilt wordt met het truweel effen gestreken. Alle nodige maatregelen worden getroffen om te voorkomen dat mortelresten in de spouw vallen. Om de binnengedrongen vochtigheid en het condensatiewater de gelegenheid te bieden te verdampen, worden stootvoegen opengelaten of gaatjesstenen aangebracht. Mortels worden mechanisch bereid, waarbij alle bestanddelen ineens worden gemengd. De mortels zijn homogeen, het zand is volledig met bindmiddelen omhuld. Indien gebruik gemaakt wordt van toeslagstoffen worden de voorgeschreven dosering en de verwerkingswijze van de fabrikant nauwkeurig gevolgd. Mortels waarvan de binding begonnen is worden niet meer gebruikt. Aanverwante werken. Bescherming tegen opstijgend vocht. te voorzien in de eenheidsprijzen van het respectievelijk metselwerk. Overal waar er kans bestaat dat grondwater en of regenwater, in of door de muur of in of door de vloer zou binnendringen, neemt de aannemer hiertegen afdoende beschermingsmaatregelen. Tussen bovengronds metselwerk en ondergrondse constructies (metselwerk of andere) wordt steeds een afdichtingslaag tegen opstijgend grondwater aangebracht. Bij buitenmuren wordt de waterweringslaag doorgetrokken door het parementsvlak en verlaagd tot boven het maaiveld. Deze laag, loopt naar buiten af zodat zij onder de gevelsteen van het buitenspouwblad uitmondt in een voeg, die lager gelegen is dan de voeg waarin de dichtingslaag van het binnenspouwblad loopt. De waterweringslaag wordt op een mortellaag aangebracht. De stroken bedekken de ganse dikte van de muur en steken 1 cm uit langs weerszijden van de muren. De vochtwerende laag,waarvan de overlappingen minstens 20 cm bedragen, zal bestaan uit een gewapende PVC-folie. Bescherming tegen indringend vocht. te voorzien in de eenheidsprijzen van het respectievelijk metselwerk. Overal waar er kans bestaat tot waterinfiltratie in het bovengronds metselwerk wordt er een afdichtingslaag voorzien. De hiernavolgende opsomming is niet beperkend en wordt ngl. de omstandigheden aangevuld of aangepast: - dagkanten van buitenramen en -deuren. - boven en langs de lateien. - onder dekstenen. De vochtwerende laag, waarvan de overlappingen minstens 20 cm bedragen, bestaat uit een gewapende PVC-folie. Spouwankers. te voorzien in de respectievelijke eenheidsprijzen van de materialen waarin ze verwerkt worden. Het buitenspouwblad wordt aan het binnenspouwblad van het metselwerk gekoppeld door middel van spouwankers. De ankers zijn zo ontworpen en aangebracht dat zij het water afvoeren naar het buitenspouwblad toe. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 18

19 Per m² worden er 5 haken aangebracht, regelmatig verdeeld over de oppervlakte. In de nabijheid van openingen worden bijkomende haken aangebracht. De haken worden ontdaan van iedere mortelrest. De aannemer maakt gebruik van spouwdraadankers met afstandshouders met een diameter van tenminste 3.5 mm, voorzien van een druipplooi en afstandshouders, om te beletten dat de spouwisolatie in contact komt met het buitenspouwblad. De ankers zijn beschermd door een laag gesmolten zink. (laaggewicht: 380 gr/m²) Ankeringen. De gaten of inkepingen voor verankeringen moeten in het parementsvlak 1 cm breder zijn dan het in te werken stuk. Ze hebben een binnenwaartse verwijding. Voor de verankering worden de gaten zorgvuldig gereinigd en nat gemaakt. Vulmortel wordt goed aangedrukt en in het dagvlak gelijk gestreken. Met cementmortel omhulde metalen stukken worden nooit geverfd. Klossen. de klossen worden niet afzonderlijk vermeld. Ze zijn te voorzien in de respectievelijke eenheidsprijzen. De plaats, waar de klossen of andere hechtingsmiddelen in openingen moeten worden ingewerkt, wordt als volgt bepaald: - zij-aanslagen: op 1O cm van de boven- en onderdagkant van de opening, de afstand tussen twee hechtingspunten mag niet meer dan 60 cm bedragen - boven-aanslag: wanneer de breedte meer dan 1,20 m bedraagt, wordt er minstens 1 hechtingspunt per strekkende meter aangebracht. De hechtingspunten zijn gelijkmatig verdeeld over de overspanning. Type klossen: De aannemer bepaalt zelf de keuze van het type of de aard van de klossen. Uitsparingen. Worden niet afzonderlijk gerekend. Ze zijn uit te voeren daar waar de plannen dit specificeren. Aansluitingen op distributienetten en andere nutsvoorzieningen worden niet afzonderlijk vermeld, ook niet noodzakelijk op de plannen. Zij zijn te voorzien in de respectievelijke eenheidsprijzen van de materialen waarin zij te voorzien zijn. Sleuven en kokers: worden per strekkende meter gerekend. De bouwheer zal in samenspraak met de architect de invoeropeningen situeren op de bouwplaats. Na plaatsing van de respectievelijke aansluitingen wordt de opening volledig waterdicht dichtgewerkt. De manier waarop de uitsparing gelaten wordt en op welke wijze de waterdichting van de opening gebeurt wordt aan het initiatief van de aannemer overgelaten. Materialen. Zand. Fijnheidsmodulus: 1,70 tot 0,90. Max. hoeveelheid fijne deeltjes kleiner dan 74 micron: 7% Maximale hoeveelheid organische stoffen: 0,5% Het zand mag geen enkele vreemde stof bevatten. Voor metselwerk met hoog draagvermogen is de fijnheidsmodulus groter dan 1,10. Aanmaakwater. Het aanmaakwater is zuiver. Water dat niet afgetapt wordt van het openbaar waterdistributienet mag slechts gebruikt worden na een analyse, die bepaald of het water geschikt is of niet. Cement. De aannemer maakt gebruik van Portlandcement CEM I /02. BOVENGRONDS METSELWERK IN GEPERFOREERDE BAKSTEEN: 14 / 09 CM. per m³ met vermelding van de dikte. per m² voor de dikte 9cm. Dragende en niet dragende muren worden uitgevoerd met behulp van geperforeerde bakstenen voor dragend metselwerk, overeenkomstig NBN B Type Het thermisch isolerend dragend en niet-dragend niet decoratief opgaand metselwerk zal uitgevoerd worden in geperforeerde isolerende snelbouwbakstenen Porotherm Thermobrick gefabriceerd op basis van plastische klei met toevoeging van afmageringsmiddelen en oxiderend gebakken op minstens 990 C. De Porotherm Thermobrick snelbouwblokken beantwoorden voor wat betreft maattoleranties (T1), vormeigenschappen, uitzichtkenmerken en perforaties aan de eisen van de norm EN Voorschriften voor metselstenen Deel1: metselbakstenen. De snelbouwblokken Porotherm Thermobrick moeten conform zijn aan het merk Benor volgens PTV Vóór uitvoering zullen monsters door de aannemer op de werf neergelegd worden ter goedkeuring van de opdrachtgever. Prestatiecriteria: - Druksterkte: Gedeclareerde gemiddelde druksterkte volgens NBN EN (CE-declaratie) en karakteristieke druksterkte volgens NBN B (Benor): 10 N/mm². De schijnbaar lagere druksterktes, die voortvloeien uit de karakteristieke druksterkte (NBN ) of de gedeclareerde gemiddelde druksterkte (EN 771-1) ten opzichte van de vroegere gemiddelde druksterkte zijn niet te wijten aan een minder sterke steen, doch wel aan een andere statistische benadering van de meetresultaten. - Vorstbestendigheid: Euroklasse F0 niet gecertificeerd volgens NBN B Initiële wateropzuiging: IW2 volgens PTV Hygrometrische krimp en opzwelling: Volgens NBN B : 0,1 mm/m Mortelsamenstelling. 1m³ droog zand, 300 kg cement. Formaat. Breedte: de breedte wordt aangepast aan de breedte van de muur. Hoogte: ±140 / 190 mm Lengte: ±290 mm Voegwerk: Voegbreedte: 10 mm stootvoeg, 15 mm lintvoeg. Type voegwerk: Naarmate het metselwerk vordert, wordt het direct platvol ingevoegd. Enkel voor de moeilijkheidsgraad van verwerking kan een supplementaire kost worden aangerekend die gezien de hoeveelheid materiaal reeds verrekend zit in deze van het gevelmetselwerk. Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 19

20 CELLENBETON. per m³. Op zeer specifieke plaatsen wordt er metselwerk in cellenblokken (YTONG) voorzien teneinde de koudebruggen op te vangen. Op deze plaatsen worden de muren uitgevoerd met blokken met een volumieke massa van 580kg/m³. Ze worden verwerkt met de daartoe voorziene producten, volgens de richtlijnen van de producent. Enkel de mortels, geleverd door de fabrikant van de blokken en specifiek bestemd voor de verwerking ervan zal worden toegepast. De aannemer verwerkt geen mortels waarvan het bindingsproces reeds is aangevangen. Materiaal De cellenbetonblokken zijn volle metselstenen in cellulair materiaal, bekomen na behandeling onder hogedrukstoom (autoclavering), van gemalen silicaathoudende grondstoffen, hydraulische bindmiddelen, een hulpstof bestemd om de cellulaire structuur te vormen en eventueel andere bestanddelen. De blokken zijn glad gestructureerd en hebben een witte tot heldergrijze kleur. Zij beantwoorden aan de bepalingen van NBN B Metselstenen - Specificaties voor geautoclaveerde cellenbetonmetselstenen (1989), aangevuld met NBN EN Voorschriften voor metselstenen - Deel 4: Cellenbetonsteen (2003). Zij zijn drager van het Benor-keurmerk, bij iedere levering wordt een certificaat van oorsprong gevoegd. De blokken worden geleverd in een krimpfolie en in droge toestand gehouden tot verwerking SPOUWMUURISOLATIE: PUR 6 CM. per m² geveloppervlakte. Manier van meten: per m² met vermelding van soort en dikte. openingen groter dan 0,50 m² worden afgetrokken. bevestigingsmiddelen, afstandshouders, voegafsluiters, kleeflagen, worden niet afzonderlijk berekend. Ze zijn te voorzien in de eenheidsprijs van de isolatie. Algemene eisen. De aangewende isolatiematerialen zijn weersbestendig, rotbestendig, niet ontvlambaar, niet onderhevig aan krimp en blijvend waterafstotend. De anorganische en amorfe structuur mag geen voedingsbodem vormen of doen ontstaan voor ongedierte, bacteriën of schimmels en tasten de andere bouwelementen niet aan. Beschadigde plaatdelen mogen niet worden verwerkt. De isolatiematerialen zijn ook: moeilijk ontvlambaar. bestand tegen temperatuurschommelingen. bestand tegen de inwerking van ultravioletstralen en andere. De isolatiematerialen beantwoorden aan STS Materialen voor thermische isolatie inzake keurings- en toepassingsmodaliteiten. Op het thermisch isoleren van gevels gelden de bepalingen van TV Thermische isolatie van gevels (WTCB). Als regels van goed vakmanschap worden de richtlijnen en typedetails van het Informatieblad van het BUtgb Geïsoleerde spouwmuren met gevelmetselwerk (2002/1) in aanmerking genomen. De isolatielaag moet continu worden aangebracht. Koudebruggen moeten vermeden worden. De isolatielaag moet goed ter plaatse blijven zelfs indien zij aan trillingen onderhevig is. De voegen mogen mettertijd niet open komen; daartoe wordt de isolatielaag door een voldoende aantal bevestigingsmiddelen op haar plaats gehouden. Ze moet een perfecte verankering van de buitenwand aan de binnenwand toelaten. Ze moet continu en aaneensluitend zijn. Ze dient zuiver en droog gehouden te worden tijdens de verwerking. Mortelresten en alles wat een vochtbrug kan veroorzaken worden onmiddellijk verwijderd. Kunststofschuimplaten zijn steeds voorzien van tand en groef. Bij platen die voorzien zijn van tanden en groeven wordt de tand steeds naar omhoog geplaatst. De isolatie wordt tegen het binnenspouwblad aangedrukt door middel van daartoe geëigende ankers of haken en dit voor dat het buitenspouwblad opgetrokken wordt. Een restspouw van ongeveer 2 cm breedte dient behouden te blijven tussen de plaat en het buitenspouwblad. Bijzondere bepalingen. Het betreft stijve isolatieplaten gevormd uit hard polyurethaanschuim overeenkomstig NBN EN Materialen voor de warmteisolatie van gebouwen - Fabrieksmatig vervaardigde producten van hard polyurethaanschuim (PUR) - Specificatie + add. 1. Het blaasmiddel bij de productie van de platen is CFK-vrij en vanaf 01/01/2003 ook HCFK-vrij. De platen zijn glad aan beide zijden, met een volumegewicht van ongeveer 30 kg/m³, met een niet capillaire en volledig gesloten celstructuur. Het product is moeilijk ontvlambaar en in de massa gekleurd. De platen bezitten een technische goedkeuring BUtgb of EUtgb voor toepassing als spouwisolatie. De platen zijn voorzien van een gebitumineerd glasvlies of alu-kraftlaminaat. De platen worden voorzien als gedeeltelijke spouwvulling. De platen worden nauwsluitend tegen de binnenzijde van de spouw geplaatst met de groef aan de onderzijde. Indien de overgang tussen harde en gewone spouwplaten met een spouwoverbruggende waterkering gebeurt, worden beide platen voorafgaandelijk met een lintzaag onder 45 verzaagd, zodat de waterkering doorheen de isolatiezone schuins afwaterend naar buiten afloopt FOAMGLAS PERINSUL per lopende meter. Omschrijving Het betreft de levering en plaatsing van een aangepaste drukvaste isolatie, vorm- en drukvast te integreren in het metselwerk, met het oog op het opvangen van koudebruggen. Materiaal De isolerende blokken zijn vervaardigd uit alumino-gesilicatiseerd cellulair glas, beantwoordend aan NBN EN Materialen voor de warmte-isolatie van gebouwen - Fabrieksmatig vervaardigde producten van cellulair glas (CG) - Specificatie. De boven- en onderzijde zijn voorzien van een aangepaste cachering, de zijkanten zijn afgewerkt met een bitumencoating. Specificaties Soortelijk gewicht: circa 175 kg/m³ Thermische geleidbaarheid bij 0 C: maximum 0,050 W/mK. Drukweerstand : circa 4,5 N/mm² (zonder restindruk) Afmetingen: Deel 2: Bijzondere en technische bepalingen - D33 Kiekens-Aerts - blz. 20

BIJZONDER BESTEK NR. 351

BIJZONDER BESTEK NR. 351 OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN SINT-GILLIS BIJZONDER BESTEK NR. 351 AFWIJKINGEN Zie A, I, 5. VOORWERP VAN DE OPDRACHT. De opdracht betreft de aanpassing van de elektrische installaties

Nadere informatie

DOSSIER: hsreno02 lot 4 elektr. GDR-architecten bvba tel. 09/331.57.90 info@gdr-architecten.be DATUM:31/01/2012

DOSSIER: hsreno02 lot 4 elektr. GDR-architecten bvba tel. 09/331.57.90 info@gdr-architecten.be DATUM:31/01/2012 DEEL 0 - AANNEMING / WERF INHOUDSOPGAVE 00. INLEIDING / ALGEMEEN... 2 00.10. voorwoord - algemeen... 2 00.20. uitgangspunten - algemeen... 2 00.30. structuur & opvatting - algemeen... 2 00.40. gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

De artikels 29 en 30 van het KB Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen zijn gewijzigd

De artikels 29 en 30 van het KB Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen zijn gewijzigd De artikels 29 en 30 van het KB Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen zijn gewijzigd Wijziging van het koninklijk besluit Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen In dit koninklijk besluit (25.01.2001) zijn twee

Nadere informatie

BIJZONDER BESTEK VM/B 97

BIJZONDER BESTEK VM/B 97 VLAAMSE MAATSCHAPPIJ VOOR SOCIAAL WONEN. KOLONIENSTRAAT 40 1000 BRUSSEL BIJZONDER BESTEK VM/B 97 van toepassing op de overeenkomsten inzake werken afgesloten door de sociale huisvestingsmaatschappijen

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Algemene bepaling

Hoofdstuk 1: Algemene bepaling MODEL VAN OVEREENKOMST BIJLAGE 2 Tussen: de Provincie Oost-Vlaanderen, met zetel in het Provinciehuis, Gouvernementstraat 1, 9000 Gent, vertegenwoordigd door de deputatie, voor wie optreden de heer (voornaam

Nadere informatie

OVEREENKOMST VOOR DE VEILIGHEIDSCOORDINATIE ONTWERP / VERWEZENLIJING

OVEREENKOMST VOOR DE VEILIGHEIDSCOORDINATIE ONTWERP / VERWEZENLIJING OVEREENKOMST VOOR DE VEILIGHEIDSCOORDINATIE ONTWERP / VERWEZENLIJING Tussen de ondergetekenden, enerzijds de heer / mevrouw.. wonende te of de maatschappij... met maatschappelijke zetel te hier vertegenwoordigd

Nadere informatie

Administratieve voorwaarden Bellevuekaai - Blok FG

Administratieve voorwaarden Bellevuekaai - Blok FG Bellevuekaai - Blok FG Artikel 1 Volgende documenten vormen een geheel met het verkoopscontract: In volgorde van belangrijkheid : - de architectuurplannen (zie verkoopsbrochure), - Het verkoopslastenboek,

Nadere informatie

BIJZONDER BESTEK NR. 337

BIJZONDER BESTEK NR. 337 OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN SINT-GILLIS BIJZONDER BESTEK NR. 337 AFWIJKINGEN Zie A, I, 5. VOORWERP VAN DE OPDRACHT. De opdracht heeft betrekking op de levering en indienststelling

Nadere informatie

Omzendbrief Overheidsopdrachten Art. 30 TMB

Omzendbrief Overheidsopdrachten Art. 30 TMB Omzendbrief. - Overheidsopdrachten. - Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen. - Veiligheids- en gezondheidsplan - Praktische richtlijnen met betrekking tot de documenten die in toepassing van artikel 30, tweede

Nadere informatie

Vertegenwoordigd door: Dhr. Kris Eggermont, technisch directeur Hierna de opdrachtgever genoemd,

Vertegenwoordigd door: Dhr. Kris Eggermont, technisch directeur Hierna de opdrachtgever genoemd, Tussen: Identificatie opdrachtgever: BOFAS vzw Straat + nummer: Jules Bordetlaan 166 b1 Gemeente: 1140 Brussel Vertegenwoordigd : Dhr. Kris Eggermont, technisch directeur Hierna de opdrachtgever genoemd,

Nadere informatie

INTENTIEVERKLARING VAN DE AANNEMER. Ik (aannemer)

INTENTIEVERKLARING VAN DE AANNEMER. Ik (aannemer) 10. 3. INTENTIEVERKLARING VAN DE AANNEMER Ik (aannemer) Verklaar hiermede dat ik kennis genomen heb van en akkoord ben met de veiligheidsvoorschriften van de opdrachtgever, opgenomen in het bestek, de

Nadere informatie

STAD ANTWERPEN Stadsontwikkeling Openbaar domein

STAD ANTWERPEN Stadsontwikkeling Openbaar domein STAD ANTWERPEN Stadsontwikkeling Openbaar domein POSTINTERVENTIEDOSSIER RENOVATIE PARKBRUG GELEGEN IN PARK DEN BRANDT - BEUKENLAAN OPDRACHTGEVER: STADSBESTUUR ANTWERPEN HOOFDAANNEMER: Conform De Wet op

Nadere informatie

COORDINATIE-DAGBOEK DE MANDATARIS VLAAMSE OVERHEID. Agentschap Facilitair Bedrijf Boudewijngebouw Boudewijnlaan 30 bus Brussel

COORDINATIE-DAGBOEK DE MANDATARIS VLAAMSE OVERHEID. Agentschap Facilitair Bedrijf Boudewijngebouw Boudewijnlaan 30 bus Brussel COORDINATIE-DAGBOEK Voorwerp : Verbouwen 6 de verdieping tot havencoördinatiecentrum FASE 2: Ruwbouwwerken Afwerkingen, sanitair & vast meubilair Hvac Elektriciteit Los meubilair DOSSIERNR: 414.034 BOUWPLAATS

Nadere informatie

De aansprakelijkheid van de aannemer DEEL I: De contractuele aansprakelijkheid

De aansprakelijkheid van de aannemer DEEL I: De contractuele aansprakelijkheid De aansprakelijkheid van de aannemer DEEL I: De contractuele aansprakelijkheid FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be

Nadere informatie

BIJZONDER BESTEK VM/B 97

BIJZONDER BESTEK VM/B 97 VLAAMSE MAATSCHAPPIJ VOOR SOCIAAL WONEN. KOLONIENSTRAAT 40 1000 BRUSSEL BIJZONDER BESTEK VM/B 97 van toepassing op de overeenkomsten inzake werken afgesloten door de sociale huisvestingsmaatschappijen

Nadere informatie

bestek nummer: blad nummer 1/5

bestek nummer: blad nummer 1/5 bestek nummer: 2011 021 01 blad nummer 1/5 OPDRACHTGEVER: OPDRACHT: WZC DE LINDE Lindestraat 16, 9790 Wortegem-Petegem UITBREIDEN BESTAAND WOON- EN ZORGCENTRUM Lindestraat 16, 9790 Wortegem-Petegem PERCEEL

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek IX.- Collectieve bescherming en individuele uitrusting. Titel 1. Collectieve beschermingsmiddelen

Codex over het welzijn op het werk. Boek IX.- Collectieve bescherming en individuele uitrusting. Titel 1. Collectieve beschermingsmiddelen Codex over het welzijn op het werk Boek IX.- Collectieve bescherming en individuele uitrusting Titel 1. Collectieve beschermingsmiddelen Hoofdstuk I.- Algemene bepalingen betreffende de collectieve beschermingsmiddelen

Nadere informatie

BIJZONDER BESTEK VOOR DE AANBESTEDINGEN VAN WERKEN BGHM / B 97 w ( Ed.15.05.1997 )

BIJZONDER BESTEK VOOR DE AANBESTEDINGEN VAN WERKEN BGHM / B 97 w ( Ed.15.05.1997 ) BB nr. 2700/2010/02/01 1 BRUSSELSE GEWESTELIJKE HUISVESTINGSMAATSCHAPPIJ BIJZONDER BESTEK VOOR DE AANBESTEDINGEN VAN WERKEN BGHM / B 97 w ( Ed.15.05.1997 ) DEEL EEN - A - Lijst van afwijkingen Lijst der

Nadere informatie

ONDERHOUDSCONTRACT. Tussen: PROVINCIE VLAAMS-BRABANT, Provincieplein 1, 3010 Leuven hieronder genoemd de gebruiker,

ONDERHOUDSCONTRACT. Tussen: PROVINCIE VLAAMS-BRABANT, Provincieplein 1, 3010 Leuven hieronder genoemd de gebruiker, ONDERHOUDSCONTRACT Tussen: PROVINCIE VLAAMS-BRABANT, Provincieplein 1, 3010 Leuven hieronder genoemd de gebruiker, En Naam van de contractant, adres vertegenwoordigd door Voornaam NAAM, functie hieronder

Nadere informatie

MODEL VAN TIJDELIJKE EN PRECAIRE GEBRUIKSOVEREENKOMST WAARSCHUWING

MODEL VAN TIJDELIJKE EN PRECAIRE GEBRUIKSOVEREENKOMST WAARSCHUWING MODEL VAN TIJDELIJKE EN PRECAIRE GEBRUIKSOVEREENKOMST WAARSCHUWING Dit model houdt geenszins een vrijstelling in van de verplichting om een deskundige te raadplegen om, indien nodig, de regels per geval

Nadere informatie

De definities die hier gegeven zijn slaan enkel op deze projecten voor niet particuliere doelen

De definities die hier gegeven zijn slaan enkel op deze projecten voor niet particuliere doelen 1.1. de partijen 1.1.1.overzicht In het KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE TIJDELIJKE OF MOBIELE BOUWPLAATSEN worden verschillende tussenkomende partijen vernoemd. Aan elk van deze partijen worden taken en

Nadere informatie

Project : VTS-site Collegestraat en O.L.V. plein 9100 Sint-Niklaas Bijzonder bestek nr. : Perceel nr. : Bouwrijp maken en strippen van het gebouw

Project : VTS-site Collegestraat en O.L.V. plein 9100 Sint-Niklaas Bijzonder bestek nr. : Perceel nr. : Bouwrijp maken en strippen van het gebouw OFFERTEFORMULIER. Project : VTS-site Collegestraat en O.L.V. plein 9100 Sint-Niklaas Bijzonder bestek nr. : Perceel nr. : Bouwrijp maken en strippen van het gebouw Bouwheer INTERWAAS Lamstraat 113 9100

Nadere informatie

1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN

1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN 1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN 1.1 Algemeen veiligheids- en gezondheidsplan Het algemeen veiligheids- en gezondheidsplan wordt opgesteld door de veiligheidscoördinator ontwerp en wordt, voor de aanvang van

Nadere informatie

7 Documenten te bezorgen door aannemer bij zijn inschrijving

7 Documenten te bezorgen door aannemer bij zijn inschrijving 7 Documenten te bezorgen door aannemer bij zijn inschrijving 7.1 Toelichting bij de specifieke uitvoeringsmethode Enkele concrete en aandachtspunten mbt specifieke veiligheidsmaatregelen en uitvoeringswijzen

Nadere informatie

Deel F: Indeling offertedossier

Deel F: Indeling offertedossier Deel F: Indeling offertedossier Inhoudsopgave U1: Een volledig ingevuld en ondertekend offerteformulier - ingeval van tijdelijke handelsvennootschap: ondertekening door alle leden deel uitmakende van de

Nadere informatie

RECHTSBIJSTAND. Hoofdstuk 5. Art.21. Voorafgaandelijke bepaling

RECHTSBIJSTAND. Hoofdstuk 5. Art.21. Voorafgaandelijke bepaling Hoofdstuk 5 RECHTSBIJSTAND Voorafgaandelijke bepaling Gewaarborgd schadegeval Art.21 De bepalingen van de overige hoofdstukken van deze overeenkomst zijn van toepassing op Rechtsbijstand voor zover ze

Nadere informatie

OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT TUSSEN: ... Verder genoemd de advocaat EN: ... Verder genoemd de cliënt WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT:

OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT TUSSEN: ... Verder genoemd de advocaat EN: ... Verder genoemd de cliënt WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT: OVEREENKOMST TUSSEN ADVOCAAT EN CLIËNT TUSSEN: Verder genoemd de advocaat EN: Verder genoemd de cliënt WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT: Art. 1. Voorwerp van de dienstverlening en opdracht van de advocaat

Nadere informatie

INSCHRIJVINGSFORMULIER _IF

INSCHRIJVINGSFORMULIER _IF INSCHRIJVINGSFORMULIER 110023_IF Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening CVBA/ De Watergroep Raamovereenkomst 2016 voor het aanleggen van riolen over beperkte afstand en het uitvoeren van huisaansluitingen

Nadere informatie

MAATSCHAPPIJ VOOR INTERCOMMUNAAL VERVOER TE BRUSSEL

MAATSCHAPPIJ VOOR INTERCOMMUNAAL VERVOER TE BRUSSEL MAATSCHAPPIJ VOOR INTERCOMMUNAAL VERVOER TE BRUSSEL M.I.V.B. Speciale Studiedienst Koningsstraat 76 1000 BRUSSEL 1 Bijzonder Bestek nr. MIVB/SSD/1400 RAAMOVEREENKOMST VOOR VERSTERKING VAN PERRONNEUZEN

Nadere informatie

2. De opdrachtgever zorgt er voor dat de aannemer kan beschikken over elektriciteit, gas en water.

2. De opdrachtgever zorgt er voor dat de aannemer kan beschikken over elektriciteit, gas en water. ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR VERBOUWINGEN Te gebruiken bij bouwbegeleiding door Landgut GmbH Artikel 1 Verplichtingen van de opdrachtgever 1. De opdrachtgever zorgt ervoor dat de aannemer tijdig kan beschikken

Nadere informatie

Document werkwijze voorzien in artikel 30,1 van het KB TMB

Document werkwijze voorzien in artikel 30,1 van het KB TMB Bijlage A Document werkwijze voorzien in artikel 30,1 van het KB TMB INVUL FORMULIER VERPLICHT BIJ TE VOEGEN BIJ OFFERTE Art. 30 : De opdrachtgever neemt de nodige maatregelen opdat het veiligheids- en

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN HENDRIKS ASBESTSANERING B.V.

ALGEMENE VOORWAARDEN HENDRIKS ASBESTSANERING B.V. ALGEMENE VOORWAARDEN HENDRIKS ASBESTSANERING B.V. Hendriks Asbestsanering B.V., hierna te noemen Hendriks, is een onderneming, die zich bezig houdt met het in opdracht van natuurlijke en rechtspersonen

Nadere informatie

1 de regionale Huisvestings- en Landmaatschappijen en hun erkende maatschappijen;

1 de regionale Huisvestings- en Landmaatschappijen en hun erkende maatschappijen; WET van 3 MEI 1993, ook "wet Breyne" genoemd tot wijziging van de wet van 9 juli 1971 tot regeling van de woningbouw en de verkoop van te bouwen of in aanbouw zijnde woningen (B.S.19.VI.1993) Artikel 1.

Nadere informatie

(AANVULLEND) POLITIE- EN RETRIBUTIEREGLEMENT BETREFFENDE DE INNAME VAN HET OPENBAAR DOMEIN VOOR HET UITVOEREN VAN BEPAALDE WERKEN

(AANVULLEND) POLITIE- EN RETRIBUTIEREGLEMENT BETREFFENDE DE INNAME VAN HET OPENBAAR DOMEIN VOOR HET UITVOEREN VAN BEPAALDE WERKEN (AANVULLEND) POLITIE- EN RETRIBUTIEREGLEMENT BETREFFENDE DE INNAME VAN HET OPENBAAR DOMEIN VOOR HET UITVOEREN VAN BEPAALDE WERKEN Artikel 1. Met ingang van het dienstjaar 2008 dient een retributie betaald

Nadere informatie

RAAMCONTRACT DAKWERKEN BETONHERSTELLINGEN SCHRIJNWERK (1)

RAAMCONTRACT DAKWERKEN BETONHERSTELLINGEN SCHRIJNWERK (1) RAAMCONTRACT DAKWERKEN BETONHERSTELLINGEN SCHRIJNWERK (1) TUSSEN: Het Autonoom Gemeentebedrijf Vastgoed en Stadsprojecten Antwerpen, Generaal Lemanstraat 55, 2018 Antwerpen, hierbij vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Het veiligheidsplan: Onderaanneming Betontrappen Geerts bvba

Het veiligheidsplan: Onderaanneming Betontrappen Geerts bvba Het veiligheidsplan: Onderaanneming Betontrappen Geerts bvba Het veiligheids- en gezondheidsplan heeft betrekking op de werken in opdracht van Bolcmans nv Het veiligheids- en gezondheidsplan bevat: - Projectgebonden

Nadere informatie

2. De opdrachtgever zorgt er voor dat de aannemer kan beschikken over elektriciteit, gas en water.

2. De opdrachtgever zorgt er voor dat de aannemer kan beschikken over elektriciteit, gas en water. Algemene Voorwaarden van H & A bouw- en onderhoudsbedrijf BV. Artikel 1: Verplichtingen van de opdrachtgever 1. De opdrachtgever zorgt ervoor dat de aannemer tijdig kan beschikken over de gedeelten van

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en cliënt 1

Overeenkomst tussen advocaat en cliënt 1 Overeenkomst tussen advocaat en cliënt 1 Tussen : Meester Dimitri Vantomme, advocaat met kantoor te 8500 Kortrijk, Beheerstraat 32. hierna te noemen de advocaat (of het advocatenkantoor), en hierna te

Nadere informatie

Contract voor de aankoop van een individueel zuiveringssysteem voor huishoudelijk afvalwater

Contract voor de aankoop van een individueel zuiveringssysteem voor huishoudelijk afvalwater Contract voor de aankoop van een individueel zuiveringssysteem voor huishoudelijk afvalwater Tussen de ondergetekenden vennootschap:...............................................................................................................................

Nadere informatie

Dossier nr. Renovatie inkomhal Colomba Kortenberg

Dossier nr. Renovatie inkomhal Colomba Kortenberg KOSTPRIJS PREVENTIEMAATREGELEN en MIDDELEN Dossier nr. 314.332 datum 20.10.2015 Renovatie inkomhal Colomba Kortenberg Omschrijving der werken en leveringen Bestekpost Gedeeltelijke totalen excl. BTW 1

Nadere informatie

1. ORGANISATIE VAN DE PREVENTIE EN BESCHERMING

1. ORGANISATIE VAN DE PREVENTIE EN BESCHERMING Bijlage IV : Bouwplaatsreglement 1. ORGANISATIE VAN DE PREVENTIE EN BESCHERMING 1.1. De veiligheidscoördinator (VC) heeft de leiding over de coördinatie van de veiligheid en gezondheid voor het geheel

Nadere informatie

DEEL F: Indeling offertedossier

DEEL F: Indeling offertedossier DEEL F: Indeling offertedossier Inhoudsopgave U1: Een volledig ingevuld en ondertekend offerteformulier ingeval van tijdelijke vereniging: ondertekening door alle leden deel uitmakende van de tijdelijke

Nadere informatie

Ontwerp van protocol van bouwwerken uitgevoerd door een zelfbouwer

Ontwerp van protocol van bouwwerken uitgevoerd door een zelfbouwer Ontwerp van protocol van bouwwerken uitgevoerd door een zelfbouwer 1. Zelfbouw: Voorafgaande uiteenzetting Zelfbouw - dit is de uitvoering van een deel van de werken door de opdrachtgever zelf is een nieuwe

Nadere informatie

Gemeentelijk reglement tot toekenning van een verbeteringspremie voor woningen

Gemeentelijk reglement tot toekenning van een verbeteringspremie voor woningen Gemeentelijk reglement tot toekenning van een verbeteringspremie voor woningen TITEL I: DOEL Artikel 1 Om het woningenbestand in de gemeente Wielsbeke te verbeteren, wordt binnen de perken van het daartoe

Nadere informatie

Hoofdstuk I. - Bepalingen betreffende de collectieve beschermingsmiddelen. Afdeling 1. - Toepassingsgebied en definities

Hoofdstuk I. - Bepalingen betreffende de collectieve beschermingsmiddelen. Afdeling 1. - Toepassingsgebied en definities Koninklijk besluit van 30 augustus 2013 tot vaststelling van algemene bepalingen betreffende de keuze, de aankoop en het gebruik van collectieve beschermingsmiddelen (B.S. 7.10.2013) Hoofdstuk I. - Bepalingen

Nadere informatie

REGLEMENT HERSTELLING OPENBARE RUIMTE NA INNAME OF WERKZAAMHEDEN

REGLEMENT HERSTELLING OPENBARE RUIMTE NA INNAME OF WERKZAAMHEDEN REGLEMENT HERSTELLING OPENBARE RUIMTE NA INNAME OF WERKZAAMHEDEN Hoofdstuk I ALGEMEEN Artikel 1 Dit reglement stelt regels vast inzake de behandeling van schade aan de openbare ruimte tengevolge van het

Nadere informatie

CONTRACT VOOR DE AANKOOP VAN EEN INDIVIDUEEL ZUIVERINGSSYSTEEM VOOR HUISHOUDELIJK AFVALWATER

CONTRACT VOOR DE AANKOOP VAN EEN INDIVIDUEEL ZUIVERINGSSYSTEEM VOOR HUISHOUDELIJK AFVALWATER CONTRACT VOOR DE AANKOOP VAN EEN INDIVIDUEEL ZUIVERINGSSYSTEEM VOOR HUISHOUDELIJK AFVALWATER Tussen: Vennootschap. Adres. Telefoonnummer... Fax E-mailadres. BTW-Nummer.. Registratienummer Vertegenwoordigd

Nadere informatie

Algemene voorwaarden m.b.t. veiligheidscoördinatie

Algemene voorwaarden m.b.t. veiligheidscoördinatie 1/11 Algemene voorwaarden m.b.t. veiligheidscoördinatie Artikel 1. Aard en voorwerp van de opdracht. De opdrachtgever belast de coördinator-ontwerp, die aanvaardt, de coördinatietaak inzake veiligheid

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden voor Verbouwingen

Algemene Voorwaarden voor Verbouwingen Algemene Voorwaarden voor Verbouwingen Artikel 1: Verplichtingen van de opdrachtgever 1. De opdrachtgever zorgt ervoor dat de aannemer tijdig kan beschikken over de gedeelten van de woning waaraan het

Nadere informatie

Daenshuis Uitbreiding en verbouwing van een WGC Offerteformulier Blz.: O. 1 van 6. Sinte Annalaan 41 bus Aalst

Daenshuis Uitbreiding en verbouwing van een WGC Offerteformulier Blz.: O. 1 van 6. Sinte Annalaan 41 bus Aalst Daenshuis Uitbreiding en verbouwing van een WGC Offerteformulier Blz.: O. 1 van 6 BESTEK NUMMER: IN OPDRACHT VAN: GEBOUW / LIGGING: WERK / PERCEEL: 1407 Bouw en afwerking Wijkgezondheidscentrum Daenshuis

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt Tussen : Mevrouw Lynn Meeuwissen BTW-nr.: BE 0839 091 075 Kantooradres: Laagland 22 2930 Brasschaat Telefoon: +32 303 72 77 GSM: +32 493 25 45 31 Mail: advocaat@lynnmeeuwissen.be

Nadere informatie

Veiligheidscoördinatoren Coordinateurs de Sécurité. Gewijzigd door : KB van 18 januari 2006 BS van 31 januari 2006

Veiligheidscoördinatoren Coordinateurs de Sécurité. Gewijzigd door : KB van 18 januari 2006 BS van 31 januari 2006 21 SEPTEMBER 1988. - Koninklijk besluit betreffende de voorschriften en de verplichtingen van raadpleging en informatie bij het uitvoeren van werken in de nabijheid van installaties van vervoer van gasachtige

Nadere informatie

Reglement veiligheidsregels voor derden.

Reglement veiligheidsregels voor derden. Reglement veiligheidsregels voor derden. 1 Inleiding Dit reglement is bedoeld voor derden die geen werknemer zijn van het ziekenhuis, maar werken in ziekenhuis in het kader van een opdracht. Dit reglement

Nadere informatie

Bouwplaatsreglement. Definities:

Bouwplaatsreglement. Definities: Bouwplaatsreglement Definities: - Dossier veiligheid en De synthese van alle documenten in verband met veiligheid en gezondheid: gezondheid, door alle tussenkomende partijen samengebracht: opdrachtgever,

Nadere informatie

AANVRAAG TOT ERKENNING ALS OPHALER VAN GEVAARLIJKE AFVALSTOFFEN, AFVALOLIEN EN/OF PCB/PCT IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGLEMENTERING

AANVRAAG TOT ERKENNING ALS OPHALER VAN GEVAARLIJKE AFVALSTOFFEN, AFVALOLIEN EN/OF PCB/PCT IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGLEMENTERING AANVRAAG TOT ERKENNING ALS OPHALER VAN GEVAARLIJKE AFVALSTOFFEN, AFVALOLIEN EN/OF PCB/PCT IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Aanwijzingen betreffende het opstellen van de dossiers REGLEMENTERING DE

Nadere informatie

Veiligheid- en gezondheidsplan fase ontwerp

Veiligheid- en gezondheidsplan fase ontwerp Veiligheidscoördinatie - energierapportering blowerdoor & thermografie EPB verslaggeving AMIB b.v.b.a. Handelsregister Gent: 173.786 BTW n BE 453.010.784 Rekeningnummer: BE 48 850-8173734-27 Veiligheid-

Nadere informatie

TUSSEN: Het Autonoom Gemeentebedrijf Vastgoed en Stadsprojecten Antwerpen, Generaal Lemanstraat 55, 2018 Antwerpen, hierbij vertegenwoordigd door

TUSSEN: Het Autonoom Gemeentebedrijf Vastgoed en Stadsprojecten Antwerpen, Generaal Lemanstraat 55, 2018 Antwerpen, hierbij vertegenwoordigd door RAAMCONTRACT GROENONDERHOUD TUSSEN: Het Autonoom Gemeentebedrijf Vastgoed en Stadsprojecten Antwerpen, Generaal Lemanstraat 55, 2018 Antwerpen, hierbij vertegenwoordigd door hierna genoemd AG Vespa EN:,

Nadere informatie

6 Documenten te bezorgen door aannemer bij zijn inschrijving

6 Documenten te bezorgen door aannemer bij zijn inschrijving 6 Documenten te bezorgen door aannemer bij zijn inschrijving Het veiligheids- en gezondheidsplan bevat verplicht te gebruiken invuldocumenten (zie volgende blz.). Enkel deze documenten mogen gebruikt worden

Nadere informatie

OVEREENKOMST INZAKE AFKOPPELING VAN REGEN-EN AFVALWATER. De gemeente Kortenberg, gevestigd te 3070 Kortenberg, De Walsplein 30;

OVEREENKOMST INZAKE AFKOPPELING VAN REGEN-EN AFVALWATER. De gemeente Kortenberg, gevestigd te 3070 Kortenberg, De Walsplein 30; OVEREENKOMST INZAKE AFKOPPELING VAN REGEN-EN AFVALWATER TUSSEN: De gemeente Kortenberg, gevestigd te 3070 Kortenberg, De Walsplein 30; Vertegenwoordigd door de heer Chris Taes, Burgemeester en de heer

Nadere informatie

RICHTLIJNEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE MOBIELE TELEFOON. Gezinszorg Villers vzw

RICHTLIJNEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE MOBIELE TELEFOON. Gezinszorg Villers vzw RICHTLIJNEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE MOBIELE TELEFOON INHOUD 1. VOORWERP... 3 2. TOEPASSINGSGEBIED... 3 3. TOEKENNING VAN EEN MOBIELE TELEFOON... 3 4. RICHTLIJNEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE MOBIELE TELEFOON...

Nadere informatie

KATHOLIEKE BASISSCHOOL VAN ZEMST VZW

KATHOLIEKE BASISSCHOOL VAN ZEMST VZW KATHOLIEKE BASISSCHOOL VAN ZEMST VZW Project Verbouwing en vernieuwing van sanitaire installaties met inbegrip van installaties voor regenwaterrecuperatie. Kadaster Zemst 1e afdeling, sectie B, nummer

Nadere informatie

Overeenkomst tussen Blienberg Advocaten en cliënt. Blienberg Advocaten met maatschappelijke zetel aan de Brusselstraat 7 te 2018 Antwerpen

Overeenkomst tussen Blienberg Advocaten en cliënt. Blienberg Advocaten met maatschappelijke zetel aan de Brusselstraat 7 te 2018 Antwerpen Overeenkomst tussen Blienberg Advocaten en cliënt Tussen : Blienberg Advocaten met maatschappelijke zetel aan de Brusselstraat 7 te 2018 Antwerpen hierna te noemen het advocatenkantoor en hierna te noemen

Nadere informatie

-De werken gebeuren pas nadat we in bezit zijn van een bestelbon of onze offerte voor akkoord is teruggestuurd.

-De werken gebeuren pas nadat we in bezit zijn van een bestelbon of onze offerte voor akkoord is teruggestuurd. Pagina 1 van 5 1. Aanvang werken: -De werken gebeuren pas nadat we in bezit zijn van een bestelbon of onze offerte voor akkoord is teruggestuurd. -Wanneer bij aanvang van de werken geen schriftelijke bevestiging

Nadere informatie

Gebruiksreglement polyvalente zaal Serviceflatcomplex Duinenzichterf

Gebruiksreglement polyvalente zaal Serviceflatcomplex Duinenzichterf Gebruiksreglement polyvalente zaal Serviceflatcomplex Duinenzichterf Goedgekeurd op 27 juni 2012 door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn Hervastgesteld op 26 februari 2013 door de Raad voor Maatschappelijk

Nadere informatie

2.Aankopen, beschikbaarheid, productinformatie en minimum leeftijd

2.Aankopen, beschikbaarheid, productinformatie en minimum leeftijd Algemene verkoopsvoorwaarden Webshop 1.Algemeen 1.1. Behoudens uitdrukkelijke en schriftelijke andersluidende overeenkomst, worden alle overeenkomsten, offerten, aanbiedingen, bestellingen, en alle daaruit

Nadere informatie

APPARTEMENTSGEBOUWEN EN WOONCOMPLEXEN ELEKTRICITEIT PRIVE

APPARTEMENTSGEBOUWEN EN WOONCOMPLEXEN ELEKTRICITEIT PRIVE 1 Goedgekeurd door Sectorcomité Noord Sibelgas op 28.02.2012 APPARTEMENTSGEBOUWEN EN WOONCOMPLEXEN ELEKTRICITEIT PRIVE ARTIKEL 1 ALGEMEENHEDEN Onderhavig reglement legt de modaliteiten vast met betrekking

Nadere informatie

TC01_INK_LV01_CONDITIONSSPECIAL_LEFT NL

TC01_INK_LV01_CONDITIONSSPECIAL_LEFT NL NEU7 SO10 TEXTS Special Conditions LV01-1 - TC01_INK_LV01_CONDITIONSSPECIAL_LEFT NL DE BIJZONDERE AANKOOPVOORWAARDEN VAN VYNOVA Tessenderlo NV 1. Definities Aankoper: VYNOVA Tessenderlo NV met maatschappelijke

Nadere informatie

OFFERTEFORMULIER. AANLEG VAN HET VICTORIA REGIAPARK IN GENTBRUGGE/GENT Besteknummer GD 09/2016. open aanbesteding

OFFERTEFORMULIER. AANLEG VAN HET VICTORIA REGIAPARK IN GENTBRUGGE/GENT Besteknummer GD 09/2016. open aanbesteding AANLEG VAN HET VICTORIA REGIAPARK IN GENTBRUGGE/GENT Besteknummer GD 09/2016 open aanbesteding OFFERTEFORMULIER Belangrijk: dit offerteformulier dient volledig te worden ingevuld.. Het totaalbedrag (excl.

Nadere informatie

BIJZONDERE VOORWAARDEN B-COVER CONSTRUCT

BIJZONDERE VOORWAARDEN B-COVER CONSTRUCT BIJZONDERE VOORWAARDEN B-COVER CONSTRUCT Artikel 1 VERZEKERINGSNEMER De bouwheer met name de VME, een mede-eigenaar, een huurder of iemand die bouwt voor hun rekening. Artikel 2 VERZEKERDEN - de verzekeringsnemer

Nadere informatie

ASBESTVERWIJDERING. Voorafgaand aan afbraakwerken van een schoolgebouw. Academie voor Beeldende Kunsten Dapperheidsplein 17 1070 Anderlecht

ASBESTVERWIJDERING. Voorafgaand aan afbraakwerken van een schoolgebouw. Academie voor Beeldende Kunsten Dapperheidsplein 17 1070 Anderlecht opdracht : ASBESTVERWIJDERING Voorafgaand aan afbraakwerken van een schoolgebouw. ligging : Academie voor Beeldende Kunsten Dapperheidsplein 17 1070 Anderlecht bouwheer : Scholengroep Brussel Jacky Goris

Nadere informatie

Wet van 2 oktober 2017 vergunning voor het exploiteren van een onderneming voor camerasystemen.

Wet van 2 oktober 2017 vergunning voor het exploiteren van een onderneming voor camerasystemen. Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken Algemene Directie Veiligheid en Preventie Directie Private Veiligheid Aan de ondernemingen voor camerasystemen Uw contactpersoon T Uw referentie Bijlagen 02

Nadere informatie

Voorwaarden voor het plaatsen van verkoopstanden op de openbare weg tijdens de Gentse Feesten

Voorwaarden voor het plaatsen van verkoopstanden op de openbare weg tijdens de Gentse Feesten Voorwaarden voor het plaatsen van verkoopstanden op de openbare weg tijdens de Gentse Feesten Goedgekeurd in de gemeenteraad van 25 februari 2013 Bekendgemaakt op 28 februari 2013 Artikel 1 Openbare procedure

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt 1

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt 1 Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt 1 Tussen : hierna te noemen de advocaat (of het advocatenkantoor) en hierna te noemen de cliënt(en) 2 Wordt het volgende overeengekomen : 1. Voorwerp van

Nadere informatie

EEN SUCCESVOL BOUWPROCES VRAAGT EEN SPECIFIEKE AANPAK

EEN SUCCESVOL BOUWPROCES VRAAGT EEN SPECIFIEKE AANPAK 01 ONTWERPPROCES EEN SUCCESVOL BOUWPROCES VRAAGT EEN SPECIFIEKE AANPAK Een succesvol bouwproces, van beleidsvisie tot realisatie en dus tot beleving, vraagt een specifieke aanpak. Er bestaat dan ook geen

Nadere informatie

Model van een tuchtreglement

Model van een tuchtreglement Model van een tuchtreglement VOORAFGAANDE BEPALINGEN 1.1 Artikel 1: Toepassingsgebied: De Tuchtcommissie van de [ ]Federatie is bevoegd om in eerste aanleg te oordelen over iedere overtreding van een algemeen

Nadere informatie

Verblijfsovereenkomst Voor een assistentiewoning/flat voor personen met een handicap

Verblijfsovereenkomst Voor een assistentiewoning/flat voor personen met een handicap Verblijfsovereenkomst Voor een assistentiewoning/flat voor personen met een handicap Deze overeenkomst is geen huurovereenkomst en valt als dusdanig niet onder de toepassing van de huurwetgeving maar wel

Nadere informatie

OVEREENKOMST VAN BRUIKLEEN

OVEREENKOMST VAN BRUIKLEEN OVEREENKOMST VAN BRUIKLEEN Ondergetekende, uitlener / verhuurder Naam instelling: Contactpersoon: Straat: Postcode: Woonplaats: Telefoonnr.: Emailadres: Verklaart dat, gebruiker, Naam instelling: Contactpersoon:

Nadere informatie

DIENSTVERLENINGSOVEREENKOMST TUSSEN GEMEENTE MERKSPLAS EN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF SPORTCENTRUM T HOFEIND

DIENSTVERLENINGSOVEREENKOMST TUSSEN GEMEENTE MERKSPLAS EN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF SPORTCENTRUM T HOFEIND DIENSTVERLENINGSOVEREENKOMST TUSSEN GEMEENTE MERKSPLAS EN HET AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF SPORTCENTRUM T HOFEIND TUSSEN: GEMEENTE MERKSPLAS, vertegenwoordigd door het college van burgemeester en schepenen,

Nadere informatie

BIJLAGE: OFFERTEFORMULIER

BIJLAGE: OFFERTEFORMULIER BIJLAGE: OFFERTEFORMULIER PRIJSOFFERTE VOOR DE OPDRACHT MET ALS VOORWERP PERCEEL 1: ALGEMENE RENOVATIEWERKEN Openbare aanbesteding Belangrijk: dit offerteformulier dient volledig te worden ingevuld en

Nadere informatie

CLAUSULE 108: BEROEPSAANSPRAKELIJKHEID VAN DE NIET DOOR DE BIV ERKENDE SYNDICUS

CLAUSULE 108: BEROEPSAANSPRAKELIJKHEID VAN DE NIET DOOR DE BIV ERKENDE SYNDICUS CLAUSULE 108: BEROEPSAANSPRAKELIJKHEID VAN DE NIET DOOR DE BIV ERKENDE SYNDICUS De bepalingen die hierna zijn voorzien vullen het lexicon, het hoofdstuk "B.A. Uitbating" en het hoofdstuk "Gemeenschappelijke

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN

ALGEMENE VOORWAARDEN ALGEMENE VOORWAARDEN Algemene Voorwaarden Beekmans Schilderwerken: Artikel 1. DEFINITIES In deze voorwaarden wordt het volgende verstaan onder: Consument / Opdrachtgever; Ieder natuurlijk persoon die niet

Nadere informatie

AGION V.O. 9660.3 Bestek nr. 0640-02. Tweebruggenstraat 55 9000 GENT OFFERTEFORMULIER

AGION V.O. 9660.3 Bestek nr. 0640-02. Tweebruggenstraat 55 9000 GENT OFFERTEFORMULIER BESTEK NUMMER: 0640-02 IN OPDRACHT VAN: GEBOUW / LIGGING: WERK / PERCEEL: Katholiek Onderwijs Gent-Zuid Lange Violettestraat 29 9000 GENT tel: 09/ 225 47 44 fax: 09/ 223 49 38 Onze-Lieve-Vrouwe-Instituut

Nadere informatie

Algemene voorwaarden BHD

Algemene voorwaarden BHD Algemene voorwaarden BHD Dit zijn de algemene voorwaarden van de BVBA BHD, met zetel te 2980 Zoersel, Sint-Antoniusbaan 299, met ondernemingsnummer 0865 873 171. Deze algemene voorwaarden kunnen geraadpleegd

Nadere informatie

BIJZONDER BESTEK NR. 1431

BIJZONDER BESTEK NR. 1431 MAATSCHAPPIJ VOOR HET INTERCOMMUNAAL VERVOER TE BRUSSEL MIVB KONINGSTRAAT 76 1000 BRUSSEL (1) BIJZONDER BESTEK NR. 1431 Aanpassing van het bovengrondse net Kleine reparaties aan de halten en beddingen

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt Tussen : De heer Nicolas Vanspeybrouck, advocaat met kantoor te 8660 DE PANNE. hierna te noemen de advocaat en hierna te noemen de cliënt(en) Wordt het volgende

Nadere informatie

Vergoedingsreglement inzake de uitlening van materiaal

Vergoedingsreglement inzake de uitlening van materiaal Vergoedingsreglement inzake de uitlening van materiaal Artikel 1 : Onderwerp van het reglement Het onderhavige reglement is van toepassing op de uitlening van logistiek en technisch materiaal - zoals beschreven

Nadere informatie

Algemene voorwaarden

Algemene voorwaarden Algemene voorwaarden Artikel 1 Definities 1. Opdrachtgever: natuurlijk persoon of rechtspersoon. 2. Opdrachtnemer: VK Afbouw (KVK 70921547), die bedrijfsmatig offertes uitbrengt en schilders-, timmer-

Nadere informatie

INSCHRIJVINGSFORMULIER BIJZONDER BESTEK NR.2006/VGC/wsch/002/Sint Ur sula

INSCHRIJVINGSFORMULIER BIJZONDER BESTEK NR.2006/VGC/wsch/002/Sint Ur sula INSCHRIJVINGSFORMULIER BIJZONDER BESTEK NR.2006/VGC/wsch/002/Sint Ur sula Onderwerp : Basisschool Sint Ursula Dieudonné Lefévrestraat 41 te 1020 Brussel (Laken) Leveren en plaatsen van een tweedehands

Nadere informatie

HUUROVEREENKOMST. Tussen

HUUROVEREENKOMST. Tussen HUUROVEREENKOMST Tussen Linda Dillen Koel Rent Steenovenstraat 56 2040 Antwerpen Berendrecht BTW: BE015.980.306 GSM: 0468 288 296 Email: info@koelrent.be Hierna de verhuurder genoemd, En Naam: Adres: Gemeente:

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt 1. 1. Voorwerp van de dienstverlening en taak van de advocaat 3

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt 1. 1. Voorwerp van de dienstverlening en taak van de advocaat 3 Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt 1 Tussen : hierna te noemen de advocaat (of het advocatenkantoor) en hierna te noemen de cliënt(en) 2 Wordt het volgende overeengekomen : 1. Voorwerp van

Nadere informatie

Gelet op de nieuwe gemeentewet, meer bepaald artikel 117, alinea 1 en artikel 118, alinea 1 ;

Gelet op de nieuwe gemeentewet, meer bepaald artikel 117, alinea 1 en artikel 118, alinea 1 ; Leefkader / Stadsontwikkeling / Stedenbouwkundige vergunningen : Belastingreglement inzake diverse handelingen en werken onderworpen aan een stedenbouwkundige vergunning Wijzigingen en vernieuwing. Anderlecht,

Nadere informatie

Bijzonder Bestek nr Raamovereenkomst voor de signalisatie voor blinden en slechtzienden in verschillende stations van het net

Bijzonder Bestek nr Raamovereenkomst voor de signalisatie voor blinden en slechtzienden in verschillende stations van het net BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Mobiel Brussel (B.U.V.) Directie Infrastructuur van het Openbaar Vervoer C.C.N. Vooruitgangstraat,80 (bus 1) 1030 BRUSSEL 1 Bijzonder Bestek nr. 1348 Raamovereenkomst voor

Nadere informatie

De werken worden door de aannemer ter beschikking gesteld en door de bouwheer in ontvangst genomen / aanvaard.

De werken worden door de aannemer ter beschikking gesteld en door de bouwheer in ontvangst genomen / aanvaard. OPLEVERING + Voorlopige Oplevering + Definitieve Oplevering De werken worden door de aannemer ter beschikking gesteld en door de bouwheer in ontvangst genomen / aanvaard. Eén of twee opleveringen? uitgangspunt

Nadere informatie

1. Voorwerp 1.1. Op alle diensten, producten en leveringen van Metalmorphosa bvba zijn huidige algemene voorwaarden van toepassing, met uitsluiting

1. Voorwerp 1.1. Op alle diensten, producten en leveringen van Metalmorphosa bvba zijn huidige algemene voorwaarden van toepassing, met uitsluiting 1. Voorwerp 1.1. Op alle diensten, producten en leveringen van Metalmorphosa bvba zijn huidige algemene voorwaarden van toepassing, met uitsluiting van elke andere leveringsvoorwaarden of verkoopsvoorwaarden

Nadere informatie

3. De Academie Regio Tienen stelt jaarlijks het aantal en de soort instrumenten vast die te huur worden aangeboden.

3. De Academie Regio Tienen stelt jaarlijks het aantal en de soort instrumenten vast die te huur worden aangeboden. R E G L E M E N T Gemeenteraad van 28-06-2018 REGLEMENT VOOR HET HUREN VAN INSTRUMENTEN Art. 1 1. Het stadsbestuur Tienen - verder verhuurder genoemd, vertegenwoordigd door de directeur van de Academie

Nadere informatie

1.3 Werk: Het totaal van de tussen de consument en de DFS overeengekomen werkzaamheden en leveringen van de daartoe te verwerken producten.

1.3 Werk: Het totaal van de tussen de consument en de DFS overeengekomen werkzaamheden en leveringen van de daartoe te verwerken producten. Algemene voorwaarden Artikel 1 - Definities In deze voorwaarden wordt verstaan onder: 1.1 Consument: Een natuurlijk persoon of een vereniging van eigenaren, niet handelend in de uitoefening van beroep

Nadere informatie

Algemene voorwaarden Fred s schilderwerken

Algemene voorwaarden Fred s schilderwerken Inhoudsopgave Artikel 1 - Definities Artikel 2 - Werkingssfeer Artikel 3 - Aanbod Artikel 4 - Totstandkoming van de overeenkomst Artikel 5 - Uitbesteding aan derden Artikel 6 - Verplichtingen van Fred

Nadere informatie

HUUROVEREENKOMST KANTOOR. Tussen 1. De heer en/of mevrouw (naam, voornaam, adres)... hierna de verhuurder genoemd

HUUROVEREENKOMST KANTOOR. Tussen 1. De heer en/of mevrouw (naam, voornaam, adres)... hierna de verhuurder genoemd HUUROVEREENKOMST KANTOOR Tussen 1. De heer en/of mevrouw (naam, voornaam, adres)... hierna de verhuurder genoemd en 2. De heer en/of mevrouw (naam, voornaam, adres, ondernemingsnummer en eventueel RPR)

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en cliënt

Overeenkomst tussen advocaat en cliënt Overeenkomst tussen advocaat en cliënt Tussen : hierna te noemen de advocaat (of het advocatenkantoor) en hierna te noemen de cliënt(en) Wordt het volgende overeengekomen : 1. Voorwerp van de dienstverlening

Nadere informatie

Alle Bouwplaatsrisico s Vereenvoudigde en uitgebreide vragenlijst

Alle Bouwplaatsrisico s Vereenvoudigde en uitgebreide vragenlijst Vereenvoudigde en uitgebreide vragenlijst Dit document bestaat uit 2 delen: enerzijds de Vereenvoudigde vragenlijst en anderzijds de Uitgebreide vragenlijst. Om te kunnen gebruikmaken van de Vereenvoudigde

Nadere informatie