DOORONTWIKKELING BELEID JEUGD EN WMO GEMEENTE MONTFOORT 2016

Transcriptie

1 DOORONTWIKKELING BELEID JEUGD EN WMO GEMEENTE MONTFOORT 2016

2 1. Inleiding De gemeente Montfoort is vanaf 1 januari 2015 verantwoordelijk voor de financiering en de organisatie van de Jeugdwet en de nieuwe Wmo. Eind 2014 heeft de gemeenteraad het beleidsplan Jeugd en het beleidsplan Maatschappelijke Ondersteuning vastgesteld. In deze beleidsplannen zijn de visie en doelstellingen voor Jeugdhulp en Wmo beschreven en is weergegeven hoe de gemeente Montfoort uitvoering geeft aan de decentralisatie Jeugdhulp en Wmo. De gemeente Montfoort heeft bij de decentralisatie van de Jeugdhulp en de nieuwe taken vanuit de Wmo de focus gelegd op een sterk lokaal veld. Er is ingezet op deskundige lokale teams; het Jeugdteam Montfoort voor de taken vanuit de Jeugdwet en het Sociaal Team van SWOM voor het uitvoeren van de taken vanuit de Wmo -in combinatie met de taken op het gebied van Welzijn en daar waar mogelijk een combinatie van deze twee. Binnen deze teams werken professionals die goed en tijdig kunnen inschatten welke ondersteuning nodig is (triage) en deze ondersteuning zoveel mogelijk lokaal en integraal kunnen bieden. Daarnaast is de visie van de gemeente Montfoort dat een professioneel lokaal team en voorliggende (algemene) voorzieningen de instroom naar specialistische zorg vermindert. De verdere doorontwikkelingen van preventieve (voorliggende) voorzieningen is dan ook een belangrijk doel in Terugkijkend op de afgelopen maanden kan voorzichtig geconcludeerd worden dat de ingezette koers een goede basis is voor de uitvoering van beide wetten en de transformatie van de jeugdhulp en Wmo. In 2016 wil de gemeente Montfoort zich focussen op het verder doorvoeren en doorontwikkelen van de ingezette koers; het verder ontwikkelen van de uitvoering van de Jeugdwet en de Wmo en verdere inzet op de transformatie van de zorg en ondersteuning. Hiermee wordt verder uitvoering gegeven aan de door de raad vastgestelde leidende principes uit het beleidsplan Jeugd en het beleidsplan Maatschappelijke Ondersteuning. De leidende principes, doelen en uitgangspunten zoals door de raad vastgesteld in de beleidsplannen van 2015 blijven van kracht in De benoemde visie en uitgangspunten zijn op dit moment nog even actueel als bij het vaststellen ervan. Daarnaast zijn zowel de inwoners als de professionals erbij gebaat een stabiele basis te hebben van waaruit verder kan worden doorontwikkeld. In deze update van de beleidsplannen informeren wij u over de ontwikkelingen bij de uitvoering van het beleid en hoe vormgegeven wordt aan de transformatie van de jeugdhulp en maatschappelijke ondersteuning. In deze nota wordt eerst ingegaan op de landelijke, bovenregionale en regionale ontwikkelingen. Vervolgens wordt per domein de ontwikkeling geschetst van het beleidsplan Jeugd en Maatschappelijke Ondersteuning. Deze update bevat geen nieuw beleid. Het is een bewuste keuze van het college om de dit jaar ingezette beleidslijn voor 2016 te continueren, de uitvoering ervan verder te vervolmaken en zowel de inwoner als de uitvoerende professionals, maatschappelijke partners en zorgaanbieders stabiliteit en continuïteit te bieden bij de opgave om alle veranderingen die met ingang van 1 januari 2015 hebben plaatsgevonden op een goede manier in te bedden in een nieuwe werkwijze. Daar waar noodzakelijk wordt beleid werkendeweg bijgesteld, maar het gaat daarbij om praktische zaken en niet om een bijstelling van de inhoudelijke koers. Deze update bevat daarom geen nieuw beleid. Deze update bevat daarnaast een korte update over de gevolgen van de meicirculaire op het totaal budget Sociaal Domein in het algemeen en de effecten voor Jeugd en Wmo in het bijzonder. Daarnaast bevat deze update geen financiële gegevens. Verdere informatie over de uitvoering van de decentralisaties is opgenomen in de programmabegroting. Beleidsmatig is het uitgangspunt de taken uit te voeren binnen de gestelde budgettaire kaders en in de kwartaalrapportages wordt uw raad geïnformeerd over de voortgang en financiële resultaten.

3 2. Bovenlokale ontwikkelingen 2.1 Landelijke ontwikkelingen Landelijk Transitiearrangement (LTA) Het LTA is vastgesteld voor de duur van 3 jaar. Dat geldt dus nog voor 2016 en Daarvoor wordt een deel van het Jeugdbudget voor de gemeenten door het Rijk ingehouden en wordt zeer specialistische zorg ingekocht. Veegwet VWS Het ministerie van VWS heeft de concept-veegwet VWS ingediend bij de Tweede Kamer 1. Dit wetsvoorstel bevat wijzigingen van diverse wetten op het terrein van VWS; de Wlz, Wmo, Jeugdwet en Zvw. Een belangrijk punt in deze Veegwet is dat er een bepaling in de Jeugdwet bij komt die het mogelijk maakt dat jeugdhulpverleners gegevens mogen verstrekken aan de gemeente voor de financiële afwikkeling en controle op de jeugdzorg en Jeugd-GGZ. Bij het schrijven van deze informatienota ligt de veegwet VWS voor in de Tweede Kamer, het tijdstip van in werking treden van de wet moet nog bepaald worden. 2.2 Bovenregionale ontwikkelingen Utrechtse gemeenten Essentiële functies / Cluster 1 In het beleidsplan Jeugd onder paragraaf 2.4 staat aangegeven dat er op een aantal zorgvormen bovenregionaal wordt samengewerkt. Hierbij gaat het om de zogeheten essentiële functies (cluster 1). De essentiële functies betreffen een groot deel van de 24-uurs verblijfszorg voor de meest kwetsbare groep jeugdigen, al dan niet in de context van een gedwongen kader. Het gaat om de functies Jeugdzorg Plus (vrijwillig en gedwongen jeugdhulp), Driemilieus voorzieningen (voorheen ZZP 4 en 5 op OBC/MFC en open residentieel) en intensief klinische trajecten met mogelijkheid van BOPZ (Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen). Het aantal cliënten is relatief laag, kan per jaar per regio sterk fluctueren en de kosten per case zijn hoog. Om de basisbeschikbaarheid van deze zorgvormen te kunnen garanderen en de voorzieningen in stand te houden, werken 5 Utrechtse Jeugdhulpregio s (Food Valley participeert niet) ook in 2016 samen op deze zorgvormen. Deze samenwerking houdt in dat de inkoop van de essentiële functies door regio s op elkaar afgestemd wordt en dat regio s gebruik kunnen maken van elkaars bedden. Crisis jeugd De 6 Utrechtse jeugdzorgregio s werken samen met aanbieders rond crisiszorg om de gewenste transformatie van het zorglandschap te realiseren. Als regio s maken we gebruik van dezelfde crisiszorg, met elkaar zijn we verantwoordelijk voor een verantwoorde ombouw en afbouw. Crisiszorg rond jeugd is sectoraal georganiseerd; crisiszorg binnen de Jeugd GGZ, de voormalige provinciale jeugdzorg en de voormalige AWBZ / kinderen met een beperking. De regio s en aanbieders van crisisdienst en crisiszorg zijn met elkaar in gesprek over hoe de crisisdienst en crisiszorg zijn georganiseerd en hoe het ideale toekomstbeeld is. De aanbieders van crisisdienst en crisiszorg delen met de Utrechtse Jeugdzorgregio s de ambitie om te komen tot een integrale crisisaanpak. Een integrale crisisaanpak helpt om de kwaliteit en logistieke uitdagingen te verenigen in de nieuwe werkelijkheid. 1

4 Samen Veilig Midden Nederland: SAVE en Veilig Thuis De samenwerking met SAVE zoals beschreven in het beleidsplan onder 2.7, wordt in 2016 voortgezet. Alle 6 de Utrechtse jeugdzorgregio s sluiten een contract met Samen Veilig Midden Nederland, de organisatie die SAVE en VT uitvoert. Daarnaast sluiten de regio s ook in 2016 met Samen Veilig Midden Nederland en de Raad voor de Kinderbescherming een samenwerkingsovereenkomst af. De reden dat deze overeenkomst gesloten wordt, is dat we bij wet verplicht zijn om de samenwerkingsafspraken van Gecertificeerde Instellingen (SVMN en onderaannemers) met gemeenten en met de Raad voor de Kinderbescherming, vast te leggen. Daarnaast beschrijft de samenwerkingsovereenkomst vooral de rollen en de gezamenlijke en individuele verantwoordelijkheden van verschillende partijen en hoe die samenhangen. 2.3 Regionale ontwikkelingen Utrecht West Inkoop specialistische zorg Utrecht West Op 18 mei 2015 heeft de gemeenteraad besloten om de regionale contracten met één jaar te verlengen. Een nieuw meerjarig beleidsplan Jeugd en Wmo vanaf 2017 loopt dan gelijk op met het vaststellen van lange termijn inkoopstrategie 2017 en verder. Zowel voor inkoop als voor het beleid ligt de focus in 2016 op de doorontwikkeling van de decentralisaties. Voor de inkoop van 2016 worden twee aanpassingen gedaan. Het budget van de inkoop 2016 wordt aangepast aan het beschikbare budget in de gemeente Montfoort vanuit het historisch verdeelmodel (septembercirculaire 2016). Daarnaast worden voor 2016 de subsidies van de voormalige provinciale jeugdzorg omgezet van subsidie naar contracten. Vanaf 2016 is er voor jeugd hiermee een uniforme bekostiging van de zorgtaken. Regionale Transformatiethema s In 2015 is er ook regionaal ingezet op de transformatie van de jeugdhulp en maatschappelijke ondersteuning. Regionaal ligt voornamelijk de focus op het vernieuwen van specialistische zorg. De wethouders van de 7 Utrecht-West gemeenten hebben transformatiethema s vastgesteld. Aan deze verschillende thema s zijn projecten gekoppeld, met deze projecten wordt concreet richting en invulling gegeven aan de transformatie, de inrichting van het nieuwe stelsel. Met de projecten streven we er ook naar dat de kosten van het nieuwe stelsel beheersbaar blijven. Gemeenschapsgeld wordt efficiënt en effectief ingezet en de ingekochte zorg en ondersteuning matcht bij de lokale zorgen ondersteuningsvraag. 3. Lokale ontwikkelingen 3.1 Meicirculaire Effecten meicirculaire Sociaal Domein De gemeente Montfoort wordt vanaf 2016 fors gekort op de middelen die beschikbaar zijn gesteld voor de (nieuwe) taken in het Sociaal Domein. Hierover is de raad op 8 september geïnformeerd in een apart belegde raadsinformatie bijeenkomst. Deze korting stelt de gemeente voor een majeure financiële opgave, mede gelet op het open einde karakter van de diverse regelingen in het Sociaal Domein. Om te zorgen dat deze korting niet leidt tot tekorten in de begroting en jaarrekening zijn er maatregelen getroffen welke in overleg met de raad en met de uitvoerende partners zijn genomen. Dit proces heeft tot besluitvorming en verwerking van de effecten in de begroting 2016 geleid.

5 Kernboodschap Uit de meicirculaire 2015 blijkt dat Montfoort een nadeelgemeente is. De korting bedraagt voor oplopend tot in Het budget voor het sociaal domein wordt dus met 25% naar beneden bijgesteld. Dit heeft geleid tot de volgende conclusies en acties; Analyse van de meicirculaire Met ingang van 2016 wordt de integratie-uitkering sociaal domein niet langer gebaseerd op historische gegevens, maar op een objectief verdeelmodel. Er is een brief naar de staatssecretaris verstuurd, waarin de gemeente Montfoort haar zorgen heeft geuit over deze enorme korting op de integratie-uitkering. Inzicht in werkelijke uitgaven Om de impact van de korting op de integratie-uitkering goed te kunnen beoordelen, is het noodzakelijk geweest deze te leggen naast de werkelijke/verwachte uitgaven voor het jaar In augustus is er aan de hand van de Q2 rapportage een eerste beeld ontstaan van de bestedingen over het eerste halfjaar alsmede een prognose voor het tweede halfjaar Bezuinigingsmogelijkheden Er is een inventarisatie uitgevoerd welke mogelijkheden er zijn om te transformeren/ taakstellingen te realiseren. Daarbij geldt het uitgangspunt dat de middelen van het rijk voor de nieuwe taken als taakstellend worden beschouwd. De inventarisatie naar (aanvullende) maatregelen/taakstellingen heeft allereerst binnen het programma Inkomen, jeugd en Wmo plaatsgevonden. Daarnaast moet rekening gehouden worden met de reeds genomen bezuinigingsmaatregelen uit Keuzes maken en met de gewenste ontwikkelingen binnen het Sociaal Domein. 3.2 Stappen in 2014 en 2015 Op 27 oktober 2014 is de Verordening Maatschappelijke ondersteuning, de Jeugdverordening en het besluit bij de jeugdverordening vastgesteld. Op 15 december 2014 is het beleidsplan Maatschappelijke Ondersteuning en het beleidsplan Jeugd vastgesteld. Knelpuntenbudget In mei 2015 heeft de raad een eenmalig knelpuntenbudget ter hoogte van ter beschikking gesteld voor het Sociale Domein. Dit budget is beschikbaar gesteld om op adequate wijze in te kunnen spelen op de behoeften/knelpunten van kwetsbare mensen die ontstaan zijn als gevolg van gewijzigd Rijksbeleid. Dit budget is beschikbaar gesteld voor de volgende zaken: Dementieconsulent Wmo Projectleider jeugd Pilots Wmo/AWBZ door de SWOM GGZ-expertise in jeugdteam Cliëntgebonden kosten Wmo Vrijwilligers en algemene vz jeugd Conflictbemiddeling Vernieuwing specialistische zorg jeugd (cliëntgebonden kosten) 3.3 Maatschappelijke ondersteuning Regie op de uitvoering SWOM sociaal team

6 De opdracht in het kader van de uitvoering van de Wmo aan SWOM is om samen met cliënten met een ondersteuningsvraag een afgewogen en integraal plan van aanpak samen te stellen. De gesprekken met cliënten met een ondersteuningsvraag worden gevoerd door medewerkers van het sociaal team. Het sociaal team van SWOM is uitgerust met Welzijnswerkers, een dementie-consulent twee maatschappelijk werksters en een Wmo consulent breed (oud Wmo en begeleiding). Er is geen sprake van wachttijden bij het oppakken van nieuwe ondersteuningsvragen. Het sociaal team stelt samen met de inwoner een ondersteuningsplan op waarin steeds de combinatie van formele zorg, informele ondersteuning en eigen kracht wordt gezocht. Het team biedt naast het voeren van de keukentafelgesprekken en het indiceren van Wmo ondersteuning, langdurende specialistische begeleiding door middel van trajecten in het kader van maatschappelijke dienstverlening en langdurige ondersteuning aan licht dementerende cliënten. Voorliggende Voorzieningen In 2015 is gewerkt aan een set van voorliggende voorzieningen die cliënten met een ondersteuningsvraag langer in staat stelt om zelfstandig thuis te wonen zonder beroep te doen op een individuele Wmo maatwerkvoorziening. - Zo biedt het sociaal team SWOM ondersteuning door middel van het aanbieden van een langdurend specialistisch ondersteuningsaanbod (maatschappelijke werk en dementieconsulent). - Een van de pilots die gefinancierd is vanuit het knelpuntenbudget betreft het SWOM DoeMeeHuis. In het SWOM DoeMeeHuis wordt groepsgewijze en individuele dagbesteding aangeboden. De resultaten van de pilot DoeMeeHuis (bezoekersaantal en tevredenheid) zijn dermate goed, dat in 2016 een nieuwe, grotere locatie wordt geopend waar het DoeMeeHuis alle dagen geopend zal zijn. Daarnaast wordt een vanuit de SWOM dependance in Linschoten door DoeMeeHuis een aantal dagdelen per week ingevuld. De diversiteit van het aanbod zal hiermee uitgebreid worden. - Een andere pilot die gaat starten in 2016, is het Steunpunt Mantelzorg SWOM. Een Maatschappelijk werker zal spreekuren gaan houden in de SWOM locaties van Montfoort en Linschoten, mantelzorgers begeleiden, de coördinatie op zich nemen van de vrijwilligers die activiteiten uitvoeren samen met mantelzorgers, thema-avonden verzorgen en in samenwerking met andere disciplines de mantelzorgers in de gemeente ondersteunen. Zij werkt nauw samen met het sociaal team SWOM, met het team Welzijn SWOM en met Jeugdzorg. - Een andere pilot vormt het Maatjesproject. Deze pilot zal in samenwerking met het Jeugdteam worden opgepakt. Doel van dit project is om kinderen en jongeren met een hulpvraag te koppelen aan een vrijwilliger, een Maatje. Veel kinderen en jongeren kampen met problemen rond voldoende bewegen, gezond eten, boodschappen doen, school bezoeken, het machtig zijn van Nederlandse taal, kunnen lezen en schrijven, huiswerk maken, enzovoort. Subdoel is dat ouders tijdelijk ontlast worden indien dat nodig is. De doelgroepen zijn kinderen en jongeren in de gemeente. De kinderen kunnen zichzelf aanmelden maar zullen ook binnen komen via het Jeugdteam. De maatjes worden getraind door Handje Helpen. - Er vindt een uitbreiding plaats van verpleegzorg De dagopvang bij Stichting de Rijnhoven wordt verplaatst en verruimd met twee extra plekken, een klein appartement voor respijtzorg en/of crisisopvang, een grotere woonkamer en een uitbreiding van de dagopvang. Door de aanpassingen is er voor Stichting de Rijnhoven en voor de kern van Montfoort een bedrijfseconomische schaal ontstaan waarop 24 uur per dag, zeven dagen per week, gekwalificeerde zorg aanwezig kan blijven. Met de verwezenlijking van de verbouwing wordt daarnaast een secundair doel gediend; het organiseren van voorliggende (woon)voorzieningen waardoor dure woningaanpassingen in de toekomst voorkomen kunnen en zullen worden.

7 De verwachting is dat door het inzetten van voorliggende voorzieningen er een afname zal zijn van het gebruik van (dure) individuele specialistische zorg. Een monitoring die in 2016 zal plaatsvinden, zal in kaart brengen wat deze trendverschuiving aan kosten-effectiviteit oplevert. MEE Het contract met MEE is per 1 januari 2016 beëindigd. Het contract met MEE is duur en leverde geen kwalitatieve meerwaarde. Ten aanzien van de onafhankelijke cliëntondersteuning wordt onderzocht welke partij(en) er in 2016 een rol zal/zullen vervullen. MEE is niet geschikt om voor elke onafhankelijke ondersteuningsvraag de juiste expertise te leveren. Onafhankelijke cliëntondersteuning is dikwijls maatwerk. De gemeente wil cliënten met een ondersteuningsvraag naar de juiste deskundigheid kunnen verwijzen. Regie op budget Nieuwe afspraken financieel kader Het laat zich aanzien dat wat betreft 2015 de individuele maatwerkzorg en de financiering voor de voorliggende voorzieningen over de gehele breedte binnen de budgettaire kaders gerealiseerd wordt. In 2015 heeft met de SWOM intensieve afstemming plaatsgevonden over de budgettaire en financiële kaders waarbinnen de dienstverlening plaats zal vinden. De ontwikkeling van SWOM van een Welzijnsstichting waar de basis van de dienstverlening vooral door vrijwilligers gevoerd werd, naar een professionele organisatie met een adequaat aanbod en een expert-team op het gebied van brede Wmo dienstverlening, heeft in de loop van 2015 geleid naar een herkadering van afspraken voor 2016 en verder. Deelbegroting In overleg met SWOM zal er vanaf 2016 intensieve regie plaatsvinden over de besteding van de beschikbare budgetten en de wijze waarop er gerapporteerd zal worden. Deze afspraken zullen in de nieuwe DVO 2016, tussen SWOM en de gemeente geeffectueerd worden. Startpunt zal zijn het leveren van drie deelbegrotingen (vanaf 2016); 1. Een deelbegroting met betrekking tot het Welzijnsbudget (subsidie) 2. Een deelbegroting met betrekking tot de uitvoeringskosten sociaal team 3. Een deelbegroting met betrekking op de voorliggende voorzieningen Lokale Back Office Wmo In het bestuurlijk overleg van 14 oktober is afgesproken dat de backofficewerkzaamheden Wmo Montfoort per 1 november 2015 gedeeltelijk en per 1 januari 2016 volledig worden overgeheveld naar de backoffice Sociaal Domein van UW Samenwerking. Daarmee wordt de controle op het juist verwerken van de besluiten en de daaraan gekoppelde financiële verplichtingen verhoogd en het foutrisico gereduceerd. Dit gebeurt in goed overleg met SWOM. Het budget met betrekking tot de cliëntgebonden kosten wordt vanaf 2016 weer in beheer geplaatst van UW samenwerking. Relatie met samenwerkingspartners Er wordt veel geïnvesteerd in afstemming met omliggende partijen het Jeugdteam, huisartsen, zorgaanbieders, aanbieders van informele zorg etc. en er worden werkafspraken gemaakt die leiden tot meer efficiency. Integratie diverse zorgverantwoordelijkheden Met name in de afbakening tussen de Wmo, de Wet langdurige zorg (WLZ) en de Zorgverzekeringswet (Zvw) is echter nog steeds veel onduidelijk. Voor een belangrijk deel zijn de

8 grijze gebieden onderwerp van landelijk debat en uitwerking. Op uitvoeringsniveau vergen deze echter nog veel tijd en uitzoekwerk. Het uitgangspunt is in Montfoort is dat de inwoner niet de dupe mag worden van onduidelijkheden in de wet- en regelgeving. Bij twijfel wordt zorg daarom vanuit de gemeente geleverd, óók als er vermoedelijk aanspraken op de WLZ of ZVW gemaakt kunnen worden maar dit niet direct duidelijk is. Nadere afstemming en uitwerking op basis van deze individuele casuïstiek is een belangrijke ontwikkeltaak die door de leden van het sociaal team in samenwerking met de beleidsadviseur van de gemeente wordt opgepakt. Zowel inhoudelijk, wat betreft de werkwijze van het sociaal team, als qua personele bezetting is de inzet voor 2016 om de huidige situatie te handhaven en is er geen aanleiding voor aanvullingen of wijzigingen. In 2016 is het de bedoeling dat SWOM een andere locatie gaat betrekken. De huidige locatie voldoet niet aan de ARBO-regels en is een ongeschikte locatie voor de huidige structurele bezetting. Gesprekken vinden plaats om ruimte te huren in het stadskantoor, zowel voor de totale (basis)dienstverlening van SWOM (Welzijn en sociaal team) als voor de activiteiten in het kader van het DoeMeehuis (bibliotheek). 3.4 Jeugdhulp Collectieve (algemene) voorzieningen In 2016 zetten we in op het verder vormgeven van preventieve en collectieve voorzieningen in Montfoort en Linschoten voor Jeugd. In 2015 is vrijwillige inzet m.b.t. jeugd voornamelijk geleverd door Handje Helpen. In 2015 en 2016 gaan we inzetten op het meer benutten eigen kracht, voorliggende voorzieningen en normaliseren van problematiek. De welzijnsorganisatie in Montfoort, de SWOM, is voornamelijk gericht op de ouderen in de gemeente Montfoort. Voor jeugd willen we ook structureel inzetten op preventieve, eigen kracht en collectieve voorzieningen (waaronder vrijwillige inzet). Hiervoor zullen wij partijen benaderen welke inzet zij hierop kunnen leveren. Jeugdteam Het jeugdteam is op 1 januari 2015 officieel van start gegaan, maar draait al ruim 1,5 jaar. We hebben, samen met onze cliënten, netwerkpartners en zorgaanbieders het gevoel dat we op de goede weg zijn. Het jeugdteam heeft de werkprocessen verder ontwikkeld, aangescherpt en geïmplementeerd en er is ingezet op professionalisering. De Thuisbasis Jeugdhulp heeft de opdracht om het jeugdteam te scholen, te ontwikkelen. In 2015 hebben ze ingezet op scholing en op methodische leerbijeenkomsten en individuele coaching. Naast nieuwe kennis opdoen is dus ook ingezet op het geleerde in de praktijk te brengen en te borgen. In 2016 wordt het jeugdteam volledig ondergebracht bij één organisatie, de Thuisbasis Jeugdhulp. In 2015 waren al een aantal medewerkers van het jeugdteam in dienst bij de thuisbasis. De taken van het jeugdteam blijven gelijk. Speerpunten bij de verdere doorontwikkeling van het jeugdteam zijn: 1. Meer benutten eigen kracht, voorliggende voorzieningen en normaliseren van problematiek 2. Integrale samenwerking a. Brede vraagverheldering en afstemming met betrokken partijen (o.a. huisarts, school, andere hulpverleners) bij gezinsplan b. Deelname aan 3D-initiatieven om voor bepaalde doelgroepen met partijen uit verschillende domeinen (jeugd, WMO en participatie) bepaalde problematiek aan te pakken in Montfoort 3. Goede kwaliteit van zorg: Doelgericht en gestructureerd werken aan de hand van methoden met gelijkblijvende tevredenheid van klanten 4. Verminderen van de lasten daling specialistische zorg.

9 Relatie met samenwerkingspartners In 2015 is ingezet op de samenwerking met de huisartsen, het onderwijs, het sociaal team van SWOM, specialistische zorgaanbieders en SAVE. Met huisartsen wordt verkend hoe de samenwerking geoptimaliseerd kan worden, mogelijk door een koppeling tussen een POH-GGZ Jeugd (nog niet aanwezig in de gemeente Montfoort) en het jeugdteam. In de relatie en samenwerking met het onderwijs is het afgelopen jaar geïnvesteerd. Een medewerker van het jeugdteam neemt deel aan het meerpartijen overleg van alle scholen en het samenwerkingsverband en er zijn inloopspreekuren van het jeugdteam op een aantal scholen en het gezondheidscentrum in Linschoten. Daarnaast zijn er afspraken gemaakt over de procedure rond dyslexie. In 2016 zal de relatie met het (Passend) onderwijs extra aandacht krijgen. Met de SWOM en het sociaal team zijn samenwerkingsafspraken over gezamenlijk optrekken bij gezinnen waarbij zowel kinderen als volwassenen een hulpvraag hebben. In 2016 wordt de samenwerking verder uitgewerkt en gekeken naar vernieuwende aanpakken m.b.t. doorlopende lijnen (3D initiatieven). Aandachtspunt privacy Op het gebied van privacy zijn de noodzakelijke afspraken gemaakt voor uitwisseling van gegevens in het Jeugdteam en de backoffice. Inmiddels is er het nodige voorwerk verricht en is voor UW samenwerking een quick scan gedaan, waaruit een aantal acties voortkomen. Het wachten is nu op de veegwet waarin nieuwe, aanvullende bepalingen over privacy en uitwisseling van gegevens zijn opgenomen. Nadat de veegwet (naar alle waarschijnlijkheid eind 2015 begin 2016) in werking zal treden kunnen de geplande acties in overeenstemming met de nieuwe wettelijke bepalingen worden uitgevoerd.