Verordening WMO Adviesraad stadsdeel Oost

Transcriptie

1 Verordening WMO Adviesraad stadsdeel Oost De stadsdeelraad van het stadsdeel Oost; Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur d.d. 24 september 2013; Gelet op de verplichting tot burgerparticipatie op basis van artikel 11 en 12 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) alsmede gelet op artikel 150 van de Gemeentewet; Overwegende dat de stadsdeelraad het belangrijk vindt om ingezetenen van het stadsdeel Oost te betrekken bij de beleidsontwikkeling rond de Wet maatschappelijke ondersteuning, besluit: 1. Vast te stellen de navolgende verordening, regelende de taak, bevoegdheden, samenstelling en werkwijze van de WMO Adviesraad Artikel 1. Begripsbepalingen In deze verordening en de daarop gebaseerde nadere regelgeving wordt verstaan onder: a. Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning. b. Wmo adviesraad: Het inspraakorgaan als bedoeld in artikel 84 van de Gemeentewet, waarmee het stadsdeel Oost invulling geeft aan artikel 11 en 12 van de Wmo, waarin onder meer wordt gesteld dat het dagelijks bestuur ingezetenen van het stadsdeel en in het stadsdeel een belang hebbende natuurlijke personen dient te betrekken bij de voorbereiding van het beleid maatschappelijke ondersteuning. c. Prestatievelden: de negen prestatievelden zoals genoemd in de Wmo, namelijk: 1. Het bevorderen van de sociale samenhang in en de leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten; 2. Op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden; 3. Het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning; 4. Het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers; 5. Het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een psychosociaal probleem; 6. Het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijk verkeer; 7. Het bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang; 8. Het bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg, met uitzondering van het bieden van psychosociale hulp bij rampen; 9. Het bevorderen van verslavingsbeleid; d. Het dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost; e. Deelraad: de stadsdeelraad van Stadsdeel Oost; Artikel 2. Doel, taak en positie van de WMO adviesraad (Hierna; adviesraad) 1. Het doel van de adviesraad is om de belangen van de doelgroepen die behoren bij de negen prestatievelden te behartigen. 2. De adviesraad brengt, binnen de door de stadsdeelraad vastgestelde kaders gevraagd en ongevraagd advies uit aan het dagelijks bestuur over beleid en uitvoering van alle prestatievelden in de Wmo. De adviesraad brengt tevens advies uit over onderdelen van het overige stadsdeel beleid, voor zover dat raakvlakken heeft met de Wmo. De adviesraad bepaalt zelf welke onderdelen dit zijn. 3. De adviesraad stelt het dagelijks bestuur in kennis van knelpunten die bij de uitvoering van Wmo optreden en informeert het dagelijks bestuur over relevante ontwikkelingen op het gebied van de Wmo. Zo nodig verstrekt zij hierover advies. 1

2 4. De adviesraad functioneert onafhankelijk van het stadsdeel. Artikel 3. Samenstelling en benoeming 1. De adviesraad bestaat uit minimaal 7 leden en maximaal 17 leden die een weerspiegeling vormen van de primaire prestatievelden van de Wmo en de samenstelling van de inwoners van het stadsdeel. 2. Organisaties hebben zitting in de adviesraad met maximaal twee leden per organisatie. 3. De leden van de adviesraad worden benoemd op voordracht van de adviesraad door het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost. 4. Iedere organisatie heeft bij het nemen van beslissingen recht op één stem. 5. Kandidaten voor het lidmaatschap van de adviesraad worden geworven middels alle organisaties in stadsdeel Oost die zich mede richten op de bevordering of de behartiging van zaken die ook de adviesraad krachtens artikel 1 tot taak heeft, te verzoeken leden voor te dragen voor de adviesraad. 6. De adviesraad belast uit zijn midden een commissie met de voorbereiding van de besluitvorming over de voordracht tot (her)benoeming van leden. 7. Niet voorgedragen kunnen worden zij die niet woonachtig zijn in het Stadsdeel Oost, zij die lid zijn van het Dagelijks Bestuur, enig bestuurlijk en of arbeidsrechtelijk verband bij beleidsontwikkeling hebben, lid of duo raadslid zijn van de Stadsdeelraad Oost en zij die bij het Stadsdeel Oost werkzaam zijn. 8. De adviesraad streeft ernaar dat de samenstelling van de adviesraad een reële en evenwichtige afspiegeling is van het stadsdeelgebied. 9. Indien het ledental van de adviesraad daalt tot zes of minder worden de werkzaamheden van de adviesraad opgeschort tot het tijdstip dat de adviesraad minimaal zes leden telt. 10. Op termijn is zitting nemen op basis van individuele deskundigheid een optie. Artikel 4. Zittingsduur 1. De leden van de adviesraad worden benoemd voor een periode van twee jaar. 2. Een aftredend lid van de adviesraad kan eenmaal worden herbenoemd. 3. Een lid van de adviesraad dat ter vervulling van, anders dan ten gevolge van een periodieke aftreding, een opengevallen plaats wordt benoemd, treedt af op het tijdstip waarop degene, in wiens plaats deze is benoemd, volgens rooster moet aftreden. Daarna is het lid nog eenmaal herbenoembaar. 4. Een lid van de adviesraad kan te allen tijde ontslag nemen en deelt dit schriftelijk mede aan het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost. Het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost zorgt voor een voordracht tot benoeming van een plaatsvervanger, met inachtneming van het bepaalde in artikel Een lid van de adviesraad kan alleen door het dagelijks bestuur worden ontslagen op voordracht van de adviesraad. Dit ontslag wordt niet verleend dan nadat betrokkene in de gelegenheid is gesteld door het stadsdeelbestuur van stadsdeel Oost te worden gehoord 6. Het lidmaatschap eindigt door: a. het verstrijken van de zittingsduur; b. het vervallen van de hoedanigheid van vertegenwoordiger van een vrijwilligers-en belangenbehartigingsorganisatie, die in de adviesraad zitting heeft; c. aftreden op eigen schriftelijk verzoek; d. onder curatele stelling; e. overlijden; f. opzeggen van het vertrouwen door een gewone meerderheid van de zitting hebbende leden bij ernstig en langdurig disfunctioneren van een lid. Artikel 5. Dagelijks bestuur van de adviesraad 1. De adviesraad benoemt een onafhankelijk technisch voorzitter en kiest voorts uit zijn midden een secretaris en een penningmeester, eventueel aangevuld met een ander lid, tezamen 2

3 vormend het dagelijks bestuur van de adviesraad. Tevens wordt een vervangende voorzitter benoemd die de taak van de voorzitter over kan nemen in geval van ziekte en/of afwezigheid 2. Het dagelijks bestuur van de adviesraad is belast met de dagelijkse leiding en met het uitbrengen van door de adviesraad opgestelde adviezen. 3. De taken van de onafhankelijk technisch voorzitter, de secretaris en de penningmeester, alsmede de herbenoembaarheid van het dagelijks bestuur van de adviesraad worden bij Huishoudelijk Reglement nader geregeld. 4. Het dagelijks bestuur van de adviesraad is bevoegd een of meer leden van de adviesraad uit te nodigen tot deelneming aan zijn vergadering. Artikel 6. Huishoudelijk Reglement 1. De adviesraad stelt een Huishoudelijk Reglement vast, dat geen bepalingen mag bevatten die in strijd zijn met deze verordening. Artikel 7. Vergaderingen 1. De adviesraad vergadert minimaal zes keer per jaar volgens een vooraf vastgelegd schema en zo dikwijls als de vertegenwoordiging of tenminste vijf leden dit noodzakelijk vinden voor het geven van advies. Tenminste tweemaal per jaar wordt een overleg tussen de adviesraad en de betrokken portefeuillehouder van Stadsdeel Oost belegd. Op verzoek van de adviesraad, en met aantoning van voldoende noodzaak, zijn meerdere overleggen mogelijk. 2. Besluiten ter vergadering over adviezen worden genomen bij gewone meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Stemmen over zaken geschiedt mondeling tenzij een meerderheid der aanwezige leden om schriftelijke stemming heeft verzocht. Stemming over personen geschiedt altijd middels gesloten briefjes. 3. De vergaderingen van de adviesraad zijn openbaar en worden door het dagelijks bestuur van de adviesraad tijdig aan burgers bekend gemaakt. 4. De adviesraad stelt een vergaderreglement op waarin zij tenminste voorschriften stelt ten aanzien van het uitnodigingen van niet-adviesraadsleden, bestuurders van het dagelijks bestuur van het stadsdeel en de werkzaamheden van de adviesraad. Dit vergaderreglement maakt onderdeel uit van het huishoudelijk reglement zoals beschreven in artikel 6, lid 1 Artikel 8. Verslaglegging 1. De adviesraad stelt jaarlijks een jaarverslag van haar activiteiten en van haar werkzaamheden op. Deze stuurt zij aan het aan het dagelijks bestuur. Het jaarverslag is openbaar en zal beschikbaar worden gesteld op de daarvoor bedoelde website. 2. Het jaarverslag zal ter informatie aan de stadsdeelraad ter beschikking worden gesteld. 3. Verslagen van vergaderingen, overleggen en adviezen worden na vaststelling direct aan het dagelijks bestuur verzonden. 4. De adviesraad houdt een presentielijst bij die door alle aanwezige adviesraadsleden getekend dient te worden. Artikel 9. Adviesaanvragen en adviesbevoegdheid 1. De adviesraad brengt advies uit over zaken die tot zijn in artikel 2 omschreven taak kunnen worden gerekend en waarover het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost zijn advies heeft gevraagd. Bij de voorbereiding van het beleid, aanpassingen, veranderingen cq actualisatie van beleid betreffende Wmo gerelateerde onderwerpen, vraagt het dagelijks bestuur schriftelijk én tijdig, minimaal acht weken voor het nemen van een besluit, advies aan de adviesraad. In de aanvraag wordt expliciet vermeld over welke punten advies wordt gevraagd. Leden van de adviesraad ontvangen hiertoe schriftelijk alle relevante informatie. 2. De adviesraad brengt schriftelijk én tijdig, binnen acht weken nadat door het dagelijks bestuur een advies is gevraagd, een advies uit aan het dagelijks bestuur, tenzij in onderling overleg een andere termijn wordt overeengekomen. 3

4 3. Het dagelijks bestuur reageert schriftelijk én tijdig, maximaal acht weken na het uitbrengen van het advies, op het uitgebrachte advies van adviesraad. Het dagelijks bestuur geeft hierin aan in hoeverre het advies van de adviesraad wordt overgenomen of wordt meegenomen. Indien het dagelijks bestuur het advies van de adviesraad niet opvolgt, licht het dagelijks bestuur dit schriftelijke toe. 4. Indien het dagelijks bestuur afwijkt van dit advies dient het dagelijks bestuur schriftelijk en gemotiveerd de deelraad van Stadsdeel Oost aan te geven waarom het advies niet is overgenomen. Dit geldt alleen indien de besluitvorming binnen de bevoegdheid van de deelraad valt. 5. Indien de adviesraad aanleiding ziet om een ongevraagd advies uit te brengen aan het Dagelijks bestuur, zal zij van dit recht gebruik maken en op dezelfde wijze als bij een gevraagd advies tot een advies komen. 6. Alle adviezen van de adviesraad worden ter kennisname aan de deelraad verstrekt. 7. De adviesraad is niet bevoegd te adviseren over klachten, bezwaarschriften en andere zaken, voor zover die op individuele cliënten betrekking hebben. 8. Zodra het advies uit is gebracht aan het dagelijks bestuur maakt de adviesraad haar adviezen via de media van het stadsdeel bekend. Artikel 10. Inzet deskundigen De adviesraad is bevoegd deskundigen in de vergaderingen uit te nodigen voor het geven van een toelichting op te behandelen onderwerpen op speciaal vakgebied. De eventuele kosten van deze deskundigen kunnen uitsluitend worden vergoed, nadat tevoren daartoe toestemming is verleend door het dagelijks bestuur van stadsdeel Oost en zullen binnen de betreffende begrotingspost moeten vallen. Artikel 11. Geheimhoudingsplicht De adviesraad neemt kennis van het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht. Behalve na voorafgaande schriftelijke toestemming van het dagelijks bestuur zal de adviesraad informatie met een vertrouwelijk karakter niet aan derden kenbaar maken. Artikel 12. Presentiegelden en bureaukosten 1. Jaarlijks, vóór 1 oktober, kan de adviesraad een werkbudget aanvragen bij Stadsdeel Oost voor de kosten van materiële voorzieningen en onkosten van de adviesraad. 2. Onder materiële voorzieningen wordt verstaan: vergoeding voor secretariële/administratieve ondersteuning van de adviesraad. 3. Onder onkosten wordt verstaan: ten behoeve van de adviesraad gemaakte vervoers-, telefoon-, publiciteitskosten en eventuele kosten ter deskundigheidsbevordering. 4. Het dagelijks bestuur stelt het budget vast op grond van een ingediend verzoek dat is gebaseerd op een bijgevoegd werkprogramma en een begroting. Het dagelijks bestuur bepaalt de hoogte van deze vergoeding, waarbij het aan het dagelijks bestuur is om te bepalen welke maatstaven hiervoor worden gebruikt. Artikel 13. Verantwoording Na afloop van een kalenderjaar biedt de adviesraad voor 1 april van het daaropvolgende jaar aan het dagelijks bestuur jaarlijks een inhoudelijk en financieel jaarverslag aan. Artikel 14. Uitleg verordening In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist: 1. De voorzitter van de adviesraad, indien het de vergaderorde betreft; 4

5 2. Het dagelijks bestuur, in overleg met de adviesraad, over andere aangelegenheden. Artikel 15. Inwerkingtreding en duur van verordening Deze verordening treedt in werking de dag na publicatie. Aan de hand van de gevolgen van een nieuw bestuurlijk stelsel zal na mei 2014 opnieuw bekeken worden of deze verordening in de huidige vorm kan blijven bestaan. Artikel 16. Citeerartikel Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening WMO Adviesraad Stadsdeel Oost. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de stadsdeelraad van stadsdeel oost d.d. 26 november De deelraad voornoemd, de griffier,.. de voorzitter,. 5