ZONNESTELSEL. Jaargang 35 - mrt 2010

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ZONNESTELSEL. Jaargang 35 - mrt 2010"

Transcriptie

1 Stichting De Koepel Zonnenburg 2, 3512 NL Utrecht tel , fax Jaargang 35 - mrt 2010 Productie: Bert de Bruijn Josiane Claesen Mat Drummen Eddy Echternach Coos Haak Wendy Majoor Marga Trienekens Edwin Mathlener (red.) STICHTING DE KOEPEL ISSN ZONNESTELSEL Potentiële landingsplaatsen op Phobos Phobos is een van de twee manen van Mars. De Mars Express van ESA is al heel wat jaren (sinds dec 2003) in een omloop rond de rode planeet in een langgerekte polaire baan. Het toestel komt om de vijf maanden in de buurt van deze Marsmaan. Onlangs (7 mrt 2010) kwam de sonde wel zeer dicht langs Phobos en konden opnamen worden gemaakt met een zeer hoge resolutie en wel van de van de planeet afgekeerde kant van deze maan. De kleinste details zijn slechts 4,4 meter groot. Op de foto s zijn ook de potentiële landingsplekken te zien van de komende Russische vlucht naar deze Marsmaan. Deze landingsplaatsen zijn al eerder (in 2008) door de Mars Express gefotografeerd, nu echter onder betere belichting en in meer detail. Het betreft de Phobos-Grunt missie die eind 2011 of begin 2012 gelanceerd wordt. De maan Phobos is een onregelmatig gevormd hemellichaam, 27x22x19 km groot. Diverse oppervlaktedetails wijzen op overeenkomsten met koolstofhoudende C-type planetoïden. Misschien is Phobos dus een ingevangen planetoïde. Maar het is moeilijk te begrijpen hoe het maantje dan in zijn huidige baan terecht is gekomen. Een andere hypothese is dat Phobos min of meer in zijn huidige baan is gevormd in de beginfase van de vorming van de planeet. Doel van de Grunt-missie is een zachte landing te maken op Phobos en grondmonsters naar de aarde terugbrengen. Ook ESA is bij het onderzoek betrokken. (ESA, 15 mrt 2010) Jupiters Grote Rode Vlek gloeit Nieuwe warmtebeelden van ESO s Very Large Telescope (VLT) en andere grote telescopen laten voor het eerst kolkende warme lucht en koudere regio s in de Grote Rode Vlek op de planeet Jupiter zien. Daarmee kunnen wetenschappers de eerste gedetailleerde weerkaart maken van het binnenste van deze gigantische storm, met temperatuur, wind, luchtdruk en kleursamenstelling. Men dacht ooit dat de Grote Rode Vlek een vlakke en grote ovaal was, zonder veel structuur, maar dit nieuwe resultaat toont aan dat er sprake is van een uiterst complex systeem. De waarnemingen laten zien dat het meest rode gedeelte van de vlek correspondeert met een warme kern binnenin de voor de rest koude storm. De beelden vertonen donkere banen aan de rand van de De Grote Rode Vlek in infrarood (boven, ESO) vergeleken met een opname in zichtbaar licht (onder, HST). (Foto: ESO/NASA/ JPL/ESA/L. Fletcher)

2 storm, waar gassen afdalen in de diepere regionen van de planeet. De resultaten geven wetenschappers een idee van de circulatiepatronen binnen het stormsysteem. De Grote Rode Vlek op Jupiter wordt al sinds de 19e eeuw op verschillende manieren continu geobserveerd. De vlek, iets ten zuiden van Jupiters evenaar, heeft een gemiddelde temperatuur van -160 graden Celsius en is zo groot dat de aarde er drie keer in zou passen. De warmtebeelden zijn gemaakt met het VISIR-instrument op ESO s Very Large Telescope in Chili en de National Astronomical Observatory van de Japanse Subaru Telescope in Hawaï. De beelden borduren voort op de opnames die zijn gemaakt door NASA s Galileo ruimtesonde in de late jaren 90. Samen met opnamen van de diepe wolkenstructuur door de 3-meter NASA Infrared Telescope Facility op Hawaï, zijn er nu beelden beschikbaar die wat betreft de warmtedetails vergelijkbaar zijn met optische foto s van de Hubble-ruimtetelescoop. Met VISIR kunnen astronomen de temperatuur, aërosolen (zwevende druppeltjes en stofjes ) en ammoniak in en om de storm in kaart brengen. Daarmee wordt duidelijk hoe het weer en de circulatiepatronen veranderen in de storm, zowel ruimtelijk (in 3D) als in tijd. Uit de jarenlange waarnemingen van VISIR en die van de andere observatoria blijkt dat de storm ongelooflijk stabiel is, ondanks de turbulentie, de omwentelingen en de bijna-ontmoetingen met anticyclonen (kernen van hoge druk) die de rand van het stormsysteem beïnvloeden. Een van de meest intrigerende bevindingen is dat het oranje-rode centrale deel van de vlek zo n 3 tot 4 graden warmer is dan zijn omgeving. Dit lijkt niet zo groot, maar het is voldoende om de stormcirculatie, normaalgesproken tegen de klok in, om te buigen naar een zwakke klokgewijze circulatie in het binnenste van de storm. Ook op andere delen van Jupiter blijkt de temperatuurverandering voldoende te zijn om de windsnelheid te veranderen en de wolkenpatronen in de gordels en zones te beïnvloeden. Dit is de eerste keer dat er een nauw verband gezien is tussen omgevingsfactoren zoals temperatuur, wind, druk en samenstelling, en de kleuren van de Grote Rode Vlek. Men weet nog steeds niet zeker welke elementen en processen de diep-rode kleur veroorzaken, maar men weeet nu wel dat die gerelateerd is aan veranderingen in de omgevingsfactoren, direct in het oog van de storm. (ESO, 16 mrt 2010) Marsrivier door lava gevormd Het Ascraeuskanaal op Mars is waarschijnlijk niet ontstaan door watererosie. Ascraeus Mons is de meest noordelijke van de drie Tharsisvulkanen. Het bewuste kanaal meandert bij de zuidwestelijke flank van deze vulkaan. Tot nog toe dachten onderzoekers dat dit kanaal ontstaan kon zijn in de tijd dat er nog veel vloeibaar water was op Mars. Na nauwkeurige analyse van delen van de rivierbedding die nog niet goed bestudeerd waren, lijkt het er nu echter op dat deze door stromende lava is uitgesleten. Omdat de vloeistof die het Ascraeuskanaal heeft gevormd reeds lang verdwenen is, is het niet eenvoudig om te achterhalen wat zich hier precies heeft afgespeeld. Sommige kenmerken lijken sprekend op die van een drooggevallen rivier. Maar nu is ontdekt dat delen ervan overdekt zijn, precies zoals dat bij lavabuizen het geval is. Deze en andere kenmerken wijzen er sterk op dat de erosie niet door water, maar door snelstromende lava is veroorzaakt. (NASA, 4 mrt 2010) Grootste Saturnusmaan is sorbet van ijs steen Door tijdens dichte naderingen van Titan heel nauwkeurig de bewegingen van de ruimtesonde Cassini te volgen. hebben wetenschappers meer inzicht gekregen in het inwendige van de grote Saturnusmaan. De subtiele zwaartekrachtsvariaties die de sonde ondervond wijzen erop dat het inwendige van Titan te koud is geweest om afzonderlijke lagen van ijs en gesteente te vormen. (Science, 12 maart). Dat de ruim 5000 kilometer grote Saturnusmaan ongeveer voor de helft uit ijs en voor de andere helft uit gesteente bestaat, was al langer bekend. Onduidelijk was echter hoe deze beide bestanddelen over het inwendige verdeeld waren. Uit het Cassinionderzoek blijkt dat dit inwendige een sorbet van ijs en gesteente is, die waarschijnlijk nooit erg warm is geweest. Alleen de buitenste 500 kilometer van Titan bestaat vrijwel geheel uit ijs. Dit betekent dat de vorming van deze maan vrij traag moet zijn verlopen in de loop van ruwweg een miljoen jaar. Bij een sneller vormingsproces zou het inwendige zo heet zijn geworden, dat het ijs tijdelijk was gesmolten en al het gesteente naar de kern van het hemellichaam was gezakt. (Astronieuws; NASA/JPL, 11 mrt 2010) Onderzoek naar aardscheerders Aardscheerders zijn planetoïden die in de buurt van de aardbaan komen. In het Engels heten ze Near Earth Asteroids (NEA s). Planetoïden worden als NEA s beschouwd als ze een baan hebben die hen binnen 0,3 AE van de aardbaan brengt. Vooral de laatste decennia is het onderzoek aan NEA s sterk toegenomen. Door nieuwe specialistische telescopen op aarde en satellieten in de ruimte is er de komende jaren nog veel meer nieuws te verwachten. Planetoïden die de aardbaan naderen tot minder dan 380-2

3 0,05 AE (7,5 miljoen km) en die een diameter hebben van 140 meter of meer noemt men: potentially hazardous asteroids (PHA s), potentieel gevaarlijk voor de aarde. Bijna alle PHA s die groter zijn dan 1 km, zijn volgens de meeste astronomen inmiddels wel ontdekt. De teller staat op 146. Men vermoedt dat er in de interplanetaire ruimte nog duizenden niet ontdekte PHA s ronddwalen met een diameter van 140 meter tot 1 km. Omdat er nog zoveel van die objecten zijn, die een catastrofe kunnen veroorzaken bij een botsing met de aarde, richt het huidige en toekomstige onderzoek zich op deze kleine PHA s. Dr. Karel A. van der Hucht, voormalig secretaris-generaal van de Internationale Astronomische Unie en de huidige voorzitter van stichting De Koepel, heeft een interessante publicatie uitgebracht over het onderzoek aan NEA s. Hierin presenteert hij een chronologisch overzicht met veel details over ontdekkingen van NEA s en PHA s, over geregistreerde inslagen in het verleden (Tunguska e.a.) en over het wetenschappelijk onderzoek op dit terrein. Ook de toekomstige nauwe passages van PHA s en het onderzoek (op aarde en vanuit de ruimte) gepland voor de komende jaren komen aan bod. Sinds begin maart 2010 kunnen we deze publicatie onder de titel Near Earth Asteroids (NEAs), A Chronology of Milestones op de website van de IAU vinden: In het uitgebreide artikel komen we talrijke verwijzingen tegen naar relevante websites. (IAU) EXOPLANETEN Exoplaneet koel genoeg voor vloeibaar water Met de Franse satelliet CoRoT en een instrument van de 3,6-meter ESO-telescoop op La Silla (Chili) is voor het eerst een normale exoplaneet ontdekt die zich gedetailleerd laat onderzoeken (Nature, 18 maart). De planeet, die de aanduiding Corot-9b heeft gekregen, draait om een zonachtige ster op 1500 lichtjaar van ons vandaan. Hij is ongeveer zo groot als de planeet Jupiter en beweegt in een baan die qua omvang vergelijkbaar is met die van Mercurius. Daarmee is dit de eerste exoplaneet die in veel opzichten op de planeten van ons zonnestelsel lijkt. Corot-9b beweegt vanaf de aarde gezien om de 95 dagen voor zijn ster langs. Deze overgang duurt ongeveer acht uur en stelt sterrenkundigen in staat om de planeet nauwkeurig te onderzoeken. Net als Jupiter bestaat de exoplaneet grotendeels uit waterstof en helium. Van de meer dan 400 exoplaneten die tot nu toe zijn ontdekt, zijn 70 ontdekt doordat ze bij elke omloop voor hun ster langs bewegen. Corot-9b onderscheidt zich van de andere doordat hij tien keer zo ver van zijn moederster verwijderd is. Hierdoor is de temperatuur aan zijn gasoppervlak betrekkelijk gematigd. Afhankelijk van de mogelijke aanwezigheid van een wolkendek dat het sterlicht sterk weerkaatst, worden waarden van -20 tot +160 graden Celsius verwacht. Binnen dit temperatuursbereik is vloeibaar water mogelijk. De planeet zelf heeft als gasreus geen oppervlak waarop dit kan voorkomen, maar op een rotsachtige maan zoals Jupiter die heeft, zou dat wellicht mogelijk zijn. (Astronieuws; Univ. California, Sante Barbara / ESA, 18 mrt 2010) STERREN EN STEREVOLUTIE Ster komt dichtbij het zonnestelsel Gliese 710 is met een afstand van 63 lichtjaar een relatief nabije ster, maar in de verre toekomst komt die ster vermoedelijk veel dichter bij het zonnestelsel. Volgens de nieuwste berekeningen van de astronoom Vadim Bobylev van de Pulkovo Sterrenwacht van St. Petersburg zou Gliese 710 over 1,45 miljoen jaar een grote kans hebben binnen 1,6 lichtjaar van de zon te komen. Dat is rakend aan de Oortwolk. De banen van sommige kometen in die wolk zullen dan mogelijk in de binnengebieden van het zonnestelsel terechtkomen. Maar er is zelfs een (heel) kleine kans dat de ster binnen 1000 AE van de zon passeert. In dat laatste geval zal de Kuipergordel met zijn talrijke grote komeetkernen verstoord worden en is de kans op kometen in de buurt van de aarde nog veel groter. Bobylev kwam tot deze conclusie bij een onderzoek naar sterren die binnen 3 parsec (circa 10 lichtjaar) zijn gekomen dan wel kunnen komen in een periode van twee miljoen jaar in het verleden en in de toekomst. Hij baseerde zich op een nieuwe versie van de Hipparcos-catalogus en gegevens over radiële snelheden van de betreffende sterren. Hij vond negen nieuwe kandidaatsterren binnen 100 lichtjaar van de zon. De ster Gliese 710 sprong eruit met genoemd resultaat. Gliese 710 is een K7-ster van de hoofdreeks, wat kleiner en koeler dan de zon. De massa is 0,6 maal en de diameter 0,67 maal die van de zon. De oppervlaktetemperatuur is met circa 4250 K flink lager dan die van de zon. (Technology Review e.a., 12 mrt 2010) Jet van zwart gat is aparte röntgenbron Astronomen van de Universiteit van Amsterdam hebben ontdekt dat de röntgenstraling die het zwarte gat in de dubbelster XTE J uitzendt, soms wordt gedomineerd door de jet en niet door de accretieschijf. De jet is een materiestraal, een snelle straalvormige gasstroom die uit de directe omgeving van het zwarte gat komt. Dit 380-3

4 resultaat komt niet overeen met het heersende idee dat de röntgenstraling ontspringt uit de accretieschijf, waarmee het zwarte gat in dit dubbelstersysteem zich voedt. Bijzonder aan het onderzoek van Dave Russell, Sera Markoff en collega s is dat zij hun conclusie trekken op basis van observaties, en niet van theoretische modellen. Ze bestudeerden XTE J op röntgen, optische en infraroodgolflengten en slaagden erin de emissie van de jet te scheiden van die van de accretieschijf. XTE J is een dubbelstersysteem, waarvan het zwarte gat van tien zonsmassa s één component is. De andere is een gewone ster, waarvandaan voortdurend gas stroomt naar het zwarte gat toe. De twee draaien in een zeer nauwe baan om elkaar heen. Het materiaal dat de ster aan het zwarte gat verliest, verzamelt zich in een zeer snel roterende accretieschijf. XTE J staat op een afstand van lichtjaar in de richting van het sterrenbeeld Norma (Winkelhaak). Russell en collega s bekeken hoe de bron varieert in de tijd, op verschillende golflengten, en zij komen tot de conclusie dat de harde röntgenstraling (aan het begin van de uitbarsting) variërend van 10 tot 100% voor rekening komt van de jet, en niet van de accretieschijf. Sinds de ontdekking van dit soort röntgendubbelsterren, is er onder astronomen veel discussie geweest over de oorsprong van de straling. De totale energie van de jet is blijkbaar groter dan eerder werd verondersteld. Nu men het spectrum van de jet heeft weten te isoleren, is de vervolgstap het verder bestuderen van het accretieproces en onderzoeken wat de samenstelling is van de jet. Bovendien willen de onderzoekers de jets van dit soort stellaire zwarte gaten vergelijken met die van de superzware zwarte gaten in de kernen van melkwegstelsels. (NOVA, 11 mrt 09) Type Ia supernova door samensmeltende witte dwergen Type Ia supernova s zijn populair om afstanden te bepalen tot verre sterrenstelsels, omdat hun grootste helderheid altijd hetzelfde zou zijn. Ze zouden ontstaan als een witte dwerg door het toestromen van materiaal van zijn begeleider, de zogenaamde Chandrasekhar-limiet passeert. Boven die grens van 1,4 zonsmassa kan de gedegenereerde materie van de witte dwerg de zwaartekracht niet meer weerstaan, stort in elkaar en ontploft vervolgens als een super kernbom. Omdat het altijd een ster zou zijn van 1,4 zonsmassa die ontploft, zou iedere ontploffing op dezelfde verlopen, met hetzelfde helderheidsverloop. Sinds 2003 zijn er echter vier type Ia supernova s gezien die dermate helder waren, dat betwijfeld werd of de ontploffende witte dwergster zich wel aan de Chandrasekhar-limiet heeft gehouden. Nieuwe waarnemingen van Amerikaanse en Franse sterrenkundigen aan SN 2007if laten nu zien dat deze Ia supernova inderdaad een veel grotere massa had, nl. 2,1 zonsmassa. Waarschijnlijk is deze supernova veroorzaakt doordat twee witte dwergen in een dubbelster uiteindelijk met elkaar versmolten zijn en als supernova zijn ontploft. Ook kan niet worden uitgesloten dat witte dwergen in bijzondere situaties zwaarder kunnen worden dan de Chandrasekhar-limiet, voordat ze uiteindelijk ontploffen. Dit afwijkend gedrag van type Ia supernova s betekent echter wel dat deze explosies niet de perfecte methode van afstandsbepaling bieden die we er tot nog toe in zagen. Ideeën over de versnelde uitdijing van het heelal moeten nu wellicht worden herzien. (Yale University, 15 mrt 2010) Geboorte van zware ster verloopt minder moeizaam dan gedacht De geboorte van de allerzwaarste sterren tien tot honderd keer zwaarder dan onze zon stelt sterrenkundigen al decennialang voor een raadsel. Sterren ontstaan als een grote gaswolk in de ruimte onder zijn eigen gewicht samentrekt. Zodra de dichtheid en temperatuur in het centrum van de gaswolk hoog genoeg zijn, begint waterstof tot helium te fuseren, en gaat de ster stralen. De zwaarste sterren ontbranden echter al terwijl de gaswolk nog aan het samentrekken is. De intense ultraviolette straling die daarbij vrijkomt zou het omringende gas moeten wegblazen, waardoor de verdere aangroei van de ster wordt voorkomen. Maar dat laatste gebeurt klaarblijkelijk niet. Computersimulaties door Duitse, Amerikaanse en Mexicaanse wetenschappers geven daar een verklaring voor. In de gaswolk waarin een zware ster geboren wordt, ontstaan onder invloed van de zwaartekracht draderige structuren waar de gasdichtheid hoger is dan elders. Steeds als de ster door zo'n filament heen trekt, schermt deze het gas in de omgeving af tegen de intense straling van de ster-inwording. En daardoor kan de groei van de ster nog doorgaan terwijl hij al ontvlamd is. (Astronieuws; Amer. Museum Nat. His., NYC, 16 mrt 2010) MELKWEG Stervorming in Melkweg lager dan gedacht Melkwegstelsels hebben een bepaald ritme van stervorming: ze maken perioden door van versnelde stervorming gevolgd door een periode waarin er maar weinig nieuwe sterren gevormd worden. Met de 380-4

5 Spitzer-infraroodtelescoop is gekeken naar de mate van stervorming in onze Melkweg. Op basis van de metingen van Spitzer kon men vrij nauwkeurig het aantal (zeer) jonge sterren in de Melkweg tellen. Die telling werd vergeleken met een computersimulatie van galactische stervorming. Daaruit bleek dat de Melkweg nu gemiddeld ieder jaar een nieuwe ster als onze zon produceert. Op basis van vroegere, meer indirecte metingen kwam men tot hogere waarden (tot wel vijf zonsmassa s per jaar aan nieuwe stervorming). De vroegere metingen baseerden zich vooral op radiogolven die uitgaan van waterstofwolken, die geïoniseerd worden door de zware, hete sterren. Op grond daarvan werd een schatting gedaan over het aantal gevormde zonachtige sterren in zo n wolk. Zo n extrapolatie is uiteraard minder nauwkeurig dan de directe Spitzermeting van jonge zonachtige sterren. Bij andere melkwegstelsels kan ook Spitzer geen afzonderlijke sterren zien en blijft de indirecte methode belangrijk. Dankzij Spitzer kan men nu de indirecte methode enigszins ijken. Spitzer kan de extreem jonge sterren herkennen aan hun stofrijke protoplanetaire schijf: die is optisch niet te zien, maar juist wel in het infrarood. Spitzer heeft een flink gebied (2 x 130 groot) aan de hemel op dit soort objecten onderzocht. Hij zag hierin wel van die extreem jonge sterren. De onderzoekers, Amerikaanse sterrenkundigen Barbara Whitney and Thomas Robitaille, kwamen tot een stervorming van 2/3 tot 1,5 zonsmassa per jaar, gemiddeld dus ongeveer 1 zonsmassa. Als je bedenkt dat de Melkweg tegenwoordig zeker 100 miljard sterren bevat, is het duidelijk dat de stervorming nu veel lager is dan ze vroeger moet zijn geweest. Een stervormingssnelheid van circa 1 zonsmassa per jaar is dan ook typisch voor een melkwegstelsel van middelbare leeftijd (11-12 miljard jaar) zoals het onze. Volgens de onderzoekers is in de Melkweg inmiddels een soort evenwicht bereikt tussen stervende sterren die hun materiaal afstaan aan hun omgeving en nieuwe stervorming uit dit materiaal. (Spitzer, 10 mrt 2010) Herschel vindt interessante moleculen in Orion Het HIFI-instrument van Herschel, de nieuwe grote ruimtetelescoop van ESA, is na wat aanloopproblemen sinds 28 feb 2010 operationeel. De eerste resultaten zijn veelbelovend. Herschel heeft in de Orionnevel de chemische vingerafdrukken gevonden van veel organische en anorganische moleculen. Een opvallend kenmerk van het spectrum van Orion is het rijke, dichte patroon van pieken. Elke piek in het spectrum vertegenwoordigt licht met een hele specifieke kleur en een specifiek molecuul. Een aantal moleculen is al geïdentificeerd. Aan de identificatie van andere emissielijnen wordt nog gewerkt. Tot de moleculen die al zijn geïdentificeerd behoren water, koolmonoxide, formaldehyde, methanol, dimethyl-ether, waterstofcyanide, zwaveldioxide, zwavelmonoxide en hun bijbehorende isotopen. Naar verwachting zullen ook nieuwe organische moleculen opduiken. Frank Helmich, projectleider van SRON zegt: We hebben dit spectrum in slechts een paar uur waarneemtijd verkregen en nu al zijn de resultaten beter dan alle spectra van Orion in andere golflengtes! Het wemelt van de organische moleculen, die we ook op lage intensiteit goed kunnen identificeren, wat veel zegt over de betrouwbaarheid van HIFI. De ontwikkeling van HIFI heeft acht jaar in beslag genomen maar het was het wachten absoluut waard. Meer observaties van HIFI zullen de onderzoekers hopelijk in staat stellen de chemie van de ruimte te ontrafelen, met name in regio s van actieve stervorming. HIFI is een hoge-resolutie-spectrometer, gebouwd onder leiding van SRON Netherlands Institute for Space Research. Het instrument is ontworpen om spectra van een zeer hoge resolutie te leveren in het verre infrarood en het submillimeter-gebied. Dat zijn golflengtegebieden waarin vanaf aarde niet of nauwelijks waarnemingen mogelijk zijn. (SRON, 4 mrt 2010) Planck-satelliet ziet weefsel van koud stof Nieuwe beelden van de Europese satelliet Planck laten zien dat ons Melkwegstelsel doortrokken is van lange filamenten van koud stof en gas. Hoe deze draderige structuur is ontstaan, is nog niet helemaal duidelijk. Vermoedelijk worden het stof en gas door hete, jonge sterren uit het melkwegvlak weggeblazen, maar mogelijk spelen ook magnetische velden een rol bij hun ontstaan. Het stof heeft temperaturen die uiteenlopen van twaalf tot enkele tientallen graden boven het absolute nulpunt (-273 graden Celsius). Een van de vraagstukken die Planck moet oplossen, is waarom het stof zowel op grote als op kleine schaal een soortgelijke weefselstructuur vertoont. Dat is overigens niet de hoofdtaak van deze satelliet, die bestaat uit het nauwkeurig in kaart brengen van de kosmische achtergrondstraling. Daarbij wordt de hele hemel afgescand en ontstaat tegelijkertijd ook een zeer gedetailleerde kaart van ons Melkwegstelsel. (Astronieuws; ESA, 17 mrt 2010) MELKWEGSTELSELS Intergalactische bolhopen Op basis van de Sloan Digital Sky Survey, 380-5

6 wordt niet vermeld). Bovendien merken ze op dat deze bolhopen een relatief groot aantal blauwe en metaalarme sterren bevatten. Dat wijst erop dat ze afkomstig zijn van metaalarme dwergstelsels, die inmiddels (na miljarden jaren) door de grotere stelsels zijn opgeslokt of uit elkaar zijn getrokken. (Spektrumdirekt/Science, 11 mrt 2010) Dit onderzoek sluit aan bij een andere recente studie aan bolhopen, waarbij Australische astronomen hebben aangetoond, dat ongeveer een kwart van de bolhopen in onze Melkweg afkomstig zijn van dwergstelsels uit de omgeving van de Melkweg! (Royal Astronom. Soc., 23 feb 2010) De verdeling van bolhopen in het centrale deel van de Virgo-cluster. De concentratie is natuurlijk het hoogst (rode kleur) in de halo s rond de grote stelsels, maar er zijn ook nog vrij veel bolhopen in de groene en blauwgroene gebieden. (Myung Gyoon Lee/Science 2010) waarbij melkwegstelsels in vijf spectraalkleuren zijn gefotografeerd, heeft een groep Zuid-Koreaanse astronomen onder leiding van Myung Gyoon Lee de Virgo cluster van melkwegstelsels (afstand circa 60 miljoen lichtjaar) onderzocht op het voorkomen van bolvormige sterrenhopen. Ze konden meer dan 1500 bolhopen identificeren. Dat zijn ongetwijfeld alleen de helderste exemplaren van de bolhopen die er in dit gebied zijn. Weliswaar zijn ook die helderste bolhopen niet meer dan puntjes op de betreffende opnamen, maar ze zijn van voorgrondsterren te onderscheiden door hun kleur. Tot hun verbazing vonden de onderzoekers niet alleen bolhopen in de halo s van de diverse melkwegstelsels in de cluster, maar ook in de intergalactische ruimte, dus tussen de stelsels in en wel in een groot gebied: tot op 5 miljoen lichtjaar van het centrale stelsel M87. Vergelijking met röntgenbeelden van de Rosat laten zien dat de verdeling van de bolhopen globaal samenvalt met het ijle, hete interclustergas. De bolhopen bewegen ofwel naar het centrum van de cluster (dus richting M87) of in de richting van een stelsel dat bij hen in de buurt staat. Het zijn dus echte interclusterobjecten. Reeds rond 1950 had de Zwitserse astronoom Fritz Zwicky gespeculeerd over het bestaan van dergelijke bolhopen, maar hij kon dat toen niet met waarnemingen bevestigen. De intercluster-bolhopen zijn volgens de onderzoekers ook geschikt om de verdeling van de donkere materie in de Virgo-cluster in kaart te brengen (hoe dat in zijn werk moet gaan, Massabepaling van infraroodstelsels Melkwegstelsels heb je in soorten en maten. De bekendste zijn de spiraalstelsels en de elliptische stelsels. Die laatste zijn doorgaans zwaarder (massarijker) dan de spiralen. Een gangbare theorie zegt dat elliptische stelsels zijn gevormd uit de samenvoeging van spiraalstelsels. De astronomen Rothberg en Fischer van het Naval Research Laboratory in de VS hebben een aantal infraroodstelsels bestudeerd die in een proces van samensmelting zijn. Ze deden dit aan de hand van waarnemingen gedaan met 2,2 m telescoop van de sterrenwacht van Hawaii, de 10 m Keck, de 2,5 m Hubble telescoop en de 8 m Gemini telescoop. Een belangrijke factor in dat proces van versmelting van stelsels is de massa van de betreffende stelsels. Die massa kan men afleiden uit de snelheid waarmee de sterren in zo n stelsel om het centrum ervan roteren. De snelheid volgt uit de verschuiving van spectraallijnen. In veel stelsels is de lijn van het molecuul koolmonoxide doorgaans goed waar te nemen. Die lijn bevindt zich in het nabije infrarood en is met name handig in het geval van stofrijke stelsels, waarin de sterren moeilijk te zien zijn. In het bijzonder is dat van toepassing bij zogeheten (ultra)lichtkrachtige infraroodstelsels (LIRG s en ULIRG s). Maar als je dit soort samensmeltende stelsels meet, blijkt het resulterende elliptische stelsel een vrij lage massa te krijgen. Meet je echter dezelfde stelsels niet in het infrarood, maar in het optisch gebied, d.w.z. in een calciumlijn, dan is het resulterende elliptische stelsel wel massarijk. Om dit probleem nader te bestuderen werden onder meer infraroodspectra opgenomen met de 8 meter Geminitelescoop op Hawaii. Toen bleken de lichtkrachtige infraroodstelsels in het infrarood jonger en ook minder massarijk te zijn dan diezelfde stelsels op basis van metingen op optische golflengten, maar normale elliptische stelsels en samenvoegende stelsels die niet infrarood-helder zijn, vertonen deze discrepantie niet. Met andere woorden: je kunt de CO-metingen niet 380-6

7 gebruiken om de massa te meten als het over dit soort lichtsterke infraroodstelsels gaat. Duidelijk is dat de sterke infraroodemissie van deze stelsels voortkomt uit de stofrijke omgeving van jong gevormde sterren in die stelsels. De CO-metingen tonen volgens de onderzoekers blijkbaar vooral de rotatie van protoplanetaire schijven rond die jonge sterren. De gemeten snelheid is dus geen goed uitgangspunt voor het bepalen van de totale massa van de betreffende stelsels. Optisch licht dringt niet door de stofrijke schijven heen. Dan worden niet de stofschijven gemeten maar de gewone sterren (zonder stofschijven). Uit de verschuiving van de optische spectraallijnen kun je dus wel de rotatie van het hele stelsel afleiden. Ook als de infraroodstelsels eenmaal gewone elliptische stelsels zijn, zijn er geen stofschijven meer en is er weer overeenkomst in de infrarode en optische metingen van de rotatie, respectievelijk van de massabepaling volgens de twee methoden. (Gemini Observatory, 11 mrt 2010) APEX maakt eerste close-up van sterrenfabrieken in het verre heelal Astronomen hebben dankzij een toevallige ontdekking met de APEX-telescoop voor het eerst de grootte en helderheid van stervorminggebieden in een verafgelegen sterrenstelsel rechtstreeks gemeten. Het sterrenstelsel is zo ver weg dat het licht er 10 miljard over heeft gedaan om ons te bereiken. Een kosmische zwaartekrachtlens vergroot het sterrenstelsel en geeft een close-up die we anders alleen maar zouden kunnen krijgen met toekomstige telescopen zoals de Atacama Large Millimeter/submillimeter Array (ALMA). Deze toevallige ontdekking onthult hectische en krachtige stervorming in sterrenstelsels in het vroege heelal. Kraamkamers van sterren ontstaan er honderd keer sneller dan op basis van gegevens van jongere sterrenstelsels verwacht zou worden. Astronomen observeerden een zware cluster van sterrenstelsels met de Atacama Pathfinder Experiment (APEX) op submillimetergolflengten, toen ze een nieuw en extreem helder sterrenstelsel ontdekten, verder weg dan de cluster en bovendien het helderste verafgelegen sterrenstelsel ooit gezien op deze golflengten. Het is zo helder omdat de kosmische stofkorrels in het stelsel gloeien door de warmte van het sterlicht. Het nieuwe sterrenstelsel heeft de naam SMM J gekregen. Het nieuwe stelsel is zo helder omdat de zware cluster zich ervoor bevindt. De enorme massa van deze cluster bundelt het licht van het verder weg gelegen stelsel en werkt zo als een zwaartekrachtlens. Omdat de cluster en het verafgelegen stelsel toevallig op één lijn liggen, wordt het stelsel 32 keer vergroot. In vervolgwaarnemingen met de Submillimeter Array telescoop kon men de stervorming in de wolken van het stelsel in groot detail bestuderen. Dankzij deze vergroting kunnen de wolken waar stervorming plaatsvindt, worden onderscheiden tot een schaal van slechts een paar honderd lichtjaar bijna de afmeting van grote wolken in onze eigen Melkweg. Zo n gedetailleerde blik zou zonder hulp van een zwaartekrachtlens alleen mogelijk zijn met toekomstige telescopen zoals ALMA, die momenteel wordt gebouwd op dezelfde 5000-meter hoge Chajnantor hoogvlakte in de Chileense Andes waar APEX staat. Astronomen hebben door deze toevallige ontdekking een unieke vooruitblik gekregen op de wetenschap die over een paar jaar mogelijk zal zijn. Deze sterrenfabrieken zijn even groot als die in de Melkweg, maar honderd keer helderder. Dit suggereert dat stervorming in het vroege leven van deze sterrenstelsels een veel krachtiger proces is dan dat in nabije sterrenstelsels. De wolken lijken op de meest compacte kernen van stervormingswolken in het nabije heelal. Men schat dat SMM J ongeveer 250 sterren per jaar produceert. De stervorming in de grote stofwolken is anders dan die in het nabije heelal, maar de waarnemingen wijzen erop dat men de onderliggende fysica van de compacte kernen in nabije sterrenstelsels kan gebruiken om stervorming in deze verder afgelegen sterrenstelsels te begrijpen. (ESO, 21 mrt 2010) Explosiegolf maakte einde aan vroege stervorming Wetenschappers hebben bewijzen gevonden van een catastrofale gebeurtenis die verantwoordelijk was voor het stoppen van stervorming in jonge sterrenstelsels. In het sterrenstelsel SMM J heeft miljoenen jaren achtereen elke seconde een reusachtige explosie plaatsgevonden. Dit sterrenstelsel ligt in de richting van de Grote Beer en staat op zo n 10 miljard lichtjaar van ons vandaan. Door de aanhoudende golf van explosies is vrijwel al het gas, dat oorspronkelijk in het stelsel aanwezig was, verdreven. Daardoor konden er geen nieuwe sterren meer ontstaan. Over de oorzaak van de explosiegolf bestaat nog onduidelijkheid. Het zouden talrijke supernova-explosies van afzonderlijke, zware sterren geweest kunnen zijn, maar het is ook mogelijk dat de intense uitstroom van materie uit de omgeving van het superzware zwarte gat in de kern van het stelsel de veroorzaker was. De ontdekking bevestigt het beeld dat sterrenkundigen al van nabije zware sterrenstelsels hadden. De eigenschappen van deze stelsels doen vermoeden dat hun stervormingsactiviteit 380-7

8 vrij abrupt ten einde is gekomen. (Royal Astronom. Soc., 9 mrt 2010) KOSMOLOGIE Optocht van sterrenstelsels groter dan gedacht In 2008 ontdekten astronomen dat een aantal verre clusters van sterrenstelsels met een snelheid van ca. 3 miljoen km/uur gezamenlijk in dezelfde richting bewegen. Alexander Kashlinsky van NASA s Goddard Space Flight Center heeft deze intergalactische optocht bevestigd en laat nu zien dat deze veel omvangrijker is dan men eerst dacht. De collectieve beweging van sterrenstelsels kreeg de naam donkere stroom en blijkt zich uit te strekken over een afstand van ongeveer 2,5 miljard lichtjaar. Wat de oorzaak is van de collectieve beweging, is nog steeds onduidelijk, maar alles wijst erop dat een massaconcentratie de sterrenstelsels aantrekt. De materieverdeling in het zichtbare heelal kan deze stroom niet verklaren, dus mogelijk ligt de oorzaak voorbij de grens van het voor ons zichtbare heelal. De snelheid waarmee de clusters zich voortbewegen staat los van de uitdijing van het heelal en wordt niet groter naarmate ze zich verder van ons bevinden. De intergalactische optocht beweegt zich ongeveer in het verlengde van de verbindingslijn tussen ons en de sterrenbeelden Centaurus en Hydra. Toch kan men nog niet met zekerheid zeggen of de clusters naar ons toe komen of dat ze zich van ons af bewegen, maar dat laatste lijkt het meest waarschijnlijk. (NASA, 10 mrt 2010) Relativiteitstheorie is ook op drie miljard lichtjaar afstand geldig Een analyse van meer dan sterrenstelsels, uitgevoerd door Amerikaanse en Zwitserse sterrenkundigen, heeft aangetoond dat de regels van Einsteins relativiteitstheorie ook op afstanden van meer dan drie miljard lichtjaar geldig zijn. Verder toont hun analyse aan dat de aanwezigheid van donkere materie nog steeds de beste verklaring is voor het feit dat sterrenstelsels en clusters bewegen alsof ze de invloed ondervinden van een onzichtbare massa. Alternatieve zwaartekrachtstheorieën zoals de tensor-vector-scalar-zwaartekracht (TeVeS), die het bestaan van donkere materie proberen te omzeilen, kunnen de waargenomen zwaartekrachtseigenschappen van clusters van sterrenstelsels niet verklaren. Het nieuwe resultaat, dat onlangs in Nature stond, is overigens in strijd met een ander onderzoek, dat eind vorig jaar werd gepubliceerd. Uit dat onderzoek, dat zich op het nog verdere heelal richtte, bleek dat de relativistische beschrijving van de zwaartekracht op afstanden van 8 tot 11 miljard lichtjaar niet voldoet. Hoe deze eindjes aan elkaar geknoopt moeten worden, is nog onduidelijk. Mogelijk zal gewacht moeten worden op een nieuwe generatie ruimtemissies, zoals de Joint Dark Energy Mission (JDEM) en Euclid. De resultaten daarvan worden echter pas over tien tot vijftien jaar verwacht. (Astronieuws; Univ. California Berkeley, 10 mrt 2010) Ruimtetelescoop kijkt nog verder in het verleden De komende twee tot drie jaar zal een aanzienlijk deel van de kostbare waarnemingstijd van de Hubble-ruimtetelescoop worden ingezet om de beginstadia van sterrenstelsels in ons heelal te onderzoeken. Bij dit ambitieuze programma wordt gebruik gemaakt van de krachtige nieuwe infraroodcamera van de ruimtetelescoop, de Wide Field Camera 3, en de al wat oudere Advanced Camera for Surveys. Aan het Cosmology Survey Multi-Cycle Treasury Program doen meer dan honderd sterrenkundigen uit tal van landen mee. Zij kunnen alles bij elkaar ruim drie maanden gebruik maken van de diensten van de Hubble-ruimtetelescoop. Het nieuwe onderzoeksproject stelt de sterrenkundigen in staat om sterrenstelsels te onderzoeken die zich op afstanden van 9 tot 13 miljard lichtjaar bevinden. Dat betekent dat ruimschoots het eerste kwart van de geschiedenis van het heelal in kaart kan worden gebracht. De sterrenkundigen hopen erachter te komen hoe de verre sterrenstelsels, en de superzware zwarte gaten die in hun kernen schuilgaan, in de loop van de miljarden jaren zijn geëvolueerd. Ook zal worden geprobeerd om meer inzicht te krijgen in de geheimzinnige donkere energie, die het heelal versneld doet uitdijen. (Astronieuws; Univ. California Santa Cruz, 15 mrt 2010) Stofarme quasars ontdekt Een internationaal team van sterrenkundigen heeft met de infraroodsatelliet Spitzer twee bijzondere quasars ontdekt. Anders dan bijna al hun soortgenoten zijn de beide verre objecten vrij van stof. Quasars zijn de heldere kernen van jonge sterrenstelsels, waar het in de begintijd van het heelal van wemelde. In zo n kern schuilt een honderden miljoenen zonsmassa's zwaar zwart gat dat omgeven is door een schijf van zeer hete materie. Die zogeheten accretieschijf is op zijn beurt weer gehuld in een duizend maal omvangrijkere gordel van heet stof. Omdat de allerverste quasars doorgaans dezelfde eigenschappen vertonen als de nabijere, bestond het vermoeden dat tegen de tijd dat quasars een waarneembare lichtkracht hadden ontwikkeld, hun omgeving al 380-8

9 rijk was aan stof. De recente ontdekking lijkt die hypothese echter te ontkrachten: de beide stofarme quasars zijn blijkbaar ontstaan in de begintijd van het heelal, toen er nog überhaupt geen stof was. Een andere aanwijzing dat de beide quasars zich nog in een vroeg ontwikkelingsstadium bevinden, is dat zij een betrekkelijk licht uitgevallen zwart gat hebben. (Astronieuws; Spitzer, 17 mrt 2010) Grens gesteld aan dichtheid donkere materie Ongeveer een kwart van het heelal bestaat uit donkere materie geheimzinnig spul dat zijn bestaat alleen verraadt door de zwaartekrachtsaantrekking die het uitoefent. Sterrenkundigen van de nationale universiteit van Mexico hebben nu onderzocht hoe deze materie zich zal gedragen in de omgeving van zwarte gaten. Uit modelberekeningen blijkt dat donkere materie een belangrijke rol heeft gespeeld bij het samenklonteringsproces waaruit, vroeg in de geschiedenis van het heelal, de eerste sterren en sterrenstelsels zijn ontstaan. De Mexicaanse sterrenkundigen hebben nu berekend op welke manier de superzware zwarte gaten in de kernen van sterrenstelsels donkere materie uit hun omgeving opslokken. Daaruit blijkt dat als de hoeveelheid donkere materie in de omgeving van het zwarte gat zeer groot is ruwweg 7 zonsmassa s per kubieke lichtjaar het zwarte gat zodanig snel donkere materie aan zijn omgeving onttrekt, dat het omringende sterrenstelsel onherkenbaar verandert. Uit het feit dat er voor zover bekend geen populatie van zodanig misvormde sterrenstelsels bestaat, leiden de onderzoekers af dat de dichtheid van donkere materie in de kernen van sterrenstelsels blijkbaar nooit zeer grote waarden heeft bereikt. En dat betekent dat de modellen die de vorming van de eerste sterren(stelsels) beschrijven wellicht moeten worden bijgesteld. (Astronieuws; Royal Astronom. Soc, 22 mrt 2010) Historische schotelantenne krijgt opknapbeurt De 70-meter Marsantenne in Goldstone (Californië), die deel uitmaakt van NASA s Deep Space Network, ondergaat momenteel een grondige opknapbeurt. De historische schotelantenne vervult al meer dan veertig jaar een belangrijke rol in het opvangen van de zwakke signalen van ruimtesondes in ons zonnestelsel. Daarnaast heeft de antenne ook de eerste woorden ontvangen die astronaut Neil Armstrong uitsprak nadat hij in 1969 als eerste mens voet had gezet op de maan. Bij de werkzaamheden wordt een deel van het lagersysteem vervangen dat het gevaarte draaibaar maakt. Hiertoe moet een gewicht van ongeveer 4000 ton ongeveer een halve centimeter worden opgetild. Naar verwachting zal deze klus pas begin november geklaard zijn. Tot die tijd wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de twee andere 70- meter schotelantennes van het Deep Space Network, in Spanje en Australië, en kleinere antennes. (Astronieuws; NASA/JPL, 8 mrt 2010) ZON-AARDE-MAAN Plasmastroming in de zon onverwacht snel De snelheid van de zwakke meridionale stroming op en in de zon lijkt van belang voor de vorming van het aantal zonnevlekken. Hoe sneller die stroming aan het oppervlak is des te minder vlekken er zijn. Dat is de voorzichtige conclusie van onderzoek van David Hathaway en Lisa Rightmire aan SOHO-gegevens over die stroming gedurende de jaren De meridionale stroming (meridionaal = langs de meridiaan = noord-zuid gericht) is een trage beweging van plasma (en ingebakken magnetisch velden) waarbij het plasma nabij het zonsoppervlak van de evenaar naar de polen stroomt en daar in diepere lagen zinkt, tot km onder het oppervlak, en vervolgens in de diepte naar de evenaar terugstroomt. Eén zo n cyclus duurt 40 jaar. De stroomsnelheid ligt in de orde van tien meter per seconde, maar is niet constant. Tijdens het vlekkenminimum van bedroeg de snelheid circa 12 meter per seconde. Rond het maximum in 2001 was de snelheid afgenomen tot minder dan 8 TELESCOPEN Zowel op het noordelijk als op het zuidelijk halfrond van de zon komt er een meridiaan gerichte plasmastroming voor: nabij het oppervlak is deze stroming gericht van de evenaar naar de polen, in diepere lagen is de beweging in omgekeerde richting. (Hathaway and Rightmire, 2010) 380-9

10 meter per seconde. Rond het recente minimum (eigenlijk al vanaf 2004) is de snelheid al lange tijd flink hoger (13-15 m/s). De onderzoekers hadden verwacht dat de relatie juist omgekeerd zou zijn: dat snellere stroming tot meer zonnevlekken zou leiden, omdat de stroming ook het plaatselijk magnetisch veld meeneemt en versterkt. De diepere laag van de meridionale stroming (die van pool naar evenaar), af te lezen uit de verplaatsing van de zonnevlekken, schijnt dat ook te bevestigen: in genoemde periode is de diepere stroming juist langzaam als de oppervlaktestroming groot is. Er is zeker samenhang tussen de meridionale stroming en de zonnevlekkenactiviteit, maar het verklarend mechanisme erachter (het oorzakelijk verband) is nog niet duidelijk. Nader onderzoek van met name de diepe stroming kan misschien meer helderheid brengen. De op 11 feb 2010 gelanceerde zonne-satelliet Solar Dynamics Observatory (SDO) van NASA kan hier wellicht de gevraagde informatie leveren, omdat die satelliet beter dan SOHO is toegerust voor helioseismologie. (NASA/Science, 12 mrt 2010) De snelheid van de meridionale stroming aan het zonsoppervlak vergeleken met het aantal zonnevlekken van 1996 tot De relatie lijkt globaal omgekeerd evenredig te zijn: er zijn veel vlekken bij lage snelheid en omgekeerd. (Hathaway and Rightmire, 2010) Zon leeft op? In de periode 6 tot 10 maart 2010 waren er twee flinke coronale massa-emissies op de zon en diverse kleinere. Bovendien is de vlekkenactiviteit de afgelopen maanden langzaam toegenomen. In dec 2009 was het gemiddeld zonnevlekkengetal 10,6; in jan 2010 was het 13,1; in februari 18,6. Er zijn nu maar weinig dagen dat de zon helemaal geen vlekken vertoont en soms zijn er al flinke groepen. Het lijkt erop dat de zonsactiviteit nu toch echt opkrabbelt uit het langdurig minimum. (SOHO-News 12 mrt en SIDC/Ukkel, 16 mrt 2010) Stichting De Koepel Publiekslezing Prof. Heise Op zondag 25 april 2010 om uur en op maandag 26 april om uur spreekt prof. dr. John Heise over Zwaartekracht eindelijk begrepen?. Newton beschreef zwaartekracht als een kracht op afstand maar zei zelf dat hij niet wist hoe dat kan. Einstein beschreef de zwaartekracht als ruimtekromming, maar begreep ook niet waarom dat zo was. In een nieuwe opvatting (zie jan 2010) geformuleerd door de Nederlandse theoreticus Erik Verlinde, wordt de zwaartekracht afgeleid uit andere principes. De zwaartekracht eindelijk begrepen! Verrassend eenvoudig laat Verlinde zien dat de wetten van Newton en van Einstein volgen uit bekende natuurkunde zonder zwaartekracht. Zwaartekracht zou dan geen fundamentele natuurkracht zijn, maar een afgeleide, net als drukkracht of wrijvingskracht. Verlinde gebruikt hierbij het zgn. holografisch beginsel. Locatie: Sonnenborgh museum & sterrenwacht, Zonnenburg 2, 3512 NL Utrecht. Organisatie: Stichting De Koepel. Entree 6,-. Reservering verplicht: tel ; fax ; Openingstijden De Koepel De winkel van Stichting De Koepel is geopend van maandag tot en met vrijdag van 9.30 uur tot uur en is gevestigd op sterrenwacht Sonnenborgh, Zonnenburg 2 te Utrecht. Informeer voor uw komst eventueel of de door u gewenste artikelen in voorraad zijn: tel ; info@dekoepel.nl. Op Goede Vrijdag 2 april is de winkel normaal geopend tot uur. De winkel is gesloten op Tweede Paasdag 5 april, Koninginnedag 30 april en Bevrijdingsdag 5 mei. Symposium KNVWS: 9 oktober 2010 Het KNVWS symposium Planeet Atmosferen wordt gehouden in samenwerking met de Nederlandse Vereniging voor Ruimtevaart ( NVR) en het SRON Netherlands Instutute for Space Research. Het symposium vindt plaats op zaterdag 9 oktober in het Educatorium in Utrecht. Noteer alvast de datum in uw agenda. Nadere informatie omtrent het programma volgt in de komende nummers van Zenit KNVWS-Afdelingen Alkmaar, 23 apr, prof. dr. Frank Linde, Large Hadron Collider, De Oever, Amstelstraat 1, uur

11 Amsterdam, 20 apr, Anne van Weerden, Het opgeblazen heelal, Weth. Verhey Sporthal, Polderweg 300, uur. Arnhem, 21 apr, drs. Sylvia Toonen, Modellering van sterpopulaties in de buurt van onze zon, De Coehoorn, Coehoornstraat 17, uur. Breda, 28 apr, Thema-avond Weerkunde, De Overakker, Overakkerstraat 204, uur. Delft, 20 apr, drs. J.P. Loonen, De vorming van sterrenstelsels, van waarneming tot simulatie, Gebouw C, TU gebouw Lucht- en Ruimtevaart, Kluyverweg 1, uur. Den Bosch, 21 apr, P. Koenraad, Zwaartekracht, De Vlieger, Henri Bayensstraat 3, Hintham, uur. Den Haag, 23 apr, drs. J.P. Loonen, Planeten bij andere sterren, Wijk- en dienstencentrum Het Kalhuis, Badhuisstraat 177, Scheveningen, uur. Eindhoven, 22 apr, prof. dr. R.F. Peletier, Sterrenkunde op La Palma, Augustinianum, Wassenhovenstraat 26, uur. Friesland, 24 apr, Henk Nieuwenhuis: Astronomische objecten op Malta, Wilfried Frieswijk, De vorming van zware sterren en sterclusters, Eden Oranje Hotel, Leeuwarden, uur. t Gooi, 15 apr, drs. Edwin Mathlener, De toekomst van het zonnestelsel, Alberdingk Thijmcollege, Laapersveld 9, Hilversum, uur. Groningen, 23 apr, Paul Wesselius, De Kuipergordel, Het Vinkhuis, Diamantlaan 94, uur. Leiden, 27 apr, drs. Franco Maschietto, Donkere materie in het heelal, Studentencentrum Plexus, Kaiserstraat 25, uur. Noord-Drenthe, 23 apr, Bob Hogeveen en Niels Grobben, De maan, toch een interessant waarneemobject?, De Kroezehof, Weth. Bergerweg 26, Assen, uur. Midden-Limburg, 9 mei, Carlo Jenniskens, Exotische telescopen in de astronomie en de astrofysica, Oude Keulsebaan 170, Roermond, uur. Rotterdam, 16 apr, Mark Bentum, LOFAR, Nenijto, Bentincklaan, uur. Tilburg, 6 apr, Ton Spaninks, Neutrino s, Natuurmuseum Brabant, Spoorlaan 434, uur. Triangulum, 15 apr, Wouter Poos, Geologie van Mars, Zalencentrum t Hart van Eefde, Jolinkweg 2, Eefde, uur. Twente, 6 apr, Algemene Leden Vergadering, Twentse Welle, Sterrenwacht Coenraad ter Kuile, Het Rozendaal 11, Enschede, uur. Utrecht, Minnaert, 27 apr, prof. dr. J. Heise, Donkere stroming en de grote schaal-structuur van het heelal, Sonnenborgh museum en sterrenwacht, Zonnenburg 2, uur. Venlo, 23 apr, drs. Diederik Kruijssen, Bolvormige sterrenhopen: overlevenden uit het verre verleden, Het Nieuwe Baken, Grote Kerkstraat 17, uur. Zaanstreek, 22 apr, drs. F. Maschietto, Donkere energie in het heelal, Publiekssterrenwacht Vesta, Zuideinde , Oostzaan, uur. Zuid-Drenthe, 23 apr, dhr. E. Fledderus, Zelfbouw van een Ritchey-Chretien telescoop, De Weideblik, De Ploeger 10, Hoogeveen, uur. Zuid-Holland Zuid, 9 apr, Gerard Cornet, Ruimteonderzoek in Nederland, Streeknatuurcentrum Alblasserwaard van de NVWA, Matenaweg 1, tussen Papendrecht en Wijngaarden, uur. 16 apr, Algemene Leden Vergadering. Zuid-Limburg, Galileo, 22 apr, Ignas Snellen, Op zoek naar tweeling aarde, Café Rembrandt, Berg en Terblijt, uur. Zwolle, Thales, 22 apr, mevr. I. Kamp, Van moleculen naar planeten, De Weijenbelt, Campherbeeklaan 82, uur. Jongerenwerkgroep-afdelingen Leiden, 9 apr, bijeenkomst, Studentencentrum Plexus, Kaiserstraat 25, uur. Tilburg, 23 apr, cursus, blz. 4, 5 en 6, Sterrenwacht Tiendesprong, G. de Wetstraat 31, uur. Jongerenwerkgroep Paaskamp Heeswijk-Dinther, 1 t/5 april Paaskamp voor kinderen van 8 t/m 13 jaar. Aanmelden of meer informatie: of of contact opnemen met Anna Latour: , paaskamp@sterrenkunde.nl

12 Kometendag 2010, 11 april, Volkssterrenwacht Bussloo, Busslooselaan 4, Voorst uur ontvangst, gevolgd door Jaarvergadering N.K.V.; Guus Gilein: Ervaringen met grote binoculairs; Alex Scholten en Hermanus Rietveld: De toekomst van komeetwaarnemingen in Nederland; Alex Scholten: 100 jaar geleden: de passage van komeet 1P/Halley; Peter Bus: De verschijning van komeet 103P/Hartley in 2010; Nog ruimte voor een korte presentatie, opgeven bij Alex Scholten; uur sluiting. Zowel leden van de Nederlandse Kometen Vereniging als belangstellenden zijn van harte welkom. Meer informatie: Alex Scholten, Kraaiheide 48, 6961 PD Eerbeek ( of of zie ook: Stichting Weer- en Sterrenkunde Eemsmond 7 apr, drs. Kees Veth, Getijdenwerking op aarde en in het heelal, Egyptisch Restaurant Nefertari, Wijkstraat 68, Appingedam, uur. KNMI Colloquia Buys Ballotzaal, De Bilt, uur. 8 apr, drs. Femke Goutbeek, New developments of the seismic hazard analysis in the Southern part of the Netherlands. 22 apr, dr. Roel Neggers, The KNMI Parameterisation Testbed (KPT): Continuous single column model evaluation at a permanent observational supersite. Internationaal Sterrenkundekamp Het IAYC 2010 vindt plaats van 1-21 augustus in Duitsland, voor jongeren van 16 tot 24 jaar. Meer informatie: Planetaria, publiekssterrenwachten en musea Bussloo, Volkssterrenwacht Bussloo Open op vrijdag vanaf uur kijkavond. Lezing om 20 uur. 2 apr, Alex Scholten, Wonderen van het Heelal. 9 apr, Jan Teule, Saturnus: Lord of the Ring. Lattrop, Cosmos Strerrenwacht 28 apr, Palmzondag, uur, De Cosmos Sterrenwacht staat in het teken van paaseieren. Utrecht, Sonnenborgh museum & sterrenwacht Vanaf 1 april is de expositie Spacewalk: ruimtevaart in Nederland te zien. Elke vrijdag en zaterdag van tot uur, kijkavonden; reserveren is noodzakelijk. Elke zondagmiddag is de sterrenwacht open van 13 tot 17 uur, met een lezing over de zon om 14 en 15 uur. Sonnenborgh is open zonder afspraak van di t/m vr uur, zo uur. Voor meer informatie en aanmeldingen: (di t/m vrij, uur). Groepen op afspraak. Zie ook: Overveen, Sterrenwacht Copernicus 16 apr, prof. dr. H. van Woerden, 65 jaar Nederlandse Radiosterrenkunde, uur. Leiden, Museum Boerhaave, Lange St. Agnietenstraat dec 2009 t/m 12 sep 2010, NewtonMania. Steek je handen uit je mouwen en verbaas je over de aardse krachten. Voel de versnelling, trotseer de zwaartekracht: welkom in de wondere wereld van Sir Isaac Newton! Bezoek NewtonMania en ontmoet het genie die onze kijk op de wereld voorgoed heeft veranderd. Amsterdam, Huis Marseille Museum voor fotografie, Keizersgracht 401. First Light: Fotografie & Astronomie 6 maart tot 30 mei. Tijdens deze tentoonstelling organiseert Huis Marseille op een aantal zondagen speciale rondleidingen, waaraan de bezoeker op individuele basis kan deelnemen. De rondleidingen beginnen om 14:00 uur (m.u.v. 7 maart!) en duren ongeveer 1 uur. Er is plaats voor maximaal 20 deelnemers, de rondleidingen zijn gratis. Reserveren is verplicht en kan op: info@huismarseille.nl. 4 april, Prof. dr. Huib Henrichs: Visies van een Amsterdamse astronoom op de getoonde beelden. 5 april, Lok Chan: De parallellen tussen de sterrenkundige fotografie en de beeldende kunst. 18 april, Adriaan Heijboer: Fotografie en sterrenkunde in de 19e eeuw. 25 april, Prof. dr. Ralph Weijers: Een Heelal van Extremen. 2 mei, Lok Chan: De parallellen tussen de sterrenkundige fotografie en de beeldende kunst. 9 mei, Dr. Jan Pieter van der Schaar: Ruimte, tijd en het eerste licht. 23 mei, Dr. Gijs Nelemans: Een ontdekkingsreis door het Heelal. 30 mei, Sjef van Duin: Bemande ruimtereis langs kosmische vergezichten van nu en van miljoenen lichtjaren geleden. Voor meer informatie over de workshops, rondleidingen en andere activiteiten en voor reserveringen kunt u contact opnemen met Wannes Ketelaars: of tel

Sterrenstelsels: een aaneenschakeling van superlatieven

Sterrenstelsels: een aaneenschakeling van superlatieven : een aaneenschakeling van superlatieven Wist u dat! Onze melkweg is een sterrenstelsel! Het bevat zo n 200000000000 sterren! Toch staat de dichtstbijzijnde ster op 4 lichtjaar! Dit komt overeen met 30.000.000

Nadere informatie

Werkstuk Natuurkunde Negen planeten

Werkstuk Natuurkunde Negen planeten Werkstuk Natuurkunde Negen planeten Werkstuk door een scholier 1608 woorden 3 januari 2005 5,7 93 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Planeten Ontstaan van het zonnestelsel Vlak na een explosie, de Big Bang

Nadere informatie

Ik doe mijn spreekbeurt over de ruimte omdat ik het een interessant onderwerp vind en ik er graag meer over wilde weten.

Ik doe mijn spreekbeurt over de ruimte omdat ik het een interessant onderwerp vind en ik er graag meer over wilde weten. Boekverslag door J. 1981 woorden 29 juli 2003 6.3 208 keer beoordeeld Vak Nederlands Ik doe mijn spreekbeurt over de ruimte omdat ik het een interessant onderwerp vind en ik er graag meer over wilde weten.

Nadere informatie

Clusters van sterrenstelsels

Clusters van sterrenstelsels Nederlandse samenvatting In dit proefschrift worden radiowaarnemingen en computer simulaties van samensmeltende clusters van sterrenstelsels besproken. Om dit beter te begrijpen wordt eerst uitgelegd wat

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 9.1 De hemel Wanneer s nachts naar een onbewolkte hemel wordt gekeken is het eerste wat opvalt de vele fonkelende sterren. Met wat geluk kan ook de melkweg worden gezien als een

Nadere informatie

Het draait allemaal om de Zon!

Het draait allemaal om de Zon! Het draait allemaal om de Zon! De zon: een doodgewone ster Henny J.G.L.M. Lamers Sterrenkundig Instituut Universiteit Utrecht lamers@astro.uu.nl astro.uu.nl Een reusachtige gloeiend hete gasbol De zon

Nadere informatie

Presentatie bij de cursusbrochure Sterrenkunde voor Jongeren

Presentatie bij de cursusbrochure Sterrenkunde voor Jongeren JongerenWerkGroep voor Sterrenkunde Presentatie bij de cursusbrochure Sterrenkunde voor Jongeren 1 Inhoud Wat is de JWG Sterren en dwaalsterren Alles draait! De zon en de maan Het zonnestelsel Buiten het

Nadere informatie

Ruud Visser Postdoc, Sterrewacht Leiden

Ruud Visser Postdoc, Sterrewacht Leiden Ruud Visser Postdoc, Sterrewacht Leiden 22 oktober 2010 STERREWACHT LEIDEN ASTROCHEMIEGROEP Prof. Ewine van Dishoeck Prof. Xander Tielens Prof. Harold Linnartz Dr. Michiel Hogerheijde 10 postdocs 12 promovendi

Nadere informatie

Pandora's cluster, 2/12/2018. inhoud. Het vroege heelal. HOVO-Utrecht 9 februari HOVO-Utrecht 9 februari 2018

Pandora's cluster, 2/12/2018. inhoud. Het vroege heelal. HOVO-Utrecht 9 februari HOVO-Utrecht 9 februari 2018 2/12/2018 Evolutie van het vroege heelal: proces van samenklonteringen vanaf de gelijkmatige verdeling tot de huidige structuur: de vorming van clusters en superclusters in het kosmische web vanaf 10 miljard

Nadere informatie

Ruud Visser Postdoc, Sterrewacht Leiden

Ruud Visser Postdoc, Sterrewacht Leiden Ruud Visser Postdoc, Sterrewacht Leiden 30 oktober 2009 Sterrewacht Leiden Astrochemiegroep Prof. Ewine van Dishoeck Prof. Harold Linnartz Dr. Michiel Hogerheijde 5 postdocs 12 promovendi (aio s) Stervorming

Nadere informatie

Samenvatting door D woorden 28 november keer beoordeeld. Aardrijkskunde

Samenvatting door D woorden 28 november keer beoordeeld. Aardrijkskunde Samenvatting door D. 1387 woorden 28 november 2016 0 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Kosmografie Onderzoeken van heelal basis wetenschap = fysica Hoofdstuk 1: Structuur van het heelal 1.1 Samenstelling

Nadere informatie

RIETVELD-LYCEUM. les 3. dd. 20 NOVEMBER 2012 HET ZONNESTELSEL NU. de compononenten. V.s.w. Corona Borealis, Zevenaar

RIETVELD-LYCEUM. les 3. dd. 20 NOVEMBER 2012 HET ZONNESTELSEL NU. de compononenten. V.s.w. Corona Borealis, Zevenaar RIETVELD-LYCEUM les 3. dd. 20 NOVEMBER 2012 HET ZONNESTELSEL NU de compononenten V.s.w. Corona Borealis, Zevenaar de Zon KERNFUSIE: waterstof >> helium. t.g.v. de ZWAARTEKRACHT >> temperatuur inwendig

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Spiraalstelsels Het heelal wordt bevolkt door sterrenstelsels die elk uit miljarden sterren bestaan. Er zijn verschillende soorten sterrenstelsels. In het huidige heelal zien we

Nadere informatie

11/15/16. Inleiding Astrofysica College 8 14 november Ignas Snellen. De melkweg

11/15/16. Inleiding Astrofysica College 8 14 november Ignas Snellen. De melkweg Inleiding Astrofysica College 8 14 november 2016 15.45 17.30 Ignas Snellen De melkweg 1 De melkweg Anaxagoras (384-322 BC) en Democritus (500-428 BC): Melkweg bestaat uit verwegstaande sterren Galilei

Nadere informatie

Werkstuk Nederlands De Ruimte werkstuk

Werkstuk Nederlands De Ruimte werkstuk Werkstuk Nederlands De Ruimte werkstuk Werkstuk door Denise 1472 woorden 24 maart 2019 0 keer beoordeeld Vak Nederlands Het zonnestelsel Inhoudsopgave Inleiding Onderzoeksvraag Het ontstaan Planeten De

Nadere informatie

Hoofdstuk 8. Samenvatting. 8.1 Sterren en sterrenhopen

Hoofdstuk 8. Samenvatting. 8.1 Sterren en sterrenhopen Hoofdstuk 8 Samenvatting Een verlaten strand en een onbewolkte lucht, zoals op de voorkant van dit proefschrift, zijn ideaal om te genieten van de sterren: overdag van de Zon de dichtstbijzijnde ster en

Nadere informatie

Sterrenstelsels. prof.dr. Paul Groot Afdeling Sterrenkunde, IMAPP Radboud Universiteit Nijmegen

Sterrenstelsels. prof.dr. Paul Groot Afdeling Sterrenkunde, IMAPP Radboud Universiteit Nijmegen Sterrenstelsels prof.dr. Paul Groot Afdeling Sterrenkunde, IMAPP Radboud Universiteit Nijmegen Sterrenstelsels Uur 1: Ons Melkwegstelsel Uur 2: Andere sterrenstelsels De Melkweg Galileo: Melkweg bestaat

Nadere informatie

6.1. Boekverslag door K woorden 22 mei keer beoordeeld

6.1. Boekverslag door K woorden 22 mei keer beoordeeld Boekverslag door K. 1555 woorden 22 mei 2002 6.1 301 keer beoordeeld Vak ANW 1. Inleiding Ik doe mijn werkstuk over ons zonnestelsel, omdat het me boeit wat er verder is dan onze aarde. Ook doe ik mijn

Nadere informatie

De Melkweg: visueel. sterren, nevels en stof. De Melkweg: atomair waterstof. atomair waterstof straalt bij een golflengte van 21cm

De Melkweg: visueel. sterren, nevels en stof. De Melkweg: atomair waterstof. atomair waterstof straalt bij een golflengte van 21cm 75 50 25 0-25 0 25 50 75 100 125-25 -50-75 2003 Inleiding Astrofysica De Melkweg: visueel De Melkweg: nabij-infrarood Paul van der Werf Sterrewacht Leiden sterren, nevels en stof nabij-infrarood licht

Nadere informatie

Samenvatting. Sterrenstelsels

Samenvatting. Sterrenstelsels Samenvatting Sterrenstelsels De Melkweg, waarin de Zon één van de circa 100 miljard sterren is, is slechts één van de vele sterrenstelsels in het Heelal. Sterrenstelsels, ook wel de bouwstenen van het

Nadere informatie

Sterren en sterevolutie Edwin Mathlener

Sterren en sterevolutie Edwin Mathlener Sterren en sterevolutie Edwin Mathlener Kosmische raadselen? Breng ze in voor de laatste les! Mail uw vragen naar info@edwinmathlener.nl, o.v.v. Sonnenborghcursus. Uw vragen komen dan terug in de laatste

Nadere informatie

Ruud Visser Promovendus, Sterrewacht Leiden

Ruud Visser Promovendus, Sterrewacht Leiden Ruud Visser Promovendus, Sterrewacht Leiden 19 februari 2009 Sterrewacht Leiden Astrochemiegroep Prof. Ewine van Dishoeck Prof. Harold Linnartz Dr. Michiel Hogerheijde 5 postdocs 12 promovendi (aio s)

Nadere informatie

Planeten. Zweven in vaste banen om een ster heen. In ons zonnestelsel zweven acht planeten rond de zon. Maar wat maakt een planeet nou een planeet?

Planeten. Zweven in vaste banen om een ster heen. In ons zonnestelsel zweven acht planeten rond de zon. Maar wat maakt een planeet nou een planeet? Planeten Zweven in vaste banen om een ster heen In ons zonnestelsel zweven acht planeten rond de zon. Maar wat maakt een planeet nou een planeet? Een planeet: zweeft in een baan rond een ster; is zwaar

Nadere informatie

STERREN EN MELKWEGSTELSELS

STERREN EN MELKWEGSTELSELS STERREN EN MELKWEGSTELSELS 5. Piet van der Kruit Kapteyn Astronomical Institute University of Groningen the Netherlands Voorjaar 2007 Outline Differentiële rotatie Massavedeling Ons Melkwegstelsel ontleent

Nadere informatie

De Fysica van Sterren. Instituut voor Sterrenkunde

De Fysica van Sterren. Instituut voor Sterrenkunde De Fysica van Sterren Overzicht Sterrenkunde en de universaliteit van de natuurwetten Astro-fysica: wat is een ster? De kosmische cyclus van ontstaan en vergaan De vragen over het heelal zijn ook vragen

Nadere informatie

Inleiding Astrofysica College 8 9 november Ignas Snellen

Inleiding Astrofysica College 8 9 november Ignas Snellen Inleiding Astrofysica College 8 9 november 2015 13.45 15.30 Ignas Snellen De chemische verrijking van het heelal o In het begin bestaat het heelal alleen uit waterstof, helium, en een beetje lithium o

Nadere informatie

Inleiding. Ik heb hiervoor gekozen omdat ik het heel interessant vind en ik had een onderwerp nodig.

Inleiding. Ik heb hiervoor gekozen omdat ik het heel interessant vind en ik had een onderwerp nodig. Het heelal Inleiding Ik heb hiervoor gekozen omdat ik het heel interessant vind en ik had een onderwerp nodig. Hoofdstukken Hoofdstuk 1 Het Heelal. blz. 3 Hoofdstuk 2 Het Zonnestelsel. blz. 4 Hoofdstuk

Nadere informatie

HOVO cursus Kosmologie

HOVO cursus Kosmologie HOVO cursus Kosmologie Voorjaar 2011 prof.dr. Paul Groot dr. Gijs Nelemans Afdeling Sterrenkunde, Radboud Universiteit Nijmegen HOVO cursus Kosmologie Overzicht van de cursus: 17/1 Groot Historische inleiding

Nadere informatie

Interstellair Medium. Wat en Waar? - Gas (neutraal en geioniseerd) - Stof - Magneetvelden - Kosmische stralingsdeeltjes

Interstellair Medium. Wat en Waar? - Gas (neutraal en geioniseerd) - Stof - Magneetvelden - Kosmische stralingsdeeltjes Interstellair Medium Wat en Waar? - Gas (neutraal en geioniseerd) - Stof - Magneetvelden - Kosmische stralingsdeeltjes Neutraal Waterstof 21-cm lijn-overgang van HI Waarneembaarheid voorspeld door Henk

Nadere informatie

STERREN EN MELKWEGSTELSELS

STERREN EN MELKWEGSTELSELS STERREN EN MELKWEGSTELSELS 6. Piet van der Kruit Kapteyn Astronomical Institute University of Groningen the Netherlands Voorjaar 2007 Outline Afstanden worden in eerste instantie gemeten met Cepheïden.

Nadere informatie

O NSHEELALisongeveer13,7miljardjaargeledenontstaantijdensdeoerknal1.

O NSHEELALisongeveer13,7miljardjaargeledenontstaantijdensdeoerknal1. Nederlandse Samenvatting De Oorsprong en Eigenschappen van Sterrenstelsels O NSHEELALisongeveer13,7miljardjaargeledenontstaantijdensdeoerknal1. VanafditmomentishetHeelalgaanuitdijenenafkoelen. Indebegintijdvan

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20396 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Bast, Jeanette Elisabeth Title: Hot chemistry and physics in the planet-forming

Nadere informatie

De ruimte. Thema. Inhoud

De ruimte. Thema. Inhoud Thema De ruimte Inhoud 1. Het heelal 2. Het ontstaan van het heelal en het zonnestelsel 3. Sterren en sterrenstelsels 4. De zon 5. De planeten van ons zonnestelsel 6. De stand van de aarde de maan de zon

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/36145 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/36145 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/36145 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Turner, Monica L. Title: Metals in the diffuse gas around high-redshift galaxies

Nadere informatie

4 Het heelal 6. De zon. De aarde. Jupiter. De maan. Ons zonnestelsel. Mars. Mercurius Venus

4 Het heelal 6. De zon. De aarde. Jupiter. De maan. Ons zonnestelsel. Mars. Mercurius Venus Inhoud 4 Het heelal 6 De zon 10 8 De aarde De maan Jupiter 18 12 Ons zonnestelsel 14 15 16 Mars Mercurius Venus 22 Saturnus Verre planeten 24 Satellieten van het zonnestelsel 20 26 Planetoïden 27 Kometen

Nadere informatie

Delfstoffen uit de ruimte

Delfstoffen uit de ruimte Delfstoffen uit de ruimte Waar werk je? Je ben als deskundige op het gebied van sterrenkunde en ruimtevaart deel van een team bij het Kapteyn Instituut van de Rijksuniversiteit Groningen en SRON (Netherlands

Nadere informatie

HOE VIND JE EXOPLANETEN?

HOE VIND JE EXOPLANETEN? LESBRIEF GEEF STERRENKUNDE DE RUIMTE! ZOEKTOCHT EXOPLANETEN Deze NOVAlab-oefening gaat over een van de manieren om planeten buiten ons zonnestelsel op te sporen. De oefening is geschikt voor de bovenbouw

Nadere informatie

Inleiding Astrofysica College 5 17 oktober Ignas Snellen

Inleiding Astrofysica College 5 17 oktober Ignas Snellen Inleiding Astrofysica College 5 17 oktober 2014 13.45 15.30 Ignas Snellen Ons zonnestelsel Planetoiden, kometen en dwergplaneten Pluto en de Kuipergordel NASA s New Horizon Mission naar Pluto Ons zonnestelsel

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Als je iets niet op een eenvoudige manier kunt uitleggen dan begrijp je het niet goed genoeg. -Albert Einstein Onze plaats in het heelal Ons perspectief op de plaats van de mensheid

Nadere informatie

De evolutie van het heelal

De evolutie van het heelal De evolutie van het heelal Hoe waar te nemen? FERMI (gamma array space telescope) op zoek naar de specifieke gamma straling van botsende WIMP s: Nog niets waargenomen. Met ondergrondse detectoren in de

Nadere informatie

12/2/16. Inleiding Astrofysica College november Ignas Snellen. Kosmologie. Studie van de globale structuur van het heelal

12/2/16. Inleiding Astrofysica College november Ignas Snellen. Kosmologie. Studie van de globale structuur van het heelal Inleiding Astrofysica College 10 28 november 2016 15.45 17.30 Ignas Snellen Kosmologie Studie van de globale structuur van het heelal 1 12/2/16 Afstanden tot sterrenstelsels Sommige sterren kunnen als

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting I N de afgelopen 15 jaar zijn door astronomen veel planeten ontdekt rond sterren. Het aantal groeit nog steeds, tot inmiddels circa 300 planeten. Dit zijn meestal grote planeten,

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Op een heldere avond kunnen we aan de hemel een witte, op sommige plekken onderbroken band van licht tegenkomen. Wat we zien zijn miljoenen sterren die samen de schijf van ons eigen sterrenstelsel, de

Nadere informatie

Hoe meten we STERAFSTANDEN?

Hoe meten we STERAFSTANDEN? Hoe meten we STERAFSTANDEN? (soorten sterren en afstanden) Frits de Mul Jan. 2017 www.demul.net/frits 1 Hoe meten we STERAFSTANDEN? (soorten sterren en afstanden) 1. Afstandsmaten in het heelal 2. Soorten

Nadere informatie

Zwart gat Simulatie KORTE BESCHRIJVING

Zwart gat Simulatie KORTE BESCHRIJVING Zwart gat Simulatie KORTE BESCHRIJVING Veel kinderen hebben ooit al gehoord van een zwart gat, en ze weten dat het een bodemloze put is. Als iets in een zwart gat valt, kan het er onmogelijk uit ontsnappen

Nadere informatie

Praktische opdracht ANW Planeten

Praktische opdracht ANW Planeten Praktische opdracht ANW Planeten Praktische-opdracht door een scholier 1867 woorden 7 juni 2004 7,5 58 keer beoordeeld Vak ANW Hoofdstuk 1: HOE ONTSTAAN PLANETEN? Het woord planeet komt van het Griekse

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/33272 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Meshkat, Tiffany Title: Extrasolar planet detection through spatially resolved

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting De titel van dit proefschrift luidt: Stars and planets at high spatial and spectral resolution, oftewel: Sterren en planeten bij hoge ruimtelijke en spectrale resolutie. Ruimtelijke

Nadere informatie

Newtoniaanse kosmologie 4

Newtoniaanse kosmologie 4 Newtoniaanse kosmologie 4 4.2 De leeftijd van het heelal Liddle Ch. 8 4.1 De kosmologische constante Liddle Ch. 7 4.3 De dichtheid en donkere materie Liddle Ch. 9 1.0 Overzicht van het college Geschiedenis

Nadere informatie

Inleiding Astrofysica college 5

Inleiding Astrofysica college 5 Inleiding Astrofysica college 5 Methoden Afstanden tot de dichtstbijzijnde sterren zijn >100,000x groter dan tot planeten in ons zonnestelsel Stralen zelf nauwlijks licht uit à miljoenen/miljarden keren

Nadere informatie

Test je kennis! De heelalquiz

Test je kennis! De heelalquiz Test je kennis! heelalquiz Introductie les 3 Planeten, sterren, manen, de oerknal. Het zijn termen die leerlingen vast wel eens voorbij hebben horen komen. Maar wat weten de leerlingen eigenlijk al van

Nadere informatie

Sterrenstelsels en kosmologie

Sterrenstelsels en kosmologie Sterrenstelsels en kosmologie Inhoudsopgave Ons eigen melkwegstelsel De Lokale Groep Sterrenstelsels Structuur in het heelal Pauze De geschiedenis van het heelal Standaard big bang theorie De toekomst

Nadere informatie

Spreekbeurt Aardrijkskunde Zonnestelsel

Spreekbeurt Aardrijkskunde Zonnestelsel Spreekbeurt Aardrijkskunde Zonnestelsel Spreekbeurt door een scholier 2417 woorden 16 december 2006 6,7 138 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Het zonnestelsel Inleiding Mijn spreekbeurt gaat over het

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Introductie: stervorming De zon is slechts één onbeduidend exemplaar van de circa 200 miljard sterren die onze Melkweg rijk is en de Aarde is één van de acht planeten die hun baantjes rond de zon draaien.

Nadere informatie

Hoe meten we STERAFSTANDEN?

Hoe meten we STERAFSTANDEN? Hoe meten we STERAFSTANDEN? Frits de Mul voor Cosmos Sterrenwacht nov 2013 Na start loopt presentatie automatisch door 1 Hoe meten we STERAFSTANDEN? 1. Afstandsmaten in het heelal 2. Soorten sterren 3.

Nadere informatie

Probing Exoplanetary Materials Using Sublimating Dust R. van Lieshout

Probing Exoplanetary Materials Using Sublimating Dust R. van Lieshout Probing Exoplanetary Materials Using Sublimating Dust R. van Lieshout In de afgelopen paar decenia is het duidelijk geworden dat de Zon niet de enige ster is die wordt vergezeld door planeten. Extrasolaire

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Chapter 1 Nederlandse samenvatting 1. Elementen van de sterrenkunde Het heelal is bezaaid met miljarden sterrenstelsels die als eilanden van vele soorten en maten in een donkere oceaan van onvoorstelbare

Nadere informatie

Sterrenstof. OnzeWereld, Ons Heelal

Sterrenstof. OnzeWereld, Ons Heelal Sterrenstof OnzeWereld, Ons Heelal Mesopotamie: bestudering van de bewegingen aan het firmament vooral voor astrologie. Veel van de kennis, ook over bedekkingen (waaronder maans- en zonsverduisteringen)

Nadere informatie

De Pluraliteit der Werelden. Ons en andere planetenstelsels. Leuven,, 20 november 2006. Instituut voor Sterrenkunde

De Pluraliteit der Werelden. Ons en andere planetenstelsels. Leuven,, 20 november 2006. Instituut voor Sterrenkunde 1 De Pluraliteit der Werelden Ons en andere planetenstelsels Lessen voor de 21ste Eeuw Leuven,, 20 november 2006 2 Overzicht Het heelal in een notedop De universaliteit van de natuurwetten De verkenning

Nadere informatie

Tweede Bijeenkomst: Zoektocht naar het Verborgen Hemelbeeld. Rond de Waterput donderdag 31 oktober 2013 Allan R. de Monchy

Tweede Bijeenkomst: Zoektocht naar het Verborgen Hemelbeeld. Rond de Waterput donderdag 31 oktober 2013 Allan R. de Monchy Tweede Bijeenkomst: Zoektocht naar het Verborgen Hemelbeeld Rond de Waterput donderdag 31 oktober 2013 Allan R. de Monchy Twee bijeenkomsten: Donderdag 17 oktober 2013: Historische ontwikkelingen van Astrologie.

Nadere informatie

Inleiding Astrofysica College 4 17 oktober

Inleiding Astrofysica College 4 17 oktober Inleiding Astrofysica College 4 17 oktober 2016 15.45 17.30 Ignas Snellen Ons Zonnestelsel Mercurius De rotsachtige planeten Iets groter dan onze Maan, hoge dichtheid! grote ijzerkern Elliptische baan!

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Hoofdstuk 10 Nederlandse samenvatting Dit proefschrift gaat over dubbelsterren: twee sterren die als gevolg van de zwaartekracht om elkaar heen draaien. Deze systemen zijn van groot belang voor de sterrenkunde,

Nadere informatie

Eindpunt van een ster Project voor: middelbare scholieren (profielwerkstuk) Moeilijkheidsgraad: Categorie: Het verre heelal Tijdsinvestering: 80 uur

Eindpunt van een ster Project voor: middelbare scholieren (profielwerkstuk) Moeilijkheidsgraad: Categorie: Het verre heelal Tijdsinvestering: 80 uur Eindpunt van een ster Project voor: middelbare scholieren (profielwerkstuk) Moeilijkheidsgraad: Categorie: Het verre heelal Tijdsinvestering: 80 uur Inleiding Dit is een korte inleiding. Als je meer wilt

Nadere informatie

Werkstuk ANW Zwarte gaten

Werkstuk ANW Zwarte gaten Werkstuk ANW Zwarte gaten Werkstuk door een scholier 2033 woorden 8 juni 2001 6,5 152 keer beoordeeld Vak ANW Wat is een zwart gat? Een object van een bepaalde massa, oefent aantrekkingskracht uit op een

Nadere informatie

Werkstuk ANW Zonnestelsel

Werkstuk ANW Zonnestelsel Werkstuk ANW Zonnestelsel Werkstuk door een scholier 2012 woorden 16 mei 2004 5,8 188 keer beoordeeld Vak ANW Het zonnestelsel Het zonnestelsel waar wij in leven, bestaat uit de zon met daarom heen cirkelende

Nadere informatie

Op zoek naar de zwaarste ster III: Geboorte, leven en dood

Op zoek naar de zwaarste ster III: Geboorte, leven en dood Op zoek naar de zwaarste ster III: Geboorte, leven en dood Claude Doom WE ZIEN UIT WAARNEmingen dat de zwaarste sterren blijkbaar bij elkaar gaan zitten in bepaalde open sterrenhopen, terwijl andere open

Nadere informatie

Je weet dat hoe verder je van een lamp verwijderd bent hoe minder licht je ontvangt. Een

Je weet dat hoe verder je van een lamp verwijderd bent hoe minder licht je ontvangt. Een Inhoud Het heelal... 2 Sterren... 3 Herzsprung-Russel-diagram... 4 Het spectrum van sterren... 5 Opgave: Spectraallijnen van een ster... 5 Verschuiving van spectraallijnen... 6 Opgave: dopplerverschuiving...

Nadere informatie

Sterren en sterevolutie Edwin Mathlener

Sterren en sterevolutie Edwin Mathlener Sterren en sterevolutie Edwin Mathlener 100 000 lichtjaar convectiezone stralingszone kern 15 miljoen graden fotosfeer 6000 graden Kernfusie protonprotoncyclus E=mc 2 Kernfusie CNO-cyclus Zichtbare

Nadere informatie

Astronomische Technieken Hovo Cursus Prof.dr. Paul Groot (RU) Dr. Gijs Nelemans (RU)

Astronomische Technieken Hovo Cursus Prof.dr. Paul Groot (RU) Dr. Gijs Nelemans (RU) Astronomische Technieken Hovo Cursus 2010 Prof.dr. Paul Groot (RU) Dr. Gijs Nelemans (RU) Opbouw van de cursus 15/3: 22/3: 12/4: 19/4: 26/4: 3/5: - Berichten uit de ruimte - Ontvangers op Aarde Paul Groot

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/33101 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Kazandjian, Mher V. Title: Diagnostics for mechanical heating in star-forming galaxies

Nadere informatie

T2b L1 De ruimte of het heelal Katern 1

T2b L1 De ruimte of het heelal Katern 1 Het heelal of de kosmos is de ruimte waarin de zon, de maan en de sterren zich bevinden. Het heelal bestaat uit een oneindig aantal hemellichamen waarvan er steeds nieuwe ontdekt worden. De hemellichamen

Nadere informatie

Uitdijing van het heelal

Uitdijing van het heelal Uitdijing van het heelal Zijn we centrum van de expansie? Nee Alles beweegt weg van al de rest: Alle afstanden worden groter met zelfde factor a(t) a 4 2 4a 2a H Uitdijing van het heelal (da/dt) 2 0 a(t)

Nadere informatie

Het eetbare zonnestelsel groep 5-7

Het eetbare zonnestelsel groep 5-7 Het eetbare zonnestelsel groep 5-7 Hoe groot is de aarde? En hoe groot is de zon in vergelijking met de aarde? Welke planeet staat het dichtst bij de zon en welke het verst weg? Deze les leren de leerlingen

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/26290 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Maaskant, Koen Maarten Title: Tracing the evolution of protoplanetary disks Issue

Nadere informatie

ERGENS in een hoekje van ons adembenemend grote en uitdijende heelal bevindt

ERGENS in een hoekje van ons adembenemend grote en uitdijende heelal bevindt Nederlandse samenvatting ERGENS in een hoekje van ons adembenemend grote en uitdijende heelal bevindt zich een kleine blauwe planeet, onder haar inwoners ook wel bekend als Aarde. De Aarde draait om de

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Het vraagstuk van onze oorspong fascineert mensen van jong tot oud. Binnen dit vraagstuk specialiseert de extragalactische sterrenkunde zich op het ontstaan van sterrenstelsels

Nadere informatie

Cover Page. Author: Bonnerot, Clément Title: Dynamics and radiation from tidal disruption events Date:

Cover Page. Author: Bonnerot, Clément Title: Dynamics and radiation from tidal disruption events Date: Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/56249 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Bonnerot, Clément Title: Dynamics and radiation from tidal disruption events Date:

Nadere informatie

Werkstuk ANW Supernova's

Werkstuk ANW Supernova's Werkstuk ANW Supernova's Werkstuk door een scholier 1622 woorden 18 oktober 2010 4,8 24 keer beoordeeld Vak ANW Inleiding Ik heb het onderwerp supernova s gekozen omdat ik in dit onderwerp twee onderwerpen

Nadere informatie

100 miljard sterrenstelsels... ons zonnestelsel Planeten bij andere sterren. In een spiraal-arm van de Melkweg. De zon is maar een gewone ster...

100 miljard sterrenstelsels... ons zonnestelsel Planeten bij andere sterren. In een spiraal-arm van de Melkweg. De zon is maar een gewone ster... ons zonnestelsel Planeten bij andere sterren Binnenplaneten: relatief klein, rotsachtig hoge dichtheid (Mercurius, Venus, Aarde, Mars) Buitenplaneten: gasreuzen - lage dichtheid (Jupiter, Saturnus, Uranus,

Nadere informatie

Hertentamen Inleiding Astrofysica 19 December 2015,

Hertentamen Inleiding Astrofysica 19 December 2015, Hertentamen Inleiding Astrofysica 19 December 2015, 14.00-17.00 Let op lees onderstaande goed door! *) Dit tentamen omvat 4 opdrachten. De eerste opdracht bestaat uit tien individuele kennisvragen. Deze

Nadere informatie

Donkere Materie Een groot mysterie

Donkere Materie Een groot mysterie Donkere Materie Een groot mysterie Donkere Materie Al in 1933 toonde studie Fritz Zwicky dat 10-100 keer meer massa benodigd was om in clusters sterrenstelsels bijeen te houden. Mogelijkheid dat dit ontbrekende

Nadere informatie

TENTAMEN INLEIDING ASTROFYSICA WOENSDAG 14 DECEMBER,

TENTAMEN INLEIDING ASTROFYSICA WOENSDAG 14 DECEMBER, TENTAMEN INLEIDING ASTROFYSICA WOENSDAG 14 DECEMBER, 14.00-17.00 LEES ONDERSTAANDE IN DETAIL: DIT TENTAMEN OMVAT VIER OPGAVES OPGAVE 1: 2.5 PUNTEN OPGAVE 2: 2.5 PUNTEN OPGAVE 3: 2.5 PUNTEN OPGAVE 4: 2.5

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/38874 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Martinez-Barbosa, Carmen Adriana Title: Tracing the journey of the sun and the

Nadere informatie

Radiotelescoop op de maan?

Radiotelescoop op de maan? Netherlands Institute for Radio Astronomy Radiotelescoop op de maan? - Dr. Raymond Oonk Astronoom in de Astronomy Group (ASTRON) ASTRON is part of the Netherlands Organisation for Scientific Research (NWO)

Nadere informatie

De kosmische afstandsladder

De kosmische afstandsladder De kosmische afstandsladder De kosmische afstandsladder Oorsprong Sterrenkunde Maan B Zon A Aarde C Aristarchos: Bij halve maan is de hoek zon-maanaarde, B, 90 graden. Als exact op hetzelfde moment de

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting T IJDENS het aanschouwen van de pracht van de sterrenhemel bekruipt menigeen een gevoel van verwondering en nietigheid, waarna al gauw vragen rijzen omtrent haar oorsprong, samenstelling

Nadere informatie

5.6. Boekverslag door K woorden 22 december keer beoordeeld

5.6. Boekverslag door K woorden 22 december keer beoordeeld Boekverslag door K. 1768 woorden 22 december 2011 5.6 56 keer beoordeeld Vak NLT 1. De straal van de aarde is 637800000 cm. Als deze afneemt tot 0.5 cm, dan is deze in verhouding 0.5/637800000 keer de

Nadere informatie

Introductie Ruimtemissie Rosetta

Introductie Ruimtemissie Rosetta Introductie Ruimtemissie Rosetta klas 1-2 Tien jaar kostte het ruimtesonde Rosetta om op de plaats van bestemming te komen: komeet 67P/Churyumov-Gerasimenko: een reis van bijna 6,4 miljard kilometer. Rosetta

Nadere informatie

Hoe werkt een astronoom Achter de schermen van de sterrenkunde

Hoe werkt een astronoom Achter de schermen van de sterrenkunde Hoe werkt een astronoom Achter de schermen van de sterrenkunde Prof. Henny J.G.L.M. Lamers Astronomisch Instituut Universiteit van Amsterdam h.j.g.l.m.lamers@uu.nl www.hennylamers.nl Overveen 15 october

Nadere informatie

naarmate de afstand groter wordt zijn objecten met of grotere afmeting of grotere helderheid nodig als standard rod of standard candle

naarmate de afstand groter wordt zijn objecten met of grotere afmeting of grotere helderheid nodig als standard rod of standard candle Melkwegstelsels Ruimtelijke verdeling en afstandsbepaling Afstands-ladder: verschillende technieken nodig voor verschillend afstandsbereik naarmate de afstand groter wordt zijn objecten met of grotere

Nadere informatie

WELKOM! Inleiding Astrofysica College 1 7 september Ignas Snellen

WELKOM! Inleiding Astrofysica College 1 7 september Ignas Snellen WELKOM! Inleiding Astrofysica College 1 7 september 2015 13.45 15.30 Ignas Snellen Docent: Ignas Snellen Assistenten: Joris Witstok, Charlotte Brand, Niels Ligterink, Mieke Paalvast Doel, Inleiding Astrofysica:

Nadere informatie

Astrofotografie - Kunst voor aan uw muur?

Astrofotografie - Kunst voor aan uw muur? Astrofotografie - Kunst voor aan uw muur? Astrofotografie is de kunst van het fotograferen van alles wat er aan onze nachtelijke hemel zichtbaar is. De sterrenhemel, en alle objecten die zich daarin bevinden,

Nadere informatie

GEEF STERRENKUNDE DE RUIMTE! SPECTROSCOPISCH ONDERZOEK VAN STERLICHT INTRODUCTIE

GEEF STERRENKUNDE DE RUIMTE! SPECTROSCOPISCH ONDERZOEK VAN STERLICHT INTRODUCTIE LESBRIEF GEEF STERRENKUNDE DE RUIMTE! Deze NOVAlab-oefening gaat over spectroscopisch onderzoek van sterlicht. Het is een vervolg op de lesbrief Onderzoek de Zon. De oefening is bedoeld voor de bovenbouw

Nadere informatie

Spectroscopie en centrale dynamica van starburst-stelsels

Spectroscopie en centrale dynamica van starburst-stelsels Nederlandse samenvatting: Spectroscopie en centrale dynamica van starburst-stelsels 1. Sterrenstels/melkwegstelsels(galaxies) Een sterrenstelsel is een enorme verzameling van sterren, zo n paar honderd

Nadere informatie

Het nieuwe heelal. de mooiste resultaten van de. Hubble Space Telescope. HST Copernicus, 21 febr 2013. Edwin Hubble. Edwin Hubble.

Het nieuwe heelal. de mooiste resultaten van de. Hubble Space Telescope. HST Copernicus, 21 febr 2013. Edwin Hubble. Edwin Hubble. Het nieuwe heelal de mooiste resultaten van de Hubble Space Telescope Edwin Hubble 1889-1953 Prof. Henny J.G.L.M. Lamers Universiteit van Amsterdam h.j.g.l.m.lamers@uu.nl 1923 Ontdekte dat Andromeda nevel

Nadere informatie

Donkere Materie. Bram Achterberg Sterrenkundig Instituut Universiteit Utrecht

Donkere Materie. Bram Achterberg Sterrenkundig Instituut Universiteit Utrecht Donkere Materie Bram Achterberg Sterrenkundig Instituut Universiteit Utrecht Een paar feiten over ons heelal Het heelal zet uit (Hubble, 1924); Ons heelal is zo n 14 miljard jaar oud; Ons heelal was vroeger

Nadere informatie

Variabele Sterren. Instability strip: Cepheiden RR Lyrae W Virginis sterren. Rode reuzen op de z.g. instability strip in het HR diagram

Variabele Sterren. Instability strip: Cepheiden RR Lyrae W Virginis sterren. Rode reuzen op de z.g. instability strip in het HR diagram Variabele Sterren Cepheiden Lyrae W Virginis sterren ode reuzen op de z.g. instability strip in het H diagram De pulsatie en variabiliteit onstaan doordat in de buitenlagen van zulke sterren de He + nogmaals

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Chapter 8 Nederlandse Samenvatting Clusters van melkwegstelsels zijn in veel opzichten de grote steden van ons heelal. Ze bestaan uit honderden melkwegstelsels die op hun beurt weer miljarden sterren bevatten.

Nadere informatie

Wetenschappelijke Nascholing Deel 3: En wat met de overige 96%?

Wetenschappelijke Nascholing Deel 3: En wat met de overige 96%? Wetenschappelijke Nascholing Deel 3: En wat met de overige 96%? Dirk Ryckbosch Fysica en Sterrenkunde 23 oktober 2017 Dirk Ryckbosch (Fysica en Sterrenkunde) Elementaire Deeltjes 23 oktober 2017 1 / 27

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Astrofysica 19 December 2016,

Tentamen Inleiding Astrofysica 19 December 2016, Tentamen Inleiding Astrofysica 19 December 2016, 14.00-17.00 Let op lees onderstaande goed door! *) Dit tentamen omvat 4 opdrachten. De eerste opdracht bestaat uit tien individuele kennisvragen. Deze vragen

Nadere informatie