EINDRAPPORT 'EEN ORIËNTERINGSTRAJECT NEDERLANDS VOOR BRUSSELSE NEDERLANDSTALIGE INSCHAKELINGSACTIES' JANUARI JUNI 2003

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "EINDRAPPORT 'EEN ORIËNTERINGSTRAJECT NEDERLANDS VOOR BRUSSELSE NEDERLANDSTALIGE INSCHAKELINGSACTIES' JANUARI JUNI 2003"

Transcriptie

1 Centrum voor Taal en Migratie Steunpunt Nederlands als Tweede Taal EINDRAPPORT 'EEN ORIËNTERINGSTRAJECT NEDERLANDS VOOR BRUSSELSE NEDERLANDSTALIGE INSCHAKELINGSACTIES' JANUARI JUNI 2003 Voorgelegd aan Vlaamse Gemeenschapscommissie Collegelid Guy Vanhengel, Onderwijs, Beroepsopleiding en Begroting Collegelid Jos Chabert, Welzijn, Gezondheid, Patrimonium Gerealiseerd met Middelen van het SIF. Uitvoering van actieplan Onderzoek en begeleiding Wim De Groof, Centrum voor Taal en Migratie, Katholieke Universiteit Leuven met begeleiding van Philippe Vangeneugden In samenwerking met Overleg Opleidings- en Tewerkstellingsprojecten Brussel (OOTB) Centrum voor Basiseducatie Brusselleer

2 INHOUDSTAFEL 1. Inleiding p Het aanraken van het Nederlands, een behoeftegericht traject p Van aanraken van het Nederlands tot oriëntering Nederlands p Beeldvorming van het Nederlands p Hoe uitgebreid is de oriëntering Nederlands? p Het traject oriëntering Nederlands p Aanwezig stellen van het Nederlands p aansprekings-, begroetings- en beleefdheidsformules in het Nederlands p consequent Nederlands spreken met personeelsleden die het voldoende beheersen p consequent Nederlands spreken met deelnemers die het voldoende beheersen p alle informatie en opschriften zowel in het Nederlands (als in het Frans/Engels) p eenvoudige formulieren en documenten in het Nederlands p Nederlandstalige radio tijdens het werk p bepaalde technische termen en gereedschappen in het Nederlands p sollicitatietraining p spontaan p Nederlandstalige of meertalige opleidingen binnen de organisatie p op werven p De oriëntering p oriënteringsgesprek p fasen en acties in de oriëntering p evaluatiegesprek p intake p Voorwaarden voor oriëntering Nederlands 3.1 Goede trajectbegeleiding p informatie en intake p competentiemanagement p op maat van een deelnemer p gesprekscultuur p Warme overdacht naar NT2-aanbod p Taalbeleidsplan p Praktische voorwaarden p Exemplarisch materiaal p. 25 bijlage: taalbeleidsplan Baita vzw

3 1. INLEIDING 1.1 Het aanraken van het Nederlands, een behoeftegericht traject De voorbije jaren heeft het Centrum voor Taal en Migratie/Steunpunt NT2 van de KULeuven in samenwerking met Brusselse partners een aantal trajecten Nederlands ontwikkeld voor anderstalige deelnemers van socio-professionele Nederlandstalige inschakelingsacties in Brussel. Deze trajecten proberen zo goed mogelijk in te spelen op de specifieke behoeften die anderstaligen hebben. In het voortraject volgen deelnemers lessen Nederlands die inhoudelijk afgestemd zijn op de technische opleiding die ze gaan volgen. Ze leren het beroepsgericht Nederlands dat nodig is om in te stromen in een opleiding. In het neventraject tot basisniveau vallen lessen Nederlands en lessen techniek in grote mate samen. Taallesgever en vakinstructeur opereren een aanzienlijk deel van de opleiding/werkervaring samen op de opleidings-/werkvloer. De voertaal is Nederlands, maar er is ook plaats voor andere talen. Deelnemers kunnen zonder voorkennis Nederlands instromen. Afhankelijk van onder meer duur en individuele leerderskenmerken behalen ze een basisniveau. In het neventraject vanaf basisniveau stromen deelnemers in nadat ze een beroepsgericht voortraject hebben gevolgd. De deelnemers volgen de opleiding in het Nederlands. Voor deelnemers met taalproblemen biedt een bronnenboek ondersteuning op maat. Inschakelingsacties die van hun deelnemers weinig of geen beheersing van het Nederlands verwachten aan het einde van de opleiding of werkervaring waren vragende partij om ook hun deelnemers iets op maat te kunnen bieden. Deze inschakelingsacties gebruiken doorgaans een contacttaal (Frans, Engels, ) om met deelnemers te communiceren. Het Nederlands zou daarom slechts aangeraakt kunnen worden. Vaak deden/doen deze inschakelingsacties al inspanningen voor het Nederlands. Deze inspanningen zijn/waren echter te veel ad hoc en leverden zelden de verhoopte resulaten op. De vraag naar een uitgewerkt en efficiënt traject was dan ook aanwezig. Anders dan de andere trajecten streeft het traject aanraken van het Nederlands geen taalvaardigheid Nederlands na. De inschakelingsacties die ervoor kiezen, stellen kennis van het Nederlands immers niet voorop met het oog op doorstroom. De doelstelling van het aanraken ligt op het vlak van bewustwording. Meer bepaald zouden deelnemers die het Nederlands hebben aangeraakt een persoonlijke, verantwoorde keuze moeten kunnen maken m.b.t. Nederlands. Zonder te vervallen in promotie of ontrading moeten deelnemers uitmaken of ze Nederlands nodig hebben, wat voor Nederlands ze nodig hebben, of ze lessen willen volgen, welk aanbod voor hen geschikt is, enzovoort. Deelnemers die een duidelijke leerbehoefte hebben m.b.t. Nederlands worden doorverwezen naar lessen Nederlands bij een gepaste aanbodsverstrekker. Het aanraken van het Nederlands komt in de praktijk neer op een oriëntering m.b.t. Nederlands waaraan deelnemers op vrijwillige basis, of op aandringen van de organisatie, deelnemen. Het traject vertoont op veel vlakken raakpunten met trajectbegeleiding. Meer zelfs, een goed uitgewerkte trajectbegeleiding is een voorwaarde om het aanraken van het Nederlands goed te implementeren. 1

4 De ontwikkeling van het oriënteringstraject verliep in nauwe samenwerking met het Centrum voor Basiseducatie Brusselleer. Vooral bij het uitwerken en uitproberen van het exemplarische lesmateriaal bij het traject (op bijgevoegde cd-rom) kon lesgeefster Els Plessers haar uitgebreide expertise ten gelde maken. Naast Brusselleer waren ook twee Brusselse Nederlandstalige inschakelingsacties bereid om tijd en energie in het project te investeren. De schilderopleiding van Jeugd en Stad vzw en het werkervaringsinitiatief schoonmaak van Baita vzw boden de nodige experimenteerruimte om het ontwikkelde materiaal aan de praktijk te toetsen. Verder werden deze partners betrokken bij het uitdenken van het traject en de praktische vertaling ervan in een taalbeleidsplan. Het taalbeleidsplan van Baita vzw vindt u achteraan dit rapport (in bijlage). Jeugd en Stad vzw is momenteel bezig met een herprofilering van de schilderopleiding. Het taalbeleidsplan voor de schilderopleiding zal uitgaan van de nieuwe situatie en zal vermoedelijk eind 2003 op punt worden gesteld. Ten slotte konden we bij de ontwikkeling van de oriëntering Nederlands ons oor te luisteren leggen bij het Centrum voor Sociale Stadsontwikkeling (Cesso). Bij dit eindrapport hoort een cd-rom met het exemplarisch materiaal dat werd uitgewerkt bij de ontwikkeling van het oriënteringstraject Nederlands. 2

5 1.2 Van aanraken van het Nederlands tot oriëntering Nederlands De werktitel aanraken van het Nederlands is gaandeweg veranderd in oriëntering Nederlands. In de oriëntering zullen deelnemers het Nederlands een aantal keer aanraken, d.w.z. een beperkte ervaring opdoen met Nederlands, maar er gebeurt meer : er wordt nagedacht over meertaligheid, Nederlands in Brussel, talige competentie, taalleerbehoeften, finaliteiten, Nederlands leren, lessen volgen, praktische gevolgen, enzovoort. Bedoeling is dat deelnemers dankzij de oriëntering een verantwoorde keuze kunnen maken over hoe zinvol Nederlands is en onder welke vorm. 3

6 1.3 Beeldvorming van het Nederlands Om een verantwoorde keuze voor (of tegen) iets te maken, is het belangrijk om een realistisch beeld te hebben van wat je kiest (of niet kiest). Probleem is echter dat sommige deelnemers een onjuist beeld hebben van het Nederlands. Dat beeld is soms niet alleen erg vertekend, maar ook sterk verschillend van deelnemer(sgroep) tot deelnemer(sgroep). Aan de ene kant hebben sommige anderstaligen een eerder negatief beeld van het Nederlands. Jongeren die negatieve schoolervaringen achter de rug hebben bijvoorbeeld, zien het Nederlands soms als een saai schoolvak. Daartegenover is er een groep deelnemers, wellicht de grootste groep, die positief tot zeer positief staat tegenover het Nederlands. Het gaat daarbij doorgaans om nieuwkomers die de economische relevantie van het Nederlands erg hoog inschatten. Zij zijn sterk gemotiveerd om Nederlands te leren met het oog op een vlotte doorstroom naar de arbeidsmarkt. Om zijn doelstelling te bereiken moet de oriëntering Nederlands onjuiste opvattingen en beeldvorming over het Nederlands nuanceren. Ook over taalleren lopen de meningen van deelnemers sterk uiteen. Anderstaligen denken wel eens dat een taal leren snel en vlot gebeurt, terwijl anderen (te) pessimistisch staan tegenover een nieuwe taal leren. De oriëntering Nederlands wil een juist beeld van lessen Nederlands en Nederlands leren schetsen. 4

7 1.4 Hoe uitgebreid is de oriëntering Nederlands? Zoals al gezegd moet afhankelijk van de individuele deelnemer het instapmoment van de oriëntering Nederlands kunnen verschillen. Ook de duur en de intensiteit van de oriëntering zijn persoonsgebonden. Of iemand instapt in een oriëntering, wanneer hij/zij instapt, welke fases hij/zij doorloopt, welke acties worden ingezet, hoeveel gesprekken nodig zijn, bepalen de trajectbegeleider en de deelnemer onderling op basis van het profiel van een deelnemer. Het kan immers zijn dat een deelnemer als hij/zij aan de oriëntering begint al een specifieke en goed onderbouwde leerbehoefte Nederlands kan formuleren. Het zou demotiverend werken om deze deelnemer even lang in de oriëntering te houden als iemand die nog aan het begin staat van een verkenningsproces m.b.t. Nederlands. De trajectbegeleider kan à la carte grasduinen in het volledig beschreven oriënteringstraject en de dingen inzetten die hij/zij nuttig acht. Het traject met de gesprekken is volledig beschreven, sommige acties zijn uitgewerkt, andere zijn niet meer dan suggesties om verder te ontwikkelen (zie 2. Het traject). Praktisch gesproken is het aan te raden om deelnemers die een vergelijkbaar profiel en taalleerbehoeften lijken te hebben zo veel mogelijk te clusteren en gezamenlijk te oriënteren. Algemeen advies is om de oriëntering zeker niet langer te laten duren dan nodig, d.w.z. enkele weken. Deelnemers zijn het meest gebaat bij een snelle en gerichte oriëntering in de aanloop naar een eventueel lessenaanbod. 5

8 2. HET TRAJECT ORIËNTERING NEDERLANDS De globale doelstelling van het traject oriëntering Nederlands is deelnemers brengen tot een persoonlijke, verantwoorde keuze m.b.t. Nederlands. In dit deel leggen we uit hoe dat keuzeproces concreet vorm kan krijgen. In eerste instantie is het belangrijk dat een opleiding/werkervaring het Nederlands aanwezig stelt op de opleidings- of werkvloer (zie 2.1 Aanwezig stellen van het Nederlands). Bedoeling is dat deelnemers op een zeer laagdrempelige manier in contact komen met Nederlands, zonder dat ze het evenwel nodig hebben om de opleiding te volgen of te werken. De verwachting is dat de latente aanwezigheid van het Nederlands de nieuwsgierigheid van deelnemers prikkelt, meer zelfs, dat mogelijke negatieve vooroordelen tegenover het Nederlands worden genuanceerd. Het Nederlands blijft gedurende de hele opleiding of werkervaring op deze onderhuidse manier aanwezig. Alle deelnemers komen ermee in aanraking. In tweede instantie worden de deelnemers die daadwerkelijk blijk geven van interesse voor Nederlands uitgenodigd voor een oriënteringsgesprek (2.2 De oriëntering). In dat gesprek gaan trajectbegeleider en deelnemer na of het zinvol is om in te stappen in een oriëntering. De oriëntering resulteert in een weloverwogen beslissing om al dan niet verdere stappen te zetten m.b.t. Nederlands (lessen). Een organisatie bepaalt in hoeverre deelnemen aan de oriëntering een vrije keuze is of verwacht wordt. De trajectbegeleider schat in wanneer het zinvol is om te polsen naar interesse van een deelnemer(s) m.b.t. de oriëntering. De periode vóór een nieuwe cursus Nederlands van start gaat, is het meest geschikt om een oriëntering op te starten. Deelnemers die een leerbehoefte ondervinden of ontdekken in de oriëntering krijgen dan op korte termijn een aanbod. Goede afspraken met een aanbodsverstrekker(s) over instroommomenten, reservatie van plaatsen in cursussen, informatie over instroomvoorwaarden, enzovoort zijn dan ook cruciaal. De oriëntering, na het oriënteringsgeprek, verloopt in een aantal fases : - fase 1 : een deelnemer verkent België als meertalig land, Brussel als meertalige stad en de eigen meertalige achtergrond. - fase 2 : een deelnemer vormt zich een realistisch beeld van Nederlands in Brussel en overweegt hoe zinvol Nederlands voor hem/haar is. - fase 3 : een deelnemer vormt zich een beeld van wat Nederlands leren inhoudt en verkent de mogelijkheden. De oriëntering Nederlands wordt afgesloten met een evaluatiegesprek tussen de deelnemer en de trajectbegeleider. Eventueel volgt daarna een intakeprodure voor lessen Nederlands. Het is erg belangrijk om de oriëntering af te stemmen op het profiel van deelnemers en de houding die ze hebben tegenover het Nederlands. Vaak zijn deelnemers al erg gemotiveerd voor het Nederlands bij de instroom in de opleiding of werkervaring. Voor dit soort deelnemers moet een oriëntering Nederlands snel van start gaan en beperkt zijn. De inschakelingsactie besluit dan bijvoorbeeld om fase 1 over te slaan, in fase 2 en 3 telkens één gerichte actie te doen en met een evaluatiegesprek over 6

9 het instappen in de NT2-cursus de oriëntering te beëindigen. 1 Voor deelnemers die eerder onverschillig of afkerig staan tegenover Nederlands zal een oriëntering langer duren en meer om het lijf hebben. Een inschakelingsactie maakt, op basis van haar doelpubliek en individuele deelnemers, zelf de inschatting van het tijdstip, de duur en de omvang van de oriëntering Nederlands. Het voorgestelde traject met de verschillende fases, acties en gesprekken fungeert hierbij als een soort menukaart waaruit à la carte een traject samengesteld kan worden. Niet alle voorgestelde acties en gesprekken werden ontwikkeld en uitgetest. Indien gewenst moet een inschakelingsactie zelf een aantal acties verder uitwerken. Reeds uitgewerkt en uitgetest exemplarisch materiaal vindt u op cd-rom bij dit eindrapport. De feedback bij het uittesten van dit materiaal werd verwerkt in de definitieve versies. Het gaat om : - het oriënteringsgesprek met gespreksleidraad - fase 1 talenwandeling in Brussel talenspel - fase 2 sessie Nederlands in Brussel - fase 3 sessie Nederlands leren in Brussel (met proefles) Het is belangrijk dat een inschakelingsactie die een oriëntering Nederlands wil aanbieden, een duidelijk beeld heeft van hoe die eruit ziet : welke fases worden doorlopen, welke acties moeten eventueel nog worden uitgewerkt, welke gesprekken vinden plaats en wanneer, enzovoort. Het is de verantwoordelijkheid van de trajectbegeleider om het concrete traject uit te tekenen. 1 Baita, een werkervaringsproject dat meewerkte aan de ontwikkeling van het traject, koos voor deze snelle en gerichte aanpak om zijn werknemers te oriënteren. 7

10 2.1 Aanwezig stellen van het Nederlands doelstelling : - het op natuurlijke wijze opwekken van vragen en interesse bij deelnemers m.b.t. het Nederlands - het nuanceren van negatieve vooroordelen van deelnemers tegenover Nederlands De opleiding/het werk gebeurt in een contacttaal 2. Belangrijk is dat deelnemers kennis maken met het Nederlandstalig karakter van de organisatie zodat hun nieuwsgierigheid m.b.t. deze taal wordt geprikkeld. Deelnemers die negatieve ervaringen hebben gehad met het Nederlands, merken dat het Nederlands ook op een positieve, niet-schoolse en succesvolle manier kan gebruikt worden en aanwezig is in de organisatie. We moeten echter realistisch zijn wat deze doelstelling betreft: deelnemers met een uitgesproken negatief beeld van Nederlands kunnen op basis van deze beperkte ervaring moeilijk van het tegendeel overtuigd worden. Het Nederlandstalig karakter van een organisatie kan op een aantal plaatsen in de verf worden gezet. Er zijn evenwel een aantal criteria waaraan een zogenaamde plaats van het Nederlands moet beantwoorden. Het aanwezige Nederlands moet : - motiverend zijn: het Nederlands moet de interesse van de deelnemers prikkelen ; - laagdrempelig zijn: het Nederlands mag geen moeilijkheden opleveren voor deelnemers die het niet beheersen ; - relevant zijn: het Nederlands moet functioneel zijn, mag geen doel op zich zijn ; - natuurlijk zijn: het Nederlands mag niet geforceerd of onnatuurlijk ingepast worden. In wat volgt zijn een tiental mogelijke plaatsen van het Nederlands opgesomd. Het is waarschijnlijk niet mogelijk overal Nederlands te gebruiken. Nederlands zou daarenboven ook op andere plaatsen aan bod kunnen komen. Een organisatie beschrijft in haar taalbeleidsplan op welke plaatsen het Nederlands aanwezig zal zijn zodat het Nederlandstalig karakter van de organisatie voldoende in de verf staat. Het is belangrijk om consequent te zijn, d.w.z. dat als er voor gekozen is Nederlands te gebruiken in een bepaalde situatie, deze inspanning ook wordt volgehouden aansprekings-, begroetings- en beleefdheidsformules in het Nederlands Het personeel van de organisatie spreekt af om mekaar, deelnemers en derden zo vaak mogelijk in het Nederlands aan te spreken, te begroeten, afscheid te nemen, te bedanken, enzovoort. Vaak terugkerende formules als Goedendag, Hoe gaat het?, Hallo?, Tot ziens, morgen!, Daag!, Goed weekend!, Dank u!, Alstublieft, zijn in het Nederlands. Het Nederlands tegenover deelnemers blijft doorgaans beperkt tot dit soort tussenwerpsels waarna men kan overschakelen naar een contacttaal (Frans, Engels,...). Soms kan er al eens een langere uitspraak in het Nederlands, afhankelijk van hoe een spreker het weet aan te pakken. 2 Contacttaal is een taal die alle gesprekspartners voldoende beheersen. 8

11 Het is belangrijk dat elk personeelslid deze afspraak naar deelnemers toe consequent toepast. Het belang ervan wordt (regelmatig) herhaald op teamvergaderingen en bijeenkomsten van het personeel consequent Nederlands spreken met personeelsleden die het voldoende beheersen Het personeel van de organisatie spreekt af met elkaar zo vaak als mogelijk Nederlands te spreken. Ook met Franstalige personeelsleden die een mondje Nederlands kunnen (bv. de poetsvrouw of klusjesman) wordt zo veel mogelijk Nederlands gesproken. Al te vaak is er de automatische reflex om zonder meer Frans te spreken als iemand Nederlands niet als moedertaal heeft, terwijl de persoon in kwestie in staat is om een gesprekje in het Nederlands te voeren. Deze mensen voelen bovendien dat hun inspanningen om de taal te leren beloond worden. De gebruiksmogelijkheden van het Nederlands zijn voor hen sowieso al beperkt in Brussel. Op teamvergaderingen wordt gecommuniceerd over wie er wat in het Nederlands kan. De inspanningen van iemand die Nederlands heeft geleerd of leert worden zo relevant consequent Nederlands spreken met deelnemers die het voldoende beheersen Met deelnemers die (wat) Nederlands kunnen of leren, spreken de vakinstructeur, trajectbegeleider, andere personeelsleden,... indien mogelijk Nederlands. Omgaan in het Nederlands met laagtaalvaardige deelnemers is niet vanzelfsprekend, het is een specifieke vaardigheid die je maar gaandeweg ontwikkelt. Een opleiding/werkervaring met een zeer concrete en visuele technische inhoud biedt evenwel heel veel mogelijkheden om Nederlands te gebruiken. De instructeur moet er in de eerste plaats op letten dat het Nederlands laagdrempelig blijft, d.w.z. dat het geen extra problemen oplevert voor deelnemers. In het traject oriëntering Nederlands zijn er immers geen doelen Nederlands. Als een instructeur er niet in slaagt om de boodschap in het Nederlands voldoende over te brengen, schakelt hij best over naar contacttaal. Vakinstructeur en trajectbegeleider communiceren over het taalniveau van een deelnemer. Hoe groter de bekwaamheid van de instructeur om om te gaan met laagtaalvaardigen, hoe meer hij in het Nederlands kan doen. Een vakinstructeur en/of trajectbegeleider die hun vaardigheid om om te gaan met laagtaalvaardigen willen verhogen, moeten een beroep kunnen doen op een vormingsaanbod ( taal en techniek, videocoaching, een brochure met tips ). De inspanningen van een deelnemer die Nederlands heeft geleerd of leert worden relevant als met hem/haar Nederlands wordt gesproken op de opleidings- of werkvloer. Deelnemers die na een oriëntering lessen Nederlands volgen, merken dat hun inspanning beloond wordt als de vakinstructeur, trajectbegeleider, op bepaalde momenten Nederlands gebruiken. 9

12 2.1.4 alle informatie en opschriften zowel in het Nederlands (als in het Frans/Engels) De organisatie maakt er een gewoonte van om alle interne communciatie minstens ook in het Nederlands aan te bieden eenvoudige formulieren en documenten in het Nederlands Eenvoudige documenten en formulieren die frequent gebruikt worden, worden opgesteld in het Nederlands. Omdat ze zo duidelijk zijn en vaak worden gebruikt, ondervinden deelnemers hier geen moeite mee Nederlandstalige radio tijdens het werk Als er radio geluisterd mag worden op de opleidings- of werkvloer kan die worden afgestemd op een Nederlandstalig radiostation bepaalde technische termen en gereedschappen in het Nederlands De vakinstructeur laat de deelnemers kennismaken met de Nederlandstalige benaming van een aantal gereedschappen of technische procédés. Hij/zij gebruikt de Nederlandse en de Franse terminologie door en naast elkaar zodat deelnemers ze leren kennen. De vakinstructeur kan voor zichzelf een (beperkt) lijstje opstellen van de termen die hij in beide talen wil aanbieden sollicitatietraining Als deelnemers sollicitatietraining krijgen, komt het belang van het Nederlands af en toe de kop opsteken bijvoorbeeld in jobadvertenties. De trajectbegeleider grijpt deze gelegenheden aan om het met de deelnemer(s) over Nederlands in functie van werk te hebben spontaan Als deelnemers zelf Nederlands als onderwerp opwerpen, gaat de trajectbegeleider, vakinstructeur,... met hen hierover aan de praat. Sommige deelnemers stellen zelf de vraag naar lessen Nederlands. Informeer hen dan over de oriëntering Nederlands en de eventuele mogelijkheid om aansluitend lessen te volgen. Belangrijk is dat deelnemers weten dat de organisatie Nederlandstalig is, maar zich openstelt voor meertaligheid Nederlandstalige of meertalige opleidingen binnen de organisatie Als er binnen een organisatie een Nederlandstalige of meertalige opleiding of werkervaring is, komen ook deelnemers aan de andere opleidingen/werkervaringen onrechtstreeks in aanraking met het Nederlands. De organisatie Jeugd en Stad vzw bijvoorbeeld biedt een opleiding keuken- en hotelhulp aan die grotendeels in het Nederlands verloopt. 10

13 op werven Deelnemers die op plaatsen werken waar Nederlands aanwezig is, komen op natuurlijk wijze in aanraking met de taal. Als een werkervaringsproject een aantal werven heeft waar Nederlands aanwezig is, is het goed om alle deelnemers minimaal met Nederlands in contact te brengen. 11

14 2.2 De oriëntering In de oriëntering zijn er drie fasen. In elke fase wordt een aantal acties voorgesteld. De trajectbegeleider besluit op voorhand en op basis van het profiel van de deelnemers welke fases en acties interessant zijn. Een deelnemer die al een duidelijk beeld heeft van waar hij/zij naar toe wil en hoe Nederlands daarin past, heeft andere vragen dan iemand die voor het eerst nadenkt over Nederlands of iemand die er eerder weigerachtig tegenover staat. Na elke fase evalueert de trajectbegeleider per deelnemer of het zinvol is om verder te gaan. Als het duidelijk wordt dat een deelnemer geen specifieke taalleerbehoeften Nederlands heeft op dat moment, wordt de oriëntering stopgezet. De anderen krijgen een duidelijker beeld van het Nederlands dat ze willen leren en wat dat leerproces met zich meebrengt. In het algemeen verdient het aanbeveling om snel en gericht te oriënteren. Onnodige fasen en acties doorlopen komt de motivatie van deelnemers niet ten goede. De trajectbegeleider heeft met elke deelnemer aan de oriëntering minimum twee gesprekken : een oriënteringsgesprek aan het begin ( oriënteringsgesprek) en een evaluatiegesprek (2.2.3 evaluatiegesprek) aan het einde van de oriëntering. Op basis van het oriënteringsgesprek beslist de trajectbegeleider of een deelnemer instapt in de oriëntering. In een evaluatiegesprek blikt de trajectbegeleider met de deelnemer terug op de oriëntering en besluiten ze of hij/zij lessen Nederlands wil volgen. Zo ja, maakt de trajectbegeleider een afspraak met een NT2-aanbieder i.v.m. de intake (2.2.4 intake). 12

15 2.2.1 oriënteringsgesprek doelstelling : - de talige compententie (en taalleerbehoeften) van een deelnemer in kaart brengen - deelnemers informeren over het oriënteringsaanbod m.b.t. Nederlands binnen de opleiding/werkervaring - bepalen of een deelnemer deelneemt aan de oriëntering Nederlands Het oriënteringsgesprek is onderdeel van een trajectbegeleidingsgesprek tussen een deelnemer en de trajectbegeleider. Dit soort gesprekken vindt plaats op gezette tijdstippen in een opleiding of werkervaring. Trajectbegeleider en deelnemer bepalen onderling de aandachtspunten en prioriteiten : aan welke competenties dient nog geschaafd te worden, welke afspraken worden gemaakt, welke stappen gezet, enzovoort. Het is niet aan te raden om het oriënteringsgesprek los van een trajectbegeleidingsgesprek te organiseren. Net omdat het een onderdeel uitmaakt van een groter geheel krijgt de aandacht voor talige competenties een juiste plaats binnen de algehele compententieverhoging van deelnemers. Trajectbegeleider en deelnemer bekijken of een taalleerbehoefte(n) belangrijk of haalbaar is (/zijn) in de richting van werk. Onder talige compententies horen alle talen thuis die de deelnemer in mindere of meerdere mate beheerst. Met behulp van de gespreksleidraad oriënteringsgesprek (op bijgevoegde cd-rom) kan de trajectbegeleider zeer globaal inschatten wat een deelnemer talig in zijn mars heeft. Daarnaast worden vragen gesteld naar leerbehoeften die iemand nog heeft m.b.t. taal. Het kan zijn dat een deelnemer zijn talige competentie in een bepaalde taal wil verhogen : iemand wil bijvoorbeeld beter leren lezen en schrijven in het Frans, zijn Engels verbeteren, sollicitatiebrieven leren schrijven, beroepsgericht Nederlands leren, enzovoort. Of een deelnemer informatie krijgt over de oriëntering Nederlands, wanneer en of het een aandachtspunt wordt waarrond deelnemer en begeleider gaan werken, wordt dus op individuele basis bekeken. Trajectbegeleider en deelnemer bepalen onderling waar ze aan werken en wanneer. Het kan zijn dat een deelnemer in eerste instantie moet werken aan andere, niet-talige competenties vóór een oriëntering m.b.t. Nederlands zinvol is. In dat geval stelt de trajectbegeleider het oriënteringsgesprek uit naar een volgend gesprek. Dit wil dus zeggen dat een deelnemer de oriëntering individueel moet kunnen doorlopen als er geen groepje deelnemers is dat tegelijkertijd aan de oriëntering kan beginnen. Als er een groepje deelnemers is, maakt dit de praktische organisatie van acties in de oriëntering efficiënter. Zowel voor zogenaamde weters, twijfelaars als zoekers 3 kan een oriëntering Nederlands interessant zijn. In de oriëntering zal een deelnemer een verantwoorde keuze al dan niet voor het Nederlands kunnen maken. 3 Deze terminologie komt uit Archiefkast voor Maatwerk. Materialen voor loopbaanoriëntatie voor nieuwkomers. A. Speijers en M. van de Vegt. CINOP 2001., p. 17 : Een weter weet eigenlijk wel wat hij wil. Hij heeft een duidelijk beeld van zijn wensen en mogelijkheden ten aanzien van een toekomstige baan. ( ) Het komt in de praktijk meer dan eens voor dat een weter in zijn nadere verkenningen van mogelijkheden verandert in een twijfelaar of een zoeker. ( ) Onderschatting en overschatting van de mogelijkheden komt nogal eens voor.( ). Een zoeker weet nog te weinig. Hij heeft bijvoorbeeld vragen over welk arbeidsgebied het best past bij zijn 13

16 De oriëntering veronderstelt dat deelnemers gealfabetiseerd zijn en gebeurt in een taal die zowel de trajectbegeleider als de deelnemers goed begrijpen (contacttaal). De trajectbegeleider zoekt indien nodig naar een alfabetiseringsaanbod voor analfabete deelnemers. De trajectbegeleider legt zeer concreet uit wat de bedoeling van de oriëntering is, schetst een beeld van de fasen en acties die op het programma staan en geeft aan dat er mogelijk een cursus Nederlands in het verlengde ligt. Het is belangrijk dat deelnemers die de oriëntering Nederlands volgen goed weten wat de bedoeling is en geen verkeerde verwachtingen koesteren. Aan het einde van het gesprek beslissen trajectbegeleider en deelnemer of het zinvol is om in te stappen in een oriëntering Nederlands. De trajectbegeleider kan tijdens en na het oriënteringsgesprek gebruik maken van de gespreksleidraad oriënteringsgesprek (op bijgevoegde cd-rom). persoon. ( ) Een zoeker is ook vaak iemand die niet beschikt over een afgeronde opleiding en geen werkervaring heeft. Hij staat als het ware aan het begin van zijn verkenningsproces. Een twijfelaar twijfelt tussen een aantal opties. Er kunnen verschillende redenen voor die twijfel zijn. Het kan zijn dat hij moet kiezen tussen het belang van de thuissituatie en zijn persoonlijke interesse en ambitie. Vaak zal hij een keuze moeten maken tussen snel geld verdienen of investeren in een opleiding. 14

17 2.2.2 fasen en acties in de oriëntering Fase 1 is een ruime verkenning van de meertalige omgeving en de eigen meertalige achtergrond. Het Nederlands vormt maar één kleur in een veelkleurig palet. Fase 2 is een nadere kennismaking met het Nederlands en zijn plaats in Brussel. Er wordt nagedacht over de aanwezigheid van Nederlands in Brussel, de plaats en het nut dat het Nederlands in Brussel heeft, meer bepaald op de arbeidsmarkt. Fase 3 wil deelnemers een realistisch beeld geven van wat Nederlands leren in Brussel met zich meebrengt. Zowel het leren zelf als de praktische voorwaarden eromheen worden van naderbij bekeken. De rode draad die doorheen deze fasen loopt, is de taalleerbehoefte van een deelnemer m.b.t. Nederlands die ontdekt, verkent en verder uitdiept wordt. Zoals al gezegd moet een trajectbegeleider op basis van de deelnemer(s) bepalen of hij zijn/haar taalleerbehoefte nog moeten ontdekken, of dat hij/zij al toe is aan een verkenning of uitdieping ervan. De trajectbegeleider bepaalt of de oriëntering begint bij fase 1, 2 of 3 en wanneer ze stopt (bijvoorbeeld omdat een deelnemer niet voldoende gemotiveerd blijkt voor het Nederlands). In elke fase worden een aantal acties voorgesteld die aan de doelstelling van die fase werken. Onder de ruime noemer acties kunnen zowel een bezoek, een sessie rond een thema, een spel, wandeling of thuisopdracht vallen. Een aantal acties werd reeds uitgewerkt en uitgeprobeerd in de praktijk. Deze vindt u op de cd-rom die bij dit eindrapport is gevoegd. Wat al deze acties gemeenschappelijk hebben, is dat ze proberen de deelnemers zo veel mogelijk zelf dingen te laten ervaren. De voorgestelde acties zijn zeker geen volledige lijst van wat er mogelijk is. Een trajectbegeleider kan/moet op basis van suggesties of vanuit eigen ideeën indien nodig bijkomende acties uitwerken en uitproberen met deelnemers. Een oriëntering Nederland moet niet enkel voor groepen kunnen opgezet worden. Ook individiuele deelnemers moeten de fasen en acties kunnen doorlopen. De trajectbegeleider past indien nodig de acties die hij wil inzetten aan voor een individuele deelnemer. De acties die reeds uitgewerkt werden, bevatten hiervoor suggesties. 15

18 fase 1 : een deelnemer verkent België als meertalig land, Brussel als meertalige stad en de eigen meertalige achtergrond doelstellingen : - het bewustzijn van en nadenken over meertaligheid bij deelnemers stimuleren - de deelnemer reflecteert over zijn/haar talige achtergrond, omgeving en verkent zijn/haar taalleerbehoeften acties uitgewerkt en uitgeprobeerd talenwandeling in Brussel Een deelnemer gaat op ontdekkingstocht in het meertalige Brussel. Hij/zij voert daarbij een aantal opdrachten uit die hem/haar de verschillende talen aan den lijve laten ondervinden. (zie bijgevoegde cd-rom) talenspel Een deelnemer lost op een speelse manier vraagjes en opdrachten op m.b.t. taal en meertaligheid in de ruime zin. (zie bijgevoegde cd-rom) suggestie thuisopdracht Een deelnemer gaat na hoe zijn privé-kring staat tegenover andere talen en Nederlands in het bijzonder. Hij/zij brengt hierover verslag uit. 16

19 fase 2 : een deelnemer vormt zich een realistisch beeld van Nederlands in Brussel en overweegt hoe zinvol Nederlands voor hem/haar is doelstellingen : - de deelnemer krijgt een duidelijker beeld van het belang van Nederlands in Brussel. - de deelnemer vraagt zich af of hij/zij de behoefte ondervindt om Nederlands te leren. Zo ja, krijgt hij/zij een duidelijker beeld van waar hij/zij met Nederlands naar toe wil. - de trajectbegeleider krijgt zicht op interesses, wensen, behoeften, talige competentie en capaciteiten m.b.t. taalleren van de deelnemer. acties uitgewerkt en uitgeprobeerd sessie Nederlands in Brussel Een deelnemer vormt en uit zijn mening m.b.t. (de plaats van het) Nederlands in Brussel en de arbeidsmarkt in het bijzonder. De meningen worden bediscussieerd en het belang van Nederlands (leren) in perspectief geplaatst door een externe spreker. Deze spreker heeft een goed zicht op de eisen die de arbeidsmarkt stelt. (zie bijgevoegde cd-rom) suggesties bezoeken Een deelnemer maakt kennis met plaatsen waar mensen talig functioneren. Aan de hand van een aantal opdrachten ervaart de deelnemer wat dat functioneren betekent. In een nabespreking evalueren deelnemer en trajectbegeleider de bevindingen. bv. bezoek aan een Nederlandstalige/meertalige en aansluitend een Franstalige werksituatie die in het verlengde ligt van de opleiding of werkervaring bv. bezoek aan Nederlandstalige opleiding/werkervaring bv. VDAB bv. bezoek aan Vlaamse stad bv. bezoek aan een Nederlandstalige school bv. bezoek aan bru-taal sollicitatietraining De trajectbegeleider besteedt tijdens sessies sollicitatietraining aandacht aan de talige competenties die werkgevers vermelden in vacatures. Hij/zij zorgt ervoor dat een deelnemer een genuanceerd beeld krijgt van de eisen (dus niet enkel op basis van vacatures die een perfecte twee- of drietaligheid vooropstellen). 17

20 fase 3 : een deelnemer vormt zich een beeld van wat Nederlands leren inhoudt en verkent de mogelijkheden doelstelling : - een deelnemer krijgt informatie op maat over Nederlands leren, het proces, het leertraject en de praktische uitwerking - een deelnemer kan zijn/haar een leerbehoefte m.b.t. Nederlands omschrijven acties uitgewerkt en uitgeprobeerd sessie Nederlands leren in Brussel Een deelnemer formuleert zijn mening m.b.t. Nederlands leren en eventuele problemen die het leerproces bemoeilijken. Hij krijgt een antwoord op vragen en onzekerheden door middel van een proefles. Verder geeft een externe spreker advies en juiste informatie. De spreker is iemand met expertise op vlak van lessen Nederlands en het lessenaanbod. (zie bijgevoegde cd-rom) suggesties ervaringen Een of meerdere oud-deelnemers van de opleiding/werkervaring die Nederlands hebben geleerd, komen vertellen over hun ervaringen. evaluatiefiche Een deelnemer zet met dit formulier voor zichzelf de zaken op een rijtje : wil ik Nederlands leren, waarom (niet), waar, welke problemen verwacht ik, enzovoort. bezoek aan het Huis van het Nederlands Een deelnemer leert het Brusselse Huis van het Nederlands kennen als coördinatie- en infocentrum voor NT2. Hij krijgt er goede informatie op maat. 18

21 2.2.3 evaluatiegesprek doelstellingen : - nagaan of een deelnemer in een lessenaanbod Nederlands wil stappen - zo ja, de deelnemer informeren over de praktische aspecten van de lessen die hij/zij wil volgen. - afspraken maken i.v.m. de intake - feedback vragen op het verloop van de oriëntering Nederlands Het evaluatiegesprek sluit de oriëntering Nederlands van een individuele deelnemer af. In het gesprek neemt de deelnemer samen met de trajectbegeleider een beslissing om al dan niet de stap te zetten naar lessen Nederlands. Het kan zijn dat het evaluatiegesprek vroegtijdig wordt gehouden, d.w.z. vóór de oriëntering geheel is afgelopen. Het gesprek kan op vraag van een deelnemer als die niet langer gemotiveerd is om de oriëntering te volgen of op vraag van de trajectbegeleider als hij/zij merkt dat een deelnemer niet langer gemotiveerd is. De trajectbegeleider polst in het gesprek bij de deelnemer of het zinvol is om de oriëntering verder te zetten of niet, en of er al dan niet interesse is om lessen Nederlands te volgen. Dat laatste is, omwille van het gebrek aan motivatie van de deelnemer, twijfelachtig. Een trajectbegeleider zou voldoende alert moeten zijn om deelnemers die de oriëntatie als weinig zinvol ervaren snel op te volgen. Het heeft immers weinig zin om een deelnemer die niet (meer) gemotiveerd is verder te oriënteren. Het evaluatiegesprek volgt doorgaans pas als alle fasen en acties van de oriëntering achter de rug zijn. In het gesprek vraagt de trajectbegeleider expliciet naar de leerbehoefte van een deelnemer m.b.t. Nederlands, waarvoor hij/zij het Nederlands nodig heeft, of hij/zij op korte termijn lessen wil volgen, of het praktisch haalbaar is om in een lessenaanbod in te stappen gezien de familiale, economische en psychosociale situatie van een deelnemer, of lessen niet te belastend zullen zijn, enzovoort. Als blijkt dat een deelnemer gemotiveerd en klaar is om aan lessen te beginnen, bekijkt de trajectbegeleider met hem/haar welk aanbod (instelling, frequentie van de cursus, tijdstip van de cursus, Centrum voor Basiseducatie of Centrum voor Volwassenenonderwijs, ) op maat is van de deelnemer (binnen de opleiding of werkervaring). De trajectbegeleider heeft zich voldoende geïnformeerd bij het Huis van het Nederlands en contacten gelegd met NT2-aanbieders om concrete informatie te kunnen verstrekken. Aan het einde van het evaluatiegesprek kan de trajectbegeleider een afspraak met de deelnemer maken om een intakeprocedure op te starten. Over de eigenlijke intake maakt de trajectbegeleider afspraken met de gepaste NT2-aanbieder. Als een deelnemer niet gemotiveerd is om de stap naar lessen Nederlands te zetten, als blijkt dat lessen niet tegemoet komen aan een reële leerbehoefte of als hij/zij wegens omstandigheden niet kan instappen, komt er geen vervolg aan de oriëntering Nederlands. Afgezien van de beslissing i.v.m. lessen Nederlands is het voor een trajectbegeleider interessant om weten of een deelnemer tevreden is met het verloop en de invulling van het oriënteringstraject Nederlands. Elke feedback hierover kan hij/zij immers gebruiken om het traject te verbeteren of behoeftegerichter in te vullen. De trajectbegeleider peilt indien mogelijk naar die tevredenheid en naar mogelijke suggesties die een deelnemer heeft. 19

22 2.2.4 intake Over de intakeprocedure voor lessen Nederlands maakt de trajectbegeleider concrete afspraken met de NT2-aanbieders. Het aanbod van Basiseducatie is gericht op laaggeschoolden. Centra voor Volwassenenonderwijs richten zich naar hogergeschoolde cursisten. Het is belangrijk om de intake (en de start van de lessen) nauw te laten aansluiten bij de oriëntering Nederlands. Dat zal de motivatie en de relevantie ervan voor de deelnemers enkel maar ten goede komen. 20

23 3. VOORWAARDEN VOOR ORIËNTERING NEDERLANDS Een oriëntering Nederlands staat niet los van de werking van een inschakelingsactie. Een inschakelingsactie moet op een aantal punten goed functioneren, wil ze deelnemers op een goede manier kunnen oriënteren m.b.t. Nederlands. 3.1 Goede trajectbegeleiding De oriëntering Nederlands heeft veel raakpunten met trajectbegeleiding, meer zelfs, de principes van goede trajectbegeleiding zijn ook van toepassing op de oriëntering. Het Handboek Trajectbegeleiding van het Centrum Sociale Stadsontwikkeling biedt inspiratie en aanzetten om na te denken over een kwaliteitsvolle trajectbegeleiding. Bij de ontwikkeling van het traject oriëntering Nederlands vonden wij inspiratie in dit handboek. Handboek Trajectbegeleiding. Liek van Hugte (red.). Centrum Sociale Stadsontwikkeling. Brussel informatie en intake Organisaties die een oriëntering Nederlands aanbieden aan hun deelnemers moeten dit goed communiceren aan hun doelgroep. In eerste instantie moet de oriëntering Nederlands vermeld worden in informatiebrochures, informatiesessies en publiciteit voor de opleiding/werkervaring. De informatie moet beknopt en juist zijn zodat geïnteresseerden juiste verwachtingen hebben m.b.t. de oriëntering. Het moet bovendien voor iedereen duidelijk zijn dat de opleiding/werkervaring in een contacttaal verloopt en dat Nederlands geen drempels opwerpt. Daarnaast moet in de intakeprocedure voldoende duidelijk gemaakt worden wat een oriëntering Nederlands inhoudt en welk doel ermee wordt nagestreefd. Op die manier wordt vermeden dat deelnemers onjuiste verwachtingen koesteren, bijvoorbeeld denken dat ze aan het einde van een opleiding Nederlands zullen kennen. Goede informatie verstrekken over de oriëntering Nederlands kadert best in een overdachte, doelgerichte en uitgewerkte informatie- en intakepolitiek van een organisatie competentiemanagement Doelstelling van een traject naar werk is om de competenties van een deelnemer zodanig te verhogen dat hij/zij een goede kans maakt op doorstroom. Op basis van het competentieprofiel dat een deelnemer aan het begin heeft, zet de trajectbegeleider een traject op maat uit en worden acties ondernomen om bepaalde competenties te verhogen in de richting van het beoogde competentieprofiel. Deelnemer en trajectbegeleider evalueren de inspanningen op regelmatige basis en sturen het traject indien nodig bij. Voordeel van het werken met competentieprofielen is dat in kaart gebracht wordt wat een deelnemer al kan (eerder verworven competenties) zodat de focus niet ligt 4 Centrum Sociale Stadsontwikkeling, Vooruitgangstraat 333 bus Schaarbeek, centrumstadsontwikkeling@vgc.be 21

24 op wat hij/zij niet kan. Bovendien kan, in functie van de richting die een deelnemer uit wil, gericht gewerkt worden aan bepaalde prioritaire competenties en kunnen vorderingen die een deelnemer maakt goed worden opgevolgd. Talige competentie, de taalvaardigheid van een deelnemer in verschillende talen, is een onderdeel van het competentieprofiel van een deelnemer. Of het zinvol is om te werken aan de talige competenties, waaraan precies en op welk moment, bepalen trajectbegeleider en deelnemer onderling. Talige compententie op zich is heel ruim, maar als begeleider en deelnemer besluiten dat er in het traject ruimte is om na te denken over Nederlands als er dus geen andere prioriteiten voorrang hebben kan een deelnemer instromen in een oriëntering Nederlands. Uitgaande van competenties wordt eerst en vooral in kaart gebracht wat een deelnemer al kan met taal (bv. zij spreekt al Frans, Engels en Lingala) i.p.v. te focussen op wat een deelnemer (nog) niet kan (bv. zij spreekt geen Nederlands). We vinden dat een oriëntering Nederlands in deze ruime benadering op basis van competenties moet worden ingepast op maat van een deelnemer Goede trajectbegeleiding neemt zoals hierboven beschreven de individuele deelnemer als uitgangspunt. In kaart brengen van competenties, een traject uitstippelen, acties plannen, evalueren en bijsturen is een zaak van de trajectbegeleider en elke deelnemer individueel. Of een deelnemer belang heeft bij een oriëntering Nederlands en op welk moment in de opleiding/werkervaring die plaatsvindt, is een zaak van de individuele deelnemer en de trajectbegeleider. Een inschakelingsactie moet er dus niet vanuit gaan dat ze op een bepaald moment een oriëntering voor de hele groep deelnemers kan opstarten, zonder voldoende zicht te hebben op de profielen van de individuele deelnemers. Dat doen zou indruisen tegen de principes van een goede trajectbegeleiding. De oriëntering moet m.a.w. ook doorlopen kunnen worden door individuele deelnemers of kleine groepjes. Een trajectbegeleider moet voor zover mogelijk deelnemers samen nemen in groepjes om de oriëntering efficiënt te organiseren gesprekscultuur Om vorderingen en knelpunten van deelnemers op te volgen, aandachtspunten en acties af te spreken, te evalueren, enzovoort, zijn regelmatige overlegmomenten met deelnemers onontbeerlijk. Een inschakelingsactie zou deze gesprekken goed moeten plannen, bediscussiëren en nadenken over hun inhoud, belang en bedoeling. De oriëntering Nederlands brengt ook een aantal gesprekjes met zich mee die zo veel mogelijk ingepast moeten worden in grotere gesprekken. Als dit mogelijk is, zijn de gesprekken in de oriëntering minder belastend en worden ze in een juist perspectief geplaatst. 3.2 Warme overdracht naar NT2-aanbod Een voorwaarde om een oriëntering Nederlands aan te bieden binnen een opleiding of werkervaring is dat deelnemers nadien de mogelijkheid hebben om in te stromen in een gepast NT2-aanbod. Plastisch uitgedrukt moet er een zogenaamde warme 22

25 overdracht mogelijk zijn van deelnemers die Nederlands wil leren naar een gepast lessenaanbod. Gepast wil zeggen: - op zijn/haar niveau : de aanbodsverstrekker voor laaggeschoolden is Basiseducatie, hogergeschoolden kunnen instromen in een CVO-cursus, deelnemers die al wat Nederlands kennen, moeten kunnen starten op hun niveau (eventueel bij VDAB als ze een professionele richting uitwillen) ; - behoeftegericht : het lessenaanbod moet zo veel mogelijk afgestemd zijn op de richting die deelnemers met Nederlands uitwillen ; - praktisch mogelijk : de frequentie, het tijdstip van de NT2-cursus, de duur enzovoort moeten haalbaar zijn voor de deelnemers ; - op korte termijn : als de oriëntering is afgelopen moeten deelnemers binnen een redelijke termijn de stap naar lessen kunnen zetten. Een inschakelingsactie maakt daarom voorbereidende afspraken met één of meerdere NT2-aanbieders en weegt af of lessen eventueel ingepast kunnen worden in het programma van de opleiding/werkervaring. Pas als hierover duidelijke afspraken zijn, is het zinvol om een oriëntering Nederlands aan te bieden. De afspraken met een aanbodsverstrekker hebben een invloed op het moment waarop een oriëntering best wordt opgestart. De oriëntering begint bij voorkeur kort voor een nieuw instapmoment in een NT2- cursus zodat een adequaat antwoord kan gegeven worden op eventuele leerbehoeften van deelnemers. Het is ook raadzaam om in de oriëntering al samen te werken met een aanbodsverstrekker bv. een lesgever geeft een proefles, geeft informatie over Nederlands leren, de lessen, praktische voorwaarden, beantwoordt vragen, schat de scholingsgraad, enzovoort. Acties en ideeën voor acties binnen de oriëntering vindt u onder 2.2 De oriëntering. 3.3 Taalbeleidsplan Een traject oriëntering Nederlands is een keuze die een inschakelingsactie maakt en verantwoordt in haar taalbeleidsplan. Dat plan beschrijft de visie van de opleiding/werkervaring m.b.t taal, taalgebruik, taalvaardigheid en de vertaling ervan in de praktijk. Het is belangrijk dat alle personeelsleden betrokken bij de opleiding of werkervaring deze visie kennen en delen. Pas als iedereen op de hoogte is van de keuze voor een bepaald traject en de redenen ervoor onderschrijft, zal het in de praktijk maximaal zijn vruchten kunnen afwerpen. Een opleiding/werkervaring die kiest voor een oriënteringstraject Nederlands verwacht niet dat deelnemers Nederlands kennen aan het einde van de opleiding. In haar afweging van doelgroep en beoogde doorstroom vindt de organisatie het niet cruciaal te investeren in een verhoogde taalvaardigheid Nederlands van al haar deelnemers. De organisatie kiest er daarentegen voor om geïnteresseerde deelnemers te informeren over het Nederlands en ze indien gewenst op optimale wijze toe te leiden naar een gepast lessenaanbod. De organisatie neemt zich voor om de inspanningen die deelnemers leveren om Nederlands te leren worden gevaloriseerd op de opleidings- of werkvloer. Dat wil zeggen dat met deelnemers die al wat Nederlands hebben opgestoken Nederlands wordt gesproken, voor zover hun taalniveau het toelaat en het geen grote, extra inspanningen met zich meebrengt. Dit betekent evenwel niet dat Nederlands leren binnen opleiding of werk als doelstelling naar voren wordt geschoven. 23

26 3.4 Praktische voorwaarden Omdat de oriëntering bij voorkeur ingepast wordt in de trajectbegeleiding ligt het voor de hand dat de trajectbegeleider de bezieler en organisator is van het oriënteringstraject. In praktijk betekent dit dat hij/zij de gesprekjes voert met geïnteresseerde deelnemers, acties voorbereidt, begeleidt, nabespreekt en nieuwe acties en initiatieven uitwerkt. Het spreekt voor zich dat de trajectbegeleider de nodige tijd en ruimte moet hebben om deze bijkomende taken op te nemen. De trajectbegeleider moet voor het oriënteringstraject sporadisch een beroep kunnen doen op de expertise van externen. Sommige acties vragen immers de inbreng en knowhow van een specialist (bv. iemand met een goed zicht op Nederlands op de Brusselse arbeidsmarkt, een taallesgever die bijspringt met raad en daad, iemand die de NT2-aanbieders goed kent, een arbeidsmarktexpert, enzovoort). De trajectbegeleider neemt zelf het initiatief om de juiste personen hiervoor te contacteren. Het is belangrijk dat een inschakelingsactie die een traject oriëntering Nederlands wil opzetten goede contacten onderhoudt met NT2-aanbieders, het onthaalbureau, het Huis van het Nederlands, werkgevers, enzovoort. Deze instanties zijn een aanspreekpunt voor didactische, talige, praktische en andere kwesties die niet onmiddellijk tot het kennisdomein van een trajectbegeleider behoren. Een trajectbegeleider moet indien gewenst ondersteuning kunnen krijgen op gebieden waarin hij/zij minder thuis is. 24

SCHOOLPROJECT - KAAP Reglement voor basisscholen

SCHOOLPROJECT - KAAP Reglement voor basisscholen 1. Achtergrond en doelstelling van Kaap SCHOOLPROJECT - KAAP Reglement voor basisscholen Situering Doelstelling Missie Onderwijsbeleid Naast het algemene NT2-aanbod is er nood aan een aanbod op maat van

Nadere informatie

Engagementsverklaring voor basis- en secundair onderwijs

Engagementsverklaring voor basis- en secundair onderwijs SCHOOLPROJECT - KAAP Engagementsverklaring voor basis- en secundair onderwijs 1. Achtergrond en doelstelling van Kaap Situering Doelstelling Missie Onderwijsnetwerk Naast het algemene NT2-aanbod is er

Nadere informatie

Engagementsverklaring voor basis- en secundair onderwijs

Engagementsverklaring voor basis- en secundair onderwijs SCHOOLPROJECT - KAAP Engagementsverklaring voor basis- en secundair onderwijs 1. Achtergrond en doelstelling van Kaap Situering Doelstelling Missie Onderwijsnetwerk Naast het algemene NT2-aanbod is er

Nadere informatie

TAALCOACHING OP Z'N BRUSSELS CENTRUM BASISEDUCATIE BRUSSELLEER

TAALCOACHING OP Z'N BRUSSELS CENTRUM BASISEDUCATIE BRUSSELLEER -1- TAALCOACHING OP Z'N BRUSSELS CENTRUM BASISEDUCATIE BRUSSELLEER -2- INHOUDSTAFEL WAT IS TAALCOACHING OP Z'N BRUSSELS? p.3 ~ HOE IS TAALCOACHING ONTSTAAN? p.4 ~ HOE START EEN TAALCOACHING? p.6 ~ WAT

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert C December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT C 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

Advies over de modulaire opleiding NT2 alfa R1, traject 1.2 voor de basiseducatie

Advies over de modulaire opleiding NT2 alfa R1, traject 1.2 voor de basiseducatie 4 ADVIES Raad Levenslang en Levensbreed Leren 21 maart 2006 RLLL/PCA/ADV/007 Advies over de modulaire opleiding NT2 alfa R1, traject 1.2 voor de basiseducatie VLAAMSE ONDERWIJSRAAD, LEUVENSEPLEIN 4, 1000

Nadere informatie

APQ-vragenlijst 30 januari Daan Demo

APQ-vragenlijst 30 januari Daan Demo APQ-vragenlijst 30 januari 2019 Daan Demo Inleiding In dit rapport bespreken we jouw inzetbaarheid en wat je kunt doen om jouw positie op de arbeidsmarkt te verbeteren. Om dit te bepalen hebben we de volgende

Nadere informatie

Gerealiseerd met de steun van de Vlaamse Overheid, Departement Inburgering in het kader van Managers van diversiteit. Taalgericht naar werk Inhoud I

Gerealiseerd met de steun van de Vlaamse Overheid, Departement Inburgering in het kader van Managers van diversiteit. Taalgericht naar werk Inhoud I taalgericht naar werk Over het belang van geïntegreerd vakonder wijs voor beroepsgerichte opleidingen Publicatie ontwikkeld door Linguapolis, Instituut voor Taal en Communicatie Universiteit Antwerpen

Nadere informatie

SCHOOLPROJECT - KAAP Reglement voor secundaire scholen

SCHOOLPROJECT - KAAP Reglement voor secundaire scholen 1. Achtergrond en doelstelling van Kaap SCHOOLPROJECT - KAAP Reglement voor secundaire scholen Situering Doelstelling Missie Onderwijsbeleid Naast het algemene NT2-aanbod is er nood aan een aanbod op maat

Nadere informatie

Inge Test 07.05.2014

Inge Test 07.05.2014 Inge Test 07.05.2014 Inge Test / 07.05.2014 / Bemiddelbaarheid 2 Bemiddelbaarheidsscan Je hebt een scan gemaakt die in kaart brengt wat je kans op werk vergroot of verkleint. Verbeter je startpositie bij

Nadere informatie

TAALBELEIDSPLAN OPLEIDING POLYVALENT VERZORGENDE

TAALBELEIDSPLAN OPLEIDING POLYVALENT VERZORGENDE TAALBELEIDSPLAN OPLEIDING POLYVALENT VERZORGENDE Voor de periode van 2011 tot 2014 1. Voorstelling van de opleiding begeleider in de kinderopvang en polyvalent verzorgende Het CVO biedt volwassenen met

Nadere informatie

STERKE SCHAKELS. Samen werken aan functionele taalvaardigheid. Probleemstelling STERKE SCHAKELS 1

STERKE SCHAKELS. Samen werken aan functionele taalvaardigheid. Probleemstelling STERKE SCHAKELS 1 STERKE SCHAKELS Samen werken aan functionele taalvaardigheid Probleemstelling Jongeren in het deeltijds beroepssecundair onderwijs (DBSO) en het beroepssecundair onderwijs (BSO) stromen vaak uit zonder

Nadere informatie

Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)

Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) In de voorbereiding op het Pop gesprek stelt de medewerker een persoonlijk ontwikkelingsplan op. Hierbij maakt de medewerker gebruik

Nadere informatie

APQ-vragenlijst 28 maart Bea Voorbeeld

APQ-vragenlijst 28 maart Bea Voorbeeld APQ-vragenlijst 28 maart 2018 Bea Voorbeeld Inleiding In dit rapport bespreken we jouw inzetbaarheid wat je kunt doen om jouw positie op de arbeidsmarkt te verbeteren. Om dit te bepalen hebben we de volgende

Nadere informatie

overleggroep gezondheid; agendapunt samenwerking CGG s en verenigingen 02 februari 2010

overleggroep gezondheid; agendapunt samenwerking CGG s en verenigingen 02 februari 2010 Vlaams Netwerk van verenigingen waar armen het woord nemen vzw Aromagebouw / Vooruitgangstraat 323 bus 6 (3 de verdieping) / 1030 Brussel / tel. 02-204 06 50 / fax : 02-204 06 59 info@vlaams-netwerk-armoede.be

Nadere informatie

12 scenario s. van warme overdracht

12 scenario s. van warme overdracht 12 scenario s van warme overdracht Scenario s van warme overdracht tussen centra voor volwassenenonderwijs CVO - centra voor basiseducatie CB Voor mensen met minder geletterdheidsvaardigheden is het niet

Nadere informatie

Brussel, 5 februari _Advies_Huizen_van_het_Nederlands. Advies. over het voorontwerp van decreet betreffende de Huizen van het Nederlands

Brussel, 5 februari _Advies_Huizen_van_het_Nederlands. Advies. over het voorontwerp van decreet betreffende de Huizen van het Nederlands Brussel, 5 februari 2004 020504_Advies_Huizen_van_het_Nederlands Advies over het voorontwerp van decreet betreffende de Huizen van het Nederlands 1. Inleiding Op 26 januari 2004 heeft de raad van de Vlaams

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert B December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT B 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

DRAAIBOEK SAMENWERKING TUSSEN WERKWINKEL EN AMBULANTE ZORGSETTING

DRAAIBOEK SAMENWERKING TUSSEN WERKWINKEL EN AMBULANTE ZORGSETTING DRAAIBOEK SAMENWERKING TUSSEN WERKWINKEL EN AMBULANTE ZORGSETTING BEGELEIDER VOORBEREIDING OP DE VERWIJZING NAAR DE WERKWINKEL De begeleider gaat in gesprek met de klant om te horen waar hij werkt(e).

Nadere informatie

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015 Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken Astrid van den Hurk 22 januari 2015 Doelen Zicht op basisbehoeftes van leerlingen om gemotiveerd te kunnen werken; Zelfdeterminatietheorie

Nadere informatie

Kennis rond dementie, familierelaties en verlieservaringen is onontbeerlijk.

Kennis rond dementie, familierelaties en verlieservaringen is onontbeerlijk. COMPETENTIEPROFIEL COACH BEGELEIDING MODULES PSYCHO-EDUCATIEPAKKET DEMENTIE EN NU De coach van Dementie en nu is hij/zij die de vormingssessies begeleidt voor een groep mantelzorgers van personen met dementie.

Nadere informatie

Competentieprofiel Praktijkdocent Duaal Leren

Competentieprofiel Praktijkdocent Duaal Leren Competentieprofiel Praktijkdocent Duaal Leren COMPETENTIE: Competenties vertellen wat iemand allemaal moet kunnen om een beroep of een functie goed te kunnen uitoefenen. Het competentieprofiel van de mentor

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend D December 2009 LEIDINGGEVEND D 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend D

Nadere informatie

Fiche 4: Hoe verhoog je je interculturele competentie?

Fiche 4: Hoe verhoog je je interculturele competentie? Fiche 4: Hoe verhoog je je interculturele competentie? In deze fiche vind je instrumenten om de interculturele competenties van personeelsleden op te bouwen en te vergroten zodat het diversiteitsbeleid

Nadere informatie

INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS. duurzame plaatsing van werknemers met autisme

INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS. duurzame plaatsing van werknemers met autisme INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS duurzame plaatsing van werknemers met autisme 1 Welkom bij toolbox AUTIPROOF WERKT Autiproof Werkt is een gereedschapskist met instrumenten die gebruikt kan worden bij

Nadere informatie

Competentieprofiel Mentor Duaal Leren

Competentieprofiel Mentor Duaal Leren Competentieprofiel Mentor Duaal Leren COMPETENTIE: Competenties vertellen wat iemand allemaal moet kunnen om een beroep of een functie goed te kunnen uitoefenen. Het competentieprofiel van de mentor duaal

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Projectleider A1 December 2009 PROJECTLEIDER A1 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Projectleider

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend A2 December 2009 LEIDINGGEVEND A2 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend

Nadere informatie

TAALBELEID ZAVENTEM. Waarom een taalbeleid? Taalvisie (SC 8/2/2016) Infobundel voor het personeel oktober 2017

TAALBELEID ZAVENTEM. Waarom een taalbeleid? Taalvisie (SC 8/2/2016) Infobundel voor het personeel oktober 2017 TAALBELEID ZAVENTEM Infobundel voor het personeel oktober 2017 Waarom een taalbeleid? - De diensten van de gemeente Zaventem worden dagdagelijks geconfronteerd met mensen die de Nederlandse taal onvoldoende

Nadere informatie

GTB afdeling Limburg Welzijnscampus 23 bus Genk (Tel) 089/

GTB afdeling Limburg Welzijnscampus 23 bus Genk (Tel) 089/ GTB afdeling Limburg Welzijnscampus 23 bus 41 3600 Genk (Tel) 089/32 10 50 Info.lim@gtb-vlaanderen.be www.gtb-vlaanderen.be 1. Wat is de opdracht van GTB? De opdracht van GTB is opgedeeld is drie luiken:

Nadere informatie

6 Coaching van de cliënt

6 Coaching van de cliënt 6.1 6 Coaching van de cliënt De begeleiding of coaching op de werkvloer is afhankelijk van de noden van de cliënt, collega s en werkgever. Samen starten op de stage/ tewerkstelling Als coach kan je samen

Nadere informatie

Bijlage 8.7: Voorbeeldopdrachten bij de uitgangspunten van HGW

Bijlage 8.7: Voorbeeldopdrachten bij de uitgangspunten van HGW Bijlage 8.7: Voorbeeldopdrachten bij de uitgangspunten van HGW Deze bijlage bevat voorbeelden van opdrachten bij de zeven uitgangspunten van HGW. Bij elke opdracht staat aangegeven welke informatie uit

Nadere informatie

NT2-docent, man/vrouw met missie

NT2-docent, man/vrouw met missie NT2docent, man/vrouw met missie Resultaten van de bevraging bij NT2docenten Door Lies Houben, CTOmedewerker Brede evaluatie, differentiatie, behoeftegericht werken, De NT2docent wordt geconfronteerd met

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert A2 December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT A2 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

Overzichtstabel werkplekleervormen

Overzichtstabel werkplekleervormen Overzichtstabel werkplekleervormen 1. Focus op oriëntering Alle niet-werkende werkzoekenden die interesse hebben voor een beroep maar zich geen concreet beeld kunnen vormen van dit beroep en/of twijfelen

Nadere informatie

PETER- / METERSCHAP. Ook in jouw onderneming! Vragen, opmerkingen of suggesties?

PETER- / METERSCHAP. Ook in jouw onderneming! Vragen, opmerkingen of suggesties? Vormingsfonds van het Paritair Comité van de Bedienden van de Internationale Handel, het Vervoer en de Logistiek Fonds de Formation de la Commission Paritaire pour les Employés du Commerce International,

Nadere informatie

Mensen in Nood - Geel

Mensen in Nood - Geel Mensen in Nood - Geel M.I.N. Geel staat voor Mensen in Nood die in Geel wonen. Het is een V.Z.W, die opgericht werd in 1991. Momenteel zijn er twaalf vrijwilligers. Het doel van de vereniging is om mensen

Nadere informatie

Functieprofiel Young Expert

Functieprofiel Young Expert 1 Laatst gewijzigd: 20-7-2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1 Ervaringen opdoen... 3 1.1 Internationale ervaring in Ontwikkelingssamenwerkingsproject (OS)... 3 1.2 Nieuwe vaardigheden... 3 1.3 Intercultureel

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert A1 December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT A1 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

Onthaalbureau Inburgering Limburg vzw. Presentatie voor ERSV (18/12/2012) AI in het Onthaalbureau

Onthaalbureau Inburgering Limburg vzw. Presentatie voor ERSV (18/12/2012) AI in het Onthaalbureau Onthaalbureau Inburgering Limburg vzw Presentatie voor ERSV (18/12/2012) AI in het Onthaalbureau Inhoud 1. Wat doet Onthaalbureau Inburgering Limburg? 2. VuurWerkt als methode voor perspectiefbepaling

Nadere informatie

HaKa Nederland b.v. 24-11-2012

HaKa Nederland b.v. 24-11-2012 EVC in de Jeugdzorg HaKa Nederland b.v. 24-11-2012 EVC in de jeugdzorg Wat is EVC? EVC staat voor Erkennen van Verworven Competenties. Het is een instrument waarmee werknemers hun kennis en ervaring -

Nadere informatie

Taalstages: STAP voor STAP

Taalstages: STAP voor STAP Taalstages: STAP voor STAP Praktijkdag Werkplekleren - donderdag 26/10/2017 door Stefany Tan (teamcoach GTB) & Karen Vanuytrecht (NT2-instructeur VDAB) 1 Wat vooraf ging: STAP 1 & STAP 2 STAP 1? Experiment

Nadere informatie

6 Coaching van de cliënt

6 Coaching van de cliënt 6.1 6 Coaching van de cliënt De begeleiding of coaching op de werkvloer is afhankelijk van de noden van de cliënt én van de noden van de collega s en werkgever. Samen starten op de stage/ tewerkstelling

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert D December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT D 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

EINDRAPPORT 'NEVENTRAJECTEXPERIMENT' JANUARI DECEMBER 2002

EINDRAPPORT 'NEVENTRAJECTEXPERIMENT' JANUARI DECEMBER 2002 Steunpunt Nederlands als Tweede Taal EINDRAPPORT 'NEVENTRAJECTEXPERIMENT' JANUARI DECEMBER 2002 Voorgelegd aan Vlaamse Gemeenschapscommissie Collegelid Guy Vanhengel, Onderwijs, Beroepsopleiding en Begroting

Nadere informatie

TIME OUT PROJECTEN. Samen. Aan Toekomst. Werken VZW ELEGAST

TIME OUT PROJECTEN. Samen. Aan Toekomst. Werken VZW ELEGAST TIME OUT PROJECTEN Samen Werken Aan Toekomst Wat is SWAT? SWAT staat voor Samen Werken Aan Toekomst. Het is een intensief begeleidingstraject voor jongeren die dreigen uit te vallen binnen het onderwijs.

Nadere informatie

Evaluatie-instrument Werkend leren door vluchtelingen VRIJWILLIGERSWERK, (TAAL)STAGES EN WERKERVARINGSPLAATSEN ALS OPSTAP NAAR WERK

Evaluatie-instrument Werkend leren door vluchtelingen VRIJWILLIGERSWERK, (TAAL)STAGES EN WERKERVARINGSPLAATSEN ALS OPSTAP NAAR WERK AUTEURS MARIJKE BOOIJINK MONIQUE STAVENUITER IKRAM TAOUANZA DECEMBER 2017 VRIJWILLIGERSWERK, (TAAL)STAGES EN WERKERVARINGSPLAATSEN ALS OPSTAP NAAR WERK Evaluatie-instrument Werkend leren door vluchtelingen

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Projectleider B December 2009 PROJECTLEIDER B 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Projectleider B

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend A3 December 2009 LEIDINGGEVEND A3 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend

Nadere informatie

HOOFD RUSTHUISSECRETARIAAT

HOOFD RUSTHUISSECRETARIAAT 1 COMPETENTIEFICHE C1-C3 EN C4-C5 LEIDINGGEVEND HOOFD RUSTHUISSECRETARIAAT INTERN FORMULIER WZC IMMACULATA OCMW EDEGEM Leiding geven Op gestructureerde wijze prestaties opvolgen zowel op kwantitatief als

Nadere informatie

Slaagt erin om met de verschillende rollen van de IPS-trajectbegeleider binnen de IPS-praktijk om te gaan

Slaagt erin om met de verschillende rollen van de IPS-trajectbegeleider binnen de IPS-praktijk om te gaan De Meetlat IPS Met dit instrument waardeert u de competenties voor uzelf op een meetlat. In feite gaat u na welke competenties u reeds verworven hebt en welke u nog moet ontwikkelen om een bekwaam IPS

Nadere informatie

De G-coach. Geïntegreerde geletterdheidstraining in beroepsopleidingen. Brussel, 23 oktober 2009. dept. WSE

De G-coach. Geïntegreerde geletterdheidstraining in beroepsopleidingen. Brussel, 23 oktober 2009. dept. WSE De Geïntegreerde geletterdheidstraining in beroepsopleidingen Brussel, 23 oktober 2009 dept. WSE Onderzoek i.o. MVG, Dept. WSE en ikv. Plan Geletterdheid Verhogen Literatuur- en praktijkonderzoek Didactisch

Nadere informatie

Sessie 2: Hoe werk je aan de eindtermen Nederlands, ook in andere vakken?

Sessie 2: Hoe werk je aan de eindtermen Nederlands, ook in andere vakken? Sessie 2: Hoe werk je aan de eindtermen Nederlands, ook in andere vakken? Vorm groepjes en verdeel de volgende rollen: groepsleider, verslaggever en tijdbewaker. 1. Eindtermen Nederlands: een verkenning

Nadere informatie

3. Start traject TWE = registratie van de werkervaringsovereenkomst (WEO) in MLP

3. Start traject TWE = registratie van de werkervaringsovereenkomst (WEO) in MLP Stappen in het traject TWE-OCMW Onderstaand stappenplan gaat uit van: - een art60 7-tewerkstelling met een duurtijd van 1 jaar - en een TWE-traject met maximale duurtijd van 2 jaar - het OCMW van de verblijfplaats

Nadere informatie

Hoe kan je als school Columbus een plaats geven in het bredere traject van onderwijsloopbaanbegeleiding (OLB)?

Hoe kan je als school Columbus een plaats geven in het bredere traject van onderwijsloopbaanbegeleiding (OLB)? Hoe kan je als school Columbus een plaats geven in het bredere traject van onderwijsloopbaanbegeleiding (OLB)? VOORAF 1 Draaiboek als vertrekpunt Op de website van Columbus vind je in de toolbox voor leerkrachten

Nadere informatie

Flyer Intervisie. Intervisie is vooral taakgericht en resultaatgericht werken met collega s ter optimalisering van de werkzaamheden van alledag.

Flyer Intervisie. Intervisie is vooral taakgericht en resultaatgericht werken met collega s ter optimalisering van de werkzaamheden van alledag. Flyer - Intervisie Wat is intervisie? Intervisie is vooral taakgericht en resultaatgericht werken met collega s ter optimalisering van de werkzaamheden van alledag. De volgende omschrijving van intervisie

Nadere informatie

Tijdens dit proces wordt ook overlegd met de leerling en ouders in kwestie.

Tijdens dit proces wordt ook overlegd met de leerling en ouders in kwestie. Zorgcontinuüm Het zorgcontinuüm omvat de stappen die een school zet om de leerlingen zo goed mogelijk te begeleiden. Dit gebeurt steeds in samenspraak met de verschillende actoren (leerling, ouders, leerkrachten,

Nadere informatie

Geïntegreerde aanpak laagtaalvaardig anderstalige werkzoekenden

Geïntegreerde aanpak laagtaalvaardig anderstalige werkzoekenden Geïntegreerde aanpak laagtaalvaardig anderstalige werkzoekenden Provinciale Netwerkdag Sociale Economie over Werken op maat 06 oktober 2016 Job-Link - Faruk Akkus GTB - Stefany Tan Kennismaken Agenda DEEL

Nadere informatie

BIJLAGE. Vlaamse Gemeenschapscommissie Collegebesluit nr Bijlage nr. 1. Fiche

BIJLAGE. Vlaamse Gemeenschapscommissie Collegebesluit nr Bijlage nr. 1. Fiche Vlaamse Gemeenschapscommissie Collegebesluit nr. 20162017-0291 26-01-2017 BIJLAGE Bijlage nr. 1 Fiche Titel initiatief: Initiatiefnemer: Interreligieuze en interlevensbeschouwelijke dialoog bij jongeren

Nadere informatie

Advies. Aanloopfase. Brussel, 23 april 2018

Advies. Aanloopfase. Brussel, 23 april 2018 Advies Aanloopfase Brussel, 23 april 2018 SERV_20180423_Aanloopfase_ADV.docx Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@serv.be www.serv.be Aanloopfase

Nadere informatie

VDAB aanbod NT2 NT2 SCHAKKETTEN. VDAB Aanbod NT2. 1) NT2 + Mijn Loopbaanatelier 2) Sectorspecifiek Nederlands 3) Sector-overschrijdend Nederlands

VDAB aanbod NT2 NT2 SCHAKKETTEN. VDAB Aanbod NT2. 1) NT2 + Mijn Loopbaanatelier 2) Sectorspecifiek Nederlands 3) Sector-overschrijdend Nederlands 1 VDAB aanbod Turnhout, 12/12/2018 VDAB Aanbod 2 1) + Mijn Loopbaanatelier 2) Sectorspecifiek Nederlands 3) Sector-overschrijdend Nederlands 1 VDAB Aanbod 3 1) + MIJN LOOPBAAN@TELIER Mijnloopbaan@telier

Nadere informatie

Leuvenseplein 4 Dinsdag, 13 mei Brussel RVOL/PCA/ADV/006

Leuvenseplein 4 Dinsdag, 13 mei Brussel RVOL/PCA/ADV/006 Vlaamse Onderwijsraad Raad Volwassenenonderwijs Leuvenseplein 4 Dinsdag, 13 mei 2003 1000 Brussel RVOL/PCA/ADV/006 Advies over de modulaire opleidingsprofielen basiseducatie voor de opleidingen Nederlands

Nadere informatie

Hoe kan je breed en permanent evalueren?

Hoe kan je breed en permanent evalueren? Ronde 2 Martien Berben & Marleen Colpin Centrum voor Taal en Onderwijs - K.U.Leuven Contact: Martien.berben@arts.kuleuven.be Marleen.colpin@arts.kuleuven.be Hoe kan je breed en permanent evalueren? De

Nadere informatie

1. Doel: de themagesprekken kunnen inzichten verschaffen over de werkmotieven (wie ben ik en wat wil ik) en zijn kwaliteiten (wat kan ik).

1. Doel: de themagesprekken kunnen inzichten verschaffen over de werkmotieven (wie ben ik en wat wil ik) en zijn kwaliteiten (wat kan ik). 1.16. Themagesprek A. Situering Wie ben ik? Wat wil ik? Wat kan ik? Wat zijn mijn opties? Wat is mijn actieplan? B. Gebruik 1. Doel: de themagesprekken kunnen inzichten verschaffen over de werkmotieven

Nadere informatie

In je kracht. Spelhandleiding

In je kracht. Spelhandleiding In je kracht Spelhandleiding Inhoud Introductie 3 1. Kennismakingsspel 4 2. Inspiratiespel 7 3. Kwaliteitenspel 11 Colofon De aanpak EVA (Educatie voor Vrouwen met Ambitie) is een verdieping op het ondersteuningsprogramma

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend A4 December 2009 LEIDINGGEVEND A4 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend

Nadere informatie

ACE-GROEP T TALEN07/08

ACE-GROEP T TALEN07/08 ACE-GROE T TALEN07/08 ANTICIATIVE CONTINUING EDUCATION taalcursussen WWW.GROET.BE ACE Groep t. spreek snel een taal! ACE-Groep T organiseert taalcursussen waarin mondelinge communicatie centraal staat.

Nadere informatie

Samenwerken met re-integratiebedrijven

Samenwerken met re-integratiebedrijven Samenwerken met re-integratiebedrijven Samenwerken met re-integratiebedrijven Inhoudsopgave Inleiding 2 Aanleiding 2 De Workshop 2 Het verslag 2 Terminologie: Gebruikte termen in het verslag 3 Algemene

Nadere informatie

Arbeidsbereidheid Is duaal leren voor de jongere een weloverwogen keuze? Is hij gemotiveerd om te leren op de werkvloer?

Arbeidsbereidheid Is duaal leren voor de jongere een weloverwogen keuze? Is hij gemotiveerd om te leren op de werkvloer? Oriënteren en screenen is nagaan in welke mate een leerling arbeidsbereid en arbeidsrijp is en hoe hij hierin nog kan groeien. Dit uit zich in een onderbouwd advies op de klassenraad. Arbeidsbereidheid

Nadere informatie

Projectplan. Aanpak laaggeletterdheid bij patienten en/of medewerkers. [Naam organisatie] [auteur] [datum] Werken aan taal heeft veel voordelen

Projectplan. Aanpak laaggeletterdheid bij patienten en/of medewerkers. [Naam organisatie] [auteur] [datum] Werken aan taal heeft veel voordelen Projectplan Aanpak laaggeletterdheid bij patienten en/of medewerkers [Naam organisatie] [auteur] [datum] Werken aan taal heeft veel voordelen [Naam organisatie] vindt het belangrijk om alert te zijn op

Nadere informatie

mentalcare arboadviescentrum

mentalcare arboadviescentrum mentalcare arboadviescentrum Het Arboadviescentrum Hoe gezonder uw werknemers, hoe gezonder uw bedrijf. En dus uw winst. Helaas hebben we die gezondheid niet altijd in de hand. Eén hevige weersomslag en

Nadere informatie

Functieprofiel projectmedewerker

Functieprofiel projectmedewerker Functieprofiel projectmedewerker Situering L4-volwassenenonderwijs vzw is het netwerk van de centra voor volwassenenonderwijs en het centrum voor basiseducatie in de regio Leuven-Hageland-Tervuren. Door

Nadere informatie

Draaiboek mini-burgerkabinet

Draaiboek mini-burgerkabinet Draaiboek mini-burgerkabinet 31 januari 2018 7 april 2018 Wat is het burgerkabinet en wanneer vindt dit alles plaats? Vlaams minister van Cultuur,, Jeugd en Brussel Sven Gatz wil burgers betrekken bij

Nadere informatie

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen. FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN NAAMSESTRAAT 69 BUS 3500 3000 LEUVEN, BELGIË m Stageproject bijlage 1: Leidraad bij het functioneringsgesprek Naam stagiair(e):.. Studentennummer:. Huidige opleiding

Nadere informatie

TIJDELIJKE WERKERVARING (TWE) in vogelvlucht doorheen de TWE trajecten voor leefloongerechtigden TWE trajecten voor werkzoekenden Gits 19/02 Bart

TIJDELIJKE WERKERVARING (TWE) in vogelvlucht doorheen de TWE trajecten voor leefloongerechtigden TWE trajecten voor werkzoekenden Gits 19/02 Bart TIJDELIJKE WERKERVARING (TWE) in vogelvlucht doorheen de TWE trajecten voor leefloongerechtigden TWE trajecten voor werkzoekenden Gits 19/02 Bart Pynket netwerkmanager openbare besturen VDAB West Vlaanderen

Nadere informatie

Centrum voor Sociale Stadsontwikkeling Uitbouw armoedeplatform i.s.m. het gezondheidsobservatorium (SD1-OD1)

Centrum voor Sociale Stadsontwikkeling Uitbouw armoedeplatform i.s.m. het gezondheidsobservatorium (SD1-OD1) BIJLAGE Bijlage nr. 1 Projectvoorstellen Centrum voor Sociale Stadsontwikkeling Uitbouw armoedeplatform i.s.m. het gezondheidsobservatorium (SD1-OD1) Vooraf. - Vanuit de evaluatie van de welzijnsinitiatieven

Nadere informatie

1. Voor de jaren 2013 en 2014 kreeg ik graag een overzicht van het aantal 50-plussers dat:

1. Voor de jaren 2013 en 2014 kreeg ik graag een overzicht van het aantal 50-plussers dat: SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 496 van EMMILY TALPE datum: 27 maart 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Informatiesessies voor oudere werklozen - VDAB en vakbonden

Nadere informatie

Plannen & organiseren

Plannen & organiseren kijkt vooruit, onderbouwt een planning, houdt rekening met potentiële invloedfactoren, visualiseert en communiceert deze duidelijk en begrijpbaar aan de medewerkers. koppelt aan deze planning, doelstellingen

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend A1 December 2009 LEIDINGGEVEND A1 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend

Nadere informatie

Identificatiegegevens kandidaat. Identificatiegegevens onderneming. Naam* Adres* Telefoon* adres* Naam. Ondernemingsnummer* Datum van onderzoek

Identificatiegegevens kandidaat. Identificatiegegevens onderneming. Naam* Adres* Telefoon*  adres* Naam. Ondernemingsnummer* Datum van onderzoek Screening van de individuele dienstverlener in de pijler advies / advies Internationaal ondernemen / strategisch advies in het kader van de maatregel kmo-portefeuille Sjabloon van het onderzoeksverslag

Nadere informatie

2 Evaluatie door de stuurgroep onderwijs aan gedetineerden

2 Evaluatie door de stuurgroep onderwijs aan gedetineerden Evaluatie van het onderwijsaanbod in de gevangenissen in Vlaanderen en Brussel in functie van de Vlaamse leidraad voor het onderwijsaanbod in de gevangenissen Syntheserapport 22 maart 2017 1 Inleiding

Nadere informatie

TAALBELEIDSPLAN WOONZORGCENTRUM VAN ZANDE

TAALBELEIDSPLAN WOONZORGCENTRUM VAN ZANDE RESIDENTIE VAN ZANDE Gentsesteenweg 645 1080 Brussel (02)482 08 80 (02)482 08 99 TAALBELEIDSPLAN WOONZORGCENTRUM VAN ZANDE 1 ALGEMEEN 1.1 GROTE KEUZES M.B.T. TAALGEBRUIK IN ONZE ORGANISATIE Eén van de

Nadere informatie

Groot gelijk?! Gelijke onderwijskansen in Vlaanderen 23 november 2004

Groot gelijk?! Gelijke onderwijskansen in Vlaanderen 23 november 2004 Groot gelijk?! Gelijke onderwijskansen in Vlaanderen 23 november 2004 Integratie van AN in secundair onderwijs Tom Verheyen Filip Paelman Overzicht Omzendbrief Tasan Vervolgonderzoek Referentiekader Een

Nadere informatie

Bijlage 3: Interview organisaties

Bijlage 3: Interview organisaties Bijlage 3: Interview organisaties BVBA Hoewaer Wat biedt u de mensen aan als organisatie? Wij bieden mensen werk aan in de privésector. Hoe bent u in aanraking gekomen met de tewerkstellingsmaatregel artikel

Nadere informatie

Leidraad voor het indienen van een aanvraagdossier tot erkenning van een kadervormingstraject

Leidraad voor het indienen van een aanvraagdossier tot erkenning van een kadervormingstraject Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media Afdeling Jeugd Arenbergstraat 9 1000 Brussel kadervorming@cjsm.vlaanderen.be Leidraad voor het indienen van een aanvraagdossier tot erkenning van een kadervormingstraject

Nadere informatie

Om de school te helpen bij het voeren van een zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid

Om de school te helpen bij het voeren van een zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid Een geïntegreerd zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid Leidraad bij het stappenplan Sinds 1 september 2012 is elke school verplicht een geïntegreerd zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid te voeren. Dit

Nadere informatie

Leerpilot Inclusief HR In- en doorstroom

Leerpilot Inclusief HR In- en doorstroom Leerrapportage Als er wel werk is, maar niet genoeg (geschikte) kandidaten te vinden zijn, dan is de instroom niet op orde. En als goede medewerkers om welke reden dan ook niet langer bij een werkgever

Nadere informatie

Voorbeelden compententieprofiel mentor

Voorbeelden compententieprofiel mentor BIJLAGE 1 Voorbeelden compententieprofiel mentor Voorbeeld 1 Meetindicator voor competenties en gedragingen van een mentor, opgesteld door Ryhove, beschutte werkplaats in Gent (PH= persoon met een handicap)

Nadere informatie

Pedagogisch beleid in Brede School de Waterlelie, Prinsenhof te Leidschendam

Pedagogisch beleid in Brede School de Waterlelie, Prinsenhof te Leidschendam Pedagogisch beleid in Brede School de Waterlelie, Prinsenhof te Leidschendam Inleiding: ATB de Springplank, een algemeen toegankelijke basisschool en Vlietkinderen, maatwerk in kinderopvang, beiden gehuisvest

Nadere informatie

De Sociale plattegrond

De Sociale plattegrond De Sociale plattegrond Sector: Inburgering Spreker: Sofie Michielsen (Inburgering Oost-Vlaanderen) WAT IS INBURGERING? - 2-1 Opdracht Inburgering = Vlaamse beleid Opstap tot integratie door het onthalen

Nadere informatie

StudieThermometer. Temperatuur wat aan de lage kant? Mw Demo Kandidaat Instelling Demo

StudieThermometer. Temperatuur wat aan de lage kant? Mw Demo Kandidaat Instelling Demo StudieThermometer Mw Demo Kandidaat 27-11 - 2018 Temperatuur wat aan de lage kant? Instelling Demo Beste Demo, Goed dat je de StudieThermometer hebt ingevuld! Het helpt je om te bekijken of alles goed

Nadere informatie

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap woensdag 24 mei 2006 STUDIEGEBIED NT2. Modulaire opleiding Socio-Culturele Integratie R1 AO NT 009

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap woensdag 24 mei 2006 STUDIEGEBIED NT2. Modulaire opleiding Socio-Culturele Integratie R1 AO NT 009 STUDIEGEBIED NT2 Modulaire opleiding Socio-Culturele Integratie R1 AO NT 009 Versie 1.0 BVR Pagina 1 van 8 Inhoud Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap woensdag 24 mei 2006 1 Deel 1 Opleiding... 3 1.1

Nadere informatie

0. Handleiding iteratief werken aan Hoger Bereik

0. Handleiding iteratief werken aan Hoger Bereik 0. Handleiding iteratief werken aan Hoger Bereik De basis van de strategiekit Nederlandstalige laaggeletterden en mensen met andere lage basisvaardigheden zijn moeilijk te vinden, en moeilijk door te verwijzen

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert A4 December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT A4 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

NEDERLANDS LEREN EN OEFENEN

NEDERLANDS LEREN EN OEFENEN 2 32 Oriëntatiegids NEDERLANDS LEREN EN OEFENEN In Brussel leer je op verschillende plaatsen Nederlands. In dit hoofdstuk informeren we je over waar je Nederlands kan leren en oefenen. We leggen in paragraaf

Nadere informatie

Thema. Kernelementen. Oplossingsgericht taalgebruik Voorbeeld van communiceren 10 communicatie-tips

Thema. Kernelementen. Oplossingsgericht taalgebruik Voorbeeld van communiceren 10 communicatie-tips Thema Kernelementen Oplossingsgericht taalgebruik Voorbeeld van communiceren 10 communicatie-tips Tips voor de trainer: Doseer je informatie: less is more. Beoordeel wat je gymnasten doen, niet wie ze

Nadere informatie

Intake bij atlas trefdag NT2

Intake bij atlas trefdag NT2 Intake bij atlas trefdag NT2 Nieuwe organisatie Atlas Bij Atlas, integratie& inburgering Antwerpen kan je terecht voor: inburgeringstrajecten en informatie over Nederlands leren en oefenen ondersteuning

Nadere informatie

HRwijs de HRscan. Kirsten D Hooghe HR-adviseur

HRwijs de HRscan. Kirsten D Hooghe HR-adviseur HRwijs de HRscan Kirsten D Hooghe HR-adviseur Kennismaking op een rij naam organisatie functie heb je kennis of ervaring met HR? verwachtingen van deze sessie? De HRscan! Wat is het? Waarom de HRscan?

Nadere informatie

SUCCESVOL LEREN. Tips voor studenten.

SUCCESVOL LEREN. Tips voor studenten. SUCCESVOL LEREN Tips voor studenten www.goleweb.eu Je krijgt de kans om de Lemo-vragenlijst in te vullen op www.goleweb.eu. Na deelname krijg je persoonlijke feedback over jouw motivatie en leervaardigheden.

Nadere informatie

Piter Jelles Strategisch Perspectief

Piter Jelles Strategisch Perspectief Piter Jelles Strategisch Perspectief Strategisch Perspectief Inhoudsopgave Vooraf 05 Piter Jelles Onze missie 07 Onze ambities 07 Kernthema s Verbinden 09 Verbeteren 15 Vernieuwen 19 Ten slotte 23 02 03

Nadere informatie