pleitnotities namens,,'-rh ten behoeve van de mondelinge behandeling; het verhandelde tijdens de mondelinge behandeling op

Transcriptie

1 vonms RECHTBANK DEN HAAG Team kanton Leiden/Gouda Locatie Leiden DL Rolnr.: L:: "':-::~J f Datum: 26 juni 2013 Vonnis in de voorziening bij voorraad van: wonende te Venhuizen (gemeente Drechterland), eisende partij in conventie, verwerende partij in reco-v=ntie, gemachtigde: mr. tegen zaakdoende te. gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie, gemachtigde: mr. M. Smit (DAS). Partijen worden aangeduid als Procedure De kantonrechter heeft kennis genomen van: het oproepingsexploot van - ~.d.24 mei 2013, met producties; conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie, met producties; brief d.d. 6 juni 2013 namens met producties, tevens akte wijziging van eis; pleitnotities namens,,'-rh ten behoeve van de mondelinge behandeling; het verhandelde tijdens de mondelinge behandeling op Feiten Op grond van de onweersproken inhoud van de stukken en het verhandelde tijdens de mondelinge behandeling gaat de kantonrechter van het volgende uit: a. " geboren op. -, is op bij voor onbepaalde tijd in dienst getreden in de functie van marketing communicatie manager. b. v e: Jo" heeft zich op 7januari 2013 ziek gemeld. c. B ij beschikking van 23 april 2013 heeft de kantonrechter van de rechtbank Noord Holland, sectie kanton, locatie Hoorn, de arbeidsovereenkomst tussen partijen met

2 Rolnr.: / ingang van 1 mei 2013 ontbonden onder toekenning van een vergoeding van 6.000,-- bruto aan ; ten laste van d. Omstreeks 6 juni 2013 heeft een bedrag van 3.963,02 netto aan Verberne betaald onder de noemer "restant salaris". Gevraagde voorziening in conventie, tevens verweer in reconventie vraagt bij wege van voorziening bij voorraad in conventie, na wijziging van eis, dat wordt veroordeeld tot betaling aan van: a. een bedrag van 4.320,02 netto aan achterstallig loon over de periode vanjuni 2012 tot en met aprii2013; b. een bedrag van 1.228,27 netto aan vakantiegeld en een bedrag van 1.914,12 bruto voor twaalf niet genoten vakantiedagen, onder gelijktijdige toezending van daarmee corresponderende bruto/netto-berekeningen; c. een bedrag van 4.417,20 als vergoeding voor gemaakte onkosten; d. de wettelijke verhoging over de onder a. en b. gevorderde bedragen; e. de wettelijke rente over de onder a. en c. gevorderde bedragen tot aan de dag der algehele voldoening (tot I mei een bedrag van 79,53); f. een bedrag van 8] 1,86 aan buitengerechtelijke kosten; g. de proceskosten., legt, samengevat, het volgende aan zijn vorderingen ten grondslag. Van meet af aan liep de arbeidsverhouding tussen partijen niet vlekkeloos. Een maand na aanvang van de werkzaamheden beschikte nog niet over een arbeidscontract. Pas op 5 juli 2012 ontving hij een concept-arbeidsovereenkomst. Tot zijn verbazing kwam de inhoud niet overeen met de gemaakte afspraken. Zo werd een lager bruto loon vermeld ( 3.200,-- in plaats van 3.500,--), was niets opgenomen over de auto die aan ter beschikking was gesteld of de vergoeding van onkosten., heeft meteen na ontvangst van het concept zijn correcties, vrsoen en opmerkingen neergelegd bij Ondanks herhaald verzoek, heeft i I.' daarop niet gereageerd. Het loon over de maanden juni en juli 2012 is niet betaald. Het loon vanaf augustus 2012 is consequent te laat en onvolledig betaald. Pas op 13 februari 2013 ontving L I voor het eerst loonstroken over de voorliggende periode vanaf juni Op basis van deze loonstroken heeft. nog recht op 1.594,16 netto over Het loon over de maanden maart en april 2013 is in het geheel niet betaald, zodat nog 2.725,86 netto open staat. Over de totale periode van juni 2012 tot en met april 2013 had op het moment van dagvaarden dus nog een bedrag van 4.320,02 netto tegoed van Na de betaling van 3.963,02 op 6juni 2013 resteert nog een bedrag van 357,-- dat. tegoed heeft van,. Ondanks dat de arbeidsovereenkomst per 1 mei 2013 is ontbonden, heeft tot op heden geen eindafrekening ontvangen met betrekking tot het opgebouwde vakantiegeld en de niet-genoten vakantiedagen. Verder weigert ~, ondanks herhaald verzoek, om de door gemaakte onkosten te vergoeden. Het betreft met name de brandstofkosten van de auto die door aan ter beschikking is gesteld. gebruikte de auto niet privé. heeft ook andere kosten gemaakt voor de toegang van beurzen. De kosten belopen in totaal een bedrag van 4.417,20. maakt aanspraak op de wettelijke verhoging en wettelijke rente over de openstaande bedragen.

3 Rolnr.: / Omdat het loon structureel te laat of helemaal niet betaalde, is in financiële problemen geraakt. Dit heeft onder andere geleid tot problemen met de betaling van de hypotheeklasten van zijn woning. heeft daarom een spoedeisend belang bij zijn vorderingen. In reconventie voert als verweer aan dat hij bij aanvang van de arbeidsovereenkomst al een ingevulde loonbelastingverklaring heeft overhandigd aan evenals een kopie van zijn identiteitsbewijs. Nadien heeft nooit meer gevraagd om een loonbelastingverklaring. Verweer in conventie, tevens eis in reconventie _ voert in conventie, samengevat, het volgende verweer. De vorderingen van worden bestreden omdat partijen een bruto loon van 3.200,-- per maand en niet van 3.500,-- per maand zijn overeengekomen.! heeft nooit afwijzend gereageerd op de schriftelijke arbeidsovereenkomst, waarin een bruto loon van 3.200,-- stond vermeld. De door overgelegde van 5 juli 2012 heeft niet ontvangen. Hij is ervan overtuigd dat deze naderhand is opgemaakt. ontkent niet dat sprake is geweest van achterstallige loonbetalingen. De reden waarom hij niet aan zijn betalingsverplichtingen heeft kunnen voldoen is dat sprake is van serieuze financiële problemen bij het bedrijf. Niet voor niets is ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzocht op grond van bedrijfseconomische redenen. Een andere belangrijke reden waarom loon niet betaald kon worden was omdat ondanks veelvuldige verzoeken van, weigerde om een loonbelastingsverklaring in te vullen en te overleggen. Omdat hiermee in gebreke bleef, maar wel geld nodig had, heeft uiteindelijk maar geschatte netto bedragen betaald. Partijen hebben nimmer de afspraak gemaakt dat onkosten door zouden worden vergoed aan \. had de vrijheid om gemaakte reiskosten we) of niet te vergoeden, eventueel in goed overleg, afhankelijk van de situatie. In artikel 5b van de arbeidsovereenkomst staat immers: "in voorkomende gevallen kan worden overgegaan tot het vergoeden van gemaakte reiskosten." Naast deze bepaling over reiskosten is niets bepaald over (andere) onkosten. Voor zover toch gehouden zou zijn om reiskosten en/of onkosten te vergoeden, voert hij (subsidiair) het volgende verweer. De opgegeven onkosten voor 1juni 2012 komen niet voor vergoeding in aanmerking omdat er toen nog geen dienstverband was. Verder zijn er geen bonnen en/of betalingsbewijzen overgelegd, zonder welke niet kan overgaan tot uitbetaling omdat hij anders problemen krijgt met de fiscus. Ook worden er onkosten opgevoerd zonder een datum te noemen. Verder worden kosten van eten en drinken opgevoerd, terwijl deze kosten normaal op bijvoorbeeld beurzen door uit de kas worden betaald. Dat wel degelijk ook privé kilometers gereden heeft met de auto, blijkt uit een boete voor een overtreding die is gepleegd op zondag 10 juni 2012, een dag waarop niet werkte. Deze boete is opgelegd omdat 161 kilometer per uur reed terwijl de maximumsnelheid 120 kilometer per uur was. Deze boete is ingehouden op het op 6 juni 2013 nabetaalde bedrag. Verder heeft getankt op 2" Kerstdag, zaterdagen en in een periode dat hij ziek was. is niet in staat om de gevorderde bedragen in één keer te betalen. Ook de toegekende ontslagvergoeding kan hij niet betalen. Voor zover hij veroordeeld wordt tot betaling van achterstallig loon, verzoekt hij daarom de wettelijke verhoging te matigen tot nihil.

4 Rolnr.: J / In reconventie vordert veroordeling van - tot afgifte van een correct ingevulde loonbelastingverklaring op straffe van een dwangsom van 300,-- voor iedere daz dat daarmee in gebreke blijft. _' legt aan deze vordering ten grondslag dat hij voor de betaling van het achterstallig loon en de eindafrekening correcte bruto-netto-specificaties moet opmaken en daarvoor dient hij te beschikken over een correct ingevulde loonbelastingverklaring. Beoordeling in conventie: In een voorlopige voorzrenmg procedure moet aan de hand van de door partijen gepresenteerde feiten, zonder nader onderzoek, beoordeeld worden of de vordering in een bodemprocedure een zodanige kans van slagen heeft, dat vooruitlopen daarop door toewijzing reeds nu gerechtvaardigd is. De kantonrechter stelt voorop dat betalingsonmacht aan de zijde van de werkgever niet voor risico hoeft te komen van de werknemer. De vordering van, aan achterstallig loon is gebaseerd op een bruto maandloon van 3.200,-- per maand. De vraag of een maandloon van 3.500,-- is overeengekomen is voor de verdere beoordeling dan ook niet relevant. Van het gevorderde bedrag van 4.320,02 netto aan achterstallig loon over de periode van juni 2012 tot en met april 2013 is door na dagvaarding een bedrag van 3.963,02 betaald. heeft de resterende E 357,-- ingehouden in verband met de verkeersboete. Ter mondelinge behandeling heeft. gesteld dat hij dit bedrag reeds contant aan Van der Meij heeft betaald. Dat laatste is door bestreden. Een voorlopige voorziening procedure leent zich niet voor bewijslevering, zodat er op dit moment onvoldoende grond is om de resterende 357,-- toe te wijzen. De gevorderde bedragen aan vakantiegeld ( 1.228,27 netto) en niet genoten vakantiedagen (E 1.914, 12 bruto), onder gelijktijdige toezending van daarmee corresponderende bruto/netto-berekeningen, zijn door niet gemotiveerd weersproken. De kantonrechter zal deze vorderingen toewijzen. Aan de afgifte van een (eind)afrekening (bruto/netto-specificaties) zal de kantonrechter wel de voorwaarde verbinden dat een ingevulde en ondertekende loonbelastingverklaring aan verstrekt, omdat vooralsnog niet vast staat dat deze aan _ ~ is verstrekt. De toe te wijzen wettelijke verhoging over voornoemde bedragen zal worden gematigd tot 10%. Deze wettelijke verhoging zal eveneens worden toegewezen over het na dagvaarding betaalde bedrag, omdat dat bedrag niet tijdig is betaald. De wettelijke rente zal worden toegewezen vanaf de dag waarop de betreffende bedragen betaald hadden moeten worden tot aan de dag der volledige betaling. Ten aanzien van het door. 6evorderde bedrag aan onkosten ( 4.417,20) oordeelt de kantonrechter als volgt. Het verweer van dat hij geen benzinekosten hoeft te vergoeden, omdat de betreffende bepaling in de arbeidsovereenkomst een "kan"-bepaling is, wordt verworpen. heeft aan een auto ter beschikking gesteld en ingevolge de arbeidsovereenkomst bestaat de mogelijkheid dat '.cnzinekosten vergoedt. In beginsel kon,:' er dus vanuit gaan dat zijn benzinekosten zouden

5 Rolnr.: / worden vergoed. Het was aan om vooraf duidelijk aan te geven in welke gevalie de benzinekosten niet zouden worden vergoed. Kennelijk heeft hij dat niet gedaan. Het kan dan niet zo zijn dat hij achteraf, na vele maanden, zich - met een beroep op de "kan"-bepaling - op het standpunt stelt dat de benzinekosten in het geheel niet worden vergoed. De kantonrechter zal daarom de benzinekosten over de periode van 5 juni 2012 tot 26 december 2012 toewijzen, in totaal een bedrag van 2.403,18. De periodes daarvoor en daarna laat hij buiten beschouwing omdat niet gemotiveerd heeft weersproken dat hij de auto ook wel eens privé heeft gebruikt. Van de overige opgevoerde onkosten zal de kantonrechter de "diversen" en de kosten i.v.m. eten en drinken afwijzen, omdat gemotiveerd heeft bestreden dat hij deze kosten dient te vergoeden en Verbeme geen grondslag heeft gesteld waarom deze kosten wel vergoed zouden dienen te worden. De overige posten ( 1.257,50 in totaal) zijn door niet gemotiveerd bestreden. In totaal zal de kantonrechter dus een bedrag van 3.660,68 toewijzen. De wettelijke rente zal worden toegewezen vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der volledige betaling. Van het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke kosten ( 811,86) zal een bedrag van 774,-- worden toegewezen. Deze kosten zijn namens niet bestreden en in het verweerschrift wordt erkend dat partijen meerdere malen hebben gesproken over het treffen van een betalingsregeling. Het toe te wijzen bedrag aan buitengerechtelijke kosten is gebaseerd op de toe te wijzen hoofdsommen, inclusief het na dagvaarding betaalde salaris, en het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. in reconventie: Aangezien. in conventie gehouden is om een getekende loonbelastingsverklaring te overleggen, heeft bij toewijzing van zijn vordering in reconventie geen belang. Deze vordering zal daarom worden afgewezen. in conventie en in reconventie: zal als de overwegend in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Beslissing in de voorziening bij voorraad De kantonrechter: in conventie: veroordeelt om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan te betalen: L een bedrag van 1.228,27 netto aan vakantiegeld; 11. een bedrag van 1.914,12 bruto aan niet genoten vakantiedagen; ill. een bedrag ter hoogte van 10% van de onder I. en II. genoemde bedragen alsmede 10 % van 3.963,02 netto aan wettelijke verhoging; IV. een bedrag van 3.660,68 aan onkosten; V. de wettelijke rente over 3.963,02 netto vanaf de data waarop het salaris uiterlijk betaald had moeten worden tot aan de dag der volledige betaling; VI. de wettelijke rente over 3.660,68 vanaf 24 mei 2013 tot aan.de dag der volledige betaling; VII. een bedrag van 774,-- aan buitengerechtelijke kosten;

6 Rolnr.: / veroordeelt tot afgifte aan van een deugdelijke (eind)afrekening (bruto/netto specificaties) van bovengenoemde bedragen binnen 14 dagen na verstrekking door aan van een ingevulde en ondertekende loonbelastingsverklaring; in reconventie: wijst de vordering af; in conventie en in reconventie: veroordeelt _in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van vastgesteld op 656,29 in totaal, waaronder begrepen een bedrag van 500,00 aan salaris voor de gemachtigde, als volgt te voldoen: a. aan de griffier van de rechtbank Den Haag, team kanton Leiden/Gouda, locatie Leiden - een bedrag van 76,71 voor explootkosten, en b. aan.het resterende bedrag van 579,58, alles onverminderd de eventueelover genoemde kosten verschuldigde BTW; verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad; weigert de gevraagde voorziening voor het overige. Dit vonnis is gewezen door kantonrechter mr. D. de Loor en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 26 juni I