Uitbreiding spreekrecht ex art. 51e Sv. De gevolgen voor de rechtspositie van de verdachte.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Uitbreiding spreekrecht ex art. 51e Sv. De gevolgen voor de rechtspositie van de verdachte."

Transcriptie

1 2013 Uitbreiding spreekrecht ex art. 51e Sv. De gevolgen voor de rechtspositie van de verdachte. De gevolgen voor de rechtspositie van de verdachte indien het spreekrecht voor slachtoffers en nabestaanden wordt uitgebreid en zij zich tevens mogen uitspreken over de persoon van de dader en de gewenste strafmaat. Jody Eijkemans Universiteit van Tilburg Faculteit der Rechtswetenschappen Examencommissie: dr. mr. A.L.M. de Brouwer mr. drs. B. van der Vorm

2 Inhoudsopgave Afkortingen p. Inleiding 1 Hoofdstuk 1 De rechten en waarborgen van de verdachte in het strafproces Strafvorderlijke legaliteit Onafhankelijke en onpartijdige rechter Interne openbaarheid Externe openbaarheid Motivering Getuigenverhoor Redelijk vermoeden van onschuld Zwijgrecht Hoor en wederhoor Recht op rechtsbijstand Recht op tolk 9 Hoofdstuk 2 Ontwikkeling van de positie van het slachtoffer in het strafprocesrecht Schriftelijke slachtofferverklaring (2004) Wettelijk recht om te spreken (2005) Wet versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces (2011) Titel IIIA Het slachtoffer Definitie slachtoffer Spreekrecht Nabestaanden Minderjarige slachtoffers Wet uitbreiding spreekrecht (2012) Uitbreiding kring gerechtigden Wettelijk vertegenwoordiger en ouders Gemachtigde 16

3 2.5. Gevolgen van de invoering van spreekrecht voor slachtoffers en nabestaanden voor het strafproces Genoegdoening slachtoffer? Secundaire victimisatie Tweedeling strafproces wenselijk? Slachtoffer als volwaardige procespartij? Mediation in strafzaken Het slachtoffer centraal 23 Hoofdstuk 3 Internationale regelgeving met betrekking tot de positie van het slachtoffer Kaderbesluit 2001/220/JBZ, de status van het slachtoffer in de strafprocedure Richtlijn 2004/80/EG, de schadeloosstelling van slachtoffers van Misdrijven Richtlijn 2012/29/EU, vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens Het Internationaal Strafhof Omliggende landen Het Verenigd Koninkrijk Duitsland België 33 Hoofdstuk 4 Het spreekrecht en de positie van de verdachte Karakter Nederlands strafprocesrecht Accusatoir en inquisitoir De druk op de rechten van de verdachte Psychische gevolgen verdachte 37 Conclusie 38 Literatuurlijst 42

4 Afkortingen Bijv. Bijvoorbeeld d.d. de dato EHRM Europees Hof voor de Rechten van de Mens e.v. En volgende EVRM Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden GW Grondwet HR Hoge Raad der Nederlanden IVBPR Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten j Juncto jl. jongstleden LJN Landelijk jurisprudentienummer in m.nt. Met noot MvA Memorie van antwoord MvJ Minister van Justitie MvT Memorie van toelichting NJ Nederlandse Jurisprudentie nr. Nummer OPCV Office of Public Counsel for Victims p. Pagina Rb. Rechtbank Sv Wetboek van Strafvordering Sr Wetboek van Strafrecht VPRS Victims Participation and Reparations Section VWU Victims Witnesses Unit

5 Inleiding Aanleiding voor deze scriptie is het persbericht, van de Rechtspraak getiteld: Politieke steun voor vergaand spreekrecht en gedeeld strafproces tijdens Gerbrandydebat, van 9 november 2012: Het verbeteren van de positie van het slachtoffer staat ook bij het nieuwe kabinet hoog op de agenda, bleek tijdens het Gerbrandydebat in de Haagse sociëteit De Witte. PvdA-kamerlid Jeroen Recourt sprak zich uit voor het verder uitbreiden van het spreekrecht voor slachtoffers in het strafproces. Dit recht is door de vorige regering verruimd, maar PvdA en VVD willen nog verder gaan. PvdA'er Recourt diende eerder dit jaar met VVD-kamerlid Van der Steur een amendement in waarin wordt voorgesteld dat slachtoffers zich ook over de dader en de strafmaat mogen uitspreken. In het recente regeerakkoord is afgesproken dat slachtoffers meer spreekrecht krijgen in het strafproces. Recourt daarover tijdens het Gebrandydebat: "Meer inspraak biedt slachtoffers en nabestaanden ontzettend veel troost. Laten we mensen die ruimte geven." 1 Slachtoffers hebben in de laatste jaren een sterkere positie gekregen in het strafproces. Met de inwerkingtreding van de Wet versterking positie slachtoffers in 2011 en met de wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter uitbreiding van het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden in het strafproces wat op 1 september 2012 in werking is getreden, zijn de rechten van slachtoffers verruimd. Ook bij het nieuwe kabinet staat de verbetering van de positie van het slachtoffer hoog op de agenda. Uit het regeerakkoord van de VVD en PvdA d.d. 29 oktober jl. blijkt dat ze het spreekrecht willen verruimen. Het slachtoffer of een nabestaande kan op de terechtzitting een verklaring afleggen over de gevolgen die de strafbare feiten bij hem teweeg hebben gebracht, ofwel het kan gebruik maken van zijn spreekrecht. 2 Nu is het nog niet mogelijk dat slachtoffers of nabestaanden zich tevens uitspreken over de dader en de gewenste strafoplegging. De vraag is of dit wenselijk is voor zowel de verdachte als het slachtoffer. Probleemstelling In het Nederlands strafrecht heeft voor lange tijd de verdachte centraal gestaan. Het draait in het strafproces voornamelijk om waarheidsvinding en niet zozeer om 1 Politieke steun voor vergaand spreekrecht en gedeeld strafproces tijdens Gerbrandydebat, de Rechtspraak 9 november 2012, (zoek op Gerbrandydebat). 2 Artikel 51e lid 1 Sv. 1

6 rouwverwerking of genoegdoening voor de slachtoffers. Echter In de vorige eeuw is er een ontwikkeling begonnen ter versterking van de positie van slachtoffers. Dit is uitgemond in verscheidene rechten voor slachtoffers. 3 Aan de ene kant zijn de ontwikkelingen rondom het slachtoffer in het strafprocesrecht natuurlijk positief te noemen, maar worden de rechten van de verdachte hierdoor niet ongeoorloofd ingeperkt? 4 Wellicht dat het evenwicht tussen de belangen van de verdachte en die van het slachtoffer zal veranderen ten voordele van het slachtoffer. 5 Een nadeel zou kunnen liggen in het feit dat een slachtoffer zich uit laat tegenover de verdachte over het leed wat hem is aangedaan, en waarna blijkt dat de verdachte niet als dader wordt veroordeeld. Wellicht dat opsplitsing van het strafproces in twee fasen wenselijk is. Immers de verdachte wordt nu ten tijde van het spreekrecht nog voor onschuldig gehouden. Tevens kunnen er criteria worden gesteld bij spreekrecht met betrekking tot de strafmaat. Het lijkt erop dat de ontwikkelingen zich slechts richten op het slachtoffer. Echter de rechten van de verdachte dienen tevens belicht te worden. De centrale vraag voor mijn onderzoek luidt als volgt: Welke gevolgen brengt een uitbreiding van het spreekrecht voor slachtoffers en nabestaanden met zich mee indien zij zich tevens uit mogen spreken over de persoon van de dader en de strafmaat voor de rechtspositie van de verdachte? Maatschappelijke relevantie In de maatschappij heerst steeds meer het gevoel dat het slachtoffer meer gehoord moet worden. Met het oude kabinet zijn er al positieve veranderingen doorgevoerd voor de positie van het slachtoffer en de verruiming van het spreekrecht. Aanleiding hiertoe was de uitspraak van de Hoge Raad op 6 maart Hierin heeft de Hoge Raad bepaald dat slechts in de wet genoemde spreekgerechtigden een verklaring mogen afleggen. Echter in de zaak Robert. M., welke de maatschappij ernstig schokte, werd wel spreekrecht aan de ouders van de slachtoffers toegekend. Doormiddel van het arrest van de Hoge Raad en de zaak Robert M. is de Nederlandse regelgeving omtrent het spreekrecht uitgebreid. Na de Wet uitbreiding spreekrecht 7, welke op 1 september 2012 in werking is getreden, zijn er alweer nieuwe plannen om het spreekrecht nog verder uit te breiden. Het huidige kabinet 3 Langemeijer 2010, p Van der Aa & Groenhuijsen 2012, p Kamerstukken II, 2011/12, , nr. 5 (Verslag II). 6 HR 6 maart 2012, LJN BR Kamerstukken II, 2011/12, , nr. 3 (MvT). 2

7 heeft de positie van het slachtoffer hoog op de agenda staan. Het plan ligt er om het spreekrecht van slachtoffers nog verder te verruimen en de slachtoffers of nabestaanden de mogelijkheid te bieden zich tevens uit te laten over de strafmaat van de verdachte. Een onderzoek naar een dergelijke uitbreiding is door de spraakmakende strafzaken, zoals een zaak als Robert M., dan ook maatschappelijk relevant. Wetenschappelijke relevantie Een dergelijke uitbreiding van het spreekrecht heeft gevolgen voor zowel het slachtoffer als de verdachte. Immers in het strafproces waar het slachtoffer zijn spreekrecht mag uitoefenen, is er nog steeds sprake van een verdachte en niet van een dader. De rechten van de verdachte dienen tevens in het licht te worden gehouden. Het onderzoek is wetenschappelijk relevant vanwege de analyse van de eventuele wetswijziging wat betreft de uitbreiding van het spreekrecht en de gevolgen van deze wijziging met betrekking tot de rechten van de verdachte. Leeswijzer In hoofdstuk 1 worden in het algemeen de rechten van de verdachte in het strafproces uitgewerkt. Vervolgens wordt in hoofdstuk 2 de ontwikkeling van de positie van het slachtoffer in het strafprocesrecht besproken alsmede de gevolgen van de invoering van spreekrecht voor slachtoffers en nabestaanden. Om een goed beeld te krijgen van de waarborgen en rechten die het Nederlands recht biedt, wordt er tevens gekeken naar de positie van het slachtoffer in het strafproces in het buitenland. Dit betreft een korte beschouwing en is terug te vinden in hoofdstuk 3. Vervolgens wordt er in hoofdstuk 4 nog gekeken naar het spreekrecht en de eventuele uitbreiding hiervan ten opzichte van de verdachte. Uiteindelijk volgt er een conclusie over de gevolgen van uitbreiding van het spreekrecht met betrekking tot de strafmaat en de persoon van de dader voor de rechten van de verdachte. 3

8 Hoofdstuk 1 De rechten en waarborgen van de verdachte in het strafproces In het Nederlands strafrecht gaat het om het (negatief) sanctioneren van wederrechtelijk gedrag. 8 Bij het materieel strafrecht staat dus het wederrechtelijk handelen centraal. Het materiële strafrecht zegt welke gedragingen onder welke omstandigheden strafbaar zijn. Het strafprocesrecht bepaalt hoe en door wie wordt onderzocht of een strafbaar feit is begaan en door wie en naar welke maatstaven daarover en over de daaraan te verbinden strafrechtelijke sancties beslist. 9 Het Nederlands strafproces wordt als gematigd accusatoir aangeduid. Dit omdat de verdachte in de beginfase vooral object van onderzoek is en als zodanig de uitoefening van dwangmiddelen heeft te dulden. Tijdens het onderzoek ter terechtzitting heeft het proces een meer accusatoir karakter. 10 Er wordt dan meer uitgegaan van gelijke procespartijen. 11 In dit hoofdstuk wordt voornamelijk gesproken over het onderzoek ter terechtzitting. De verdachte staat centraal in het strafproces. Naast het feit dat tegen de verdachte allerlei bevoegdheden en dwangmiddelen kunnen worden toegepast heeft de verdachte ook een aantal rechten. 12 Enkele van deze rechten zullen nader besproken worden Strafvorderlijke legaliteit Het strafvorderlijk legaliteitsbeginsel is neergelegd in art. 1 Sv. Dit artikel luidt: strafvordering heeft alleen plaats op de wijze bij de wet voorzien. Het begrip wet betekent in dit geval een wet in formele zin. Dit houdt in dat de wet moet zijn vastgesteld door de regering en Staten-Generaal tezamen. Het is niet mogelijk dat op regionaal of plaatselijk niveau strafvorderlijke bepalingen worden gemaakt. Door de eis van een wet in formele zin wordt een waarborg gegeven voor de burgers en dus ook voor de verdachte. Immers er zit een zekere kwaliteitsgarantie in besloten. 13 Nederland is aangesloten bij het Europees Verdrag voor bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EVRM). Dit verdrag heeft in Nederland directe werking. Dit houdt in dat alle wetgeving direct aan het EVRM getoetst moet worden (art. 94 Gw). 8 Corstens 2011, p. 1 9 Corstens 2011, p Corstens 2011, p Voor meer informatie over accusatoir en inquisitoir zie hoofdstuk 4 paragraaf Corstens 2011, p Corstens 2011, p. 14 4

9 Het legaliteitsbeginsel ligt tevens besloten in het EVRM en wel in artikel 7. Dit artikel geeft aan dat niemand veroordeeld mag worden indien het handelen of nalaten van diegene niet een strafbaar feit oplevert naar nationaal of internationaal recht ten tijde van het handelen of nalaten Onafhankelijke en onpartijdige rechter Het EVRM bevat tevens een artikel omtrent het recht op een onafhankelijke en onpartijdige rechter. Dit betreft artikel 6 EVRM, het recht op een eerlijk proces. Dit artikel bevat overigens nog tal van andere rechten voor de verdachte welke nader in dit hoofdstuk worden besproken. In lid 1 van artikel 6 ligt besloten dat een verdachte recht heeft op een eerlijke behandeling van zijn zaak, door een onafhankelijke, bij de wet ingestelde rechter. De onafhankelijkheid van de Nederlandse rechter wordt gewaarborgd door de artikelen 112 e.v. Grondwet (hierna: Gw) en in de Wet op de rechterlijke organisatie (hierna: Wet RO). Hierin wordt de instelling van de rechtbanken, gerechtshoven en de Hoge Raad geregeld. Volgens artikel 117 Gw worden de leden van de rechterlijke macht met rechtspraak belast ( ) bij koninklijk besluit voor het leven benoemd. Ook artikel 268 Sv speelt een rol. Hierin staat geregeld dat een rechter-commissaris die enig onderzoek in de zaak heeft verricht, geen deel neemt op de terechtzitting. Een uitzondering hierop is geregeld in art. 316 lid 2 Sv. 14 Dit artikel bepaalt dat indien het onderzoek uitsluitend zal bestaan in het horen van getuigen en deskundigen, de rechtbank één van de zittingsrechters als rechter-commissaris kan aanwijzen. 15 De kern van onpartijdigheid lijkt voor het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (hierna: EHRM) in het algemeen te liggen in het niet hebben van een reeds vaststaand oordeel over de zaak. Het EHRM hecht veel waarde bij het beoordelen van onpartijdigheid aan nationale regels die onderzoeksrechters als zittingsrechter uitsluiten. Het naleven van art. 268 Sv is bij de onpartijdigheid dus ook van belang. 16 De Hoge Raad stelt voorop dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn. Dat is slechts anders als zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die een zwaarwegende aanwijzing opleveren voor objectieve onpartijdigheid Zie art. 21 lid 4 Sv voor een vergelijkbare bepaling voor de raadkamerprocedure. 15 Harteveld, p Zie EHRM 25 februari 1992, Publ. ECHR Series A, vol. 227, NJ 1994, 117, m.nt. EJD (Pfeifer en Plankl tegen Oostenrijk). 17 Harteveld, p. 94; HR 14 oktober 1997, NJ 1998, 187, m.nt. Kn. 5

10 1.3. Interne openbaarheid Interne openbaarheid ziet op de toegankelijkheid van het onderzoek voor alle procesdeelnemers. Het behelst dat de procespartijen van het onderzoek ter terechtzitting alle processtukken kennen. De zittingsrechter mag niet over meer informatie beschikken dan de procespartijen. De zittingsrechter mag dus niet de procespartijen uitsluiten van een deel van het onderzoek op de zitting en bijvoorbeeld zelf een anonieme getuige gaan horen Externe openbaarheid De uitspraak moet in het openbaar worden gewezen maar de toegang tot de rechtszaak kan aan de pers en het publiek worden ontzegd, gedurende de gehele terechtzitting of een deel daarvan. Dit kan ten eerste in het belang van de goede zeden, van de openbare orde of nationale veiligheid in een democratische samenleving. Ten tweede wanneer de belangen van minderjarigen of de bescherming van het privé leven van procespartijen dit eisen. En in de derde plaats wanneer de openbaarheid de belangen van een behoorlijke rechtspleging zou schaden. 19 In artikel 121 Gw is tevens bepaald dat in uitzondering van de gevallen bij de wet bepaald, de terechtzitting en de uitspraak in het openbaar plaatsvindt. Ook in artikel 269 van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv) bepaald dat het onderzoek ter terechtzitting in het openbaar moet plaatsvinden. Echter de rechtbank kan de gehele of gedeeltelijke behandeling met gesloten deuren bevelen. In Nederland is de terechtzitting in de regel in het openbaar. De uitspraak op een openbare terechtzitting voor zowel in eerste aanleg als in hoger beroep is voorgeschreven in artikel 362 Sv. Bij beroep in cassatie is de uitspraak tevens openbaar (art. 443 Sv). Echter bij raadkamerprocedures 20 en bij strafzaken met minderjarigen is er geen regel van openbaarheid. Voor minderjarigen geldt dat de zaak in beginsel achter gesloten deuren behandeld wordt (art. 495b Sv). Zoals in lid 2 is bepaald kan de rechter het belang van openbaarheid van de zitting zwaarder laten wegen dan het belang van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de verdachte, diens medeverdachte, ouders of voogd Corstens, 2011, p Art. 6 lid 1 EVRM. 20 Zie art. 22 Sv. 21 Zie Rb. Arnhem 12 november 2012, LJN BY2852 (Facebookmoord). 6

11 1.5. Motivering Zoals in artikel 121 Gw is bepaald dienen vonnissen de gronden in te houden waarop zij berusten. Uitspraken dienen dus gemotiveerd te worden. Motiveringsvereisten voor einduitspraken zijn terug te vinden in art. 359 Sv. Voor beschikkingen stelt de wet tevens een aantal motiveringsvereisten (art. 24 lid 1 Sv). Juist omdat de wet de rechter bij het nemen van een beslissing omtrent sanctietoemeting een zekere beslissingsvrijheid heeft, eist de wet omgekeerd dan wel van de rechter dat hij zijn beslissing op het punt van de sanctie die wordt opgelegd, deugdelijk in het vonnis motiveert Getuigenverhoor Tevens heeft de verdachte het recht om de getuigen à charge te ondervragen of te doen ondervragen en het oproepen en de ondervraging van getuigen à décharge te doen geschieden onder dezelfde voorwaarden als het geval is met de getuigen à charge. 23 Getuigen à charge zijn getuigen die worden opgeroepen op verzoek van de officier van justitie. Zij hebben in de regel een belastende verklaring voor de verdachte. De verdachte en zijn advocaat kunnen ook getuigen oproepen. Dit zijn de getuigen à décharge. Ook zij worden door middel van een brief opgeroepen door de officier van justitie. 24 De officier van justitie kan ook beslissen om het slachtoffer op te roepen als getuige, echter hierbij wordt er wel rekening gehouden met de belangen van het slachtoffer. Slechts indien het noodzakelijk is voor de strafzaak wordt het slachtoffer door autoriteiten ondervraagd. 25 Artikel 8 lid 1 van het Kaderbesluit inzake de status van het slachtoffer in de strafprocedure (hierna: Kaderbesluit) bepaalt dat de lidstaten ervoor moeten zorgen dat het slachtoffer en zijn familie voldoende beschermd worden Redelijk vermoeden van onschuld In artikel 6 lid 2 EVRM is bepaald dat een ieder tegen wie een vervolging is ingesteld, voor onschuldig wordt gehouden totdat zijn schuld in rechte is komen vast te staan. Dit wordt ook wel de onschuldpresumptie genoemd. Dit beginsel is bedoeld om een bijdrage te leveren aan het voorkomen dat een onschuldige veroordeeld wordt. Keijzer onderscheidt in deze presumptie in zijn algemeenheid drie aspecten. Namelijk art. 271 lid 2 Sv, dat noch de voorzitter, noch de rechters blijk mag geven 22 Mevis, 2009, p Art. 6 lid 3 sub d EVRM 24 U bent getuige in een strafproces, de Rechtspraak, (zoek op getuige strafproces). 25 Langemeijer, 2010, p.82; art. 3 Kaderbesluit 2001/220/JBZ. 26 Langemeijer, 2010, p

12 van enige overtuiging omtrent schuld of onschuld van de verdachte. Ten tweede het uitgangspunt van het in dubio pro reo is van belang: bij (feitelijke) twijfel (over het bewijs), volgt de uitspraak in het voordeel van de verdachte. 27 Ten derde dat de verdachte zijn onschuld niet behoeft te bewijzen Zwijgrecht De verdachte die wordt gehoord, is niet verplicht te antwoorden. Dit moet voorafgaand aan het verhoor hem ook worden medegedeeld (art. 29 lid 2 Sv). Het zwijgrecht wordt niet uitdrukkelijk gewaarborgd door het EVRM, maar is daarentegen expliciet opgenomen in artikel 14 lid 3 sub g van het Internationaal Verdrag Inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (hierna: IVBPR). Hierin is bepaald dat de verdachte recht heeft om niet te worden gedwongen tegen zichzelf te getuigen of een bekentenis af te leggen. Naar aanleiding van een aantal arresten van het EHRM wordt het zwijgrecht ook beschouwd als zijnde impliciet vervat in art. 6 lid 1 EVRM. 29 Het zwijgrecht genoemd in het IVBPR is een uitvloeisel van het in artikel 29 lid 1 Sv neergelegde verbod van pressie-uitoefening. Een tweede rechtsgrond is te vinden in de waarheidsvinding Hoor en wederhoor De verdachte en het openbaar ministerie hebben het recht om hun standpunten kenbaar de maken aan de rechter. Het principe van hoor en wederhoor ligt besloten in art. 6 lid 1 EVRM en art. 14 lid 1 IVBPR. Tevens het wetboek van strafvordering heeft bepalingen opgenomen omtrent het requireren van het openbaar ministerie ter terechtzitting, de verdachte die hierop moet antwoorden, eventuele getuigen die naar voren kunnen worden gebracht en over en weer kunnen worden gehoord etc. 31 Het recht op een eerlijk proces en het ondervragingsrecht vervat in artikel 6 lid 3 EVRM is geen absoluut recht van de verdachte. In het belang van de getuige kan het ondervragingsrecht beperkt worden. Dit levert niet direct een schending op van artikel 6 EVRM mits er voldoende compenserende factoren aanwezig te zijn voor de verdachte. Deze factoren zijn zowel procedurele factoren als het aanwezig zijn van steunbewijs. Dit kan bijvoorbeeld zijn het instrueren van de jury door de rechter of 27 Mevis, 2009, p Keijzer 1987, p EHRM 25 februari 1993, Publ. E.C.H.R. Serie A, vol. 256-A (Funke v. Frankrijk); EHRM 28 oktober 1994, Publ. E.C.H.R. Serie A, vol 300-A) (Murray 2 v. Verenigd Koninkrijk); EHRM 17 december 1996, Reports of judgements and decisions, 1996-IV, 2044 (Saunders v. Verenigd Koninkrijk); EHRM 20 oktober 1997 (Serves v. Frankrijk). 30 Corstens, 2011, p Corstens, 2011, p

13 de mogelijkheid van de raadsman om de getuige te ondervragen danwel de ondervraging te observeren Recht op rechtsbijstand De verdachte heeft het recht zich zelf te verdedigen of daarbij de bijstand te hebben van een raadsman naar eigen keuze of, indien hij niet over voldoende middelen beschikt om een raadsman te bekostigen, kosteloos door een toegevoegd advocaat te kunnen worden bijgestaan, indien de belangen van een behoorlijke rechtspleging dit eisen. Dit staat geschreven in artikel 6 lid 3 sub c EVRM 33. Dit is een belangrijk recht van de verdachte. Immers het is niet vanzelfsprekend dat een verdachte de rechten die hem toekomen allemaal kent Recht op tolk Indien de verdachte de Nederlandse taal niet of niet voldoende beheerst wordt het onderzoek slechts voortgezet met de bijstand van een tolk. Hetgeen wat ter terechtzitting is besproken voordat de verdachte bijstand van een tolk had, wordt geen acht op geslagen. Uiteraard mits hetgeen is besproken niet vertaald is. De tolk wordt beëdigt door de voorzitter, tenzij het een tolk betreft in de zin van de Wet beëdigde tolken en vertalers. 34 Met deze Wet worden waarborgen geschept voor de kwaliteit en integriteit van tolken en vertalers. Tolken kunnen verzoeken om in het register te worden opgenomen. Zij moeten dan wel aan de gestelde kwaliteits- en integriteitseisen voldoen EHRM 15 december 2011, nr /05 & 22228/06, NJ 2012/283 (Al Khawaja & Tahery vs. Het Verenigd Koninkrijk) 33 Zie ook art. 14 lid 3 sub b en d IVBPR. 34 Art. 275 en 276 Sv. 35 Art. 3 Wet beëdigde tolken en vertalers. 9

14 Hoofdstuk 2 Ontwikkeling van de positie van het slachtoffer in het strafprocesrecht Het slachtoffer kan in verschillende hoedanigheden betrokken zijn bij het strafproces. Uiteraard kan het slachtoffer aangifte doen van een delict, of een klacht indienen. Tevens kan het slachtoffer zich voegen als benadeelde partij (en zo in aanmerking komen voor een schadevergoeding). Tevens kan het slachtoffer gebruik maken van zijn of haar spreekrecht. Het slachtoffer kan zich eventueel beklagen over het niet of niet verder vervolgen. 36 De positie van het slachtoffer heeft zich in de loop van de tijd aanzienlijk verbeterd. Nu is er een aparte Titel terug te vinden in het Wetboek van Strafvordering (Eerste Boek, Titel IIIA, art. 51a-51h). In artikel 51a lid 1 Sv wordt bepaald dat als slachtoffer aangemerkt mag worden degene die als rechtsreeks gevolg van een strafbaar feit vermogensschade of ander nadeel heeft ondervonden. Met het slachtoffer wordt in dit artikel tevens rechtspersonen bedoeld die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit vermogensschade of ander nadeel hebben ondervonden. Dit hoofdstuk richt zich voornamelijk op de ontwikkeling van het spreekrecht in het strafproces. Naast het recht van het slachtoffer op een schadevergoeding en de mogelijkheid voor een voeging als benadeelde partij in het strafproces, wat mogelijk is gemaakt door de Wet Terwee 37, bleven er wensen over. Het besef is gegroeid dat de behoeften van veel slachtoffers verder strekken dan alleen het ontvangen van een schadevergoeding. 38 Niet de justitiële afdoening staat centraal, maar de behoefte van het slachtoffer, herstelrecht genoemd. 39 Een belangrijke rol bij de versterking van de positie van het slachtoffer heeft het Kaderbesluit slachtofferzorg 40 en het onderzoeksproject Strafvordering gehad. In de Memorie van Toelichting (hierna: MvT) van de wet van 21 juli 2004, Stb. 382, worden verschillende redenen genoemd voor de invoering van het spreekrecht. Voor het herstel van de emotionele schade die door het misdrijf is veroorzaakt, kan een mondelinge verklaring van het slachtoffer ter terechtzitting een bijdrage leveren. Hierdoor kan ook de rechter direct van het slachtoffer de gevolgen horen van het 36 Corstens, p. 55; art. 12 Sv. 37 Wet van 23 december 1992, Stb. 1993, Langemeijer 2010, p Langemeijer 2010, p Kaderbesluit 2001/220/JBZ (PbEG L 82); Zie hoofdstuk Dit onderzoek resulteerde in 4 lijvige rapporten: M.S. Grounhuijsen, G. Knigge (red.), Afronding en verantwoording. Eindrapport onderzoeksproject Strafvordering 2001, Deventer: Kluwer

15 misdrijf, dit kan vervolgens mee worden genomen in de beslissing. Tevens kan het positief uitpakken voor de dader. Indien deze geconfronteerd wordt met de gevolgen van zijn daad kan dit gevolgen hebben voor zijn gedrag. 42 Door de invoering van het spreekrecht kan het beschadigde vertrouwen in de rechtstaat worden hersteld, als het gaat om de bescherming van burgers tegen misdrijven Schriftelijke slachtofferverklaring (2004) Sinds 1 mei 2004 bestaat er voor het slachtoffer de mogelijkheid om een schriftelijke slachtofferverklaring op te stellen. Deze verklaring wordt vervolgens in het strafdossier gevoegd. Een schriftelijke slachtofferverklaring kan fungeren als alternatief voor het spreekrecht bijvoorbeeld indien het slachtoffer geen gebruik wil maken van het spreekrecht maar wel de officier van justitie of de rechter wilt inlichten over de gevolgen die het misdrijf met zich mee heeft gebracht. 44 De schriftelijke slachtofferverklaring kan ook dienen ter voorbereiding op het afleggen van een verklaring ter zitting. 45 De schriftelijke slachtofferverklaring is een processtuk. Het opmaken van een schriftelijke slachtofferverklaring kan slechts bij ernstige misdrijven. Het tenlastegelegde feit moet een misdrijf betreffen, waarop minimaal een gevangenisstraf van acht jaar of meer op is gesteld, ofwel misdrijven genoemd in artikel 302 Wetboek van Strafvordering (oude wetsbepaling) 46. Dit is onder andere mishandeling met zwaar lichamelijk letsel of de dood tot gevolg, kinderpornografie, verkrachting. 47 Het Openbaar Ministerie (OM) beslist of het slachtoffer gebruik kan maken van deze mogelijkheid. 48 Het OM hanteert bij het aanbieden van een schriftelijke slachtofferverklaring dezelfde criteria als die gelden voor het spreekrecht. 49 Indien het OM beslist dat een slachtoffer gebruik mag maken van een schriftelijke slachtofferverklaring wordt deze na verwijzing door het OM opgesteld door Slachtofferhulp Nederland. In de 42 Hierbij dient opgemerkt te worden dat er gesproken wordt van de dader, echter bij het onderzoek ter terechtzitting dient hij nog aangemerkt te worden als verdachte. 43 Langemeijer 2010, p. 80; Wet van 21 juli 2004, Stb. 2004, 382; Kamerstukken II, 2004/05, , nr Aanwijzing spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring, Stcrt. 2004, Aanwijzing spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring, Stcrt. 2004, Zie paragraaf Art. 300 lid 2 en 3 Sr. 48 Schriftelijke slachtofferverklaring, De letselschade raad, (zoek op schriftelijke slachtofferverklaring). 49 Schriftelijke slachtofferverklaring, De letselschade raad, (zoek op schriftelijke slachtofferverklaring). 11

16 slachtofferverklaring komen alle relevante onderdelen aan bod voor de verklaring zoals wat de gevolgen van een misdrijf zijn geweest voor het slachtoffer of de nabestaanden. Zowel de rechter als de verdachte kan de schriftelijke slachtofferverklaring lezen Wettelijk recht om te spreken (2005) De wet van 21 juli 2004 tot wijzigingen van enige bepalingen van het Wetboek van Strafvordering (invoering van het spreekrecht voor slachtoffers en nabestaanden) is op 1 januari 2005 in werking getreden (hierna: Wet Spreekrecht). 51 De wet kent aan slachtoffers van ernstige misdrijven of hun nabestaanden en van een aantal specifiek in de wet genoemde andere misdrijven het recht toe om ter terechtzitting een verklaring af te leggen over de gevolgen die het delict voor hen heeft gehad. 52 Het slachtoffer of de nabestaande kan op de terechtzitting een verklaring afleggen over de gevolgen die de strafbare feiten bij hem teweeg hebben gebracht. Bij de wetswijziging is het volgende artikel toegevoegd waardoor het spreekrecht voor het slachtoffer mogelijk werd gemaakt: Artikel 302 Wetboek van Strafvordering 1. Het slachtoffer of diens nabestaande kan op de terechtzitting een verklaring afleggen omtrent de gevolgen die het tenlastegelegde feit, bedoeld in het tweede lid, bij hem teweeg heeft gebracht. 2. Het spreekrecht kan worden uitgeoefend indien het tenlastegelegde feit een misdrijf betreft waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaar of meer is gesteld, dan wel een van de misdrijven genoemd in de artikelen 240b, 247, 248a, 248b, 249, 250, 250a, 285, 285b, 300, tweede en derde lid, 301, tweede en derde lid, 306 tot en met 308 en 318 van het Wetboek van Strafrecht en artikel 6 van de Wegenverkeerswet Zoals blijkt uit het bovenstaande artikel gelden voor de uitoefening van het spreekrecht dezelfde eisen als bij de schriftelijke slachtofferverklaring. Slechts bij ernstige feiten zoals onder andere dood door schuld. Het slachtoffer dient schriftelijk een verzoek in tot uitoefening van het spreekrecht bij de officier van Schriftelijke slachtofferverklaring, De letselschade raad, (zoek op schriftelijke slachtofferverklaring). 51 Wet van 21 juli 2004, Stb. 2004, Aanwijzing spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring, Stcrt. 2004, Enkele bepalingen van de Wet van 21 juli 2004 tot wijziging van enige bepalingen van het Wetboek van Strafvordering (invoering van spreekrecht voor slachtoffers en nabestaanden), Stb. 2004, 382 zijn gewijzigd en betreffen heden een ander misdrijf. 12

17 justitie. Indien aan de voorwaarden van artikel 302 Sv is voldaan, moet het verzoek ingewilligd worden door de officier van justitie, en vervolgens het slachtoffer of de nabestaande oproepen voor de zitting conform de bepalingen omtrent de oproeping van getuigen. 54 Het slachtoffer wordt dus niet als getuige beëdigd maar uitsluitend als slachtoffer gehoord. De verklaring van het slachtoffer wordt niet als bewijsmiddel gebruikt, maar kan wel een rol spelen bij de beslissing over de strafoplegging. 55 In artikel 336 Wetboek van Strafvordering zijn de gerechtigden opgenomen die gebruik mogen maken van het spreekrecht. De formulering van dit artikel beperkt de kring van nabestaanden in die zin dat slechts één nabestaande ter zitting een mondelinge verklaring mag afleggen Wet versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces (2011) De Wet van 17 december 2009 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering, het Wetboek van Strafrecht en de Wet schadefonds geweldsmisdrijven ter versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces, is een belangrijke wijziging geweest van het Wetboek van Strafvordering. Op 1 januari 2011 is deze Wet versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces (hierna: de Wet versterking positie slachtoffer) in werking getreden. 57 In deze wet werden een aantal nieuwe rechten voor het slachtoffer opgenomen. Naar aanleiding van het onderzoeksproject Strafvordering 2001 en ter uitvoering van het Kaderbesluit slachtofferzorg is deze wijziging doorgevoerd Titel IIIA Het slachtoffer Bij deze wijziging is de aparte Titel opgenomen in het Wetboek van Strafvordering (Eerste Boek, Titel IIIA, art. 51a-51h) voor het slachtoffer. 59 In de artikelen 51a tot en met 51h Wetboek van strafvordering zijn bepalingen opgenomen over de rechten van het slachtoffer zoals het kennisnemen van processtukken, juridische bijstand, spreekrecht, schadevergoeding en voeging Definitie slachtoffer De definitie van het slachtoffer is bepaald in artikel 51a lid 1 Wetboek van Strafvordering: 54 Art. 260 Sv; Aanwijzing spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring, Stcrt. 2004, Aanwijzing spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring, Stcrt. 2004, Aanwijzing spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring, Stcrt. 2004, Besluit van 13 juli 2010, Stb. 2010, Langemeijer 2010, p. 6; Kaderbesluit 2001/220/JBZ (PbEG L 82). 59 Van der Aa & Groenhijsen 2012, p

18 Als slachtoffer wordt aangemerkt degene die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit vermogensschade of ander nadeel heeft ondervonden. Met het slachtoffer wordt gelijkgesteld de rechtspersoon die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit vermogensschade of ander nadeel heeft ondervonden. 60 Voor de definitie is aansluiting gezocht bij art. 1 Kaderbesluit en art. 6:95 BW Spreekrecht Het spreekrecht is na de wijziging geregeld in artikel 51e Wetboek van Strafvordering. Dit artikel bepaald dat een slachtoffer of nabestaande op de terechtzitting een verklaring kan afleggen over de gevolgen die het strafbare feit teweeg heeft gebracht. Sinds 2005 heeft het slachtoffer dit recht zoals eerder beschreven Nabestaanden In lid 2 van artikel Wetboek van Strafvordering 51e is het begrip nabestaanden nader gedefinieerd. De kring van gerechtigden zijn ongewijzigd. Onder nabestaanden wordt verstaan de echtgenoot of geregistreerde partner of levensgezel of bij afwezigheid dan wel niet in staat of bereid, de bloedverwanten in de rechte lijn in de eerste graad (ouder of kind) of bij afwezigheid dan wel niet in staat of bereid, de bloedverwanten in de zijlijn in de tweede graad (broers, zussen). Dit artikel houdt in dat slechts één nabestaande gebruik mag maken van het spreekrecht Minderjarige slachtoffers Tot de slachtoffers of nabestaanden die van het spreekrecht gebruik kunnen maken, behoort tevens de minderjarige die de leeftijd van twaalf jaar heeft bereikt. Hetzelfde geldt voor de minderjarige die die leeftijd nog niet heeft bereikt maar die in staat kan worden geacht tot een redelijke waardering van zijn belangen. 63 Ook dit is ongewijzigd gebleven. Wat voorheen geregeld was in art. 302 Wetboek van Strafvordering is nu opgenomen in artikel 51e lid 4 Wetboek van Strafvordering. Het spreekrecht kan worden uitgeoefend indien het tenlastegelegde feit een misdrijf betreft waarop minimaal een 60 Wet van 17 december 2009, Stb. 2010, Kamerstukken II 2004/05, , nr. 3, p. 4 (MvT). 62 Wet van 21 juli, Stb. 2004, Art. 51e lid 3 Sv. 14

19 gevangenisstraf is gesteld van acht jaar, ofwel specifiek genoemde misdrijven genoemd in dit artikel. Het betreffen ernstige misdrijven. 64 Artikel 302 Wetboek van Strafvordering is nog wel van belang voor het spreekrecht. In dit artikel is nu geregeld dat het slachtoffer in de gelegenheid gesteld wordt om gebruik te maken van zijn spreekrecht indien hij dit wenst op de terechtzitting. Nadat het slachtoffer zijn verklaring heeft afgelegd, kunnen de rechter nog nadere vragen stellen. Indien de officier van justitie of de verdachte vragen hebben voor het slachtoffer worden deze gesteld met tussenkomst van de voorzitter. Hetgeen hierboven besproken is met betrekking tot het spreekrecht is ongewijzigd gebleven ten opzichte van de Wet Spreekrecht. Met de Wet versterking positie slachtoffer is de positie van het slachtoffer veranderd en heeft het slachtoffer een zelfstandige positie in het strafproces gekregen. Het slachtoffer heeft nu tevens de rechten die voorheen alleen golden voor de benadeelde partij, zoals het recht om kennis te nemen van de processtukken (informatieverstrekking) of het recht zich te laten bijstaan 65. In de oude Aanwijzing slachtofferzorg was het recht op informatie al opgenomen, echter dit recht is aanzienlijk uitgebreid in artikel 51a lid 3 Wetboek van Strafvordering. 66 Tevens is de mogelijkheid om schade vergoed te krijgen verruimd. 67 Voorheen mocht het slachtoffer stukken indienen ter ondersteuning van zijn civiele vordering maar nu mag het slachtoffers tevens verzoeken om documenten toe te laten voegen aan het procesdossier. Uiteraard voor zover deze relevant zijn voor de beoordeling van de zaak. De officier van justitie moet hiervoor toestemming verlenen. 68 De regeling tot het voegen als benadeelde partij in het strafproces werd hierbij tevens uitgebreid. Slachtoffers die als benadeelde partij gevoegd waren konden bij bepaalde misdrijven een slachtoffergesprek aanvragen en eventueel gebruik maken van hun spreekrecht Wet uitbreiding spreekrecht (2012) Bij slachtoffers en nabestaanden bestond al langer de behoefte aan verruiming van de huidige wet. Door de uitbreiding wordt het aantal nabestaanden dat het spreekrecht 64 Art. 51e lid 4 Sv. 65 Art. 51c Sv. 66 Slachtofferhulp, De positie van het slachtoffer in het strafproces, 2011, p.ar Slachtofferhulp, De positie van het slachtoffer in het strafproces, 2011, p Art. 51b lid 2 Sv. 69 Wet van 17 december 2009, Stb. 2010, 1. 15

20 mag uitoefenen groter. Tot dusver mocht één nabestaande zijn verhaal op de zitting doen 70. De Wet uitbreiding spreekrecht slachtoffers en nabestaanden (hierna Wet uitbreiding spreekrecht) verruimt de kring van nabestaanden die spreekrecht krijgen in het strafproces Uitbreiding kring gerechtigden Met de Wet uitbreiding spreekrecht krijgen nu naast de (voormalige) partner van het overleden slachtoffer maximaal drie nabestaanden spreekrecht. Tevens wordt de kring van nabestaanden uitgebreid. Alle nabestaanden in de rechte lijn en tot in de vierde graad in de zijlijn behoren tot de nabestaanden die gebruik kunnen maken van spreekrecht. 71 Dit houdt in dat nu ook broers, zussen, kleinkinderen, grootouders, ooms, tantes, neven en nichten de mogelijkheid om te spreken in de rechtszaal Wettelijk vertegenwoordiger en ouders Naast de uitbreiding van nabestaanden krijgen nu ook de wettelijke vertegenwoordiger (voogd) en de ouders spreekrecht bij minderjarige slachtoffers die niet zelf in staat zijn om op te zitting te spreken over de gevolgen van het misdrijf. De minderjarige die wel in staat wordt geacht om van zijn spreekrecht gebruik te maken mag dit blijven doen Gemachtigde Slachtoffers en nabestaanden die wegens fysieke of geestelijke beperkingen zelf niet in staat zijn om van het spreekrecht gebruik te maken, kunnen een partner of een familielid danwel een raadsman voor hen laten spreken. Maar ook slachtoffers en nabestaanden kunnen een woordvoerder voor hen laten spreken. 73 Er wordt dan gesproken van een gemachtigde. 70 Wet uitbreiding spreekrecht, Slachtofferhulp 3 december 2011, (zoek op uitbreiding spreekrecht). 71 Kamerstukken II, 2011/12, , nr. 3 (MvT). 72 Wet uitbreiding spreekrecht, Slachtofferhulp 3 december 2011, (zoek op uitbreiding spreekrecht). 73 Kamerstukken II, 2011/12, , nr. 3 (MvT). 16

21 2.5. Gevolgen van de invoering van spreekrecht voor slachtoffers en nabestaanden voor het strafproces Het slachtoffer dan wel de nabestaanden heeft de mogelijkheid om zich uit te spreken over de gevolgen die het misdrijf heeft of heeft gehad op hun leven. 74 Dit dient een aantal doelen. Allereerst de informatievoorziening aan de rechter. Tevens dient het als speciale preventie, 75 en algemene preventie. Het belangrijkste doel is wellicht het herstel van emotionele schade van het slachtoffer Genoegdoening slachtoffer? De nadruk bij het uitoefenen van het spreekrecht ligt niet op de instrumentele maar op de intrinsieke waarde volgens Van der Leij. 77 Slachtoffers zien het spreekrecht als een mogelijkheid om hun mening te geven, en niet zozeer een mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de einduitspraak. Slachtoffers willen zich niet alleen uiten maar ze willen ook dat er naar hen daadwerkelijk geluisterd wordt, en dat ze zich niet gehinderd voelen bij het uitdrukken van hun wensen. 78 De slachtofferverklaring, ook wel Victim Impact Statement (hierna: VIS) genoemd, biedt een manier om slachtoffers erkenning te geven wat betreft hetgeen zij hebben doorstaan. Het spreekrecht en het gebruik van de slachtofferverklaring heeft een aantal sterke punten. Doormiddel van deze rechten van het slachtoffer, krijgt het slachtoffer daadwerkelijk een stem en een gezicht. Ze worden betrokken bij het proces en hebben recht op informatie en om informatie aan te leveren indien dit relevant kan zijn voor de zaak. Zij kunnen procesdeelnemer zijn. Tevens het zelfbeeld van het slachtoffer kan door de slachtofferverklaring en het spreekrecht positief beïnvloeden. Het confronteren van de dader kan dan ook bijdragen aan het gevoel van kwetsbaarheid van het slachtoffer. Immers het straffen van de dader kan hun gevoel van veiligheid verhogen, en de angst op herhaling van slachtofferschap verminderen. 79 De redenen voor het afleggen van een slachtofferverklaring danwel gebruikmaken van het spreekrecht kunnen liggen in de hoop om de strafmaat te 74 Evaluatie van de invoering van de wet over spreekrecht, WODC 5 juli 2010, (zoek op evaluatie invoering spreekrecht). 75 Zie hoofdstuk Lens, Pemberton & Groenhuijsen 2010, p M. Wijers & M. de Boer, Een keer is erg genoeg. Een verkennend onderzoek naar secundaire victimisatie van slachtoffers als getuigen in het strafproces, WODC 13 januari 2010, p. 35; De heer J.B.J. van der Leij is lid van de begeleidingscommisie bij dit onderzoek en tevens WODC-medewerker. 78 M. Wijers & M. de Boer, Een keer is erg genoeg. Een verkennend onderzoek naar secundaire victimisatie van slachtoffers als getuigen in het strafproces, WODC 13 januari 2010, p Lens, Pemberton & Groenhuijsen 2010, p

22 beïnvloeden, of de hoop op een antwoord waarom zij het slachtoffer zijn geworden. 80 Het straffen van de dader kan uiting geven aan de gevoelens van het slachtoffer over het onrecht wat hen is aangedaan. 81 Tevens zorgt het spreekrecht danwel de slachtofferverklaring ervoor dat de belangen van zowel het slachtoffer als de dader meer tegen elkaar worden afgewogen. Uit onderzoek is gebleken dat de slachtoffers meer tevreden zijn over het proces, indien zij de mogelijkheid hebben gehad om deel te nemen aan het proces, en waarbij zij voelen dat het uitoefenen van het spreekrecht invloed heeft gehad op de eindbeslissing. 82 Het doel dat beoogt wordt met VIS is doorgaans therapeutisch. Immers de verklaring zou bijdragen aan de verwerking alsmede afsluiting van het delict. In Nederland wordt dit omschreven als het herstel van emotionele schade. 83 De negatieve effecten van het spreekrecht kunnen zijn dat er frustratie of teleurstelling optreedt bij het slachtoffer indien de eindbeslissing niet naar zijn of haar wensen is, of over de beperkte rol welke het slachtoffer vervult. Tevens kan secundaire victimisatie optreden door onvolkomenheden in de procedure. 84 Onvolkomenheden kunnen bijvoorbeeld een onjuiste bejegening door de verdediging zijn, de rol van de pers of de (on)redelijke termijn tussen aangifte en proces Secundaire victimisatie Het telkens opnieuw geconfronteerd worden met het misdrijf kan voor het slachtoffer een geestelijke belasting zijn en kan leiden tot secundaire victimisatie. 85 Daarom wordt met de voorbereiding op het spreekrecht en het opstellen van de schriftelijke slachtofferverklaring beoogd om secundaire victimisatie te voorkomen. Met secundaire victimisatie wordt bedoeld: 80 M. Wijers & M. de Boer, Een keer is erg genoeg. Een verkennend onderzoek naar secundaire victimisatie van slachtoffers als getuigen in het strafproces, WODC 13 januari 2010, p Lens, Pemberton & Groenhuijsen 2010, p M. Wijers & M. de Boer, Een keer is erg genoeg. Een verkennend onderzoek naar secundaire victimisatie van slachtoffers als getuigen in het strafproces, WODC 13 januari 2010, p M. Wijers & M. de Boer, Een keer is erg genoeg. Een verkennend onderzoek naar secundaire victimisatie van slachtoffers als getuigen in het strafproces, WODC 13 januari 2010, p M. Wijers & M. de Boer, Een keer is erg genoeg. Een verkennend onderzoek naar secundaire victimisatie van slachtoffers als getuigen in het strafproces, WODC 13 januari 2010, p Langemeijer 2010, p

23 dat een slachtoffer of nabestaande de nadelen van het jegens hem gepleegde misdrijf dient te verwerken en niet beschadigd mag raken als gevolg van een onbevredigend ervaren behandeling tijdens het strafproces, bijvoorbeeld door reacties van de verdediging of door de rol van de pers rondom het strafproces. Ook gewekte verwachtingen die niet waar kunnen worden gemaakt kunnen leiden tot secundaire victimisatie 86 Factoren die een rol kunnen spelen bij het al dan niet voorkomen van secundaire victimisatie zijn de procedurele rechtvaardigheid en de tevredenheid over de uitkomsten. Ook de morele voldoening en de opluchting over het vonnis spelen een rol. Wat tevens secundaire victimisatie kan voorspellen is de tijdsduur tussen de aangifte van het strafbare feit en het daadwerkelijke strafproces. Hoe langer de tijdsduur hoe meer traumatiserend ze het strafproces ervaren. 87 Secundaire victimisatie kan een aantal gevolgen met zich meebrengen, deze gevolgen kunnen als volgt worden onderscheiden: Verergering van (de effecten van) het oorspronkelijke trauma (retraumatisering); Negatieve effecten op het vertrouwen van het slachtoffer in zichzelf, het rechtssysteem en de wereld; Belemmering van het herstel; Victimisatie door een tweede, nieuw, trauma. 88 Het voorkomen van secundaire victimisatie wordt getracht doormiddel van goede voorbereiding van het spreekrecht en de schriftelijke slachtofferverklaring. Het slachtoffer moet goed geïnformeerd worden over het strafproces. Het is belangrijk dat het slachtoffer een realistisch beeld krijgt van wat het uitoefenen van zijn rechten voor effecten hebben. Slachtofferhulp Nederland vervult hierin een belangrijke rol. Zij kunnen tevens helpen bij het opstellen van de schriftelijke slachtofferverklaring. Het slachtoffer mag zich slechts uitlaten over de gevolgen welke het delict teweeg hebben gebracht. De formulering is hierbij dus van belang, zodat het slachtoffer niet als getuige wordt gehoord over zijn verklaring. Als het slachtoffer zich uitlaat over de toedracht kan hij of zij worden opgeroepen als getuige. Dit kan leiden tot 86 Lens, Pemberton & Groenhuijsen 2010, p M. Wijers & M. de Boer, Een keer is erg genoeg. Een verkennend onderzoek naar secundaire victimisatie van slachtoffers als getuigen in het strafproces, WODC 13 januari 2010, p M. Wijers & M. de Boer, Een keer is erg genoeg. Een verkennend onderzoek naar secundaire victimisatie van slachtoffers als getuigen in het strafproces, WODC 13 januari 2010, p

24 secundaire victimisatie indien het slachtoffer het strafbare feit opnieuw moeten beleven tweedeling strafproces wenselijk? Een discussie die momenteel woedt is het al dan niet opsplitsen van het strafproces in twee delen. De voorzitter van de Raad voor de rechtspraak, E. van den Emster, heeft deze optie geopperd. De reden voor de tweedeling is het feit dat het slachtoffer zich in de huidige opzet slechts kan uitspreken over de gevolgen van het misdrijf in een stadium waarin nog niet vaststaat dat de verdachte het strafbare feit heeft gepleegd. Hierdoor kan het slachtoffer soms de rol van getuige vervullen, wellicht ongewenst. De wens om het slachtoffer meer ruimte te geven om zijn verhaal te doen, kan wellicht vervuld worden door in de eerste fase vast te stellen of de verdachte schuldig is (waarheidsvinding), en vervolgens in de tweede fase het slachtoffer de mogelijkheid bieden om zijn verhaal te doen en zijn wensen te uiten. Door opsplitsing kan wellicht tevens voorkomen worden dat de rechter beïnvloed wordt door de heftige emoties van het slachtoffer. 90 Dit zorgt voor een prominentere positie van het slachtoffer. Groenhuijsen en Van der Aa stellen dat opsplitsing juist nadelige gevolgen zou hebben voor slachtoffers. Zij geven aan dat de positie van het slachtoffer door opsplitsing in de eerste fase juist beperkt wordt. Immers dan fungeert het slachtoffer als aangever en getuige. Als aangever omdat vaak zonder aangifte van het slachtoffer geen strafproces volgt, en als getuige omdat bij tweedeling een rol als spreekgerechtigde niet mogelijk is. Slechts door oproeping als getuige speelt het slachtoffer dan nog een rol in het strafproces. Tevens loopt het slachtoffer de kans dat zij niet meer de mogelijkheid krijgen om van hun spreekrecht gebruik te maken, immers indien vrijspraak of ontslag van alle rechtsvervolging volgt, komt dit spreekrecht geheel niet aan bod. 91 Het is juist belangrijk dat slachtoffers tevens dan gebruik kunnen maken van hun spreekrecht, aldus Van der Aa en Groenhuijsen. 92 Nadat de voorzitter van de Raad voor de rechtspraak de optie heeft geopperd, heeft staatssecretaris Teeven een onderzoek 93 ingesteld naar de voor- en nadelen van dit 89 Lens, Pemberton & Groenhuijsen 2010, p. 9, Slachtoffer als volwaardige procespartij lastig uitvoerbaar, de Rechtspraak 18 oktober 2012, (zoek op volwaardige procespartij). 91 Van der Aa & Groenhuijsen 2012, p Veraart 2013, p. 585; Van der AA & Groenhuijsen 2012, p Het onderzoek is toegezegd naar aanleiding van de Kamerstukken II 2011/12, 33176, nr. 6, p

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 143 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Nadere informatie

Verruiming spreekrecht in rechtszaal van kracht

Verruiming spreekrecht in rechtszaal van kracht Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.6.28 Verruiming spreekrecht in rechtszaal 1.9.2012 van kracht tekst bronnen Nieuwsbericht ministerie van Veiligheid en Justitie 10.7.2012; www.rijksoverheid.nl Wet

Nadere informatie

Recht en bijstand bij juridische procedures

Recht en bijstand bij juridische procedures Recht en bijstand bij juridische procedures In deze folder leest u meer 0900-0101 (lokaal tarief) over de juridische bijstand door Slachtofferhulp Nederland en de rechten van slachtoffers. Een wirwar van

Nadere informatie

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus EH Den Haag. Geachte heer Teeven,

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus EH Den Haag. Geachte heer Teeven, De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 22 september 2011 van Voorlichting doorkiesnummer 070-361 9721 uw kenmerk 5702623/11/6 onderwerp Advies

Nadere informatie

Het opschrift van de Eerste afdeling van Titel IIIA van het Eerste Boek komt te luiden: EERSTE AFDELING Definities

Het opschrift van de Eerste afdeling van Titel IIIA van het Eerste Boek komt te luiden: EERSTE AFDELING Definities [2 juni 2015] Implementatie van richtlijn 2012/29/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van

Nadere informatie

De uitbreiding van de positie van slachtoffers en nabestaanden in het Nederlandse strafproces.

De uitbreiding van de positie van slachtoffers en nabestaanden in het Nederlandse strafproces. De uitbreiding van de positie van slachtoffers en nabestaanden in het Nederlandse strafproces. Van spreekrecht naar adviesrecht? Naam: Steffi de Rijck ANR: S645765 Afstudeerrichting: Strafrecht Afstudeerdatum:

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 1 Wet van 17 december 2009 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering, het Wetboek van Strafrecht en de Wet schadefonds geweldsmisdrijven

Nadere informatie

Is het spreekrecht de start van een oneerlijk proces? Een evaluatie van het Nederlandse Spreekrecht van het slachtoffer en de rechten van de verdachte

Is het spreekrecht de start van een oneerlijk proces? Een evaluatie van het Nederlandse Spreekrecht van het slachtoffer en de rechten van de verdachte Is het spreekrecht de start van een oneerlijk proces? Een evaluatie van het Nederlandse Spreekrecht van het slachtoffer en de rechten van de verdachte Naam: Lisanne Burgers Studentnummer: 11112514 Email:

Nadere informatie

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 2.1. Definitie slachtoffer. 2.2. Correcte bejegening. 2. De rechten van het slachtoffer

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 2.1. Definitie slachtoffer. 2.2. Correcte bejegening. 2. De rechten van het slachtoffer 2. De rechten van het slachtoffer 2.1. Definitie slachtoffer In de wet is een definitie van het begrip slachtoffer opgenomen: degene die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit vermogensschade of

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2013 85 Wet van 28 februari 2013 tot implementatie van richtlijn nr. 2010/64/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 betreffende

Nadere informatie

Het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden

Het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden 1 Het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden Is uit oogpunt van het spreekrecht voor slachtoffers en nabestaanden, een tweefasenproces passend binnen het Nederlandse Strafprocesrecht, mede gelet

Nadere informatie

Wet schadefonds geweldsmisdrijven in werking per 1.1.2012

Wet schadefonds geweldsmisdrijven in werking per 1.1.2012 Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.6.32 Wet schadefonds geweldsmisdrijven in werking per 1.1.2012 bronnen Nieuwsbericht Schadefonds geweldsmisdrijven 6.6.2011; www.schadefonds.nl Wet van 6 juni 2011

Nadere informatie

Recht uit het hart spreken

Recht uit het hart spreken Recht uit het hart spreken Een onderzoek naar de rechtspositie van minderjarige slachtoffers ten aanzien van het spreekrecht en de openbare terechtzitting Masterscriptie Universiteit van Tilburg Faculteit

Nadere informatie

Aanwijzing spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring

Aanwijzing spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring JU Aanwijzing spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. art. 130, lid 4 Wet RO Afzender: College van procureursgeneraal Adressant:

Nadere informatie

Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter uitbreiding van het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden in het strafproces

Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter uitbreiding van het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden in het strafproces Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter uitbreiding van het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden in het strafproces VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Het adviesrecht voor slachtoffers. Een toegevoegde waarde?

Het adviesrecht voor slachtoffers. Een toegevoegde waarde? Het adviesrecht voor slachtoffers. Een toegevoegde waarde? Masterscriptie S. van Eersel ANR: 583395 Universiteit van Tilburg, Faculteit Rechtswetenschappen Afstudeerrichting: Rechtsgeleerdheid, accent

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving ϕ Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 2030, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek ARRESTANTENVERZORGING Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek januari 2013 Doel van het strafproces / strafvordering = het nemen van strafvorderlijke beslissingen Bestaat uit =

Nadere informatie

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R.

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R. 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

De positie van het slachtoffer in het strafproces

De positie van het slachtoffer in het strafproces De positie van het slachtoffer in het strafproces Daniëlle van Gastel Anr: s823558 Scriptie in de strafrechtswetenschappen Universiteit van Tilburg Master Nederlands recht, accent strafrecht Begeleiders:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 20 202 33 76 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter uitbreiding van het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden in het strafproces Nr. 4 ADVIES

Nadere informatie

Het slachtoffer in het strafproces

Het slachtoffer in het strafproces Het slachtoffer in het strafproces Mijn mobiele telefoon a. Staat natuurlijk al uit. b. Staat nog aan, maar die zet ik nu onmiddellijk uit. c. Omdat ik heel belangrijk ben laat ik die aanstaan, maar wel

Nadere informatie

Aanwijzing. Slachtofferzorg. Parket Curaçao

Aanwijzing. Slachtofferzorg. Parket Curaçao Aanwijzing Slachtofferzorg Parket Curaçao Samenvatting Deze aanwijzing stelt regels betreffende de bejegening van slachtoffers van misdrijven, zoals zeden, geweld- en verkeersmisdrijven. Daarbij worden

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken

GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken parketnummer : 20.001938.96 uitspraakdatum : 29 april 1997 verstek dip GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken A R R E S T gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 363 Aanpassing van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven in verband met uitbreiding van de categorieën van personen die recht hebben op een uitkering

Nadere informatie

CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten

CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten Besluit van..., houdende regels voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten (Besluit slachtoffers van

Nadere informatie

Advies Conceptwetsvoorstel implementatie EU-richtlijn minimumnormen slachtoffers van strafbare feiten

Advies Conceptwetsvoorstel implementatie EU-richtlijn minimumnormen slachtoffers van strafbare feiten contactpersoon De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 7 oktober 2014 Voorlichting e-mail voorlichting@rechtspraak.nl telefoonnummer 06-46116548

Nadere informatie

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ;

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ; Besluit van, tot wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met een vergoeding voor de beurtelingse verlening van rechtsbijstand in het kader van politieverhoren Op de voordracht

Nadere informatie

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl www.mijnprivacy.nl AAN De Minister van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 915 Goedkeuring van het op 7 juli 2017 te Tallinn tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Oekraïne inzake internationale

Nadere informatie

Spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring

Spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring Spreekrecht en schriftelijke slachtofferverklaring Voor u als slachtoffer of nabestaande is het mogelijk om tijdens de rechtszaak een verklaring af te leggen of in te dienen. Spreekrecht en schriftelijke

Nadere informatie

Inleiding. 1 Strafrecht

Inleiding. 1 Strafrecht Inleiding 1 Strafrecht Plaats van het strafrecht Het strafrecht is, net als bijvoorbeeld het staatsrecht en het bestuursrecht, onderdeel van het publiekrecht. Het publiekrecht regelt de betrekkingen tussen

Nadere informatie

De concrete voorstellen in dit pamflet dragen in de optiek van de VVD bij aan het verwezenlijken van deze doelstellingen.

De concrete voorstellen in dit pamflet dragen in de optiek van de VVD bij aan het verwezenlijken van deze doelstellingen. Slachtoffer zijn van een misdrijf is ingrijpend. Het draagt bij aan de verwerking van dit leed als slachtoffers het gevoel hebben dat zij de aandacht krijgen die zij verdienen. Dat zij zo goed mogelijk

Nadere informatie

Hof van Discipline Zitting van 19 juni 2017 te uur Kenmerk: art. 515 lid 4 Sv en daartoe overwogen:

Hof van Discipline Zitting van 19 juni 2017 te uur Kenmerk: art. 515 lid 4 Sv en daartoe overwogen: Hof van Discipline Zitting van 19 juni 2017 te 14.30 uur Kenmerk: 160102 PLEITNOTA Inzake: Deken orde van Advocaten Den Haag - mr. M.J.F. Stelling Raadsman: W.H. Jebbink Geen ontzegging tot onafhankelijke

Nadere informatie

33000 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2012

33000 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2012 33000 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2012 Nr. 75 Brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van

Nadere informatie

Parketnummers : 13/ , 13/ , 13/ Pleitnotities sluiting deuren tbv verhoren

Parketnummers : 13/ , 13/ , 13/ Pleitnotities sluiting deuren tbv verhoren Rechtbank Amsterdam Zitting : maandag 19 februari 2018 Parketnummers : 13/730084-14, 13/731070-15, 13/731088-15 Pleitnotities sluiting deuren tbv verhoren Inzake: Openbaar Ministerie te Amsterdam tegen

Nadere informatie

VOOR RECHTSPRAAK NEDERLANDSE VERENIGING. Geachte heer Teeven,

VOOR RECHTSPRAAK NEDERLANDSE VERENIGING. Geachte heer Teeven, NEDERLANDSE VERENIGING VOOR RECHTSPRAAK De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Datum 16december 2013 Uw kenmerk 436418 Contactpersoon J.M.A. Timmer

Nadere informatie

Slachtoffers hebben óók recht op hun rechten

Slachtoffers hebben óók recht op hun rechten Slachtoffers hebben óók recht op hun rechten Onderzoek naar de wijze waarop de rechten van slachtoffers met betrekking tot het spreekrecht, de schriftelijke slachtofferverklaring en de vordering tot schadevergoeding

Nadere informatie

Voegen in het strafproces

Voegen in het strafproces Voegen in het strafproces Voegen in het strafproces april 2011 U bent slachtoffer geworden van een misdrijf of overtreding en u heeft daarbij schade geleden. Eén van de mogelijkheden om uw schade vergoed

Nadere informatie

Wel of niet verder uitbreiden?

Wel of niet verder uitbreiden? Het spreekrecht van het slachtoffer in het strafproces Wel of niet verder uitbreiden? Masterscriptie M. Moens ANR: 1246969 Universiteit van Tilburg, Faculteit Rechtswetenschappen Afstudeerrichting: Rechtsgeleerdheid,

Nadere informatie

Verdieping: Positie van het slachtoffer

Verdieping: Positie van het slachtoffer Verdieping: Positie van het slachtoffer Korte omschrijving werkvorm: In de afgelopen jaren is de positie van het slachtoffer in het strafrecht almaar versterkt, maar in de huidige wetgeving is er geen

Nadere informatie

NEDERLANDSE ORDE VAN ADVOCATEN. Aan de Staatsecretaris van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG

NEDERLANDSE ORDE VAN ADVOCATEN. Aan de Staatsecretaris van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG 335 NEDERLANDSE ORDE VAN ADVOCATEN OBD Aan de Staatsecretaris van Veiligheid en Justitie IS De heer mr. F. Teeven 1 Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG 1 Den Haag, 3 december 2013 Doorkiesnummer: Faxnummer:

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518

ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518 ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518 Instantie Datum uitspraak 17-10-2011 Datum publicatie 25-10-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-003332-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid van de behandeling van zaken betreffende personen- en familierecht MEMORIE VAN

Nadere informatie

Deze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5.

Deze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5. U MOET TERECHTSTAAN INHOUD Deze brochure 3 Dagvaarding 3 Bezwaarschrift 3 Rechtsbijstand 4 Slachtoffer 4 Inzage in uw dossier 4 Getuigen en deskundigen 5 Uitstel 5 Aanwezigheid op de terechtzitting 6 Verstek

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 257 Wijziging van het urgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafvordering en het Wetboek van Strafrecht teneinde de vergoeding van affectieschade

Nadere informatie

Geachte heerteeven, Strekking wetsvoorstel

Geachte heerteeven, Strekking wetsvoorstel h& NEDERLANDSE r,pr VERENIGING VOOR RECHTSPRAAK De Staatssecretaris van Vefligheid en Justitie Mr. F. Teeven Postbus 2030! 2SOOEH DEN HAAG Dutem 31 oktober 20l4 Uw keuw.,k Coetectpwvoen AdvIes op het voorontwerp

Nadere informatie

Leidraad voor het nakijken van de toets

Leidraad voor het nakijken van de toets Leidraad voor het nakijken van de toets STRAFPROCESRECHT 14 OKTOBER 2011 (Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)

Nadere informatie

Gehoord de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1

Gehoord de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1 De minister van Veiligheid en Justitie mr. I.W. Opstelten Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 3 juni 2013 doorkiesnummer 06-18609322 e-mail uw kenmerk 377747 Voorlichting@rechtspraak.nl Advies Wetsvoorstel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 257 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafvordering en het Wetboek van Strafrecht teneinde de vergoeding van affectieschade

Nadere informatie

Het spreekrecht van het slachtoffer en het ondervragingsrecht Notitie van het NJCM naar aanleiding van wetsvoorstel nr. 27632

Het spreekrecht van het slachtoffer en het ondervragingsrecht Notitie van het NJCM naar aanleiding van wetsvoorstel nr. 27632 Het spreekrecht van het slachtoffer en het ondervragingsrecht Notitie van het NJCM naar aanleiding van wetsvoorstel nr. 27632 1. Inleiding Het NJCM heeft kennis genomen van het door Tweede kamerlid Dittrich

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 07-09-2011 Datum publicatie 15-09-2011 Zaaknummer 16-600572-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Ons kenmerk z Contactpersoon. Onderwerp Advies inzake Boeken 3 tot en met 6 nieuwe Wetboek van Strafvordering

Ons kenmerk z Contactpersoon. Onderwerp Advies inzake Boeken 3 tot en met 6 nieuwe Wetboek van Strafvordering Autoriteit Persoonsgegevens Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag Bezuidenhoutseweg 30, 2594 AV Den Haag T 070 8888 500 - F 070 8888 501 autoriteitpersoonsgegevens.nl Aan de Minister van Justitie en Veiligheid

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2014:381. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2014:381. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556, Gevolgd ECLI:NL:HR:2014:381 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-02-2014 Datum publicatie 19-02-2014 Zaaknummer 13/02084 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556,

Nadere informatie

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 JU Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat:

Nadere informatie

Masterscriptie Rechtsgeleerdheid accent Strafrecht

Masterscriptie Rechtsgeleerdheid accent Strafrecht Masterscriptie Rechtsgeleerdheid accent Strafrecht De ontwikkelingen omtrent de positie van het slachtoffer in het strafprocesrecht - Van spreekrecht naar adviesrecht? Jolein Dortmans ANR 182544 Master

Nadere informatie

Voorwoord. Materieel strafrecht. Inleiding. 2 Bronnen van strafrecht 3 Voorwaarden voor strafbaarheid. De menselijke gedraging

Voorwoord. Materieel strafrecht. Inleiding. 2 Bronnen van strafrecht 3 Voorwaarden voor strafbaarheid. De menselijke gedraging Inhoud Voorwoord 9 Deel I Materieel strafrecht 11 1 Strafrecht 2 Bronnen van strafrecht 3 Voorwaarden voor strafbaarheid 13 13 14 18 I 4 5 II 6 7 8 9 10 11 De menselijke gedraging De gedraging Causaal

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 Instantie Datum uitspraak 11-06-2003 Datum publicatie 12-08-2003 Zaaknummer 2200326602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage

Nadere informatie

arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman)

arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman) arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman) Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692 ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692 Instantie Datum uitspraak 19-03-2013 Datum publicatie 19-03-2013 Zaaknummer 21-000368-12 Formele relaties Rechtsgebieden Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGRO:2009:BH3578,

Nadere informatie

Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht

Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht Mr. J. Kronenberg Mr. B. de Wilde Vijfde druk Kluwer a Kluwer business Deventer - 2012 Inhoudsopgave Voorwoord 13 Aanbevolen literatuur 15 Afkortingenlijst 17

Nadere informatie

Parketnummer: /17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak

Parketnummer: /17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak vonnis GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO Parketnummer: 500.00480/17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak Vonnis van dit Gerecht in de strafzaak tegen de verdachte: R.M.C., geboren op Curaçao, wonende

Nadere informatie

Is zwijgen altijd goud?

Is zwijgen altijd goud? Is zwijgen altijd goud? Op welke manier kan een verruiming van het spreekrecht plaatsvinden, zonder dat er strijd ontstaat met de onschuldpresumptie ten aanzien van de verdachte? Auteur : Öznur Uzun ANR

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 853 Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten C

Nadere informatie

Masterscriptie Universiteit van Tilburg Faculteit Rechtswetenschappen

Masterscriptie Universiteit van Tilburg Faculteit Rechtswetenschappen Masterscriptie Universiteit van Tilburg Faculteit Rechtswetenschappen Te verdedigen tegenover de examencommissie, bestande uit: Mevrouw mr. V.M. Smits en mevrouw mr. R. Heerkens Op 19 februari 2013 te

Nadere informatie

Gehoord de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 2

Gehoord de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 2 Aan de minister van Veiligheid en Justitie Mr. I.W. Opstelten Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG datum 1 april 2011 doorkiesnummer 070-361 9721 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl uw kenmerk 5683418/11/6 onderwerp

Nadere informatie

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I Besluit van, houdende wijziging van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens in verband met de implementatie van de richtlijn 2011/93/EU van het Europees Parlement en de Raad ter bestrijding

Nadere informatie

JURISPRUDENTIE STRAFRECHT. Uitspraken 10 februari 2015 Paul Verloop

JURISPRUDENTIE STRAFRECHT. Uitspraken 10 februari 2015 Paul Verloop JURISPRUDENTIE STRAFRECHT Uitspraken 10 februari 2015 Paul Verloop HR uitspraken 10 februari 2015 Beslissingen voorlopige hechtenis (Cassatie in het belang der wet) HR:2015:247 HR:2015:255 HR:2015:256

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 15-04-2011 Datum publicatie 15-04-2011 Zaaknummer 19.605555-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 Nr. 75 Brief van de minister van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten

Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 Instantie Datum uitspraak 03-02-2009 Datum publicatie 05-02-2009 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-002670-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:2188

ECLI:NL:GHARL:2017:2188 ECLI:NL:GHARL:2017:2188 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer 21-006632-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht

Nadere informatie

NEDERLANDSE VERENIGING VOOR RECHTSPPjy^K

NEDERLANDSE VERENIGING VOOR RECHTSPPjy^K NEDERLANDSE VERENIGING VOOR RECHTSPPjy^K De Minister van Veiligheid en Justitie mr. G.A. van der Steur Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Datum 18 juli 2016 Uw kenmerk 756867 Contactpersoon J.M.A. Timmer Onderwerp

Nadere informatie

U BENT GETUIGE IN EEN STRAFPROCES

U BENT GETUIGE IN EEN STRAFPROCES U BENT GETUIGE IN EEN STRAFPROCES Dit document bevat de alternatieve tekst van het origineel. Dit document is bedoeld voor mensen met een visuele beperking, zoals slechtzienden en blinden. Als u getuige

Nadere informatie

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e),

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e), Grondslagen van Recht Week 3 2018 2019 Voorwoord Beste student(e), Voor je ligt de samenvatting van de stof van Hoofdstuk 14 van het boek Hoofdlijnen, dat voorgeschreven wordt in week 3. Aanvankelijk hebben

Nadere informatie

32 853 Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten

32 853 Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten TWEEDE KAMER DER 2 STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2010-2011 32 853 Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten Nr.

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord 13. Aanbevolen literatuur 15. Afkortingenlijst 17. Hoofdstuk 1 Inleiding 19

Inhoudsopgave. Voorwoord 13. Aanbevolen literatuur 15. Afkortingenlijst 17. Hoofdstuk 1 Inleiding 19 Inhoudsopgave Voorwoord 13 Aanbevolen literatuur 15 Afkortingenlijst 17 Hoofdstuk 1 Inleiding 19 1.1 Eerste kennismaking 19 1.2 Plaats van het strafrecht 19 1.3 Doelen van straffen 22 1.4 Materieel strafrecht,

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Gehoord de gerechten heeft de Raad de eer u als volgt te berichten.

Gehoord de gerechten heeft de Raad de eer u als volgt te berichten. Aan de Minister van Justitie t.a.v. mw. mr. M.F.M. de Groot Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG datum 16 januari 2006 contactpersoon mr. A. Kuijer doorkiesnummer 070-361 9706 a.kuijer@rvdr.drp.minjus.nl e-mail

Nadere informatie

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 3.2. De benadeelde. 3.3. Nabestaanden. 3.4. Splitsing van de vordering door de benadeelde

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 3.2. De benadeelde. 3.3. Nabestaanden. 3.4. Splitsing van de vordering door de benadeelde 3. Schadevergoeding (voegen) 3.2. De benadeelde Degene die rechtstreeks schade heeft geleden door een strafbaar feit, kan zich ter zake van zijn vordering tot schadevergoeding als benadeelde partij voegen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 116 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Overleveringswet ter implementatie van richtlijn nr. 2016/800/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Het slachtoffer in het strafgeding

Het slachtoffer in het strafgeding Het slachtoffer in het strafgeding Scriptie Daniëlle Thijssen Naam Daniëlle Thijssen Studentnr. 6007155 Datum 12 juli 2012 Scriptiebegeleider mr. dr. M.M. Dolman 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 4 2. Huidige

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2016:935

ECLI:NL:GHDHA:2016:935 ECLI:NL:GHDHA:2016:935 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 31-03-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer 22-004068-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06

ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06 ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 06-03-2007 Datum publicatie 06-03-2007 Zaaknummer 00636/06 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Het wetsvoorstel is op 18 december 2007 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.

Het wetsvoorstel is op 18 december 2007 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Justitie Betreffende wetsvoorstel: 30143 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering,

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833 ECLI:NL:PHR:2014:1700 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 01-07-2014 Datum publicatie 26-09-2014 Zaaknummer 12/04833 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2013 225 Wet van 19 juni 2013 tot wijziging van de Opiumwet en de Wet wapens en munitie in verband met de verruiming van de kring van ambtenaren,

Nadere informatie

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman) ECLI:NL:GHAMS:2016:5673 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-11-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-003159-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BO2558

ECLI:NL:HR:2010:BO2558 ECLI:NL:HR:2010:BO2558 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 02-11-2010 Datum publicatie 03-11-2010 Zaaknummer 09/00354 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO2558

Nadere informatie

Beleidskader herstelbemiddeling ten behoeve van slachtoffers

Beleidskader herstelbemiddeling ten behoeve van slachtoffers Beleidskader herstelbemiddeling ten behoeve van slachtoffers Datum: september 2016 Status: definitief 1 Woord vooraf Voor u ligt het beleidskader voor herstelbemiddeling ten behoeve van slachtoffers. Het

Nadere informatie

2014D36200 LIJST VAN VRAGEN

2014D36200 LIJST VAN VRAGEN 2014D36200 LIJST VAN VRAGEN De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft over de beleidsdoorlichting slachtofferzorg (Kamerstuk 33 199, nr. 4) de navolgende vragen ter beantwoording aan de Staatssecretaris

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158 ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 22-07-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16-711123-09 [P] Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193

ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193 ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193 Instantie Datum uitspraak 12-02-2013 Datum publicatie 28-05-2013 Zaaknummer 21-004366-12 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN 21 INLEIDING Algemene inleiding Aanleiding Probleemstelling en onderzoeksvragen 31

INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN 21 INLEIDING Algemene inleiding Aanleiding Probleemstelling en onderzoeksvragen 31 De rol van de rechter bij de waarheidsvinding in de correctionele procedure. Een rechtsvergelijkend onderzoek naar Belgisch, Frans en Nederlands recht. Daniel DE WOLF WAV TO KNOWLfDGE \UGrfV r die keure

Nadere informatie

Reglement Commissie van Toezicht en College van Beroep van de Stichting GFB versie 2002

Reglement Commissie van Toezicht en College van Beroep van de Stichting GFB versie 2002 REGLEMENT van de Commissie van Toezicht en het College van Beroep van de Stichting Gedragscode Farmaceutische Bedrijfstak (Stichting GFB) I ALGEMEEN 1. De behandeling van klachten wegens niet naleving

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 JUNI 2015 P.13.1452.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.13.1452.N M N M, beklaagde, eiser, met als raadsman mr. Jozef Robbroeckx, advocaat bij de balie te Antwerpen. I. RECHTSPLEGING VOOR HET

Nadere informatie

Onderwerp: Concept-Contourennota Modernisering Wetboek van Strafvordering

Onderwerp: Concept-Contourennota Modernisering Wetboek van Strafvordering Aan de Minister van Veiligheid en Justitie, De heer mr. G.A. van der Steur Postbus 20301 2500 EH Den Haag Onderwerp: Concept-Contourennota Modernisering Wetboek van Strafvordering Geachte heer Van der

Nadere informatie

Aan de minister van Veiligheid en Justitie Mr. I.W. Opstelten Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Opstelten,

Aan de minister van Veiligheid en Justitie Mr. I.W. Opstelten Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Opstelten, Aan de minister van Veiligheid en Justitie Mr. I.W. Opstelten Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG doorkiesnummer 070 361 9721 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl uw kenmerk 5692855/11/6 onderwerp Adviesaanvraag

Nadere informatie