Studiegids. Bacheloropleiding Pedagogiek vanuit ecologisch perspectief in deeltijd

Transcriptie

1 Studiegids Bacheloropleiding Pedagogiek vanuit ecologisch perspectief in deeltijd Hogeschool Utrecht, HU Diensten Utrecht, juli 2016

2 Inhoudsopgave 1 Voorwoord 5 2 Inrichting van de opleiding Beroepsprofiel Beroep Uitwerking van beroepsprofiel Competenties beginnende beroepsbeoefenaar Vaardigheden afgestudeerde Werkveld en functies Opleidingsprofiel Algemeen Doelstelling opleiding Het hbo-niveau van de opleiding Didactische uitgangspunten Inrichting opleiding Opleidingsvarianten Verkorte en versnelde opleidingsroutes Getuigschriften Graden en titulatuur Opleidingsstructuur Propedeuse Programma Studieadvies Overstappen Hoofdfase Toelating hoofdfase Programma s Praktijkplaats Profileringsruimte Excelleren Afstuderen Vervolgopleidingsmogelijkheden Examencommissie Instelling en benoeming Samenstelling Taken en bevoegdheden Verzoekschrift Introductie- en begeleidingsdagen, excursies, werkweken en trainingen Voorzieningen Begeleiding ICT-faciliteiten Algemeen Wachtwoord Informatiebeveiliging en privacy Registratie studievoortgang MijnHU AskHU OSIRIS Student Student Informatiepunt (STIP) Studievereniging Opleidingscommissies Contactgegevens Cursussen Cursusdeelname Inschrijving voor cursussen Aanwezigheidsplicht Ingangseisen Hogeschool Utrecht, juli /84

3 3.5 Cursusbeschrijvingen Tentamens en examens Introductie Vrijstellingen Organisatie tentamens Tentamenvorm en -duur Tentamenrooster Inschrijving en deelname (her)tentamens Voorzieningen in geval van een functiebeperking Legitimatieplicht bij tentamens Beoordeling Toekennen resultaat en inzage Onregelmatigheden / fraude Bewaring en teruggave tentamen- en examenwerk Geldigheidsduur resultaten Diplomering Procedure afgifte diploma Aantekening cum laude of met genoegen Roosters HU-onderwijsjaarrooster Vakanties en vrije dagen Lesdagen en -tijden Openingstijden gebouwen Roosterinformatie en -wijzigingen Klachten, bezwaar en beroep Inleiding Bezwaar Beroep Beroep aantekenen Hoger beroep Klachten Klacht indienen Herzieningsverzoeken bij klachten Ongewenst gedrag Schema klachten, bezwaar en beroep Studentzaken Studiebegeleiding Profileringsfonds Studentendecaan Centrum Studiekeuze Vertrouwenspersoon Studentenarts Bureau Studentenpsychologen Mediation Studeren met een functiebeperking Verbetering taalvaardigheden Bibliotheek Internationalisering Study abroad Stage of afstuderen in het buitenland Medezeggenschap Inspraakorganen Ondersteuning bestuurlijk actieve studenten Studium Generale Studentenvereniging Algemeen Bestuursbeurs Topsport Trajectum Hogeschool Utrecht, juli /84

4 8.18 Sport Veilig, gezond en milieuvriendelijk studeren Verzekeringen: aansprakelijkheid, ongevallen en reisverzekering Werken naast uw studie Huisvesting Over de HU Algemene informatie Onderwijsprofiel HU Bachelor- en masterstelsel Hogeschool- en faculteitsregelingen Orderegels Kwaliteitszorg Organogram HU Locaties HU Algemene informatie faculteit Algemeen Organogram faculteit Contactgegevens Plattegrond Praktische voorschriften en aanwijzingen Faciliteiten In- en uitschrijven voor de opleiding Toelatingsonderzoek Studiekosten, eigen bijdragen en tegemoetkoming Collegegeld Kosten voor boeken en leermiddelen Overige kosten Financiële tegemoetkoming Bijlagen Onderwijs- en examenregeling Cursusbeschrijvingen Conversietabellen Overige regelingen Verwijzingen Links en adressen Deze studiegids is op 26 april 2016 vastgesteld door de instituutsdirecteur, gevolgd door een positief advies van de (G)OC en goedgekeurd door de faculteitsdirecteur op 20 juni Hogeschool Utrecht, juli /84

5 1 Voorwoord Beste student, Voor u ligt de studiegids van uw opleiding Ecologische Pedagogiek in deeltijd. We hopen dat u bij onze opleiding een prettige en succesvolle studietijd heeft. In deze studiegids vindt u belangrijke spelregels en nuttige informatie over uw studie. Hogeschool Utrecht biedt vraaggestuurd en competentiegericht onderwijs. Competentiegericht wil zeggen dat u vaardigheden opdoet die aansluiten bij het beroepsleven (Beroepsprofiel). Met vraaggestuurd onderwijs streven wij er naar het onderwijs en de ondersteuning eromheen zo in te richten dat u zich tijdens uw studie kunt ontwikkelen op een manier die ú belangrijk vindt en die bij u past. Hieronder vindt u informatie over de belangrijkste aspecten van uw studie. Invloed van de student Veel van onze mogelijkheden zijn ontwikkeld en verbeterd op initiatief van uw medestudenten. De hogeschool beschouwt u dan ook als partner; u maakt deel uit van onze kennisgemeenschap. De HU hecht veel waarde aan uw mening en ideeën. Dat begint al bij de evaluaties van alle cursussen, waar u als student uw oordeel en verbetertips kunt geven. Ook organiseren we op opleidingen en faculteiten 1 onderwijsdialogen, waarin we samen in gesprek gaan over uw opleiding en alles eromheen. De HU ondersteunt actief deelname van studenten in opleidingscommissies en medezeggenschapsorganen (Medezeggenschap). We vragen u elk jaar de NSE (Nationale Studenten Enquête) in te vullen. En bent u bijzonder tevreden over het onderwijs van die ene docent(e), nomineer hem/haar dan als docent(e) van het jaar. Excelleren De HU waardeert en stimuleert verschillende vormen van excellentie. Als u uitstekende resultaten in uw studie behaalt, ontvangt u bij uw diploma de aantekening cum laude of met genoegen (Aantekeningen). U kunt ook uitblinken op aspecten als innovatie en leiderschap, en ook dat wil de HU graag bevorderen. Hiervoor hebben we honourstrajecten ontwikkeld. U kunt met het volgen van deze trajecten Ster Verklaringen behalen. Als u vijf verschillende Ster Verklaringen behaalt, krijgt u het Honours Certificaat. Dit is een officieel HU-waardepapier dat u bij uw afstuderen naast uw diploma ontvangt (Excelleren). Verbreden en verdiepen Veel opleidingen kennen afstudeerrichtingen waarmee u zich kunt specialiseren op een onderdeel van uw vakgebied. Daarnaast kennen de meeste opleidingen de zogenaamde vrije profileringsruimte (van 30 EC, een half jaar), die u kunt gebruiken om u te verdiepen binnen uw eigen vakgebied, of om kennis te maken met een geheel ander vakgebied. Dat kan binnen uw faculteit of binnen een opleiding van een andere faculteit, maar ook een cursus aan een andere instelling is vaak mogelijk (Profileren). Verder bestaat de mogelijkheid een eigen examenprogramma te ontwikkelen. De examencommissie van uw opleiding (Examencommissie) moet daar toestemming voor geven. Voor advies over zo n eigen examenprogramma kunt u terecht bij uw studieloopbaanbegeleider (Begeleiding). Ook is er Studium Generale dat inspirerende programma s aanbiedt. Wat anders? U kunt uw studietijd natuurlijk ook benutten om u zo breed mogelijk te ontwikkelen en extra ervaring buiten uw reguliere studie op te doen.. Wilt u een tijdje studeren in het buitenland (Internationalisering)? Of denkt u erover bestuurlijk actief te worden in bijvoorbeeld een studievereniging, een gezelligheidsvereniging of een studentensportclub (Sport)? Of combineert u topsport met een studie (Topsport)? Ook kunt u ervaring opdoen in medezeggenschap en opleidingscommissies. Er is van alles denkbaar dat door de HU actief ondersteund wordt. 1 Let op. De organisatiestructuur van de Hogeschool Utrecht is onderhevig aan mutaties. Het kan zijn dat verantwoordelijkheden in het studiejaar bij andere verantwoordelijken, gremia, organisatieonderdelen worden belegd. Op het moment dat de mutaties volledig uitgekristalliseerd zijn, zal een erratum in dezen op de site van de studiegidsen worden gepubliceerd. Hogeschool Utrecht, juli /84

6 Studievertraging Het kan gebeuren dat uw studie niet verloopt zoals u dat graag zou willen. Zeker als bijzondere omstandigheden als ziekte een rol spelen is het belangrijk om contact te zoeken met zowel de studieloopbaanbegeleider (Begeleiding) als de decaan (Studentdecaan). In veel gevallen is extra ondersteuning mogelijk. Haalt u bijvoorbeeld te weinig studiepunten en dreigt u een negatief studieadvies te krijgen, dan kunt u hulp krijgen bij het maken van een studieplanning (Studieadvies). Het is natuurlijk niet wenselijk dat u (veel) te lang over uw studie doet. Om dat te voorkomen, bieden opleidingen soms inhaaltrajecten aan. Die worden via MijnHU bekend gemaakt. Heeft u een functiebeperking? Mogelijk heeft u dan meer tijd nodig voor uw studie, maar dat hoeft niet altijd het geval te zijn. De hogeschool kent een breed scala aan voorzieningen die u in uw studie kunnen ondersteunen (Studeren met een functiebeperking). Problemen en klachten Heeft u problemen die uw studie negatief kunnen beïnvloeden? Bij uw slb er (Begeleiding) of een studentendecaan (Studentdecaan) bent u daarmee aan het juiste adres; zij kunnen u adviseren of doorverwijzen. Als u klachten heeft over de bejegening door studenten of medewerkers, kunt u ook een vertrouwenspersoon (Vertrouwenspersoon) inschakelen. Als er sprake is van een escalerende situatie kunnen onze studentmediators helpen om verdere escalatie te voorkomen en de samenwerking weer te herstellen (Mediation). En gaat er binnen de HU iets fout of bent u het niet eens met een besluit? Informatie over bezwaren en klachten (Klachten, bezwaar en beroep) is te vinden via AskHU. Ook hiervoor is de studentendecaan het eerste aanspreekpunt. Wat verwacht de HU van u? Wij streven ernaar u een opleiding en studieklimaat te bieden waarin u zich optimaal kunt ontplooien. Daarvoor is het nodig dat iedere student zich aan de interne regels houdt (Orderegels). Ongewenst gedrag (bijvoorbeeld intimidatie, hat s, verbaal of fysiek geweld) wordt niet getolereerd. Als u een diploma haalt, moet u dat ook hebben verdiend: fraude (Onregelmatigheden / fraude) wordt niet getolereerd. Zeker als dit gevolgen heeft voor onschuldige medestudenten, doordat tentamenresultaten ongeldig worden verklaard, zijn de straffen zwaar. Zowel ongewenst gedrag als fraude kan leiden tot verwijdering van de opleiding. Er zijn heel veel mogelijkheden bij de HU om een prettige studietijd te hebben. U vindt het merendeel terug in deze studiegids. Lees de gids goed door voordat u aan uw studie begint. Is iets niet duidelijk of kunt u bepaalde informatie niet vinden, kijk dan op MijnHU of vraag het uw slb er (Begeleiding) of bij het STIP (Student informatiepunt). We wensen u een prettige studietijd en veel succes in dit studiejaar. Mede namens alle collega s die aan uw opleiding bijdragen, Dr. Stijn Verhagen Directeur Instituut voor Ecologische Pedagogiek Hogeschool Utrecht, juli /84

7 2 Inrichting van de opleiding 2.1 Beroepsprofiel Beroep De deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek van het Instituut voor Ecologische Pedagogiek (IEP) sluit aan bij het landelijk opleidings- en competentieprofiel van de hbo-bachelor opleiding Pedagogiek zoals weergegeven in de uitgave Opvoedingsrelaties Versterken van het Landelijk Opleidingsoverleg Pedagogiek uit De opleiding participeert in dit opleidingsoverleg dat zich momenteel beraadt over een actualisering van het opleidingsprofiel. De hbo-pedagoog werkt in en met dagelijkse opvoedingssituaties, en ook met kinderen in risicosituaties. Verder werkt hij met kwetsbare groepen, waarbij hij 1 oog heeft voor de psychosociale, emotionele en gedragsmatige stoornissen. Maatschappelijke ontwikkelingen in de snel veranderende maatschappij zijn van invloed op opvoedingskwesties en hebben een toenemende behoefte aan opvoedingsondersteuning tot gevolg. Een hbo-pedagoog richt zich op: het functioneren in de primaire leefsituatie, gericht op het volwaardig kunnen meedoen in de directe woon- en leefomgeving; het functioneren in de sociale omgeving, gericht op volwaardig functioneren in organisaties, instanties en netwerken; het functioneren als lid van de samenleving, gericht op volwaardig meedoen aan de maatschappij; het menselijk bestaan op zich, gericht op existentiële vragen en bevordering van humaniteit door expliciet zinvragen aan de orde te stellen. Hbo-pedagogen richten zich specifiek op opvoedingsrelaties tussen kinderen en jongeren en hun opvoeders, zowel in gezinsverband als in institutioneel verband (waaronder school en de maatschappelijke omgeving). De pedagogische relatie krijgt invulling vanuit de verantwoordelijkheid die de opvoeder heeft ten opzichte van het kind: het is geen relatie tussen twee gelijken zonder meer, maar wel tussen twee mensen die gelijkwaardig zijn, waarbij de opvoeder de verantwoordelijkheid heeft om het kind verder te brengen in zijn of haar ontwikkeling door het bijbrengen en voorleven van waarden en de daaruit voortvloeiende normen. Een hbo-pedagoog richt zich op de meervoudige relatie tussen opvoeders, de opvoedingscontext en degenen die opgevoed worden. Daarnaast is een hbo-pedagoog actief op het gebied van de participatie van de jeugd in de samenleving, bij beleidsadvisering en bij de signalering van opvoedingsproblematiek als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen (zoals grootstedelijk samenleven, de invloed van media op kinderen en jongeren en integratie en segregatie). Een hbo-pedagoog legt de nadruk op de samenleving in haar sociale, politieke en ecologische dimensie en zet in op een algemeen leef kwaliteit bevorderend klimaat alvorens over te gaan tot specifieke preventiemaatregelen en curatieve maatregelen Uitwerking van beroepsprofiel De deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek bekijkt professioneel pedagogisch handelen vanuit ecologisch perspectief. Een pedagoog met een ecologisch perspectief erkent dat opvoedingssituaties divers en complex zijn en voortdurend veranderen. Dat betekent onder meer: niet te snel conclusies trekken of verhalen van kinderen en jongeren vanuit één theorie verklaren, maar juist meerdere perspectieven ontdekken en kritisch zijn ten opzichte van de gebruikte hulpmiddelen en heersende opvattingen. In elke situatie vraagt een pedagoog met een ecologisch perspectief zich af wat er zich in de context afspeelt en is hij zich bewust van gezagsverhoudingen en van nieuwe ontwikkelingen in de pedagogische werkvelden zorg, welzijn en educatie. Een pedagoog met een ecologisch perspectief is vrij in het maken van professionele keuzes in relatie met de professionele verantwoordelijkheid. Het ethisch besef van complexiteit maakt dat wijsheid van belang is, wijsheid in relatie met de wereld om ons heen, wijsheid vanuit welbevinden en betrokkenheid. 1 Waar hij geschreven staat kan ook zij gelezen worden. 2 Deklerck, J. (red.).(2012). Preventie en aanpak, een veelkleurig verhaal, van probleemgedrag in het onderwijs. Leuven/Den Haag: Acco. Hogeschool Utrecht, juli /84

8 Een hbo-pedagoog met een ecologische visie heeft een onderzoekende en een kritische houding ten opzichte van een voortdurende veranderende context en dominante opvattingen in de maatschappij. Een ecologisch pedagoog onderzoekt een opvoedingssituatie en gaat bewust op zoek naar meerstemmigheid. Meerstemmigheid hangt samen met de maatschappij kritische keuze om vooral het verhaal van de direct betrokkenen te bekrachtigen ten opzichte van de grotere verhalen van (overheids-)beleid. De kracht van een ecologisch pedagogisch perspectief is om het verhaal van kinderen en jongeren en andere betrokkenen te verstaan 3 en te begrijpen. Het verhaal is veelal meerstemmig en meervoudig, omdat het verhaal van kinderen en jongeren gevoed wordt vanuit verschillende contexten en culturen. Een pedagoog met een ecologisch perspectief realiseert zich dat zijn visie op het verhaal subjectief is en gebaseerd op de eigen normen en waarden. Een pedagoog vanuit een ecologisch perspectief beweegt zich in de complexiteit van het dagelijks leven en is gericht op samenwerking en dialoog met en tussen alle direct betrokkenen in de opvoedingscontext. Om een verbinding met anderen aan te gaan vinden wij het houdingsaspect en authenticiteit in het aangaan en onderhouden van een relatie een belangrijk aspect. Pedagoog is een vorm van zijn, en dat is meer dan alleen doen. 4 In de uitwerking van het beroepsprofiel van de bacheloropleiding Pedagogiek van het Instituut voor Ecologische Pedagogiek zijn de competenties van het landelijk opleidings- en competentieprofiel uitgewerkt naar vier fasen die we in de opleiding onderscheiden: de oriënterende fase, de beroepsvoorbereidende fase, de concretiserende fase en de specialisatiefase. We besteden daarbij specifiek aandacht aan de ontwikkeling van toenemende zelfstandigheid van de student en aan de toepassing van competenties in contexten van een toenemende complexiteit. Deze uitwerking van het beroepsprofiel van de opleiding is terug te vinden via de AskHU-portal. De deeltijdopleiding richt zich op mensen met beroepservaring die Pedagogiek op hbo-niveau willen studeren. De inrichting van de deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek vanuit een ecologisch perspectief is flexibel en wordt afgestemd op de ambities van studenten, behoeften van het beroepenveld en doelstellingen van de hogeschool. De deeltijdopleiding biedt studenten de mogelijkheid om te differentiëren naar interessegebieden en in de hoofdfase te kiezen voor een afstudeerrichting Eco Mediated Pedagogy (pedagogiek en natuur), Educatie (pedagogiek en leren), Orthopedagogiek (pedagogiek en gedragsproblematiek) of Jeugzorgwerker (pedagogiek en jeugdzorg) Competenties beginnende beroepsbeoefenaar Volgens de standaarden van sociaal agogische beroepen 5 is een hbo-pedagoog: betrokken, empathisch, assertief, representatief en integer en in staat om professionele macht en verantwoordelijkheid te hanteren. Naast deze persoonlijke kwaliteiten beschikt een hbo-professional over de generieke competenties: Contactueel en communicatief handelen; Vraag- en oplossingsgericht handelen; Doel- en resultaatgericht handelen; Ondernemend en innovatief handelen; Inzichtelijk en verantwoord handelen; Professioneel en kwaliteitsgericht handelen. Een hbo-pedagoog zal afhankelijk van de beroepscontext en taken de competenties inzetten. Tevens dient een hbo-pedagoog te beschikken over de veertien competenties uit het landelijk opleidings- en competentieprofiel van de hbo-pedagoog. We onderscheiden een elftal cliëntgebonden competenties en een drietal niet-cliëntgebonden competenties: Cliëntgebonden competenties De hbo-pedagoog: 1. signaleert en analyseert opvoedingsvragen, en oriënteert zich op de opvoedingssituatie; 2. gaat een pedagogische relatie aan en onderhoudt deze; 3. geeft vorm aan een pedagogisch klimaat dat ontwikkelingskansen biedt; 3 Volgens Banning & Banning-Mul (2005; 44) is verstaan van de ander een aspect van communicatie waarbij het verhaal van de ander onbevangen en met respect benaderd wordt. 4 Stevens, L. & Bors, G. (2014). Pedagogisch tact. Antwerpen-Apeldoorn: Garant. 5 Sectorraad Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs. (2008). Vele takken, één stam. Amsterdam: B.B. Uitgeverij SWP. Hogeschool Utrecht, juli /84

9 4. informeert en verzorgt voorlichting/scholing, op basis van een analyse van opvoedingsvragen van individuen of groepen; 5. kan begeleiden en adviseren met betrekking tot opvoedingsvragen en problemen, zowel vraaggericht als directief, schat daarbij de haalbaarheid van de adviezen in, en verwijst waar nodig is door naar specialistische hulpverlening; 6. begeleidt en ondersteunt (mede-)opvoeders bij het creëren van meer ontwikkelingskansen, op basis van een analyse van het ontwikkelingsniveau van de kinderen en het pedagogisch handelen van (mede-)opvoeders; 7. hanteert een behandelmethodiek die is afgestemd op doelgroep en opvoedingsvraag; 8. zorgt als verbindingspersoon voor toeleiding van kind en opvoeders naar specifieke voorzieningen of specialistische hulpverlening; 9. signaleert pedagogische problematieken, doet nader onderzoek en vertaalt uitkomsten naar pedagogisch beleid; 10. initieert, implementeert en evalueert pedagogisch beleid/ jeugdbeleid (van zowel instellingen met een pedagogische taak als lokale en regionale overheid) en hanteert daarbij innovatieve werkwijzen; 11. brengt inhoudelijke afstemming tot stand over de terreinen en grenzen van deskundigheid en instellingen heen, op het gebied van pedagogisch beleid en pedagogische interventie. Niet- cliëntgebonden competenties De hbo-pedagoog: 12. communiceert informatie, ideeën en oplossingen intern en extern, werkt team- en ketengericht samen en geeft leiding aan producten in een multidisciplinaire context; 13. ondersteunt anderen, zowel individuen als groepen, in het oog hebben voor en omgaan met maatschappelijke en culturele diversiteit; 14. neemt verantwoordelijkheid voor het eigen beroepsmatig handelen, reflecteert erop en geeft sturing aan de verdere ontwikkeling ervan en kan zich deels een oordeel vormen over de waarde gebonden opvattingen die het pedagogisch handelen bepalen en heeft daarop zelf een visie ontwikkeld. Studenten die willen afstuderen conform de competenties van het Landelijk Uitstroomprofiel Jeugdzorgwerker (Sectorraad HSAO,2010) moeten voldoen aan de daarvoor gestelde eisen. Deze aanvullende competenties en de wijze waarop daaraan kan worden voldaan, zijn opgenomen in een aparte studiehandleiding Vaardigheden afgestudeerde Als afgestudeerde kunt u laten zien dat u voldoet aan de algemene eisen (zie 2.2.3) voor hbo ers geformuleerd in de kwaliteitsstandaarden van de Vereniging Hogescholen en de algemeen geldende kernkwaliteiten en competenties van professionals in sociaal agogische beroepen (zie 2.1.3). Daarbij bent u in staat uw professionele en persoonlijke kwaliteiten vanuit een ecologisch perspectief onderzoekend en lerend met elkaar te (blijven) verbinden. U kunt: als medeopvoeder en als opvoedingsondersteuner werken - op een gedegen theoretische basis, - met een goed ontwikkeld (in methodologische zin) onderzoekend vermogen, - met vakmanschap dat up-to-date is, en dat u kunt verantwoorden, - op basis van persoonlijke ethische en maatschappelijke overwegingen; u bent herkenbaar als pedagoog met een ecologisch perspectief die: - initiatief neemt, - onbevooroordeeld en nieuwsgierig is. - flexibel is in verschillende beroepssituaties en - bereid is opvoedingssituaties vanuit meerdere perspectieven te onderzoeken en te benaderen; u kunt kennis, vaardigheden en houdingen integreren in adequaat professioneel handelen in een beroepsrelevante situatie; u werkt met een ecologische focus, ziet niet alleen risico s maar ook mogelijkheden, en betrekt anderen actief bij opvoedprocessen; u kunt kritisch zijn naar uzelf, naar anderen en naar heersende procedures, regels en systemen; u neemt op alle niveaus waarop u werkt verantwoordelijkheid voor processen en voor resultaten; u draagt bij aan de ontwikkeling en vernieuwing van de beroepspraktijk. Hogeschool Utrecht, juli /84

10 2.1.5 Werkveld en functies In de opleiding wordt er vanuit gegaan dat afgestudeerden veelal in ondersteunende en coördinerende functies binnen het pedagogisch werkveld terechtkomen. De hbo-pedagoog heeft over het algemeen een indirecte relatie met de ontvanger van opvoeding. De kerntaken van de hbo-pedagoog zullen daarom vooral zijn: 1. Het voorlichten van opvoeders (en minderjarigen); 2. Het adviseren en begeleiden van opvoeders (en minderjarigen); 3. Het doorverwijzen van opvoeders en minderjarigen naar gespecialiseerde hulpverleners; 4. Het signaleren van mogelijk problemen op pedagogisch terrein; 5. Het coördineren van werkzaamheden in en tussen pedagogische basisvoorzieningen; 6. De beleidsvoorbereiding en ondersteuning. Een hbo-pedagoog die werkt vanuit een ecologisch perspectief wordt niet opgeleid voor een specifieke functie. Een pedagoog die werkt vanuit een ecologisch perspectief is breed inzetbaar en kan vanuit een verbindende, onderzoekende en lerende houding samenwerken. De ecologische visie past goed bij de huidige ontwikkelingen in het werkveld, waarbij professionals worden ingezet als (kritisch) regisseur van hulpverleningstrajecten en waarbij de problematiek vanuit diverse perspectieven wordt bekeken 6. Een ecologisch pedagoog zet de belevingen en de belangen van de kinderen, jongeren en opvoeders in het systeem centraal. Met het kiezen van een afstudeerrichting worden de studenten van de deeltijdopleiding Pedagogiek vanuit een ecologisch perspectief in de gelegenheid gesteld zich te richten op een bepaalde functie, doelgroep of werkveld. Zo kent de opleiding de afstudeerrichting Eco Mediated Pedagogy waarin natuur als pedagogisch hulpmiddel en pedagogische ruimte wordt ingezet. Er is de afstudeerrichting Educatie waarbij het leren in relatie tot de pedagogische relatie meer op de voorgrond treedt. Ook kent de deeltijdopleiding de afstudeerrichting Orthopedagogiek waarin het accent ligt op zeer complexe opvoedingssituaties. De studenten die kiezen voor een afstudeerrichting worden binnen de bestaande leerdomeinen en de afstudeereenheid in de gelegenheid gesteld aan de specialisatie te werken. En tot slot is er het uitstroomprofiel Jeugdzorgwerker waarmee aankomende professionals voldoen aan de eisen voor registratie bij het Kwaliteitsregister Jeugd. 2.2 Opleidingsprofiel Algemeen De deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek is onderdeel van het Instituut voor Ecologische Pedagogiek (IEP) van de Hogeschool Utrecht (HU). Wij leiden studenten op tot zelfverantwoordelijke, zelfinzichtelijke, ecologisch pedagogen, die zich daadwerkelijk betrokken en verantwoordelijk voelen bij hun eigen leerproces en in het verlengde daarvan bij dat van hun (toekomstige) faciliterende, verbindende, kritische en profilerende ondersteunende opdracht als professioneel opvoeder. Vanuit een ecologisch pedagogisch gedachtengoed leidt de deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek hbo-pedagogen op volgens het opleidingsconcept Levend Leren (zie 2.2.4). De vormgeving en inhoud van de opleiding worden aan de hand van een leerlandschap 7 in een voortdurende dialoog met student, medestudenten, collega s uit het werkveld en coaches (docenten) samengesteld Doelstelling opleiding De deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek vanuit een ecologisch perspectief wil hbo-pedagogen opleiden tot normatieve, onderzoekende en kritische professionals. Hbo-pedagogen die de kwaliteiten beheersen om kinderen en jongeren en hun (professionele) opvoeders te ondersteunen in het opgroei- en opvoedingsproces. Het belangrijkste doel van deze begeleiding en ondersteuning door hbo-pedagogen is 6 Auditrapport opleiding Bachelor Pedagogiek Hogeschool Utrecht, Een leerlandschap is een postmodern alternatief voor een curriculum waarbij de kaders van de opleiding zijn aangegeven, maar niet tot in detail zijn uitgewerkt. Hogeschool Utrecht, juli /84

11 om kinderen en jongeren hun leven (nu en in de toekomst) zo goed mogelijk te laten leven en hun keuzes en mogelijkheden in te laten zien. Daarbij hanteert de opleiding een integrale en ecologische pedagogische aanpak, gericht op persoonlijkheidsvorming, sociaal-culturele ontwikkeling, cultivatie van normbesef en sociaal gedrag. Binnen de deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek ligt de nadruk sterk op leren samenwerken in een multidisciplinaire context, op verwerving van specifieke beroepsgerichte kwaliteiten naast persoonsgerichte kwaliteiten en op een flexibele afstemming van de individuele opleidingstrajecten van studenten op de gedifferentieerde beroepssituatie. De deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek vanuit een ecologisch perspectief is gericht op het tot stand brengen van integraal denken en beroepsmatig handelen met betrekking tot de fundamentele en specifieke aanpak voor welzijn in macro, meso en micro opvoedingsmilieus Het hbo-niveau van de opleiding De HU heeft als taak om u als student op te leiden voor een functie op hbo-niveau. Het leerlandschap van de deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek is mede op basis van de kwalificaties voor de hbo-bachelor 8, de Dublin descriptoren 9 en elementen vanuit de huidige maatschappij en beroepenveld 10 samengesteld om het vereiste hbo-niveau voor beroepsuitoefening te bereiken. De hbo kwalificaties benadrukken deze brede professionalisering op basis van actuele toepasbare kennis in een multidisciplinaire (beroeps-)context alsmede de creatieve, probleemgerichte en methodische manier van werken. Daarnaast wijzen deze kwalificaties op het belang van sociale communicatieve en managementvaardigheden en op het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid. De deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek is erop gericht dat studenten: aantoonbare kennis van en inzicht in de kernelementen van de wetenschappelijke pedagogiek verwerven en kennis maken met een aantal van de nieuwste ontwikkelingen binnen de pedagogiek (Dublin-descriptor: kennis en inzicht. Competenties 1 t/m 3, 9 en 14); vaardigheden verwerven die hen in staat stellen om verworven kennis en inzicht op een professionele, bij ecologische pedagogiek passende manier toe te passen, om standpunten te formuleren en die te onderbouwen met argumenten en om pedagogisch gerelateerde problemen op te lossen (Dublindescriptor: toepassen kennis en inzicht. Competenties 1 t/m 3 en 5 t/m 7); vaardigheden verwerven die hen in staat stellen om, op basis van een vraag of een probleem op het gebied van de pedagogiek, relevante gegevens te identificeren en te verzamelen en die te interpreteren met het doel zich een oordeel te vormen en dat oordeel mede te baseren op een afweging van relevante sociaal maatschappelijke, wetenschappelijke en/of ethische aspecten (Dublindescriptor: oordeelsvorming. Competenties 1, 7, 9, 10 en 14); vaardigheden verwerven die hen in staat stellen om informatie over en uit de pedagogiek, ideeën en oplossingen voor problemen over te brengen op een publiek bestaande uit specialiseten of nietspecialisten (Dublin-descriptor: communicatie. Competenties 4 t/m 6, 8 en 11 t/m 13); leervaardigheden verwerven die noodzakelijk zijn voor een vervolgstudie die een hoog niveau van autonomie veronderstelt (Dublin-descriptor: leervaardigheden. Competenties 9 en 14 in het bijzonder. Leervaardigheid maakt in principe deel uit van elke competentie). Volgens het rapport Green Paper van de Vereniging Hogescholen moeten we ons realiseren dat de dynamiek van onze omgeving en de vragen vanuit het werkveld nieuwe eisen stellen aan de afgestudeerden van een hogeschool. Dit betekent dat het leerlandschap er (verder) op is gericht dat studenten: beschikken over theoretische bagage die onlosmakelijk verbonden is aan het bachelor niveau van de ecologisch pedagoog; beschikken over een onderzoekend vermogen dat leidt tot reflectie en innovatie; beschikken over ondernemingszin, en de durf om intuïtieve keuzes te maken en (verantwoorde) risico s te nemen; beschikken over een brede scope, die relaties leggen met maatschappelijke en ethische vraagstukken, culturele bagage en academische vorming; 8 commissie Kwartiermakers Accreditatie Hoger Onderwijs, De Dublin descriptoren beschrijven de eisen waaraan Europese bachelor opleidingen moeten voldoen. De vijf samenhangende criteria zijn: kennis en inzicht; toepassen kennis en inzicht; oordeelvorming; communicatie; leervaardigheden. 10 HBO raad - vereniging van hogescholen. (2009). Naar een nieuwe verenigingsagenda. Green Paper. Hogeschool Utrecht, juli /84

12 beschikken over een kosmopolitische houding 11 en kunnen werken in een open, divers en internationaal georiënteerde omgeving Didactische uitgangspunten In de deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek vanuit ecologisch perspectief gaan we er vanuit dat een mens zijn leven lang leert van, voor en door het leven waardoor we kiezen voor het opleidingsconcept Levend Leren. Leren gebeurt vaak onbewust en heeft met de volle breedte van het leven te maken. Leren doe je overal en altijd. De permanent lerende neemt zelf het initiatief, neemt zijn eigen ontwikkeling in handen, staat open voor verandering, is flexibel en is bereid te veranderen. Studenten opleiden volgens dit concept is niet de dingen voordoen en alles vooraf bepalen; het ondersteunen van de student is hem bewust te maken op denk- en handelingsniveau van zijn keuzes, zijn leerplannen en de consequenties daarvan. Voor ons onderwijs betekent dit het volgende: De competentieontwikkeling staat in dienst van de ontwikkeling van leef- en werkkwaliteiten. Leefen werkkwaliteiten zijn persoonlijke en professionele kwaliteiten die mensen kunnen ontwikkelen om als mens een zinvol, liefdevol en gelukkig leven te leiden (leefkwaliteiten) en om als beroepsbeoefenaar (in opleiding) een adequate, context specifieke performance te tonen (werkkwaliteiten). Leef- en werkkwaliteiten vragen om kennis, die gekoppeld wordt aan ervaringen, vaardigheden, attitudes en ethisch bewustzijn, en worden zichtbaar in de beroepsbeoefening en de reflectie daarop; Het onderwijs wordt vorm gegeven door middel van een leerlandschap. Het leerlandschap bestaat uit leerdomeinen en leerpodia (leer- en onderzoeksbijeenkomsten) en doet recht aan zowel de visie op opleiden vanuit een ecologisch perspectief als aan de inhoudelijke eisen zoals beschreven in het landelijk beroepsprofiel; Leren is een sociaal en interactief proces, u leert nooit alleen. Daarom werkt u in uw opleiding veel samen: met andere studenten, met coaches (docenten) en met professionals uit de praktijk. Studenten en coaches vormen gezamenlijk leergemeenschappen waarin sprake is van erkende ongelijkheid in gelijkwaardigheid waardoor wederzijdse inspiratie geoptimaliseerd wordt. De podia binnen de opleiding worden zoveel mogelijk heterogeen samengesteld; Leren is een doelgerichte activiteit van u als student. Het leerlandschap stimuleert daarom actief, reflectief, onderzoekend en zelfverantwoordelijk leren. In de opleiding wordt gewerkt vanuit teacher directed, naar self-directed en co-directed leren; De coaches inspireren, ondersteunen en coachen uw leerproces; Het leerlandschap is gebaseerd op het concurrency-principe, waarbij leermomenten op de opleiding (on campus), in de beroepspraktijk (on the job) en daarbuiten (of the job) met elkaar in verband worden gebracht en in samenhang met elkaar worden bekeken; Om vast te stellen of u in de studiefase het vereiste competentieniveau beheerst, reflecteert u na elk afgerond leerdomein op de behaalde competenties. U bouwt een portfolio op met meervoudige en gevarieerde bewijzen waarmee u aantoont aan de behaalde competenties te voldoen. Het proces, het product en uw professionele performance worden door uw studieloopbaanbegeleider (tevens uw coach) beoordeeld en geven u inzicht in de vorderingen van uw leerproces. Een voor het leerdomein verantwoordelijke coach beoordeelt inhoudelijk uw product. Het voorgaande betekent dat de opleiding verschillende onderwijsvormen kent: Leerteambijeenkomsten voor intervisie, feedback, ondersteuning, werkveldbezoeken en begeleiding; Werkplaatsdagen voor werkcollege en praktische oefeningen om samen onderzoekend te leren; Leeronderzoeksgroepen voor werkcollege en samen lerend onderzoeken; Themabijeenkomsten en workshops voor verdieping van vaardigheden of onderwerpen; Online samenwerking; Minimaal 20 uur per week werken in een pedagogische praktijk. 11 Een kosmopolitische houding is gericht op het wereldburger zijn. Hogeschool Utrecht, juli /84

13 2.3 Inrichting opleiding Opleidingsvarianten De opleiding bachelor pedagogiek van de HU kent een voltijd- en een deeltijdopleiding. De voltijd en deeltijd bachelor opleidingen van het IEP werken met een gemeenschappelijk model van beroepsontwikkeling. In deze studiegids wordt de deeltijdopleiding beschreven. Vanuit het ecologisch perspectief stemt een opleiding zich af op de studenten die de opleiding volgen waardoor de voltijd en deeltijdopleiding logischerwijs van elkaar verschillen. Vakinhoudelijk gezien zijn de opleidingen hetzelfde, u wordt opgeleid tot hbo-pedagoog vanuit een ecologisch perspectief. Voltijdopleiding Een voltijdopleiding veronderstelt dat u veertig uur per week beschikbaar bent voor het volgen van onderwijs aan de hogeschool. Voltijdopleidingen zijn bedoeld voor studenten die rechtstreeks van de havo, het vwo of het mbo (niveau 4) komen. Voor de voltijdopleiding is er een aparte studiegids. Deeltijdopleiding Deeltijd wil zeggen dat u een beperkt aantal dagen per week en/of in de avonduren de opleiding volgt. In een deeltijdopleiding is veel aandacht voor hetgeen u parallel aan uw studie in de beroepspraktijk leert. Kenmerkend is dan ook dat het werk aansluit bij het onderwijs dat u volgt. Om toegelaten te worden tot de deeltijdopleiding dient u als student aan dezelfde vooropleidingseisen te voldoen als bij de voltijdopleiding. Het diploma van de deeltijdopleiding is gelijkwaardig aan dat van de voltijdopleiding. De informatie met betrekking tot vooropleidingseisen is beschreven op de website ( Om ingeschreven te worden bij de deeltijdopleiding dient u 20 uur per week te werken in het pedagogisch werkveld of te beschikken over een vergelijkbare onbetaalde werksituatie. Deze werkzaamheden maken een integraal onderdeel uit van elk studieonderdeel Verkorte en versnelde opleidingsroutes Een verkorte route is mogelijk doordat u, nadat u bent ingeschreven voor de opleiding, vrijstellingen voor delen van het curriculum kunt krijgen. Deze vrijstellingen moet u nog wel aanvragen bij de examencommissie, die ze moet goedkeuren. Voor meer informatie over vrijstellingen: zie 4.2. Een versnelde route wil zeggen dat u in een aangepast hoger tempo het onderwijs volgt (en aan het einde 240 EC in minder dan vier jaar hebt behaald) Getuigschriften Als bewijs dat u (een deel van) de opleiding heeft afgerond (propedeuse, indien mogelijk Ad of bachelor), wordt door de examencommissie een diploma uitgereikt. De wettelijke term hiervoor is getuigschrift, maar omdat wij in het gangbare taalgebruik binnen de HU over diploma s spreken, zullen we in deze studiegids de term diploma gebruiken. We kennen binnen deze bacheloropleiding de volgende diploma s: het propedeutisch diploma na het behalen van het propedeutisch examen; het bachelordiploma na het behalen van het afsluitend examen. Uw diplomadatum is gelijk aan de datum waarop u uw laatste tentamen van uw examenprogramma heeft afgerond. De voorzitter en een lid van uw examencommissie ondertekenen het diploma. Aan het bachelordiploma en de Ad wordt een Internationaal Diploma Supplement (IDS) volgens het Europese model toegevoegd. Hier zijn geen kosten aan verbonden. Het IDS geeft inzicht in de aard en de inhoud van de opleiding en de behaalde studieresultaten. Dit bevordert de internationale herkenbaarheid van de opleiding en het diploma. U ontvangt per opleiding slechts één propedeutisch en één bachelordiploma. Het diploma wordt in beginsel in het Nederlands opgesteld. Op uw verzoek kan er, in plaats van het Nederlandstalig diploma, een Hogeschool Utrecht, juli /84

14 Engelstalig diploma worden verstrekt. Het Internationaal Diploma Supplement wordt altijd in het Engels opgesteld. Zie Procedure afgifte diploma voor de procedure voor afgifte van het diploma. Heeft u meer dan één tentamen met goed gevolg afgelegd maar krijgt u geen diploma omdat u niet het hele examenprogramma heeft behaald, dan kunt u de examencommissie vragen een verklaring af te geven. Daarop worden de door u behaalde tentamens vermeld. De verklaring wordt net als het diploma ondertekend door de voorzitter en een lid van de examencommissie Graden en titulatuur Als u een zogenaamde degree -opleiding (Associate degree of bacheloropleiding) bij de HU afrondt, krijgt u een graad. De graad wordt namens het College van Bestuur verleend door de examencommissie. Bij een bacheloropleiding wordt de graad Bachelor en bij een Associate degree-programma wordt de graad Associate degree) verleend, als u met goed gevolg het afsluitend examen heeft afgelegd. Aan de graad wordt een vermelding toegevoegd van het vakgebied of het beroepenveld waarop de graad betrekking heeft. Het verlenen van de graad Bachelor geeft het recht om deze, afgekort tot B (met toevoeging) achter uw eigen naam te vermelden. De graad Bachelor geeft u ook het recht om een titel te voeren. In dat geval mag u in plaats van de graadvermelding (dus niet in combinatie) de volgende titel gebruiken: B Social work Om de internationale herkenbaarheid van de titulatuur in het hoger beroepsonderwijs te bevorderen, mag een opleiding door een wetswijziging, wanneer dit door de minister akkoord wordt bevonden, een specifieke toevoeging aan de titulatuur hanteren. Hiervan is sprake als de opleiding door de Nederlands- Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) op haar website als zodanig daartoe wordt aangewezen. Na aanwijzing door de NVAO treedt de aanpassing van de titulatuur per eerste van de daaropvolgende maand in werking. Bijvoorbeeld: Als de NVAO in februari aangeeft dat de nieuwe titulatuurtoevoeging voor uw opleiding mag worden gehanteerd, dan is dit van toepassing op studenten waarvan de diplomadatum na 1 maart ligt. Let wel: Uw diplomadatum is gelijk aan de datum waarop u uw laatste tentamen van uw examenprogramma heeft afgerond. Als gevolg van bovenstaande wetswijziging kan de graadtoevoeging gedurende het studiejaar wijzigen. Indien hiervan sprake is en u in datzelfde studiejaar uw opleiding heeft afgerond met toekenning van de oude graad, dan kunt u uiterlijk binnen het studiejaar na afstuderen de examencommissie verzoeken om verstrekking van een diploma met de nieuwe graadtoevoeging, tegen inlevering van het oude diploma Opleidingsstructuur Studiefases De opleiding bestaat uit twee studiefases die in dit hoofdstuk verder uitgewerkt worden: de propedeutische fase en de hoofdfase. De opleiding begint met een propedeutische fase van een jaar. Deze fase sluit u af met het behalen van een propedeutisch diploma. Na de propedeuse volgt de hoofdfase van drie jaar. Deze fase sluit u af met het behalen van een bachelordiploma. Bij een Ad-opleiding volgt na de propedeuse een hoofdfase van één jaar, die wordt afgesloten met een Associate degree. Wettelijke studieduur, studielast en studiepunten De studielast van de opleiding en de bijhorende cursussen wordt uitgedrukt in hele studiepunten (EC) volgens het European Credit Transfer System (ECTS). Dit is een studiepuntensysteem om opleidingen internationaal vergelijkbaar te maken. De studielast van 1 EC komt overeen met 28 studie(klok)uren (inclusief contacttijd). Conform het opleidingsconcept Levend Leren spreken we in de deeltijd bacheloropleiding Pedagogiek niet van cursussen, maar van leerdomeinen. De leerdomeinen omvatten die leef- en werkgebieden die hbo- Hogeschool Utrecht, juli /84

15 pedagogen volgens de antropologie van de opleiding in hun leven en werk nodig hebben. 12 Leerdomeinen bieden de kaders voor zelfsturend (self-directed), samenwerkend (co-directed) en kritisch onderzoekend leren. De opleiding vraagt de studenten hun eigen leervragen en doeleinden te formuleren. Er wordt van de studenten verwacht dat zij met hun medestudenten, daarbij ondersteund en begeleid door coaches, manieren vinden om antwoorden te vinden op hun vragen en om hun doelstellingen te behalen. Onderzoeksvaardigheden zijn hierbij erg belangrijk. Met het ontwikkelen van hun onderzoekskwaliteiten leren de studenten leerdomeinen uit te werken en ontwikkelen zij een steeds meer onderzoekende houding. Coaches faciliteren en ondersteunen met behulp van het leerlandschap een ontwikkeling van zelfstandig leren middels assignments (werkopdrachten) in de propedeusefase van de opleiding naar een zelfverantwoordelijk leren in de hoofdfase waarbij coaches en studenten vanuit de erkenning van hun ongelijkheid gelijkwaardig samen onderzoeken. De reguliere bacheloropleiding duurt vier jaar. Bij de opbouw van de opleiding is een studielast van 60 EC per studiejaar als uitgangspunt genomen, oftewel 1680 uur. De totale studielast van de opleiding (onderwijs, zelfstudie en praktijktijd/stages) bedraagt dus 240 EC. De studiepunten zijn als volgt over de studiejaren verdeeld: propedeuse: 60 EC hoofdfase: 180 EC (major van 150 EC + profileringsruimte van 30 EC). Tabel verdeling studielast over opleiding: Propedeuse (60 EC) Major (150 EC) Hoofdfase (180 EC) Profileringsruimte (30 EC) In de cursusbeschrijvingen is per cursus de studielast opgenomen, uitgedrukt in hele EC. EC worden pas toegekend nadat de desbetreffende cursus met het bijbehorende tentamen is afgerond. Als er deeltentamens worden afgenomen, krijgt u pas EC als alle deeltentamens van een cursus zijn afgelegd en gezamenlijk tot een voldoende resultaat hebben geleid. Het kan zijn dat er ook eisen zijn gesteld aan de hoogte van een cijfer van een deeltentamen. Deze eisen zijn dan opgenomen in de cursusbeschrijving. Zie ook Beoordeling. U moet als deeltijdstudent Pedagogiek rekening houden met een studielast van 20 uur per week naast uw dagelijkse pedagogische praktijk van (ook) 20 uur per week. De bijeenkomsten vinden (voornamelijk) wekelijks plaats op de woensdagen. Ieder leerdomein in de deeltijd Pedagogiek omvat 15 EC en is opgebouwd uit: het uitwerken van het leerdomein, waarbij kennis, ervaringen, vaardigheden en attitude in relatie tot het thema van het leerdomein opgedaan worden (self- en co-directed leren); het voorbereiden, bijwonen en reflecteren op bijeenkomsten (self-directed leren en contacttijd); het geven van feedback aan medestudenten (co-directed leren); een reflectie op het persoonlijk en professioneel leerproces (self-directed leren); een demonstratie van de opgedane leef- en werkkwaliteiten (co-directed leren en contacttijd); het oefenen, uitvoeren van hbo-taken in de dagelijkse pedagogische praktijk. 2.4 Propedeuse De splitsing van de opleiding in een propedeutische fase en een hoofdfase is niet voor niets. De overheid markeert het eerste jaar (de propedeuse) omdat het drie belangrijke functies heeft. 12 Jansen, H. (2007). Een leerlandschap binnen levend leren. Quick-reference-card en quick-reference info. Utrecht: Uitgeverij Agiel. Hogeschool Utrecht, juli /84

16 Oriëntatie Voor uw studievoortgang is het van groot belang dat u een opleiding volgt die bij u past. Dat betekent dat de inhoud van de opleiding, het beroepenveld waarvoor u wordt opgeleid en de wijze waarop uw opleiding is georganiseerd u moeten aanspreken. De propedeuse is er mede voor bedoeld om te kijken of dat het geval is, en is daar ook op ingericht. Selectie Aan het einde van uw eerste studiejaar wordt de balans opgemaakt. Zit u wel op de juiste opleiding? Kunt u het niveau aan? Is uw studievoortgang voldoende? De antwoorden op die vragen blijken een grote voorspellende waarde te hebben voor het uiteindelijk behalen van uw diploma in de termijn die daarvoor staat. Binnen de HU maken we de balans op met een individueel studieadvies op basis van het begeleidingstraject. Daarbij wordt gekeken naar het aantal behaalde EC. Het is belangrijk dat u de norm van dit studieadvies kent. Lees hiertoe de paragraaf over Studieadvies, zodat u niet voor verrassingen komt te staan. Wie niet aan de norm voldoet krijgt een bindend negatief studieadvies en mag de opleiding niet vervolgen. In enkele situaties geldt dat een bindend negatief studieadvies zich uitstrekt tot een of meerdere opleidingen met een gelijke propedeuse. Indien dit het geval is, is dit vermeld in hoofdstuk 10 OER. Verwijzing Als u twijfelt aan uw studiekeuze, is het van belang is dat u tijdig bespreekt. Wellicht is de twijfel onterecht en is uw beeld nog niet compleet. Neem hiervoor contact op met uw studieloopbaanbegeleider. Er zijn daarnaast voorzieningen die u ondersteunen bij studietwijfel. U kunt bijvoorbeeld terecht bij Centrum Studiekeuze en een studiekeuzetest doen ( Het programma van de propedeuse van de deeltijdopleiding Pedagogiek heeft een oriënterend karakter. De student oriënteert zich in de breedte op de beroepscontext van hbo-pedagoog. De rol en taken van de pedagoog worden verkend vanuit het perspectief van verschillende opvoedingscontexten: de thuissituatie, de school/ het kinderdagcentrum, de cultuur en maatschappij en de digitale leefwereld (het zgn. vierde milieu). Tevens wordt aandacht besteed aan het perspectief van de professional zelf. In de propedeuse oriënteert de student zich op het leerlandschap; ontwikkeling; pedagogische relaties en de pedagogische praktijk in leerdomeinen. De propedeuse wordt afgesloten met een propedeuseportfolio en een PEP-talk (profilering ecologisch pedagoog). In het propedeuseportfolio legt de student de verantwoording af over de mate waarin leef- en werkkwaliteiten worden beheerst Programma Per studiejaar stelt de opleiding het onderwijsprogramma (curriculum) van zowel de gehele studie als van de onderdelen vast. Dit studieprogramma geldt uitsluitend voor het studiejaar waarvoor het is vastgesteld. De cursussen van de propedeuse zijn hieronder aangegeven inclusief het aantal bijbehorende EC en de OSIRIS-code. Een gedetailleerd overzicht en beschrijvingen van de cursussen vindt u in de bijlage Cursusbeschrijvingen en in OSIRIS ( Jaar Propedeusefase Se me ster Blok/ periode Onderwijsprogramma Leerdomeinen oriënterende fase: 1 A Oriënteren op het leerlandschap 1 B Oriënteren op pedagogische relaties 2 C Oriënteren op ontwikkeling 2 D Oriënteren op de pedagogische praktijk EC OSIRIS-code Werkvormen 15 APE-D1ORLLS APE- D1ORPDREL APE- D1ORONTW APE- D1ORPDPRK- 14 Divers Divers Divers Divers Toetsvorm Assessment Assessment Assessment Assessment Hogeschool Utrecht, juli /84